BEnT BekEnTNieuwsbrief Fontys Hogeschool Bedrijfsmanagement, Educatie en Techniek

Kick-off ondernemerschapminoren groot succes!

Ria PassonOns instituut heeft tijdens de kick-off op

31 augustus ruim 180 studenten mogen verwelkomen voor de minor Managen in de Praktijk (MIP) en de minor Ondernemer-schap (MOS). Deze minoren organiseren wij samen met de instituten FH MER en FH Marketing Management.

De deelnemende studenten hebben

de ambitie om een functie als manager te bekleden (MIP), dan wel zich te ontwikke-len als ‘business ready’ ondernemers (MOS). De verwachting is dat het aantal jonge ondernemers zal gaan groeien gezien de trends en ontwikkelingen op de huidige arbeidsmarkt. Daarnaast is het van belang dat een hbo-afgestudeerde (potentiële) manager of ondernemer niet alleen de the-oretische kennis heeft opgebouwd, maar zich daarnaast een beeld heeft gevormd van de beroepspraktijk op het gebied van benodigde houding en gedrag en daar concreet mee in aanraking is gekomen. Via deze minoren spelen wij in op die ontwik-kelingen.

Tijdens de kick-off dag, georganiseerd op

Strijp-S, zijn inspirerende presentaties en workshops aangeboden. Zo waren er gast-

presentaties van Jacques Zwaga (Develop-ment Centre International Geneva) en Ger Post (lector Business Entrepreneurship bij FH BEnT en ondernemer) over onderne-merschap en het ontwikkelen van manage-ment- en ondernemerschapscompetenties.

Tijdens de workshops voor de studen-ten Ondernemerschap heeft Frans van de Camp op zijn eigen enthousiaste wijze studenten weten te boeien tijdens zijn drukbezochte workshop Financiën. Wyb Schuit heeft studenten geprikkeld om deel te nemen aan de pitchtraining en Jos Schuybroek heeft de gebruikte business-modellen nader toegelicht.

Ook de ondernemerspraktijk is ruim aan

bod gekomen: Lotte de Vries, alumnus van de voorgaande lichting minor Onderne-merschap, heeft haar ervaringen gedeeld en uitgewisseld. Student company Stucoh heeft een concept ontwikkeld en toegeli-cht, dat bestaat uit een vrolijke kap die men kan plaatsten om de infuuskap bij kinderen, genaamd Manafuus. Dais & Lon Communicatie, opgericht door twee jonge startende ondernemers en al enige jaren

succesvol met hun Communicatiebureau, verzorgde de workshop Netwerken.

De dag werd afgesloten met gezamen-

lijke borrel bij het Sportslab in het SX gebouw op Strijp-S. Al met al kunnen we terugblikken op een zeer boeiende, leer-zame dag in een inspirerende omgeving. Nu is het aan de studenten om hun ambi-ties en ontwikkeling handen en voeten te geven tijdens de minoren!

FOTO: DE KICK-OFF DAG STARTTE IN HET INSPIRERENDE SX-GEBOUW OP STRIJP-S.

Fontys zaalvoetbal-toernooiRichard Bakker & Steven Koningstein

Het is alweer een tijdje geleden (op 16 juni jl.) dat het Fontys zaalvoetbaltoernooi plaats vond, maar toch nog een terugblik, omdat het volgens de organisatie en de deelnemende teams een succes was!

Jij BEnT ons nieuws!

Laat ons weten wat jij meemaakt bij BEnT en verdien een plek in deze nieuwsbrief!

» lees meer, PG. 9

Uitgave 7Oktober 2015

Foto’s: Buiten inspirerende lezingen vonden er verschillende workshops plaats.

Nandipha Steglich

Van 18 tot 20 september heb ik, student Technische Be-drijfskunde, deelgenomen aan de Nudge Leadership Chal-lenge. Nudge is een organisatie die mensen en organisaties verbindt die zich bezighouden met duurzame initiatieven. Tijdens de ‘challenge’ ging Nudge op zoek naar de leiders van de toekomst. Alle jongeren tussen ± 23 en 33 jaar die ook maar iets te maken hebben met duurzaamheid, konden zich hiervoor opgeven.

Er waren ongeveer 75 Nudgers aanwezig vanuit allerlei sec-toren. Zo waren er onder andere ZZP’ers, studenten, werden er ministeries vertegenwoordigd, energieleveranciers en afgevaardigden van banken. Namens Philips was ik aanwezig.

NUDGE LEADERSHIP CHALLENGE

» lees meer, PG. 3 Foto: Team SchoonSchip: In vier uur tijd een bedrijfsvraagstuk oplossen. 1

2 BLA BLA BLA Exero 01, 5555

FRANS VAN DE CAMPFrans van de Camp

MEMOIRES VAN

Ik kan mij goed verplaatsen in de huidige jeugd die het, net als ik destijds, moeilijk vindt om een geschikt beroep te kiezen. Op 18-jarige leeftijd begon ik als vrachtwa-genchauffeur te werken in het bedrijf van mijn vader, tussen het studeren door. Na mijn militaire diensttijd sloeg de twijfel toe: als vrachtwagenchauffeur op een echte DAF Torpedo met oplegger (‘king of the road’) was je een vrijbuiter en reed je overal naar toe zonder een directe baas in de buurt. Bovendien was het uitdagend werk, immers: lang niet iedereen was in staat om een zware oplegger zonder stuur-bekrachtiging en gesynchroniseerde ver-snellingsbak (‘dubbel clutchen’) te besturen en ermee te manoeuvreren, en ik was er erg trots op dat ik dit wel kon. Daarnaast speel-de ik slagwerk in een succesvolle swing band en beroepsmuzikant leek me ook wel wat. Inmiddels was fotografie steeds meer een passie geworden dus de keuze werd alleen maar lastiger. Maar in mijn achterhoofd hield ik wel steeds het beeld voor ogen van mijn grote voorbeeld, Toon van der Horst, een dijk van een docent op mijn middelbare school, het St. Odulphus Lyceum te Tilburg. Hij slaagde er in om neer te dalen in de hersenspelonken van de leerling om te kunnen achterhalen waar het punt was waarop die iets niet begreep om dan vervolgens de verlossende uitleg te geven waardoor het ineens wel duidelijk werd. Ik dacht toen al: “Als ik half zo goed les kan geven als hij ga ik het onderwijs in.”, hij was echt mijn inspiratiebron.

Na mijn studie MO-Engels begon ik op een middelbare school als docent Engels, een vak dat mij goed lag. Mijn eerste jaren waren echter niet bepaald bevredigend, ik maakte alle beginnersfouten die je als docent maar kunt maken. Er waren vele momenten waarop ik spijt had van mijn keuze voor het onderwijs en terug ver-langde naar mijn plek achter het stuur van mijn geliefde DAF. Maar gelukkig kreeg ik gaandeweg meer greep op de klas en daarmee nam ook het plezier in mijn werk toe. Hoewel ik het toen goed naar mijn zin had, begon ik mij na een aantal jaren af te vragen of ik dit wel mijn hele verdere leven wilde blijven doen. Het antwoord was nee, maar dat betekende wel dat ik mij volle-dig moest omscholen om in het onderwijs elders aan de slag te kunnen, want voor het vak Engels waren nergens vacatures. Aan docenten in economische vakken was echter wel behoefte en als zoon van een ondernemer had ik natuurlijk affiniteit met management. Ik ben toen samen met mijn collega Lambert de Brouwer opnieuw gaan studeren, ditmaal MO-Handelsweten-schappen. Dat was een hele kluif naast een fulltime baan, een druk gezinsleven met inmiddels 2 kinderen en een veelgevraagd orkest waar ik in het weekend zoet mee was. Zonder de toewijding en steun van mijn vrouw Victoire was dit absoluut niet mogelijk geweest.

Mijn loopbaan in het hoger onderwijs begon 22 jaar geleden toen ik door Geert Mantingh als docent Financiële vakken en Marketing werd aangenomen bij Bedrijfs-kader (BKA), de voorloper van de huidige opleiding Bedrijfsmanagement MKB. Mijn toenmalige collega’s bleken geen ‘les-boeren’ te zijn, maar gedreven docenten die het als hun gezamenlijke taak beschou-wden de opleiding niet alleen in de lucht

te houden maar ook verder uit te bouwen. Zij hadden van BKA met het unieke 2-jarig concept een succesvolle speler in de markt weten te maken. Docenten waren niet alleen verantwoordelijk voor hun eigen vakinhoudelijke lessen en de te volgen leerlijnen, maar ook voor de werving en voorlichting, de organisatie en uitvoering van het gehele curriculum en de afstem-ming daarvan op het bedrijfsleven. Boven-dien werden projecten uitgevoerd voor de zakelijke dienstverlening. Het viel me al meteen op dat dit bezielde mensen waren met een uitgesproken visie op onderwijs en een gezonde belangstelling voor de omgeving. Zo had BKA al begin negentiger jaren een onafhankelijk onderzoekbureau, de Holland Consulting Group, opdracht gegeven om de omgeving in kaart te bren-gen ten einde het beroepsprofiel helder te krijgen. Bij bedrijven werd onderzocht wat er van de afgestudeerden werd verwacht en welke vakken/thema’s in het curriculum moesten worden opgenomen waardoor er een doortimmerd onderwijsconcept tot stand kwam. Mind you, dat was lang voor de komst van visitatiecommissies. Die pioniersgeest van toen is overgedragen op de vele jongere collega’s die dankzij de groei van BMKB inmiddels de gelederen zijn komen versterken en zij passen dan ook naadloos in het BMKB concept.

“Die big smile op hun gezicht en die twin-

keling in de ogen als ze het ineens doorhebben is dan de beloning, je ziet

ze groeien in hun zelfver-trouwen.”

Het docentschap is een prachtig beroep, en zeker op een hogeschool ben je getuige van de enorme metamorfose die studenten ondergaan van puber naar professional. Zo’n ‘move’ maken zij maar één keer in hun leven. Studenten komen binnen als wat onzekere, vaak nog puberende ex-havisten of -mbo’ers, maar na hun studie kunnen we hen met een gerust hard loslaten op het bedrijfsleven, waar verreweg de meesten van hen inderdaad goed terecht komen. Als je daar als docent een bijdrage aan mag leveren is dat uitermate bevredigend en ik heb daar dan ook heel veel arbeidssa-tisfactie aan kunnen ontlenen. In zo’n uit-dagende omgeving ga je vanzelf harder lopen, het werkt verslavend.

Na enkele jaren trad ik als deeltijdcoör-dinator toe tot het Management Team van de opleiding. In een tijd van bezuiniging-en moesten toen soms besluiten worden genomen die lang niet altijd bij iedereen in goede aarde vielen, maar we hebben daar als MT in goede samenwerking en harmonie steeds weer het beste van pro-beren te maken. Aan de uitstekende sfeer binnen het MT bewaar ik dan ook goede herinneringen.

De tweejarige opleidingen moesten vanaf 2000 helaas het veld ruimen maar BKA ging niet bij de pakken neerzitten en

ontwikkelde zich door naar een 4-jarige bacheloropleiding. Als MT-lid moest ik mij uiteraard ook richten op de veranderende omgeving en daarom trad ik in 2001 toe tot de landelijke ‘AD-regiegroep’ die de tweeja-rige opleidingen in Nederland nieuw leven in wilde blazen. Dat vormde het begin van jarenlang stad en land afreizen en talloze congressen en symposia bijwonen, waar discussies werden gevoerd met vertegen-woordigers van o.a. de HBO- en MBO-Raad, het ministerie van Onderwijs en de werk-gevers. Deze bijeenkomsten waren heel interessant en leerzaam omdat je met aller-lei gremia in het onderwijs en het werkveld in aanraking kwam. Omdat het fenomeen ‘Associate Degree’ ook in andere landen een rol speelt bezochten we met de regiegroep o.a. New Castle, Stuttgart, Praag en Brussel. Deze AD-lobby had succes want die leidde er in 2007 toe dat 2-jarige opleidingen, als onderdeel van een bacheloropleiding, weer in de wet verankerd zijn. Dat we ook een Associate Degree (Technische Bedrijfs-kunde) voor Fontys hebben weten binnen te halen was de kers op de taart.

Fontys is een fijne werkgever die je veel ontplooiingskansen biedt en er is altijd van alles te doen op het gebied van work-shops, symposia en projecten. Het begon al vrij snel na mijn aanstelling met een stage bij accountantskantoor Deloitte & Touche. Naast mijn werk bij BKA/BMKB heb ik tussentijds allerlei klussen gedaan in het kader van de zakelijke dienstverle-ning, zoals het ontwikkelen en uitvoeren van financiële modules voor o.a. de hout/meubelbranche en voor Care, een groep van autoschadebedrijven. Een aantal jaren was ik betrokken bij de diverse cursussen ‘Kwaliteitskunde’ en ‘Kwaliteitsmanage-ment’.

Het intensieve contact met het bedrijfs-

leven leverde de nodige inspiratie op om de lessen praktijkgerichter te maken en die ervaringen vonden steeds hun weg naar nieuwe casuïstiek. Het is belangrijk dat docenten alert blijven op ontwikkelingen en zij worden door studenten veel serieu-zer genomen als zij vanuit de praktijk les geven.

Bij diverse minoren heb ik een bijdrage mogen leveren, zoals de minoren ‘Onder-nemerschap’ en ‘Management in de prak-tijk’. Het Fontys Centrum voor Ondernemer-schap deed ook meermalen een beroep op mij voor workshops ‘Financiën’ voor startende ondernemers en studenten van de Hogeschool voor de Kunsten. Allemaal leuke ervaringen omdat je daarbij in aan-raking komt met studenten van uiteenlo-pende studierichtingen.

Een van de interessantere Fontys pro-jecten waar ik aan mocht deelnemen was het project ‘Flexibele toelating’, waarin onderzocht werd in hoeverre leerlingen die net (met één onvoldoende teveel) waren gezakt voor hun vwo, havo of mbo, via een assessment bij Fontys alsnog toege-laten konden worden op een geselecteerde hogeschool. Na een driejarig onderzoek bleek dat de door Fontys ontwikkelde assessments een goed middel waren om te kunnen voorspellen of de kandidaten een even grote kans hadden om de pro-pedeuse te halen als degenen die wel hun middelbare schooldiploma hadden

behaald. Dit wetenschappelijk onderzoek werd zeer nauwgezet uitgevoerd en was voor mij heel leerzaam. Ook aan het EVC-project heb ik met veel belangstelling en plezier deelgenomen. Naar mijn stellige overtuiging kan EVC intensiever toegepast worden en zeer geschikt zijn voor met name deeltijders. In de huidige discussie over het onderwijs met toenemende kritiek op het ‘one size fits all’ concept, alsmede de roep om meer flexibiliteit in het onder-wijsaanbod kan het niet anders of EVC zal een belangrijke rol gaan vervullen in het streven naar meer hoger opgeleiden in Nederland.

Dat ik het de afgelopen 22 jaar tamelijk druk heb gehad is dus nogal een under-statement. Mijn missie in het onderwijs is altijd geweest: jonge mensen meer zelfvertrouwen laten krijgen. Dat doen we door hen met complexe problemen te confronteren die ze aanvankelijk niet kunnen overzien en hen die laten oplos-sen; hen hier en daar een zetje geven als ze vast lopen. Die big smile op hun gezicht en die twinkeling in de ogen als ze het ineens doorhebben is dan de beloning, je ziet ze groeien in hun zelfvertrouwen. Dat is wat mij altijd gedreven heeft in het onderwijs. Ik ben ervan overtuigd dat de docent nog altijd het verschil maakt al ben ik daar met mijn snapgarantie wellicht een beetje in doorgeslagen.

“De collega’s bij BMKB kenmerken zich door

een plezierige onderlinge verstandhouding, een hoge

mate van collegialiteit, saamhorigheid, gedreven-

heid, flexibiliteit en, gelukkig, vooral ook heel

veel humor.”Ik prijs me gelukkig al die jaren te hebben

mogen samenwerken met fantastische col-lega’s, zowel bij de onderwijzende als de onderwijsondersteunende teams en de leidinggevenden. De collega’s bij BMKB kenmerken zich door een plezierige onder-linge verstandhouding, een hoge mate van collegialiteit, saamhorigheid, gedreven-heid, flexibiliteit en, gelukkig, vooral ook heel veel humor. Die combinatie is volstrekt uniek en dan ga je elke dag fluitend naar je werk. Ik voelde me dan ook van meet af aan als een vis in het water en ben erg dankbaar dat ik in deze stimulerende omgeving heb mogen werken. Het zou wat mij betreft nog veel langer hebben mogen duren. Ik heb mijn hele ziel en zaligheid in deze opleiding kunnen leggen en kijk met heel veel plezier terug op een periode die mij alles heeft gebracht wat ik maar had kunnen wensen. Maar de vrije tijd die ik erin heb gestopt ga ik nu wel proberen enigszins terug te halen.

BMKB: het ga je goed en: adieu.

2

Exero 01, 5555 BLA BLA BLA 3

3

ZD Techniek in de praktijkPiet van Grootel

Gedurende het weekend hebben we door middel van lezingen en workshops geleerd hoe we het verschil kunnen maken. Zoals Anniek Boeijinga (winnaar NLC 2015) zei: “Al kan ik maar één persoon raken met mijn boodschap, dan is het toch de moeite waard geweest.” Daarnaast werd er veel tijd besteed aan zelfontwikkeling. Waar liggen je sterke punten als leider en wat zijn je valkuilen? Tijdens de business cases met prangende vraagstukken van echte bedrijven kreeg je alle kans om aan je zwakke punten te werken. Zelf heb ik aan het vraagstuk van SchoonSchip Amster-dam gewerkt. SchoonSchip werkt aan een drijvende woonwijk in Amsterdam-Noord die zo energieneutraal mogelijk moet worden. Een flinke uitdaging en met een groep van ongeveer 20 Nudgers hebben we geprobeerd ons steentje bij te dragen.

Tot slot was er ruimte voor reflectie. Even stil staan bij waarom je doet wat je doet. Iedereen heeft wel iets waardoor hij/zij zich laat afremmen. Wees je daar bewust van

en probeer je daarvan los te maken. Faiza Oulahsen (Greenpeace activiste) heeft tijdens haar persoonlijke verhaal over haar gevangenschap in Rusland benadrukt wat er nou echt toe doet en wat bijzaak is.

Het was een ontzettend leerzaam en leuk weekend waarin ik in één klap een gigantisch netwerk rijker ben geworden van gelijkgestemde leeftijdsgenoten. Met zijn allen zijn wij de leiders van de toekomst en samen kunnen wij het verschil maken voor een duurzame wereld. Ik raad ieder-een aan om (als je de kans krijgt) eens met een dergelijk weekend mee te doen dit met beide handen aan te grijpen.

Nieuwsgierig geworden? Kijk op https://www.nudge.nl/ en https://www.nudge.nl/activiteiten/leadership-challenge/ voor meer informatie.

NUDGE LEADERSHIP CHALLENGEVervolg van pagina 1

Als onderdeel van FH BEnT heeft ZD Techniek de leuze “Kennis halen, kennis brengen”. Hoe brengen wij dit in praktijk?

In de vorige uitgave van de BEnT BekEnT nieuwsbrief hebben wij iets laten zien over onze trainers bij klanten; hier ‘halen’ wij onze kennis. Maar hoe brengen wij deze kennis binnen ons instituut?

Meteen in lesweek 1 beginnen we met de eerste brancheweek voor de Automo-tive Management studenten. Deze week heeft als titel: Managementvaardigheden (voor het autobedrijf ). Onze trainers verzor-gen dan een hele week, elke werkdag van 09.00 uur tot 17.00 uur een lesprogramma

waarbij theorie en praktijk elkaar afwis-selen.

De volgende semesters starten ook elke keer met een brancheweek en deze hebben dan meer betrekking op de technische aspecten. Deze hebben als onderwerpen: Aandrijflijn, Motormanagement en Voer-tuigelektro. Hiermee willen we bereiken dat de toekomstige manager inzicht krijgt in de cultuur, cijfers en normen binnen het autobedrijf (week 1) en voldoende tech-nische kennis bezit van techniek om een technisch vraagstuk op kaderniveau te kunnen behandelen.

Uit de evaluaties blijkt elke keer weer dat deze manier van lesgeven zeer gewaar-deerd wordt door de deelnemers.

Rake klappen door Bas!Joyce Vorstenbosch

Toen nog eerstejaars student Bas Vorstenbosch stond eerder dit jaar in de BEnT BekEnT nieuwsbrief om zijn verhaal te vertellen over kickboksen. Nu, een half jaar later, geeft zijn zus ons een update over zijn prestaties.

Op donderdag 17 september is Bas Vorstenbosch, student Technische Be-drijfskunde afgereisd naar Erdemli Mersin (Turkije). Hier had hij namelijk de hoofd-partij van een belangrijk en respectvol thaiboks-gala. Na een korte nacht was het vrijdagmiddag tijd voor de weging. Bas woog netjes 95 kilo en ontmoette zijn tegenstander Mehmet Özer. Na wat gezel-lige uren aan het strand, zwembad en de boulevard brak de nacht weer aan.

Zaterdag 19 september was het fight-day. In een volle bus vertrokken Bas, zijn trainer en verzorgers naar de stad waar het thaiboks-gala die avond zou plaatsvinden.

Het gala was door de gemeente gesponsord ter ere aan de gevallen Turkse strijders en vond plaats enkele meters van het strand.

Aan het eind van de avond was het de beurt aan Bas en zijn tegenstander. In de eerste ronde stond Bas duidelijk voor op punten door zijn tegenstander twee keer een rake klap uit te delen. Na een korte ver-zorging was het tijd voor de tweede ronde van de kickbokspartij. Al snel was de tegen-stander van Bas aangeslagen door de raken trappen die hij uitdeelde. De scheidsrechter besloot daarom de partij te stoppen en de winst aan Bas te geven.

Na afloop van de partij kwamen er vele toeschouwers de ring in om samen met Bas op de foto te gaan. Dit vond hij een hele eer en mede hierdoor werd zijn reis naar Turkije een fantastische ervaring.

Fotocredits: www.nudge.nl.

Foto: Op TV kan de Turkse bevolking meegenieten van de overwinning van de TB-student.

Fontys Bedrijfsmanagement MKB is dit studiejaar gestart

met lessen toegepaste ICT voor de eerstejaars-studenten.

Deze toekomstige managers krijgen een uitgebreid en

gevarieerd ICT-programma in het curriculum zodat ze in

de toekomst ondernemers en directie van MKB-bedrijven

adequaat kunnen ondersteunen bij ICT vraagstukken.

Wie ben jij als leraar? En wie of hoe zou je graag willen zijn of worden? Dit thema staat centraal in het proefschrift van Kara Vloet: ‘Professionele identiteitsontwikke-ling van leraren als dialogisch proces. Een narratieve studie in een masteropleiding in speciale onderwijszorg en loopbaanbe-geleiding van leerlingen‘. Op maandag 21 september 2015 verdedigde zij haar proef- schrift. Promotors waren prof. dr. Wiel Veugelers en copromotor dr. Gaby Jacobs, beiden verbonden aan de Universiteit voor Humanistiek. Kara Vloet werd in deze studie bijgestaan door een expert-groep, die bestond uit Mieke Wijdeveld, Hubert Hermans en Rubert Spijkerman.

Om als volwaardig burger te participeren in de samenleving hebben (alle) leerlingen in het vo en mbo intensieve begeleiding nodig in hun persoonlijke ontwikkeling en in hun loopbaan. Dat geldt zeker voor leerlingen met een beperking. Van le-raren in het regulier onderwijs wordt niet alleen verwacht dat zij competent zijn – of worden – in het omgaan met verschillen tussen leerlingen met of zonder beper-king, maar ook in hun talentontwikkeling. Het werk van leraren wordt hierdoor steeds complexer en omvat nieuwe pedagogische rollen zoals het ‘op maat’ begeleiden van leerlingen. Dat raakt leraren in hun pro-fessionele identiteit; met componenten als beroepsmotivatie, taakopvatting en zelfbeeld. Het gaat om de vragen die elke leraar zich (weleens) stelt: Wie ben ik als leraar? Wat voor soort leraar wil ik zijn of worden?

In deze promotiestudie staat de vraag centraal hoe de professionele identi- teitsontwikkeling van ervaren leraren vorm krijgt in een opleidingspraktijk voor speci-ale onderwijszorg. Doel van het onderzoek was zicht te krijgen op de professionele identiteitsontwikkeling van deze ervaren leraren uit het regulier onderwijs. Bij aan-vang van deze studie was dit onderwerp nog nauwelijks onderzocht. De hoofdvraag ‘Op welke wijze ontwikkelen ervaren le-raren hun professionele identiteit binnen een opleiding in speciale onderwijszorg en loopbaanbegeleiding van leerlingen?‘ werd uiteengelegd in twee deelvragen:

1. Wat is de professionele identiteit van ervaren leraren en in welke componenten kan deze uiteengelegd worden?

2. Op welke wijze ontwikkelen ervaren

leraren hun professionele identiteit als ver-haal en waarin manifesteert zich dat?

In deze studie werden twintig leraren uit het regulier vo en mbo gevolgd in de ontwikkeling in hun professionele iden-titeit; uiteengelegd in componenten als beroepsmotivatie, taakopvatting en zelf-beeld. Zij professionaliseerden zich in onderwijszorg en loopbaanbegeleiding van leerlingen in een Masteropleiding Special Educational Needs, enkele jaren vóórdat passend onderwijs werd inge- voerd, om een innovator begeleidingsex-pert in hun school te worden. Hun identi-teit - zowel qua inhoud als beleving – werd in beeld gebracht met een speciaal ontwik-keld zelfonderzoek. Naast de gangbare ont-lokkers werd het zelfonderzoek uitgebreid met ontlokkers die gebaseerd waren op het gedachtengoed van Kelchtermans (1994). Deze uitbreiding is gebaseerd op de vijf componenten die de professionele iden-titeit volgens Kelchtermans weergeven. Dit

PROEFSCHRIFT: PROFESSIONELE IDENTITEITSONTWIKKELING VAN LERAREN ALS DIALOGISCH PROCESKara Vloet

zijn de vijf componenten, elk toegelicht met een voorbeeld van een ontlokker.

- het zelfbeeld (ontlokker: Hoe zie je jezelf als schooldecaan?)

- het zelfwaardegevoel (ontlokker: Hoe denken je collega’s over je, volgens jou zelf? Geef een voorbeeld waar dit uit blijkt.);

- de taakopvatting (ontlokker: Wat vind je zelf belangrijk in de wijze waarop jij je taak uitoefent als schooldecaan?);

- de beroepsmotivatie (ontlokker: Waar geniet je in het bijzonder van in je werk als schooldecaan?);

- het toekomstperspectief (ontlokker: Hoe zie je jezelf over 1 a 2 jaar als schoolde-caan?).

In drie zelfonderzoeken verspreid over vier jaar, reflecteerden deze leraren op betekenisvolle ervaringen uit hun onder-wijspraktijk, opleiding en (levens)loopbaan. Hierdoor werden hun beroepsmotivatie, taakopvatting en zelfbeeld verhelderd. Het eerste zelfonderzoek vond tijdens de mas-teropleiding plaats, het tweede na afloop ervan en het derde twee jaar later. Er werd vooral ingezoomd op onderliggende emo-tionele patronen, die invloed hadden op hun professionele identiteit. Daardoor kon Kara Vloet niet alleen de beroepsmotivatie, taakopvatting en zelfbeeld verhelderen in hun professionele identiteit, maar ook hoe de leraren zichzelf en hun taak in verschil-lende rollen beleven.

De meeste leraren die in dit onderzoek participeren zien na één jaar opleiding het begeleiden van leerlingen als kern van hun taak. Betrokkenheid bij leerlingen vormt voor de meeste leraren in deze studie de belangrijkste motivatie en inspiratie voor hun nieuwe begeleidingstaak en het volgen van een opleiding in het verlengde daarvan. Begeleidingsconcepten vanuit de opleiding, gestoeld op de positieve psy-chologie, zelfsturing en eigenaarschap van leerlingen, komen echter in een spannings-volle relatie te staan met - veelal biografisch gevormde - motieven, taakopvatting en zelfbeeld van deze leraren. Een narratieve thematische analyse toonde vervolgens drie dominante thema’s in de ontwikkeling van deze leraren:

‘Tussen zorg en ontwikkeling’ in het begeleiden van leerlingen: Leraren willen graag leerlingen helpen in problemen of in loopbaankeuzes. Het gevaar dreigt dan om het heft van de leerling uit handen te nemen, waardoor de leerling achterover leunt en niet aan zijn ontwikkeling werkt.

‘Tussen erkenning en autonomie’ in de context van hun beroepspraktijk: Worden de leraren erkend of juist miskend als expert in begeleiding in hun school? En hoe gaan zij daar vervolgens mee om?

‘Tussen levensthema en maatschappe-lijke positionering’ in hun eigen levensloop-baan; Ervaringen van leraren uit hun eigen biografie –bijvoorbeeld of zij van huis uit werden gestimuleerd in hun loopbaan als arbeiderskind of als meisje- blijven van

belang in hun motivatie en missie om leer-lingen te begeleiden.

Leraren ontwikkelen hun professionele identiteit daarbij in een continu proces van interne en externe dialogen. Een interne dialoog vindt plaats tussen verschillende professionele rollen binnen henzelf zoals een ‘leerlingbegeleider’, een ‘begeleidings-expert’ en vernieuwer binnen de school worden. Een externe dialoog is er met anderen en tussen hun posities thuis, op school en in de studie. Het is hard werken om deze verschillende posities in harmonie te krijgen en dat lukt niet altijd. Voor de leraren in deze studie betekent dit ener-zijds verandering in hun positionering, bijvoorbeeld van een ‘redder’ van leerlin-gen een coach worden. Naast verandering is er ook continuïteit; zij willen uitdaging in hun loopbaan, maar die ligt op het terrein waar zij altijd al sterk in waren: namelijk in betrokkenheid bij anderen. Een nieuwe positie daarin innemen kost tijd en moeite.

Juist afstemming en balans vinden tussen diverse ik-posities en bijbehorende emoties vormt de professionele identit-eit van de leraar. De diverse posities als begeleider, begeleidingsexpert en innova-tor maken dit tot een complex beroep. Dat beroep wordt alleen nog maar complexer in de toekomst: leraren zullen steeds meer verschillende rollen vervullen en zichzelf daarin moeten profileren en positioneren. Niet alleen vanuit een diversiteit aan rollen als zorgcoördinator, ambulant begeleider, leerlingbegeleider en loopbaanbegeleider moeten leraren dan ‘op maat’ zorg bieden aan leerlingen én stimuleren dat zij hun talenten ontwikkelen. Dat geldt voor elke leraar die altijd ook begeleider is. In het kader van inclusief en passend onderwijs ontmoeten zij een steeds groter wordende diversiteit aan leerlingen, die hen voor de vraag stelt hoe om te gaan met ‘de ander’ en ‘het andere’. Dit om leerlingen te begeleiden in hun sociaal emotionele ontwikkeling en loopbaan naar een partici-patie in de samenleving. Kritische bewust-wording van een diversiteit aan posities die

de leraar bekleedt is dan cruciaal. Leraren zijn daarin niet alleen kwetsbaar maar ook krachtig. Zij tonen zich strijdbaar voor goede leerlingbegeleiding in hun school en sturen daarnaast ook actief in hun eigen leven en loopbaan.

Het proefschrift biedt een theoretisch model en geeft inzicht hoe de ZelfKon-frontatieMethode (ZKM) kan bijdragen aan de professionele identiteitsontwik-keling, zowel cognitief als qua beleving. Deze meerstemmigheid in hun identiteit kan harmonieus verlopen maar ook met (innerlijke) conflicten gepaard gaan. Juist de ZKM maakt deze ontwikkeling in hun professionele identiteit bewust. Het bewust worden van wie je bent als leraar of docent en wie je graag zou willen zijn of worden - je motivatie, taakopvatting en zelfbeeld - is dan een eerste stap in professionalisering van leraren en docenten richting inclusief onderwijs. Lerarenopleidingen zouden daar een positieve bijdrage aan kunnen leveren. Juist door het bewust worden van de dialoog tussen de verschillende interne en externe posities maakt dat de leerkracht steviger in zijn vak staat en kan hij meer zijn eigen toekomst vormgeven.

Interesse? De promotiestudie van Kara werd uitge-

voerd in de Masteropleiding Speciale Edu-cational Needs bij het Fontys Opleidings-centrum Speciale Onderwijszorg, waar zij lang werkzaam was.

Interesse voor het proefschrift? Neem contact op met Kara Vloet: c.vloet@fontys.nl

De handelsversie van het proefschrift is verkrijgbaar bij Uitgeverij Garant à 34,90; ISBN: 978-90-441-3298-4. Titel: Vloet, K. (2015). Professionele identiteitsontwikke-ling van leraren als dialogisch proces. Een narratieve studie in een masteropleiding in speciale onderwijszorg en loopbaan-begeleiding van leerlingen. Antwerpen/Apeldoorn: Garant.

4 BLA BLA BLA Exero 01, 5555

4

Exero 01, 5555 BLA BLA BLA 5

5

Boudewijn Janssen

Graag wil ik me voorstellen als nieuwe col-lega/docent. Ik ben Boudewijn Janssen en op 24 augustus begonnen als docent Bedrijfs-economie bij de opleiding BMKB. Hiervoor heb ik gewerkt bij de Universiteit Maastricht, Katholieke Universiteit Leuven en de Open Universiteit. Bij de Universiteit Maastricht heb ik Bedrijfseconomie gestudeerd, waarna ik er als docent ben gaan werken bij de vakgroep verslaggeving aan de faculteit Bedrijfsecono-mie. Later ben ik ook wetenschappelijk onder-zoek gaan doen en aan een promotietraject begonnen. Mijn promotie-onderzoek was op het vakgebied ‘tax accounting’, op de raakvlakken van externe verslaggeving en vennootschapsbelasting. Daarbij heb ik o.a. onderzoek gedaan naar belastingontwij-king door bedrijven. Na de afronding van mijn promotietraject in 2003, ben ik gaan werken bij de vakgroep belastingrecht van de faculteit Rechtsgeleerdheid van dezelfde universiteit. In 2005 heb ik de overstap gemaakt naar de Open Universiteit in Heerlen. Daar ben ik met name actief geweest op het vakgebied verslaggeving bij het bachelor- en masteronderwijs. Ook heb ik diverse nieuwe cursussen en nieuwe opleidingen mogen opzetten.

In mijn vrije tijd ben ik mantelzorger voor mijn gehandicapte broer. Daarnaast ben ik vrij breed geïnteresseerd. Zo ben ik vrijwilliger bij verschillende organisaties, waaronder Amnesty International, de lokale cultuurhistorische vereniging Graaf d’Arberg en Dorpsplatform Elsloo. Een gedachtenuitwisseling over deze of andere onderwerpen wordt door mij zeer op prijs gesteld.

JIJ MAG HET VERTELLEN: EVEN VOORSTELLEN...

Van 14 tot en met 18 september heeft de EAIE (European Association for Interna-tional Education) conferentie in Glasgow plaatsgevonden. Dit event staat in het teken van versterking van de internatio-nale oriëntatie van kennisinstellingen en de bereidheid om grensoverschrijdend actief te zijn.

Op basis van de laatste informatie die op de site van de EAIE kenbaar is gemaakt, waren er meer dan 5050 mensen aanwezig namens kennisinstellingen afkomstig uit 90 landen. Deze kerncijfers geven aan dat hogescholen en universiteiten wereld-wijd internationalisering als speerpunt gedefinieerd hebben en de focus leggen op bilaterale samenwerking.

Namens Fontys waren er 22 medewerk-ers (!) afgereisd naar dit event. Fontys Venlo, dienst O&O, Fontys Verpleegkunde, Fontys ACI waren van de partij, om maar een aantal ‘Fontys schools’ en afdelingen te noemen, naast onze aanwezigheid voor de pilaar ‘Business Management, Education and Technology’.

Met een volgeboekte agenda (1 op 1 meetings en deelname aan interessante sessies) reisden we af naar Glasgow. Doel was om netwerk gesprekken te voeren

met potentiële partners om toekomstige samenwerking van de grond te krijgen.

Samenvattend kunnen we de volgende bevindingen uitspreken:

- Meer dan 40 1 op 1 meetings gehad met potentiële leads

- Gesprekspartners kwamen over het algemeen uit Noorwegen, Zweden, Den-emarken, Frankrijk, Spanje, Turkije, Zuid Afrika, Verenigde Arabische Emiraten, India, Zuid Korea, Quatar.

Type leads komen in aanmerking voor samenwerking op het gebied van:

1. Exchange programs (Uitwisseling van studenten voor het volgen van buiten-landse minorprogramma’s.)

2. Internships (Mogelijkheden voor het uitvoeren van een buitenlandstage.)

3. Staff mobility (Het uitwisselen van docenten op elkaars locatie voor speci-fieke vakgebieden waar de afzonderlijke kennisinstellingen hun meerwaarde en netwerken kunnen inbrengen.)

4. Research (Het uitvoeren van onder-zoek op specifieke bedrijfskundige ter-reinen.)

5. Acquisition (Werving van studenten voor een internationaal programma als IE&M binnen Technische Bedrijfskunde.)

Specifiek vanuit het Europese netwerk (Scandinavië maar ook Turkije) is opge-merkt dat de gesprekspartners veel buiten-

landminors ‘op voorraad hebben’, waar onze studenten aan deel kunnen nemen.

Al met al heeft dit congres een erg vrucht-bare indruk op ons gemaakt aangaande toekomstige opvolging. ‘Het buitenland’ staat te springen op samenwerking, Neder-land staat omschreven als sterk kennisland, maar studenten zullen enkel deze kant opkomen als we de gevraagde program-ma’s kunnen aanbieden. Anderzijds zullen potentiële partners ook daadwerkelijk samenwerken als er ‘benefits’ zijn voor beide kanten. Een hoop stof om over na te denken en om een duidelijke strategie op te bouwen. Wil je hier over meedenken of heb je zelf inzichten die je met ons wil delen? Neem contact met ons op, we zijn benieuwd naar jullie ideeën!

EAIE in Glasgow biedt kansen en inzichten voor internationalisering FH BEnTMohammed Channouf en Kim Snellink

Hebben jullie zin om lekker op wintersport te gaan tussen de lange schooldagen door en daarbij ook nog gezellig met een hele groep medestudenten te après-skiën? Zorg er dan voor dat je bij de gezelligste schoolreis van dit jaar bent!

Na het succes van twee jaar geleden en de volgeboekte wintersport van vorig jaar gaan

we er ook dit jaar weer een geweldige wintersportvakantie van maken. Ook dit jaar zullen we weer naar het prachtige Avoriaz (Frankrijk) gaan. We vertrekken op donderdagavond 7 januari en zullen 11 januari in de ochtend weer in Nederland zijn.

Voor 295 euro is (bijna) het hele pakket compleet: vervoer, appartement, skipas en

halfpension. Alleen de eventuele ski- snowboard verhuur zal voor eigen rekening zijn. Avoriaz is met 650 kilometer piste en 200 skiliften die je naar alle uithoeken van het

gebied brengen, een van de grootste skigebieden ter wereld. Er zijn, voor de beginnende skiërs 318 kilometer piste en voor de ervaren skiërs is er 267 kilometer gevorderde piste en 65 kilometer aan zwarte piste. Verder zijn er 9 snowparks voor de adrenaline junks waaronder het Stash park van Burton.

In de avond gaan we naar een van de gezellige kroegen van Avoriaz waarna de Diehards om 2 uur nog naar de club kunnen om tot in de vroege uurtjes door te feesten.

Ben je te brak om te skiën of wil je lekker even ontspannen na een lange dag op de piste, dan kun je altijd nog even dobberen in het tropische zwembad dat lager in het dorp ligt.

Lijkt het jou leuk om mee te gaan op de leukste studiereis van het jaar, meld je dan snel aan want VOL = VOL! Je kunt je aanmelden door een mailtje te sturen met daarin je naam, emailadres, telefoonnummer en studentnummer op skireisbgt@gmail.com. Aanmelden kan tot en met 22 november. Ook voor vragen over de wintersport kun je altijd mailen.

Sneeuwpret in Frankrijk: ga je mee?De Skireiscommissie

Skigebied bij Avoriaz, Frankrijk

6 BLA BLA BLA Exero 01, 5555

6

The Museum of Modern Art of Industrial Engineering & Management: Cultuurdouche TB/IE&M jaar 1 Beeldverslag

» Meer foto’s zijn te vinden op Facebook!

Exero 01, 5555 BLA BLA BLA 7

Pung Marnickam, student Technische Bedrijfskunde, heeft eind 2014 voor zijn vrije studiepunten een interessante en nut-tige opdracht uitgevoerd voor een lande-lijke politieke partij als voorbereiding op de Statenverkiezingen in maart 2015.

De aanleiding daarvoor was een uitspraak van de nieuwe voorzitter van het MKB Nederland die bij de vorige verkiezin-gen heeft gezegd dat het partijprogramma van de Socialistische Partij (SP) het beste de belangen van het MKB behartigt. Dat was voor veel mensen een verrassing, omdat vaak het beeld wordt geschetst dat de SP vooral opkomt voor de gewone arbeider en altijd hamert op goede sociale wetgev-ing en sociale verzekeringen en daardoor minder oog heeft voor de belangen van de werkgever.

In 2010 heeft Tweede Kamerlid Sharon Gesthuizen (SP) het programmaboekje gepresenteerd ‘Hart voor de zaak’ om allereerst het grote belang van het MKB duidelijk te maken voor de economie en de werkgelegenheid. Daarnaast was het bedoeld voor het MKB in het algemeen te

ondersteunen door middel van passende overheidswetgeving.

Aangezien we nu vier jaar verder zijn en veel wetgeving door het huidige en vorige kabinet is gewijzigd, was het nodig om een update te maken. Pung is gevraagd om de recente wetten voor het MKB te beschri-jven en te analyseren en recente cijfers te achterhalen van de ontwikkelingen in het MKB. Waar zit de groei en krimp, in welke sectoren? Via het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), het ministerie van Economische Zaken (EZ), het Economisch Instituut Midden-en Kleinbedrijf (EIM) en publicaties als Cijfers & Trends van de Rabo-bank werd deze informatie verzameld.

Overheidsregels gelden voor heel veel verschillende aspecten van bedrijfsvoering. Uiteraard kent iedereen belastingwetge-ving zoals BTW, vennootschaps- of winst-belasting. Daarnaast heb je ook sociale, arbo- en milieuwetten. Anderzijds zijn er ook heel veel eenmanszaken die al of niet als ZZP-er bekend staan. Meestal denk je bij het MKB aan een juridische besloten vennootschapsvorm. Er zijn echter ook

andere vormen als vennootschap onder firma, commanditaire vennootschap en coöperatieve vereniging.

Pung heeft daarmee laten zien dat bedrijfskundige kennis en aanpak ook maatschappelijk en politiek zeer relevant kunnen zijn. De opdrachtgever was tevre-den en kan de resultaten gebruiken voor het bijstellen van het SP-beleid voor het MKB in de toekomst.

Bedrijfskunde ook politiek relevantIr. Ruud Thelosen

Foto: Overleg tussen opdrachtgever Van Son en Pung.

Foto: Pung wordt ontvangen door SP- Afdelingssecretaris Mick van Son.

7

In het kader van de Brancheweek ‘Trans-port en Logistiek’ werd door studenten van BMKB (Tilburg en Eindhoven) een bezoek gebracht aan de Maasvlakte bij Rotterdam. De studenten, alsmede hun begeleiders Berry Cuppen, Raymond Burgers, Sander van den Dungen, Theo Verbeek en Frans van de Camp, moesten vroeg uit de veren, want om 8.00 uur zouden de beide bussen vanuit Tilburg vertrekken. De wekkers van de meesten gingen die dag dan ook af rond 6.00 uur, bij sommigen zelfs nog vroeger.

De reis verliep nagenoeg filevrij en nadat Rob de Heij, een van de voorlichters, in Rot-terdam was opgehaald werd koers gezet naar de Maasvlakten 1 en 2. Vanuit zijn lange ervaring op logistiek gebied, waar-van ruim 30 jaar bij container overslag bedrijf ECT, kon Rob veel vertellen over het reilen en zeilen in de haven, hetgeen vergezeld ging met de nodige humor. ECT is overigens inmiddels in Chinese handen.

De gigantische schepen, die soms wel 14.000 containers vervoeren, worden in rap tempo vrijwel volledig automatisch gelost en dat is ook nodig want elk dagdeel vertraging kost vele tienduizenden euro’s aan havengeld. Het is dus zaak elk schip zo snel mogelijk af te handelen. Momenteel staan er schepen op stapel die tot 23.000 containers kunnen vervoeren. Slechts weinig havens ter wereld kunnen derge-lijke schepen aan, maar Rotterdam is er wel op berekend. De enorme kranen waarmee de containers worden geladen en gelost behoren tot de grootste hijsinstallaties ter wereld en komen grotendeels uit China en Taiwan.

De overslag van containers is werkelijk een indrukwekkend logistiek hoogstandje waarbij de modernste technieken worden toegepast. De processen vinden nagenoeg volledig computergestuurd plaats, in enkele gevallen is er nog controle door de mens nodig. Voor de werkgelegenheid is de uitbreiding van de Maasvlakte dan ook

EXCURSIE BEDRIJFSMANAGEMENT MKB NAAR MAASVLAKTEFrans van de Camp

nauwelijks van belang, er werken relatief erg weinig mensen.

Het transport over de kade geschiedt volledig automatisch met zelfsturende platte vrachtauto’s zonder cabine, welke met dieselmotoren zijn uitgerust. Inmid-dels wordt gefaseerd overgegaan op hybride voertuigen. Botsingen zijn uitge-sloten, de aansturing geschiedt met trans-ponders en het is een fascinerend gezicht om deze, door VDL geproduceerde, voer-tuigen, zonder bestuurder, automatisch naar de gewenste plek te zien manoeu-vreren. Als de brandstof op dreigt te raken rijden deze wagens op eigen gelegenheid naar het pompstation om automatisch bij te tanken, zonder pompbediende.

Na een rondtocht door het uitgestrek-te gebied van Maasvlakte 1, waar veel internationaal opererende bedrijven hun opslag hebben en van waaruit zijn hun distributie organiseren, werd gepauzeerd bij Future Land. In dit bezoekerscentrum werden de studenten geïnformeerd over

de bouw van de Maasvlakte en de fasen waarin e.e.a. gerealiseerd werd en nog zal worden, want uitbreidingsplannen zijn er ook voor de nabije toekomst.

“Als de brandstof op dreigt te raken rijden deze wagens op eigen gelegen-

heid naar het pompstation om automatisch bij te

tanken, zonder pompbe-diende.”

Het weer zag er dreigend uit toen ieder-een aan boord ging voor de excursie te water en inderdaad begon het stevig te regenen. Gelukkig was de capaciteit van de boot ruim voldoende zodat iedereen binnen kon zitten. Na korte tijd werd het

droog en verscheen de zon, zodat ook op het bovendek van de tocht genoten kon worden. De gids gaf intussen informatie over de havens. Onderweg kon aan boord worden geluncht, er was gezorgd voor een broodje kroket en dat liet iedereen zich goed smaken.

Tijdens de tocht kon de Pioneering Spirit bewonderd worden (zie foto hierboven), een schip dat gebruikt wordt voor de (ver-)plaatsing van booreilanden op zee. Dit is het grootste schip in zijn soort ter wereld en de bouw heeft ruim 2 miljard euro gekost.

Na deze informatieve en plezierige boot-tocht werd de bus weer bestegen om de terugreis te aanvaarden, waarbij werd aangelegd bij de ‘Ballentent’ in Rotterdam. Al met al kunnen we terugkijken op een uiterst geslaagde trip.

Foto: Teneinde de laadcapaciteit zoveel mogelijk te benutten staan de containers hoog opgestapeld op het dek. Een dergelijk schip kan wel 14.000 containers vervoeren.

Foto: De ‘Pioneering Spirit’.

Ontwerper Roosegaarde heeft ondanks zijn nog jeugdige leeftijd van 35 jaar inmid-dels al meerdere prestigieuze prijzen ont-vangen. Zo heeft hij al twee keer de Dutch Design Award gewonnen (in 2006 en 2012). In 2013 won hij ook de TIM-award vanwege zijn rol als inspirator. TIM staat voor The Innovation Manager. In hetzelfde jaar won hij de INDEX: Award voor zijn ontwerp van een Smart Highway dat samen met bouw-onderneming Heijmans ook gerealiseerd gaat worden in Brabant (in de buurt van Oss). Verder is hij ook genomineerd ge-weest voor de World Technology Award, een belangrijke technologie- en innova-tieprijs. Roosegaarde studeerde cum laude af aan de Academie voor de Kunsten in Enschede en daarna aan het Berlage Insti-tuut in Rotterdam. In 2006 is hij samen met vakgenoten begonnen met het bedrijf Studio Roosengaarde dat inmiddels een vestiging heeft in Waddinxveen en Shang-hai.

Daan streeft naar een verbinding tussen mens en technologie, een soort spontane interactie. Dat blijkt uit zijn ontwerp Dune, dat een glasvezel–korenveld is, dat ver-kleurt bij aanraking door de mens. Bekend is ook zijn ontwerp van een sustainable dance floor in een discotheek. De vloer is zodanig ontworpen dat de totale bewe-gingen van de dansers energie opwekken. De stelling van Roosegaarde is dat techno-logie de dingen mooier en leuker kunnen maken. Een ander voorbeeld is het ont-werp van een avondjurk Intimacy 2.0, die transparanter en doorschijnender wordt wanneer de hartslag van de draagster hoger wordt. Zijn nieuwste bijdrage zijn ‘Marbles’, voorwerpen die licht geven en van kleur veranderen naarmate ze meer aangeraakt worden.

Roosegaarde laat zich vooral ook inspi-reren door Biomimicry, die de evolutie in de natuur gebruikt als uitgangspunt. In het programma Zomergasten, de 6e en laatste aflevering van seizoen 2013, liet hij stukjes uit natuurfilms zien. Eén clip ging over kleurige, lichtgevende diepzeekwal-len. Een ander stukje uit de film ‘Ameisen’ liet een ondergrondse mierenburcht zien met een gangenstelsel dat op een natuur- lijke manier een luchtkoelingssysteem heeft gerealiseerd. Miljoenen mieren samen hebben dit complexe en intelligente

ONTWERPER DAAN ROOSEGAARDEN EN BIOMIMICRYIr. Ruud Thelosen

ontwerp gerealiseerd, waarbij je je kunt afvragen hoe de complexe communicatie hierover verloopt?

Bij biomimicry bestaat de overtuiging dat de natuur voor alle problemen al een oplossing heeft ontwikkeld tijdens de miljoenen jaren van evolutie. Bovendien gebeurt dat ook nog onder ‘natuurlijke’ (en dus veilige) omstandigheden wat tem-peratuur en druk betreft. We hebben de chemie met extreme hoge druk of hoge temperaturen dus helemaal niet nodig. Het woord biomimicry is samenvoeging van de woorden bios (= leven) en mimesis (=imiteren). Biomimicry is een wetenschap die kijkt hoe de natuur problemen heeft opgelost. Dieren, planten, schimmels en microben zijn het gevolg van miljarden jaren evolutie en dus is het ‘ontwerp’ steeds verder geperfectioneerd.

Biomimicry heeft daarom de toekomst! Enkele voorbeelden van het nabootsen van de beste natuurlijke oplossingen zijn:

- De huid van haaien als ontwerp voor een extra glad zwempak;

- De vorm van de walvisstaart als inspi-ratie voor de propellers van windturbines;

- Een verf, die niet nat en niet vies wordt, geïnspireerd door de bloem van de lotus;

- De binnenkant van een oesterschelp die spiegelglad is en dient als idee voor autoverf waar vuil zich niet aan hecht.

Roosegaarde is een verfrissende visio-nair die gedreven aan de slag wil met zijn ontwerpen en de huidige crisis vooral als een uitdaging ziet. Eén van zijn nieuwste projecten is een innovatief, interactief fietspad in Eindhoven dat hij samen met bouwbedrijf Heijmans heeft gerealiseerd in 2014. In het 600 meter lange wegdek zijn glinsterende steentjes aangebracht die overdag zonlicht opladen en ‘s avonds weer afgeven. Door de oplichtende steentjes worden patronen zichtbaar in het wegdek en dat levert een soort impressionistisch beeld op dat ook een soort verwijzing is naar Vincent van Gogh. Het pad ligt na-melijk tussen de Opwettense watermolen en de Collse watermolen en loopt daar-mee door Nuenen, waar Vincent van Gogh

tussen 1883 en 1885 gewoond en gewerkt heeft. Van Gogh heeft deze watermolens op het schilderdoek vastgelegd en van-daar dat het fietspad ook wel de Van Gogh fietsroute genoemd wordt. In oktober van 2014 is men met de aanleg begonnen nadat het benodigde geld bij elkaar was gebracht, dankzij steun van de provincie Noord-Brabant en de gemeente Eindhoven.

Een ander nieuw project dat een grote milieutechnische en maatschappelijke impact kan gaan hebben wordt uitgerold in China. De luchtkwaliteit en met name de smog in steden is daar al jaren een groot probleem. Samen met ENS Europe en dr. Ursen, de fijnstofexpert van de TU-Delft, ontwierp Daan een ‘Smogstofzuiger’ waarmee de luchtvervuiling in een aantal parken in Beijing wordt ‘opgezogen’. Het opgezogen teerachtige goedje wordt niet als afval weggegooid, maar hergebruikt in sieraden. Daan en zijn team hebben al de bijnaam ‘Dutch Smogbusters’ gekregen. Ze hopen op die manier de parken smogvrij te maken.

Andere plannetjes had Daan op de plank liggen zoals voor het Centraal Station in Amsterdam, waar nu op gezette, vaste tijden een kunstmatige regenboog is te zien tegen de voorkant van het dak. Verder werkt hij samen met een universiteit aan lichtgevende planten.

Roosegaarde heeft inmiddels internatio-nale bekendheid gekregen nadat de New York Times hem uitriep tot “hippie met een businessplan”. Hij kreeg zelfs de vraag van de koning van Jordanië om een ener-gieneutrale stad te ontwerpen en is hij ook

betrokken bij projecten in India. Hij heeft ook grootste plannen met de Afsluitdijk die hij eind april ’15 heeft gepresenteerd.

Daan weet kunst en techniek te combi-neren tot maatschappelijk, nuttige projec-ten. Vanwege zijn vernieuwingsdrift was hij ook te gast in het Fontys Denk Groter debat op 20 april 2015 in het Parktheater te Eindhoven. In een soort van College Tour programma konden studenten vragen stel-len en Daan uitdagen.

Een recent tijdelijk project in mei 2015 was een speciale lichtshow op het Museumplein in Amsterdam en kreeg de naam ‘Waterlicht’. In de donkere avond-lucht zien we dan opeens lichtblauwe mysterieuze golven en stralen, die een soort onderwater gevoel oproepen. Zoals Roosegaarde het zelf uitlegt: “Waterlicht laat je ervaren hoe Nederland eruit zou zien zonder waterwerken, een virtuele onder-stroming.”

Daan ziet het als een grote uitdaging om geïnspireerd vanuit de natuur de technolo-gie zodanig in te zetten voor de samenle-ving opdat de wereld mooier wordt. Voor zijn nog jonge leeftijd heeft hij al een indrukwekkende lijst van vernieuwende producten en projecten achter zijn naam staan. Dat is allemaal slechts een opmaat naar groter en meer. Ondanks zijn tengere postuur heeft hij inmiddels een imposante staat van dienst. We zullen nog veel van hem horen, deze moderne Leonardo da Vinci die behalve uitvinder ook kunstenaar is en de natuur als inspiratiebron heeft.

Foto: Daan Roosegaarde

Foto: Van Gogh fietsroute

Foto: Denk Groter Debat, april ‘15

Foto: Museumplein in Amsterdam tijdens ‘Waterlicht’.

Klik hier om het Denk Groter Debat met Daan Roosegaarde

terug te kijken!

8 BLA BLA BLA Exero 01, 5555

8

Exero 01, 5555 BLA BLA BLA 9

Het is alweer een tijdje geleden (op 16 juni jl.) dat het Fontys zaalvoetbaltoernooi plaats vond, maar toch nog een terugblik, omdat het volgens de organisatie en de deelnemende teams een succes was!

Na de inschrijfperiode waren de 10 deelnemende teams bekend. Zo was er één team met leraren, twee teams met deeltijdstudenten en zeven teams met voltijdstudenten van de opleidingen Be-drijfsmanagement MKB, Technische Be-drijfskunde en de PTH. Na de groepsfases, waarin iedereen tegen elkaar speelde in een poule van vijf, speelden de onderste drie van beide poules tegen elkaar en speelden de bovenste twee de kruisfina-les. De finale ging tussen ‘Team Op veld 2 speelt veld 2 tegen veld 2’ en ‘FC BALR’. Na een spannende eindstrijd trok ‘Team Op veld 2 speelt veld 2 tegen veld 2’ aan het kortste eind wat betekende dat FC BALR

(zie foto) de cup met de grote oren mee naar huis mocht nemen.

De pechprijs (een mooi Nijntje knuffeltje) ging naar Sven Westerhof die de rest van de week heeft moeten hinkelen. Na de prijsuitreiking is er door de meeste nog gezellig een drankje gedaan in het Stu-dentensportcentrum waarna iedereen voldaan naar huis ging. Wij als organisatie willen graag de spelers, scheidsrechters en supporters ontzettend bedanken voor het mede mogelijk maken van deze, voor ons, zeer geslaagde middag! En laten we hopen er volgend jaar weer één groot feest van te maken!

FONTYS ZAALVOETBALTOERNOOIRichard Bakker & Steven Koningstein

SAVE THE DATE

> Dutch Design Week: 17 - 15 oktober

> Herfstvakantie: 26 - 30 oktober

> GLOW: 7 - 14 november

> Open dag Eindhoven: 14 november

> Open dag Tilburg: 21 november

> BG Talent Day: 25 november

> Eindejaarsevent: 16 december

> Skireis: 7 - 11 januari ‘16

(Tips? Mail ze naar ons!)

Foto: FC BALR wint de cup op het Fontys Zaalvoetbaltoernooi. Proficiat, heren!

Trots is wat wij (Jordi van de Ven, Peter Biekens & Jochem Goedhals) hebben over gehouden aan de Fontys partnerdag in Glasgow waar wij met het kernteam Fontys Educational Designers een workshop edu-scrum heb verzorgd. Op deze dag, die met een knap stukje storytelling werd geopend door collega Ties Sweyen (HRM & Psycholo-gie), noemden internationale partners ons publiekelijk creatief, professioneel, innova-tief en open minded. Dat is precies wat wij willen zijn. Dat is wat wij willen uitstralen. Daarmee geassocieerd worden maakt ons trots.

Als sociaal wetenschapper ben ik (Jordi van de Ven) geneigd om mijn gevoelens te herkauwen. De dagen na de openbaring van een sterk gevoel vraag ik me af waar het nu precies vandaan komt en hoe het mij verder helpt of juist blokkeert in mijn contact met anderen.

Tijdens inspiratiesessies met collega’s van verschillende instituten in gebouw R1 kwamen wij tot de conclusie in onze ana-

lyse: trots voelen wij ons in aanwezigheid van een sterk contrasterend referentieka-der. Hoe groter het contrast, des te meer trots wij ons voelen. De aanwezigheid en feedback van Ph. D. Angela Yung-Chi Hou (Fu Jen Catholic University, Taiwan) was daarom cruciaal op de Fontys partnerdag in Glasgow. Zij was niet gewend om te werken zoals wij dat vaak doen: experi-menterend met zowel proces als inhoud.

In onze dagelijkse werkomgeving zijn wij omgeven door similar others. In mijn geval (Jordi van de Ven) mensen die sociaal, creatief, innovatief en open minded zijn. Samen bouwen we aan leerzaam interac-tief onderwijs. De wil om te vernieuwen is groot. Ik haal veel energie uit dit proces, maar ik voel me er zelden echt trots dat ik voor Fontys hogescholen werk. Nu ik met Fontys Educational Designers in contact kom met collega’s van andere instituten, uit anderen landen met een totaal andere aanpak voel ik me weer regelmatig trotse

Fontys educational designersJordi van de Ven, Peter Biekens & Jochem Goedhals

werknemer van een organisatie met visie. Lang leven het contrast!

Wanneer voel jij je trots als medewerker van Fontys hogescholen?

Laat het ons weten via mail, www.fed-mindz.nl of @FontysED

Voor een overzicht van onze activiteiten in Glasgow zie:

Glasgow deel 1Glasgow deel 2Glasgow deel 3

Op 28 september jl. bezocht minister Jet Bussemaker de lerarenopleidingen van Fontys. In diverse themabijeenkomsten stonden onderwerpen centraal als maa-tregelen voor de verbetering van de kwalit-eit van opleidingen en de te ondernemen acties voor het vergroten van de belang-stelling voor het leraarschap in het beroep-sonderwijs. Een waardevolle bijeenkomst voor onze technische lerarenopleiding en het FEC. Onze directeur, teamleidster PTH, en enkele docenten, alumni en studenten waren erbij om vanuit de PTH hun bijdrage te kunnen leveren aan verschillende dis-cussies.

Minister Bussemaker op bezoek

9

10 BLA BLA BLA Exero 01, 5555

Deze nieuwsbrief is uitgegeven door Petra Biesheuvel en Kim Snellink. Heb jij nieuws voor de volgende nieuwsbrief (uitgave 8, januari 2016)? Mail dan naar p.biesheuvel@fontys.nl en/of k.snellink@fontys.nl of kom langs in lokaal 0.43, R1, Eindhoven).