Wereld in perspectief juni 2013
-
Upload
sns-securities -
Category
Documents
-
view
212 -
download
0
description
Transcript of Wereld in perspectief juni 2013
• Inleidende samenvatting • Eurozone nog steeds gedompeld in recessie • Amerikaanse economie even iets zwakker • Rente is de weg kwijt door al het monetair geweld • Chinese groei tandje lager • Uitgelicht! : Over China en de varkenscyclus
Een maandelijkse visie voor de cliënten van SNS Securities
Inleidende samenvatting In deze 21e editie van de Wereld in perspectief kijken we niet alleen naar de belangrijkste economieën, maar staan we ook stil bij de volatiliteit in de rentemarkt. De Europese economie is nog steeds gedompeld in recessie, maar er verschijnen meer lichtpuntjes en dan met name in de periferie. Ook kijken we wat beter naar de tegenvallende groei in China en hoe de nieuwe Chinese leiding daar tegenover staat. Uitgelicht! In ‘Uitgelicht’! kijken naar de consequenties die een lagere economische groei in China kan hebben voor grondstoffenprijzen.
Met vriendelijke groet,
SNS Securities NV
Sep Van de Voort Cees Rijsdijk Macro-econoom en strateeg Macro-econoom en strateeg
p1 p2 p3 p3 p5 p6
Juni 2013 21e editie De Wereld in perspectief
Eurozone nog steeds gedompeld in recessie
Ook in het eerste kwartaal van dit jaar hield de recessie aan, die de Eurozone nu al sinds eind
2011 in zijn greep houdt. De krimp was met -0,2% kleiner dan eind vorig jaar, toen de
economische koek 0,6% kleiner werd. De Nederlandse economie deed het met -0,1% marginaal
beter dan het gemiddelde van de Eurozone, een van de weinige kwartalen dat dit de afgelopen
jaren het geval was. België en Duitsland waren de enige twee landen die er nog een heel klein
beetje groei uit wisten te persen, maar Italië en Spanje bleven met -0,5% krimp flink achter.
Een belangrijke verstorende factor in de cijfers was het koude weer in grote delen van Europa.
Dit betekende bijvoorbeeld in Duitsland en Nederland dat de consument onverwacht veel uitgaf,
maar dan vooral door de kachel aan te houden. Naast deze positieve verrassing was er ook een
negatieve vertekening, en dan met name in de bouw. Zo daalde in Duitsland de bouwproductie
met 2,1% en per saldo heeft dit een grotere impact op het groeicijfer. Met een klein beetje geluk
zullen daarom de groeicijfers in het tweede kwartaal wat mee kunnen vallen.
Dit wordt ook bevestigd door het
overgrote deel van de leading
indicators. Deze zijn de laatste
twee maanden voorzichtigjes aan
het herstellen van de kleine
inzinking die zich eerder dit jaar
voordeed. Zoals we vorig jaar al
vermoedden, zijn deze tekenen
van herstel juist het sterkst in de
perifere landen. In Griekenland,
waar in verband met de heftige
bezuinigingen zelfs het licht aan
het eind van de tunnel was
uitgedaan, zien we nu de leading
indicators plotseling sterk
opveren. Ook in Spanje
verbeterden de inkoopmanagersindices voor zowel de dienstensector als de industrie
onverwacht sterk.
Positief is ook dat men in Europa een stuk genuanceerder is gaan denken over hoe men de crisis
te lijf moet gaan. In plaats van een toch al krimpende economie verder te beschadigen door
rigoureuze bezuinigingen, is men nu bereid de economie wat meer ruimte te geven om op adem
te komen. Al met al zit er een licht verbeterende trend in de Europese cijfers, maar feit blijft dat
een echt economisch herstel toch vooral uit andere regio’s moet komen.
Amerikaanse economie even iets zwakker
In onze vorige editie meldden we al dat de VS de verwachte kortstondige inzinking doormaakt als
gevolg van de maatregelen (fiscal cliff, sequester) die eerder dit jaar genomen zijn. Met name de
cijfers uit de industrie, zoals de productie en inkoopmanagersindex, geven aan dat de groei daar
iets terugvalt. Al te somber hoeven we echter niet te zijn over de
Amerikaanse economie. Het eerste kwartaal leverde nog een groei op van
2,4% maar dit cijfer werd behoorlijk gedrukt door het overheidsingrijpen. Als
we alleen naar de particuliere sector kijken dan is de groei met 3,4%
bepaald robuust te noemen en kan de economie wel een stootje hebben.
Met een aantrekkende huizenmarkt (en dus groeiende bouwactiviteiten), een
op volle toeren draaiende mijnbouwsector (schaliegas) zijn er voldoende
aanjagers die de groei op stoom houden. De consumenten hebben het dit
eerste half jaar moeilijk door de verhoging van de sociale premies en de effecten van de
bezuinigingen, maar desondanks groeien hun bestedingen nog licht. Belangrijk is dat het
consumentenvertrouwen, na zeer veel volatiliteit sinds eind vorig jaar, in rustiger vaarwater
terecht lijkt te komen en de weg omhoog weer heeft gevonden. We denken daarom dat de lichte
groeiterugval van tijdelijke aard zal zijn en dat de consumentenbestedingen later dit jaar weer wat
zullen verbeteren.
Rente is de weg kwijt door al het monetair geweld
Onder invloed van al het wisselende monetaire geweld worden de rentes op staatsleningen
steeds volatieler en is het moeilijk om te bepalen welke bewegingen door nervositeit en
onzekerheid worden ingegeven, en welke bewegingen misschien wel structureel zijn. Centrale
banken van de Eurozone, VS, UK en Japan zijn al langere tijd bezig met forse monetaire
verruiming. Expliciet doel
hiervan is de rente omlaag te
drukken en op die manier de in
moeilijkheden verkerende
economieën wat lucht te geven.
Sinds eind vorig jaar koopt de
Amerikaanse centrale bank (Fed)
maandelijks voor $85 mld aan
staatsobligaties en leningen met
hypotheken als onderpand. Men
meldde van zins te zijn dit vol te
houden zolang de situatie op de
arbeidsmarkt niet substantieel
verbeterde. In de notulen van de
decembervergadering werd
duidelijk dat de FED-bestuurders
toen al discussieerden over het moment waarop deze stimulering zou moeten worden
afgebouwd. Dat markten hiervan schrokken was af te zien aan de plotselinge stijging van de
Amerikaanse rente aan het begin van dit jaar.
Intussen was in december de nieuwe Japanse premier Abe gekozen en deze had al vroeg
duidelijk gemaakt een veel agressiever monetair beleid te willen voeren. In februari werd bekend
dat Kuroda de nieuwe baas van de Bank of Japan (BoJ) zou worden, waarvan verwacht werd dat
hij Abe’s plannen met kracht zou doorvoeren. Deze nieuw aangekondigde impuls van
wereldwijde monetaire verruiming had tot gevolg dat rentes wereldwijd weer begonnen te dalen.
Begin april zat Kuroda zijn eerste vergadering als baas van de BoJ voor en kondigde veel verder-
gaande plannen aan dan verwacht. Door de vloed aan geld die de BoJ in het Japanse systeem
wilde pompen, ontstond de
verwachting dat Japanse
beleggers deze fondsen zouden
herbeleggen buiten Japan.
Enerzijds om geen last te hebben
van de al ingezette daling van de
yen, anderzijds om te profiteren
van betere rendementen elders.
Dit had tot gevolg dat de rentes
buiten Japan nog verder daalden
en vooral dat wat hoger
renderende staatsobligaties
binnen de Eurozone waren
favoriet. Daardoor konden de
renteverschillen tussen Frankrijk,
Italië en Spanje enerzijds en
Duitsland anderzijds snel kleiner worden. Dit effect lijkt echter uitgewerkt.
De problemen waarin vooral de Franse economie zich bevindt, zorgen de laatste weken voor een
opnieuw vrij snel oplopen van het renteverschil tussen Frankrijk en Duitsland.
Intussen is de markt weer in de ban gekomen van de discussie binnen de Fed over het tijdstip
waarop de huidige ronde van QE (quantitative easing) moet worden afgebouwd. In de
zeswekelijkse beleidsvergadering wordt daarover druk beraadslaagd, waaruit blijkt dat sommige
leden voorstander zijn (onder voorwaarden) van een afbouw op korte termijn. Dit is de
belangrijkste reden dat de Amerikaanse tienjaars rente het hoogste niveau sinds ruim een jaar
heeft bereikt en mogelijk, na ruim 30 jaar van daling, een bodem heeft gezet. In het kielzog van
de Amerikaanse rente loopt ook in onze regio de rente op.
De grote vraag die beleggers op dit moment bezig houdt is uiteraard wat er gebeurt indien de Fed
de Amerikaanse economie inderdaad dermate genormaliseerd vindt, dat men begint met het
afbouwen van de meest ongebruikelijke monetaire maatregelen. Onze visie op de Amerikaanse
economie is dat deze inderdaad goed op weg is, maar voorlopig is de ontwikkeling op de
arbeidsmarkt nog te zwak, heeft de consument het nog te moeilijk en is er sprake van zwakte in
de industrie. Wij verwachten een afbouwen van QE op zijn vroegst eind dit jaar. De rente heeft
hierop al een aardig voorschot genomen. Zo is de (dertigjaars) hypotheekrente in een maand tijd
gestegen van 3,6% naar 4,1%. Gezien de robuustheid van de Amerikaanse economie zal de
speculatie op het afbouwen van de Fed-aankopen echter niet wegebben, en is de huidige
rentestijging een blijvertje. De Amerikaanse rente trekt de Duitse rente echter slechts in beperkte
mate mee: het renteverschil wordt sinds eind 2012 gestaag groter. We verwachten, al met al, dat
de rente in Duitsland (en in het kielzog daarvan Nederland), in de loop van het jaar zal blijven
fluctueren tussen de 1,25% en de 1,75%, al is de trend wel geleidelijk omhoog.
Chinese groei tandje lager
We hebben het in onze vorige editie al kort over de Chinese groei gehad, die tegenvallend is. We
willen er deze keer wat langer bij stil staan, vooral naar aanleiding van uitspraken van de nieuwe
leiding van China. In het eerste kwartaal van dit jaar viel de groei terug naar een tegenvallende
7,7% vergeleken met een jaar geleden. Kwartaal op kwartaal viel de groei zelfs terug van 8%
naar 6,4%. Nu werd de groei wel gehinderd door de anti-
corruptie campagne van de partijleiding. Dit schijnt grote
gevolgen te hebben gehad voor de verkoop van dure auto’s en
het aantal aangerichte officiële banketten en op die manier de
groei gedrukt te hebben. Aannemende dat deze terugslag
eenmalig was (maar wel blijvend) zouden de kwartaal op
kwartaal groeicijfers wellicht wat aan kunnen trekken.
Belangrijker is dat de nieuwe leiding in China aan heeft gegeven de zaken structureel aan te
willen pakken en tijdelijke fluctuaties in groei voor lief wil nemen. In China is dat wat makkelijker
dan bij ons, aangezien men niet gehinderd wordt door lastige tussentijdse verkiezingen en in
principe een regeertermijn heeft van tien jaar. Met de structurele aanpak doelt men op de
uitvoering van het laatste vijfjarenplan (uit 2012) waarin men zich voorneemt het Chinese model
om te vormen van een investeringsgedreven naar een consumptiegedreven groei. Men wil zich
door de zwakkere groei van dit moment niet laten verleiden tot stimuleringsmaatregelen, die
doorgaans de vorm van hogere investeringen aannemen. De Chinese economie is wat dat betreft
al te veel opgeblazen met schulden (met name bij lokale overheden en staatsbedrijven) op
investeringen waarvan het rendement nog maar afgewacht moet worden. Daarnaast is ook de
kredietverlening, vooral buiten het bankwezen om, nog steeds te hoog naar de zin van de leiding.
Kortom, men gaat serieus werk maken van de omschakeling van investeringsgedreven naar
consumptiegedreven groei. Dit is een niet ongevaarlijke fase in een opkomende economie. Men
schakelt over van een bestedingscategorie (investeringen) met een doorgaans hoge groei naar
een categorie (consumptie) die veel gematigder groeit. In Japan viel bijvoorbeeld het aandeel van
de investeringen als percentage van het BBP terug van 32% in 1990 naar nu een veel normalere
20%. Tegelijkertijd liep de consumptie op van 52% van het BBP naar 62%. In China bedragen de
investeringen nu zo’n 48% van het BBP en de consumptie slechts een schrikbarend lage 35%.
Het is daarom te verwachten dat de Chinese economische groei verdere stapjes terug zal doen,
al blijft het groeicijfer vele malen hoger dan in Europa.
Over China en de varkenscyclus
Het afgelopen decennium zijn grondstoffenprijzen hard gestegen. De opkomst van grondstof-
grootverbruiker China heeft daar natuurlijk alles mee te maken.De grote vraag is wat een lager
groeitempo in China voor gevolgen zal hebben voor de prijzen van voedsel, metalen en energie.
Een iets lager groeitempo in ’s werelds bevolkingsrijkste land betekent natuurlijk niet dat de vraag
vanuit China naar grondstoffen zal gaan dalen; de groei van de vraag zal hoogstens terugvallen.
Zo is China weliswaar al de grootste importeur van bijvoorbeeld kolen, katoen en ijzer, per hoofd
van de bevolking stellen deze importen nog niet zoveel voor vergeleken met meer ontwikkelde
markten. China zal daarom als importeur van grondstoffen een factor van belang blijven.
Tegelijkertijd gebeurt er aan de aanbodkant natuurlijk ook het een en ander. Grondstoffenprijzen
volgen over het algemeen de lange cyclus in de economie. In een artikel voor de Verenigde
Naties (Super-cycles of commodity prices since the mid-nineteenth century) koppelen Bilge Erten
en Antonio Ocampo de lange cyclus in de grondstoffenprijzen onder andere aan de opkomst van
verschillende regio’s in de wereld. De Verenigde Staten eind negentiende, begin twintigste eeuw,
Japan (tezamen met de wederopbouw van Europa) na de
Tweede Wereldoorlog en nu met de opkomst van China.
Deze grondstoffencyclus loopt wat achter op de
economische groei en heeft ook de kenmerken van een
varkenscyclus. De hogere groei leidt tot schaarste aan
grondstoffen, wat de prijzen opzweept. Deze hogere
prijzen op hun beurt leiden tot een verhoogd aanbod van
grondstoffen, maar tussen deze beide zit een aanzienlijke
vertraging. Verhoging van het grondstoffenaanbod vergt
doorgaans ontwikkeling van hele nieuwe geografische
gebieden of nieuwe technologieen. Het meest actuele
voorbeeld hiervan is de, eigenlijk toch wel razendsnelle, ontwikkeling van schaliegas in de
Verenigde Staten. In reactie op de enorme olieprijsstijging met een piek van meer dan $140
medio 2008, begint nu het aanbod van olie en gas uit nieuwe gebieden en met nieuwe
technologie op gang te komen.
De kans is daarmee zeker aanwezig dat net nu het aanbod begint te reageren op de
prijsontwikkelingen van de afgelopen jaren, de groei aan de vraagkant begint terug te vallen.
Doorgaans is dit een teken dat de piek in de grondstoffenprijzen is bereikt. Dit geldt natuurlijk
vooral voor investeringsgerelateerde grondstoffen zoals metalen en energie. De vraag naar
consumptiegerelateerde grondstoffen zal de komende jaren misschien juist wel eens sneller toe
kunnen gaan nemen.
COLOFON SNS Securities NV Nieuwezijds Voorburgwal 162 1012 SJ Amsterdam Postbus 235 1000 AE Amsterdam T +31 (0)20 550 84 96 E [email protected] snssecurities.nl Editie 21, Juni ‘13
Disclaimer De in dit document aangeboden informatie is opgesteld door SNS Securities NV (SNS Securities). De in dit document aangeboden informatie is bedoeld als informatie in algemene zin en is niet toegespitst op uw persoonlijke situatie. De informatie mag daarom nadrukkelijk niet beschouwd worden als een advies of als een voorstel of aanbod tot 1) het aankopen of verhandelen van financiële instrumenten en/of 2) het afnemen van beleggingsdiensten noch als een beleggingsadvies. Beslissingen op basis van de informatie uit dit document zijn voor uw eigen rekening en risico. De informatie en de voorwaarden die van toepassing zijn op beleggingsdiensten verleend door SNS Securities kunt u vinden in de Voorwaarden Effectendienstverlening SNS Bank N.V. Hoewel SNS Securities tracht juiste, volledige en actuele informatie uit betrouwbaar geachte bronnen aan te bieden, verstrekt SNS Securities expliciet noch impliciet enige garantie dat de aangeboden informatie in dit document juist, volledig of actueel is. SNS Securities aanvaardt geen aansprakelijkheid voor druk- en zetfouten. De in dit document opgenomen informatie kan worden gewijzigd zonder voorafgaand bericht. SNS Securities is niet verplicht de hierin opgenomen informatie te actualiseren of te wijzigen. SNS Securities aanvaardt geen enkele aansprakelijkheid ten aanzien van enige schade (met inbegrip van gederfde winst), die op enigerlei wijze voortvloeit uit de informatie die u in dit document wordt aangeboden of het gebruik daarvan. SNS Securities, of de rechthebbende, behoudt alle rechten (waaronder auteursrechten, merkrechten, octrooien en andere intellectuele eigendomsrechten) met betrekking tot alle in dit document aangeboden informatie (waaronder alle teksten, grafisch materiaal en logo’s). Het is toegestaan de informatie uit dit document te kopiëren of op enigerlei wijze openbaar te maken, te verspreiden of te vermenigvuldigen mits daarbij de bron (SNS Securities) wordt vermeld.