BASISFIGUREN WIMPELEN basisoefeningen...2 Beste sportieveling, In deze bundel vind je een...

BASISFIGUREN

WIMPELEN

2

Beste sportieveling,

In deze bundel vind je een beschrijving van de voornaamste basisoefeningen in het wimpelen. In een

eerste deel krijg je een omschrijving van wat we ‘de wimpelvlag’ noemen, evenals van de afkortingen en

de basishoudingen.

Daarna volgt een beschrijving van de verschillende basisfiguren in het wimpelen:

Voorstel

Voorstellingsdraai

Achterwaartse draai

Wiekslag

Acht

Paproeren

Telloor

Zon

Vlag doorgeven

Frontale draai

Zigzag

Op en afrollen

Vegen

Vendelslag

Golfjes

V-figuur

Er zijn ook enkele oefeningen voor gevorderde wimpeliers (bv. voor in een vrije reeks basiswimpelen of

keurwimpelen):

Vlinderoefening

Viooltje

Deze termen worden enerzijds gebruikt in de beschrijvingen van de verschillende reeksen en helpen je

anderzijds een heel eind op weg bij de realisatie en het uitschrijven van je vrije wimpelreeksen.

We wensen jullie heel veel plezier,

Vlaggengroet,

De wimpelmonitoren.

3

DEEL1 AFKORTINGEN EN BASISHOUDINGEN

Afkortingen

B: Boven Hh: Heuphoogte Lv: Linkervoet

M: Midden Schh: Schouderhoogte Rv: Rechtervoet

O: Onder Bh: Borsthoogte La: Linkerarm

V: Voor Lh: Linkerhand Ra: Rechterarm

A: Achter Rh: Rechterhand Vw: Voorwaarts

L: Links Lb: Linkerbeen Aw: Achterwaarts

R: Rechts Rb: Rechterbeen Sch: schouder

BLOR = Boven links onder links

BROL = Boven rechts onder links

Richtingen

Beginhouding

Rechtopstaand, voeten samen

Rh aan de vlag, duim naar punt van de vlag, Lh aan uiteinde stok, duim naar punt van de vlag

Naar de jury kijken

Paproerhouding

Vlag met punt naar grond MOV

Handen: Rh aan vlag, handpalm naar lichaam, duim uiteinde stok; Lh aan uiteinde stok, handpalm naar lichaam, duim uiteinde stok

4

DEEL 2: BASISFIGUREN

1. VOORSTEL

1.1. VOORSTEL RECHTS

1.1.1. Uitgangshouding

- De vlag is L zijwaarts, horizontaal op Hh

1.1.2. Uitvoering

- Vlag van L Hh met beide handen in verticale boog voor het lichaam met beide handen tot R Hh brengen.

1.2. VOORSTEL LINKS


- De vlag is R zijwaarts, horizontaal op Hh

1.2.2. Uitvoering

- Vlag van R Hh met beide handen in verticale boog voor het lichaam met beide handen tot L Hh

brengen.

5

2. VOORSTELLINGSDRAAITJES

2.1. Voorstellingsdraaitje Rechts



2.1.2. Uitvoering

- Twee kleine draaitjes voorwaarts horizontaal op Hh

2.2. Voorstellingsdraaitje links



2.2.2. Uitvoering

- Twee kleine draaitjes voorwaarts horizontaal op Hh

2.3. Overgang van voorstellingsdraaitje Links naar Rechts

- Zie voorstel R

2.4. Overgang van voorstellingsdraaitje Rechts naar Links

- Zie voorstel L

6

3. ACHTERWAARTSE DRAAITJES

3.1. Achterwaarts draaitje Rechts



3.1.2. Uitvoering

- Twee kleine draaitjes achterwaarts horizontaal op Hh

3.2. Achterwaarts draaitje Links



3.2.2. Uitvoering

- Twee kleine draaitjes achterwaarts horizontaal op Hh

3.3. Overgang van achterwaarts draaitje L naar R

- Zie voorstel R

3.4. Overgang van achterwaarts draaitje R naar L

- Zie voorstel L

7

4. WIEKSLAG

4.1. VOORWAARTSE WIEKSLAG LINKS


- De vlag MBV, armen gestrekt

- Rh aan vlag, handpalm naar L

- Lh aan uiteinde stok, handpalm naar R

4.1.2. Uitvoering

- Vlag van MBV naar LO in verticale draai naast lichaam bewegen tot MBV.

ONDERTUSSEN:

- Rh blijft in uitgangshouding

- L handpalm open, uiteinde van de stok beweegt zich tussen duim en wijsvinger - Armen kruisen elkaar: R arm boven, L arm onder

Rh draait de vlag; de Lh ondersteunt

4.2. VOORWAARTSE WIEKSLAG RECHTS





4.2.2. Uitvoering

- Vlag van MBV naar RO in verticale draai naast lichaam bewegen tot uitgangshouding.

ONDERTUSSEN:


- L handpalm open, uiteinde van de stok beweegt zich tussen duim en wijsvinger

- Armen kruisen elkaar niet Rh draait de vlag; de Lh ondersteunt

4.3. ACHTERWAARTSE WIEKSLAG LINKS





8

4.3.2. Uitvoering

- Vlag van MBV naar LA in verticale draai naast lichaam bewegen tot MBV. ONDERTUSSEN: - Rh blijft in uitgangshouding - L handpalm open, uiteinde van de stok beweegt zich tussen duim en wijsvinger

- Armen kruisen elkaar: R arm boven, L arm onder

Rh draait de vlag; de Lh ondersteunt

4.4. ACHTERWAARTSE WIEKSLAG RECHTS





4.4.2. Uitvoering

- Vlag van MBV naar RA in verticale draai naast lichaam bewegen tot MBV.

ONDERTUSSEN:


- L handpalm open, uiteinde van de stok beweegt zich tussen duim en wijsvinger

- Armen kruisen elkaar niet Rh draait de vlag; de Lh ondersteunt

10

5. ACHTEN

5.1. PLATTE ACHTEN

5.1.1. Platte acht links rechts

5.1.1.1. Uitgangshouding

- De oefening kan op verschillen hoogten uitgevoerd worden: Vlag MOV; M Hh V; MBV

- Handen: Rh aan vlag, duim naar punt vlag; Lh aan uiteinde stok, duim naar punt vlag 5.1.1.2. Uitvoering

1 c 3

2 4

W

135°

- C: Centrum van platte acht of vertrekpunt van vlag

- 1.2.3.4.: Te volgen richting

- 135°: Hoek waarbinnen uitvoering moet gebeuren

- W: Wimpelier(ster)

5.1.2. Platte acht rechts links



- Handen: Rh aan vlag, duim naar punt vlag; Lh aan uiteinde stok, duim naar punt vlag

5.1.2.2. Uitvoering

135°

3 c 1

4 2

W

- C: Centrum van platte acht of vertrekpunt van vlag



11


12

5.1.3. Omgekeerde platte acht links rechts




5.1.3.2. Uitvoering

135°

2 c 4

1 3

W

- C: Centrum van omgekeerde platte acht of vertrekpunt vlag


- 135°: Hoek waarbinnen uitvoering moet beginnen


5.1.4. Omgekeerde platte acht rechts links




5.1.4.2. Uitvoering

4 c 2

3 1

W

135°

- C: Centrum van omgekeerde platte acht of vertrekpunt vlag


- 135°: Hoek waarbinnen uitvoering moet beginnen


13

5.2. STAANDE ACHTEN

5.2.1. Staande acht rechts


- Handen: zie 5.1

5.2.1.2. Uitvoering

-Te volgen richting: 1 2 3 4

- C: Centrum oefening, vertrekpunt vlag op Hh

5.2.2. Staande acht links


- Handen: zie 5.1

5.2.2.2. Uitvoering



5.2.3. Omgekeerde staande acht rechts


- Handen: zie 5.1

5.2.3.2. Uitvoering



1

4 3

2

4

1

3

2

C

C

4 3

C

1 2

14

5.2.4. Omgekeerde staande acht links

5.2.4.1 Uitgangshouding

- Handen: zie 5.1

5.2.4.2. Uitvoering



5.3. DUBBELE PLATTE ACHT

Alle oefeningen beschreven onder 5.1 en 5.2 kunnen ook dubbel uitgevoerd worden.

De te volgen richting wordt dan: 1.2.1.2.3.4.3.4

3 4

C

1 2

15

C

6. PAPROEREN

6.1. PAPROEREN LINKS RECHTS


- Vlag met punt naar grond MOV

- Handen: Rh aan vlag, handpalm naar lichaam, duim uiteinde stok; Lh aan uiteinde stok, handpalm

naar lichaam, duim uiteinde stok

6.1.2. Uitvoering

1 3

135°

2 4

W

- C: vertrekpunt vlag




6.2. PAPROEREN RECHTS LINKS



- Handen: Rh aan vlag, handpalm naar lichaam, duim uiteinde stok; Lh aan uiteinde stok, handpalm naar lichaam, duim uiteinde stok

16

C

6.2.2. Uitvoering

3 1

135°

4 2

W





6.3. PAPROEREN OMGEKEERD LINKS RECHTS





6.3.2. Uitvoering

2 4

135°

1 C 3

W





6.4. PAPROEREN OMGEKEERD RECHTS LINKS





17

6.4.2. Uitvoering

4 2

135°

3 C 1

W



- 135°: Hoek waarbinnen uitvoering moet gebeuren - W: Wimpelier(ster)

6.5. DUBBEL PAPROEREN

Alle oefeningen beschreven onder 6.1 tot 6.4 kunnen ook dubbel uitgevoerd worden.

De te volgen richting wordt dan: 1.2.1.2.3.4.3.4.

18

7. TELLOOR

7.1. TELLOOR LINKS


- Vlag horizontaal MBV

- Ra gestrekt, handpalm naar onder

- LBa hoek in 90° met lichaam, handpalm naar boven

7.1.2. Uitvoering

- Vlag met Ra horizontaal naar L bewegen.

- Lh en La draaien onder Ra door

- Beweeg vlag verder horizontaal langs achter tot zijwaarts rechts

- Beweeg vlag verder door tot MBV horizontaal

- Rh draait de vlag; de Lh ondersteunt

7.2. TELLOOR RECHTS


- Vlag horizontaal MBV

-Ra gestrekt, handpalm naar onder

-LBa in hoek ca 90° met lichaam, handpalm naar boven

7.2.2. Uitvoering

- Vlag met Ra horizontaal naar R bewegen.

- Beweeg vlag verder horizontaal langs achter tot zijwaarts links

- Beweeg vlag verder tot midden voor lichaam horizontaal

- Lh en La draaien onder Ra door

- Rh draait de vlag; de Lh ondersteunt

7.3. OVERGANG TELLOOR LINKS NAAR TELLOOR RECHTS

Stok onder vlag doortrekken

Indien overgang langs boven is dit uitdrukkelijk beschreven.

19

7.4. OVERGANG TELLOOR RECHTS NAAR TELLOOR LINKS

Stok onder vlag trekken

Indien overgang langs boven is dit uitdrukkelijk beschreven.

20

8. ZON

8.1. ZON NAAR LINKS

- Starthouding: vlag horizontaal zijwaarts op RBh of MBV (verticaal)

- Rh aan vlag, handpalm naar boven, duim naar punt vlag, Lh los

- Overpakken met Lh, handpalm naar onder, duim uiteinde stok

- Rh los - Met L arm frontale draai BLOR tot starthouding

Lh draait de vlag; de Rh vangt op

Indien twee zonnen: Rh vangt op en geeft aanzet voor volgende zon

8.2. ZON NAAR RECHTS

- Starthouding: vlag horizontaal zijwaarts op L Bh of MBV (verticaal)

- Lh aan vlag, handpalm naar boven, duim naar punt vlag, Rh los - Overpakken met Rh, handpalm naar onder, duim uiteinde stok

- Lh los

- Met R arm frontale draai BROL tot starthouding

Rh draait de vlag; de Lh vangt op

Indien twee zonnen: Lh vangt op en geeft aanzet voor volgende zon

8.3. OVERGANG: wisselen vlag verticaal voor lichaam, punt naar boven

8.3.1. Overgang zon links naar zon rechts

- Linkse zon eindigt verticaal voor het lichaam, punt naar boven.

- Met Rh, rug van de hand naar gezicht, duim naar uiteinde stok, zo dicht mogelijk tegen Lh de vlag overnemen

- Lh lossen - Met Rh zon rechts tot starthouding

8.3.2. Overgang zon rechts naar zon links

- Rechtse zon eindigt verticaal voor het lichaam, punt naar boven.

- Met Lh, rug van de hand naar gezicht, duim naar uiteinde stok, zo dicht mogelijk tegen Rh de vlag

overnemen

- Rh lossen

- Met Lh zon links tot starthouding

21

9. VLAG DOORGEVEN

9.1. ROND HET LICHAAM DOORGEVEN

9.1.1. Links draaien


- Vlag MV Hh

- Rh aan vlag, duim naar punt vlag

- Lh onder Rh, duim uiteinde stok

- Uiteinde van de stok tegen lichaam

9.1.1.2. Uitvoering

- Rh los

- Lh draait vlag horizontaal over L naar achter tot R zijwaarts. Uiteinde stok blijft tegen lichaam

- Met Rh stok overnemen voor Lh met duim naar punt vlag

- Lh los - Vlag horizontaal tot voor doordraaien, uiteinde blijft tegen lichaam

9.1.2. Rechts draaien


- Vlag MV Hh

- Lh aan vlag, duim naar punt vlag

- Rh onder Lh, duim uiteinde stok

- Uiteinde van de stok tegen het lichaam

9.1.2.2. Uitvoering

- Lh los

- Rh draait vlag horizontaal over R naar achter tot L zijwaarts. Uiteinde stok blijft tegen lichaam

- Met Lh stok overnemen aan de vlag met duim naar punt vlag

- Rh los

- Vlag horizontaal tot voor doordraaien, uiteinde blijft tegen lichaam

9.1.3. Overgang van links naar rechts en omgekeerd

De stok onder de vlag trekken en horizontaal van draairichting veranderen

22

9.2. VLAG DOORGEVEN MET GESTREKTE ARMEN

9.2.1. Doorgeven naar links met gestrekte armen


- Vlag MOV met punt naar grond, armen gestrekt

- Rh aan vlag duim punt vlag

- Lh aan uiteinde van de stok, duim naar punt vlag

9.2.1.2. Uitvoering

- Rh loslaten

- Met Lh vlag met punt naar grond doordraaien over L tot midden achter

- Met Rh vlag overnemen, duim naar punt vlag

- Lh los

- Met Rh vlag doordraaien tot uitgangshouding

9.2.2. Doorgeven naar rechts met gestrekte armen


- Vlag MOV met punt naar grond, armen gestrekt

- Rh aan vlag duim punt vlag - Lh aan uiteinde van de stok, duim naar punt vlag

9.2.2.2. Uitvoering

- Lh loslaten

- Vlag in Rh met punt aan grond doordraaien over R tot midden achter

- Met Lh vlag overnemen aan uiteinde stok duim naar punt vlag - Rh los

- Met Lh vlag doordraaien tot uitgangshouding

9.2.3. Overgang van links naar rechts en omgekeerd

De stok onder de vlag trekken en van draairichting veranderen

23

10. FRONTALE DRAAI

10.1. Frontale draai links


- Vlag op R Hh

- Rh aan vlag duim naar punt vlag, Lh aan uiteinde stok, duim naar punt vlag

10.1.2. Uitvoering

- Draai de vlag in een frontaal vlak voor het lichaam. Draairichting: BLOR

10.2. Frontale draai rechts


- Vlag op L Hh


10.2.2. Uitvoering

- Draai de vlag in een frontaal vlak voor het lichaam. Draairichting: BROL

10.3. Varianten

Er zijn verschillende start posities mogelijk (bv. MBV) en verschillende draairichtingen, steeds

beschreven door de letter B; O; R; L

20

11. Zigzag

11.1. Zigzag van boven naar onder


- Vlag MBV

- Armen gestrekt

- Lh aan uiteinde stok, duim naar punt vlag


11.1.2. Uitvoering zigzag met scherpe hoeken

- Breng de vlag in een rechte lijn naar links of rechts

11.1.3. Uitvoering zigzag met afgeronde hoeken

- Breng de vlag naar links of rechts waarbij de stok steeds onder de vlag getrokken wordt.

Figuur 16

21

11.1.4. Uitvoering zigzag met lussen

- Breng de vlag naar links of rechts waarbij de stok steeds boven de vlag getrokken wordt (=’boogje

naar boven bij wisselen van richting’).

11.2. Zigzag van onder naar boven


- Vlag MOV

- Armen gestrekt

- Lh aan uiteinde stok, duim naar punt vlag


11.2.2. Uitvoering zigzag met scherpe hoeken

- Breng de vlag in een rechte lijn naar links of rechts

22

11.2.3. Uitvoering zigzag met afgeronde hoeken

- Breng de vlag naar links of rechts waarbij de stok steeds onder de vlag getrokken wordt (=’boogje

naar boven bij wisselen van richting’)

11.2.4. Uitvoering zigzag met lussen

- Breng de vlag naar links of rechts waarbij de stok steeds boven de vlag getrokken wordt.

23

12. Vlag op en afrollen

12.1. Van rechts naar links in 4 draaitjes


- Vlag op R Hh


12.1.2. Uitvoering

- Maak 4 kleine voorwaartse draaitjes, terwijl de vlag van R Hh naar R BV gebracht wordt.

- Maak 4 kleine voorwaartse draaitjes, terwijl de vlag van L BV naar L Hh gebracht wordt.

12.2. Van links naar rechts in 4 draaitjes


- Vlag op L Hh


12.2.2. Uitvoering

- Maak 4 kleine voorwaartse draaitjes, terwijl de vlag van L Hh naar L BV gebracht wordt.

- Maak 4 kleine voorwaartse draaitjes, terwijl de vlag van R BV naar R Hh gebracht wordt.

24

12.3. Variant

Er kunnen ook

- achterwaartse draaitjes gemaakt worden

- meer of minder draaitjes gemaakt worden

25

13. VEGEN

13.1. VEGEN RECHTS


- Paproerhouding (zie deel 1) met vlag op Hh V horizontaal.

13.1.2. Uitvoering

- Halve verticale draai langs onder naast het lichaam tot RHh A, door de knieen gaan. Bij de vlag

terug tot beginhouding brengen, benen terug strekken.

- Beweging met hoofd te specificeren in beschrijving.

13.2. VEGEN LINKS


- Paproerhouding (zie deel 1) met vlag op Hh V horizontaal.

13.2.2. Uitvoering

- Halve verticale draai langs onder naast het lichaam tot LHh A, door de knieen gaan. Bij de vlag terug

tot beginhouding brengen, benen terug strekken.

- Beweging met hoofd te specificeren in beschrijving.

26

14. VENDELSLAG

14.1. VENDELSLAG RECHTS


- Vlag MV, beide handen aan de vlag.

14.1.2. Uitvoering

- Halve verticale wiekslag rechts langs boven naast het lichaam tot RA, tot in plooi van elleboog. De

vlag terug naar MV brengen langs links door een halve horizontale boog tot beginhouding.

14.2. VENDELSLAG LINKS


- Vlag MV, beide handen aan de vlag.

14.2.2. Uitvoering

- Halve verticale wiekslag links langs boven naast het lichaam tot LA, tot in plooi van elleboog. De

vlag terug naar MV brengen langs links door een halve horizontale boog tot beginhouding.

27

15. GOLFJES

15.1. GOLFJES NAAR RECHTS


- Vlag LHh zijwaarts, evenwijdig met de grond.

15.1.2. Uitvoering

- Vlag van LHh zijwaarts, in het horizontale vlak op Hh in golvende bewegen brengen naar RHh,

evenwijdig met de grond. Het aantal golfjes wordt gespecifieerd in de beschrijving.

15.2. GOLFJES NAAR LINKS


- Vlag RHh zijwaarts, evenwijdig met de grond.

15.2.2. Uitvoering

- Vlag van RHh zijwaarts, in het horizontale vlak op Hh in golvende bewegen brengen naar LHh,

evenwijdig met de grond. Het aantal golfjes wordt gespecifieerd in de beschrijving.

28

16. V-FIGUUR

16.1. V-FIGUUR RECHTS LINKS


- Vlag RB, beide handen aan de vlag.

16.1.2. Uitvoering

- Vlag van RB naar in een rechte lijn naar MOV brengen.

- Vlag van MOV in een rechte lijn naar LB brengen.

16.2. V-FIGUUR LINKS RECHTS


- Vlag LB, beide handen aan de vlag.

16.2.2. Uitvoering

- Vlag van LB naar in een rechte lijn naar MOV brengen.

- Vlag van MOV in een rechte lijn naar RB brengen.

16.3. OMGEKEERDE V-FIGUUR RECHTS LINKS


- Vlag RO, beide handen aan de vlag.

16.3.2. Uitvoering

- Vlag van RO naar in een rechte lijn naar MBV brengen.

- Vlag van MBV in een rechte lijn naar LO brengen.

16.4. OMGEKEERDE V-FIGUUR LINKS RECHTS


- Vlag LO, beide handen aan de vlag.

16.4.2. Uitvoering

- Vlag van LO naar in een rechte lijn naar MBV brengen.

- Vlag van MBV in een rechte lijn naar RO brengen.

29

DEEL 3: OEFENINGEN VOOR GEVORDERDE WIMPELIERS

17. VLINDER OEFENING

17.1. Vlinder van links naar rechts achter lichaam


- Vlag L B, zijwaarts

- Lh aan vlag duim naar punt vlag, L arm gestrekt, Rh op de rug

17.1.2. Uitvoering

- Met Lh vlag in frontale draai (LORB) achter het lichaam draaien

- Vlag over nemen met Rh, handpalm naar buiten

- Frontale draai BLOR tot RB zijwaarts doordraaien

- Eindigen met R arm gestrekt, Lh op de rug

17.2. Vlinder van rechts naar links achter lichaam


- Vlag R B, zijwaarts

- Rh aan vlag duim naar punt vlag, R arm gestrekt, Lh op de rug

17.2.2. Uitvoering

- Met Rh vlag in frontale draai (ROLB) achter het lichaam draaien

- Vlag over nemen met Lh, handpalm naar buiten

- Frontale draai BROL tot LB zijwaarts doordraaien

- Eindigen met L arm gestrekt, Rh op de rug

17.3. Vlinder van links naar rechts voor lichaam


- Vlag L B, zijwaarts

- Lh aan vlag duim naar punt vlag, L arm gestrekt, Rh op de rug

17.3.2. Uitvoering

- Met Lh vlag in frontale draai (LORB) voor het lichaam draaien

- Vlag over nemen met Rh, handpalm naar buiten

- Frontale draai BLOR tot RB zijwaarts doordraaien

- Eindigen met R arm gestrekt, Lh op de rug

17.4. Vlinder van rechts naar links voor lichaam


- Vlag R B, zijwaarts

- Rh aan vlag duim naar punt vlag, R arm gestrekt, Lh op de rug

30

17.4.2. Uitvoering

- Met Rh vlag in frontale draai (ROLB) voor het lichaam draaien

- Vlag over nemen met Lh, handpalm naar buiten

- Frontale draai BROL tot LB zijwaarts doordraaien

- Eindigen met L arm gestrekt, Rh op de rug

18. VIOOLTJE

18.1. Viooltje met rechterhand


- vlag in verlengde van rechterarm, rechterhand aan vlag, linkerhand op de rug (rug van hand tegen je

rug), vlagpunt wijst naar RO.

18.1.2. Uitvoering

- Met vlag van rechts te starten een volledige grote cirkel tekenen met de vlag net boven de grond in

tegenwijzerszin.

- Hierbij buig je licht voorover, linkerhand blijft op de rug (alsof je in de pap roert en en in de pot kijkt)

- Je vervolgt de oefening door langs rechts vlot over te gaan in een telloor naar links van MBV tot

MBV.

18.2. Viooltje met linkerhand


- vlag in verlengde van linkerarm, linkerhand aan vlag, rechterhand op de rug (rug van hand tegen je

rug), vlagpunt wijst naar LO.

18.2.2. Uitvoering

- Met vlag van links te starten een volledige grote cirkel tekenen met de vlag net boven de grond met

de wijzers van de klok mee.

- Hierbij buig je licht voorover, rechterhand blijft op de rug (alsof je in de pap roert en en in de pot

kijkt)

- Je vervolgt de oefening door langs links vlot over te gaan in een telloor naar rechts van MBV tot

MBV.

32

18.3. Omgekeerd Viooltje met rechterhand


- vlag MV, rechterhand aan vlag, linkerhand op de rug (rug van hand tegen je rug).

18.3.2. Uitvoering

- Van MV een telloor naar links van MBV tot MBV uitvoeren.

- Vlot overgaan van MBV naar O een volledige grote cirkel tekenen met de vlag net boven de grond

in tegenwijzerszin.

- Hierbij buig je licht voorover, linkerhand blijft op de rug (alsof je in de pap roert en en in de pot kijkt)

18.4. Viooltje met linkerhand


- vlag MV, linkerhand aan vlag, rechterhand op de rug (rug van hand tegen je rug).

18.4.2. Uitvoering

- Van MV een telloor naar rechts van MBV tot MBV uitvoeren.

- Vlot overgaan van MBV naar O een volledige grote cirkel tekenen met de vlag net boven de grond

met de klok mee.

- Hierbij buig je licht voorover, rechterhand blijft op de rug (alsof je in de pap roert en en in de pot

kijkt)

BASISFIGUREN WIMPELEN basisoefeningen...2 Beste sportieveling, In deze bundel vind je een...

Documents

Transcript of BASISFIGUREN WIMPELEN basisoefeningen...2 Beste sportieveling, In deze bundel vind je een...