De doelmatigheid van het re-integratiebeleid in de ......2.3 Beleidsstukken 2007-2011 6 2.4 Analyse...
Transcript of De doelmatigheid van het re-integratiebeleid in de ......2.3 Beleidsstukken 2007-2011 6 2.4 Analyse...
Rekenkamercommissie Coevorden:
De doelmatigheid
van het re-integratiebeleid
in de gemeente Coevorden
Rekenkamercommissie CoevordenRekenkamercommissie CoevordenRekenkamercommissie CoevordenRekenkamercommissie Coevorden
- mr. H. Haan, plaatsvervangend voorzitter
- mr. J. Riddersma
- drs. A.J.M. Smale, voorzitter
- mw. J. IJpma
- G.A. Zoons
Ambtelijke ondersteuning rekenkamercommissie:
- drs. C.H. Horstmeier
- drs. F.A.C. Lucassen
Opstellers rapport:
Adres:
Gemeente Coevorden
Rekenkamercommissie
Postbus 2
7740 AA Coevorden
T (0524) 598 724 / 598 633
I www.coevorden.nl/rekenkamer
OktoOktoOktoOktober 2011ber 2011ber 2011ber 2011
Het is toegestaan om uit deze publicatie over te nemen, mits de bron duidelijk wordt vermeld.
- Jasper Lohuis (I&O Research)
- Jon Severijn (I&O Research)
- Henry de Vaan (I&O Research)
Bestuurlijk rapport
Samenvatting en conclusies I
Inleiding I
1. Wat is het re-integratiebeleid? II
2. Hoe groot is de gemeentelijke bijstand de instroom, doorstroom en uitstroom en hoe definitief is deze
uitstroom? III
3. Welke uitgaven zijn er gedaan voor re-integratiebeleid V
4. In hoeverre is het beleid aanpasbaar aan wisselingen in de marktomstandigheden en in hoeverre is het beleid
daarop daadwerkelijk aangepast? VII
5. In hoeverre is het beleid doeltreffend en doelmatig? VIII
6. Hoofdconclusie XI
6. Aanbevelingen XII
Bestuurlijk wederhoor door college van B&W XIII
Nawoord Rekenkamercommissie Coevorden XVI
1. Inleiding 1
1.1 Aanleiding 1
1.2 Onderzoeksvragen 1
1.3 Onderzoeksaanpak 2
1.4 Leeswijzer 3
2. Beleidsontwikkeling 5
2.1 Inleiding 5
2.2 Wat er vooraf ging: periode 2002-2006 5
Inhoudsopgave pag.
2.3 Beleidsstukken 2007-2011 6
2.4 Analyse klantenbestand 11
2.5 Analyse externe factoren 13
2.6 Resumé 13
3. Uitvoering re-integratiebeleid 17
3.1 Inleiding 17
3.2 Uitvoeringsstructuur 17
3.3 Samenwerking 19
3.4 Trajecten, instrumenten 20
3.5 Monitoring en managementrapportages 21
3.6 Inkomsten en uitgaven 21
3.7 Financiële risico’s 24
3.8 Resumé 26
4. Resultaten 29
4.1 Inleiding 29
4.2 Ontwikkeling bestand bijstandsgerechtigden 29
4.3 Monitoring resultaten 31
4.4 Doelrealisatie 34
4.5 Ontwikkeling in perspectief 37
4.6 Kosten per traject 43
4.7 Resumé 44
Bijlage 1. Normenkader 47
Bijlage 2. Gesprekspartners 49
Bijlage 3. Begrippenlijst 50
Bestuurlijk rapport
III
Samenvatting en conclusies
Inleiding
Door een aantal specifieke ontwikkelingen op het gebied van re-integratie heeft de Rekenkamercommissie Coevorden
(kortweg: Rekenkamercommissie) aanleiding gezien om het re-integratiebeleid tegen het licht te houden. Het gaat om
de volgende ontwikkelingen:
1. de economische crisis heeft ook de economie en werkgelegenheid van de gemeente Coevorden getroffen.
Hierdoor moet de gemeente hard bezuinigen en staan alle gemeentelijke uitgaven onder druk, dus ook die
voor het re-integratiebeleid. Bovendien is de instroom in de algemene bijstand gestegen.
2. Coevorden kent, los van de conjuncturele ontwikkelingen, van oudsher een zwakke sociaal-economische
structuur, met een relatief hoge werkloosheid en deels een cultuur van werkloosheid die van generatie op
generatie wordt overgedragen. Om deze zichzelf voortstuwende ontwikkeling tegen te gaan, is uitstroom uit de
Wwb van groot belang.
De rekenkamercommissie van Coevorden wil om deze redenen graag inzicht krijgen in de wijze waarop het re-
integratiebeleid in de gemeente Coevorden is vormgegeven en verder wordt ontwikkeld. Daarnaast wil zij inzicht krijgen
in doelmatigheid en doeltreffendheid van de uitvoering van het beleid in de praktijk.
Zij heeft daarop de volgende centrale onderzoeksvraag en deelvragen opgesteld.
Centrale onderzoeksvraag:
‘In hoeverre voert de gemeente Coevorden haar re-integratiebeleid doelmatig uit?’
Deelvragen
1. Wat is het re-integratiebeleid?
2. Hoe groot is bij de gemeentelijke bijstand de instroom, doorstroom en uitstroom en hoe definitief is deze
uitstroom?
3. Welke uitgaven zijn hiervoor gedaan?
4. In hoeverre is het beleid aanpasbaar aan wisselingen in de marktomstandigheden en in hoeverre is het beleid
daarop daadwerkelijk aangepast?
5. In hoeverre is het beleid doeltreffend en doelmatig?
Onderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid re----integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden •••• Bestuurlijk rapportBestuurlijk rapportBestuurlijk rapportBestuurlijk rapport
II
1. Wat is het re-integratiebeleid?
Het re-integratiebeleid van de gemeente Coevorden is vastgelegd in de reguliere stukken uit de beleidsplancyclus als
bestuursprogramma’s, jaarbegrotingen en jaarrekeningen. Daarnaast is er een aantal specifieke nota’s aan gewijd, met
name de volgende zijn relevant:
• Verordeningen Wwb, WIJ
• Beleidsplan Werk en Inkomen 2007-2010
• Hoofdlijnennotitie uitvoering Integraal Sociaal Beleid Coevorden (september 2009) en de Kadernotitie waarin
wordt aangegeven hoe Coevorden de lokale regie op het gebied van participatie en toeleiding tot de arbeidsmarkt
voor Wwb-ers en Wsw-ers willen invullen
• Notitie Couleur Locale, 2009, die ingaat op de inzet op lokale, kleinschalige projecten (maatwerk)
Belangrijkste kernpunten uit het beleid zijn:
• Het kernbegrip binnen het beleidsveld sociale zaken van de gemeente Coevorden is “maatschappelijke
participatie”. Inwoners die aangewezen zijn op een uitkering worden geacht niet stil te zitten, maar actief mee te
doen en alles in het werk te stellen in het eigen levensonderhoud te voorzien.
• Coevorden wil “de menselijke maat” inbrengen en haar dienstverlening optimaliseren door de diverse
infrastructuren voor dagbesteding, integratie in de Nederlandse maatschappij, re-integratie, onderwijs en sociale
werkgelegenheid samen te brengen. De gemeente is van mening dat het strikt vasthouden aan de criteria die
gelden voor verschillende doelgroepen de mogelijkheden om geïntegreerde dienstverlening te bieden aan burgers
die behoren tot verschillende doelgroepen sterk beperkt wanneer hier aan wordt vastgehouden. De scheidslijnen
tussen de doelgroepen zijn in de praktijk vaak flinterdun. Mensen worden, om de dienstverlening te kunnen
optimaliseren, daarom niet langer ingedeeld in doelgroepen die gekoppeld zijn aan de wijze waarop de
financiering van die doelgroepen geregeld is. 1
• Geen doelgroepen benoemen, maar uitgaan van de persoon en dan per persoon maatwerk in het traject afspreken.
• Gebruik maken van de initiatieven en voorzieningen die zijn opgezet in het kader van “Couleur Locale”.
• Creëren van maatschappelijke meerwaarde met projecten om zodoende, naast de uitstroom van
uitkeringsgerechtigden, het maatschappelijk draagvlak onder burgers en bedrijven te verhogen.
Conclusie ten aanzien van beleidConclusie ten aanzien van beleidConclusie ten aanzien van beleidConclusie ten aanzien van beleid
De gemeente Coevorden beschikt over twee recente nota’s rondom de doelstellingen van het sociaal beleid en het re-
integratiebeleid. De uitgangspunten daarin zijn helder verwoord. De geformuleerde doelstellingen zijn kwalitatief van
aard en gericht op de manier waarop de problematiek wordt aangepakt. De doelstellingen in de beleidstukken zijn in
beperkte mate Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch en Tijdgebonden (SMART) geformuleerd. Over het
algemeen zijn de doelstellingen niet specifiek gericht op doelgroepen, maar juist vrij generiek gericht op de gehele
populatie bijstandsgerechtigden. Het beleid is beperkt meetbaar, alleen op hoofdlijnen zijn voor de uitstroom naar werk
doelstellingen geformuleerd, voor de rest ontbreekt het aan kwantitatieve doelen. De doelstellingen zijn wel acceptabel
1 Verwezen wordt daarbij naar de landelijke Commissie De Vries die pleit voor ontschotting van sociale zekerheidsbudgetten.
Onderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid re----integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden •••• Bestuurlijk rapportBestuurlijk rapportBestuurlijk rapportBestuurlijk rapport
III
en realistisch te noemen. De beleidsdocumenten kennen allemaal een afgebakende looptijd, daarmee zijn de
doelstellingen ook tijdgebonden.
De raad wordt geïnformeerd over het re-integratiebeleid, maar alleen op hoofdlijnen. De informatie gaat vooral in op de
te verwachten instroom, de aanpak en de financiële consequenties daarvan. Daarbij gaat veel aandacht uit naar de
risico’s op het inkomensdeel van de Wwb.
In de beleidstukken is slechts beperkt aandacht voor bestandsanalyse, doelgroepen en generatiewerkloosheid. Er wordt
gekozen voor generiek beleid voor de hele doelgroep, met daarbinnen maatwerk voor het individu. Dit maatwerk wordt
geleverd binnen de lokale projecten. Wel is er onderscheid tussen moeilijk en makkelijk bemiddelbare re-
integratieklanten. Het begrip participatieladder wordt nergens in de beleidsstukken genoemd. De ideeën achter
participatieladder worden wel gebruikt, maar de stappen die cliënten op deze ladder maken worden niet systematisch
geregistreerd.
Het team Werk geeft aan haar klantenbestand goed te kennen. Deze kennis is echter beperkt geborgd in systemen.
Daarnaast is het team goed bekend met de vragen naar personeel uit de lokale arbeidsmarkt vanuit de nauwe banden
die worden onderhouden met Parkmanagement Coevorden (PMC) en de Industriële Vereniging Coevorden (IVC). Deze
kennis is echter niet vastgelegd in nota’s of beleidstukken.
2. Hoe groot is de gemeentelijke bijstand de instroom, doorstroom en uitstroom en hoe
definitief is deze uitstroom?
Het totaal aantal bijstandsgerechtigdenaantal bijstandsgerechtigdenaantal bijstandsgerechtigdenaantal bijstandsgerechtigden is vanaf eind 2007 tot en met eind 2010 gestegen van 570 naar 680. In
diezelfde periode lag de instroom in de Wwb tussen 200 en 300 per jaar. Het aantal personen dat uitstroomt jonger dan
65 jaar schommelt in deze periode tussen 185 en 270. Gemiddeld genomen stroomt daarvan 45%-50% uit naar
regulier werk. Het jaar 2009 valt op doordat het een hoge instroom (ca.300) en een lage uitstroom (ca. 160) kent.
Het aantal reaantal reaantal reaantal re----integratietrajectenintegratietrajectenintegratietrajectenintegratietrajecten dat de gemeente uitvoert, is tussen 2007-2010 toegenomen van 310 naar 600 per
jaar. Met name in 2007 en 2010 is er sprake van een forse instroom van meer dan 300 personen. Het aantal
uitstromers schommelt tussen 200 en 250. Ook hier vormt 2009 een uitzondering met slechts 109 uitstromers.
De slechte resultaten ten aanzien van in- en uitstroom in 2009 zijn voor een belangrijk deel te wijten aan de
economische recessie. Hierdoor is er sprake van een forse daling van de werkgelegenheid, waardoor het vinden van een
baan voor veel mensen moeilijk is geweest. In 2010 is de werkgelegenheid weer aangetrokken en stromen weer meer
mensen uit de Wwb naar een reguliere baan.
De doorstroomdoorstroomdoorstroomdoorstroom wordt gedefinieerd als het iedere stap vooruit die cliënten op de participatieladder als gevolg van nieuw
aangeleerde vaardigheden maken. Het systeem van de gemeente Coevorden is nog niet zodanig ingericht dat hieruit
informatie over de doorstroom kan worden gehaald. Daar wordt op dit moment wel aan gewerkt.
Over terugval in de bijstand zijn alleen cijfers over 2007 en 2009 bekend. In 2007 valt minder dan 5% van de
uitstromers binnen een jaar terug in de bijstand, in 2009 is dit met 22% aanmerkelijk hoger. Dat betekent dat in 2007
meer dan 95% van de uitstromers niet terugvalt in de bijstand; in 2009 is dat 78%.
Onderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid re----integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden •••• Bestuurlijk rapportBestuurlijk rapportBestuurlijk rapportBestuurlijk rapport
IV
Binnen de gemeente Coevorden is wel sprake van een harde kern bijstandgerechtigden van circa 200-300 personen.
Binnen deze groep zitten ook mensen die van generatie op generatie op generatie in de bijstand komen.
Tabel Tabel Tabel Tabel 1111
Overzicht stand, instroom en uitstroom Overzicht stand, instroom en uitstroom Overzicht stand, instroom en uitstroom Overzicht stand, instroom en uitstroom bijstandbijstandbijstandbijstand en re en re en re en re----integratieintegratieintegratieintegratie
Overzicht Overzicht Overzicht Overzicht WwbWwbWwbWwb 2007200720072007 2008200820082008 2009200920092009 2010201020102010
Aantal personen in de bijstand (op 31-12) 570 545 670 680
Instroom 200 - 300 230*)
Uitstroom (<65 jaar) 185 200 160 270*)
Uitstroom naar werk 95 90 46*) 126*)
% uitstroom naar werk 51% 45% 29% 47%
Terugvallers < 5% - 22% -
Overzicht reOverzicht reOverzicht reOverzicht re----integratietrajectenintegratietrajectenintegratietrajectenintegratietrajecten 2007200720072007 2008200820082008 2009200920092009 2010201020102010
Aantal re-integratietrajecten 310 330 530 600
Instroom*) 303 178 117 329
Uitstroom*) 242 204 109 212
Bron: Kernkaart Wwb, Ministerie SZW en *) gemeente Coevorden
Overige Overige Overige Overige bevindingen ontwikkeling bijstand en aantal rebevindingen ontwikkeling bijstand en aantal rebevindingen ontwikkeling bijstand en aantal rebevindingen ontwikkeling bijstand en aantal re----integratietrajecten integratietrajecten integratietrajecten integratietrajecten
• Vanaf het derde kwartaal 2007 tot aan het vierde kwartaal 2008 ligt het aantal Wwb-uitkeringen stabiel rond 550,
waarvan ca. 115 langdurige uitkeringen. Onder invloed van de economische recessie loopt dit in 2009 en 2010 op
tot ca. 700 in het eerste kwartaal van 2011;
• De instroom in de Wwb was in 2009 dan ook aanzienlijk. Per 1 oktober 2009 is de Wet Investering in Jongeren
(WIJ) in werking getreden. Sindsdien stromen veel mensen daar in. Blijkbaar zijn er in Coevorden veel mensen tot
27 jaar die een beroep doen op de bijstand;
• In 2009 is de uitstroom kleiner dan de instroom. In 2010 is dit omgekeerd en is de uitstroom hoger ondanks de
economische crisis en de hoge instroom ook in dat jaar;
• Verdere bestandsanalyse is niet mogelijk aangezien Coevorden pas voor 2011 een nadere implementatie van de
participatieladder en diagnosemethodiek op de planning heeft staan;
• De gemeente administreert wel de resultaten per project als het gaat om de instroom en uitstroom;
• De instroom in de Wwb was in 2009 veel lager dan begroot. De uitstroom daarentegen een stuk hoger.
Waarschijnlijk is dit deels uitstroom van de Wwb naar de WIJ voor alle jongeren onder 27 jaar;
• De gemeente Coevorden had voor 2010 110 WIJ uitkeringen en 561 Wwb uitkeringen begroot. Uiteindelijk was het
aantal WIJ uitkeringen 108 en het aantal Wwb uitkeringen 552 en daarmee onder de begrote waarden;
• De instroom in de WIJ lag met 121 fors boven de begroting (66). De uitstroom was conform de begroting;
• De doelstelling voor 2010 was om 145 personen uit de Wwb te laten uitstromen. Het zijn er 273 geworden,
waarmee deze doelstelling ruim is gehaald. Vooral de uitstroom naar werk ontwikkelde zich positief.
Onderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid re----integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden •••• Bestuurlijk rapportBestuurlijk rapportBestuurlijk rapportBestuurlijk rapport
V
3. Welke uitgaven zijn er gedaan voor re-integratiebeleid
UitvoeringUitvoeringUitvoeringUitvoering
De gemeente Coevorden werkt in het kader van de uitvoering van de Wwb nauw samen met de gemeenten Emmen en
Borger-Odoorn (BOCE). Het inkomensdeel van de Wwb wordt uitgevoerd door Emmen dat functioneert als gastheer voor
de beide andere gemeenten (Fins gastheermodel). De intake van klanten die een uitkering aanvragen, gebeurt dan ook
op het Werkplein Zuidoost-Drenthe. Consulenten van de gemeente Coevorden verzorgen daar meteen ter plekke de
intake voor het werkdeel.
Het werkdeel van de Wwb voert de gemeente Coevorden in eigen beheer uit. Tot 2009 werden er met name trajecten
ingekocht bij commerciële re-integratiebureaus en andere aanbieders, al dan niet in gezamenlijkheid aanbesteed in
BOCE-verband. Vanaf 2009 kiest Coevorden er bewust voor de re-integratie volledig in eigen beheer uit te voeren.
Sinds 2009 staat De Bentheimer die deel uitmaakt van het Team Werk van de gemeente Coevorden centraal in de
aanpak van de arbeidsre-integratie. Vanuit De Bentheimer stuurt een team van jobhunters, jobcoaches,
projectcoaches, een coördinator en een accountmanager een aantal projecten aan waarin de re-integratieklanten
worden ondergebracht. In totaal gaat het om 9,64 formatie-eenheden.
De projecten van de Bentheimer zijn zeer divers; ze worden georganiseerd in en rondom Coevorden en bieden aan elke
doelgroep mogelijkheden te re-integreren of te participeren. Er wordt overigens naar gestreefd de scheidslijnen tussen
doelgroepen te laten vervagen en de menselijke maat naar voren te laten komen in de projecten. De achtergrond van
klanten is daarbij niet zo relevant evenals het budget waaruit de re-integratie of participatie betaald wordt.
Naast re-integratie en participatie probeert de Bentheimer met haar projecten sociaal-maatschappelijke meerwaarde te
creëren zoals met het project Ellert en Brammert, Buurtconciërge en het Zwerfvuilproject.
Specifieke trajecten rondom scholing of andere zorg worden nog wel extern ingekocht. Wel is de doelstelling om zoveel
mogelijk van het aanbod van re-integratiediensten aan te bieden direct op locatie binnen het project.
De samenwerking met andere partijen is vooral rondom de projecten georganiseerd. Er wordt daarbinnen samengewerkt
met bijvoorbeeld: De Nieuwe Veste, Parkmanagement Coevorden, Stichting Welzijn 2000, de EMCO, Industriële
Vereniging Coevorden en individuele instellingen en bedrijven.
De klanten die instromen in de Bentheimer zijn opgenomen in het Stratech-systeem. Daarin worden de activiteiten per
klant gevolgd. Op dit moment wordt deze informatie nog maar in beperkte mate gebruikt voor managementrapportages
en monitoring. Nu duidelijk is dat Coevorden haar re-integratiebeleid in eigen beheer zal blijven uitvoeren en niet
uitbesteedt aan Emmen zal de komende tijd ook zwaarder ingezet worden op het volgen van klanten en monitoring van
de resultaten.
Budget en uitgavenBudget en uitgavenBudget en uitgavenBudget en uitgaven
Het financiële plaatje voor het re-integratiebeleid ziet er als volgt uit:
Onderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid re----integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden •••• Bestuurlijk rapportBestuurlijk rapportBestuurlijk rapportBestuurlijk rapport
VI
Tabel 2Tabel 2Tabel 2Tabel 2
Overzicht van budget en uitgaven werkdeel, inclusief loonkostensubsidie (2007Overzicht van budget en uitgaven werkdeel, inclusief loonkostensubsidie (2007Overzicht van budget en uitgaven werkdeel, inclusief loonkostensubsidie (2007Overzicht van budget en uitgaven werkdeel, inclusief loonkostensubsidie (2007----2010)2010)2010)2010)
ToegekeToegekeToegekeToegekendndndnd BudgetBudgetBudgetBudget
MeegenomenMeegenomenMeegenomenMeegenomen van vorig jaarvan vorig jaarvan vorig jaarvan vorig jaar OntvangstenOntvangstenOntvangstenOntvangsten
BeschikbaarBeschikbaarBeschikbaarBeschikbaar budgetbudgetbudgetbudget UitgavenUitgavenUitgavenUitgaven
Overschot/Overschot/Overschot/Overschot/ TekortTekortTekortTekort
2007 2.617.930 -241.820 189.490 2.565.610 2.715.990 -150.380
2008 2.873.700 -150.380 166.610 2.889.920 2.965.850 -75.930
2009 3.406.080 -75.930 10.170 3.340.330 3.538.570 -198.250
2010* 2.567.180 -198.250 72.430 2.441.360 2.950.590 -509.230
* voorlopige cijfers
Bron: Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Kernkaart en gemeente Coevorden
Uit de gegevens blijkt dat met name in 2009 en 2010 een fors tekort is ontstaan op het re-integratiebudget. In 2010 is
dit opgelopen tot 0,509 mln euro. Dit kan onder meer verklaard worden door de hogere instroom van
bijstandsgerechtigden als gevolg van de economische crisis. De grootste overschrijdingen hebben plaatsgevonden in
een aantal projecten van de Bentheimer. Team Werk geeft aan dat een aantal opbrengsten niet is in de boekhouding
van 2010 is verwerkt. Zij heeft nog niet aangegeven welke dat zijn, maar waarschijnlijk zijn het derde geldstromen uit de
projecten. Verder zijn er in 2010 veel eenmalige investeringen gedaan in kapitaalgoederen ten behoeve van de
projecten (bijv. wasmachines). In totaal werd in 2010 11% van het totale re-integratiebudget besteed aan
projectmanagement en exploitatiekosten.
Onduidelijk is verder of de gemeente inmiddels andere budgetten gebruikt om de extra uitgaven op re-integratie en
participatie te bekostigen. Wel mag worden geconcludeerd dat de financiële situatie zorgelijk is. Het tekort op het
Rijksbudget over 2010 gaat ten koste van het re-integratiebudget voor 2011.
Er is ook gekeken naar de financiële risico’s en verplichtingen die de gemeente aangaat met de huidige invulling van het
re-integratiebeleid. Daarbij moet in ogenschouw worden genomen dat de gemeente dit risico steeds moet afwegen
tegen het risico dat ze loopt op het inkomensdeel van de Wwb. Coevorden heeft er voor gekozen het budget voor het
werkdeel van de Wwb volledig te benutten om zo tekorten op het inkomensdeel trachten te voorkomen. Bovendien is dit
een voorwaarde van het Ministerie van Sociale Zaken om als gemeente een beroep te kunnen doen op een Incidenteel
Aanvullende Uitkering (IAU) op het inkomensdeel.
Op het werkdeel probeert het Team Werk de financiële risico’s en verplichtingen zoveel mogelijk te beperken door:
• flexibele huur van gebouw De Bentheimer, geen langlopend huurcontract;
• zo veel mogelijk tijdelijke contracten voor het personeel van het team van de Bentheimer;
• bedrijfsmatige risico’s worden gedragen door partners in het project of zijn overzienbaar;
• projecten kunnen worden opgeheven of juist worden opgestart om zo flexibel in te kunnen spelen op dynamiek in
de instroom van bijstandsgerechtigden of nieuw beleid (bezuinigingen) van de rijksoverheid.
Conclusie ten aanzien van uitvoeringConclusie ten aanzien van uitvoeringConclusie ten aanzien van uitvoeringConclusie ten aanzien van uitvoering
Tijdens het evaluatieonderzoek is zowel ambtelijk als bestuurlijk veel enthousiasme aangetroffen over het huidige
functioneren van De Bentheimer en de projecten die hieronder draaien. Ook externe partijen als het georganiseerde
bedrijfsleven zijn enthousiast over de actieve rol die de gemeente bij de re-integratie speelt. Het gemeentelijke
Onderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid re----integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden •••• Bestuurlijk rapportBestuurlijk rapportBestuurlijk rapportBestuurlijk rapport
VII
schaalniveau waarop de projecten plaatsvinden en de maatschappelijke meerwaarde die geleverd wordt, spreken veel
mensen aan. Het team Werk is er zelf van overtuigd dat re-integratie zowel doeltreffender als doelmatiger verloopt sinds
zij de re-integratie zelf uitvoert. Op dit moment is er echter te weinig cijfermateriaal voorhanden waarmee deze stelling
volledig kan worden onderbouwd. De financiële macrocijfers laten zien dat de totale uitgaven voor re-integratie in 2009
en 2010 flink omhoog gegaan zijn, waardoor het tekort op het re-integratiebudget is opgelopen. De kosten per traject
zijn wel gedaald.
4. In hoeverre is het beleid aanpasbaar aan wisselingen in de marktomstandigheden en in
hoeverre is het beleid daarop daadwerkelijk aangepast?
De gemeente Coevorden moet steeds een afweging maken tussen de financiële risico’s die de gemeente loopt op het
inkomensdeel en de financiële risico’s die zij loopt op het werkdeel van de Wwb. Coevorden kiest er voor om het
beschikbare budget voor het werkdeel steeds maximaal in te zetten om zodoende het maximale te doen om mensen
terug te leiden naar werk en daarmee het financiële risico op overschrijdingen in het inkomensdeel te verkleinen. Ook is
het een voorwaarde van het Rijk om als gemeenten voor Incidenteel Aanvullende Uitkering op het inkomensdeel in
aanmerking te komen.
De belangrijkste wisselingen in marktomstandigheden en daarmee risico’s worden gevormd door:
• hogere of lagere instroom in re-integratie dan begroot in relatie tot een mogelijke inflexibiteit in de organisatie;
• verlaging van het beschikbare rijksbudget voor re-integratie.
Hogere of lagere instroomHogere of lagere instroomHogere of lagere instroomHogere of lagere instroom
De economische crisis heeft aantoonbaar geleid tot een hogere instroom in de re-integratie in 2009 en 2010. In 2009
was er door de crisis bovendien sprake van een moeizame uitstroom. Dit heeft geleid tot een flinke groei in het aantal
re-integratietrajecten. Anderzijds kan bij hoogconjunctuur het aantal re-integratietrajecten flink teruglopen. De
gemeente anticipeert daar in zoverre op dat zij in dat geval meer aandacht besteedt aan de makkelijk bemiddelbare
werkzoekenden en er minder aandacht uitgaat naar de moeilijke klanten met een grote afstand tot de arbeidsmarkt. In
tijden van hoogconjunctuur, als het Wwb-bestand weer wat afneemt, wordt vanuit het re-integratiebudget weer meer
ingezet op de moeilijk bemiddelbaren.
In de 2010 is de uitstroom uit de Wwb in Coevorden flink hoger dan begroot, ondanks de nog altijd moeilijke
arbeidsmarkt. Op basis hiervan mag de voorzichtige conclusie worden getrokken dat Coevorden met haar re-
integratiebeleid goed heeft ingespeeld op de recessie.
Vanaf 2009 is de gemeente de re-integratie tevens in eigen beheer gaan uitvoeren. Ze heeft daarvoor in 2010 een flink
aantal investeringen gedaan en personeel aangetrokken die de re-integratieprojecten uitvoeren en cliënten begeleiden.
Hierdoor bestaat het risico dat wanneer het aantal re-integratietrajecten terugloopt er overcapaciteit dreigt. Team Werk
heeft aangeven dit risico zoveel mogelijk te willen beperken door:
• personeel zo flexibel mogelijk in te huren (jaarcontracten en detacheringen);
• de huurverplichting van het gebouw De Bentheimer voor slechts voor één jaar aan te gaan; er is geen langlopende
huurverplichting;
Onderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid re----integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden •••• Bestuurlijk rapportBestuurlijk rapportBestuurlijk rapportBestuurlijk rapport
VIII
• de aangeschafte kapitaalgoederen die binnen projecten worden gebruikt verwacht men te kunnen worden
doorverkopen of terugverkopen als een project wordt beëindigd.
Verlaging reVerlaging reVerlaging reVerlaging re----integraintegraintegraintegrattttiebudget Rijksoverheidiebudget Rijksoverheidiebudget Rijksoverheidiebudget Rijksoverheid
De Rijksoverheid beziet of er niet bezuinigd kan worden op de uitgaven. Uiteraard wordt dan ook gekeken naar zowel het
inkomensdeel als het werkdeel van de Wwb. Het kabinet Rutte heeft voor 2012 flinke bezuinigingen aangekondigd.
Daarnaast zal ook de Wet Werken naar Vermogen ingevoerd gaan worden. Coevorden lijkt hierop goed voorbereid. Zij
heeft de uitvoering van het werkdeel zo flexibel mogelijk ingevuld. Doordat ze al bezig is met het ontschotten van alle
budgetten voor arbeidsdeelname, re-integratie en arbeidsparticipatie loopt ze feitelijk al op de nieuwe wet vooruit. Ook
de nauwe samenwerking met het lokale bedrijfsleven past goed binnen dit denken. Wel is er in 2010 nog een flinke
overschrijding geweest op het beschikbare budget.
5. In hoeverre is het beleid doeltreffend en doelmatig?
Er is gekeken naar zowel doeltreffendheid als doelmatigheid van het re-integratiebeleid. Om een en ander in perspectief
te plaatsen zijn ook de achtergronden van dat beleid in beeld gebracht en zijn de resultaten van Coevorden daar waar
mogelijk vergeleken met de resultaten in: Emmen, Hardenberg, Hoogeveen en Meppel.
Achtergronden en externe factorenAchtergronden en externe factorenAchtergronden en externe factorenAchtergronden en externe factoren
• Voldoende werkgelegenheid is voor mensen met een uitkering een voorwaarde om te kunnen uitstromen.
Coevorden kent een redelijke groei van het aantal banen. Tussen 2006-2010 nam de werkgelegenheid met 4,5%
toe. Door de economische crisis was er tussen 2008-2010 sprake van een daling van de werkgelegenheid met -
1,9%. Coevorden bezet hiermee in de benchmark een middenpositie;
• De Ww is verantwoordelijk voor de grootste instroom in de bijstand. Het aantal Ww’ers is tussen 2004 en 2008
flink gedaald. Door de economische crisis is de werkloosheid in 2009-2010 weer flink toegenomen. In Coevorden
valt dit echter mee in vergelijking met de referentiegemeenten;
• Het aantal Wwb uitkeringen is in Coevorden flink toegenomen vanaf het eerste kwartaal 2009, na eerder tussen
2006-2008 te zijn gedaald. De aanwas van het aantal Wwb uitkeringen is in Coevorden hoger dan in de
referentiegemeenten;
• Als het aantal Wwb uitkeringen wordt gerelateerd aan het aantal inwoners tussen 20-65 jaar dan doet 3,1% van
die groep een beroep op een uitkering. Daarmee doet Coevorden het beter dan Emmen, maar slechter dan Meppel
en Hardenberg.
• Het aantal instromers op het totale Wwb-bestand beslaat in Coevorden in 2009 43%. Daarmee doet alleen
Meppel het beter (38%). De overige gemeenten hebben een hoger instroompercentage.
Resultaten doeltreffendheidResultaten doeltreffendheidResultaten doeltreffendheidResultaten doeltreffendheid
Bij de doeltreffendheid moet onderscheid worden gemaakt tussen kwalitatievekwalitatievekwalitatievekwalitatieve doelen en kwantitatieve kwantitatieve kwantitatieve kwantitatieve doelen.
Kwalitatieve doelenKwalitatieve doelenKwalitatieve doelenKwalitatieve doelen
Belangrijke kwalitatieve doelen van het Coevorder re-integratiebeleid zijn:
• maatschappelijke participatie: inwoners die aangewezen zijn op een uitkering worden verzocht niet stil te zitten,
maar actief mee te doen en alles in het werk te stellen in het eigen onderhoud te voorzien (Work First);
Onderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid re----integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden •••• Bestuurlijk rapportBestuurlijk rapportBestuurlijk rapportBestuurlijk rapport
IX
• Het terugbrengen van de menselijke maat door de diverse infrastructuren voor dagbesteding, integratie, re-
integratie, onderwijs en sociale werkgelegenheid samen te brengen;
• Ontschotten van de beschikbare sociale zekerheidsbudgetten;
• Coevorden wil re-integratie en participatie zo dicht bij mogelijk, liefst in de eigen gemeente organiseren. Daarbij
wil zij gebruik maken van de initiatieven en voorzieningen die zijn opgezet in het kader van of door de “Couleur
Locale”.
• Creëren van maatschappelijk meerwaarde met projecten om zodoende naast de uitstroom van
uitkeringsgerechtigden het maatschappelijk draagvlak onder burgers en bedrijven te verhogen.
De gemeente Coevorden voert in 2010 600 re-integratietrajecten uit op 680 personen in de bijstand, ofwel gemiddeld
krijgt 90% van de Wwb-klanten een re-integratietraject aangeboden. De re-integratie wordt lokaal opgepakt vanuit de
Bentheimer. Van daaruit worden in Coevorden en omstreken projecten uitgevoerd. Een aantal daarvan heeft buiten het
re-integratiedoel een duidelijke maatschappelijk meerwaarde. De conclusie is dan ook gerechtvaardigd dat de
gemeente Coevorden haar kwalitatieve doelen heeft bereikt en op dat vlak doeltreffend is.
De Wet WIJ die vanaf 2009 is ingevoerd, zet in op het tegengaan van jeugdwerkloosheid en daarmee het doorbreken van
de generatiewerkloosheid. Vanuit de Wet WIJ zijn personen bij de aanvraag van inkomensondersteuning verplicht ofwel
een leertraject te volgen en via scholing een startkwalificatie te halen danwel werk te accepteren. Ook een combinatie
van leren en werken is mogelijk. Met de Wet Wij heeft de gemeente daarmee een instrument in handen om de groep
bijstandgerechtigden jonger dan 27 jaar te verkleinen.
Kwantitatieve doelenKwantitatieve doelenKwantitatieve doelenKwantitatieve doelen
De gemeente Coevorden heeft als kwantitatieve streefwaarden voor 2010 benoemd dat er 561 personen in de Wwb
zouden mogen zitten en 110 in de WIJ. Uiteindelijk waren er 552 personen geregistreerd in de Wwb en 108 in de WIJ.
De streefwaarden zijn daarmee gehaald. Er zijn geen prestatiedoelen afgesproken als het gaat om de totale uitstroom,
de mate van duurzame uitstroom of het aantal treden dat personen moeten stijgen op de participatieladder. Doordat
dit soort kwantitatieve doelen ontbreken kan er ook niet aan worden getoetst. Op basis van de benchmark met andere
gemeenten op basis van de Wwb kernkaart kunnen de volgende constateringen worden gedaan:
• Het aantal uitgevoerde re-integratietrajecten is in de eerste helft van 2010 flink toegenomen ten opzichte van
vorige jaren. Een deel van de verklaring zit in het feit dat er een groot WIJ/Wwb bestand is als gevolg van de crisis.
Daarbij is de gemeente verplicht personen die in de WIJ zitten een leer- of werktraject aan te bieden. Veel daarvan
kiezen voor een werktraject; Bovendien past dit bij de Work First aanpak.
• In 2009 zijn er 160 uitstromers, dit is 19% van het totale Wwb-bestand. Daarmee presteert Coevorden het minst
goed van alle referentiegemeenten. Wel moet opgemerkt worden dat in 2010 de uitstroom fors is toegenomen
naar 273. Er zijn echter nog geen vergelijkbare cijfers voorhanden voor de referentiegemeenten.
• Uitstroom naar werk is een graadmeter voor de duurzaamheid van de uitstroom. Van de totale uitstroom, stroomt
tussen 2004 en 2008 gemiddeld 40-60% uit naar werk. In 2009 zat het percentage met 29% daar flink onder en
daarmee op een ondergrens.
• Volgens de definitie van de Kernkaart Wwb van het Ministerie van Sociale Zaken is er sprake van terugval als
iemand binnen 12 maanden na het moment van uitstroom wederom een bijstandsuitkering heeft aangevraagd. In
dat geval is derhalve sprake van een terugvalsituatie of draaideurcliënt. In Coevorden viel in 2009 22% van de
Onderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid re----integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden •••• Bestuurlijk rapportBestuurlijk rapportBestuurlijk rapportBestuurlijk rapport
X
mensen terug in de bijstand na in de 12 maanden daarvoor te zijn uitgestroomd. Dit is hoog in vergelijking met de
jaren daarvoor, maar relatief laag in vergelijking tot de referentiegemeenten.
Over de hele linie beschouwd, is Coevorden op de kwantitatieve doelen op het gebied van re-integratie niet meer of
minder doeltreffend dan de referentiegemeenten. Over het algemeen bekleedt de gemeente een middenpositie.
Resultaten doelmatigheidResultaten doelmatigheidResultaten doelmatigheidResultaten doelmatigheid
De doelmatigheid van het beleid kan worden onderzocht door de totale kosten voor re-integratie om te slaan over het
totaal aantal trajecten, het aantal uitstromers en de duurzame uitstromers. Op deze manier kunnen de kosten per
uitstromer of traject worden berekend. Bij de kosten per traject kan Coevorden worden vergeleken met de
referentiegemeenten.
• Als wordt gekeken naar de kosten van de uitstroom dan bedragen de kosten voor re-integratie per uitstromer over
de periode 2004-2010 gemiddeld tussen 10.000 en 15.000 euro per jaar. Opvallend is dat in 2009 de kosten
met 22.000 euro per uitstromer veel hoger waren. In 2010 zijn de kosten met 12.000 euro per uitstromer weer
conform het gemiddelde. Gegevens van referentiegemeenten zijn helaas hier niet beschikbaar.
• In 2007 lagen de kosten per re-integratietraject met € 8.750 het hoogste in Coevorden. De kosten per traject zijn
sindsdien gedaald tot € 4.320 per traject. In 2009 kostte een traject 6.680 euro. Daarmee zit Coevorden in 2010
in de middenmoot in vergelijking met de referentiegemeenten.
De gemeente Coevorden kiest ervoor het budget voor re-integratie volledig te benutten. In 2009 en 2010 is er echter
sprake geweest van flinke overschrijdingen. Voor die uitgaven zijn ook wel meer re-integratietrajecten uitgevoerd. In
termen van kosten per traject was Coevorden in 2007 en 2008 minder doelmatig dan de referentiegemeenten. In 2009
en 2010 is de doelmatigheid in Coevorden verbeterd.
Conclusie doeltreffendheid en doelmatigheidConclusie doeltreffendheid en doelmatigheidConclusie doeltreffendheid en doelmatigheidConclusie doeltreffendheid en doelmatigheid
Door de economische crisis is in Coevorden de werkgelegenheid gedaald en de werkloosheid gestegen. Ook de
referentiegemeenten hebben hier mee te kampen gehad. Coevorden bekleedt ten opzichte van de referentiegemeenten
qua werkgelegenheidsdaling en stijging van de werkloosheid een middenpositie. Deze ontwikkeling heeft in Coevorden
geleid tot een toename van het aantal Wwb-aanvragen. Met name in de Wet WIJ (<27 jaar) is er sprake van een flinke
instroom.
Het aantal Wwb-ers beslaat begin 2011 700 personen ofwel een groei van 23% ten opzichte van begin 2008, Het
aantal re-integratietrajecten is in de eerste helft van 2010 hoger dan ooit.
In 2009 was het moeilijk mensen uit te laten stromen uit de Wwb, er stroomden 190 personen uit de bijstand, in 2010
ging dit aanmerkelijk beter en stroomden er 273 personen uit. Hetgeen veel hoger was dan de taakstelling van 145
personen. De kosten per uitstromer bedroegen in 2009 € 22.000 euro hetgeen in vergelijking met voorgaande jaren erg
hoog was. In 2010 bedragen de kosten per uitstromer € 11.000 euro. Daarmee zijn de kosten weer op het normale
niveau beland.
Onderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid re----integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden •••• Bestuurlijk rapportBestuurlijk rapportBestuurlijk rapportBestuurlijk rapport
XI
6. Hoofdconclusie
Op basis van het onderzoek kunnen de volgende hoofdconclusies worden getrokken:
1. De gemeente Coevorden geeft zeer actief uitvoering aan haar re-integratiebeleid door het aansturen en
zelfstandig uitvoeren van tal van projecten waarin trajecten worden aangeboden die zijn toegesneden op de
vraag van de cliënten. Ongeveer 90% van de bijstandsgerechtigden is actief in een re-integratietraject.
Daarmee wordt goed invulling gegeven aan het uitgangspunt van maatschappelijke participatie. In dat kader
wordt het door het Rijk ter beschikking gestelde re-integratiebudget dan ook (meer dan) volledig benut;
2. De Wet WIJ stelt de gemeente Coevorden in staat het aantal jonge bijstandsgerechtigden terug te dringen en
generatiewerkloosheid aan te pakken. Personen jonger dan 27 jaar die bijstand aanvragen zijn verplicht een
leer- of werktraject dan wel een leer-werktraject te volgen;
3. Met haar aanpak waarin de budgetten voor re-ïntegratie zijn ontschot speelt Coevorden goed in op de Wet
Werken naar Vermogen die naar verwachting in 2012 zal worden ingevoerd ter vervanging van de Wwb;
4. De gemeente Coevorden speelt goed in op de ontwikkelingen op de lokale arbeidsmarkt door een nauwe
samenwerking met het lokale bedrijfsleven (Parkmanagement Coevorden en Industrievereniging Coevorden);
5. De doelmatigheid, in termen van kosten per traject, is sterk verbeterd tussen 2007 en 2010 en is in 2009
ongeveer gelijk aan die in de referentiegemeenten.
6. Het re-integratiebeleid in Coevorden is doeltreffend. De realistische doelstellingen voor de uitstroom (145
uitstromers) zijn met 270 uitstromers in 2010 gehaald;
7. De gemeente Coevorden beschikt nog niet over een systematiek voor diagnose waarbij cliënten worden
ingeschaald op de participatieladder en waarna de vorderingen van de cliënten worden gemonitord;
8. Het ontbrak tot maart 2011 aan uitgebreide managementinformatie;
9. In 2009 en 2010 is er sprake van een forse overschrijding van het Rijksbudget;
10. De kwalitatieve resultaten van het re-integratiebeleid worden gecommuniceerd en zichtbaar gemaakt, de
kwantitatieve successen niet.
Onderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid re----integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden •••• Bestuurlijk rapportBestuurlijk rapportBestuurlijk rapportBestuurlijk rapport
XII
6. Aanbevelingen
Naar aanleiding van de onderzoeksresultaten formuleert de rekenkamercommissie de volgende aanbevelingen aan de
Gemeenteraad en aan het College van B&W.
Aanbevelingen aan de Raad:
1. De Raad moet in zijn reguliere P&C cyclus laten opnemen dat hij zich laat informeren over de instroom,
doorstroom en uitstroom in de re-integratie, het aantal trajecten, het terugvalpercentage en de uitgaven aan
re-integratie in relatie tot het budget. De Raad moet aansluitend op basis van deze informatie, samen met het
College van B&W, kwantitatieve doelen vaststellen voor het re-integratiebeleid.
2. De Raad moet zich uitspreken over de hoogte van het tekort op het Rijksbudget voor re-integratie. Moet dit
tekort worden teruggebracht en zo ja hoe? Dit kan bijvoorbeeld via verhoging van de inkomsten uit derde
geldstromen of door het verlagen van de kosten.
3. Draag het College van B&W op de Gemeenteraad te informeren over de Wet Werken naar Vermogen en de
implicaties hiervan voor het gemeentelijke re-integratiebeleid binnen 3 maanden na het van kracht worden
van deze wet.
Aanbevelingen voor het College van B&W:
1. Maak het re-integratiebeleid beter meetbaar en stuurbaar door naast kwalitatieve doelen ook meer
kwantitatieve doelen te formuleren.
2. Voer een diagnosesystematiek in op basis waarvan cliënten kunnen worden ingeschaald op de
participatieladder, monitor aansluitend de vooruitgang van de cliënten op deze participatieladder en
analyseer het cliëntenbestand op basis van deze diagnosesystematiek en dit monitoringsysteem.
3. Schep binnen een half jaar duidelijkheid over de definitieve juridische en organisatorische status van De
Bentheimer waarbij de keuze ligt tussen enerzijds het verzelfstandigen c.q. uitplaatsen van de Bentheimer of
anderzijds het behouden van de Bentheimer als gemeentelijke afdeling. Wanneer de Bentheimer een
gemeentelijke afdeling blijft, zorg dan voor een duidelijke, separate administratie van deze afdeling.
Onderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid re----integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden •••• Bestuurlijk rapportBestuurlijk rapportBestuurlijk rapportBestuurlijk rapport
XIII
Aan:
Bestuurlijk wederhoor door college van B&W
[Besloten door het college van B&W op 4 oktober 2011; integraal overgenomen:]
De voorzitter van de rekenkamercommissie
gemeente Coevorden
Uw brief :
Burgerservicenr. :
Afdeling :
Behandeld door : drs. J.C.W. Beukert, tel. (0524) 598657
Kenmerk :
Bijlage(n) :
Coevorden : 30 september 2011 verz.:
Onderwerp : bestuurlijk wederhoor rapport re-integratiebeleid
Geachte voorzitter,
Hierbij treft u aan onze reactie op de aanbevelingen van uw rapport re-integratiebeleid. Onze reactie is allereerst
algemeen; daarna zal worden ingegaan op de aanbevelingen.
Algemeen
Het stemt ons tevreden dat ook u op basis van uw bevindingen tot de conclusie komt dat de gemeente Coevorden op
een zeer actieve wijze uitvoering en invulling geeft aan haar re-integratiebeleid. Het steunt ons in de pro-actieve wijze
waarop wij met dit taakonderdeel omgaan.
Normaliter zou de conclusie op basis van zo’n rapport zijn: “vooral doorgaan zo”; echter zoals ook u bekend zal de
regelgeving op dit onderdeel (Wet Werken naar Vermogen) fundamenteel worden gewijzigd. Ook de budgetten zullen
fors dalen. Ondanks de succesvolle manier waarop wij nu invulling geven aan ons re-integratie beleid zal onze aanpak
daarmee ingrijpend moeten worden aangepast. Op dit moment zit Coevorden in een transitie-fase naar deze nieuwe
wetgeving. Dit heeft ook consequenties ten aanzien van uw aanbevelingen.
Postadres:
Postbus 2
7740 AA Coevorden
Tel. 0524-598598
Fax 0524-598555
E-mail: [email protected]
Website: www.coevorden.nl
Onderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid re----integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden •••• Bestuurlijk rapportBestuurlijk rapportBestuurlijk rapportBestuurlijk rapport
XIV
Aanbeveling 1 (voor de gemeenteraad)Aanbeveling 1 (voor de gemeenteraad)Aanbeveling 1 (voor de gemeenteraad)Aanbeveling 1 (voor de gemeenteraad)
De raad moet in zijn reguliere P&C cyclus laten opnemen dat hij zich laat informeren over de instroom, doorstroom en
uitstroom in de re-integratie, het aantal trajecten, het terugvalpercentage en de uitgaven aan re-integratie in relatie tot
het budget. De Raad moet aansluitend op op basis van deze informatie, samen met het college van b en w,
kwantitatieve doelen vaststellen voor het re-integratiebeleid.
Reactie college: Deze aanbeveling is gericht aan de gemeenteraad. Het college heeft overigens toegezegd dat ook
buiten de reguliere p en c cyclus informatie terzake zal worden verstrekt. Bovendien zal de raad om een mening worden
gevraagd.
Aanbeveling 2 (voor de gemeenteraad)Aanbeveling 2 (voor de gemeenteraad)Aanbeveling 2 (voor de gemeenteraad)Aanbeveling 2 (voor de gemeenteraad)
De raad moet zich uitspreken over de hoogte van het tekort op het rijksbudget voor re-integratie. Moet dit tekort worden
teruggebracht en zo ja hoe? Dit kan bijvoorbeeld via verhoging van de inkomsten uit derde geldstromen of door het
verlagen van de kosten
Reactie college: Deze aanbeveling is gericht aan de gemeenteraad.
Aanbeveling 3 (voor de gemeenteraad)Aanbeveling 3 (voor de gemeenteraad)Aanbeveling 3 (voor de gemeenteraad)Aanbeveling 3 (voor de gemeenteraad)
Draag het college van b en w op de gemeenteraad te informeren over de Wet Werken naar Vermogen en de impicaties
hiervan voor het gemeentelijke re-integratiebeleid binnen 3 maanden na het van kracht worden van deze wet.
Reactie college: Hoewel deze aanbeveling in principe aan de gemeenteraad is gericht kunnen wij als college instemmen
met deze aanbeveling; als vanzelfsprekend zullen wij de gemeenteraad over de omvang en implicaties van deze nieuwe
wet informeren. Op dit moment zijn de consequenties nog niet in de volle omvang bekend.
Aanbeveling 1 (voor het college vAanbeveling 1 (voor het college vAanbeveling 1 (voor het college vAanbeveling 1 (voor het college van b en w):an b en w):an b en w):an b en w):
Maak het re-integratiebeleid beter meetbaar en stuurbaar door naast kwalitatieve doelen ook meer kwantitatieve
doelen te formuleren
Reactie college: deze aanbeveling wordt overgenomen; inmiddels zijn acties opgestart om de door u geconstateerde
tekortkomingen te verbeteren.
Onderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid re----integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden •••• Bestuurlijk rapportBestuurlijk rapportBestuurlijk rapportBestuurlijk rapport
XV
Aanbeveling 2 (voor het college van b en w):Aanbeveling 2 (voor het college van b en w):Aanbeveling 2 (voor het college van b en w):Aanbeveling 2 (voor het college van b en w):
Voer een diagnosesystematiek in op basis waarvan clienten kunnen worden ingeschaald op de participatieladder,
monitor aansluitend de voortgang van de clienten op deze participatieladder en analyseer het clientenbestand op basis
van deze diagnosesystematiek en dit monitoringsysteem.
Reactie college: deze aanbeveling wordt vooralsnog niet overgenomen; zoals reeds in de algemene inleiding aan u is
toegelicht verkeerd de regelgeving rondom re-integratiebeleid op dit moment in een zgn. transitiefase naar de nieuwe
Wet Werken naar Vermogen. De consequenties van deze wet zijn fors en omvangrijk en op onderdelen nog onduidelijk.
De verwachting is dat de nieuwe wet zich veel meer zal gaan richten op de verdiencapaciteit van personen in plaats van
op de participatieladder. Mocht na het bekend worden van de definitieve wettekst van de Wwnv blijken dat de
participatieladder alsnog een toegevoegde waarde heeft, dan zal zeker in overweging worden genomen deze alsnog in te
voeren.
Aanbeveling 3 (voor het college van b en w):Aanbeveling 3 (voor het college van b en w):Aanbeveling 3 (voor het college van b en w):Aanbeveling 3 (voor het college van b en w):
Schep binnen een half jaar duidelijkheid over de definitieve juridische en organisatorische status van De Bentheimer
waarbij de keuze ligt tussen enerzijds het verzelfstandigen c.q. uitplaatsen van De Bentheimer of anderzijds het
behouden van de Bentheimer als gemeentelijke afdeling. Wanneer de Bentheimer een gemeentelijke afdeling blijft, zorg
dan voor een duidelijke, separate administratie van deze afdeling.
Reactie college: deze aanbeveling wordt overgenomen. Een voorstel terzake is in een afrondende fase en zal zeer
binnenkort aan de gemeenteraad worden voorgelegd. Ook hierin worden de keuzes die hierin worden gemaakt
“gekleurd” door de op stapel staande wettelijke veranderingen (Wet Werken naar Vermogen).
Hoogachtend,
namens het college van burgemeester en wethouders van Coevorden,
de secretaris de burgemeester
M.N.J. Broers B.J. Bouwmeester
Onderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid re----integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden •••• Bestuurlijk rapportBestuurlijk rapportBestuurlijk rapportBestuurlijk rapport
XVI
Nawoord Rekenkamercommissie Coevorden
De Rekenkamercommissie Coevorden is tevreden dat het college van Burgemeester en Wethouders zich in dit rapport
herkent en dat het de aanbevelingen overneemt. Bij drie reacties op aanbevelingen heeft de rekenkamercommissie een
opmerking.
Ten eerste, bij Aanbeveling 1 aan het college, meldt het college in zijn reactie dat het inmiddels acties heeft opgestart
om de tekortkomingen te verbeteren. De rekenkamercommissie verzoekt het college om de raad te informeren over de
uitkomsten van deze acties.
Ten tweede, bij Aanbeveling 2 aan het college: De rekenkamercommissie leest in deze reactie dat het college zich sterk
afvraagt, of na invoering van de Wet werken naar vermogen (Wwnv) de participatieladder nog wel toegevoegde waarde
heeft en dat dus eerst hierover helderheid moet komen. De rekenkamercommissie noemt in deze aanbeveling echter de
participatieladder slechts als middel voor het doel van een eenvoudige systematiek voor diagnose en voortgangsmeting.
Als blijkt dat de Wwnv het huidige centrale meetinstrument - de participatieladder - inruilt voor verdiencapaciteit, dan
blijft het doel van een systematiek voor diagnose en voortgangsmeting staan. Het zou logisch zijn om in dat geval de
verdiencapaciteit als meetinstrument voor diagnose en voortgangsmeting te gebruiken.
Ten derde, bij Aanbeveling 3 aan het college: voor zover op het moment van behandeling van dit rapport in de Politieke
Markt Coevorden dit voorstel nog niet verschenen is, adviseren wij de raad om het college om een concrete termijn te
vragen.
Onderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid re----integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden •••• Bestuurlijk rapportBestuurlijk rapportBestuurlijk rapportBestuurlijk rapport
XVII
Hoofdstuk 1 InleidingInleidingInleidingInleiding
Onderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid re----integratiebeleid gemeenteintegratiebeleid gemeenteintegratiebeleid gemeenteintegratiebeleid gemeente Coevorden Coevorden Coevorden Coevorden •••• InleidingInleidingInleidingInleiding
1
1. Inleiding
1.1 Aanleiding
Met de komst van de Wet Werk en Bijstand (Wwb), die op 1 januari 2004 van kracht is geworden, hebben gemeenten
meer vrijheid gekregen voor de invulling van het eigen bijstands- en re-integratiebeleid. Tegelijkertijd dragen ze hiervoor
de financiële verantwoordelijkheid. Het centrale idee bij deze opzet is dat gemeenten zo worden geprikkeld om het
volume aan bijstandsgerechtigden terug te dringen. Dit dient te gebeuren door een pakket aan instroombeperkende en
uitstroombevorderende maatregelen en door een strakke handhaving van de regels. Tevens bevat de wet een aantal
waarborgen voor de positie van de cliënt. In de loop der tijd zijn er vanuit het Rijk aanpassingen doorgevoerd en hebben
gemeenten, mede door de opgedane ervaringen, hun werkwijzen veranderd. Verder speelt er het voornemen van het Rijk
om ingrijpende veranderingen door te voeren, door de regelingen voor de onderkant van de arbeidsmarkt (Wwb, Wajong,
Wsw) samen te voegen tot de nieuwe Wet werken naar vermogen.
Een aantal specifieke ontwikkelingen op het gebied van re-integratie is voor de Rekenkamercommissie Coevorden
(kortweg: Rekenkamercommissie) aanleiding geweest om het re-integratiebeleid tegen het licht te houden. Ten eerste
heeft de economische crisis ook de gemeente Coevorden getroffen. Hierdoor moet de gemeente hard bezuinigen en
staan alle gemeentelijke uitgaven onder druk, dus ook die voor het re-integratiebeleid. Bovendien is de instroom in de
algemene bijstand gestegen.
Ten tweede kent Coevorden, los van deze ontwikkelingen, van oudsher een zwakke sociaal-economische structuur, met
een relatief hoge werkloosheid en deels een cultuur van werkloosheid die van generatie op generatie wordt
overgedragen. Om deze zichzelf voortstuwende ontwikkeling tegen te gaan, is uitstroom uit de Wwb van groot belang.
De rekenkamercommissie van Coevorden wil om deze redenen graag inzicht krijgen in de wijze waarop het re-
integratiebeleid in de gemeente Coevorden is vormgegeven en verder wordt ontwikkeld. Daarnaast wil zij inzicht krijgen
in doelmatigheid en doeltreffendheid van de uitvoering van het beleid in de praktijk.
1.2 Onderzoeksvragen
Als centrale onderzoeksvraag heeft de Rekenkamercommissie geformuleerd:
‘In hoeverre voert de gemeente Coevorden haar re-integratiebeleid doelmatig uit?’
Onderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid re----integratiebeleid gemeenteintegratiebeleid gemeenteintegratiebeleid gemeenteintegratiebeleid gemeente Coevorden Coevorden Coevorden Coevorden •••• InleidingInleidingInleidingInleiding
2
Deze vraag heeft de Rekenkamercommissie uitgewerkt in een aantal deelvragen:
1. Wat is het re-integratiebeleid?
2. Hoe groot is bij de gemeentelijke bijstand de instroom, doorstroom en uitstroom en hoe definitief is deze
uitstroom?
3. Welke uitgaven zijn hiervoor gedaan?
4. In hoeverre is het beleid aanpasbaar aan wisselingen in de marktomstandigheden en in hoeverre is het beleid
daarop daadwerkelijk aangepast?
5. In hoeverre is het beleid doeltreffend en doelmatig?
De onderzoeksperiode beslaat de periode 1 januari 2007 tot heden, waarin mogelijk verschillende middelen met
verschillende intensiteit zijn ingezet.
1.3 Onderzoeksaanpak
De uitvoering van het onderzoek bestond uit twee onderdelen: deskresearch en interviews. Hieronder worden deze
onderdelen nader toegelicht.
DeskresearchDeskresearchDeskresearchDeskresearch
Om een beeld te krijgen van het (voorgenomen) beleid van de gemeente Coevorden zijn in eerste instantie de relevante
documenten bestudeerd. Het gaat onder meer om het collegeprogramma, beleidsnota’s, verordeningen,
managementrapportages, diverse evaluaties, aanbestedingen en raadsmededelingen.
Verder is een aantal statistische bronnen bestudeerd. Dit geeft een beeld van de arbeidsmarktsituatie en -ontwikkeling
in Coevorden rondom de kernthema’s beroepsbevolking, werkgelegenheid, werkloosheid en de Wwb-populatie. Deze
externe factoren zijn van belang bij de interpretatie van de geconstateerde ontwikkeling van het bijstandsvolume in
Coevorden. Daarnaast is een vergelijking op hoofdlijnen gemaakt met een aantal referentiegemeenten. Een lijst met
geraadpleegde stukken is opgenomen in de bijlagen.
DiepteDiepteDiepteDiepte----interviewsinterviewsinterviewsinterviews
In de eerste plaats zijn gesprekken gevoerd met medewerkers, bestuurders en betrokkenen van de gemeente
Coevorden. Deze gesprekken dienden om een beeld te krijgen van de inhoud van het beleid, het uitvoeringsproces en de
wijze waarop de informatiehuishouding en -voorziening is ingericht. In gesprekken met externe partijen is het verkregen
beeld verder getoetst. Een lijst met gesprekspartners is opgenomen in de bijlagen.
Onderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid re----integratiebeleid gemeenteintegratiebeleid gemeenteintegratiebeleid gemeenteintegratiebeleid gemeente Coevorden Coevorden Coevorden Coevorden •••• InleidingInleidingInleidingInleiding
3
1.4 Leeswijzer
In de hoofdstukken 2, 3 en 4 wordt achtereenvolgend ingegaan op de beleidsontwikkeling, de uitvoering van het re-
integratiebeleid en op de bereikte resultaten. Deze hoofdstukken worden afgesloten met een paragraaf waarin de
onderzoeksvragen worden beantwoord aan de hand van het normenkader en de daarin opgenomen toetsingscriteria. Dit
normenkader is opgenomen in de bijlagen. Of een norm wordt gehaald, is uitgedrukt door middel van de symbolen ++
helemaal gehaald, + gehaald, +/- deels gehaald en – niet gehaald, -- helemaal niet gehaald. In het afsluitende
hoofdstuk 5 zijn de conclusies en aanbevelingen opgenomen.
4
Hoofdstuk 2 BeleidsontwikkelingBeleidsontwikkelingBeleidsontwikkelingBeleidsontwikkeling
Onderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid re----integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden •••• BeleidsontwikkelingBeleidsontwikkelingBeleidsontwikkelingBeleidsontwikkeling
5
2. Beleidsontwikkeling
2.1 Inleiding
Voor de gemeente Coevorden was 2004 een overgangsjaar, waarin de implementatie van de Wwb is voorbereid. In de
periode 2004 tot nu is het re-integratiebeleid verder vormgegeven.
Voor het geformuleerde beleid rond re-integratie zijn voor wat betreft de onderzoeksperiode (2007-2011) met name van
belang:
• verordeningen Wwb, WIJ;
• beleidsplan Werk en Inkomen 2007-2010;
• hoofdlijnennotitie uitvoering Integraal Sociaal Beleid Coevorden (september 2009) en de Kadernotitie waarin
wordt aangegeven hoe Coevorden de lokale regie op het gebied van participatie en toeleiding tot de arbeidsmarkt
voor Wwb-ers en Wsw-ers wil invullen;
• notitie Couleur Locale, 2009 die ingaat op de inzet op lokale, kleinschalige projecten (maatwerk).
2.2 Wat er vooraf ging: periode 2002-2006
Beleidsprogramma 200Beleidsprogramma 200Beleidsprogramma 200Beleidsprogramma 2002222----2002002002006666
In het Beleidsprogramma 2002-2006 (dus vastgesteld vóór de invoering van de Wwb) wordt als relevante doelstelling
voor re-integratie geformuleerd dat het accent zal liggen op meer mensen aan het werk en minder mensen aan de kant.
Als betaald werk (nog) niet tot de mogelijkheden behoort, is men op sociale activering (onder andere vrijwilligerswerk)
aangewezen. Als activiteiten om deze doelen te bereiken worden benoemd:
• het voeren van een actief uitstroombeleid door gebruikmaking van ingekochte scholings- of re-integratietrajecten,
gesubsidieerde arbeid en premieregelingen;
• het ontwikkelen van sociale activeringsprojecten.
In dit programma wordt de samenhang met economische ontwikkeling benadrukt als het gaat om werk en met cultuur
en sport als het gaat om activering en vrijwilligerswerk. Verder wordt gesteld dat de uitvoering zich binnen de bestaande
budgetten zal afspelen.
In de beleidsplancyclus nemen de meerjarenprogramma’s een belangrijke plaats in. Ze spelen een grote rol bij de
kaderstelling door de gemeenteraad.
Onderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid re----integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden •••• BeleidsontwikkelingBeleidsontwikkelingBeleidsontwikkelingBeleidsontwikkeling
6
2.3 Beleidsstukken 2007-2011
In deze paragraaf worden chronologische volgorde de bestuurlijke stukken en beleidsdocumenten die betrekking
hebben op de re-integratie kort uitgewerkt.
Bestuursprogramma 2006Bestuursprogramma 2006Bestuursprogramma 2006Bestuursprogramma 2006----2010201020102010
In het vierjarenprogramma (Coevorden werkt, bestuursprogramma 2006-2010) was de doelstelling voor wat betreft het
re-integratiebeleid geformuleerd als het vergroten van de maatschappelijke participatie van inwoners die zijn
aangewezen op een uitkering. Zij werden, niet vrijblijvend, gevraagd actief mee te doen en zich maximaal in spannen om
door betaald werk in het eigen onderhoud te voorzien. De activiteiten die hiervoor zouden worden ondernomen zijn
geherformuleerd als:
• uitkeringsgerechtigden met een grote afstand tot de arbeidsmarkt worden via scholings- en activeringstrajecten
gemotiveerd en in staat gesteld weer betaald of gesubsidieerd werk te vinden;
• uitkeringsgerechtigden voor wie deze trajecten (tijdelijk) een stap te ver is, worden betrokken bij maatschappelijke
participatietrajecten in bijvoorbeeld de zorg of de sport.
BeleidsplBeleidsplBeleidsplBeleidsplan Werk en Inkomen 2007an Werk en Inkomen 2007an Werk en Inkomen 2007an Werk en Inkomen 2007----2010201020102010
In 2007 werd de organisatie van de uitvoering van het re-integratiebeleid in het Beleidsplan Werk en Inkomen 2007-
2010 als volgt voorgesteld. De gemeenten Emmen en Coevorden, het CWI en het UWV gaan in toenemende mate
samenwerken in de keten van werk en inkomen. De verwachting werd uitgesproken dat dit zou gaan leiden tot het
“samenwonen” in Qwink, een bedrijfsverzamelgebouw in Emmen. De naam Qwink wordt overigens nu niet meer
gebruikt, het staat nu bekend als het Werkplein Zuidoost-Drenthe.
De vertrekpunten daarbij waren:
• het zoeken naar werk en het aanvragen van een uitkering zijn niet langer gescheiden trajecten;
• werk staat in het totale dienstverleningsproces voorop, al bij de eerste melding wordt gekeken of er mogelijkheden
voor werk zijn;
• de betrokken organisaties zorgen voor een sluitende keten.
Het beleid voor het werkdeel werd als volgt verwoord:
• mensen worden geleid naar werk en er wordt ingezet op zoveel mogelijk tevreden klanten, zowel onder
werkzoekenden als onder werkgevers;
• matching is essentieel, alle inspanningen op zowel de vraag- als aanbodkant van de arbeidsmarkt moeten in de
matching bij elkaar worden gebracht en moeten leiden tot resultaat, dat wil zeggen uitstroom naar werk en
vervulling van vacatures;
• gekozen wordt voor een meer vraaggerichte benadering van de re-integratie van werkzoekenden naar de
arbeidsmarkt; hiervoor moet een vollediger beeld ontstaan van de arbeidsvraag vanuit de markt.
De voorgestelde aanpak bestond uit een werkgeversbenadering en een werkzoekendenbenadering.
Bij de werkgeversbenadering werd gekozen voor het onderhouden van nauwe relaties met de werkgevers en hen te
bedienen vanuit bedrijfsverzamelgebouw Qwink (het werkplein). De werkzoekendenbenadering bestond uit een intake
waarin werd bepaald of een werkzoekende perspectiefrijk was of niet.
Onderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid re----integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden •••• BeleidsontwikkelingBeleidsontwikkelingBeleidsontwikkelingBeleidsontwikkeling
7
De perspectiefrijke werkzoekenden zouden worden bediend vanuit het centrale loket waarbij diensten zouden worden
aangeboden als: het bemiddelen naar arbeidsplaatsen en leerwerkplekken, gerichte begeleiding, de inzet van re-
integratieinstrumenten en het inzetten van arrangementen. De werkzoekenden zouden in dat kader worden ingedeeld in
klantprofielen. De volgende klantprofielen of doelgroepen werden onderscheiden: starters, jongeren (jongerenloket),
45+’ers en alleenstaanden.
De werkzoekenden met een grotere afstand tot de arbeidsmarkt zou individueel maatwerk worden geleverd. Daarbij
werden de werkzoekenden aangespoord maatschappelijk actief en gemotiveerd te zijn en te blijven. Als motivatie
ontbrak dan zouden maatregelen worden genomen en negatieve prikkels worden ingebouwd.
Binnen de uitvoering van het re-integratiebeleid stond in 2007 de ontwikkeling van Qwink (het Werkplein) centraal. Het
idee was dat hier alle diensten rondom zowel inkomensdeel als werkdeel van de Wwb konden worden uitgevoerd.
Programmabegroting 2008Programmabegroting 2008Programmabegroting 2008Programmabegroting 2008
In de jaarstukken 2008 was sprake van iets meer detaillering, waarbij de activiteiten in het kader van re-integratie onder
verschillende programma’s werden opgenomen. Noemenswaardig in de programmabegroting 2008 zijn:
• het centraliseren van de afdeling werk, inkomen en zorg tezamen met de ketenpartners, de gemeente Emmen, de
gemeente Coevorden, het UWV en het CWI op onder andere de gebieden bijstandsverlening, re-integratietrajecten
en arbeidsparticipatie;
• de doelstelling om het aantal uitkeringsgerechtigden af te laten nemen van 500 personen tot 300 personen in
2010;
• het sluiten van een sociaal contract met het parkmanagement2 voor plaatsing vanuit de Wwb (inclusief scholing en
begeleiding).
2 Parkmanagement Coevorden (PMC) is een collectief van ondernemers op alle bedrijventerreinen in de gemeente Coevorden dat
(collectieve) diensten verleent aan de bij PMC aangesloten bedrijven.
Onderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid re----integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden •••• BeleidsontwikkelingBeleidsontwikkelingBeleidsontwikkelingBeleidsontwikkeling
8
Programmabegroting 2009Programmabegroting 2009Programmabegroting 2009Programmabegroting 2009
In de programmabegroting 2009 werden de volgende acties benoemd:
• vaststellen van een regionaal beleidsplan in samenwerking met Emmen, UWV en CWI;
• realiseren van werkervaringsplaatsen en arbeidsplaatsen in samenwerking met parkmanagement;
• verplichte deelname van uitkeringsgerechtigden aan maatschappelijke participatietrajecten;
• beperken instroom door regie en sturing;
• bevorderen van de uitstroom door scholings- en activeringstrajecten, loonkostensubsidies en werken met behoud
van uitkering;
• opnieuw afstemmen toeslagenverordening, re-integratieverordening en maatregelenbesluit.
Notitie Couleur Locale (2009)Notitie Couleur Locale (2009)Notitie Couleur Locale (2009)Notitie Couleur Locale (2009)
Het college van B&W van de gemeente Coevorden stemde op 28 april 2009 in met de notitie Couleur Locale. Deze
notitie is vervolgens als onderlegger gebruikt voor de nota Integraal Sociaal beleid die door de Raad op 27 oktober
2009 is vastgesteld. In deze notitie heeft de gemeente Coevorden beschreven hoe zij in de komende jaren verder
invulling wil geven aan de uitvoering van lokale, kleinschalige projecten naast gezamenlijke aanbesteding van trajecten
in Drents verband.
In 2004 besloot Coevorden de inkoop van trajecten bij re-integratiebedrijven in Drents verband aan te besteden, waarbij
de gemeente Emmen fungeerde als penvoerder. Omdat over de trajecten Europese subsidie (ESF) kon worden
verkregen, werd door de Drentse gemeenten het ESF Bureau Drenthe (EBD) opgericht. In 2008 vond een nieuwe,
gezamenlijke Europese aanbestedingsronde plaats. Door de strenge aanbestedingsregels konden de kleinere, lokale
aanbieders van trajecten niet meedingen. In 2008 veranderden de regels voor ESF-subsidie. De subsidie werd niet
langer uitgekeerd voor trajecten, maar voor specifieke doelgroepen (55-plussers, Nuggers, mensen met beperkingen).
De financiële prikkel om trajecten grootschalig aan te besteden verdween daardoor.
Naast de Europese aanbesteding van trajecten heeft Coevorden sterk ingezet op lokale projecten om cliënten aan het
werk te helpen. In de notitie Couleur Locale wordt hiervoor een aantal redenen genoemd:
1. De samenstelling van de doelgroep; een aanzienlijk deel heeft een grote tot zeer grote afstand tot de arbeidsmarkt;
2. De gegunde partijen kunnen niet altijd het gewenste maatwerk leveren;
3. Door de zware Europese aanbestedingsprocedure blijven kleine partijen met goede kennis van de lokale
omstandigheden buiten beeld;
4. De kleine, lokale partijen hebben vaak betere kennis van de Coevorder arbeidsmarkt dan de landelijk opererende
re-integratiebedrijven.
Samengevat is de gemeente Coevorden van mening dat deze lokaal gewortelde, kleinschalige projecten meer maatwerk
bieden en daardoor succesvoller zijn dan de grote re-integratiebedrijven.
Onderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid re----integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden •••• BeleidsontwikkelingBeleidsontwikkelingBeleidsontwikkelingBeleidsontwikkeling
9
De cijfermatige onderbouwing van deze claim ontbreekt echter in de notitie. De beleidslijn van Coevorden is als volgt
omschreven:
“Om aan de doelstelling van uitstroom uit de uitkering te kunnen voldoen , is het daarom niet voldoende om een of meer
grote aanbestedingen uit te schrijven. Juist die lokale partijen bevatten de ingrediënten die nodig zijn om mensen op
een verantwoorde manier te laten re-integreren op de arbeidsmarkt”.
In de Drentse samenwerking speelt het bedrijfsverzamelgebouw (BVG) met de naam Qwink (Werkplein Zuidoost-
Drenthe) in Emmen een belangrijke rol. De gemeente Coevorden besluit daarentegen met bovengenoemde motivering
haar bestaande projecten vanuit de eigen organisatie te blijven uitvoeren.
In de notitie Couleur Locale wordt een 13-tal projecten beschreven die de gemeente Coevorden in eigen beheer uitvoert
of die nog in ontwikkeling zijn. Per project is beschreven: de situatie, wijze van samenwerking, duur van het project, de
kosten, de baten (zowel kwalitatief als kwantitatief) en eventuele spin-off.
Hoofdlijnennotitie uitvoering Integraal Sociaal EconomisHoofdlijnennotitie uitvoering Integraal Sociaal EconomisHoofdlijnennotitie uitvoering Integraal Sociaal EconomisHoofdlijnennotitie uitvoering Integraal Sociaal Economisch Beleid Coevorden (2009)ch Beleid Coevorden (2009)ch Beleid Coevorden (2009)ch Beleid Coevorden (2009)
De hoofdlijnennotitie uitvoering Integraal Sociaal Beleid Coevorden is op 15 september 2009 door het College van
B&W en op 27 oktober 2009 door de raad vastgesteld. Daarin zijn de volgende uitgangspunten uitgangspunten uitgangspunten uitgangspunten genoemd.
• Het kernbegrip binnen Sociale Zaken van de gemeente Coevorden is “maatschappelijke participatie”. Inwoners die
aangewezen zijn op een uitkering worden verzocht niet stil te zitten, maar actief mee te doen en alles in het werk te
stellen in het eigen onderhoud te voorzien.
• Coevorden wil “de menselijke maat” inbrengen en haar dienstverlening optimaliseren door de diverse
infrastructuren voor dagbesteding, integratie, re-integratie, onderwijs en sociale werkgelegenheid samen te
brengen. De gemeente is van mening dat het strikt vasthouden aan de criteria die gelden voor verschillende
doelgroepen de mogelijkheden om geïntegreerde dienstverlening te bieden aan burgers die behoren tot
verschillende doelgroepen sterk beperken wanneer hier aan wordt vastgehouden. De scheidslijnen tussen de
doelgroepen zijn in de praktijk vaak flinterdun. Mensen worden, om de dienstverlening te kunnen optimaliseren,
daarom niet langer worden ingedeeld in doelgroepen die gekoppeld zijn aan de wijze waarop de financiering van
die doelgroepen geregeld is. 3
• Geen doelgroepen benoemen, maar uitgaan van de persoon en dan per persoon maatwerk in het traject afspreken.
• Gebruik maken van de initiatieven en voorzieningen die zijn opgezet in het kader van “Couleur Locale”.
• Creëren van maatschappelijke meerwaarde met projecten naast de uitstroom van uitkeringsgerechtigden om
zodoende het maatschappelijk draagvlak onder burgers en bedrijven te verhogen.
Voor wat betreft de financiële aspecten financiële aspecten financiële aspecten financiële aspecten zet de gemeente in op het ontschotten van alle budgetten voor
arbeidsmarktbeleid. Er wordt naar gestreefd om middelen uit verschillende bronnen bedoeld voor verschillende
doelgroepen in te zetten voor dezelfde instrumenten, maar met verschillende achterliggende doelen. Door deze
ontschotting verwacht Coevorden efficiënter bestaande middelen en infrastructuur te kunnen gebruiken. Zo hoeft niet
per doelgroep een aparte infrastructuur te worden onderhouden of apart een inkooptraject te worden opgezet. Dit kan
voor alle doelgroepen tegelijk. Ook kunnen hierdoor de burgers beter worden bediend.
3 Verwezen wordt daarbij naar de landelijke Commissie De Vries die pleit voor ontschotting van sociale zekerheidsbudgetten.
Onderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid re----integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden •••• BeleidsontwikkelingBeleidsontwikkelingBeleidsontwikkelingBeleidsontwikkeling
10
Door de veranderende wetgeving moet de gemeenten ook steeds meer regie nemen. Het gaat hierbij om regie in de
beleidsvorming die steeds meer gedecentraliseerd wordt en steeds meer bij de gemeenten komt te liggen. Daarnaast
voert de gemeente regie op de inkoop van re-integratiediensten. De gemeente Coevorden kiest er hierbij voor zo veel
mogelijk in eigen beheer uit te voeren. Hiermee wordt de “Couleur Locale” en de eigen organisatie bedoeld. Daarnaast
wil de gemeente de regie nemen op de inkoop in relatie tot de vraag van de klant. Kennis van de behoefte van de klant is
daarom van groot belang. Om die redenen wordt integraal klantmanagement in eigen hand gehouden en gekoppeld aan
accountmanagement4. De klantmanager vormt samen met de accountmanager de brug tussen vraag (bedrijven) en
aanbod (werkenden/werkzoekenden) op de arbeidsmarkt.
Net als iedere andere gemeente in Nederland loopt de gemeente Coevorden met de uitvoering van de Wwb, vooral op
het inkomensdeel financiële risico’s. In 2009 werd 8,35 miljoen euro aan uitkeringen uitgegeven, dit betekende een
overschrijding van het budget met 1,34 miljoen euro. In 2010 groeiden de uitgaven aan het inkomensdeel van de
bijstand naar 9,63 miljoen euro en liep het tekort op naar 2,13 miljoen euro.
Om het risico van overschrijding op het inkomensdeel te beperken zet de gemeente daarom zeer actief in op het
werkdeel waarbij in tijden van hoogconjunctuur Work First5 voorrang heeft en in tijden van laagconjunctuur het
kwalificeren van werklozen door onderwijs- en scholingstrajecten. De gemeente wil vooral stevig de regie houden op het
werkdeel om daarmee schadelast en financiële risico’s op het inkomensdeel van de Wwb te beperken. Er is daarom voor
gekozen om het beleidsarme inkomensdeel6 onder te brengen bij de gemeente Emmen (Fins Gastheermodel) en zelf de
regie te houden op het werkdeel, omdat daar wel effectief beleid op gevoerd kan worden.
4 De accountmanager onderhoudt vanuit de re-integratie contact met lokale bedrijven en instellingen (couleur locale).
5 Work First is een methodiek die wordt gekenmerkt door de combinatie van het verplichten van werkactiviteiten (gekoppeld aan sancties)
en het vergroten van kennis en vaardigheden van de deelnemers (bron; Raad voor Werk en Inkomen) 6 Het inkomensdeel is beleidsarm doordat de gemeente daarbij haar wettelijke taak moet uitvoeren volgens de daarvoor geldende,
wettelijke voorschriften.
Onderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid re----integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden •••• BeleidsontwikkelingBeleidsontwikkelingBeleidsontwikkelingBeleidsontwikkeling
11
Programmabegroting 2010Programmabegroting 2010Programmabegroting 2010Programmabegroting 2010
In de programmabegroting 2010 is opgenomen dat het college zich herbezint op de gemeentelijke rol in de Wwb en dat
er een hoofdlijnennotitie Integraal Sociaal Beleid is opgesteld.
Bestuurprogramma Bestuurprogramma Bestuurprogramma Bestuurprogramma Behoedzaam doorwerken (2010Behoedzaam doorwerken (2010Behoedzaam doorwerken (2010Behoedzaam doorwerken (2010----2014)2014)2014)2014)
In het bestuursprogramma Behoedzaam doorwerken (2010-2014) is een herbevestiging opgenomen van de
doelstelling uit Coevorden werkt. Opnieuw wordt gesteld dat in veel gevallen werk de sleutel tot actieve deelname in de
samenleving is en dat betaald werk mensen inkomen en gevoel van eigenwaarde biedt en goed is voor integratie en
emancipatie. Inwoners die van een uitkering afhankelijk worden, zullen zo snel mogelijk geholpen worden naar een
nieuwe baan. Ingezet wordt op een zo snel en zo groot mogelijke uitstroom naar de arbeidsmarkt. Waar de weg naar
betaald werk een stap te ver is, wordt verwacht dat de inwoners actief deelnemen aan leerwerk- en participatietrajecten.
Dit zorgt ervoor dat mensen meedoen in de samenleving en dat mensen meehelpen bij het realiseren van
maatschappelijke doelen.
Programmabegroting 2011Programmabegroting 2011Programmabegroting 2011Programmabegroting 2011
In de programmabegroting 2011 tenslotte wordt kort stil gestaan bij de mogelijkheden die de landelijke regeling
aangaande het participatiebudget (bundeling van de budgetten voor re-integratie, Wet Investeren in Jongeren (WIJ), de
inburgering en de volwasseneneducatie) biedt. Dit budget wordt gezien als een belangrijk instrument om lokale regie te
voeren op het gebied van bevordering van de maatschappelijke participatie en oriëntatie op de arbeidsmarkt voor
kwetsbare groepen. Verder is in deze begroting opgenomen dat actieve bemiddeling en re-integratie van alle
uitkeringsgerechtigden de opdracht wordt van het, begin 2011, binnen de gemeentelijke organisatie te vormen team
werk. “De Bentheimer” zal als lokaal instrument voor werkgelegenheidsbevordering eigen rechtspersoonlijkheid
worden verleend (bron: programmabegroting 2011).
ConclusieConclusieConclusieConclusie
De verschillende bestuurlijke jaarstukken en beleidsnota’s hebben als gemeenschappelijke noemer dat daarin de
algemene uitgangspunten van beleid worden uitgewerkt, ook is er aandacht voor de wijze waarop het re-integratiebeleid
wordt ingericht. De doelstellingen en de in te zetten activiteiten worden eveneens in zeer algemene termen beschreven
en worden niet uitgebreid gekwantificeerd.
2.4 Analyse klantenbestand
Zowel bestuurlijk als ambtelijk geeft men in Coevorden in de vraaggesprekken aan goed op de hoogte te zijn van de
samenstelling van het lokale klantenbestand. Het is niet zo dat hier uitgebreide beleidstukken of schriftelijke analyses
over zijn verschenen. Dit is volgens de geïnterviewden ook niet nodig omdat het klantenbestand te overzien is op de
schaal van Coevorden.
In 2006 hebben de gemeenten Emmen en Coevorden wel een prognose bijstandsgerechtigden voor de periode 2006-
2011 laten maken door de Rijksuniversiteit Groningen7. Belangrijkste conclusies uit dit onderzoek waren:
7 RUG (2006) “Prognose bijstandsgerechtigden Emmen/Coevorden 2006-2011”
Onderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid re----integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden •••• BeleidsontwikkelingBeleidsontwikkelingBeleidsontwikkelingBeleidsontwikkeling
12
• Coevorden heeft (evenals Emmen) relatief veel jongeren in de bijstand in verhouding tot vergelijkbare gemeenten.
Met name alleenstaanden onder 35 jaar en alleenstaande ouders onder 25 jaar hebben een verhoogde
bijstandskans;
• het aandeel ouderen met een bijstandsuitkering is relatief laag. Dit komt omdat relatief veel ouderen
arbeidsongeschikt zijn;
• de bijstandkans is bij laagconjunctuur in Coevorden hoger dan gemiddeld, doordat de lokale economie gevoeliger
is voor conjuncturele schommelingen;
• een strengere herkeuring van WAO’ers leidt wellicht tot een gemiddeld sterkere stijging van het aantal
bijstandsgerechtigden in Coevorden.
Voor wat betreft het beleid doet de Rijksuniversiteit Groningen de volgende constateringen en aanbevelingen. De
gemeente heeft beperkte invloed op de belangrijkste instroom in de bijstand, de Ww en Wia8; beiden zijn namelijk de
verantwoordelijkheid van het UWV. De gemeente kan wel invloed uitoefenen op voortijdig schoolverlaten. Aan de
uitstroomkant kan de gemeente meer invloed uitoefenen door bedrijven te interesseren voor vestiging in Coevorden
door middel van het bieden van gunstige vestigingsvoorwaarden. Hierdoor groeit de werkgelegenheid en wordt de
uitstroomkans naar werk vergroot. Daarnaast kan dit door het bevorderen van startkwalificaties, het voorkomen van
voortijdig schooluitval en te investeren in vraaggerichte scholing en doelgroepenbeleid. Tot slot kan de gemeente
invloed uitoefenen door actief de re-integratie op te pakken.
Harde kern, draaideurcliënten en generaHarde kern, draaideurcliënten en generaHarde kern, draaideurcliënten en generaHarde kern, draaideurcliënten en generatiewerklozentiewerklozentiewerklozentiewerklozen
Uit de gesprekken die zijn gevoerd in het kader van deze evaluatie komt naar voren dat de gemeente Coevorden te
maken heeft met een harde kern bijstandgerechtigden, draaideurcliënten en met generatiewerklozen.
De harde kern of het ‘granieten’ bestand beslaat ongeveer een derde van het totale bestand. Het gaat derhalve om een
groep van 150-200 personen. Deze groep heeft een grote afstand tot de arbeidsmarkt en is moeilijk bemiddelbaar
doordat zij kampt met multiproblematiek bijvoorbeeld op het sociaal-maatschappelijke of psychische vlak. Deze groep
stroomt erg moeizaam uit de bijstand. In deze moeilijk bemiddelbare groep is ook sprake van generatiewerkloosheid;
van generatie op generatie komen mensen uit deze groep in de bijstand. In tijden van hoogconjunctuur krijgt deze
doelgroep meer aandacht dan in perioden van laagconjunctuur. Voor veel van de personen in deze groep is uitstroom
naar werk ver weg en is participatie het hoogst haalbare.
Naast de harde kern zijn er ook veel mensen die een tijdje uit de bijstand zijn, maar na verloop van tijd er toch weer in
terechtkomen. Deze draaideurklanten stromen in tijden van hoogconjunctuur meestal redelijk snel uit, maar doordat ze
weinig kwalificaties hebben verliezen ze in tijden van laagconjunctuur weer als eerste hun baan. Daarnaast kent de
economie van de gemeente Coevorden traditioneel redelijk wat seizoenswerk (zoals bijvoorbeeld nu in Plopsaland)
waardoor mensen in het hoogseizoen uitstromen, maar in het laagseizoen hun baan weer verliezen. In de afgelopen
jaren lag het aantal werklozen in het derde kwartaal daardoor ongeveer 12 procent (100 personen) onder dat van het
eerste en tweede kwartaal.
8 Wia staat voor Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen en voorziet in inkomen voor (gedeeltelijk) arbeidsongeschikten (het is de
opvolger van de WAO)
Onderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid re----integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden •••• BeleidsontwikkelingBeleidsontwikkelingBeleidsontwikkelingBeleidsontwikkeling
13
2.5 Analyse externe factoren
Het re-integratiebeleid wordt beïnvloed door de volgende externe factoren waarop de gemeente Coevorden slechts ten
dele invloed kan uitoefenen:
• een lokale economische structuur die meer dan gemiddeld kwetsbaar is voor conjuncturele schommelingen;
• een zwakke sociaal-maatschappelijke structuur in een aantal wijken en kernen;
• de instroom vanuit de Werkloosheidswet (WW) die wordt uitgevoerd door het UWV;
• de Rijksoverheid die in belangrijke mate het budget voor re-integratie bepaalt. Gezien de landelijke bezuinigingen
die zijn aangekondigd zal het beschikbare budget gaan afnemen.
2.6 Resumé
normen toetsingscriteria waardering (++, +, ±, -, - -)
Het re-integratiebeleid is
duidelijk geformuleerd.
• Welke beleidsdoelen streeft de gemeente Coevorden na met het re-integratiebeleid?
• Zijn deze doelen SMART geformuleerd?
• In hoeverre is de raad betrokken?
+ + + + Toelichting: uitstroom naar werk heeft bij hoogconjunctuur prioriteit (Work First). Als dat niet haalbaar is dan wordt ingezet op participatie. Niemand zit onnodig thuis. Iedereen levert een tegenprestatie voor de bijstandsuitkering in de vorm van deelname aan een project of volgen van een opleiding. - Toelichting: nee, slechts in beperkte mate. Er zijn alleen uitstroomtargets benoemd. ++++ Toelichting: de raad wordt op hoofdlijnen geïnformeerd, maar niet met gedetailleerde rapporten. Met vaststelling van de nota integraal sociaal beleid is de raad wel kaderstellend geweest. In maart 2010 is de raad uitgebreid geïnformeerd over de Coevorder aanpak in het re-integratiebeleid, middels een presentatie.
Onderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid re----integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden •••• BeleidsontwikkelingBeleidsontwikkelingBeleidsontwikkelingBeleidsontwikkeling
14
normen toetsingscriteria waardering (++, +, ±, -, - -)
Het re-integratiebeleid
bevat doelen voor alle
doelgroepen
• Worden er doelgroepen onderscheiden?
• Wat zijn de doelstellingen per doelgroep?
• Is er sprake van generatiewerkloosheid? Heeft de gemeente een effectief beleid ontwikkeld ter voorkoming van generatiewerkloosheid?
Score Score Score Score n.v.t.n.v.t.n.v.t.n.v.t. Toelichting: In beperkte mate worden doelgroepen benoemd. Het integratietraject dat wordt afgesproken is maatwerk voor de desbetreffende cliënt. Men streeft naar ontschotting; Score Score Score Score n.v.t.n.v.t.n.v.t.n.v.t. Toelichting: Er is niet strikt sprake van doelgroepenbeleid. Bij de makkelijk bemiddelbaren heeft Work First de prioriteit. Voor andere groepen is het traject intensiever met scholing en opleidingen. Tot slot is er een harde kern met multiproblematiek en een grote afstand tot de arbeidsmarkt waarbij participatie het hoogst haalbare is. ---- Toelichting: Coevorden heeft een ‘granieten’ bestand met daarbij generatiewerkloosheid. Het blijkt moeilijk hiervoor effectief beleid te ontwikkelen. Er moet veel worden geïnvesteerd tegen een laag rendement. Men kiest er voor in laagconjunctuur weinig aandacht aan te besteden. Met name in tijden van hoogconjunctuur wordt het re-integratiebudget ingezet om deze moeilijke groep te mobiliseren.
Het re-integratiebeleid
bevat doelen voor stroom
naar werk en voor
participatie
• Wordt gebruik gemaakt van de re-integratie-/participatieladder?
+/+/+/+/---- Toelichting: De participatieladder wordt wel gebruikt door de gemeente Coevorden, zo blijkt uit de presentatie aan de raad van maart 2010. De uitgangspunten van de participatieladder zijn echter niet SMART uitgewerkt in het beleid. In afwachting van de invoering van de wet Werken naar Vermogen zal dit ook niet meer gebeuren.
De gemeente kent klanten • Bestandsanalyse als basis voor beleid +/+/+/+/---- Toelichting: De gemeente Coevorden steekt beperkt energie in uitgebreide analyses van het klantenbestand. In 2006 heeft de RUG een studie uitgevoerd. De kennis over het klantenbestand zit bij de mensen van Team Werk. Zij geven aan vanwege de beperkte schaal van Coevorden goed zicht te hebben op het klantenbestand. Deze kennis is echter niet geborgd in rapportages. Klanten kunnen worden gevolgd in het digitale klantensysteem Stratech. Dit is echter nog niet helemaal uitgekristaliseerd. Men heeft de ambitie het klantenvolgsysteem verder te professionaliseren. Vanaf 2007 heeft dit op een laag pitje gestaan omdat het lang de bedoeling was ook het werkdeel naar Emmen te gaan uitbesteden.
Onderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid re----integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden •••• BeleidsontwikkelingBeleidsontwikkelingBeleidsontwikkelingBeleidsontwikkeling
15
normen toetsingscriteria waardering (++, +, ±, -, - -)
De gemeente analyseert
de effecten van de
demografische
ontwikkelingen op
werkloosheid en bijstand
• Speelt de gemeente adequaat in op de aanstaande demografische ontwikkelingen (ontgroening, vergrijzing, krapte op de arbeidsmarkt in bepaalde sectoren)?
• Op welke wijze worden de invloeden van de recessie in het gemeentelijke arbeidsmarktbeleid verwerkt?
++++ Toelichting: In 2006 heeft de gemeente Coevorden samen met de gemeente Emmen de RUG een analyse en prognose laten opstellen van het bestand bijstandsgerechtigden. Dit rapport geeft een doorkijk tot en met 2011. De resultaten hiervan zijn doorvertaald in het beleidsplan Werk en Inkomen 2007-2010, waarin (toekomstige) problemen op de arbeidsmarkt worden geanalyseerd en benoemd. De gemeente Coevorden onderhoudt daarnaast nauw contact met het lokale bedrijfsleven via Parkmanagement Coevorden (PMC) en IndustrieVereniging Coevorden (IVC). De gemeente hecht sterk aan Couleur Locale zodat ze voeling heeft met hetgeen er op de arbeidsmarkt gebeurt. ++++ Toelichting: In tijden van recessie gaat relatief meer aandacht uit naar de makkelijk bemiddelbaren. Tegelijkertijd krijgt scholing en opleiding dan relatief een zwaarder gewicht boven het bemiddelen van mensen naar een baan.
De gemeente heeft up-to-
date kennis van de
arbeidsmarkt en de
effecten op werkloosheid
en bijstand
• Heeft de gemeente voldoende contacten/ feeling met de vraagzijde van de arbeidsmarkt (werkgevers), om zodoende adequaat te kunnen reageren op nieuwe ontwikkelingen?
++++++++ Toelichting: De gemeente Coevorden is zeer actief in het onderhouden van contacten met het lokale bedrijfsleven via het IVC en PMC. Daarmee is ze goed bekend met hetgeen er leeft binnen de lokale arbeidsmarkt.
De gemeente houdt
rekening met (extra)
inkomsten -mogelijkheden
en de toekomstige
ontwikkeling van het
Rijksbudget
• Speelt de gemeente adequaat in op krimpende budgetten vanuit het Rijk voor re-integratie?
• In hoeverre zit er geoormerkt geld bij?
+/- Toelichting: De gemeente Coevorden is haar tijd vooruit doordat zij al enige tijd werkt aan het ontschotten van budgetten. Feitelijk worden alle budgetten bij elkaar gevoegd tot een participatiebudget waarmee er voor alle doelgroepen tegelijk trajecten voor participatie en re-integratie worden ingekocht of in eigen beheer worden georganiseerd. Hiermee wordt geanticipeerd op de invoering van de nieuwe Wet Werken naar Vermogen. Door de budgetten samen te voegen en tegelijk voor alle doelgroepen tegelijk trajecten in te kopen of te organiseren dalen (in theorie) de kosten voor inkoop en beheer. Er is in 2009 en 2010 wel sprake van een flinke overschrijding van de budgetten. ++ Het budget voor re-integratie is volledig geoormerkt. Alle beschikbare middelen worden aangewend voor re-integratie. Overschotten en tekorten worden overgeheveld naar het volgend jaar.
16
Hoofdstuk 3 Uitvoering reUitvoering reUitvoering reUitvoering re----integratiebeleidintegratiebeleidintegratiebeleidintegratiebeleid
Onderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid re----integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden •••• UitvoeringUitvoeringUitvoeringUitvoering
17
3. Uitvoering re-integratiebeleid
3.1 Inleiding
In dit hoofdstuk wordt nader uitgewerkt hoe het re-integratiebeleid in Coevorden is vormgegeven in de periode 2007-
2011. Ingegaan wordt op de organisatie van het re-integratiebeleid, de eventuele samenwerking met andere partijen,
de verschillende trajecten en instrumenten die zijn ingezet, de monitoring en managementrapportages en de uitgaven.
3.2 Uitvoeringsstructuur
Vanaf de invoering van de Wet Werk en Bijstand in 2004 spelen de gedachten over meer samenwerking tussen Emmen,
Borger Odoorn en Coevorden voor wat betreft de uitvoering van de wet.
In 2007 werd de organisatie van de uitvoering het re-integratiebeleid in het Beleidsplan Werk en Inkomen 2007-2010
als volgt voorgesteld. De gemeenten Emmen en Coevorden, het CWI en het UWV zouden in toenemende mate gaan
samenwerken in de keten van werk en inkomen. De verwachting werd uitgesproken dat dit zou gaan leiden tot het
“samenwonen” in Qwink, een bedrijfsverzamelgebouw in Emmen (nu het Werkplein Zuidoost-Drenthe).
In de loop van de tijd is het denken over integratie van de uitvoering van de Wwb geëvolueerd.
In de Hoofdlijnennotitie Uitvoering Integraal Sociaal Beleid Coevorden uit 2009 kiest Coevorden ervoor om het
inkomensdeel onder te brengen bij de gemeente Emmen volgens het Finse Gastheermodel. De kern van dit model is dat
grotere centrumgemeenten een aantal taken uitvoeren voor de omliggende kleinere gemeenten. Voor wat betreft het
werkdeel en daarmee de integratie heeft Coevorden er voor gekozen dit in eigen beheer uit te voeren. Hiervoor zijn de
volgende redenen aangedragen:
1. Coevorden wil kunnen sturen op onderdelen die gevoelig zijn voor politieke keuzes of waar grote financiële risico’s
geleden kunnen worden;
2. regie houden op het beleid en kunnen schakelen tussen het leggen van voorrang op Work First bij hoogconjunctuur
dan wel investeren in kwalificaties en scholing bij laagconjunctuur;
3. vrijheid houden om te kiezen voor het uitbouwen van de “Couleur Locale”;
4. regie houden op de trajectplannen op klantniveau en de lijnen naar de werkgevers in stand houden;
5. voorkomen dat overcapaciteit ontstaat in de gemeentelijke organisatie.
Onderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid re----integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden •••• UitvoeringUitvoeringUitvoeringUitvoering
18
De BentheimerDe BentheimerDe BentheimerDe Bentheimer
Sinds 2009 is de gemeente Coevorden begonnen haar re-integratiebeleid voor een deel in eigen beheer uit te voeren.
De gemeente is met De Bentheimer gestart toen het Rijk het Arbeidsbureau in Coevorden ophief in 2002. De
Bentheimer was aanvankelijk gevestigd in een pand bij de Bentheimerbrug vandaar de naam.
In de periode 2002-2008 heeft de gemeente vooral re-integratietrajecten extern ingekocht. Sinds 2009 voert zij re-
integratie daar waar het kan via De Bentheimer vooral in eigen beheer uit. Het team werk is namelijk tot de conclusie
gekomen dat men met dezelfde middelen meer kon doen. De strategie daarbij is om zoveel mogelijk projecten en
cliënten uit te zetten bij reguliere bedrijven. In 2010 werd in termen van financiële middelen een kwart van de projecten
in de Bentheimer uitgevoerd. Alleen specifieke scholingstrajecten en trajecten rondom sociale activering worden nog
ingekocht.
De Bentheimer is een gemeentelijke afdeling die rechtstreeks onder de teamleider van Team Werk valt. De gemeente
werkt binnen dit gebouw echter ook samen met de volgende partners: De Nieuwe Veste, Parkmanagement Coevorden,
Stichting Welzijn 2000, de EMCO en individuele bedrijven.
Zowel binnen de muren van De Bentheimer als georganiseerd vanuit De Bentheimer zijn er tal van re-integratieprojecten
aangestuurd.
Een greep uit de projecten:
1. Aquano (Waterfiets-kanoverhuur);
2. Het Gansinck (Ganzenwinkel/ToReCo);
3. Meubelproject (Steigerhout);
4. De wasserij (Samenwerking Moderna);
5. Klussendienst (Samenwerking Promens Care);
6. Zwerfvuilproject (Samenwerking PMC);
7. Supermarkt Geesbrug (Samenwerking Support & Co);
8. Groenproject (Samenwerking gemeente Coevorden);
9. Textielproject (Her- en verstel werkzaamheden);
10. Administratieproject (Ondersteuning Ondernemers Coevorden);
11. Zuster Mohrpark (Samenwerking Pl.belang Oosterhesselen);
12. Ellert & Brammert (Subsidie Provincie, SNN, gemeente);
13. Buurtconcierge (samenwerking in dorpen/wijken);
14. Pilot Loondispensatie (Voorbereiding Wet Werken naar Vermogen).
Bron: Presentatie teamleider Werk Raad 10 maart 2011
Organisatie De BentheimerOrganisatie De BentheimerOrganisatie De BentheimerOrganisatie De Bentheimer
De Bentheimer telt ongeveer 9,64 formatieplaatsen. Dit is inclusief inleen van externen. Deze formatie is als volgt
verdeeld: 1,88 accountmanagers, 1,88 jobcoaches, 1,88 jobhunters, 1,0 projectcoach, 1,0 coördinator, 1,0
administratieve kracht en 1,0 baliemedewerker. Verder is bij de gemeente nog een Accountmanager Bedrijven
behulpzaam bij de re-integratie van uitkeringscliënten.
Onderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid re----integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden •••• UitvoeringUitvoeringUitvoeringUitvoering
19
Intake en doorverwijzingIntake en doorverwijzingIntake en doorverwijzingIntake en doorverwijzing
Personen die een inkomensondersteuning aanvragen in het kader van de Wwb of de WIJ vallen onder doelgroep van de
Bentheimer. De werkwijze is daarbij als volgt. Een cliënt vraagt inkomensondersteuning aan. Deze intake gebeurt op het
Werkplein Zuidoost-Drenthe in Emmen (Fins Gastheermodel). Tegelijkertijd vindt in Emmen de intake plaats voor het
werkdeel. Dit gebeurt door de consulenten van de gemeente Coevorden die daar ter plaatse zijn. Deze consulenten
sturen de cliënten die daarvoor in aanmerking komen door naar De Bentheimer. Feitelijk geldt dit voor alle reguliere
klanten in de Wwb en de Wet Wij.
3.3 Samenwerking
De gemeente Coevorden werkt voor het inkomensdeel van de Wwb nauw samen met de gemeente Emmen en de
gemeente Borger-Odoorn. De gemeente Emmen fungeert voor wat betreft het inkomensdeel als gastheer voor de
uitvoering van de Wwb voor zowel Coevorden als Borger-Odoorn.
Couleur LCouleur LCouleur LCouleur Localeocaleocaleocale
De Bentheimer werkt vooral samen met lokale bedrijven en instellingen in Coevorden onder het motto Couleur Locale.
Belangrijk onderdeel van de lokale werkwijze is dat het bedrijfsleven zo nauw mogelijk betrokken wordt bij de
werkzaamheden van De Bentheimer. Het doel is dat bedrijven door deze nauwe samenwerking en interactie geprikkeld
worden om mensen die werken binnen de re-integratieprojecten in dienst te nemen of zelfs het hele project over te
nemen.
EMCOEMCOEMCOEMCO
Daarnaast onderhoudt de Bentheimer een nauwe samenwerking met de EMCO dat verantwoordelijk is voor de projecten
die in het kader van de Wsw wordt uitgevoerd. Het gebouw De Bentheimer aan de Monierweg is eigendom van de EMCO.
Beide organisaties delen hetzelfde bedrijfsvloeroppervlak. Binnen het gebouw lopen de werkzaamheden van vanuit
beide projecten dan soms ook naadloos in elkaar over. Ook maakt De Bentheimer gebruikt van teamleiders van de
EMCO ter plekke.
ParkmanagementParkmanagementParkmanagementParkmanagement Coevorden en Industriële Coevorden en Industriële Coevorden en Industriële Coevorden en Industriële Vereniging Coevorden.Vereniging Coevorden.Vereniging Coevorden.Vereniging Coevorden.
Een opvallende samenwerking is met de parkmanagementorganisatie in Coevorden (PMC) en de Industriële Vereniging
Coevorden (IVC). PMC heeft in 2007 een Sociaal Contract met de gemeente gesloten. In het contract is afgesproken dat
PMC jaarlijks 10 langdurig werklozen plaatst bij de bij parkmanagement aangesloten bedrijven. In ruil daarvoor
subsidieerde de gemeente 3 jaar lang de professionaliseringsslag van PMC. In 2010 is er een nieuw contract afgesloten
waarbij de gemeentelijke bijdrage aan PMC is verlaagd, zoals eerder was afgesproken. In 2010 heeft PMC 16
werkzoekenden ondergebracht bij bedrijven. Over de gehele looptijd van 3 jaar gaat het om ca 40 personen.
Het georganiseerde bedrijfsleven vindt het van belang dat personen in de bijstand gere-integreerd worden. In een re-
integratietraject doen deze klanten werkritme en werkervaring op. Een dergelijke kandidaat is daarmee aantrekkelijker
dan iemand die rechtstreeks uit de bijstand komt.
PMC is zeer tevreden over de samenwerking met de Bentheimer. Voor de bedrijven heeft het als voordeel dat ze weinig
zoek- en vacaturekosten hebben; er worden snel nieuwe kandidaten aangeleverd. Daarnaast kunnen bedrijven vaak
Onderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid re----integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden •••• UitvoeringUitvoeringUitvoeringUitvoering
20
tegen gunstige voorwaarden, bijvoorbeeld met loonkostensubsidie, werkzoekenden die een re-integratietraject volgen
in dienst nemen.
Verder vindt men het prettig dat het werkdeel van de Wwb in Coevorden is gebleven. Verplaatsing daarvan naar Emmen
zou te veel afstand hebben gecreëerd tot het Coevorder bedrijfsleven.
Het georganiseerde bedrijfsleven vindt het een verbetering dat de gemeente de re-integratie zelf ter hand heeft
genomen. De ervaringen met commerciële re-integratiebureaus waren niet zo goed. Die deden wat minder hun best als
het ging om de begeleiding en beoordeling van de re-integratieklanten en waren bovendien niet streng genoeg tegen
mensen die hun best niet deden.
De Bentheimer streeft er naar haar projecten volledig onder te brengen bij bedrijven in Coevorden. Het bedrijfsleven
heeft daarbij wel enkele bezwaren. Het is de inschatting van de bedrijven dat de projecten van de Bentheimer moeilijk
winstgevend te maken zijn. Daarnaast kan een bedrijf niet zo maar personeel dat niet goed presteert ontslaan of op het
salaris korten. Binnen het re-integratiebedrijf kan dat wel.
ScholingsinstellingenScholingsinstellingenScholingsinstellingenScholingsinstellingen
Niet alle vormen van re-integratie kan de Bentheimer zelf bieden. Met name opleiding en scholing van klanten gebeurt
door externen, met name door het ROC Drenthe College. Als het gaat om een combinatie van leren en werken probeert
de Bentheimer de cursussen zoveel mogelijk naar Coevorden te halen. Zo zijn hiervoor leslokalen in de Bentheimer
ingericht en zijn er in het geval van het project Ellert en Brammert de lessen op locatie gegeven. Uiteraard kan dit alleen
maar als de groep wat groter is. In andere gevallen worden de cursussen op het Drenthe College zelf gegeven.
ZorginstellingenZorginstellingenZorginstellingenZorginstellingen
Ongeveer een derde van de klanten (het granieten bestand) kampt niet alleen met een arbeidsvraagstuk, maar vaak ook
met sociaal-maatschappelijke problematiek of problemen met de geestelijke gezondheid. Onder klanten zitten mensen
met drugsproblemen of psychische problemen. Voor deze groep werkt het re-integratiebedrijf samen met
zorginstellingen in de gemeente en de regio.
3.4 Trajecten, instrumenten
In de hoofdlijnennotitie 2009 is aangegeven dat in het geval van een hoogconjunctuur de focus ligt op Work First, terwijl
bij laagconjunctuur de aandacht vooral uitgaat naar scholing en het opdoen van ervaring.
De Bentheimer hanteert weinig beleid voor doelgroepen. Er wordt vooral gedacht vanuit de cliënt, waarbij via de intake
wordt gekeken waar de specifieke behoeften en interesses liggen. Op basis van deze intake wordt de cliënt zoveel
mogelijk maatwerk geboden. Afhankelijk van de motivatie en vaardigheden van de cliënt wordt geprobeerd deze direct
onder te brengen bij het lokale bedrijfsleven of een plek te geven in een van de re-integratieprojecten die vanuit de
Bentheimer worden georganiseerd. Indien nodig worden er scholing en (vaardigheids)trainingen binnen het traject
ingezet. Uit de gesprekken en uit de dossierstudie is niet gebleken dat er per doelgroep specifieke trajecten of
instrumenten zijn. Integendeel, men kijkt vanuit het individu en probeert het re-integratieaanbod zoveel mogelijk te
ontschotten.
Onderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid re----integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden •••• UitvoeringUitvoeringUitvoeringUitvoering
21
3.5 Monitoring en managementrapportages
In de dossierstudie zijn de volgende documenten bekeken:
• jaarverslagen;
• bestuursrapportages;
• managementrapportages.
Tot en met 2010 bevatten de diverse stukken in beperkte mate gegevens over de resultaten van re-integratie. Over het
algemeen concentreert de informatie zich op de instroom en uitstroom van uitkeringsgerechtigden en de inzet die de
gemeente pleegt om het aantal mensen in de bijstand te verkleinen.
De instroom en uitstroom in de Wwb en het werkdeel daarbinnen zijn wel geadministreerd, maar er zijn geen
kwalitatieve monitoringrapporten opgesteld waarbij per groep gekeken wordt of men uitstroomt naar werk ofwel stijgt
op de participatieladder. Ook is er in de dossierstudie geen analyse naar voren gekomen waaruit blijkt hoe een bepaald
instrument presteert ten opzichte van andere instrumenten.
Investeringen in een klantenvolgsysteem voor de re-integratie hebben op een laag pitje gestaan. Als verklaring hiervoor
wordt gegeven dat dit komt omdat steeds het idee geleefd heeft dat ook het werkdeel zou samengaan met het werkdeel
in Emmen. Wel worden de resultaten per project bijgehouden.
Vanaf 2011 wordt meer werk gemaakt van de managementrapportages. In april 2011 is er een Managementrapportage
voor de Bentheimer verschenen. Feitelijk is dat de enige die in de dossierstudie naar voren is gekomen. De gegevens
daaruit zijn in hoofdstuk 4 van dit rapport verwerkt. Daarnaast zijn er gegevens speciaal voor het evaluatieonderzoek
samengesteld.
In de gesprekken is naar voren gekomen dat het verbeteren van zowel de monitoring als de managementrapportages
een van de wensen voor de nabije toekomst is. De implementatie van een diagnosesysteem re-integratie en
participatieladder is dan ook een van de activiteiten die voor 2011 gepland is.
3.6 Inkomsten en uitgaven
Vanaf 2004 kreeg Coevorden 0,15 procent van het totale landelijk budget van het werkdeel toegekend. In totaal ging
het in dat jaar om 2,41 mln euro. Dit budget werd geheel historisch bepaald. Vanaf 2006 worden ook objectieve criteria
meegewogen. Vanaf dat jaar stijgt het aandeel dat Coevorden ontvangt geleidelijk, van 0,18 procent in 2007 naar 0,20
procent van het totale landelijke budget in 2011. Het budget bedraagt voor 2011 naar schatting 2,68 mln euro.
De uitgaven aan het werkdeel waren in 2007 2,72 mln euro. In 2010 zijn de uitgaven voor de feitelijke
integratieactiviteiten opgelopen naar 2,95 mln euro. Daarbij moest nog bijna 200.000 euro worden aangewend voor de
Onderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid re----integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden •••• UitvoeringUitvoeringUitvoeringUitvoering
22
dekking van het tekort over 2010. De totale uitgaven voor 2010 komen daarmee op 3,15 miljoen euro. De afgelopen
jaren is er steeds een tekort op de re-integratiebegroting. Doordat het overlopende budgetten betreft mogen tekorten of
overschotten van het voorgaande jaar worden verrekend met het budget voor volgend jaar. Eventuele tekorten worden
daarom niet opgenomen in de jaarrekening. Het tekort over 2006 werd verrekend met het beschikbare budget in 2007.
Het beschikbare budget in 2007 kwam daarmee uit op 2,57 mln euro; de uitgaven dat jaar bedroegen 2,72 miljoen
euro waardoor aan het eind van het jaar een tekort ontstond van € 150.000,- . Dit tekort werd overgeheveld naar 2008.
Het totale beschikbare budget in 2008 kwam daarmee op 2,89 mln euro en resteerde er aan het eind van dat jaar een
tekort van € 76.000. In 2009 werd het totale budget 3,34 mln euro, de totale uitgaven kwamen echter uit op 3,54 mln
euro. Daarmee ontstond een tekort van bijna 200.000 euro, dat in mindering werd gebracht op het toegekende budget
voor 2010. In 2010 is het tekort opgelopen tot 509.230 euro. 9
Tabel 3.1
Overzicht van budget en uitgaven werkdeel, inclusief loonkostensubsidie (2007-2010)
toegekend
budget meegenomen van vorig jaar ontvangsten
beschikbaar budget uitgaven
overschot/ tekort
2007 2.617.930 -241.820 189.490 2.565.610 2.715.990 -150.380
2008 2.873.700 -150.380 166.610 2.889.920 2.965.850 -75.930
2009 3.406.080 -75.930 10.170 3.340.330 3.538.570 -198.250
2010* 2.567.180 -198.250 72.430 2.441.360 2.950.590 -509.230
* voorlopige cijfers
Bron: Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Kernkaart/gemeente Coevorden
9 In 2010 is het tekort relatief hoog (onder meer) vanwege een wijziging in het boekingsstelsel. Deze wijziging is doorgevoerd op voorspraak
van de accountant.
Onderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid re----integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden •••• UitvoeringUitvoeringUitvoeringUitvoering
23
Bentheimer Bentheimer Bentheimer Bentheimer goed voor een kwart van de uitgavengoed voor een kwart van de uitgavengoed voor een kwart van de uitgavengoed voor een kwart van de uitgaven
De totale uitgaven aan het W-deel van de Wwb in 2010 bedragen 2,95 miljoen euro. Hiervan gaat 46 procent op aan
projecten. Daarvan wordt weer een derde uitgevoerd binnen de Bentheimer (dit is 15% van het totale budget).
Van de totale uitgaven voor re-integratie in 2010 is circa 240.000 euro besteed aan projectmanagement en 105.000
euro aan exploitatiekosten. Samen is dat bijna 12 procent van de totale uitgaven aan re-integratie. Verder wordt 38
procent van het budget besteed aan andersoortige regelingen en re-integratieinstrumenten.
Figuur 3.Figuur 3.Figuur 3.Figuur 3.1111
Uitgaven werkdeel Wwb, Gemeente Coevorden, 2010 naar uitgavenpost
Uitgaven werkdeel WWB Coevorden (Totaal € 2,95 mln)
Activering individueel
9%
Scholing individueel
8%
Loonkostensubsidies
8%
WIW- / WWB-banen
6%
Exploitatie Bentheimer
4%
Projectmanagement
8% Projecten Bentheimer
15%
Loon voor uitkering
10%
Subsidies ID-banen
1%
Overige projecten
31%
Bron: gemeente Coevorden
Begroting versus realisatieBegroting versus realisatieBegroting versus realisatieBegroting versus realisatie
In totaal was er 2,567 mln euro aan euro aan kosten begroot voor 2010. In deze begroting was rekening gehouden met
de verevening van het tekort van vorig jaar, dat was begroot op 152.000 euro. Met uitzondering van de post overige
projecten is er op alle overige onderdelen sprake van een overschrijding van het budget. De grootste tekorten ontstaan
in De Bentheimer, zowel op projectmanagement en exploitatie als in de projecten zelf. De Bentheimer-projecten met de
meeste overschrijdingen zijn:
• was- en strijkproject;
• meubelproject;
• administratieproject.
Het team werk geeft aan dat de overschrijding voor een deel wordt veroorzaakt doordat er in 2010 vanuit het re-
integratiebudget is geïnvesteerd in kapitaalgoederen (bijvoorbeeld wasmachines).
Onderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid re----integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden •••• UitvoeringUitvoeringUitvoeringUitvoering
24
Dit zijn eenmalige kosten. De vraag is of het boekhoudkundig wel verantwoord is om dit zo te doen. Verder heeft het
team Werk aangegeven dat niet alle inkomsten zijn verwerkt. Zo worden sommige projecten (zoals bijvoorbeeld het was-
en strijkproject) uitgevoerd in opdracht van een commerciële organisatie en zijn er van daaruit mogelijk derde
geldstromen te verwachten.
Figuur 3.2Figuur 3.2Figuur 3.2Figuur 3.2
Begroting en uitgaven Werkdeel Wwb, gemeente Coevorden 2010, naar onderdeel.
15
167
200
150
200
250
180
200
20
1.033
17
172
237
232
258
295
457
237,42
105,28
939
-2
-5
-37
-82
-58
-45
-277
-37
-85
94
-400 -200 0 200 400 600 800 1.000 1.200
Subsidies ID-banen
WIW- / WWB-banen
Loonkostensubsidies
Schol ing individueel
Activering individueel
Loon voor ui tkering
Projecten Bentheimer
Projectmanagement
Exploi tatie Bentheimer
Overige projecten
Duizenden
Begroting Uitgaven tekort/overschot
3.7 Financiële risico’s
De gemeente Coevorden moet steeds een afweging maken tussen de financiële risico’s die zij loopt op het
inkomensdeel en de financiële risico’s zij loopt op het werkdeel van de Wwb. Coevorden heeft er expliciet voor gekozen
om het beschikbare budget voor het werkdeel steeds maximaal in te zetten om zodoende het maximale te doen om
mensen terug te leiden naar werk en daarmee het financiële risico op overschrijdingen in het inkomensdeel te
verkleinen. Bovendien is dit een voorwaarde van het Ministerie van Sociale Zaken om in aanmerking te komen voor
aanvullingen op eventuele tekorten op het inkomensdeel.
Ook bij de uitvoering van re-integratieprojecten die de gemeente sinds 2009 geldt een aantal financiële verplichtingen
en worden financiële risico’s gelopen:
Onderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid re----integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden •••• UitvoeringUitvoeringUitvoeringUitvoering
25
Het gaat om de volgende financiële verplichtingen:
• huur van De Bentheimer;
• personele lasten jobcoaches, jobhunters en accountmanagers;
financiële risico’s:
• bedrijfsrisico en risico’s op de investeringen in projecten;
• hogere instroom in de re-integratie;
• bezuiniging op het overheidbudget voor het werkdeel Wwb.
Uit de interviews is gebleken dat de gemeente Coevorden de bovengenoemde verplichtingen en risico’s zo goed
mogelijk probeert te managen.
Het pand waarin de De Bentheimer is gevestigd wordt gehuurd van EMCO. Het huurcontract loopt een jaar en wordt
steeds met een jaar verlengd. Er is dus geen langlopende huurverplichting aangegaan.
Volgens het team werk vormt de personele bezetting de grootste financiële verplichting. Het personeel van de
Bentheimer wordt daarom zo veel mogelijk flexibel ingehuurd. Zo is een aantal mensen op basis van een jaarcontract
aangenomen en zijn er enkelen gedetacheerd vanuit re-integratiebedrijven.
De bedrijfsrisico’s die De Bentheimer loopt met haar projecten worden zoveel mogelijk uitgesloten of beperkt. Zo draagt
een commercieel bedrijf bijvoorbeeld het bedrijfsrisico voor de werkzaamheden binnen de was- en strijkservice die de
Bentheimer als onderaannemer voor dit bedrijf uitvoert. De gebruikte wasmachines zijn aangeschaft uit het re-
integratiebudget en kunnen volgens het team Werk worden terug- of doorverkocht. Ook de kano’s die worden gebruikt in
het Aquano-project zijn betaald uit het re-integratiebudget. Ook deze kunnen worden doorverkocht als het project op
mocht houden. Sowieso streeft de gemeente ernaar projecten in zijn geheel over te doen aan private partijen.
Een belangrijk risico vormt een hogere instroom in de re-integratie dan begroot. De gemeente Coevorden heeft als
uitgangspunt dat iedereen als tegenprestatie voor een Wwb-uitkering ten minste participeert en sociaal-
maatschappelijk meerwaarde levert. In tijden van laagconjunctuur kan dit leiden tot een fors hogere instroom in re-
integratietrajecten. De gemeente anticipeert daar in zoverre op dat zij in dat geval meer aandacht besteedt aan de
makkelijk bemiddelbare werkzoekenden en er minder aandacht uitgaat naar de moeilijke klanten met een grote afstand
tot de arbeidsmarkt. In tijden van hoogconjunctuur, als het bestand weer wat afneemt, dan wordt het re-
integratiebudget weer meer ingezet op de moeilijk bemiddelbaren.
De Rijksoverheid beziet op dit moment of er bezuinigd kan worden op de uitgaven. Uiteraard kijkt het Rijk dan ook naar
zowel het inkomensdeel als het werkdeel van de Wwb. Daarnaast zal ook de Wet Werken naar Vermogen ingevoerd gaan
worden. Coevorden lijkt hierop goed voorbereid. Zij heeft de uitvoering van het werkdeel zo flexibel mogelijk ingevuld.
Doordat ze al bezig is met het ontschotten van alle budgetten voor arbeidsdeelname, re-integratie en
arbeidsparticipatie loopt ze feitelijk al op de nieuwe wet vooruit. Ook de nauwe samenwerking met het lokale
bedrijfsleven past goed binnen dit denken.
Onderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid re----integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden •••• UitvoeringUitvoeringUitvoeringUitvoering
26
3.8 Resumé
onderdeel
bevindingen
Welke instrumenten
worden ingezet?
• Welke instrumenten worden er (per doelgroep) gebruikt om de re-integratiedoelstellingen te behalen?;
+/+/+/+/---- Toelichting: Alle soorten van instrumenten worden ingezet zo blijkt uit de presentatie voor de raad en de gevoerde gesprekken. In het kader van deze evaluatie is dit aan de hand van de dossierstudie echter moeilijk controleerbaar aangezien relevante stukken ontbreken.
De gemeente werkt goed
samen met ketenpartners
bij de aanpak van re-
integratie
• De gemeente heeft ketenpartners om de re-integratie vorm te geven.
• Met welke ketenpartners wordt wel samengewerkt en met welke niet? Waarom?
• Hoe is de samenwerking vormgegeven?
• Met de partners wordt intensief en doelmatig samengewerkt.
• Op welke wijze worden de re-integratiepartners aangestuurd?
• Hoe verloopt de samenwerking met de re-integratiepartners?
• Overdracht van cliënten gebeurt op ‘warme’ manier.
++++ Toelichting: Coevorden doet tegenwoordig veel zelf, maar werkt samen met onderwijs- en zorginstellingen om een sluitende aanpak aan te bieden; Daarnaast wordt nauw samengewerkt met het bedrijfsleven (IVC/PMC). Op het werkplein wordt samengewerkt met Emmen, Borger-Odoorn en het UWV, zij het met name op het inkomensdeel. + + + + Toelichting: er wordt nadrukkelijk gekozen voor Couleur Locale en het eigen bedrijfsleven. Professionele re-integratiebedrijven zijn voor een belangrijk deel uit beeld. Deze leverden volgens team werk te weinig rendement. Bij onderwijsinstellingen worden wel specifieke opleidingstrajecten ingekocht. ++++ Toelichting: het inkomensdeel van Wwb wordt uitgevoerd op het Werkplein door de gemeente Emmen. De intake gebeurt direct door consulenten van Coevorden. De samenwerking met de andere partijen is sterk projectgebonden. Met EMCO wordt intensief samengewerkt in de Bentheimer. +/+/+/+/---- Toelichting: er is nog weinig zicht op de doelmatigheid van de projecten. Pas vanaf maart 2010 is er sprake van een managementrapportage. ++++ Toelichting: onderwijstrajecten en andere specifieke trajecten worden ingekocht. Zo veel mogelijk wordt binnen de projecten geregistreerd en geadministreerd. Met het bedrijfsleven is een sociaal contract afgesproken. + + + + Toelichting: de geluiden vanuit de gemeente en het IVC/PMC zijn positief. Vanuit andere samenwerkingspartners is nog weinig informatie beschikbaar. + + + + Er vindt niet veel overdracht van klanten plaats sinds de gemeente de re-integratie zelf uitvoert. Toelichting Overdracht vindt plaats tussen de consulenten op het werkplein en de coaches in de Bentheimer.
Er is voldoende budget
beschikbaar voor het re-
integratiebeleid
Het budget wordt zo
• Hoeveel geld was er in de onderzoeksperiode beschikbaar voor het W-deel?
N.v.t.N.v.t.N.v.t.N.v.t. Toelichting De rijksbijdrage en het beschikbare budget (rijksbudget + overschot/tekort vorig jaar waren als volgt: 2007: Rijk 2,62 mln - beschikbaar 2,57 mln – uitgaven 2,72 mln- tekort 150
Onderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid reOnderzoek doelmatigheid re----integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden integratiebeleid gemeente Coevorden •••• UitvoeringUitvoeringUitvoeringUitvoering
27
ingezet dat de (sub)
doelen kunnen worden
bereikt
• Was dit voldoende?
• Hoe zijn de uitgaven voor het werkdeel opgebouwd/ gealloceerd naar diverse onderdelen?;
• Wat waren hierbij de daadwerkelijke bestedingscijfers, in totaal en uitgesplitst naar doelgroep, re-integratiepartner, instrument en trede op de re-integratieladder?
• Welk deel van het budget is besteed aan de eigen organisatie?
duizend 2008: Rijk 2,67 mln – beschikbaar: 2,67 mln – uitgaven 2,96 mln – tekort 76 duizend. 2009: Rijk 3,41 mln – beschikbaar 3,34 mln – uitgaven 3,54 mln – tekort 198 duizend 2010: Rijk 2.57 mln – beschikbaar 2,44 mln – uitgaven 2,95 mln – tekort 509 duizend. ---- Toelichting: in elk jaar is er een tekort dat ten laste komt van het budget in het volgende jaar. Score n.v.tScore n.v.tScore n.v.tScore n.v.t.... Totale Uitgaven 2010; 2,95 mln euro Subsidies ID-banen 0,6% WIW- / Wwb-banen 5,8% Loonkostensubsidies 8,0% Scholing individueel 7,9% Activering individueel 8,7% Loon voor uitkering 10,0% Projecten Bentheimer 15,5% Projectmanagement 8,0% Exploitatie Bentheimer 3,6 % Overige projecten 31,8% Score n.v.t.Score n.v.t.Score n.v.t.Score n.v.t. Toeliching: alleen totale uitgaven zijn bekend 2007 € 2.715.990 2008 € 2.965.850 2009 € 3.538.570 2010 € 2.950.590 Er is geen uitsplitsing naar de re-integratieladder voorhanden. Score n.v.t.Score n.v.t.Score n.v.t.Score n.v.t. 10,9% van de totale uitgaven in 2010 is besteed aan projectmanagement en exploitatiekosten van de Bentheimer
282828
Hoofdstuk 4 ResultatenResultatenResultatenResultaten
Onderzoek doelOnderzoek doelOnderzoek doelOnderzoek doelmatigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden •••• ResultatenResultatenResultatenResultaten
29
4. Resultaten
4.1 Inleiding
In dit hoofdstuk worden de resultaten van het re-integratiebeleid beschreven in het licht van de beleidsdoelen. Voordat
de resultaten worden besproken komen de ontwikkeling en kenmerken van het bestand bijstandsgerechtigden van
Coevorden en de wijze van monitoring aan bod. Vervolgens vindt een vergelijking plaats met enkele
referentiegemeenten om de resultaten van het re-integratiebeleid van Coevorden in perspectief te kunnen plaatsen.
4.2 Ontwikkeling bestand bijstandsgerechtigden
De omvang van het bestand bijstandsgerechtigden van de gemeente Coevorden is in de onderzoeksperiode gegroeid
van 570 in januari 2008 tot 700 eind maart 2011 (+23 procent). Deze toename heeft in de loop van 2009 en het eerste
kwartaal van 2010 plaatsgevonden. Daarna is het aantal Wwb-klanten ongeveer stabiel gebleven.
Figuur Figuur Figuur Figuur 4444....1111
Ontwikkeling van het totaal aantal Wwb-uitkeringen (3e kwartaal 2007 – 1e kwartaal 2011, stand einde kwartaal) in de
gemeente Coevorden, uitgesplitst naar uitkeringsduur.
130 110 110150 150
180200 210 210 210 210 200
440 460 440 430 430 440440 450
450470 490 480 470 470 500
120110120
0
100
200
300
400
500
600
700
800
3 4 1 2 3 4 1 2 3 4 1 2 3 4 1
2007 2008 2009 2010 2011
Wwbuitkeringsduur> 1 jaar
Wwbuitkeringsduur< 1 jaar
Bron: Sociale Zekerheid op Maat, CBS.
De instroom in de Wwb was in 2009 onder invloed van de economische crisis aanzienlijk. Per 1 oktober 2009 is de Wet
investeren in jongeren (WIJ) in werking getreden. In 2010 is de instroom in de WIJ daardoor hoger dan in 2009. Het
totaal aantal instromers is in 2010 afgenomen ten opzichte van 2009.
Onderzoek doelOnderzoek doelOnderzoek doelOnderzoek doelmatigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden •••• ResultatenResultatenResultatenResultaten
30
Tabel Tabel Tabel Tabel 4444....1111
Instroom in de uitkeringen 2009 en 2010. 2009 2010
WIJ 23* 121
Wwb 261 94
overige 16 18
totaal 300 233
* aantal in laatste 3 maanden 2010.
Bron: Presentatie raadsvoorlichting 2011.
De uitstroom uit de Wwb is in 2009 kleiner dan de instroom, waardoor het aantal Wwb-klanten in 2009 is toegenomen.
In 2010 is de uitstroom, ondanks de crisis, groter dan de instroom, wat een daling van het aantal Wwb-klanten
betekent. Voor 2010 bedraagt het percentage uitstroom naar werk 46 procent, terwijl dit voor 2009 aanzienlijk lager
ligt (24 procent).
Tabel Tabel Tabel Tabel 4444....2222
Uitstroom uit de uitkeringen in 2009 en 2010.
2009 2010
aanvaarding (regulier) werk/voldoende inkomen
46 126 verhuizing
36 56 overige* 109 91
totaal 191 273
taakstelling 2010taakstelling 2010taakstelling 2010taakstelling 2010 145145145145
Bron: Presentatie raadsvoorlichting 2011.
* Uitstroom kan plaatsvinden naar andere regelingen zoals AOW of studiefinanciering of omdat de partner inkomen heeft.
Inzicht in de kenmerken van het klantenbestandInzicht in de kenmerken van het klantenbestandInzicht in de kenmerken van het klantenbestandInzicht in de kenmerken van het klantenbestand
In de beleidsstukken is geen bestandsanalyse terug te vinden, waarin cliënten zijn ingedeeld op basis van hun
kansen/mogelijkheden om toe te treden tot de arbeidsmarkt. In de gesprekken komt naar voren dat ‘veel rondom de
managementinformatie, klantvolgsysteem en diagnosesysteem nog niet helemaal uitgekristalliseerd is’. De reden
hiervoor is dat de gemeente Coevorden pas een jaar geleden besloten heeft om het werkdeel van de Wwb zelf te blijven
uitvoeren en niet uit te besteden aan Emmen.
Uit de interviews blijkt dat in Coevorden met verschillende doelgroepen wordt gewerkt. Met doelgroepen worden de
verschillende mogelijkheden tot het creëren van kans op werk (in welke vorm dan ook) bedoeld. De volgende
doelgroepen worden onderscheiden: • nuggers (niet uitkeringsgerechtigden); • mensen die zorg nodig hebben; • mensen die uiteindelijk vrijwilligerswerk kunnen doen; • mensen die in een beschermde omgeving kunnen werken;
Onderzoek doelOnderzoek doelOnderzoek doelOnderzoek doelmatigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden •••• ResultatenResultatenResultatenResultaten
31
• WMO-klanten; • mensen die volgens de Wet-inburgering ingeschaald moeten worden; • WIJ-ers (Wet investering in Jongeren).
Hoe de verdeling van cliënten over de verschillende doelgroepen is (geweest) blijft op basis van de beschikbare stukken
onduidelijk.
4.3 Monitoring resultaten
In de gesprekken komt naar voren dat de monitoring zich nog in de ontwikkelingsfase bevindt. De gemeente Coevorden
maakt gebruik van het klantvolgsysteem Stratech, waarmee de statistieken voor de verschillende rapportages worden
gegenereerd. Op dit moment wordt gewerkt aan een functioneel ontwerp voor een diagnosesysteem, dat gekoppeld
wordt aan Stratech.
Vooralsnog vindt de verantwoording van het Werkdeel in de rapportages plaats op basis van de ontwikkeling van het
aantal Wwb-klanten en het aantal klanten in trajecten binnen de verschillende projecten. Hiermee wordt geen inzicht
gegeven in het rendement (zoals maatschappelijk effect, duurzame uitstroom) van de trajecten.
In tabel 4.3 is een overzicht opgenomen van de verantwoording van de gemeente Coevorden van de besteding van het
werkdeel. Het betreft een verantwoording van de ingezette instrumenten. Hierin is per project aangegeven wat de in- en
uitstroom is geweest in het betreffende jaar. In 2010 zijn 329 cliënten ingestroomd in een re-integratietraject, terwijl
212 cliënten zijn uitgestroomd. Het betreft hier uitstroom uit de instrumenten en dus niet uitstroom uit de uitkering.
Onderzoek doelOnderzoek doelOnderzoek doelOnderzoek doelmatigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden •••• ResultatenResultatenResultatenResultaten
32
Tabel Tabel Tabel Tabel 4444....3333
Verantwoording gemeente Coevorden besteding werkdeel1.
2007 2008 2009 2010
omschrijving project instroom uitstroom instroom uitstroom instroom uitstroom instroom uitstroom
Groenproject 11 7 6 6 6 9 20 21
Internetcafé 11 5 4 8 4 6 0 0
Ellert en Brammert 8 0 0 0 0 14 9
Bentheimer Monitoring re-integratie vanaf 2010 123 40
Aquano 12 8 9 5 12 7 13 10
Kinderboerderij 8 6 0 0 0 0 0 0
Zuivelboerderij 27 28 23 8 24 20 0 18
Parkmanagement 0 0 0 0 10 9 19 19
Supermarkt Geesbrug 0 0 8 4 7 6 0 2
Coevorden in Beweging 0 0 42 28 15 27 4 6
Loonkostensubsidie * 49 6 17 43 15 13 5 10
Loonkostensubsidie via wsw en re-integratiebedrijf
13 15 10 14 12 4 3 1
Diverse instrumenten ** 33 23
ESF-projecten en scholing 172 159 59 88 37 44 62 44
Instrumenten jongeren 33 9
totalen 303 242 178 204 117 109 329 212
* Loonkostensubsidie individuele arrangementen met werkgevers.
** Medische onderzoeken, sporttrainingen, individuele opleidingen en persoongebonden trajectkosten zoals reiskosten etc.
1 N.B. Uitstroom uit instrumenten is niet gelijk aan uitstroom uit de uitkering.
Bron: gemeente Coevorden
In 2010 is met de monitoring van trajecten binnen de Bentheimer gestart. Verantwoording vindt plaats aan de hand van
managementrapportages met daarin informatie over de maandelijkse instroom per project, het totaal aantal cliënten in
Bentheimer-projecten en de maandelijkse uitstroom. Er wordt onderscheid gemaakt tussen uitstroom naar parttime
regulier werk (nog niet uit de uitkering) en uitstroom naar regulier werk met voldoende uren om in eigen inkomen te
voorzien (wel uit de uitkering). Het team werk hanteert een nazorgperiode van 3 maanden, na die periode wordt de cliënt
geacht definitief te zijn uitgestroomd. In januari 2011 zijn volgens de gemeente 9 cliënten duurzaam uitgestroomd
(tabel 4.4).
Onderzoek doelOnderzoek doelOnderzoek doelOnderzoek doelmatigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden •••• ResultatenResultatenResultatenResultaten
33
TTTTabel abel abel abel 4444....4444
Uitstroom cliënten De Bentheimer, 2011 2011 plaatsing regulier werk (nog wel in
uitkering) plaatsing regulier werk
(voldoende inkomen, uit de uitkering)
waarvan duurzame uitstroom (3 maanden of langer werkzaam en uit
uitkering)
januari 8 9 9
februari 2 3 nnb*
maart - 6 nnb
april 1 6 nnb
* nog niet bekend
Inzoomen op een specifiek project: De wasserijInzoomen op een specifiek project: De wasserijInzoomen op een specifiek project: De wasserijInzoomen op een specifiek project: De wasserij
Zoals al aangegeven bevindt het monitoringsysteem zich nog in de ontwikkelingsfase. Het team werk heeft daarom ter
illustratie ten behoeve van dit onderzoek het project De Wasserij nader uitgewerkt. Team werk heeft dit project
aangedragen omdat het representatief is voor de projecten zoals die in de Bentheimer worden uitgevoerd.
De wasserij is een werkgelegenheidsproject dat cliënten ontwikkelingskansen biedt. Er wordt zorgvuldig gekeken naar
de kwaliteiten en interesses van de cliënten waardoor zij vanuit de wasserij doorstromen in andere
Bentheimerprojecten. Vanaf september 2010 is deze ontwikkeling/doorgroei zorgvuldig bijgehouden.
Op dit moment zijn er 39 actieve cliënten in de wasserij. Deze cliënten zijn nu gemiddeld 8 maanden werkzaam in de
wasserij. De gemiddelde doorlooptijd van deze cliënten is 6 maanden. Dit betekent dat een cliënt gemiddeld 6
maanden actief is in de wasserij voordat hij/zij uitstroomt. In onderstaande treft u een onderverdeling aan in
doorlooptijden per categorie uitstroom.
Tabel 4.5
Reden doorstroom en gemiddelde trajectduur wasserij De Bentheimer
reden doorstroom gemiddeld aantal maanden in wasserij
doorstroom naar ander Bentheimer project 6,5 maanden
externe werkervaringsplaats 3,5 maanden
uitstroom regulier werk 4,0 maanden
uitstroom naar opleiding 7,5 maanden
terug naar klantmanager wegens ander traject 7,0 maanden
Bron: De Bentheimer, gemeente Coevorden
Uit cijfers blijkt dat 20 procent van de uitgestroomde cliënten naar een ander Bentheimerproject is doorgestroomd met
een gemiddelde doorlooptijd van 6,5 maand. Een grotere stap is de cliënten die doorstromen naar een
werkervaringsplaats bij een externe werkgever. 8 procent van de uitstromers zijn hier naartoe uitgestroomd met een
gemiddelde doorlooptijd van 3,5 maand. Ook blijkt dat de wasserij een goed instrument is om uitstroom naar regulier
werk te genereren. 28 procent van de uitgestroomde cliënten is uitgestroomd met als reden regulier werk. Deze cliënten
hebben een gemiddelde doorlooptijd van 4 maanden. Dit betekent dat een cliënt die is uitgestroomd naar regulier werk
gemiddeld 4 maanden actief is geweest in de wasserij. 16 procent van de uitgestroomde cliënten is een opleiding gaan
Onderzoek doelOnderzoek doelOnderzoek doelOnderzoek doelmatigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden •••• ResultatenResultatenResultatenResultaten
34
volgen, met een doorlooptijd in de wasserij van 7,5 maand. De overige 28 procent is uitgestroomd uit de Bentheimer
met als reden dat hij of zij is teruggegaan naar de klantmanager op het Werkplein. Met deze cliënten is een ander traject
ingegaan. De gemiddelde doorlooptijd van deze cliënten was 7 maanden.
4.4 Doelrealisatie
Om de doeltreffendheid van het beleid te kunnen beoordelen is het belangrijk om inzicht te hebben in de mate waarin
de gestelde doelen gerealiseerd zijn.
Voor 2010 geldt dat de kwantitatieve doelen vrijwel volledig gerealiseerd zijn. De stand van het aantal Wwb- en WIJ-
uitkeringen ligt met respectievelijk 552 en 108 licht onder de streefwaarde. De gerealiseerde instroom in de WIJ ligt
echter ruim boven de gestelde ambitie, terwijl de instroom in de Wwb aanzienlijk lager is dan de doelstelling. Aan de
ambitie ten aanzien van de totale instroom (WIJ en Wwb tezamen) is in 2010 voldaan. Ook de gerealiseerde uitstroom
voldoet aan de gestelde verwachtingen. De hoge instroom in WIJ en de hoge uitstroom uit de Wwb is te verklaren uit het
feit dat Wwb-ers jonger dan 27 jaar ‘verhuisd’ zijn naar de WIJ. Dit is met name een administratieve verschuiving.
Onduidelijk is nog hoe het saldo van instroom en uitstroom uit de Wwb en WIJ correspondeert met het standcijfer. Dit
sluit niet naadloos op elkaar aan.
Tabel Tabel Tabel Tabel 4444....6666
Doel en realisatie 2010. aantal uitkeringen - stand doel realisatie
2010 instroom/uitstroom WIJ Doel Realisatie
WIJ 110 108 Instroom WIJ 66 121
Wwb 561 552 Uitstroom WIJ 64 61
Ioaw 27 27 instroom/uitstroom Wwb Doel Realisatie
Ioaz 6 6 Instroom Wwb 176 95
Bbz 5 5 Uitstroom Wwb 167 202
Totaal 710 698 instroom/uitstroom WIJ+ Wwb
Doel Realisatie
Instroom WIJ +Wwb 242 216
Uitstroom WIJ + Wwb 231 277
Bron: Managementrapportage Coevorden, maart 2011.
Onderzoek doelOnderzoek doelOnderzoek doelOnderzoek doelmatigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden •••• ResultatenResultatenResultatenResultaten
35
Overige (kwalitatieve) doelen:
• inzet van scholings- en activeringstrajecten voor klanten met een grote afstand tot de arbeidsmarkt en
maatschappelijke participatietrajecten in zorg of sport voor wie de eerste twee trajecten nog een stap ter ver is (Uit:
Vierjarenprogramma ‘Coevorden werkt, bestuursprogramma 2006-2010’);
• mensen worden toegeleid naar werk en er wordt ingezet op zoveel mogelijk tevreden klanten, zowel onder
werkzoekenden en werkgevers;
• matching is essentieel, alle inspanningen op zowel de vraag- als aanbodkant van de arbeidsmarkt moeten in de
matching bij elkaar worden gebracht en moeten leiden tot resultaat d.w.z. uitstroom naar werk en vervulling van
vacatures;
• gekozen wordt voor een meer vraaggerichte benadering van de re-integratie van werkzoekenden naar de
arbeidsmarkt. Hiervoor moet een vollediger beeld ontstaan van de arbeidsvraag vanuit de markt (Uit: beleidsplan
Werk en Inkomen 2007-2010);
• inzet op lokaal gewortelde, kleinschalige projecten die meer maatwerk bieden en daardoor succesvoller zijn de
grote re-integratiebedrijven (uit: notitie Couleur Locale);
• Coevorden wil “de menselijke maat” inbrengen door de diverse infrastructuren voor dagbesteding, integratie, re-
integratie, onderwijs en sociale werkgelegenheid samen te brengen;
• mensen niet langer indelen naar doelgroepen op basis van de wijze waarop de financiering geregeld is. De
scheidslijnen tussen de doelgroepen zijn in de praktijk vaak flinterdun. De beschikbare sociale
zekerheidsbudgetten moeten worden ontschot;
• geen doelgroepen benoemen, maar uitgaan van de persoon en dan per persoon maatwerk in het traject afspreken
(uit: Notitie Integraal Sociaal Beleid).
Op basis van de gesprekken die in het kader van de evaluatie zijn gevoerd, kan worden geconstateerd dat de
bovenstaande kwalitatieve doelen zijn bereikt. Er zijn echter weinig tot geen rapportages beschikbaar waaraan dit kan
worden getoetst.
Coevorden stuurde tot 2008 op het beschikbare budget, maar heeft door grote uitgaven in 2009 en 2010 een tekort op
het W-deel opgelopen. Hier speelt mee dat het aantal re-integratietrajecten vanaf 2009 aanzienlijk is toegenomen. In
de periode 2004-2009 werd gewerkt met commerciële re-integratiebureaus, maar vanaf 2009 is Coevorden de re-
integratieprojecten in eigen beheer gaan uitvoeren (lokale, kleinschalige projecten). In de gesprekken wordt
aangegeven dat Coevorden in eigen beheer meer activiteiten tegen dezelfde kosten kan uitvoeren. Uit tabel 4.7 blijkt
dat het aantal uitgevoerde trajecten in 2009 en de eerste helft van 2010 aanzienlijk hoger ligt dan voorgaande jaren.
Het aantal trajecten neemt harder toe dan de kosten voor re-integratie.
Onderzoek doelOnderzoek doelOnderzoek doelOnderzoek doelmatigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden •••• ResultatenResultatenResultatenResultaten
36
Tabel Tabel Tabel Tabel 4444....7777
Uitgevoerde re-integratietrajecten gemeente Coevorden, 2005-2010.
perioden aantal
1e halfjaar 2005 220
2e halfjaar 2005 310
1e halfjaar 2006 300
2e halfjaar 2006 310
1e halfjaar 2007 310
2e halfjaar 2007 330
1e halfjaar 2008 350
2e halfjaar 2008 360
1e halfjaar 2009 360
2e halfjaar 2009 430
1e halfjaar 2010* 550
Bron: Kernkaart Wwb.
Kosten Kosten Kosten Kosten gerelateerd aan uitstromergerelateerd aan uitstromergerelateerd aan uitstromergerelateerd aan uitstromer
De totale uitgaven aan re-integratiebeleid gerelateerd aan de gerealiseerde uitstroom geven inzicht in de doelmatigheid
van het beleid. De kosten per uitstromer (< 65 jaar) schommelden in de periode 2004-2008 tussen 10.000 en 15.000
euro. In 2009 namen de kosten per uitstromer aanzienlijk toe tot € 22.000 als gevolg van een toename van de uitgaven
enerzijds en een daling van het aantal uitstromers anderzijds. Vooral het aantal uitstromers naar werk nam in 2009 af,
waardoor de kosten per uitstromer naar werk ruim twee keer zo hoog liggen. In 2010 liggen het aantal uitstromers en de
kosten per uitstromer weer op het niveau van 2004-2008. De kosten per uitstromer worden overigens beïnvloed door
externe factoren. In tijden van laagconjunctuur is er sprake van weinig baanopeningen, hierdoor is het moeilijker om
mensen naar werk uit te laten stromen. In tijden van hoogconjunctuur bestaat het bestand voor een groot deel uit
moeilijk bemiddelbare klanten. Daarvoor geldt dat er relatief meer kosten gemaakt moeten worden per traject om
uitstroom te bewerkstelligen.
Tabel Tabel Tabel Tabel 4444....8888
Aantal uitstromers en kosten uitstroom, Coevorden, 2004-2010. totale
uitstroom (<65 jaar)
kosten uitstromer (x € 1.000)
uitstroom naar werk (<65 jaar)
kosten uitstromer
naar werk (x € 1.000)
totale uitgaven (x €
1.000)
2004 230 € 12 95 € 29 2.754
2005 215 € 11 130 € 19 2.465
2006 290 € 10 160 € 18 2.934
2007 185 € 15 95 € 29 2.716
2008 200 € 15 90 € 33 2.966
2009 160 € 22 50* € 71 3.539
2010 270* € 11 130* € 23 2.950*
Bron: Kernkaart Wwb en *) gegevens van gemeente Coevorden
Onderzoek doelOnderzoek doelOnderzoek doelOnderzoek doelmatigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden •••• ResultatenResultatenResultatenResultaten
37
4.5 Ontwikkeling in perspectief
4.5.1 Werkgelegenheid, werkloosheid, Wwb-uitkeringen
Om de resultaten van het re-integratiebeleid van de gemeente Coevorden in perspectief te kunnen plaatsen, wordt in
deze paragraaf een vergelijking gemaakt met de ontwikkeling van de werkgelegenheid en het klantenbestand in een
viertal referentiegemeenten in de regio, namelijk Emmen, Hoogeveen, Hardenberg en Meppel.
Ontwikkeling werkgelegenheid redelijk gunstig geweest Ontwikkeling werkgelegenheid redelijk gunstig geweest Ontwikkeling werkgelegenheid redelijk gunstig geweest Ontwikkeling werkgelegenheid redelijk gunstig geweest Als het aantal banen in de regio toeneemt, vergroot dat de kansen op re-integratie voor niet-werkenden. Omgekeerd
bemoeilijkt een stagnerende of afnemende werkgelegenheid toetreding tot de arbeidsmarkt. De ontwikkeling van de
werkgelegenheid in Coevorden is tussen 2006 en 2008 redelijk gunstig geweest (van 14.150 banen naar 15.060;
+6,4%). Vanaf 2008 is het aantal banen onder invloed van de crisis afgenomen tot 14.780 (-1,9%). In de
referentiegemeenten Emmen (-3,7% en Meppel (-0,7%) is er eveneens een afname zichtbaar in de werkgelegenheid in
de periode 2008-2010, terwijl in Hardenberg (+0,1%) en Hoogeveen (+2,3%) sprake is van een (lichte) toename.
Landelijk nam het aantal banen tussen 2008 en 2010 met 0,4 procent af.
Tabel Tabel Tabel Tabel 4444....9999
Ontwikkeling van de werkgelegenheid (totaal aantal banen) in Coevorden en referentiegemeenten, 2006-2010.
Coevorden Emmen Hardenberg Hoogeveen Meppel
2006 14.150 47.720 22.690 25.770 18.260
2007 14.950 49.040 23.230 27.490 19.050
2008 15.060 50.870 24.410 27.940 19.100
2009 15.020 50.050 24.570 28.560 19.090
2010 14.780 49.010 24.430 28.570 18.970
2006-2010 4,5% 2,7% 7,7% 10,9% 3,9%
2008-2010 -1,9% -3,7% 0,1% 2,3% -0,7%
Bron: LISA
Relatief Relatief Relatief Relatief beperkte toename beperkte toename beperkte toename beperkte toename WwWwWwWw----uitkeringen in Coevordenuitkeringen in Coevordenuitkeringen in Coevordenuitkeringen in Coevorden Voor de instroom in de Wwb is verder de werkloosheidssituatie van belang. Een deel van de instroom in de bijstand komt
immers vanuit de WW. De gemeente Coevorden scoort beter dan gemiddeld als het gaat om de ontwikkeling van de
werkloosheid. In 2009 en de eerste helft van 2010 is in alle gemeenten het effect van de economische crisis zichtbaar,
maar deze blijft in Coevorden beperkt. In 2010 neemt het aantal Ww-uitkeringen eerst (licht) toe en vervolgens in de
laatste maanden van 2010 weer af. Door de jaren heen is voor Coevorden ook duidelijk te zien dat er sprake is van
seizoenswerkloosheid. In eerste kwartaal van het jaar loopt de werkloosheid steeds wat op, om in de periode daarna
weer af te nemen.
Figuur Figuur Figuur Figuur 4444....2222
Ontwikkeling (relatief) van het aantal Ww-uitkeringen (1e kwartaal 2004 – 1e kwartaal 2011, beginstand kwartaal)
index, stand 1e kwartaal 2004 =100%
Onderzoek doelOnderzoek doelOnderzoek doelOnderzoek doelmatigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden •••• ResultatenResultatenResultatenResultaten
38
0%
25%
50%
75%
100%
125%
150%
kw1-04 kw1-05 kw1-06 kw1-07 kw1-08 kw1-09 kw1-10 kw1-11
Coevorden Emmen Hardenberg Hoogeveen Meppel
Bron: UWV Werkbedrijf
Toename WwbToename WwbToename WwbToename Wwb----bestand vanaf 2004 bovengemiddeld; vanaf 2010 scoort Coevorden relatief goed bestand vanaf 2004 bovengemiddeld; vanaf 2010 scoort Coevorden relatief goed bestand vanaf 2004 bovengemiddeld; vanaf 2010 scoort Coevorden relatief goed bestand vanaf 2004 bovengemiddeld; vanaf 2010 scoort Coevorden relatief goed
Het aantal Wwb-cliënten (jonger dan 65 jaar) in Coevorden bedraagt 670 per 1 maart 2011. De ontwikkeling van het
aantal Wwb-cliënten jonger dan 65 jaar in Coevorden kent eenzelfde patroon als de ontwikkeling in de
referentiegemeenten. Na een lichte toename tot 2005, neemt het aantal uitkeringen in 2006 en 2007 weer af, waarna
vanaf 2008 in alle gemeenten een geleidelijke toename plaatsvindt. In de periode 2008 tot en met 2010 ligt het aantal
cliënten in Coevorden ten opzichte van de beginsituatie in 2004, hoger dan in de referentiegemeenten.
Onderzoek doelOnderzoek doelOnderzoek doelOnderzoek doelmatigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden •••• ResultatenResultatenResultatenResultaten
39
Figuur Figuur Figuur Figuur 4444....3333
Ontwikkeling (relatief) van het aantal Wwb-uitkeringen (<65 jaar, begin 1e kwartaal 2004 - 2e kwartaal 2011). Index,
stand 1e kwartaal 2004 = 100%
50%
75%
100%
125%
150%
kw1-04 kw1-05 kw1-06 kw1-07 kw1-08 kw1-09 kw1-10 kw1-11
Coevorden Emmen Hardenberg Hoogeveen Meppel
Bron: CBS
Als echter gekeken wordt naar de recente ontwikkeling van het aantal Wwb-uitkeringen in 2010 en de eerste maanden
van 2011, dan scoort Coevorden relatief goed in vergelijking tot de referentiegemeenten. In Coevorden is het aantal
Wwb-uitkeringen in deze periode ongeveer op hetzelfde niveau gebleven, terwijl Emmen, Hoogeveen en Meppel een
duidelijke toename kennen.
Onderzoek doelOnderzoek doelOnderzoek doelOnderzoek doelmatigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden •••• ResultatenResultatenResultatenResultaten
40
Figuur Figuur Figuur Figuur 4444....4444
Ontwikkeling (relatief) van het aantal Wwb-uitkeringen (<65 jaar, januari 2010 – maart 2011).
0,0
1,0
2,0
3,0
4,0
5,0
januari '04
januari ‘05
januari ‘06
januari ‘07
januari ‘08
januari ‘09
januari ‘10
september
'10
Coevorden Emmen Hardenberg Hoogeveen Meppel
Bron: gemeente Coevorden, CBS.
Het aandeel Wwb-ers als percentage van de totale bevolkingsgroep 20-65 jaar is in Coevorden met 3,1 procent
(peildatum: 1 september 2010) lager dan in Emmen (4,2 procent), maar aanzienlijk hoger dan in Hardenberg (1,7
procent). Gezien over een langere periode schommelt het aandeel Wwb-ers ten opzichte van de groep 20-65 jarige al
jaren rond 2,5-3,0 procent.
4.5.2 Re-integratietrajecten
Coevorden kent relatief sterke toename van reCoevorden kent relatief sterke toename van reCoevorden kent relatief sterke toename van reCoevorden kent relatief sterke toename van re----integratietrajecten vanaf 2009integratietrajecten vanaf 2009integratietrajecten vanaf 2009integratietrajecten vanaf 2009
Het aantal re-integratietrajecten in Coevorden is vanaf de eerste helft van 2005 (220 trajecten) geleidelijk toegenomen
tot 360 in de eerste helft van 2009. Vanaf de zomer van 2009 is het aantal trajecten sterk toegenomen tot 550 in de
eerste helft van 2010. In de referentiegemeenten is deze flinke toename, met uitzondering van Hoogeveen, niet
zichtbaar.
De inzet van gesubsidieerde arbeid (waaronder loonkostensubsidies) was in Coevorden vooral in 2006 en 2007
aanzienlijk (ongeveer 80), waarna in 2009 het aantal afneemt tot 20. Het percentage varieert van 4 tot 22 procent. Ook
in de overige referentiegemeenten ligt het percentage op ongeveer hetzelfde niveau (met uitzondering van Hoogeveen).
4.5.3 In- en uitstroom Wwb
Onderzoek doelOnderzoek doelOnderzoek doelOnderzoek doelmatigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden •••• ResultatenResultatenResultatenResultaten
41
Gemiddelde dynamiek in klantenbestand Coevorden Gemiddelde dynamiek in klantenbestand Coevorden Gemiddelde dynamiek in klantenbestand Coevorden Gemiddelde dynamiek in klantenbestand Coevorden
De in- en uitstroom in het bestand vertelt iets over de mate waarin het Wwb-bestand in beweging is. Het gaat hierbij niet
alleen om uitstroom naar werk, maar om de totale uitstroom. De gemeente Coevorden komt wat betreft de dynamiek
binnen het cliëntenbestand goed overeen met de referentiegemeenten. Voor 2009 geldt dat het aandeel instromers in
Coevorden met 43 procent redelijk overeenkomt met de referentiegemeenten. Het percentage uitstromers ligt met 19
procent iets lager dan in de referentiegemeenten, maar het verschil met Emmen en Meppel is beperkt.
Vergelijkingscijfers over 2010 zijn (nog) niet beschikbaar.
Tabel Tabel Tabel Tabel 4444....10 10 10 10
Aantal en aandeel in- en uitstroom in 2009, Coevorden en referentiegemeenten
instroom %1 uitstroom %2 Coevorden 285 43% 160 19% Emmen 1240 47% 735 22% Hardenberg 310 56% 195 26% Hoogeveen
495 49% 355 26% Meppel 195 38% 135 20%
1 Het aandeel nieuw toegekende algemene bijstandsuitkeringen in het verslagjaar ten opzichte van het aantal huishoudens met een algemene
bijstandsuitkering per 31 december van het verslagjaar.
2 Het aandeel van in het verslagjaar beëindigde bijstandsuitkeringen ten opzichte van het totale aantal huishoudens met een
bijstandsuitkering per 1 januari plus het aantal nieuwe bijstandsuitkeringen t/m 31 december.
Bron: Kernkaart Wwb.
AAAAandeel duurzame uitstromers gelijk aan referentiegemeentenandeel duurzame uitstromers gelijk aan referentiegemeentenandeel duurzame uitstromers gelijk aan referentiegemeentenandeel duurzame uitstromers gelijk aan referentiegemeenten
Het totaal aantal uitstromers in Coevorden is in 2009 kleiner dan in de voorgaande jaren. Als het gaat om duurzame
uitstroom is de uitstroom als gevolg van aanvaarding van werk van belang. In Coevorden ligt dit percentage tussen 2004
en 2008 tussen 40 en 60 procent van de totale uitstroom (tabel 4.11). In de referentiegemeenten liggen deze
percentages op hetzelfde niveau.
Onderzoek doelOnderzoek doelOnderzoek doelOnderzoek doelmatigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden •••• ResultatenResultatenResultatenResultaten
42
Tabel Tabel Tabel Tabel 4444....11 11 11 11
Beëindiging uitkering door aanvaarding werk als percentage uitstroom, 2004 – 2009.
uitstroom (<65 jaar) uitstroom werk percentage uitstromers naar werk
2004 230 95 41%
2005 215 130 61%
2006 290 160 56%
2007 185 95 51%
2008 200 90 45%
2009 160 46*) 29%
Bron: Kernkaart Wwb en *) gemeente Coevorden.
Terugval in Coevorden vergelijkbaar met Emmen en MeppelTerugval in Coevorden vergelijkbaar met Emmen en MeppelTerugval in Coevorden vergelijkbaar met Emmen en MeppelTerugval in Coevorden vergelijkbaar met Emmen en Meppel
Een belangrijke vraag is hoe het aandeel terugvallers zich in Coevorden verhoudt tot de referentiegemeenten. Terugval is
hier, conform de landelijke kernkaart Wwb, gedefinieerd als het opnieuw afhankelijk worden van een bijstandsuitkering,
nadat in de voorafgaande periode van 12 maanden de bijstandsuitkering werd beëindigd.
De meest recente gegevens over terugval gaan over 2009. Het aantal terugvallers (draaideurcliënten) is in de periode
2004-2009 afgenomen van 55 in 2004 tot 35 in 2009. Het aandeel terugvallers (aandeel terugvallers ten opzichte van
het totale aantal beëindigde bijstandsuitkeringen in de periode 1 januari t/m 31 december van het verslagjaar) komt in
de periode 2004 tot en met 2009 overeen met het beeld in Emmen en Meppel. De gemeenten Hardenberg en
Hoogeveen kennen gemiddeld genomen een hoger aandeel terugvallers dan Coevorden, Emmen en Meppel.
Tabel Tabel Tabel Tabel 4444....12121212
Aantal en percentage terugvallers.
Coevorden Emmen Hardenberg Hoogeveen Meppel
aantal % aantal % aantal % aantal % aantal %
2004 55 23% 300 27% 90 31% 110 32% 35 18%
2005 40 18% 180 18% 50 15% 85 22% 45 21%
2006 40 14% 175 17% 45 15% 380 48% 60 25%
2007 < 5 < 5% 20 2% 110 49% 70 19% 10 6%
2008 n.b. n.b. n.b. n.b. n.b. n.b n.b. n.b. n.b. n.b
2009 35 22% 170 23% 55 28% 85 24% 40 30%
Bron: Kernkaart Wwb.
Onderzoek doelOnderzoek doelOnderzoek doelOnderzoek doelmatigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden •••• ResultatenResultatenResultatenResultaten
43
4.6 Kosten per traject
Op basis van de Kernkaart van het Ministerie van Sociale Zaken kunnen de kosten per re-integratietraject tussen de
gemeenten worden vergeleken. De volgende zaken vallen op als wordt gekeken naar de resultaten:
• De uitgaven voor re-integratie zijn tussen 2007-2010 met 8,5 procent gestegen in Coevorden van 2,72 miljoen
euro naar 2,95 miljoen euro; Het aantal re-integratietrajecten is in dezelfde periode nog harder toegenomen met
93 procent van 310 in 2007 naar 600 in 2010.
• De kosten per traject nemen af in Coevorden van € 8.760 per traject in 2007, naar € 4.320 per traject in 2010,
ofwel een daling met 51%; Dit valt samen met de keuze van de gemeente Coevorden om de re-integratie in eigen
beheer te gaan uitvoeren.
• In 2007 en 2008 waren de kosten per traject met € 8.760 het hoogst in Coevorden, in 2009 bekleedt Coevorden
een middenpositie voor wat de kosten per traject.
• Het aantal re-integratietrajecten in de referentiegemeenten is afgenomen tussen 2009 en 2010, in Coevorden
juist sprake van een toename.
Tabel 4.Tabel 4.Tabel 4.Tabel 4.13131313
De totale werkelijke uitgaven, het aantal trajecten en de kosten per traject.
2007 2008 2009 2010
werkelijke uitgaven
Coevorden € 2.715.990 € 2.965.850 € 3.538.570 € 2.950.590
Emmen € 13.279.480 € 13.301.000 € 13.102.980 -
Hardenberg € 2.616.530 € 2.577.400 € 3.055.990 -
Hoogeveen € 4.960.960 € 5.097.090 € 6.684.070 -
Meppel € 2.334.080 € 2.420.920 € 3.161.540 -
aantal trajecten
Coevorden 310 330 530 600
Emmen 2.270 2.150 1.910 1.750
Hardenberg 510 520 530 490
Hoogeveen 700 830 1.140 1.110
Meppel 350 320 300 250
kosten per traject
Coevorden € 8.760 € 8.990 € 6.680 € 4.320
Emmen € 5.850 € 6.190 € 6.860 -
Hardenberg € 5.130 € 4.960 € 5.770 -
Hoogeveen € 7.090 € 6.140 € 5.860 -
Meppel € 6.670 € 7.570 € 10.540 -
Bron: Kernkaart, Ministerie van SZW
Onderzoek doelOnderzoek doelOnderzoek doelOnderzoek doelmatigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden •••• ResultatenResultatenResultatenResultaten
44
4.7 Resumé
normen toetsingscriteria waardering (++, +, ±, -, - -)
Er is inzicht in de ontwikkeling van het
klantenbestand
• Wat zijn de ontwikkelingen in de omvang van het Wwb-bestand in de onderzoeksperiode?
• Hoeveel cliënten zijn er in de onderzoeksperiode doorverwezen naar elk van de partners, uitgesplitst naar doelgroep, instrument en trede op de re-integratieladder? (absoluut + relatief)
+ Toelichting: er is inzicht in de ontwikkeling van de omvang van het bestand. +/- Toelichting: in verantwoording is aantal cliënten per instrument bekend (instroom, uitstroom), maar er is geen zichtbare relatie gelegd met trede op de re-integratieladder, Er is daarmee ook geen zicht op de doorstroom en het rendement van een traject in termen van duurzame uitstroom.
De doelen voor de bestandsontwikkelingen
worden bereikt
• Hoeveel cliënten zijn er in de onderzoeksperiode duurzaam uitgestroomd? (absoluut + relatief)
• Wat is de kwantitatieve norm die is vastgelegd in beleid. Is die behaald?
+/- Van de cliënten die zijn uitgestroomd zijn er in 2009 35 binnen een jaar teruggevallen in de bijstand. In 2009 zijn er 160 personen uitgestroomd. Dit betekent volgens de landelijke definitie dat 22% is teruggevallen en 78% duurzaam is uitgestroomd. + Toelichting: Voor 2010 geldt dat de kwantitatieve doelen vrijwel volledig gerealiseerd zijn. De stand van het aantal Wwb- en WIJ-uitkeringen ligt met respectievelijk 552 en 108 licht onder de streefwaarde. De doelstelling voor uistroom lag op 145. De realisatie is 270. Daarmee is ook dit doel gehaald.
Onderzoek doelOnderzoek doelOnderzoek doelOnderzoek doelmatigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden matigheid gemeenten Coevorden •••• ResultatenResultatenResultatenResultaten
45
normen toetsingscriteria waardering (++, +, ±, -, - -)
De bestandsontwikkelingen wijken niet
onberedeneerd negatief af van
benchmarkgemeenten
• Aantal personen/huishoudens in de Wwb is afgenomen c.q. minder hard gegroeid dan landelijk of in referentiegemeenten;
• Wat zijn soortgelijke resultaten in soortgelijke gemeenten? (benchmark)? (absoluut + relatief, nodig omwille vergelijkbaarheid)
+/- Toelichting: In periode 2004-2009 is de groei sterker dan in ref. gemeenten. In 2010 scoort Coevorden juist beter dan ref. gemeenten. +/- Toelichting: Uitstroompercentages in Coevorden en ref. gemeenten komen overeen. Ook percentage uitstromers naar werk ligt in Coevorden vrijwel gelijk aan ref. gemeenten.
Terugval*) of draaideurcliënten wordt
tegengegaan.
• Het aantal terugvallers in Coevorden is lager dan in de referentiegemeenten;
• Hoe wordt Work First-beleid vormgegeven. Waaruit blijkt dat.
+/- Toelichting: het aandeel (!) terugvallers in Coevorden is gelijk aan de ref. gemeenten. ++ Toelichting: De gemeente Coevorden heeft als uitgangspunt: niemand achter de geraniums. Iedereen levert een bijdrage. 90% van de uitkeringsgerechtigden heeft een re-integratietraject. Ze geeft daarmee invulling aan Work First-beleid.
Instroom vanuit WW naar Wwb wordt
tegengegaan?
• Sociale dienst, UWV en evt. andere ketenpartners werken actief samen om instroom uit de WW in de Wwb te voorkomen. Hoe gebeurt dit (op het Werkplein?) en wat zijn de meetbare resultaten?
+/- BOCE gemeenten en UWV werken samen op het Werkplein. Over de resultaten is in kwantitatieve zin niets bekend.
De resultaten van het beleid worden bereikt
tegen optimale kosten
• Hoe is op de bovengenoemde items de efficiency van het gevoerde beleid te kwalificeren? Wat is de verhouding tussen kosten en baten van het beleid (doelmatigheid)?
• Totale kosten voor re-integratie
• Kosten per traject
+ Toelichting De uitgaven voor re-integratie zijn tussen 2007-2010 met 8,5% gestegen in Coevorden van 2,72 miljoen euro naar 2,95 miljoen euro; het aantal re-integratietrajecten is in dezelfde periode nog harder toegenomen met 93% van 310 in 2007 naar 600 in 2010. De kosten per traject nemen af in Coevorden van € 8.760 per traject in 2007, naar € 4.320 per traject in 2010. In 2007 en 2008 waren de kosten per traject met € 8.760 het hoogst in Coevorden, in 2009 bekleedt Coevorden een middenpositie voor wat betreft de kosten per traject.
46
bijlagen
47
Bijlage 1. Normenkader
Onderzoeksvraag 1: Wat is het re-integratiebeleid?
normen toetsingscriteria
Het re-integratiebeleid is
duidelijk geformuleerd.
• Welke beleidsdoelen streeft de gemeente Coevorden na met het re-integratiebeleid?
• Zijn deze doelen SMART geformuleerd?
• In hoeverre is de raad betrokken?
Het re-integratiebeleid bevat
doelen voor alle doelgroepen
• Worden er doelgroepen onderscheiden?
• Wat zijn de doelstellingen per doelgroep?
• Is er sprake van generatiewerkloosheid? Heeft de gemeente een effectief beleid ontwikkeld ter voorkoming van generatiewerkloosheid?
Het re-integratiebeleid bevat
doelen voor stroom naar werk
en voor participatie
Wordt gebruik gemaakt van de re-integratie-/participatieladder?
Welke instrumenten worden
ingezet?
• Welke instrumenten worden er (per doelgroep) gebruikt om de re-integratiedoelstellingen te behalen?;
De gemeente werkt goed samen
met ketenpartners bij de
aanpak van re-integratie
• De gemeente heeft ketenpartners om de re-integratie vorm te geven.
• Hoe is de samenwerking vormgegeven?
• Hoe verloopt de samenwerking met de re-integratiepartners?
• Met welke ketenpartners wordt wel samengewerkt en met welke niet? Waarom?
• Op welke wijze worden de re-integratiepartners aangestuurd?
• Hiermee wordt intensief en doelmatig samengewerkt.
• Overdracht van cliënten gebeurt op ‘warme’ manier.
Onderzoeksvraag 2: Welke uitgaven zijn hiervoor gedaan?
normen toetsingscriteria
Er is voldoende budget
beschikbaar voor het re-
integratiebeleid
Het budget wordt zo ingezet
dat de (sub) doelen kunnen
worden bereikt
• Hoeveel geld was er in de onderzoeksperiode beschikbaar voor het W-deel?
• Hoe is dit budget voor het werkdeel opgebouwd/ gealloceerd naar diverse onderdelen?;
• Wat waren hierbij de daadwerkelijke bestedingscijfers, in totaal en uitgesplitst naar doelgroep, re-integratiepartner, instrument en trede op de re-integratieladder?
• Welk deel van het budget is besteed aan de eigen organisatie?
Onderzoeksvraag 3: In hoeverre is het beleid aanpasbaar aan wisselingen in de marktomstandigheden en in hoeverre is het
beleid daarom daadwerkelijk aangepast?
normen toetsingscriteria
De gemeente houdt rekening
met (extra)
inkomstenmogelijkheden en
de toekomstige ontwikkeling
van het Rijksbudget
• Speelt de gemeente adequaat in op krimpende budgetten vanuit het Rijk voor re-integratie?
• In hoeverre zit er geoormerkt geld bij?
De gemeente analyseert de
effecten van de demografische
ontwikkelingen op
werkloosheid en bijstand
• Speelt de gemeente adequaat in op de aanstaande demografische ontwikkelingen (ontgroening, vergrijzing, krapte op de arbeidsmarkt in bepaalde sectoren)?
• Op welke wijze worden de invloeden van de recessie in het gemeentelijke arbeidsmarktbeleid verwerkt?
De gemeente heeft up-to-date
kennis van de arbeidsmarkt en
• Heeft de gemeente voldoende contacten/ feeling met de vraagzijde van de arbeidsmarkt (werkgevers), om zodoende adequaat te kunnen reageren op nieuwe ontwikkelingen?
48
de effecten op werkloosheid
en bijstand
Onderzoeksvraag 4: In hoeverre is het beleid doeltreffend? Hoe groot is bij de gemeentelijke bijstand de instroom, doorstroom en
uitstroom en hoe definitief is deze uitstroom?
normen toetsingscriteria
Er is inzicht in de ontwikkeling
van het klantenbestand
• Wat zijn de ontwikkelingen in de omvang van het Wwb-bestand in de onderzoeksperiode?
• Hoeveel cliënten zijn er in de onderzoeksperiode doorverwezen naar elk van de partners, uitgesplitst naar doelgroep, instrument en trede op de re-integratieladder? (absoluut + relatief)
De doelen voor de
bestandsontwikkelingen
worden bereikt
• Hoeveel cliënten zijn er in de onderzoeksperiode duurzaam uitgestroomd? (absoluut + relatief)
• Wat zijn soortgelijke resultaten in soortgelijke gemeenten? (benchmark)? (absoluut + relatief, nodig omwille vergelijkbaarheid)
De bestandsontwikkelingen
wijken niet onberedeneerd
negatief af van
benchmarkgemeenten
• Aantal personen/huishoudens in de Wwb is afgenomen c.q. minder hard gegroeid dan landelijk of in referentiegemeenten;
• kwantitatieve norm die is vastgelegd in beleid;
Terugval*) of draaideurcliënten
wordt tegengegaan.
• Het aantal terugvallers in Coevorden is lager dan in de referentiegemeenten;
• Hoe wordt Work First-beleid vormgegeven. Waaruit blijkt dat.
Instroom vanuit WW naar Wwb
wordt tegengegaan?
• Sociale dienst, UWV en evt. andere ketenpartners werken actief samen om instroom uit de WW in de Wwb te voorkomen. Hoe gebeurt dit (op het Werkplein?) en wat zijn de meetbare resultaten?
*Terugval is binnen de Kernkaart door het Ministerie gedefinieerd als het aantal huishoudens dat opnieuw afhankelijk werd van bijstand in het
verslagjaar (1-1 t/m 31-12) nadat in de voorafgaande periode van 12 maanden de bijstand werd beëindigd.
Onderzoeksvraag 5: In hoeverre is het beleid doelmatig?
normen toetsingscriteria
De resultaten van het
beleid worden bereikt tegen
optimale kosten
• Hoe is op de bovengenoemde items de efficiency van het gevoerde beleid te kwalificeren? Wat is de verhouding tussen kosten en baten van het beleid (doelmatigheid)?
• Totaal budget en totale kosten;
• Kosten per traject;
• Kosten per traject in vergelijking met referentiegemeenten of gemeenten in gelijke grootteklasse.
49
Bijlage 2. Gesprekspartners
Interne gesprekspartners.
naam functie
Mevrouw T. Pot Portefeuillehouder sociale zaken, welzijn,plattelandsvernieuwing en accommodatiebeleid
De heer A. Eeftink Accountmanager Werk gemeente Coevorden
De heer A. Groothuis Teamleider Werk gemeente Coevorden
De heer H. Geelen Beleidsmedewerker Economische Zaken
Mevrouw A. Haken Manager Publieksservice at Gemeente Coevorden
De heer A. Meijering juridisch kwaliteitsmedewerker gemeente Coevorden
Mevrouw R. Ruinemans Financieel Administratief medewerkster
Externe gesprekspartners
naam functie
De heer W. Hemmes Lid Industriële Vereniging Coevorden
Mevrouw R. van de Pal Parkmanager voor Parkmanagement Coevorden
50
Bijlage 3. Begrippenlijst
BOCE Borger-Odoorn, Coevorden, Emmen
CWI Centrum voor Werk en Inkomen
De Bentheimer Bedrijfsverzamelgebouw van waaruit team Werk onder de naam De Bentheimer arbeidsre-integratie uitvoert
EMCO Werkleerbedrijf voor Emmen-Coevorden
ESF Europees Sociaal Fonds
Fins Gastheermodel Het 'gastheergemeentemodel' bestaat eruit dat de ene gemeente, in Finland 'gastheergemeente' genoemd, taken uitvoert ten behoeve van (een) andere gemeente(n), de gastgemeente(n). Er is dus sprake van een klant-leveranciersverhouding
I-deel Wwb Deel van de activiteiten van de Wwb die samenhangen het het inkomensdeel van arbeidsre-integratie (inkomen)
IVC Industrievereniging Coevorden
Nugger Niet uitkeringsgerechtigden
PMC Parkmanagement Coevorden
Qwink Naam voor bedrijfsverzamelgebouw voor werk en inkomen in Emmen, later omgedoopt tot Werkplein Zuidoost-Drenthe
ROC Regionaal Opleidingen Centrum (middelbaar beroepsonderwijs)
SMART Specifiek Meerbaar Acceptabel Realistisch en Tijdgebonden
Stratech Diagnose en monitoringsysteem arbeidsre-integratie gemeente Coevorden
UWV Uitkeringsinstituut Werknemersverzekeringen
WAO Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering
W-deel Wwb Deel van activiteiten van de Wwb die samenhangen met arbeidsre-integratie (werk)
Wia Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen
WIJ Wet Investeren in Jongeren
WMO Wet Maatschappelijk Ondersteuning
Wsw Wet Sociale Werk Voorziening
Ww Werkloosheidswet
Wwb Wet Werk en Bijstand