Whitepaper Monavisa - In 3 stappen naar kostenbesparing op energieverbruik

8
In 3 stappen naar kostenbesparing op energieverbruik Klimaatinstallaties en ‘het nieuwe beheren’

description

Slecht functionerende klimaatinstallaties verbruiken zo’n 25 tot 30 procent meer energie. Geautomatiseerde monitoring maakt snel opsporen en adequaat ingrijpen mogelijk. In deze whitepaper krijgen facility managers, installateurs en andere beheerders van gebouwen handvaten voor 'het nieuwe beheren'.

Transcript of Whitepaper Monavisa - In 3 stappen naar kostenbesparing op energieverbruik

Page 1: Whitepaper Monavisa - In 3 stappen naar kostenbesparing op energieverbruik

In 3 stappen naar

kostenbesparing op

energieverbruik

Klimaatinstallaties en ‘het nieuwe beheren’

Page 2: Whitepaper Monavisa - In 3 stappen naar kostenbesparing op energieverbruik

2

1. Inleiding pag. 3

2. Oorzaken van slecht functionerende installaties pag. 3

3. In drie stappen naar een andere manier van beheren pag. 4

4. Een oplossing: Monavisa pag. 6

Page 3: Whitepaper Monavisa - In 3 stappen naar kostenbesparing op energieverbruik

3

1. Inleiding

Het duurzaam en energiezuinig bouwen heeft de laatste jaren een vlucht genomen en zal almaar

breder worden toegepast. Overheid, woningcorporaties en bedrijfsleven hebben dit ‘nieuwe

bouwen’ omarmd. Vanwege de voordelen voor het onder druk staande milieu, maar ook om op den

duur kostenbesparingen te realiseren.

Bij duurzaam bouwen horen ook energiezuinige klimaatinstallaties. Die bestaan al even, maar de

prestaties laten vaak toch te wensen over. Fouten in de ontwerpfase, tijdens de bouw en bij het

eindgebruik liggen hieraan ten grondslag. Door vooruit te zien, deze fases goed op elkaar af te

stemmen en prestatiecontracten te maken, kunnen problemen worden voorkomen.

Maar als er dan toch iets misgaat, is het prettig wanneer in de gebruikersfase een goed zicht is op

de prestaties van de installatie. Dat blijkt lastig, gezien de complexiteit van moderne gebouwen en

de tijdsinvestering om gegevens uit een gebouwbeheersysteem boven water te halen. Er is dan ook

grote behoefte aan een hulpmiddel dat de energieprestaties van een installatie en een gebouw

continu in beeld brengt, met alle bijbehorende kostenbeperkende en milieubesparende gevolgen.

Deze whitepaper beschrijft waar het in het ‘oude beheren’ van klimaatinstallaties fout gaat en wat

geautomatiseerde monitoring kan betekenen voor facility managers, huurders, installateurs en

andere beheerders van gebouwen. Hiermee zet u de eerste stap op weg naar ‘het nieuwe beheren’.

2. Oorzaken van slecht functionerende installaties

Slecht functionerende klimaatinstallaties verbruiken zo’n 25 tot 30 procent meer energie. Dat komt

door het ontwerp van de installaties, door de manier waarop kantoorpanden daadwerkelijk worden

gebouwd, hoe de facilitaire dienst en de servicetechnicus klachten behandelen en hoe de

individuele gebruiker met zijn of haar werkplek omgaat.

Slecht presterende klimaatsystemen hebben drie verschillende oorzaken:

1. Het ontwerp. Ontwerpers maken bepaalde keuzes bij het ontwerpen van een gebouw.

Maar een oplossing die is bedacht in de ontwerpfase hoeft niet per definitie de juiste

oplossing te zijn bij oplevering van het gebouw. De techniek kan achterhaald zijn. De

keuzes kunnen ook van aanvang af niet gelukkig zijn geweest vanwege gebrek aan

informatie of zelfs onkunde. Dan worden gebruikers geconfronteerd met een installatie die

niet toegerust is op het uiteindelijke gebouw.

2. De uitvoering. In de praktijk gaat het ook regelmatig mis. Waar ontwerp A prima in

elkaar zat, ziet gebouw B er toch anders uit, minder goed en vol slordigheden. De

materiaalkeuzes zijn bijvoorbeeld verkeerd of aangesloten pijpen van verschillende

materialen blijken onder te veel spanning te staan. Zowel in het gebouw als in de installatie

kunnen in de realisatiefase fouten gemaakt worden die het presteren van de

klimaatinstallatie nadelig beïnvloeden. De mooie voorspellingen op het gebied van

energieverbruik en rendement komen niet uit.

3. Het gebruik. Er kan nog zo’n energiezuinige, geavanceerde klimaatinstallatie

aangebracht zijn in een gebouw, hij moet wel goed gebruikt worden om de gewenste

resultaten te leveren. Bij verkeerd gebruik is de rekening navenant hoog. In deze gevallen

ontbreekt het vaak aan een goede uitleg over het systeem aan de gebruikers. Er kan ook

simpelweg onvoldoende onderhoud worden gepleegd. Of de uitgangspunten zijn volledig

gewijzigd ten opzichte van drie jaar eerder, bij de oplevering van de installatie. De

installatie voldoet niet meer aan de bijgestelde eisen aan duurzaamheid.

Page 4: Whitepaper Monavisa - In 3 stappen naar kostenbesparing op energieverbruik

4

Regeren is vooruitzien. Ook het regeren over klimaatinstallaties. Zodoende zal er in het

ontwerpstadium van een gebouw al moeten worden nagedacht over de fase dat het gebouw

daadwerkelijk wordt gerealiseerd. Vervolgens moet tijdens het bouwen de actuele stand van

ontwikkelingen op het gebied van duurzaamheid nauwlettend gevolgd worden, om daar met de

materialen en installatie op in te spelen. Vaak wordt in het stadium van de uitvoering te weinig

geïnvesteerd, waardoor de gebruikersfase onnodig kostbaar wordt. Het grootste deel van de kosten

wordt uiteindelijk dan ook gemaakt in die eindfase.

Problemen in de gebruikersfase aanpakken

Doet die installatie het goed, of juist helemaal niet? Zijn alle vertrekken comfortabel, qua

temperatuur en luchtvochtigheid, en wordt het energierendement wel behaald? Beheerders

beschikken te vaak over onvoldoende zicht op het functioneren van een installatie om deze

elementaire vragen te beantwoorden.

De meeste gebouwen hebben weliswaar een gebouwbeheersysteem (GBS) dat bedoeld is voor het

sturen van de installaties in het gebouw. Maar deze systemen rapporteren hier niet automatisch

over, de gegevens moeten opgehaald worden. Dat gebeurt weinig op een preventieve manier. Het

achterhalen van de gegevens en het maken van berekeningen over het functioneren van de

installatie is immers zeer tijdrovend en vraagt om kennis. En vaak zijn de afspraken over wie deze

taak uitvoert niet duidelijk. Eigenaar, beheerder, installateur?

Veel andere gebouwbeheerders nemen een nog passievere houding aan, zij gaan er vanuit dat het

wel goed gaat. En de gebruiker betaalt toch de energierekening. Maar komt er ineens een klacht —

dat het te warm of te koud is of dat de energierekening wel erg hoog uitvalt — dan is het te laat.

Het kwaad is al geschied, de installateur herstelt de schade en de volgende klacht zal daardoor

weer een tijdje uitblijven. Ondertussen presteert de installatie bij lange na niet optimaal. Klachten

en kosten, niet datgene waar een beheerder op zit te wachten.

Hoe kunt u dit voortaan voorkomen?

3. In drie stappen naar een andere manier van beheren

Om tijdig bij te sturen moet continu gemonitord worden, en zeker driemaandelijks met de

installateur worden bekeken hoe de installatie functioneert. Ontzorging is het gevolg wanneer de

klimaatinstallatie optimaal presteert: geen klachten meer van huurders over comfort en kosten. De

praktijk blijkt weerbarstiger dan dit ideaalbeeld. Het is mensenwerk. Panden worden anders

gebruikt dan was bedoeld en de regelmatige controles met de installateur schieten er vaak bij in.

Stap 1: Stel KPI’s voor klimaatbeheer op

Een manier om problemen voor te zijn is om de realisatie en/of het onderhoud aan te besteden op

basis van prestatie-eisen. Deze prestatie-eisen voor de installaties en het onderhoud worden dan

vastgelegd in een prestatieonderhoudsbestek. Hierin worden de gewenste prestaties, eindconditie

van de componenten, storingsafhandeling en comfortbeleving door middel van Key Performance

Indicators (KPI’s) gedefinieerd.

De installateur of aannemer wordt gedurende de contractduur afgerekend op deze KPI’s. Wordt aan

de afgesproken criteria voldaan, dan vindt afrekening plaats op basis van de ingediende prijzen. Als

de KPI’s worden overtroffen, krijgt de aannemer of installateur een bonus, maar vallen de

prestaties tegen, dan geldt een malus.

Page 5: Whitepaper Monavisa - In 3 stappen naar kostenbesparing op energieverbruik

5

Stap 2: Automatiseer de monitoring

Met prestatiecontracten blijkt een optimaal rendement van klimaatinstallaties dichtbij te komen.

Steeds vaker maken eigenaren, beheerders en installateurs deze afspraken met elkaar over de

duurzaamheid van een gebouw en installatie. Samen wordt ook vaak geïnvesteerd in het slimmer

beheren van gebouwen. Die business case wil je dan ook halen als betrokkene. Maar dat is vaak

lastig te behappen, zeker gezien de toegenomen complexiteit van gebouwen. Hoe is de

taakverdeling tussen eigenaren, beheerders, huurders en onderhoudspartijen in het energiebeheer

van een gebouw?

Dit kan geautomatiseerd worden met software. Alle partijen zitten er dan bovenop.

Prestatiecontracten tussen beheerders en installateurs op basis van een bonus-malus regeling zijn

nu ook eenvoudig uitvoerbaar. Wanneer vastgestelde criteria worden overschreden, wordt dit

automatisch gemeld. Inclusief de kosten die daarbij horen.

Automatisering van de monitoring van klimaatinstallaties biedt bovendien een uitgekiende

mogelijkheid voor eigenaren, beheerders en installateurs om samen te werken. Dankzij het

efficiënte meten, borgen en bijsturen kunnen zij de (gezamenlijke) investering in duurzaamheid

snel terugverdienen.

Stap 3: Maak comfort, energieverbruik en onderhoudskosten inzichtelijk

Een gebouwbeheersysteem genereert heel veel data, waarvan echter in de praktijk het gros

ongebruikt blijft. Slimme software kan die gegevens snel omzetten in nuttige en overzichtelijke

informatie, waardoor er grip komt op de prestaties van klimaatinstallaties. Die prestaties zijn dan

op vier hoofdonderdelen inzichtelijk.

Comfort

Het comfort, het binnenklimaat, bepaalt in grote mate het welbevinden van mensen. Bij een

aangename temperatuur en ideale luchtvochtigheid zal een medewerker ook het productiefst zijn.

En de tevreden huurders hebben geen reden tot klagen bij de beheerder. Met geautomatiseerde

monitoring kan er goed grip worden gehouden op deze parameters, ruimtetemperatuur en

luchtvochtigheid, die grotendeels het comfort bepalen. Daarnaast is er de beschikking over

metingen van bijvoorbeeld de CO2-concentratie in ruimtes.

Energie

Te hoge energierekeningen in de ogen van huurders leiden tot klachten. Met een constante

softwarematige monitoring wordt dat verleden tijd. Want er wordt gedetailleerd aangegeven waar

onnodig energie gebruikt wordt en waar er mogelijkheden tot energiebesparing zijn. De monitoring

gebeurt zowel per component als integraal. Op componentniveau wordt bijvoorbeeld het

rendement van een koelmachine gecontroleerd of het energiegebruik van een ruimte geanalyseerd.

Op het integrale niveau wordt nagegaan of componenten onderling efficiënt functioneren. Wanneer

een ketel wordt ingezet voor de ruimteverwarming terwijl de warmtepomp nog niet op volle kracht

functioneert, wordt dit zichtbaar.

Installatie

Het monitoren van dit onderdeel komt uiteindelijk ten goede aan de onderhoudskosten van de

installatie. Die gaan omlaag. Hier wordt namelijk in beeld gebracht of de installatiecomponenten

wel goed aangestuurd worden, zodat de levensduur ervan niet verkort wordt. Het frequent aan- en

uitschakelen en pendelend gedrag van componenten wordt bijvoorbeeld zichtbaar. Dankzij de

constante bewaking zal de installatie efficiënt functioneren en een lang leven leiden.

Page 6: Whitepaper Monavisa - In 3 stappen naar kostenbesparing op energieverbruik

6

Proces

Cruciale processen, zoals serverruimten en operatiekamers, stellen zwaardere eisen aan betrouwbaarheid en functioneren van installaties. Ze worden daarom apart bewaakt. Er wordt

nagegaan of de kwantiteit en de kwaliteit van proceskoeling of -verwarming aan de gestelde eisen voldoet. Het wezenlijke verschil tussen bijvoorbeeld proceskoeling en comfortkoeling is het continue karakter en de financiële gevolgschade bij onderbreking of een kwalitatief onbruikbare hoeveelheid koude of warmte. Daarom wordt het onderdeel Proces binnen de prestatieafwikkeling van Monavisa apart gehouden van comfort.

Alle voordelen op een rij:

1. Het voorkomen van klachten (comfort) en problemen (bijv. legionella); 2. Voldoen aan wettelijke verplichtingen (gww-rapportage); 3. Vergemakkelijking van de uitvoering van prestatiecontracten;

4. Snel en doelgericht anticiperen; 5. Het halen van de business case; 6. Besparing van tijd, energie en kosten; 7. Controle op het disfunctioneren van componenten; 8. Maakt verbetermogelijkheden inzichtelijk; 9. Geeft inzicht in de effecten van de uitgevoerde verbeteringen;

10. Daardoor is minder inzet van de installateur nodig (kostenbesparing); 11. Geeft inzicht in energiestromen en zorgt zo voor bewustwording over energieverbruik; 12. Biedt mogelijkheid tot benchmarking van kengetallen t.o.v. andere gebouwen; 13. Geeft inzicht in milieueffecten (CO2-uitstoot).

4. Een oplossing: Monavisa

DWA zet zich sinds 1986 in om de kwaliteit van de werk-, productie- en woonomgeving te

verhogen en gelijktijdig het energiegebruik en de milieudruk te verlagen. De onafhankelijke

dienstverlening van het adviesbureau strekt zich uit op vele gebieden. Van het ontwikkelen van

ideeën op basis van onderzoek tot energieadvies, (industrieel) installatieadvies, beheer en

onderhoud, en monitoring.

Tijdens de dienstverlening bij problemen met klimaatinstallaties worden de prestaties in kaart

gebracht, de installatie aangepast en adviezen verstrekt. Op basis van alle opgedane kennis en

ervaring met monitoring, ontwikkelde het adviesbureau een softwareprogramma waarmee in één

oogopslag de prestaties van een installatie te zien zijn. De gebruikers van de software bepalen

waarop zij willen sturen, wat de KPI’s zijn. Op het dashboard is te zien hoe het er voor staat met

het comfort, de energie en de installatie.

Hoe werkt het?

Vanaf het gebouw of de installatie worden (met variabele frequentie) data doorgegeven aan de

server die door DWA wordt beheerd. Die gegevens worden gebruikt voor het analyseren van de

prestaties van klimaatinstallaties. De resultaten worden direct getoond in visualisaties op de

website en zijn via een login toegankelijk.

In één overzichtelijk scherm staan de conclusies van alle achterliggende gegevens. Is iets groen

dan is er niets aan de hand, bij oranje is er aandacht gewenst en rood staat voor snelle actie. Om

welk probleem het exact gaat en welke maatregel nodig is, staat bij doorklikken op het volgende

scherm. Of de actie wordt direct doorgemaild naar de betrokkenen, zoals de installateur of DWA.

Page 7: Whitepaper Monavisa - In 3 stappen naar kostenbesparing op energieverbruik

7

Bij verder klikken worden de informatielagen steeds dieper, gedetailleerder. Zo kan bijvoorbeeld

afgelezen worden dat een bepaalde warmtepomp te weinig bijdraagt aan de levering van warmte

en dus niet optimaal functioneert. Hier kan een beheerder concreet mee aan de slag met een

installateur. Of achter een rood signaal schuilt de dreiging van de legionellabacterie. De software

houdt dus actief in de gaten bij welke watertemperatuur legionella gedijt.

Samengevat biedt deze geautomatiseerde monitoring, Monavisa, inzicht in installaties op het

gebied van functioneren, afwijkingen en oorzaakrichting. Data wordt daarbij opgehaald,

geanalyseerd en geëvalueerd.

Best practices

Een diverse groep bedrijven en organisaties gebruikt ondertussen Monavisa. Onder meer:

Hogeschool van Amsterdam, Rabobank, Rijksgebouwendienst, KLM, Schiphol, Vestia, Brede School

Zuurland in Brielle, ZONenergie, Wolter & Dros, ERA Contour, TBI Bouw, BRControls, Scala College,

Stadgenoot, NIOO KNAW en De Haagse Hogeschool.

Luchthaven Schiphol: ‘Monavisa gaat stap verder’

Op luchthaven Schiphol wordt de klimaatinstallatie in de B-pier gemonitord met Monavisa. Joep

Roefs van Schiphol Groep houdt zich bezig met energiebesparende maatregelen op de luchthaven

en is nauw betrokken bij de invoering van Monavisa. “We hadden de behoefte om assets te volgen,

met name op het gebied van energieverbruik”, zegt hij. “Een koelmachine of ketel kan op het oog

goed functioneren maar als je daadwerkelijk scherp kijkt, is het rendement niet goed. Monavisa

bleek een mooie oplossing. Het kijkt verder dan dat de ketel brandt.”

Roefs benadrukt dat de software van DWA een stap verder gaat dan het huidige

gebouwbeheerssysteem. “Monavisa rapporteert wanneer de installatie niet goed functioneert en

wat dat aan geld kost. Het is handig, want het scheelt ook een hoop tijd. In een paar minuten weet

je of je installatie goed functioneert en welke stappen je moet nemen om verbeteringen aan te

brengen.” Dit jaar zal het monitoren met Monavisa uitgerold worden naar andere delen van

Schiphol.

Page 8: Whitepaper Monavisa - In 3 stappen naar kostenbesparing op energieverbruik

8

Amstelcampus: ‘Flinke energiebesparing bereikt’

Het Kohnstammhuis en het Theo Thijssenhuis zijn onderdeel van de Amstelcampus (Hogeschool van Amsterdam). De twee aparte gebouwen zijn aangesloten op een centrale WKO-installatie. In beide gebouwen wordt de warmte geleverd middels warmtepompen en piekketel. Sinds het voorjaar van 2012 monitort DWA met Monavisa. Meerdere problemen zijn sindsdien getackeld. Zo bleek dat bij het Kohnstammhuis de bijdrage van de bronnen te laag was. De oorzaak was een verkeerd aangesloten gebruikersgroep. Bij het Theo Thijssenhuis werd te weinig koeling geleverd.

De oorzaak hiervan was de steeds in storing staande warmtepomp. Mede door het bewaken van de maximale inzet van de duurzame componenten, hebben beide gebouwen een flinke energiebesparing gerealiseerd. Het Kohnstammhuis bespaarde in een jaar tijd circa 34.000 euro en het Theo Thijssenhuis circa 12.000 euro.

Met 7 tips naar een 10 voor installatiemanagement

1. Besef dat opwekking, distributie en afgifte van warmte, koude en verse lucht één integraal

systeem is. Zorg daarom dat het beheer in één hand ligt en dat uzelf of deze partij (bewezen) kennis van zaken heeft. Niet alleen van installatietechniek, maar ook van regeltechniek, energiemanagement, comfortbeheersing en technisch beheer. Zeker bij energie-opslaginstallaties is dit van cruciaal belang.

2. Denk vooraf al na over de beheerfase van een klimaatvoorziening. Dit gaat verder dan alleen een servicecontract. Reserveer hier tijd en budget voor.

3. Maak een inventarisatie van voorzieningen die onder installatiemanagement vallen, wat de

door u als eigenaar/gebruiker gewenste prestatie is en op welke manier hieraan wordt

bijgedragen. Dit is de eerste aanzet voor een meerjarenonderhoudsplan dat recht doet aan

de life-cycle van de gebouwinstallaties.

4. Besteed aandacht aan de contractvorming. Neem als basis voor de te leveren prestatie

een meerjarenonderhoudsplan en een functioneel programma van eisen. Laat het contract

hier zo goed mogelijk op aansluiten.

5. Maak afspraken over te leveren prestaties en performance. Zorg voor meetbare prestaties

(voorkomt discussie) en leg deze waar mogelijk contractueel vast. Probeer de contractsom

gedeeltelijk prestatieafhankelijk te maken, maar besef dat dat alléén geen garantie voor

succes is.

6. Neem installatiemanagement op in uw agenda: plan periodiek terugkoppelingen in en

bespreek hier meetbare items zoals: energiebalans WKO, storingsfrequentie en

overschrijdingsuren. Maak concrete afspraken over verbeteracties.

7. Stel een monitoringsprogramma op: welke meetpunten moeten bewaakt worden? Welke

performance-indicatoren zijn belangrijk om op te sturen? Hoe gaat uw organisatie dit

inrichten? Overweeg hierin ook geautomatiseerd monitoren met Monavisa.

Meer informatie

I www.monavisa.info

E [email protected]

Contactpersoon: Wilfred van der Plas, T 06 - 523 901 31, E [email protected]