AU: Goedhart - afl. 4

44
Generaties: 1. Richard 2. Tasja

Transcript of AU: Goedhart - afl. 4

Page 1: AU: Goedhart - afl. 4

Generaties:

1. Richard

2. Tasja

Page 2: AU: Goedhart - afl. 4

Ik hoor Tasja’s voetstappen door mijn kamer. Ze loopt voorzichtig, om mij niet wakker te maken.

‘Dag papa, tot vanmiddag.’ fluistert ze.

Ik wil antwoorden, maar zak alweer weg in een diepe slaap.

Page 3: AU: Goedhart - afl. 4

Ik ben op het land aan het werk, als Tasja luid roepend de schoolbus uit komt.

‘Papa, papa! Ik heb mijn rapport! Vijf tienen, drie negens en vier achten! Ongelofelijk, hè?’

Langzaam kom ik overeind en strek mijn oude ledematen.

Page 4: AU: Goedhart - afl. 4

‘Dat is geweldig, Tasja, kindje van me.’ Ik omhels haar. ‘Ik ben echt heel trots op je, maar dat weet je wel! Je bent mijn grote, slimme, zelfstandige meid.’

Met een grijns laten we elkaar los.

Page 5: AU: Goedhart - afl. 4

‘Ik ga even foto’s maken hoor papa!’ zegt Tasja opgewekt. ‘Het is zo’n mooie dag!’

‘Je doet maar,’ grinnik ik. Ze maakt ook een paar foto’s van mij.

Page 6: AU: Goedhart - afl. 4

Even later vertrekken we samen naar ons werk. Als we thuis komen, voel ik me opeens niet goed.

Het groene gras omringt me ineens aan alle kanten – ik weet niet meer wat boven of onder is, waar de grond is of waar de lucht.

Doodstil blijf ik staan.

Page 7: AU: Goedhart - afl. 4

‘Papa?’

Ik hoor Tasja’s stem, en ik wil reageren – ik wil zeggen dat alles goed komt, dat ze niet bang moet zijn, dat ze…

Page 8: AU: Goedhart - afl. 4

‘Mijn tijd is gekomen, ik weet het.’ stamel ik, maar mijn stem is niet meer hoorbaar.

In mijn werkkleding zak ik op de grond neer, en verlaat deze wereld.

Page 9: AU: Goedhart - afl. 4

Als ik voor het laatst mijn ogen open doe, zie ik Tasja met open mond staan kijken. Haar ogen zijn wijd open gesperd van angst.

Haar lippen vormen het woord ‘papa’ maar ik hoor haar niet meer.

Mijn leven is voorbij.

Page 10: AU: Goedhart - afl. 4
Page 11: AU: Goedhart - afl. 4

Vol ongeloof staar ik naar papa’s graf. Even is het of de wereld stil staat.

Dan komt het verdriet. Vanuit de grond van mijn hart vult het mijn hele lichaam.

Een wanhopig gejammer verscheurt de stilte.

Page 12: AU: Goedhart - afl. 4

Pas als het donker begint te worden, ga ik het huis in. Het is niet meer mijn thuis, zonder papa.

Tranen rollen onophoudelijk over mijn wangen, maar ik merk het niet eens.

Ik laat me in papa’s lievelingsstoel vallen, en zo blijf ik de hele nacht zitten.

Page 13: AU: Goedhart - afl. 4

De komende weken zijn vreselijk. Langzaam gaat de tijd voorbij, en ik trek me terug in een afgesloten bestaan.

Ik maak het huis niet meer schoon, overal ligt vuilnis en stinkende etensresten.

Het kan me niet schelen.

Page 14: AU: Goedhart - afl. 4

Boven mijn bed heb ik een foto van papa gehangen, zodat hij altijd bij me is. Zijn vriendelijke gezicht lacht me toe vanaf de foto – soms kalmeert dat me, maar meestal moet ik er alleen maar meer van huilen.

Page 15: AU: Goedhart - afl. 4

Iedere ochtend word ik wakker met een onrustig gevoel, en even weet ik dan niet meer wat er aan de hand is – pas als ik op de rand van mijn bed zit dringt de werkelijkheid weer tot me door.

Papa. Hij is er niet meer.

Page 16: AU: Goedhart - afl. 4

In een warm trainingspak breng ik de dagen door, slapend, starend en treurend.

Bij alles wat ik doe, word ik herinnerd aan papa.

Door het keukenraam zie ik zijn grafsteen.

Page 17: AU: Goedhart - afl. 4

Papa, papa, hij is weg, hij is er niet meer; hij komt nooit meer terug.

Ik ben alleen.

Alleen, alleen.

Ik krijg geen hap meer door mijn keel.

Page 18: AU: Goedhart - afl. 4

Mijn huiswerk maak ik niet meer. Ik ga nog wel naar school, als ik me goed genoeg voel, maar meestal kan ik mezelf er niet toe zetten.

Als versteend zit ik op de bank, iedere dag in dezelfde kleding.

Ik verwaarloos mezelf.

Page 19: AU: Goedhart - afl. 4

Als ik in de spiegel kijk zie ik iemand anders. Ik kijk naar mezelf, maar zo voelt het niet meer.

Ik zie de tranen, het bleke gezicht, mijn haar wat alle kanten op staat, en de wallen onder mijn ogen.

Wat maakt het nog uit?

Page 20: AU: Goedhart - afl. 4

De schildersezel, ooit een hobby waar ik me met hart en ziel op kon storten, staat nu al tijden leeg in de hoek.

Wat zou ik moeten schilderen? En waarom?

Page 21: AU: Goedhart - afl. 4

‘O, papa!’ jammer ik ineens.

Ik grijp met mijn handen naar mijn hoofd, als alles in de kamer begint te draaien.

‘Papa, papa, was je nog maar hier!’

Page 22: AU: Goedhart - afl. 4

‘Ik kan dit niet!’ huil ik. Mijn gejammer klinkt door het hele huis, maar ach – ik ben toch alleen. Niemand die me hoort.

‘Ik kan niet voor mezelf zorgen, ik kan niet leven zonder jou, papa!’

Page 23: AU: Goedhart - afl. 4

Buiten hoor ik de carpool toeteren. Ik laat mijn handen zakken en kijk met roodbehuilde ogen uit het raam.

Ik was al weken niet meer naar mijn werk geweest.

Page 24: AU: Goedhart - afl. 4

Net op het moment dat ik weer in huilen dreig uit te barsten, gaat de deurbel.

Door de ruitjes in de voordeur zie ik dat het mijn vriendin Savannah is.

Page 25: AU: Goedhart - afl. 4

‘O, Savannah!’ snik ik en ik werp me in haar armen. ‘Ik weet het gewoon niet meer! Zonder papa is het…ik kan niet…O, het is zo moeilijk!’

Mijn gejammer gaat over in een hysterisch huilen, waar mijn hele lichaam van schokt.

Page 26: AU: Goedhart - afl. 4

‘Stil maar meis, ik ben er voor je.’ sust Savannah.

Als ik wat gekalmeerd ben, wordt Savannah ineens serieus.

‘Ik weet dat je verdriet hebt, maar je kunt zo niet eeuwig door blijven gaan. We moeten langzaamaan weer een leven voor je gaan opbouwen, Tas.’

Page 27: AU: Goedhart - afl. 4

‘Je hebt afleiding nodig, en verandering. Laten we gaan shoppen, en naar de kapper gaan – okee, dat heb ik ook wel nodig!’ grinnikt Savannah.

Voor het eerst sinds papa’s overlijden verschijnt er een waterig lachje op mijn gezicht.

Page 28: AU: Goedhart - afl. 4

Als ik een paar uur later in de spiegel kijk, voel ik me anders. Een beetje, alsof ik een nieuwe start ga maken.

Voor het eerst heb ik weer het gevoel dat ik echt naar mezelf kijk in de spiegel. Dit ben ik, Tasja Goedhart.

Ik voel me iets beter, maar ook doodmoe.

Page 29: AU: Goedhart - afl. 4

‘Weet je Savan, er zijn best veel dingen die ik zou willen doen. Ik weet eigenlijk niet goed waar ik moet beginnen. Een eigen katje, dat zou super zijn. Dan ben ik ook niet meer zo alleen, hier.’ zeg ik nadenkend.

Page 30: AU: Goedhart - afl. 4

‘Niet denken, maar doen!’ zegt Savannah. ‘Net als met die neuspiercings die we net lieten zetten – gewoon doen!’

Weer glimlach ik. Ze had gelijk.

Page 31: AU: Goedhart - afl. 4

‘Dus het mág?’ vraag ik even later ongelovig. ‘En u komt de kitten meteen brengen?’

Met twinkelende ogen verbreek ik de verbinding.

Page 32: AU: Goedhart - afl. 4

‘Ik krijg een eigen katje, Savannah!’ jubel ik en ik vlieg mijn hartsvriendin in de armen. Bijna barst ik weer in snikken uit.

‘Kom op, meid. Laten we eerst dat huis van je gaan opruimen, anders verlies je die kat nog tussen de rotzooi!’

We lachen – en ik lach werkelijk met vreugde.

Page 33: AU: Goedhart - afl. 4

Het is al donker als er een auto voor de deur stopt. Eerst kan ik het niet zo goed zien, maar er gaat een deur open en een piepklein wezentje springt eruit.

Daar was ze – mijn kat!

Page 34: AU: Goedhart - afl. 4

‘O, wat ben jij een prachtig beestje!’ Liefdevol pak ik het katje op, wat meteen begint te piepen.

‘Cindy…ja, zo noem ik je.’ glimlach ik.

Page 35: AU: Goedhart - afl. 4

Zodra we binnen zijn rent Cindy meteen naar haar voerbak.

‘Dat beest verdrinkt daar nog in,’ merkt Savannah droog op.

Page 36: AU: Goedhart - afl. 4

‘En dáár raak je haar echt nog in kwijt!’ grinnikt Savannah als ze Cindy in haar enorme mand ziet zitten.

‘Ach, ze groeit nog wel.’ zeg ik.

Page 37: AU: Goedhart - afl. 4

Ineens bedenk ik me iets. Was Cindy wel een meisje?

Na een korte controle schiet ik in de lach en haast me naar Savannah toe.

‘Eh, mijn kat, ze is geen zij, maar een…hij.’ stamel ik.

Savannah kijkt me moeilijk aan. ‘Hè?’

Page 38: AU: Goedhart - afl. 4

‘Cindy is een jongen!’ proest ik, en eindelijk begrijpt Savannah het ook. We barsten in schateren uit en voor even vergeet ik echt mijn verdriet om papa.

‘Dat is gewoon hartstikke stom!’ schatert Savannah.

Page 39: AU: Goedhart - afl. 4

Als Savannah die avond naar huis is, kniel ik neer bij Cindy.

‘Zo, jochie. Het spijt me dat je een meisjesnaam hebt, hoor.’

De kat lijkt me niet te horen en slaat speels naar mijn vingers.

‘Gelukkig, zo te zien vindt je het niet erg. Wat kan een naam jou schelen!’

Page 40: AU: Goedhart - afl. 4

Nog glimlachend om mijn stomme actie ga ik aan mijn huiswerk. Het is een aardige stapel geworden – en dat is totaal niks voor mij.

Mijn cijfers zijn in de afgelopen maanden erg achteruit gegaan, en daar wil ik zo snel mogelijk verandering in brengen!

Page 41: AU: Goedhart - afl. 4

De volgende dag is het een prachtige zomerdag. Het is weekend, maar voor ik van de zon kan genieten moet ik eerst het huis schoonmaken.

In mijn ondergoed ren ik door het huis, met bezems, borstels, stofdoeken en dweilen – en na een ochtendje boenen blinkt alles als nieuw.

Page 42: AU: Goedhart - afl. 4

Met een tevreden gevoel van binnen open ik de deur naar het balkon. Ik heb mijn badpak aangetrokken en even blijf ik genietend staan. De warmte van de zon kriebelt op mijn huid en de hemel strekt zich helderblauw boven me uit.

Wat een uitzicht, wat een dag!

Page 43: AU: Goedhart - afl. 4

Ik strek me uit op de ligstoel en snuif genietend de frisse zomergeur op.

Zo kan ik wel de hele dag blijven liggen!

Ik voel me fijn, en rustig.

Page 44: AU: Goedhart - afl. 4

Het leven zonder papa is moeilijk, maar ik kom er wel.

Eindelijk heb ik mijn draai gevonden.

Mijn leven, mijn eigen leven, is vandaag begonnen!