20120329 Aan De Vooravond Van Een Nieuwe Bloeiperiode

of 56 /56
Aan de vooravond van een nieuwe bloeiperiode? De economie van Midden-Nederland doorgelicht Maart 2012

Embed Size (px)

Transcript of 20120329 Aan De Vooravond Van Een Nieuwe Bloeiperiode

  1. 1. Aan de vooravond vaneen nieuwe bloeiperiode?De economie van Midden-Nederland doorgelichtMaart 2012
  2. 2. Inhoudsopgave Over dit rapport3 1. De economie van Midden-Nederland 5 1.1 Economische ontwikkeling5 1.2 Bedrijvigheid en ondernemerschap9 1.3 Werkgelegenheid15 1.4 Innovatie in Midden-Nederland19 1.5 Verwachtingen van ondernemers21 1.6 Consumentenvertrouwen22 1.7 Demografie en beroepsbevolking23 1.8 Samenvatting25 2. De economie van Midden-Nederland aan de hand van clusters 27 2.1 Het belang van clusters27 2.2 Financile en adviesdiensten27 2.3 ICT en media 31 2.4 Zorg en medisch 34 2.5 Bouwen en ontwerpen37 2.6 Transport en logistiek40 2.7 Food en agribusiness 43 2.8 Industrie 46 2.9 Samenvatting49 3. Nabeschouwing en opgaven 51
  3. 3. Over dit rapport Net als de rest van Europa en Nederland heeft ook Midden-Nederland te maken met economische tegenwind. Het zijn lastige tijden: de productie, omzet en werkgelegenheid dalen en het aantal werk- zoekenden neemt toe. Toch heeft de tegenwind in Midden-Nederland andere effecten dan in de rest van Nederland. Dat komt vooral door de samenstelling van het regionale bedrijfsleven: de economie steunt er bovengemiddeld op kennisintensieve bedrijven zoals zakelijke dienstverleners en finan- cile en medische instellingen. De perspectieven zijn daardoor anders dan elders in Nederland. Het is goed om daarbij stil te staan. Wat zijn de sterkten en zwakten van de regio Midden-Nederland en wat zijn de kansen voor ondernemers? Het doel van het rapport De Kamer van Koophandel Midden-Nederland volgt de regionale economie op de voet en geeft met dit rapport een beeld van de economische context waarin ondernemers in Midden-Nederland ondernemen en de opgaven die daaruit voortkomen. Het rapport bevat economische statistieken en een beknopte weergave van onderzoek dat in de afgelopen tijd is uitgevoerd. Ondernemers zien hoe de economie en de lokale werkgelegenheid zich ontwikkelen en wat de vooruitzichten zijn voor hun sector en het cluster waarvan zij deel uitmaken. Of de economie van Midden-Nederland aan de vooravond van een nieuwe bloeiperiode staat kan niet met zekerheid worden gezegd. De macro-economische vooruitzichten stemmen tot terughou- dendheid in dit opzicht. Kansen zijn er zeker, de regionale economie van Midden-Nederland heeft diverse sterke troeven. Economische ontwikkeling gaat echter niet vanzelf, daar zijn inspanningen voor nodig. Het rapport is daarom vooral ook bedoeld voor partijen die een bijdrage leveren aan het ondernemersklimaat in de regio, zoals gemeenten, provincies, rijksoverheid en diverse intermediaire organisaties. Zij zijn verantwoordelijk voor zaken die direct of indirect het ondernemersklimaat bepalen, zoals bereikbaarheid, ruimtelijke ordening en veiligheid. De Kamer van Koophandel roept deze partijen op om de opgaven die in het rapport staan in hun beleid te verankeren. Opzet van het rapport Deze publicatie bestaat uit drie delen. In het eerste deel wordt de regio Midden-Nederland beschre- ven aan de hand van verschillende economische indicatoren en indicatoren die direct samenhangen met de economische ontwikkeling. In het tweede deel volgt een beschrijving van de economie van Midden-Nederland aan de hand van belangrijke economische clusters, te weten: 1) financile en adviesdiensten, 2) ICT en media, 3) zorg en medisch, 4) bouwen en ontwerpen, 5) transport en logistiek, 6) food en agribusiness en 7) industrie. Het derde deel bevat de nabeschouwing waarin de belangrijkste ontwikkelingen en beleidsopgaven worden samengevat. 3
  4. 4. Midden-Nederland De regio Midden-Nederland Dit rapport gaat over de regio Midden-Nederland. Midden-Nederland beslaat een groot deel van de provincie Utrecht, een deel van de provincie Gelderland en het zuidoosten van de provincie Zuid-Holland. Deze regionale afbakening is in dit rapport niet overal gehanteerd, omdat de beschik- bare data een afbakening van het specifieke gebied Midden-Nederland niet altijd mogelijk maken.4
  5. 5. 1. De economie van Midden-Nederland De regio Midden-Nederland bestaat uit 33 gemeenten met in totaal 1,6 miljoen inwoners. Het gebied strekt zich uit over drie provincies. Er zijn in totaal bijna 137.000 bedrijven gevestigd1 die samen met overheden en onderwijsinstellingen werkgelegenheid verschaffen aan ongeveer 672.000 mensen. Dit aantal is gelijk aan 8,2% van alle in Nederland werkzame personen. De economie van Midden-Nederland kenmerkt zich door de sterke aanwezigheid van bedrijven in de financile en zakelijke dienstverlening zoals banken, verzekeraars, adviesbureaus en ICT dienstverle- ners. Daarnaast is er een goede vertegenwoordiging van medische instellingen, logistieke bedrijven (waaronder een aantal belangrijke distributiecentra) en grote bouwbedrijven. Voorts bevinden zich in Midden-Nederland specifieke bedrijven uit de foodsector en enkele toonaangevende industrile bedrijven. In dit eerste deel van het rapport worden ontwikkelingen en samenstelling van de economie van Midden-Nederland beschreven. Deze beschrijving bestaat uit de volgende onderdelen: 1. Economische ontwikkeling 2.Bedrijvigheid en ondernemerschap 3.Werkgelegenheid 4.Innovatie 5.Verwachtingen van ondernemers 6.Consumentenvertrouwen 7. Demografie en beroepsbevolking In paragraaf 8 volgt een samenvatting. 1.1Economische ontwikkeling Financile en zakelijke dienstverlening zeer belangrijk De financile en zakelijke dienstverlening behoren tot de belangrijkste sectoren van de regio Midden-Nederland. In totaal wordt daar bijna 40% van de regionale bruto toegevoegde waarde gerealiseerd2. Andere belangrijke sectoren zijn de overheid en het onderwijs (12,2%) en zorg en welzijn (10,3%). Vergeleken met de economie van heel Nederland toont de regio Midden-Nederland een sterke vertegenwoordiging van de financile en zakelijke dienstverlening. De industrie is juist relatief ondervertegenwoordigd. 1 Dit aantal is exclusief het aantal instellingen voor zakelijk beheer, ofwel pensioen of beheer B.V.s (stand 1 januari 2012). 2 De bruto toegevoegde waarde is gelijk aan de omzet verminderd met de inkoopwaarde. De bruto toegevoegde waarde, is de waarde die in een bedrijf of instelling aan een product wordt toegevoegd. 5
  6. 6. Midden-Nederland Nederland Zakelijke dienstverlening 27,922,1 Overheid en onderwijs 12,211,7Aandeel van de Bank- en verzekeringswezen11,77,9sectoren in de totale Zorg en welzijn 10,310,5bruto toegevoegde Groothandel 8,1 7,9waarde in 2011,geordend op grootteIndustrie en delfstoffenwinning 7,8 16,4(in procenten) Bouw5,25 Detailhandel (inclusief autoreparatie)4,6 4,7Bron: EIM, 2012 Overige dienstverlening 4,2 3,4(bewerking KvK) Transport 3,2 4,2 Nutsbedrijven 2,3 2,4 Horeca1,4 1,7 Landbouw, bosbouw en visserij1,12,1 100%100%De impact van de crisisDe impact van de crisis wordt in dit deel weergegeven voor de jaren 2009 en 2010. De Nederlandseeconomie kromp toen met 3,5%. Groeicijfers over het specifieke gebied van Midden-Nederlandontbreken en daarom wordt hier uitgegaan van de afzonderlijke cijfers van de provincie Utrecht,Rivierenland en Zuidoost-Zuid-Holland.3In de volgende figuur is te zien dat de economie in de provincie Utrecht in de crisis kromp met2,7%, in Rivierenland met maar liefst 4,7% en in Zuidoost-Zuid-Holland met 3,5%. (x 1.000) 45505560 65 7075 808590De ontwikkeling0%van enkele regionale agglomeratie Den HaagGroot-Rijnmondeconomien met-1% Groei bruto toegevoegde waardeelkaar vergeleken -2%door te kijken naar provincie UtrechtArnhem/Nijmegen-3%de groei van de bruto Zuidoost-Zuid-Hollandtoegevoegde waarde-4%in 2009 en de produc-RivierenlandGroot-Amsterdam-5%tiviteit, waarbij deoppervlakte van de-6%cirkels verwijst naarZuidoost-Noord-Brabant-7%de omvang van(waaronder Eindhoven)de economie -8%Bron: EIM, 2012Productiviteit (toegevoegde waarde per werkzaam persoon)(bewerking KvK)3 Zuidoost-Zuid-Holland omvat het gebied Alblasserwaard & Vijfheerenlanden en onder andere de Drechtsteden Dordrecht, Papendrecht, Sliedrecht en Zwijndrecht.6
  7. 7. In onderstaande figuur is te zien dat niet elke sector in dezelfde mate onder de teruggang leed. In absolute zin kromp de zakelijke dienstverlening het sterkst. In de provincie Utrecht verloor deze sector in 2009 bijna 550 miljoen aan bruto toegevoegde waarde. De sector kromp daarmee met ruim 7%. Andere sectoren die het zwaar hadden, waren de groothandel, (metaal) industrie en detailhandel. Sectoren die desondanks doorgroeiden waren zorg en welzijn, nutsbedrijven, overheden (inclusief onderwijsinstellingen) en landbouw. De voedings- en genotmiddelenindustrie en de chemische industrie bleven nagenoeg stabiel ten opzichte van het jaar eerder.zorg en welzijnnutsbedrijvenoverheid en onderwijs landbouwvoedings- en genotmiddelenindustrieGroei/krimp vanvolume bruto toe-chemische industriegevoegde waardeper sector in 2009 bank- en verzekeringswezen(x 1 mln)horecaBron: EIM, 2012 bouw transport overige industrie detailhandel metaalindustrie groothandel zakelijke dienstverlening -600 -500 -400-300 -200 -1000100 200provincie UtrechtRivierenlandZuidoost-Zuid-Holland 7
  8. 8. Veerkracht in sectoren in 2010 2010 gold voor Nederland als een jaar van voorlopig economisch herstel, de economie groeide met 1,9%. In de provincie Utrecht kwam de groei uit op 1,2%, in Rivierenland op 1% en in Zuidoost-Zuid- Holland op 0,4%. Ook in 2010 bestonden er tussen sectoren grote verschillen in de groeicijfers en werd het bovendien duidelijk dat enkele sectoren grote veerkracht hadden. Dit gold in het bijzon- der voor de groothandel en metaalindustrie, die na een sterke krimp in 2009, in 2010 weer sterk groeiden. Zoals de volgende figuur toont, nam de algehele regionale en landelijke opleving niet weg dat de bouwsector en de zakelijke dienstverlening, samen goed voor 33% van de bruto toegevoegde waarde in Midden-Nederland, verdere daling lieten zien. zorg en welzijnnutsbedrijven overheid en onderwijslandbouw voedings- en genotmiddelenindustrieGroei/krimp vanvolume bruto toe- chemische industriegevoegde waardeper sector in 2010bank- en verzekeringswezen(x 1 mln) horecaBron: EIM, 2012bouwtransport overige industriedetailhandel metaalindustriegroothandelzakelijke dienstverlening -400 -300 -200-100 0 100 200 300 400provincie UtrechtRivierenlandZuidoost-Zuid-Holland8
  9. 9. 1.2 Bedrijvigheid en ondernemerschap De regio Midden-Nederland kent een sterke concentratie van bedrijfsvestigingen in het noorden van de regio. De gemeente Utrecht telt ongeveer 35.000 bedrijfsvestigingen, een kwart van de bijna 137.000 inschrijvingen bij de Kamer van Koophandel Midden-Nederland. 4Aantal vestigingen meer dan 7.000 4.000 tot 7.000 2.000 tot 4.000 1.000 tot 2.000 De Ronde Venen StichtseVecht De BiltWoerdenZeistUtrechtAantal bedrijfsvesti- Montfoortgingen in gemeenten IJsselstein UtrechtseOudewaterBunnik HeuvelrugVeenendaalin Midden-Nederland,Nieuwegeinfebruari 2012 (exclusiefHouten Wijk bij LopikDuurstedezakelijk beheer)RhenenVianenBurenBron: KvK Handelsregister,Zederik Culemborg Neder-2012LeerdamBetuwe Geldermalsen TielDrutenGiessenlandenWest Maas Lingewaal en WaalGorinchemNeerijnenZaltbommelMaasdriel Aantal bedrijven groeit sterk De sterke groei van het aantal bedrijven is de meest opvallende ontwikkeling van de afgelopen 6 jaar. Het aantal inschrijvingen bij de Kamer van Koophandel Midden-Nederland is met ruim 50% toegenomen van bijna 92.000 inschrijvingen in 2006 tot bijna 137.000 in 2012. Deze stijging wordt gedeeltelijk veroorzaakt door een verandering in de Handelsregisterwet in 2007, die inhield dat de inschrijvingsplicht onder andere ook ging gelden voor vrije beroepsbeoefenaren (zoals advocaten, notarissen en artsen) en landbouwbedrijven. Maar ook zonder deze wetswijziging zou de stijging fors zijn geweest. Het is een ontwikkeling die al langer gaande is en die kenmerkend is voor westerse economien. Nieuwe ondernemers zijn tegenwoordig vaak mensen die kiezen voor een bestaan als zelfstandige zonder personeel (zzper) omdat het meer vrijheid en flexibiliteit biedt dan werken in 4 De aantallen bedrijven zijn exclusief instellingen voor zakelijk beheer (stand 1 januari 2012).9
  10. 10. dienstverband. Maar in de afgelopen drie jaar heeft ook de toegenomen krapte op de arbeidsmarkt gezorgd voor een toename in het aantal zzpers. Het aantal zzpers is hiermee tot bijna 64.000 toegenomen. Het betreft zon 85% van alle starters. Hierbij moet worden opgemerkt dat na de start slechts een deel van de zzpers n of meerdere personeelsleden aanneemt en daarmee geen zzper meer is. In onderstaande tabel is per economische sector het aantal zzpers weergegeven (volgens de brede definitie, ofwel elke zelfstandige zonder personeel) en het aantal medewerkers in loondienst. Sommige zzpers worden ook meegeteld in de telling van het aantal medewerkers in loondienst, aangezien het vaak voorkomt dat zzpers naast hun eigen zaak nog een loondienstverband hebben. Uit de tabel blijkt dat, hoewel de stijging van het aantal zzpers fors is geweest, veruit de grootste bijdrage aan de werkgelegenheid wordt geleverd door de bedrijven die personeel in dienst hebben. Ook is goed te zien dat sommige sectoren naar verhouding meer zzpers hebben dan anderen. De zakelijke dienstverlening schiet er in dit opzicht uit, op afstand gevolgd door de sector cultuur, sport, recreatie en overige dienstverlening. Ook in de bouw en de groot- en detailhandel zijn veel zelfstan-digen zonder personeel aanwezig.Zzpers Medewerkers inloondienstZzpers in Midden- Landbouw, bosbouw en visserij 2.110 14.318Nederland op 1 januari Industrie en delfstoffenwinning 1.98346.0582012 (zelfstandigenNutsbedrijven20 3.280zonder personeel, Bouw7.91544.285meer dan 15 uur per Groot- en detailhandel7.936119.544week werkzaam)naast medewerkers in Vervoer en opslag, informatie en communicatie 4.983 72.341loondienst in Midden-Horeca 942 22.030Nederland in 2011Bank- en verzekeringswezen1.27325.109(in absolute aantallen)Zakelijke dienstverlening20.164114.985 Overheid en onderwijs 2.25479.135Bron: KvK Handelregister Zorg en welzijn 5.15099.2842012, provinciesUtrecht, Gelderland en Cultuur, sport, recreatie en overige dienstverlening8.93531.487Zuid-Holland 2011Totaal absoluut63.665671.85610
  11. 11. In onderstaande figuur is de groei van het totaal aantal bedrijfsvestigingen in de afgelopen drie jaar weergegeven. Dit biedt vooral een beeld van de lokale dynamiek per gemeente; de procentuele om- vang van de groei is natuurlijk afhankelijk van het aantal vestigingen dat in een gemeente aanwezig was in het hier gebruikte startjaar 2009.Ontwikkeling aantal vestigingen 15% tot 22% 10% tot 15%5% tot 10%0 tot 5%De Ronde Venen StichtseGroei aantal bedrijfs-Vechtvestigingen in gemeen- De Biltten in Midden-WoerdenNederland in de ZeistUtrechtperiode januari 2009 februari 2012 (exclusiefMontfoortzakelijk beheer enIJsselstein UtrechtseOudewaterBunnik HeuvelrugNieuwegeinVeenendaalinschrijvingen wegenswetswijziging)Houten Wijk bij LopikDuurstede RhenenVianenBron: KvK Handelsregister,Buren2012Zederik Culemborg Neder-LeerdamBetuwe Geldermalsen TielDrutenGiessenlandenWest Maas Lingewaal en WaalGorinchemNeerijnenZaltbommelMaasdriel11
  12. 12. Zin in ondernemen In onderstaande figuur zijn de stadia weergeven die een ondernemer doorloopt van start tot eventuele beindiging van zijn bedrijf. Per stadium is aangegeven hoeveel procent van de beroeps- bevolking van Midden-Nederland en Nederland als geheel zich daarin bevindt. Van de totale Nederlandse beroepsbevolking is 8,2% (mede)eigenaar van een bedrijf. In Midden- Nederland is dat 9,9%. Midden-Nederland scoort over de gehele linie hoger als er wordt gekeken naar de verschillende stadia van het ondernemerschapsproces. Midden-Nederland heeft procentueel meer ondernemers, meer mensen die de ambitie hebben om voor zichzelf te beginnen en meer mensen die daar al concrete plannen voor hebben dan gemiddeld in Nederland. Ondernemers vaak geen werkgever Veel ondernemers worden uiteindelijk geen werkgever. Van de starters neemt een beperkt deel in het eerste jaar al personeel aan. Uit onderzoek naar de totale Nederlandse populatie van starters in 2009 bleek dat 7% binnen een jaar n of meer personeelsleden had aangetrokken. Voor een groot deel waren dat parttime krachten of krachten op afroepbasis. De ondernemers die uiteindelijk personeelDe verschillende stadiaaantrekken, doen dat overigens wel redelijk snel na de start van hun bedrijf en meestal binnen 4 jaar.van het proces vanondernemerschapBron: GlobalVoortgezetEntrepreneurship ondernemer-Monitor, EIM, 2011schapEigenaar van Eigenaar vanPotentile ToekomstigeBeginnende een bedrijfExit, een bedrijf ondernemerondernemer ondernemer (ouder danbedrijf stopt(tot 3 jaar oud) 3 jaar) Exit, bedrijf gaatover in andere handen Midden- Midden-Midden-Midden-Nederland: 5,1% Nederland: 2,2%Nederland: 2,7%Nederland: 7,2%Nederland: 4,0% Nederland: 1,6%Nederland: 2,2%Nederland: 6,0% Veel oprichtingen en opheffingen Met de toename van het aantal bedrijfsoprichtingen is ook het aantal bedrijfsopheffingen in de afgelopen jaren toegenomen. Aan het einde van 2011 was echter een afvlakking van het aantal opheffingen te zien. In alle deelregios van Midden-Nederland is dit globale patroon herkenbaar. Duidelijke uitzondering is Alblasserwaard & Vijfheerenlanden, waar het aantal opheffingen in het laatste kwartaal van 2011 juist steeg. De sectoren waarin de meeste bedrijven worden opgericht, zijn tevens de sectoren met de meeste bedrijfsopheffingen. Veel bedrijven worden relatief kort na de start weer opgeheven. Ter illustratie: 56% van alle bedrijven die in 2011 zijn opgeheven, was niet ouder dan 5 jaar. Bedrijven met een korte levensduur komen relatief veel voor in de horeca, de zakelijke dienstverlening en de bouw.12
  13. 13. 3 .500Ontwikkeling van het 3 .000aantal startende bedrij-ven en opheffingen per 2.500kwartaal in voortschrij- 2.000dende gemiddelden2006-2011 (exclusief 1.500faillissementen en 1 .000zakelijk beheer) 500Bron: KvK Handelsregister, 02012Q4 Q1 Q2 Q3 Q4 Q1 Q2 Q3 Q4Q1 Q2 Q3Q4Q1 Q2 Q3 Q4 Q1 Q2 Q3 Q4 200620072008 200920102011 Starters Opheffingen Piek in aantal faillissementen De volgende figuur toont het totaal aantal faillissementen in de regio Midden-Nederland voor de jaren 2006-2011. In de loop van 2009 en in het begin van 2010 is er een piek zichtbaar in het aantal faillissementen. Dit is ook de periode waarin de economische teruggang zich het sterkst manifes- teerde in de rele economie. In de loop van 2010 nam het aantal faillissementen in de verschillende gebieden van Midden-Nederland weer af, maar in de loop van 2011 zijn er weer lichte stijgingen te zien (in het laatste kwartaal met name in Stedelijk gebied Utrecht en Rivierenland). 60Aantal faillissementen 50in Midden-Nederlandper kwartaal in de 40periode 2006-2011, 30per deelregio (exclusiefzakelijk beheer, in20absolute aantallen) 10Bron: KvK Handelsregister, 0 Q1 Q2 Q3 Q4 Q1 Q2 Q3 Q4Q1 Q2 Q3 Q4Q1Q2 Q3 Q4Q1 Q2 Q3 Q4 Q1Q2 Q3 Q42012 20062007 20082009 2010 2011 Utrecht-WestStedelijk gebied Utrecht Heuvelrug & Vallei Alblasserwaard & Vijfheerenlanden Rivierenland Vooral de sectoren bouw, groothandel, detailhandel en facilitaire diensten laten veel faillissementen zien. Dit is te zien in de volgende figuur.13
  14. 14. Landbouw en visserij Industrie BouwFaillissementen persector in Midden- GroothandelNederland in deperiode 2009-2011Detailhandel(exclusief zakelijkbeheer, in absoluteHorecaaantallen)VervoerBron: KvK Handelsregister,2012Financin Adviesdiensten Facilitaire diensten Persoonlijke diensten Algemene diensteno10 20 40 50 60 7080 2009 2010 201114
  15. 15. 1.3WerkgelegenheidDe regio Midden-Nederland telde begin 2011 ruim 670.000 arbeidsplaatsen. Zakelijke dienstverlening,handel (groot- en detailhandel) en zorg- en welzijnsinstellingen zorgen samen voor de helft van dewerkgelegenheid. In alle gebieden binnen Midden-Nederland is de handel een belangrijke werkgever.De werkgelegenheid in de industrie in Alblasserwaard & Vijfheerenlanden en Rivierenland is relatiefhoger dan in de rest van de regio, wat te verklaren is door de aanwezigheid van enkele grotewerkgevers. Vergelijkbaar in dit opzicht is het gebied Heuvelrug & Vallei waar een aantal grotemedische en zorginstellingen voor veel werkgelegenheid zorgen.De spreiding van werkgelegenheid over de regio Midden-Nederland is in grote lijnen vergelijkbaarmet de spreiding van aantal bedrijven, zoals eerder geschetst. In het Stedelijk gebied Utrecht (in enrond de stad) werken in totaal ruim 322.000 mensen, waarvan 228.000 in de stad Utrecht. Anderegemeenten met een relatief sterke werkgelegenheid zijn Tiel, Gorinchem, Veenendaal, UtrechtseHeuvelrug en de gemeenten rond de stad Utrecht (zie de kaart op de volgende pagina).Utrecht-WestStedelijk Heuvelrug Alblasserwaard Rivierenland Midden- gebied && Nederland UtrechtValleiVijfheeren-landen Landbouw, bosbouw 5 02 2 62 en visserij Industrie en delfstoffen9 47 1312 7 Nutsbedrijven 0 10 0 10 Bouw105512 87 Groot- en detailhandel 23 151720 2018 Vervoer en opslag, informatie 9 13 7 7 1211 en communicatie Horeca4 34 3 33 Bank- en verzekeringswezen1 63 2 14 Zakelijke dienstverlening 14191812 1417 Overheid3 56 4 25 Onderwijs 6 97 6 57 Zorg en welzijn 121519 171215 Cultuur, sport, recreatie en4 55 2 45 overige dienstverlening100 100100 100 100100 Totaal in absolute aantallen 79.947322.085116.782 36.802116.240671.856Verdeling van het totaleaantal werkzame personenover de sectoren inMidden-Nederland in2011 (in percentages)Bron: provincies Utrecht,Gelderland en Zuid-Holland,2011 15
  16. 16. Aantal werkzame personen 45.000 tot 230.000 20.000 tot 45.000 10.000 tot 20.0000 tot 10.000De Ronde VenenStichtse Vecht De Bilt WoerdenZeist UtrechtAantal werkzame per- Montfoortsonen in gemeenten IJsselsteinUtrechtseOudewaterBunnik Heuvelrug Veenendaalin Midden-NederlandNieuwegeinin 2011 (in absoluteHouten Wijk bijLopik Duurstedeaantallen) Rhenen VianenBurenBron: provincies Utrecht,ZederikCulemborgNeder-Gelderland en LeerdamBetuweZuid-Holland, 2011 Geldermalsen Tiel DrutenGiessenlanden West MaasLingewaal en Waal Gorinchem NeerijnenZaltbommelMaasdrielOntwikkeling in werkgelegenheidDe ontwikkeling van de werkgelegenheid in de periode 2000-2011 laat zich het best omschrijven alseen opwaartse golfbeweging. De stijging in 2000 en 2001 werd afgewisseld met een daling in dejaren 2002-2005 en vervolgens weer met een stijging tot 2009.690.000Ontwikkeling aantal 680.000werkzame personen in670.000Midden-Nederland in deperiode 2000-2011 (in 660.000absolute aantallen) 650.000Bron: provincies Utrecht,640.000Gelderland en 630.000Zuid-Holland, 2011620.000610.000600.00020002001 2002 20032004 2005 20062007200820092010 201116
  17. 17. Ontwikkelingen per gemeenteDe geschetste golfbeweging in de werkgelegenheid is een beeld dat ook opgaat voor veel afzonder-lijke gemeenten in de regio, zoals Utrecht, Zeist en Bunnik. Er zijn daarnaast zijn twee varianten opdeze golfbeweging. De eerste variant is een opgaande golfbeweging met een groeivertraging in dejaren 2003 en 2004 (zonder dat er in die jaren sprake is van een teruggang). Deze ontwikkelinggeldt voor Houten, Tiel en IJsselstein. Een tweede variant is een neergaande golfbeweging waarbijde werkgelegenheid over het gehele decennium uiteindelijk is afgenomen. Deze beweging is goedzichtbaar in Woerden, Vianen, Stichtse Vecht en Zederik. De werkgelegenheid nam uiteindelijk hetsterkst toe in Houten en daalde het meest in Giessenlanden.De komende jaren zal de ontwikkeling van de werkgelegenheid waarschijnlijk verder uiteen gaan lopentussen een aantal gemeenten. Een indicator hiervoor is de prognose van de ontwikkeling van de poten-tile beroepsbevolking waar later in dit rapport op wordt ingegaan. Deze prognose duidt op eenverdere stijging van de potentile beroepsbevolking in de gemeente Utrecht en een aantal omliggendegemeenten en een daling in veel gemeenten in het zuiden en zuidoosten van Midden-Nederland.Daarnaast zijn er qua opleidingsniveau en beroepsrichting toenemende verschillen te verwachten tus-sen aanbodoverschotten en tekorten op de arbeidsmarkt in de verschillende deelregios. Arbeids-marktonderzoek van de Kamer van Koophandel Midden-Nederland (2010) laat zien dat in de aanloopnaar 2020 in alle deelregios arbeidsoverschotten gaan ontstaan in de lagere en middelbare beroepsni-veaus in de meer technische en dienstverlenende richtingen. Het is van groot belang dat inspanningenworden gericht op het bieden van werkgelegenheid voor deze groepen. Arbeidstekorten zijn teverwachten in de hogere en wetenschappelijke beroepsniveaus, vooral in de meer technische en (para)medische richtingen. Ook dit is, natuurlijk met nuances, in de afzonderlijke deelregios zichtbaar. Ontwikkeling aantal werkzame personen 10 % tot 33%0% tot 10% De Ronde Venen -12% tot 0%Ontwikkeling aantalwerkzame personenin gemeenten in StichtseMidden-Nederland inVechtde periode 2000-2011De Bilt(in percentages) Woerden Zeist UtrechtBron: provincies Utrecht,Gelderland enMontfoort IJsselstein UtrechtseZuid-Holland, 2011 OudewaterBunnik NieuwegeinHeuvelrug Veenendaal Houten Wijk bijLopikDuurstedeRhenen Vianen Buren Zederik Culemborg Neder- Leerdam BetuweGeldermalsenTiel Druten GiessenlandenWest MaasLingewaalen Waal GorinchemNeerijnen Zaltbommel Maasdriel17
  18. 18. Ontwikkeling in aantal werkzoekendenHet aantal werkzoekenden dat is ingeschreven bij het UWV daalde in de jaren dat de werkgelegen-heid toenam (2005-2008) en is daarna bij een daling van de werkgelegenheid weer iets toegenomen.In de twee recente jaren 2010-2011 zien we weer een lichte daling optreden in het aantal werk-zoekenden.Ontwikkeling aantal 20.000niet-werkende werk-18.000zoekenden in Midden-Nederland in de 16.000periode 2003-2011,14.000jaargemiddelden(in absolute aantallen, 12.000gegevens 2003 voor10.000Rivierenland ont-breken) 8.0006.000Bron: UWV, 20114.000(bewerking KvK)2.000 0 2004200520062007 2008200920102011 Utrecht-WestStedelijk gebied Utrecht Heuvelrug & Vallei Alblasserwaard & VijfheerenlandenRivierenlandDe relatief sterke daling van het aantal werkzoekenden in de periode 2006-2008 is opvallend.Afgaande op de ontwikkeling van het aantal werkzame personen zou een minder sterke daling voorde hand hebben gelegen. De precieze omvang daarvan is moeilijk in te schatten, maar duidelijk isdat een groeiend aantal mensen zonder baan zich niet als werkzoekende heeft ingeschreven bijhet UWV. Voor een deel zijn het mensen die vanwege een partner met inkomen een inschrijvingachterwege laten. Daarnaast is er een groeiend aantal mensen dat inschrijving niet zinvol acht omdatzij een hogere leeftijd hebben. Ook is het UWV voor een deel van de groeiende groep zelfstandigeneen minder vanzelfsprekende instelling om naar werk te zoeken. Zeker wanneer zij geen aanspraakkunnen maken op een WW-uitkering.18
  19. 19. 1.4 Innovatie in Midden-Nederland De mate waarin een economie groeit, wordt voor een groot deel bepaald door twee factoren: 1) de toename van de inzet van arbeid en 2) de toename van arbeidsproductiviteit. Ten aanzien van de inzet van arbeid worden door de overheid allerlei inspanningen gedaan om de werkgelegenheid en arbeidsparticipatie te verhogen. Om de arbeidsproductiviteit te vergroten moeten bedrijven efficinter gaan werken om de productiviteit per werknemer te laten toenemen. In de Nederlandse economie opereren bedrijven vaak al op de grens van het technische kunnen en zijn nieuwe efficiencyslagen vooral afhankelijk van innovaties. De concurrentiepositie van Nederland wordt daarom steeds meer benvloed door de manier waarop wordt omgegaan met kennis en innovatie. Dat vraagt om structurele en slimme investeringen in het eigen innovatieve vermogen van bedrijven en kennisinstellingen. Daarnaast is op de regionale economie toegesneden innovatiebeleid van (regionale en nationale) overheden en intermediaire organisaties cruciaal. Concrete innovatie- maatregelen en -projecten worden daarbij in Midden-Nederland ontplooid door de Taskforce Innovatie, Syntens, Oost NV en de Kamer van Koophandel. In Utrecht is overigens het Science Park een herkenbare en concrete locatie waar kennisoverdracht van kennisinstellingen naar bedrijven gefaciliteerd wordt. Door het faciliteren en actief ondersteunen van specialisaties op het gebied van kennis en innovatie kunnen regios een significante bijdrage leveren aan het versterken van de Nederlandse kennis- economie. Ook vanuit Europa wordt deze gedachte actief ondersteund. In de recent aangekondigde innovatiestrategie van de Europese Commissie wordt bijvoorbeeld toegewerkt naar een situatie waarin elke Europese regio een veel scherper onderscheidend profiel op het gebied van kennis en innovatie heeft dan nu het geval is. De economische krimp die zich in de afgelopen drie jaar in de meeste bedrijfssectoren heeft voorgedaan zet investeringen, waaronder die in innovaties, onder druk. Zo nam het aantal onder- nemers dat de intentie had te investeren in 2008 en in de eerste helft van 2009 sterk af. Daarna steeg dit aantal in 2010 om weer te dalen in de tweede helft van 2011. Het beeld van Midden-Nederland is op dit punt vergelijkbaar met de rest van het land (op basis van de Conjunctuurenqute Nederland). De innovatiepiramide Om een beeld te krijgen van het innovatieve gehalte van bedrijven in een regio bestaat er een standaardsegmentatie op basis van de zogenaamde innovatiepiramide. Met dit model worden bedrijven aan de hand van een aantal innovatie-indicatoren ingedeeld in vijf categorien: koplopers, ontwikkelaars, toepassers, volgers en niet-innovatieven. Aan de hand van deze categorien kan een vergelijking worden gemaakt tussen het innovatieve gehalte van Midden-Nederland en Nederland als geheel.19
  20. 20. Midden-Nederlandoverig Nederland9,9%koplopers9,4%22,2% ontwikkelaars 21,2%18,7% toepassers20,1%Bron: EIM, 201128,8%volgers26,9%20,4%niet-innovatieven22,4%Toelichting op de piramide:Koplopers:Ontwikkelen zelf product- of procesinnovaties en doen expliciet ensystematisch aan R&D. De productinnovaties zijn nieuw voor hun marktof bedrijfstak.Ontwikkelaars:Ontwikkelen eveneens zelf product- of procesinnovaties. Ze hebben eigen capaciteit voor de ontwikkeling van prototypes, echter zonder dat sprake is van fundamentele R&D.Toepassers: Realiseren product- of procesinnovaties waarbij het zowel om eigenontwikkelingen als om adopties kan gaan. Zij innoveren door het combinerenen toepassen van elders beproefde kennis en methoden.Volgers:Bedrijven met bescheiden maar wel aanwezige innovatieve activiteiten.Niet-innovatieven:Bedrijven die in de afgelopen jaren geen innovaties hebben gerealiseerd, niet aan R&D doen en niet met andere partijen samenwerken om te innoveren.Vooral industrile bedrijven scoren sterk op innovatie. Dat geldt met name voor de chemischeindustrie, die in Midden-Nederland overigens ondervertegenwoordigd is. Zakelijke dienstverleningwaartoe ongeveer 25% van de bedrijven in Midden-Nederland behoort, scoort gemiddeld. Een derdevan de bedrijven in de zakelijke dienstverlening kan worden ingedeeld bij de koplopers (8%) ofontwikkelaars (24%). Sectoren waarin benedengemiddeld wordt gennoveerd zijn de bouw, horeca,landbouw en transport.De mate van innovatie hangt verder af van de grootte van het bedrijf. In het algemeen geldt dat hoegroter het bedrijf is, hoe vaker er wordt genvesteerd in product-, dienst- en procesontwikkeling.Van het grootbedrijf behoort het merendeel tot de koplopers of ontwikkelaars, terwijl van debedrijven met 1 tot 4 werknemers in dienst slechts 3% koploper is en 11% ontwikkelaar. Voor degroep zzpers zullen deze percentages waarschijnlijk nog lager zijn.20
  21. 21. 1.5Verwachtingen van ondernemers De economische verwachtingen van ondernemers voor het jaar 2012 zijn iets somberder dan die voor 2011. Ten opzichte van 2011 denken meer ondernemers dat hun omzet, export, personeelssterkte en investeringen in 2012 zullen gaan afnemen. Desondanks is het aandeel ondernemers met een positieve verwachting wat betreft de omzet en export aanzienlijk groter dan het aandeel met een negatieve verwachting. 2012 27% 58%15% OmzetVerwachtingen voor 2011 37% 52% 12%2011 en 2012 vanondernemers in 2012 21% 69%10% ExportMidden-Nederlandover omzet, export,2011 35% 55%10%personeelssterkte Investeringen Personeels- 2012 16%68% 16% sterkteen investeringen 2011 24% 62%14%Bron: Conjunctuurenqute 2012 17% 62%22%Nederland, CBS, 2011 2011 21% 61% 18%Zal toenemenZal gelijk blijven Zal afnemen Verwachtingen verschillen per sector In alle sectoren (overigens niet afzonderlijk afgebeeld) verwachten in Midden-Nederland meer ondernemers dat de omzet zal stijgen dan dat de omzet zal dalen. Uitzondering is de bouwsector waarin maar liefst 31% van de ondernemers verwacht dat de omzet zal dalen, tegenover 10% met de verwachting dat de omzet zal stijgen. De bouwsector krijgt op dit moment zware klappen en dat zal naar verwachting komend jaar niet verbeteren; vooral in de woningbouw en utiliteitsbouw is de markt moeizaam. Ook wat betreft de personeelssterkte en investeringen zijn de ondernemers in de bouwsector overwegend pessimistisch voor 2012. Ondernemers in de zakelijke dienstverlening zijn daarentegen het meest optimistisch: 31% verwacht dat de omzet in 2012 zal stijgen, terwijl 12% verwacht dat de omzet zal dalen. Ook tussen de verschillende gebieden binnen de regio Midden-Nederland bestaan verschillen in verwachtingen (niet afzonderlijk afgebeeld). Zo is in alle gebieden het percentage ondernemers dat verwacht dat de omzet zal stijgen, ongeveer even groot, maar zijn er grote verschillen per gebied als het om het percentage ondernemers gaat dat verwacht dat de omzet zal dalen. In het Stedelijk gebied Utrecht is deze groep relatief het kleinst: 11% van de ondernemers verwacht dat de omzet in 2012 zal dalen. In Alblasserwaard & Vijfheerenlanden, Utrecht-West en Heuvelrug & Vallei zijn de verwachtingen van de ondernemers voor 2012 aanmerkelijk vaker negatief (ongeveer 20% van de ondernemers). Rivierenland neemt, met 16% negatief-gestemde ondernemers, een middenpositie in. 21
  22. 22. 1.6ConsumentenvertrouwenHet vertrouwen van consumenten is een waardevolle graadmeter voor de stand van de economie.De bestedingen van consumenten zijn daar immers nauw mee verbonden. Dit heeft gevolgen voorhet ondernemersklimaat, vooral als het om de binnenlandse markt gaat.In onderstaande grafiek wordt voor de periode 2002-2011 het consumentenvertrouwen in beeldgebracht voor de gehele provincies Utrecht, Gelderland en Zuid-Holland, alsmede voor Nederland alsgeheel. Weergegeven is de mate waarin consumenten zich over het algemeen positief of negatiefuitspreken over het algemene economische klimaat en de eigen financile situatie. Hier is eengewogen saldo van gemaakt. 30 20 10Ontwikkeling vanhet consumenten- 0vertrouwen in-10Nederland en de -20provincies Utrecht,Gelderland en-30Zuid-Holland in de -40periode 2002-2011 -50Q1 Q2 Q3 Q4 Q1 Q2 Q3 Q4 Q1 Q2 Q3 Q4 Q1 Q2 Q3 Q4 Q1 Q2 Q3 Q4 Q1 Q2 Q3 Q4 Q1 Q2 Q3 Q4 Q1 Q2 Q3 Q4 Q1 Q2 Q3 Q4 Q1 Q2 Q3 Q4Bron: CBS, 2011200220032004200520062007200820092010 2011provincie Utrechtprovincie Gelderland provincie Zuid-Holland NederlandDuidelijk is te zien dat consumenten in 2002 het vertrouwen kwijtraakten door de internetcrisis.Na een lang durende periode van herstel waren vervolgens 2006 en 2007 topjaren. Het beeld in deprovincie Utrecht was in deze jaren iets optimistischer dan in Gelderland en Zuid-Holland. In 2008kondigt de kredietcrisis zich echter aan, waardoor het vertrouwen wederom keldert. Na eenvoorzichtig herstel in 2010 en de eerste helft van 2011 begint de Eurocrisis zijn effect te hebben,waardoor het consumentenvertrouwen sterk afneemt. In het laatste kwartaal van 2011 is hetconsumentenvertrouwen bijna op het dieptepunt beland dat geheel Nederland tijdens de crisis in dejaren 80 vertoonde. Consumenten in de provincie Utrecht zijn eind 2011 het meest negatief gestemd,op de voet gevolgd door consumenten in de provincie Gelderland. Beide provincies zijn zelfsnegatiever dan Nederland als geheel. In de provincie Zuid-Holland zijn consumenten in verhoudingminder vaak pessimistisch dan in Nederland als geheel, maar ook daar blijft de stemming somber.22
  23. 23. 1.7Demografie en beroepsbevolking 1.6 emografieDDe bevolking vergrijstDe totale bevolking in de regio Midden-Nederland groeit de komende 15 jaar waarschijnlijk met ruim6%. Dat komt vooral door de toenemende levensverwachting. Voor de potentile beroepsbevolking(de bevolking in de leeftijd van 15 tot 65 jaar) wordt een marginale groei van 0,3% verwacht, maar erbestaan grote verschillen tussen gemeenten. Zo wordt in het Stedelijk gebied Utrecht een toenamevan de potentile beroepsbevolking verwacht tot wel 16%, terwijl in vrijwel alle omliggendegemeenten een krimp waarschijnlijk is. De bevolkingsprognose voedt de verwachting dat bedrijvenin de gebieden rond het Stedelijk gebied Utrecht in de toekomst moeite zullen krijgen om voldoendepersoneel te vinden. Ontwikkeling potentile beroepsbevolking 15% tot 20 % 10% tot 15%0% tot 5% De Ronde Venen -5% tot 0%-10% tot -5%-15% tot -10%-20% tot -15%Stichtse VechtDe BiltPrognose van de groeiWoerden Zeist Utrechtvan de potentileberoepsbevolking Montfoortin gemeenten inIJsselstein Utrechtse OudewaterBunnikMidden-Nederland inNieuwegeinHeuvelrugVeenendaalde periode 2010-2025 Houten Wijk bij(in percentages)LopikDuurstedeRhenen VianenBron: CBS, 2011Buren Zederik Culemborg Neder- Leerdam BetuweGeldermalsenTiel Druten GiessenlandenWest MaasLingewaalen Waal GorinchemNeerijnen Zaltbommel Maasdriel 23
  24. 24. Aantal huishoudens stijgt sterk Het aantal huishoudens neemt in Midden-Nederland de komende vijftien jaar naar verwachting met 11% toe: meer mensen zullen alleen wonen, onder meer vanwege de toename van alleenstaande starters en de toename van alleenstaande ouderen. Ook zullen er meer eenoudergezinnen en co-ouderschappen zijn. Ontwikkeling aantal huishoudens15% tot 19%10% tot 15% 5% tot 10% 0% tot 5% De Ronde VenenStichtse VechtDe BiltPrognose van de groeivan het aantal huis- Woerden Zeist Utrechthoudens in gemeentenin Midden-Nederland in Montfoortde periode 2010-2025 IJsselstein Utrechtse OudewaterBunnik Heuvelrug Veenen-(in percentages) Nieuwegein daal Houten Wijk bijLopikDuurstedeBron: CBS, 2011Rhenen Vianen Buren Zederik CulemborgNeder- LeerdamBetuweGeldermalsenTielDruten Giessenlanden West MaasLingewaal en Waal GorinchemNeerijnen Zaltbommel Maasdriel24
  25. 25. 1.8Samenvatting De economie van Midden-Nederland is divers samengesteld. Een groot deel van de bruto toegevoegde waarde wordt gerealiseerd in de financile en zakelijke dienst- verlening, de zorg en medische sector, de (groot)handel en in wat mindere mate de industrie, de bouw en het transport. De economische ontwikkeling in Midden- Nederland is lange tijd voorspoedig verlopen, maar de economische crisis van de afgelopen jaren heeft diverse sectoren zwaar getroffen. Er kan in de toekomst van een nieuwe bloeiperiode sprake zijn mits overheden, intermediaire organisaties n bedrijven echt alles op alles zetten om de crisis het hoofd te bieden. De volgende punten moeten daarom binnen het blikveld blijven: 1. Juist de zakelijke dienstverlening en de bouw hebben in de afgelopen jaren zware klappen opgelopen. Het is uitermate nadelig voor de economie van Midden- Nederland wanneer deze sectoren blijvende neergang vertonen. Voor het jaar 2012 zijn de economische vooruitzichten niet positief (Centraal Planbureau). Dit vraagt om zoveel mogelijk faciliterend overheidsbeleid in bijvoorbeeld de sfeer van de ruimtelijke ordening, bereikbaarheid, aanbestedingen, regelgeving en arbeids- markt. 2. De industrie en de handel hadden in 2009 veel last van de crisis, mede vanwege de terugval van de export en de daling van het consumentenvertrouwen. Beide sectoren herstelden zich in 2010 echter weer sterk. Dit zijn daarom sectoren die in Midden-Nederland veel ontplooiingsruimte moet worden geboden door middel van faciliterend ruimtelijk beleid, optimalisering van de bereikbaarheid, innovatieve aanbestedingstrajecten, arbeidsmarktbeleid en gerichte bedrijvenacquisitie. 3. In Midden-Nederland manifesteerde de economische tegenwind zich vooral in diverse gemeenten buiten het Stedelijk gebied Utrecht. De combinatie met de te verwachten toekomstige krimp van de (beroeps)bevolking in veel gemeenten buiten de regio Utrecht leidt naar verwachting tot een sterk uiteenlopende economische ontwikkeling in Midden-Nederland. Dit vraagt om toekomstgericht ruimtelijk en economisch beleid, om mogelijke problemen op het gebied van de werkgelegenheid, het arbeidsmarktpotentieel en het voorzieningenniveau in woongebieden vr te zijn. 4. Ondanks de economische tegenwind schatten veel ondernemers hun kansen positief in. 85% van de ondernemers verwacht een gelijkblijvende omzet of omzetgroei in 2012. Gezien de verwachting dat de Nederlandse economie in 25
  26. 26. 2012 weer zal krimpen, is het echter zeer onzeker of al deze ondernemers dat ook uiteindelijk zullen realiseren. Gerichte maatregelen op het gebied van onder meer innovatie, samenwerking tussen bedrijven en exportbevordering zijn noodzakelijk. 5. Het aantal ondernemingen is in de afgelopen drie jaar verder gestegen. Dat is positief! De stijging komt voort uit de wens van steeds meer mensen om als zelfstandige te werken. De beroepsbevolking in Midden-Nederland blijkt daarbij meer ondernemend ingesteld te zijn dan gemiddeld in Nederland het geval is. De laatste jaren kan een fors deel van de toename van het aantal ondernemers echter ook worden toegeschreven aan de groeiende krapte op de arbeidsmarkt. Bovendien creren de nieuwe ondernemers niet per definitie nieuwe werk- gelegenheid. Het is dan ook een belangrijke opgave om bij het stimuleren van ondernemerschap juist de kwaliteit daarvan op een hoger peil te brengen. Startende ondernemingen moeten ook daadwerkelijk doorgroeien.26
  27. 27. 2. De economie van Midden-Nederland aan de hand van clusters 2.1Het belang van clusters Naast ruimtelijke ontwikkeling, bereikbaarheid en ondernemerschap richt de Kamer van Koophandel Midden-Nederland zich op een aantal clusters van bedrijven die de regionale economie dragen. Deze clusters zijn 1) financile en adviesdiensten, 2) ICT en media, 3) zorg en medisch, 4) bouwen en ontwerpen, 5) transport en logistiek, 6) food en agribusiness en 7) industrie. In deze clusters zijn veel bedrijven aanwezig die producten en diensten leveren buiten Midden- Nederland en die daarmee voor de regionale economie een stuwende rol vervullen. Bovendien zijn clusters verzamelingen van bedrijven die onderling vergelijkbaar zijn vanwege de producten of diensten die zij leveren, of die onderdeel uitmaken van dezelfde productieketen. De zeven clusters hebben een eigen dynamiek en kenmerkende sterke en zwakkere punten. Daarop wordt in dit deel ingegaan. De ondersteuning van de clusters betekent vooral het samenbrengen van, en bemiddelen tussen partijen. Ook het bieden van platforms voor nieuwe ideen en initiatieven is essentieel. 2.2Financile en adviesdiensten: het kennis-intensieve cluster De economie van Midden-Nederland is bij uitstek kennisintensief. Een belangrijke bijdrage hieraan wordt geleverd door het cluster van financile en adviesdiensten dat in totaal ongeveer 24.500 bedrijven bevat en werkgelegenheid biedt aan naar schatting 95.000 mensen. Het cluster bestaat uit banken, verzekeraars, accountants, financieel adviseurs en organisatieadviesbureaus. Het cluster heeft een sterke concentratie in stad en regio Utrecht. Ook in gemeenten ten noorden en westen (langs de A2 en A12), alsmede ten oosten van Utrecht (Heuvelrug en Veenendaal) zijn veel financile en adviesdiensten gevestigd. Financile dienstverlening In Midden-Nederland bevinden zich ongeveer 5.000 bedrijfsvestigingen in de financile dienstver- lening. Het economische gewicht van dit cluster wordt vooral bepaald door de aanwezigheid van hoofdkantoren van grote banken en verzekeraars. Deze instellingen dragen sterk bij aan de werkgele- genheid in het Stedelijk gebied Utrecht. Van de 25.000 werknemers in de financile dienstverlening werken er bijna 19.000 in Utrecht of in de directe omgeving daarvan. Wanneer de financile instel- lingen in Utrecht in samenhang worden bekeken met die in Amsterdam, vormt de regio (Amsterdam- Utrecht) het financile centrum van Nederland en behoort het in Europees verband tot de subtop. 27
  28. 28. Financile en adviesdiensten (aantal vestigingen)3.000 tot 12.0001.500 tot 3.000 De Ronde Venen 500 tot 1.5000 tot 500Stichtse VechtDe Bilt Woerden Zeist UtrechtAantal vestigingen in Montfoorthet cluster financile IJsselstein Utrechtseen adviesdiensten in OudewaterBunnik HeuvelrugVeenendaal Nieuwegeingemeenten in Midden- Houten Wijk bijNederland in 2012 LopikDuurstedeRhenen Vianen(in absolute aantallen) Buren Zederik CulemborgBron: KvK Handelsregister, Neder- Leerdam Betuwe2012GeldermalsenTiel Druten GiessenlandenWest MaasLingewaalen Waal GorinchemNeerijnen Zaltbommel Maasdriel Bedrijfsnaam Land van herkomst Locatie grootste vestigingAantal op deze locatiein Midden-Nederlandwerkzame personen Rabobank NederlandNederlandUtrecht3551Grote financile ASR NederlandUtrecht 2528instellingen in SNS Reaal NederlandUtrecht1463Midden-Nederland PGGMNederland Zeist 1154Bron: provincie Utrecht, VVAA GroepNederlandUtrecht6082011 en/of eigen opgaveAXA FrankrijkUtrecht346bedrijven AEGON Nederland Nieuwegein250 Allianz Duitsland Nieuwegein217 Triodos BankNederland Zeist 115 Nederland28
  29. 29. De huidige crisis begon in 2008 als een kredietcrisis en concentreerde zich aanvankelijk rondbanken. De impact in de jaren daarna verschilde sterk per instelling. Dat geldt ookvoor de instellingen die (met een hoofdkantoor) in Midden-Nederland zijn gevestigd.AdviesdienstenDe regio telt op dit moment ongeveer 18.000 adviesbureaus, die zijn in te delen in management- enorganisatieadviseurs, arbeidsbemiddelaars (geen uitzendbureaus) en aanbieders van bedrijfsoplei-dingen. In totaal werken er 70.500 mensen. De helft werkt in de stad Utrecht of in de directe nabij-heid daarvan. Midden-Nederland kent enkele grote adviesbureaus met meer dan 100 werknemers,zoals Schouten Nelissen (Zaltbommel), Berenschot (Utrecht), Ormit (De Bilt) en Human Capital Group(Utrecht). Desondanks zijn management- en organisatieadviesbureaus bij uitstek kleinschalig. Slechts3% van alle adviesbureaus heeft meer dan vijf mensen in dienst. Ruim driekwart van de onder-nemers voert de adviespraktijk alleen. Zij laten zich vaak op freelancebasis inhuren. Naar schattingwerkt een meerderheid van de alleenstaande organisatieadviseurs op part-time basis.Net als andere vormen van zakelijke dienstverlening laten managementadviesbureaus krimp zien.Deze krimp heeft zich in de eerste plaats gemanifesteerd als een teruggang in de omzet en minder ineen afname van werkgelegenheid. Het ziet ernaar uit dat de terugval in de vraag naar diensten in deafgelopen jaren vooral is opgevangen door natuurlijk verloop en bij de zzpers door een toename vanwerken op part-time basis.Sterke en zwakke kanten van het clusterOp het terrein van financile instellingen bestaat er een samenhang tussen de regio Midden-Nederland en de metropoolregio Amsterdam. De positie van de regio Amsterdam-Utrecht is inEuropees perspectief de afgelopen jaren wat verzwakt als gevolg van de kredietcrisis. Tot 2008kende Nederland voor een klein land enkele relatief zeer grote financile instellingen. Dat warenzowel banken als verzekeraars die met overnames in het buitenland zeer groot waren geworden.Inmiddels zijn de buitenlandse posities enigszins teruggebracht. Net als in veel andere regioshebben de financile instellingen daardoor nu een wat sterkere binnenlandse orintatie.De grote kracht van het cluster blijft desondanks de hoge toegevoegde waarde per werknemer.De 25.000 werknemers die in Midden-Nederland werken in het bank- en verzekeringswezen - ofwel4% van het totaal aantal werknemers in de regio- verdienen gezamenlijk 12% van de totale regionalebruto toegevoegde waarde.De situatie is anders voor de adviesdiensten, de tweede component van het cluster. De organisatie-en managementadviesbureaus hebben de afgelopen jaren te maken gehad met dalende omzetten.Van alle bedrijfssectoren kende deze sector de sterkste daling. Vergeleken met de daling van deomzetten is de sector qua aantal vestigingen redelijk stabiel gebleven. De werkgelegenheid liepbeperkt terug en tegelijkertijd bleef het aantal starters groeien. Dat duidt op een voortschrijdendeschaalverkleining en een groeiend aandeel van zzpers. In combinatie met een teruglopende marktligt verdringing voor de hand met als gevolg een verdere druk op de tarieven. Een vergelijkbareontwikkeling is gaande in het cluster van ICT en mediabedrijven dat in de volgende sectie aan bodkomt. 29