De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

84
de A ANSLAG! Een uitgave van de Rotterdamse Fiscalisten Vereniging Christiaanse – Taxateur Jaargang 20, nummer 4 | 2010/2011 Docenten over het thema: In gesprek met: Verder: Prof. mr. drs. H.P.A.M. van Arendonk De oprichters van ‘de Aanslag‘ Christiaanse-Taxateur activiteiten Dr. D.A. Albregtse De staatssecretaris van Financiën Stripverhalen Prof. dr. P. Kavelaars Prof. dr. L.G.M. Stevens Bezoek aan de Hoge Raad

description

Het officiële orgaan van R.F.V. Christiaanse-Taxateur

Transcript of De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

Page 1: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

deAANSLAG!Een uitgave van de Rotterdamse Fiscalisten Vereniging Christiaanse – Taxateur

Jaargang 20, nummer 4 | 2010/2011

Docenten over het thema: In gesprek met: Verder:Prof. mr. drs. H.P.A.M. van Arendonk De oprichters van ‘de Aanslag‘ Christiaanse-Taxateur activiteitenDr. D.A. Albregtse De staatssecretaris van Financiën StripverhalenProf. dr. P. Kavelaars Prof. dr. L.G.M. Stevens Bezoek aan de Hoge Raad

Page 2: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

Commissies voor 2011-2012

Wil jij jezelf ontwikkelen en fantastische ervaringen opdoen waar je een leven lang wat aan hebt? Solliciteer dan voor één van de vele

commissies die de Christiaanse-Taxateur rijk is!

Nieuwsgierig geworden? Stuur een mail naar [email protected] met je motivatie en CV. Of kom een keer langs op H16-25 voor meer informatie. Naar

aanleiding van je sollicitatie zal het bestuur 2011-2012 t.z.t. contact met je opnemen. Wij hopen jou volgend jaar in een commissie te mogen verwelkomen!

De Christiaanse-Taxateur is op zoek naar actieve leden!

AanslagredactieElk kwartaal verschijnt een professionele glossy met alle highlights van onze studievereniging in het afgelopen kwartaal. Verder verschijnen er interviews met partners en starters bij de potentiële werkgevers, inhoudelijke fis-cale onderwerpen worden besproken door universitaire docenten, er verschijnen interviews/stellingen met stu-denten en nog veel meer. Wil jij je mengen in de vorming van een mooi actueel verenigingsblad? Solliciteer voor dé redactie van de Christiaanse-Taxateur!

ActiviteitencommissieEen variëteit aan activiteiten zullen komend jaar weer de revue passeren. Onder andere in het organiseren van het actievenweekend, sportevenementen en de eindac-tiviteit kan jij je creativiteit kwijt. Is een kleine commissie die niet veel tijd kost iets voor jou? Dan ben jij bij de activiteitencommissie aan het goede adres! Vergeet niet te solliciteren

BedrijvendagcommissieElk jaar organiseert de Christiaanse-Taxateur een groots fiscalistencongres. Tijdens het congres kunnen de leden kennis maken met de potentiële werkgevers. Als commis-sie ben je verantwoordelijk voor het contact met de bedrij-ven en het binnenhalen van sponsorgelden. Verder houd je je bezig met alles wat met organiseren te maken heeft; het regelen van de locatie en alles op de locatie. Kortom wil jij deze dag van A tot Z neerzetten en alvast met veel kantoren kennismaken? Organiseer dan dit grootse con-gres en solliciteer voor de Fiscale Bedrijvendagcommissie!

ReiscommissieHet is een traditie geworden om elk jaar een studiereis te organiseren. Verre en fiscaal interessante landen worden aangedaan. Een kleine greep uit het verleden: New York (2010), Hong Kong (2009), en Mumbai (2011). Als com-missie ben je verantwoordelijk voor de opstelling van een mooi, inhoudelijk programma. Maar hiervoor is natuurlijk ook acquisitie nodig. Ben jij een echte teambuilder, weet jij een groep te motiveren voor een tiendaagse reis en wil jij je connecties internationaal uitbreiden? Dan is deze commissie je op het lijf geschreven en zien we je sol-licitatie graag tegemoet!

SkicommissieSinds twee jaar organiseert de CT met trots de skireis. Met zo’n 25 studenten dalen we af van de bergtoppen regelrecht de après-skibars in. Een mooie reis, maar met toch nog wat organisatie daarachter. Ben jij het sneeuw-kanon die ons dit jaar een mooie skireis bezorgd? Sol-liciteer dan voor deze commissie!

Tax Jurisprudence Program commissieWil jij in het collegejaar 2011-2012 de kantoren leren ken-nen op een andere manier, bijvoorbeeld door met senior managers of zelfs partners en docenten om de tafel te zitten om de onderwerpen van de TJP-avonden op elkaar af te stemmen? Kortom grijp jij de kans om je te profileren bij bedrijven en om de inhoudelijkste activiteit van het CT-jaar te organiseren? Laat het ons alvast weten!

Commissies voor 2011-2012

Wil jij jezelf ontwikkelen en fantastische ervaringen opdoen waar je een leven lang wat aan hebt? Solliciteer dan voor één van de vele

commissies die de Christiaanse-Taxateur rijk is!

Nieuwsgierig geworden? Stuur een mail naar [email protected] met je motivatie en CV. Of kom een keer langs op H16-25 voor meer informatie. Naar

aanleiding van je sollicitatie zal het bestuur 2011-2012 t.z.t. contact met je opnemen. Wij hopen jou volgend jaar in een commissie te mogen verwelkomen!

De Christiaanse-Taxateur is op zoek naar actieve leden!

AanslagredactieElk kwartaal verschijnt een professionele glossy met alle highlights van onze studievereniging in het afgelopen kwartaal. Verder verschijnen er interviews met partners en starters bij de potentiële werkgevers, inhoudelijke fis-cale onderwerpen worden besproken door universitaire docenten, er verschijnen interviews/stellingen met stu-denten en nog veel meer. Wil jij je mengen in de vorming van een mooi actueel verenigingsblad? Solliciteer voor dé redactie van de Christiaanse-Taxateur!

ActiviteitencommissieEen variëteit aan activiteiten zullen komend jaar weer de revue passeren. Onder andere in het organiseren van het actievenweekend, sportevenementen en de eindac-tiviteit kan jij je creativiteit kwijt. Is een kleine commissie die niet veel tijd kost iets voor jou? Dan ben jij bij de activiteitencommissie aan het goede adres! Vergeet niet te solliciteren

BedrijvendagcommissieElk jaar organiseert de Christiaanse-Taxateur een groots fiscalistencongres. Tijdens het congres kunnen de leden kennis maken met de potentiële werkgevers. Als commis-sie ben je verantwoordelijk voor het contact met de bedrij-ven en het binnenhalen van sponsorgelden. Verder houd je je bezig met alles wat met organiseren te maken heeft; het regelen van de locatie en alles op de locatie. Kortom wil jij deze dag van A tot Z neerzetten en alvast met veel kantoren kennismaken? Organiseer dan dit grootse con-gres en solliciteer voor de Fiscale Bedrijvendagcommissie!

ReiscommissieHet is een traditie geworden om elk jaar een studiereis te organiseren. Verre en fiscaal interessante landen worden aangedaan. Een kleine greep uit het verleden: New York (2010), Hong Kong (2009), en Mumbai (2011). Als com-missie ben je verantwoordelijk voor de opstelling van een mooi, inhoudelijk programma. Maar hiervoor is natuurlijk ook acquisitie nodig. Ben jij een echte teambuilder, weet jij een groep te motiveren voor een tiendaagse reis en wil jij je connecties internationaal uitbreiden? Dan is deze commissie je op het lijf geschreven en zien we je sol-licitatie graag tegemoet!

SkicommissieSinds twee jaar organiseert de CT met trots de skireis. Met zo’n 25 studenten dalen we af van de bergtoppen regelrecht de après-skibars in. Een mooie reis, maar met toch nog wat organisatie daarachter. Ben jij het sneeuw-kanon die ons dit jaar een mooie skireis bezorgd? Sol-liciteer dan voor deze commissie!

Tax Jurisprudence Program commissieWil jij in het collegejaar 2011-2012 de kantoren leren ken-nen op een andere manier, bijvoorbeeld door met senior managers of zelfs partners en docenten om de tafel te zitten om de onderwerpen van de TJP-avonden op elkaar af te stemmen? Kortom grijp jij de kans om je te profileren bij bedrijven en om de inhoudelijkste activiteit van het CT-jaar te organiseren? Laat het ons alvast weten!

Commissies voor 2011-2012

Wil jij jezelf ontwikkelen en fantastische ervaringen opdoen waar je een leven lang wat aan hebt? Solliciteer dan voor één van de vele

commissies die de Christiaanse-Taxateur rijk is!

Nieuwsgierig geworden? Stuur een mail naar [email protected] met je motivatie en CV. Of kom een keer langs op H16-25 voor meer informatie. Naar

aanleiding van je sollicitatie zal het bestuur 2011-2012 t.z.t. contact met je opnemen. Wij hopen jou volgend jaar in een commissie te mogen verwelkomen!

De Christiaanse-Taxateur is op zoek naar actieve leden!

AanslagredactieElk kwartaal verschijnt een professionele glossy met alle highlights van onze studievereniging in het afgelopen kwartaal. Verder verschijnen er interviews met partners en starters bij de potentiële werkgevers, inhoudelijke fis-cale onderwerpen worden besproken door universitaire docenten, er verschijnen interviews/stellingen met stu-denten en nog veel meer. Wil jij je mengen in de vorming van een mooi actueel verenigingsblad? Solliciteer voor dé redactie van de Christiaanse-Taxateur!

ActiviteitencommissieEen variëteit aan activiteiten zullen komend jaar weer de revue passeren. Onder andere in het organiseren van het actievenweekend, sportevenementen en de eindac-tiviteit kan jij je creativiteit kwijt. Is een kleine commissie die niet veel tijd kost iets voor jou? Dan ben jij bij de activiteitencommissie aan het goede adres! Vergeet niet te solliciteren

BedrijvendagcommissieElk jaar organiseert de Christiaanse-Taxateur een groots fiscalistencongres. Tijdens het congres kunnen de leden kennis maken met de potentiële werkgevers. Als commis-sie ben je verantwoordelijk voor het contact met de bedrij-ven en het binnenhalen van sponsorgelden. Verder houd je je bezig met alles wat met organiseren te maken heeft; het regelen van de locatie en alles op de locatie. Kortom wil jij deze dag van A tot Z neerzetten en alvast met veel kantoren kennismaken? Organiseer dan dit grootse con-gres en solliciteer voor de Fiscale Bedrijvendagcommissie!

ReiscommissieHet is een traditie geworden om elk jaar een studiereis te organiseren. Verre en fiscaal interessante landen worden aangedaan. Een kleine greep uit het verleden: New York (2010), Hong Kong (2009), en Mumbai (2011). Als com-missie ben je verantwoordelijk voor de opstelling van een mooi, inhoudelijk programma. Maar hiervoor is natuurlijk ook acquisitie nodig. Ben jij een echte teambuilder, weet jij een groep te motiveren voor een tiendaagse reis en wil jij je connecties internationaal uitbreiden? Dan is deze commissie je op het lijf geschreven en zien we je sol-licitatie graag tegemoet!

SkicommissieSinds twee jaar organiseert de CT met trots de skireis. Met zo’n 25 studenten dalen we af van de bergtoppen regelrecht de après-skibars in. Een mooie reis, maar met toch nog wat organisatie daarachter. Ben jij het sneeuw-kanon die ons dit jaar een mooie skireis bezorgd? Sol-liciteer dan voor deze commissie!

Tax Jurisprudence Program commissieWil jij in het collegejaar 2011-2012 de kantoren leren ken-nen op een andere manier, bijvoorbeeld door met senior managers of zelfs partners en docenten om de tafel te zitten om de onderwerpen van de TJP-avonden op elkaar af te stemmen? Kortom grijp jij de kans om je te profileren bij bedrijven en om de inhoudelijkste activiteit van het CT-jaar te organiseren? Laat het ons alvast weten!

Commissies voor 2011-2012

Wil jij jezelf ontwikkelen en fantastische ervaringen opdoen waar je een leven lang wat aan hebt? Solliciteer dan voor één van de vele

commissies die de Christiaanse-Taxateur rijk is!

Nieuwsgierig geworden? Stuur een mail naar [email protected] met je motivatie en CV. Of kom een keer langs op H16-25 voor meer informatie. Naar

aanleiding van je sollicitatie zal het bestuur 2011-2012 t.z.t. contact met je opnemen. Wij hopen jou volgend jaar in een commissie te mogen verwelkomen!

De Christiaanse-Taxateur is op zoek naar actieve leden!

AanslagredactieElk kwartaal verschijnt een professionele glossy met alle highlights van onze studievereniging in het afgelopen kwartaal. Verder verschijnen er interviews met partners en starters bij de potentiële werkgevers, inhoudelijke fis-cale onderwerpen worden besproken door universitaire docenten, er verschijnen interviews/stellingen met stu-denten en nog veel meer. Wil jij je mengen in de vorming van een mooi actueel verenigingsblad? Solliciteer voor dé redactie van de Christiaanse-Taxateur!

ActiviteitencommissieEen variëteit aan activiteiten zullen komend jaar weer de revue passeren. Onder andere in het organiseren van het actievenweekend, sportevenementen en de eindac-tiviteit kan jij je creativiteit kwijt. Is een kleine commissie die niet veel tijd kost iets voor jou? Dan ben jij bij de activiteitencommissie aan het goede adres! Vergeet niet te solliciteren

BedrijvendagcommissieElk jaar organiseert de Christiaanse-Taxateur een groots fiscalistencongres. Tijdens het congres kunnen de leden kennis maken met de potentiële werkgevers. Als commis-sie ben je verantwoordelijk voor het contact met de bedrij-ven en het binnenhalen van sponsorgelden. Verder houd je je bezig met alles wat met organiseren te maken heeft; het regelen van de locatie en alles op de locatie. Kortom wil jij deze dag van A tot Z neerzetten en alvast met veel kantoren kennismaken? Organiseer dan dit grootse con-gres en solliciteer voor de Fiscale Bedrijvendagcommissie!

ReiscommissieHet is een traditie geworden om elk jaar een studiereis te organiseren. Verre en fiscaal interessante landen worden aangedaan. Een kleine greep uit het verleden: New York (2010), Hong Kong (2009), en Mumbai (2011). Als com-missie ben je verantwoordelijk voor de opstelling van een mooi, inhoudelijk programma. Maar hiervoor is natuurlijk ook acquisitie nodig. Ben jij een echte teambuilder, weet jij een groep te motiveren voor een tiendaagse reis en wil jij je connecties internationaal uitbreiden? Dan is deze commissie je op het lijf geschreven en zien we je sol-licitatie graag tegemoet!

SkicommissieSinds twee jaar organiseert de CT met trots de skireis. Met zo’n 25 studenten dalen we af van de bergtoppen regelrecht de après-skibars in. Een mooie reis, maar met toch nog wat organisatie daarachter. Ben jij het sneeuw-kanon die ons dit jaar een mooie skireis bezorgd? Sol-liciteer dan voor deze commissie!

Tax Jurisprudence Program commissieWil jij in het collegejaar 2011-2012 de kantoren leren ken-nen op een andere manier, bijvoorbeeld door met senior managers of zelfs partners en docenten om de tafel te zitten om de onderwerpen van de TJP-avonden op elkaar af te stemmen? Kortom grijp jij de kans om je te profileren bij bedrijven en om de inhoudelijkste activiteit van het CT-jaar te organiseren? Laat het ons alvast weten!

Niet vies van de fiscus

Ben jij die bijna afgestudeerd fiscalist die popelt om het adviesvak in te gaan? Die zich verheugt op een creatief team van collega’s die je graag op weg helpen? Dan hebben wij een prachtige uit-daging voor je. Met klanten met naam en faam in binnen- en buitenland en zeer uiteenlopende opdrachten krijg je bij ons een uitstekende training on the job, uiteraard aangevuld met een vaktechnisch en persoonlijk opleidingsplan ondermeer in onze eigen Tax School.

Jij weet dat je in ons vak niet zonder creativiteit kunt, en tegelijker-tijd dat er naast mogelijkheden ook onmogelijkheden zijn. Wij zijn op zoek naar adviseurs die denken in kansen en uitdagingen –niet in beperkingen– en zo komen tot een inventieve oplossing voor de klant. Het boeit je dat elke klant een ander probleem heeft dat vraagt om een maatwerkaanpak.

Jij creëert jouw eigen oplossing. Daarbij werk je samen met je collega’s, maar je werkt zeker niet zomaar uit wat een ander heeft bedacht. Natuurlijk begrijp je dat het beste resultaat wordt behaald in constructieve besprekingen met de fiscus. Mochten die besprekingen niet tot het gewenste resultaat voor jouw klant leiden, dan bewandel je de juridische weg, desnoods bij het Europese Hof van Justitie.

Zou je ook graag op deze manier je vak willen uitoefenen, dan willen wij graag kennis met je maken. Je kunt bellen met de afdeling Human Resources of een van de partners. E-mailen kan natuurlijk ook.

Op onze website vind je meer achtergrondinformatie over ons kantoor en onze vacatures.

Sophialaan 3 2514 JP Den Haag T +31 (0)70 75 70 100

[email protected] www.pereiraconsultants.com

Drukwerk, nieuwe media, studiowerk, er komt van alles bij kijken wanneer

u op een goede manier met uw communicatie-uitingen aan de slag gaat.

Zou het niet prettig zijn om alles op één plek uit handen te kunnen geven?

OCC dehoog heeft als grafimedia specialist de kennis en het vakmanschap

in huis die nodig is voor een complete mix van traditionele en nieuwe media:

van magazines, (gepersonaliseerde) mailingen of een nieuwe huisstijl tot

aan digitale nieuwsbrieven en websites.

Naast drukken, nieuwe media en studio onderscheiden wij ons door het

toepassen van ketenintegratie, automatisering, beheer, logistiek en full-

fillment. Maak eens vrijblijvend een afspraak, daag ons uit en ontdek welke

meerwaarde we voor u kunnen hebben. Hoe ver durft u te denken?

www.occ-dehoog.nl/wat-doen-wij

Postbus 128, 4900 AC Oosterhout • De Wetering 30, 4906 CT Oosterhout • T. 0162 476 500 • F. 0162 476 525 • [email protected] • www.occ-dehoog.nl

New MediaStudio Printing

hebben wij gedruktOok dit magazine

Aanslag adv A4_2.indd 1 06-07-2011 16:38:17A12557_Omslag_Special.indd 2 06-07-2011 16:53:26

Page 3: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

Commissies voor 2011-2012

Wil jij jezelf ontwikkelen en fantastische ervaringen opdoen waar je een leven lang wat aan hebt? Solliciteer dan voor één van de vele

commissies die de Christiaanse-Taxateur rijk is!

Nieuwsgierig geworden? Stuur een mail naar [email protected] met je motivatie en CV. Of kom een keer langs op H16-25 voor meer informatie. Naar

aanleiding van je sollicitatie zal het bestuur 2011-2012 t.z.t. contact met je opnemen. Wij hopen jou volgend jaar in een commissie te mogen verwelkomen!

De Christiaanse-Taxateur is op zoek naar actieve leden!

AanslagredactieElk kwartaal verschijnt een professionele glossy met alle highlights van onze studievereniging in het afgelopen kwartaal. Verder verschijnen er interviews met partners en starters bij de potentiële werkgevers, inhoudelijke fis-cale onderwerpen worden besproken door universitaire docenten, er verschijnen interviews/stellingen met stu-denten en nog veel meer. Wil jij je mengen in de vorming van een mooi actueel verenigingsblad? Solliciteer voor dé redactie van de Christiaanse-Taxateur!

ActiviteitencommissieEen variëteit aan activiteiten zullen komend jaar weer de revue passeren. Onder andere in het organiseren van het actievenweekend, sportevenementen en de eindac-tiviteit kan jij je creativiteit kwijt. Is een kleine commissie die niet veel tijd kost iets voor jou? Dan ben jij bij de activiteitencommissie aan het goede adres! Vergeet niet te solliciteren

BedrijvendagcommissieElk jaar organiseert de Christiaanse-Taxateur een groots fiscalistencongres. Tijdens het congres kunnen de leden kennis maken met de potentiële werkgevers. Als commis-sie ben je verantwoordelijk voor het contact met de bedrij-ven en het binnenhalen van sponsorgelden. Verder houd je je bezig met alles wat met organiseren te maken heeft; het regelen van de locatie en alles op de locatie. Kortom wil jij deze dag van A tot Z neerzetten en alvast met veel kantoren kennismaken? Organiseer dan dit grootse con-gres en solliciteer voor de Fiscale Bedrijvendagcommissie!

ReiscommissieHet is een traditie geworden om elk jaar een studiereis te organiseren. Verre en fiscaal interessante landen worden aangedaan. Een kleine greep uit het verleden: New York (2010), Hong Kong (2009), en Mumbai (2011). Als com-missie ben je verantwoordelijk voor de opstelling van een mooi, inhoudelijk programma. Maar hiervoor is natuurlijk ook acquisitie nodig. Ben jij een echte teambuilder, weet jij een groep te motiveren voor een tiendaagse reis en wil jij je connecties internationaal uitbreiden? Dan is deze commissie je op het lijf geschreven en zien we je sol-licitatie graag tegemoet!

SkicommissieSinds twee jaar organiseert de CT met trots de skireis. Met zo’n 25 studenten dalen we af van de bergtoppen regelrecht de après-skibars in. Een mooie reis, maar met toch nog wat organisatie daarachter. Ben jij het sneeuw-kanon die ons dit jaar een mooie skireis bezorgd? Sol-liciteer dan voor deze commissie!

Tax Jurisprudence Program commissieWil jij in het collegejaar 2011-2012 de kantoren leren ken-nen op een andere manier, bijvoorbeeld door met senior managers of zelfs partners en docenten om de tafel te zitten om de onderwerpen van de TJP-avonden op elkaar af te stemmen? Kortom grijp jij de kans om je te profileren bij bedrijven en om de inhoudelijkste activiteit van het CT-jaar te organiseren? Laat het ons alvast weten!

Commissies voor 2011-2012

Wil jij jezelf ontwikkelen en fantastische ervaringen opdoen waar je een leven lang wat aan hebt? Solliciteer dan voor één van de vele

commissies die de Christiaanse-Taxateur rijk is!

Nieuwsgierig geworden? Stuur een mail naar [email protected] met je motivatie en CV. Of kom een keer langs op H16-25 voor meer informatie. Naar

aanleiding van je sollicitatie zal het bestuur 2011-2012 t.z.t. contact met je opnemen. Wij hopen jou volgend jaar in een commissie te mogen verwelkomen!

De Christiaanse-Taxateur is op zoek naar actieve leden!

AanslagredactieElk kwartaal verschijnt een professionele glossy met alle highlights van onze studievereniging in het afgelopen kwartaal. Verder verschijnen er interviews met partners en starters bij de potentiële werkgevers, inhoudelijke fis-cale onderwerpen worden besproken door universitaire docenten, er verschijnen interviews/stellingen met stu-denten en nog veel meer. Wil jij je mengen in de vorming van een mooi actueel verenigingsblad? Solliciteer voor dé redactie van de Christiaanse-Taxateur!

ActiviteitencommissieEen variëteit aan activiteiten zullen komend jaar weer de revue passeren. Onder andere in het organiseren van het actievenweekend, sportevenementen en de eindac-tiviteit kan jij je creativiteit kwijt. Is een kleine commissie die niet veel tijd kost iets voor jou? Dan ben jij bij de activiteitencommissie aan het goede adres! Vergeet niet te solliciteren

BedrijvendagcommissieElk jaar organiseert de Christiaanse-Taxateur een groots fiscalistencongres. Tijdens het congres kunnen de leden kennis maken met de potentiële werkgevers. Als commis-sie ben je verantwoordelijk voor het contact met de bedrij-ven en het binnenhalen van sponsorgelden. Verder houd je je bezig met alles wat met organiseren te maken heeft; het regelen van de locatie en alles op de locatie. Kortom wil jij deze dag van A tot Z neerzetten en alvast met veel kantoren kennismaken? Organiseer dan dit grootse con-gres en solliciteer voor de Fiscale Bedrijvendagcommissie!

ReiscommissieHet is een traditie geworden om elk jaar een studiereis te organiseren. Verre en fiscaal interessante landen worden aangedaan. Een kleine greep uit het verleden: New York (2010), Hong Kong (2009), en Mumbai (2011). Als com-missie ben je verantwoordelijk voor de opstelling van een mooi, inhoudelijk programma. Maar hiervoor is natuurlijk ook acquisitie nodig. Ben jij een echte teambuilder, weet jij een groep te motiveren voor een tiendaagse reis en wil jij je connecties internationaal uitbreiden? Dan is deze commissie je op het lijf geschreven en zien we je sol-licitatie graag tegemoet!

SkicommissieSinds twee jaar organiseert de CT met trots de skireis. Met zo’n 25 studenten dalen we af van de bergtoppen regelrecht de après-skibars in. Een mooie reis, maar met toch nog wat organisatie daarachter. Ben jij het sneeuw-kanon die ons dit jaar een mooie skireis bezorgd? Sol-liciteer dan voor deze commissie!

Tax Jurisprudence Program commissieWil jij in het collegejaar 2011-2012 de kantoren leren ken-nen op een andere manier, bijvoorbeeld door met senior managers of zelfs partners en docenten om de tafel te zitten om de onderwerpen van de TJP-avonden op elkaar af te stemmen? Kortom grijp jij de kans om je te profileren bij bedrijven en om de inhoudelijkste activiteit van het CT-jaar te organiseren? Laat het ons alvast weten!

Commissies voor 2011-2012

Wil jij jezelf ontwikkelen en fantastische ervaringen opdoen waar je een leven lang wat aan hebt? Solliciteer dan voor één van de vele

commissies die de Christiaanse-Taxateur rijk is!

Nieuwsgierig geworden? Stuur een mail naar [email protected] met je motivatie en CV. Of kom een keer langs op H16-25 voor meer informatie. Naar

aanleiding van je sollicitatie zal het bestuur 2011-2012 t.z.t. contact met je opnemen. Wij hopen jou volgend jaar in een commissie te mogen verwelkomen!

De Christiaanse-Taxateur is op zoek naar actieve leden!

AanslagredactieElk kwartaal verschijnt een professionele glossy met alle highlights van onze studievereniging in het afgelopen kwartaal. Verder verschijnen er interviews met partners en starters bij de potentiële werkgevers, inhoudelijke fis-cale onderwerpen worden besproken door universitaire docenten, er verschijnen interviews/stellingen met stu-denten en nog veel meer. Wil jij je mengen in de vorming van een mooi actueel verenigingsblad? Solliciteer voor dé redactie van de Christiaanse-Taxateur!

ActiviteitencommissieEen variëteit aan activiteiten zullen komend jaar weer de revue passeren. Onder andere in het organiseren van het actievenweekend, sportevenementen en de eindac-tiviteit kan jij je creativiteit kwijt. Is een kleine commissie die niet veel tijd kost iets voor jou? Dan ben jij bij de activiteitencommissie aan het goede adres! Vergeet niet te solliciteren

BedrijvendagcommissieElk jaar organiseert de Christiaanse-Taxateur een groots fiscalistencongres. Tijdens het congres kunnen de leden kennis maken met de potentiële werkgevers. Als commis-sie ben je verantwoordelijk voor het contact met de bedrij-ven en het binnenhalen van sponsorgelden. Verder houd je je bezig met alles wat met organiseren te maken heeft; het regelen van de locatie en alles op de locatie. Kortom wil jij deze dag van A tot Z neerzetten en alvast met veel kantoren kennismaken? Organiseer dan dit grootse con-gres en solliciteer voor de Fiscale Bedrijvendagcommissie!

ReiscommissieHet is een traditie geworden om elk jaar een studiereis te organiseren. Verre en fiscaal interessante landen worden aangedaan. Een kleine greep uit het verleden: New York (2010), Hong Kong (2009), en Mumbai (2011). Als com-missie ben je verantwoordelijk voor de opstelling van een mooi, inhoudelijk programma. Maar hiervoor is natuurlijk ook acquisitie nodig. Ben jij een echte teambuilder, weet jij een groep te motiveren voor een tiendaagse reis en wil jij je connecties internationaal uitbreiden? Dan is deze commissie je op het lijf geschreven en zien we je sol-licitatie graag tegemoet!

SkicommissieSinds twee jaar organiseert de CT met trots de skireis. Met zo’n 25 studenten dalen we af van de bergtoppen regelrecht de après-skibars in. Een mooie reis, maar met toch nog wat organisatie daarachter. Ben jij het sneeuw-kanon die ons dit jaar een mooie skireis bezorgd? Sol-liciteer dan voor deze commissie!

Tax Jurisprudence Program commissieWil jij in het collegejaar 2011-2012 de kantoren leren ken-nen op een andere manier, bijvoorbeeld door met senior managers of zelfs partners en docenten om de tafel te zitten om de onderwerpen van de TJP-avonden op elkaar af te stemmen? Kortom grijp jij de kans om je te profileren bij bedrijven en om de inhoudelijkste activiteit van het CT-jaar te organiseren? Laat het ons alvast weten!

Commissies voor 2011-2012

Wil jij jezelf ontwikkelen en fantastische ervaringen opdoen waar je een leven lang wat aan hebt? Solliciteer dan voor één van de vele

commissies die de Christiaanse-Taxateur rijk is!

Nieuwsgierig geworden? Stuur een mail naar [email protected] met je motivatie en CV. Of kom een keer langs op H16-25 voor meer informatie. Naar

aanleiding van je sollicitatie zal het bestuur 2011-2012 t.z.t. contact met je opnemen. Wij hopen jou volgend jaar in een commissie te mogen verwelkomen!

De Christiaanse-Taxateur is op zoek naar actieve leden!

AanslagredactieElk kwartaal verschijnt een professionele glossy met alle highlights van onze studievereniging in het afgelopen kwartaal. Verder verschijnen er interviews met partners en starters bij de potentiële werkgevers, inhoudelijke fis-cale onderwerpen worden besproken door universitaire docenten, er verschijnen interviews/stellingen met stu-denten en nog veel meer. Wil jij je mengen in de vorming van een mooi actueel verenigingsblad? Solliciteer voor dé redactie van de Christiaanse-Taxateur!

ActiviteitencommissieEen variëteit aan activiteiten zullen komend jaar weer de revue passeren. Onder andere in het organiseren van het actievenweekend, sportevenementen en de eindac-tiviteit kan jij je creativiteit kwijt. Is een kleine commissie die niet veel tijd kost iets voor jou? Dan ben jij bij de activiteitencommissie aan het goede adres! Vergeet niet te solliciteren

BedrijvendagcommissieElk jaar organiseert de Christiaanse-Taxateur een groots fiscalistencongres. Tijdens het congres kunnen de leden kennis maken met de potentiële werkgevers. Als commis-sie ben je verantwoordelijk voor het contact met de bedrij-ven en het binnenhalen van sponsorgelden. Verder houd je je bezig met alles wat met organiseren te maken heeft; het regelen van de locatie en alles op de locatie. Kortom wil jij deze dag van A tot Z neerzetten en alvast met veel kantoren kennismaken? Organiseer dan dit grootse con-gres en solliciteer voor de Fiscale Bedrijvendagcommissie!

ReiscommissieHet is een traditie geworden om elk jaar een studiereis te organiseren. Verre en fiscaal interessante landen worden aangedaan. Een kleine greep uit het verleden: New York (2010), Hong Kong (2009), en Mumbai (2011). Als com-missie ben je verantwoordelijk voor de opstelling van een mooi, inhoudelijk programma. Maar hiervoor is natuurlijk ook acquisitie nodig. Ben jij een echte teambuilder, weet jij een groep te motiveren voor een tiendaagse reis en wil jij je connecties internationaal uitbreiden? Dan is deze commissie je op het lijf geschreven en zien we je sol-licitatie graag tegemoet!

SkicommissieSinds twee jaar organiseert de CT met trots de skireis. Met zo’n 25 studenten dalen we af van de bergtoppen regelrecht de après-skibars in. Een mooie reis, maar met toch nog wat organisatie daarachter. Ben jij het sneeuw-kanon die ons dit jaar een mooie skireis bezorgd? Sol-liciteer dan voor deze commissie!

Tax Jurisprudence Program commissieWil jij in het collegejaar 2011-2012 de kantoren leren ken-nen op een andere manier, bijvoorbeeld door met senior managers of zelfs partners en docenten om de tafel te zitten om de onderwerpen van de TJP-avonden op elkaar af te stemmen? Kortom grijp jij de kans om je te profileren bij bedrijven en om de inhoudelijkste activiteit van het CT-jaar te organiseren? Laat het ons alvast weten!

Niet vies van de fiscus

Ben jij die bijna afgestudeerd fiscalist die popelt om het adviesvak in te gaan? Die zich verheugt op een creatief team van collega’s die je graag op weg helpen? Dan hebben wij een prachtige uit-daging voor je. Met klanten met naam en faam in binnen- en buitenland en zeer uiteenlopende opdrachten krijg je bij ons een uitstekende training on the job, uiteraard aangevuld met een vaktechnisch en persoonlijk opleidingsplan ondermeer in onze eigen Tax School.

Jij weet dat je in ons vak niet zonder creativiteit kunt, en tegelijker-tijd dat er naast mogelijkheden ook onmogelijkheden zijn. Wij zijn op zoek naar adviseurs die denken in kansen en uitdagingen –niet in beperkingen– en zo komen tot een inventieve oplossing voor de klant. Het boeit je dat elke klant een ander probleem heeft dat vraagt om een maatwerkaanpak.

Jij creëert jouw eigen oplossing. Daarbij werk je samen met je collega’s, maar je werkt zeker niet zomaar uit wat een ander heeft bedacht. Natuurlijk begrijp je dat het beste resultaat wordt behaald in constructieve besprekingen met de fiscus. Mochten die besprekingen niet tot het gewenste resultaat voor jouw klant leiden, dan bewandel je de juridische weg, desnoods bij het Europese Hof van Justitie.

Zou je ook graag op deze manier je vak willen uitoefenen, dan willen wij graag kennis met je maken. Je kunt bellen met de afdeling Human Resources of een van de partners. E-mailen kan natuurlijk ook.

Op onze website vind je meer achtergrondinformatie over ons kantoor en onze vacatures.

Sophialaan 3 2514 JP Den Haag T +31 (0)70 75 70 100

[email protected] www.pereiraconsultants.com

Drukwerk, nieuwe media, studiowerk, er komt van alles bij kijken wanneer

u op een goede manier met uw communicatie-uitingen aan de slag gaat.

Zou het niet prettig zijn om alles op één plek uit handen te kunnen geven?

OCC dehoog heeft als grafimedia specialist de kennis en het vakmanschap

in huis die nodig is voor een complete mix van traditionele en nieuwe media:

van magazines, (gepersonaliseerde) mailingen of een nieuwe huisstijl tot

aan digitale nieuwsbrieven en websites.

Naast drukken, nieuwe media en studio onderscheiden wij ons door het

toepassen van ketenintegratie, automatisering, beheer, logistiek en full-

fillment. Maak eens vrijblijvend een afspraak, daag ons uit en ontdek welke

meerwaarde we voor u kunnen hebben. Hoe ver durft u te denken?

www.occ-dehoog.nl/wat-doen-wij

Postbus 128, 4900 AC Oosterhout • De Wetering 30, 4906 CT Oosterhout • T. 0162 476 500 • F. 0162 476 525 • [email protected] • www.occ-dehoog.nl

New MediaStudio Printing

hebben wij gedruktOok dit magazine

Aanslag adv A4_2.indd 1 06-07-2011 16:38:17A12557_Omslag_Special.indd 2 06-07-2011 16:53:26

Page 4: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

Redactioneel 6 Een greep uit oude Aanslagen 7 Van de Voorzitter 8 Docentartikel - Dr.D.A. Albregtse 14 Starters interview PwC 16 Studiereis Mumbai 22 Kantoorinterview Visser & Visser 24

26 Docentartikel Prof. dr. P. Kavelaars

30 Stripverhaal “Henk & Hans en het geheim van de falende fi scus”

34 Starters interview BDO

39 Artikel – mr. Peter van Hagen

41 Skireis 2011

44 Tax Jurisprudence Program

6 deAANSLAG! Inhoudsopgave

Inhoudsopgave18

36

46Interview met… De allereerste Aanslagredactie

Wajid Hassan Student Fiscaal RechtOver de komende 20 jaar.

In gesprek met..Staatssecretaris WeekersOver zijn fi scale beleid

Thuis bij…Prof. dr. Leo StevensEmeritus-hoogleraar Fiscale Economie

Wajid Hassan

10

7deAANSLAG!Inhoudsopgave

Starters interview Allen & Overy 50 Docentenartikel – 54 Prof. mr. drs. H.P.A.M. van Arendonk

Sailchallenge 2011 59 Interview Ernst & Young 62 Back to the Future 64 Column Tom Gorny 65

66 Symposium Totaalwinst 68 Dankwoord

70 Starters interview KPMG Meijburg & Co

72 Eindactiviteit

75 Fiscaal Opmerkelijk

80 Column Lubbers

82 Colofon / Agenda

63

76

60

Actievenweekend

De Tien… Leukste goodies

56Op bezoek bij…De Hoge Raad

StripverhaalHenk en Hans 20 jaarStripverhaalStripverhaal

Page 5: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

Redactioneel 6 Een greep uit oude Aanslagen 7 Van de Voorzitter 8 Docentartikel - Dr.D.A. Albregtse 14 Starters interview PwC 16 Studiereis Mumbai 22 Kantoorinterview Visser & Visser 24

26 Docentartikel Prof. dr. P. Kavelaars

30 Stripverhaal “Henk & Hans en het geheim van de falende fi scus”

34 Starters interview BDO

39 Artikel – mr. Peter van Hagen

41 Skireis 2011

44 Tax Jurisprudence Program

6 deAANSLAG! Inhoudsopgave

Inhoudsopgave18

36

46Interview met… De allereerste Aanslagredactie

Wajid Hassan Student Fiscaal RechtOver de komende 20 jaar.

In gesprek met..Staatssecretaris WeekersOver zijn fi scale beleid

Thuis bij…Prof. dr. Leo StevensEmeritus-hoogleraar Fiscale Economie

Wajid Hassan

10

7deAANSLAG!Inhoudsopgave

Starters interview Allen & Overy 50 Docentenartikel – 54 Prof. mr. drs. H.P.A.M. van Arendonk

Sailchallenge 2011 59 Interview Ernst & Young 62 Back to the Future 64 Column Tom Gorny 65

66 Symposium Totaalwinst 68 Dankwoord

70 Starters interview KPMG Meijburg & Co

72 Eindactiviteit

75 Fiscaal Opmerkelijk

80 Column Lubbers

82 Colofon / Agenda

63

76

60

Actievenweekend

De Tien… Leukste goodies

56Op bezoek bij…De Hoge Raad

StripverhaalHenk en Hans 20 jaarStripverhaalStripverhaal

Page 6: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

8 deAANSLAG! 9deAANSLAG!Redactioneel

In de eerste Aanslag van dit

collegejaar schreven wij dat

we zouden afsluiten met

een prachtige laatste editie.

Uiteraard maakt belofte

schuld, maar wij hebben

onze uiterste best gedaan

om deze schuld af te lossen.

Aan het begin van het collegejaar leek het maken van vier interessante, leuke en originele Aanslagen de grootste uitdaging. Als we terug-kijken blijkt het samenstellen van de laatste Aanslag met stip de grootste uitdaging te zijn geweest. De vorming heeft ons immers sinds een van de eerste vergaderingen dit studiejaar beziggehouden. We waren het reeds van plan toen Tim op de allereerste vergadering met dit fantastische thema kwam. Het maken van deze editie heeft vele mooie momenten met zich meegebracht. Het interview met twee van de vier oprichters van ‘de Aanslag’ is één van die momenten. Het interview dat Ibrahim en Mariette hielden met de starter van BDO horen ook wij nog steeds voorbij komen.

Het eerste wat iedereen zal opvallen is zeer waarschijnlijk de dikte van deze Aanslag. Het

is anders dan we gewend zijn, maar daarvoor is het ook een ‘special’. Als het je ontgaan is waarom, hier nog één keer de reden van deze special: ons verenigingsblad ‘de Aanslag’ bestaat dit jaar 20 jaar! Een verjaardag is geen verjaardag als dit niet gevierd wordt. Aangezien ‘de Aanslag’ de afgelopen jaren nooit echt in het zonnetje is gezet, hebben wij fl ink uitgepakt. Wat hoort nu bij een ver-jaardag? Inderdaad, een cadeautje. Uiteraard wilden wij onze lezers dit niet onthouden, jullie zijn één van de redenen dat ons vereni-gingsblad nog altijd bestaat en blijft groeien. Hiervoor veel dank.

Wij hopen dat jullie allemaal in één keer door hadden wat de kaart nu precies is, dat is bij sommige wel anders geweest. Voor de dummy’s onder ons toch even een toelichting: de kaart is een usbstick waarop je 2 GB (!) aan ruimte hebt. De kaart kun je openen door ‘usb’ omhoog te klikken waardoor de usb tevoor-schijn komt en je het zo in een usbpoort kunt steken. Het is overigens niet de bedoeling dat je het usbstuk lostrekt van de kaart.

Ons eigen, nieuw in het leven geroepen usb-kaart in samenwerking met Grant Thornton is naar onze mening toch wel de kers op de taart. Wij hopen dat jullie er blij mee zijn, wij namelijk wel!

In deze editie staan vele leuke artikelen, inter-views, terugblikken, stripverhalen, verslagen, foto’s en ga zo maar door. Wil je duiken in

een geschiedenisles van onze vereniging en verenigingsblad? Dan is het interview met de oprichters zeer zeker de moeite waard evenals de ‘Thuis bij’ prof. Stevens.

Om erachter te komen wat de vele verande-ringen waren in de fi scaliteit in de afgelopen 20 jaar zijn de artikelen van dr. Albregtse, prof. Kavelaars en mr. Van Hagen aan te raden. In het gesprek met onze staatssecretaris kun je uitgebreid lezen over zijn fi scale beleid.

Daarnaast zijn er, zoals we gewend zijn van de Christiaanse-Taxateur, een hoop leuke en memorabele activiteiten gepasseerd waarvan uitgebreid verslag wordt gedaan in deze editie.

Helaas is dit alweer de laatste Aanslag van dit collegejaar. We hebben met z’n vieren keihard gewerkt om er wat moois van te maken en het voelt heerlijk om straks terug te kijken op deze laatste editie en alle voorgaande Aanslagen. Ik hoop dat jullie, net als wij, fl ink hebben geno-ten van de Aanslagen.

Wij willen jullie in elk geval nog een laatste keer veel leesplezier toewensen en alvast een goede vakantie!

De twintigste Aanslagredactie,

Ibrahim Aarouss,Mariette Mampaeij,Tim Zwinkels,Faiza Ali Mohamed

Redactioneel

Het volkslied der fi scalisten

Studeer FiscaalMelodie: Just say hello – René Froger

Je kunt nu vanaf 1 september fi scaal studeren aan de EURNiet meer naar Tilburg, niet meer LeidenHet is voorbij met dat gezeur

Want voor de ware fi scalisten Is er alleen maar RotterdamSufferds die dat nog niet wistenGroningen, Tilburg, Leiden, Amsterdamwaar legch dat dan?

Studeer fi scaal, fi scaalStudeer fi scaal, fi scaalWant zeven ton per jaardat willen we toch allemaalStudeer fi scaal, fi scaalStudeer fi scaal, fi scaalWe zijn niet saai of droogWant wij gaan elke woensdag kaalStudeer fi scaal!

Studeer fi scaalStudeer fi scaal

’t Idee ontstond twee jaar geledenMet de EUR ging het niet slechtMaar zij vertoonde wel gebrekenWant er bestond geen Fiscaal Recht

Gelukkig was er wel een vakgroepDie ging toen aan de slagVandaag de offi ciële openingVan een richting die er wezen mag’t Is feest nu elke dag

Studeer fi scaal, fi scaalStudeer fi scaal, fi scaalWant zeven ton per jaardat willen we toch allemaalStudeer fi scaal, fi scaalStudeer fi scaal, fi scaalKom nu naar Rotterdamen maak het hier ook helemaalStudeer fi scaal!

Je hebt geen tijd meer om te dralenMaak nu ineens de juiste keuzeGa je fi scale bul hier halenStudeer fi scaal…is onze leus

Voorwoord1

Met genoegen heb ik de uitnodiging aanvaard een voorwoord te schrijven bij dit eerste nummer van ‘de Aanslag’.

Het is mij duidelijk, dat dit geen literair tijd-schrift wordt. Anders had Harry Mulisch beter het voorwoord kunnen schrijven!

Neen, het wordt een tijdschrift van en voor studenten van onze Rechtsgeleerde Faculteit, die beperkt of uitgebreid met het fi scaal recht te maken hebben. en die ook met het fi scaal-juridisch symbool – ik zeg nadrukke-lijk niet het hoogtepunt – van de belasting-heffi ng. Wat wordt het een genoegen straks in een aanslag te kunnen bladeren.

1 Allereerste voorwoord in ´de Aanslag´ door prof. dr. J.H. Chris-tiaanse: ´de Aanslag´ 1990-1991, jaargang 1, nummer 1, p. 2

Natuurlijk vindt de redactie dat het nieuwe blad ook gelezen moet worden. Veel zal afhangen van de redactie, maar ook de stu-denten, die belastingrecht “doen”, al dan niet in fi scaal-juridische richting in oprichting. De docenten voor dit vak zijn graag bereid in elk opzicht hun medewerking te verlenen aan dit blad met de ook voor hen bedrei-gende naam.

Ik feliciteer het bestuur van het fi scaal-juridisch dispuut met het initiatief tot een eigen blad te komen. Ik hoop dat er vele roemruchte excursies in binnen- en (verre) buitenland plaatsvinden. Ik vertrouw erop dat ‘de Aanslag’ een succes wordt.

Prof. dr J.H. Christiaanse

Wist je dat.... de oprichters van ‘de Aanslag’ alles met de hand kopieerden?

.. dat in jaargang vijf voor de eerste keer is gekozen voor een centraal thema in ‘de Aanslag’?

.. vroeger de borrels zo slecht bezocht werden dat ze deze verplicht wilde stellen?

.. ze destijds in 10 minuten klaar waren met de ALV en dat Mark Boender daar nog wel wat van kan leren?

.. prof. Van Arendonk en prof. Van Sonderen een eigen beroemd strippenverhaal hadden genaamd “Henk en Hans”? Zie elders in het blad een herpublicatie en tevens een nieuw strippenverhaal ter ere van het 20 jarig bestaan.

.. de voorkant van ‘de Aanslag’ pas vanaf jaargang zes andere soorten voorkanten kreeg?

.. er een fi scaal lied gemaakt is ter ere van het creëren van de fi scaal juridische richting? Zie hiernaast.

.. de allereerste tentamentraining al in 1991 plaats vond en deze werd gegeven door de bestuursleden, i.p.v. door bedrijven?

.. er twee kleurplaten van prof. Arendonk en prof. Van Sonderen in ‘de Aanslag’ hebben gestaan?

.. J.H. Christiaanse erg geëmancipeerd was, omdat de eerste 3 voorzitters van het dispuut Christiaanse vrouwen waren?

.. er in de zesde jaargang tevens voor de eerste keer foto’s in het tijdschrift kwamen, terwijl er eerder alleen tekeningen in stonden.

.. ‘de Aanslag’ vroeger zo populair was dat het bij enkele fi scaal adviesbureaus in de bibliotheek stond?

.. in jaargang acht in ‘de Aanslag’ een enquête is geplaatst om de oorzaken te achterhalen van de geringe opkomst bij verenigingsactiviteiten? Onder de deelnemers werd 100 gulden verloot.

.. het eerste starters interview in jaargang acht werd geplaatst?

.. Rotterdam vroeger deelnam aan de Pleit- en Procedurecompetitie en daarvan uitgebreid verslag werd gedaan in de Aanslag?

Een greep uit oude Aanslagen

Page 7: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

8 deAANSLAG! 9deAANSLAG!Redactioneel

In de eerste Aanslag van dit

collegejaar schreven wij dat

we zouden afsluiten met

een prachtige laatste editie.

Uiteraard maakt belofte

schuld, maar wij hebben

onze uiterste best gedaan

om deze schuld af te lossen.

Aan het begin van het collegejaar leek het maken van vier interessante, leuke en originele Aanslagen de grootste uitdaging. Als we terug-kijken blijkt het samenstellen van de laatste Aanslag met stip de grootste uitdaging te zijn geweest. De vorming heeft ons immers sinds een van de eerste vergaderingen dit studiejaar beziggehouden. We waren het reeds van plan toen Tim op de allereerste vergadering met dit fantastische thema kwam. Het maken van deze editie heeft vele mooie momenten met zich meegebracht. Het interview met twee van de vier oprichters van ‘de Aanslag’ is één van die momenten. Het interview dat Ibrahim en Mariette hielden met de starter van BDO horen ook wij nog steeds voorbij komen.

Het eerste wat iedereen zal opvallen is zeer waarschijnlijk de dikte van deze Aanslag. Het

is anders dan we gewend zijn, maar daarvoor is het ook een ‘special’. Als het je ontgaan is waarom, hier nog één keer de reden van deze special: ons verenigingsblad ‘de Aanslag’ bestaat dit jaar 20 jaar! Een verjaardag is geen verjaardag als dit niet gevierd wordt. Aangezien ‘de Aanslag’ de afgelopen jaren nooit echt in het zonnetje is gezet, hebben wij fl ink uitgepakt. Wat hoort nu bij een ver-jaardag? Inderdaad, een cadeautje. Uiteraard wilden wij onze lezers dit niet onthouden, jullie zijn één van de redenen dat ons vereni-gingsblad nog altijd bestaat en blijft groeien. Hiervoor veel dank.

Wij hopen dat jullie allemaal in één keer door hadden wat de kaart nu precies is, dat is bij sommige wel anders geweest. Voor de dummy’s onder ons toch even een toelichting: de kaart is een usbstick waarop je 2 GB (!) aan ruimte hebt. De kaart kun je openen door ‘usb’ omhoog te klikken waardoor de usb tevoor-schijn komt en je het zo in een usbpoort kunt steken. Het is overigens niet de bedoeling dat je het usbstuk lostrekt van de kaart.

Ons eigen, nieuw in het leven geroepen usb-kaart in samenwerking met Grant Thornton is naar onze mening toch wel de kers op de taart. Wij hopen dat jullie er blij mee zijn, wij namelijk wel!

In deze editie staan vele leuke artikelen, inter-views, terugblikken, stripverhalen, verslagen, foto’s en ga zo maar door. Wil je duiken in

een geschiedenisles van onze vereniging en verenigingsblad? Dan is het interview met de oprichters zeer zeker de moeite waard evenals de ‘Thuis bij’ prof. Stevens.

Om erachter te komen wat de vele verande-ringen waren in de fi scaliteit in de afgelopen 20 jaar zijn de artikelen van dr. Albregtse, prof. Kavelaars en mr. Van Hagen aan te raden. In het gesprek met onze staatssecretaris kun je uitgebreid lezen over zijn fi scale beleid.

Daarnaast zijn er, zoals we gewend zijn van de Christiaanse-Taxateur, een hoop leuke en memorabele activiteiten gepasseerd waarvan uitgebreid verslag wordt gedaan in deze editie.

Helaas is dit alweer de laatste Aanslag van dit collegejaar. We hebben met z’n vieren keihard gewerkt om er wat moois van te maken en het voelt heerlijk om straks terug te kijken op deze laatste editie en alle voorgaande Aanslagen. Ik hoop dat jullie, net als wij, fl ink hebben geno-ten van de Aanslagen.

Wij willen jullie in elk geval nog een laatste keer veel leesplezier toewensen en alvast een goede vakantie!

De twintigste Aanslagredactie,

Ibrahim Aarouss,Mariette Mampaeij,Tim Zwinkels,Faiza Ali Mohamed

Redactioneel

Het volkslied der fi scalisten

Studeer FiscaalMelodie: Just say hello – René Froger

Je kunt nu vanaf 1 september fi scaal studeren aan de EURNiet meer naar Tilburg, niet meer LeidenHet is voorbij met dat gezeur

Want voor de ware fi scalisten Is er alleen maar RotterdamSufferds die dat nog niet wistenGroningen, Tilburg, Leiden, Amsterdamwaar legch dat dan?

Studeer fi scaal, fi scaalStudeer fi scaal, fi scaalWant zeven ton per jaardat willen we toch allemaalStudeer fi scaal, fi scaalStudeer fi scaal, fi scaalWe zijn niet saai of droogWant wij gaan elke woensdag kaalStudeer fi scaal!

Studeer fi scaalStudeer fi scaal

’t Idee ontstond twee jaar geledenMet de EUR ging het niet slechtMaar zij vertoonde wel gebrekenWant er bestond geen Fiscaal Recht

Gelukkig was er wel een vakgroepDie ging toen aan de slagVandaag de offi ciële openingVan een richting die er wezen mag’t Is feest nu elke dag

Studeer fi scaal, fi scaalStudeer fi scaal, fi scaalWant zeven ton per jaardat willen we toch allemaalStudeer fi scaal, fi scaalStudeer fi scaal, fi scaalKom nu naar Rotterdamen maak het hier ook helemaalStudeer fi scaal!

Je hebt geen tijd meer om te dralenMaak nu ineens de juiste keuzeGa je fi scale bul hier halenStudeer fi scaal…is onze leus

Voorwoord1

Met genoegen heb ik de uitnodiging aanvaard een voorwoord te schrijven bij dit eerste nummer van ‘de Aanslag’.

Het is mij duidelijk, dat dit geen literair tijd-schrift wordt. Anders had Harry Mulisch beter het voorwoord kunnen schrijven!

Neen, het wordt een tijdschrift van en voor studenten van onze Rechtsgeleerde Faculteit, die beperkt of uitgebreid met het fi scaal recht te maken hebben. en die ook met het fi scaal-juridisch symbool – ik zeg nadrukke-lijk niet het hoogtepunt – van de belasting-heffi ng. Wat wordt het een genoegen straks in een aanslag te kunnen bladeren.

1 Allereerste voorwoord in ´de Aanslag´ door prof. dr. J.H. Chris-tiaanse: ´de Aanslag´ 1990-1991, jaargang 1, nummer 1, p. 2

Natuurlijk vindt de redactie dat het nieuwe blad ook gelezen moet worden. Veel zal afhangen van de redactie, maar ook de stu-denten, die belastingrecht “doen”, al dan niet in fi scaal-juridische richting in oprichting. De docenten voor dit vak zijn graag bereid in elk opzicht hun medewerking te verlenen aan dit blad met de ook voor hen bedrei-gende naam.

Ik feliciteer het bestuur van het fi scaal-juridisch dispuut met het initiatief tot een eigen blad te komen. Ik hoop dat er vele roemruchte excursies in binnen- en (verre) buitenland plaatsvinden. Ik vertrouw erop dat ‘de Aanslag’ een succes wordt.

Prof. dr J.H. Christiaanse

Wist je dat.... de oprichters van ‘de Aanslag’ alles met de hand kopieerden?

.. dat in jaargang vijf voor de eerste keer is gekozen voor een centraal thema in ‘de Aanslag’?

.. vroeger de borrels zo slecht bezocht werden dat ze deze verplicht wilde stellen?

.. ze destijds in 10 minuten klaar waren met de ALV en dat Mark Boender daar nog wel wat van kan leren?

.. prof. Van Arendonk en prof. Van Sonderen een eigen beroemd strippenverhaal hadden genaamd “Henk en Hans”? Zie elders in het blad een herpublicatie en tevens een nieuw strippenverhaal ter ere van het 20 jarig bestaan.

.. de voorkant van ‘de Aanslag’ pas vanaf jaargang zes andere soorten voorkanten kreeg?

.. er een fi scaal lied gemaakt is ter ere van het creëren van de fi scaal juridische richting? Zie hiernaast.

.. de allereerste tentamentraining al in 1991 plaats vond en deze werd gegeven door de bestuursleden, i.p.v. door bedrijven?

.. er twee kleurplaten van prof. Arendonk en prof. Van Sonderen in ‘de Aanslag’ hebben gestaan?

.. J.H. Christiaanse erg geëmancipeerd was, omdat de eerste 3 voorzitters van het dispuut Christiaanse vrouwen waren?

.. er in de zesde jaargang tevens voor de eerste keer foto’s in het tijdschrift kwamen, terwijl er eerder alleen tekeningen in stonden.

.. ‘de Aanslag’ vroeger zo populair was dat het bij enkele fi scaal adviesbureaus in de bibliotheek stond?

.. in jaargang acht in ‘de Aanslag’ een enquête is geplaatst om de oorzaken te achterhalen van de geringe opkomst bij verenigingsactiviteiten? Onder de deelnemers werd 100 gulden verloot.

.. het eerste starters interview in jaargang acht werd geplaatst?

.. Rotterdam vroeger deelnam aan de Pleit- en Procedurecompetitie en daarvan uitgebreid verslag werd gedaan in de Aanslag?

Een greep uit oude Aanslagen

Page 8: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

10 deAANSLAG!

Van de VoorzitterBeste leden,

20 jaar geleden werd de grondslag gelegd van wat nu

een volwassen blad is genaamd ‘de Aanslag’. Zoals je op

de voorkant kan aanschouwen heeft de ‘de Aanslag’ vele

vormen gehad. Van een klein compact A5-blad tot een

ware glossy. Qua inhoud is het blad ook zeker vooruitge-

gaan. Algemene meer beschouwende onderwerpen over

de activiteiten en een enkel interview vormde de hoofd-

moot van het blad. Vandaag de dag bestaat ‘de Aanslag’

uit een evenwichtige verdeling tussen enerzijds inter-

views, wetenschappelijke artikelen, een foto-overzicht,

columns en terugkerende rubrieken zoals ‘Thuis bij’,

‘Fiscaal Opmerkelijk’ en ‘De Stelling’.

Zoals een goed voorzitter betaamd, ben ik niet echt kort van stof. Mis-schien verbaal wel, maar als het aankomt op het typen van voorwoor-den, moet ik soms een halt toegeroepen worden door mijn bestuurs-genoot, en tevens hoofdredacteur van dit blad, Faiza. Gelukkig ben ik in de gelukkige positie, dat het blad, zoals hierboven al is genoemd, 20 jaar bestaat en daarom verschijnt in een extra dikke uitgave. Mijn voorwoord is daarom ook langer. Ik grijp deze kans daarom ook met beide handen aan om mijn hobby geschiedenis in dit voorwoord te vermengen met een beschouwing van het verenigingsleven van de Christiaanse-Taxateur, bezien over de afgelopen 20 jaar.

Alvorens te starten aan mijn relaas, moet ik de Aanslagredactie complimenteren met de Aanslagen, die dit jaar zijn verschenen. Voor de liefhebber verwijs ik ook even naar onze site, alwaar ‘de Aanslag’ vanaf heden ook online te aanschouwen is.

Het is 1990. De studie Fiscaal Recht wordt de tweede fi scale studierich-ting binnen de Erasmus Universiteit. Het bijbehorend dispuut, Fiscaal Dispuut ‘J.H. Christiaanse’, brengt gelijk een verenigingsblad uit met de toepasselijke naam ‘de Aanslag’. 1990 brengt in de geschiedenis een belangrijke omslag te weeg. De Berlijnse Muur is het jaar ervoor gevallen en het IJzeren gordijn vertoond steeds meer roestplekken. De opening van een McDonalds fi liaal op 31 januari 1990 in hartje Mos-kou is dan ook veelzeggend over deze periode. Verder is het tevens het jaar waarin de hondenbelasting niet in strijd wordt geacht te zijn met zowel het BUPO alsmede het EVRM1. Waar je je al niet druk over kan maken! Kortom een periode waarin het woord omslag een beladen begrip is.

Drie jaar later wordt besloten de Economische en Juridische Disputen onder te brengen in één enkele vereniging zoals wij die vandaag de dag kennen, namelijk de R.F.V. Christiaanse-Taxateur. Terwijl België een federale staat wordt en Tjecho-Slowakije wordt gesplist in twee onafhankelijke staten, beklinken de leden van de disputen op 15 okto-ber 1993 de fusie. Het gelijknamige verenigingsblad van het dispuut Taxateur verdwijnt en ‘de Aanslag’ wordt het verenigingsblad voor de verenigde leden.

In het collegejaar 1994-1995 wordt voor het eerst een studiereis naar de wereldmacht en door Amy Chua nog net niet tot hypermacht gekwalifi ceerde staat georganiseerd. Uiteraard heb ik het over de Verenigde Staten van Amerika en haar met wolkenkrabbers bedekte eiland aan de oostkust en de capitol city. Dat New York en Washing-ton blijven trekken, blijkt wel uit het feit dat de bestemmingen in 2004-2005 en 2009-2010 opnieuw werden aangedaan. ‘de Aanslag’ heeft middelerwijl een modifi catie omtrent haar lay-out ondergaan; het IB aangifte formulier is verdwenen en daarvoor in de plaats prijkt er nu een wisselende illustratie op de voorzijde van ‘de Aanslag’ Het is tevens het jaar waarin de AWB in vernieuwde vorm van kracht wordt en de territoriale wateren worden uitgebreid van drie naar 12 zeemijl door de inwerkingtreding van het VN-Zeerechtverdrag 1982. Getweeën niet als futiliteit voor de ‘fi scale wereld’ aan te merken.

Ik sla ‘de Aanslag’ uit het bestuursjaar 1995-1996 open, specifi eker de tweede Aanslag van de zesde jaargang. Naast de eerder genoemde verschillen, vallen mij ook de fi scale werkgevers op.

Van de Voorzitter

1 Fiscaal Up to Date, nummer 21, 18 oktober 1990

11deAANSLAG!

Enkele bestaan nog steeds onder een andere naam, andere zijn over-genomen dan wel gefuseerd. Zo wordt er in de zojuist genoemde Aanslag geadverteerd door PriceWaterhouse (zonder Coopers) het huidige PwC. Op de achterkant prijkt op hetzelfde moment een ad-vertentie van Coopers & Lybrand. Of wat denk je van Paardekoper & Hoffman, tegenwoordig gefuseerd en Mazars genaamd. Misschien nog bekender is Arthur Andersen. Na het aan het licht komen van clandestiene activiteiten implodeerde het bedrijf en werd de Neder-landse tak overgenomen door Deloitte. Een vaak gehoorde grap is dat de werknemers van Andersen destijds claimden, dat zij Deloitte overnamen in plaats van andersom.

We slaan een paar jaar over. De milleniumperikelen en de internet-hype liggen inmiddels achter ons, echter de internationale verhou-dingen staan op scherp na de aanslagen van 09-11. Sedert jaargang 11 was het gehele boekje al in kleur verschenen en jaargang 13 opent met een compleet vernieuwde lay-out. De inhoud is geleidelijk aan veranderd in een goede voorloper van de hedendaagse Aanslag. In een relatief kort tijdsbestek vond er een vermeldenswaardige aggiornamento plaats en niet in de laatste plaats qua inhoud, want naast de activiteitsbeschouwingen, voorwoorden en interviews, werden er heuse columns van fi scaal goeroe prof. Heithuis gepu-bliceerd en besteedde Sjoerd Janssen aandacht aan zijn obsessie, althans hij noemt zijn schoenen liefkozend Bommeltjes. Tip van commissaris Spatoe, zoals hij zichzelf placht te noemen, alleen oude mannen dragen bruine schoenen. Wat is de huidige generatie dan snel oud geworden!

De bedrijvendag heeft eveneens een lange geschiedenis en ze neemt een belangrijke plek in binnen het activiteitenscala. De L-hal -jazeker op de campus-, het Hulstkampgebouw met daaropvolgend Beurs WTC, dat jarenlang dienst gedaan heeft als thuishaven van de bedrijvendag. Afgelopen jaar brachten wij de bedrijvendag onder bij het Inntel Hotel Rotterdam. Een mooie frisse locatie met een feno-menaal uitzicht. Uiteraard zullen de ‘Deloitters’ moeten lachen bij de laatste zin, maar goed vanaf de 16e heb je ook een mooi uitzicht.

Terug naar ‘de Aanslag’. Vanaf 2007-2008 werd het tijdschrift in een glossyuitgave en A4-formaat gepubliceerd. In datzelfde jaar werd het 3e lustrum van de vereniging gevierd, daarnaast koos het meest kapitalistische land ter wereld Obama als eerste zwarte president, lanceerde Ella Vogelaar haar notoire idee omtrent de ‘prachtwijken’ en werd Joran van der Sloot ontmaskerd in een veel bekeken uitzending van Peter R. de Vries. Binnen de vereniging doet zich ook een opmerkelijke verandering voor. De dassen veran-deren van donkergroen, in een in mijn ogen, minder mooie lyme groene das en dat is een eufemisme. Een jaar later is de das echter al weer ingeruild in de donkergroene variant. Het logo veranderde eveneens. Het logo waarin de Erasmusbrug een prominente plaats inneemt, vormt het beeldmerk voor waar wij als vereniging voor staan. Enerzijds de brug tussen Fiscaal Recht en Fiscale Economie en anderzijds een brug tussen de fi scale studie en de fi scale wereld na de studie. Al met al een logo, dat dus karakteriserend is voor de vereniging an sich.

Twee jaar later schrijf ik het eerste voorwoord voor dit blad. Zoals jullie gefragmenteerd hebben kunnen aanschouwen in de uiteen-zetting hierboven, is er omtrent de Christiaanse-Taxateur een hoop

gebeurd. De vereniging groeide/groeit en veranderde/verandert in het aantal activiteiten, de vorm van deze activiteiten, in het aantal leden en ook qua professionalisering.

Er zal nog één werk van het bestuur 2010-2011 worden afgeleverd tijdens het ter perse gaan van deze special en dat betreft "de Al-manak". Bedankjes e.d. bewaar ik voor het mooie overzicht van het collegejaar 2010-2011 in die desbetreffende Almanak.

Met het uitkomen van deze Aanslag zijn de laatste loodjes van dit collegejaar bezig in de vorm van hertentamens. Veel succes en alvast een fi jne vakantie toegewenst!

Met vriendelijk groet,Martijn SchippersVoorzitter 2010-2011

Van de Voorzitter

Page 9: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

10 deAANSLAG!

Van de VoorzitterBeste leden,

20 jaar geleden werd de grondslag gelegd van wat nu

een volwassen blad is genaamd ‘de Aanslag’. Zoals je op

de voorkant kan aanschouwen heeft de ‘de Aanslag’ vele

vormen gehad. Van een klein compact A5-blad tot een

ware glossy. Qua inhoud is het blad ook zeker vooruitge-

gaan. Algemene meer beschouwende onderwerpen over

de activiteiten en een enkel interview vormde de hoofd-

moot van het blad. Vandaag de dag bestaat ‘de Aanslag’

uit een evenwichtige verdeling tussen enerzijds inter-

views, wetenschappelijke artikelen, een foto-overzicht,

columns en terugkerende rubrieken zoals ‘Thuis bij’,

‘Fiscaal Opmerkelijk’ en ‘De Stelling’.

Zoals een goed voorzitter betaamd, ben ik niet echt kort van stof. Mis-schien verbaal wel, maar als het aankomt op het typen van voorwoor-den, moet ik soms een halt toegeroepen worden door mijn bestuurs-genoot, en tevens hoofdredacteur van dit blad, Faiza. Gelukkig ben ik in de gelukkige positie, dat het blad, zoals hierboven al is genoemd, 20 jaar bestaat en daarom verschijnt in een extra dikke uitgave. Mijn voorwoord is daarom ook langer. Ik grijp deze kans daarom ook met beide handen aan om mijn hobby geschiedenis in dit voorwoord te vermengen met een beschouwing van het verenigingsleven van de Christiaanse-Taxateur, bezien over de afgelopen 20 jaar.

Alvorens te starten aan mijn relaas, moet ik de Aanslagredactie complimenteren met de Aanslagen, die dit jaar zijn verschenen. Voor de liefhebber verwijs ik ook even naar onze site, alwaar ‘de Aanslag’ vanaf heden ook online te aanschouwen is.

Het is 1990. De studie Fiscaal Recht wordt de tweede fi scale studierich-ting binnen de Erasmus Universiteit. Het bijbehorend dispuut, Fiscaal Dispuut ‘J.H. Christiaanse’, brengt gelijk een verenigingsblad uit met de toepasselijke naam ‘de Aanslag’. 1990 brengt in de geschiedenis een belangrijke omslag te weeg. De Berlijnse Muur is het jaar ervoor gevallen en het IJzeren gordijn vertoond steeds meer roestplekken. De opening van een McDonalds fi liaal op 31 januari 1990 in hartje Mos-kou is dan ook veelzeggend over deze periode. Verder is het tevens het jaar waarin de hondenbelasting niet in strijd wordt geacht te zijn met zowel het BUPO alsmede het EVRM1. Waar je je al niet druk over kan maken! Kortom een periode waarin het woord omslag een beladen begrip is.

Drie jaar later wordt besloten de Economische en Juridische Disputen onder te brengen in één enkele vereniging zoals wij die vandaag de dag kennen, namelijk de R.F.V. Christiaanse-Taxateur. Terwijl België een federale staat wordt en Tjecho-Slowakije wordt gesplist in twee onafhankelijke staten, beklinken de leden van de disputen op 15 okto-ber 1993 de fusie. Het gelijknamige verenigingsblad van het dispuut Taxateur verdwijnt en ‘de Aanslag’ wordt het verenigingsblad voor de verenigde leden.

In het collegejaar 1994-1995 wordt voor het eerst een studiereis naar de wereldmacht en door Amy Chua nog net niet tot hypermacht gekwalifi ceerde staat georganiseerd. Uiteraard heb ik het over de Verenigde Staten van Amerika en haar met wolkenkrabbers bedekte eiland aan de oostkust en de capitol city. Dat New York en Washing-ton blijven trekken, blijkt wel uit het feit dat de bestemmingen in 2004-2005 en 2009-2010 opnieuw werden aangedaan. ‘de Aanslag’ heeft middelerwijl een modifi catie omtrent haar lay-out ondergaan; het IB aangifte formulier is verdwenen en daarvoor in de plaats prijkt er nu een wisselende illustratie op de voorzijde van ‘de Aanslag’ Het is tevens het jaar waarin de AWB in vernieuwde vorm van kracht wordt en de territoriale wateren worden uitgebreid van drie naar 12 zeemijl door de inwerkingtreding van het VN-Zeerechtverdrag 1982. Getweeën niet als futiliteit voor de ‘fi scale wereld’ aan te merken.

Ik sla ‘de Aanslag’ uit het bestuursjaar 1995-1996 open, specifi eker de tweede Aanslag van de zesde jaargang. Naast de eerder genoemde verschillen, vallen mij ook de fi scale werkgevers op.

Van de Voorzitter

1 Fiscaal Up to Date, nummer 21, 18 oktober 1990

11deAANSLAG!

Enkele bestaan nog steeds onder een andere naam, andere zijn over-genomen dan wel gefuseerd. Zo wordt er in de zojuist genoemde Aanslag geadverteerd door PriceWaterhouse (zonder Coopers) het huidige PwC. Op de achterkant prijkt op hetzelfde moment een ad-vertentie van Coopers & Lybrand. Of wat denk je van Paardekoper & Hoffman, tegenwoordig gefuseerd en Mazars genaamd. Misschien nog bekender is Arthur Andersen. Na het aan het licht komen van clandestiene activiteiten implodeerde het bedrijf en werd de Neder-landse tak overgenomen door Deloitte. Een vaak gehoorde grap is dat de werknemers van Andersen destijds claimden, dat zij Deloitte overnamen in plaats van andersom.

We slaan een paar jaar over. De milleniumperikelen en de internet-hype liggen inmiddels achter ons, echter de internationale verhou-dingen staan op scherp na de aanslagen van 09-11. Sedert jaargang 11 was het gehele boekje al in kleur verschenen en jaargang 13 opent met een compleet vernieuwde lay-out. De inhoud is geleidelijk aan veranderd in een goede voorloper van de hedendaagse Aanslag. In een relatief kort tijdsbestek vond er een vermeldenswaardige aggiornamento plaats en niet in de laatste plaats qua inhoud, want naast de activiteitsbeschouwingen, voorwoorden en interviews, werden er heuse columns van fi scaal goeroe prof. Heithuis gepu-bliceerd en besteedde Sjoerd Janssen aandacht aan zijn obsessie, althans hij noemt zijn schoenen liefkozend Bommeltjes. Tip van commissaris Spatoe, zoals hij zichzelf placht te noemen, alleen oude mannen dragen bruine schoenen. Wat is de huidige generatie dan snel oud geworden!

De bedrijvendag heeft eveneens een lange geschiedenis en ze neemt een belangrijke plek in binnen het activiteitenscala. De L-hal -jazeker op de campus-, het Hulstkampgebouw met daaropvolgend Beurs WTC, dat jarenlang dienst gedaan heeft als thuishaven van de bedrijvendag. Afgelopen jaar brachten wij de bedrijvendag onder bij het Inntel Hotel Rotterdam. Een mooie frisse locatie met een feno-menaal uitzicht. Uiteraard zullen de ‘Deloitters’ moeten lachen bij de laatste zin, maar goed vanaf de 16e heb je ook een mooi uitzicht.

Terug naar ‘de Aanslag’. Vanaf 2007-2008 werd het tijdschrift in een glossyuitgave en A4-formaat gepubliceerd. In datzelfde jaar werd het 3e lustrum van de vereniging gevierd, daarnaast koos het meest kapitalistische land ter wereld Obama als eerste zwarte president, lanceerde Ella Vogelaar haar notoire idee omtrent de ‘prachtwijken’ en werd Joran van der Sloot ontmaskerd in een veel bekeken uitzending van Peter R. de Vries. Binnen de vereniging doet zich ook een opmerkelijke verandering voor. De dassen veran-deren van donkergroen, in een in mijn ogen, minder mooie lyme groene das en dat is een eufemisme. Een jaar later is de das echter al weer ingeruild in de donkergroene variant. Het logo veranderde eveneens. Het logo waarin de Erasmusbrug een prominente plaats inneemt, vormt het beeldmerk voor waar wij als vereniging voor staan. Enerzijds de brug tussen Fiscaal Recht en Fiscale Economie en anderzijds een brug tussen de fi scale studie en de fi scale wereld na de studie. Al met al een logo, dat dus karakteriserend is voor de vereniging an sich.

Twee jaar later schrijf ik het eerste voorwoord voor dit blad. Zoals jullie gefragmenteerd hebben kunnen aanschouwen in de uiteen-zetting hierboven, is er omtrent de Christiaanse-Taxateur een hoop

gebeurd. De vereniging groeide/groeit en veranderde/verandert in het aantal activiteiten, de vorm van deze activiteiten, in het aantal leden en ook qua professionalisering.

Er zal nog één werk van het bestuur 2010-2011 worden afgeleverd tijdens het ter perse gaan van deze special en dat betreft "de Al-manak". Bedankjes e.d. bewaar ik voor het mooie overzicht van het collegejaar 2010-2011 in die desbetreffende Almanak.

Met het uitkomen van deze Aanslag zijn de laatste loodjes van dit collegejaar bezig in de vorm van hertentamens. Veel succes en alvast een fi jne vakantie toegewenst!

Met vriendelijk groet,Martijn SchippersVoorzitter 2010-2011

Van de Voorzitter

Page 10: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

12 deAANSLAG! 13deAANSLAG!Interview met de eerste Aanslagredactie

Interview met de oprichters van ‘de Aanslag’Kunnen jullie iets vertellen over jezelf?Mw. Boomsluiter: Mijn naam is Eva Boomsluiter. Ik heb Nederlands recht gestudeerd aan de Erasmus Universiteit. Tijdens mijn studie kreeg ik steeds meer interesse voor fi scale vakken, daarom heb ik besloten om Fiscaal Recht te gaan studeren. In mijn tijd kon dit helaas nog niet op de Erasmus, om die reden ben ik samen met een Dorine van der Keur naar Leiden gegaan. Naast Fiscaal Recht studeerde ik nog altijd Nederlands Recht in Rotterdam. Het was weliswaar een zware periode voor ons (zie ons eerste stripverhaal in ‘de Aanslag’: ‘Meiden lijden in Leiden’), maar het was zeker de moeite waard. We hebben ook veel lol beleefd tijdens onze studies.

Mw. Van den Keur: Mijn naam is Dorine van der Keur. Ik leerde Eva kennen op een JFR bedrijfsbezoek aan Coopers & Lybrand en we bleken beiden van plan te zijn om in Leiden fi scaal recht te gaan studeren. Gelukkig konden we dat toen samen doen, want jeetje, wat een andere wereld in Leiden. Zo schools! We zaten altijd te kletsen tijdens de lessen in Leiden en daarom werden we heel vaak voor de klas geroepen om ons huiswerk te presenteren of moeilijke vragen te beantwoorden. Gelukkig konden we er altijd samen achteraf enorm om lachen.

1

Wat bent u na uw studie gaan doen?Mw. Boomsluiter: Nadat ik in februari 1993 afstudeerde, ben ik bij Nauta Dutilh als advocaat en belastingadviseur gaan werken. Na vijf jaar bij Nauta te hebben gewerkt, ben ik als onderzoeker en docent gaan werken aan de Erasmus Universiteit bij de vakgroep Fiscaal Recht. Ik heb daar promotieonderzoek gedaan naar de bedrijfsfusiefaciliteit in de vennootschapsbelasting waarop ik in 2003 ben gepromoveerd. Na 16 jaar actief te zijn geweest in de fi scaliteit werd het tijd om wat anders te gaan doen. Ik ben nu bezig een bedrijf op te zetten op het gebied van scriptiecoaching voor studenten.

1 Eva Boomsluiter, ‘de Aanslag’ , jaargang 1, 1990-1991, nummer 1, ´Meiden lijden in Leiden´, p.12-15

Interview met de eerste Aanslagredactie

Mw. Van den Keur: Tsja, ik volgde Eva trouw en kwam in augustus 1993 bij Nauta, en nog wel op dezelfde werkkamer ook! Al gauw bleek dat ik het niet met mijn baas kon vinden en ben ik naar ondernemingsrecht overgestapt. Daar had ik niet echt het gevoel mensen te kunnen helpen. Zo had ik een keer een zaak gewonnen voor een grote onderneming en belde ik hun bedrijfsjurist. Die was niet onder de indruk en wilde graag weten welk nummer die zaak had, omdat hij geeneens wist waar het over ging. Op die zaak had ik twee jaar keihard gewerkt! Daarom switchte ik naar familierecht waar ik met veel plezier heb gewerkt. Na negen jaar Nauta was het voor mij ook tijd voor wat anders en momenteel werk ik – via vele omzwervingen – als Project Manager bij Helvetas in Tajikistan om access to justice voor boeren in Tajikistan te verbeteren. Dus ik ben helemaal uit het fi scale en de advocatuur, maar dit past veel beter bij mij.

Hoe heeft u uw eerste baan ervaren na het afstuderen?Mw Boomsluiter: Heel leuk! Het was in zekere zin een voortzetting van mijn studentenleven, met veel borrels en (studie)weekenden. Maar tegelijkertijd was het ook heel hard werken. We begonnen met een groep andere studenten en werkten vier dagen per week, de vijfde dag hadden we studiedag.

Mw. Van den Keur: Heel zwaar! Het is het einde van je leven in zekere zin. Dat had ik al van te voren bedacht, maar het was nog erger dan ik dacht. Ineens alles zo serieus! Maar goed, natuurlijk kun je ook nog wel lachen, samen met de andere nieuwe advocaten. We gingen – ondanks het werken – toch nog veel uit.

Wanneer kwamen jullie voor het eerst in aanraking met de Christiaanse?Mw Boomsluiter: Dorine en ik zaten bij de JFR. De JFR kende allemaal verschillende disputen gericht op een bepaald rechtsgebied, maar een fi scaal-juridisch dispuut bestond nog niet. Omdat wij zo enthousiast waren over Fiscaal Recht en omdat er plannen waren om een fi scaal-juridische studierichting in Rotterdam te starten, hebben we in 1990 het dispuut opgericht, in eerste instantie dus als onderdeel van de JFR. Prof. Van Arendonk kwam met het voorstel om het dispuut te vernoemen naar Prof. J.H. Christiaanse, die heel veel heeft betekend voor het fi scale recht binnen de Erasmus Universiteit.

Wie waren allemaal betrokken bij de oprichting van de Christiaanse?Mw Boomsluiter: In het begin waren dat Dorine van der Keur, Maarten van Kempen, Arend Lagemaat en ik. Wij vormden het eerste bestuur. Wij waren allemaal Nederlands Recht studenten, met een grote interesse voor Fiscaal Recht. In de loop van het eerste jaar werden er meer studenten actief binnen het dispuut, maar in het begin was het toch vooral wij vieren. Ik herinner me de eerste ALV, waarbij – naast het bestuur – één lid aanwezig was. En in een van de eerste Aanslagen staat een getekende impressie van onze eerste borrel: een bijna leeg café, op de bestuursleden na.

Page 11: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

12 deAANSLAG! 13deAANSLAG!Interview met de eerste Aanslagredactie

Interview met de oprichters van ‘de Aanslag’Kunnen jullie iets vertellen over jezelf?Mw. Boomsluiter: Mijn naam is Eva Boomsluiter. Ik heb Nederlands recht gestudeerd aan de Erasmus Universiteit. Tijdens mijn studie kreeg ik steeds meer interesse voor fi scale vakken, daarom heb ik besloten om Fiscaal Recht te gaan studeren. In mijn tijd kon dit helaas nog niet op de Erasmus, om die reden ben ik samen met een Dorine van der Keur naar Leiden gegaan. Naast Fiscaal Recht studeerde ik nog altijd Nederlands Recht in Rotterdam. Het was weliswaar een zware periode voor ons (zie ons eerste stripverhaal in ‘de Aanslag’: ‘Meiden lijden in Leiden’), maar het was zeker de moeite waard. We hebben ook veel lol beleefd tijdens onze studies.

Mw. Van den Keur: Mijn naam is Dorine van der Keur. Ik leerde Eva kennen op een JFR bedrijfsbezoek aan Coopers & Lybrand en we bleken beiden van plan te zijn om in Leiden fi scaal recht te gaan studeren. Gelukkig konden we dat toen samen doen, want jeetje, wat een andere wereld in Leiden. Zo schools! We zaten altijd te kletsen tijdens de lessen in Leiden en daarom werden we heel vaak voor de klas geroepen om ons huiswerk te presenteren of moeilijke vragen te beantwoorden. Gelukkig konden we er altijd samen achteraf enorm om lachen.

1

Wat bent u na uw studie gaan doen?Mw. Boomsluiter: Nadat ik in februari 1993 afstudeerde, ben ik bij Nauta Dutilh als advocaat en belastingadviseur gaan werken. Na vijf jaar bij Nauta te hebben gewerkt, ben ik als onderzoeker en docent gaan werken aan de Erasmus Universiteit bij de vakgroep Fiscaal Recht. Ik heb daar promotieonderzoek gedaan naar de bedrijfsfusiefaciliteit in de vennootschapsbelasting waarop ik in 2003 ben gepromoveerd. Na 16 jaar actief te zijn geweest in de fi scaliteit werd het tijd om wat anders te gaan doen. Ik ben nu bezig een bedrijf op te zetten op het gebied van scriptiecoaching voor studenten.

1 Eva Boomsluiter, ‘de Aanslag’ , jaargang 1, 1990-1991, nummer 1, ´Meiden lijden in Leiden´, p.12-15

Interview met de eerste Aanslagredactie

Mw. Van den Keur: Tsja, ik volgde Eva trouw en kwam in augustus 1993 bij Nauta, en nog wel op dezelfde werkkamer ook! Al gauw bleek dat ik het niet met mijn baas kon vinden en ben ik naar ondernemingsrecht overgestapt. Daar had ik niet echt het gevoel mensen te kunnen helpen. Zo had ik een keer een zaak gewonnen voor een grote onderneming en belde ik hun bedrijfsjurist. Die was niet onder de indruk en wilde graag weten welk nummer die zaak had, omdat hij geeneens wist waar het over ging. Op die zaak had ik twee jaar keihard gewerkt! Daarom switchte ik naar familierecht waar ik met veel plezier heb gewerkt. Na negen jaar Nauta was het voor mij ook tijd voor wat anders en momenteel werk ik – via vele omzwervingen – als Project Manager bij Helvetas in Tajikistan om access to justice voor boeren in Tajikistan te verbeteren. Dus ik ben helemaal uit het fi scale en de advocatuur, maar dit past veel beter bij mij.

Hoe heeft u uw eerste baan ervaren na het afstuderen?Mw Boomsluiter: Heel leuk! Het was in zekere zin een voortzetting van mijn studentenleven, met veel borrels en (studie)weekenden. Maar tegelijkertijd was het ook heel hard werken. We begonnen met een groep andere studenten en werkten vier dagen per week, de vijfde dag hadden we studiedag.

Mw. Van den Keur: Heel zwaar! Het is het einde van je leven in zekere zin. Dat had ik al van te voren bedacht, maar het was nog erger dan ik dacht. Ineens alles zo serieus! Maar goed, natuurlijk kun je ook nog wel lachen, samen met de andere nieuwe advocaten. We gingen – ondanks het werken – toch nog veel uit.

Wanneer kwamen jullie voor het eerst in aanraking met de Christiaanse?Mw Boomsluiter: Dorine en ik zaten bij de JFR. De JFR kende allemaal verschillende disputen gericht op een bepaald rechtsgebied, maar een fi scaal-juridisch dispuut bestond nog niet. Omdat wij zo enthousiast waren over Fiscaal Recht en omdat er plannen waren om een fi scaal-juridische studierichting in Rotterdam te starten, hebben we in 1990 het dispuut opgericht, in eerste instantie dus als onderdeel van de JFR. Prof. Van Arendonk kwam met het voorstel om het dispuut te vernoemen naar Prof. J.H. Christiaanse, die heel veel heeft betekend voor het fi scale recht binnen de Erasmus Universiteit.

Wie waren allemaal betrokken bij de oprichting van de Christiaanse?Mw Boomsluiter: In het begin waren dat Dorine van der Keur, Maarten van Kempen, Arend Lagemaat en ik. Wij vormden het eerste bestuur. Wij waren allemaal Nederlands Recht studenten, met een grote interesse voor Fiscaal Recht. In de loop van het eerste jaar werden er meer studenten actief binnen het dispuut, maar in het begin was het toch vooral wij vieren. Ik herinner me de eerste ALV, waarbij – naast het bestuur – één lid aanwezig was. En in een van de eerste Aanslagen staat een getekende impressie van onze eerste borrel: een bijna leeg café, op de bestuursleden na.

Page 12: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

14 deAANSLAG! 15deAANSLAG!Interview met de eerste Aanslagredactie

Kunnen jullie ons meer over de heer Chris-tiaanse vertellen?Mw. Boomsluiter: Ik vond Prof. Christiaanse een geweldige man. Echt een heer van stand en heel erg aardig. Hij was ontzettend actief, zowel binnen als buiten de universiteit. Zo was hij lid van de Eerste Kamer en secretaris-generaal van de IFA. Hij was heel enthousiast over de oprichting van het dispuut.

Mw. Van den Keur: Nadat hij overleed zijn we nog wel eens bij mevrouw Christi-aanse op bezoek geweest in Hilligersberg. Een echte schat en volgens mij hadden ze een heel leuk huwelijk met veel respect voor elkaar.

Kunnen jullie wat vertellen over de samenvoeging van de Christiaanse en Taxateur?Mw. Boomsluiter: In het begin was er wel wat gesteggel tussen ons en Taxateur over de noodzaak om al dan niet een afzonderlijk dispuut voor Fiscaal Recht studenten op te richten. Dorine en ik werkten in die tijd als student-assistenten op de vakgroep

Fiscaal Recht samen met een van de bestuursleden van Taxateur en er werd heel wat afgediscussieerd op de student-assistentenkamer in die dagen. Maar we waren ook goed bevriend en mede daardoor is er vanaf het begin altijd een goed contact geweest met Taxateur. De fusie was dan ook snel een feit. In 1993 zijn de disputen samengevoegd. Ik ben daar niet meer als bestuurslid bij betrokken geweest. In september 1992 was een nieuw bestuur aangetreden.

Mw. Van den Keur: Ons dispuut was in het begin absoluut van minder serieuze aard dan Taxateur. Er was nog geeneens een fi scaal recht studierichting in Rotterdam. Maar ons ledenaantal groeide heel snel, doordat we leden gratis bijles gaven in fi scaal recht. Voor we het wisten stonden Eva en ik les te geven aan zalen met vijftig studenten. Volgens mij werden we met argusogen bekeken door Taxateur.

Hadden jullie een bepaald doel toen jullie begonnen met ‘de Aanslag’?Mw. Boomsluiter: Wij wilden graag een eigen blad speciaal voor Fiscaal Recht studenten. Natuurlijk was het ook mogelijk om bij Fiat Justitia aandacht te vragen voor het fi scale, maar een eigen blad was toch veel beter! We begonnen het eerste jaar met een oplage van 60. Inmiddels zijn dat er 700. Er dus een hoop gebeurd in de tussentijd.

Hoe was het in die tijd om sponsoren aan te trekken?Mw. Boomsluiter: Wij hadden eigenlijk niet zoveel sponsoren nodig. We maakten alle aanslagen zelf op de universiteit. Alleen de kaft lieten we drukken. Aan de binnenzijde daarvan stonden advertenties. Het aantrekken van sponsoren daarvoor ging heel soepel.

Mw. Van der Keur: Het zoeken van sponsors was de taak van Maarten van Kempen, die daar heel goed in was. Hij ging bij allerlei fi scaal advies bureaus op bezoek en presenteerde dan heel gewichtig ons huis-tuin-keuken blaadje ‘de Aanslag’. Tot onze stomme verbazing verkocht het heel goed! Ik hoorde dat het zelfs bij sommige fi scaal adviesbureaus in de bibliotheek stond. Hahaha!

Mevrouw Boomsluiter, u maakte vroe-ger stripverhalen voor ‘de Aanslag’. Deze gingen vaak over docenten. Kunt u daar wat meer over vertellen?Mevrouw Boomsluiter: De docenten vonden het geweldig om ‘hun’ avonturen in de strip te lezen. Het geeft ook aan hoe destijds de relatie was tussen de docenten en studenten. Het aantal studenten dat Fiscaal Recht studeerde was klein. Je kende elkaar, dat maakte het zo leuk. Het was daarom mogelijk om grapjes te maken met en over docenten. Zo hebben we een keer Prof. Van Arendonk in ‘de Aanslag’ getekend met een das om in plaats van een strikje. In de daaropvol-gende Aanslag hebben we natuurlijk meteen een rectifi catie geplaatst van deze ‘enorme fout’.

Hoe heeft u uw eerste baan ervaren na het afstuderen? Mw Boomsluiter: Heel leuk! Het was in zekere zin een voortzetting van mijn studentenleven, met veel borrels en (studie)weekenden. Maar tegelijkertijd was het ook heel hard werken. We begonnen met een groep andere studenten en werkten vier dagen per week, de vijfde dag hadden we studiedag. Mw. Van den Keur: Heel zwaar! Het is het einde van je leven in zekere zin. Dat had ik al van te voren bedacht, maar het was nog erger dan ik dacht. Ineens alles zo serieus! Maar goed, natuurlijk kun je ook nog wel lachen, samen met de andere nieuwe advocaten. We gingen – ondanks het werken – toch nog veel uit. Wanneer kwamen jullie voor het eerst in aanraking met de Christiaanse? Mw Boomsluiter: Dorine en ik zaten bij de JFR. De JFR kende allemaal verschillende disputen gericht op een bepaald rechtsgebied, maar een fiscaal-juridisch dispuut bestond nog niet. Omdat wij zo enthousiast waren over Fiscaal Recht en omdat er plannen waren om een fiscaal-juridische studierichting in Rotterdam te starten, hebben we in 1990 het dispuut opgericht, in eerste instantie dus als onderdeel van de JFR. Prof. Van Arendonk kwam met het voorstel om het dispuut te vernoemen naar Prof. J.H. Christiaanse, die heel veel heeft betekend voor het fiscale recht binnen de Erasmus Universiteit. Wie waren allemaal betrokken bij de oprichting van de Christiaanse? Mw Boomsluiter: In het begin waren dat Dorine van der Keur, Maarten van Kempen, Arend Lagemaat en ik. Wij vormden het eerste bestuur. Wij waren allemaal Nederlands Recht studenten, met een grote interesse voor Fiscaal Recht. In de loop van het eerste jaar werden er meer studenten actief binnen het dispuut, maar in het begin was het toch vooral wij vieren. Ik herinner me de eerste ALV, waarbij – naast het bestuur – één lid aanwezig was. En in een van de eerste Aanslagen staat een getekende impressie van onze eerste borrel: een bijna leeg café, op de bestuursleden na.

Eva Boomsluiter

Interview 1e Aanslagredactie

Dorine van der Keur

Mw. Van der Keur: Dat was Eva’s taak. Maar ik genoot altijd mee als ze weer bezig was met een nieuw stripverhaal. We zaten vaak in de trein naar Leiden samen een verhaal te verzinnen. Natuurlijk veel voorpret en vaak vroegen we ons af of het wel 'kon', onze wilde ideeën.

Hebben jullie bij het maken van ‘de Aanslag’ dingen geleerd waar jullie nog steeds profi jt van hebben?Mw. Boomsluiter: Jazeker, zowel in als buiten het fi scale heb ik er profi jt van gehad. Zo was onze rubriek ‘Persvers’ (vergelijkbaar met jullie ‘Fiscaal Opmer-kelijk’) een goede training voor het schrijven van jurisprudentieverslagen in de tijd dat ik bij Nauta Dutilh begon.

Mw. Van der Keur: Ja, het was leuk om het met z’n vieren te doen en je leert goed samen te werken.

Hoe werd de artikelensamenstelling vastgesteld?Mw. Boomsluiter: We hadden natuurlijk altijd een aantal vaste rubrieken. Daarnaast kwam er ad-hoc wat anders tussen. Wat opviel was dat het eigenlijk allemaal vanzelf ging. Soms schreef een docent een artikel en de andere keer schreven wij weer wat. Het verschilde dus erg per Aanslag.

Mw. Van der Keur: We probeerden een goede mix te vinden tussen serieus en wat luchtiger. Dat is niet gemakkelijk bij fi scaal recht, want er zijn weinig smeuige fi scaal rechtelijke verhalen te vertellen.

Hoe ging de taakverdeling binnen de redactie?Mw. Boomsluiter: We kwamen eens per week bij elkaar. Ieder had eigenlijk zijn taak. Zo kwam gaandeweg alles bij elkaar. Omdat we alles zelf deden, van opmaak tot aan afdrukken, kostte het aardig wat tijd om er één mooi geheel van te maken.

Mw. Van der Keur: Ja, we kopieerden ook de hele oplage zelf! Ongeloofl ijk, maar goed, we begonnen gelukkig maar met zestig examplaren.

Als jullie terugkijken naar de periode dat jullie bezig zijn geweest met ‘de Aanslag’, wat is dan het meest blijven hangen?Mw. Boomsluiter: Wat bij mij vooral is blijven hangen, zijn de contacten met de vakgroep, de omgang met de docenten en vooral de lol die wij hebben gehad. Het was echt een hele leuke periode.

Mw. Van der Keur: Ja, heel vaak de slappe lach om alle dingen die we wilden publiceren, maar helaas niet durfden.

Welke bestuursfuncties hebben jullie gehad?Mw. Boomsluiter: Ik ben begonnen als penningmeester in 1990 en een jaar later ben ik voorzitter geworden.

Mw. Van der Keur: Ik was voorzitter in het eerste jaar, maar het tweede weet ik niet meer. Secretaris ofzo?

Als we ‘de Aanslag’ anno 2011 vergelijken met die van de jaren 90, wat vinden jullie dan het grootste verschil?Mw. Boomsluiter: Wat als eerste opvalt is dat ‘de Aanslag’ van nu er veel professioneler uitziet dan die van ons destijds. Het is echt een serieus tijdschrift geworden. Ik vind het vooral ook leuk dat de artikelen luchtig zijn gebleven. Dit is het kenmerk van een verenigingstijdschrift. Je onderscheidt je ermee van een vakinhoudelijk tijdschrift. Ik ben hartstikke trots op jullie Aanslag.

Mw. Van der Keur: Ja, we hadden niet kunnen denken dat het zo’n mooi blad zou worden. Super om te zien hoe het gegroeid is!

Tot slot nog een vraag omtrent het thema van ‘de Aanslag’. Dit jaar bestaat ‘de Aanslag’ twin-tig jaar. Hoe denkt u dat ‘de Aanslag’ er over 20 jaar uit ziet?Mw. Boomsluiter: De kans is groot dat ‘de Aanslag’ over 20 jaar alleen nog digitaal te lezen zal zijn, al hoop ik dat er dan ook nog steeds een papieren versie zal bestaan. Het wordt een interactief tijdschrift, gepresenteerd in 3-D, waarbij je bijvoorbeeld online vragen kunt stellen aan docenten of een fi lmpje kunt bekijken van een excursie.

Mw. Van der Keur: Ja, en natuurlijk komt Eva’s stripverhaal weer terug. Waarom zijn jullie daar mee gestopt???

Page 13: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

14 deAANSLAG! 15deAANSLAG!Interview met de eerste Aanslagredactie

Kunnen jullie ons meer over de heer Chris-tiaanse vertellen?Mw. Boomsluiter: Ik vond Prof. Christiaanse een geweldige man. Echt een heer van stand en heel erg aardig. Hij was ontzettend actief, zowel binnen als buiten de universiteit. Zo was hij lid van de Eerste Kamer en secretaris-generaal van de IFA. Hij was heel enthousiast over de oprichting van het dispuut.

Mw. Van den Keur: Nadat hij overleed zijn we nog wel eens bij mevrouw Christi-aanse op bezoek geweest in Hilligersberg. Een echte schat en volgens mij hadden ze een heel leuk huwelijk met veel respect voor elkaar.

Kunnen jullie wat vertellen over de samenvoeging van de Christiaanse en Taxateur?Mw. Boomsluiter: In het begin was er wel wat gesteggel tussen ons en Taxateur over de noodzaak om al dan niet een afzonderlijk dispuut voor Fiscaal Recht studenten op te richten. Dorine en ik werkten in die tijd als student-assistenten op de vakgroep

Fiscaal Recht samen met een van de bestuursleden van Taxateur en er werd heel wat afgediscussieerd op de student-assistentenkamer in die dagen. Maar we waren ook goed bevriend en mede daardoor is er vanaf het begin altijd een goed contact geweest met Taxateur. De fusie was dan ook snel een feit. In 1993 zijn de disputen samengevoegd. Ik ben daar niet meer als bestuurslid bij betrokken geweest. In september 1992 was een nieuw bestuur aangetreden.

Mw. Van den Keur: Ons dispuut was in het begin absoluut van minder serieuze aard dan Taxateur. Er was nog geeneens een fi scaal recht studierichting in Rotterdam. Maar ons ledenaantal groeide heel snel, doordat we leden gratis bijles gaven in fi scaal recht. Voor we het wisten stonden Eva en ik les te geven aan zalen met vijftig studenten. Volgens mij werden we met argusogen bekeken door Taxateur.

Hadden jullie een bepaald doel toen jullie begonnen met ‘de Aanslag’?Mw. Boomsluiter: Wij wilden graag een eigen blad speciaal voor Fiscaal Recht studenten. Natuurlijk was het ook mogelijk om bij Fiat Justitia aandacht te vragen voor het fi scale, maar een eigen blad was toch veel beter! We begonnen het eerste jaar met een oplage van 60. Inmiddels zijn dat er 700. Er dus een hoop gebeurd in de tussentijd.

Hoe was het in die tijd om sponsoren aan te trekken?Mw. Boomsluiter: Wij hadden eigenlijk niet zoveel sponsoren nodig. We maakten alle aanslagen zelf op de universiteit. Alleen de kaft lieten we drukken. Aan de binnenzijde daarvan stonden advertenties. Het aantrekken van sponsoren daarvoor ging heel soepel.

Mw. Van der Keur: Het zoeken van sponsors was de taak van Maarten van Kempen, die daar heel goed in was. Hij ging bij allerlei fi scaal advies bureaus op bezoek en presenteerde dan heel gewichtig ons huis-tuin-keuken blaadje ‘de Aanslag’. Tot onze stomme verbazing verkocht het heel goed! Ik hoorde dat het zelfs bij sommige fi scaal adviesbureaus in de bibliotheek stond. Hahaha!

Mevrouw Boomsluiter, u maakte vroe-ger stripverhalen voor ‘de Aanslag’. Deze gingen vaak over docenten. Kunt u daar wat meer over vertellen?Mevrouw Boomsluiter: De docenten vonden het geweldig om ‘hun’ avonturen in de strip te lezen. Het geeft ook aan hoe destijds de relatie was tussen de docenten en studenten. Het aantal studenten dat Fiscaal Recht studeerde was klein. Je kende elkaar, dat maakte het zo leuk. Het was daarom mogelijk om grapjes te maken met en over docenten. Zo hebben we een keer Prof. Van Arendonk in ‘de Aanslag’ getekend met een das om in plaats van een strikje. In de daaropvol-gende Aanslag hebben we natuurlijk meteen een rectifi catie geplaatst van deze ‘enorme fout’.

Hoe heeft u uw eerste baan ervaren na het afstuderen? Mw Boomsluiter: Heel leuk! Het was in zekere zin een voortzetting van mijn studentenleven, met veel borrels en (studie)weekenden. Maar tegelijkertijd was het ook heel hard werken. We begonnen met een groep andere studenten en werkten vier dagen per week, de vijfde dag hadden we studiedag. Mw. Van den Keur: Heel zwaar! Het is het einde van je leven in zekere zin. Dat had ik al van te voren bedacht, maar het was nog erger dan ik dacht. Ineens alles zo serieus! Maar goed, natuurlijk kun je ook nog wel lachen, samen met de andere nieuwe advocaten. We gingen – ondanks het werken – toch nog veel uit. Wanneer kwamen jullie voor het eerst in aanraking met de Christiaanse? Mw Boomsluiter: Dorine en ik zaten bij de JFR. De JFR kende allemaal verschillende disputen gericht op een bepaald rechtsgebied, maar een fiscaal-juridisch dispuut bestond nog niet. Omdat wij zo enthousiast waren over Fiscaal Recht en omdat er plannen waren om een fiscaal-juridische studierichting in Rotterdam te starten, hebben we in 1990 het dispuut opgericht, in eerste instantie dus als onderdeel van de JFR. Prof. Van Arendonk kwam met het voorstel om het dispuut te vernoemen naar Prof. J.H. Christiaanse, die heel veel heeft betekend voor het fiscale recht binnen de Erasmus Universiteit. Wie waren allemaal betrokken bij de oprichting van de Christiaanse? Mw Boomsluiter: In het begin waren dat Dorine van der Keur, Maarten van Kempen, Arend Lagemaat en ik. Wij vormden het eerste bestuur. Wij waren allemaal Nederlands Recht studenten, met een grote interesse voor Fiscaal Recht. In de loop van het eerste jaar werden er meer studenten actief binnen het dispuut, maar in het begin was het toch vooral wij vieren. Ik herinner me de eerste ALV, waarbij – naast het bestuur – één lid aanwezig was. En in een van de eerste Aanslagen staat een getekende impressie van onze eerste borrel: een bijna leeg café, op de bestuursleden na.

Eva Boomsluiter

Interview 1e Aanslagredactie

Dorine van der Keur

Mw. Van der Keur: Dat was Eva’s taak. Maar ik genoot altijd mee als ze weer bezig was met een nieuw stripverhaal. We zaten vaak in de trein naar Leiden samen een verhaal te verzinnen. Natuurlijk veel voorpret en vaak vroegen we ons af of het wel 'kon', onze wilde ideeën.

Hebben jullie bij het maken van ‘de Aanslag’ dingen geleerd waar jullie nog steeds profi jt van hebben?Mw. Boomsluiter: Jazeker, zowel in als buiten het fi scale heb ik er profi jt van gehad. Zo was onze rubriek ‘Persvers’ (vergelijkbaar met jullie ‘Fiscaal Opmer-kelijk’) een goede training voor het schrijven van jurisprudentieverslagen in de tijd dat ik bij Nauta Dutilh begon.

Mw. Van der Keur: Ja, het was leuk om het met z’n vieren te doen en je leert goed samen te werken.

Hoe werd de artikelensamenstelling vastgesteld?Mw. Boomsluiter: We hadden natuurlijk altijd een aantal vaste rubrieken. Daarnaast kwam er ad-hoc wat anders tussen. Wat opviel was dat het eigenlijk allemaal vanzelf ging. Soms schreef een docent een artikel en de andere keer schreven wij weer wat. Het verschilde dus erg per Aanslag.

Mw. Van der Keur: We probeerden een goede mix te vinden tussen serieus en wat luchtiger. Dat is niet gemakkelijk bij fi scaal recht, want er zijn weinig smeuige fi scaal rechtelijke verhalen te vertellen.

Hoe ging de taakverdeling binnen de redactie?Mw. Boomsluiter: We kwamen eens per week bij elkaar. Ieder had eigenlijk zijn taak. Zo kwam gaandeweg alles bij elkaar. Omdat we alles zelf deden, van opmaak tot aan afdrukken, kostte het aardig wat tijd om er één mooi geheel van te maken.

Mw. Van der Keur: Ja, we kopieerden ook de hele oplage zelf! Ongeloofl ijk, maar goed, we begonnen gelukkig maar met zestig examplaren.

Als jullie terugkijken naar de periode dat jullie bezig zijn geweest met ‘de Aanslag’, wat is dan het meest blijven hangen?Mw. Boomsluiter: Wat bij mij vooral is blijven hangen, zijn de contacten met de vakgroep, de omgang met de docenten en vooral de lol die wij hebben gehad. Het was echt een hele leuke periode.

Mw. Van der Keur: Ja, heel vaak de slappe lach om alle dingen die we wilden publiceren, maar helaas niet durfden.

Welke bestuursfuncties hebben jullie gehad?Mw. Boomsluiter: Ik ben begonnen als penningmeester in 1990 en een jaar later ben ik voorzitter geworden.

Mw. Van der Keur: Ik was voorzitter in het eerste jaar, maar het tweede weet ik niet meer. Secretaris ofzo?

Als we ‘de Aanslag’ anno 2011 vergelijken met die van de jaren 90, wat vinden jullie dan het grootste verschil?Mw. Boomsluiter: Wat als eerste opvalt is dat ‘de Aanslag’ van nu er veel professioneler uitziet dan die van ons destijds. Het is echt een serieus tijdschrift geworden. Ik vind het vooral ook leuk dat de artikelen luchtig zijn gebleven. Dit is het kenmerk van een verenigingstijdschrift. Je onderscheidt je ermee van een vakinhoudelijk tijdschrift. Ik ben hartstikke trots op jullie Aanslag.

Mw. Van der Keur: Ja, we hadden niet kunnen denken dat het zo’n mooi blad zou worden. Super om te zien hoe het gegroeid is!

Tot slot nog een vraag omtrent het thema van ‘de Aanslag’. Dit jaar bestaat ‘de Aanslag’ twin-tig jaar. Hoe denkt u dat ‘de Aanslag’ er over 20 jaar uit ziet?Mw. Boomsluiter: De kans is groot dat ‘de Aanslag’ over 20 jaar alleen nog digitaal te lezen zal zijn, al hoop ik dat er dan ook nog steeds een papieren versie zal bestaan. Het wordt een interactief tijdschrift, gepresenteerd in 3-D, waarbij je bijvoorbeeld online vragen kunt stellen aan docenten of een fi lmpje kunt bekijken van een excursie.

Mw. Van der Keur: Ja, en natuurlijk komt Eva’s stripverhaal weer terug. Waarom zijn jullie daar mee gestopt???

Page 14: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

16 deAANSLAG! Docentenartikel Fiscale Economie

‘de Aanslag’ bestaat 20 jaar, waarvoor mijn

gelukwensen. Als fi scalist denk ik bij zo’n

gelegenheid terug aan belangrijke fi scale

ontwikkelingen die zich gedurende die periode

hebben voorgedaan. Ik wil er in deze bijdrage

drie aan de orde stellen en van een persoon-

lijke opinie voorzien, mede tegen de achter-

grond van de onlangs gepubliceerde fi scale

agenda van staatssecretaris Weekers.1

Het gaat mij om de volgende ontwikkelingen:

- Het steeds gedetailleerder worden van de

fi scale wetgeving, gecombineerd met de

aanhoudende roep om belastingvereen-

voudiging;

- De intensivering van de inzet van de fi sca-

liteit als instrument ten behoeve van het

arbeidsmarktbeleid;

- De vergroening van het belastingstelsel.

Ingewikkeldheid fi scale wetgeving toegenomen, ondanks de voordurende roep om (en pogingen tot) vereenvoudiging

De fi scale wetgeving is tussen 1991 en 2011 aanmerkelijk ge-detailleer der geworden. Dit is voor een belangrijk deel ver oorzaakt door de behoefte aan meer rechtszekerheid aan de zijde van de belasting plichtig en en hun adviseurs en de wens om misbruik

1 De fi scale agenda. Naar een eenvoudiger, meer solide en fraudebestendig belastingstelsel, 14 april 2011, Vakstudie-Nieuws 2011/22.

en on eigen lijk gebruik te voorkomen aan de zijde van de fi scus.2 Een en ander is tot uiting gekomen in zowel de heffi ngs wetten, zoals de inkomsten- en vennootschapsbelasting, als in de for mele belastingwetgeving. Bovendien heeft de toe ge nomen Europese wetgeving en jurisprudentie bijgedragen aan de groei van het fi scale wet boek. Tegen over het steeds ge detailleer der worden van de fi scale wetgeving staat de aanhoudende roep om meer belasting ver een voudig ing. Er wordt al veel langer om belasting-ver een voudiging ge roepen, zonder veel resultaat.3 Maar die roep is de af gelopen twintig jaar zeker niet minder krachtig ge worden. De Oort-wetgeving, voortgekomen uit de voorstellen van de belasting-vereen voudigings commissie Oort was op 1 januari 1990 in werking ge treden. Half 1991 zagen nieuw voorstellen van de volgende belasting ver eenvoudigings commissie, de Commissie-Stevens, weer al het licht.4 Ook de belastingherziening 2001 beoogde belangrijke ver een voudiging swinst te boeken; hetzelfde werd beoogd met de her ziening van de vennootschapsbelasting in 2007 en van de Successie wet in 2010 en met de Fiscale Vereenvoudigingswet 2010. Voorts moet gewezen worden op het rapport van de Studie-commissie Belastingstelsel van april 2010.5 En ten slotte is er nu de fi scale agenda van staatssecretaris Weekers, getiteld ‘Naar een een voudiger, meer solide en fraudebestendig belastingstelsel’.

Hoewel al deze voorstellen op deelterreinen tot vereen voudigingen heeft geleid, is per saldo, in de loop van de tijd, zeker geen sprake van ver een voudigings winst. De belangrijkste factoren die hierop van invloed zijn geweest heb ik elders uitvoerig be schreven.6 Overigens betekent niet iedere vereenvoudiging een ver-beter ing. Zo kan spanning die kan optreden tussen ver-een voudiging en recht vaardigheid. Een goed voorbeeld betreft de ver eenvoudigings winst die werd geboekt bij de belastingherziening 2001 door de invoering van de forfaitaire rendementsheffi ng (box 3) ter vervanging van het regime inzake het belasten van vermogensinkomsten onder de Wet IB 1964. Dat regime kenmerkte zich doordat enkel de feitelijk verkregen inkomsten uit vermogensbronnen werden belast en niet de mutaties (vermogenswinsten) van de bronnen zelf. Het gevolg hiervan was dat velen belaste vermogensinkomsten omzetten in onbelaste vermogensmutaties, waardoor de heffi ng werd ontlopen. Met de huidige vorm wordt weliswaar deze mogelijkheid ongedaan gemaakt. Men kan zich echter afvragen in hoeverre de huidige vorm geving van de belastingheffi ng

2 Ik verwijs hiervoor naar mijn analyses in de De Moor-bundel, Het verloren paradijs van de eenvoud, Kluwer, Deventer,1996, blz. 7-14 en in de Aardemabundel, In de fi scale vuurlinie, Kluwer, Deventer, 2003, blz. 139-146.

3 D.A. Albregtse, De eeuwige roep om belastingvereenvoudiging blijft onbeantwoord, in: 40 jaar Cursus belastingrecht. Tribuut aan Leno Sillevis en Nico de Vries, Kluwer, Deventer, 2010, blz. 11-18.

4 Rapport van de Commissie Stevens, Graag of niet, SDU, Den Haag, 1991.5 Studiecommissie Belastingstelsel (Commissie Van Weeghel), Continuïteit en vernieuwing. Een visie

op het belastingstelsel, Den Haag, 7 april 2010.6 D.A. Albregtse, t.a.p. 2010.

Enkele fi scale ontwikkelingen gedurende de laatste twintig jaar en de fi scale agenda van Weekers.

Dr. D.A. Albregtse*

* Verbonden aan de opleiding Fiscale Economie en aan het Fiscaal Economisch Instituut als docent en onderzoeker

17deAANSLAG!Docentenartikel Fiscale Economie

over vermogens inkomsten recht vaardiger is ge worden. Box 3 kent een proportioneel tarief van 30%, terwijl het forfaitaire rendement 4% bedraagt. Met draag kracht wordt nauwelijks rekening gehouden; ook met het feit dat onderscheiden vermogensbestanddelen verschillende (gemiddelde) rendementen opleveren, wordt geen rekening ge houden.7

De huidige regering lijkt, gezien de inhoud van haar fi scale agenda ernst te maken met vereenvoudiging. Of de gedane voorstellen werkelijk tot de vereenvoudigingswinst zal leiden, die wordt be oogd, en of we daar blij mee moeten zijn, vraag ik mij echter af. De factoren die realisatie van vereenvoudigingsmaatregelen tegen houden blijven werkzaam. Daarenboven ben ik van me-ning dat de fi scale agenda veeleer een bezuinigingsagenda is dan een vereenvoudigingsagenda, al doet de titel anders ver moeden. Terecht wordt er op gewezen dat instrumentalisme een belang rijke oorzaak is van de complexiteit van het belasting stelsel. Door terug-dringing van instrumentalisme kan wellicht ver een voudigings-winst worden geboekt. Het is echter wel van belang om daarbij mee te wegen wat die vereenvoudiging (maatschappelijk) kost. Weekers hinkt namelijk bij het doen van de voorstellen op twee ge dachten. Enerzijds moet door het schrappen van faciliteiten de nodige budgettaire opbreng worden gegenereerd, zodat de neiging bestaat vooral effectieve faciliteiten af te schaffen. De voorstellen om de fi scale voordelen voor zuinige en milieubesparende auto’s te verminderen worden hierdoor gemotiveerd. Zie hierna onder de vergroening van het belastingstelsel. Aan de andere kant wordt be oogd overbodige heffi ngen, die relatief veel uitvoeringskosten met zich meebrengen en relatief `weinig opbrengen, zoals de verpakkings belasting, af te schaffen. Slechts dat laatste kan vanuit ver een voudiging oogpunt zonder meer worden toegejuicht. Het blijft echter op passen dat niet slechts de botte bezuinigingsbijl wordt ge hanteerd.

De intensivering van de inzet van de fi scaliteit als instrument van arbeidsmarktbeleid

Vanaf 2001 is een toenemend gebruik van het belastinginstrument ten behoeve van het arbeidsmarktbeleid te constateren. Tot 2001 werd vooral via de vormgeving van de individualisering van de belastingheffi ng getracht de participatie van met name vrouwen op de arbeidsmarkt te vergroten. Het instrument van de belasting-vrije voet speelde daarbij een belangrijke rol. Belangrijke mijl paal was de twee verdieners wet geving half jaren tachtig van de vorige eeuw. Met de intro ductie van de Wet IB 2001 kwam een geheel nieuw instrumentarium ter beschikking, te weten het stelsel van heffi ngs kortingen, dat bijzonder geschikt leek om de participatie van zowel mannen als vrouwen, jongeren én ouderen, op de arbeids markt te bevorderen. De arbeidskorting, de doorwerkbonus, de (inkomensafhankelijke) combinatiekorting alsmede de in-middels weer al af geschafte kinder korting(en) zijn daar van uitingen. Dat de betekenis daarvan groot wordt geacht, bleek onder

7 Zo leveren gewone spaarrekeningen over het algemeen (veel) minder rendement op dan bijvoor-beeld onroerende zaken.

meer uit het rapport van de Studiecommissie Belastingstelsel. Een van de argumenten om zowel de vlaktaks als de loonsomheffi ng en de onder nemings winst belasting te verwerpen, is dat hiermee de mogelijk heid om fi scaal te sturen verloren zou gaan. Wat dat betreft lijken Weekers’ voorstellen hier deels haaks op te staan. Toe gegeven, met de nodige voorzichtig heid, wordt voor gesteld het fi scale instrumentarium, gericht op de arbeidsmarkt onder de loep te leggen en komen de vlaktaks, de loonsomheffi ng en de rechts-vormneutrale ondernemingswinstbelasting weer in zicht.

De vergroening van het belastingstelsel

Vergroening van het belastingstelsel is een belangrijk thema ge-weest bij de vorm geving van het belastingbeleid van de af gelopen twintig jaar. Hoogtepunt is ongetwijfeld het fi scale vergroenings-beleid van staatssecretaris De Jager tijdens het vierde kabinet Balkenende (CDA/PvdA/CU). Het beleid dat er onder meer op gericht was de heffi ng van autobelastingen meer in over een-stemming te brengen met het beginsel “de vervuiler betaald”, blijkt succes vol te zijn geweest, wellicht té succesvol. In de op 1 juni 2011 ge publiceerde ‘Autobrief’ van staats secretaris Weekers wordt voor gesteld de eerder door gevoerde maat regelen om zuinige auto’s voor deliger te belasten deels terug te draaien teneinde extra budgettaire opbrengsten te generen dan wel te grote budgettaire offers die handhaving van de huidige maatregelen zouden vergen, te voorkomen. Immers, zo stelt Weekers, er komen te veel zuinige auto’s, dat wordt onbetaalbaar, is de strekking van zijn verhaal.8 Overigens is de motivatie om tot afschaffi ng over te gaan, t.w. dat de (indirecte) subsidiëring van het autobezit moet worden terug gedraaid of verminderd, met name vanuit de mond van een VVD-staatssecretaris enigszins merkwaardig. In de benadering van de VVD wordt het beschouwen van de auto als fi scale melkkoe vanouds verwerpelijk genoemd en wordt belastingheffi ng op auto bezit niet rechtvaardig gevonden, ten minste voor zover deze niet in overeenstemming is met het beginsel “de vervuiler betaalt”. Tegen deze achtergrond is het niet consistent, de vergroening zoals door het vorige kabinet vormgegeven, als indirecte subsidiëring van het autobezit te beschouwen. Hoewel de staatssecretaris in zijn Autobrief blijft benadrukken dat hij zeer zuinige auto’s zal blijven stimuleren kan ik mij niet aan de indruk ont trekken, ook gezien de voor stellen in zijn eerder gepubliceerde fi scale agenda om een aan-tal kleinere milieu belastingen af te schaffen, dat de fi scale ‘groene golf’ over zijn hoogte punt heen is.

8 Managersonline.nl

Page 15: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

16 deAANSLAG! Docentenartikel Fiscale Economie

‘de Aanslag’ bestaat 20 jaar, waarvoor mijn

gelukwensen. Als fi scalist denk ik bij zo’n

gelegenheid terug aan belangrijke fi scale

ontwikkelingen die zich gedurende die periode

hebben voorgedaan. Ik wil er in deze bijdrage

drie aan de orde stellen en van een persoon-

lijke opinie voorzien, mede tegen de achter-

grond van de onlangs gepubliceerde fi scale

agenda van staatssecretaris Weekers.1

Het gaat mij om de volgende ontwikkelingen:

- Het steeds gedetailleerder worden van de

fi scale wetgeving, gecombineerd met de

aanhoudende roep om belastingvereen-

voudiging;

- De intensivering van de inzet van de fi sca-

liteit als instrument ten behoeve van het

arbeidsmarktbeleid;

- De vergroening van het belastingstelsel.

Ingewikkeldheid fi scale wetgeving toegenomen, ondanks de voordurende roep om (en pogingen tot) vereenvoudiging

De fi scale wetgeving is tussen 1991 en 2011 aanmerkelijk ge-detailleer der geworden. Dit is voor een belangrijk deel ver oorzaakt door de behoefte aan meer rechtszekerheid aan de zijde van de belasting plichtig en en hun adviseurs en de wens om misbruik

1 De fi scale agenda. Naar een eenvoudiger, meer solide en fraudebestendig belastingstelsel, 14 april 2011, Vakstudie-Nieuws 2011/22.

en on eigen lijk gebruik te voorkomen aan de zijde van de fi scus.2 Een en ander is tot uiting gekomen in zowel de heffi ngs wetten, zoals de inkomsten- en vennootschapsbelasting, als in de for mele belastingwetgeving. Bovendien heeft de toe ge nomen Europese wetgeving en jurisprudentie bijgedragen aan de groei van het fi scale wet boek. Tegen over het steeds ge detailleer der worden van de fi scale wetgeving staat de aanhoudende roep om meer belasting ver een voudig ing. Er wordt al veel langer om belasting-ver een voudiging ge roepen, zonder veel resultaat.3 Maar die roep is de af gelopen twintig jaar zeker niet minder krachtig ge worden. De Oort-wetgeving, voortgekomen uit de voorstellen van de belasting-vereen voudigings commissie Oort was op 1 januari 1990 in werking ge treden. Half 1991 zagen nieuw voorstellen van de volgende belasting ver eenvoudigings commissie, de Commissie-Stevens, weer al het licht.4 Ook de belastingherziening 2001 beoogde belangrijke ver een voudiging swinst te boeken; hetzelfde werd beoogd met de her ziening van de vennootschapsbelasting in 2007 en van de Successie wet in 2010 en met de Fiscale Vereenvoudigingswet 2010. Voorts moet gewezen worden op het rapport van de Studie-commissie Belastingstelsel van april 2010.5 En ten slotte is er nu de fi scale agenda van staatssecretaris Weekers, getiteld ‘Naar een een voudiger, meer solide en fraudebestendig belastingstelsel’.

Hoewel al deze voorstellen op deelterreinen tot vereen voudigingen heeft geleid, is per saldo, in de loop van de tijd, zeker geen sprake van ver een voudigings winst. De belangrijkste factoren die hierop van invloed zijn geweest heb ik elders uitvoerig be schreven.6 Overigens betekent niet iedere vereenvoudiging een ver-beter ing. Zo kan spanning die kan optreden tussen ver-een voudiging en recht vaardigheid. Een goed voorbeeld betreft de ver eenvoudigings winst die werd geboekt bij de belastingherziening 2001 door de invoering van de forfaitaire rendementsheffi ng (box 3) ter vervanging van het regime inzake het belasten van vermogensinkomsten onder de Wet IB 1964. Dat regime kenmerkte zich doordat enkel de feitelijk verkregen inkomsten uit vermogensbronnen werden belast en niet de mutaties (vermogenswinsten) van de bronnen zelf. Het gevolg hiervan was dat velen belaste vermogensinkomsten omzetten in onbelaste vermogensmutaties, waardoor de heffi ng werd ontlopen. Met de huidige vorm wordt weliswaar deze mogelijkheid ongedaan gemaakt. Men kan zich echter afvragen in hoeverre de huidige vorm geving van de belastingheffi ng

2 Ik verwijs hiervoor naar mijn analyses in de De Moor-bundel, Het verloren paradijs van de eenvoud, Kluwer, Deventer,1996, blz. 7-14 en in de Aardemabundel, In de fi scale vuurlinie, Kluwer, Deventer, 2003, blz. 139-146.

3 D.A. Albregtse, De eeuwige roep om belastingvereenvoudiging blijft onbeantwoord, in: 40 jaar Cursus belastingrecht. Tribuut aan Leno Sillevis en Nico de Vries, Kluwer, Deventer, 2010, blz. 11-18.

4 Rapport van de Commissie Stevens, Graag of niet, SDU, Den Haag, 1991.5 Studiecommissie Belastingstelsel (Commissie Van Weeghel), Continuïteit en vernieuwing. Een visie

op het belastingstelsel, Den Haag, 7 april 2010.6 D.A. Albregtse, t.a.p. 2010.

Enkele fi scale ontwikkelingen gedurende de laatste twintig jaar en de fi scale agenda van Weekers.

Dr. D.A. Albregtse*

* Verbonden aan de opleiding Fiscale Economie en aan het Fiscaal Economisch Instituut als docent en onderzoeker

17deAANSLAG!Docentenartikel Fiscale Economie

over vermogens inkomsten recht vaardiger is ge worden. Box 3 kent een proportioneel tarief van 30%, terwijl het forfaitaire rendement 4% bedraagt. Met draag kracht wordt nauwelijks rekening gehouden; ook met het feit dat onderscheiden vermogensbestanddelen verschillende (gemiddelde) rendementen opleveren, wordt geen rekening ge houden.7

De huidige regering lijkt, gezien de inhoud van haar fi scale agenda ernst te maken met vereenvoudiging. Of de gedane voorstellen werkelijk tot de vereenvoudigingswinst zal leiden, die wordt be oogd, en of we daar blij mee moeten zijn, vraag ik mij echter af. De factoren die realisatie van vereenvoudigingsmaatregelen tegen houden blijven werkzaam. Daarenboven ben ik van me-ning dat de fi scale agenda veeleer een bezuinigingsagenda is dan een vereenvoudigingsagenda, al doet de titel anders ver moeden. Terecht wordt er op gewezen dat instrumentalisme een belang rijke oorzaak is van de complexiteit van het belasting stelsel. Door terug-dringing van instrumentalisme kan wellicht ver een voudigings-winst worden geboekt. Het is echter wel van belang om daarbij mee te wegen wat die vereenvoudiging (maatschappelijk) kost. Weekers hinkt namelijk bij het doen van de voorstellen op twee ge dachten. Enerzijds moet door het schrappen van faciliteiten de nodige budgettaire opbreng worden gegenereerd, zodat de neiging bestaat vooral effectieve faciliteiten af te schaffen. De voorstellen om de fi scale voordelen voor zuinige en milieubesparende auto’s te verminderen worden hierdoor gemotiveerd. Zie hierna onder de vergroening van het belastingstelsel. Aan de andere kant wordt be oogd overbodige heffi ngen, die relatief veel uitvoeringskosten met zich meebrengen en relatief `weinig opbrengen, zoals de verpakkings belasting, af te schaffen. Slechts dat laatste kan vanuit ver een voudiging oogpunt zonder meer worden toegejuicht. Het blijft echter op passen dat niet slechts de botte bezuinigingsbijl wordt ge hanteerd.

De intensivering van de inzet van de fi scaliteit als instrument van arbeidsmarktbeleid

Vanaf 2001 is een toenemend gebruik van het belastinginstrument ten behoeve van het arbeidsmarktbeleid te constateren. Tot 2001 werd vooral via de vormgeving van de individualisering van de belastingheffi ng getracht de participatie van met name vrouwen op de arbeidsmarkt te vergroten. Het instrument van de belasting-vrije voet speelde daarbij een belangrijke rol. Belangrijke mijl paal was de twee verdieners wet geving half jaren tachtig van de vorige eeuw. Met de intro ductie van de Wet IB 2001 kwam een geheel nieuw instrumentarium ter beschikking, te weten het stelsel van heffi ngs kortingen, dat bijzonder geschikt leek om de participatie van zowel mannen als vrouwen, jongeren én ouderen, op de arbeids markt te bevorderen. De arbeidskorting, de doorwerkbonus, de (inkomensafhankelijke) combinatiekorting alsmede de in-middels weer al af geschafte kinder korting(en) zijn daar van uitingen. Dat de betekenis daarvan groot wordt geacht, bleek onder

7 Zo leveren gewone spaarrekeningen over het algemeen (veel) minder rendement op dan bijvoor-beeld onroerende zaken.

meer uit het rapport van de Studiecommissie Belastingstelsel. Een van de argumenten om zowel de vlaktaks als de loonsomheffi ng en de onder nemings winst belasting te verwerpen, is dat hiermee de mogelijk heid om fi scaal te sturen verloren zou gaan. Wat dat betreft lijken Weekers’ voorstellen hier deels haaks op te staan. Toe gegeven, met de nodige voorzichtig heid, wordt voor gesteld het fi scale instrumentarium, gericht op de arbeidsmarkt onder de loep te leggen en komen de vlaktaks, de loonsomheffi ng en de rechts-vormneutrale ondernemingswinstbelasting weer in zicht.

De vergroening van het belastingstelsel

Vergroening van het belastingstelsel is een belangrijk thema ge-weest bij de vorm geving van het belastingbeleid van de af gelopen twintig jaar. Hoogtepunt is ongetwijfeld het fi scale vergroenings-beleid van staatssecretaris De Jager tijdens het vierde kabinet Balkenende (CDA/PvdA/CU). Het beleid dat er onder meer op gericht was de heffi ng van autobelastingen meer in over een-stemming te brengen met het beginsel “de vervuiler betaald”, blijkt succes vol te zijn geweest, wellicht té succesvol. In de op 1 juni 2011 ge publiceerde ‘Autobrief’ van staats secretaris Weekers wordt voor gesteld de eerder door gevoerde maat regelen om zuinige auto’s voor deliger te belasten deels terug te draaien teneinde extra budgettaire opbrengsten te generen dan wel te grote budgettaire offers die handhaving van de huidige maatregelen zouden vergen, te voorkomen. Immers, zo stelt Weekers, er komen te veel zuinige auto’s, dat wordt onbetaalbaar, is de strekking van zijn verhaal.8 Overigens is de motivatie om tot afschaffi ng over te gaan, t.w. dat de (indirecte) subsidiëring van het autobezit moet worden terug gedraaid of verminderd, met name vanuit de mond van een VVD-staatssecretaris enigszins merkwaardig. In de benadering van de VVD wordt het beschouwen van de auto als fi scale melkkoe vanouds verwerpelijk genoemd en wordt belastingheffi ng op auto bezit niet rechtvaardig gevonden, ten minste voor zover deze niet in overeenstemming is met het beginsel “de vervuiler betaalt”. Tegen deze achtergrond is het niet consistent, de vergroening zoals door het vorige kabinet vormgegeven, als indirecte subsidiëring van het autobezit te beschouwen. Hoewel de staatssecretaris in zijn Autobrief blijft benadrukken dat hij zeer zuinige auto’s zal blijven stimuleren kan ik mij niet aan de indruk ont trekken, ook gezien de voor stellen in zijn eerder gepubliceerde fi scale agenda om een aan-tal kleinere milieu belastingen af te schaffen, dat de fi scale ‘groene golf’ over zijn hoogte punt heen is.

8 Managersonline.nl

Page 16: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

18 deAANSLAG! Starters interview PwC

Zou je je even willen voorstellen?Ik ben Nick Heijkoop en ik ben 25 jaar. Ik heb Fiscale Economie gestudeerd aan de Erasmus Universiteit te Rotterdam, waar ik in 2010 ben afgestudeerd. Na een wereldreis van 7 maanden ben ik aan de slag gegaan bij PwC.

Wat is je functie bij dit kantoor?Ik ben in september 2010 in dienst getreden bij PwC. Momenteel ben ik Tax-Assistant op de afdeling fusies en overnames. Wij brengen de fiscale risico’s voor klanten die van plan zijn om te fuseren of over te nemen in kaart. Daar naast structureren we de trans actie zo gunstig mogelijk van uit fiscaal perspectief en re viewen we alle juridische documentatie om-trent de deal. Onze core business is de VPB, maar tegelijke rtijd co ördineren wij ook andere soorten belastingen. Uit eindelijk ver werken we dit alles in een rapport.

Wat is je functie bij PwC?Bij PwC begint een fiscale starter met WO- achtergrond vrijwel altijd als Tax Assistent. Ik ben zelf werkzaam op de afdeling Private Companies. Deze afdeling ziet onder andere toe op BV’s en welvermogende particulieren. Hier door krijg ik voornamelijk te maken met de inkomstenbelasting, ven noot schaps belasting en successie recht.

Hoe heb je de overstap ervaren van de universiteit naar de praktijk? Ik was als werkstudent al een tijdje be trokken bij PwC, dus ik wist al een beetje hoe de praktijk in elkaar zat. Maar ik moet zeggen dat het ver schil nogal groot is. Op de universiteit leer je de basis die je nodig hebt voor de prak tijk. Om in de prak tijk goed te functioneren moet je bij voor -beeld weten wat de deel nemings vrijstelling of de liquidatie verlies ver rekening is. In de praktijk

leer je hoe je dat duidelijk aan de klant kan rapporteren of hoe je de fiscale techniek daad-werkelijk kunt toepassen. Het verschil is erg groot, maar tegelijker tijd heel leer zaam.

Hoe ben je bij PwC terechtgekomen?Een paar jaar geleden heb ik bij PwC een business course gevolgd, we gingen naar London. Het klikte meteen tussen mij en PwC. Een van de partners bood mij de mogelijk heid aan om een dagje mee te lopen bij PwC. Daar na ben ik aan de slag ge gaan als werk student, ik kon gelijk beginnen. Ik heb toen ander half jaar lang met veel plezier gewerkt als werk student bij PwC.

Hoe is het werken bij PwC?Ik vind het hier echt heel leuk. Ik heb be wust voor de af deling fusies en over names ge kozen. Het werk hier is niet alleen uit dagend, maar ook erg breed en dat spreekt mij aan. Elke dag leer ik nieuwe dingen bij. Er zijn bij PwC veel kansen en mogelijk heden voor starters. Als starter heb je direct de be schikking over een enorm inter nationaal net werk en er zijn veel opleidings mogelijk heden.

Hoe zag je eerste werkweek eruit?Ik begon met het ophalen van mijn lap top en daar na werd ik in het diepe ge gooid. Ik mocht meteen aan de slag met een heel groot project, bestaande uit een team van 20 PwC’ers van ver schillende disciplines, waar onder financial due dilligence, corporate finance en assurance. Op de afdeling fusies en over names ben je vaak bezig met hele grote projecten, waar bij soms heel intensief samen gewerkt moet worden. Na afloop van zo’n project is er vaak tijd voor ont-spanning, als beloning voor het harde werken. Ik mocht dit allemaal meteen mee maken als nieuweling en dat was heel gaaf.

Biedt PwC mogelijkheden om extra opleidingen te volgen?Jazeker. Je hebt natuurlijk de NOB-opleiding. Daar naast hebben we ook de Tax-Acadamy voor starters. Ook kun je aller lei cursussen volgen. Deze biedt PwC aan op onze internet portal. Wil je een cursus volgen dan kun je het dus zelf aangegeven. Kansen en mogelijk heden genoeg!

In het jaar 2006/2007 heb je een bestuursfunctie vervuld voor de Christiaanse-Taxateur. Kun je daar meer over vertellen? Ik was inder daad voor zitter van de Christiaanse- Taxateur. Veel mooie her inneringen. Ik moet zeggen dat ik er veel baat bij heb gehad. Op aller lei vlakken leer je wel wat. Zo heb ik ge leerd hoe je grote projecten moet organiseren en hoe je jezelf moet verkopen. Een dergelijke functie naast je studie is zeker raad zaam.

Heb je aanbeveling voor fiscale studenten?Ik zou zeggen kijk vooral naar de mogelijk-heden naast je studie. Denk hierbij aan business courses, studie reizen en werk-studentschappen. Dit soort activiteiten zijn niet alleen leuk, maar ook heel goed voor je cv en je leert er zelf veel van.. Door deel te nemen aan dit soort activiteiten leer je de ver schillende kantoren kennen en merk je waar je een klik hebt. Dat is waar het in the end om gaat, de fiscaliteit blijft het zelfde, maar de sfeer bij de ver schillende kantoren is wel anders.

Dit jaar bestaat ‘de Aanslag’ 20 jaar. Waar zie jij zelf over 20 jaar?Leuke vraag. Over 20 jaar zie ik mezelf als partner bij PwC of als surfleraar in Brazilië.

Starters interview PwCPaspoort

Naam: Nick Heijkoop Opleiding: Fiscale economie Leeftijd: 25 jaar Favoriete plek in Rotterdam en waarom: Bij mooi weer barbecueën in het Vroesen-park, door de weeks PwC en vrijdagavond biertje drinken in café Pol Fiscale tip: Interesse in een dagje meelopen of een bijbaantje in de mooiste fiscale praktijk van Nederland? Lees dan dit interview!

Of heb jij een beter idee om je toekomst zelf vorm te geven?

www.werkenbijpwc.nl

© 2011 PricewaterhouseCoopers B.V. (KvK 3412089) Alle rechten voorbehouden.

4694-17 PwC RC Adv. Toekomst A4 De Aanslag.indd 1 5/19/11 1:12:25 PM

Page 17: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

18 deAANSLAG! Starters interview PwC

Zou je je even willen voorstellen?Ik ben Nick Heijkoop en ik ben 25 jaar. Ik heb Fiscale Economie gestudeerd aan de Erasmus Universiteit te Rotterdam, waar ik in 2010 ben afgestudeerd. Na een wereldreis van 7 maanden ben ik aan de slag gegaan bij PwC.

Wat is je functie bij dit kantoor?Ik ben in september 2010 in dienst getreden bij PwC. Momenteel ben ik Tax-Assistant op de afdeling fusies en overnames. Wij brengen de fiscale risico’s voor klanten die van plan zijn om te fuseren of over te nemen in kaart. Daar naast structureren we de trans actie zo gunstig mogelijk van uit fiscaal perspectief en re viewen we alle juridische documentatie om-trent de deal. Onze core business is de VPB, maar tegelijke rtijd co ördineren wij ook andere soorten belastingen. Uit eindelijk ver werken we dit alles in een rapport.

Wat is je functie bij PwC?Bij PwC begint een fiscale starter met WO- achtergrond vrijwel altijd als Tax Assistent. Ik ben zelf werkzaam op de afdeling Private Companies. Deze afdeling ziet onder andere toe op BV’s en welvermogende particulieren. Hier door krijg ik voornamelijk te maken met de inkomstenbelasting, ven noot schaps belasting en successie recht.

Hoe heb je de overstap ervaren van de universiteit naar de praktijk? Ik was als werkstudent al een tijdje be trokken bij PwC, dus ik wist al een beetje hoe de praktijk in elkaar zat. Maar ik moet zeggen dat het ver schil nogal groot is. Op de universiteit leer je de basis die je nodig hebt voor de prak tijk. Om in de prak tijk goed te functioneren moet je bij voor -beeld weten wat de deel nemings vrijstelling of de liquidatie verlies ver rekening is. In de praktijk

leer je hoe je dat duidelijk aan de klant kan rapporteren of hoe je de fiscale techniek daad-werkelijk kunt toepassen. Het verschil is erg groot, maar tegelijker tijd heel leer zaam.

Hoe ben je bij PwC terechtgekomen?Een paar jaar geleden heb ik bij PwC een business course gevolgd, we gingen naar London. Het klikte meteen tussen mij en PwC. Een van de partners bood mij de mogelijk heid aan om een dagje mee te lopen bij PwC. Daar na ben ik aan de slag ge gaan als werk student, ik kon gelijk beginnen. Ik heb toen ander half jaar lang met veel plezier gewerkt als werk student bij PwC.

Hoe is het werken bij PwC?Ik vind het hier echt heel leuk. Ik heb be wust voor de af deling fusies en over names ge kozen. Het werk hier is niet alleen uit dagend, maar ook erg breed en dat spreekt mij aan. Elke dag leer ik nieuwe dingen bij. Er zijn bij PwC veel kansen en mogelijk heden voor starters. Als starter heb je direct de be schikking over een enorm inter nationaal net werk en er zijn veel opleidings mogelijk heden.

Hoe zag je eerste werkweek eruit?Ik begon met het ophalen van mijn lap top en daar na werd ik in het diepe ge gooid. Ik mocht meteen aan de slag met een heel groot project, bestaande uit een team van 20 PwC’ers van ver schillende disciplines, waar onder financial due dilligence, corporate finance en assurance. Op de afdeling fusies en over names ben je vaak bezig met hele grote projecten, waar bij soms heel intensief samen gewerkt moet worden. Na afloop van zo’n project is er vaak tijd voor ont-spanning, als beloning voor het harde werken. Ik mocht dit allemaal meteen mee maken als nieuweling en dat was heel gaaf.

Biedt PwC mogelijkheden om extra opleidingen te volgen?Jazeker. Je hebt natuurlijk de NOB-opleiding. Daar naast hebben we ook de Tax-Acadamy voor starters. Ook kun je aller lei cursussen volgen. Deze biedt PwC aan op onze internet portal. Wil je een cursus volgen dan kun je het dus zelf aangegeven. Kansen en mogelijk heden genoeg!

In het jaar 2006/2007 heb je een bestuursfunctie vervuld voor de Christiaanse-Taxateur. Kun je daar meer over vertellen? Ik was inder daad voor zitter van de Christiaanse- Taxateur. Veel mooie her inneringen. Ik moet zeggen dat ik er veel baat bij heb gehad. Op aller lei vlakken leer je wel wat. Zo heb ik ge leerd hoe je grote projecten moet organiseren en hoe je jezelf moet verkopen. Een dergelijke functie naast je studie is zeker raad zaam.

Heb je aanbeveling voor fiscale studenten?Ik zou zeggen kijk vooral naar de mogelijk-heden naast je studie. Denk hierbij aan business courses, studie reizen en werk-studentschappen. Dit soort activiteiten zijn niet alleen leuk, maar ook heel goed voor je cv en je leert er zelf veel van.. Door deel te nemen aan dit soort activiteiten leer je de ver schillende kantoren kennen en merk je waar je een klik hebt. Dat is waar het in the end om gaat, de fiscaliteit blijft het zelfde, maar de sfeer bij de ver schillende kantoren is wel anders.

Dit jaar bestaat ‘de Aanslag’ 20 jaar. Waar zie jij zelf over 20 jaar?Leuke vraag. Over 20 jaar zie ik mezelf als partner bij PwC of als surfleraar in Brazilië.

Starters interview PwCPaspoort

Naam: Nick Heijkoop Opleiding: Fiscale economie Leeftijd: 25 jaar Favoriete plek in Rotterdam en waarom: Bij mooi weer barbecueën in het Vroesen-park, door de weeks PwC en vrijdagavond biertje drinken in café Pol Fiscale tip: Interesse in een dagje meelopen of een bijbaantje in de mooiste fiscale praktijk van Nederland? Lees dan dit interview!

Of heb jij een beter idee om je toekomst zelf vorm te geven?

www.werkenbijpwc.nl

© 2011 PricewaterhouseCoopers B.V. (KvK 3412089) Alle rechten voorbehouden.

4694-17 PwC RC Adv. Toekomst A4 De Aanslag.indd 1 5/19/11 1:12:25 PM

Page 18: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

20 deAANSLAG! 21deAANSLAG!In gesprek met..

Zou u zichzelf even willen voorstellen?Ik ben Frans Weekers, en namens de VVD ben ik sinds 14 oktober 2010 staatssecretaris van Financiën in het kabinet Rutte.

Wat voor studie heeft u gedaan? Aan de Vrije Universiteit in Amsterdam heb ik Financiële Economie en Nederlands Recht gestudeerd. Daarna heb ik de beroepsopleiding advocatuur gevolgd.

“Als Limburger houdt ik natuurlijk wel van

gezelligheid!”

Wat voor student was u?Als Limburger houd ik natuurlijk wel van gezelligheid! En dat is in Amsterdam wel te vinden. Toch ben ik ook altijd gericht met mijn studies bezig geweest. Als je op kamers gaat om te studeren, leer je ook jezelf beter kennen. Je zoekt je eigen weg en je komt erachter waar je eigen verantwoordelijkheden liggen. Volgens mij heb ik wel een goede balans gehouden tussen studie en studentikoos. Dat past ook mooi bij mijn sterrenbeeld weegschaal.

Hoe heeft u carrière eruit gezien?Mijn eerste grote baan was als advocaat te Weert. Daarvoor had ik kort gewerkt als medewerker van een Tweede Kamerlid en als juridisch medewerker bij een financiële dienstverlener. Ondertussen zat ik ook in de gemeenteraad van Weert als fractie voorzitter. Bij mijn eerste periode in de Tweede Kamer (1998-2002) stopte ik met de advocatuur, maar bleef ik gemeente raadslid tot halverwege 2003. Tussen 2002 en 2003 ben ik een jaar uit de Kamer geweest en heb ik me opnieuw op de advocatuur ge stort. Van 2003 tot 2010 was ik voor de tweede keer Kamerlid. En de laatste twee jaar was ik daarnaast ook weer raadslid in Weert. Bij mijn aantreden als staatssecretaris heb ik die functie neer gelegd. Daarnaast ben ik nog vier jaar voorzitter van MKB-Limburg geweest en lid van de Raad van Toezicht van het Weertse ziekenhuis.

Hoe bent u staatssecretaris geworden?Hoe dat precies is gegaan is een goede vraag voor de minister-president. Wat ongetwijfeld heeft meegespeeld, is dat ik jarenlang financieel woordvoerder voor mijn partij in de Kamer ben geweest en dat ik heb meegeschreven aan de financiële

paragraaf van het regeerakkoord.

Wat maakt werken in de politiek leuker dan werken in het bedrijfsleven?Bedrijfsleven en politiek zijn twee heel verschillende zaken. Wat ik heel belangrijk vind aan werken in de politiek is dat de afwegingen die je maakt steeds samenhangen met het algemeen belang. Het gaat niet om dat ene bedrijf of die bepaalde groep klanten, maar om de inrichting van Nederland. En ik doe dat zo goed mogelijk vanuit mijn politieke visie en op mijn vakgebied.

Kunt u wat vertellen over uw beleidsterreinen, wat houden uw werkzaamheden precies in?Als staatssecretaris van Financiën houd ik me op de eerste plaats bezig met fiscale zaken. Ik formuleer het fiscale beleid en ik ben verantwoordelijk voor het maken van fiscale wet- en regelgeving. Gelukkig heb ik daarbij de beschikking over veel capabele ambte-naren op het ministerie. Er is trouwens wel iets interessants aan de hand: omdat er sprake is van een minderheidskabinet kan de regering niet zomaar rekenen op een meerderheid in het parlement. Dat betekent ook dat plannen van de regering nog niet zo maar beleid of wetgeving kunnen worden. Het debat met het parlement is daardoor veel belangrijker geworden.

Daarnaast ben ik ook verantwoordelijk voor het reilen en zeilen van de Belastingdienst en ben ik belast met de financiële zaken die spelen tussen het Rijk en de decentrale overheden. Andere onder werpen die in mijn portefeuille zitten, zijn onder andere de Staats loterij, Holland Casino en het Rijksvastgoed- en ontwikkelingsbedrijf.

“Bovendien raakt de fiscaliteit elke burger

en elk bedrijf.”

Wat is voor u het meest boeiende aspect van het fiscale vak?Het zal jullie toch niet verbazen als ik zeg dat er veel boeiende aspecten aan het fiscale vak zitten. Eén van de interessantste vind ik wel dat je in de fiscaliteit niet moet denken in afzonder lijke belastingen of regels, maar dat er sprake is van een belasting-stelsel dat samenhangt met de economische ordening. Als je met een onderdeel ervan aan de slag gaat, moet je ook kijken naar wat de gevolgen daarvan zijn binnen andere delen van het stelsel.

In gesprek metde staatssecretaris van Financiën

In gesprek met..

Bovendien raakt de fiscaliteit elke burger en elk bedrijf. Daar moet je oog voor hebben.

Wat vindt u het moeilijkst aan uw vak?Fiscaliteit is zo ondoorzichtig geworden. Er is een grote complexi teit in het belastingstelsel geslopen in de afgelopen decennia. Zelfs de deskundigen kunnen er niet altijd hun weg in vinden. Onder andere door fiscaal instrumentalisme is het belastingstelsel zo onoverzichtelijk geworden. Het hoofddoel van belastingen heffen is het financieren van de overheidsuitgaven. Maar daarnaast zijn belastingen meer en meer ingezet voor allerlei nevendoelen. Fiscale instrumenten zijn ingezet om bepaald gedrag te stimuleren of juist te ontmoedigen, of om problemen van een specifieke groep belastingplichtigen op te lossen. Daarom is het goed om het stelsel flink te vereenvoudigen en te moderniseren.

Vindt u dat de staatssecretaris van Financiën altijd een fiscale studie moet hebben gevolgd?Fiscaliteit is technische materie. Het is dus wel handig als de staats secretaris van Financiën een fiscale achtergrond heeft, maar ik denk niet per se noodzakelijk. Wel belangrijk is dat degene die staatssecretaris van Financiën wordt, zich snel de materie voldoende eigen kan maken. Ik moest ook mijn kennis van het belastingrecht ophalen en in de actuele onder-werpen duiken. Een goede achtergrond helpt dan wel. Ik ben thuis in economie, kan overweg met het wetboek en ik kon bouwen op mijn fiscale achtergrond, die onderdeel vormde van mijn financieel-economische opleiding. Ook mijn jaren als woordvoerder financiën in de Tweede Kamer kwamen goed te pas, en mijn ervaringen uit de advocatuur.

Komt u wel eens in een moreel dilemma tussen uw eigen overtuiging en het regeringsbeleid?Dat is tot nu toe niet gebeurd.

“Ik wil een eenvoudiger stelsel, ik wil dat het stelsel

solide is, en in hoge mate fraudebestendig.”

Wat zijn uw speerpunten tijdens uw periode als staatssecretaris?Ik heb onlangs de Fiscale Agenda gepresenteerd. Daarin leg ik

uit hoe ik tegen het huidige belastingstelsel aankijk en wat ik – in goed overleg met het parlement – ermee wil gaan doen. Ik wil een eenvoudiger stelsel, ik wil dat het stelsel solide is, en in hoge mate fraudebestendig. Zowel burgers als bedrijven moeten profiteren van de vereenvoudiging. Daarnaast wil ik werken aan een persoonlijk domein op internet voor elke belastingplichtige. Begrijpelijkheid levert ook minder administratieve lasten op. En het is goed als ook de uitvoeringskosten bij de Belastingdienst naar beneden kunnen. We moeten naar een evenwicht tussen efficiency en rechtvaardigheid.

“Ik vind dat we in de eerste plaats moeten kijken hoe we de koek groter krijgen voordat we over de verdeling beginnen…”

De overheid moet kunnen vertrouwen op een solide belasting-opbrengst. Voor gezonde overheidsfinanciën en stabiel beleid is het van belang dat de belastinginkomsten door de jaren heen niet te veel schommelen. Vooral de btw en de loon-heffing zijn solide belastingen, samen goed voor bijna 80% van de belastingopbrengsten. De vennootschapsbelasting is bij voorbeeld veel minder solide. Ik wil onevenwichtigheden aanpakken en zorgen voor brede grondslagen.

Belastingfraude is een kwalijke zaak. Niet alleen benadeelt de fraudeur de overheid, maar ook andere belastingplichtigen. De afgelopen jaren is al flink ingezet op fraudebestrijding, denk bij-voorbeeld aan de inkeerregeling voor zwartspaarders. Ik wil ermee verder. Vooral in het huidige belasting- en toeslagen systeem blijkt er veel fraude voor te komen. Dat vereist ade quate en harde bestrijding! Dat is in het belang van de hele samenleving.

U bent nu al enige tijd staatsecretaris. Kunt u vertellen wat u tot nu toe heeft bereikt?Belangrijkste wapenfeit is dat het Belastingplan 2011 goed door het parlement is gekomen. Dat is niet zonder slag of stoot gegaan. Vooral de btw-verhoging op kaartjes voor de podiumkunsten heeft tot stevige debatten geleid. Toch geloof ik dat we een goede stap hebben gezet. De over heid moet bezuinigen. En daarnaast wil het kabinet de over heidsbemoeienis met de culturele sector beperken. In die lijn past terug houdendheid met toepassing van het verlaagde btw-tarief. Daarnaast heb ik de uniformering van het loonbegrip – een technische, maar majeure operatie – door de Tweede Kamer geloodst.

In de fiscale agenda komt bij ons het beeld naar boven dat u op veel punten voor een vereenvoudiging bent (btw), maar wordt er ook wel gekeken naar de economische welvaartmotieven?Ik vind dat we in de eerste plaats moeten kijken hoe we de koek groter krijgen voordat we over de verdeling beginnen, maar zoals

Page 19: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

20 deAANSLAG! 21deAANSLAG!In gesprek met..

Zou u zichzelf even willen voorstellen?Ik ben Frans Weekers, en namens de VVD ben ik sinds 14 oktober 2010 staatssecretaris van Financiën in het kabinet Rutte.

Wat voor studie heeft u gedaan? Aan de Vrije Universiteit in Amsterdam heb ik Financiële Economie en Nederlands Recht gestudeerd. Daarna heb ik de beroepsopleiding advocatuur gevolgd.

“Als Limburger houdt ik natuurlijk wel van

gezelligheid!”

Wat voor student was u?Als Limburger houd ik natuurlijk wel van gezelligheid! En dat is in Amsterdam wel te vinden. Toch ben ik ook altijd gericht met mijn studies bezig geweest. Als je op kamers gaat om te studeren, leer je ook jezelf beter kennen. Je zoekt je eigen weg en je komt erachter waar je eigen verantwoordelijkheden liggen. Volgens mij heb ik wel een goede balans gehouden tussen studie en studentikoos. Dat past ook mooi bij mijn sterrenbeeld weegschaal.

Hoe heeft u carrière eruit gezien?Mijn eerste grote baan was als advocaat te Weert. Daarvoor had ik kort gewerkt als medewerker van een Tweede Kamerlid en als juridisch medewerker bij een financiële dienstverlener. Ondertussen zat ik ook in de gemeenteraad van Weert als fractie voorzitter. Bij mijn eerste periode in de Tweede Kamer (1998-2002) stopte ik met de advocatuur, maar bleef ik gemeente raadslid tot halverwege 2003. Tussen 2002 en 2003 ben ik een jaar uit de Kamer geweest en heb ik me opnieuw op de advocatuur ge stort. Van 2003 tot 2010 was ik voor de tweede keer Kamerlid. En de laatste twee jaar was ik daarnaast ook weer raadslid in Weert. Bij mijn aantreden als staatssecretaris heb ik die functie neer gelegd. Daarnaast ben ik nog vier jaar voorzitter van MKB-Limburg geweest en lid van de Raad van Toezicht van het Weertse ziekenhuis.

Hoe bent u staatssecretaris geworden?Hoe dat precies is gegaan is een goede vraag voor de minister-president. Wat ongetwijfeld heeft meegespeeld, is dat ik jarenlang financieel woordvoerder voor mijn partij in de Kamer ben geweest en dat ik heb meegeschreven aan de financiële

paragraaf van het regeerakkoord.

Wat maakt werken in de politiek leuker dan werken in het bedrijfsleven?Bedrijfsleven en politiek zijn twee heel verschillende zaken. Wat ik heel belangrijk vind aan werken in de politiek is dat de afwegingen die je maakt steeds samenhangen met het algemeen belang. Het gaat niet om dat ene bedrijf of die bepaalde groep klanten, maar om de inrichting van Nederland. En ik doe dat zo goed mogelijk vanuit mijn politieke visie en op mijn vakgebied.

Kunt u wat vertellen over uw beleidsterreinen, wat houden uw werkzaamheden precies in?Als staatssecretaris van Financiën houd ik me op de eerste plaats bezig met fiscale zaken. Ik formuleer het fiscale beleid en ik ben verantwoordelijk voor het maken van fiscale wet- en regelgeving. Gelukkig heb ik daarbij de beschikking over veel capabele ambte-naren op het ministerie. Er is trouwens wel iets interessants aan de hand: omdat er sprake is van een minderheidskabinet kan de regering niet zomaar rekenen op een meerderheid in het parlement. Dat betekent ook dat plannen van de regering nog niet zo maar beleid of wetgeving kunnen worden. Het debat met het parlement is daardoor veel belangrijker geworden.

Daarnaast ben ik ook verantwoordelijk voor het reilen en zeilen van de Belastingdienst en ben ik belast met de financiële zaken die spelen tussen het Rijk en de decentrale overheden. Andere onder werpen die in mijn portefeuille zitten, zijn onder andere de Staats loterij, Holland Casino en het Rijksvastgoed- en ontwikkelingsbedrijf.

“Bovendien raakt de fiscaliteit elke burger

en elk bedrijf.”

Wat is voor u het meest boeiende aspect van het fiscale vak?Het zal jullie toch niet verbazen als ik zeg dat er veel boeiende aspecten aan het fiscale vak zitten. Eén van de interessantste vind ik wel dat je in de fiscaliteit niet moet denken in afzonder lijke belastingen of regels, maar dat er sprake is van een belasting-stelsel dat samenhangt met de economische ordening. Als je met een onderdeel ervan aan de slag gaat, moet je ook kijken naar wat de gevolgen daarvan zijn binnen andere delen van het stelsel.

In gesprek metde staatssecretaris van Financiën

In gesprek met..

Bovendien raakt de fiscaliteit elke burger en elk bedrijf. Daar moet je oog voor hebben.

Wat vindt u het moeilijkst aan uw vak?Fiscaliteit is zo ondoorzichtig geworden. Er is een grote complexi teit in het belastingstelsel geslopen in de afgelopen decennia. Zelfs de deskundigen kunnen er niet altijd hun weg in vinden. Onder andere door fiscaal instrumentalisme is het belastingstelsel zo onoverzichtelijk geworden. Het hoofddoel van belastingen heffen is het financieren van de overheidsuitgaven. Maar daarnaast zijn belastingen meer en meer ingezet voor allerlei nevendoelen. Fiscale instrumenten zijn ingezet om bepaald gedrag te stimuleren of juist te ontmoedigen, of om problemen van een specifieke groep belastingplichtigen op te lossen. Daarom is het goed om het stelsel flink te vereenvoudigen en te moderniseren.

Vindt u dat de staatssecretaris van Financiën altijd een fiscale studie moet hebben gevolgd?Fiscaliteit is technische materie. Het is dus wel handig als de staats secretaris van Financiën een fiscale achtergrond heeft, maar ik denk niet per se noodzakelijk. Wel belangrijk is dat degene die staatssecretaris van Financiën wordt, zich snel de materie voldoende eigen kan maken. Ik moest ook mijn kennis van het belastingrecht ophalen en in de actuele onder-werpen duiken. Een goede achtergrond helpt dan wel. Ik ben thuis in economie, kan overweg met het wetboek en ik kon bouwen op mijn fiscale achtergrond, die onderdeel vormde van mijn financieel-economische opleiding. Ook mijn jaren als woordvoerder financiën in de Tweede Kamer kwamen goed te pas, en mijn ervaringen uit de advocatuur.

Komt u wel eens in een moreel dilemma tussen uw eigen overtuiging en het regeringsbeleid?Dat is tot nu toe niet gebeurd.

“Ik wil een eenvoudiger stelsel, ik wil dat het stelsel

solide is, en in hoge mate fraudebestendig.”

Wat zijn uw speerpunten tijdens uw periode als staatssecretaris?Ik heb onlangs de Fiscale Agenda gepresenteerd. Daarin leg ik

uit hoe ik tegen het huidige belastingstelsel aankijk en wat ik – in goed overleg met het parlement – ermee wil gaan doen. Ik wil een eenvoudiger stelsel, ik wil dat het stelsel solide is, en in hoge mate fraudebestendig. Zowel burgers als bedrijven moeten profiteren van de vereenvoudiging. Daarnaast wil ik werken aan een persoonlijk domein op internet voor elke belastingplichtige. Begrijpelijkheid levert ook minder administratieve lasten op. En het is goed als ook de uitvoeringskosten bij de Belastingdienst naar beneden kunnen. We moeten naar een evenwicht tussen efficiency en rechtvaardigheid.

“Ik vind dat we in de eerste plaats moeten kijken hoe we de koek groter krijgen voordat we over de verdeling beginnen…”

De overheid moet kunnen vertrouwen op een solide belasting-opbrengst. Voor gezonde overheidsfinanciën en stabiel beleid is het van belang dat de belastinginkomsten door de jaren heen niet te veel schommelen. Vooral de btw en de loon-heffing zijn solide belastingen, samen goed voor bijna 80% van de belastingopbrengsten. De vennootschapsbelasting is bij voorbeeld veel minder solide. Ik wil onevenwichtigheden aanpakken en zorgen voor brede grondslagen.

Belastingfraude is een kwalijke zaak. Niet alleen benadeelt de fraudeur de overheid, maar ook andere belastingplichtigen. De afgelopen jaren is al flink ingezet op fraudebestrijding, denk bij-voorbeeld aan de inkeerregeling voor zwartspaarders. Ik wil ermee verder. Vooral in het huidige belasting- en toeslagen systeem blijkt er veel fraude voor te komen. Dat vereist ade quate en harde bestrijding! Dat is in het belang van de hele samenleving.

U bent nu al enige tijd staatsecretaris. Kunt u vertellen wat u tot nu toe heeft bereikt?Belangrijkste wapenfeit is dat het Belastingplan 2011 goed door het parlement is gekomen. Dat is niet zonder slag of stoot gegaan. Vooral de btw-verhoging op kaartjes voor de podiumkunsten heeft tot stevige debatten geleid. Toch geloof ik dat we een goede stap hebben gezet. De over heid moet bezuinigen. En daarnaast wil het kabinet de over heidsbemoeienis met de culturele sector beperken. In die lijn past terug houdendheid met toepassing van het verlaagde btw-tarief. Daarnaast heb ik de uniformering van het loonbegrip – een technische, maar majeure operatie – door de Tweede Kamer geloodst.

In de fiscale agenda komt bij ons het beeld naar boven dat u op veel punten voor een vereenvoudiging bent (btw), maar wordt er ook wel gekeken naar de economische welvaartmotieven?Ik vind dat we in de eerste plaats moeten kijken hoe we de koek groter krijgen voordat we over de verdeling beginnen, maar zoals

Page 20: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

22 deAANSLAG! In gesprek met..

altijd komt het erop aan de juiste balans te vinden. Bij vereen-voudiging van het belastingstelsel kan er minder rekening ge houden worden met specifi eke situaties. Dat vraagt om meer eigen verantwoordelijkheid van het individu. Vereenvoudiging en het meer solide maken van het belastingstelsel zullen koop krachteffecten hebben. De ervaring leert dat dat meteen tot schrik reacties leidt of zelfs hakken in het zand. Waar het om gaat is dat er een nieuw evenwicht komt tussen een beter belastingstelsel aan de ene kant en de effecten daarvan aan de andere kant.

Hoe staat u tegenover een hervorming van de hypotheekrente?In het regeerakkoord hebben we afgesproken gedurende deze kabinetsperiode niet aan de hypotheekrenteaftrek te zullen komen. We hebben daarmee gekozen voor zekerheid in de woningmarkt.

In het verleden is veel gesproken over een grondige herziening van het belastingstelsel. Hoe staat u daar tegenover?Ik lever met de Fiscale Agenda geen blauwdruk voor een nieuw belastingstelsel. Ondanks het feit dat ik een aantal kritiekpunten heb op hoe het stelsel nu is ingericht, blijven er voldoende goede kanten over om op verder te kunnen bouwen. Ik kies voor gerichte modernisering, geen sloop en nieuwbouw. De staatssecretaris van Financiën moet natuurlijk waken voor kapitaalvernietiging!

Hoe komt het dat er maar weinig mensen zijn die hun loonstrook begrijpen?Dat is een goed voorbeeld van wat ik bedoel met de opmerking dat het belastingstelsel te ingewikkeld is geworden. Het opeenstapelen van steeds weer nieuwe belastingsoorten, uitzonderingen en aftrek posten heeft ook geleid tot een onoverzichtelijk loonstrookje. Verschillende uitkerende instanties hanteren verschillende defi nities van het begrip ‘loon’. Dat geeft te denken.

Waarmee hoopt u dat u in de toekomst in (fi scale) geschiedenisboeken komt te staan?Als ik het belastingstelsel weer een stuk overzichtelijker kan maken, ben ik al heel tevreden. Wat de geschiedschrijvers ermee doen, laat ik aan hen.

“Houd goed voor ogen wat je met je studie zou willen doen, stel jezelf realistische doelen en

grijp je kansen!”

Ons verenigingsblad ‘de Aanslag’ bestaat dit collegejaar 20 jaar, kunt u enkele hoogtepunten noemen uit de afgelopen 20 jaar fi scaliteit?Eén van de belangrijkste herzieningen is geweest de Wet inkomstenbelasting 2001 met de introductie van het boxen stelsel. En ook Werken aan Winst, de stroomlijning van de vennoot-schaps belasting in 2007, is een grote operatie geweest. En vergeet niet dat er in de afgelopen 20 jaar veel belastingverdragen zijn gesloten.

Wat zijn volgens u de grote thema’s voor de komende 20 jaar?Eenvoud en rechtvaardigheid. Op fi scaal terrein zal in de komende decennia ongetwijfeld nog veel te doen zijn om mobiliteit, de auto en om het wonen. Ook denk ik dat fi scale vergroening een thema zal blijven, al zitten we in Nederland vooralsnog aan onze tax. En de rol van Europa in de fi scaliteit.

Wat zou u de studenten mee willen geven?Houd goed voor ogen wat je met je studie zou willen doen, stel jezelf realistische doelen en grijp je kansen!

23deAANSLAG!

Studiereis Mumbai

Foto's

Page 21: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

22 deAANSLAG! In gesprek met..

altijd komt het erop aan de juiste balans te vinden. Bij vereen-voudiging van het belastingstelsel kan er minder rekening ge houden worden met specifi eke situaties. Dat vraagt om meer eigen verantwoordelijkheid van het individu. Vereenvoudiging en het meer solide maken van het belastingstelsel zullen koop krachteffecten hebben. De ervaring leert dat dat meteen tot schrik reacties leidt of zelfs hakken in het zand. Waar het om gaat is dat er een nieuw evenwicht komt tussen een beter belastingstelsel aan de ene kant en de effecten daarvan aan de andere kant.

Hoe staat u tegenover een hervorming van de hypotheekrente?In het regeerakkoord hebben we afgesproken gedurende deze kabinetsperiode niet aan de hypotheekrenteaftrek te zullen komen. We hebben daarmee gekozen voor zekerheid in de woningmarkt.

In het verleden is veel gesproken over een grondige herziening van het belastingstelsel. Hoe staat u daar tegenover?Ik lever met de Fiscale Agenda geen blauwdruk voor een nieuw belastingstelsel. Ondanks het feit dat ik een aantal kritiekpunten heb op hoe het stelsel nu is ingericht, blijven er voldoende goede kanten over om op verder te kunnen bouwen. Ik kies voor gerichte modernisering, geen sloop en nieuwbouw. De staatssecretaris van Financiën moet natuurlijk waken voor kapitaalvernietiging!

Hoe komt het dat er maar weinig mensen zijn die hun loonstrook begrijpen?Dat is een goed voorbeeld van wat ik bedoel met de opmerking dat het belastingstelsel te ingewikkeld is geworden. Het opeenstapelen van steeds weer nieuwe belastingsoorten, uitzonderingen en aftrek posten heeft ook geleid tot een onoverzichtelijk loonstrookje. Verschillende uitkerende instanties hanteren verschillende defi nities van het begrip ‘loon’. Dat geeft te denken.

Waarmee hoopt u dat u in de toekomst in (fi scale) geschiedenisboeken komt te staan?Als ik het belastingstelsel weer een stuk overzichtelijker kan maken, ben ik al heel tevreden. Wat de geschiedschrijvers ermee doen, laat ik aan hen.

“Houd goed voor ogen wat je met je studie zou willen doen, stel jezelf realistische doelen en

grijp je kansen!”

Ons verenigingsblad ‘de Aanslag’ bestaat dit collegejaar 20 jaar, kunt u enkele hoogtepunten noemen uit de afgelopen 20 jaar fi scaliteit?Eén van de belangrijkste herzieningen is geweest de Wet inkomstenbelasting 2001 met de introductie van het boxen stelsel. En ook Werken aan Winst, de stroomlijning van de vennoot-schaps belasting in 2007, is een grote operatie geweest. En vergeet niet dat er in de afgelopen 20 jaar veel belastingverdragen zijn gesloten.

Wat zijn volgens u de grote thema’s voor de komende 20 jaar?Eenvoud en rechtvaardigheid. Op fi scaal terrein zal in de komende decennia ongetwijfeld nog veel te doen zijn om mobiliteit, de auto en om het wonen. Ook denk ik dat fi scale vergroening een thema zal blijven, al zitten we in Nederland vooralsnog aan onze tax. En de rol van Europa in de fi scaliteit.

Wat zou u de studenten mee willen geven?Houd goed voor ogen wat je met je studie zou willen doen, stel jezelf realistische doelen en grijp je kansen!

23deAANSLAG!

Studiereis Mumbai

Foto's

Page 22: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

24 deAANSLAG! Studiereis Mumbai

Maandag 2 mei, 5 uur ’s ochtends

was de eerste keer dat de stem

van onze reisleidster Chantal

over Schiphol galmde. Het was

een duidelijk, maar kort bericht:

“ BUDDYCHECK!”. Buddycheck:

de rode draad door de studiereis

naar Mumbai. Het was belangrijk

om alles gezamenlijk te doen,

en daarom was het van belang

dat kamergenootjes op elkaar

moesten letten. Nadat we voor

de eerste keer compleet waren,

en sommige mensen al

een versnapering bij de

Burger King hadden gehaald,

vertrokken we met z’n

26’en, via Parijs, naar

Mumbai, 24 gelukkige

studenten, en twee

misschien nog wel

gelukkigere docenten.

Na een lange dag van reizen kwamen we ’s nachts aan op Mumbai International Air port. Vanuit de raampjes van het vlieg-tuig zagen we de eerste ‘slums’ naast de landings baan. Dit confronterende beeld was iets wat tekenend was voor de stad. Overal liepen, sliepen en werkten mensen.

Het duurde even om met de gehele groep door de douane en immigratiebalies te lopen. Uiteindelijk kwamen we bij de bagage band aan. Het was bijna goed ge gaan om 26 tassen van Amsterdam, via Parijs naar Mumbai te sturen. Echter, één van de koffers was helaas in Parijs blijven liggen. De ongelukkige was Bart Hesdahl… Met de belofte dat de koffer een dag later bij het hotel zou worden afgeleverd gingen we naar het hotel.

We liepen het vliegveld uit en het eerste wat we merkten: hitte! Het was onder tussen 2 uur ‘s nachts, dus kouder dan dit wordt het niet, maar het was toen al heet en de eerste zweet druppels bungelden op onze voor-hoofden.

Na een eerste korte nacht in het hotel ver-trokken we met de gehele groep richting de ‘gateway of India’, een monumen taal gebouw, gebouwd ter ere van de koning en koningin van Engeland. Tijdens de taxirit viel men van de ene verbazing in de andere verbazing. Zo liep er een olifant over straat, en keken we eigenlijk niet eens meer raar op als er geiten over straat liepen. Het was altijd de vraag of de taxichauffeurs wisten waar ze heen moesten, aangezien ze nooit ja knikken, maar altijd met hun hoofd wiebelen van links naar rechts, juist als ze ja bedoelen.

Eenmaal aangekomen op de Gateway had iedereen even kort de tijd om rond te kijken. Vervolgens hadden we een lunch met de Consul-generaal in haar residentie. Nadat we tijdens een heer ijke lunch de nodige tips, do’s and don’ts hadden gekregen, konden we voorbereid de stad verkennen. De groep werd gesplitst in groepjes van

vier personen. Elk groepje kreeg de opdracht om naar een aantal beziens waardig heden te gaan om daar foto’s te maken. Een andere opdracht was het assisteren van een wasser bij een indrukwekkende wasserette, genaamd Dhobi Ghat. Bij elke vraag en opdracht konden punten verdiend worden. Tot op de dag van vandaag is nog steeds niet bekend wie er heeft gewonnen, maar is er wel een winnaar? Is meedoen niet belangrijker dan winnen?

De overige dagen zijn wij op bezoek geweest bij Grant Thornton, Ernst & Young, Mumbai High Court, University of Mumbai en een Indiase belastingadvieskantoor: Lakhani & Associates. Wij zijn deze kantoren/in stellingen dank baar dat zij tijd hebben vrijgemaakt, zodat wij bij hen op bezoek konden komen. Daarnaast zijn we bij een lokaal advocatenkantoor geweest, Khaiten & Co, de advocaten van dit kantoor zijn wij nog steeds zeer dankbaar. Het contact met deze advocaten en Wanisha was zeer intens. Dage lijks hielpen zij met het vinden van een ge schikt restaurant. Daarnaast stonden wij dank zij Bhushan en Moine regelmatig op de guestlist van de meest hippe clubs van Mumbai. Dit scheelde veel uitzoekwerk voor de commissie, en op deze manier was een leuke avond gegarandeerd. Het uitgaans leven in Mumbai is iets wat anders dan in Nederland. Waar in Nederland de gemiddelde tent tot 5 uur open blijft, was het in Mumbai om half 2 afgelopen. Behalve op een club na, deze ging tot 3 uur door. Toevallig zat deze club onder het hotel, waar oor het wel eens voor kwam dat er een ver dwaalde reisganger tot 3 uur in deze club te vinden was. Maar zoals een studie reis betaamt ging ’s ochtends altijd weer vroeg de wake-up call, zodat we op tijd waren voor onze afspraken overdag.

Studiereis naar MumbaiDoor: Rijan van Druten

25deAANSLAG!Studiereis Mumbai

Naast de kantoorbezoeken en studiegerelateerde activiteiten, was gelukkig ook wat tijd vrij gemaakt om op eigen gelegenheid de stad te verkennen. Ronddwalen langs de vele kraampjes op zoek naar souvenirs voor thuis, een maatpak laten aanmeten, of gewoon genieten van het klimaat aan het zwembad van het hotel met een kleine versnapering.

Na tien indrukwekkende en fantastische dagen moesten we, met pijn in het hart, het hotel weer verlaten. Tijdens de nachtvlucht van Mumbai naar Parijs lag iedereen braaf te slapen in zijn stoel. Zelfs Tim Zwinkels, die van tevoren nogal stoere verhalen had, ( ‘ik heb nog nooit geslapen in het vliegtuig’) lag nog voordat het vliegtuig was opgestegen braaf te slapen. In Parijs was iedereen weer fris en fruitig om het laatste kleine stukje van Parijs naar Amsterdam mede reizigers voor al geen kans te geven op een rustige vlucht. Gesteund door de steward Stephen (bekend van Steve – bye bye) kwamen we aan op Schiphol. Hier bleek weer eens een koffer kwijt te zijn, dit maal was Susan de ongelukkige.

Al met al is iedereen goed thuis gekomen, en willen wij alle deelnemers en beide docenten, Theo Hoogwout en Erik Ros, bedanken voor hun enthousiasme, passie, en inzet tijdens de reis. Zonder jullie was het ons nooit gelukt om een geslaagde reis neer te zetten. Dit is slechts kleine greep uit de verhalen van-uit Mumbai. Wil je meer verhalen/details horen, spreek dan een van de deelnemers aan!

Reiscommissie 2011,

Wanisha DhoraiOzgur ErsoyChantal van der LindenPatrick van ZwienenRijan van Druten

Page 23: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

24 deAANSLAG! Studiereis Mumbai

Maandag 2 mei, 5 uur ’s ochtends

was de eerste keer dat de stem

van onze reisleidster Chantal

over Schiphol galmde. Het was

een duidelijk, maar kort bericht:

“ BUDDYCHECK!”. Buddycheck:

de rode draad door de studiereis

naar Mumbai. Het was belangrijk

om alles gezamenlijk te doen,

en daarom was het van belang

dat kamergenootjes op elkaar

moesten letten. Nadat we voor

de eerste keer compleet waren,

en sommige mensen al

een versnapering bij de

Burger King hadden gehaald,

vertrokken we met z’n

26’en, via Parijs, naar

Mumbai, 24 gelukkige

studenten, en twee

misschien nog wel

gelukkigere docenten.

Na een lange dag van reizen kwamen we ’s nachts aan op Mumbai International Air port. Vanuit de raampjes van het vlieg-tuig zagen we de eerste ‘slums’ naast de landings baan. Dit confronterende beeld was iets wat tekenend was voor de stad. Overal liepen, sliepen en werkten mensen.

Het duurde even om met de gehele groep door de douane en immigratiebalies te lopen. Uiteindelijk kwamen we bij de bagage band aan. Het was bijna goed ge gaan om 26 tassen van Amsterdam, via Parijs naar Mumbai te sturen. Echter, één van de koffers was helaas in Parijs blijven liggen. De ongelukkige was Bart Hesdahl… Met de belofte dat de koffer een dag later bij het hotel zou worden afgeleverd gingen we naar het hotel.

We liepen het vliegveld uit en het eerste wat we merkten: hitte! Het was onder tussen 2 uur ‘s nachts, dus kouder dan dit wordt het niet, maar het was toen al heet en de eerste zweet druppels bungelden op onze voor-hoofden.

Na een eerste korte nacht in het hotel ver-trokken we met de gehele groep richting de ‘gateway of India’, een monumen taal gebouw, gebouwd ter ere van de koning en koningin van Engeland. Tijdens de taxirit viel men van de ene verbazing in de andere verbazing. Zo liep er een olifant over straat, en keken we eigenlijk niet eens meer raar op als er geiten over straat liepen. Het was altijd de vraag of de taxichauffeurs wisten waar ze heen moesten, aangezien ze nooit ja knikken, maar altijd met hun hoofd wiebelen van links naar rechts, juist als ze ja bedoelen.

Eenmaal aangekomen op de Gateway had iedereen even kort de tijd om rond te kijken. Vervolgens hadden we een lunch met de Consul-generaal in haar residentie. Nadat we tijdens een heer ijke lunch de nodige tips, do’s and don’ts hadden gekregen, konden we voorbereid de stad verkennen. De groep werd gesplitst in groepjes van

vier personen. Elk groepje kreeg de opdracht om naar een aantal beziens waardig heden te gaan om daar foto’s te maken. Een andere opdracht was het assisteren van een wasser bij een indrukwekkende wasserette, genaamd Dhobi Ghat. Bij elke vraag en opdracht konden punten verdiend worden. Tot op de dag van vandaag is nog steeds niet bekend wie er heeft gewonnen, maar is er wel een winnaar? Is meedoen niet belangrijker dan winnen?

De overige dagen zijn wij op bezoek geweest bij Grant Thornton, Ernst & Young, Mumbai High Court, University of Mumbai en een Indiase belastingadvieskantoor: Lakhani & Associates. Wij zijn deze kantoren/in stellingen dank baar dat zij tijd hebben vrijgemaakt, zodat wij bij hen op bezoek konden komen. Daarnaast zijn we bij een lokaal advocatenkantoor geweest, Khaiten & Co, de advocaten van dit kantoor zijn wij nog steeds zeer dankbaar. Het contact met deze advocaten en Wanisha was zeer intens. Dage lijks hielpen zij met het vinden van een ge schikt restaurant. Daarnaast stonden wij dank zij Bhushan en Moine regelmatig op de guestlist van de meest hippe clubs van Mumbai. Dit scheelde veel uitzoekwerk voor de commissie, en op deze manier was een leuke avond gegarandeerd. Het uitgaans leven in Mumbai is iets wat anders dan in Nederland. Waar in Nederland de gemiddelde tent tot 5 uur open blijft, was het in Mumbai om half 2 afgelopen. Behalve op een club na, deze ging tot 3 uur door. Toevallig zat deze club onder het hotel, waar oor het wel eens voor kwam dat er een ver dwaalde reisganger tot 3 uur in deze club te vinden was. Maar zoals een studie reis betaamt ging ’s ochtends altijd weer vroeg de wake-up call, zodat we op tijd waren voor onze afspraken overdag.

Studiereis naar MumbaiDoor: Rijan van Druten

25deAANSLAG!Studiereis Mumbai

Naast de kantoorbezoeken en studiegerelateerde activiteiten, was gelukkig ook wat tijd vrij gemaakt om op eigen gelegenheid de stad te verkennen. Ronddwalen langs de vele kraampjes op zoek naar souvenirs voor thuis, een maatpak laten aanmeten, of gewoon genieten van het klimaat aan het zwembad van het hotel met een kleine versnapering.

Na tien indrukwekkende en fantastische dagen moesten we, met pijn in het hart, het hotel weer verlaten. Tijdens de nachtvlucht van Mumbai naar Parijs lag iedereen braaf te slapen in zijn stoel. Zelfs Tim Zwinkels, die van tevoren nogal stoere verhalen had, ( ‘ik heb nog nooit geslapen in het vliegtuig’) lag nog voordat het vliegtuig was opgestegen braaf te slapen. In Parijs was iedereen weer fris en fruitig om het laatste kleine stukje van Parijs naar Amsterdam mede reizigers voor al geen kans te geven op een rustige vlucht. Gesteund door de steward Stephen (bekend van Steve – bye bye) kwamen we aan op Schiphol. Hier bleek weer eens een koffer kwijt te zijn, dit maal was Susan de ongelukkige.

Al met al is iedereen goed thuis gekomen, en willen wij alle deelnemers en beide docenten, Theo Hoogwout en Erik Ros, bedanken voor hun enthousiasme, passie, en inzet tijdens de reis. Zonder jullie was het ons nooit gelukt om een geslaagde reis neer te zetten. Dit is slechts kleine greep uit de verhalen van-uit Mumbai. Wil je meer verhalen/details horen, spreek dan een van de deelnemers aan!

Reiscommissie 2011,

Wanisha DhoraiOzgur ErsoyChantal van der LindenPatrick van ZwienenRijan van Druten

Page 24: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

26 deAANSLAG! 27deAANSLAG!Kantoor interview Visser & Visser

Kunt u uzelf even voorstellen?Mijn naam is Harold van den Berge. Ik heb twee kinderen en woon in Middelharnis, waar we ook één van de zeven kantoren hebben gevestigd.

Wat is uw vooropleiding geweest voordat u aan deze baan begon?Ik begon met een HEAO opleiding. Gedurende mijn studie heb ik stage gelopen bij Visser & Visser. Dit beviel me zo goed dat ik ook mijn af-studeeropdracht bij Visser & Visser heb geschre-ven. Na mijn studie ben ik hier blijven werken. Daarnaast besloot ik door te gaan met studeren. Fiscaal Recht sloot perfect aan bij het werk dat ik deed, dus ben ik dat gaan studeren aan de Eras-mus Universiteit Rotterdam. Dit heb ik geheel in deeltijd gedaan. Kennis die ik opdeed via mijn studie kon ik meteen toepassen in de praktijk, waardoor ik alle theorie gelijk in een goed kader kon plaatsen. Zo had ik al aangiftebiljetten gezien voordat ik mijn studie begon en werd de theorie gelijk heel praktisch. Ik heb dus zowel een economische als een juridische achtergrond. Dat werpt zijn vruchten af in de praktijk.

Hebt u zich naast uw studie bezigge-houden met nevenactiviteiten?Nevenactiviteiten worden door ons, en ik denk door elke werkgever, erg gewaardeerd. Dat betekent dat je maatschappelijk betrokken bent. Omdat ik mijn studie Fiscaal Recht combineer-de met mijn werk bleef er in die periode niet veel tijd over voor nevenactiviteiten. Met name in de laatste fase van de studie dienden de eer-ste bestuurlijke nevenactiviteiten zich aan.

Hoe bent u bij Visser & Visser terecht gekomen?Via een bekende van mij ben ik 18 jaar geleden als stagiair begonnen bij Visser & Visser. Toen-tertijd was ik de zesde medewerker. Het was dus een klein kantoortje waar ik begon als

assistent accountant. Het kantoor groeide snel en na mijn stage kon ik er blijven werken. Als assistent accountant hield ik mij vooral bezig met accountancywerkzaamheden. Ik werkte in een omgeving met alleen maar accountants. Van de vijf medewerkers die hier werkten was niemand fiscalist. Het waren al-lemaal accountants of assistent accountants. Na afronding van mijn HEAO heb ik besloten om Fiscaal Recht te gaan studeren. Juist op fiscaal gebied kon ik veel toevoegen binnen de bestaande organisatie en lag er voor mij een grote uitdaging. Nadat ik Fiscaal Recht had afgerond ben ik me steeds meer gaan bezighouden met de fiscale zaken en zijn de accountancywerkzaamheden in de loop van de jaren afgebouwd.

Was het niet moeilijk om goed te functioneren in een omgeving waar geen andere fiscalisten aanwezig zijn?Toentertijd had ik inderdaad geen fiscalist boven mij. In de praktijk leverde dat echter geen problemen op. Door Visser & Visser werden alle diensten aangeboden die behoren bij een accountantskantoor en dus ook de fiscaliteit. De beide oprichters en ook de overige medewerkers waren op de hoogte van de belangrijkste fiscale ontwikkelingen, maar natuurlijk niet zoveel als een afgestudeerd fiscalist. Daarom hadden wij in geval van meer complexe vraagstukken KPMG als back-up. Ik was daarvoor het aanspreekpunt. Van elke samenwerking met KPMG leerden wij erg veel, waardoor we meer en meer zelfstandig zijn gaan functioneren. Het was dus een hele leerzame weg.

Wat is uw functie bij Visser & Visser? Momenteel ben ik partner bij Visser & Visser. Ik ben eindverantwoordelijk voor de fiscale zaken

van twee kantoren, het kantoor in Barendrecht en in Middelharnis. Om dit in goede banen te leiden ben ik zoveel mogelijk op vaste tijdstip-pen op die vestigingen aanwezig.

Hoe ziet een doorsnee werkdag/werkweek eruit voor u?Mijn werkzaamheden bestaan uit het door-nemen van de voorbereide adviezen van mijn fiscale collega’s alsmede het bespreken van de adviezen met de klanten. Daarnaast heb je uiteraard het voeren van correspondentie met de Belastingdienst en het uitvoeren van interne taken die behoren bij mijn functie.

Kunt u de werksfeer beschrijven bin-nen Visser & Visser?Wij hanteren een informele werksfeer. Onze medewerkers lopen vaak bij elkaar binnen om hulp te vragen. We hebben hier een hecht team, dat erg op elkaar ingespeeld is. De gemiddelde leeftijd ligt erg laag, namelijk op 29 jaar. Dat geeft een enorme dynamiek aan de organisatie. Daarnaast herkent het overgrote deel van de medewerkers zich in een christelijke identiteit en zijn veel collega’s naast hun werk ook maat-schappelijk betrokken.

Waarmee onderscheidt Visser & Vis-ser zich van andere kantoren?Onderscheidend is dat wij hooggekwalifi-ceerd advieswerk op maat weten toe te pas-sen voor onze cliënten. In alle gevallen staat de cliënt centraal. Om dat te realiseren wordt rondom elke cliënt een team samengesteld dat bestaat uit tenminste een fiscalist en een accountant. De samenwerking tussen beide disciplines is erg goed, waardoor de cliënt optimaal wordt geadviseerd.

Ten aanzien van de fiscaliteit is dat als volgt uitgewerkt. Per vestiging beschikken wij over

Kantoor interview Visser & Visser

PaspoortNaam: Harold van den Berge Opleiding: HEAO en Fiscaal Recht, Erasmus UniversiteitLeeftijd: 38 jaar Favoriete plek in Rotterdam en waarom: Hotel New York, vanwege historie en sfeer! Fiscale tip: Denk aan de middelingsregeling wanneer je gaat werken.

Kantoor interview Visser & Visser

een aantal belastingadviseurs. Dit zijn afgestu-deerde fiscalisten die tevens een NOB opleiding hebben afgerond. Elke belastingadviseur heeft onder zich een aantal junioren of assistenten die het voorbereidende werk verrichten. Deze belastingadviseurs vallen onder de directe verantwoordelijkheid van een fiscale partner. Momenteel hebben wij drie fiscale partners die elk verantwoordelijk zijn voor een aantal kanto-ren. Door de vestigingsgewijze aansturing zijn onze belastingadviseurs optimaal in staat om in direct contact te komen met de cliënt en hem goed te leren kennen. Zo worden niet alleen de vragen van de klant zo optimaal mogelijk beantwoord, maar zijn de belastingadviseurs ook in staat om proactief te handelen. Dat is iets wat de klanten erg op prijs stellen.

Hoe zit het met de opleidingsmoge-lijkheden binnen Visser & Visser?Visser & Visser is een organisatie die de boven-kant van het MKB bedient. Onze succesformule is dat de belastingadviseurs en overige mede-werkers breed georiënteerd zijn. Hierdoor kan de cliënt met al zijn vragen optimaal bediend worden, zonder dat deze van het kastje naar de muur wordt gestuurd. Die kennis wordt op peil gehouden door onder andere een tweeweke-lijkse conference call met de fiscalisten van alle zeven vestigingen. In die conference call wordt de Vakstudie Nieuws besproken. Daarnaast hebben we één keer in de zes weken een tax-meeting, waarin we door een hoogleraar worden bijgepraat op een actueel fiscaal thema.

Om naast die brede kennis ook voldoende kwa-litatieve diepgang te waarborgen bieden wij de fiscalisten na hun NOB-opleiding de mogelijk-heid een fiscaal aandachtsgebied te kiezen. Op dit aandachtsgebied kunnen dan diverse verdiepingscursussen worden gevolgd. Op deze manier blijf je als belastingadviseur breed georiënteerd, maar tegelijkertijd ga je de diepte in. Wij willen graag dat al onze belastingad-viseurs zich verdiepen in een bepaald fiscaal onderwerp, ook al blijven ze cliënten op alle (fiscale) gebieden helpen. Behalve dat je de ken-nis op je aandachtsgebied inzet voor je cliënten word je op je gebied regelmatig inge-schakeld door je collega-fiscalisten. Op deze manier kun je bij een kantoor als Visser & Visser optimaal gebruik maken van elkaars kennis. Als je verder

wilt met je aandachtsgebied kan dat vervol-gens uitgebouwd worden tot een volwaardig specialisme. Als belastingadviseur word je dan ook een echte specialist, zowel naar binnen als naar buiten toe. We dagen de medewerkers uit een dergelijk specialisme te ontwikkelen en daarover regelmatig te publiceren.

Wat is het geheim van een goed advies?Bij het geven van een belastingadvies is de klan-trelatie erg belangrijk. Om een goed advies te schrijven moet je weten wat de klanten precies willen en wat hen beweegt. Voor de belasting-adviseur is het noodzakelijk dat ze de mogelijk-heid krijgen om de klant beter te leren kennen. Dit gebeurt dan ook. De adviseurs bezoeken en voeren gespreken met de cliënten zodat voor beide partijen helder is wat het einddoel is. Ver-volgens werkt de belastingadviseur het advies uit. Onze adviezen zijn hierdoor toegesneden op de positie van de cliënt. De adviezen zijn niet alleen juridisch goed onderbouwd, maar de cliënt begrijpt deze ook. De juridische aspecten zijn altijd op zo’n manier vertaald, dat de klant begrijpt wat het advies inhoudt. Daarnaast zijn wij in staat om onze klanten niet alleen reactief te benaderen, maar ook proactief. Dat vinden de klanten vaak erg waardevol, omdat ze niet altijd zelf het inzicht hebben in wat belangrijk is om te regelen en wat niet.

Het advies zit vaak op het scherpst van de snede. Vanwege onze normen en waarden gaan we er nooit overheen, maar we geven het advies wel zo gunstig mogelijk voor de klant. Wij kunnen natuurlijk niet meegaan in een foute aangifte.

Ziet u opvallende (fiscale) ontwikke-lingen binnen Visser & Visser?Door de jaren heen zijn wij ontwikkeld van 2 initiatiefnemers tot 7 vestigingen met 220 medewerkers. Deze groei is voor 95 procent autonoom, volgens het principe van celdeling. Daarbij valt op dat door de jaren heen steeds meer behoefte is ontstaan aan goed opgelei-de, sociaal vaardige fiscalisten. Die tendens zal

de komende jaren naar verwachting doorzetten. Opvallend is ook dat door de groei de gemiddelde leeftijd van de medewerkers laag is gebleven, namelijk 29 jaar. Wij willen dan ook

graag jonge studenten, dus ook studenten die nog niet afgestudeerd zijn, in dienst nemen.

Wat voor kwaliteiten zoekt Visser & Visser in een fiscale student?Een student moet zeker ambitieus zijn en willen leren. We hebben fiscalisten nodig die een vertrouwensband met een cliënt kunnen aangaan. Daarnaast moet het een echte team-player zijn, want je werkt altijd in een team. Een team met fiscalisten en accountants. Je kunt fiscaal goed zijn, maar je moet ook een goede uistraling en houding hebben, goede sociale vaardigheden. Je moet niet alleen reactief zijn, maar ook proactief en zeker creatief. Je moet dus niet alleen reageren op vragen van klanten, maar ook advies kunnen geven zonder dat de klant erom vraagt.

Waarom zou de fiscale student voor Visser & Visser moeten kiezen?In ieder geval is er goede begeleiding voor de beginnende student. Iedere student krijgt een mentor en er zijn geregeld voortgangsgesprek-ken waar je feedback krijgt op je werk. Wij ont-houden altijd dat de studie voorgaat en houden daar ook rekening mee.

Hebt u een aanbeveling voor de fiscale studenten?Ja, als je topfiscalist wil worden, bel Visser & Visser! Nevenactiviteiten zijn, zoals gezegd, erg belangrijk. Meedoen aan activiteiten en commissies van de Christiaanse-Taxateur is bijvoorbeeld een goede manier. Ook lid zijn van een studentenvereniging, een jongerenvereni-ging van een politieke partij of een rechtswin-kel is een pre op je cv. Je opleiding kan goed zijn, maar op deze manier worden behalve de fiscale, ook sociale vaardigheden ontwikkeld.

Tot slot nog een laatste vraag over het thema van deze Aanslag. Waar denkt u dat Visser & Visser over 20 jaar staat?Ondanks de economische tegenwind groeien we nog steeds. Die groei verwachten we ook voor de komende jaren, hetgeen perspectief betekent voor de organisatie en onze (toekomstige) medewerkers. Alle processen zullen al lang voor die periode vergaand geautomatiseerd zijn en we zullen werken met diverse topspecialisten op fiscaal gebied. Wat zal blijven is de hechte cliëntrelatie en de teamspirit. Oftewel ook voor de komende tijd blijft Visser & Visser ambitieus en continue in ontwikkeling, waardoor blijvend mogelijkheden ontstaan voor fiscalisten die een stap verder willen.

Page 25: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

26 deAANSLAG! 27deAANSLAG!Kantoor interview Visser & Visser

Kunt u uzelf even voorstellen?Mijn naam is Harold van den Berge. Ik heb twee kinderen en woon in Middelharnis, waar we ook één van de zeven kantoren hebben gevestigd.

Wat is uw vooropleiding geweest voordat u aan deze baan begon?Ik begon met een HEAO opleiding. Gedurende mijn studie heb ik stage gelopen bij Visser & Visser. Dit beviel me zo goed dat ik ook mijn af-studeeropdracht bij Visser & Visser heb geschre-ven. Na mijn studie ben ik hier blijven werken. Daarnaast besloot ik door te gaan met studeren. Fiscaal Recht sloot perfect aan bij het werk dat ik deed, dus ben ik dat gaan studeren aan de Eras-mus Universiteit Rotterdam. Dit heb ik geheel in deeltijd gedaan. Kennis die ik opdeed via mijn studie kon ik meteen toepassen in de praktijk, waardoor ik alle theorie gelijk in een goed kader kon plaatsen. Zo had ik al aangiftebiljetten gezien voordat ik mijn studie begon en werd de theorie gelijk heel praktisch. Ik heb dus zowel een economische als een juridische achtergrond. Dat werpt zijn vruchten af in de praktijk.

Hebt u zich naast uw studie bezigge-houden met nevenactiviteiten?Nevenactiviteiten worden door ons, en ik denk door elke werkgever, erg gewaardeerd. Dat betekent dat je maatschappelijk betrokken bent. Omdat ik mijn studie Fiscaal Recht combineer-de met mijn werk bleef er in die periode niet veel tijd over voor nevenactiviteiten. Met name in de laatste fase van de studie dienden de eer-ste bestuurlijke nevenactiviteiten zich aan.

Hoe bent u bij Visser & Visser terecht gekomen?Via een bekende van mij ben ik 18 jaar geleden als stagiair begonnen bij Visser & Visser. Toen-tertijd was ik de zesde medewerker. Het was dus een klein kantoortje waar ik begon als

assistent accountant. Het kantoor groeide snel en na mijn stage kon ik er blijven werken. Als assistent accountant hield ik mij vooral bezig met accountancywerkzaamheden. Ik werkte in een omgeving met alleen maar accountants. Van de vijf medewerkers die hier werkten was niemand fiscalist. Het waren al-lemaal accountants of assistent accountants. Na afronding van mijn HEAO heb ik besloten om Fiscaal Recht te gaan studeren. Juist op fiscaal gebied kon ik veel toevoegen binnen de bestaande organisatie en lag er voor mij een grote uitdaging. Nadat ik Fiscaal Recht had afgerond ben ik me steeds meer gaan bezighouden met de fiscale zaken en zijn de accountancywerkzaamheden in de loop van de jaren afgebouwd.

Was het niet moeilijk om goed te functioneren in een omgeving waar geen andere fiscalisten aanwezig zijn?Toentertijd had ik inderdaad geen fiscalist boven mij. In de praktijk leverde dat echter geen problemen op. Door Visser & Visser werden alle diensten aangeboden die behoren bij een accountantskantoor en dus ook de fiscaliteit. De beide oprichters en ook de overige medewerkers waren op de hoogte van de belangrijkste fiscale ontwikkelingen, maar natuurlijk niet zoveel als een afgestudeerd fiscalist. Daarom hadden wij in geval van meer complexe vraagstukken KPMG als back-up. Ik was daarvoor het aanspreekpunt. Van elke samenwerking met KPMG leerden wij erg veel, waardoor we meer en meer zelfstandig zijn gaan functioneren. Het was dus een hele leerzame weg.

Wat is uw functie bij Visser & Visser? Momenteel ben ik partner bij Visser & Visser. Ik ben eindverantwoordelijk voor de fiscale zaken

van twee kantoren, het kantoor in Barendrecht en in Middelharnis. Om dit in goede banen te leiden ben ik zoveel mogelijk op vaste tijdstip-pen op die vestigingen aanwezig.

Hoe ziet een doorsnee werkdag/werkweek eruit voor u?Mijn werkzaamheden bestaan uit het door-nemen van de voorbereide adviezen van mijn fiscale collega’s alsmede het bespreken van de adviezen met de klanten. Daarnaast heb je uiteraard het voeren van correspondentie met de Belastingdienst en het uitvoeren van interne taken die behoren bij mijn functie.

Kunt u de werksfeer beschrijven bin-nen Visser & Visser?Wij hanteren een informele werksfeer. Onze medewerkers lopen vaak bij elkaar binnen om hulp te vragen. We hebben hier een hecht team, dat erg op elkaar ingespeeld is. De gemiddelde leeftijd ligt erg laag, namelijk op 29 jaar. Dat geeft een enorme dynamiek aan de organisatie. Daarnaast herkent het overgrote deel van de medewerkers zich in een christelijke identiteit en zijn veel collega’s naast hun werk ook maat-schappelijk betrokken.

Waarmee onderscheidt Visser & Vis-ser zich van andere kantoren?Onderscheidend is dat wij hooggekwalifi-ceerd advieswerk op maat weten toe te pas-sen voor onze cliënten. In alle gevallen staat de cliënt centraal. Om dat te realiseren wordt rondom elke cliënt een team samengesteld dat bestaat uit tenminste een fiscalist en een accountant. De samenwerking tussen beide disciplines is erg goed, waardoor de cliënt optimaal wordt geadviseerd.

Ten aanzien van de fiscaliteit is dat als volgt uitgewerkt. Per vestiging beschikken wij over

Kantoor interview Visser & Visser

PaspoortNaam: Harold van den Berge Opleiding: HEAO en Fiscaal Recht, Erasmus UniversiteitLeeftijd: 38 jaar Favoriete plek in Rotterdam en waarom: Hotel New York, vanwege historie en sfeer! Fiscale tip: Denk aan de middelingsregeling wanneer je gaat werken.

Kantoor interview Visser & Visser

een aantal belastingadviseurs. Dit zijn afgestu-deerde fiscalisten die tevens een NOB opleiding hebben afgerond. Elke belastingadviseur heeft onder zich een aantal junioren of assistenten die het voorbereidende werk verrichten. Deze belastingadviseurs vallen onder de directe verantwoordelijkheid van een fiscale partner. Momenteel hebben wij drie fiscale partners die elk verantwoordelijk zijn voor een aantal kanto-ren. Door de vestigingsgewijze aansturing zijn onze belastingadviseurs optimaal in staat om in direct contact te komen met de cliënt en hem goed te leren kennen. Zo worden niet alleen de vragen van de klant zo optimaal mogelijk beantwoord, maar zijn de belastingadviseurs ook in staat om proactief te handelen. Dat is iets wat de klanten erg op prijs stellen.

Hoe zit het met de opleidingsmoge-lijkheden binnen Visser & Visser?Visser & Visser is een organisatie die de boven-kant van het MKB bedient. Onze succesformule is dat de belastingadviseurs en overige mede-werkers breed georiënteerd zijn. Hierdoor kan de cliënt met al zijn vragen optimaal bediend worden, zonder dat deze van het kastje naar de muur wordt gestuurd. Die kennis wordt op peil gehouden door onder andere een tweeweke-lijkse conference call met de fiscalisten van alle zeven vestigingen. In die conference call wordt de Vakstudie Nieuws besproken. Daarnaast hebben we één keer in de zes weken een tax-meeting, waarin we door een hoogleraar worden bijgepraat op een actueel fiscaal thema.

Om naast die brede kennis ook voldoende kwa-litatieve diepgang te waarborgen bieden wij de fiscalisten na hun NOB-opleiding de mogelijk-heid een fiscaal aandachtsgebied te kiezen. Op dit aandachtsgebied kunnen dan diverse verdiepingscursussen worden gevolgd. Op deze manier blijf je als belastingadviseur breed georiënteerd, maar tegelijkertijd ga je de diepte in. Wij willen graag dat al onze belastingad-viseurs zich verdiepen in een bepaald fiscaal onderwerp, ook al blijven ze cliënten op alle (fiscale) gebieden helpen. Behalve dat je de ken-nis op je aandachtsgebied inzet voor je cliënten word je op je gebied regelmatig inge-schakeld door je collega-fiscalisten. Op deze manier kun je bij een kantoor als Visser & Visser optimaal gebruik maken van elkaars kennis. Als je verder

wilt met je aandachtsgebied kan dat vervol-gens uitgebouwd worden tot een volwaardig specialisme. Als belastingadviseur word je dan ook een echte specialist, zowel naar binnen als naar buiten toe. We dagen de medewerkers uit een dergelijk specialisme te ontwikkelen en daarover regelmatig te publiceren.

Wat is het geheim van een goed advies?Bij het geven van een belastingadvies is de klan-trelatie erg belangrijk. Om een goed advies te schrijven moet je weten wat de klanten precies willen en wat hen beweegt. Voor de belasting-adviseur is het noodzakelijk dat ze de mogelijk-heid krijgen om de klant beter te leren kennen. Dit gebeurt dan ook. De adviseurs bezoeken en voeren gespreken met de cliënten zodat voor beide partijen helder is wat het einddoel is. Ver-volgens werkt de belastingadviseur het advies uit. Onze adviezen zijn hierdoor toegesneden op de positie van de cliënt. De adviezen zijn niet alleen juridisch goed onderbouwd, maar de cliënt begrijpt deze ook. De juridische aspecten zijn altijd op zo’n manier vertaald, dat de klant begrijpt wat het advies inhoudt. Daarnaast zijn wij in staat om onze klanten niet alleen reactief te benaderen, maar ook proactief. Dat vinden de klanten vaak erg waardevol, omdat ze niet altijd zelf het inzicht hebben in wat belangrijk is om te regelen en wat niet.

Het advies zit vaak op het scherpst van de snede. Vanwege onze normen en waarden gaan we er nooit overheen, maar we geven het advies wel zo gunstig mogelijk voor de klant. Wij kunnen natuurlijk niet meegaan in een foute aangifte.

Ziet u opvallende (fiscale) ontwikke-lingen binnen Visser & Visser?Door de jaren heen zijn wij ontwikkeld van 2 initiatiefnemers tot 7 vestigingen met 220 medewerkers. Deze groei is voor 95 procent autonoom, volgens het principe van celdeling. Daarbij valt op dat door de jaren heen steeds meer behoefte is ontstaan aan goed opgelei-de, sociaal vaardige fiscalisten. Die tendens zal

de komende jaren naar verwachting doorzetten. Opvallend is ook dat door de groei de gemiddelde leeftijd van de medewerkers laag is gebleven, namelijk 29 jaar. Wij willen dan ook

graag jonge studenten, dus ook studenten die nog niet afgestudeerd zijn, in dienst nemen.

Wat voor kwaliteiten zoekt Visser & Visser in een fiscale student?Een student moet zeker ambitieus zijn en willen leren. We hebben fiscalisten nodig die een vertrouwensband met een cliënt kunnen aangaan. Daarnaast moet het een echte team-player zijn, want je werkt altijd in een team. Een team met fiscalisten en accountants. Je kunt fiscaal goed zijn, maar je moet ook een goede uistraling en houding hebben, goede sociale vaardigheden. Je moet niet alleen reactief zijn, maar ook proactief en zeker creatief. Je moet dus niet alleen reageren op vragen van klanten, maar ook advies kunnen geven zonder dat de klant erom vraagt.

Waarom zou de fiscale student voor Visser & Visser moeten kiezen?In ieder geval is er goede begeleiding voor de beginnende student. Iedere student krijgt een mentor en er zijn geregeld voortgangsgesprek-ken waar je feedback krijgt op je werk. Wij ont-houden altijd dat de studie voorgaat en houden daar ook rekening mee.

Hebt u een aanbeveling voor de fiscale studenten?Ja, als je topfiscalist wil worden, bel Visser & Visser! Nevenactiviteiten zijn, zoals gezegd, erg belangrijk. Meedoen aan activiteiten en commissies van de Christiaanse-Taxateur is bijvoorbeeld een goede manier. Ook lid zijn van een studentenvereniging, een jongerenvereni-ging van een politieke partij of een rechtswin-kel is een pre op je cv. Je opleiding kan goed zijn, maar op deze manier worden behalve de fiscale, ook sociale vaardigheden ontwikkeld.

Tot slot nog een laatste vraag over het thema van deze Aanslag. Waar denkt u dat Visser & Visser over 20 jaar staat?Ondanks de economische tegenwind groeien we nog steeds. Die groei verwachten we ook voor de komende jaren, hetgeen perspectief betekent voor de organisatie en onze (toekomstige) medewerkers. Alle processen zullen al lang voor die periode vergaand geautomatiseerd zijn en we zullen werken met diverse topspecialisten op fiscaal gebied. Wat zal blijven is de hechte cliëntrelatie en de teamspirit. Oftewel ook voor de komende tijd blijft Visser & Visser ambitieus en continue in ontwikkeling, waardoor blijvend mogelijkheden ontstaan voor fiscalisten die een stap verder willen.

Page 26: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

28 deAANSLAG! Docentenartikel Fiscale Economie

Laat ik beginnen Christiaanse-Taxateur te

feliciteren met dit vierde lustrum van ‘de

Aanslag’. Een prachtige mijlpaal voor jullie

verenigingsblad. Het klinkt wellicht eenvoudig

om een verenigingsblad draaiende te houden

maar dat is stellig niet het geval. Jullie

hebben als studenten veel andere activiteiten

– studeren bijvoorbeeld – en bovendien is

er – anders dan bij doorsnee verenigingen

-bepaald geen sprake van een continue groep

die jarenlang lid is. Je studeert maar een

paar jaar en dat betekent hoe dan ook dat de

betrokkenheid bij Christiaanse-Taxateur een

beperkte periode beslaat. Met een dergelijk

sterk wisselend ledenbestand is het daarom

dan ook een hele prestatie om met grote

regelmaat een mooi blad als ‘de Aanslag’ uit

te brengen. Ik hoop en vertrouw er ook op dat

dit nog decennia zo door gaat. Ik wens jullie

en jullie opvolgers daarbij veel succes toe. Als

vakgroep zijn wij vanzelfsprekend altijd bereid

daaraan een steentje bij te dragen.

Gelet op het 20 jarig jubileum leek het me aardig om me te richten op het thema 20 jaar fi scaliteit. Nu past het uiteraard niet om zo’n langer periode waarin er in de fi scaliteit zoveel is gebeurd volledig de revue te laten passeren. Vandaar dat ik er enkele issues uit-gehaald heb die in die periode aan de orde zijn geweest en die mij hebben aan ge sproken. Daarbij is het vooral interessant te bezien hoe het met die ont wikkelingen anno 2011 staat.

1. Enkele fi scale issues

1.1 ToekomstvoorzieningenGelet op het jubileum van ‘de Aanslag’ is een start in 1991 voor de hand liggend. Wat speelde er toen in de fi scaliteit en waar maakte ik me in publicaties toen druk over? Er waren wat mij be treft in dat jaar twee topics: de Brede Herwaardering en de in voering van EU-richt lijnen; deze laatste bespreek ik in par. 2. Het eerste thema klinkt indruk wekkend en dat was het ook wel, maar toch minder indruk wekkend dan de titel doet ver moeden. Bij een brede her waardering denkt men als fi scalist door gaans aan een alom vattende stelsel herziening. Maar zo was het niet. De Brede Herwaardering zag ‘slechts’ op een grondige her ziening van de fi scale regel geving en facilitering rondom de op bouw van lijfren-tevoorzieningen. De fi scale facilitering van der gelijke toe komst-voorzieningen was te ver door geschoten: ieder een kocht een fi scaal ge facilieerde lijf rente omdat het een sub stantiële fi scale af trek post op leverde; en of men die lijf rente als toe komst voorziening nodig had? Ach, daar be kommerde men zich niet om: de belasting-plichtige zag het voor al als fi scaal ge facilieerd sparen: dat kon beter op deze ma nier dan het geld op de bank zetten en het te laten be lasten tegen tarieven op lopend tot 60%. En dat daar van de ver-zekeraars de grote winnaars waren, dat was bijzaak. Ver moedelijk al thans, om dat belasting plichtigen niet in de gaten hadden dat de kosten die de verzekeraars via premies in rekening brachten - en overigens nog steeds brengen - zeer hoog zijn het geen het rende-ment op ver zekeringen sterk negatief beïnvloedt.

Na deze aan scherping van het fi scale lijfrenteregime volgde in 1994-1995 een ver gelijk bare aan pak van pensioen regelingen, be kend ge worden onder de weinig originele naam Brede Her-waardering II. Ook hier werd de fi scale facilitering enigs zins in geperkt; maar belang rijker was dat met name het regime van de op bouw van pensioen van de directeur-groot aan deel houder stevig werd aan gepakt en dat met name een fi scaal hek werk rond om Ne-derland werd op ge trokken. De belasting vlucht was in die jaren be-paald niet ge ring; met name omdat pensioen en ook aan merkelijk-belang winsten in het buitenland veel lager werden belast en zelfs niet zelden ge heel on belast bleven. Daar hoefde men niet ver voor te reizen: België was in dezen een prima eind bestemming, te meer daar het ook nog tot een be sparing van ver mogens belasting leidde – België kende anders dan toen ter tijd Nederland – geen vermogens belasting, als mede tot een be sparing van schenkings-

20 jaar fi scaliteitProf. dr. P. Kavelaars*

* Hoogleraar Fiscale economie aan de Erasmus Universiteit Rotterdam en directeur van het Weten-schappelijk bureau van Deloitte Belastingadviseurs

29deAANSLAG!Docentenartikel Fiscale Economie

en successie recht (nu schenk- en erfbelasting) leidde. In België zijn zogenoemde handgiften – nu nog steeds – onbelast. Wanneer de kinderen in het weekend dus even langs papa en mama in België reisden kon men de achterbak van de auto met guldens vol gooien en zonder enig fi scaal probleem – lees: heffi ng Nederland weer bin-nen rijden. Allemaal legaal; zoals gezegd, is dat overigens nu nog steeds het geval.

Met Brede Herwaardering I en II beoogde de wetgever dus onder andere de lijfrente- en pensioenemigraties tegen te gaan. De wet-gever deed dat door in de nationale wetgeving een fi scaal hekwerk rond om Nederland op te trekken. Maar de vraag was of dat hek-werk adequaat was? Immers, de internationale af bakening van heffi ngs rechten wordt niet alleen bepaald door het nationale recht, maar tevens door fi scaal verdragsrecht.

Het ant woord op de vorenvermelde vraag luidt ont kennend: in een hele lange reeks arresten heeft de Hoge Raad met enige regel maat het hek werk omver gehaald en heeft de wet gever tel kens op-nieuw het hek werk weer ge re pareerd. De conserverende aan slag bij emigratie is daar van het fraaiste voorbeeld maar ook daar van weten we dat die aan slagen bij de rechter diverse malen zijn ge-sneuveld. Ten langen leste heeft de wet gever er uit einde lijk sinds 2000 voor gekozen om toch maar met fl anker ende maat regelen te komen en wel door het pensioen artikel in de belasting verdragen om te vormen in die zin dat dit artikel niet alleen voor ziet in een woon staat heffi ng maar onder om standig heden ook in een bron-staat heffi ng. Ook daar van is in middels ge bleken dat die aan pak niet zonder meer sluitend is; zie het recente arrest van 15 april 2011, nr. 10/00990, V-N 2001/20.7 waar uit blijkt dat de conserverende aan slag in ver band met pensioenen nog steeds niet verdrags proef is. Het is dan ook niet ver wonder lijk dat staats secretaris Weekers in zijn dit voor jaar gepubliceerde nota Fiscaal Verdrags beleid heeft aan gekondigd om pensioenen voor taan alleen nog te belasten in de bron staat. Al thans, als de verdrags partner daar mee in stemt. En dat is natuurl ijk nog maar zeer de vraag. Hoe dan ook; op dit punt van de internationale pensioenen en lijf renten is er heel veel gebeurd in 20 jaar tijd, maar dat de wetgever/verdrags sluiter meer greep heeft ge kregen op de grens overschrijdende fi scale be handeling van toe komst voorziening en kunnen we bepaald niet zeggen. Kortom, van een heel succes vol en effectief beleid is in deze sfeer geen sprake geweest.

1.2 Aanmerkelijk belangOok ten aan zien van de aan merkelijk belang regeling is er het een en ander ge beurd. Daar is de wet gever overigens be paald succes-voller ge weest. De emigrerende aan merkelijk belang houder kon inder tijd in de regel zijn aan delenbezit vijf jaar na emigratie on belast ver vreemden. Dat was een ter mijn die was te over zien. Maar met het op rekken van die ter mijn tot tien jaar – ge ëffectueerd bij de wijziging van het regime in 1997 – en ver volgens het tot verdrags beleid maken van een emigratie volg termijn ten aan zien van dergelijke aan delen even eens tot tien jaar, is hier het risico voor de over heid sterk be perkt. De meeste belasting plichtig en vinden een tien jaars wacht termijn te lang. Bovendien heeft de wet gever in 1997 het aanmerkelijkbelangregime ook anders zins grondig ge wijzigd. Tot die tijd werden dividend belast tegen het progressieve tarief op lopend tot 60% terwijl vervreemdings win-

sten werden belast tegen 20%. Het is evident dat dividenduitke-ringen op dergelijke aan delen (vrij wel) niet voor kwamen. Om toch over de meer waarden in de ven noot schap te kunnen beschikken werden de zo genoemde kas geld- en holding constructies op gezet: de aan delen werden ver vreemd aan een andere (holding-)ven noot-schap van de directeur-groot aandeel houder. Die ver vreemdings-winst zou dan worden belast met 20% terwijl men vervolgens zelf gewoon met de onder neming kon doorgaan, zij het via een tussen-geschoven holding. Het alternatief was de kas geld constructie: men verkocht de onder neming aan een nieuwe eigen BV en verkocht de oude BV met de op gepotte winst reserves aan de bank. Belast tegen 20%. Althans dat was ook hier de bedoeling, Maar daar stak de Hoge Raad een stokje voor. Hij beschouwde dit op zetje toch echt als strijdig met doel en strekking van de wet ofwel fraus legis. De ver vreemdings winsten werden alsnog progressief belast alsof het dividend was. In 1997 heeft de wetgever dit probleem op gelost door dividenden en ver vreemdings winsten uit een aan merkelijk belang gelijk te belasten, tegen 25%. We kunnen anno 2011 constateren dat deze wets wijziging een goede greep is ge weest. Het aanmerkelijk-belangregime heeft sinds 1997 geen noemens waardige complica-ties meer opgeleverd.

1.3 VermogensinkomstenVer gelijkbare problematiek speelde zich rondom de invoering van de ver mogens rendements heffi ng. Voor 2001 deed zich ten aanzien van ver mogens inkomsten min of meer hetzelfde probleem voor als bij de aan merkelijk belangaandelen. Het probleem was hier ei-genlijk nog groter omdat vermogens winsten niet belast waren en ver mogens inkomsten progressief in de heffi ng werden be trokken. Het gevolg was ook hier dat allerlei constructies werden ontwik-keld waarbij vermogensinkomsten werden ge transformeerd in ver mogens winsten. In de meeste ge vallen met succes, hoe wel er uit zonderingen waren waarbij de belasting dienst het wapen van fraus legis wel effectief heeft kunnen in zetten. Met de in voering

Page 27: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

28 deAANSLAG! Docentenartikel Fiscale Economie

Laat ik beginnen Christiaanse-Taxateur te

feliciteren met dit vierde lustrum van ‘de

Aanslag’. Een prachtige mijlpaal voor jullie

verenigingsblad. Het klinkt wellicht eenvoudig

om een verenigingsblad draaiende te houden

maar dat is stellig niet het geval. Jullie

hebben als studenten veel andere activiteiten

– studeren bijvoorbeeld – en bovendien is

er – anders dan bij doorsnee verenigingen

-bepaald geen sprake van een continue groep

die jarenlang lid is. Je studeert maar een

paar jaar en dat betekent hoe dan ook dat de

betrokkenheid bij Christiaanse-Taxateur een

beperkte periode beslaat. Met een dergelijk

sterk wisselend ledenbestand is het daarom

dan ook een hele prestatie om met grote

regelmaat een mooi blad als ‘de Aanslag’ uit

te brengen. Ik hoop en vertrouw er ook op dat

dit nog decennia zo door gaat. Ik wens jullie

en jullie opvolgers daarbij veel succes toe. Als

vakgroep zijn wij vanzelfsprekend altijd bereid

daaraan een steentje bij te dragen.

Gelet op het 20 jarig jubileum leek het me aardig om me te richten op het thema 20 jaar fi scaliteit. Nu past het uiteraard niet om zo’n langer periode waarin er in de fi scaliteit zoveel is gebeurd volledig de revue te laten passeren. Vandaar dat ik er enkele issues uit-gehaald heb die in die periode aan de orde zijn geweest en die mij hebben aan ge sproken. Daarbij is het vooral interessant te bezien hoe het met die ont wikkelingen anno 2011 staat.

1. Enkele fi scale issues

1.1 ToekomstvoorzieningenGelet op het jubileum van ‘de Aanslag’ is een start in 1991 voor de hand liggend. Wat speelde er toen in de fi scaliteit en waar maakte ik me in publicaties toen druk over? Er waren wat mij be treft in dat jaar twee topics: de Brede Herwaardering en de in voering van EU-richt lijnen; deze laatste bespreek ik in par. 2. Het eerste thema klinkt indruk wekkend en dat was het ook wel, maar toch minder indruk wekkend dan de titel doet ver moeden. Bij een brede her waardering denkt men als fi scalist door gaans aan een alom vattende stelsel herziening. Maar zo was het niet. De Brede Herwaardering zag ‘slechts’ op een grondige her ziening van de fi scale regel geving en facilitering rondom de op bouw van lijfren-tevoorzieningen. De fi scale facilitering van der gelijke toe komst-voorzieningen was te ver door geschoten: ieder een kocht een fi scaal ge facilieerde lijf rente omdat het een sub stantiële fi scale af trek post op leverde; en of men die lijf rente als toe komst voorziening nodig had? Ach, daar be kommerde men zich niet om: de belasting-plichtige zag het voor al als fi scaal ge facilieerd sparen: dat kon beter op deze ma nier dan het geld op de bank zetten en het te laten be lasten tegen tarieven op lopend tot 60%. En dat daar van de ver-zekeraars de grote winnaars waren, dat was bijzaak. Ver moedelijk al thans, om dat belasting plichtigen niet in de gaten hadden dat de kosten die de verzekeraars via premies in rekening brachten - en overigens nog steeds brengen - zeer hoog zijn het geen het rende-ment op ver zekeringen sterk negatief beïnvloedt.

Na deze aan scherping van het fi scale lijfrenteregime volgde in 1994-1995 een ver gelijk bare aan pak van pensioen regelingen, be kend ge worden onder de weinig originele naam Brede Her-waardering II. Ook hier werd de fi scale facilitering enigs zins in geperkt; maar belang rijker was dat met name het regime van de op bouw van pensioen van de directeur-groot aan deel houder stevig werd aan gepakt en dat met name een fi scaal hek werk rond om Ne-derland werd op ge trokken. De belasting vlucht was in die jaren be-paald niet ge ring; met name omdat pensioen en ook aan merkelijk-belang winsten in het buitenland veel lager werden belast en zelfs niet zelden ge heel on belast bleven. Daar hoefde men niet ver voor te reizen: België was in dezen een prima eind bestemming, te meer daar het ook nog tot een be sparing van ver mogens belasting leidde – België kende anders dan toen ter tijd Nederland – geen vermogens belasting, als mede tot een be sparing van schenkings-

20 jaar fi scaliteitProf. dr. P. Kavelaars*

* Hoogleraar Fiscale economie aan de Erasmus Universiteit Rotterdam en directeur van het Weten-schappelijk bureau van Deloitte Belastingadviseurs

29deAANSLAG!Docentenartikel Fiscale Economie

en successie recht (nu schenk- en erfbelasting) leidde. In België zijn zogenoemde handgiften – nu nog steeds – onbelast. Wanneer de kinderen in het weekend dus even langs papa en mama in België reisden kon men de achterbak van de auto met guldens vol gooien en zonder enig fi scaal probleem – lees: heffi ng Nederland weer bin-nen rijden. Allemaal legaal; zoals gezegd, is dat overigens nu nog steeds het geval.

Met Brede Herwaardering I en II beoogde de wetgever dus onder andere de lijfrente- en pensioenemigraties tegen te gaan. De wet-gever deed dat door in de nationale wetgeving een fi scaal hekwerk rond om Nederland op te trekken. Maar de vraag was of dat hek-werk adequaat was? Immers, de internationale af bakening van heffi ngs rechten wordt niet alleen bepaald door het nationale recht, maar tevens door fi scaal verdragsrecht.

Het ant woord op de vorenvermelde vraag luidt ont kennend: in een hele lange reeks arresten heeft de Hoge Raad met enige regel maat het hek werk omver gehaald en heeft de wet gever tel kens op-nieuw het hek werk weer ge re pareerd. De conserverende aan slag bij emigratie is daar van het fraaiste voorbeeld maar ook daar van weten we dat die aan slagen bij de rechter diverse malen zijn ge-sneuveld. Ten langen leste heeft de wet gever er uit einde lijk sinds 2000 voor gekozen om toch maar met fl anker ende maat regelen te komen en wel door het pensioen artikel in de belasting verdragen om te vormen in die zin dat dit artikel niet alleen voor ziet in een woon staat heffi ng maar onder om standig heden ook in een bron-staat heffi ng. Ook daar van is in middels ge bleken dat die aan pak niet zonder meer sluitend is; zie het recente arrest van 15 april 2011, nr. 10/00990, V-N 2001/20.7 waar uit blijkt dat de conserverende aan slag in ver band met pensioenen nog steeds niet verdrags proef is. Het is dan ook niet ver wonder lijk dat staats secretaris Weekers in zijn dit voor jaar gepubliceerde nota Fiscaal Verdrags beleid heeft aan gekondigd om pensioenen voor taan alleen nog te belasten in de bron staat. Al thans, als de verdrags partner daar mee in stemt. En dat is natuurl ijk nog maar zeer de vraag. Hoe dan ook; op dit punt van de internationale pensioenen en lijf renten is er heel veel gebeurd in 20 jaar tijd, maar dat de wetgever/verdrags sluiter meer greep heeft ge kregen op de grens overschrijdende fi scale be handeling van toe komst voorziening en kunnen we bepaald niet zeggen. Kortom, van een heel succes vol en effectief beleid is in deze sfeer geen sprake geweest.

1.2 Aanmerkelijk belangOok ten aan zien van de aan merkelijk belang regeling is er het een en ander ge beurd. Daar is de wet gever overigens be paald succes-voller ge weest. De emigrerende aan merkelijk belang houder kon inder tijd in de regel zijn aan delenbezit vijf jaar na emigratie on belast ver vreemden. Dat was een ter mijn die was te over zien. Maar met het op rekken van die ter mijn tot tien jaar – ge ëffectueerd bij de wijziging van het regime in 1997 – en ver volgens het tot verdrags beleid maken van een emigratie volg termijn ten aan zien van dergelijke aan delen even eens tot tien jaar, is hier het risico voor de over heid sterk be perkt. De meeste belasting plichtig en vinden een tien jaars wacht termijn te lang. Bovendien heeft de wet gever in 1997 het aanmerkelijkbelangregime ook anders zins grondig ge wijzigd. Tot die tijd werden dividend belast tegen het progressieve tarief op lopend tot 60% terwijl vervreemdings win-

sten werden belast tegen 20%. Het is evident dat dividenduitke-ringen op dergelijke aan delen (vrij wel) niet voor kwamen. Om toch over de meer waarden in de ven noot schap te kunnen beschikken werden de zo genoemde kas geld- en holding constructies op gezet: de aan delen werden ver vreemd aan een andere (holding-)ven noot-schap van de directeur-groot aandeel houder. Die ver vreemdings-winst zou dan worden belast met 20% terwijl men vervolgens zelf gewoon met de onder neming kon doorgaan, zij het via een tussen-geschoven holding. Het alternatief was de kas geld constructie: men verkocht de onder neming aan een nieuwe eigen BV en verkocht de oude BV met de op gepotte winst reserves aan de bank. Belast tegen 20%. Althans dat was ook hier de bedoeling, Maar daar stak de Hoge Raad een stokje voor. Hij beschouwde dit op zetje toch echt als strijdig met doel en strekking van de wet ofwel fraus legis. De ver vreemdings winsten werden alsnog progressief belast alsof het dividend was. In 1997 heeft de wetgever dit probleem op gelost door dividenden en ver vreemdings winsten uit een aan merkelijk belang gelijk te belasten, tegen 25%. We kunnen anno 2011 constateren dat deze wets wijziging een goede greep is ge weest. Het aanmerkelijk-belangregime heeft sinds 1997 geen noemens waardige complica-ties meer opgeleverd.

1.3 VermogensinkomstenVer gelijkbare problematiek speelde zich rondom de invoering van de ver mogens rendements heffi ng. Voor 2001 deed zich ten aanzien van ver mogens inkomsten min of meer hetzelfde probleem voor als bij de aan merkelijk belangaandelen. Het probleem was hier ei-genlijk nog groter omdat vermogens winsten niet belast waren en ver mogens inkomsten progressief in de heffi ng werden be trokken. Het gevolg was ook hier dat allerlei constructies werden ontwik-keld waarbij vermogensinkomsten werden ge transformeerd in ver mogens winsten. In de meeste ge vallen met succes, hoe wel er uit zonderingen waren waarbij de belasting dienst het wapen van fraus legis wel effectief heeft kunnen in zetten. Met de in voering

Page 28: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

30 deAANSLAG! Docentenartikel Fiscale Economie

van box 3 is dit probleem op gelost. Maar daar bij zijn er andere on gerecht vaardigd heden ontstaan, zoals het feit dat box 3 in het algemeen meer belast dan er aan reëel in komen wordt ge noten. En – meer principieel - dat box 3 geen reëel in komen en vermogens-mutatie belast. Ik heb me over deze pro blematiek reeds voor dat box 3 werd in gevoerd druk ge maakt om dat ook onder de voor malige regel geving box vermogens mutaties in de privé sfeer on belast bleven. In mijn oratie in 1997 heb ik be pleit een ver mogens aanwas be lasting in te voeren. Het moge duide lijk zijn dat dit plei dooi, dat overigens door vele weten schappers wordt onder schreven, geen weer klank heeft gevonden bij de wetgever: te risico vol – wat moet men met ver liezen? – en te in stabiel wat be treft belasting op-brengst. Ik ben nog steeds van oor deel dat in een be schaafd land een heffi ng als box 3 niet thuis hoort.

2. EU-rechtIk begon in par. 1 in 1991, 20 jaar geleden. Ik ga nu weer even terug naar dat jaar. Want in dat jaar werden namelijk ook de moeder-dochter- en de fusiericht lijn in wetgeving omgezet. Ze zijn beide in 1992 in werking getreden. Afgezien van de in 1969 in werking ge-treden BTW en enkele andere oudere regelgeving inzake indirecte belastingen, was dit in feite de eerste EU-regelgeving die in de sfeer van de directe belastingen tot stand is gekomen. Ik mag wel zeggen dat in die jaren het fi scale EU-recht een vrijwel onontgon-nen terrein was. Fiscalisten liepen er met een grote boog omheen. Maar nu moesten ze er toch wel aandacht aan schenken, zij het met hele kleine stapjes en voor zover noodzakelijk. Niettemin kunnen we in elk geval ten aanzien van deze twee richtlijnen zeggen dat die een vrij stabiele geschiedenis kennen. In essentie is er 20 jaar lang weinig aan gewijzigd en functioneren ze vrij goed. Wat betreft Nederland heeft alleen de antimisbruikbepaling in de fusierichtlijn en de implementatie daarvan in het nationale recht veel commotie en discussie opgeleverd. Zoals we weten is daaraan nog steeds geen einde gekomen doordat de wetgever maar vast blijft houden aan een afwijkende invulling van dat begrip.

Na deze richtlijnen is er op regelgevend terrein EU-rechtelijk weinig gebeurd: slechts de spaartegoedenrichtlijn en de interest- en royaltyrichtlijn zijn rond 2005 tot stand gekomen. Verdere ont wikkelingen zitten er niet of nauwelijks in: de lidstaten willen geen verdere Brusselse bemoeienis met hun fi scale regime. De zeer onlangs gepubliceerde concept richtlijn inzake CCCTB vormt een mooie testcase, maar het is wel aan nemelijk dat die niet op korte termijn wordt in gevoerd en zeker niet in alle lidstaten.

Heel anders ligt dat met de ontwikkeling van de jurisprudentie van het Hof van Justitie. Ook dat had aanvankelijk bepaald niet de aandacht van de fi scalist. Als ik me tot de directe belastingen be-perk dan concludeer ik dat er – 1991 meegerekend – zeven arresten waren van het Hof van Justitie inzake belastingen, waar onder de bekende arresten Avoir Fiscal en Bachmann. In middels zijn het er anno 2011 ruimschoots meer dan 200 ofwel zo’n tien per jaar. Som-mige met weinig betekenis maar veel met in grijpen de ge volgen; het arrest Bosal is in elk geval voor Nederland stellig het meest relevante arrest geweest. Het kostte de staat veel geld, het leidde tot ingrijpende aanpassingen in de vennootschaps belasting en wellicht nog wel het ergste, de beslissing van het Hof van Justitie loopt de Nederlandse wetgever nog steeds voor de voeten. Het feit

dat we de renteaftrekproblematiek in de ven nootschaps belasting de afgelopen jaren steeds groter is geworden en tot op de dag van vandaag de wetgever voor moei zame keuzes plaatst op dit terrein - het aangekondigde wetsvoorstel tot aan passing van de deelne-mingsrente betreffende overnameholdings spreekt boek delen. Kortom, het EU-recht heeft diepe fi scale sporen ge trokken. Geen fi scalist kan en mag er meer omheen. Voor de studie is het een interessant onderdeel. Maar ook ingewikkeld: het loopt niet zelden samen met regels van internationaal belasting recht en uiteraard met het nationale belastingrecht.

3. Tot slotIk kom tot een afronding; ik heb een zeer beperkte selectie kunnen maken uit de vele ontwikkelingen die zich de afgelopen 20 jaar hebben voorgedaan. Daarmee doe ik andere ontwikkelingen stellig te kort, maar dat brengt de beschikbare ruimte met zich. De selectie is ook subjectief. Een andere auteur zal ongetwijfeld andere ac-centen hebben gelegd. Maar ik denk dat je zo toch een aardig beeld hebt gekregen van de meest belangwekkende fi scale issues van de afgelopen 20 jaar. Op naar de volgende 20 jaar. En vooral wat ons dat zal brengen. Een glazen bol heb ik niet, maar een ding weet ik wel. Van vereenvoudiging komt ook dan stellig niets terecht. Waarom? Omdat onze samenleving daar te complex voor is en blijft. Voor fi scalisten dus een mooi toekomstperspectief.

CO

NG

RES

AM

STER

DA

M

2011

DATUM: 23 SEPTEMBERLOCATIE:BEURS VAN BERLAGE,AMSTERDAM

SCHRIJF JE NU IN OP :

WWW.LOF.NL

THEMA: CCCTB

CONGRESBORRELBEDRIJVENDINER IN HET KRASNAPOLSKYEN AFTERPARTY

LOF

Page 29: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

30 deAANSLAG! Docentenartikel Fiscale Economie

van box 3 is dit probleem op gelost. Maar daar bij zijn er andere on gerecht vaardigd heden ontstaan, zoals het feit dat box 3 in het algemeen meer belast dan er aan reëel in komen wordt ge noten. En – meer principieel - dat box 3 geen reëel in komen en vermogens-mutatie belast. Ik heb me over deze pro blematiek reeds voor dat box 3 werd in gevoerd druk ge maakt om dat ook onder de voor malige regel geving box vermogens mutaties in de privé sfeer on belast bleven. In mijn oratie in 1997 heb ik be pleit een ver mogens aanwas be lasting in te voeren. Het moge duide lijk zijn dat dit plei dooi, dat overigens door vele weten schappers wordt onder schreven, geen weer klank heeft gevonden bij de wetgever: te risico vol – wat moet men met ver liezen? – en te in stabiel wat be treft belasting op-brengst. Ik ben nog steeds van oor deel dat in een be schaafd land een heffi ng als box 3 niet thuis hoort.

2. EU-rechtIk begon in par. 1 in 1991, 20 jaar geleden. Ik ga nu weer even terug naar dat jaar. Want in dat jaar werden namelijk ook de moeder-dochter- en de fusiericht lijn in wetgeving omgezet. Ze zijn beide in 1992 in werking getreden. Afgezien van de in 1969 in werking ge-treden BTW en enkele andere oudere regelgeving inzake indirecte belastingen, was dit in feite de eerste EU-regelgeving die in de sfeer van de directe belastingen tot stand is gekomen. Ik mag wel zeggen dat in die jaren het fi scale EU-recht een vrijwel onontgon-nen terrein was. Fiscalisten liepen er met een grote boog omheen. Maar nu moesten ze er toch wel aandacht aan schenken, zij het met hele kleine stapjes en voor zover noodzakelijk. Niettemin kunnen we in elk geval ten aanzien van deze twee richtlijnen zeggen dat die een vrij stabiele geschiedenis kennen. In essentie is er 20 jaar lang weinig aan gewijzigd en functioneren ze vrij goed. Wat betreft Nederland heeft alleen de antimisbruikbepaling in de fusierichtlijn en de implementatie daarvan in het nationale recht veel commotie en discussie opgeleverd. Zoals we weten is daaraan nog steeds geen einde gekomen doordat de wetgever maar vast blijft houden aan een afwijkende invulling van dat begrip.

Na deze richtlijnen is er op regelgevend terrein EU-rechtelijk weinig gebeurd: slechts de spaartegoedenrichtlijn en de interest- en royaltyrichtlijn zijn rond 2005 tot stand gekomen. Verdere ont wikkelingen zitten er niet of nauwelijks in: de lidstaten willen geen verdere Brusselse bemoeienis met hun fi scale regime. De zeer onlangs gepubliceerde concept richtlijn inzake CCCTB vormt een mooie testcase, maar het is wel aan nemelijk dat die niet op korte termijn wordt in gevoerd en zeker niet in alle lidstaten.

Heel anders ligt dat met de ontwikkeling van de jurisprudentie van het Hof van Justitie. Ook dat had aanvankelijk bepaald niet de aandacht van de fi scalist. Als ik me tot de directe belastingen be-perk dan concludeer ik dat er – 1991 meegerekend – zeven arresten waren van het Hof van Justitie inzake belastingen, waar onder de bekende arresten Avoir Fiscal en Bachmann. In middels zijn het er anno 2011 ruimschoots meer dan 200 ofwel zo’n tien per jaar. Som-mige met weinig betekenis maar veel met in grijpen de ge volgen; het arrest Bosal is in elk geval voor Nederland stellig het meest relevante arrest geweest. Het kostte de staat veel geld, het leidde tot ingrijpende aanpassingen in de vennootschaps belasting en wellicht nog wel het ergste, de beslissing van het Hof van Justitie loopt de Nederlandse wetgever nog steeds voor de voeten. Het feit

dat we de renteaftrekproblematiek in de ven nootschaps belasting de afgelopen jaren steeds groter is geworden en tot op de dag van vandaag de wetgever voor moei zame keuzes plaatst op dit terrein - het aangekondigde wetsvoorstel tot aan passing van de deelne-mingsrente betreffende overnameholdings spreekt boek delen. Kortom, het EU-recht heeft diepe fi scale sporen ge trokken. Geen fi scalist kan en mag er meer omheen. Voor de studie is het een interessant onderdeel. Maar ook ingewikkeld: het loopt niet zelden samen met regels van internationaal belasting recht en uiteraard met het nationale belastingrecht.

3. Tot slotIk kom tot een afronding; ik heb een zeer beperkte selectie kunnen maken uit de vele ontwikkelingen die zich de afgelopen 20 jaar hebben voorgedaan. Daarmee doe ik andere ontwikkelingen stellig te kort, maar dat brengt de beschikbare ruimte met zich. De selectie is ook subjectief. Een andere auteur zal ongetwijfeld andere ac-centen hebben gelegd. Maar ik denk dat je zo toch een aardig beeld hebt gekregen van de meest belangwekkende fi scale issues van de afgelopen 20 jaar. Op naar de volgende 20 jaar. En vooral wat ons dat zal brengen. Een glazen bol heb ik niet, maar een ding weet ik wel. Van vereenvoudiging komt ook dan stellig niets terecht. Waarom? Omdat onze samenleving daar te complex voor is en blijft. Voor fi scalisten dus een mooi toekomstperspectief.

CO

NG

RES

AM

STER

DA

M

2011

DATUM: 23 SEPTEMBERLOCATIE:BEURS VAN BERLAGE,AMSTERDAM

SCHRIJF JE NU IN OP :

WWW.LOF.NL

THEMA: CCCTB

CONGRESBORRELBEDRIJVENDINER IN HET KRASNAPOLSKYEN AFTERPARTY

LOF

Page 30: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

32 deAANSLAG! Stripverhaal Henk en Hans 33deAANSLAG!Stripverhaal Henk en Hans

* Eva Boomsluiter, ´de Aanslag´, jaargang 1, 1990-1991, nummer 4, ´Henk en Hans en het geheim van de falende fi scus´, p.11-13

Page 31: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

32 deAANSLAG! Stripverhaal Henk en Hans 33deAANSLAG!Stripverhaal Henk en Hans

* Eva Boomsluiter, ´de Aanslag´, jaargang 1, 1990-1991, nummer 4, ´Henk en Hans en het geheim van de falende fi scus´, p.11-13

Page 32: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

34 deAANSLAG!

Zomerborrel i.s.m. BDO

Foto's 35deAANSLAG!Foto's

Oudbesturendiner

Page 33: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

34 deAANSLAG!

Zomerborrel i.s.m. BDO

Foto's 35deAANSLAG!Foto's

Oudbesturendiner

Page 34: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

36 deAANSLAG! 37deAANSLAG!Filosofie en BelastingrechtStarters interview BDO

Starters interview BDO

Zou je je even willen voorstellen?Mijn naam is Christine van de Lagemaat en ik ben 26 jaar. Ik kom oorspronkelijk uit Amersfoort en heb eerst Notarieel Recht ge studeerd in Utrecht, waar ik af gestudeerd ben in 2008. In eerste instantie wilde ik nog niet gelijk gaan werken. Tijdens mijn studie heb ik ‘estate planning’ als keuzevak gevolgd. Dit vak vond ik zo leuk, dat ik koos voor de Master Fiscaal Recht aan de Vrije Universiteit te Amsterdam.

Hoe ben je bij BDO terecht gekomen?In februari 2009 heb ik gesolliciteerd voor een startersfunctie per 1 september 2009, zo dat ik gelijk door kon stromen nadat ik was af gestudeerd, maar ze boden me het werk-studentschap aan. In mei 2009 ben ik twee dagen in de week gaan werken en vanaf september dan fulltime. Bij BDO had ik een goed gevoel en tijdens het sollicitatiegesprek klikte het meteen.

Wat is je functie bij BDO?Momenteel ben ik fiscaal assistent. Ik zit op de Algemene praktijk en ik houd me on der andere bezig met aangiftes, het geven van ad viezen en het beant woorden van vragen brieven van de Belastingdienst. Ik ben nu bezig met een reorganisatie van een groep en een inbreng van een onderneming in een BV. Het is dus heel divers, wat erg leuk is. Daarnaast volg ik de NOB opleiding, waar voor ik eens in de zoveel tijd een cursusdag heb.

Hoe is het werken hier? Het bevalt me echt heel goed. De overstap van

de universiteit naar het bedrijfsleven vond ik niet zo heel groot. Ik werkte al twee dagen in de praktijk waardoor ik al werk ervaring heb kunnen opbouwen. Het is heerlijk om niet meer aan tentamens te hoeven denken. De praktijk is wel heel anders dan de studie. Neem bijvoorbeeld het schrijven van een advies. Het advies moet je vaak schrijven voor iemand die niet zoveel van fiscale zaken afweet, en dan moet je het advies toch zo schrijven dat je cliënt het be grijpt. Dat is soms best lastig, maar zeker heel uitdagend.

Hoe zag je eerste werkweek eruit?De eerste week na mijn afstuderen heb ik een paar dagen gewerkt en toen ben ik van een wel verdiende vakantie gaan genieten. Maar ik werkte natuurlijk al langer bij BDO, als werkstudent. De overstap was dus niet zo groot.

Bestaan er binnen BDO opleidings-mogelijkheden?Er is natuurlijk de mogelijkheid tot een NOB-opleiding. BDO verzorgt intern ook cursussen. Er worden vaardighedencursussen, zoals ‘herken je talent’ en ‘time management’, en vak-inhoudelijke cursussen gegeven. Zo hebben we het al gehad over de bedrijfs opvolgingsfaciliteit, de flex BV en het verschil tussen de fiscale en commerciële balans. Deze cursussen zijn ook in te brengen voor de NOB.

Worden starters bij BDO goed begeleid? Heel goed. Bij een klein kantoor, waar ik eerst heb gewerkt, heb je veel minder be geleiding. Bij elke collega kan ik nu makkelijk binnen stappen

als ik vragen heb en elke starter krijgt een mentor waar je met problemen naar toe kunt gaan. Je krijgt ook veel feedback over je werk, waar je natuurlijk veel van leert.

Hoe ziet jouw vervolgtraject eruit?Ik werk nu een jaar bij BDO en nog steeds kom ik dingen tegen waarvan ik niet precies weet hoe het aangepakt moet worden. In eerste instantie wil ik dus zoveel mogelijk leren en handigheid creëren in het werk. Daar naast wil ik mij meer gaan verdiepen in Estate Planning.

Heb je nog een aanbeveling voor de fiscale studenten?Ik raad iedereen aan om stage te gaan lopen. Zo zie je gelijk of je het vak überhaupt leuk vindt, daarnaast zie je ook welk bedrijf bij jou past. Ook raad ik aan om deel te nemen aan activiteiten die kantoren organiseren, zoals de BDO Voetbaldag. Het LOF-congres en de activiteiten van de Christiaanse-Taxateur zijn ook de moeite waard. Zo kan je toch een beetje rondkijken en de sfeer proeven.

Nog een laatste vraag over het thema van deze Aanslag. Wij bestaan dit jaar 20 jaar. Hoe zie jij jezelf over 20 jaar?Dan ben ik 46. Je hebt altijd wel dromen, maar sommige zijn wel een beetje cliché. Ik hoop toch wel op een gezinnetje. Op werk gebied wil ik gewoon mijn ding goed kunnen doen. Over veel kennis beschikken en nog meer specialiseren in estate planning. Het lijkt me ook fantastisch om gastcolleges te geven op een universiteit en zo mensen enthousiast te maken voor het vak.

Paspoort

Naam: Christine van de LagemaatOpleiding: Notarieel- en Fiscaal RechtLeeftijd: 26 jaar Favoriete plek in Rotterdam en waarom: Het BDO kantoor natuurlijk!Fiscale tip: Denk aan de studiekostenaftrek!

Page 35: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

36 deAANSLAG! 37deAANSLAG!Filosofie en BelastingrechtStarters interview BDO

Starters interview BDO

Zou je je even willen voorstellen?Mijn naam is Christine van de Lagemaat en ik ben 26 jaar. Ik kom oorspronkelijk uit Amersfoort en heb eerst Notarieel Recht ge studeerd in Utrecht, waar ik af gestudeerd ben in 2008. In eerste instantie wilde ik nog niet gelijk gaan werken. Tijdens mijn studie heb ik ‘estate planning’ als keuzevak gevolgd. Dit vak vond ik zo leuk, dat ik koos voor de Master Fiscaal Recht aan de Vrije Universiteit te Amsterdam.

Hoe ben je bij BDO terecht gekomen?In februari 2009 heb ik gesolliciteerd voor een startersfunctie per 1 september 2009, zo dat ik gelijk door kon stromen nadat ik was af gestudeerd, maar ze boden me het werk-studentschap aan. In mei 2009 ben ik twee dagen in de week gaan werken en vanaf september dan fulltime. Bij BDO had ik een goed gevoel en tijdens het sollicitatiegesprek klikte het meteen.

Wat is je functie bij BDO?Momenteel ben ik fiscaal assistent. Ik zit op de Algemene praktijk en ik houd me on der andere bezig met aangiftes, het geven van ad viezen en het beant woorden van vragen brieven van de Belastingdienst. Ik ben nu bezig met een reorganisatie van een groep en een inbreng van een onderneming in een BV. Het is dus heel divers, wat erg leuk is. Daarnaast volg ik de NOB opleiding, waar voor ik eens in de zoveel tijd een cursusdag heb.

Hoe is het werken hier? Het bevalt me echt heel goed. De overstap van

de universiteit naar het bedrijfsleven vond ik niet zo heel groot. Ik werkte al twee dagen in de praktijk waardoor ik al werk ervaring heb kunnen opbouwen. Het is heerlijk om niet meer aan tentamens te hoeven denken. De praktijk is wel heel anders dan de studie. Neem bijvoorbeeld het schrijven van een advies. Het advies moet je vaak schrijven voor iemand die niet zoveel van fiscale zaken afweet, en dan moet je het advies toch zo schrijven dat je cliënt het be grijpt. Dat is soms best lastig, maar zeker heel uitdagend.

Hoe zag je eerste werkweek eruit?De eerste week na mijn afstuderen heb ik een paar dagen gewerkt en toen ben ik van een wel verdiende vakantie gaan genieten. Maar ik werkte natuurlijk al langer bij BDO, als werkstudent. De overstap was dus niet zo groot.

Bestaan er binnen BDO opleidings-mogelijkheden?Er is natuurlijk de mogelijkheid tot een NOB-opleiding. BDO verzorgt intern ook cursussen. Er worden vaardighedencursussen, zoals ‘herken je talent’ en ‘time management’, en vak-inhoudelijke cursussen gegeven. Zo hebben we het al gehad over de bedrijfs opvolgingsfaciliteit, de flex BV en het verschil tussen de fiscale en commerciële balans. Deze cursussen zijn ook in te brengen voor de NOB.

Worden starters bij BDO goed begeleid? Heel goed. Bij een klein kantoor, waar ik eerst heb gewerkt, heb je veel minder be geleiding. Bij elke collega kan ik nu makkelijk binnen stappen

als ik vragen heb en elke starter krijgt een mentor waar je met problemen naar toe kunt gaan. Je krijgt ook veel feedback over je werk, waar je natuurlijk veel van leert.

Hoe ziet jouw vervolgtraject eruit?Ik werk nu een jaar bij BDO en nog steeds kom ik dingen tegen waarvan ik niet precies weet hoe het aangepakt moet worden. In eerste instantie wil ik dus zoveel mogelijk leren en handigheid creëren in het werk. Daar naast wil ik mij meer gaan verdiepen in Estate Planning.

Heb je nog een aanbeveling voor de fiscale studenten?Ik raad iedereen aan om stage te gaan lopen. Zo zie je gelijk of je het vak überhaupt leuk vindt, daarnaast zie je ook welk bedrijf bij jou past. Ook raad ik aan om deel te nemen aan activiteiten die kantoren organiseren, zoals de BDO Voetbaldag. Het LOF-congres en de activiteiten van de Christiaanse-Taxateur zijn ook de moeite waard. Zo kan je toch een beetje rondkijken en de sfeer proeven.

Nog een laatste vraag over het thema van deze Aanslag. Wij bestaan dit jaar 20 jaar. Hoe zie jij jezelf over 20 jaar?Dan ben ik 46. Je hebt altijd wel dromen, maar sommige zijn wel een beetje cliché. Ik hoop toch wel op een gezinnetje. Op werk gebied wil ik gewoon mijn ding goed kunnen doen. Over veel kennis beschikken en nog meer specialiseren in estate planning. Het lijkt me ook fantastisch om gastcolleges te geven op een universiteit en zo mensen enthousiast te maken voor het vak.

Paspoort

Naam: Christine van de LagemaatOpleiding: Notarieel- en Fiscaal RechtLeeftijd: 26 jaar Favoriete plek in Rotterdam en waarom: Het BDO kantoor natuurlijk!Fiscale tip: Denk aan de studiekostenaftrek!

Page 36: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

38 deAANSLAG! Studentenartikel - Wajid Hassan

Twintig jaar van wat? Onderhand zal het u wel

duidelijk zijn geworden dat de special die voor

u ligt, een bijzonder nummer is ter gelegenheid

van de 20ste jaargang van het fi scale vereni-

gingsblad ‘de Aanslag’. Dus een mooi moment

om een ieder daarmee te feliciteren. Dit is

ook een moment dat – veelal – gebruikt wordt

om terug te blikken. Dat is belangrijk, want

‘you have to know the past to understand the

present’. Voor een terugblik op de afgelopen

20 jaar van het belastingrecht wordt verwezen

naar de bijdrage van prof. dr. P. Kavelaars

elders in dit nummer. Ik wil hieronder echter

een blik werpen op wat de komende twintig

jaren kunnen betekenen voor dit blad en het

belastingrecht in het algemeen. Cicero zei het

namelijk al: “tomorrow will give us something

to think about.”

‘de Aanslag’Laten we beginnen in het verleden, om zo via het heden naar de toekomst te kunnen kijken. ‘de Aanslag’. Fiscalisten kennen deze naam voornamelijk in verband met het fi scale verenigings-blad van de Christiaanse-Taxateur. Toen ik de naam van dit blad echter voor het eerst hoorde, dacht ik aan ‘de Aanslag’. Het zeer lezenswaardige boek dat afkomstig is van de hand van één van de Grote Drie (en voor degenen die Jan Wolkers aanbidden, één van de Grote Vier), Harry Mulisch. ‘de Aanslag’ heeft het leven van de hoofdpersoon uit het boek, Anton Steenwijk, getekend. Gelukkig heeft mijn leven niet een soortgelijke wending gehad, toen ‘de Aanslag’ bij mij voor het eerst op de deurmat viel. Dat is inmiddels drie jaar geleden en sindsdien is het nodige veranderd, zeker op het terrein van het belastingrecht.

iPadNaast het belastingrecht, is ook de wereld van de technologie constant in beweging. Wie had twintig jaar gelden immers gedacht dat ‘de Aanslag’ op een iPad te lezen zou zijn? De kans is overigens groter dat een student Fiscaal Recht dit wellicht doet, in tegenstel-ling tot een student Fiscale Economie.1 Deze trend zal wellicht doorbroken gaan worden, doordat tegenwoordig het steeds sneller, sneller en nog eens sneller (af)studeren de norm lijkt te worden op onze universiteit. Onvermijdelijk dat dat ten koste zal gaan van het normaal langzaam voortkruipende studentenleven. Niet getreurd, als er geen smartphone in de buurt is, is er vast wel ergens een computer vrij of een tablet computer (like the iPad). Welke techno-logische ontwikkelingen wij in de komende twintig jaar mogen meemaken, is mij onbekend. Wie het weet, mag het zeggen. Het lijkt er soms op dat de futuristische wereld zoals geschetst in de fi lm Minority Report, met de dag dichterbij komt. Zeker waar het gaat om de irisscanner als (algemeen) identifi catiemiddel. Daar hoeven wij niet tot 2054 op te wachten, vrees ik.

Het verenigingsblad zal ook mee moeten gaan met de tijd. Het is aan de komende redacties van dit blad om dat waar te maken.Hoe zit het dan met de toekomst van het belastingrecht? Wat staat ons te wachten als fi scalisten? Het gaat het bestek van deze bijdrage te buiten om alle mogelijke veranderingen te bespreken. Ik beperk mij daarom hier tot slechts enkele punten.

BelastingontwikkelingenVorig jaar zijn twee belangwekkende rapporten verschenen, te weten het advies ‘Continuïteit en vernieuwing’2 van de Studiecom-missie belastingstelsel en het rapport ‘Uitvoering belasting- en premieheffi ng’3 in het kader van de Brede heroverwegingen van de heroverwegingswerkgroep. De Studiecommissie heeft onderzoek gedaan naar een mogelijke herziening van het belastingstelsel, terwijl de heroverwegingswerkgroep bezuinigingsmogelijkheden in kaart heeft proberen te brengen. Het rapport van de werkgroep is voornamelijk gericht op de korte termijn om bezuinigingen naar aanleiding van de economische crisis te kunnen treffen, terwijl het advies van de Studiecommissie voor de (middel)lange termijn is be-stemd. Uit beide rapporten komen interessante zaken naar voren, zoals een uniform BTW-tarief en de mogelijkheden met betrekking tot de beperking van de hypotheekrenteaftrek.

Het voorstel om het BTW-tarief op termijn te uniformeren lijkt door het huidige kabinet overgenomen te worden. Het huidige kabinet stelt namelijk in de Fiscale Agenda 2011 voor om de nadruk van directe naar indirecte belastingen te verschuiven. Hiertoe behoort het uniformeren van het BTW-tarief. Op de lange termijn lijkt een uniform BTW-tarief economisch het meest effi ciënt.4

1 Zie de enquête van M. Mampaeij & F. Ali Mohamed, ‘De trend van de fi scale student’, ‘de Aanslag’ (20) 2011/3, p. 34-35.

2 Brief Minister van Financiën, Kamerstukken II 2009/10, 32 140, nr. 4. 3 Brief Minister-President, Kamerstukken II 2009/10, 32 359, nr. 1 (Bijlage 59848).4 Fiscale Agenda 2011, p. 10.

Twenty years of...Door: Wajid Hassan

39deAANSLAG!Studentenartikel - Wajid Hassan

Een ander punt is de beperking of afschaffi ng van de hypotheekren-teaftrek. Bij elke Tweede Kamerverkiezingen wordt door sommige po-litieke partijen het ‘H-woord’ – jammer genoeg – tot taboe verheven. Desalniettemin voorzie ik dat de hypotheekrenteaftrek afgeschaft, dan wel verder beperkt gaat worden. De vraag is alleen wanneer? Deze verandering zal omwille van onder meer het waarborgen van de rechtszekerheid een periode van meer dan 20 jaar bestrijken.

Voorts is in het rapport van de Studiecommissie belastingstelsel te lezen dat een stelselwijziging als een vlaktaks ‘niet nodig is en vaak juist contraproductief werkt’.5 Een vlaktaks is niet nodig, aangezien door het verbreden van de grondslag en het verder verlagen van de tarieven in de inkomstenbelasting dezelfde effecten kunnen worden bereikt. Dit is ook wat het kabinet in de Fiscale Agenda 2011 heeft geschreven. Een vlaktaks lijkt er daarom voorlopig niet te ko-men en waarschijnlijk ook niet op de langere termijn. Om nog maar te zwijgen over een loonsom- en bedrijfsvermogensbelasting.6

En niet te vergeten de dividendbelasting: ten dode opgeschreven? In de literatuur is door verschillende auteurs gepleit voor afschaffi ng van deze belasting.7 In de ogen van het kabinet is het echter niet ‘opportuun’ om de dividendbelasting af te schaffen, vanwege ‘het budgettaire be-lang van de heffi ng’.8 Wellicht dat in de toekomst, in economisch betere tijden, wel wordt besloten tot afschaffi ng van de dividendbelasting. Of komt dan het argument op tafel dat de dividendbelasting ‘een belang-rijke rol speelt bij de verdragsonderhandelingen met andere landen’?9

Het bovenstaande ziet voornamelijk op veranderingen op nationaal niveau. Nederland kan echter internationaal niet achterblijven. Interessant zal daarom zijn om tevens de ontwikkelingen in de komende jaren te volgen met betrekking tot de opkomende econo-mieën, de zogenoemde BRIC-landen. Vergeet Zuid-Afrika niet.10 Ook wat betreft de vennootschapsbelasting zullen er de komende jaren ontwikkelingen plaatsvinden die het volgen waard zullen zijn. Is er nog wel sprake van ‘a race to the bottom’, wat betreft het tarief? Of zal deze competitie aan fl arden worden geschoten door EU-regelgeving. Nederland hanteerde vorig jaar een Vpb-tarief van 25,5% in verband met de ‘anti tax haven’-regels van Japan (een hint van globalisering?).11

Globalisering kan ook plaatsvinden op EU-niveau, te denken valt bijvoorbeeld aan het CCCTB-voorstel.12 Dit betreft een laatste po-ging van de Europese Commissie om door middel van een richtlijn harmonisatie op het gebied van de belastingen na te streven. Het voorstel houdt een gemeenschappelijke geconsolideerde heffi ngs-grondslag voor de vennootschapsbelasting in.13 Dit voorstel zal echter mogelijk door Nederland worden afgewezen.14

5 Studiecommissie Belastingstelsel, Rapport Continuïteit en Vernieuwing, april 2010, p. 9.6 Geopperd door F.H.M. Grapperhaus, ‘Loonsom- en bedrijfsvermogensbelasting (LBB)’, WFR 1995/6153,

p. 777-778.7 D.E. van Sprundel, ‘Het naderende einde van de dividendbelasting – een analyse’, WFR 2009/6809,

p. 511; D.A. Hofl and en J.A. Lorié, ‘De hoogste tijd voor afschaffi ng van de dividendbelasting: een economische analyse’, WFR 2010/6861, p. 715.

8 Fiscale Agenda 2011, p. 30.9 NV II, Kamerstukken II 2009/10, 32 129, nr. 8, p. 40.10 P. Vermaas, ‘Zuid-Afrika als poort van een continent. Grootste economie van Afrika is klein, maar

mag meepraten met opkomende grootmachten’, NRC Handelsblad 8 januari 2011; I. van Kessel, ‘Zuid-Afrika: reus in Afrika, dwerg in BRICs’, Internationale Spectator (65) 2011/4, p. 201-203.

11 Het hoogste tarief in de Vpb is dit jaar verlaagd tot 25%. In de Fiscale Agenda 2011 wordt geopperd om het toptarief in de Vpb in de toekomst verder te verlagen tot 24%.

12 EU-voorstel, Richtlijn voor een gemeenschappelijke geconsolideerde heffi ngsgrondslag voor de ven-nootschapsbelasting (CCCTB), COM(2011)121 defi nitief, Brussel 16.03.2011.

13 Voor de liefhebbers zie in dit verband uitvoerig de bijdragen in het themanummer van MBB no-vember 2008; J.J.M. Jansen, ‘Het CCCTB-project van de Europese Commissie’, MBB 2008/3, p. 103-109; P. Kavelaars, ‘Naar een Europese winstgrondslag’, WFR 2008/1184-1185.

14 Kamerstukken II 2010/11, 32 728, nr. 3; A.L.J. Grotenhuis, Parlementair, WFR 2011/6905, p. 642.

Tot slot Er staat dus veel te gebeuren de komende jaren op het terrein van het belastingrecht, grote en kleine veranderingen. De verschillende ontwikkelingen kan ‘de Aanslag’ natuurlijk bij tijd en wijle aan het papier toevertrouwen. Verschijnt er over 20 jaar eigenlijk wel een papieren versie van ‘de Aanslag’?

Op dus naar de volgende 20 jaar! Ik realiseer mij dat een periode van twintig jaar relatief lang kan zijn. Er is immers veel om over na te denken. Daarom sluit ik af met een kleine geruststelling die Abraham Lincoln ons heeft gegeven: “the best thing about the future is that it comes only one day at a time.”

Page 37: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

38 deAANSLAG! Studentenartikel - Wajid Hassan

Twintig jaar van wat? Onderhand zal het u wel

duidelijk zijn geworden dat de special die voor

u ligt, een bijzonder nummer is ter gelegenheid

van de 20ste jaargang van het fi scale vereni-

gingsblad ‘de Aanslag’. Dus een mooi moment

om een ieder daarmee te feliciteren. Dit is

ook een moment dat – veelal – gebruikt wordt

om terug te blikken. Dat is belangrijk, want

‘you have to know the past to understand the

present’. Voor een terugblik op de afgelopen

20 jaar van het belastingrecht wordt verwezen

naar de bijdrage van prof. dr. P. Kavelaars

elders in dit nummer. Ik wil hieronder echter

een blik werpen op wat de komende twintig

jaren kunnen betekenen voor dit blad en het

belastingrecht in het algemeen. Cicero zei het

namelijk al: “tomorrow will give us something

to think about.”

‘de Aanslag’Laten we beginnen in het verleden, om zo via het heden naar de toekomst te kunnen kijken. ‘de Aanslag’. Fiscalisten kennen deze naam voornamelijk in verband met het fi scale verenigings-blad van de Christiaanse-Taxateur. Toen ik de naam van dit blad echter voor het eerst hoorde, dacht ik aan ‘de Aanslag’. Het zeer lezenswaardige boek dat afkomstig is van de hand van één van de Grote Drie (en voor degenen die Jan Wolkers aanbidden, één van de Grote Vier), Harry Mulisch. ‘de Aanslag’ heeft het leven van de hoofdpersoon uit het boek, Anton Steenwijk, getekend. Gelukkig heeft mijn leven niet een soortgelijke wending gehad, toen ‘de Aanslag’ bij mij voor het eerst op de deurmat viel. Dat is inmiddels drie jaar geleden en sindsdien is het nodige veranderd, zeker op het terrein van het belastingrecht.

iPadNaast het belastingrecht, is ook de wereld van de technologie constant in beweging. Wie had twintig jaar gelden immers gedacht dat ‘de Aanslag’ op een iPad te lezen zou zijn? De kans is overigens groter dat een student Fiscaal Recht dit wellicht doet, in tegenstel-ling tot een student Fiscale Economie.1 Deze trend zal wellicht doorbroken gaan worden, doordat tegenwoordig het steeds sneller, sneller en nog eens sneller (af)studeren de norm lijkt te worden op onze universiteit. Onvermijdelijk dat dat ten koste zal gaan van het normaal langzaam voortkruipende studentenleven. Niet getreurd, als er geen smartphone in de buurt is, is er vast wel ergens een computer vrij of een tablet computer (like the iPad). Welke techno-logische ontwikkelingen wij in de komende twintig jaar mogen meemaken, is mij onbekend. Wie het weet, mag het zeggen. Het lijkt er soms op dat de futuristische wereld zoals geschetst in de fi lm Minority Report, met de dag dichterbij komt. Zeker waar het gaat om de irisscanner als (algemeen) identifi catiemiddel. Daar hoeven wij niet tot 2054 op te wachten, vrees ik.

Het verenigingsblad zal ook mee moeten gaan met de tijd. Het is aan de komende redacties van dit blad om dat waar te maken.Hoe zit het dan met de toekomst van het belastingrecht? Wat staat ons te wachten als fi scalisten? Het gaat het bestek van deze bijdrage te buiten om alle mogelijke veranderingen te bespreken. Ik beperk mij daarom hier tot slechts enkele punten.

BelastingontwikkelingenVorig jaar zijn twee belangwekkende rapporten verschenen, te weten het advies ‘Continuïteit en vernieuwing’2 van de Studiecom-missie belastingstelsel en het rapport ‘Uitvoering belasting- en premieheffi ng’3 in het kader van de Brede heroverwegingen van de heroverwegingswerkgroep. De Studiecommissie heeft onderzoek gedaan naar een mogelijke herziening van het belastingstelsel, terwijl de heroverwegingswerkgroep bezuinigingsmogelijkheden in kaart heeft proberen te brengen. Het rapport van de werkgroep is voornamelijk gericht op de korte termijn om bezuinigingen naar aanleiding van de economische crisis te kunnen treffen, terwijl het advies van de Studiecommissie voor de (middel)lange termijn is be-stemd. Uit beide rapporten komen interessante zaken naar voren, zoals een uniform BTW-tarief en de mogelijkheden met betrekking tot de beperking van de hypotheekrenteaftrek.

Het voorstel om het BTW-tarief op termijn te uniformeren lijkt door het huidige kabinet overgenomen te worden. Het huidige kabinet stelt namelijk in de Fiscale Agenda 2011 voor om de nadruk van directe naar indirecte belastingen te verschuiven. Hiertoe behoort het uniformeren van het BTW-tarief. Op de lange termijn lijkt een uniform BTW-tarief economisch het meest effi ciënt.4

1 Zie de enquête van M. Mampaeij & F. Ali Mohamed, ‘De trend van de fi scale student’, ‘de Aanslag’ (20) 2011/3, p. 34-35.

2 Brief Minister van Financiën, Kamerstukken II 2009/10, 32 140, nr. 4. 3 Brief Minister-President, Kamerstukken II 2009/10, 32 359, nr. 1 (Bijlage 59848).4 Fiscale Agenda 2011, p. 10.

Twenty years of...Door: Wajid Hassan

39deAANSLAG!Studentenartikel - Wajid Hassan

Een ander punt is de beperking of afschaffi ng van de hypotheekren-teaftrek. Bij elke Tweede Kamerverkiezingen wordt door sommige po-litieke partijen het ‘H-woord’ – jammer genoeg – tot taboe verheven. Desalniettemin voorzie ik dat de hypotheekrenteaftrek afgeschaft, dan wel verder beperkt gaat worden. De vraag is alleen wanneer? Deze verandering zal omwille van onder meer het waarborgen van de rechtszekerheid een periode van meer dan 20 jaar bestrijken.

Voorts is in het rapport van de Studiecommissie belastingstelsel te lezen dat een stelselwijziging als een vlaktaks ‘niet nodig is en vaak juist contraproductief werkt’.5 Een vlaktaks is niet nodig, aangezien door het verbreden van de grondslag en het verder verlagen van de tarieven in de inkomstenbelasting dezelfde effecten kunnen worden bereikt. Dit is ook wat het kabinet in de Fiscale Agenda 2011 heeft geschreven. Een vlaktaks lijkt er daarom voorlopig niet te ko-men en waarschijnlijk ook niet op de langere termijn. Om nog maar te zwijgen over een loonsom- en bedrijfsvermogensbelasting.6

En niet te vergeten de dividendbelasting: ten dode opgeschreven? In de literatuur is door verschillende auteurs gepleit voor afschaffi ng van deze belasting.7 In de ogen van het kabinet is het echter niet ‘opportuun’ om de dividendbelasting af te schaffen, vanwege ‘het budgettaire be-lang van de heffi ng’.8 Wellicht dat in de toekomst, in economisch betere tijden, wel wordt besloten tot afschaffi ng van de dividendbelasting. Of komt dan het argument op tafel dat de dividendbelasting ‘een belang-rijke rol speelt bij de verdragsonderhandelingen met andere landen’?9

Het bovenstaande ziet voornamelijk op veranderingen op nationaal niveau. Nederland kan echter internationaal niet achterblijven. Interessant zal daarom zijn om tevens de ontwikkelingen in de komende jaren te volgen met betrekking tot de opkomende econo-mieën, de zogenoemde BRIC-landen. Vergeet Zuid-Afrika niet.10 Ook wat betreft de vennootschapsbelasting zullen er de komende jaren ontwikkelingen plaatsvinden die het volgen waard zullen zijn. Is er nog wel sprake van ‘a race to the bottom’, wat betreft het tarief? Of zal deze competitie aan fl arden worden geschoten door EU-regelgeving. Nederland hanteerde vorig jaar een Vpb-tarief van 25,5% in verband met de ‘anti tax haven’-regels van Japan (een hint van globalisering?).11

Globalisering kan ook plaatsvinden op EU-niveau, te denken valt bijvoorbeeld aan het CCCTB-voorstel.12 Dit betreft een laatste po-ging van de Europese Commissie om door middel van een richtlijn harmonisatie op het gebied van de belastingen na te streven. Het voorstel houdt een gemeenschappelijke geconsolideerde heffi ngs-grondslag voor de vennootschapsbelasting in.13 Dit voorstel zal echter mogelijk door Nederland worden afgewezen.14

5 Studiecommissie Belastingstelsel, Rapport Continuïteit en Vernieuwing, april 2010, p. 9.6 Geopperd door F.H.M. Grapperhaus, ‘Loonsom- en bedrijfsvermogensbelasting (LBB)’, WFR 1995/6153,

p. 777-778.7 D.E. van Sprundel, ‘Het naderende einde van de dividendbelasting – een analyse’, WFR 2009/6809,

p. 511; D.A. Hofl and en J.A. Lorié, ‘De hoogste tijd voor afschaffi ng van de dividendbelasting: een economische analyse’, WFR 2010/6861, p. 715.

8 Fiscale Agenda 2011, p. 30.9 NV II, Kamerstukken II 2009/10, 32 129, nr. 8, p. 40.10 P. Vermaas, ‘Zuid-Afrika als poort van een continent. Grootste economie van Afrika is klein, maar

mag meepraten met opkomende grootmachten’, NRC Handelsblad 8 januari 2011; I. van Kessel, ‘Zuid-Afrika: reus in Afrika, dwerg in BRICs’, Internationale Spectator (65) 2011/4, p. 201-203.

11 Het hoogste tarief in de Vpb is dit jaar verlaagd tot 25%. In de Fiscale Agenda 2011 wordt geopperd om het toptarief in de Vpb in de toekomst verder te verlagen tot 24%.

12 EU-voorstel, Richtlijn voor een gemeenschappelijke geconsolideerde heffi ngsgrondslag voor de ven-nootschapsbelasting (CCCTB), COM(2011)121 defi nitief, Brussel 16.03.2011.

13 Voor de liefhebbers zie in dit verband uitvoerig de bijdragen in het themanummer van MBB no-vember 2008; J.J.M. Jansen, ‘Het CCCTB-project van de Europese Commissie’, MBB 2008/3, p. 103-109; P. Kavelaars, ‘Naar een Europese winstgrondslag’, WFR 2008/1184-1185.

14 Kamerstukken II 2010/11, 32 728, nr. 3; A.L.J. Grotenhuis, Parlementair, WFR 2011/6905, p. 642.

Tot slot Er staat dus veel te gebeuren de komende jaren op het terrein van het belastingrecht, grote en kleine veranderingen. De verschillende ontwikkelingen kan ‘de Aanslag’ natuurlijk bij tijd en wijle aan het papier toevertrouwen. Verschijnt er over 20 jaar eigenlijk wel een papieren versie van ‘de Aanslag’?

Op dus naar de volgende 20 jaar! Ik realiseer mij dat een periode van twintig jaar relatief lang kan zijn. Er is immers veel om over na te denken. Daarom sluit ik af met een kleine geruststelling die Abraham Lincoln ons heeft gegeven: “the best thing about the future is that it comes only one day at a time.”

Page 38: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

41deAANSLAG!

De advocaat-belastingkundige onderscheidt zich van de belastingadviseur door juist te doen wat de adviseur niet doet: hij procedeert en geeft geen belastingadviezen. Hij verschijnt op het toneel zodra de problemen tussen fiscale overheid en belastingplichtige niet meer opgelost kunnen worden. Een treffend voorbeeld is een onverwacht bezoek van de FIOD. De cliënt en/of zijn adviseur heeft dan dringend behoefte aan een gespecialiseerde verdediging. Hiertoe is de advocaat-belastingkundige bij uitstek geëquipeerd. De aard van de praktijk brengt met zich mee dat de fiscale advocaat een ruime ervaring heeft in het voeren van tal van procedures – fiscale, straf-, bestuursrechtelijke procedures – welke desnoods tot aan de Hoge Raad worden gevoerd. Een goed pleidooi geldt hierbij min of meer als het ‘finest hour’ van de advocaat. Dit betekent overigens niet dat primair wordt afgekoerst op het voeren van langdurige procedures danwel het pleiten op een openbare strafzitting. Het kan veel voldoening geven indien de advocaat erin slaagt binnen dit krachtenveld een gunstig compromis in de wacht te slepen.

Meer informatie? Benieuwd welke wereld achter deze woorden schuilgaat? Belangstelling voor een carrière in onze specialistische praktijk? Gevorderde fiscaal recht studenten hebben de mogelijkheid op ons kantoor gedurende 6 weken een studentenstage te lopen. Richt daartoe een verzoek met cv en studieresultaten tot onze managing director Peter van der Westerlaken ([email protected]).

Willemstraat 1-3 ∙ Postbus 4729 ∙ 4003 ES Breda ∙ T (076) 520 22 66 ∙ F (076) 520 22 88 ∙ [email protected] ∙ www.hertoghsadvocaten.nl

Artikel – mr. Peter van Hagen

De “Aanslag” bestaat 20 jaar,

tijd voor een terugblik op –

wat mij betreft – een aantal

relevante ontwikkelingen in de

fiscale rechtsbescherming, een

rechtsterrein dat mij als fiscaal

advocaat na aan het hart ligt.

Schrijven voor het lijfblad van R.F.V. Christiaanse-Taxateur voelt vertrouwd. Ik studeerde zelf (ooit) aan de EUR en kreeg de inleiding tot het belasting recht ge doceerd van niemand minder dan Prof. dr. J.H. Christiaanse. Zijn colleges hebben mijn belang stelling voor het belasting recht ge wekt. Voor een student Nederlands recht was het aanbod van fiscale vakken toen-tertijd betrekkelijk beperkt. Voor mij volgde de verdere verdieping in een postdoctoraal pro gramma van de KUB. Ik belandde na-dien in de fiscale advocatuur, iets wat in die jaren be paald niet voor de hand lag.

De advo catuur was in die tijd niet of nauwe lijks op het terrein van het belasting-recht actief, ondanks diverse vergeefse (eerdere) aan sporingen uit de gelederen van de Orde van Advocaten. Zo werd het aan advocaten die zich in het belastingrecht hadden be kwaamd toe gestaan daar voor (op gepaste wijze) “reclame” te maken. Daarmee werd voor advocaten-belasting-kundigen een uit zondering ge maakt op het reclame verbod dat in die tijd voor advocaten gold. De ontwikkeling van de fiscale advocatuur heeft niettemin nog geruime tijd op zich laten wachten. Het onderwijsprogramma aan de universi-teiten zal daar debet aan zijn ge weest (en misschien ook wel de (koudwater)vrees van rechten studenten als het om getallen, percentages en andere rekenkundige grootheden gaat).

In de afgelopen 20 jaar (niet geheel toe-vallig had mijn kantoor vorig jaar ook een jubileum te vieren) is de fiscale advocatuur pas goed op gang gekomen. Het aan tal advocaten-belasting kundigen is in die periode be hoor lijk ge groeid, zij het dat nog steeds sprake is van een select gezel schap, verenigd in de Nederlandse Vereniging van Advocaten-Belastingkundigen (NVAB), een door de Orde erkende specialisatie-ver eniging. De Universiteit Leiden heeft in het kader van het Post Academisch Onder wijs dit jaar voor het eerst de Specialisatieopleiding Fiscale Advocatuur in het programma op genomen. Deze opleiding is geaccrediteerd door de NVAB en in het bijzonder bedoeld voor advocaat-stagiaires die zich willen specialiseren in de fiscale advocatuur.

Rechtsbescherming verlenen aan burgers en onder nemingen in fiscale nood. Op het scherpst van de snede het debat voeren met fiscale- en justitiële autoriteiten, daar staat de fiscale advocaat voor.

Openbaarheid van belastingrechtspraak? De zittingszaal van de belasting rechter is van oudsher ge sloten voor het publiek. Daar mee wordt in het belasting recht een uit zondering gemaakt op het beginsel dat recht spraak openbaar dient te zijn. Alleen als, naast de heffing van belasting, ook een fiscale boete in het spel is, dient de zittings-zaal te worden geopend voor het publiek. In zoverre is immers artikel 6 van het EVRM van toepassing. In de praktijk blijven de deuren van de zittings zaal overigens de facto gesloten, ook als er een boete in het geding is. Ik heb nog niet mee gemaakt dat een wakkere journalist de zittings zaal van de belasting rechter wenst te betreden, om verslag te kunnen doen van een vergrijp-boete die aan een (al dan niet bekende) Nederlander is opgelegd.

Openbaarheid van rechtspraak is van fundamentele aard en (daarom) ver ankerd in de Grondwet en inter-nationale ver dragen. Open baar heid is dan ook de hoofdregel voor nagenoeg alle rechts gebieden. De besloten heid

van fiscale procedures is terug te voeren op bescherming van de privacy van de belasting plichtige die een ge schil heeft met de fiscus. De burger die wenst op te komen tegen een aan slag, moet er op kunnen rekenen dat zijn financiële intimiteiten niet op straat komen te liggen. Daarom is de inspecteur tot geheim houding ver plicht van al hetgeen hij in de uit oefening van zijn functie te weten komt.

Aan deze jarenlange traditie van be-slotenheid in de belastingrechtspraak komt als het aan de wetgever ligt een einde. Er is inmiddels een “Wetsvoorstel open baarheid rechtspraak” in consultatie ge bracht. Aan leiding daar voor zijn de ge luiden die het kabinet uit de Tweede Kamer heeft op gevangen en de opinies die daar over in de fiscale vak pers en media zijn verschenen. Het is wel aardig te vermelden dat mijn kantoor op 24 september 2010 een symposium organiseerde, onder het motto: “Belastingrechtspraak openbaar, is er dan niets meer heilig?”. Na afloop van het symposium hebben de deel nemers kunnen stemmen over het al dan niet open baar maken van fiscale procedures. De stem-verhouding bleek uit te komen op ongeveer fifty-fifty. De NOB heeft inmiddels gepleit tegen afschaffing van de besloten zitting. Gevreesd wordt dat openbaarheid de rechtsgang zal belemmeren. Niettemin lijkt het politieke klimaat rijp voor open baar-heid van de fiscale zitting. Ook in andere ons omringende landen is dat het geval.

Rechtsbescherming bij controle van de fiscus Op 3 juni jongstleden werd (eindelijk) de wetswijziging in het Staatsblad afgedrukt waarmee wordt voorzien in (meer) rechts-bescherming bij controlehandelingen van de fiscus (Wet van 27 mei 2011, Stb. 265).

Enige opmerkingen over fiscale rechtsbeschermingMr. Peter van Hagen*

* Partner bij Hertoghs advocaten-belastingkundigen.

Page 39: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

41deAANSLAG!

De advocaat-belastingkundige onderscheidt zich van de belastingadviseur door juist te doen wat de adviseur niet doet: hij procedeert en geeft geen belastingadviezen. Hij verschijnt op het toneel zodra de problemen tussen fiscale overheid en belastingplichtige niet meer opgelost kunnen worden. Een treffend voorbeeld is een onverwacht bezoek van de FIOD. De cliënt en/of zijn adviseur heeft dan dringend behoefte aan een gespecialiseerde verdediging. Hiertoe is de advocaat-belastingkundige bij uitstek geëquipeerd. De aard van de praktijk brengt met zich mee dat de fiscale advocaat een ruime ervaring heeft in het voeren van tal van procedures – fiscale, straf-, bestuursrechtelijke procedures – welke desnoods tot aan de Hoge Raad worden gevoerd. Een goed pleidooi geldt hierbij min of meer als het ‘finest hour’ van de advocaat. Dit betekent overigens niet dat primair wordt afgekoerst op het voeren van langdurige procedures danwel het pleiten op een openbare strafzitting. Het kan veel voldoening geven indien de advocaat erin slaagt binnen dit krachtenveld een gunstig compromis in de wacht te slepen.

Meer informatie? Benieuwd welke wereld achter deze woorden schuilgaat? Belangstelling voor een carrière in onze specialistische praktijk? Gevorderde fiscaal recht studenten hebben de mogelijkheid op ons kantoor gedurende 6 weken een studentenstage te lopen. Richt daartoe een verzoek met cv en studieresultaten tot onze managing director Peter van der Westerlaken ([email protected]).

Willemstraat 1-3 ∙ Postbus 4729 ∙ 4003 ES Breda ∙ T (076) 520 22 66 ∙ F (076) 520 22 88 ∙ [email protected] ∙ www.hertoghsadvocaten.nl

Artikel – mr. Peter van Hagen

De “Aanslag” bestaat 20 jaar,

tijd voor een terugblik op –

wat mij betreft – een aantal

relevante ontwikkelingen in de

fiscale rechtsbescherming, een

rechtsterrein dat mij als fiscaal

advocaat na aan het hart ligt.

Schrijven voor het lijfblad van R.F.V. Christiaanse-Taxateur voelt vertrouwd. Ik studeerde zelf (ooit) aan de EUR en kreeg de inleiding tot het belasting recht ge doceerd van niemand minder dan Prof. dr. J.H. Christiaanse. Zijn colleges hebben mijn belang stelling voor het belasting recht ge wekt. Voor een student Nederlands recht was het aanbod van fiscale vakken toen-tertijd betrekkelijk beperkt. Voor mij volgde de verdere verdieping in een postdoctoraal pro gramma van de KUB. Ik belandde na-dien in de fiscale advocatuur, iets wat in die jaren be paald niet voor de hand lag.

De advo catuur was in die tijd niet of nauwe lijks op het terrein van het belasting-recht actief, ondanks diverse vergeefse (eerdere) aan sporingen uit de gelederen van de Orde van Advocaten. Zo werd het aan advocaten die zich in het belastingrecht hadden be kwaamd toe gestaan daar voor (op gepaste wijze) “reclame” te maken. Daarmee werd voor advocaten-belasting-kundigen een uit zondering ge maakt op het reclame verbod dat in die tijd voor advocaten gold. De ontwikkeling van de fiscale advocatuur heeft niettemin nog geruime tijd op zich laten wachten. Het onderwijsprogramma aan de universi-teiten zal daar debet aan zijn ge weest (en misschien ook wel de (koudwater)vrees van rechten studenten als het om getallen, percentages en andere rekenkundige grootheden gaat).

In de afgelopen 20 jaar (niet geheel toe-vallig had mijn kantoor vorig jaar ook een jubileum te vieren) is de fiscale advocatuur pas goed op gang gekomen. Het aan tal advocaten-belasting kundigen is in die periode be hoor lijk ge groeid, zij het dat nog steeds sprake is van een select gezel schap, verenigd in de Nederlandse Vereniging van Advocaten-Belastingkundigen (NVAB), een door de Orde erkende specialisatie-ver eniging. De Universiteit Leiden heeft in het kader van het Post Academisch Onder wijs dit jaar voor het eerst de Specialisatieopleiding Fiscale Advocatuur in het programma op genomen. Deze opleiding is geaccrediteerd door de NVAB en in het bijzonder bedoeld voor advocaat-stagiaires die zich willen specialiseren in de fiscale advocatuur.

Rechtsbescherming verlenen aan burgers en onder nemingen in fiscale nood. Op het scherpst van de snede het debat voeren met fiscale- en justitiële autoriteiten, daar staat de fiscale advocaat voor.

Openbaarheid van belastingrechtspraak? De zittingszaal van de belasting rechter is van oudsher ge sloten voor het publiek. Daar mee wordt in het belasting recht een uit zondering gemaakt op het beginsel dat recht spraak openbaar dient te zijn. Alleen als, naast de heffing van belasting, ook een fiscale boete in het spel is, dient de zittings-zaal te worden geopend voor het publiek. In zoverre is immers artikel 6 van het EVRM van toepassing. In de praktijk blijven de deuren van de zittings zaal overigens de facto gesloten, ook als er een boete in het geding is. Ik heb nog niet mee gemaakt dat een wakkere journalist de zittings zaal van de belasting rechter wenst te betreden, om verslag te kunnen doen van een vergrijp-boete die aan een (al dan niet bekende) Nederlander is opgelegd.

Openbaarheid van rechtspraak is van fundamentele aard en (daarom) ver ankerd in de Grondwet en inter-nationale ver dragen. Open baar heid is dan ook de hoofdregel voor nagenoeg alle rechts gebieden. De besloten heid

van fiscale procedures is terug te voeren op bescherming van de privacy van de belasting plichtige die een ge schil heeft met de fiscus. De burger die wenst op te komen tegen een aan slag, moet er op kunnen rekenen dat zijn financiële intimiteiten niet op straat komen te liggen. Daarom is de inspecteur tot geheim houding ver plicht van al hetgeen hij in de uit oefening van zijn functie te weten komt.

Aan deze jarenlange traditie van be-slotenheid in de belastingrechtspraak komt als het aan de wetgever ligt een einde. Er is inmiddels een “Wetsvoorstel open baarheid rechtspraak” in consultatie ge bracht. Aan leiding daar voor zijn de ge luiden die het kabinet uit de Tweede Kamer heeft op gevangen en de opinies die daar over in de fiscale vak pers en media zijn verschenen. Het is wel aardig te vermelden dat mijn kantoor op 24 september 2010 een symposium organiseerde, onder het motto: “Belastingrechtspraak openbaar, is er dan niets meer heilig?”. Na afloop van het symposium hebben de deel nemers kunnen stemmen over het al dan niet open baar maken van fiscale procedures. De stem-verhouding bleek uit te komen op ongeveer fifty-fifty. De NOB heeft inmiddels gepleit tegen afschaffing van de besloten zitting. Gevreesd wordt dat openbaarheid de rechtsgang zal belemmeren. Niettemin lijkt het politieke klimaat rijp voor open baar-heid van de fiscale zitting. Ook in andere ons omringende landen is dat het geval.

Rechtsbescherming bij controle van de fiscus Op 3 juni jongstleden werd (eindelijk) de wetswijziging in het Staatsblad afgedrukt waarmee wordt voorzien in (meer) rechts-bescherming bij controlehandelingen van de fiscus (Wet van 27 mei 2011, Stb. 265).

Enige opmerkingen over fiscale rechtsbeschermingMr. Peter van Hagen*

* Partner bij Hertoghs advocaten-belastingkundigen.

Page 40: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

42 deAANSLAG! Artikel – mr. Peter van Hagen

Het daaraan voorafgegane wetsvoorstel kent een lange voorgeschiedenis en dreigde een stille dood te sterven. Het initiatief kwam uit de Tweede Kamer. Het voorstel werd in 2006 ingediend door de Kamerleden Dezentjé Hamming-Bluemink en Tang en had tot doel de rechts bescherming van belasting-plichtigen tijdens boeken onderzoeken van de fiscus te verbeteren. Aan die bescherming heeft het lang ontbroken. De al dan niet rechtmatige uitoefening van controlebevoegdheden en daaraan te verbinden consequenties, wordt in het nu nog geldende regime eerst achteraf door de rechter getoetst, nadat rechtsmiddelen zijn aangewend tegen een opgelegde aanslag. Pas dan oordeelt de fiscale rechter over de vraag of al dan niet sprake diende te zijn van omkering van de bewijslast vanwege het niet-nakomen van informatieverplichtingen.

In de nieuwe wet is voorzien in een ander sy steem. Indien naar het oordeel van de in specteur niet, niet volledig of niet tijdig aan het verzoek om informatie wordt vol-daan, kan deze een voor bezwaar en be roep vatbare informatie beschikking af geven. Al-dus kan de rechtmatigheid van een verzoek om inlichtingen in een eerder stadium door de belastingrechter worden getoetst.

Als zodanig kan dat als een aanmerkelijke verbetering van de rechtspositie van belasting plichtigen worden gezien. Of in de praktijk veel gebruik zal worden ge-maakt van de mogelijkheid van bezwaar en beroep – zoals de regering aanvankelijk

vreesde – valt nog te bezien. Dat zal naar mijn inschatting meevallen. De wet is op 1 juli 2011 in werking getreden.

Over pleitbare standpunten In de fiscale (boete)rechtspraak is het leer stuk van het zogenaamde pleit bare stand punt tot ont wikkeling ge komen. Op zet of grove schuld van een belang-hebbende kan niet worden aan genomen indien het stand punt in de aan gifte pleit-baar of verdedig baar is. De belasting kamer van de Hoge Raad hanteert dit leer stuk al sinds eind jaren 80. Het heeft tot 2005 ge duurd al vorens ook de straf kamer van de Hoge Raad (expliciete) over wegingen heeft ge wijd aan het pleit bare stand punt en daar mee een beroep op een dergelijk stand punt als bewijsverweer tegen opzet heeft aanvaard. In zo verre is de lijn van de jurisprudentie van de straf kamer van de Hoge Raad weer in over een stemming met die van de belastingkamer.

Een heikel punt betreft nog de vraag of een stand punt dat eerst achteraf, dus na de in diening van de aangifte, wordt in ge-nomen eveneens leidt tot de conclusie dat geen opzet of grove schuld kan worden aan genomen. In de fiscale jurisprudentie wordt die vraag bevestigend beantwoord. Ook al heeft de belastingplichtige een aan-gifte hart stikke opzettelijk onjuist ge daan, als daar later een pleitbaar standpunt voor te vinden is, wordt dat opzet niet bewezen ge acht. Strafrechters hebben daar echter moeite mee. Het gaat de strafrechter om het weten en het willen van de ver dachte ten tijde van het plegen van het de lict, de indiening van de aangifte. Die op-zet zal – in het beslissingsschema van de straf rechter - niet verdwijnen om dat (later) een verdedigbare recht vaardiging wordt gevonden voor de aangifte. Dat zou beteken en dat er een discrepantie blijft be staan tussen de jurisprudentie van de belasting rechter en die van de straf rechter. De rechts een heid is daar mee natuur lijk niet ge diend. De straf kamer van de Hoge Raad heeft zich over deze rechts vraag nog niet be hoeven uit te laten.

Wellicht dat een “oplossing” kan worden gevonden door aan te sluiten bij het bewijs van de (on)juistheid van de aangifte. Een pleitbare aangifte levert dan geen wettig en overtuigend bewijs van de verweten on-juist heid op, zodat op die grond vrijspraak

kan volgen. Ook de fiscale rechter zou deze methodiek kunnen hanteren.

Over toerekening van opzetOok op het leerstuk van toerekening van opzet liep de rechtspraak van de belasting- en strafkamer van de Hoge Raad tot voor kort uiteen. De strafkamer leert al sinds 1954 (het zogenaamde “IJzerdraadarrest”) dat opzet niet aan een natuurlijk per soon wordt toegerekend indien die geestes-gesteldheid bij hem of haar zelf niet aan wezig is geweest. De belasting kamer paste een der ge lijke to erekening wel toe. Een bekend voorbeeld is de toe rekening van opzet van een belasting adviseur aan de belasting plichtige, indien de laatste er niet in slaagt aannemelijk te maken dat in redelijk heid niet aan de fiscale aanvaard-baar heid van de gedragingen van de adviseur behoeft te worden ge twijfeld (BNB 1988/270).

In het zogenaamde 1-december-arrest ging de Hoge Raad (eindelijk) om door toe rekening van opzet of grove schuld van een ander dan de belasting plichtige aan de belasting plichtige uit te sluiten. De Hoge Raad verwees daarbij expliciet naar het IJzer draad arrest van de straf kamer. De belasting kamer ging weliswaar om maar liet niet na op te merken dat het bewijs van opzet en grove schuld kan worden ge leverd met behulp van vermoedens en dat opzet van de adviseur wel kan (blijven) samen-gaan met opzet van de belastingplichtige.

Opmerkelijk is dat kwader trouw (lees: (voorwaardelijk) opzet) als bedoeld in artikel 16 AWR volgens de belastingkamer wel toerekenbaar blijft. Het gaat volgens de Hoge Raad dan om navordering en (dus) niet om beboeting. Bij de gemiddelde burger zal dit tot onbegrip leiden. Ver-wijt baar gedrag van de adviseur kan niet worden toegerekend bij het bepalen van opzet of grove schuld in het kader van een boete, maar wel bij kwader trouw in het kader van navordering.

Hoe dit alles ook zij, het recht is dynamisch en zal zich ook in de komende 20 jaar blijven ontwikkelen. Moge de lezer van deze “Aanslag” zich geïnspireerd weten daaraan in de toekomst een bijdrage te leveren, al dan niet gehuld in de advocatentoga.

Breda, 28 juni 2011

43deAANSLAG!

Op 1 april jl. (geen grap) vertrokken

we met 23 deelnemers richting Val

Thorens, voor dé skireis van ons leven.

Deze tweede editie van de skireis van

de Christiaanse-Taxateur beloofde een

week te worden om nooit te vergeten.

‘s Middags verzamelden we bij metrostation Capelsebrug om vervolgens met de bus richting Val Thorens te vertrekken. Een kleine 12 uur later kwamen we daar in de vroege ochtend aan. Er werd van deze gelegenheid gebruikgemaakt om lekker te ontbijten in de stralende zon. Bij een skivakantie verwacht je weliswaar geen gevoelstemperatuur van 25 graden, maar we genoten er des-ondanks ten volle van.

Nadat we de koffers bij het hotel gedumpt hadden, was het voor de meesten tijd om skikleding aan te doen en de huurski’s op te halen. De eerste afdalingen werden al een kleine 2 uur later gemaakt. De condities waren goed en het was lekker rustig op de pistes. Aan het eind van de middag konden we eindelijk de kamers in en was er even tijd om de koffers uit te pakken.

Ondanks dat de meesten moe waren van de busreis, stond er natuurlijk nog wel wat op het programma. De après-ski! Met zijn allen gingen we richting een bar. Eenmaal binnen zat de sfeer er gelijk goed in en werd er doorgefeest tot in de vroege uurtjes, uiteindelijk eindigend in de hippe club Malaysia.

De volgende dag stonden de meesten ’s ochtends om half 10 (!) al op de piste. Er waren ook een aantal deelnemers die nog geen of weinig ervaring met skiën hadden. Deze mensen hadden elke dag twee uurtjes les om het skiën onder de knie te krijgen, en al snel zag je vooruitgang. De pistes lagen er weer mooi bij en de zon is de hele dag niet verdwenen. Daarna zijn we met een grote groep op de berg blijven hangen bij de 360 bar. Tot 6 uur ’s middags was het daar een groot feest in de stralende zon.

Maandag was de enige dag van de vakantie in Val Thorens dat de zon niet prominent aanwezig was. Heel de dag was het zwaar mistig en viel er zelfs nog een beetje sneeuw. Dit was een echte uitdaging voor de skiërs, maar sommige hielden het voor gezien op het moment dat de sneeuw overging in regen. Door het slechte weer was er wel tijd voor een kop lekkere warme chocolademelk in een van de vele restaurants op de piste. Het was de eerste dag waarbij we het echte wintersportgevoel kregen. Een aantal deelnemers was zo verstandig om een terrasje te pakken in Turijn, waar de zon heerlijk scheen.

Op dinsdag zijn we met zijn allen uit eten geweest. De meesten namen een echte Franse specialiteit, de kaasfondue. De deelne-mers die geen kaasfondue wilden, konden kiezen voor een heerlijk stuk vlees. Een volle maag en een paar flessen wijn later zijn we met zijn allen de kroeg ingedoken tot in de vroege uurtjes.

De dag voor de terugreis zijn we met zijn allen naar Le Monde ge-weest. Deze Nederlandstalige après-ski tent was deze week een echte stam kroeg van de CT’ers geworden. Enkelen van ons had-den ook nog de moeite genomen om verkleed en al in Le Monde te verschijnen.

Op de laatste dag stond de terugreis pas gepland rond acht uur ’s avonds. We hadden dus nog een hele dag om te skiën. Sommige van ons hebben ervoor gekozen om lekker in de zon een beetje bij te bruinen en het skiën voor gezien te houden. De meesten heb-ben toch nog even de ski’s ondergebonden om een paar laatste pistes te pakken.

Stipt acht uur stond iedereen gereed en kon de bus huiswaarts keren. Waar het op de heenweg in de bus nog een hele drukke en gezellige boel was, lag op de terugweg menigeen na een half uur al een uiltje te knappen. Dit betekent dat de deelnemers alles uit de vakantiedagen hebben gehaald en er zeker flink is geskied en gefeest.

Terugkijkend op deze skireis zijn wij in ieder geval erg tevreden. We vonden het een hele leuke vakantie, waar we erg van hebben genoten. We hopen jullie volgend jaar (weer) op de skireis te mogen begroeten!

Skireiscommissie 2010-2011

Skireis Val Thorens 2011Door: Patrycja Czarnota & Perry van Eck

Skireis 2011

Page 41: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

42 deAANSLAG! Artikel – mr. Peter van Hagen

Het daaraan voorafgegane wetsvoorstel kent een lange voorgeschiedenis en dreigde een stille dood te sterven. Het initiatief kwam uit de Tweede Kamer. Het voorstel werd in 2006 ingediend door de Kamerleden Dezentjé Hamming-Bluemink en Tang en had tot doel de rechts bescherming van belasting-plichtigen tijdens boeken onderzoeken van de fiscus te verbeteren. Aan die bescherming heeft het lang ontbroken. De al dan niet rechtmatige uitoefening van controlebevoegdheden en daaraan te verbinden consequenties, wordt in het nu nog geldende regime eerst achteraf door de rechter getoetst, nadat rechtsmiddelen zijn aangewend tegen een opgelegde aanslag. Pas dan oordeelt de fiscale rechter over de vraag of al dan niet sprake diende te zijn van omkering van de bewijslast vanwege het niet-nakomen van informatieverplichtingen.

In de nieuwe wet is voorzien in een ander sy steem. Indien naar het oordeel van de in specteur niet, niet volledig of niet tijdig aan het verzoek om informatie wordt vol-daan, kan deze een voor bezwaar en be roep vatbare informatie beschikking af geven. Al-dus kan de rechtmatigheid van een verzoek om inlichtingen in een eerder stadium door de belastingrechter worden getoetst.

Als zodanig kan dat als een aanmerkelijke verbetering van de rechtspositie van belasting plichtigen worden gezien. Of in de praktijk veel gebruik zal worden ge-maakt van de mogelijkheid van bezwaar en beroep – zoals de regering aanvankelijk

vreesde – valt nog te bezien. Dat zal naar mijn inschatting meevallen. De wet is op 1 juli 2011 in werking getreden.

Over pleitbare standpunten In de fiscale (boete)rechtspraak is het leer stuk van het zogenaamde pleit bare stand punt tot ont wikkeling ge komen. Op zet of grove schuld van een belang-hebbende kan niet worden aan genomen indien het stand punt in de aan gifte pleit-baar of verdedig baar is. De belasting kamer van de Hoge Raad hanteert dit leer stuk al sinds eind jaren 80. Het heeft tot 2005 ge duurd al vorens ook de straf kamer van de Hoge Raad (expliciete) over wegingen heeft ge wijd aan het pleit bare stand punt en daar mee een beroep op een dergelijk stand punt als bewijsverweer tegen opzet heeft aanvaard. In zo verre is de lijn van de jurisprudentie van de straf kamer van de Hoge Raad weer in over een stemming met die van de belastingkamer.

Een heikel punt betreft nog de vraag of een stand punt dat eerst achteraf, dus na de in diening van de aangifte, wordt in ge-nomen eveneens leidt tot de conclusie dat geen opzet of grove schuld kan worden aan genomen. In de fiscale jurisprudentie wordt die vraag bevestigend beantwoord. Ook al heeft de belastingplichtige een aan-gifte hart stikke opzettelijk onjuist ge daan, als daar later een pleitbaar standpunt voor te vinden is, wordt dat opzet niet bewezen ge acht. Strafrechters hebben daar echter moeite mee. Het gaat de strafrechter om het weten en het willen van de ver dachte ten tijde van het plegen van het de lict, de indiening van de aangifte. Die op-zet zal – in het beslissingsschema van de straf rechter - niet verdwijnen om dat (later) een verdedigbare recht vaardiging wordt gevonden voor de aangifte. Dat zou beteken en dat er een discrepantie blijft be staan tussen de jurisprudentie van de belasting rechter en die van de straf rechter. De rechts een heid is daar mee natuur lijk niet ge diend. De straf kamer van de Hoge Raad heeft zich over deze rechts vraag nog niet be hoeven uit te laten.

Wellicht dat een “oplossing” kan worden gevonden door aan te sluiten bij het bewijs van de (on)juistheid van de aangifte. Een pleitbare aangifte levert dan geen wettig en overtuigend bewijs van de verweten on-juist heid op, zodat op die grond vrijspraak

kan volgen. Ook de fiscale rechter zou deze methodiek kunnen hanteren.

Over toerekening van opzetOok op het leerstuk van toerekening van opzet liep de rechtspraak van de belasting- en strafkamer van de Hoge Raad tot voor kort uiteen. De strafkamer leert al sinds 1954 (het zogenaamde “IJzerdraadarrest”) dat opzet niet aan een natuurlijk per soon wordt toegerekend indien die geestes-gesteldheid bij hem of haar zelf niet aan wezig is geweest. De belasting kamer paste een der ge lijke to erekening wel toe. Een bekend voorbeeld is de toe rekening van opzet van een belasting adviseur aan de belasting plichtige, indien de laatste er niet in slaagt aannemelijk te maken dat in redelijk heid niet aan de fiscale aanvaard-baar heid van de gedragingen van de adviseur behoeft te worden ge twijfeld (BNB 1988/270).

In het zogenaamde 1-december-arrest ging de Hoge Raad (eindelijk) om door toe rekening van opzet of grove schuld van een ander dan de belasting plichtige aan de belasting plichtige uit te sluiten. De Hoge Raad verwees daarbij expliciet naar het IJzer draad arrest van de straf kamer. De belasting kamer ging weliswaar om maar liet niet na op te merken dat het bewijs van opzet en grove schuld kan worden ge leverd met behulp van vermoedens en dat opzet van de adviseur wel kan (blijven) samen-gaan met opzet van de belastingplichtige.

Opmerkelijk is dat kwader trouw (lees: (voorwaardelijk) opzet) als bedoeld in artikel 16 AWR volgens de belastingkamer wel toerekenbaar blijft. Het gaat volgens de Hoge Raad dan om navordering en (dus) niet om beboeting. Bij de gemiddelde burger zal dit tot onbegrip leiden. Ver-wijt baar gedrag van de adviseur kan niet worden toegerekend bij het bepalen van opzet of grove schuld in het kader van een boete, maar wel bij kwader trouw in het kader van navordering.

Hoe dit alles ook zij, het recht is dynamisch en zal zich ook in de komende 20 jaar blijven ontwikkelen. Moge de lezer van deze “Aanslag” zich geïnspireerd weten daaraan in de toekomst een bijdrage te leveren, al dan niet gehuld in de advocatentoga.

Breda, 28 juni 2011

43deAANSLAG!

Op 1 april jl. (geen grap) vertrokken

we met 23 deelnemers richting Val

Thorens, voor dé skireis van ons leven.

Deze tweede editie van de skireis van

de Christiaanse-Taxateur beloofde een

week te worden om nooit te vergeten.

‘s Middags verzamelden we bij metrostation Capelsebrug om vervolgens met de bus richting Val Thorens te vertrekken. Een kleine 12 uur later kwamen we daar in de vroege ochtend aan. Er werd van deze gelegenheid gebruikgemaakt om lekker te ontbijten in de stralende zon. Bij een skivakantie verwacht je weliswaar geen gevoelstemperatuur van 25 graden, maar we genoten er des-ondanks ten volle van.

Nadat we de koffers bij het hotel gedumpt hadden, was het voor de meesten tijd om skikleding aan te doen en de huurski’s op te halen. De eerste afdalingen werden al een kleine 2 uur later gemaakt. De condities waren goed en het was lekker rustig op de pistes. Aan het eind van de middag konden we eindelijk de kamers in en was er even tijd om de koffers uit te pakken.

Ondanks dat de meesten moe waren van de busreis, stond er natuurlijk nog wel wat op het programma. De après-ski! Met zijn allen gingen we richting een bar. Eenmaal binnen zat de sfeer er gelijk goed in en werd er doorgefeest tot in de vroege uurtjes, uiteindelijk eindigend in de hippe club Malaysia.

De volgende dag stonden de meesten ’s ochtends om half 10 (!) al op de piste. Er waren ook een aantal deelnemers die nog geen of weinig ervaring met skiën hadden. Deze mensen hadden elke dag twee uurtjes les om het skiën onder de knie te krijgen, en al snel zag je vooruitgang. De pistes lagen er weer mooi bij en de zon is de hele dag niet verdwenen. Daarna zijn we met een grote groep op de berg blijven hangen bij de 360 bar. Tot 6 uur ’s middags was het daar een groot feest in de stralende zon.

Maandag was de enige dag van de vakantie in Val Thorens dat de zon niet prominent aanwezig was. Heel de dag was het zwaar mistig en viel er zelfs nog een beetje sneeuw. Dit was een echte uitdaging voor de skiërs, maar sommige hielden het voor gezien op het moment dat de sneeuw overging in regen. Door het slechte weer was er wel tijd voor een kop lekkere warme chocolademelk in een van de vele restaurants op de piste. Het was de eerste dag waarbij we het echte wintersportgevoel kregen. Een aantal deelnemers was zo verstandig om een terrasje te pakken in Turijn, waar de zon heerlijk scheen.

Op dinsdag zijn we met zijn allen uit eten geweest. De meesten namen een echte Franse specialiteit, de kaasfondue. De deelne-mers die geen kaasfondue wilden, konden kiezen voor een heerlijk stuk vlees. Een volle maag en een paar flessen wijn later zijn we met zijn allen de kroeg ingedoken tot in de vroege uurtjes.

De dag voor de terugreis zijn we met zijn allen naar Le Monde ge-weest. Deze Nederlandstalige après-ski tent was deze week een echte stam kroeg van de CT’ers geworden. Enkelen van ons had-den ook nog de moeite genomen om verkleed en al in Le Monde te verschijnen.

Op de laatste dag stond de terugreis pas gepland rond acht uur ’s avonds. We hadden dus nog een hele dag om te skiën. Sommige van ons hebben ervoor gekozen om lekker in de zon een beetje bij te bruinen en het skiën voor gezien te houden. De meesten heb-ben toch nog even de ski’s ondergebonden om een paar laatste pistes te pakken.

Stipt acht uur stond iedereen gereed en kon de bus huiswaarts keren. Waar het op de heenweg in de bus nog een hele drukke en gezellige boel was, lag op de terugweg menigeen na een half uur al een uiltje te knappen. Dit betekent dat de deelnemers alles uit de vakantiedagen hebben gehaald en er zeker flink is geskied en gefeest.

Terugkijkend op deze skireis zijn wij in ieder geval erg tevreden. We vonden het een hele leuke vakantie, waar we erg van hebben genoten. We hopen jullie volgend jaar (weer) op de skireis te mogen begroeten!

Skireiscommissie 2010-2011

Skireis Val Thorens 2011Door: Patrycja Czarnota & Perry van Eck

Skireis 2011

Page 42: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

44 deAANSLAG! Foto's

Skireis

45deAANSLAG!

Kantoorbezoeken

accon avm

BDO

Deloitte

Duisenberg School of Finance &

Houthoff Buruma

KPMG Meijburg & Co

Pereira Consultants

Foto's

Page 43: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

44 deAANSLAG! Foto's

Skireis

45deAANSLAG!

Kantoorbezoeken

accon avm

BDO

Deloitte

Duisenberg School of Finance &

Houthoff Buruma

KPMG Meijburg & Co

Pereira Consultants

Foto's

Page 44: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

46 deAANSLAG! 47deAANSLAG!Tax Judence Program 2010-2011

Beste leden en andere geïnteresseerden,

We hebben een heel mooi jaar achter de rug. Onder andere bereikte de vereniging de volwassen leeftijd van 18 jaar en nu heeft u in uw handen de 4e lustrum editie van ‘de Aanslag’. Dit jaar zag ook de ge boorte van een prachtige nieuwe activiteit, het Tax Jurisprudence Program. Ongeveer halverwege het vorige jaar vertelde prof. mr. dr. De Bont aan de toenmalige Commissaris Extern over een idee dat hij had voor een interactief programma met studenten. Een soort 'jurisprudentie klasje' zoals hij het noemde. Dit idee werd vol enthousiasme door het toenmalig bestuur ontvangen. Samen met het huidige bestuur is toen vorm gegeven aan wat nu het Tax Jurisprudence Program is. Binnen een paar dagen nadat de mogelijk-heid voor aanmelding bekendgemaakt werd, waren er al rond de 35 aan meldingen. 25 studenten werden uiteindelijk uitgenodigd om mee te doen met het programma.

Het programma bestond uit 6 interactieve bijeenkomsten waarin een bepaald fiscaal thema centraal stond. Tijdens elke bijeenkomst werd een presentatie gegeven door een docent van Fiscaal Recht of Fiscale Economie, een specialist van een van de deelnemende kantoren en werden er twee presentaties door een studentenduo gegeven. Het programma werd dit jaar afgesloten met een uit-gebreid diner waar tevens de certificaten aan alle kwalificerende deelnemers zijn uitgereikt door Prof. mr. dr. De Bont. In de eerste in stantie was het de bedoeling dat het bestuur de organisatie van de bijeenkomsten op zich nam, maar na de eerste bijeenkomt werd

het duidelijk dat daarin teveel tijd ging zitten. Er werd toen besloten een commissie in te stellen, bestaande uit onder-getekenden, om het één en ander in goede banen te leiden.

De sessiesDe eerste bijeenkomst vond in samenwerking met De Bont Advocaten en Priscilla De Haas van de rechtenfaculteit plaats. Centraal stond het formele belastingrecht. Door on-voor iene omstandigheden kon professor de Bont zelf niet meer aan wezig zijn, gelukkig werd dit goed opgevangen door mevrouw De Haas en de student-presentatoren Sebastian van der Hoeven en Bart van Mervennée.

Het thema van de tweede bijeenkomst was het internationale belastingrecht. Hans Pijl van Deloitte en Peter Kavelaars van Fiscale Economie verzorgden zeer boeiende presentaties over de recente ontwikkelingen in de jurisprudentie op dit gebied. Onder andere de spraakmakende

Tax Jurisprudence Program 2010/2011Door: Shangho Dekker & Ricky van Dorp

Tax Jurisprudence Program 2010-2011

Vodafone zaak in India en jurisprudentie over fraus legis werden besproken. De eerste student-presentatie werd gegeven door Tim Zwinkels en Bart Hesdahl en de tweede werd door Dennis Evertsz en Shangho Dekker verzorgd.

In de derde bijeenkomst stond het thema omzetbelasting centraal. Namens BDO verzorgde Marco Beerens een presentatie over de een-heid van prestaties voor de BTW en Sigrid Hemels van Fiscaal Recht presenteerde vol enthousiasme over de BTW en haar gevolgen voor de non-profit sector. Diederik Jiskoot en Joeri van Delft deden samen een student-presentatie en Miranda Korz deed de ander.

Tijdens de vierde bijeenkomst werd ingezoomd op het thema Transfer Pricing. Bernard Damsma van Fiscaal Recht en Annet van Veldhuizen van PwC gaven ons een interessante kennismaking met de methodieken van transfer pricing en de praktische implicaties daarvan. Mark Boender gaf samen met Daphne Oudshoorn een student-presentatie en Maartje Verheijden en Lisa Schouten deden samen de andere student-presentatie.

De vijfde bijeenkomst vond plaats in samenwerking met KPMG Meijburg & Co. In deze bijeenkomst stond de VPB centraal. Edwin Nijkeuter verzorgde een presentatie over de renteaftrekbeperking ex artikel 10a wet Vpb en Ruud de Smit van Fiscale Economie prikkelde ons met een aantal interessante stellingen over dit onder werp. Guido Vos en Dries van Vuuren verzorgden de eerste student-presentatie waarna Reavyllah Mingeli en Cynthia Mahabiersing de tweede student-presentatie verzorgden.

De zesde en laatste bijeenkomst stond helemaal in het teken van de loonbelasting. Hans de Haan van Fiscaal Recht en Hans van Ruijten van Loyens & Loeff namen ons in mooi op elkaar af gestemde presentaties mee langs de verschillende aspecten van het loon-begrip. Ricky van Dorp en Jefrey Verhagen verzorgden een student-presentatie en George Schuddebeurs en Mark Boender ver zorgden de andere student-presentatie.

Tijdens alle presentaties werd op een zeer ontspannen sfeer met elkaar gediscussieerd. Om een beetje een beeld van de sfeer tijdens de discussies te geven de volgende quotes.

Over de allocatie van opbrengsten aan verschillende schakels in de productie ketens: Mark: “maar de taart wordt dan alleen maar groter” Daphne: “niet alleen dat, je blijft ook de hele tijd taarten erbij bakken!” Over de lagere bijtelling voor auto's met minder CO2 uit stoot: Ricky: “koeien zijn veel vervuilender dan auto's” Diederik:“maar nie mand gaat op een koe naar zijn werk!”.

Afsluitend dinerOp woensdag 1 juni jl. werd het programma afgesloten met een heer-lijk viergangen menu in restaurant In Den Rustwat. Alle deelnemers, vertegen woordigers van de deelnemende kantoren, de docenten en het bestuur werden voor dit diner uitgenodigd. Uiteindelijk hebben 37 personen aan het diner deelgenomen. Tijdens het diner vond door Prof. mr. dr. De Bont ook de officiële uitreiking van de door hemzelf en Prof. dr. Kavelaars ondertekende certificaten plaats.

We willen langs deze weg nogmaals de deelnemende kantoren: De Bont Advocaten, Deloitte, BDO, PwC, KPMG Meijburg & Co en Loyens & Loeff bedanken voor hun medewerking. Ook de docenten: mw. mr. De Haas, prof. dr. Kavelaars, prof. dr. Hemels, drs. Damsma, De Smit Msc en mr. de Haan willen we bedanken voor hun inzet. Een bij zonder dank woord richten we aan prof. mr. dr. De Bont voor het initiëren van dit mooie programma. En het vorige en huidige bestuur voor het vorm geven van het programma. Tot slot dank aan alle enthousiaste deelnemers zonder welke het programma nooit een succes geweest had kunnen zijn.

Als commissie kijken we zeer enthousiast en tevreden terug op het eerste Tax Jurisprudence Program van de Christiaanse-Taxateur. Uit de reacties van de deel-nemers, deelnemende kantoren en docenten begrijpen wij dat dit enthousiasme en de tevredenheid door hen wordt gedeeld. Zit je volgend jaar in het 3e jaar van de bachelor of ben je bezig met je master dan raden we je zeker aan om je aan te melden voor het TJP!

Shangho Dekker & Ricky van DorpTJP commissie 2010-2011

Page 45: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

46 deAANSLAG! 47deAANSLAG!Tax Judence Program 2010-2011

Beste leden en andere geïnteresseerden,

We hebben een heel mooi jaar achter de rug. Onder andere bereikte de vereniging de volwassen leeftijd van 18 jaar en nu heeft u in uw handen de 4e lustrum editie van ‘de Aanslag’. Dit jaar zag ook de ge boorte van een prachtige nieuwe activiteit, het Tax Jurisprudence Program. Ongeveer halverwege het vorige jaar vertelde prof. mr. dr. De Bont aan de toenmalige Commissaris Extern over een idee dat hij had voor een interactief programma met studenten. Een soort 'jurisprudentie klasje' zoals hij het noemde. Dit idee werd vol enthousiasme door het toenmalig bestuur ontvangen. Samen met het huidige bestuur is toen vorm gegeven aan wat nu het Tax Jurisprudence Program is. Binnen een paar dagen nadat de mogelijk-heid voor aanmelding bekendgemaakt werd, waren er al rond de 35 aan meldingen. 25 studenten werden uiteindelijk uitgenodigd om mee te doen met het programma.

Het programma bestond uit 6 interactieve bijeenkomsten waarin een bepaald fiscaal thema centraal stond. Tijdens elke bijeenkomst werd een presentatie gegeven door een docent van Fiscaal Recht of Fiscale Economie, een specialist van een van de deelnemende kantoren en werden er twee presentaties door een studentenduo gegeven. Het programma werd dit jaar afgesloten met een uit-gebreid diner waar tevens de certificaten aan alle kwalificerende deelnemers zijn uitgereikt door Prof. mr. dr. De Bont. In de eerste in stantie was het de bedoeling dat het bestuur de organisatie van de bijeenkomsten op zich nam, maar na de eerste bijeenkomt werd

het duidelijk dat daarin teveel tijd ging zitten. Er werd toen besloten een commissie in te stellen, bestaande uit onder-getekenden, om het één en ander in goede banen te leiden.

De sessiesDe eerste bijeenkomst vond in samenwerking met De Bont Advocaten en Priscilla De Haas van de rechtenfaculteit plaats. Centraal stond het formele belastingrecht. Door on-voor iene omstandigheden kon professor de Bont zelf niet meer aan wezig zijn, gelukkig werd dit goed opgevangen door mevrouw De Haas en de student-presentatoren Sebastian van der Hoeven en Bart van Mervennée.

Het thema van de tweede bijeenkomst was het internationale belastingrecht. Hans Pijl van Deloitte en Peter Kavelaars van Fiscale Economie verzorgden zeer boeiende presentaties over de recente ontwikkelingen in de jurisprudentie op dit gebied. Onder andere de spraakmakende

Tax Jurisprudence Program 2010/2011Door: Shangho Dekker & Ricky van Dorp

Tax Jurisprudence Program 2010-2011

Vodafone zaak in India en jurisprudentie over fraus legis werden besproken. De eerste student-presentatie werd gegeven door Tim Zwinkels en Bart Hesdahl en de tweede werd door Dennis Evertsz en Shangho Dekker verzorgd.

In de derde bijeenkomst stond het thema omzetbelasting centraal. Namens BDO verzorgde Marco Beerens een presentatie over de een-heid van prestaties voor de BTW en Sigrid Hemels van Fiscaal Recht presenteerde vol enthousiasme over de BTW en haar gevolgen voor de non-profit sector. Diederik Jiskoot en Joeri van Delft deden samen een student-presentatie en Miranda Korz deed de ander.

Tijdens de vierde bijeenkomst werd ingezoomd op het thema Transfer Pricing. Bernard Damsma van Fiscaal Recht en Annet van Veldhuizen van PwC gaven ons een interessante kennismaking met de methodieken van transfer pricing en de praktische implicaties daarvan. Mark Boender gaf samen met Daphne Oudshoorn een student-presentatie en Maartje Verheijden en Lisa Schouten deden samen de andere student-presentatie.

De vijfde bijeenkomst vond plaats in samenwerking met KPMG Meijburg & Co. In deze bijeenkomst stond de VPB centraal. Edwin Nijkeuter verzorgde een presentatie over de renteaftrekbeperking ex artikel 10a wet Vpb en Ruud de Smit van Fiscale Economie prikkelde ons met een aantal interessante stellingen over dit onder werp. Guido Vos en Dries van Vuuren verzorgden de eerste student-presentatie waarna Reavyllah Mingeli en Cynthia Mahabiersing de tweede student-presentatie verzorgden.

De zesde en laatste bijeenkomst stond helemaal in het teken van de loonbelasting. Hans de Haan van Fiscaal Recht en Hans van Ruijten van Loyens & Loeff namen ons in mooi op elkaar af gestemde presentaties mee langs de verschillende aspecten van het loon-begrip. Ricky van Dorp en Jefrey Verhagen verzorgden een student-presentatie en George Schuddebeurs en Mark Boender ver zorgden de andere student-presentatie.

Tijdens alle presentaties werd op een zeer ontspannen sfeer met elkaar gediscussieerd. Om een beetje een beeld van de sfeer tijdens de discussies te geven de volgende quotes.

Over de allocatie van opbrengsten aan verschillende schakels in de productie ketens: Mark: “maar de taart wordt dan alleen maar groter” Daphne: “niet alleen dat, je blijft ook de hele tijd taarten erbij bakken!” Over de lagere bijtelling voor auto's met minder CO2 uit stoot: Ricky: “koeien zijn veel vervuilender dan auto's” Diederik:“maar nie mand gaat op een koe naar zijn werk!”.

Afsluitend dinerOp woensdag 1 juni jl. werd het programma afgesloten met een heer-lijk viergangen menu in restaurant In Den Rustwat. Alle deelnemers, vertegen woordigers van de deelnemende kantoren, de docenten en het bestuur werden voor dit diner uitgenodigd. Uiteindelijk hebben 37 personen aan het diner deelgenomen. Tijdens het diner vond door Prof. mr. dr. De Bont ook de officiële uitreiking van de door hemzelf en Prof. dr. Kavelaars ondertekende certificaten plaats.

We willen langs deze weg nogmaals de deelnemende kantoren: De Bont Advocaten, Deloitte, BDO, PwC, KPMG Meijburg & Co en Loyens & Loeff bedanken voor hun medewerking. Ook de docenten: mw. mr. De Haas, prof. dr. Kavelaars, prof. dr. Hemels, drs. Damsma, De Smit Msc en mr. de Haan willen we bedanken voor hun inzet. Een bij zonder dank woord richten we aan prof. mr. dr. De Bont voor het initiëren van dit mooie programma. En het vorige en huidige bestuur voor het vorm geven van het programma. Tot slot dank aan alle enthousiaste deelnemers zonder welke het programma nooit een succes geweest had kunnen zijn.

Als commissie kijken we zeer enthousiast en tevreden terug op het eerste Tax Jurisprudence Program van de Christiaanse-Taxateur. Uit de reacties van de deel-nemers, deelnemende kantoren en docenten begrijpen wij dat dit enthousiasme en de tevredenheid door hen wordt gedeeld. Zit je volgend jaar in het 3e jaar van de bachelor of ben je bezig met je master dan raden we je zeker aan om je aan te melden voor het TJP!

Shangho Dekker & Ricky van DorpTJP commissie 2010-2011

Page 46: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

48 deAANSLAG! 49deAANSLAG!Thuis bij...

Weinig zullen u niet kennen, maar kunt u uzelf toch even voorstellen?Ik ben Leo Stevens, emeritus-hoogleraar Fiscale Economie van de Erasmus Universiteit Rotterdam, geboren in 1944 te Belfeld (L). Ik behaalde in 1971 mijn doctoraal examen in de economische weten-schappen, fiscaal-economische specialisatie, aan de Katholieke Hoge school te Tilburg. Na een vierjarig dienstverband bij de rijks-belasting dienst ben ik in 1976 benoemd aan de Erasmus Universiteit te Rotterdam. In 1986 ben ik tot hoogleraar benoemd. Ver volgens ben ik tot 8 december 2006 (in 0,6-deeltijd) voorzitter ge weest van de Vakgroep Fiscale Economie en voorzitter van de Stichting Europese Fiscale Studies. Vanaf 1 juli 2008 ben ik Kroonlid van de SER.

U heeft het nog steeds erg druk; waar houdt u zich zoal mee bezig?Ik heb inderdaad nog steeds een drukke agenda, maar met overwegend leuke activiteiten. Het is niet erg om het druk te hebben, als het maar bevredigend is. Vooral mijn lid maatschap van de SER (de Sociaal-Economische Raad adviseert de regering over sociaal economische onderwerpen, red.) ervaar ik als een erg interessante activiteit. Vanaf 2011 doceer ik niet meer op de universiteit, maar wel bij veel andere gelegenheden: bedrijfs-trainingen en ook publieke happenings. Ik schrijf ook columns in het Financieele Dagblad.

“...alles in het leven heeft een fiscale dimensie”

Kunt u ons wat meer vertellen over de SER?Het is een boeiend instituut in een boeiende tijd. De fiscaliteit kun je daar op een prima manier kwijt, want alles in het leven heeft een fiscale dimensie. Er zitten vooral economen in de SER, maar die willen ook de spanning ervaren van wat rechtvaardig is, hoe de belasting druk verdeeld moet worden en wat de inkomensgevolgen

zijn van alles wat we in de fiscaliteit bedenken. Wij proberen ook be lastingen instrumenteel te gebruiken. Bijvoorbeeld of we het fiscale instrumentarium kunnen inzetten om de economische crisis te bestrijden, en zo ja, hoe we dat moeten doen: via welk instru-ment dat het beste kan en wat de effectiviteit daarvan is. De multi-disciplinaire dimensie is zeer verfrissend en de dossiers verlokken tot echt studie werk. Eigen lijk zou iedere student dat eens enige tijd mee moeten kunnen maken. De SER-werkzaamheid wijkt wezen lijk af van het advieswerk als belastingadviseur. Als belastingadviseur ben je veel al bezig met kortetermijnbeleid. Je wilt de wensen van de klant zo gunstig mogelijk inpassen in het fiscale systeem. Bij de SER ben je bezig met de fiscale architectuur van het hele land: hoe moeten wij op langere termijn het fiscale stelsel zo danig om-bouwen dat de lasten eerlijk over generaties worden verdeeld en voor de toekomst een duurzame en leefbare wereld wordt veilig ge steld. En hoe kun je sociale partners de helpende hand bieden om tot constructieve oplossingen te komen?

Waar heeft u gestudeerd?Ik heb in Tilburg gestudeerd. Rotterdam is momenteel erg vergelijk-baar met Tilburg. Het zijn twee instellingen die qua mentaliteit sterk met elkaar vergelijkbaar zijn. Eigenlijk is dat niet zo vreemd, aan gezien ik zelf na mijn aantreden bij de vormgeving van het Rotterdamse fiscaal economische curriculum mij sterk heb gericht op het Tilburgse model. Ik ben gaan studeren na mijn militaire dienst en heb mijn studie mede gefinancierd als leraar op de middel bare school, waar ik ‘boekhouden, handelsrekenen en economie’ gaf.

Wat voor soort student was u?De maatschappij was toen heel anders dan nu. Veel vrijer: je kon, ook op de universiteit, doen en laten wat je wilde. Er was geen enkele ver plichting, je werd niet aan het handje genomen. Je moest jezelf maar zien te redden. Studenten zonder discipline gingen ten onder. Ik denk dat ik een redelijk gedisciplineerde student was, maar geen student die alleen maar studeerde. Ik heb, denk ik, meer colleges niét dan wél gevolgd. De toegevoegde waarde van de sommige economie colleges was heel matig; géén toegevoegde waarde. De fiscale colleges daarentegen waren uitermate goed. Die werden verzorgd door gedreven docenten. Daar heb ik geleerd wat het belang is van enthousiasmerend onderwijs. Studenten moeten hun studie leuk vinden; ze moeten plezier beleven aan de vak matige probleem stellingen en zich uitgedaagd voelen om mee te denken over de meest wenselijke maatschappelijke oplossings richtingen. Ik móest wel gedisciplineerd zijn, want mijn onderwijs baan kostte me drie dagen per week (inclusief lesgeven op zaterdag!). Bovendien trouwden wij in die tijd op relatief jonge leeftijd, kregen de meesten (ook ik) hun kinderen al in de eindfase van hun studie of kort daarna. Heel anders dan nu. Thans gaat men pas aan kinderen denken als de klok van de vruchtbaarheid begint af te lopen. Mijn oudste zoon is geboren toen ik nog niet was af-gestudeerd en dat was toen heel normaal. Als er een studentenfeest

Thuis bij... Prof. dr. L.G.M. Stevens

Thuis bij...

was, ging mijn vrouw mee. Je deed veel meer samen dan tegen-woordig het geval is.

“Thans gaat men pas aan kinderen denken als de

klok van de vruchtbaarheid begint af te lopen”

Hoe bent u in Rotterdam terecht gekomen?Na mijn afstuderen werd ik inspecteur van belastingen in Maastricht. Ik had al regelmatig wat gepubliceerd. Er was een vacature in Rotterdam bij hoogleraar Brok. Toen ook Brok over leed, was er een groot probleem. Er was niemand meer voor het onder-wijs; men zat met een kleine staf. Toen ben ik gebeld door prof. Christiaanse met het aanbod wetenschappelijk hoofdmedewerker te worden. Een erg aantrekkelijke functie met een grote vrijheid het onderwijs naar eigen visie vorm te geven. Ik heb ontslag ge nomen bij de Belastingdienst, maar eigenlijk zou ik daar nog graag een tijdje in deel tijdaanstelling hebben doorgewerkt. Het was een fantastische leer school. Maar dat kon toen nog niet. Bij de Belasting dienst was het ‘alles of niets’.

Wat vond u zo leuk aan lesgeven?Het onderwijsproces is bevredigend en boeiend. Het is ook voor jezelf als docent uitermate inspirerend studenten deelgenoot te maken van je fiscale passie. Je probeert studenten te enthousias-meren. Dat geldt ook voor het schrijven van boeken en artikelen. Het is trouwens veel moeilijker dan men denkt om een studieboek te schrijven. Je zit vaak te wikken en te wegen over de meest toegankelijke zins bouw en probeert wetteksten om te bouwen tot begrijpelijke zinnen, zonder dat er iets anders staat dan de wet voorschrijft. Zo toe gankelijk mogelijk schrijven heb ik vooral geleerd toen ik in het begin van mijn universitaire loop baan een drietal kinderboekjes heb geschreven. Eén maakte trouwens een

knipoog naar de fiscaliteit. Heks Fiskalia speelde de hoofdrol. Leerzaam en boeiend was ook tijdens de Kinderboekenweek ver haaltjes te vertellen aan groepjes kinderen in bibliotheken. Zo’n kinder groep toont dezelfde kenmerken als studenten in een college of deelnemers aan een symposium. Er zijn altijd kinderen die het liefst bij je op schoot zouden willen kruipen, maar anderen willen liever achteraan staan en argwanend de kat uit de boom kijken, twijfel end of ze zich wel met het verhaal moeten laten meeslepen. Deze randfiguren

moet je de kans geven even te wennen. Ook tijdens een college. Zij zitten ook op een andere manier in de groep,

afwachtend en behoedzaam. Het liefst ontwijken ze je blik, bang voor een vraag. Soms zou je eens in mijn huid moeten kunnen kruipen en de collegezaal kunnen inkijken en zien hoe verschillend het participatieproces verloopt.

Belangrijk is dat je als docent ook zorgzaam bent; studenten moeten in het college door de interactie geen schade oplopen; je moet ze motiveren en inspireren op een prettige manier. Een college moet gezellig zijn. Je bent eigenlijk ook een beetje cabaretier, met dezelfde spanningsboog. Het is daarom belangrijk dat je niet met stapels papier de collegezaal in gaat, je moet oog ontact houden in een dynamisch proces. Daarom kan ik er absoluut niet tegen als iemand zit te sms’en in de zaal of met andere dingen bezig is.

Is het onderwijs erg veranderd sinds u hier begon met werken?Vroeger kwamen studenten gewoon thuis langs. De verhoudingen waren persoon lijker. Er waren ook wel excessen. Ik herinner mij de student die de dag voor kerst bij mij thuis voor de deur stond met zijn scriptie en met een zucht van verlichting meldde dat hij klaar was. Toen vroeg ik wanneer hij het resultaat wilde bespreken, had de dag na kerstmis zijn voorkeur. De vraag of ik ook kerst mocht vieren, werd maar amper begrepen. Studenten zijn soms zo ge-dreven, zo geoccupeerd, dat ze zich onvoldoende realiseren wat er om hun heen gebeurt. Je had en hebt als docent ook de taak ze een beetje bij te sturen; maar de contacten waren vroeger inten siever. De universiteit is een meer afstandelijk instituut ge worden. De student ‘consumeert’ meer het opleidings programma dan dat hij bewust in zijn eigen opleiding investeert. Het is niet vanzelf-sprekend dat je adequaat voorbereid naar een college gaat. Dat zou eigenlijk wel moeten, niet alleen omdat het eigen studierendement daardoor beter wordt, maar ook uit respect voor de docent en medestudenten.

In mijn begintijd was het nog heel gebruikelijk dat er een deftig-statische college werd gegeven, staande achter een spreekgestoelte en dat er sheets werden geprojecteerd die kopieën waren van teksten uit een studieboek. Horden studenten zaten in volle vaart die sheets over te pennen. Wat voegde dat toe? Daarom heb ik bij de fiscale vakken toen rigoureus gebroken met die onderwijs vorm en mij veel meer gericht op de interactie. Dat was een trendbreuk. Bij tweedejaars economen, bij het vak Fiscale Economie, heb ik nog lang gemerkt dat studenten tijdens de eerste paar colleges schrokken, wanneer ze merkten dat ze niet vrij blijvend in de collegezaal zaten. Er werd hun daadwerkelijk iets ge vraagd!Jammer is te moeten zien hoe de studie hoe langer hoe meer onder tijds druk is komen te staan. De vakken staan steeds losser van elkaar. Je hebt niet meer de kans om die kennis te laten be zinken, tot je intellectueel eigendom te maken en kennis te integreren. Studenten dreigen vakkenvullers te worden. Het besef dat het primair gaat om de academische vorming, gaat verloren. Naast

Page 47: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

48 deAANSLAG! 49deAANSLAG!Thuis bij...

Weinig zullen u niet kennen, maar kunt u uzelf toch even voorstellen?Ik ben Leo Stevens, emeritus-hoogleraar Fiscale Economie van de Erasmus Universiteit Rotterdam, geboren in 1944 te Belfeld (L). Ik behaalde in 1971 mijn doctoraal examen in de economische weten-schappen, fiscaal-economische specialisatie, aan de Katholieke Hoge school te Tilburg. Na een vierjarig dienstverband bij de rijks-belasting dienst ben ik in 1976 benoemd aan de Erasmus Universiteit te Rotterdam. In 1986 ben ik tot hoogleraar benoemd. Ver volgens ben ik tot 8 december 2006 (in 0,6-deeltijd) voorzitter ge weest van de Vakgroep Fiscale Economie en voorzitter van de Stichting Europese Fiscale Studies. Vanaf 1 juli 2008 ben ik Kroonlid van de SER.

U heeft het nog steeds erg druk; waar houdt u zich zoal mee bezig?Ik heb inderdaad nog steeds een drukke agenda, maar met overwegend leuke activiteiten. Het is niet erg om het druk te hebben, als het maar bevredigend is. Vooral mijn lid maatschap van de SER (de Sociaal-Economische Raad adviseert de regering over sociaal economische onderwerpen, red.) ervaar ik als een erg interessante activiteit. Vanaf 2011 doceer ik niet meer op de universiteit, maar wel bij veel andere gelegenheden: bedrijfs-trainingen en ook publieke happenings. Ik schrijf ook columns in het Financieele Dagblad.

“...alles in het leven heeft een fiscale dimensie”

Kunt u ons wat meer vertellen over de SER?Het is een boeiend instituut in een boeiende tijd. De fiscaliteit kun je daar op een prima manier kwijt, want alles in het leven heeft een fiscale dimensie. Er zitten vooral economen in de SER, maar die willen ook de spanning ervaren van wat rechtvaardig is, hoe de belasting druk verdeeld moet worden en wat de inkomensgevolgen

zijn van alles wat we in de fiscaliteit bedenken. Wij proberen ook be lastingen instrumenteel te gebruiken. Bijvoorbeeld of we het fiscale instrumentarium kunnen inzetten om de economische crisis te bestrijden, en zo ja, hoe we dat moeten doen: via welk instru-ment dat het beste kan en wat de effectiviteit daarvan is. De multi-disciplinaire dimensie is zeer verfrissend en de dossiers verlokken tot echt studie werk. Eigen lijk zou iedere student dat eens enige tijd mee moeten kunnen maken. De SER-werkzaamheid wijkt wezen lijk af van het advieswerk als belastingadviseur. Als belastingadviseur ben je veel al bezig met kortetermijnbeleid. Je wilt de wensen van de klant zo gunstig mogelijk inpassen in het fiscale systeem. Bij de SER ben je bezig met de fiscale architectuur van het hele land: hoe moeten wij op langere termijn het fiscale stelsel zo danig om-bouwen dat de lasten eerlijk over generaties worden verdeeld en voor de toekomst een duurzame en leefbare wereld wordt veilig ge steld. En hoe kun je sociale partners de helpende hand bieden om tot constructieve oplossingen te komen?

Waar heeft u gestudeerd?Ik heb in Tilburg gestudeerd. Rotterdam is momenteel erg vergelijk-baar met Tilburg. Het zijn twee instellingen die qua mentaliteit sterk met elkaar vergelijkbaar zijn. Eigenlijk is dat niet zo vreemd, aan gezien ik zelf na mijn aantreden bij de vormgeving van het Rotterdamse fiscaal economische curriculum mij sterk heb gericht op het Tilburgse model. Ik ben gaan studeren na mijn militaire dienst en heb mijn studie mede gefinancierd als leraar op de middel bare school, waar ik ‘boekhouden, handelsrekenen en economie’ gaf.

Wat voor soort student was u?De maatschappij was toen heel anders dan nu. Veel vrijer: je kon, ook op de universiteit, doen en laten wat je wilde. Er was geen enkele ver plichting, je werd niet aan het handje genomen. Je moest jezelf maar zien te redden. Studenten zonder discipline gingen ten onder. Ik denk dat ik een redelijk gedisciplineerde student was, maar geen student die alleen maar studeerde. Ik heb, denk ik, meer colleges niét dan wél gevolgd. De toegevoegde waarde van de sommige economie colleges was heel matig; géén toegevoegde waarde. De fiscale colleges daarentegen waren uitermate goed. Die werden verzorgd door gedreven docenten. Daar heb ik geleerd wat het belang is van enthousiasmerend onderwijs. Studenten moeten hun studie leuk vinden; ze moeten plezier beleven aan de vak matige probleem stellingen en zich uitgedaagd voelen om mee te denken over de meest wenselijke maatschappelijke oplossings richtingen. Ik móest wel gedisciplineerd zijn, want mijn onderwijs baan kostte me drie dagen per week (inclusief lesgeven op zaterdag!). Bovendien trouwden wij in die tijd op relatief jonge leeftijd, kregen de meesten (ook ik) hun kinderen al in de eindfase van hun studie of kort daarna. Heel anders dan nu. Thans gaat men pas aan kinderen denken als de klok van de vruchtbaarheid begint af te lopen. Mijn oudste zoon is geboren toen ik nog niet was af-gestudeerd en dat was toen heel normaal. Als er een studentenfeest

Thuis bij... Prof. dr. L.G.M. Stevens

Thuis bij...

was, ging mijn vrouw mee. Je deed veel meer samen dan tegen-woordig het geval is.

“Thans gaat men pas aan kinderen denken als de

klok van de vruchtbaarheid begint af te lopen”

Hoe bent u in Rotterdam terecht gekomen?Na mijn afstuderen werd ik inspecteur van belastingen in Maastricht. Ik had al regelmatig wat gepubliceerd. Er was een vacature in Rotterdam bij hoogleraar Brok. Toen ook Brok over leed, was er een groot probleem. Er was niemand meer voor het onder-wijs; men zat met een kleine staf. Toen ben ik gebeld door prof. Christiaanse met het aanbod wetenschappelijk hoofdmedewerker te worden. Een erg aantrekkelijke functie met een grote vrijheid het onderwijs naar eigen visie vorm te geven. Ik heb ontslag ge nomen bij de Belastingdienst, maar eigenlijk zou ik daar nog graag een tijdje in deel tijdaanstelling hebben doorgewerkt. Het was een fantastische leer school. Maar dat kon toen nog niet. Bij de Belasting dienst was het ‘alles of niets’.

Wat vond u zo leuk aan lesgeven?Het onderwijsproces is bevredigend en boeiend. Het is ook voor jezelf als docent uitermate inspirerend studenten deelgenoot te maken van je fiscale passie. Je probeert studenten te enthousias-meren. Dat geldt ook voor het schrijven van boeken en artikelen. Het is trouwens veel moeilijker dan men denkt om een studieboek te schrijven. Je zit vaak te wikken en te wegen over de meest toegankelijke zins bouw en probeert wetteksten om te bouwen tot begrijpelijke zinnen, zonder dat er iets anders staat dan de wet voorschrijft. Zo toe gankelijk mogelijk schrijven heb ik vooral geleerd toen ik in het begin van mijn universitaire loop baan een drietal kinderboekjes heb geschreven. Eén maakte trouwens een

knipoog naar de fiscaliteit. Heks Fiskalia speelde de hoofdrol. Leerzaam en boeiend was ook tijdens de Kinderboekenweek ver haaltjes te vertellen aan groepjes kinderen in bibliotheken. Zo’n kinder groep toont dezelfde kenmerken als studenten in een college of deelnemers aan een symposium. Er zijn altijd kinderen die het liefst bij je op schoot zouden willen kruipen, maar anderen willen liever achteraan staan en argwanend de kat uit de boom kijken, twijfel end of ze zich wel met het verhaal moeten laten meeslepen. Deze randfiguren

moet je de kans geven even te wennen. Ook tijdens een college. Zij zitten ook op een andere manier in de groep,

afwachtend en behoedzaam. Het liefst ontwijken ze je blik, bang voor een vraag. Soms zou je eens in mijn huid moeten kunnen kruipen en de collegezaal kunnen inkijken en zien hoe verschillend het participatieproces verloopt.

Belangrijk is dat je als docent ook zorgzaam bent; studenten moeten in het college door de interactie geen schade oplopen; je moet ze motiveren en inspireren op een prettige manier. Een college moet gezellig zijn. Je bent eigenlijk ook een beetje cabaretier, met dezelfde spanningsboog. Het is daarom belangrijk dat je niet met stapels papier de collegezaal in gaat, je moet oog ontact houden in een dynamisch proces. Daarom kan ik er absoluut niet tegen als iemand zit te sms’en in de zaal of met andere dingen bezig is.

Is het onderwijs erg veranderd sinds u hier begon met werken?Vroeger kwamen studenten gewoon thuis langs. De verhoudingen waren persoon lijker. Er waren ook wel excessen. Ik herinner mij de student die de dag voor kerst bij mij thuis voor de deur stond met zijn scriptie en met een zucht van verlichting meldde dat hij klaar was. Toen vroeg ik wanneer hij het resultaat wilde bespreken, had de dag na kerstmis zijn voorkeur. De vraag of ik ook kerst mocht vieren, werd maar amper begrepen. Studenten zijn soms zo ge-dreven, zo geoccupeerd, dat ze zich onvoldoende realiseren wat er om hun heen gebeurt. Je had en hebt als docent ook de taak ze een beetje bij te sturen; maar de contacten waren vroeger inten siever. De universiteit is een meer afstandelijk instituut ge worden. De student ‘consumeert’ meer het opleidings programma dan dat hij bewust in zijn eigen opleiding investeert. Het is niet vanzelf-sprekend dat je adequaat voorbereid naar een college gaat. Dat zou eigenlijk wel moeten, niet alleen omdat het eigen studierendement daardoor beter wordt, maar ook uit respect voor de docent en medestudenten.

In mijn begintijd was het nog heel gebruikelijk dat er een deftig-statische college werd gegeven, staande achter een spreekgestoelte en dat er sheets werden geprojecteerd die kopieën waren van teksten uit een studieboek. Horden studenten zaten in volle vaart die sheets over te pennen. Wat voegde dat toe? Daarom heb ik bij de fiscale vakken toen rigoureus gebroken met die onderwijs vorm en mij veel meer gericht op de interactie. Dat was een trendbreuk. Bij tweedejaars economen, bij het vak Fiscale Economie, heb ik nog lang gemerkt dat studenten tijdens de eerste paar colleges schrokken, wanneer ze merkten dat ze niet vrij blijvend in de collegezaal zaten. Er werd hun daadwerkelijk iets ge vraagd!Jammer is te moeten zien hoe de studie hoe langer hoe meer onder tijds druk is komen te staan. De vakken staan steeds losser van elkaar. Je hebt niet meer de kans om die kennis te laten be zinken, tot je intellectueel eigendom te maken en kennis te integreren. Studenten dreigen vakkenvullers te worden. Het besef dat het primair gaat om de academische vorming, gaat verloren. Naast

Page 48: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

51deAANSLAG!50 deAANSLAG! Thuis bij...

vak manschap moet je proberen het probleemoplossend vermogen te ontwikkelen. Daarbij is ook de sociale interactie een punt van aandacht alsook de cultuurfilosofische dimensie van je opleiding.

Raadt u het studenten aan om eerst als belastinginspecteur aan het werk te gaan?Tien of twintig jaar geleden zou ik dat nog wel hebben gedaan. Nu niet meer. Allereerst neemt de Belastingdienst niet veel jonge mensen meer aan. Daarnaast kent de Belastingdienst niet meer zo’n goed gestructureerde interne opleiding zoals vroeger. Nu is die bij de belastingadviespraktijk doorgaans veel beter verzorgd. Vroeger was het andersom: dan had men bij de Belastingdienst een opleiding gehad en ervaring opgedaan, dan maakten velen vervolgens de overstap naar de adviespraktijk. Ik zou nu zeggen: doe wat je het liefste doet!

“Als je dan Wilders hoort zeggen dat het CCCTB-plan de prullenbak in moet, dan denk ik ‘hoe kan je dat nu zeggen, je

hebt er geen verstand van’.”

Eén van uw bezigheden is het schrijven van columns. Wilt u daar meer over vertellen?Ik schrijf één keer in de 14 dagen een column in het Financieele Dagblad. Dit is een totaal andere manier van schrijven. Voor je eigen wetenschappelijk gezag moet je artikelen schrijven in de

vakliteratuur, maar parlementariërs lezen die niet. Als je een beleidsmatige boodschap wil uitdragen moet je deze dus op een totaal andere manier presenteren; een column is daar uitermate geschikt voor. Ik hoor vaak van parlementariërs dat ze mijn columns lezen. Het moet prikkelen tot denken. Zo gaat mijn volgende column over de CCCTB, de conceptversie van een geharmoniseerde (Europese) VPB (inmiddels gepubliceerd op 26 mei 2011, red.). Maar hoe doe je dat in zo weinig woorden en hoe maak je het probleem begrijpbaar voor een breed publiek? Als je dan Wilders hoort zeggen dat het CCCTB-plan de prullenbak in moet, dan denk ik 'hoe kan je dat nu zeggen, je hebt er geen verstand van'. Met afwijzen schiet je niets op, je moet zien dat er een probleem is, en dat moet je oplossen. Je moet steeds zoeken naar de juiste vorm van je boodschap. En dat is ook mijn uitdaging.

Sinds wanneer bent u betrokken bij de Christiaanse-Taxateur?Sinds 1976. Toen was het overigens nog Taxateur.

Heeft u de samenvoeging meegemaakt?Ik heb de Fiscaal Juridische opleiding mee helpen oprichten. Christiaanse was toen hoogleraar aan de juridische faculteit. De economische faculteit had al de fiscaal economische studierichting. Ik had samen met Van Arendonk, een goede vriend en collega van mij, Christiaanse aangeraden om ook een Fiscaal Juridische opleiding op te zetten. Aanvankelijk was het de bedoeling dat beide opleidingen zouden samengaan. Niet alleen een Fiscaal Economisch Instituut, maar één instituut met twee stromingen: de juridische en economische. De staf zou over en weer colleges geven, zoals in Tilburg. Dat ging niet door, omdat de juridische faculteit een groeifaculteit was, en extra formatiegeld kreeg. Als de fiscaal-juristen met ons zouden meegaan, zou dat formatiegeld voor hen niet beschikbaar komen. Men had er daarom financieel

Thuis bij...

belang bij de organisatie te splitsen. De juridische faculteit zat trouwens toen nog in het H-gebouw (de 17e verdieping), maar kreeg snel daarna haar eigen gebouw. Dat leidde ertoe dat hoe langer hoe meer op gescheiden circuits werd gewerkt, ook al waren de persoonlijke contacten zeer intensief. Op een gegeven moment leek er rivaliteit te ontstaan tussen de studiegroeperingen. Dat zou de bestuurskracht niet ten goede komen. Ik was toen benauwd dat er een Feyenoord-Ajax-sfeertje zou ontstaan. Gelukkig zijn de studieverenigingen gefuseerd, hetgeen ik altijd zeer heb toegejuicht. Samenwerking geeft meer organisatorisch vermogen. Ik heb die samenwerking steeds gestimuleerd.

Uiteindelijk is vanuit dat gevoel van samenwerken ook het LOF (Landelijk Overleg Fiscalisten) ontstaan. Dat is oorspronkelijk een Rotterdams initiatief, geïnitieerd door Wim van de Beek, des tijds student-assistent bij fiscale economie. Hij was ook de eerste voorzitter. Hij was een goede organisator, die landelijke samenwerking wist te realiseren. Volgens mij is ook het eerste LOF-congres in Rotterdam gehouden. Dat was begin jaren 80. Forfaitair was overigens ook een Rotterdams initiatief. Als coördinerend redac teur verbonden aan Kluwer had ik veel mogelijkheden dergelijke initiatieven te ondersteunen.

“Ik was toen benauwd dat er een Feyenoord-Ajax-sfeertje

zou ontstaan”

Wat zullen volgens u de grote fiscale thema’s worden in de toekomst?Ik beschrijf jaarlijks in mijn Fiscale Beleidsnotities voor het Week blad Fiscaal Recht de verwachte toekomstige beleids-ontwikkelingen. Laat ik daarnaar verwijzen, omdat ik anders te zeer in oppervlakkige aanduidingen zou blijven hangen. Zie WFR 30 september 2010, nr. 6875.

Heeft u op uw leeftijd nog geen zin om met pensioen te gaan?Niet echt. Zo lang de professionele activiteiten uitdagend, boeiend en bevredigend zijn, is het een voorrecht om ermee bezig te zijn. De pensioengerechtigde leeftijd heeft wel het voordeel dat het ‘heilig moeten’ achter de rug is. Je kunt thans frank en vrij bepaalde klussen van de deur houden en zonder wroeging tot de conclusie komen dat de vrijetijdsbeleving een hoger nut oplevert.

Heeft u nog tips of aanbevelingen voor fiscale studenten?Zorg dat je in je studietijd een aantal studievrienden overhoudt. Het is leuk om samen de rest van je leven door te maken. Ik heb nog steeds een aantal studievrienden, waar ik (met partners) nog elke drie maanden mee samen kom. Gewoon bij iemand thuis, waar we dan wat eten en drinken. We gaan de laatste jaren ook geregeld samen op reis.

Ik raad ook elke student aan om les te gaan geven. Dat is een hele mooie vorm van bijverdiensten, want je leert er zo ontzettend veel van. Ik heb daarvan geleerd college te geven: de vaardigheid om het verhaal te vertellen, de didactische methodes. Ervaring voor het hele professionele leven.

Page 49: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

51deAANSLAG!50 deAANSLAG! Thuis bij...

vak manschap moet je proberen het probleemoplossend vermogen te ontwikkelen. Daarbij is ook de sociale interactie een punt van aandacht alsook de cultuurfilosofische dimensie van je opleiding.

Raadt u het studenten aan om eerst als belastinginspecteur aan het werk te gaan?Tien of twintig jaar geleden zou ik dat nog wel hebben gedaan. Nu niet meer. Allereerst neemt de Belastingdienst niet veel jonge mensen meer aan. Daarnaast kent de Belastingdienst niet meer zo’n goed gestructureerde interne opleiding zoals vroeger. Nu is die bij de belastingadviespraktijk doorgaans veel beter verzorgd. Vroeger was het andersom: dan had men bij de Belastingdienst een opleiding gehad en ervaring opgedaan, dan maakten velen vervolgens de overstap naar de adviespraktijk. Ik zou nu zeggen: doe wat je het liefste doet!

“Als je dan Wilders hoort zeggen dat het CCCTB-plan de prullenbak in moet, dan denk ik ‘hoe kan je dat nu zeggen, je

hebt er geen verstand van’.”

Eén van uw bezigheden is het schrijven van columns. Wilt u daar meer over vertellen?Ik schrijf één keer in de 14 dagen een column in het Financieele Dagblad. Dit is een totaal andere manier van schrijven. Voor je eigen wetenschappelijk gezag moet je artikelen schrijven in de

vakliteratuur, maar parlementariërs lezen die niet. Als je een beleidsmatige boodschap wil uitdragen moet je deze dus op een totaal andere manier presenteren; een column is daar uitermate geschikt voor. Ik hoor vaak van parlementariërs dat ze mijn columns lezen. Het moet prikkelen tot denken. Zo gaat mijn volgende column over de CCCTB, de conceptversie van een geharmoniseerde (Europese) VPB (inmiddels gepubliceerd op 26 mei 2011, red.). Maar hoe doe je dat in zo weinig woorden en hoe maak je het probleem begrijpbaar voor een breed publiek? Als je dan Wilders hoort zeggen dat het CCCTB-plan de prullenbak in moet, dan denk ik 'hoe kan je dat nu zeggen, je hebt er geen verstand van'. Met afwijzen schiet je niets op, je moet zien dat er een probleem is, en dat moet je oplossen. Je moet steeds zoeken naar de juiste vorm van je boodschap. En dat is ook mijn uitdaging.

Sinds wanneer bent u betrokken bij de Christiaanse-Taxateur?Sinds 1976. Toen was het overigens nog Taxateur.

Heeft u de samenvoeging meegemaakt?Ik heb de Fiscaal Juridische opleiding mee helpen oprichten. Christiaanse was toen hoogleraar aan de juridische faculteit. De economische faculteit had al de fiscaal economische studierichting. Ik had samen met Van Arendonk, een goede vriend en collega van mij, Christiaanse aangeraden om ook een Fiscaal Juridische opleiding op te zetten. Aanvankelijk was het de bedoeling dat beide opleidingen zouden samengaan. Niet alleen een Fiscaal Economisch Instituut, maar één instituut met twee stromingen: de juridische en economische. De staf zou over en weer colleges geven, zoals in Tilburg. Dat ging niet door, omdat de juridische faculteit een groeifaculteit was, en extra formatiegeld kreeg. Als de fiscaal-juristen met ons zouden meegaan, zou dat formatiegeld voor hen niet beschikbaar komen. Men had er daarom financieel

Thuis bij...

belang bij de organisatie te splitsen. De juridische faculteit zat trouwens toen nog in het H-gebouw (de 17e verdieping), maar kreeg snel daarna haar eigen gebouw. Dat leidde ertoe dat hoe langer hoe meer op gescheiden circuits werd gewerkt, ook al waren de persoonlijke contacten zeer intensief. Op een gegeven moment leek er rivaliteit te ontstaan tussen de studiegroeperingen. Dat zou de bestuurskracht niet ten goede komen. Ik was toen benauwd dat er een Feyenoord-Ajax-sfeertje zou ontstaan. Gelukkig zijn de studieverenigingen gefuseerd, hetgeen ik altijd zeer heb toegejuicht. Samenwerking geeft meer organisatorisch vermogen. Ik heb die samenwerking steeds gestimuleerd.

Uiteindelijk is vanuit dat gevoel van samenwerken ook het LOF (Landelijk Overleg Fiscalisten) ontstaan. Dat is oorspronkelijk een Rotterdams initiatief, geïnitieerd door Wim van de Beek, des tijds student-assistent bij fiscale economie. Hij was ook de eerste voorzitter. Hij was een goede organisator, die landelijke samenwerking wist te realiseren. Volgens mij is ook het eerste LOF-congres in Rotterdam gehouden. Dat was begin jaren 80. Forfaitair was overigens ook een Rotterdams initiatief. Als coördinerend redac teur verbonden aan Kluwer had ik veel mogelijkheden dergelijke initiatieven te ondersteunen.

“Ik was toen benauwd dat er een Feyenoord-Ajax-sfeertje

zou ontstaan”

Wat zullen volgens u de grote fiscale thema’s worden in de toekomst?Ik beschrijf jaarlijks in mijn Fiscale Beleidsnotities voor het Week blad Fiscaal Recht de verwachte toekomstige beleids-ontwikkelingen. Laat ik daarnaar verwijzen, omdat ik anders te zeer in oppervlakkige aanduidingen zou blijven hangen. Zie WFR 30 september 2010, nr. 6875.

Heeft u op uw leeftijd nog geen zin om met pensioen te gaan?Niet echt. Zo lang de professionele activiteiten uitdagend, boeiend en bevredigend zijn, is het een voorrecht om ermee bezig te zijn. De pensioengerechtigde leeftijd heeft wel het voordeel dat het ‘heilig moeten’ achter de rug is. Je kunt thans frank en vrij bepaalde klussen van de deur houden en zonder wroeging tot de conclusie komen dat de vrijetijdsbeleving een hoger nut oplevert.

Heeft u nog tips of aanbevelingen voor fiscale studenten?Zorg dat je in je studietijd een aantal studievrienden overhoudt. Het is leuk om samen de rest van je leven door te maken. Ik heb nog steeds een aantal studievrienden, waar ik (met partners) nog elke drie maanden mee samen kom. Gewoon bij iemand thuis, waar we dan wat eten en drinken. We gaan de laatste jaren ook geregeld samen op reis.

Ik raad ook elke student aan om les te gaan geven. Dat is een hele mooie vorm van bijverdiensten, want je leert er zo ontzettend veel van. Ik heb daarvan geleerd college te geven: de vaardigheid om het verhaal te vertellen, de didactische methodes. Ervaring voor het hele professionele leven.

Page 50: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

52 deAANSLAG! Starters interview Allen & Overy

Zou je je even willen voorstellen?Ik ben Gerard van der Linden, 29 jaar geboren in Rotterdam, maar ik heb Fiscaal Recht en Nederlands Recht gestudeerd in Amsterdam. Ik ben naar Amsterdam verhuisd, omdat ik daar op hoger niveau kon roeien. Zo heb ik met de Lichte Vier twee keer de Olympische Spelen gehaald.

Hoe ben je bij Allen & Overy terecht gekomen?Ik heb eerst stage gelopen bij een vergelijkbaar kantoor en toen ben ik gaan zoeken naar een kantoor waar de grote deals worden gedaan en dan ben je bij Allen & Overy aan het goede adres. Ik had bij dit kantoor een goed gevoel en heb hier met succes gesolliciteerd.

Wat is je functie bij Allen & Overy?Op de praktijkgroep waar ik werk, werken 12 personen. Ik ben op dit moment advocaat-stagiair met nog vijf andere collega’s op de praktijkgroep Tax. Wij zijn de schakel tussen de advocaten en de fiscale wereld.

Hoe is het werken hier? De grootste praktijkgroepen van dit kantoor zijn Banking en Corporate. We werken veel samen met de advocaten en verzorgen het fiscale deel van een transactie. Verder heerst er een informele sfeer en werk ik direct voor een partner. Hierdoor wordt er wel wat van je verwacht, maar dat maakt het ook leuk. Je krijgt een hoop verantwoordelijkheden. Bij Allen & Overy werken diverse groepen mensen met elkaar samen, wat elkaar goed ligt en dat maakt het werken een stuk leuker. Procederen komt niet vaak voor, dit komt doordat banken graag elk risico willen vermijden. We vragen vaak een ruling aan

bij de Belastingdienst of er wordt een opinie afgegeven. Het lastige van een ruling is dat de feiten goed moeten worden opgeschreven, want anders tekent de inspecteur voor wat anders. Ook heb ik veel contact met andere Europese vestigingen van Allen & Overy voor fiscale vragen over Nederland.

Hoe zag je eerste werkweek eruit?Iedereen die start bij A&O krijgt een intro-ductie cursus van drie dagen met o.a. een computer cursus, kennismaking met de ver-schillende afdelingen binnen kantoor en wordt alles uitgelegd, zoals uren schrijven en filing. Na drie dagen kun je dan echt aan de slag! Mijn eerste klus was een miljardenovername waaraan ik mee mocht werken. In het begin was het wel wennen aan de economische termen, maar na verloop van tijd leer je deze goed kennen. Hetzelfde geldt voor het spreken en schrijven in het Engels. Het went erg snel, omdat het Engels een makkelijkere taal is om juridisch te verwoorden en te vertalen.

Heb je tijdens je werk veel baat bij je kennis uit je studie?Ja, dat is je basis. Zonder je studie kan je niets. Maar het grote verschil is dat op een tentamen alle feiten gegeven zijn en er dus altijd een juist antwoord is. Hier komen er vraagstukken voor waar geen antwoord op te vinden is, simpelweg omdat er nog niets over beslist is in de wet en de jurisprudentie. Je moet je studie zien als een handvat en je leert er op een bepaald niveau denken. De trucs leer je pas echt in de praktijk.

Waar bestaan de opleidings mogelijk-heden binnen Allen & Overy uit?Elke werknemer die hier begint als advocaat,

volgt de Law Firm School. Deze opleiding duurt negen maanden en vindt plaats in Scheveningen. Gedurende die negen maanden volg je om de week twee dagen college waar je uit eindelijk een aantal tentamens over maakt. De colleges worden voornamelijk door partners of hoog leraren van de deel nemende kantoren ver zorgd.

Verder stimuleert Allen & Overy elke cursus. Deze wordt voor je betaald, het kost je alleen vrije tijd. Zo heb ik een typecursus gevolgd en wil ik een cursus speedreading gaan volgen. Ook zijn er interne cursussen welke worden ge geven door goeroes. Elke maandag hebben we ook nog een vak technisch overleg en kunnen er vragen worden gesteld. Voor de junioren is er eens in de maand een overleg en geeft een partner een presentatie over een fiscaal onderwerp.

Hoe ziet jouw vervolgtraject eruit?Als je hier begint, dan wordt je na 3 jaar medewerker en dan weer een paar jaar verder kan je council worden of ga je het partnertraject in. Welke kant ik op wil weet ik nog niet.

Nog een laatste vraag over het thema van deze Aanslag. Waar zie jij jezelf over 20 jaar?Ken je dat liedje Sunscreen? Daarin worden allemaal tips gegeven over wat je kunt doen, maar het belangrijkste is dat je zonnebrand draagt. Een mooie quote vind ik: ‘’The most interesting people I know, didn’t know at 22 what they want to do with their lives. Some of the most interesting 40 year olds still don’t know.’’

Starters interview Allen & Overy

PaspoortNaam: Gerard van der LindenOpleiding: Nederlands recht en Fiscaal rechtLeeftijd: 29 jaarFavoriete plek in Rotterdam en waarom: Oude HavenFiscale tip: Volg je hoorcolleges, dat scheelt een hoop werk voor het tentamen.

De board met raad en daad bijstaan kan niet meer zonder te weten wat er speelt en verder te kijken dan

de wetten en jurisprudentie. Studeer je Nederlands, notarieel of fiscaal recht en denk je businesswise genoeg

te zijn, maak dan kennis met ons op businesswiseadvocaten.nl

De board van vandaag vraagt om businesswise advocaten

Page 51: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

52 deAANSLAG! Starters interview Allen & Overy

Zou je je even willen voorstellen?Ik ben Gerard van der Linden, 29 jaar geboren in Rotterdam, maar ik heb Fiscaal Recht en Nederlands Recht gestudeerd in Amsterdam. Ik ben naar Amsterdam verhuisd, omdat ik daar op hoger niveau kon roeien. Zo heb ik met de Lichte Vier twee keer de Olympische Spelen gehaald.

Hoe ben je bij Allen & Overy terecht gekomen?Ik heb eerst stage gelopen bij een vergelijkbaar kantoor en toen ben ik gaan zoeken naar een kantoor waar de grote deals worden gedaan en dan ben je bij Allen & Overy aan het goede adres. Ik had bij dit kantoor een goed gevoel en heb hier met succes gesolliciteerd.

Wat is je functie bij Allen & Overy?Op de praktijkgroep waar ik werk, werken 12 personen. Ik ben op dit moment advocaat-stagiair met nog vijf andere collega’s op de praktijkgroep Tax. Wij zijn de schakel tussen de advocaten en de fiscale wereld.

Hoe is het werken hier? De grootste praktijkgroepen van dit kantoor zijn Banking en Corporate. We werken veel samen met de advocaten en verzorgen het fiscale deel van een transactie. Verder heerst er een informele sfeer en werk ik direct voor een partner. Hierdoor wordt er wel wat van je verwacht, maar dat maakt het ook leuk. Je krijgt een hoop verantwoordelijkheden. Bij Allen & Overy werken diverse groepen mensen met elkaar samen, wat elkaar goed ligt en dat maakt het werken een stuk leuker. Procederen komt niet vaak voor, dit komt doordat banken graag elk risico willen vermijden. We vragen vaak een ruling aan

bij de Belastingdienst of er wordt een opinie afgegeven. Het lastige van een ruling is dat de feiten goed moeten worden opgeschreven, want anders tekent de inspecteur voor wat anders. Ook heb ik veel contact met andere Europese vestigingen van Allen & Overy voor fiscale vragen over Nederland.

Hoe zag je eerste werkweek eruit?Iedereen die start bij A&O krijgt een intro-ductie cursus van drie dagen met o.a. een computer cursus, kennismaking met de ver-schillende afdelingen binnen kantoor en wordt alles uitgelegd, zoals uren schrijven en filing. Na drie dagen kun je dan echt aan de slag! Mijn eerste klus was een miljardenovername waaraan ik mee mocht werken. In het begin was het wel wennen aan de economische termen, maar na verloop van tijd leer je deze goed kennen. Hetzelfde geldt voor het spreken en schrijven in het Engels. Het went erg snel, omdat het Engels een makkelijkere taal is om juridisch te verwoorden en te vertalen.

Heb je tijdens je werk veel baat bij je kennis uit je studie?Ja, dat is je basis. Zonder je studie kan je niets. Maar het grote verschil is dat op een tentamen alle feiten gegeven zijn en er dus altijd een juist antwoord is. Hier komen er vraagstukken voor waar geen antwoord op te vinden is, simpelweg omdat er nog niets over beslist is in de wet en de jurisprudentie. Je moet je studie zien als een handvat en je leert er op een bepaald niveau denken. De trucs leer je pas echt in de praktijk.

Waar bestaan de opleidings mogelijk-heden binnen Allen & Overy uit?Elke werknemer die hier begint als advocaat,

volgt de Law Firm School. Deze opleiding duurt negen maanden en vindt plaats in Scheveningen. Gedurende die negen maanden volg je om de week twee dagen college waar je uit eindelijk een aantal tentamens over maakt. De colleges worden voornamelijk door partners of hoog leraren van de deel nemende kantoren ver zorgd.

Verder stimuleert Allen & Overy elke cursus. Deze wordt voor je betaald, het kost je alleen vrije tijd. Zo heb ik een typecursus gevolgd en wil ik een cursus speedreading gaan volgen. Ook zijn er interne cursussen welke worden ge geven door goeroes. Elke maandag hebben we ook nog een vak technisch overleg en kunnen er vragen worden gesteld. Voor de junioren is er eens in de maand een overleg en geeft een partner een presentatie over een fiscaal onderwerp.

Hoe ziet jouw vervolgtraject eruit?Als je hier begint, dan wordt je na 3 jaar medewerker en dan weer een paar jaar verder kan je council worden of ga je het partnertraject in. Welke kant ik op wil weet ik nog niet.

Nog een laatste vraag over het thema van deze Aanslag. Waar zie jij jezelf over 20 jaar?Ken je dat liedje Sunscreen? Daarin worden allemaal tips gegeven over wat je kunt doen, maar het belangrijkste is dat je zonnebrand draagt. Een mooie quote vind ik: ‘’The most interesting people I know, didn’t know at 22 what they want to do with their lives. Some of the most interesting 40 year olds still don’t know.’’

Starters interview Allen & Overy

PaspoortNaam: Gerard van der LindenOpleiding: Nederlands recht en Fiscaal rechtLeeftijd: 29 jaarFavoriete plek in Rotterdam en waarom: Oude HavenFiscale tip: Volg je hoorcolleges, dat scheelt een hoop werk voor het tentamen.

De board met raad en daad bijstaan kan niet meer zonder te weten wat er speelt en verder te kijken dan

de wetten en jurisprudentie. Studeer je Nederlands, notarieel of fiscaal recht en denk je businesswise genoeg

te zijn, maak dan kennis met ons op businesswiseadvocaten.nl

De board van vandaag vraagt om businesswise advocaten

Page 52: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

54 deAANSLAG! Consul Generaal Mumbai

De eerste dag in Mumbai stond een bezoek

op de residentie van de Nederlandse Con-

sul-Generaal op het programma. Als echte

Nederlanders arriveerde de delegatie van de

Erasmus Universiteit Rotterdam ruim op tijd.

Op de residentie werd echter gerekend op

een stipte aankomst, dus kozen wij om nog

even te genieten van de prachtige tuin voor

het gebouw. Na een paar slokjes water en een

groepfoto’s tussen de planten, werden wij

hartelijk ontvangen door de Consul-Gene-

raal, mevrouw Van Drunen Littel en haar

medewerkers.

Na binnenkomst stelde de Consul-Generaal zich aan ons voor. Onder het genot van een verfrissend traditioneel Indiaas drankje, (menig student heeft dit nog dagelijks in restaurants en cafés besteld, maar nergens was het zo lekker als op de residentie) werden wij geleid naar een prachtig gedekte tafel waar daarna de lunch zou worden geserveerd. Mevrouw Van Drunen Littel nam plaats aan het hoofd van de tafel vergezeld door Shyaam Poedai. Hij is opgetreden als contactpersoon namens het Consulaat-Generaal.

Wat is het verschil tussen een Consul-Generaal en een ambassadeur?De ambassadeur is een vertegenwoordiger van de Koningin en wordt altijd geplaatst in de hoofdstad van het desbetreffende land. Door de omvang van sommige landen is één ambassadeur niet al-tijd voldoende. In dat geval wordt er een tweede vertegenwoordiger van Nederland aangesteld en een aantal verantwoordelijkheden aan deze plaatsvervanger van de ambassadeur overgedragen. Deze plaatsvervanger van de ambassadeur wordt ook wel de Consul-Generaal genoemd. Het Consulaat-Generaal in Mumbai ontfermt zich over het zuidelijke deel van India. De ambassade neemt Noord-India voor zijn rekening. Elke diplomaat wisselt om de drie à vier jaar van plaats. Zodoende wordt voorkomen dat een diplomaat zich gaat identificeren met het land waar hij zit. Het Nederlandse belang staat in dit verhaal dus voorop. Voor mevrouw Van Drunen Littel is India haar veertiende plaatsing.

Wat is de taak van een Consulaat-Generaal? Het Consulaat-Generaal kent verschillende afdelingen. De voornaamste taak van het Consulaat-Generaal is simpelweg om als visumfabriek te spelen. In de eerste vier maanden van 2011 zijn reeds 7000 visa afgegeven. Daarnaast bestaan de consulaire taken ook uit het verstrekken van paspoorten, (nood)reisdocu-menten, adviseren op nationaliteit, bijstaan van gedetineerden

Bezoek aan de Consul-Generaal Mumbai

55deAANSLAG!Consul Generaal Mumbai

etc. Hiernaast richt het Consulaat-Generaal zich op de economi-sche betrekkingen tussen Nederland en India. De economische afdeling houdt zich bezig met het ontdekken van kansen voor Nederlandse bedrijven in India. Sinds de economische crisis zoekt Nederland investeerders in ons land om de Nederlandse economie te stimuleren. Ook op dit punt moet het consulaat een steentje bijdragen. Verder hoort promotie van de Nederlandse cultuur ook tot het takenpakket van het consulaat. Er worden bijvoorbeeld tentoonstellingen gehouden van Nederlandse ar-chitectuur in Mumbai. Ook samenwerking tussen universiteiten bevorderen valt hieronder.

Hoe zit het met positie van vrouwen; probeert de Indiase politiek vrouwen op een gelijke voet te krijgen? Allereerst moet er gezegd worden dat er in India wel degelijk vrouwen zijn die hoge posities bekleden in het bedrijfsleven. Echter over het algemeen is de Indiase vrouw nog altijd een typische huisvrouw. Ze is de hele dag bezig om het huis op te ruimen, voor de kinderen te zorgen en het bereiden van een maaltijd voordat de echtgenoot terug keert van zijn werk. De gemakken van koelkasten, magnetrons en eten uit pakjes, die wij als vanzelfsprekend be-schouwen, zijn voor het overgrote deel van de Indiase vrouwen on-bekend. Alle ingrediënten zullen vers op de markt moeten worden gehaald. Bij grote families zal de vrouw soms meerdere keren op een dag de markt moeten bezoeken. Daarnaast duurt het bereiden van een maaltijd vele malen langer dan wij gewend zijn. Al met al houdt de Indiase vrouw amper tijd over om te kunnen werken. Hierdoor is het ook erg moeilijk om de man/vrouw verhouding gelijk te trekken. Eigenlijk is het ook maar de vraag of de Indiase vrouw dit daadwerkelijk wil, aangezien het onderhouden van het gezin een belangrijke rol speelt in de samenleving in India.

India is een gelovig land, hoe dienen wij als Nederlanders daar mee om te gaan?In India is ongeveer 80% Hindi, en circa 15% is moslim. De mensen gaan serieus met hun geloof om, maar vinden het niet prettig om daar openlijk over te praten. Ze vinden dat het iets persoonlijks is, en vinden het dus niet prettig als wij westerlingen daar persoonlijke vragen over stellen of commentaar op leveren. De Consul-Generaal raadde ons aan om, gezien het feit dat Osama Bin Laden twee dagen eerder gevonden werd door de Amerikanen, voorzichtig te zijn bij tempels, moskeeën en andere drukbezochte locaties. Het is namelijk moeilijk te voorspellen wat de reacties zullen zijn in India.

Een ander onbesproken onderwerp in India is het kastenstelsel. Officieel zou hier geen sprake meer van moeten zijn. Er bestaat een wet waardoor de ‘untouchables’ bevoordeeld worden met be-trekking tot bijvoorbeeld onderwijs. Op deze manier probeert de Indiase politiek de tegenstellingen in de maatschappij enigszins af te zwakken. Afsluitend werd ons nog een aantal tips gegeven over hoe men het beste om kan gaan met het Indiase volk en mochten we een kijkje nemen op het Consulaat-Generaal zelf!

BiografieMarijke van Drunen Littel is na haar studie Internationaal Recht, met specialisatie Recht van de Europese Gemeenschappen en Mededingingsrecht, aan de Rijks Universiteit Leiden begon-nen als bedrijfsjurist. Na een aantal jaren heeft zij besloten om zich bij het Ministerie van Buitenlandse Zaken toe te voegen en heeft zij het zogenaamde ‘diplomatenklasje’ gevolgd. Haar eerste post was in 1977 waar zij gestationeerd was in toentertijd nog Oost Berlijn. Zij heeft daarna onder andere posten gehad op de Ambassades in Washington, New Delhi, Genève, Manila en Belgrado, waarna zij tijdens de Kosovo-oorlog hoofd werd van de op te zetten Ambassadekantoor in Tirana. De jaren daarna heeft zij onder andere op het ministerie gewerkt als speciaal adviseur voor de Balkan, bij de World Health Organisation in Genève en bij de Permanente Vertegenwoordiging van Nederland bij de Eu-ropese Unie. Van 2005 tot en met 2009 was zij Ambassaderaad op de Ambassade in Brasilia waar zij fungeerde als plaatsver-vangend Ambassadeur. Sinds september 2009 bekleedt zij haar huidige functie als Consul Generaal te Mumbai.

Marijke van Drunen Littel, Consul Generaal te Mumbai

Page 53: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

54 deAANSLAG! Consul Generaal Mumbai

De eerste dag in Mumbai stond een bezoek

op de residentie van de Nederlandse Con-

sul-Generaal op het programma. Als echte

Nederlanders arriveerde de delegatie van de

Erasmus Universiteit Rotterdam ruim op tijd.

Op de residentie werd echter gerekend op

een stipte aankomst, dus kozen wij om nog

even te genieten van de prachtige tuin voor

het gebouw. Na een paar slokjes water en een

groepfoto’s tussen de planten, werden wij

hartelijk ontvangen door de Consul-Gene-

raal, mevrouw Van Drunen Littel en haar

medewerkers.

Na binnenkomst stelde de Consul-Generaal zich aan ons voor. Onder het genot van een verfrissend traditioneel Indiaas drankje, (menig student heeft dit nog dagelijks in restaurants en cafés besteld, maar nergens was het zo lekker als op de residentie) werden wij geleid naar een prachtig gedekte tafel waar daarna de lunch zou worden geserveerd. Mevrouw Van Drunen Littel nam plaats aan het hoofd van de tafel vergezeld door Shyaam Poedai. Hij is opgetreden als contactpersoon namens het Consulaat-Generaal.

Wat is het verschil tussen een Consul-Generaal en een ambassadeur?De ambassadeur is een vertegenwoordiger van de Koningin en wordt altijd geplaatst in de hoofdstad van het desbetreffende land. Door de omvang van sommige landen is één ambassadeur niet al-tijd voldoende. In dat geval wordt er een tweede vertegenwoordiger van Nederland aangesteld en een aantal verantwoordelijkheden aan deze plaatsvervanger van de ambassadeur overgedragen. Deze plaatsvervanger van de ambassadeur wordt ook wel de Consul-Generaal genoemd. Het Consulaat-Generaal in Mumbai ontfermt zich over het zuidelijke deel van India. De ambassade neemt Noord-India voor zijn rekening. Elke diplomaat wisselt om de drie à vier jaar van plaats. Zodoende wordt voorkomen dat een diplomaat zich gaat identificeren met het land waar hij zit. Het Nederlandse belang staat in dit verhaal dus voorop. Voor mevrouw Van Drunen Littel is India haar veertiende plaatsing.

Wat is de taak van een Consulaat-Generaal? Het Consulaat-Generaal kent verschillende afdelingen. De voornaamste taak van het Consulaat-Generaal is simpelweg om als visumfabriek te spelen. In de eerste vier maanden van 2011 zijn reeds 7000 visa afgegeven. Daarnaast bestaan de consulaire taken ook uit het verstrekken van paspoorten, (nood)reisdocu-menten, adviseren op nationaliteit, bijstaan van gedetineerden

Bezoek aan de Consul-Generaal Mumbai

55deAANSLAG!Consul Generaal Mumbai

etc. Hiernaast richt het Consulaat-Generaal zich op de economi-sche betrekkingen tussen Nederland en India. De economische afdeling houdt zich bezig met het ontdekken van kansen voor Nederlandse bedrijven in India. Sinds de economische crisis zoekt Nederland investeerders in ons land om de Nederlandse economie te stimuleren. Ook op dit punt moet het consulaat een steentje bijdragen. Verder hoort promotie van de Nederlandse cultuur ook tot het takenpakket van het consulaat. Er worden bijvoorbeeld tentoonstellingen gehouden van Nederlandse ar-chitectuur in Mumbai. Ook samenwerking tussen universiteiten bevorderen valt hieronder.

Hoe zit het met positie van vrouwen; probeert de Indiase politiek vrouwen op een gelijke voet te krijgen? Allereerst moet er gezegd worden dat er in India wel degelijk vrouwen zijn die hoge posities bekleden in het bedrijfsleven. Echter over het algemeen is de Indiase vrouw nog altijd een typische huisvrouw. Ze is de hele dag bezig om het huis op te ruimen, voor de kinderen te zorgen en het bereiden van een maaltijd voordat de echtgenoot terug keert van zijn werk. De gemakken van koelkasten, magnetrons en eten uit pakjes, die wij als vanzelfsprekend be-schouwen, zijn voor het overgrote deel van de Indiase vrouwen on-bekend. Alle ingrediënten zullen vers op de markt moeten worden gehaald. Bij grote families zal de vrouw soms meerdere keren op een dag de markt moeten bezoeken. Daarnaast duurt het bereiden van een maaltijd vele malen langer dan wij gewend zijn. Al met al houdt de Indiase vrouw amper tijd over om te kunnen werken. Hierdoor is het ook erg moeilijk om de man/vrouw verhouding gelijk te trekken. Eigenlijk is het ook maar de vraag of de Indiase vrouw dit daadwerkelijk wil, aangezien het onderhouden van het gezin een belangrijke rol speelt in de samenleving in India.

India is een gelovig land, hoe dienen wij als Nederlanders daar mee om te gaan?In India is ongeveer 80% Hindi, en circa 15% is moslim. De mensen gaan serieus met hun geloof om, maar vinden het niet prettig om daar openlijk over te praten. Ze vinden dat het iets persoonlijks is, en vinden het dus niet prettig als wij westerlingen daar persoonlijke vragen over stellen of commentaar op leveren. De Consul-Generaal raadde ons aan om, gezien het feit dat Osama Bin Laden twee dagen eerder gevonden werd door de Amerikanen, voorzichtig te zijn bij tempels, moskeeën en andere drukbezochte locaties. Het is namelijk moeilijk te voorspellen wat de reacties zullen zijn in India.

Een ander onbesproken onderwerp in India is het kastenstelsel. Officieel zou hier geen sprake meer van moeten zijn. Er bestaat een wet waardoor de ‘untouchables’ bevoordeeld worden met be-trekking tot bijvoorbeeld onderwijs. Op deze manier probeert de Indiase politiek de tegenstellingen in de maatschappij enigszins af te zwakken. Afsluitend werd ons nog een aantal tips gegeven over hoe men het beste om kan gaan met het Indiase volk en mochten we een kijkje nemen op het Consulaat-Generaal zelf!

BiografieMarijke van Drunen Littel is na haar studie Internationaal Recht, met specialisatie Recht van de Europese Gemeenschappen en Mededingingsrecht, aan de Rijks Universiteit Leiden begon-nen als bedrijfsjurist. Na een aantal jaren heeft zij besloten om zich bij het Ministerie van Buitenlandse Zaken toe te voegen en heeft zij het zogenaamde ‘diplomatenklasje’ gevolgd. Haar eerste post was in 1977 waar zij gestationeerd was in toentertijd nog Oost Berlijn. Zij heeft daarna onder andere posten gehad op de Ambassades in Washington, New Delhi, Genève, Manila en Belgrado, waarna zij tijdens de Kosovo-oorlog hoofd werd van de op te zetten Ambassadekantoor in Tirana. De jaren daarna heeft zij onder andere op het ministerie gewerkt als speciaal adviseur voor de Balkan, bij de World Health Organisation in Genève en bij de Permanente Vertegenwoordiging van Nederland bij de Eu-ropese Unie. Van 2005 tot en met 2009 was zij Ambassaderaad op de Ambassade in Brasilia waar zij fungeerde als plaatsver-vangend Ambassadeur. Sinds september 2009 bekleedt zij haar huidige functie als Consul Generaal te Mumbai.

Marijke van Drunen Littel, Consul Generaal te Mumbai

Page 54: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

56 deAANSLAG! Docentenartikel Fiscaal Recht

Twintig jaar is nog niet oud, maar ik kan me voor stellen dat gerelateerd aan het verblijf van een student aan een universiteit dit al rijkelijk oud over komt. De eeuwige student kennen we al lang niet meer. Met het net door de Tweede Kamer aan vaarde boete systeem voor de langstudeerder en met de universitaire maat regel dat je meteen in het eerste jaar al 60 ects moet hebben be haald om door te kunnen, zullen studenten steeds meer ge dwongen worden strak in het studiegareel te lopen. De vraag is of de student nog geacht wordt iets naast zijn studie te doen.

Is het nog verantwoord bestuursfuncties bij een studentenvereniging, studie vereniging, of studentenblad te hebben, of student-assistent te zijn voor een tijdje, dan wel in binnen- of buitenland een stage te lopen etc. etc. Of wordt dit het privilege voor de toppers onder de studenten. De toe komst zal het leren.

Dit geldt ook voor het voortbestaan van ‘de Aanslag’. ‘de Aanslag’ toen begonnen als een zeer eenvoudige uitgave van Fiscaal Juridisch Dispuut J.H. Christiaanse werd

al iets dikker in collegejaar 1992-1993 vanwege het samengaan met het Fiscaal Economisch Deelgenootschap Taxateur, maar is de laatste jaren uitgegroeid tot een glossy magazine op A4-formaat met vele foto’s. Ik ga er zonder meer vanuit dat het zilveren jubileum zeker nog gevierd gaat worden en ik hoop dat ook over twintig jaar dit studentenblad voor de fi scale studenten van de EUR levensvatbaar zal zijn.

De universiteit heeft altijd een grote maatschappelijke functie gehad. Van hoog leraren en andere stafmedewerkers wordt verwacht dat zij actief mee doen aan het maat schappelijke debat. Op velerlei wijze vindt dit plaats, zoals het becommentariëren van wets voorstellen in wetenschappelijke dan wel populaire uitgaven. Maar ook van belang is dat docenten via het onderwijs die maat-schappelijke context van bijv. de fi scaliteit kunnen doorgeven aan de fi scale studenten. Deze algemeen vormende functie dreigt steeds meer verloren te gaan. Daarbij komt dat de juridische faculteit, tegen woordig Erasmus School of Law, per september 2012 overgaat naar een systeem van 8 blokken per jaar met één vak per blok van 7,5 ects. Het wordt stampen geblazen en het lijkt er op dat het enige doel is, om de student door dat blok te sleuren. De verbredende en verdiepende waarde van het onderwijs

dreigt totaal onder gesneeuwd te raken in een dergelijk schools systeem. Is over enige tijd onze opleiding nog onderscheidend van het HBO of moeten we dan constateren dat we studenten alleen nog maar kunstjes leren? Onder het mom van bezuinigingen is het blijkbaar mogelijk zeer vergaande her vormingen door te voeren. Maar wat vinden de studenten van al deze ver-soberingen in het onderwijs en dat het allemaal sneller, sneller moet. Misschien wordt het toch tijd voor ‘de Aanslag’ om de stem van de kritische studenten te laten horen en in plaats van aangeslagen te zijn in ‘de Aanslag’ te gaan.

Twintig jaar ‘de Aanslag’: tijden veranderen

Prof.mr.drs. H.P.A.M. van Arendonk*

* Hoogleraar Fiscaal Recht aan de Erasmus Universiteit Rotterdam

Prijswinnaar Aanslag 3!De oplossing van de prijsvraag was: 2672, 16419, 18310

Dhr. Michiel Adriaansen, docent Fiscale Economie, is de gelukkige winnaar van het ontbijt met bubbels voor twee personen. In een restaurant naar keuze kan hij samen met een vriend/vriendin genieten van een heerlijk ontbijt.

Dhr. Adriaansen is werkzaam bij het Fiscaal Economisch Instituut en doceert de vakken privaat- en ondernemingsrecht en formeel bestuurs- en belastingrecht.

We zijn de grootste zelfstandige accountants- en adviesorganisatie in Nederland en groeien nog steeds. Met ongeveer 1.600 medewerkers bedienen we vanuit 47 kantoren 44.000 cliënten. Wil jij een actieve bijdrage leveren aan die stijgende lijn? We bieden je graag alle kansen om je eigen koers te bepalen. En dat zeggen we niet zomaar. We streven naar innovatie, creativiteit en kennisontwikkeling. Eigenschappen als lef, gedrevenheid en puurheid kunnen we daarbij goed gebruiken. Overigens zorgen we niet alleen voor volop mogelijkheden om je ambities waar te maken, maar ook voor een gezonde balans tussen werken en vrije tijd.

R u i m t e v o o r o n d e r n e m e n !

Eigen klanten is voor mij een uitdaging

www.werkenbijacconavm.nl

104028 AcconAvm 210x297f Forfaitair Df.indd 1 24-02-2010 16:53:40

Page 55: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

56 deAANSLAG! Docentenartikel Fiscaal Recht

Twintig jaar is nog niet oud, maar ik kan me voor stellen dat gerelateerd aan het verblijf van een student aan een universiteit dit al rijkelijk oud over komt. De eeuwige student kennen we al lang niet meer. Met het net door de Tweede Kamer aan vaarde boete systeem voor de langstudeerder en met de universitaire maat regel dat je meteen in het eerste jaar al 60 ects moet hebben be haald om door te kunnen, zullen studenten steeds meer ge dwongen worden strak in het studiegareel te lopen. De vraag is of de student nog geacht wordt iets naast zijn studie te doen.

Is het nog verantwoord bestuursfuncties bij een studentenvereniging, studie vereniging, of studentenblad te hebben, of student-assistent te zijn voor een tijdje, dan wel in binnen- of buitenland een stage te lopen etc. etc. Of wordt dit het privilege voor de toppers onder de studenten. De toe komst zal het leren.

Dit geldt ook voor het voortbestaan van ‘de Aanslag’. ‘de Aanslag’ toen begonnen als een zeer eenvoudige uitgave van Fiscaal Juridisch Dispuut J.H. Christiaanse werd

al iets dikker in collegejaar 1992-1993 vanwege het samengaan met het Fiscaal Economisch Deelgenootschap Taxateur, maar is de laatste jaren uitgegroeid tot een glossy magazine op A4-formaat met vele foto’s. Ik ga er zonder meer vanuit dat het zilveren jubileum zeker nog gevierd gaat worden en ik hoop dat ook over twintig jaar dit studentenblad voor de fi scale studenten van de EUR levensvatbaar zal zijn.

De universiteit heeft altijd een grote maatschappelijke functie gehad. Van hoog leraren en andere stafmedewerkers wordt verwacht dat zij actief mee doen aan het maat schappelijke debat. Op velerlei wijze vindt dit plaats, zoals het becommentariëren van wets voorstellen in wetenschappelijke dan wel populaire uitgaven. Maar ook van belang is dat docenten via het onderwijs die maat-schappelijke context van bijv. de fi scaliteit kunnen doorgeven aan de fi scale studenten. Deze algemeen vormende functie dreigt steeds meer verloren te gaan. Daarbij komt dat de juridische faculteit, tegen woordig Erasmus School of Law, per september 2012 overgaat naar een systeem van 8 blokken per jaar met één vak per blok van 7,5 ects. Het wordt stampen geblazen en het lijkt er op dat het enige doel is, om de student door dat blok te sleuren. De verbredende en verdiepende waarde van het onderwijs

dreigt totaal onder gesneeuwd te raken in een dergelijk schools systeem. Is over enige tijd onze opleiding nog onderscheidend van het HBO of moeten we dan constateren dat we studenten alleen nog maar kunstjes leren? Onder het mom van bezuinigingen is het blijkbaar mogelijk zeer vergaande her vormingen door te voeren. Maar wat vinden de studenten van al deze ver-soberingen in het onderwijs en dat het allemaal sneller, sneller moet. Misschien wordt het toch tijd voor ‘de Aanslag’ om de stem van de kritische studenten te laten horen en in plaats van aangeslagen te zijn in ‘de Aanslag’ te gaan.

Twintig jaar ‘de Aanslag’: tijden veranderen

Prof.mr.drs. H.P.A.M. van Arendonk*

* Hoogleraar Fiscaal Recht aan de Erasmus Universiteit Rotterdam

Prijswinnaar Aanslag 3!De oplossing van de prijsvraag was: 2672, 16419, 18310

Dhr. Michiel Adriaansen, docent Fiscale Economie, is de gelukkige winnaar van het ontbijt met bubbels voor twee personen. In een restaurant naar keuze kan hij samen met een vriend/vriendin genieten van een heerlijk ontbijt.

Dhr. Adriaansen is werkzaam bij het Fiscaal Economisch Instituut en doceert de vakken privaat- en ondernemingsrecht en formeel bestuurs- en belastingrecht.

We zijn de grootste zelfstandige accountants- en adviesorganisatie in Nederland en groeien nog steeds. Met ongeveer 1.600 medewerkers bedienen we vanuit 47 kantoren 44.000 cliënten. Wil jij een actieve bijdrage leveren aan die stijgende lijn? We bieden je graag alle kansen om je eigen koers te bepalen. En dat zeggen we niet zomaar. We streven naar innovatie, creativiteit en kennisontwikkeling. Eigenschappen als lef, gedrevenheid en puurheid kunnen we daarbij goed gebruiken. Overigens zorgen we niet alleen voor volop mogelijkheden om je ambities waar te maken, maar ook voor een gezonde balans tussen werken en vrije tijd.

R u i m t e v o o r o n d e r n e m e n !

Eigen klanten is voor mij een uitdaging

www.werkenbijacconavm.nl

104028 AcconAvm 210x297f Forfaitair Df.indd 1 24-02-2010 16:53:40

Page 56: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

58 deAANSLAG! 59deAANSLAG!Bezoek aan de Hoge Raad

Wij fiscalisten worden tijdens onze opleiding en

ook ons latere werk doodgegooid met jurispru-

dentie. Vooral de arresten van de Hoge Raad zijn

vaak van groot belang. Ons hoogste rechtscollege

geeft uitleg over hoe de wettekst uitgelegd dient te

worden, maar hoe komt een uitspraak tot stand? De

Aanslagredactie ging op bezoek bij de Hoge Raad

om onder andere hierover uitleg te krijgen en een

zitting bij te wonen.

We werden uitgenodigd aan het Lange Voorhout in Den Haag. Hier werden we ontvangen door Anne-Sophie Strik. Zij is een weten-schappelijk bureaumedewerkerster (WB’er) bij het parket. De belangrijkste werkzaamheden van een WB’er die werkzaam is voor het parket is het voorbereiden en schrijven van conclusies. Zij ana-lyseren het dossier. Uit deze analyse volgen de rechtsvragen welke beantwoord moeten worden. Deze vragen zullen worden beant-woord na onderzoek van de WB’er in de literatuur, jurisprudentie en de wetgeschiedenis. In samenwerking met een advocaat-generaal (A-G) zal de WB’er een conclusie schrijven welke wordt gepubliceerd. De andere taak van een WB’er is het adviseren van de A-G van zaken waarin het interessant is om een conclusie te schrijven. Dit advies wordt samengesteld aan de hand van een drieluik: het cassatiebe-roepschrift, het verweerschrift en de uitspraak van het gerechtshof.

Als WB’er kun je ook voor de Raad werken. De WB’er werkt in dat geval voor één raadsheer. De medewerker van de raadsheer ver-richt een vergelijkbaar onderzoek als de medewerker voor het par-ket. De WB’er schrijft een concept arrest wat langs alle raadsheren gaat. Deze maken aanpassingen in het concept. Vervolgens zijn de medewerkers aanwezig bij de beraadslagingen in de raadka-mer als hun zaak wordt besproken. De WB’er kan dan het concept arrest toelichten, de discussie tussen de raadsheren volgen en deelnemen aan deze discussie

Na de korte introductie woonden we de behandeling in zaak nr. 10/03773 (Hof Den Haag 21 juli 2010, nr. 09/00661) bij. Tijdens de behandeling van deze zaak werd er een pleidooi gehouden door mr. Mees Dit is vrij uniek, omdat er zelden een pleidooi wordt gehou-den voor de Hoge Raad. Meestal wordt deze procedure schriftelijk afgedaan. Mr. Mees schetste eerst de casus en lichtte daarna zijn pleitnota toe. Ook gaf hij aan waarom hij het niet eens was met de argumenten van het Hof Den Haag. De reden dat mr. Mees voor de Hoge Raad kwam pleiten, was omdat hij bang was dat deze zaak met art. 81 Wet op de rechterlijke organisatie zou worden afgedaan.

Na het pleidooi volgde een gesprek met mr. dr. Cees van Ballegooijen.

In gesprek met advocaat-generaal Cees van Ballegooijen

Zou u uzelf even willen voorstellen? Mijn naam is Cees van Ballegooijen. Ik ben nu zes jaar werk zaam voor de Hoge Raad in de functie advocaat-generaal. Hier voor was ik raad sheer in Amsterdam. Voor die tijd ben ik 15 jaar werk zaam geweest als belastinginspecteur in Amsterdam.

Hoe kan iemand een advocaat-generaal worden? Formeel word je gevraagd voor de functie. Enkele vereisten zijn echter dat je gepromoveerd bent en veel artikelen hebt ge-publiceerd. Daaruit blijkt namelijk dat je kunt schrijven en dat je schrijven erg leuk vindt. Daarnaast moet je een zeer ervaren fiscalist zijn, dat wordt je niet op je 30ste. Dat is bijna altijd na je 50ste en dat is misschien maar goed ook. Het is een eenzame staat.

Over welke kwaliteiten dient een advocaat-generaal te beschikken?In elk geval belangstelling voor zijn vak en veel ervaring. Ik heb de indruk dat hoe meer je werkt in ons vakgebied, hoe meer je aan-voelt welke argumenten zwaarder wegen dan andere. Je moet dus naar mijn mening wel veel ervaring hebben. Daar naast erg van schrijven houden, nauwkeurig kunnen zijn en zitvlees hebben.

Wat is uw specialisatie? Er zijn vijf advocaat-generaals (A-G) in totaal werkzaam bij de fiscale afdeling van de Hoge Raad en elke A-G heeft zijn eigen porte feuille met enkele belastingmiddelen. Dat zijn verschillende belastingen soorten binnen het belastingrecht. Ik ben zelf gespeciali seerd in loonheffingen, invorderingsrecht en het aan-merkelijk belang. Peter Wattel gaat over het Europees recht en inter nationaal recht. Marieke van Hilten is gespecialiseerd in indirecte belastingen, Rene Niessen in inkomstenbelasting en Robert Eisenman formeel recht en gemeentelijke heffingen.

Zo heeft ieder zijn eigen vakgebied. Het is wel leuk dat je je eigen specialisme hebt, maar het nadeel is dat je voortdurend herhaalt wat je al 40 jaar in je hoofd hebt zit. Je kunt je ook voorstellen dat elke A-G rouleert, dat ieder zijn eigen vakgebied verlaat. Maar goed, het is ook heel bewerkelijk. Op bepaalde gebieden is het beter en efficiënter om te specialiseren.

Wordt bij elke beroep in cassatie een conclusie geschreven? Hoe ziet de samenwerking eruit met het wettenschappelijk bureau?De medewerkers van het wetenschappelijke bureau (WB’ers) be-oor delen alle ingekomen zaken en maken een selectie. Zij maken een samen vatting van de uitspraak van het hof en gaan dan kijken of de cassatieschriften ook interessant zijn. Vervolgens wordt een advies uitgebracht aan de advocaat-generaal of het conclusie-waardig is. De A-G ziet dan snel in of het wat is, of het in juridische

Op bezoek bij de Hoge RaadDoor: Faiza Ali Mohamed & Tim Zwinkels

Bezoek aan de Hoge Raad

zin hout snijdt en fiscaal interessant is. Zo’n 20 à 30 procent van de 1000 zaken is concludabel. Je ziet in de vakpers ongeveer 200 à 300 zaken verschijnen.

De Hoge Raad doet zo’n 60-70% van de zaken af met art. 81 RO. Veel burgers weten namelijk niet dat de Hoge Raad geen derde in stantie is. Zij gaan in hoger beroep omdat ze denken dat ze nog een keer hun ver haal mogen doen, nog een keer kunnen beweren dat hun huis echt minder waard is dan de gemeente denkt of dat ze daar niet ge park eerd stonden met de auto. De Hoge Raad kan echter niets met feiten. Meer dan de helft van de zaken wordt daarom af ge daan met art. 81 RO, dat artikel geeft aan dat die zaken niet interes sant zijn. Meestal gaat het ook om een principe kwestie, die-gene is dan echt overtuigd van zijn gelijk.

Als eenmaal geconcludeerd is dat een zaak concludabel is en de WB’er onderzoek hebben gedaan. Wat gebeurt er dan vervolgens? Wat is uw rol daarin?Je kunt het van twee kanten bekijken. De ene A-G kan zeggen kom maar met jouw tekst en vervolgens zal ik daar een week aan werken en mijn eigen visie erin verwerken. Een week later krijg je het resu ltaat van de A-G en de wb’er kan daar nog wat komma’s in plaatsen.

Aan de andere kant zijn er ook A-G’s die er een co-productie van maken. De wb-er komt eerst met een aanzet en samenvatting. De A-G gaat zich vervolgens in de zaak verdiepen en gebruikt daarbij de bevindingen van de wb-er zoals de literatuuropgave en samenvatting. Daarna ga je de zaak samen opwerken. De wb-er schrijft voornamelijk en de A-G wijst op verbeteringen, zoals wijze van formulering of onjuiste redenaties. Op die manier proberen zij een hoger niveau te bereiken.

Hoe lang wordt erover gedaan om een conclusie geschreven?Er wordt ongeveer een maand aan een conclusie gewerkt. Een WB’er heeft een week of twee à drie nodig om zich in te werken en de conclusie vorm te geven. Daarna heb ik zelf ook twee weken nodig om me er helemaal in te verdiepen, soms dagenlang achter-een. Op een gegeven moment begrijp ik het onderwerp wel en ook waarom het hof zo beslist heeft, maar af en toe begrijp ik de partijen ook erg goed. Dan is het de vraag wat zijn nu de waarde-volle argumenten, wat is logisch, wat is dragend? Soms zie je twee oplossingen die bijna equivalent zijn in gewicht en dan moet je als A-G een keuze uitbrengen. Als ik voor B kies, dan moet ik altijd uitleggen waarom A niet beter is dan B. Bij de Raad gaat het anders. Daar maken zij met z’n vijven een keuze en dragen er twee of drie aan, maar hoeven dus niet te uit te leggen waarom op lossing A beter is dan B. Maar een A-G staat te kiezen, dat is soms heel lastig, want je voelt aan dat beide oplossingen waar zijn.

Als u terug kijkt op wat voor soort zaken u allemaal behandeld heeft, welke zaak springt er dan uit voor u?Er is niet één zaak die mij onmiddellijk te binnen schiet. Wat mij nu wel te binnen schiet zijn de zaken waarin de Hoge Raad mij niet gevolgd heeft.

Komt dat vaak voor?Nee de A-G’s worden in zo’n 70% van hun adviezen gevolgd. Er zijn wel een aantal uitspraken waarvan ik denk dat hebben de heren en dames beter gedaan dan ik heb gezegd. Soms denk ik van ja zo kun je het ook bekijken. Maar er zijn ook een paar keer dat ik denk nee dat hebben zij niet goed gedaan. Dan wacht ik de vakpers af. Als de vak pers ook kritisch is, denk ik weer, zie je wel, het is toch niet goed geweest.

Kijkt u puur academisch naar het onderwerp of naar wat wenselijk zou kunnen zijn in de praktijk?Ik kijk vooral naar wat uitvoeringstechnisch mogelijk is. In de loon heffingen is het beginsel van uitvoerbaarheid dominant aan-wezig. Een werkgever moet de salarisadministratie simpel kunnen oplossen. De Belastingdienst moet het snel kunnen controleren, het is een massaal proces. Het moet dus heel simpel zijn. Als je de keuze hebt tussen een mooie oplossing wat rechtvaardig is, maar moeilijk uitvoerbaar en een oplossing dat uitvoerbaar is en iedereen be-grijpt dat, dan kies je meestal voor de eenvoudige oplossing.

Volgt de Hoge Raad u hier altijd in?Ja meestal word ik wel gevolgd in loonheffingen. Mijn werkwijze wordt weleens bekritiseerd. Ik kreeg bijvoorbeeld kritiek op het anoniemenarrest. Anoniem illegale werknemers moeten volstrekt voldoen aan een aantal strenge voorschriften en vereisten. Dan kan men wel zeggen wat een gedoe, de werkgever kan het toch aangeven en het is ook aannemelijk, waarom moet er dan anoniementarief toegepast worden?Dat is dus omwille van de uitvoerbaarheid en controleerbaarheid.

Page 57: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

58 deAANSLAG! 59deAANSLAG!Bezoek aan de Hoge Raad

Wij fiscalisten worden tijdens onze opleiding en

ook ons latere werk doodgegooid met jurispru-

dentie. Vooral de arresten van de Hoge Raad zijn

vaak van groot belang. Ons hoogste rechtscollege

geeft uitleg over hoe de wettekst uitgelegd dient te

worden, maar hoe komt een uitspraak tot stand? De

Aanslagredactie ging op bezoek bij de Hoge Raad

om onder andere hierover uitleg te krijgen en een

zitting bij te wonen.

We werden uitgenodigd aan het Lange Voorhout in Den Haag. Hier werden we ontvangen door Anne-Sophie Strik. Zij is een weten-schappelijk bureaumedewerkerster (WB’er) bij het parket. De belangrijkste werkzaamheden van een WB’er die werkzaam is voor het parket is het voorbereiden en schrijven van conclusies. Zij ana-lyseren het dossier. Uit deze analyse volgen de rechtsvragen welke beantwoord moeten worden. Deze vragen zullen worden beant-woord na onderzoek van de WB’er in de literatuur, jurisprudentie en de wetgeschiedenis. In samenwerking met een advocaat-generaal (A-G) zal de WB’er een conclusie schrijven welke wordt gepubliceerd. De andere taak van een WB’er is het adviseren van de A-G van zaken waarin het interessant is om een conclusie te schrijven. Dit advies wordt samengesteld aan de hand van een drieluik: het cassatiebe-roepschrift, het verweerschrift en de uitspraak van het gerechtshof.

Als WB’er kun je ook voor de Raad werken. De WB’er werkt in dat geval voor één raadsheer. De medewerker van de raadsheer ver-richt een vergelijkbaar onderzoek als de medewerker voor het par-ket. De WB’er schrijft een concept arrest wat langs alle raadsheren gaat. Deze maken aanpassingen in het concept. Vervolgens zijn de medewerkers aanwezig bij de beraadslagingen in de raadka-mer als hun zaak wordt besproken. De WB’er kan dan het concept arrest toelichten, de discussie tussen de raadsheren volgen en deelnemen aan deze discussie

Na de korte introductie woonden we de behandeling in zaak nr. 10/03773 (Hof Den Haag 21 juli 2010, nr. 09/00661) bij. Tijdens de behandeling van deze zaak werd er een pleidooi gehouden door mr. Mees Dit is vrij uniek, omdat er zelden een pleidooi wordt gehou-den voor de Hoge Raad. Meestal wordt deze procedure schriftelijk afgedaan. Mr. Mees schetste eerst de casus en lichtte daarna zijn pleitnota toe. Ook gaf hij aan waarom hij het niet eens was met de argumenten van het Hof Den Haag. De reden dat mr. Mees voor de Hoge Raad kwam pleiten, was omdat hij bang was dat deze zaak met art. 81 Wet op de rechterlijke organisatie zou worden afgedaan.

Na het pleidooi volgde een gesprek met mr. dr. Cees van Ballegooijen.

In gesprek met advocaat-generaal Cees van Ballegooijen

Zou u uzelf even willen voorstellen? Mijn naam is Cees van Ballegooijen. Ik ben nu zes jaar werk zaam voor de Hoge Raad in de functie advocaat-generaal. Hier voor was ik raad sheer in Amsterdam. Voor die tijd ben ik 15 jaar werk zaam geweest als belastinginspecteur in Amsterdam.

Hoe kan iemand een advocaat-generaal worden? Formeel word je gevraagd voor de functie. Enkele vereisten zijn echter dat je gepromoveerd bent en veel artikelen hebt ge-publiceerd. Daaruit blijkt namelijk dat je kunt schrijven en dat je schrijven erg leuk vindt. Daarnaast moet je een zeer ervaren fiscalist zijn, dat wordt je niet op je 30ste. Dat is bijna altijd na je 50ste en dat is misschien maar goed ook. Het is een eenzame staat.

Over welke kwaliteiten dient een advocaat-generaal te beschikken?In elk geval belangstelling voor zijn vak en veel ervaring. Ik heb de indruk dat hoe meer je werkt in ons vakgebied, hoe meer je aan-voelt welke argumenten zwaarder wegen dan andere. Je moet dus naar mijn mening wel veel ervaring hebben. Daar naast erg van schrijven houden, nauwkeurig kunnen zijn en zitvlees hebben.

Wat is uw specialisatie? Er zijn vijf advocaat-generaals (A-G) in totaal werkzaam bij de fiscale afdeling van de Hoge Raad en elke A-G heeft zijn eigen porte feuille met enkele belastingmiddelen. Dat zijn verschillende belastingen soorten binnen het belastingrecht. Ik ben zelf gespeciali seerd in loonheffingen, invorderingsrecht en het aan-merkelijk belang. Peter Wattel gaat over het Europees recht en inter nationaal recht. Marieke van Hilten is gespecialiseerd in indirecte belastingen, Rene Niessen in inkomstenbelasting en Robert Eisenman formeel recht en gemeentelijke heffingen.

Zo heeft ieder zijn eigen vakgebied. Het is wel leuk dat je je eigen specialisme hebt, maar het nadeel is dat je voortdurend herhaalt wat je al 40 jaar in je hoofd hebt zit. Je kunt je ook voorstellen dat elke A-G rouleert, dat ieder zijn eigen vakgebied verlaat. Maar goed, het is ook heel bewerkelijk. Op bepaalde gebieden is het beter en efficiënter om te specialiseren.

Wordt bij elke beroep in cassatie een conclusie geschreven? Hoe ziet de samenwerking eruit met het wettenschappelijk bureau?De medewerkers van het wetenschappelijke bureau (WB’ers) be-oor delen alle ingekomen zaken en maken een selectie. Zij maken een samen vatting van de uitspraak van het hof en gaan dan kijken of de cassatieschriften ook interessant zijn. Vervolgens wordt een advies uitgebracht aan de advocaat-generaal of het conclusie-waardig is. De A-G ziet dan snel in of het wat is, of het in juridische

Op bezoek bij de Hoge RaadDoor: Faiza Ali Mohamed & Tim Zwinkels

Bezoek aan de Hoge Raad

zin hout snijdt en fiscaal interessant is. Zo’n 20 à 30 procent van de 1000 zaken is concludabel. Je ziet in de vakpers ongeveer 200 à 300 zaken verschijnen.

De Hoge Raad doet zo’n 60-70% van de zaken af met art. 81 RO. Veel burgers weten namelijk niet dat de Hoge Raad geen derde in stantie is. Zij gaan in hoger beroep omdat ze denken dat ze nog een keer hun ver haal mogen doen, nog een keer kunnen beweren dat hun huis echt minder waard is dan de gemeente denkt of dat ze daar niet ge park eerd stonden met de auto. De Hoge Raad kan echter niets met feiten. Meer dan de helft van de zaken wordt daarom af ge daan met art. 81 RO, dat artikel geeft aan dat die zaken niet interes sant zijn. Meestal gaat het ook om een principe kwestie, die-gene is dan echt overtuigd van zijn gelijk.

Als eenmaal geconcludeerd is dat een zaak concludabel is en de WB’er onderzoek hebben gedaan. Wat gebeurt er dan vervolgens? Wat is uw rol daarin?Je kunt het van twee kanten bekijken. De ene A-G kan zeggen kom maar met jouw tekst en vervolgens zal ik daar een week aan werken en mijn eigen visie erin verwerken. Een week later krijg je het resu ltaat van de A-G en de wb’er kan daar nog wat komma’s in plaatsen.

Aan de andere kant zijn er ook A-G’s die er een co-productie van maken. De wb-er komt eerst met een aanzet en samenvatting. De A-G gaat zich vervolgens in de zaak verdiepen en gebruikt daarbij de bevindingen van de wb-er zoals de literatuuropgave en samenvatting. Daarna ga je de zaak samen opwerken. De wb-er schrijft voornamelijk en de A-G wijst op verbeteringen, zoals wijze van formulering of onjuiste redenaties. Op die manier proberen zij een hoger niveau te bereiken.

Hoe lang wordt erover gedaan om een conclusie geschreven?Er wordt ongeveer een maand aan een conclusie gewerkt. Een WB’er heeft een week of twee à drie nodig om zich in te werken en de conclusie vorm te geven. Daarna heb ik zelf ook twee weken nodig om me er helemaal in te verdiepen, soms dagenlang achter-een. Op een gegeven moment begrijp ik het onderwerp wel en ook waarom het hof zo beslist heeft, maar af en toe begrijp ik de partijen ook erg goed. Dan is het de vraag wat zijn nu de waarde-volle argumenten, wat is logisch, wat is dragend? Soms zie je twee oplossingen die bijna equivalent zijn in gewicht en dan moet je als A-G een keuze uitbrengen. Als ik voor B kies, dan moet ik altijd uitleggen waarom A niet beter is dan B. Bij de Raad gaat het anders. Daar maken zij met z’n vijven een keuze en dragen er twee of drie aan, maar hoeven dus niet te uit te leggen waarom op lossing A beter is dan B. Maar een A-G staat te kiezen, dat is soms heel lastig, want je voelt aan dat beide oplossingen waar zijn.

Als u terug kijkt op wat voor soort zaken u allemaal behandeld heeft, welke zaak springt er dan uit voor u?Er is niet één zaak die mij onmiddellijk te binnen schiet. Wat mij nu wel te binnen schiet zijn de zaken waarin de Hoge Raad mij niet gevolgd heeft.

Komt dat vaak voor?Nee de A-G’s worden in zo’n 70% van hun adviezen gevolgd. Er zijn wel een aantal uitspraken waarvan ik denk dat hebben de heren en dames beter gedaan dan ik heb gezegd. Soms denk ik van ja zo kun je het ook bekijken. Maar er zijn ook een paar keer dat ik denk nee dat hebben zij niet goed gedaan. Dan wacht ik de vakpers af. Als de vak pers ook kritisch is, denk ik weer, zie je wel, het is toch niet goed geweest.

Kijkt u puur academisch naar het onderwerp of naar wat wenselijk zou kunnen zijn in de praktijk?Ik kijk vooral naar wat uitvoeringstechnisch mogelijk is. In de loon heffingen is het beginsel van uitvoerbaarheid dominant aan-wezig. Een werkgever moet de salarisadministratie simpel kunnen oplossen. De Belastingdienst moet het snel kunnen controleren, het is een massaal proces. Het moet dus heel simpel zijn. Als je de keuze hebt tussen een mooie oplossing wat rechtvaardig is, maar moeilijk uitvoerbaar en een oplossing dat uitvoerbaar is en iedereen be-grijpt dat, dan kies je meestal voor de eenvoudige oplossing.

Volgt de Hoge Raad u hier altijd in?Ja meestal word ik wel gevolgd in loonheffingen. Mijn werkwijze wordt weleens bekritiseerd. Ik kreeg bijvoorbeeld kritiek op het anoniemenarrest. Anoniem illegale werknemers moeten volstrekt voldoen aan een aantal strenge voorschriften en vereisten. Dan kan men wel zeggen wat een gedoe, de werkgever kan het toch aangeven en het is ook aannemelijk, waarom moet er dan anoniementarief toegepast worden?Dat is dus omwille van de uitvoerbaarheid en controleerbaarheid.

Page 58: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

60 deAANSLAG! 61deAANSLAG!Filosofie en BelastingrechtBezoek aan de Hoge Raad

Er zijn 100.000 illegalen in Nederland en daarom moet het omwille van de controleerbaarheid tip top in orde zijn. Het is voor de werk gever ook prettiger om problemen met de Belasting dienst te voor komen. De voorschriften zijn dan wel keihard, misschien wel onredelijk hard, maar dat is gewoon uitvoerbaarheid.

De werkkostenregeling is nu bijvoorbeeld ingevoerd, geeft u daar ook wel eens commentaar op? Nieuwe wetsvoorstellen?Nee, ik lees het allemaal, maar ik geef geen commentaar. Ik geloof dat de meeste A-G’s als het gaat om nieuwe regelgeving zeer terug houdend zijn. Dat komt natuurlijk op ons bord drie, vier jaar later. Wie wel erg in de actualiteit opereert is Peter Wattel met zijn commentaar op het Europees Hof.

Heeft u wel eens contact met de leden van de Hoge Raad?Wel contact, maar niet over het vak of de inhoud. Het zijn echt Chinese muren. We lunchen wel met elkaar, maar bespreken nooit de in houd van een conclusie. Maar ik zou dat ook niet willen, stel je voor dat ik iets van hun gedachtegang over mijn conclusie meekrijg en ik schrijf twee jaar later over hetzelfde onderwerp. Dan zou ik toch terugdenken aan wat de Raad toentertijd gezegd had. Dat is natuurlijk niet de bedoeling, dat tast je onafhankelijkheid aan.

Ik moet alleen maar letten op wat zij hebben uitgesproken in een arrest en meer niet. Wat zij verder met zijn vijven hebben ge-sproken, gedacht en hebben genoteerd dat is allemaal geheim voor mij. Dat moet ik ook niet willen zien. Zij hebben hun notities, ge dachtes en dergelijke ook nooit gepubliceerd, dus dat is geen geldend recht. Daarmee voorkomen ze ook dat zij hun toekomstige opvolgers binden.

Zijn jullie wel eens bang om een bepaalde conclusie te geven?Nee dat eigenlijk nooit, maar ik ben wel eens bang dat ik de plank flink mis sla. Gelukkig is dat nooit voorgekomen. Het is wel eens voor gekomen dat ik achteraf dacht ik een bepaald argu-ment wel erg zwaar heb mee laten wegen ter wijl er ook andere kanten aan zitten.

Tegenwoordig zie je in de vakpers dat een annotator binnen een week commentaar levert. Het commentaar is meestal erg makkelijk ge schreven en lijkt op invallen te staan. Kennelijk begrijpen sommige schrijvers de con clusies ook niet en vraag ik me af of zij de con clusies überhaupt wel lezen. Dat stoort me wel, maar ik maak er nooit een op merking over naar de schrijvers. Wat trekt u aan in dit vak als advocaat-generaal?Ik vind het heerlijk om de tijd te hebben. Als inspecteur had ik geen tijd, dat ging allemaal heel snel en was oppervlakkig. Het hof Amsterdam ging ook om snelheid. Aan diepe gedachtegang kwam je daar niet toe. Als je liefhebber bent van het vak, kun je hier uitgebreid studeren. Als ik een onderwerp behandel gaat het zo diep dat ik alles ongeveer drie of vier keer heb gelezen. Ik vind het leuk om daar de tijd voor te hebben. In zoverre is het ook interessant. Als eerste het terrein te verkennen, de literatuur te kort te schieten, zelf creatief te werk gaan, dat vind ik toch wel leukste aan mijn vak.

Hoe lang blijft u advocaat-generaal?Alle A-G’s blijven meestal tot hun pensioen werken. Soms gebeurt het wel eens dat een A-G overstapt naar de Raad. Als je vijf jaar A-G bent ge weest, mag je over stappen. Als je naar de Raad over stapt moet je minstens vijf jaar toezeggen om bij de Raad te blijven wer ken. Voor mij was dit geen optie, ik kwam namelijk binnen op mijn 57ste en om na mijn 62ste nog vijf jaar werk zaam te zijn wilde ik liever niet. Dit jaar is het laatste jaar dat ik nog werkzaam ben voor de Hoge Raad.

Daarna krijgen wij een nieuw advocaat-generaal?Die kans is wel groot, maar je weet maar nooit of er be zuinigd wordt. Het is trouwens wel nodig dat er nieuwe A-G’s komen. Het valt me op dat het soortig gewicht van de zaken toe neemt door de tweede instantie. Ik heb nog net meegemaakt dat het mee ste werk kwam van de gerechtshoven zonder dat een recht bank daar aan voor af was ge gaan. Nu heb je steeds meer – dat is een vage indruk, is moeilijk te meten – zwaardere zaken qua gewicht. De niemendalletjes vallen eerder af. Zeker als het gaat om werk van de Belasting dienst. De be lasting inspecteuren zullen drie keer na denken alvorens ze naar de Hoge Raad stappen. Het gewicht van de zaken neemt toe, dus het ligt voor de hand dat er nieuwe A-G’s komen.

Wat zullen volgens u de grote fiscale ontwikkelingen zijn?Een ontwikkeling binnen de loonheffingen is nu met name de aan-sprakelijk heid. De fiscus is nu vreselijk bezig met het uitvoeren van aan sprakelijk heids stelling. Het is heel lucratief om een uit zend-bureau te beginnen en niet te betalen. Of om een bv te laten ploffen, faillissementsfraude. Het is makkelijk verdiend en snel. De aan-sprakelijkheidsstelling neemt hand over hand toe. Het gaat om grote bedragen en het wordt tegenwoordig ook over de grens uitgevoerd.

Heeft u nevenfuncties naast advocaat-generaal?Ja ik heb er een paar. De leukste daarvan is dat ik rechter ben op de Antillen. Daar ga ik één of twee keer per jaar naar toe om belastingrechtzaken te bespreken.

Heeft u nog tips voor fiscale studenten?Ik zou elke student willen aanraden om in elk geval bij de Belasting dienst te gaan werken. Elk student wil tegen woordig naar de fiscale adviesbureaus, maar het lijkt mij wel aardig om beide kanten mee te krijgen.

D.d: Vrijdag 13 mei 2011, tijd: 7.30 uur, plaats: Kralingse zoom… Met 30 gapende Rotterdamse studenten (de één na Oosterse avonturen wat meer dan de ander) die hun ogen uitwreven in de heldere ochtend-zon stonden we te wachten alvorens de bus in te stappen die ons zou brengen naar, volgens mij, één van de mooiste externe evenementen van het jaar: de KPMG Meijburg Sailchallenge. Terwijl in de bus de eerste honger gestild werd met de ontbijtpakketten die ter plekke verschaft werden, en de ergste slaap nog uit de ogen werd gewre-ven kwamen we aan bij de haven ‘Flevo Marina’. Aldaar werden we verwelkomd met ontbijt zodat we de dag met volle buik en fris gemoed tege-moet konden treden, de tijd: 9.00 uur.

Na het ontbijt werden we welkom geheten (‘Fiscaal is topsport!’) en werd de crew, die ons die dag klaar zou stomen voor een woeste race te water, aan ons voorgesteld. De dag zou in twee delen verlopen: het eerste deel van de dag zou de wedstrijd met het eerste deel van de teams (veertien in getal) gevaren worden, terwijl de andere veertien teams vanaf de ‘spectatorboat’ het schouwspel zouden aanschouwen. Na dit niet onaardige begin van de dag werden we verwezen naar de haven alwaar de boten met schippers op ons lagen te wachten. Op de boot werd bij de vraag wie er al zeilervaring hadden wat schuchter gereageerd, waarna onze schipper gelukkig aangaf dat het vast wel goed zou komen. Het daarop volgende uur werden we ingewijd in de geheimtaal der zeilsport: oploeven, afvallen, bakboord, stuurboord, gijpen, overstag, fokken, grootzeilen en ga zo maar door. Hetgeen voor velen van ons voorheen werd omhuld met een geheimzinnige sluier, werd in dat uur van al zijn mystiek ontdaan. Zeilen bleek vooral een kwestie van teamwork en doorzettingsvermogen te zijn (en weer de vergelijking met fiscaal!). Tijdens de race zetten wij alles in het werk om de eer van de Rotterdamse studenten te verdedigen en werden wij in drie races achtereenvolgens 3e, 5e en, last but not least, 1e! Daarna werd bleef er voor ons niets anders over dan te wachten op hoe de overige teams het zouden doen in de tweede race om te weten te komen wat onze uiteindelijke plaats in het klassement zou zijn. Na deze enerverende ochtend in de zon op het, toch niet zo heel erg woeste (eerder: kabbelende), water konden wij onze honger en dorst stillen bij de lunch waarvan Meijburg ons voorzag. Tijdens het eten werden wij, niet geheel onverdienstelijk, door de ‘Taxpistols’, de huisband van onze gastheer, vermaakt.

Nadat het eten zat waar het moest zitten en de wind langzaam aan begon te trekken, begaven wij ons voor de tweede wedstrijdronde wederom naar de haven. Deze keer mochten wij uitrusten van de vermoeienissen en ervaringen van de ochtend op de Spactatorboat

en mochten de andere 12 teams laten zien wat ze waard waren. Aan boord bleek dat wij waren beland op het walhalla voor de levensgenietende student. Alles was voorhanden: borrelgelegen-heid, live gitaarmuziek, uitzicht op de wedstrijd en gelegenheid om meegenomen te worden op een ritje met de speedboat. Kortom, alles voorhanden om even een paar uur lang volledig bij te komen van en te ontsnappen aan het zware studenten-leven wat wij leven. Na de tweede wedstrijd wer-den we vriendelijk verzocht de Spectatorboat te verlaten (wat sommigen van ons zwaar viel, lees: wat mij zwaar viel) en bewogen we ons weer naar de loods waar wij ’s ochtends ontvangen waren. Daar konden we verder borrelen in afwachting van de avondmaaltijd. Ook de avondmaaltijd was buitengewoon goed verzorgd, zodat wij ons met goedgevulde buiken op konden maken voor de langverwachte spetterende afsluiter die ons aan het begin van de dag beloofd was. En de afsluiter kwam: twee uur lang werden wij nog vermaakt door de meest droog-komische vorm van muziek-draaien die ik ooit heb meegemaakt door het duo ‘Wipneus en Pim’. Om een greep te geven uit de activiteiten die verband hielden met de afsluiter: damesband vs. herenband, fluitconcert in chaos,

limbodansen en ga zomaar door. Voor een beter begrip van de sfeer op dat moment zeg ik: ‘Je had er bij moeten zijn!’

En daarmee kan ik dit stuk denk ik sowieso wel afsluiten. Het was een geniaal georganiseerde dag waarin alles, maar dan ook echt alles georganiseerd was, en ik kan beschrijven tot ik er bij neer val, maar om het te begrijpen: zorg dat je er volgend jaar bij bent!

PS. Ons team werd tweede van de 24!

Sailchallenge KPMG Meijburg & Co 2011Door: Vincent Meijerman

Page 59: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

60 deAANSLAG! 61deAANSLAG!Filosofie en BelastingrechtBezoek aan de Hoge Raad

Er zijn 100.000 illegalen in Nederland en daarom moet het omwille van de controleerbaarheid tip top in orde zijn. Het is voor de werk gever ook prettiger om problemen met de Belasting dienst te voor komen. De voorschriften zijn dan wel keihard, misschien wel onredelijk hard, maar dat is gewoon uitvoerbaarheid.

De werkkostenregeling is nu bijvoorbeeld ingevoerd, geeft u daar ook wel eens commentaar op? Nieuwe wetsvoorstellen?Nee, ik lees het allemaal, maar ik geef geen commentaar. Ik geloof dat de meeste A-G’s als het gaat om nieuwe regelgeving zeer terug houdend zijn. Dat komt natuurlijk op ons bord drie, vier jaar later. Wie wel erg in de actualiteit opereert is Peter Wattel met zijn commentaar op het Europees Hof.

Heeft u wel eens contact met de leden van de Hoge Raad?Wel contact, maar niet over het vak of de inhoud. Het zijn echt Chinese muren. We lunchen wel met elkaar, maar bespreken nooit de in houd van een conclusie. Maar ik zou dat ook niet willen, stel je voor dat ik iets van hun gedachtegang over mijn conclusie meekrijg en ik schrijf twee jaar later over hetzelfde onderwerp. Dan zou ik toch terugdenken aan wat de Raad toentertijd gezegd had. Dat is natuurlijk niet de bedoeling, dat tast je onafhankelijkheid aan.

Ik moet alleen maar letten op wat zij hebben uitgesproken in een arrest en meer niet. Wat zij verder met zijn vijven hebben ge-sproken, gedacht en hebben genoteerd dat is allemaal geheim voor mij. Dat moet ik ook niet willen zien. Zij hebben hun notities, ge dachtes en dergelijke ook nooit gepubliceerd, dus dat is geen geldend recht. Daarmee voorkomen ze ook dat zij hun toekomstige opvolgers binden.

Zijn jullie wel eens bang om een bepaalde conclusie te geven?Nee dat eigenlijk nooit, maar ik ben wel eens bang dat ik de plank flink mis sla. Gelukkig is dat nooit voorgekomen. Het is wel eens voor gekomen dat ik achteraf dacht ik een bepaald argu-ment wel erg zwaar heb mee laten wegen ter wijl er ook andere kanten aan zitten.

Tegenwoordig zie je in de vakpers dat een annotator binnen een week commentaar levert. Het commentaar is meestal erg makkelijk ge schreven en lijkt op invallen te staan. Kennelijk begrijpen sommige schrijvers de con clusies ook niet en vraag ik me af of zij de con clusies überhaupt wel lezen. Dat stoort me wel, maar ik maak er nooit een op merking over naar de schrijvers. Wat trekt u aan in dit vak als advocaat-generaal?Ik vind het heerlijk om de tijd te hebben. Als inspecteur had ik geen tijd, dat ging allemaal heel snel en was oppervlakkig. Het hof Amsterdam ging ook om snelheid. Aan diepe gedachtegang kwam je daar niet toe. Als je liefhebber bent van het vak, kun je hier uitgebreid studeren. Als ik een onderwerp behandel gaat het zo diep dat ik alles ongeveer drie of vier keer heb gelezen. Ik vind het leuk om daar de tijd voor te hebben. In zoverre is het ook interessant. Als eerste het terrein te verkennen, de literatuur te kort te schieten, zelf creatief te werk gaan, dat vind ik toch wel leukste aan mijn vak.

Hoe lang blijft u advocaat-generaal?Alle A-G’s blijven meestal tot hun pensioen werken. Soms gebeurt het wel eens dat een A-G overstapt naar de Raad. Als je vijf jaar A-G bent ge weest, mag je over stappen. Als je naar de Raad over stapt moet je minstens vijf jaar toezeggen om bij de Raad te blijven wer ken. Voor mij was dit geen optie, ik kwam namelijk binnen op mijn 57ste en om na mijn 62ste nog vijf jaar werk zaam te zijn wilde ik liever niet. Dit jaar is het laatste jaar dat ik nog werkzaam ben voor de Hoge Raad.

Daarna krijgen wij een nieuw advocaat-generaal?Die kans is wel groot, maar je weet maar nooit of er be zuinigd wordt. Het is trouwens wel nodig dat er nieuwe A-G’s komen. Het valt me op dat het soortig gewicht van de zaken toe neemt door de tweede instantie. Ik heb nog net meegemaakt dat het mee ste werk kwam van de gerechtshoven zonder dat een recht bank daar aan voor af was ge gaan. Nu heb je steeds meer – dat is een vage indruk, is moeilijk te meten – zwaardere zaken qua gewicht. De niemendalletjes vallen eerder af. Zeker als het gaat om werk van de Belasting dienst. De be lasting inspecteuren zullen drie keer na denken alvorens ze naar de Hoge Raad stappen. Het gewicht van de zaken neemt toe, dus het ligt voor de hand dat er nieuwe A-G’s komen.

Wat zullen volgens u de grote fiscale ontwikkelingen zijn?Een ontwikkeling binnen de loonheffingen is nu met name de aan-sprakelijk heid. De fiscus is nu vreselijk bezig met het uitvoeren van aan sprakelijk heids stelling. Het is heel lucratief om een uit zend-bureau te beginnen en niet te betalen. Of om een bv te laten ploffen, faillissementsfraude. Het is makkelijk verdiend en snel. De aan-sprakelijkheidsstelling neemt hand over hand toe. Het gaat om grote bedragen en het wordt tegenwoordig ook over de grens uitgevoerd.

Heeft u nevenfuncties naast advocaat-generaal?Ja ik heb er een paar. De leukste daarvan is dat ik rechter ben op de Antillen. Daar ga ik één of twee keer per jaar naar toe om belastingrechtzaken te bespreken.

Heeft u nog tips voor fiscale studenten?Ik zou elke student willen aanraden om in elk geval bij de Belasting dienst te gaan werken. Elk student wil tegen woordig naar de fiscale adviesbureaus, maar het lijkt mij wel aardig om beide kanten mee te krijgen.

D.d: Vrijdag 13 mei 2011, tijd: 7.30 uur, plaats: Kralingse zoom… Met 30 gapende Rotterdamse studenten (de één na Oosterse avonturen wat meer dan de ander) die hun ogen uitwreven in de heldere ochtend-zon stonden we te wachten alvorens de bus in te stappen die ons zou brengen naar, volgens mij, één van de mooiste externe evenementen van het jaar: de KPMG Meijburg Sailchallenge. Terwijl in de bus de eerste honger gestild werd met de ontbijtpakketten die ter plekke verschaft werden, en de ergste slaap nog uit de ogen werd gewre-ven kwamen we aan bij de haven ‘Flevo Marina’. Aldaar werden we verwelkomd met ontbijt zodat we de dag met volle buik en fris gemoed tege-moet konden treden, de tijd: 9.00 uur.

Na het ontbijt werden we welkom geheten (‘Fiscaal is topsport!’) en werd de crew, die ons die dag klaar zou stomen voor een woeste race te water, aan ons voorgesteld. De dag zou in twee delen verlopen: het eerste deel van de dag zou de wedstrijd met het eerste deel van de teams (veertien in getal) gevaren worden, terwijl de andere veertien teams vanaf de ‘spectatorboat’ het schouwspel zouden aanschouwen. Na dit niet onaardige begin van de dag werden we verwezen naar de haven alwaar de boten met schippers op ons lagen te wachten. Op de boot werd bij de vraag wie er al zeilervaring hadden wat schuchter gereageerd, waarna onze schipper gelukkig aangaf dat het vast wel goed zou komen. Het daarop volgende uur werden we ingewijd in de geheimtaal der zeilsport: oploeven, afvallen, bakboord, stuurboord, gijpen, overstag, fokken, grootzeilen en ga zo maar door. Hetgeen voor velen van ons voorheen werd omhuld met een geheimzinnige sluier, werd in dat uur van al zijn mystiek ontdaan. Zeilen bleek vooral een kwestie van teamwork en doorzettingsvermogen te zijn (en weer de vergelijking met fiscaal!). Tijdens de race zetten wij alles in het werk om de eer van de Rotterdamse studenten te verdedigen en werden wij in drie races achtereenvolgens 3e, 5e en, last but not least, 1e! Daarna werd bleef er voor ons niets anders over dan te wachten op hoe de overige teams het zouden doen in de tweede race om te weten te komen wat onze uiteindelijke plaats in het klassement zou zijn. Na deze enerverende ochtend in de zon op het, toch niet zo heel erg woeste (eerder: kabbelende), water konden wij onze honger en dorst stillen bij de lunch waarvan Meijburg ons voorzag. Tijdens het eten werden wij, niet geheel onverdienstelijk, door de ‘Taxpistols’, de huisband van onze gastheer, vermaakt.

Nadat het eten zat waar het moest zitten en de wind langzaam aan begon te trekken, begaven wij ons voor de tweede wedstrijdronde wederom naar de haven. Deze keer mochten wij uitrusten van de vermoeienissen en ervaringen van de ochtend op de Spactatorboat

en mochten de andere 12 teams laten zien wat ze waard waren. Aan boord bleek dat wij waren beland op het walhalla voor de levensgenietende student. Alles was voorhanden: borrelgelegen-heid, live gitaarmuziek, uitzicht op de wedstrijd en gelegenheid om meegenomen te worden op een ritje met de speedboat. Kortom, alles voorhanden om even een paar uur lang volledig bij te komen van en te ontsnappen aan het zware studenten-leven wat wij leven. Na de tweede wedstrijd wer-den we vriendelijk verzocht de Spectatorboat te verlaten (wat sommigen van ons zwaar viel, lees: wat mij zwaar viel) en bewogen we ons weer naar de loods waar wij ’s ochtends ontvangen waren. Daar konden we verder borrelen in afwachting van de avondmaaltijd. Ook de avondmaaltijd was buitengewoon goed verzorgd, zodat wij ons met goedgevulde buiken op konden maken voor de langverwachte spetterende afsluiter die ons aan het begin van de dag beloofd was. En de afsluiter kwam: twee uur lang werden wij nog vermaakt door de meest droog-komische vorm van muziek-draaien die ik ooit heb meegemaakt door het duo ‘Wipneus en Pim’. Om een greep te geven uit de activiteiten die verband hielden met de afsluiter: damesband vs. herenband, fluitconcert in chaos,

limbodansen en ga zomaar door. Voor een beter begrip van de sfeer op dat moment zeg ik: ‘Je had er bij moeten zijn!’

En daarmee kan ik dit stuk denk ik sowieso wel afsluiten. Het was een geniaal georganiseerde dag waarin alles, maar dan ook echt alles georganiseerd was, en ik kan beschrijven tot ik er bij neer val, maar om het te begrijpen: zorg dat je er volgend jaar bij bent!

PS. Ons team werd tweede van de 24!

Sailchallenge KPMG Meijburg & Co 2011Door: Vincent Meijerman

Page 60: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

62 deAANSLAG!

Het actievenweekend begon al vroeg. Om 5.00 uur kwamen de eerste leden aan op de verzamelplaats voor café Engels, om vervolgens het vliegtuig naar Praag te pakken. Natuurlijk was niet iedereen even scherp.

Titiaan daarentegen, had er zin in en was goed voorbereid. Spullen ingepakt op kleur, schoenen gestrikt en OV-chipkaart in zijn rechterhand zodat hij direct met de bus mee kon. Niets kon meer misgaan.. of toch wel?

Aangekomen op Rotterdam The Hague Airport kwam hij erachter dat hij niet alleen voor clubs zijn ID-kaart moet laten zien, maar ook bij de gate. Wat een domper, die lag natuurlijk nog thuis. Gelukkig kreeg hij zijn huisgenoot wakker, was Prenobe met de auto en kon hij nog net op tijd inchecken voor de vlucht.

Het actievenweekend kon niet anders dan een succes worden. Het was nog even wachten tot we mochten instappen, dus leek het Tim een goed moment om het weekend in te wijden met een glas bier, om zes uur ’s ochtends.

Na een reis van 3 uur, waarvan slechts 1,5 uur met het vliegtuig, kwamen we aan bij het pension en kon iedereen de hele middag gaan en staan waar hij wilde. Om 18.30 uur kwamen we weer samen, aten we een hapje bij een Praagse Italiaan en gingen we richting het pension om ons klaar te maken voor de eerste avond stappen. Op het programma stond club Karlovy Lázn , de grootste club van Praag, waar op ieder van de zes verdiepingen een ander muziekgenre werd gedraaid.

Naast onze aanwezigheid in de club, was er ook een groep mannen, lengte 1.85 m, breedte 1.85 m, met hun broek op half 6. Mark, aan wezig op het verkeerde moment op de verkeerde plek, kreeg een duw, brak zijn glas bier en haalde zijn hand open. Dit bleek harder te bloeden dan ver wacht en het werd tijd

voor een ziekenhuisbezoek. Gelukkig bleek alles mee te vallen en kwam Mark er met een schrammetje vanaf.

Na een mooie eerste avond kon iedereen de tweede dag in vullen naar eigen wens. Bezichtigd werd o.a. de Praagse Burcht, de Joodse wijk, de John Lennon-muur, het oude stadsplein, de astro nomische klok en de Karelsbrug. Anderen deden het wat rustiger aan. Ook deze dag werd af gesloten met een gezamenlijk diner waar-na de groep werd gesplitst. Een bezoek aan een klassiek concert of de Champions League fi nale, voor ieder wat wils. Het actievenweekend werd af gesloten in Duplex, een moderne club in hartje centrum. Zondag ochtend ging het vliegtuig weer vroeg terug. We zaten gespreid in het vliegtuig, maar het was wel opvallend waar de CT’ers zaten: deze bekeken vrij snel de binnenkant van hun ogen. Het weekend was voor bij, maar de herinnering zal nog heel lang blijven!

Bedankt voor het mooie weekend!

De activiteitencommissie

PS. Wil je volgend jaar ook meedoen met leerzame en gezellige activiteiten? Solliciteer dan voor één van de vele commissies die Christiaanse-Taxateur rijk is!

Actievenweekend 2011

Actievenweekend 2011Door: Marilou de Kok

63deAANSLAG!

Foto's Actievenweekend

Foto's

Page 61: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

62 deAANSLAG!

Het actievenweekend begon al vroeg. Om 5.00 uur kwamen de eerste leden aan op de verzamelplaats voor café Engels, om vervolgens het vliegtuig naar Praag te pakken. Natuurlijk was niet iedereen even scherp.

Titiaan daarentegen, had er zin in en was goed voorbereid. Spullen ingepakt op kleur, schoenen gestrikt en OV-chipkaart in zijn rechterhand zodat hij direct met de bus mee kon. Niets kon meer misgaan.. of toch wel?

Aangekomen op Rotterdam The Hague Airport kwam hij erachter dat hij niet alleen voor clubs zijn ID-kaart moet laten zien, maar ook bij de gate. Wat een domper, die lag natuurlijk nog thuis. Gelukkig kreeg hij zijn huisgenoot wakker, was Prenobe met de auto en kon hij nog net op tijd inchecken voor de vlucht.

Het actievenweekend kon niet anders dan een succes worden. Het was nog even wachten tot we mochten instappen, dus leek het Tim een goed moment om het weekend in te wijden met een glas bier, om zes uur ’s ochtends.

Na een reis van 3 uur, waarvan slechts 1,5 uur met het vliegtuig, kwamen we aan bij het pension en kon iedereen de hele middag gaan en staan waar hij wilde. Om 18.30 uur kwamen we weer samen, aten we een hapje bij een Praagse Italiaan en gingen we richting het pension om ons klaar te maken voor de eerste avond stappen. Op het programma stond club Karlovy Lázn , de grootste club van Praag, waar op ieder van de zes verdiepingen een ander muziekgenre werd gedraaid.

Naast onze aanwezigheid in de club, was er ook een groep mannen, lengte 1.85 m, breedte 1.85 m, met hun broek op half 6. Mark, aan wezig op het verkeerde moment op de verkeerde plek, kreeg een duw, brak zijn glas bier en haalde zijn hand open. Dit bleek harder te bloeden dan ver wacht en het werd tijd

voor een ziekenhuisbezoek. Gelukkig bleek alles mee te vallen en kwam Mark er met een schrammetje vanaf.

Na een mooie eerste avond kon iedereen de tweede dag in vullen naar eigen wens. Bezichtigd werd o.a. de Praagse Burcht, de Joodse wijk, de John Lennon-muur, het oude stadsplein, de astro nomische klok en de Karelsbrug. Anderen deden het wat rustiger aan. Ook deze dag werd af gesloten met een gezamenlijk diner waar-na de groep werd gesplitst. Een bezoek aan een klassiek concert of de Champions League fi nale, voor ieder wat wils. Het actievenweekend werd af gesloten in Duplex, een moderne club in hartje centrum. Zondag ochtend ging het vliegtuig weer vroeg terug. We zaten gespreid in het vliegtuig, maar het was wel opvallend waar de CT’ers zaten: deze bekeken vrij snel de binnenkant van hun ogen. Het weekend was voor bij, maar de herinnering zal nog heel lang blijven!

Bedankt voor het mooie weekend!

De activiteitencommissie

PS. Wil je volgend jaar ook meedoen met leerzame en gezellige activiteiten? Solliciteer dan voor één van de vele commissies die Christiaanse-Taxateur rijk is!

Actievenweekend 2011

Actievenweekend 2011Door: Marilou de Kok

63deAANSLAG!

Foto's Actievenweekend

Foto's

Page 62: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

64 deAANSLAG!

Interview met Bob Vos, manager International Tax Services bij Ernst & Young én voormalig bestuurslid van R.F.V. Christiaanse Taxateur, over Ernst & Young, zijn studententijd en New York.

Kun je je kort voorstellen?Mijn naam is Bob Vos en ik ben als Tax Manager werkzaam in de ITS Groep van Ernst & Young. Tevens maak ik onderdeel uit van de Olie & Gas industriegroep waardoor een groot deel van mijn klanten werkzaam zijn in de olie en gas industrie. Ik werk nu iets meer dan vijf jaar met veel plezier bij Ernst & Young.

Hoe ben je bij Ernst & Young terecht gekomen?Tijdens een borrel die georganiseerd was door Christiaanse Taxateur en de SBR, en welke gesponsord werd door Ernst & Young, raakte ik in gesprek met enkele mensen die deel uit maken van de groep waar ik nu werkzaam ben. Het was meer een leuke ontmoeting en een gesprek met veel fl auwe grappen maar het gaf de opening om een keer te komen kletsen over stage mogelijkheden. Anderhalf jaar later, na een business course en een werkstudentschap waarbij ik twee dagen in de week in de praktijk heb meegedraaid, ben ik bij Ernst & Young in vaste dienst getreden.

Wat waren je verwachtingen van het beroep als fi scalist en zijn deze uitgekomen?Dit is een lastige vraag en hier moet ik zowel ja als nee op antwoorden. Ja, omdat ik het werk leuk vind en ik met interessante en uitdagende fi scale vraagstukken bezig ben. Nee, omdat het werk uiteindelijk veel meer omvat dan dat ik mij aanvankelijk had kunnen voorstellen. Van te voren kun je je niet voorstellen hoe divers de advisering eigenlijk is en de praktische kanten van de fi scaliteit waarmee je te maken krijgt. Dit komt met

name terug in het contact met zowel klanten, buitenlandse collega’s, als de belastingdienst. Dit maakt het vak wat dynamischer.

Hoe ziet een werkdag van jou eruit?Iedere dag is anders en daarom ook moeilijk voorspelbaar. Vandaag was ik heel de dag bezig met een spoedgeval in verband met het structureren van een overname van een Nederlandse vennootschap. De klant had in verband met de fi nanciering bepaalde wensen die moeilijk verenigbaar waren met een gunstige fi scale behandeling, zowel in Nederland als in het Verenigd Koninkrijk. Na diverse malen overleg gehad te hebben met mijn Engelse collega en de klant konden we een oplossing aandragen, net op tijd en voordat alles rond moest zijn. Morgen een aantal vennootschapsbelastingaangiftes nakijken en een analyse over een royaltystructuur afronden.

Hoe kijk je terug op je studententijd?Het was een fantastische tijd en ik heb het opzettelijk wat langer laten duren. Soms mis ik de vrijheid. Gelukkig komen er voldoende stagiairs langs om me te helpen herinneren hoe het ook al weer was.

Wat waren jouw bezigheden bij de R.F.V. Christiaanse Taxateur?Gedurende het studiejaar 2003-2004 was ik bestuurslid. Als commissaris intern was ik hoofdredacteur van ‘de Aanslag’ en heb ik samen met de toenmalige voorzitter de almanak samengesteld. Uiteraard heb ik voor, tijdens, en na mijn bestuursjaar met veel plezier deelgenomen aan de vele activiteiten. Er is inmiddels veel veranderd. De redactie van ‘de Aanslag’ bestond bijvoorbeeld toen uit twee personen en het blad was in A5 formaat. Het is mooi om te zien hoe wijdverbreid de activiteiten nu zijn en dat er veel actieve leden zijn.

Wat is je leukste of beste herinnering aan de R.F.V Christiaanse Taxateur?Prominent op één staat de studiereis naar New York. Een andere die zeker in het rijtje leukste herinneringen thuishoort is het organiseren van het derde lustrum van de CT. In 2008 heb ik als alumnus deelgenomen aan de organisatie van het derde lustrum. We hebben naast een symposium toen voor 150 man een knalfeest georganiseerd op een Spido boot.

Wat doe je in je vrije tijd?Voornamelijk van het leven genieten. Ik ben graag met vrienden en hou van lekker eten en drinken. Om dat te compenseren ben ik af en toe te vinden in de sportschool of een rondje bruggen aan het rennen. Als ik wat meer tijd heb in de zomermaanden ga ik ook graag een potje golfen of tennissen.

Wat zijn je ambities voor de komende jaren?Over zes maanden ben ik voor twee jaar aan het werk op de Dutch desk van Ernst & Young in New York. Op de desk werk je nauw samen met Amerikaanse collega’s en collega’s uit andere landen om Amerikaanse multinationals van Nederlands en internationaal fi scaal advies te voorzien. Het werk is daar, nog meer dan in Nederland, gericht op het brengen van fi scale planningsmogelijkheden in een ‘meer landen’ context. Een mooie uitdaging en natuurlijk leuk om een tijdje in de Big Apple te wonen.

Wat zou je studenten aanraden om een goede carrière te beginnen?Neem wat extra tijd om ervaringen buiten je studie op te doen door actief te zijn bij een studie- of een studentenvereniging. Volg je interesse, doe zoveel mogelijk ervaringen op. Bijvoorbeeld door stage te lopen zodat je uiteindelijk een wel-overwogen keuze kunt maken.

Interview Ernst & Young

Interview Ernst & Young

65deAANSLAG!

10. Markers, Pennen & Stickertjes Misschien niet heel speciaal, maar wel onmisbaar in het

leven van een student. Een goed CT-lid hoeft nooit een pen te kopen, kan heel zijn boek volplakken met (gratis!) stickertjes en kan doen alsof hij goed bezig is door zijn of haar boek te markeren. Maar welke zijn nu het beste? De

leukste marker is duidelijk die van Ernst & Young. Alle kleuren bij elkaar in de vorm van een bloem. De stickertjes zijn het beste van BDO en PWC, omdat die doorzichtig zijn, dus kan je tekst eronder ook nog lezen. Handig voor in je wet-tenbundel. Welke pen het lekkerst schrijft is weliswaar voor iedereen anders, maar ik heb reeds veel pennen van BDO ingeslagen!

9. Rekenmachine van BDO Deze mooie, metallic-kleurige rekenmachine heeft een

ingebouwd mechanisme voor het openen van het klepje. Uiteraard voorzien met het logo van BDO. Het is wel een basic rekenmachine, het mist een aantal fundamentele functies voor studenten, zoals de reken-jezelf-rijk functie en een alcoholpromillage berekening.

8. Snoeppot van het Ministerie van FinanciënDe snoeppotjes van het MvF zijn tot de nok toe gevuld met overheerlijke muntdrop. Toch uitkijken met deze dropjes: het is nog in guldens! Hopelijk stammen die dropjes niet uit dezelfde tijd. Het levensdoel van een fi scalist is om zoveel mogelijk centjes van het MvF te bemachtigen en dan is zo'n potje toch een leuk begin.

7. Mok van Allen & Overy Koffi e…wat moet een student toch zonder? Hoe moet je

anders over die kater heen? Hoe moet je anders de nacht voor het tentamen doorhalen om nog die laatste paar bladzijdes in je hoofd te stampen? Hoe moet je anders

die megasaaie colleges overleven? Véél koffi e drinken, dat kun je gegaran-deerd met deze mok. De mok van A&O is gigantisch en onmisbaar in het keukenkastje van elke student.

6. Spel kaarten van de Nederlandse Orde van Belastingadviseur

Iemand pesten is toch leuk? Of liever klaverjassen? Niets is gezelliger dan een potje kaart onder het genot van een hapje en een drankje. Dat kan prima met deze set kaarten van het NOB. Speel het slim! Daarnaast wordt

kaarten ook algemeen gezien als een prima oefening voor het ontwikkelen van je professionele vaardigheden, zoals bluffen, een pokerface opzetten of je slag slaan.

5. Kauwgom van KPMG Meijburg & Co Kauwgom is altijd handig om bij te hebben, omdat het

voor veel redenen gebruikt kan worden. Allereerst is het gewoon lekker, daarnaast krijg je er een frisse mond van en je kunt er ook een signaal mee afgeven. Heel overdre-ven kauwen en je kunt zo meedoen met de Tokkies!

4. Lipbalsem van Grant Thornton Deze paarse lippenbalsem werkt prima, dus een goed

alternatief voor die eeuwige Labello. Wees niet bang, het geeft geen paarse lippen. Tenminste niet bij normaal zonlicht, het gebruik in omgevingen met overmatige blacklights moet nog worden onderzocht. Voor dit on-

derzoek is de CT nog op zoek naar proefpersonen die het product regelmatig willen testen in het Rotterdamse uitgaansleven. Belangstellenden kunnen zich aanmelden als commissielid bij de CT.

3. Slippers van Bird & Bird De slippers van Bird & Bird zijn inmiddels een waar

fenomeen binnen de CT. Onder de slippers is in de vorm van een vogelpootje een gat gemaakt, waardoor je (in theorie) een pootje moet zien in het zand. Dan zie je dus de afdruk van de slipper, met daarboven een po-

tje. Uiteraard moest de redactie dit testen, en zie hiernaast het fantastische resultaat.

2. Muisje van Mazars De op één na leukste gadget van allemaal: het muisje

van Mazars. Deze mini-gadget is ontzettend handig voor laptops en door z'n compactheid ook extreem geschikt voor het gebruik op een overvol bureau in een studentenkamer. Door het grote aantal katers in het

leven van de gemiddelde student, is een voorraad muisjes sowieso een eerste levensbehoefte.

1. Christiaanse-Taxateur usb-kaart Jullie zullen onze nieuwste,

prachtige usb-kaart i.s.m. Grant Thornton inmiddels wel opge-merkt hebben en misschien zelfs al uitgeprobeerd. Deze goodie staat uiteraard op nummer één! Als je niet snapt waarom, dan kun je de kaart weer komen inleveren.

In de huidige wereld, waar alles via de computer gaat, is een USB-stick haast onmisbaar. Met twee giga-byte aan ruimte kan elke student naar hartenlust zijn belangrijke bestanden opslaan. Het kent nog

veel andere voordelen. Zo past hij gemakkelijk in je portemonnee en is hij zo groot dat je hem minder snel uit de computer vergeet te halen. Kortom; een goodie waardoor je de Christiaanse-Taxteur nooit meer zult vergeten!

De Tien Leukste goodies

Door: Mariette Mampaeij

Iedereen die naar de activiteiten van de Christiaanse-Taxateur komt, heeft het thuis wel liggen: goodies van bedrijven. Pennen, stickertjes, markers, snoepjes, je kunt het zo gek niet bedenken of het ligt wel op de CT-kamer (Hint: ga eens langs!). Maar welke zijn nu echt de must-have goodies? Hieronder worden de tien leukste besproken!

De Tien

Page 63: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

64 deAANSLAG!

Interview met Bob Vos, manager International Tax Services bij Ernst & Young én voormalig bestuurslid van R.F.V. Christiaanse Taxateur, over Ernst & Young, zijn studententijd en New York.

Kun je je kort voorstellen?Mijn naam is Bob Vos en ik ben als Tax Manager werkzaam in de ITS Groep van Ernst & Young. Tevens maak ik onderdeel uit van de Olie & Gas industriegroep waardoor een groot deel van mijn klanten werkzaam zijn in de olie en gas industrie. Ik werk nu iets meer dan vijf jaar met veel plezier bij Ernst & Young.

Hoe ben je bij Ernst & Young terecht gekomen?Tijdens een borrel die georganiseerd was door Christiaanse Taxateur en de SBR, en welke gesponsord werd door Ernst & Young, raakte ik in gesprek met enkele mensen die deel uit maken van de groep waar ik nu werkzaam ben. Het was meer een leuke ontmoeting en een gesprek met veel fl auwe grappen maar het gaf de opening om een keer te komen kletsen over stage mogelijkheden. Anderhalf jaar later, na een business course en een werkstudentschap waarbij ik twee dagen in de week in de praktijk heb meegedraaid, ben ik bij Ernst & Young in vaste dienst getreden.

Wat waren je verwachtingen van het beroep als fi scalist en zijn deze uitgekomen?Dit is een lastige vraag en hier moet ik zowel ja als nee op antwoorden. Ja, omdat ik het werk leuk vind en ik met interessante en uitdagende fi scale vraagstukken bezig ben. Nee, omdat het werk uiteindelijk veel meer omvat dan dat ik mij aanvankelijk had kunnen voorstellen. Van te voren kun je je niet voorstellen hoe divers de advisering eigenlijk is en de praktische kanten van de fi scaliteit waarmee je te maken krijgt. Dit komt met

name terug in het contact met zowel klanten, buitenlandse collega’s, als de belastingdienst. Dit maakt het vak wat dynamischer.

Hoe ziet een werkdag van jou eruit?Iedere dag is anders en daarom ook moeilijk voorspelbaar. Vandaag was ik heel de dag bezig met een spoedgeval in verband met het structureren van een overname van een Nederlandse vennootschap. De klant had in verband met de fi nanciering bepaalde wensen die moeilijk verenigbaar waren met een gunstige fi scale behandeling, zowel in Nederland als in het Verenigd Koninkrijk. Na diverse malen overleg gehad te hebben met mijn Engelse collega en de klant konden we een oplossing aandragen, net op tijd en voordat alles rond moest zijn. Morgen een aantal vennootschapsbelastingaangiftes nakijken en een analyse over een royaltystructuur afronden.

Hoe kijk je terug op je studententijd?Het was een fantastische tijd en ik heb het opzettelijk wat langer laten duren. Soms mis ik de vrijheid. Gelukkig komen er voldoende stagiairs langs om me te helpen herinneren hoe het ook al weer was.

Wat waren jouw bezigheden bij de R.F.V. Christiaanse Taxateur?Gedurende het studiejaar 2003-2004 was ik bestuurslid. Als commissaris intern was ik hoofdredacteur van ‘de Aanslag’ en heb ik samen met de toenmalige voorzitter de almanak samengesteld. Uiteraard heb ik voor, tijdens, en na mijn bestuursjaar met veel plezier deelgenomen aan de vele activiteiten. Er is inmiddels veel veranderd. De redactie van ‘de Aanslag’ bestond bijvoorbeeld toen uit twee personen en het blad was in A5 formaat. Het is mooi om te zien hoe wijdverbreid de activiteiten nu zijn en dat er veel actieve leden zijn.

Wat is je leukste of beste herinnering aan de R.F.V Christiaanse Taxateur?Prominent op één staat de studiereis naar New York. Een andere die zeker in het rijtje leukste herinneringen thuishoort is het organiseren van het derde lustrum van de CT. In 2008 heb ik als alumnus deelgenomen aan de organisatie van het derde lustrum. We hebben naast een symposium toen voor 150 man een knalfeest georganiseerd op een Spido boot.

Wat doe je in je vrije tijd?Voornamelijk van het leven genieten. Ik ben graag met vrienden en hou van lekker eten en drinken. Om dat te compenseren ben ik af en toe te vinden in de sportschool of een rondje bruggen aan het rennen. Als ik wat meer tijd heb in de zomermaanden ga ik ook graag een potje golfen of tennissen.

Wat zijn je ambities voor de komende jaren?Over zes maanden ben ik voor twee jaar aan het werk op de Dutch desk van Ernst & Young in New York. Op de desk werk je nauw samen met Amerikaanse collega’s en collega’s uit andere landen om Amerikaanse multinationals van Nederlands en internationaal fi scaal advies te voorzien. Het werk is daar, nog meer dan in Nederland, gericht op het brengen van fi scale planningsmogelijkheden in een ‘meer landen’ context. Een mooie uitdaging en natuurlijk leuk om een tijdje in de Big Apple te wonen.

Wat zou je studenten aanraden om een goede carrière te beginnen?Neem wat extra tijd om ervaringen buiten je studie op te doen door actief te zijn bij een studie- of een studentenvereniging. Volg je interesse, doe zoveel mogelijk ervaringen op. Bijvoorbeeld door stage te lopen zodat je uiteindelijk een wel-overwogen keuze kunt maken.

Interview Ernst & Young

Interview Ernst & Young

65deAANSLAG!

10. Markers, Pennen & Stickertjes Misschien niet heel speciaal, maar wel onmisbaar in het

leven van een student. Een goed CT-lid hoeft nooit een pen te kopen, kan heel zijn boek volplakken met (gratis!) stickertjes en kan doen alsof hij goed bezig is door zijn of haar boek te markeren. Maar welke zijn nu het beste? De

leukste marker is duidelijk die van Ernst & Young. Alle kleuren bij elkaar in de vorm van een bloem. De stickertjes zijn het beste van BDO en PWC, omdat die doorzichtig zijn, dus kan je tekst eronder ook nog lezen. Handig voor in je wet-tenbundel. Welke pen het lekkerst schrijft is weliswaar voor iedereen anders, maar ik heb reeds veel pennen van BDO ingeslagen!

9. Rekenmachine van BDO Deze mooie, metallic-kleurige rekenmachine heeft een

ingebouwd mechanisme voor het openen van het klepje. Uiteraard voorzien met het logo van BDO. Het is wel een basic rekenmachine, het mist een aantal fundamentele functies voor studenten, zoals de reken-jezelf-rijk functie en een alcoholpromillage berekening.

8. Snoeppot van het Ministerie van FinanciënDe snoeppotjes van het MvF zijn tot de nok toe gevuld met overheerlijke muntdrop. Toch uitkijken met deze dropjes: het is nog in guldens! Hopelijk stammen die dropjes niet uit dezelfde tijd. Het levensdoel van een fi scalist is om zoveel mogelijk centjes van het MvF te bemachtigen en dan is zo'n potje toch een leuk begin.

7. Mok van Allen & Overy Koffi e…wat moet een student toch zonder? Hoe moet je

anders over die kater heen? Hoe moet je anders de nacht voor het tentamen doorhalen om nog die laatste paar bladzijdes in je hoofd te stampen? Hoe moet je anders

die megasaaie colleges overleven? Véél koffi e drinken, dat kun je gegaran-deerd met deze mok. De mok van A&O is gigantisch en onmisbaar in het keukenkastje van elke student.

6. Spel kaarten van de Nederlandse Orde van Belastingadviseur

Iemand pesten is toch leuk? Of liever klaverjassen? Niets is gezelliger dan een potje kaart onder het genot van een hapje en een drankje. Dat kan prima met deze set kaarten van het NOB. Speel het slim! Daarnaast wordt

kaarten ook algemeen gezien als een prima oefening voor het ontwikkelen van je professionele vaardigheden, zoals bluffen, een pokerface opzetten of je slag slaan.

5. Kauwgom van KPMG Meijburg & Co Kauwgom is altijd handig om bij te hebben, omdat het

voor veel redenen gebruikt kan worden. Allereerst is het gewoon lekker, daarnaast krijg je er een frisse mond van en je kunt er ook een signaal mee afgeven. Heel overdre-ven kauwen en je kunt zo meedoen met de Tokkies!

4. Lipbalsem van Grant Thornton Deze paarse lippenbalsem werkt prima, dus een goed

alternatief voor die eeuwige Labello. Wees niet bang, het geeft geen paarse lippen. Tenminste niet bij normaal zonlicht, het gebruik in omgevingen met overmatige blacklights moet nog worden onderzocht. Voor dit on-

derzoek is de CT nog op zoek naar proefpersonen die het product regelmatig willen testen in het Rotterdamse uitgaansleven. Belangstellenden kunnen zich aanmelden als commissielid bij de CT.

3. Slippers van Bird & Bird De slippers van Bird & Bird zijn inmiddels een waar

fenomeen binnen de CT. Onder de slippers is in de vorm van een vogelpootje een gat gemaakt, waardoor je (in theorie) een pootje moet zien in het zand. Dan zie je dus de afdruk van de slipper, met daarboven een po-

tje. Uiteraard moest de redactie dit testen, en zie hiernaast het fantastische resultaat.

2. Muisje van Mazars De op één na leukste gadget van allemaal: het muisje

van Mazars. Deze mini-gadget is ontzettend handig voor laptops en door z'n compactheid ook extreem geschikt voor het gebruik op een overvol bureau in een studentenkamer. Door het grote aantal katers in het

leven van de gemiddelde student, is een voorraad muisjes sowieso een eerste levensbehoefte.

1. Christiaanse-Taxateur usb-kaart Jullie zullen onze nieuwste,

prachtige usb-kaart i.s.m. Grant Thornton inmiddels wel opge-merkt hebben en misschien zelfs al uitgeprobeerd. Deze goodie staat uiteraard op nummer één! Als je niet snapt waarom, dan kun je de kaart weer komen inleveren.

In de huidige wereld, waar alles via de computer gaat, is een USB-stick haast onmisbaar. Met twee giga-byte aan ruimte kan elke student naar hartenlust zijn belangrijke bestanden opslaan. Het kent nog

veel andere voordelen. Zo past hij gemakkelijk in je portemonnee en is hij zo groot dat je hem minder snel uit de computer vergeet te halen. Kortom; een goodie waardoor je de Christiaanse-Taxteur nooit meer zult vergeten!

De Tien Leukste goodies

Door: Mariette Mampaeij

Iedereen die naar de activiteiten van de Christiaanse-Taxateur komt, heeft het thuis wel liggen: goodies van bedrijven. Pennen, stickertjes, markers, snoepjes, je kunt het zo gek niet bedenken of het ligt wel op de CT-kamer (Hint: ga eens langs!). Maar welke zijn nu echt de must-have goodies? Hieronder worden de tien leukste besproken!

De Tien

Page 64: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

66 deAANSLAG! 67deAANSLAG!

Kunt u zich kort voorstellen en vertellen wat uw huidige functie inhoudt?

In het verleden was u bestuurslid van de Christiaanse-Taxateur. Kunt u ons hierover meer vertellen?

Wat voor soort student was u?

Mijn naam is Nadine de Hoop. Ik werk als directeur en fi scaal jurist bij ’t Wielse baken B.V. in Lopik, een klein bedrijf in het MKB-segment. Ik houd me ook bezig met Financial plan-ning. Daarnaast ben ik moeder van 2 dochters (3 jaar en 6 maanden).

Ik was in het jaar 1999-2000 commissaris Interne zaken en daarmee eveneens hoofdredacteur van ‘de Aanslag’.

Ik was erg bezig met het gezellige studentenleven. Daar heb ik volop van genoten. Toch was ik ook wel serieus, met name in de tentamentijd.

Ik ben Rogier Kerkhof, (nog steeds) woonachtig in Rotterdam en vader van Karlijn, Lonneke en Hessel. In mijn dagelijkse werkzaamheden ben ik director Pension & Actuarial Services bij Hay Group. In deze functie ben ik verantwoordelijk voor het adviseren van ondernemingen op hun pensioendossier; hoe dient de regeling te luiden in het kader van de totale beloningsmix en wat is hiervoor de optimale fi nancierings-structuur c.q. uitvoerder. Ook hou ik mij bezig met executive pensions en actuariële waarderingen van pensioenaanspra-ken in het kader van IFRS en FAS.

In die tijd was ik onder meer verantwoordelijk voor enerzijds het tijdschrift ‘de Aanslag’, en anderzijds voor de gezelligheid binnen ons bestuur. Het was een leuke periode waarin je je collega bestuurders goed leerde kennen en waar de vergade-ring op vrijdag altijd langer duurde dan strikt noodzakelijk!

Wat heeft u precies gestudeerd en waarom juist die opleiding?

Ik heb Fiscaal Recht gestudeerd. Aan het eind van het Athene-um heb ik de keuze gemaakt om in Rotterdam Fiscaal Recht te gaan studeren. Ik heb nog even getwijfeld over Bedrijfskunde of Accountancy, maar ging uiteindelijk voor Fiscaal Recht.

Ik heb fi scale bedrijfseconomie gestudeerd en op een blauwe maandag ook nog mijn propedeuse rechten in Leiden behaald. De reden van mijn studiekeuze was onder meer de interesse die ik had in het juridische deel en daarmee gepaard gaande diversiteit van de studie, de breedte van de kennis die werd opgedaan en de creativiteit die je in het vak kan uitoefenen.

Een echte.

Mw. Nadine de Hoop Dhr. Rogier Kerkhof

Back to the Future de vele wegen naar Fiscaal RomeIn deze editie komen twee oud-bestuurders van de R.F.V. Christiaanse-Taxateur aan het woord. De twee geïnterviewde hebben beiden de functie

Commissaris Intern binnen het bestuur gehad en waren onder andere verantwoordelijk voor ons verenigingsblad ‘de Aanslag’. Dhr. Rogier

Kerkhof en mw. Nadine de Hoop hebben respectievelijk in de jaren 1997-1998 en 1999-2000 een bestuursjaar gedaan. Hoe kijken zij terug op

hoe ze zijn begonnen? Hoe zijn ze terechtgekomen op de plek waar ze nu zijn en wat zouden ze anders hebben gedaan? Lees het hieronder!

Back to the Future

Aan wat voor nevenactiviteiten heeft u nog meer deelgenomen tijdens uw studie?

Welke studie zou u als u mocht kiezen, met de ervaring/wetenschap die u nu heeft, erbij willen doen?

‘de Aanslag’ bestaat dit jaar 20 jaar. Hoe ziet u uzelf over 20 jaar?

Wat zou u als u op uw carrière terug kijkt anders gedaan hebben? Wat zou u zeker opnieuw doen?

Heeft u een aanbeveling voor de fi scale studenten?

Wat was uw eerste baan na uw studie?

Ik heb aan verschillende commissies deelgenomen bij de R.F,V Christiaanse-Taxateur en bij de Juridische Faculteitsver-eniging, waaronder: Almanakcommissie JFR, Feestcommissie R.F.V. Christiaanse-Taxateur, Commissie Tweedejaarswerk-week JFR. Ook heb ik aan diverse studiereizen deelgenomen. Verder had ik diverse bijbaantjes bij o.a. het Fiscaal juridisch adviesbureau van Nationale Nederlanden en was ik Erasmus Ambassador.

Ik heb diverse opleidingen na mijn studie gedaan omdat die in de praktijk van mijn werk passen. Zo heb ik Financial Plan-ning (FFP) gedaan en heb ik diverse verzekeringsdiploma’s behaald op het gebied van pensioen en levensvezekeringen. Ik ben ook Register Pensioen Adviseur (RPA).

Eigenlijk wel hetzelfde als nu, nog steeds aan het werk bij ’t Wielse Baken bv.

Ik zou niets anders gedaan hebben, mijn keuzes waren heel bewust en ik heb er geen spijt van.

Ga mee met een studiereis. Echt superleuk om mee te maken.

Junior Tax Advisor bij Ernst & Young en daarna Contractadvi-seur Collectieve Pensioenen bij Nationale Nederlanden.

Naast de reguliere studentenbeslommeringen (zoals het lidmaatschap van Laurentius) de studiereis naar London (net toen Diana stierf zaten wij in Londen) had ik een paar leuke bijbanen, waaronder chauffeur van wijlen Pim Fortuin.. Daar-naast stond het laatste jaar in het teken van veel business courses van de (toen nog) big 6; veel plezierige bijeenkom-sten waar je een goede indruk kreeg van zowel de werkzaam-heden als de organisatie(cultuur). Uiteindelijk heeft het niet mogen baten en heb ik gekozen voor een baan bij ING.

Gehele opleiding rechten, voornamelijk pensioenrecht (maar dat was in die tijd nog niet mogelijk).

Zeker nog niet met pensioen.

De keuze hebben gemaakt om toch naar het buitenland te gaan voor ING. Deze kans had ik achteraf zeker willen pakken. De keuze om voor een managementtraineeship te gaan zou ik zeker weer maken: na 1 jaar werken gaf ik leiding aan ruim 25 medewerkers: een ervaring waar ik ontzettend veel van heb geleerd en waar ik nog dagelijks plezier aan beleef.

Genieten!

Management trainee bij ING.

Back to the Future / Column Tom Gorny

Mijn moeder weet nog steeds niet waar het fout is gegaan en ik ben eigenlijk best tevreden. In twintig jaar tijd kan kortom alles veranderen. Dat is eigenlijk mijn grootste les geweest van de afgelopen jaren. Dat al hetgeen jij als een vast gegeven ervaart, over twintig niks meer is dan een mistige herinnering.

Een troost daarbij is dat de keuzes die jij nu maakt per direct jouw toekomst volledig veranderen. Maar dan denk je een richting te

hebben ingeslagen en dan kan een ontmoeting, een bladzijde uit een boek, alles op z’n kop zetten en jouw toekomst weer volledig verschuiven. Wat mij betreft is dat ook het mooie. De grillige vertakkingen van het lot.

Deze ogenschijnlijk willekeur mag voor jou echter geen reden zijn om de dromen die je hebt los te laten of maar met alle winden mee te waaien. Je hebt vertakkingen in het leven die een versnelling betekenen en je

hebt vertakkingen die jou juist af-leiden. Zaak is dan te weten met welke je te maken hebt.

Durven dromen is daarbij het aller belangrijkst. Durf vast te houden aan jouw ideaal. Durf die richting te blijven bewandelen die jou bij je einddoel zal brengen. Weet ook bij voorbaat dat je heel vaak zult struikelen en vallen. Als het dan om welke reden dan ook niet werkt, houd je droom dan vast en verander enkel de strategie om bij jouw einddoel te

komen.

Uiteinde-lijk is het leven een spel en het doel van elke spel is dat jij en de mensen met wie je het speelt zich vermaken. Have fun de aankomende twintig jaar. Wees lief voor je de mensen om je heen en doe wat Jij doen moet. Onthoudt, bij twijfel;”Gewoon doen!!”

Opa Tom

Column Tom Gorny

Page 65: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

66 deAANSLAG! 67deAANSLAG!

Kunt u zich kort voorstellen en vertellen wat uw huidige functie inhoudt?

In het verleden was u bestuurslid van de Christiaanse-Taxateur. Kunt u ons hierover meer vertellen?

Wat voor soort student was u?

Mijn naam is Nadine de Hoop. Ik werk als directeur en fi scaal jurist bij ’t Wielse baken B.V. in Lopik, een klein bedrijf in het MKB-segment. Ik houd me ook bezig met Financial plan-ning. Daarnaast ben ik moeder van 2 dochters (3 jaar en 6 maanden).

Ik was in het jaar 1999-2000 commissaris Interne zaken en daarmee eveneens hoofdredacteur van ‘de Aanslag’.

Ik was erg bezig met het gezellige studentenleven. Daar heb ik volop van genoten. Toch was ik ook wel serieus, met name in de tentamentijd.

Ik ben Rogier Kerkhof, (nog steeds) woonachtig in Rotterdam en vader van Karlijn, Lonneke en Hessel. In mijn dagelijkse werkzaamheden ben ik director Pension & Actuarial Services bij Hay Group. In deze functie ben ik verantwoordelijk voor het adviseren van ondernemingen op hun pensioendossier; hoe dient de regeling te luiden in het kader van de totale beloningsmix en wat is hiervoor de optimale fi nancierings-structuur c.q. uitvoerder. Ook hou ik mij bezig met executive pensions en actuariële waarderingen van pensioenaanspra-ken in het kader van IFRS en FAS.

In die tijd was ik onder meer verantwoordelijk voor enerzijds het tijdschrift ‘de Aanslag’, en anderzijds voor de gezelligheid binnen ons bestuur. Het was een leuke periode waarin je je collega bestuurders goed leerde kennen en waar de vergade-ring op vrijdag altijd langer duurde dan strikt noodzakelijk!

Wat heeft u precies gestudeerd en waarom juist die opleiding?

Ik heb Fiscaal Recht gestudeerd. Aan het eind van het Athene-um heb ik de keuze gemaakt om in Rotterdam Fiscaal Recht te gaan studeren. Ik heb nog even getwijfeld over Bedrijfskunde of Accountancy, maar ging uiteindelijk voor Fiscaal Recht.

Ik heb fi scale bedrijfseconomie gestudeerd en op een blauwe maandag ook nog mijn propedeuse rechten in Leiden behaald. De reden van mijn studiekeuze was onder meer de interesse die ik had in het juridische deel en daarmee gepaard gaande diversiteit van de studie, de breedte van de kennis die werd opgedaan en de creativiteit die je in het vak kan uitoefenen.

Een echte.

Mw. Nadine de Hoop Dhr. Rogier Kerkhof

Back to the Future de vele wegen naar Fiscaal RomeIn deze editie komen twee oud-bestuurders van de R.F.V. Christiaanse-Taxateur aan het woord. De twee geïnterviewde hebben beiden de functie

Commissaris Intern binnen het bestuur gehad en waren onder andere verantwoordelijk voor ons verenigingsblad ‘de Aanslag’. Dhr. Rogier

Kerkhof en mw. Nadine de Hoop hebben respectievelijk in de jaren 1997-1998 en 1999-2000 een bestuursjaar gedaan. Hoe kijken zij terug op

hoe ze zijn begonnen? Hoe zijn ze terechtgekomen op de plek waar ze nu zijn en wat zouden ze anders hebben gedaan? Lees het hieronder!

Back to the Future

Aan wat voor nevenactiviteiten heeft u nog meer deelgenomen tijdens uw studie?

Welke studie zou u als u mocht kiezen, met de ervaring/wetenschap die u nu heeft, erbij willen doen?

‘de Aanslag’ bestaat dit jaar 20 jaar. Hoe ziet u uzelf over 20 jaar?

Wat zou u als u op uw carrière terug kijkt anders gedaan hebben? Wat zou u zeker opnieuw doen?

Heeft u een aanbeveling voor de fi scale studenten?

Wat was uw eerste baan na uw studie?

Ik heb aan verschillende commissies deelgenomen bij de R.F,V Christiaanse-Taxateur en bij de Juridische Faculteitsver-eniging, waaronder: Almanakcommissie JFR, Feestcommissie R.F.V. Christiaanse-Taxateur, Commissie Tweedejaarswerk-week JFR. Ook heb ik aan diverse studiereizen deelgenomen. Verder had ik diverse bijbaantjes bij o.a. het Fiscaal juridisch adviesbureau van Nationale Nederlanden en was ik Erasmus Ambassador.

Ik heb diverse opleidingen na mijn studie gedaan omdat die in de praktijk van mijn werk passen. Zo heb ik Financial Plan-ning (FFP) gedaan en heb ik diverse verzekeringsdiploma’s behaald op het gebied van pensioen en levensvezekeringen. Ik ben ook Register Pensioen Adviseur (RPA).

Eigenlijk wel hetzelfde als nu, nog steeds aan het werk bij ’t Wielse Baken bv.

Ik zou niets anders gedaan hebben, mijn keuzes waren heel bewust en ik heb er geen spijt van.

Ga mee met een studiereis. Echt superleuk om mee te maken.

Junior Tax Advisor bij Ernst & Young en daarna Contractadvi-seur Collectieve Pensioenen bij Nationale Nederlanden.

Naast de reguliere studentenbeslommeringen (zoals het lidmaatschap van Laurentius) de studiereis naar London (net toen Diana stierf zaten wij in Londen) had ik een paar leuke bijbanen, waaronder chauffeur van wijlen Pim Fortuin.. Daar-naast stond het laatste jaar in het teken van veel business courses van de (toen nog) big 6; veel plezierige bijeenkom-sten waar je een goede indruk kreeg van zowel de werkzaam-heden als de organisatie(cultuur). Uiteindelijk heeft het niet mogen baten en heb ik gekozen voor een baan bij ING.

Gehele opleiding rechten, voornamelijk pensioenrecht (maar dat was in die tijd nog niet mogelijk).

Zeker nog niet met pensioen.

De keuze hebben gemaakt om toch naar het buitenland te gaan voor ING. Deze kans had ik achteraf zeker willen pakken. De keuze om voor een managementtraineeship te gaan zou ik zeker weer maken: na 1 jaar werken gaf ik leiding aan ruim 25 medewerkers: een ervaring waar ik ontzettend veel van heb geleerd en waar ik nog dagelijks plezier aan beleef.

Genieten!

Management trainee bij ING.

Back to the Future / Column Tom Gorny

Mijn moeder weet nog steeds niet waar het fout is gegaan en ik ben eigenlijk best tevreden. In twintig jaar tijd kan kortom alles veranderen. Dat is eigenlijk mijn grootste les geweest van de afgelopen jaren. Dat al hetgeen jij als een vast gegeven ervaart, over twintig niks meer is dan een mistige herinnering.

Een troost daarbij is dat de keuzes die jij nu maakt per direct jouw toekomst volledig veranderen. Maar dan denk je een richting te

hebben ingeslagen en dan kan een ontmoeting, een bladzijde uit een boek, alles op z’n kop zetten en jouw toekomst weer volledig verschuiven. Wat mij betreft is dat ook het mooie. De grillige vertakkingen van het lot.

Deze ogenschijnlijk willekeur mag voor jou echter geen reden zijn om de dromen die je hebt los te laten of maar met alle winden mee te waaien. Je hebt vertakkingen in het leven die een versnelling betekenen en je

hebt vertakkingen die jou juist af-leiden. Zaak is dan te weten met welke je te maken hebt.

Durven dromen is daarbij het aller belangrijkst. Durf vast te houden aan jouw ideaal. Durf die richting te blijven bewandelen die jou bij je einddoel zal brengen. Weet ook bij voorbaat dat je heel vaak zult struikelen en vallen. Als het dan om welke reden dan ook niet werkt, houd je droom dan vast en verander enkel de strategie om bij jouw einddoel te

komen.

Uiteinde-lijk is het leven een spel en het doel van elke spel is dat jij en de mensen met wie je het speelt zich vermaken. Have fun de aankomende twintig jaar. Wees lief voor je de mensen om je heen en doe wat Jij doen moet. Onthoudt, bij twijfel;”Gewoon doen!!”

Opa Tom

Column Tom Gorny

Page 66: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

68 deAANSLAG! 69deAANSLAG!Symposium Totaalwinst

Na weken van voorbereiding en

overleg met medewerkers van het

Fiscaal Economisch instituut (FEI BV)

en de commissieleden van onze eigen

studievereniging R.F.V. Christiaanse-

Taxateur, was het op 17 juni jl.

eindelijk zo ver. Een nieuwe stap in de

professionalisering van onze vereniging

werd gezet; het symposium

Totaalwinst, gezamenlijk

georganiseerd door de R.F.V.

Christiaanse-Taxateur en het

Fiscaal Economisch Instituut,

was het toonbeeld van

professionaliteit en

hoogstaande inhoud.

De dag ving voor ons als commissie aan rond het tiende uur in de ochtend. Nadat we de vorige avond nog intensief bezig waren geweest om de laatste puntjes op de i te zetten (wat toch weer dusdanig lang duurde dat de bewaking ‘was closing the building’), kwamen we op de dag zelf samen om de zalen in te richten, de catering te controleren, de microfoons aan te sluiten en om alle randzaken die nog opkwamen op te vangen en in goede banen te leiden. Tegen 11 uur werd de balie ingericht en was een heuse sym-posiumsfeer bijna voelbaar. Nadat we vervolgens een kleine check uitgevoerd hadden op de microfoons (‘Ik wil graag: een grote patat met, een hamburger en een milkshake…, check!’) werd de laptop klaargezet met de presentaties van de inleiders van de dag, als-mede de presentaties van de inleiding van de dagvoorzitter (prof. dr. Peter Kavelaars) en de stellingen van de discussieleider van de dag: prof. dr. Leo Stevens. Tegen die tijd was alles tot in de puntjes geregeld en konden we tevreden toezien hoe de catering de door de organisatie aangeboden lunch klaarzette. Nadat we constateerden dat we er klaar voor waren was het wachten op de eerste deelne-mers van het symposium.

De eerste deelnemers kwamen vanaf het middaguur binnendrup-pelen. Bij de balie werden zij voorzien van een programmaboekje alsmede een persoonlijk programma. Tijdens de lunch werden onmiddellijk oude contacten aangehaald en nieuwe contacten gelegd dat de dag naast een wetenschappelijke dimensie, ook een praktische en sociale dimensie gaf. Nadat datgene wat eens de lunch was, gereduceerd was tot achterblijvende kruimels werd de Forumzaal betreden door zowel studenten als door wetenschappers en fiscalisten werkzaam in de praktijk.

Nadat om en nabij de 140 man zich gesetteld had in de luxueuze stoelen, en de inleiders van de dag plaatsgenomen hadden, trapte prof. Kavelaars het symposium af met een korte inleiding van de dag. Tijdens deze inleiding maakte hij gewag van het feit dat dit jaar voor het eerst samengewerkt werd met de R.F.V. Christiaanse-Taxateur, waarbij hij aangaf de samenwerking uitermate vrucht-baar te vinden, wat ik van de kant van de CT alleen maar kan beamen. Dat hij vastbesloten was om de dag te laten verlopen binnen het door ons vastgestelde tijdsbestek in het minutieus uitgewerkte draaiboek, bleek wel uit de bel die hij speciaal had meegenomen om zijn collega-fiscalisten te kunnen wijzen op het eventueel overschrijden van hun spreektijd. Dat inleider prof. dr. mr. Edwin Heithuis1 onmiddellijk het heft in eigen hand nam door een poging te doen de inleiding af te kappen met diezelfde bel, was kenmerkend voor de ontspannen sfeer die tijdens de inleidende voordrachten heerste. Vervolgens liet de dagvoorzitter artikel 3.8 Wet IB 2001 de revue passeren, zodat alle aanwezigen zich terdege bewust werden van de focus van de dag.

1 Verbonden aan de universiteit Utrecht als hoogleraar en daarnaast actief als wetenschappelijk adviseur bij BDO.

Symposium TotaalwinstDoor: Vincent Meijerman

Symposium Totaalwinst

Daarna was het aan prof. dr. Peter Essers2 om het ondernemersbe-grip (zonder ondernemer immers geen winst) af te bakenen voor alle aanwezigen. Vragen die voorbij kwamen waren: ‘Wanneer heb-ben we het over beleggen, en wanneer over ondernemen? Waarom zouden we de ondernemer bevoordelen met faciliteiten waar de loongenieter geen recht op heeft?’ Het was zijn functie in de Eerste Kamer die een groot deel van zijn vervolgverhaal vervolgens kleurde. Kern van zijn betoog was zijn voorstel tot het instellen van een winstbox+, met een vast tarief zonder vrijstellingen (de toevoe-ging van de plus dient, aldus Essers, om het taboe dat op ‘winstbox’ heerst uit de weg te gaan). Met het instellen van de winstbox+ ver-dwijnt volgens hem de verstorende werking van vrijstellingen en wordt voor ondernemers een hoop van de administratieve lasten weggenomen. Dat niet iedereen dezelfde mening was toegedaan zou tijdens de afsluitende discussie blijken.

In aansluiting op prof. Essers was daarna de beurt aan prof. dr. Edwin Heithuis. Nadat hij aangegeven had het liever over de hondenbelasting te hebben, bleek hij uiteindelijk best bereid om het een en ander uit de doeken te doen over baten en stortingen enerzijds en lasten en onttrekkingen anderzijds. Tijdens zijn voordracht werd duidelijk dat er meer te zeggen is over deze vier begrippen, dan op het eerste gezicht lijkt. De focus lag op de onzakelijke lening (onttrekking) en het laatst gewezen arrest hier-omtrent (BNB 2008/191). In de stelling die volgt uit zijn inleiding bestreed hij dat het voornoemde arrest ook geldt voor onzakelijke leningen ‘omlaag’ en ‘zijwaarts’ en pleitte daarmee tot inperking van de werking van het arrest.

Dr. Warner Bruins Slot3 kreeg vervolgens de kans om de aanwezige toehoorders van één van zijn stellingen te overtuigen. Dit deed hij echter niet na zich met een anekdote, waaruit bleek dat hij een dummy op het gebied van totaalwinst en jaarwinst zou zijn, in te dekken voor een eventueel gebrek aan kennis. Dat hij ondanks deze bescheiden start niet gespaard werd door kritische toehoorders, bleek toen prof. Leo Stevens het nodig vond om kritiek te uiten op de visie van Bruins Slot omtrent de koppeling tussen jaar- en to-taalwinst. In deze visie geldt dat de jaarwinst (art. 3.25 Wet IB 2001) de in moten gehakte totaalwinst (art. 3.8 Wet IB 2001) is. Gevolg daarvan is dat de totaalwinst bepalend is voor de omvang van de jaarwinsten. Na een verhitte discussie (waar het laatste woord on-getwijfeld nog niet over gezegd is) werd de draad van de inleiding opgepakt en bracht bovengenoemde zijn stellingen naar voren.

Als laatste kreeg prof. dr. Irene Burgers4 het woord. Zij begon haar inleiding door zich te richten op de dissertatie van dr. Dirk Albregtse in combinatie met haar eigen dissertatie. Zij bekeek het totaalwinstconcept voornamelijk vanuit een internationaalrechte-lijk perspectief, waarbij zij zich richtte op de problematiek rondom winstverdeling tussen een vaste inrichting (v.i.) en het hoofdhuis. Vraag bij het toedelen van die winst is hoe de v.i. gezien moet worden. Is de v.i. een zelfstandige eenheid (vergelijkbaar met een buitenlandse dochter), en kan de winst als zodanig zelfstandig in het buitenland belast worden, of is de v.i. slechts een functionele

2 Verbonden aan de universiteit van Tilburg als hoogleraar en daarnaast actief als lid van de Eerste Kamer namens het CDA.

3 Werkzaam als belastingadviseur bij KPMG Meijburg en Co. Amstelveen op de afdeling ‘Financial Services’

4 Werkzaam als hoogleraar international en Europees belastingrecht te Groningen en tevens actief in de EU Arbitragecommissie

eenheid, en moet de gene-rale winst gesplitst worden? Irene Burgers onderschrijft de tweede benadering en stelt dat met deze benadering de hef-fingsbevoegdheid over de winst het meest rechtvaardig tussen landen gesplitst kan worden.

Na deze boeiende inleiding kreeg iedereen een kwartiertje de kans om nieuwe krachten op te doen (in veel geval-len betekende dit het tot zich nemen van cafeïne) alvorens te vertrekken naar de workshopzalen, alwaar de organisatie de zalen in gereedheid had gebracht voor de acht sprekers van de dag. Bij navraag bleek dat zowel studenten als externe bezoekers van het congres het een leuke ervaring vonden om voor de verandering met zowel studenten als fiscalisten, werkzaam in de praktijk, van gedachten te kunnen wisselen. Mede omdat het sprekersbestand louter uit gere-nommeerde sprekers bestond bleken de workshops een zeer waar-devolle aanvulling op de inleidingen. Ook mede door de workshops kwam iedereen goed beslagen ten ijs in de forumdiscussie waar prof. Leo Stevens, emeritus-hoogleraar, met hetzelfde gemak en dezelfde bezieling als waarmee hij een groep studenten bespeelt, de discussie tussen fiscale zwaargewichten in goede banen wist te leiden. Tijdens de discussie bleek hoe breed de verschillen in me-ning soms waren en steeds weer wist Stevens sprekers te dwingen tot de essentie te komen. Interessant was de discussie tussen prof. dr. Hoogendoorn en drs. Marcel Smeets, waarbij de emoties hoog opliepen omtrent het al dan niet wenselijk zijn van het naar elkaar toegroeien van de commerciële en fiscale winstbepalingsregels. Belangrijker nog dan wat de uiteindelijke uitkomst was van de fo-rumdiscussie vind ik het feit dat ideeën uitgewisseld werden in een face-to-face setting in plaats van via de vakliteratuur. Daarnaast is het denk ik ook een voorrecht voor ons als studenten om getuigen te zijn van (en hopelijk ook in latere versies deel te nemen aan) een op zo’n uitzonderlijk hoog niveau gevoerde discussie.

De dag stond mede in het teken van het naderende afscheid van Dirk Albregste, zodat natuurlijk niet verzuimd werd om nog uit-gebreid stil te staan bij zijn verdiensten voor de fiscaliteit en voor FEI BV. Prof. Peter Kavelaars wist de immer bescheiden docent te complimenteren voor zijn passie voor scriptiebegeleiding en onver-moeibare inzet voor onderzoeksdoel-einden te roemen. Daarnaast wist hij Albregste te verrassen door hem een bundel aan te bieden, geschreven ter gelegenheid van zijn naderende af-scheid met als titel: ‘Maatschappelijk

Page 67: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

68 deAANSLAG! 69deAANSLAG!Symposium Totaalwinst

Na weken van voorbereiding en

overleg met medewerkers van het

Fiscaal Economisch instituut (FEI BV)

en de commissieleden van onze eigen

studievereniging R.F.V. Christiaanse-

Taxateur, was het op 17 juni jl.

eindelijk zo ver. Een nieuwe stap in de

professionalisering van onze vereniging

werd gezet; het symposium

Totaalwinst, gezamenlijk

georganiseerd door de R.F.V.

Christiaanse-Taxateur en het

Fiscaal Economisch Instituut,

was het toonbeeld van

professionaliteit en

hoogstaande inhoud.

De dag ving voor ons als commissie aan rond het tiende uur in de ochtend. Nadat we de vorige avond nog intensief bezig waren geweest om de laatste puntjes op de i te zetten (wat toch weer dusdanig lang duurde dat de bewaking ‘was closing the building’), kwamen we op de dag zelf samen om de zalen in te richten, de catering te controleren, de microfoons aan te sluiten en om alle randzaken die nog opkwamen op te vangen en in goede banen te leiden. Tegen 11 uur werd de balie ingericht en was een heuse sym-posiumsfeer bijna voelbaar. Nadat we vervolgens een kleine check uitgevoerd hadden op de microfoons (‘Ik wil graag: een grote patat met, een hamburger en een milkshake…, check!’) werd de laptop klaargezet met de presentaties van de inleiders van de dag, als-mede de presentaties van de inleiding van de dagvoorzitter (prof. dr. Peter Kavelaars) en de stellingen van de discussieleider van de dag: prof. dr. Leo Stevens. Tegen die tijd was alles tot in de puntjes geregeld en konden we tevreden toezien hoe de catering de door de organisatie aangeboden lunch klaarzette. Nadat we constateerden dat we er klaar voor waren was het wachten op de eerste deelne-mers van het symposium.

De eerste deelnemers kwamen vanaf het middaguur binnendrup-pelen. Bij de balie werden zij voorzien van een programmaboekje alsmede een persoonlijk programma. Tijdens de lunch werden onmiddellijk oude contacten aangehaald en nieuwe contacten gelegd dat de dag naast een wetenschappelijke dimensie, ook een praktische en sociale dimensie gaf. Nadat datgene wat eens de lunch was, gereduceerd was tot achterblijvende kruimels werd de Forumzaal betreden door zowel studenten als door wetenschappers en fiscalisten werkzaam in de praktijk.

Nadat om en nabij de 140 man zich gesetteld had in de luxueuze stoelen, en de inleiders van de dag plaatsgenomen hadden, trapte prof. Kavelaars het symposium af met een korte inleiding van de dag. Tijdens deze inleiding maakte hij gewag van het feit dat dit jaar voor het eerst samengewerkt werd met de R.F.V. Christiaanse-Taxateur, waarbij hij aangaf de samenwerking uitermate vrucht-baar te vinden, wat ik van de kant van de CT alleen maar kan beamen. Dat hij vastbesloten was om de dag te laten verlopen binnen het door ons vastgestelde tijdsbestek in het minutieus uitgewerkte draaiboek, bleek wel uit de bel die hij speciaal had meegenomen om zijn collega-fiscalisten te kunnen wijzen op het eventueel overschrijden van hun spreektijd. Dat inleider prof. dr. mr. Edwin Heithuis1 onmiddellijk het heft in eigen hand nam door een poging te doen de inleiding af te kappen met diezelfde bel, was kenmerkend voor de ontspannen sfeer die tijdens de inleidende voordrachten heerste. Vervolgens liet de dagvoorzitter artikel 3.8 Wet IB 2001 de revue passeren, zodat alle aanwezigen zich terdege bewust werden van de focus van de dag.

1 Verbonden aan de universiteit Utrecht als hoogleraar en daarnaast actief als wetenschappelijk adviseur bij BDO.

Symposium TotaalwinstDoor: Vincent Meijerman

Symposium Totaalwinst

Daarna was het aan prof. dr. Peter Essers2 om het ondernemersbe-grip (zonder ondernemer immers geen winst) af te bakenen voor alle aanwezigen. Vragen die voorbij kwamen waren: ‘Wanneer heb-ben we het over beleggen, en wanneer over ondernemen? Waarom zouden we de ondernemer bevoordelen met faciliteiten waar de loongenieter geen recht op heeft?’ Het was zijn functie in de Eerste Kamer die een groot deel van zijn vervolgverhaal vervolgens kleurde. Kern van zijn betoog was zijn voorstel tot het instellen van een winstbox+, met een vast tarief zonder vrijstellingen (de toevoe-ging van de plus dient, aldus Essers, om het taboe dat op ‘winstbox’ heerst uit de weg te gaan). Met het instellen van de winstbox+ ver-dwijnt volgens hem de verstorende werking van vrijstellingen en wordt voor ondernemers een hoop van de administratieve lasten weggenomen. Dat niet iedereen dezelfde mening was toegedaan zou tijdens de afsluitende discussie blijken.

In aansluiting op prof. Essers was daarna de beurt aan prof. dr. Edwin Heithuis. Nadat hij aangegeven had het liever over de hondenbelasting te hebben, bleek hij uiteindelijk best bereid om het een en ander uit de doeken te doen over baten en stortingen enerzijds en lasten en onttrekkingen anderzijds. Tijdens zijn voordracht werd duidelijk dat er meer te zeggen is over deze vier begrippen, dan op het eerste gezicht lijkt. De focus lag op de onzakelijke lening (onttrekking) en het laatst gewezen arrest hier-omtrent (BNB 2008/191). In de stelling die volgt uit zijn inleiding bestreed hij dat het voornoemde arrest ook geldt voor onzakelijke leningen ‘omlaag’ en ‘zijwaarts’ en pleitte daarmee tot inperking van de werking van het arrest.

Dr. Warner Bruins Slot3 kreeg vervolgens de kans om de aanwezige toehoorders van één van zijn stellingen te overtuigen. Dit deed hij echter niet na zich met een anekdote, waaruit bleek dat hij een dummy op het gebied van totaalwinst en jaarwinst zou zijn, in te dekken voor een eventueel gebrek aan kennis. Dat hij ondanks deze bescheiden start niet gespaard werd door kritische toehoorders, bleek toen prof. Leo Stevens het nodig vond om kritiek te uiten op de visie van Bruins Slot omtrent de koppeling tussen jaar- en to-taalwinst. In deze visie geldt dat de jaarwinst (art. 3.25 Wet IB 2001) de in moten gehakte totaalwinst (art. 3.8 Wet IB 2001) is. Gevolg daarvan is dat de totaalwinst bepalend is voor de omvang van de jaarwinsten. Na een verhitte discussie (waar het laatste woord on-getwijfeld nog niet over gezegd is) werd de draad van de inleiding opgepakt en bracht bovengenoemde zijn stellingen naar voren.

Als laatste kreeg prof. dr. Irene Burgers4 het woord. Zij begon haar inleiding door zich te richten op de dissertatie van dr. Dirk Albregtse in combinatie met haar eigen dissertatie. Zij bekeek het totaalwinstconcept voornamelijk vanuit een internationaalrechte-lijk perspectief, waarbij zij zich richtte op de problematiek rondom winstverdeling tussen een vaste inrichting (v.i.) en het hoofdhuis. Vraag bij het toedelen van die winst is hoe de v.i. gezien moet worden. Is de v.i. een zelfstandige eenheid (vergelijkbaar met een buitenlandse dochter), en kan de winst als zodanig zelfstandig in het buitenland belast worden, of is de v.i. slechts een functionele

2 Verbonden aan de universiteit van Tilburg als hoogleraar en daarnaast actief als lid van de Eerste Kamer namens het CDA.

3 Werkzaam als belastingadviseur bij KPMG Meijburg en Co. Amstelveen op de afdeling ‘Financial Services’

4 Werkzaam als hoogleraar international en Europees belastingrecht te Groningen en tevens actief in de EU Arbitragecommissie

eenheid, en moet de gene-rale winst gesplitst worden? Irene Burgers onderschrijft de tweede benadering en stelt dat met deze benadering de hef-fingsbevoegdheid over de winst het meest rechtvaardig tussen landen gesplitst kan worden.

Na deze boeiende inleiding kreeg iedereen een kwartiertje de kans om nieuwe krachten op te doen (in veel geval-len betekende dit het tot zich nemen van cafeïne) alvorens te vertrekken naar de workshopzalen, alwaar de organisatie de zalen in gereedheid had gebracht voor de acht sprekers van de dag. Bij navraag bleek dat zowel studenten als externe bezoekers van het congres het een leuke ervaring vonden om voor de verandering met zowel studenten als fiscalisten, werkzaam in de praktijk, van gedachten te kunnen wisselen. Mede omdat het sprekersbestand louter uit gere-nommeerde sprekers bestond bleken de workshops een zeer waar-devolle aanvulling op de inleidingen. Ook mede door de workshops kwam iedereen goed beslagen ten ijs in de forumdiscussie waar prof. Leo Stevens, emeritus-hoogleraar, met hetzelfde gemak en dezelfde bezieling als waarmee hij een groep studenten bespeelt, de discussie tussen fiscale zwaargewichten in goede banen wist te leiden. Tijdens de discussie bleek hoe breed de verschillen in me-ning soms waren en steeds weer wist Stevens sprekers te dwingen tot de essentie te komen. Interessant was de discussie tussen prof. dr. Hoogendoorn en drs. Marcel Smeets, waarbij de emoties hoog opliepen omtrent het al dan niet wenselijk zijn van het naar elkaar toegroeien van de commerciële en fiscale winstbepalingsregels. Belangrijker nog dan wat de uiteindelijke uitkomst was van de fo-rumdiscussie vind ik het feit dat ideeën uitgewisseld werden in een face-to-face setting in plaats van via de vakliteratuur. Daarnaast is het denk ik ook een voorrecht voor ons als studenten om getuigen te zijn van (en hopelijk ook in latere versies deel te nemen aan) een op zo’n uitzonderlijk hoog niveau gevoerde discussie.

De dag stond mede in het teken van het naderende afscheid van Dirk Albregste, zodat natuurlijk niet verzuimd werd om nog uit-gebreid stil te staan bij zijn verdiensten voor de fiscaliteit en voor FEI BV. Prof. Peter Kavelaars wist de immer bescheiden docent te complimenteren voor zijn passie voor scriptiebegeleiding en onver-moeibare inzet voor onderzoeksdoel-einden te roemen. Daarnaast wist hij Albregste te verrassen door hem een bundel aan te bieden, geschreven ter gelegenheid van zijn naderende af-scheid met als titel: ‘Maatschappelijk

Page 68: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

70 deAANSLAG!

ingesteld’ met de woorden: ‘Dirk, eigenlijk ben jij te goed voor deze wereld’. Na deze complimenten kon Albregtse zelf niet achterblij-ven. Hij liet middels een met kwinkslagen doorspekte speech zijn dankbaarheid duidelijk merken, en hintte al op blijvende weten-schappelijke activiteit.

Ter afsluiting van deze dag werd rustig nagepraat onder het genot van een hapje en een drankje, waarbij wederom druk genet-werkt werd en kon ik in het voorbijgaan horen dat niet iedereen even makkelijk de opgekomen discussiepunten los kon laten. Na verschillende enthousiaste reacties gehoord te hebben en nadat eindelijk Emilie (‘Waar is iedereen nu weer!’), Chris (‘Wacht, ik moet even nog wat opruimen’), Titiaan (‘Ik bestel nog even tien bier voor sluiting’) en ikzelf langer dan twee seconden samen op dezelfde plek wisten te blijven kon een commissiefoto gemaakt worden. Na dit laatste wapenfeit konden wij als commissie tevreden terugkij-ken op het symposium.

Dat doe ik terwijl ik dit verslag schrijf nog steeds. De goede op-komst, het gerenommeerde sprekersbestand, de gezelligheid, de lo-catie, de tijdsplanning, de soepele voorbereiding en de mooie woor-den ter afscheid van Dirk Albregtse hebben het symposium tot een

prachtige dag gemaakt, met perspectieven voor de toekomst. Ik ben er volgend jaar in ieder geval bij en hoop velen met mij!

Symposiumcommissie 2010-2011

Symposium Totaalwinst / Dankwoord

Beste CT’er,

Een fenomeen op de 16e verdieping van het H-gebouw van de Erasmus Universiteit zwaait af en gaat met een wel verdiend pensioen. Dirk Albegtse, bekend door de publicaties van een groot aantal fi scale boeken en artikelen, is als persoon altijd nauw betrokken geweest bij de R.F.V. Christiaanse-Taxateur.

Al ten tijden van de Nederlandse Economische Hogeschool was Dirk Albregtse verhuisd van het Zeeuwse naar Rotterdam. Het jaar dat hij zijn studie aanving, betrof hetzelfde jaar dat de voor ganger van de vereniging, het Fiscaal Economisch Dispuut Taxa teur, werd

opgericht. Het jaar 1967 is het jaar dat de levens lange band tussen Albregtse en de vereniging ontstond.

Als vereniging doe je met enige regelmaat een beroep op docenten. Voor het begeleiden van scripties, vragen over ‘de stof’, maar natuurlijk ook voor activiteiten van de studie vereniging. Zo prijkt in ons verenigingsblad ‘de Aanslag’ een groot aantal artikelen van docenten.Zoals Fiscale Economie afscheid neemt van fenomeen Dirk Albregtse, zo neemt de capgroep Fiscaal Recht afscheid van Han Kogels. Als professor Europees Belastingrecht is hij een geruime tijd betrokken geweest bij zowel de capgroep Fiscaal Recht als bij de Christiaanse-Taxateur. In 1969-1970 starte zijn betrokkenheid bij de toenmalige F.E.D. Taxateur. Als voor zitter van de voorloper van de Christiaanse-Taxateur kreeg hij een hart voor het Rotterdamse fi scalisten studentenleven. Sedertdien heeft hij diverse bijdrage geleverd. Zijn humor tijdens de colleges, zijn onverbreide lach zullen we moeten missen, echter ik heb

al horen zeggen dat hij nog wel een aan-tal colleges tussendoor blijft geven.

Beide heren zijn van grote betekenis geweest en zijn dat tot op heden nog steeds. Namens de (oud)-leden, mijn voor gangers en het bestuur bedank ik u beiden hartelijk voor uw on vermoeide inzet voor de vereniging!

Namens het XVIIIe bestuur,Met vriendelijke groet,

Martijn SchippersVoorzitter 2010-2011

Dankw

oord71deAANSLAG!

Symposium Totaalwinst

Foto's

Page 69: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

70 deAANSLAG!

ingesteld’ met de woorden: ‘Dirk, eigenlijk ben jij te goed voor deze wereld’. Na deze complimenten kon Albregtse zelf niet achterblij-ven. Hij liet middels een met kwinkslagen doorspekte speech zijn dankbaarheid duidelijk merken, en hintte al op blijvende weten-schappelijke activiteit.

Ter afsluiting van deze dag werd rustig nagepraat onder het genot van een hapje en een drankje, waarbij wederom druk genet-werkt werd en kon ik in het voorbijgaan horen dat niet iedereen even makkelijk de opgekomen discussiepunten los kon laten. Na verschillende enthousiaste reacties gehoord te hebben en nadat eindelijk Emilie (‘Waar is iedereen nu weer!’), Chris (‘Wacht, ik moet even nog wat opruimen’), Titiaan (‘Ik bestel nog even tien bier voor sluiting’) en ikzelf langer dan twee seconden samen op dezelfde plek wisten te blijven kon een commissiefoto gemaakt worden. Na dit laatste wapenfeit konden wij als commissie tevreden terugkij-ken op het symposium.

Dat doe ik terwijl ik dit verslag schrijf nog steeds. De goede op-komst, het gerenommeerde sprekersbestand, de gezelligheid, de lo-catie, de tijdsplanning, de soepele voorbereiding en de mooie woor-den ter afscheid van Dirk Albregtse hebben het symposium tot een

prachtige dag gemaakt, met perspectieven voor de toekomst. Ik ben er volgend jaar in ieder geval bij en hoop velen met mij!

Symposiumcommissie 2010-2011

Symposium Totaalwinst / Dankwoord

Beste CT’er,

Een fenomeen op de 16e verdieping van het H-gebouw van de Erasmus Universiteit zwaait af en gaat met een wel verdiend pensioen. Dirk Albegtse, bekend door de publicaties van een groot aantal fi scale boeken en artikelen, is als persoon altijd nauw betrokken geweest bij de R.F.V. Christiaanse-Taxateur.

Al ten tijden van de Nederlandse Economische Hogeschool was Dirk Albregtse verhuisd van het Zeeuwse naar Rotterdam. Het jaar dat hij zijn studie aanving, betrof hetzelfde jaar dat de voor ganger van de vereniging, het Fiscaal Economisch Dispuut Taxa teur, werd

opgericht. Het jaar 1967 is het jaar dat de levens lange band tussen Albregtse en de vereniging ontstond.

Als vereniging doe je met enige regelmaat een beroep op docenten. Voor het begeleiden van scripties, vragen over ‘de stof’, maar natuurlijk ook voor activiteiten van de studie vereniging. Zo prijkt in ons verenigingsblad ‘de Aanslag’ een groot aantal artikelen van docenten.Zoals Fiscale Economie afscheid neemt van fenomeen Dirk Albregtse, zo neemt de capgroep Fiscaal Recht afscheid van Han Kogels. Als professor Europees Belastingrecht is hij een geruime tijd betrokken geweest bij zowel de capgroep Fiscaal Recht als bij de Christiaanse-Taxateur. In 1969-1970 starte zijn betrokkenheid bij de toenmalige F.E.D. Taxateur. Als voor zitter van de voorloper van de Christiaanse-Taxateur kreeg hij een hart voor het Rotterdamse fi scalisten studentenleven. Sedertdien heeft hij diverse bijdrage geleverd. Zijn humor tijdens de colleges, zijn onverbreide lach zullen we moeten missen, echter ik heb

al horen zeggen dat hij nog wel een aan-tal colleges tussendoor blijft geven.

Beide heren zijn van grote betekenis geweest en zijn dat tot op heden nog steeds. Namens de (oud)-leden, mijn voor gangers en het bestuur bedank ik u beiden hartelijk voor uw on vermoeide inzet voor de vereniging!

Namens het XVIIIe bestuur,Met vriendelijke groet,

Martijn SchippersVoorzitter 2010-2011

Dankw

oord

71deAANSLAG!

Symposium Totaalwinst

Foto's

Page 70: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

73deAANSLAG!Filosofie en Belastingrecht72 deAANSLAG! Starters interview KPMG Meijburg & Co

Zou je je even willen voorstellen?Mijn naam is Arie de Groot. Ik ben een ge boren en getogen Rotterdammer en heb fiscaal recht gestudeerd aan de Erasmus Universiteit Rotterdam.

Hoe ben je bij KPMG Meijburg & Co terechtgekomen en wat is je functie?Begin 2008 nam ik deel aan de Masterclass Algemene Praktijk van KPMG Meijburg & Co. Een topdag, waarmee KPMG Meijburg & Co een superleuke indruk op me heeft achtergelaten. Een paar dagen later werd ik benaderd voor een werkstudentschap. Als werkstudent had ik het zo naar mijn zin dat ik nooit meer ben weggegaan en op 1 augustus 2010 fulltime ben begonnen als Tax Assistant.

Heb je ook deelgenomen aan de Meijburg Business Course naar Zuid-Afrika? Zo ja, hoe heb je dat ervaren?Nee, als student heb ik (helaas) nooit deel-genomen aan deze reis. Van studiegenoten die wel mee zijn geweest heb ik gehoord dat het een supervette reis is. Gelukkig gaan op deze reis ook altijd Meijburgers mee en bij de volgende Business Course van 5 tot en met 12 november prijs ik me gelukkig als een van de Meijburgers die meegaat. Ik zie er nu al naar uit en kan er eind november dus alles over vertel-len. Voor jullie is het natuurlijk nog beter om je in te schrijven voor de selectieprocedure, en wie weet zelf mee te gaan!

Hoe is het werken bij KPMG Meijburg & Co? Je krijgt al snel veel verantwoordelijkheden. In het begin is het belangrijk om jezelf zo breed mogelijk te oriënteren en bij alle verschillende disciplines mee te kijken. Inmiddels ben ik zelf voornamelijk werkzaam in de M&A-praktijk en

dus veel bezig met overnames van bedrijven. Bij een overname wil de kopende partij graag weten of alles met betrekking tot de belastin-gen in orde is. Hiervoor scannen we (in op-dracht van de koper of de verkoper) de belast-ingpositie van het bedrijf. Na een ‘due diligence’ wordt een koopovereenkomst opgesteld waarin eventueel garanties voor of vrijwaringen van belastingen worden opgenomen. Vervolgens di-ent te worden bepaald wat de meest optimale structuur is om een onderneming te kopen. Hierbij kan bijvoorbeeld ook worden bepaald op welk niveau een lening moet worden aangetrokken. Doordat je veel verschillende bedrijven ziet en de problemen die je tegen-komt zowel in soort als in grootte verschillen, is het werk heel afwisselend.

Heb je tijdens je studietijd ook neven-activiteiten verricht?Tijdens mijn studententijd heb ik in de activ-iteitencommissie gezeten van de CT. Verder heb ik onder meer in het bestuur van Integrand Rotterdam gezeten en in de Eurekaweekcom-missie van een studentenvereniging. Ik heb aan al deze commissies erg veel plezier beleefd en er ook nog eens veel van opgestoken. Het commissiewerk is mij zelfs zo goed bevallen dat ik momenteel deel uitmaak van het bestuur van Connect, de jongerenorganisatie van KPMG Meijburg & Co en KPMG met ongeveer 1.500 leden. Connect organiseert inhoudelijke activ-iteiten en ‘fun’-activiteiten, zoals een skireis en golftrainingen. Dit jaar zullen we ook voor het eerst deelnemen aan de zeilwedstrijd Race of the Classics voor Young Professionals.

Hoe heb je de overstap van de univer-siteit naar de praktijk ervaren?Omdat ik als werkstudent bij KPMG Meijburg & Co ben begonnen, is dit bij mij geleidelijk ge-

gaan. Aan het einde van mijn studie was ik er echt aan toe om te beginnen met werken. Ik ga dan ook iedere dag met plezier naar mijn werk. Maar na een zwaar weekend denk ik nog wel eens met weemoed terug aan de mogelijkheid om naar willekeur een dag ‘vakantie’ te nemen.

Waar bestaan de opleidingsmoge-lijkheden binnen KPMG Meijburg & Co uit?Als startende fiscalist bij KPMG Meijburg & Co begin je uiteraard met de driejarige opleiding bij de Nederlandse Orde van Belastingadvi-seurs (NOB). Verder krijg je als starter nog een aantal interne vaardigheidstrainingen, zoals presenteren en efficiënt lezen. Om goed op de hoogte te blijven van de fiscale actualiteit is er een wekelijkse vergadering waarin casussen uit de praktijk en actuele fiscale ontwikkelin-gen worden besproken. Al met al vormt dit een druk programma.

Nadat de NOB is afgerond, ga je steeds meer cursussen volgen die te maken hebben met je eigen vakgebied. Deze worden op iedereen persoonlijk afgestemd. Ook kun je je dan opgeven voor een ‘Tax Trek’, een internationale uitwisseling van drie maanden met een ander KPMG-kantoor. Daarbij kun je buitenlandse KPMG-cursussen volgen; erg goed voor je inter-nationale netwerk!

Het thema van de laatste Aanslag dit jaar draait om het twintigjarig be-staan. Waar zie jij jezelf over twintig jaar?Wie dan leeft, wie dan zorgt, maar ik zie mezelf als 47 jaar jonge kerel, vader van een ‘x’ aantal kinderen en nog steeds werkend in de belastingadviespraktijk.

Starters interview KPMG Meijburg & Co

Paspoort

Naam: Arie de GrootOpleiding: Fiscaal rechtLeeftijd: 27 jaarFavoriete plek in Rotterdam en waarom: De Kuip!

Business Course5 t/m 12 november 2011

Niet bang voor de Big 5?

WaarligtjouwTax? Tax is our business

KPMG Meijburg & Co biedt jou de mogelijkheid om de confrontatie aan te gaan met de Big Five. Ben jij derde- of vierdejaars student fi scaal recht of fi scale economie en beschik jij over stalen zenuwen? Schrijf je dan zo snel mogelijk in voor de selectieprocedure van de Meijburg Business Course via de site www.waarligtjouwtax.nl. De inschrijving sluit op donderdag 1 september 2011, dus wees er op tijd bij! Na inschrijving ontvang je meer informatie over de selectieprocedure.

35152_business course_A4.indd 1 26-05-11 11:43

Page 71: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

73deAANSLAG!Filosofie en Belastingrecht72 deAANSLAG! Starters interview KPMG Meijburg & Co

Zou je je even willen voorstellen?Mijn naam is Arie de Groot. Ik ben een ge boren en getogen Rotterdammer en heb fiscaal recht gestudeerd aan de Erasmus Universiteit Rotterdam.

Hoe ben je bij KPMG Meijburg & Co terechtgekomen en wat is je functie?Begin 2008 nam ik deel aan de Masterclass Algemene Praktijk van KPMG Meijburg & Co. Een topdag, waarmee KPMG Meijburg & Co een superleuke indruk op me heeft achtergelaten. Een paar dagen later werd ik benaderd voor een werkstudentschap. Als werkstudent had ik het zo naar mijn zin dat ik nooit meer ben weggegaan en op 1 augustus 2010 fulltime ben begonnen als Tax Assistant.

Heb je ook deelgenomen aan de Meijburg Business Course naar Zuid-Afrika? Zo ja, hoe heb je dat ervaren?Nee, als student heb ik (helaas) nooit deel-genomen aan deze reis. Van studiegenoten die wel mee zijn geweest heb ik gehoord dat het een supervette reis is. Gelukkig gaan op deze reis ook altijd Meijburgers mee en bij de volgende Business Course van 5 tot en met 12 november prijs ik me gelukkig als een van de Meijburgers die meegaat. Ik zie er nu al naar uit en kan er eind november dus alles over vertel-len. Voor jullie is het natuurlijk nog beter om je in te schrijven voor de selectieprocedure, en wie weet zelf mee te gaan!

Hoe is het werken bij KPMG Meijburg & Co? Je krijgt al snel veel verantwoordelijkheden. In het begin is het belangrijk om jezelf zo breed mogelijk te oriënteren en bij alle verschillende disciplines mee te kijken. Inmiddels ben ik zelf voornamelijk werkzaam in de M&A-praktijk en

dus veel bezig met overnames van bedrijven. Bij een overname wil de kopende partij graag weten of alles met betrekking tot de belastin-gen in orde is. Hiervoor scannen we (in op-dracht van de koper of de verkoper) de belast-ingpositie van het bedrijf. Na een ‘due diligence’ wordt een koopovereenkomst opgesteld waarin eventueel garanties voor of vrijwaringen van belastingen worden opgenomen. Vervolgens di-ent te worden bepaald wat de meest optimale structuur is om een onderneming te kopen. Hierbij kan bijvoorbeeld ook worden bepaald op welk niveau een lening moet worden aangetrokken. Doordat je veel verschillende bedrijven ziet en de problemen die je tegen-komt zowel in soort als in grootte verschillen, is het werk heel afwisselend.

Heb je tijdens je studietijd ook neven-activiteiten verricht?Tijdens mijn studententijd heb ik in de activ-iteitencommissie gezeten van de CT. Verder heb ik onder meer in het bestuur van Integrand Rotterdam gezeten en in de Eurekaweekcom-missie van een studentenvereniging. Ik heb aan al deze commissies erg veel plezier beleefd en er ook nog eens veel van opgestoken. Het commissiewerk is mij zelfs zo goed bevallen dat ik momenteel deel uitmaak van het bestuur van Connect, de jongerenorganisatie van KPMG Meijburg & Co en KPMG met ongeveer 1.500 leden. Connect organiseert inhoudelijke activ-iteiten en ‘fun’-activiteiten, zoals een skireis en golftrainingen. Dit jaar zullen we ook voor het eerst deelnemen aan de zeilwedstrijd Race of the Classics voor Young Professionals.

Hoe heb je de overstap van de univer-siteit naar de praktijk ervaren?Omdat ik als werkstudent bij KPMG Meijburg & Co ben begonnen, is dit bij mij geleidelijk ge-

gaan. Aan het einde van mijn studie was ik er echt aan toe om te beginnen met werken. Ik ga dan ook iedere dag met plezier naar mijn werk. Maar na een zwaar weekend denk ik nog wel eens met weemoed terug aan de mogelijkheid om naar willekeur een dag ‘vakantie’ te nemen.

Waar bestaan de opleidingsmoge-lijkheden binnen KPMG Meijburg & Co uit?Als startende fiscalist bij KPMG Meijburg & Co begin je uiteraard met de driejarige opleiding bij de Nederlandse Orde van Belastingadvi-seurs (NOB). Verder krijg je als starter nog een aantal interne vaardigheidstrainingen, zoals presenteren en efficiënt lezen. Om goed op de hoogte te blijven van de fiscale actualiteit is er een wekelijkse vergadering waarin casussen uit de praktijk en actuele fiscale ontwikkelin-gen worden besproken. Al met al vormt dit een druk programma.

Nadat de NOB is afgerond, ga je steeds meer cursussen volgen die te maken hebben met je eigen vakgebied. Deze worden op iedereen persoonlijk afgestemd. Ook kun je je dan opgeven voor een ‘Tax Trek’, een internationale uitwisseling van drie maanden met een ander KPMG-kantoor. Daarbij kun je buitenlandse KPMG-cursussen volgen; erg goed voor je inter-nationale netwerk!

Het thema van de laatste Aanslag dit jaar draait om het twintigjarig be-staan. Waar zie jij jezelf over twintig jaar?Wie dan leeft, wie dan zorgt, maar ik zie mezelf als 47 jaar jonge kerel, vader van een ‘x’ aantal kinderen en nog steeds werkend in de belastingadviespraktijk.

Starters interview KPMG Meijburg & Co

Paspoort

Naam: Arie de GrootOpleiding: Fiscaal rechtLeeftijd: 27 jaarFavoriete plek in Rotterdam en waarom: De Kuip!

Business Course5 t/m 12 november 2011

Niet bang voor de Big 5?

WaarligtjouwTax? Tax is our business

KPMG Meijburg & Co biedt jou de mogelijkheid om de confrontatie aan te gaan met de Big Five. Ben jij derde- of vierdejaars student fi scaal recht of fi scale economie en beschik jij over stalen zenuwen? Schrijf je dan zo snel mogelijk in voor de selectieprocedure van de Meijburg Business Course via de site www.waarligtjouwtax.nl. De inschrijving sluit op donderdag 1 september 2011, dus wees er op tijd bij! Na inschrijving ontvang je meer informatie over de selectieprocedure.

35152_business course_A4.indd 1 26-05-11 11:43

Page 72: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

74 deAANSLAG!

Op 3 juni jl. vond de eindactiviteit plaats van onze studievereniging i.s.m. Pereira Consultants. Na lang wikken en wegen had de activiteitencommissie ervoor gekozen om te gaan paintballen. De ultieme manier om te laten zien of onze leden een fi scale

marinier zijn en ze eens fl ink uit te testen. Bovendien kregen de leden zo de kans om alle studiefrustraties van het eind van het collegejaar eruit te schieten.

In de middag verzamelden we met een grote groep CT’ers bij ASCO Paintball. Na uitleg gekregen te hebben over alle regels omtrent het paintballen, werden de teams gevormd. De dames waren zo zeker van zichzelf, dat ze een eigen team hadden gevormd. Daar zaten uiteraard weer een aantal verstrooide heren bij. Ze waren volledig overtuigd

van het feit dat ze de bloeddorstige herenteams zouden aftuigen.

De eerste ronde ving aan en het (deels) damesteam vs heren-team 1 betrad het veld om zich waardig te gedragen tijdens de missie. Na veel vliegende (verf)kogels en gevallen soldaten van de Christiaanse-Taxateur eindigde de strijd in een remise. Beide teams waren ondanks de hoge verwachtingen er niet in geslaagd om de vlag te veroveren. Vervolgens ging het derde team het veld op, om later weer teleurge-steld af te druipen. De drie teams hebben afwisselend tegen elkaar gestreden, maar helaas kwam geen enkele team met het vlag thuis. De vlag bleef met veel trots hangen, alhoewel het volgens ons één keer in handen is geweest van de vijand, maar de gelukkige was direct onder vuur genomen. Daarnaast zijn we er ook van overtuigd dat de dames de vlag hadden verstopt.

Ter afsluiting van het paintballen bleven de fi scale mariniers van de CT naborrelen op locatie, tussen de bomen en de spoorweg.

Naast het paintballen en borrelen stond ook nog een diner op de agenda. Vanaf een uur of zes in de avond ver-zamelde een nog grotere groep zich bij het restaurant Humphreys. Vooraf-gaand aan het eten was iedereen aan het relaxen en bijkomen in de zon met een drankje in de hand. Een overwinning werd echter niet gevierd vanwege de teleurstellende onbesliste eindes van de mis-sies. Door het aantal toenemende zielen tijdens het diner nam de vreugde ook steeds meer toe. Naarmate het later werd, werd het ook steeds gezelliger. Of dit aan de rijkelijk vloeiende drank lag is niet te zeggen. Ondanks de drukte was het diner goed verzorgd en hebben we heerlijk gegeten. Het einde was voor velen nabij, enkele leden zijn echter nog een kroeg ingedoken om tot in de vroege uurtjes door te gaan. Wij kijken terug op een zeer geslaagd eindactiviteit en willen Pereira Consultants en de aanwezige leden hiervoor hartelijk bedanken!

De activiteitencommissie 2010-2011

Paintballen en dineren met de Christiaanse-Taxateur i.s.m. Pereira ConsultantsDoor: Mohamed Mohamud Assir en Ahmet Çeliktas

Eindactiviteit 2011 75deAANSLAG!

Eindactiviteit

Foto's

Page 73: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

74 deAANSLAG!

Op 3 juni jl. vond de eindactiviteit plaats van onze studievereniging i.s.m. Pereira Consultants. Na lang wikken en wegen had de activiteitencommissie ervoor gekozen om te gaan paintballen. De ultieme manier om te laten zien of onze leden een fi scale

marinier zijn en ze eens fl ink uit te testen. Bovendien kregen de leden zo de kans om alle studiefrustraties van het eind van het collegejaar eruit te schieten.

In de middag verzamelden we met een grote groep CT’ers bij ASCO Paintball. Na uitleg gekregen te hebben over alle regels omtrent het paintballen, werden de teams gevormd. De dames waren zo zeker van zichzelf, dat ze een eigen team hadden gevormd. Daar zaten uiteraard weer een aantal verstrooide heren bij. Ze waren volledig overtuigd

van het feit dat ze de bloeddorstige herenteams zouden aftuigen.

De eerste ronde ving aan en het (deels) damesteam vs heren-team 1 betrad het veld om zich waardig te gedragen tijdens de missie. Na veel vliegende (verf)kogels en gevallen soldaten van de Christiaanse-Taxateur eindigde de strijd in een remise. Beide teams waren ondanks de hoge verwachtingen er niet in geslaagd om de vlag te veroveren. Vervolgens ging het derde team het veld op, om later weer teleurge-steld af te druipen. De drie teams hebben afwisselend tegen elkaar gestreden, maar helaas kwam geen enkele team met het vlag thuis. De vlag bleef met veel trots hangen, alhoewel het volgens ons één keer in handen is geweest van de vijand, maar de gelukkige was direct onder vuur genomen. Daarnaast zijn we er ook van overtuigd dat de dames de vlag hadden verstopt.

Ter afsluiting van het paintballen bleven de fi scale mariniers van de CT naborrelen op locatie, tussen de bomen en de spoorweg.

Naast het paintballen en borrelen stond ook nog een diner op de agenda. Vanaf een uur of zes in de avond ver-zamelde een nog grotere groep zich bij het restaurant Humphreys. Vooraf-gaand aan het eten was iedereen aan het relaxen en bijkomen in de zon met een drankje in de hand. Een overwinning werd echter niet gevierd vanwege de teleurstellende onbesliste eindes van de mis-sies. Door het aantal toenemende zielen tijdens het diner nam de vreugde ook steeds meer toe. Naarmate het later werd, werd het ook steeds gezelliger. Of dit aan de rijkelijk vloeiende drank lag is niet te zeggen. Ondanks de drukte was het diner goed verzorgd en hebben we heerlijk gegeten. Het einde was voor velen nabij, enkele leden zijn echter nog een kroeg ingedoken om tot in de vroege uurtjes door te gaan. Wij kijken terug op een zeer geslaagd eindactiviteit en willen Pereira Consultants en de aanwezige leden hiervoor hartelijk bedanken!

De activiteitencommissie 2010-2011

Paintballen en dineren met de Christiaanse-Taxateur i.s.m. Pereira ConsultantsDoor: Mohamed Mohamud Assir en Ahmet Çeliktas

Eindactiviteit 2011 75deAANSLAG!

Eindactiviteit

Foto's

Page 74: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

76 deAANSLAG! Filosofi e en Belastingrecht 77deAANSLAG!

Ondernemers helpen groeien

met jouw cijfermatig inzicht?

Financieel talent Sta jij aan het begin van een carrière als

accountant of fiscalist? Dan is het goed om jezelf af te vragen waar

jouw financieel inzicht het best tot zijn recht komt. Bij Baker Tilly Berk

controleer je niet alleen het verleden, maar adviseer je ook over de

toekomst van een bedrijf. Baker Tilly Berk combineert een landelijke

aanwezigheid en een internationaal netwerk met kleinschalige kantoren

dichtbij onze klanten. Die jij al snel persoonlijk kunt adviseren. Je werkt

bijvoorbeeld mee aan de uitbreiding van een transportonderneming,

de fusie van twee bedrijven of een audit in de publieke sector.

Om ondernemers te helpen groeien zoeken we medewerkers die zelf ook

ondernemend zijn en zich continu willen ontwikkelen. Denk jij dat de rol

van adviseur bij jou past? Dan hebben we voor jou ook een goed advies:

werkenbijbakertillyberk.nl.

ACCOUNTANTS EN BELASTINGADVISEURSwww.werkenbijbakertillyberk.nl

BERK-085-02-AccountancyNieuws-210x297-v10.indd 1 27-01-11 09:33

Fiscaal Opmerkelijk

Fiscaal OpmerkelijkDoor: Tim Zwinkels

In deze editie van de Aanslag heeft de redactie wederom de rariteiten binnen de fi scaliteit voor je opgespoord. Hieronder kun je lezen over vijf verschillende fi scaal opmerkelijke trends.

HeksenbelastingHebben we in de eerste Aanslag nog vermeld dat de heksenbelasting in Roemenië niet werd ingevoerd, nu lijkt dit toch echt te gaan gebeuren. Er is wederom een voorstel aangenomen om heksen, waarzeggers en astrologen tegen 16% te gaan belasten. De heksen zijn gaan protesteren en hebben de president Basescu en zijn regering vervloekt. Om dit kwaad te weren draagt Basescu paarse kleding. Wordt ongetwijfeld vervolgt.

Koekje van eigen deeg Maancake is een erg populair Chinees gebakje. Het is zelfs zo populair dat veel bedrijven één a twee cakejes per week weggeven aan hun werknemers. Het idee hierachter is dat de werknemers dankbaar zijn en niet gaan zeuren om loonsverhoging. Ook is het een mooie manier om personen om te kopen. Toen de Chinese overheid te weinig middelen had, kwamen ze op het idee om dit middel van omkoping te belasten.

Betalen voor je eigen WCMaryland (USA) heft belasting op eigenaren van woningen en kantoorpanden voor hun rioolwater. Met deze opbrengt willen ze Chesapeake Bay beschermen. Zo moet een huishouden elke maand 2,5 dollar betalen. Hoewel juist de bewoners de minste vervuilers zijn worden ze toch geconfronteerd met deze fl ush tax. Er is ondertussen wel al een opbrengst van een aantal honderd miljoen.

BabynamenIn Zweden had de Zweedse Belasting-dienst tot voor kort de macht om ouders van pas geborene te verbieden om ‘rare’ namen aan hun baby’s te geven. De regel luidde als volgt:"Voornamen zullen niet worden goedge-keurd als deze kunnen leiden tot overtreding of tot ongemak voor degene met de naam, of als de voornaam om welke reden dan ook niet geschikt is als voornaam”Er zijn vele protesten tegen deze regel ge-weest. Zo heeft een ouder in 1991 zijn kind de naam ‘Brfxxccxxmnpcccclllmmnprxv-clmnckssqlbb11116’ gegeven. In 2007 hebben de ouders van ‘Metallica’ gedurende lange tijd een strijd gevoerd tegen de Belasting-dienst voor het behouden van haar naam. Zweedse ouders zoeken de laatste jaren fl ink de grens op met namen als Elvis,

Google en Lego. De veranderende tijden hebben er onder andere toe geleid dat de Belastingdienst minder streng is geworden met het handhaven van deze regel.

UrineDe Romeinse keizer Vespasian had in zijn regeertijd een belasting op urineren in het leven geroepen. De belasting was van toepassing op ‘all of Rome’s many public toilets’. De belasting werd niet betaald door degene die een bezoek bracht aan het toilet, maar door de WC operators voor het verzamelen van de urine op de openbare toiletten. Men kon in die tijd kennelijk veel geld verdienen met het verkopen van de urine. De hoge ammoniakgehalte maakte de vloeistof erg gewild voor schoonmakers en leerlooijers.

Page 75: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

76 deAANSLAG! Filosofi e en Belastingrecht 77deAANSLAG!

Ondernemers helpen groeien

met jouw cijfermatig inzicht?

Financieel talent Sta jij aan het begin van een carrière als

accountant of fiscalist? Dan is het goed om jezelf af te vragen waar

jouw financieel inzicht het best tot zijn recht komt. Bij Baker Tilly Berk

controleer je niet alleen het verleden, maar adviseer je ook over de

toekomst van een bedrijf. Baker Tilly Berk combineert een landelijke

aanwezigheid en een internationaal netwerk met kleinschalige kantoren

dichtbij onze klanten. Die jij al snel persoonlijk kunt adviseren. Je werkt

bijvoorbeeld mee aan de uitbreiding van een transportonderneming,

de fusie van twee bedrijven of een audit in de publieke sector.

Om ondernemers te helpen groeien zoeken we medewerkers die zelf ook

ondernemend zijn en zich continu willen ontwikkelen. Denk jij dat de rol

van adviseur bij jou past? Dan hebben we voor jou ook een goed advies:

werkenbijbakertillyberk.nl.

ACCOUNTANTS EN BELASTINGADVISEURSwww.werkenbijbakertillyberk.nl

BERK-085-02-AccountancyNieuws-210x297-v10.indd 1 27-01-11 09:33

Fiscaal Opmerkelijk

Fiscaal OpmerkelijkDoor: Tim Zwinkels

In deze editie van de Aanslag heeft de redactie wederom de rariteiten binnen de fi scaliteit voor je opgespoord. Hieronder kun je lezen over vijf verschillende fi scaal opmerkelijke trends.

HeksenbelastingHebben we in de eerste Aanslag nog vermeld dat de heksenbelasting in Roemenië niet werd ingevoerd, nu lijkt dit toch echt te gaan gebeuren. Er is wederom een voorstel aangenomen om heksen, waarzeggers en astrologen tegen 16% te gaan belasten. De heksen zijn gaan protesteren en hebben de president Basescu en zijn regering vervloekt. Om dit kwaad te weren draagt Basescu paarse kleding. Wordt ongetwijfeld vervolgt.

Koekje van eigen deeg Maancake is een erg populair Chinees gebakje. Het is zelfs zo populair dat veel bedrijven één a twee cakejes per week weggeven aan hun werknemers. Het idee hierachter is dat de werknemers dankbaar zijn en niet gaan zeuren om loonsverhoging. Ook is het een mooie manier om personen om te kopen. Toen de Chinese overheid te weinig middelen had, kwamen ze op het idee om dit middel van omkoping te belasten.

Betalen voor je eigen WCMaryland (USA) heft belasting op eigenaren van woningen en kantoorpanden voor hun rioolwater. Met deze opbrengt willen ze Chesapeake Bay beschermen. Zo moet een huishouden elke maand 2,5 dollar betalen. Hoewel juist de bewoners de minste vervuilers zijn worden ze toch geconfronteerd met deze fl ush tax. Er is ondertussen wel al een opbrengst van een aantal honderd miljoen.

BabynamenIn Zweden had de Zweedse Belasting-dienst tot voor kort de macht om ouders van pas geborene te verbieden om ‘rare’ namen aan hun baby’s te geven. De regel luidde als volgt:"Voornamen zullen niet worden goedge-keurd als deze kunnen leiden tot overtreding of tot ongemak voor degene met de naam, of als de voornaam om welke reden dan ook niet geschikt is als voornaam”Er zijn vele protesten tegen deze regel ge-weest. Zo heeft een ouder in 1991 zijn kind de naam ‘Brfxxccxxmnpcccclllmmnprxv-clmnckssqlbb11116’ gegeven. In 2007 hebben de ouders van ‘Metallica’ gedurende lange tijd een strijd gevoerd tegen de Belasting-dienst voor het behouden van haar naam. Zweedse ouders zoeken de laatste jaren fl ink de grens op met namen als Elvis,

Google en Lego. De veranderende tijden hebben er onder andere toe geleid dat de Belastingdienst minder streng is geworden met het handhaven van deze regel.

UrineDe Romeinse keizer Vespasian had in zijn regeertijd een belasting op urineren in het leven geroepen. De belasting was van toepassing op ‘all of Rome’s many public toilets’. De belasting werd niet betaald door degene die een bezoek bracht aan het toilet, maar door de WC operators voor het verzamelen van de urine op de openbare toiletten. Men kon in die tijd kennelijk veel geld verdienen met het verkopen van de urine. De hoge ammoniakgehalte maakte de vloeistof erg gewild voor schoonmakers en leerlooijers.

Page 76: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

78 deAANSLAG! Stripverhaal Henk en Hans

Met veel dank aan Eva Boomsluiter

79deAANSLAG!Stripverhaal Henk en Hans

Page 77: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

78 deAANSLAG! Stripverhaal Henk en Hans

Met veel dank aan Eva Boomsluiter

79deAANSLAG!Stripverhaal Henk en Hans

Page 78: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

Alumnibijeenkomst Fiscale Economie

80 deAANSLAG! Foto's 81deAANSLAG!Foto's

Bestuursbekendmakingsborrel

Page 79: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

Alumnibijeenkomst Fiscale Economie

80 deAANSLAG! Foto's 81deAANSLAG!Foto's

Bestuursbekendmakingsborrel

Page 80: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

82 deAANSLAG! Column Lubbers

Als de liefde van je leven ook fi scalist(e) is …*

Hoewel een echte fi scalist slechts opgewonden raakt bij het lezen van 40 pagina’s Vakstudie of van de prikkelende geur van de wekelijksverse editie van het WFR, zou ik in deze bijdrage willen fi losoferen over ‘liefdesrelaties tussen fi scalisten’. Misschien een op het eerste gezicht wat merkwaardig onderwerp, maar een kleine inventarisatie leverde mij toch de namen op van een vijftiental paren1 waarbij dit ver-schijnsel zich in meer of mindere mate voordoet of heeft voorgedaan.

Voordat ik mijn visie zal geven op de voor- en nadelen van een ‘fi scale relatie’ en de maatschap-pelijke wenselijkheid ervan, zou ik u eerst een beeld willen schetsen van een aantal categorieën relaties.

Categorie I: succesvolDe meest zuivere vorm van een fi scale relatie. Aarzelend verliefd wor-den, daarna samenwonen en misschien zelfs trouwen. Soms zijn deze relaties ontstaan door simple openingsvragen als “Moeilijk hè, dat VPB” of “Heb jij voor mij nog een artikel over de Brede Herwaardering?”

Categorie II: kort, maar hevigRelaties van deze categorie zijn vaak minder succesvol dan die uit categorie I. ik zou deze relaties daarom liever omschrijven als ‘fi scale gelegenheidsrelaties’. Tijdens een gezellige fi scalistenborrel raakt u – onder het genot van een borrel teveel – opeens doordrongen van de schoonheid van uw gesprekspartner en wordt u getroffen door een warm gevoel van verliefdheid. Helaas komt er een moment dat ook uw benevelde toestand verdwijnt en het met de relatie snel gedaan is.

Categorie III: hoort eigenlijk nietDit soort relaties ontstaat vaak tijdens studiereizen en andere grote (verenigings)activiteiten. Helaas heeft één van de partners of heb-ben beide partners echter al een relatie met een buitenstaander. Hoewel er soms sprake is van echte liefde, is dit type relatie gedoemd te mislukken.

Categorie IV: onbeantwoorde liefdeIeder kantoor, instelling of vereniging heeft er wel een paar: meestal mannen, in de eigen vertrouwde omgeving naarstig op zoek naar de liefde van hun leven. Telkens worden zij echter afgewezen. Mijn advies: zoekt uw heil eens buiten onze fi scale wereld!

Dan ben ik nu toegekomen aan een korte beschrijving van een aantal

voor- en nadelen van een liefdesrelatie tussen twee fi scalisten. Al-lereerst zou ik willen wijzen op het fi nanciële voordeel dat ontstaat wanneer twee fi scalisten ieder een vergoeding krijgen voor vaklitera-tuur en in werkelijkheid samen slechts één abonnement hebben. Deze fi scale stelletjes sparen al snel veel geld per jaar uit, maar ik zou hen toch willen waarschuwen. Het kan gebeuren dat uw relatie wordt verbroken en dat uw partner er na de scheiding vandoor gaat met de meest waardevolle nummers van het WFR: u zult berooid achterblij-ven met incomplete jaargangen van uw geliefde periodiek.

Naast fi nanciële voordelen zijn er natuurlijk ook voordelen in hele andere sferen te bedenken. Het kan erg opwindend zijn om samen te publiceren in vakbladen of elkaar – voor het slapengaan – zachtjes fi scale constructies in het oor te fl uisteren.Aan een dergelijke relatie zitten echter ook nadelen. Het grootste nadeel is mijns inziens de kans op het ontstaan van ‘inteelt’. Volgens het woordenboek Van Dale wordt ‘inteelt’ omschreven als voortge-zette vermenging van nauwverwante personen. Inteelt kan volgens dit woordenboek leiden tot degeneratie, het minderwaardig worden in geestlijk of fysiek opzicht. Dus bezint eer gij begint!Ter beoordeling van de maatschappelijke wenselijkheid van een re-latie tussen twee fi scalisten is het van belang de achtergronden van beide fi scalisten in de discussie te betrekken. Een relatie tussen een adviseur en een inspecteur zou tot ongeoorloofde belangenverstren-geling kunnen leiden. En wat dacht u van de situatie waarbij beide partners elk bij een ander (concurrerend) advieskantoor werkzaam zijn en elkaar op de meest slinkse wijzen de nieuwste constructies ontlokken? Wellicht verklaart dit waarom verfi jnde besparingscon-structies nooit lang geheim blijven…

Ik zou willen afsluiten met een tweetal opmerkingen. U zult zich na deze analyse afvragen of fi scalisten zich in hun liefdesrelaties met elkaar structureel anders gedragen dan paren uit de normale-mensen-wereld. Zijn zij gemiddeld gelukkiger dan niet-fi scale paren? Scheiden ze vaker of minder vaak dan andere stelletjes? Doen zij het vaker en heftiger? Worden kinderen die geboren worden uit derge-lijke relaties automatisch ook fi scalist?Voor deze lezers heb ik misschien goed nieuws. De Ministeries van Volksgezondheid en Financiën waren zeer geïnteresseerd in dit on-derwerp en zouden graag zien dat er meer onderzoek wordt gedaan op dit gebied. Spoedig hoop ik met een door deze ministeries ter be-schikkinggestelde (onbelaste!) starterssubsidie van een kleine zeven ton te beginnen met een groter en diepgaander onderzoek.Ook zult u zich als lezer misschien afvragen hoe het met de schrijver zelf gesteld is. Doet het verschijnsel zich ook bij hem voor? En zo ja, tot welke categorie rekent hij zich dan?Het zou mijns inziens niet goed zijn om als schrijver/onderzoeker deze discussie te vertroebelen met eigen bevindingen. Wel zou ik van de gelegenheid gebruik willen maken om iets te zeggen: M.E.V., wat heb je toch mooie blonde haren en wat zijn je ogen hemelsblauw!

Allard Lubbers

* A.O. Lubbers, ‘de Aanslag’, jaargang 3, nummer 3, 1992-1993, “Als de liefde van je leven ook fi scalist(e) is …”

1 Wat dacht u van b.v. R.p.v.d.D & K.L.B.C., R.A.M. & M.B., E.C.S. & J.V., R.M.M.L. & S.V., K.E.M.v.d.H. & W.H.C.Z., P.K & R.M.K-N, H.v.d.B & B.J.K., Y.K. & R.P.A.W., H.T.M.D. & M.A.H., D.D.O. & J.H.E.? Overeen-komst tussen deze initialen en werkelijk bestaande personen berust louter op toeval…

Als de liefde van je leven ook Ben jij mens genoeg voor een wereldbaan bij Baker?Bij een van de meest internationale advocaten-kantoren ter wereld werken bijzonder getalenteerde advocaten, fiscalisten en notarissen. Intelligent, gemotiveerd, ambitieus… én ook menselijk en met veel inlevingsvermogen. In onze praktijk draait ’t namelijk om mensen: zowel de mensen waarmee je

werkt in teamverband als de cliënten uit binnen- en buitenland met wie je intensief contact onderhoudt. Dat maakt je werk bij Baker & McKenzie Amsterdam tot meer dan zomaar een baan. Ben jij mens genoeg voor een wereldbaan bij Baker & McKenzie? Ga dan naar www.eenwereldbaanbijbaker.nl

EENWERELDBAANBIJBAKER.NL

1048.19.014 WT Advertentie A4-2.indd 1 11/6/09 6:10 PM

Page 81: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

82 deAANSLAG! Column Lubbers

Als de liefde van je leven ook fi scalist(e) is …*

Hoewel een echte fi scalist slechts opgewonden raakt bij het lezen van 40 pagina’s Vakstudie of van de prikkelende geur van de wekelijksverse editie van het WFR, zou ik in deze bijdrage willen fi losoferen over ‘liefdesrelaties tussen fi scalisten’. Misschien een op het eerste gezicht wat merkwaardig onderwerp, maar een kleine inventarisatie leverde mij toch de namen op van een vijftiental paren1 waarbij dit ver-schijnsel zich in meer of mindere mate voordoet of heeft voorgedaan.

Voordat ik mijn visie zal geven op de voor- en nadelen van een ‘fi scale relatie’ en de maatschap-pelijke wenselijkheid ervan, zou ik u eerst een beeld willen schetsen van een aantal categorieën relaties.

Categorie I: succesvolDe meest zuivere vorm van een fi scale relatie. Aarzelend verliefd wor-den, daarna samenwonen en misschien zelfs trouwen. Soms zijn deze relaties ontstaan door simple openingsvragen als “Moeilijk hè, dat VPB” of “Heb jij voor mij nog een artikel over de Brede Herwaardering?”

Categorie II: kort, maar hevigRelaties van deze categorie zijn vaak minder succesvol dan die uit categorie I. ik zou deze relaties daarom liever omschrijven als ‘fi scale gelegenheidsrelaties’. Tijdens een gezellige fi scalistenborrel raakt u – onder het genot van een borrel teveel – opeens doordrongen van de schoonheid van uw gesprekspartner en wordt u getroffen door een warm gevoel van verliefdheid. Helaas komt er een moment dat ook uw benevelde toestand verdwijnt en het met de relatie snel gedaan is.

Categorie III: hoort eigenlijk nietDit soort relaties ontstaat vaak tijdens studiereizen en andere grote (verenigings)activiteiten. Helaas heeft één van de partners of heb-ben beide partners echter al een relatie met een buitenstaander. Hoewel er soms sprake is van echte liefde, is dit type relatie gedoemd te mislukken.

Categorie IV: onbeantwoorde liefdeIeder kantoor, instelling of vereniging heeft er wel een paar: meestal mannen, in de eigen vertrouwde omgeving naarstig op zoek naar de liefde van hun leven. Telkens worden zij echter afgewezen. Mijn advies: zoekt uw heil eens buiten onze fi scale wereld!

Dan ben ik nu toegekomen aan een korte beschrijving van een aantal

voor- en nadelen van een liefdesrelatie tussen twee fi scalisten. Al-lereerst zou ik willen wijzen op het fi nanciële voordeel dat ontstaat wanneer twee fi scalisten ieder een vergoeding krijgen voor vaklitera-tuur en in werkelijkheid samen slechts één abonnement hebben. Deze fi scale stelletjes sparen al snel veel geld per jaar uit, maar ik zou hen toch willen waarschuwen. Het kan gebeuren dat uw relatie wordt verbroken en dat uw partner er na de scheiding vandoor gaat met de meest waardevolle nummers van het WFR: u zult berooid achterblij-ven met incomplete jaargangen van uw geliefde periodiek.

Naast fi nanciële voordelen zijn er natuurlijk ook voordelen in hele andere sferen te bedenken. Het kan erg opwindend zijn om samen te publiceren in vakbladen of elkaar – voor het slapengaan – zachtjes fi scale constructies in het oor te fl uisteren.Aan een dergelijke relatie zitten echter ook nadelen. Het grootste nadeel is mijns inziens de kans op het ontstaan van ‘inteelt’. Volgens het woordenboek Van Dale wordt ‘inteelt’ omschreven als voortge-zette vermenging van nauwverwante personen. Inteelt kan volgens dit woordenboek leiden tot degeneratie, het minderwaardig worden in geestlijk of fysiek opzicht. Dus bezint eer gij begint!Ter beoordeling van de maatschappelijke wenselijkheid van een re-latie tussen twee fi scalisten is het van belang de achtergronden van beide fi scalisten in de discussie te betrekken. Een relatie tussen een adviseur en een inspecteur zou tot ongeoorloofde belangenverstren-geling kunnen leiden. En wat dacht u van de situatie waarbij beide partners elk bij een ander (concurrerend) advieskantoor werkzaam zijn en elkaar op de meest slinkse wijzen de nieuwste constructies ontlokken? Wellicht verklaart dit waarom verfi jnde besparingscon-structies nooit lang geheim blijven…

Ik zou willen afsluiten met een tweetal opmerkingen. U zult zich na deze analyse afvragen of fi scalisten zich in hun liefdesrelaties met elkaar structureel anders gedragen dan paren uit de normale-mensen-wereld. Zijn zij gemiddeld gelukkiger dan niet-fi scale paren? Scheiden ze vaker of minder vaak dan andere stelletjes? Doen zij het vaker en heftiger? Worden kinderen die geboren worden uit derge-lijke relaties automatisch ook fi scalist?Voor deze lezers heb ik misschien goed nieuws. De Ministeries van Volksgezondheid en Financiën waren zeer geïnteresseerd in dit on-derwerp en zouden graag zien dat er meer onderzoek wordt gedaan op dit gebied. Spoedig hoop ik met een door deze ministeries ter be-schikkinggestelde (onbelaste!) starterssubsidie van een kleine zeven ton te beginnen met een groter en diepgaander onderzoek.Ook zult u zich als lezer misschien afvragen hoe het met de schrijver zelf gesteld is. Doet het verschijnsel zich ook bij hem voor? En zo ja, tot welke categorie rekent hij zich dan?Het zou mijns inziens niet goed zijn om als schrijver/onderzoeker deze discussie te vertroebelen met eigen bevindingen. Wel zou ik van de gelegenheid gebruik willen maken om iets te zeggen: M.E.V., wat heb je toch mooie blonde haren en wat zijn je ogen hemelsblauw!

Allard Lubbers

* A.O. Lubbers, ‘de Aanslag’, jaargang 3, nummer 3, 1992-1993, “Als de liefde van je leven ook fi scalist(e) is …”

1 Wat dacht u van b.v. R.p.v.d.D & K.L.B.C., R.A.M. & M.B., E.C.S. & J.V., R.M.M.L. & S.V., K.E.M.v.d.H. & W.H.C.Z., P.K & R.M.K-N, H.v.d.B & B.J.K., Y.K. & R.P.A.W., H.T.M.D. & M.A.H., D.D.O. & J.H.E.? Overeen-komst tussen deze initialen en werkelijk bestaande personen berust louter op toeval…

Als de liefde van je leven ook Ben jij mens genoeg voor een wereldbaan bij Baker?Bij een van de meest internationale advocaten-kantoren ter wereld werken bijzonder getalenteerde advocaten, fiscalisten en notarissen. Intelligent, gemotiveerd, ambitieus… én ook menselijk en met veel inlevingsvermogen. In onze praktijk draait ’t namelijk om mensen: zowel de mensen waarmee je

werkt in teamverband als de cliënten uit binnen- en buitenland met wie je intensief contact onderhoudt. Dat maakt je werk bij Baker & McKenzie Amsterdam tot meer dan zomaar een baan. Ben jij mens genoeg voor een wereldbaan bij Baker & McKenzie? Ga dan naar www.eenwereldbaanbijbaker.nl

EENWERELDBAANBIJBAKER.NL

1048.19.014 WT Advertentie A4-2.indd 1 11/6/09 6:10 PM

Page 82: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

84 deAANSLAG! 85deAANSLAG!Filosofi e en BelastingrechtColofon/Agenda

Colo

fon

Agenda Juli 201107 juli Tax BBQ Ernst & Young

September 201115 september Wisselings-ALV23 september LOF-congres Amsterdam

Naast bovenstaande activiteiten zullen er nog diverse andere activiteiten en borrels worden georganiseerd. Houd daarom onze website, www.christiaanse-taxateur.nl, goed in de gaten voor updates en eventuele wijzigingen!

Bar Restaurant ElitOnder de oudste wolkenkrabber van Europa, het Witte Huis in de Oude Haven in Rotterdam, bevinden zich twee prachtige horeca zaken onder één dak.

Elit opende zijn deuren eind 2007, en na ruim twee jaar tijd is Elit gegroeid tot een van de meest toon-aangevende zaken in de Oude Haven. Bar Elit is een zaak waar je kunt genieten van heerlijke cocktails, een verrassend diner uit de Italiaanse keuken en in de

weekenden is het de plek waar de dj zorgt voor een onvergetelijke avond.

Elit is van dinsdag tot en met zondag geopend vanaf 17.00 uur. In de zomer be-schikt Elit over een groot terras met avondzon om de dag goed af te sluiten.

Grand Café het Witte Huis1 juni 2010 openden de eigenaren van Elit Grand Café het Witte Huis. Het voormalige Bolwerk is na een fl inke verbouwing omgeto-verd tot een prachtig klassiek bruin café. Het Witte Huis is de ideale locatie om na het werk wat stoom af te blazen onder het genot van een goed glas wijn, een speciaal biertje of een heerlijke whisky uit het zeer breed assortiment.

Ook heeft het Witte Huis een aparte ruimte wat zich prima leent voor een afstu-deerborrel, verjaardagsfeest of een private dinner tot 50 personen. Het Witte Huis is maandag tot en met zaterdag geopend vanaf 11:00 uur voor lunch en diner.

Restaurant Cocktailbar ElitWijnhaven 33011 WG Rotterdam010 - 213 17 66

De Aanslag is het verenigingsblad van de R.F.V. Christiaanse-Taxateur en verschijnt vier keer per jaar.

Editie Jaargang 20 / Nummer 4Juli 2011

Hoofd- en eindredactieFaiza Ali Mohamed

RedactieIbrahim AaroussMariëtte MampaeijTim Zwinkels

Met dank aan:Dr. D.A. Albregtse, Mohamed Assir, Prof. mr. drs. H.P.A.M. van Arendonk, mr. dr. C.W.M. van Ballegooijen, Harold van den Berge, Eva Boomsluiter, Ahmet Çeliktas, Patrycja Czarnota, Shangho Dekker, Ricky van Dorp, Marijke van Drunen Littel, Rijan van Druten, Perry van Eck, Tom Gorny, Arie de Groot, mr. Peter van der Hagen, Wajid Hassan, Nick Heijkoop, Nadine de Hoop, Prof. dr. P. Kavelaars, Dorine van der Keur, Rogier Kerkhof, Marilou de Kok, Christine van de Lagemaat, Gerard van der Linden,Prof. dr. A.O. Lubbers, Vincent Meijerman,Martijn Schippers, Prof. dr. L.G.M. Stevens,Mr. Anne-Sophie Strik, Bob Vos, Mr. drs. F.H.H. Weekers

RedactieadresErasmus Universiteit RotterdamDe Aanslagredactie Kamer H16-25Postbus 17383000 DR Rotterdam

Telefoon: 010 – 408 14 69Website: www.christiaanse-taxateur.nlE-mail: [email protected]

AdverterenVoor inlichtingen over adverteren kunt u contact opnemen met Alexander Claessens ([email protected]).

Ontwerp en vormgevingOCC dehoog Media Partners

DrukkerijOCC dehoog Media Partners

Oplage700 exemplaren

18e bestuur der R.F.V. Christiaanse-TaxateurMartijn Schippers - VoorzitterAhmet Çeliktas - Secretaris Chris van Zwienen - PenningmeesterAlexander Claessens - Commissaris ExternFaiza Ali Mohamed - Commissaris InternChantal van der Linden - Commissaris Reis

Niet vies van de fiscus

Ben jij die bijna afgestudeerd fiscalist die popelt om het adviesvak in te gaan? Die zich verheugt op een creatief team van collega’s die je graag op weg helpen? Dan hebben wij een prachtige uit-daging voor je. Met klanten met naam en faam in binnen- en buitenland en zeer uiteenlopende opdrachten krijg je bij ons een uitstekende training on the job, uiteraard aangevuld met een vaktechnisch en persoonlijk opleidingsplan ondermeer in onze eigen Tax School.

Jij weet dat je in ons vak niet zonder creativiteit kunt, en tegelijker-tijd dat er naast mogelijkheden ook onmogelijkheden zijn. Wij zijn op zoek naar adviseurs die denken in kansen en uitdagingen –niet in beperkingen– en zo komen tot een inventieve oplossing voor de klant. Het boeit je dat elke klant een ander probleem heeft dat vraagt om een maatwerkaanpak.

Jij creëert jouw eigen oplossing. Daarbij werk je samen met je collega’s, maar je werkt zeker niet zomaar uit wat een ander heeft bedacht. Natuurlijk begrijp je dat het beste resultaat wordt behaald in constructieve besprekingen met de fiscus. Mochten die besprekingen niet tot het gewenste resultaat voor jouw klant leiden, dan bewandel je de juridische weg, desnoods bij het Europese Hof van Justitie.

Zou je ook graag op deze manier je vak willen uitoefenen, dan willen wij graag kennis met je maken. Je kunt bellen met de afdeling Human Resources of een van de partners. E-mailen kan natuurlijk ook.

Op onze website vind je meer achtergrondinformatie over ons kantoor en onze vacatures.

Sophialaan 3 2514 JP Den Haag T +31 (0)70 75 70 100

[email protected] www.pereiraconsultants.com

85deAdeAde ANSLAG!

Drukwerk, nieuwe media, studiowerk, er komt van alles bij kijken wanneer

u op een goede manier met uw communicatie-uitingen aan de slag gaat.

Zou het niet prettig zijn om alles op één plek uit handen te kunnen geven?

OCC dehoog heeft als grafimedia specialist de kennis en het vakmanschap

in huis die nodig is voor een complete mix van traditionele en nieuwe media:

van magazines, (gepersonaliseerde) mailingen of een nieuwe huisstijl tot

aan digitale nieuwsbrieven en websites.

Naast drukken, nieuwe media en studio onderscheiden wij ons door het

toepassen van ketenintegratie, automatisering, beheer, logistiek en full-

fillment. Maak eens vrijblijvend een afspraak, daag ons uit en ontdek welke

meerwaarde we voor u kunnen hebben. Hoe ver durft u te denken?

www.occ-dehoog.nl/wat-doen-wij

Postbus 128, 4900 AC Oosterhout • De Wetering 30, 4906 CT Oosterhout • T. 0162 476 500 • F. 0162 476 525 • [email protected] • www.occ-dehoog.nl

New MediaStudio Printing

hebben wij gedruktOok dit magazine

Aanslag adv A4_2.indd 1 06-07-2011 16:38:17A12557_Omslag_Special.indd 2 06-07-2011 16:53:26

Page 83: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

84 deAANSLAG! 85deAANSLAG!Filosofi e en BelastingrechtColofon/Agenda

Colo

fon

Agenda Juli 201107 juli Tax BBQ Ernst & Young

September 201115 september Wisselings-ALV23 september LOF-congres Amsterdam

Naast bovenstaande activiteiten zullen er nog diverse andere activiteiten en borrels worden georganiseerd. Houd daarom onze website, www.christiaanse-taxateur.nl, goed in de gaten voor updates en eventuele wijzigingen!

Bar Restaurant ElitOnder de oudste wolkenkrabber van Europa, het Witte Huis in de Oude Haven in Rotterdam, bevinden zich twee prachtige horeca zaken onder één dak.

Elit opende zijn deuren eind 2007, en na ruim twee jaar tijd is Elit gegroeid tot een van de meest toon-aangevende zaken in de Oude Haven. Bar Elit is een zaak waar je kunt genieten van heerlijke cocktails, een verrassend diner uit de Italiaanse keuken en in de

weekenden is het de plek waar de dj zorgt voor een onvergetelijke avond.

Elit is van dinsdag tot en met zondag geopend vanaf 17.00 uur. In de zomer be-schikt Elit over een groot terras met avondzon om de dag goed af te sluiten.

Grand Café het Witte Huis1 juni 2010 openden de eigenaren van Elit Grand Café het Witte Huis. Het voormalige Bolwerk is na een fl inke verbouwing omgeto-verd tot een prachtig klassiek bruin café. Het Witte Huis is de ideale locatie om na het werk wat stoom af te blazen onder het genot van een goed glas wijn, een speciaal biertje of een heerlijke whisky uit het zeer breed assortiment.

Ook heeft het Witte Huis een aparte ruimte wat zich prima leent voor een afstu-deerborrel, verjaardagsfeest of een private dinner tot 50 personen. Het Witte Huis is maandag tot en met zaterdag geopend vanaf 11:00 uur voor lunch en diner.

Restaurant Cocktailbar ElitWijnhaven 33011 WG Rotterdam010 - 213 17 66

De Aanslag is het verenigingsblad van de R.F.V. Christiaanse-Taxateur en verschijnt vier keer per jaar.

Editie Jaargang 20 / Nummer 4Juli 2011

Hoofd- en eindredactieFaiza Ali Mohamed

RedactieIbrahim AaroussMariëtte MampaeijTim Zwinkels

Met dank aan:Dr. D.A. Albregtse, Mohamed Assir, Prof. mr. drs. H.P.A.M. van Arendonk, mr. dr. C.W.M. van Ballegooijen, Harold van den Berge, Eva Boomsluiter, Ahmet Çeliktas, Patrycja Czarnota, Shangho Dekker, Ricky van Dorp, Marijke van Drunen Littel, Rijan van Druten, Perry van Eck, Tom Gorny, Arie de Groot, mr. Peter van der Hagen, Wajid Hassan, Nick Heijkoop, Nadine de Hoop, Prof. dr. P. Kavelaars, Dorine van der Keur, Rogier Kerkhof, Marilou de Kok, Christine van de Lagemaat, Gerard van der Linden,Prof. dr. A.O. Lubbers, Vincent Meijerman,Martijn Schippers, Prof. dr. L.G.M. Stevens,Mr. Anne-Sophie Strik, Bob Vos, Mr. drs. F.H.H. Weekers

RedactieadresErasmus Universiteit RotterdamDe Aanslagredactie Kamer H16-25Postbus 17383000 DR Rotterdam

Telefoon: 010 – 408 14 69Website: www.christiaanse-taxateur.nlE-mail: [email protected]

AdverterenVoor inlichtingen over adverteren kunt u contact opnemen met Alexander Claessens ([email protected]).

Ontwerp en vormgevingOCC dehoog Media Partners

DrukkerijOCC dehoog Media Partners

Oplage700 exemplaren

18e bestuur der R.F.V. Christiaanse-TaxateurMartijn Schippers - VoorzitterAhmet Çeliktas - Secretaris Chris van Zwienen - PenningmeesterAlexander Claessens - Commissaris ExternFaiza Ali Mohamed - Commissaris InternChantal van der Linden - Commissaris Reis

Niet vies van de fiscus

Ben jij die bijna afgestudeerd fiscalist die popelt om het adviesvak in te gaan? Die zich verheugt op een creatief team van collega’s die je graag op weg helpen? Dan hebben wij een prachtige uit-daging voor je. Met klanten met naam en faam in binnen- en buitenland en zeer uiteenlopende opdrachten krijg je bij ons een uitstekende training on the job, uiteraard aangevuld met een vaktechnisch en persoonlijk opleidingsplan ondermeer in onze eigen Tax School.

Jij weet dat je in ons vak niet zonder creativiteit kunt, en tegelijker-tijd dat er naast mogelijkheden ook onmogelijkheden zijn. Wij zijn op zoek naar adviseurs die denken in kansen en uitdagingen –niet in beperkingen– en zo komen tot een inventieve oplossing voor de klant. Het boeit je dat elke klant een ander probleem heeft dat vraagt om een maatwerkaanpak.

Jij creëert jouw eigen oplossing. Daarbij werk je samen met je collega’s, maar je werkt zeker niet zomaar uit wat een ander heeft bedacht. Natuurlijk begrijp je dat het beste resultaat wordt behaald in constructieve besprekingen met de fiscus. Mochten die besprekingen niet tot het gewenste resultaat voor jouw klant leiden, dan bewandel je de juridische weg, desnoods bij het Europese Hof van Justitie.

Zou je ook graag op deze manier je vak willen uitoefenen, dan willen wij graag kennis met je maken. Je kunt bellen met de afdeling Human Resources of een van de partners. E-mailen kan natuurlijk ook.

Op onze website vind je meer achtergrondinformatie over ons kantoor en onze vacatures.

Sophialaan 3 2514 JP Den Haag T +31 (0)70 75 70 100

[email protected] www.pereiraconsultants.com

85deAdeAde ANSLAG!

Drukwerk, nieuwe media, studiowerk, er komt van alles bij kijken wanneer

u op een goede manier met uw communicatie-uitingen aan de slag gaat.

Zou het niet prettig zijn om alles op één plek uit handen te kunnen geven?

OCC dehoog heeft als grafimedia specialist de kennis en het vakmanschap

in huis die nodig is voor een complete mix van traditionele en nieuwe media:

van magazines, (gepersonaliseerde) mailingen of een nieuwe huisstijl tot

aan digitale nieuwsbrieven en websites.

Naast drukken, nieuwe media en studio onderscheiden wij ons door het

toepassen van ketenintegratie, automatisering, beheer, logistiek en full-

fillment. Maak eens vrijblijvend een afspraak, daag ons uit en ontdek welke

meerwaarde we voor u kunnen hebben. Hoe ver durft u te denken?

www.occ-dehoog.nl/wat-doen-wij

Postbus 128, 4900 AC Oosterhout • De Wetering 30, 4906 CT Oosterhout • T. 0162 476 500 • F. 0162 476 525 • [email protected] • www.occ-dehoog.nl

New MediaStudio Printing

hebben wij gedruktOok dit magazine

Aanslag adv A4_2.indd 1 06-07-2011 16:38:17A12557_Omslag_Special.indd 2 06-07-2011 16:53:26

Page 84: De Aanslag - Jaargang 20 - Editie 4

86 deAANSLAG! Filosofi e en Belastingrecht

Accountancy - Belastingen - Advies

Wat belangrijk is, laat je niet los.

Ik wil ruimte om te groeien. Waar zet ik de volgende stap?

Waar je ook bent, belangrijke beslissingen zijn nooit ver weg. In je rol als fi scalist en bij het bepalen van je volgende carrièrestap. Bij Grant Thornton begrijpen we dat je voortdurend bezig bent met je groei. Sterker nog, wij zijn er zelf ook mee bezig. Onder andere door jouw ambities alle ruimte te geven en door je talent te versterken met een goed doortimmerde opleidingsaanpak. Meer over ons op onze website

www.carrierebijGT.nl

Grant Thornton bij jou in de buurt:Alphen aan den Rijn - Amsterdam - Boskoop - Gouda - Leiden - Rijswijk - Rotterdam - Woerden

Accountancy - Belastingen - Advies

Wat belangrijk is, laat je niet los.

Ik wil ruimte om te groeien. Waar zet ik de volgende stap?

Waar je ook bent, belangrijke beslissingen zijn nooit ver weg. In je rol als fi scalist en bij het bepalen van je volgende carrièrestap. Bij Grant Thornton begrijpen we dat je voortdurend bezig bent met je groei. Sterker nog, wij zijn er zelf ook mee bezig. Onder andere door jouw ambities alle ruimte te geven en door je talent te versterken met een goed doortimmerde opleidingsaanpak. Meer over ons op onze website

www.carrierebijGT.nl

Grant Thornton bij jou in de buurt:Alphen aan den Rijn - Amsterdam - Boskoop - Gouda - Leiden - Rijswijk - Rotterdam - Woerden

Accountancy - Belastingen - Advies

Wat belangrijk is, laat je niet los.

Ik wil ruimte om te groeien. Waar zet ik de volgende stap?

Waar je ook bent, belangrijke beslissingen zijn nooit ver weg. In je rol als fi scalist en bij het bepalen van je volgende carrièrestap. Bij Grant Thornton begrijpen we dat je voortdurend bezig bent met je groei. Sterker nog, wij zijn er zelf ook mee bezig. Onder andere door jouw ambities alle ruimte te geven en door je talent te versterken met een goed doortimmerde opleidingsaanpak. Meer over ons op onze website

www.carrierebijGT.nl

Grant Thornton bij jou in de buurt:Alphen aan den Rijn - Amsterdam - Boskoop - Gouda - Leiden - Rijswijk - Rotterdam - Woerden

deAANSLAG!Een uitgave van de Rotterdamse Fiscalisten Vereniging Christiaanse – Taxateur

Jaargang 20, nummer 4 | 2010/2011

Docenten over het thema: In gesprek met: Verder:Prof. mr. drs. H.P.A.M. van Arendonk De oprichters van ‘de Aanslag‘ Christiaanse-Taxateur activiteitenDr. D.A. Albregtse De staatssecretaris van Financiën StripverhalenProf. dr. P. Kavelaars Prof. dr. L.G.M. Stevens Bezoek aan de Hoge Raad

Accountancy - Belastingen - Advies

Wat belangrijk is, laat je niet los.

Ik wil ruimte om te groeien. Waar zet ik de volgende stap?

Waar je ook bent, belangrijke beslissingen zijn nooit ver weg. In je rol als fi scalist en bij het bepalen van je volgende carrièrestap. Bij Grant Thornton begrijpen we dat je voortdurend bezig bent met je groei. Sterker nog, wij zijn er zelf ook mee bezig. Onder andere door jouw ambities alle ruimte te geven en door je talent te versterken met een goed doortimmerde opleidingsaanpak. Meer over ons op onze website

www.carrierebijGT.nl

Grant Thornton bij jou in de buurt:Alphen aan den Rijn - Amsterdam - Boskoop - Gouda - Leiden - Rijswijk - Rotterdam - Woerden

Jubileumuitgave, jaargang 20, num

mer 4 | 2010/2011

A12557_Omslag_Special.indd 1 06-07-2011 16:53:25