Beknopte Inhoudstafel · 2019-09-04 · Deel I. De strafwet 79 Deel II. Het misdrijf 185 Deel III....

v

Beknopte Inhoudstafel

Boek 1 1Titel 1. Algemene Inleiding 3

Titel 2. Materieel Strafrecht 77Deel I. De strafwet 79Deel II. Het misdrijf 185Deel III. De strafrechtelijke verantwoordelijkheid 299Deel IV. Strafbare poging en strafbare deelneming 355Deel V. De sanctie 403

Boek 2 587Titel 3. Algemene beginselen strafprocesrecht 589

Titel 4. Strafprocesrecht 707Deel I. De rechten van de verdediging in strafzaken 709Deel II. De vorderingen die uit het misdrijf voortvloeien 799Deel III. Het vooronderzoek in strafzaken 927Deel IV. Het onderzoek ter terechtzitting 1283

Strafrecht 2019 boek 2.indb 5 9/3/2019 9:20:50 PM

vii

Inhoudstafel

Beknopte bibliografie xxix

Vaak geciteerde wetten xxxv

Boek 2 587Titel 3. Algemene beginselen strafprocesrecht 589

Hoofdstuk 1. Definitie 5911. Begrip 5912. Onderscheid tussen materieel en formeel strafrecht 591

a. personen tot wie de regels gericht zijn 592b. inhoud van deze regels 592c. sanctionering van schendingen 593

3. Doelstellingen van het strafproces 594a. waarheidsvinding 595b. bescherming van de individuele grondrechten 595c. onderlinge afweging van waarheidsvinding en individuele grondrechten 596

Hoofdstuk 2. Accusatoire en inquisitoire rechtspleging 6001. Principe 6002. Praktijk 601

a. common law landen 601b. ‘continentale’ landen 602

3. Strafrechtshervorming in Europa 603Hoofdstuk 3. Verloop van het strafproces 609

1. Vooronderzoek 609a. opsporingsonderzoek en gerechtelijk onderzoek 609b. kenmerken van het vooronderzoek 610

(i) het geheim karakter van het vooronderzoek 611a. draagwijdte 611b. sanctionering 613

(ii) niet-tegensprekelijk karakter en sturing van vooronderzoek 616(iii) het schriftelijk karakter van het vooronderzoek 617

2. Onderzoek ten gronde 617a. openbaarheid van terechtzitting en uitspraak 617b. tegensprekelijk karakter van de procedure 619c. mondeling karakter van de rechtspleging 620

Hoofdstuk 4. Actoren in het strafproces 6221. De verdachte 622

a. situering 622b. de verschillende statuten van verdachte 622c. de advocaat 625

2. Het slachtoffer 626a. situering 626b. de verschillende statuten van ‘slachtoffer’ 627


Inhoudstafel

viii

(i) het slachtoffer in het algemeen 627a. slachtoffervriendelijke bejegening 627b. herstelbemiddeling tussen dader en slachtoffer 628

(ii) de benadeelde persoon 629(iii) de burgerlijke partij 630

c. naar een actio popularis? 6313. De burgerlijk aansprakelijke partij 6324. De (vrijwillig of gedwongen) tussenkomende partij 6335. De politie 634

a. situering 634b. taken van de politie 635

(i) daden van bestuurlijke politie 635(ii) daden van gerechtelijke politie 635

a. omschrijving 635b. officieren van gerechtelijke politie 637c. hulpofficieren van de procureur des Konings 637

c. statuut van de politie 638(i) basisbeginselen 638(ii) de lokale politie 638(iii) de federale politie 639(iv) gespecialiseerde opsporingsdiensten 641

d. toezicht op de politiediensten 642(i) intern toezicht 642(ii) extern toezicht 643

e. internationale politiediensten 644f. staatsveiligheid 645

6. Het openbaar ministerie 646a. situering 646b. taken van het openbaar ministerie 647

a. de leiding van het onderzoek in strafzaken 648b. de uitoefening van de strafvordering 648c. de buitengerechtelijke afhandeling 649d. de bewijsvoering voor de strafgerechten 649e. de tenuitvoerlegging van de straffen 650

c. statuut van het openbaar ministerie 650a. algemeen 650b. de pen is slaaf, het woord is vrij 651c. het openbaar ministerie is één en ondeelbaar 652

d. overzicht 653a. de procureur-generaal bij het hof van beroep 653b. de procureur des Konings 654c. de federale procureur 658

e. toezicht op het openbaar ministerie 659(i) intern toezicht 659(ii) extern toezicht 660

f. het corpus juris: naar een Europees parket? 6607. De onderzoeksrechter 661

a. situering 661(i) de onderzoeksrechter 661(ii) de rechter van het onderzoek 663


Inhoudstafel

ix

b. taken van de onderzoeksrechter 665c. statuut van de onderzoeksrechter 666d. toezicht op de onderzoeksrechter 667

(i) intern toezicht 667(ii) extern toezicht 667

8. De onderzoeksgerechten 668a. situering 668b. de raadkamer 669

(i) controle op vrijheidsberovende en -beperkende maatregelen 669a. controle op de voorlopige hechtenis 669b. de inobservatiestelling en internering van geestesgestoor-de delinquenten 669

(ii) de regeling der rechtspleging 670(iii) de uitvoerbaarverklaring van buitenlandse aanhoudingsbevelen 670

c. de kamer van inbeschuldigingstelling 671(i) de inbeschuldigingstelling 671(ii) hoger beroep tegen de beschikkingen van de raadkamer 671(iii) hoger beroep tegen weigeringsbeschikkingen van de onder-zoeksrechter en de procureur des Konings 671(iv) het toezicht op de onderzoeksrechter 672(v) de controle op de regelmatigheid van de procedure 673(vi) de controle op het vertrouwelijk dossier bij observatie, infiltratie en burgerinfiltratie 673(vii) enkele bijzondere bevoegdheden 674

a. eerherstel 674b. advies betreffende uitlevering 674c. ambtshalve vervolgingen 674

9. De vonnisgerechten 674a. taak van de vonnisgerechten 674b. het statuut van rechter 675c. toezicht op rechters 676d. indeling van de vonnisgerechten 677e. samenstelling en bevoegdheid van de vonnisgerechten 678

(i) het Hof van Cassatie 678a. samenstelling 678b. bevoegdheid 679

(ii) het hof van beroep 679a. samenstelling 679b. bevoegdheid 680

(iii) het hof van assisen 681a. samenstelling 681b. bevoegdheid 681c. de jury: behouden of afschaffen? 683

(iv) de correctionele rechtbank 686a. samenstelling 686b. bevoegdheid 687

(v) de politierechtbank 688a. samenstelling 688b. bevoegdheid 688

(vi) de jeugdrechtbank 690


Inhoudstafel

x

a. samenstelling 690b. bevoegdheid 690

(vii) de jeugdkamer van het hof van beroep 691a. samenstelling 691b. bevoegdheid 691

(viii) de kamer van uithandengeving 691a. samenstelling 691b. bevoegdheid 691

10. Strafuitvoeringsrechtbanken 693a. samenstelling 693b. bevoegdheid 694

11. Justitieassistenten en justitiehuizen 69412. Tuchtrechtbanken 696

Hoofdstuk 5. Beleidsorganen in het strafprocesrecht 6971. De minister van Justitie 6982. Het college van procureurs-generaal 6993. De procureur des Konings 7014. De raad van procureurs des Konings 7025. Beheersorganen van justitie 703

a. Federaal beheer van middelen 703b. Lokaal beheer van middelen 704c. Inzet van middelen 704d. Controle 705e. Beleidsvoorstellen 705

Titel 4. Strafprocesrecht 707Deel I. De rechten van de verdediging in strafzaken 709

Hoofdstuk 1. Algemene begrippen 7111. Begrip en oorsprong 7112. Toepassingsgebied rechten van de verdediging in strafzaken 714

a. rechten van de verdediging in strafzaken 714b. het begrip “strafzaak” 714c. de rechten van de verdediging in de verschillende fasen van de

strafrechts pleging 717(i) vooronderzoek 717(ii) strafuitvoering 719(iii) procedure voor penitentiaire commissies en strafuitvoe-ringsrechtbanken 720(iv) procedure voor de raadkamer bij de handhaving van de voorlopige hechtenis 720(v) procedure tenuitvoerlegging Europees aanhoudingsbevel 721

Hoofdstuk 2. Overzicht 7221. Recht op toegang tot de rechter 722

a. betekenis 722b. recht op toegang tot de bevoegde rechter 724c. recht op een onafhankelijk en onpartijdig rechter 725

(i) onafhankelijkheid 725(ii) onpartijdigheid 726

a. subjectieve onpartijdigheid 726b. objectieve onpartijdigheid 727


Inhoudstafel

xi

2. Het recht op een eerlijk proces 732a. de “gelijkheid van wapens” (equality of arms) 732b. recht op een eerlijke bewijsvoering 733c. onmiddellijkheidsbeginsel 736

3. Recht op een openbaar proces 737a. begrip 737b. interne openbaarheid 738c. externe openbaarheid 741

4. Recht op de behandeling van zijn zaak binnen een redelijke termijn 743a. begrip 743b. begin- en eindpunt 744c. criteria ter beoordeling van de redelijkheid van de duur van het proces 745d. sanctie bij overschrijding van de redelijke termijn 747

(i) naar Straatsburgs recht 747(ii) naar Belgisch recht 747

5. Recht niet gedwongen te worden tegen zichzelf te getuigen 749a. principe 749b. toepassingen 752

(i) negatieve conclusies m.b.t. het stilzwijgen van de beklaagde 752(ii) strafbaarstelling van de weigering bepaalde inlichtingen te verstrekken 753

c. het zwijgrecht in belgië 7576. Vermoeden van onschuld 758

a. vermoeden van onschuld en bewijslast 758b. vermoeden van onschuld en uitspraak over de grond van de zaak 760c. vermoeden van onschuld en materieel strafrecht 763

7. Het recht op verdediging 764a. recht op informatie over de beschuldigingen 764b. recht op voldoende tijd en faciliteiten ter voorbereiding VAN

ZIJN verdediging 766c. recht zich zelf te verdedigen of de bijstand te hebben van een raadsman 768d. recht getuigen te (doen) ondervragen 775

(i) getuigen à charge 776kwetsbare getuigen 778anonieme getuigen 779

(ii) getuigen à décharge 781(iii) deskundigen 782

e. recht op kosteloze bijstand van een tolk 783f. recht op hoger beroep 786g. recht op een effectief rechtsmiddel 786h. ne bis in idem 787

Hoofdstuk 3. Wettelijke waarborgen bij beperkingen van bepaalde grondrechten 790

1. Recht op persoonlijke vrijheid 7902. Recht op de eerbiediging van de private levenssfeer 792

a. legaliteit 794b. legitimiteit 795c. proportionaliteit 795

Deel II. De vorderingen die uit het misdrijf voortvloeien 799Hoofdstuk 1. De strafvordering 801


Inhoudstafel

xii

1. Algemene beginselen 801a. strafvordering en vervolging 801b. strafvordering, burgerlijke vordering en tuchtvordering 802

2. Personen die de strafvordering uitoefenen 802a. principe 802b. ambtenaren openbaar ministerie die de strafvordering uitoefenen 803

(i) de procureur-generaal bij het Hof van Beroep 803(ii) de procureur des Konings 804(iii) de federale procureur 804

c. uitzonderingen 805d. bevoegdheidsconflicten 805

(i) federaal parket en lokale parketten 805(ii) ‘centralisering’ van de gerechtelijke onderzoeken 806

3. Wijze waarop de strafvordering wordt uitgeoefend 806a. beleid inzake de strafvordering 806b. vervolging 808

(i) het instellen van de strafvordering 808a. de vordering tot onderzoek 808b. de rechtstreekse dagvaarding of oproeping per pro-ces-verbaal (art.216quater Sv.) 808c. het bevel tot onmiddellijke verschijning (art. 216quinquies Sv) 809

(ii) beperkingen t.a.v. het recht de strafvordering in te stellen 809a. machtiging 809b. aangifte 810c. klacht van de benadeelde 810

c. niet-vervolging: het sepot 811(i) begrip 811(ii) onderscheid tussen technisch of processueel sepot en beleidssepot 811(iii) gevolgen van het sepot 812(iv) nadelen van het sepot en de manier waarop eraan wordt verholpen 812

d. buitengerechtelijke afhandeling door het parket 813(i) de minnelijke schikking (art. 216bis Sv.) 814

a. begrip 814b. toepassingsvoorwaarden 815c. procedure 816d. bedrag van de geldsom 819e. rechten van het slachtoffer 820

(ii) het verval van de strafvordering door de uitvoering van maatregelen en de naleving van voorwaarden (art. 216ter Sv.) 820

a. begrip 820b. toepassingsvoorwaarden 821c. rechten van het slachtoffer 822d. procedure 822

(iii) burgerlijke vordering van de arbeidsauditeur 823(iv) het tijdelijk huisverbod 823(v) kanttekeningen 824

e. administratieve afhandeling van misdrijven: het voorbeeld van de gemeentelijke administratieve sancties 826

f. voorafgaande erkenning van schuld 827(i) totstandkoming en begripsafbakening 827


Inhoudstafel

xiii

(ii) toepassingsgebied 828(iii) procedure 829(iv) gevolgen t.a.v. het slachtoffer 832(v) kanttekeningen 833

4. Personen tegen wie de strafvordering wordt uitgeoefend 833a. principe 833b. de immuniteiten 834

(i) de Koning 835(ii) parlementsleden 835

a. misdrijven in uitoefening van de parlementaire functie 836b. andere misdrijven 836c. kanttekeningen 837

(iii) Europarlementsleden 837a. misdrijven in uitoefening van de parlementaire functie 838b. andere misdrijven 838

(iv) buitenlandse staatshoofden en regeringsleden 838a. principe 838b. quid van voormalige staatshoofden en ministers? 840

(v) diplomatieke ambtenaren 841(vi) consulaire ambtenaren 842(vii) ambtenaren van internationale organisaties 842(viii) leden van vreemde strijdkrachten 843

c. bijzondere regels voor bepaalde categorieën personen 844(i) ministers 844

a. historiek 844b. art. 103 en 125 grondwet 846c. kanttekeningen 847

(ii) magistraten en hoge functionarissen 8485. (Extra)territoriale gelding van de strafvordering. 851

a. misdrijven op Belgisch grondgebied gepleegd 851(i) ambassades 851(ii) consulaten 852(iii) gebouwen van internationale organisaties 852(iv) het koninklijk paleis 852

b. misdrijven in het buitenland gepleegd 852(i) facultatief karakter van de vervolgingen 854(ii) ‘officieel bericht’ van de vreemde overheid of klacht van de benadeelde 854(iii) de aanwezigheid van de verdachte op Belgisch grondgebied 855(iv) ne bis in idem 856(v) speciale filters voor zware inbreuken tegen het internationaal humanitair recht en sommige andere internationale misdrijven 856

c. misdrijven door Belgische militairen in het buitenland gepleegd 8566. Prejudiciële vragen en prejudiciële geschillen 857

a. prejudiciële vragen 858(i) vragen van Europees Unierecht 858(ii) vragen van Belgisch grondwettelijk recht 859

b. prejudiciële geschillen 8607. Verval van de strafvordering 862

a. de opheffing of vernietiging van de strafwet (art. 2, tweede lid Sw.) 862


Inhoudstafel

xiv

b. amnestie 863c. de klachtafstand bij klachtmisdrijven 864d. de dood van de verdachte 864

(i) natuurlijke personen 864(ii) rechtspersonen 864

e. de verjaring (art. 21-25 VTSv) 865(i) begrip 865(ii) termijnen 866(iii) berekening van de verjaringstermijn 868

a. aanvang van de verjaringstermijn 868b. einde van de verjaringstermijn 871

(iv) de stuiting van de verjaring (art. 22 VTSv.) 872a. periode waarin de stuiting kan plaats vinden 872b. wijze waarop de stuiting plaats vindt 872c. omvang van de stuiting 873

(v) de schorsing van de verjaring (art. 24 VTSv.) 874a. uitstel van de regeling der rechtspleging 875b. (Buitengewoon) Verzet 876c. de behandeling van bepaalde excepties door het vonnisgerecht 877d. prejudiciële geschillen 878e. opschorting uitspraak veroordeling 878f. parlementaire onschendbaarheid 878g. Minnelijke schikking en bemiddeling in strafzaken h. cassatieberoep 878i. vordering tot heropening strafzaak 878j. de inleiding van de strafvordering bij het vonnisgerecht (voor feiten gepleegd vóór 1 september 2003) 879

f. het rechterlijk gewijsde 880(i) voorwaarden i.v.m. de vroegere uitspraak 881

a. een strafrechtelijke uitspraak 881b. over de grond van de zaak 882c. de beslissing moet in kracht van gewijsde getreden zijn 883d. de beslissing moet uitgaan van een Belgisch strafrechter 883

(ii) voorwaarden i.v.m. de nieuwe vervolgingen 883a. het moet gaan om dezelfde persoon 883b. het moet gaan om hetzelfde feit 883

(iii) het ne bis in idem-effect van buitenlandse rechterlijke uitspraken 885a. de gemeenrechtelijke regeling (art. 13 VTSv.) 887b. de regeling t.a.v. de Schengenlanden en bepaalde EU-lidstaten 888

g. de buitengerechtelijke afhandeling 891(i) de minnelijke schikking en de bemiddeling door het parket 891(ii) de onmiddellijke inning op grond van de Wegverkeerswet 892(iii) de dading door sommige administraties 893

a. dading inzake douane en accijnzen 893b. dading inzake bepaalde inbreuken op de Prijzenwet 893c. dading op grond van het wetboek van economisch recht 893

(iv) de administratieve geldboete 894Hoofdstuk 2. De burgerlijke vordering 896

1. Algemene beginselen 8962. Personen die de burgerlijke vordering uitoefenen 899


Inhoudstafel

xv

a. personen die rechtstreeks door het misdrijf werden benadeeld 899b. uitzonderlijk: verenigingen en instellingen van openbaar nut 901

3. Personen tegen wie de burgerlijke vordering wordt uitgeoefend 902a. de verdachte 903b. de burgerlijk aansprakelijke partij 903c. de rechtsopvolgers van de verdachte 904

4. Gevallen waarin geen burgerlijke partijstelling mogelijk is 9045. Voorwerp van de burgerlijke vordering 9066. Wijze waarop de burgerlijke vordering wordt uitgeoefend 907

a. de keuze tussen de burgerlijke rechtbanken en de strafgerechten 907b. de burgerlijke vordering voor de strafgerechten 911

(i) de strafvordering was reeds aanhangig voor de strafrechter 911(ii) de strafvordering was nog niet aanhangig voor de strafrechter 911

a. rechtstreekse dagvaarding voor het vonnisgerecht 912b. de klacht met burgerlijke partijstelling voor de onderzoeksrechter 912

(iii) het ambtshalve aanhouden van de burgerlijke belangen (art. 4, tweede lid VTSv.) 914

c. de burgerlijke vordering voor de burgerlijke rechtbanken 9157. Verval van de burgerlijke vordering 917

a. de afstand van rechtsvordering en dading 917b. de verjaring van de burgerlijke vordering 917c. het rechterlijk gewijsde 919

8. Gezag strafrechtelijk gewijsde t.a.v. burgerlijk gewijsde 920a. principe 920b. draagwijdte 921

(i) noodzakelijk 921(ii) zeker 921(iii) hoofdzakelijk 922(iv) enkel t.a.v. wie partij was in de strafprocedure? 922

9. Hulp aan slachtoffers van opzettelijke gewelddaden 923Deel III. Het vooronderzoek in strafzaken 927

Hoofdstuk 1. Wijze waarop het onderzoek gevoerd wordt 9291. Opsporingsonderzoek en gerechtelijk onderzoek 9292. Wijze waarop misdrijven ter kennis komen van de overheid 931

a. klachten, aangiften en ambtelijke vaststellingen 931(i) klacht 932(ii) de aangifte door particulieren 932(iii) de ambtelijke aangifte 933

a. algemeen principe 933b. bijzondere regeling voor fiscale misdrijven 934

b. proces-verbaal en straf dos sier 937(i) proces-verbaal 937(ii) straf dos sier 938(iii) vertrouwelijk dossier 939

3. Wijze waarop misdrijven worden opgespoord en vastgesteld 939a. situering 939b. permissieve regel, legaliteit en loyauteit 940c. sanctionering van onregelmatige opsporingshandelingen 943d. opsporing en vaststelling van misdrijven en het EVRM 945

(i) gebruik van dwang en geweld 945


Inhoudstafel

xvi

a. dwang, gebruik van geweld en art. 3 EVRM 945b. dwang, gebruik van geweld en de Wet Politieambt 946

(ii) recht op persoonlijke vrijheid 947(iii) recht op een eerlijk proces 947(iv) recht op privacy 948

Hoofdstuk 2. Personen belast met de opsporing en vaststelling van misdrijven 9521. Algemene beginselen 9522. De leidinggevende magistraten 954

a. het openbaar ministerie 954(i) de procureur des Konings 954(ii) de federale procureur 956

b. de onderzoeksrechter 958(i) algemeen 958(ii) delegatie van bevoegdheden 959(iii) ambtelijke opdrachten 960

3. De politiediensten 961a. opsporingstaken van de geïntegreerde politiedienst 961b. verhouding leidinggevende magistraten politiediensten 963

(i) opsporingen in opdracht van procureur des Konings of on-derzoeksrechter 963(ii) autonome opsporing door de politiediensten 964

Hoofdstuk 3. Het opsporingsonderzoek 9661. Begrip 9662. De heterdaadprocedure 969

a. verrichtingen bij betrapping op heterdaad 969(i) principe 969(ii) oorsprong van de speciale regels i.v.m. heterdaad 970(iii) bijzondere bevoegdheden bij betrapping op heterdaad 970

b. ‘gewone’ verrichtingen 9723. De proactieve recherche 972

a. algemeen 972b. voorwaarden (art. 28bis § 2 Sv.) 974

4. De bijzondere opsporingsmethoden 975a. algemeen 975b. wettelijke regeling 977

(i) algemeen 977(ii) het plegen van misdrijven in het raam van een bijzondere opsporingsmethode 980(iii) vertrouwelijk dossier 982(iv) wettigheidscontrole 984

5. Het ‘kaalpluk-onderzoek‘ 9886. Afsluiting van het opsporingsonderzoek 990

a. niet-vervolging: sepot, minnelijke schikking of bemiddeling 991b. vordering tot onderzoek 992c. dagvaarding of oproeping voor het vonnisgerecht 992

Hoofdstuk 4. Het gerechtelijk onderzoek 9941. Begrip 9942. Taakomschrijving van de onderzoeksrechter 9953. Saisine van de onderzoeksrechter 996

a. wijze waarop de onderzoeksrechter geadiëerd wordt 996


Inhoudstafel

xvii

(i) vordering tot onderzoek (art. 47 Sv.) 996(ii) klacht met burgerlijke partijstelling van de benadeelde (art. 63 Sv.) 997(iii) uitzonderlijk: auto-saisine bij betrapping op heterdaad (art. 59 Sv.) 998(iv) de ‘mini-instructie‘ 998

b. omvang van de saisine 999(i) in rem, niet in personam 1000(ii) samenhangende en ondeelbare misdrijven? 1001

a. samenhangende misdrijven 1001b. ondeelbare misdrijven 1001

c. gevolgen van de saisine 10024. Verhouding onderzoeksrechter-procureur des Konings 1004

a. situering 1004b. vorderingen van de procureur des Konings t.a.v. de onderzoeksrechter 1004c. rechtsmiddelen 1005

(i) hoger beroep door de procureur des Konings 1005(ii) cassatieberoep door de procureur des Konings 1006

5. Rechten inverdenkinggestelde, burgerlijke partij en derde-beslagene tijdens het gerechtelijk onderzoek 1006a. het recht inzage te vragen in het straf dos sier (art. 21bis en 61ter Sv.) 1006b. het strafrechtelijk kortgeding (art. 28sexies, 61quater en 61sexies Sv.) 1009c. het recht bijkomende onderzoekshandelingen te vragen (art.

61quinquies Sv.) 1014(i) algemeen 1014(ii) kanttekeningen 1016

6. Afsluiting van het gerechtelijk onderzoek: de regeling van de rechtspleging 1017a. situering 1017b. procedure voorafgaand aan de regeling der rechtspleging 1018

(i) beschikking tot mededeling van de onderzoeksrechter 1018(ii) eindvordering van de procureur des Konings 1018

c. de procedure voor de raadkamer 1019(i) vaststellen datum van verschijning en afhandeling van even-tuele verzoeken tot bijkomende onderzoekshandelingen 1019(ii) zitting van de raadkamer 1021

d. mogelijke beslissingen van de raadkamer 1023(i) buitenvervolgingstelling of verwijzing 1023

a. buitenvervolgingstelling (art. 128 Sv.) 1023b. verwijzing naar het vonnisgerecht 1024

(ii) de zuivering der ‘nietigheden’ 1026(iii) beslissingen i.v.m. het onderzoek 1026(iv) beslissingen over de grond van de zaak 1028

e. rechtsmiddelen tegen de beschikking over de rechtspleging 1028(i) hoger beroep bij de kamer van inbeschuldigingstelling 1028

a. hoger beroep door het openbaar ministerie en de burger-lijke partij 1028b. hoger beroep door de inverdenkinggestelde 1030c. termijnen en procedure voor de kamer van inbeschuldi-gingstelling 1031

(ii) cassatieberoep 10327. Controle door de kamer van inbeschuldigingstelling 1033

a. ambtshalve toezicht op het verloop van de gerechtelijke onderzoeken 1033


Inhoudstafel

xviii

b. toezicht op langdurige onderzoeken 1034c. toezicht op de regelmatigheid van de rechtspleging 1035

(i) zuivering van de ‘nietigheden’ 1035a. welke ‘nietigheden’? 1035b. wanneer in de procedure? 1036c. op wiens verzoek? 1037d. openbaarheid van de procedure voor de kamer van inbe-schuldigingstelling 1038e. nietigheden kunnen slechts één keer worden opgeworpen 1038f. zuivering van het straf dos sier (art. 235bis § 6 Sv.) 1038g. cassatieberoep tegen arresten waardoor de ‘nietigheden’ worden gezuiverd 1041

(ii) kanttekeningen 1041Hoofdstuk 5. Onderzoeksverrichtingen 1045

1. Het opnemen van klachten en aangiften 10462. Identiteitscontroles en het houden van gegevensbestanden 1046

a. verzamelen van informatie 1046b. houden van een gegevensbestand 1047c. misdaadanalyses 1048

3. Plaatsbezoek 10504. Observatie 10515. Ondervraging van de verdachte 1051

a. minimumrechten ondervraagde persoon 1051(i) algemeen 1051(ii) recht op een advocaat 1054(iii) zwijgrecht en cautieplicht 1060

a. principe 1060b. sanctie 1060

(iv) recht op een kopie van het PV van verhoor 1060b. ondervraging verdachte binnen opsporingsonderzoek 1061

(i) verloop van de ondervraging 1061(ii) vrijheidsberoving ondervraagde persoon 1061

c. ondervraging verdachte binnen gerechtelijk onderzoek 1062(i) plicht tot ondervraging? 1062(ii) oproeping verdachte 1062(iii) verloop van de ondervraging 1062(iv) zwijgrecht maar geen eed 1063(v) samenvattende ondervraging 1064

d. ondervraging met behulp van audiovisuele media 1064e. de vrijheidsberoving van de verdachte 1065

6. Inverdenkingstelling van de verdachte 1065a. principe 1065b. rechten inverdenkinggestelde 1066c. impliciete inverdenkingstelling 1067d. inverdenkingstelling en loyauteitsplicht 1067

7. Getuigenverhoor 1069a. getuigenverhoor binnen het raam van een opsporingsonderzoek 1069b. getuigenverhoor binnen het raam van een gerechtelijk onderzoek 1070

(i) begrip 1070(ii) oproeping van getuigen 1070


Inhoudstafel

xix

(iii) de eedaflegging 1070(iv) spreekplicht en zwijgrecht 1071(v) minderjarige en kwetsbare meerderjarige getuigen en slachtoffers 1074

c. anonieme getuigen 1076(i) gedeeltelijke anonimiteit (art. 75bis Sv.) 1077(ii) volledige anonimiteit (art. 86bis Sv.) 1079(iii) is de Belgische regeling in overeenstemming met het EVRM? 1081(iv) anonieme tip 1082

d. bedreigde getuigen 1082(i) toepassingsgebied (art. 102 Sv.) 1083(ii) beschermingsmaatregelen (art. 104 Sv.) 1083(iii) toepassingsvoorwaarden (art. 104 Sv.) 1084(iv) getuigenbeschermingscommissie (art. 103 Sv.) 1084(v) besluitvormingsprocedure (art. 105 Sv.) 1084

e. ‘medewerkers met het gerecht’? 1086f. verhoor met behulp van audiovisuele media 1090

8. Inwinnen van informatie en bevriezen van tegoeden m.b.t. financië-le producten, diensten en verrichtingen 1092

9. Deskundigenonderzoek 1094a. het deskundigenonderzoek binnen het raam van een opspo-

ringsonderzoek 1094(i) algemeen 1094(ii) autopsie 1095(iii) bloedmonsters 1096(iv) het psychiatrisch deskundigenonderzoek 1097

b. het deskundigenonderzoek binnen het raam van een gerechtelijk onderzoek 1099(i) algemeen 1099(ii) niet-tegensprekelijk karakter 1100

10. DNA-onderzoek 1103a. DNA-onderzoek in het raam van een opsporingsonderzoek 1103b. DNA-onderzoek in het raam van een gerechtelijk onderzoek 1107

11. Inobservatiestelling 110912. Fouillering 111013. Onderzoek aan het lichaam 111214. Huiszoeking 1113

a. begrip en grondslag 1113b. toepassingsgebied 1114c. grond- en vormvoorwaarden 1115d. uitvoering 1117e. huiszoeking bij betrapping op heterdaad 1119f. huiszoeking met toestemming van de bewoner van het huis 1120g. beperkingen 1122

15. Andere ‘zoekingen‘ 112316. Inkijkoperatie 112417. Inbeslagneming 1126

a. algemeen 1126b. zaken die in beslag kunnen worden genomen 1128c. kunnen zaken die zich bevinden bij een derde worden in beslag

genomen? 1130


Inhoudstafel

xx

d. zaken die niet in beslag kunnen worden genomen 1130e. beheer van de inbeslaggenomen goederen 1131f. inbeslagneming van voertuigen 1133g. inbeslagneming van onroerende goederen 1134h. inbeslagneming in het buitenland 1135i. beklag tegen beslag: het strafrechtelijk kortgeding 1135j. bestuurlijke inbeslagneming 1135

18. Databeslag en netwerkzoeking 1136a. databeslag (art. 39bis § 1 Sv.) 1136b. zoeking in een informaticasysteem (art. 39bis en 88ter Sv.) 1137c. medewerkingsplicht van particulieren (art. 88quater Sv.) 1140d. bevel tot snelle bewaring van gegevens uit een informati-

casysteem (art. 39ter en 39quater Sv.) 114119. Uitgestelde tussenkomst, gecontroleerde aflevering en gecontro-

leerde doorlevering 1142a. uitgestelde tussenkomst (art. 40bis Sv.) 1143b. gecontroleerde aflevering en doorlevering 1143

(i) gecontroleerde aflevering 1143(ii) gecontroleerde doorlevering 1144

20. Schending briefgeheim 1144a. het onderscheppen van post (art. 46ter Sv.) 1144b. lezen van post (art. 88sexies Sv.) 1145

21. Identificatie telefoonnummers en opsporen & lokaliseren van telecommunicatie 1146

a. algemeen kader 1146b. identificatie van gebruikers van telecommunicatie 1146c. opsporen of lokaliseren van elektronische communicatie 1147

22. Afluistering van “privé(tele)communicaties” 1149a. situering 1149b. beschermde communicaties 1150c. grondvoorwaarden (art. 90ter Sv.) 1151d. personen, zaken en plaatsen die het voorwerp van een afluister-

maatregel kunnen uitmaken (art. 90ter § 1, derde lid Sv.) 1155e. vormvoorwaarden (art. 90quater Sv.) 1156f. duur van de maatregel 1156g. afluistering en het beroepsgeheim 1157h. praktische uitvoering van de maatregel 1157

23. Bijzondere opsporingsmethoden 1159a. algemeen 1159b. stelselmatige observatie 1161c. infiltratie 1164d. infiltratie of interactie op internet 1167e. burgerinfiltratie 1169f. gebruik van informanten 1172

(i) de beloning van tipgevers en informanten 1173(ii) de afscherming van de identiteit van tipgevers en informanten 1174(iii) de informantenwerking 1175

24. Voorlopige maatregelen t.a.v. rechtspersonen 117625. Beknopt voorlichtingsrapport en maatschappelijke enquête 117626. Het Europees beschermingsbevel en het Europees onderzoeksbevel 1177


Inhoudstafel

xxi

(i) Het Europees beschermingsbevel 1177(ii) Het Europees onderzoeksbevel 1178

Hoofdstuk 6. De voorlopige hechtenis 11811. Algemene beginselen 1181

a. begrip 1181b. bronnen 1182

(i) de Grondwet 1182(ii) de wet 1182(iii) de mensenrechten 1183

c. kenmerken 1184(i) de voorlopige hechtenis is steeds uitzonderlijk 1184(ii) de voorlopige hechtenis is geen straf 1185(iii) de voorlopige hechtenis is geen onderzoeksmaatregel 1185(iv) de voorlopige hechtenis is steeds voorlopig 1186(v) voorlopige hechtenis kan enkel door een rechter worden bevolen 1186

d. voorlopige hechtenis en andere vrijheidsberovingstitels 1187(i) de bestuurlijke arrestatie 1187(ii) de kortstondige vrijheidsbeneming in het kader van een fouillering 1188(iii) de aanhouding op grond van het vattingsbevel 1188

2. Arrestatie (art. 1 en 2) 1189a. begrip 1189

(i) personen bevoegd tot arrestatie 1189(ii) misdrijven vatbaar voor arrestatie 1190(iii) rechten van de gearresteerde 1191

a. recht op bijstand van een advocaat 1191b. inlichting vertrouwenspersoon 1195c. recht op medische bijstand 1195

b. de termijn van 48 uur 11953. Bevel tot medebrenging (art. 3 en 4) 11974. Aanhoudingsbevel (art. 16) 1198

a. grondvoorwaarden 1199(i) er moeten ernstige schuldaanwijzingen zijn 1199(ii) het feit moet strafbaar zijn met een gevangenisstraf van 1 jaar of meer 1199(iii) de aanhouding moet volstrekt noodzakelijk zijn en de wettelijke redenen voor de verlening van een aanhoudingsbevel moeten aanwezig zijn 1200

b. vormvoorwaarden 1201(i) de ondervraging door de onderzoeksrechter 1201(ii) het aanhoudingsbevel moet gemotiveerd zijn 1203

a. ratio legis van de motiveringsplicht 1203b. inhoud motiveringsplicht (art. 16 § 5 Voorlopige Hechteniswet) 1204

(iii) het aanhoudingsbevel moet binnen de 48 uur aan de ver-dachte worden betekend 1205

a. de termijn van 48 uur 1205b. de betekening van het aanhoudingsbevel 1205

(iv) modaliteiten van uitvoering van het aanhoudingsbevel: gevangenis of elektronisch toezicht 1206

5. Verbod van vrij verkeer (art. 20 § 2 Voorlopige Hechteniswet) 12086. Opheffing aanhoudingsbevel (art. 25 Voorlopige Hechteniswet) 1209


Inhoudstafel

xxii

7. Aanhoudingsbevel t.a.v. een in vrijheid gelaten of gestelde verdachte 12108. Rechterlijk toezicht op de voorlopige hechtenis 1211

a. art. 5 EVRM 1211b. rechtsmiddelen tegen het aanhoudingsbevel 1213c. handhaving van het aanhoudingsbevel door de raadkamer 1213

(i) draagwijdte van de controle 1213a. de handhaving van het aanhoudingsbevel na 5 dagen (art. 21) 1213b. de periodieke handhaving door de raadkamer (art. 22) 1216C. de inzage in het straf dos sier en samenvattende ondervraging 1220

(ii) procedure 1221(iii) rechtsmiddelen 1222

a. hoger beroep (art. 30 Voorlopige Hechteniswet) 1222b. cassatieberoep (art. 31 Voorlopige Hechteniswet) 1225

d. na de regeling der rechtspleging: het verzoek tot voorlopige invrijheidstelling 1226

9. Voorlopige hechtenis en regeling van de rechtspleging 122710. Onmiddellijke aanhouding ter terechtzitting 122911. Alternatieven voor de voorlopige hechtenis 1232

a. vrijheid en invrijheidstelling onder voorwaarden 1232(i) voorwaarden waaraan de vrijheid of invrijheidstelling onder voorwaarden moet voldoen 1233(ii) voorwaarden die kunnen worden opgelegd 1234(iii) toezicht op de naleving van de voorwaarden 1235(iv) rechtsmiddelen 1236

b. vrijheid of invrijheidstelling met borgsom 123612. Onwerkzame hechtenis 1238

a. onrechtmatige hechtenis 1238b. onwerkdadige hechtenis 1239

13. Speciale regimes 1240a. bevel tot onmiddellijke verschijning (snelrechtprocedure) 1240

(i) algemeen 1240(ii) feiten waarvoor de onmiddellijke verschijning kan worden bevolen 1241(iii) bevel tot onmiddellijke verschijning 1241(iv) onderzoek ter terechtzitting 1242(v) vernietiging door het Grondwettelijk Hof 1242

b. voorlopige hechtenis van minderjarigen 1243c. voorlopige hechtenis van militairen 1246

14. Uitlevering 1247a. begrip 1247b. soorten uitlevering 1248

(i) onderscheid tussen vervolgings- en executie-uitlevering 1248(ii) onderscheid tussen de actieve en de passieve uitlevering 1249

a. actieve uitlevering 1249b. passieve uitlevering 1250

c. voorwaarden 1250(i) er moet een verdrag zijn, gesloten op basis van wederkerigheid 1250(ii)voorwaarden i.v.m. het feit waarvoor uitlevering wordt gevraagd 1250

a. opsommings- en eliminatiemethode 1250b. de dubbele incriminatie 1251c. dubbele jurisdictie en dubbele verjaring 1252


Inhoudstafel

xxiii

d. litispendentie 1253e. uitsluiting van politieke misdrijven 1253f. uitsluiting van militaire en fiscale misdrijven 1255

(iii) voorwaarden i.v.m. de gezochte persoon 1255a. de exceptie m.b.t. nationale onderdanen 1255b. de vluchtelingenexceptie 1256

(iv) rechtsbedeling verzoekende staat moet aan een aantal mini-mumvereisten voldoen 1256

a. de discriminatieclausule 1257b. de clausule i.v.m. de doodstraf 1257c. mensenrechten als algemeen uitleveringsbeletsel 1257

d. de uitleveringsprocedure 1258(i) de vrijheidsberoving van de gezochte persoon 1258

a. de ‘normale’ procedure 1258b. de spoedprocedure 1259c. de verkorte procedure en de vereenvoudigde procedure 1260

(ii) het advies van de kamer van inbeschuldigingstelling 1261(iii) de beslissing van de regering 1261(iv) rechtsmiddelen 1261

e. specialiteitsbeginsel 126215. Europees aanhoudingsbevel 1262

a. begrip 1262b. bronnen 1263c. voorwaarden i.v.m. het feit waarvoor overlevering wordt gevraagd 1265

(i) drempelstraf: 12 maanden 1265(ii) dubbele incriminatie? 1265(iii) dubbele jurisdictie en dubbele verjaring? 1268(iv) litispendentie in de staat van tenuitvoerlegging 1269(v) politieke misdrijven: niet langer een beletsel 1269

d. voorwaarden i.v.m. de gezochte persoon 1270(i) nationaliteit: niet langer een beletsel 1270(ii) minderjarigen worden niet overgeleverd 1271

e. voorwaarden i.v.m. de rechtsbedeling in de verzoekende staat 1271(i) discriminatieclausule 1271(ii) respect voor mensenrechten 1272

a. probleemstelling 1272b. weigeringsgrond ‘fundamentele rechten’ in Wet Europees Aanhoudingsbevel 1273c. bijzondere garantie bij tenuitvoerlegging van verstekvonnissen 1273

(iii) de doodstraf en de levenslange gevangenisstraf 1274f. andere weigeringsgronden 1274

(i) amnestie 1275(ii) ne bis in idem 1275

g. procedure 1276(i) gewone procedure 1276

a. algemeen 1276b. vrijheidsbeneming ingevolge een Europees aanhoudingsbevel 1277c. beslissing over de tenuitvoerlegging 1278d. de overlevering 1279

(ii) procedure in geval van instemming 1280


Inhoudstafel

xxiv

(iii) specialiteit 1280H. Andere toezichtsmaatregelen 1280

Deel IV. Het onderzoek ter terechtzitting 1283Hoofdstuk 1. Inleiding 1285Hoofdstuk 2. De bevoegdheid in strafzaken 1287

1. Algemene bevoegdheidsregels 1287a. algemene regels 1287

(i) bevoegdheid ratione materiae 1287(ii) bevoegdheid ratione personae 1289(iii) bevoegdheid ratione loci 1289

b. uitzonderingen op de bevoegdheidsregels 1290(i) samenhang 1290

a. samenhang ratione materiae 1292b. samenhang ratione personae 1292c. samenhang ratione loci 1292

(ii) ondeelbaarheid 1292(iii) verwijzing op grond van de Taalwet Gerechtszaken 1293

2. Bevoegdheidsconflicten 1294a. algemeen 1294b. bevoegdheidsconflicten met internationale strafhoven 1295

Hoofdstuk 3. De saisine van de vonnisgerechten 12971. Wijze waarop het vonnisgerecht geadieerd wordt 1297

a. de politierechtbank en de correctionele rechtbank 1297(i) rechtstreekse dagvaarding 1297

a. algemeen 1297b. wijze waarop de rechtstreekse dagvaarding gebeurt 1298

(ii) oproeping bij proces-verbaal en bevel tot onmiddellijke verschijning 1300

a. snelrecht in België 1300b. oproeping per proces-verbaal 1300c. bevel tot onmiddellijke verschijning 1301

(iii) door een verwijzingsbeschikking van het onderzoeksgerecht 1301(iv) door de vrijwillige verschijning van de beklaagde 1302(v) andere wijzen van adiëring. 1303

b. het hof van assisen 13032. Omvang van de saisine 13033. Gevolgen van de saisine 1305

(i) het vonnisgerecht zal zich moeten uitspreken 1305(ii) rechten van de verdediging kunnen volledig worden uitgeoefend 1306

a. informatie over de aard en de reden van de beschuldiging 1306b. voldoende tijd en faciliteiten voor voorbereiding verdediging 1307c. contact met raadsman 1308

Hoofdstuk 4. De rechtspleging voor de vonnisgerechten 13101. De politierechtbank en de correctionele rechtbank 1310

a. de verschijning der partijen 1310(i) rechtspleging op tegenspraak en rechtspleging bij verstek 1310(ii) persoonlijke verschijning of vertegenwoordiging? 1311

a. regeling vóór het arrest van Geyseghem van het EHRM van 21 januari 1999 1311b. huidige regeling 1312


Inhoudstafel

xxv

c. rechtspersonen 1314b. de voorlezing van de processen-verbaal door de griffier 1315c. het eigenlijke onderzoek ter terechtzitting 1316

(i) de ondervraging van de beklaagde 1320(ii) het getuigenverhoor 1320

a. de oproeping van getuigen 1321b. de verschijning van de getuigen 1323c. de eedaflegging 1323d. verloop van het getuigenverhoor 1324e. spreekplicht en zwijgrecht 1325

(iii) het deskundigenonderzoek 1326(iv) Vergelijkend DNA-onderzoek 1329

d. de eis van de burgerlijke partij 1329e. de vordering van het openbaar ministerie 1330f. de verdediging van de beklaagde 1331g. de replieken 1331h. de beraadslaging 1332i. het vonnis (of arrest) 1332

(i) eindbeslissingen en beslissingen alvorens recht te doen 1332a. eindbeslissingen 1332b. beslissingen alvorens recht te doen 1333

(ii) mogelijke eindbeslissingen 1333(iii) de motivering van vonnissen en arresten 1333

a. de algemene motiveringsverplichting 1334b. de bijzondere motiveringsverplichting 1335

(iv) algemene regels i.v.m. de uitspraak 1338(v) vormvereisten i.v.m. de uitspraak 1339(vi) de uitvoering van de vonnissen en arresten 1341(vii) kaalplukonderzoek 1341(viii) gerechtskosten 1341(ix) rechtsplegingsvergoeding 1342(x) het strafrechtelijk uitvoeringsonderzoek (SUO) 1344

a. achtergrond 1344b. begrip 1344c. werking 1345d. invordering en vervreemding van de in beslag genomen goederen 1347e. strafrechtelijk kortgeding 1348f. einde van het SUO 1349

2. Het hof van assisen 1349a. algemeenheden 1349b. verloop van de procedure 1351

(i) preliminaire zitting 1351(ii) samenstelling van de jury 1353(iii) de zitting ten gronde 1354(iv) beraad 1355(v) uitspraak 1356

Hoofdstuk 5. Het bewijs in strafzaken 13581. Inleiding 13582. De bewijsvoering 1359


Inhoudstafel

xxvi

a. bewijslast en aanvoeringslast 1359b. de actieve rol van de rechter 1360

3. De bewijsmiddelen 1361a. principe: het bewijs mag met alle middelen worden geleverd 1361

(i) de gegevens van het straf dos sier 1362(ii) de bewijzen, voorgelegd ter terechtzitting 1363(iii) vermoedens 1363(iv) algemeen bekende gegevens 1364

b. de uitzondering: de mogelijke uitsluiting van onrechtmatig verkregen bewijs 1365(i) algemeen 1365(ii) de uitsluitingsregel 1365(iii) de toestand in België vóór de Antigoonrechtspraak 1367(iv) de Antigoonrechtspraak en de Wet Landuyt 1369

a. schending van op straffe van nietigheid voorgeschreven vormvoorschriften 1371b. aantasting van de betrouwbaarheid van het bewijs 1372c. bewijs in strijd met het recht op een eerlijk proces 1373

(v) Kanttekeningen 13814. De bewijswaardering 1384

a. uitgangspunt: het vrije bewijsstelsel 1384b. uitzonderingen op het vrije bewijsstelsel 1385

(i) de bewijskracht van sommige processen-verbaal 1385(ii) wettelijke vermoedens 1387(iii) ‘steunbewijzen’ 1388

a. anonieme getuigenissen 1388b. verklaringen afgelegd met behulp van audiovisuele media 1390c. verklaringen afgelegd in strijd met de salduzwet 1390d. bim-wet 1391e. bewijswaarde getuigenissen spijtoptanten 1391

5. De bewijsstandaard 1392a. algemeen 1392b. de bewijsstandaard in België 1392c. wat is de betekenis van ‘proof beyond reasonable doubt’? 1393

6. De motivering van het bewijs 1395a. een zuiver formele motiveringsplicht 1395b. naar een meer inhoudelijke motiveringsplicht? 1396

Hoofdstuk 6. De rechtsmiddelen 13971. Inleiding 1397

a. begrip 1397b. is rechtsmiddelen aanwenden een recht? 1398c. algemene beginselen i.v.m. het aanwenden van rechtsmiddelen 1399

(i) vereiste van een belang 1399(ii) geen nadelig effect 1399(iii) schorsend effect 1399(iv) devolutieve werking 1400

2. Verzet 1400a. begrip 1400b. algemene beginselen inzake het verzet 1402

(i) recht op verstek 1402


Inhoudstafel

xxvii

(ii) belang 1403(iii) opposition sur opposition ne vaut 1403(iv) verzet en hoger beroep kunnen worden gecumuleerd 1403

c. beslissingen die vatbaar zijn voor verzet 1403d. partijen die verzet kunnen aantekenen 1406e. wijze waarop verzet wordt aangetekend 1406f. termijnen om verzet aan te tekenen 1407

(i) de gewone termijn 1407(ii) de buitengewone termijn 1408

g. gevolgen van het verzet 1410(i) verzet binnen de gewone termijn 1410(ii) verzet binnen de buitengewone termijn 1410

h. mogelijke beslissingen op verzet 1411(i) m.b.t. de ontvankelijkheid 1411(ii) m.b.t. de gegrondheid 1415

3. Hoger beroep 1415a. begrip 1415b. algemene beginselen i.v.m. het hoger beroep 1416

(i) belang 1416(ii) tantum devolutum quantum appelatum 1416(iii) geen nadeel voor partij 1417

c. hoofdberoep en incidenteel beroep 1418d. beslissingen vatbaar voor hoger beroep 1419e. partijen die hoger beroep kunnen aantekenen 1419f. termijnen om hoger beroep aan te tekenen 1420g. wijze waarop hoger beroep wordt aangetekend 1422h. gevolgen van het hoger beroep 1426i. mogelijke beslissingen van de beroepsinstantie 1427

4. Voorziening in cassatie 1427a. begrip 1427b. beslissingen vatbaar voor cassatieberoep 1429c. partijen die cassatieberoep kunnen aantekenen 1430d. termijnen om cassatieberoep in te stellen 1431e. wijze waarop cassatieberoep wordt ingesteld en rechtspleging 1431f. gevolgen van het cassatieberoep 1433g. mogelijke beslissingen 1434i. bijzondere vormen van voorziening in cassatie 1435

(i) aangifte op bevel van de minister van Justitie (art. 441 Sv.) 1435(ii) cassatie in het belang van de wet (art. 442 Sv.) 1435(iii) vordering tot heronderzoek na ‘veroordeling’ in Straatsburg (art. 442bis Sv.) 1436(iv) herziening in strafzaken (art. 443-447bis Sv.) 1438

5. Het beroep tot intrekking 1440Index 1441


Beknopte Inhoudstafel · 2019-09-04 · Deel I. De strafwet 79 Deel II. Het misdrijf 185 Deel III....

Documents

Transcript of Beknopte Inhoudstafel · 2019-09-04 · Deel I. De strafwet 79 Deel II. Het misdrijf 185 Deel III....