AKD T.N. Sanders Uitdagingen bij invordering

28
mr.drs. T.N. (Thomas) Sanders Advocaat bij AKD te Breda/Eindhoven Promovendus Handhavingsrecht Universiteit Leiden Invordering en executie

Transcript of AKD T.N. Sanders Uitdagingen bij invordering

Page 1: AKD T.N. Sanders Uitdagingen bij invordering

Titeldia

mr.drs. T.N. (Thomas) Sanders

Advocaat bij AKD te Breda/Eindhoven

Promovendus Handhavingsrecht Universiteit Leiden

Invordering en executie

Page 2: AKD T.N. Sanders Uitdagingen bij invordering

TEXT LEVELS

1

Level vooruit

Level terug

Reguliere tekst (40pt)

Promotie

Even voorstellen

Page 3: AKD T.N. Sanders Uitdagingen bij invordering

Inleiding

- Wie ben ik – wie zijn jullie

- Overzicht van de systematiek van de geldschuldenregeling in titel 4.4 Awb en de invordering van dwangsommen ex titel 5.3 Awb

- Een capita selecta invordering dwangsom, met onder meer:

- ‘bijzondere omstandigheden’;

- Verjaring;

- Derdebelanghebbenden;

- Executiegeschillen.

Page 4: AKD T.N. Sanders Uitdagingen bij invordering

Systematiek geldschuldenregeling- Sinds 1 juli 2009 is de vierde tranche van de Awb en de bestuursrechtelijke

geldschuldenregeling (titel 4.4. Awb) van toepassing

- Systematiek geldschuldenregeling:

- Geldschuld ontstaat (bij beschikking – 4:86 Awb, of van rechtswege 4:88 Awb)

- Bezwaar en beroep tegen beschikking, maar heeft geen schorsende werking (6:16 Awb).

- Na beschikking éérst aanmaning (4:112 Awb) – bedoeld als betalingsherinnering om de burger nog één laatste kans te geven om een dwangbevel te voorkomen.

- Na aanmaning dwangbevel (4:117 Awb) – pas als niet binnen aanmaningstermijn is betaald, dan mag een dwangbevel worden uitgevaardigd

• Of ‘privaatrechtelijke invordering’ artikel 4:124 Awb

4

Page 5: AKD T.N. Sanders Uitdagingen bij invordering

Systematiek invordering dwangsom

- Een dwangsom wordt van rechtswege verbeurd (5:33 Awb), nadat uiteraard overtreding is begaan (art 5:31d onder b Awb). Op dat moment ontstaat de geldschuld. Daarna:

- Invorderingsbeschikking ex artikel 5:37 Awb = ‘Voordat wordt aangemaand dient eerst een beslissing te worden genomen omtrent de invordering van de dwangsom’

- Aanmaning ex artikel 4:112 Awb

- Dwangbevel ex artikel 4:117 Awb

- Deze stappen zijn ‘volgordelijk’ – je kan dus niet een dwangbevel uitbrengen voordat je hebt aangemaand en geen aanmaning zonder invorderingsbeschikking (zie HR 3 april 2015, AB 2015/213 m.nt. TNS)

5

Page 6: AKD T.N. Sanders Uitdagingen bij invordering

Rechtsbescherming invordering dwangsom

- Verbeurte (5:33 Awb) geen bezwaar

- Invorderingsbeschikking (5:37 Awb) bezwaar / beroep

- Aanmaning (4:112 Awb) geen bezwaar

- Dwangbevel (4:117 Awb) executiegeschil

of

- Privaatrechtelijke invordering (4:124 Awb) civiele procedure

Page 7: AKD T.N. Sanders Uitdagingen bij invordering

Capita selecta invordering dwangsom-1. Inhoud beschikkingen

-2. Beginselplicht tot invordering / bijzondere omstandigheden

-3. Bewijs bij invordering

-4. Verjaring

-5. Positie derdebelanghebbende

-6. Rechtsbescherming / concentratiebepaling

-7. Betalingstermijn / wettelijke rente

-8. Executie en beslag

Page 8: AKD T.N. Sanders Uitdagingen bij invordering

1. Inhoud beschikkingen- De invorderingsbeschikking is ‘de beslissing om tot invordering over te gaan’ Motivering waarom last is overtreden

Motivering hoogte verschuldigde bedrag

Motivering waarom tot invordering wordt overgegaan

Besluit tot invordering van het verschuldigde bedrag

Betalingstermijn, 6 weken na verbeurte

- De aanmaning (4:112):

“1. Het bestuursorgaan maant de schuldenaar die in verzuim is schriftelijk aan tot betaling binnen twee weken, gerekend vanaf de dag na die waarop de aanmaning is toegezonden.

[…] 3. De aanmaning vermeldt dat bij niet tijdige betaling deze kan worden afgedwongen door op kosten van de schuldenaar uit te voeren invorderingsmaatregelen.”

- En 4:113, lid 2, Awb:

“De aanmaning vermeldt de vergoeding die in rekening wordt gebracht”

Page 9: AKD T.N. Sanders Uitdagingen bij invordering

1. Inhoud beschikkingen

- Wat is géén invorderingsbeschikking?

De bestuurlijke incassobrief (ABRvS 19 september 2012, AB 2012/399, m.nt. TNS)

De beslissing om niet terug te betalen (ABRvS 13 maart 2013, AB 2013/153, m.nt. TNS)

- Wat is géén aanmaning?

‘Aanmaning’ zonder aanzegging dat dwanginvordering volgt op kosten overtreder (4:112, lid 3, Awb) (ABRvS 22 juli 2015, AB 2015/302, m.nt. TNS)

- Wat is wél een aanmaning?

Een aanmaning met een andere termijn dan de wettelijke (4:112, lid 1, Awb) – (ABRvS 8 oktober 2014, AB 2014/411, m.nt. TNS)

Page 10: AKD T.N. Sanders Uitdagingen bij invordering

1. Inhoud beschikkingen

- Als aanmaning niet voldoet aan de eisen – dan geen dwangbevelbevoegdheid (en geen stuiting)!

“[de dwangbevelbevoegdheid ontstaat als] aan alle vereisten van artikel 4:112 Awb is voldaan, zodat de schuldenaar volledig op de hoogte is van de gevolgen van te late betaling. [De gemeente heeft geen aanmaning verstuurd waarin wordt gewaarschuwd voor de gevolgen van te late betaling]. Dit betekent dat het dwangbevel van 7 januari 2013 onbevoegd is uitgevaardigd. […]”

(Rb. Zeeland West-Brabant, 12 december 2013, ECLI:NL:RBZWB:2013:9939)

Page 11: AKD T.N. Sanders Uitdagingen bij invordering

2. Beginselplicht & bijzondere omstandigheden

- Invorderen is een plicht, behoudens bijzondere omstandigheden:

- “Zoals de Afdeling eerder heeft overwogen (uitspraak van 16 januari 2013 in zaak nr. 201205967/1/A1), dient bij een besluit omtrent invordering van een verbeurde dwangsom aan het belang van de invordering een zwaarwegend gewicht te worden toegekend. Een andere opvatting zou afdoen aan het gezag dat behoort uit te gaan van een besluit tot oplegging van een last onder dwangsom. Steun voor dit uitgangspunt kan worden gevonden in de geschiedenis van de totstandkoming van artikel 5:37, eerste lid, van de Awb (Kamerstukken II 2003/04, 29 702, nr. 3, blz. 115). Hierin is vermeld dat een adequate handhaving vergt dat opgelegde sancties ook worden geëffectueerd en dus dat verbeurde dwangsommen worden ingevorderd. Slechts in bijzondere omstandigheden kan geheel of gedeeltelijk van invordering worden afgezien.”

Page 12: AKD T.N. Sanders Uitdagingen bij invordering

2. Beginselplicht & bijzondere omstandigheden- Wat zijn los van elkaar geen bijzondere omstandigheden?

- (in beginsel) draagkracht / financiële problemen (ABRvS 22 juli 2015, ECLI:NL:RVS:2015:2383)

- dat de dwangsom 'onredelijk' hoog is ('dat had je in de procedure tegen de last onder dwangsom moeten aanvoeren');

- het gedeeltelijk hebben voldaan aan de last ('er is dus niet voldaan aan de rest van de last: de dwangsom is gewoon verschuldigd');

- het later alsnog voldoen aan de last ('in de last staat niet voor niets een begunstigingstermijn opgenomen').

- Wat zijn dan WEL bijzondere omstandigheden?

- Rb. Almelo, 22 februari 2012, ECLI:NL:RBALM:2012:BV7750 (verkeerde gegevens aangeleverd door verkeerde informatie bestuursorgaan)

- Rb. Utrecht, 25 mei 2010 AB 2010/174, m.nt. F.C.M.A. Michiels (€ 30.000,- voor te late aanvraag)

- ABRvS 15 januari 2014, AB 2014/108 , m.nt. TNS (gedeeltelijk voldaan + doel voorschrift nageleefd + hoogte)

Page 13: AKD T.N. Sanders Uitdagingen bij invordering

3. Bewijs bij invordering

Dwangsom verbeurt als last wordt overtreden – het is aan het bestuursorgaan om de overtreding aannemelijk te maken. Bij een invorderingsbeschikking moet deugdelijk en controleerbaar bewijs worden geleverd.

‘Deugdelijke en controleerbare feitenvaststelling’

Of

Ander bewijs (fotografisch, videografisch: ABRvS 25/7/2012 ECLI:NL:RVS:2012:BX2610 en 20/3/2013, JM 2013/62, m.nt. TNS), maar ook dit moet ‘deugdelijk en controleerbaar zijn’!

13

Page 14: AKD T.N. Sanders Uitdagingen bij invordering

3. Bewijs bij invordering- Wat is een deugdelijke en controleerbare feitenvaststelling?

- Schriftelijke feitenvaststelling (ABRvS 13 juni 2012, JM 2012/103, m.nt. TNS)

‒ Waarneming dient te zijn gedaan door een ter zake deskundige van het bevoegd gezag

‒ Bevindingen op schrift stellen, dagtekening en ondertekening

‒ Plaats, tijdstip en datum van de waarneming vermelden

‒ Inzichtelijke beschrijving van de gehanteerde werkwijze en hetgeen dat is waargenomen Maar: soep wordt niet altijd zo heet gegeten, apart verslag niet altijd noodzakelijk (ABRvS 27 augustus 2014, AB 2014/411, m.nt. TNS)

- Indien digitaal opgesteld, dan op andere wijze aantonen wie verslag heeft opgemaakt. ‘Aanmaker’ in Word onvoldoende! Schriftelijke verklaring opsteller wel. (ABRvS 13 november 2013 AB 2014/58, m.nt. TNS).

14

Page 15: AKD T.N. Sanders Uitdagingen bij invordering

TEXT LEVELS

1

Level vooruit

Level terug

Reguliere tekst (40pt)

Promotie

Wij houden liever geen afstand

Koffie?

Page 16: AKD T.N. Sanders Uitdagingen bij invordering

4. Verjaring

- Ingevolge artikel 5:35 Awb verjaart de ‘invorderingsbevoegdheid’ een jaar na verbeurte.

- Maar wat verjaart er nu eigenlijk? Artikel 4:104 Awb bepaalt dat “na voltooiing van de verjaring het bestuursorgaan zijn bevoegdheden tot aanmaning en verrekening en tot uitvaardiging en tenuitvoerlegging van een dwangbevel niet meer uitoefenen”.

- Naar mijn mening: alle ‘bevoegdheid’ omvat alle mogelijkheden om de dwangsom in rechte op te eisen (zie JBPlus 2014/2)

- Maar verdedigbaar zou ook kunnen zijn dat het alleen ziet op alle publiekrechtelijke mogelijkheden (dus niet artikel 4:124 Awb).

16

Page 17: AKD T.N. Sanders Uitdagingen bij invordering

4. Verjaring – toetsing bestuursrechter

- Bestuursrechter toetst ambtshalve in het kader van procesbelang:

‒ “3.2. De Afdeling stelt voorop dat om een rechtsingang te hebben bij de bestuursrechter vereist is dat de desbetreffende appellant procesbelang heeft. Dit staat ter zelfstandige beoordeling van de bestuursrechter ten tijde van de beoordeling van het rechtsmiddel. In het geval van een aanhangig beroep tegen een invorderingsbesluit speelt, ter voorkoming van het geven van een rechtsoordeel over uitsluitend een theoretische kwestie, hierbij een rol of de bevoegdheid tot invordering inmiddels is verjaard. Is dat het geval, dan kan de overtreder door het bestuursorgaan niet meer langs bestuursrechtelijke weg worden gedwongen om de dwangsom te betalen. Het belang bij een oordeel over de rechtmatigheid van het invorderingsbesluit vervalt dan, tenzij appellant aannemelijk maakt dat er nog procesbelang bij een beoordeling aanwezig is. De rechtbank heeft zich derhalve terecht gebogen over de vraag of de invorderingsbevoegdheid is verjaard.”

- ABRvS 5 augustus 2015, AB 2015/382, m.nt. TNS

17

Page 18: AKD T.N. Sanders Uitdagingen bij invordering

4. Verjaring - wanneer

- Wanneer verjaart de invorderingsbevoegdheid?

- Bij dwangsom: één jaar na verbeurte (5:35 Awb).

- Let op!

- De verjaringstermijn start niet pas na uitvaardigen invorderingsbeschikking

- De verjaringstermijn start niet pas na ommekomst afwijkende betalingstermijnen

- De verjaringstermijn geldt per verbeurde dwangsom

18

Page 19: AKD T.N. Sanders Uitdagingen bij invordering

4. Verjaring - voorkomen- Twee mogelijkheden om verjaring (tijdelijk) te voorkomen:

- Stuiting

- Verlenging

- LET OP, deze mogelijkheden zijn limitatief!!

§ “3.3 […] Het hof heeft met juistheid overwogen dat, mede blijkens de wetgeschiedenis, op de verjaring van dwangsommen ingevolge art. 5:35 Awb de regeling van afdeling 4.4.3 Awb (art. 4:104-4:111 Awb) van toepassing is. Blijkens de in de conclusie van de Advocaat-Generaal onder 2.5 geciteerde passages uit de memorie van toelichting op afdeling 4.4.3 is de in die afdeling vervatte regeling van de stuitingshandelingen, omwille van de rechtszekerheid, als uitputtend bedoeld. Stuiting van de verjaring (ook) van dwangsommen kan derhalve slechts plaatsvinden op de in art. 4:105 en 4:106 Awb voorziene wijzen.”

- Zie: ABRvS 24 december 2013, AB 2014/56 m.nt. T.N.S, HR 3 april 2015, AB 2015/213, m.nt. T.N. Sanders en Gerechtshof ‘s-Hertogenbosch 13 november 2013, AB 2014/57 m.nt. T.N. Sanders.

19

Page 20: AKD T.N. Sanders Uitdagingen bij invordering

4. Verjaring - stuiting- Stuiten van de verjaring (art 4:105 en 4:106 Awb):

- Door daad van rechtsvervolging ex 3:316 BW (invordering via civiele rechter, of conservatoir beslag)

- Erkenning door schuldenaar van verschuldigd bedrag

- Aanmaning ex art 4:112 Awb

- Beschikking tot verrekening (verrekenen mag alleen als bevoegdheid daartoe in wet is opgenomen, art 4:93 Awb)

- Of door uitvaardigen en/of ten uitvoerleggen dwangbevel

• Art 4:110 Awb: na stuiting gaat met ingang van de volgende dag een nieuwe termijn lopen, die net zolang is als de oorspronkelijke termijn (maar nooit langer dan 5 jaren)

• Er wordt niet gestuit door een besluit te nemen tot niet invorderen totdat procedures tegen last onder dwangsom zijn afgerond ABRvS 19 juni 2013, AB 2013/285, m.nt. TNS en ABRvS 5 augustus 2015, AB 2015/382, m.nt. TNS.

• Besluit kan alleen stuiten als het bekend is gemaakt (ABRvS 28 oktober 2015, ECLI:NL:RVS:2015:3279

20

Page 21: AKD T.N. Sanders Uitdagingen bij invordering

4. Verjaring - verlenging- Verlening verjaringstermijn (art 4:111 Awb) zolang:

- uitstel van betaling

- schuldenaar surseance

- schuldenaar faillissement

- schuldenaar in schuldsanering

- schorsing van dwangbevel wegens executiegeschil

- Ambtshalve verlenen uitstel van betaling? (ABRvS 24 december 2013, AB 2014/57, m.nt. TNS)

21

Page 22: AKD T.N. Sanders Uitdagingen bij invordering

5. Positie derdebelanghebbende

- Wat is het belang van een derde bij invordering?

- Belang bij handhaving = belang bij invordering (ABRvS 25 september 2013, AB 2013/418, m.nt. TNS)

- Belang bij handhaving weg, dan belang bij invordering ook (Rb. Den Haag, 3 april 2013, Gst. 2013/68, m.nt. TNS en ABRvS 28 oktober 2015, ECLI:NL:RVS:2015:3300)

- Procesbelang ontbreekt dus als belang bij handhaving eindigt

- Probleem: derde kan verjaring niet stuiten. Bestuursorganen konden dus moedwillig dwangsommen laten verjaren.

- Oplossing: Verzoek om stuiting of verlenging (ABRvS 24 december 2013, AB 2014/57, m.nt. TNS). Noodzaak wettelijke oplossing.

22

Page 23: AKD T.N. Sanders Uitdagingen bij invordering

5. Positie derdebelanghebbende

- Probleem: derde kan daadwerkelijke invordering (dus uitvaardigen dwangbevel) niet afdwingen.

- Oplossingen?

- Civielrechtelijk – oude jurisprudentie van voor de vierde tranche. Als niet uitbrengen dwangbevel onrechtmatig is jegens derde, dan kan derde naar de civiele rechter. Zie: Vz. ABRvS 10 januari 1995, AB 1995/516, m.nt. F.C.M.A.M

- Bestuursrechtelijk – fictie ‘intrekking invorderingsbeschikking’. Zie: ABRvS 5 februari 1996, AB 1996/311 m.nt. P.J.J.vB

23

Page 24: AKD T.N. Sanders Uitdagingen bij invordering

6. Rechtsbescherming

- Concentratiebepaling artikel 5:39 Awb:

“1. Het bezwaar, beroep of hoger beroep tegen de last onder dwangsom heeft mede betrekking op een beschikking die strekt tot invordering van de dwangsom, voor zover de belanghebbende deze beschikking betwist.”

- Ook van toepassing bij beschikking die niet strekt tot invordering ABRvS 19 december 2012, AB 2013/104, m.nt. TNS)

- Oók als reeds beroep aanhangig is tegen de last. Dan wordt bezwaarfase ‘overgeslagen’. Horen belanghebbende dan niet noodzakelijk. (ABRvS 5 februari 2014, AB 2014/139 m.nt. TNS).

- In bezwaar en beroep tegen invorderingsbeschikking kan niet alsnog de last worden aangevochten.

Page 25: AKD T.N. Sanders Uitdagingen bij invordering

7. Betalingstermijn / wettelijke rente

- Vanaf verbeurte begint betalingstermijn van 6 weken automatisch te lopen (5:33 Awb)

- Verzuim van rechtswege: artikel 4:97 Awb (“De schuldenaar is in verzuim indien hij niet binnen de voorgeschreven termijn heeft betaald.”)

- Verzuim = van rechtswege wettelijke rente verschuldigd (artikel 4:98 Awb).

- Wettelijke rente bij beschikking vaststellen (artikel 4:99 Awb) bezwaar en beroep.

- Maar kan wel met hetzelfde dwangbevel als de dwangsom worden ingevorderd (artikel 4:119 Awb).

Page 26: AKD T.N. Sanders Uitdagingen bij invordering

8. Executie en beslag- Ex artikel 438 Rv kan tegen (de executie van) een dwangbevel de civiele voorzieningenrechter worden

geadieerd.

- Het betreft dan een ‘zuiver’ executiegeschil, aldus de wetgever, hetgeen betekent dat:

“gebreken in de onderliggende beschikking (de betalingstitel) […] in beginsel niet ter discussie staan. De Beoordeling daarvan behoort in een procedure voor de bestuursrechter te geschieden. Dit geldt ook indien die beschikking nog geen formele rechtskracht heeft. Ook uit een dergelijke beschikking vloeit immers een verplichting tot betaling voort.” (Kamerstukken II 2003/04, 29 702, nr.3, p. 63.)

- Conform het arrest van de Hoge Raad inzake Ritzen/Hoekstra betreft het dus slechts de vraag of:

“[…] de executant – mede gelet op de belangen aan de zijde van de geëxecuteerde die door de executie zullen worden geschaad – geen in redelijkheid te respecteren belang heeft bij gebruikmaking van zijn bevoegdheid tot tenuitvoerlegging over te gaan. Dat zal onder meer het geval kunnen zijn als de executoriale titel klaarblijkelijk op een juridische of feitelijke misslag berust of als de executie op grond van naderhand gebleken feiten klaarblijkelijk aan de zijde van de geëxecuteerde een noodtoestand zal doen ontstaan, waardoor onverwijlde executie niet kan worden aanvaard (onder meer HR 22 april 1983, NJ 1984, 145 en HR 22 december 2006, NJ 2007, 173).”

Page 27: AKD T.N. Sanders Uitdagingen bij invordering

8. Executie en beslag- Verwacht niet te veel van de civiele rechter!

- Toets is ‘misbruik van recht’ ex artikel 3:13 BW

- Daar is sprake van als:

“5.5. Onder omstandigheden kán de executie van het dwangbevel door de gemeente echter misbruik van recht opleveren. Daartoe zal met name grond bestaan, indien te verwachten valt dat het bestreden dwangsombesluit door de bestuursrechter zal worden vernietigd. In dat geval heeft de gemeente in dit stadium geen in redelijkheid te respecteren belang bij tenuitvoerlegging van het dwangbevel. In dat verband dient de voorzieningenrechter summierlijk te onderzoeken of de tegen het dwangsombesluit aangespannen beroepsprocedure bij de sector bestuursrecht van deze rechtbank een redelijke kans van slagen heeft en zou kunnen leiden tot vernietiging van het dwangsombesluit (vgl. HR 19 januari 2001, NJ 2001, 324).” Rb. Leeuwarden, 2 november 2011, ECLI:NL:2011:BU3382, r.o. 5.5.

- Andere mogelijkheid is een ‘noodtoestand’ – is eigenlijk nooit aan de orde gelet op de beslagvrije voet.

- Zie Gst. 2015/54 - Beslag en executie bij bestuursrechtelijke dwangsommen

Page 28: AKD T.N. Sanders Uitdagingen bij invordering

TEXT LEVELS

1

Level vooruit

Level terug

Reguliere tekst (40pt)

Promotie

Vragen?