vakblad voor schoolleiders - CNV Onderwijs · eTwinning is in deze optiek een perso-neelsinstrument...

32
1 VAKBLAD VOOR SCHOOLLEIDERS ‘Het succes van mijn school zit in stabiliteit’ januari 2012, 6 e jaargang Personele pijn van bezuinigen Job-crafting Tips voor succesvol taal- en rekenbeleid Schoolprofilering Ivan Trouwborst, J.H. Snijderschool: Ivan Trouwborst, J.H. Snijderschool:

Transcript of vakblad voor schoolleiders - CNV Onderwijs · eTwinning is in deze optiek een perso-neelsinstrument...

Page 1: vakblad voor schoolleiders - CNV Onderwijs · eTwinning is in deze optiek een perso-neelsinstrument ten behoeve van de schoolleiding, dat een personeelslid zelf direct kan oppakken.

1

vakblad voor schoolleiders

‘het succes van mijn school zit in stabiliteit’

januari 2012, 6e jaargang

Personele pijn van bezuinigen

Job-crafting

Tips voor succesvol taal- en rekenbeleid

schoolprofilering

ivan Trouwborst, J.h. snijderschool:ivan Trouwborst, J.h. snijderschool:

Page 2: vakblad voor schoolleiders - CNV Onderwijs · eTwinning is in deze optiek een perso-neelsinstrument ten behoeve van de schoolleiding, dat een personeelslid zelf direct kan oppakken.

inhoud

2 januari 2012

rubrieken

04 Actueel

07 Bestuurscolumn

13 Open Mind

16 Vraag & antwoord

23 Mijn school

27 Column door Dirk van Boven

30 Column door Chris Lindhout

31 Ledenactueel

08Ivan Trouwborst, J.H. Snijdersschool Door Harry Blume en Oscar Homan

Balans voor ontwikkelings-, gedrags- en leerproblemenDoor Oscar Homan

Bisschoppelijk Gedelegeerden voor het Katholiek OnderwijsDoor dr. August Habets

Job-craftingDoor Oscar Homan

Basisschool In ‘t ParkDoor Harry Blume en Oscar Homan

Tien tips voor succesvol taal- en rekenbeleidDoor Meike Berben

Schoolprofilering als uitdagende trektochtDoor Jan van der Wal

Het museumDoor Hans Notmeijer

0811141820242628

Page 3: vakblad voor schoolleiders - CNV Onderwijs · eTwinning is in deze optiek een perso-neelsinstrument ten behoeve van de schoolleiding, dat een personeelslid zelf direct kan oppakken.

directiefcolofon

3januari 2012

Hier treft u het eerste nummer van 2012 aan. Het jaar 2012 is een jaar vol onduidelijkheden door de crisis en de gevolgen daarvan, maar ook vol uitdagingen om het beste te halen uit de ons toevertrouwde leerlingen.2012 is ook een spannend jaar voor CNV Schoolleiders. De afgelopen jaren is, bijvoorbeeld door toename van het aantal leden, gebleken dat binnen CNV-verband CNV Schoolleiders duidelijk voorziet in een behoefte. Bij de totstandkoming van CNV Schoolleiders is gekozen voor een fulltime betaald voorzitterschap. Harry Blume is de afgelopen jaren het gezicht geworden van CNV Schoolleiders. De voorziening CNV Schoolleiders, waarvan onder andere de voorzitter werd betaald, raakte echter uitgeput. Hierdoor is het bestuur gedwongen kritisch naar de begroting 2012 te kijken. Na een grondige afweging is uiteindelijk besloten het volledig betaald voorzitterschap stop te zetten. Met spijt is de detacheringovereenkomst met het bestuur van Harry beëindigd en keert hij per 1 februari terug naar zijn bestuur.Vanuit de afdeling beleid is Oscar Homan als beleidsmedewerker de afgelopen jaren vaak de motor bij Direct geweest waar het gaat om het aanleveren van artikelen en interviews in het veld. Oscar gaat ons deze maand ook verlaten.U begrijpt dat deze ontwikkelingen voor het bestuur van CNV Schoolleiders aanleiding zijn om alle energie in te zetten voor de continuïteit van CNV Schoolleiders. Eerste acties zijn hier uiteraard al voor ondernomen.Wij bedanken via deze weg Harry en Oscar voor hun inzet en wensen hen heel veel succes toe met hun nieuwe uitdaging in 2012.

De redactie

24

2620Direct is een uitgave van CNV Schoolleiders en is bestemd voor leidinggevenden in het primair en voortgezet onderwijs.

Hoofdredactie: Harry BlumeRedactie: Martin de Kock, Oscar Homan, Fokke Rosier, Wim Oostra, Henk Andeweg, Chris Lindhout Eindredactie: Froukje Meerman, Sonia PiccirilloE-mail: [email protected]

Fotografie: Frans van Zijst

Bureau CNV SchoolleidersPostbus 25103500 GM UtrechtE-mail: [email protected]

Directieadvies leden CNV Schoolleiders:Ed Weevers(030) 751 10 04E-mail: [email protected]

Advertenties: Recent BV(020) 330 89 [email protected]

CNV Schoolleiders [email protected] (030) 751 10 03

Opmaak: FIZZ reclame + communicatie, MeppelDruk en afwerking: Ten Brink, Meppel(0522) 24 61 62

Direct is het officiële orgaan van CNV Schoolleiders. Sinds november 2010 is er de mogelijkheid om een los abonnement te nemen op Direct. De kosten zijn € 62,50 (abonnement plus € 2,50 administra-tiekosten) per jaar voor 10 nummers. Hiervoor is geen lidmaatschap van CNVS vereist. Bij een lidmaatschap van CNV Schoolleiders is toezending van het blad inbegrepen.

colofon

Page 4: vakblad voor schoolleiders - CNV Onderwijs · eTwinning is in deze optiek een perso-neelsinstrument ten behoeve van de schoolleiding, dat een personeelslid zelf direct kan oppakken.

4

actueel

januari 2012

CNV Schoolleiders wil graag, in nauwe samenwerking met de stuurgroep Vrouwen, een bijeenkomst organiseren voor startende vrouwelijke directeuren. Gelukkig neemt het aantal vrouwen in een leidinggevende positie in het basis-onderwijs toe (nu rond 37 procent). Wij vinden dat een goede zaak en willen u bij uw werkzaamheden ondersteu-nen. Daarbij valt te denken aan het oprichten van regionale netwerken van startende directeuren. In het verleden (in Brabant) is dit succesvol gebleken.

Diverse zaken kunnen aan de orde komen. Hoe ga ik om met mijn tijd? Hoe maak ik van krimp een kans? Hoe kom ik uit met mijn financiën? Ga zo maar door. Op basis van uw wensen en vragen kunnen wij de bijeenkomst invullen en misschien wel komen tot een dergelijk netwerk. Uw reactie is van harte welkom. U kunt mailen naar [email protected].

Harry Blume voorzitter CNV Schoolleiders

Startende vrouwelijke directeuren

Leraar in ontwikkeling‘Leraar in ontwikkeling’ biedt leraren een praktische houvast voor persoonlijke professionele ontwikkeling. Het nodigt hen uit om de stap te maken van pro-bleem denken naar ontwikkelen vanuit kwaliteiten: een activiteit die positieve energie en betere leraren oplevert. Een overzichtelijk stappenplan helpt bij het richten, plannen en op gang houden van de ontwikkeling. De vele praktijkvoorbeel-den worden ondersteund door de nodige theorie over leren en ontwikkelen. Het boek is zo geschreven dat het voor iedere leraar, ongeacht zijn vakgebied, geschikt is om zijn ontwikkeling te sturen. Van hbo-docent tot kleuterjuf, iedereen kan met dit praktische boekje aan de slag.

Met de referentieniveaus Nederlandse taal en rekenen introduceert het kabinet ondubbelzin-nige prestatieverplichtingen in het onderwijs. Het referentiekader beschrijft wat een leerling op verschillende momenten in zijn school-loopbaan voor taal en rekenen moet kennen en kunnen. Bij CPS is een nieuwe publicatie verschenen die scholen helpt het referentie-kader effectief in te voeren. Het boek maakt inzichtelijk voor welke veranderingen het refe-rentiekader gaat zorgen en welke rol bestuur-ders, schoolleiders, middenmanagers, taal- en

rekencoördinatoren, lees- en rekencoaches en leraren hebben. Duidelijk wordt dat effec-tief personeelsbeleid, met de gesprekscyclus, een cruciale voorwaarde is voor het succesvol invoeren van het referentiekader. Een aantal praktische hulpmiddelen en kant-en-klare instrumenten zijn in het boek opgenomen, die schoolleiders en middenmanagers helpen om hun rol op een goede manier inhoud te geven. U kunt de publicatie bestellen voor €28,90 via CPS Uitgeverij: www.cps.nl/uitgeverij, 033 – 453 43 44 of [email protected].

Met de referentieniveaus naar schoolsucces

NSA-dag ‘Leidinggeven aan professionele ruimte, hoe doe je dat?’ Op 3 november vond de NSA-dag plaats met als thema ‘Leidinggeven aan professio-nele ruimte, hoe doe je dat?’. Ruim hon-derd schoolleiders gingen in gesprek over ‘professionele ruimte’. Gastsprekers waren prof. dr. Joseph Kessels (hoogleraar Op-leidingskundig leiderschap bij het Ruud de Moor Centrum van de Open Universiteit), An-toon Vugts (Vice President Human Resour-ces) en Frits Paagman (Manager Corporate Academy), beiden van Océ-Nederland B.V. Zij maakten het redelijk abstracte begrip ‘professionele ruimte’ bespreek- en discus-sieerbaar. Dit begon allereerst in een dia-loog van Kessels met Vugts, waarin gepoogd werd de theoretische kennis van Kessels op het gebied van onderwijskundig leiderschap te verenigen met de praktijkervaringen van Vugts. Ondertussen kon de zaal door middel van de bordjes ‘Vind ik leuk’ en ‘Vind ik niet leuk’ reageren. Vervolgens was het de beurt aan alle aanwezige schoolleiders om het begrip professionele ruimte uit te beelden door middel van podcasts. Dit leverde bij de vertoning van deze filmpjes zeer afwisse-lende inzichten op, die Paagman besprak. Voor meer informatie en een uitgebreid verslag van de NSA-dag inclusief video’s en foto’s kijkt u op www.nsa.nl.

Page 5: vakblad voor schoolleiders - CNV Onderwijs · eTwinning is in deze optiek een perso-neelsinstrument ten behoeve van de schoolleiding, dat een personeelslid zelf direct kan oppakken.

5januari 2012

agendaWoensdag 25 januari

CNV Onderwijs organiseert een thema-dag Identiteit - ‘Zonder wrijving geen glans’. Hoe kan je als school je identiteit oppoetsen en behouden, hoe geef je de school (weer) glans? Leonard Geluk (Onderwijsraad) gaat in gesprek met de deelnemers over de vrijheid van onder-wijs. U kunt deelnemen aan twee work-shops met onderwerpen als ‘Wat maakt je school bijzonder’, ‘Social media’ en ‘Human Dynamics’. Meer informatie over deze themadag vindt u op www.cnvo.nl/nc/actueel/nieuws/evenementen-congressen/evenement-details/article/identiteitsdag.html

Donderdag 26 januariWorkshop voor schoolleiders in het PO en VO: slimmerkunde, social media, games in het onderwijs…? Erno MijlandSittard-GeleenMeer informatie en aanmelden (voor 20 januari 2012) via [email protected] de uitnodiging stond per abuis woensdag 26 januari, dit moet uiteraard zijn donder-dag 26 januari.

Donderdag 22 maartBijeenkomst ont-moeten en ont-wikkelen voor leden en niet-leden. Thema’s zijn sourcing van de organisatie, kwaliteit, personeel/cao en inspirerend leider-schap. Meer informatie volgt.

Leading Continuous Improvement

Na het lezen van het boek ‘Leading Continuous Improvement, inspiring Quality Education Worldwide’ door dr. Jay Marino en drs. Jan Polderman was de eerste gedachte: dit is nu echt een boek dat iedereen in het onderwijs moet lezen. Jay Marino heeft al enkele keren ons land bezocht. Hij heeft ons laten kennismaken met zijn inzicht van leidinggeven aan continue verbetering in het onderwijs. Zowel Jay Marino als Jan Polderman zijn bekend met het onderwijs. Alles wordt met praktijkvoorbeelden en kleuren illustraties verduidelijkt. Het boek is in het Engels geschreven, maar er komt ook

een Nederlandse vertaling. Dit boek is in Indianapolis gepresenteerd tijdens het congres van de praktijk van de NQEC 2011. Wat besproken wordt, is ook al in praktijk gebracht, zowel in Nederland als in Amerika. En het werkt! Werken aan constante verbetering van de prestaties van de school kan via deze methodiek. Dit boek is echt het lezen waard.

Beoordeling: ● ● ● ●

Meer informatie en bestellen via: www.magistrum.nlKosten: €25

U heeft er vast al eens over gehoord, want anders had het nooit zo’n succes kunnen zijn. Het is een manier die een leerkracht in de gelegenheid stelt om via moderne media internationale contacten op te doen. Als hij dat weet te integreren in zijn lespakket, dan heeft dat een meerwaarde voor de leerkracht zelf en zijn leerlingen. Kennis van ICT en kennis van Engels liften mee op de inhoudelijke kennis. Stel, je hebt een vak als aardrijkskunde over te brengen, wat is er dan leuker dan om rechtstreeks contact te onderhouden met buitenlandse collega’s? Het is leuk dat zowel PO als VO in deze aanpak meedoen, wat samenwerkingsmogelijkheden ver-groot ook op lokaal niveau.CNV Schoolleiders is van mening dat de schoolleider een belangrijke rol speelt bij de start. Hij moet de discussie hierover durven aangaan met één potentiële deel-nemer binnen zijn team en niet met het hele team. Het is mooi als het hele team volgt, maar dat zal afhankelijk zijn van de resultaten en successen van de verkenner.eTwinning is in deze optiek een perso-neelsinstrument ten behoeve van de schoolleiding, dat een personeelslid zelf direct kan oppakken. Het is kosteloos en er is professionele ondersteuning van-uit een centrale dienst, zowel als vanuit een decentrale. Inmiddels zijn 29 landen

betrokken. In onze taak om wereldburgers te vormen, een welkome aanvulling op het bestaande materiaal. Directeur Nick Ouwehand: “Het is een kleine school en die wilden wij een nieuw gezicht geven, een eigen uitstraling. We zijn begonnen met vroeg vreemdetalen-onderwijs (vvto) en dat betekent dat de leerlingen vanaf groep 1 Engels krijgen. Maar nooit als apart vak. Het is volledig geïntegreerd in het onderwijsprogramma … Je moet het wel beleidsmatig aanpak-ken en internationalisering opnemen in je schoolplan. Dat hebben wij zorgvuldig gedaan door de ouders te betrekken en goed te informeren. Uit onderzoek blijkt bijvoorbeeld dat het goed voor je woorden-schat is, als je al vroeg met een vreemde taal in aanraking komt. Daarmee gaat zelfs je moedertaal vooruit. Dat is belangrijk voor ouders om te weten.”

eTwinning

Page 6: vakblad voor schoolleiders - CNV Onderwijs · eTwinning is in deze optiek een perso-neelsinstrument ten behoeve van de schoolleiding, dat een personeelslid zelf direct kan oppakken.

6 januari 2012

Haal meer uit jezelf met de opleidingen van Magistrum

Magistrum Leiderschapsontwikkeling

› Oriëntatie op Leiderschap

› Opleiding Leidinggeven I

(Middenmanager PO/VO/MBO)

› Opleiding Leidinggeven II (Directeur PO)

› Opleiding Directeur van Buiten (DVB)

› Opleiding Leidinggevende Integraal Kindcentrum

› Master Educational Leadership (MEL)

(voor PO, VO en MBO)

Meer informatie Download de brochure of bezoek

een voorlichtingsbijeenkomst.

Zie voor data: www.magistrum.nl

Opleidingen

MAGISTRUM_90x130mm_4jan2012.indd 1 04-01-12 11:24

UNIEKE MOGELIJKHEID

Uw directievacature niet alleen in Schooljournaalmaar ook in DIRECT, hét vakblad voor schoolleiders in het primair onderwijs, maar ook in het voortgezet onderwijs

EXTRA VERMELDING IN DIRECT

Voor slechts € 40 is dit mogelijkBij opgave van uw volledige personeelsadvertentie voor School-journaal geeft u aan gebruik te willen maken van een extra vermelding in DIRECT. Wij zorgen er dan voor dat de belang-rijkste gegevens uit de advertentie worden opgenomen in de vaste rubriek Directievacatures.

OPGAVEDe gegevens van uw advertentie voor de extra vermelding moeten uiterlijk een week voor het verschijnen van Direct bekend zijn bij Bureau Van Vliet B.V., Jenny Duindam of Mariëlle Groot, e-mail: [email protected], tel.: (023) 571 4745, fax: (023) 571 76 80.

VACATURESITEVanzelfsprekend wordt uw volledige personeelsadvertentie gratisdoorgeplaatst naar onze vacaturesite www.cnvo.nl/vacatures

-­  resultaatmanagement

-­  persoonlijk  ontwikkelingsplan

-­  bekwaamheidsdossier

-­  competenties

-­  leerkracht  reflectievragenlijst

-­  NSA  reflectievragenlijst

-­  360  graden  feedback

-­  sollicitatie-­interview

Training,  internettoepassingen  en  advies.  

Kijk  op  www.sikon.nl  of  bel  met  

Mevr.  Z.  Geerling:  06-­10  60  61  27

Wilt  u  resultaten  managen?  

Wilt  u  mensen  motiveren?

COSMO  biedt  een  aanpak  voor  

management,  gesprekkencyclus,  

bekwaamheidsdossier  en  POP.

Page 7: vakblad voor schoolleiders - CNV Onderwijs · eTwinning is in deze optiek een perso-neelsinstrument ten behoeve van de schoolleiding, dat een personeelslid zelf direct kan oppakken.

column

Dit is mijn laatste column voor Direct. Na bijna vijf jaar komt er per 1 februari 2012 een einde aan mijn voorzitterschap van CNV Schoolleiders. Bij de totstand-koming van Schoolleiders, een bunde-ling van de krachten van PCSO en CNV Onderwijs, was het best spannend of het zou lukken een herkenbare club neer te zetten. Er is aanvankelijk gekozen voor een bezoldigd voorzitter, en die rol mocht ik vervullen. Nu bij de evaluatie kiest CNV Schoolleiders, ook op basis van de kosten en opbrengsten, ervoor om meer met vrijwilligers te werken, ondersteund door een stevig apparaat. Natuurlijk vind ik het jammer dat dit ertoe leidt dat ik de club ga verlaten en ik wens CNV Schoolleiders in de nieuwe vorm alle sterkte toe.

In de afgelopen jaren is CNV School-leiders een begrip geworden, door de participatie in vele overleggroepen, door goede collectieve en individu-ele belangenbehartiging, met eigen activiteiten en mooie congressen, met dit mooie blad en een goede bereikbare telefoonlijn voor het management. Dat

gaat door, juist voor de schoolleider als de spin in het web, de spil waar alles uiteindelijk om draait. In de afgelopen jaren hebben we verschillende successen behaald. Bij mijn aantre-den was er de actie rond meer conciërges in het basisonder-wijs. Er kwam € 90 miljoen beschikbaar, niet voldoende, maar wel een begin. Ook kregen de directeuren een toelage op hun salaris. Een opmaat naar een ander bekostigingssysteem, wat ons betreft. Daarnaast ijveren we voor een scholingsfonds voor directeuren. Extra geld is nu terecht gekomen in een bestemmingsbox daartoe. Ook hebben we de samenwerking met schoolleideropleidingen geïntensiveerd, resulterend in ConZes.

Door de opbouw van CNV Schoolleiders kan de stem van de schoolleider worden gehoord, binnen CNV Onderwijs, met stemrecht in Algemene Vergadering en bestuur, en vooral ook daarbuiten. Die opbouwtijd is niet altijd makkelijk geweest, ook om onze herkenbare positie te realiseren. De meerwaarde van samen in een sterke vakbond, die steeds herkenbaarder wordt op het onderwijsterrein, is voor onze leden van belang. Maar ook om aan te geven dat we samen de school maken. Ik wens u een goed 2012 toe, een spannend jaar in vele opzich-ten. En dank u voor het vertrouwen dat u in mij had, de goede en soms intensieve contacten die we mochten hebben. Het gaat u goed in uw prachtige werk.

Afscheid

Harry BlumeVoorzitter

CNV Schoolleiders

7januari 2012

Page 8: vakblad voor schoolleiders - CNV Onderwijs · eTwinning is in deze optiek een perso-neelsinstrument ten behoeve van de schoolleiding, dat een personeelslid zelf direct kan oppakken.

8 januari 2012

e actiebereidheid is op dit moment groot bij de leerkrach-ten, verklaart Trouwborst. Bij directeuren is dat niet het geval, merkt Harry Blume op. Op 31 mei was er een lan-

delijke actiedag voor directeuren en die had een slechte opkomst. Voordeel hiervan was dat het kwalitatief een goede bijeenkomst was, wat bij massaal bezochte bijeenkomsten nog wel eens in het water valt. Binnen de groep directeuren in het basisonderwijs is een groot deel slechts aan het overleven, lijkt het.

Trouwborst vindt innoveren van groot belang. Je moet daarbij over je eigen schaduw heenstappen. Beelden van buiten moeten naar binnen gehaald worden, stelt hij, doelend op het bedrijfsle-ven. Hij vindt een zoektocht naar je waarden en identiteit daarbij van belang. Ivan Trouwborst is iemand die ook op internatio-naal niveau zijn voelhorens uitsteekt. Hij wil graag weten wat

er elders in de wereld gebeurt in het onderwijs. Zijn huidige bestuursvoorzitter stimuleert hem daarin. De stichting wil graag dat alle directeuren hieraan meedoen, maar op basis van vrijwilligheid kwamen er twaalf van de 48 collega’s en dat is een bemoedigend aantal, vindt Trouwborst.

SUCCESfACTOrHet succes van zijn school zit in stabiliteit, meent Trouwborst, en het verlangen om er meer uit te halen, ondanks dat de inspectie

al positief was over de school. “Binnen het team leefde er het gevoel dat er meer in zat, dan we er tot dan toe uit haalden. Dat was een goed vertrekpunt om mee aan de slag te gaan.” Als team gebruikte ze vier scenario’s als kapstok. Team-teaching als het ultieme ideaal. Daartoe moeten kinderen eigenaar gemaakt wor-den van hun eigen leerproces. De wereld naar binnen halen, zoals eerder gesteld. En dat geldt onverkort ook voor leer-krachten. Ook zij zijn verantwoordelijk voor hun eigen leerproces. Het team wil van goed (volgens de inspectie) naar be-ter en heeft zes speerpunten vastgesteld met de hulp van een externe adviseur.1. We werken voor het merendeel niet

klassikaal. Regelmatig wordt in ver-schillende groepen of groepsoverstij-gend gewerkt.

2. De invloed van leerlingen op het les-programma is groot.

3. De leerkracht geeft weinig klassikale instructie, maar begeleidt de kinderen binnen kleinere groepen.

4. De methode is maar een van de leer-bronnen.

5. Kinderen werken vaak zelfstandig en bepalen zelf wanneer ze waaraan werken.

6. Toetsen bewaken en stimuleren de ontwikkeling van kinderen.

Iedere leerkracht ging aan de slag om daarmee iets te doen. Als ze verande-ringen wilde doorvoeren, hoefden ze dat alleen te melden en kregen ze op voorhand een positief antwoord. Dat was een enorme uitdaging voor zowel het team als voor de directeur. Geen nee zeggen, is niet altijd gemakkelijk, bleek al snel. Sommige plannen waren groots en meeslepend, zoals het wegslopen

CNV Schoolleiders is op bezoek bij Ivan Trouwborst van de J.H. Snijdersschool in rijswijk. Trouwborst schetst zijn onbehagen in hetgeen recent vanuit Den Haag is gekomen. De functiemix loopt nog maar net en nu komt de prestatiebeloning er weer overheen. Leerkrachten vinden collectief dat het geld ten gunste moet komen van de kinderen, zo stelt hij. Hij ziet wel wat in het reduceren van de bureaucratie, omdat daar veel winst te behalen is. Met name in dat passend onderwijs moet bureaucratie worden bestreden.

Ivan Trouwborst van de J.H. Snijdersschool in Rijswijk

CNV Schoolleiders op bezoek bij…

D

‘het succes van mijn school zit in stabiliteit en het verlangen om

er meer uit te halen’

Page 9: vakblad voor schoolleiders - CNV Onderwijs · eTwinning is in deze optiek een perso-neelsinstrument ten behoeve van de schoolleiding, dat een personeelslid zelf direct kan oppakken.

9januari 2012

van een dragende muur. Als Trouwborst terugkijkt, was het wel een hele uitdaging om het waar te maken. Hij besloot voor zichzelf uitsluitend te kijken naar oplos-singen in plaats van onmogelijkheden. Als het kind het nodig heeft, dan gaan we het inzetten, is onze insteek. Het is wel eens voorgekomen dat een ouder wil betalen voor extra inzet vanuit de school, maar als we het kunnen, dan doen we het sowieso. Aan dat meebetalen zijn wel grenzen van wat Trouwborst toelaatbaar acht, maar als een kind een speciale

handicap heeft die met wat extra inzet van de ene naar de an-dere situatie geholpen kan worden, is dat wat hem betreft best bespreekbaar.

BEWEGINGToen die muur was weggehaald, kregen de collega’s allemaal het gevoel van zover kan het gaan en dat gaf beweging in de gehele onderbouw. Trouwborst weet dat hij best wel wat vraagt van zijn mensen, want startbekwaam is hier niet goed genoeg. Als ze een verandering willen doorvoeren, dan mag dat, maar dan zijn ze ook verantwoordelijk voor het slagen ervan. “Ik schep de mogelijkheid en geef het vertrouwen. De teamleden moeten daarmee aan de slag.”

Ivan Trouwborst van de J.H. Snijdersschool in Rijswijk

Foto

graa

f: F

rans

van

Zijs

t

Page 10: vakblad voor schoolleiders - CNV Onderwijs · eTwinning is in deze optiek een perso-neelsinstrument ten behoeve van de schoolleiding, dat een personeelslid zelf direct kan oppakken.

10 januari 2012

overgang getwijfeld om hun moverende redenen. Uiteindelijk zijn er drie men-sen vertrokken.

PrOfESSIONEEL“In onze nieuwe manier van werken is een professionele relatie van groot belang. Je ziet niet meer alles van een kind en dus moet je erop kunnen ver-trouwen dat je collega ook professioneel met de kinderen bezig is. Dit leert een pabo de leerkrachten niet.” Trouwborst vindt dat er een grote verandering op handen is in het onderwijs, waarbij niet volstaan kan worden met wat aan-scherpen van het bestaande. Dat is te traditioneel. Hij vraagt zich af hoe het veld zo min mogelijk last kan hebben van de pabo’s. 78 procent van de ouders is inmiddels tevreden met het nieuwe schoolconcept, met name het leren vinden ouders goed tot stand komen. Als bijkomend effect groeit de school harder dan ooit tevoren. Het motto: ‘Uitbouwen waar je goed in bent en compenseren waar je niet goed in bent! Onderwijs is leuk!’

Meer informatie over deze school vindt u op www.snijdersschool.nl.

Harry Blume en Oscar Homan MA

“Veiligheid en vertrouwen wilden we graag naar binnen halen in de school”, vertelt Trouwborst. “Werken via thema’s werd ineens heel logisch. We zagen dat er in de bovenbouw eigen-lijk niets meer bij kon. Met de leerkrachten uit de bovenbouw keken we bij een school waar ‘natuurlijk leren’ helemaal was doorgevoerd. Hierdoor werden de beelden veel concreter en kregen ze er ook zin in. Daarna deden we een tweedaagse, terwijl ik het bestuur en de MR voortdurend informeerde over waarmee we bezig waren. We informeerden de ouders via de reguliere nieuwsbrieven over de ontwikkelingen. Zo ontstond een nieuw schoolconcept dat is vastgelegd in een pamflet met Stelregels van de Snijderschool. Hieraan toetsen we nu alles. Nergens hebben we overhaast gehandeld. De inspectie was tevreden, dus die kwam even niet. Deze rust is benut om aan de slag te gaan.”

INGrIJPENDBlume vraagt of Trouwborst ook aan de slag is gegaan met an-dere tijden binnen zijn school, waarop hij ontkennend antwoord. “Deze ontwikkeling is even aan ons voorbij gegaan. Wellicht la-ter nog, maar nu even niet. We zijn met zulke ingrijpende dingen bezig, die moeten alle ruimte krijgen.” Hij geeft aan dat hij een klankbordgroep heeft ingericht, breder dan de MR, om mee te lezen. Zo zijn verbindingen gelegd. “Het daadwerkelijk omslag-moment gaf wel reuring bij de ouders. Iedereen wist wat er zou gaan gebeuren, maar toen werd het ook voelbaar.”Besloten is om alle lastige gesprekken door de directeur te laten voeren, zodat de leerkrachten zich op hun primaire taak kunnen blijven richten en dat is een goede keuze gebleken. On-danks alle voorzorgen is er toch een klacht ingediend. De klager is evenwel niet in het gelijk gesteld. De school heeft sterker nog zelfs een compliment gekregen over de aanpak. Een enorme opsteker voor het team. Drie van de 25 teamleden heeft bij de

Foto

graa

f: F

rans

van

Zijs

t

Page 11: vakblad voor schoolleiders - CNV Onderwijs · eTwinning is in deze optiek een perso-neelsinstrument ten behoeve van de schoolleiding, dat een personeelslid zelf direct kan oppakken.

11januari 2012

CNV Schoolleiders heeft kennis gemaakt met mr. drs. Ids Terpstra, directeur van de landelijke vereniging voor ontwikkelings-, gedrags- en leerproblemen Balans, een erkende en bekende speler in het onderwijsdomein. Balans is gespecialiseerd in ADHD, ADD, ASperger, Dyslectie, Dyscalculie, DCD, MCDD, NLD, ODD-OC en PDD-NOS. Balans is evenals CNV Schoolleiders tegen de bezuinigingen op het passend onderwijs, omdat hiermee een groot aantal verworvenheden voor kinderen met leerproblemen wordt stopgezet en afgedankt.

Balans voor ontwikkelings-, gedrags- en leerproblemen

ndanks dat Balans een belangenvereniging is voor ouders, is ook een groot aantal onderwijsgevenden aangesloten bij deze vereniging. De expertise die Balans

heeft, is juist binnen het onderwijs van groot belang, want daar wordt dagelijks gewerkt met kinderen met leerproblemen. Een leerkracht voelt zich beter als hij alle leerlingen kan bereiken met zijn pedagogisch/didactisch handelen.

INDICErENPolitiek is indiceren van kinderen een issue met een negatieve lading. Niet indiceren is ontkennen van problemen. Er is een hele reeks aan bekende ‘disorders’ (de ‘d’ in alle afkortingen). Balans brengt de kennis samen onder één dak. Veel kinde-ren hebben niet te maken met één probleem, maar met een

combinatie van verschillende problemen. Je kunt best goede leerresultaten behalen, ondanks het negeren van bepaalde problematiek, maar je doet het kind tekort als je, zoals de politiek dat nu doet, het indiceren de schuld geeft van de stijgende kosten van het onderwijs. Onderwijs op maat heeft een prijskaartje, maar levert ook het meeste rendement op voor alle kinderen. Dat is nu net waarin Nederland het in de PISA-onderzoeken goed doet. Het is nog nooit onderzocht wat de maatschappelijke kosten zijn van een verwaarloosd

leerprobleem, maar het is de wens van Terpstra om dat onderzoek te laten verrichten.

PrOBLEMATIEKDe problemen van Dyslectie en ADHD zijn twee belangrijke pijlers voor het werk van Balans. “Niet voor alle kinderen kan een passend aanbod worden gerealiseerd. Maar als we drieduizend thuiszitters hebben, durf ik de bewering aan dat daarvan zeker vijftienhonderd te behandelen zijn met maatschappelijke winst als uitkomst. Die andere vijftienhonderd heb-ben vaak al een milieuproblematiek, waarmee ze te maken hebben”, vertelt Terpstra. “Daardoor zijn ze vaak slecht of helemaal niet te bereiken voor het onderwijs. Er zit zoveel leed achter leerproblemen, ook bij ouders en leerkrachten.” De school is de regis-seur in dit geheel, waarbij de rol van de schoolleider doorslaggevend is. De schoolleiders bepalen de keuzes in een school. Zij kunnen leerkrachten naar een symposium laten gaan en zo de kennis rond thema’s binnen de school vergroten. Scholen zien hun uitstroom-niveau naar beneden gaan, als ze niets doen aan speciale behoeften bij kinderen.

O

‘onderwijs op maat heeft een prijskaartje, maar levert het

meeste op voor alle kinderen’

Page 12: vakblad voor schoolleiders - CNV Onderwijs · eTwinning is in deze optiek een perso-neelsinstrument ten behoeve van de schoolleiding, dat een personeelslid zelf direct kan oppakken.

De positie van ouders is zorgwekkend, omdat ouders met een hulpvraag zitten en heel belangrijk zijn bij de ontwikkeling van hun kinderen. Balans heeft hiervoor een telefonische hulplijn. De ouders zijn de eerstelijns hulpverleners. Pas dan komt de school.

Medicatie is met name bij ADHD een uitkomst, maar de bijwer-kingen zijn daarentegen weer een kwelling. Zeker nu de medi-cijnen verbeteren en een langere werkingsduur hebben, kunnen de meest heftige problemen beheersbaar worden gemaakt. Voor dyslecten is het moment waarop Engels en Duits het cur-riculum van de school insluipen een punt van aandacht. Daar moeten vakleerkrachten en ouders vaak meer begeleiden.

INVESTErENAls u in plaats van de bezuiniging door de minister van On-derwijs, Cultuur en Wetenschap 300 miljoen aan onderwijs mocht uitgeven, wat zou dan uw keuze zijn? “Ik zou investeren in de kennis en arbeidsvoorwaarden van leerkrachten, omdat zij de bouwers zijn van de samenleving van de toekomst en dat kun je niet te goed doen. Daar moet de kennis op orde zijn om het maximale rendement te halen met de kinderen van nu.” Een hartekreet van Terpstra is dat de protocollen die zijn ontwikkeld niet verworden tot dode letter, maar dat scholen deze actief gebruiken. Dat gebeurt hier en daar wel, maar op teveel plaatsen staan ze in de kast en gebeurt er niets mee. Elke school kan baat erbij hebben, omdat verwaarlozing van leerproblemen een uitstralend effect kan hebben naar een hele klas en zeker naar de leerkracht. Handelingsverlegen-

heid kan spanning veroorzaken, omdat een leerkracht al zijn leerlingen optimaal wil bereiken. Als dat niet lukt, voelt dat professioneel niet goed.

Balans zal actief lobbyen om de protocol-len in het toetsingskader van de inspectie opgenomen te krijgen. Balans heeft hoog-begaafdheid niet in de portefeuille, omdat dit al succesvol door Pharos en Plato is opgepakt. Dat zijn zusterorganisaties, waarnaar Balans doorverwijst wanneer nodig. Ouders verwijzen naar Balans door scholen is al een interventie bij gesigna-leerde leerproblemen, die kan leiden tot oplossingen. Zowel de advieslijn als het tijdschrift van Balans (Balans Magazine) biedt veel achtergrondinformatie voor ouders en leerkrachten.

Meer informatie over Balans vindt op www.balansdigitaal.nl.

Oscar Homan MA

De redactie van Direct nodigt u uit omte reageren op dit onderwerp via [email protected].

12 januari 2012

Foto

graa

f: F

rans

van

Zijs

t

Page 13: vakblad voor schoolleiders - CNV Onderwijs · eTwinning is in deze optiek een perso-neelsinstrument ten behoeve van de schoolleiding, dat een personeelslid zelf direct kan oppakken.

13maand 2011 13januari 2012

Open mind

Wilt u reageren op deze column? Dat kan via [email protected]

Onlangs hield ik twee inleidingen over onderwijskwaliteit. Een bij het congres van CNV Schoolleiders/Conzes (over opbrengstgericht werken en leidingge-ven) en een in het Netwerk medewerkers kwaliteitszorg voortgezet onderwijs van de VO-Raad. In de voorbereiding daarop stuitte ik op enkele opmerkelijke over-eenkomsten en verschillen tussen het primaire en het voortgezet onderwijs.

OpbrengstenHoewel de invalshoek voor beide inleidin-gen enigszins verschilde, lag de over-eenkomst in de aandacht voor onderwijs-opbrengsten. Dit thema maakt in beide sectoren opgang, niet in de laatste plaats door de aandacht van de onderwijsinspec-tie. En in het verlengde hiervan is er de opkomst van het opbrengstgericht werken als de methode om tot verhoging van onderwijsopbrengsten te komen. Uit in-spectieonderzoek blijkt er op dit punt nog een wereld te winnen. Slechts een op de vijf scholen voor voortgezet onderwijs re-

aliseert opbrengstgericht werken, en een op de drie basisscholen doet dat. Maar, gelet op de aandacht die sterk groeit, mag een opwaartse tendens worden verwacht.

DataBij opbrengstgericht werken spelen data (toetsgegevens) een belangrijke rol: ze worden beschouwd als feedback op de uitgevoerde activiteit van de docent. Data zeggen iets over de prestaties van de leerling, maar in het kader van opbrengst-gericht werken zijn data vooral bedoeld om de reflectie van de docent op het eigen handelen te ondersteunen. Aan de orde is de vraag: wat heb ik als docent gedaan en ben ik tevreden met dit resultaat? Zo niet, wat moet ik doen op het vlak van leerstof-aanbod, klassenmanagement en didactiek om een beter resultaat te bereiken? Wat me opvalt, is dat het voortgezet onderwijs veel vertrouwder is met ‘omgaan met

data’ dan het primair onderwijs. Bij de laatstgenoemde sector heerst nog op brede schaal een weerstand tegen het verzame-len van toetsgegevens, de analyse daarvan en het bevorderen van de professionele dialoog over deze resultaten.

KlassenmanagementIk noemde goed klassenmanagement bij de docent als een belangrijke bijdrage aan goed onderwijs. Zelfstandigheidsbe-vordering van leerlingen valt daaronder, zodat de docent ruimte krijgt om aandacht aan individuele leerlingen te geven. Wat op-valt, is dat het primair onderwijs op dit vlak zoveel verder is dan het voortgezet onderwijs. Een bewijs hiervan kreeg ik onlangs tijdens een visitatie op een school voor voortgezet onderwijs waar een docent uitriep: ‘de leerling komt hier zeer zelfstandig binnen en wij meppen het er is de brugklas weer helemaal uit. Wij pamperen de leerling vanaf de eerste dag en beklagen ons vervolgens om het feit dat ze zo weinig uit zichzelf doen.’

DidactiekOok op een ander domein is het basisonderwijs een stuk verder dan het voortgezet onderwijs. Ik doel op de vaardigheid van docenten om didactisch te differentiëren en op verschillende niveaus binnen dezelfde klas les te geven. In basisscholen zijn de verschillen binnen een groep per definitie groot. In het voortgezet onderwijs worden verschillen tussen leerlingen al-

lereerst gekanaliseerd in schoolsoorten (vmbo, ti, havo, enz.). Maar ook dan nog blijft er binnen klassen sprake van verschil-len tussen leerlingen. Docenten voortgezet onderwijs houden hiermee nauwelijks rekening (tenzij ze dit als profiel van de school ontwikkelen, de begaafdheidsprofielscholen).Verbetering van de didactiek zou sowieso wel eens een belang-rijk issue kunnen worden in schoolontwikkeling. Binnen het primair onderwijs is het kansrijk in het kader van de profes-sionalisering. Opbrengstgericht werken appelleert aan het vakmanschap van de leerkracht en dit vakmanschap krijgt een impuls in uitstekende didactiek. In het voortgezet onderwijs valt me op dat scholen vaak wel bepaalde didactische concepten hanteren en onder docenten propageren, maar dat deze maar ten dele gerealiseerd worden. Scholen worden gekenmerkt door een losse coördinatiestructuur. Iets op centraal niveau met elkaar afspreken, wil nog niet zeggen dat het ook feitelijk wordt uitgevoerd. Wat dat betreft, zijn er andere sectoren met hoogwaardige professionele arbeid (gezondheidszorg) waar het volgen van handelingsprotocollen veel nauwkeuriger gebeurt. In het belang van de kwaliteit. Het kan dus.

Harm Klifman

Overeenkomsten en verschillen tussen sectoren

Page 14: vakblad voor schoolleiders - CNV Onderwijs · eTwinning is in deze optiek een perso-neelsinstrument ten behoeve van de schoolleiding, dat een personeelslid zelf direct kan oppakken.

14 januari 2012

a een aantal jaar als docent klassieke talen gewerkt te hebben in het voortgezet onderwijs, volgde ik de studie theologie. Sinds 2007 werk

ik fulltime voor het Aartsbisdom Utrecht als bisschoppelijk gedelegeerde voor het onderwijs. Vóór die tijd voerde ik al werkzaamheden uit in deze functie, maar in deeltijd en samen met collega’s. Dat had zo zijn voordelen; je kon de werkzaamhe-den onder elkaar verdelen en had regelmatig overleg. Nu ik de werkzaamheden alleen uitvoer, ben ik meer vertrouwd geraakt met het hele veld van het katholiek onderwijs.”

“Vanaf het begin ervaar ik dit werkterrein als complex. Niet alleen heb je te maken met verschillende soorten onderwijs – basisonderwijs, voortgezet onderwijs en pabo’s, en daarbinnen met verschillende geledingen, zoals besturen en docenten –, maar ook met ontelbare organisaties die zich op een of andere manier op of rond het terrein van het onderwijs bewegen. En dan gaat het in dit geval alleen nog maar om katholieke organisa-ties. Toen dit een fulltime baan werd, nam ik voor om allereerst kennis te maken met het werkveld en informatie te vergaren

over het katholieke onderwijsveld. Want hoe dit onderwijsveld in elkaar zat en wat er op het vlak van de katholieke identiteit speelde, was mij in het begin niet duidelijk. In de afgelopen decennia kwamen heel wat fusies tot stand, waardoor scholen verdwenen of opgingen in grotere verban-den. Daarnaast veranderde de rol van de kerk en van de religie. Daarom begon ik met een rondgang langs de scholen in het Aartsbisdom Utrecht, die ik nog steeds niet geheel afgerond heb. Er bevinden zich in het Aartsbisdom Utrecht, dat de provincies Utrecht, Gelderland, Overijssel en de helft van Flevoland omvat, meer dan vijfhonderd katholieke basisscholen die onmogelijk alle bezocht kunnen worden. Daarom nam ik contact op met de besturen waaronder deze scholen vallen. Het aantal katholieke scholen voortgezet onderwijs is geringer van omvang – die kon ik wel bijna allemaal bezoeken. Verder heb ik contacten met de katholieke pabo’s, waar ik soms aanwezig ben bij de eindgesprekken van studenten die de akte van bekwaamheid godsdienst/levensbeschouwing voor leraar willen behalen.”

“Een van de taken van de bisschoppelijk gedelegeerde is om namens de bisschop contact te onderhouden met het katholieke onderwijsveld. Vandaar de wederzijdse kennismaking met de katholieke onder-wijswereld. Belangrijk gespreksthema is de wijze waarop scholen vorm en uitdruk-king geven aan hun katholieke identiteit. Dan blijkt hoe divers scholen hiermee om-gaan. Sommige scholen hebben identiteit regelmatig op de agenda staan en stellen dit thema op zogeheten identiteitsdagen voor het personeel aan de orde. Katholici-teit op katholieke scholen is immers niet

In Direct maakt u kennis met de Bisschoppelijk Gedelegeerden voor het Katholiek Onderwijs en leest u over wat het werk van de bisschoppelijk gedelegeerden inhoudt. Deze maand stelt bisschoppelijk gedelegeerde dr. August Habets van het Aartsbisdom Utrecht zich aan u voor.

Bisschoppelijk Gedelegeer den voor het Onderwijs

‘ik ben vertrouwd geraakt met het hele veld van het katholiek onderwijs’

“N

Page 15: vakblad voor schoolleiders - CNV Onderwijs · eTwinning is in deze optiek een perso-neelsinstrument ten behoeve van de schoolleiding, dat een personeelslid zelf direct kan oppakken.

Bisschoppelijk Gedelegeer den voor het Onderwijs

iets voor een enkeling, maar een opdracht voor de gehele schoolgemeenschap. Andere scholen daarentegen weten niet goed raad met hun katholieke identiteit.”

“Als bisschoppelijk gedelegeerde word ik vaak betrokken bij fusiebesprekingen tus-sen verschillende schoolbesturen. Zeker als het gaat om bestuurlijke fusies met openbaar onderwijs. Zoals bekend, komen de bisschoppelijk gedelegeerden van de

kerkprovincie maandelijks bij elkaar om landelijk spelende zaken te bespreken. Daaruit vloeien voor elk van de bisschoppelijk gede-legeerden afzonderlijk landelijke taken voort, zoals het onderhou-den van de website die binnenkort drastisch verandert. Een van die taken is sinds enige tijd de organisatie van het rooms-katholiek godsdienstig vormingsonderwijs op openbare basisscholen. Op dit moment vervul ik daarvoor de coördinatie op landelijk niveau.”

“Mijn voornaamste wens? Dat het contact tussen de katholieke onderwijswereld en de kerk weer wat intensiever mag worden en op collegiale wijze vorm krijgt.”

15januari 2012

Op welk kompas vaart u?

www.nsa.nl

Page 16: vakblad voor schoolleiders - CNV Onderwijs · eTwinning is in deze optiek een perso-neelsinstrument ten behoeve van de schoolleiding, dat een personeelslid zelf direct kan oppakken.

vraag & antwoord

16 januari 2012

Als een werkgever besluit functies op te heffen, dan moet hij dat tijdig opnemen in het bestuursformatieplan. Als de opheffing leidt tot gedwongen ontslag, dan kan dat ontslag pas gerealiseerd worden, nadat de functie een schooljaar in het Risico Dra-gende Deel van de Formatie (RDDF) heeft gestaan. Wil een werkgever een functie opheffen per 1 augustus 2013 en voorziet hij gedwongen ontslag, dan moet hij dit voornemen opnemen in het bestuursfor-matieplan dat uiterlijk op 1 mei 2012 wordt vastgesteld. Omdat het bestuursformatie-plan voorafgaand instemming behoeft van de personeelsgeleding van de (G)MR, is het

zaak dit plan tijdig samen te stellen. Een op te heffen functie die niet leidt tot gedwon-gen ontslag, hoeft niet in het RDDF ge-plaatst te worden, maar moet wel gemeld worden in het bestuursformatieplan. Ook bij natuurlijk verloop kan de functie zonder RDDF-plaatsing worden opgeheven.

rDDf-PLAATSINGAls de werkgever een functie van een werknemer met een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd wil opheffen, moet de functie een schooljaar in het RDDF staan. Hij moet de werknemer hiervan bij aange-tekend schrijven op de hoogte stellen, vóór

het einde van het schooljaar dat vooraf gaat aan de RDDF-plaatsing. In de aankondiging moet de plaatsing gemotiveerd worden en moet gewezen worden op de mogelijkheid om beroep in te stellen bij de Commis-sie van Beroep, waarbij de werkgever is aangesloten. In het openbaar onderwijs moet gewezen worden op de mogelijkheid een zienswijze kenbaar te maken bij de werkgever. RDDF-plaatsing geeft werkge-vers en werknemers rechten en plichten met het doel dat beide partijen alles doen om te voorkomen dat de werknemer bij de opheffing van zijn betrekking aan het einde van de RDDF-plaatsing werkloos wordt. Dat betekent dat ze moeten zoeken naar passend werk; binnen en buiten de huidige werkgever. De werknemer is verplicht passend werk te accepteren. In de cao staat niet wat daaronder wordt verstaan, maar aangenomen mag worden dat wordt aangesloten bij wat uitkeringsinstanties hieronder verstaan. Aan de werknemer kan een scholingsplicht worden opgelegd, als

Door de overheidsbezuinigingen hebben scholen te maken met de terugloop van leerlingenaantallen of terugloop van de bekostiging. Voor veel werkgevers heeft dit onvermijdelijk gevolgen voor de omvang van de formatie. De personeelskosten vormen veruit de grootste kostenpost. Het is belangrijk dat zorgvuldig en transparant wordt gehandeld bij het noodgedwongen verminderen van de formatieomvang.

Personele pijn van bezuinigen en krimpen

Page 17: vakblad voor schoolleiders - CNV Onderwijs · eTwinning is in deze optiek een perso-neelsinstrument ten behoeve van de schoolleiding, dat een personeelslid zelf direct kan oppakken.

17januari 2012

wordt op bestuursniveau een lijst samenge-steld, waarop werknemers op volgorde van het afvloeiingscriterium zijn vermeld. Het afvloeiingscriterium is een objectief anciën-niteitscriterium. Meestal is dat bestuurs-diensttijd of onderwijsdiensttijd of een com-binatie. De cao bepaalt dat het criterium gehanteerd moet worden, zoals dat op 31 juli 2006 van toepassing was. In de praktijk is dit het ‘Last In First Out’-principe. De afvloeiing vindt plaats op bestuursniveau, tenzij met de vermindering van de formatie een (salaris)bedrag van tenminste 35.000 euro is gemoeid, de problematiek nadruk-kelijk op een of enkele scholen van de werkgever betrekking heeft én afvloeiing op bestuursniveau tot kennelijke onbillijkheid leidt. Dan mag, met inachtneming van het afvloeiingscriterium, de afvloeiing worden toegepast op de werknemers van de betref-fende scholen. De cao geeft de mogelijk-heid om in het Decentraal Georganiseerd Overleg (DGO) met de vakorganisaties tot een andere afvloeiingsregeling te komen. Vooral eenpitters en werkgevers met een klein aantal scholen passen het ontslagbe-leid toe.

WErKGELEGENHEIDSBELEIDHet accent van werkgelegenheidsbeleid ligt op behoud en uitbreiding van werkge-legenheid door actief personeelsbeleid en samenwerking met andere werkgevers op het gebied van personeelsbeleid en werk-gelegenheid. Een werkgever met werkge-legenheidsbeleid heeft geen afvloeiings-regeling. Het personeel in vaste dienst heeft een werkgelegenheidsgarantie, wat niet zegt dat gedwongen ontslagen niet mogelijk zijn. Als omstandigheden zich voordoen, kan de werkgever vakorganisa-ties uitnodigen voor overleg over een so-ciaal plan. Hierin staan afspraken over de personele gevolgen. De cao bepaalt bin-nen welke kaders zo’n sociaal plan wordt vastgesteld. Een sociaal plan kent een vrijwillige en verplichte fase. De vrijwillige fase begint tenminste twee jaar, voordat eventuele onontkoombare gedwongen ontslagen plaatsvinden. In deze fase zijn de maatregelen gericht op het hele per-soneelsbestand. Doel is om personeels-leden via faciliteiten te stimuleren bij te dragen aan de oplossing van het forma-tieprobleem. Denk daarbij aan vertrek-premies of (om)scholingsfaciliteiten. Deze faciliteiten zijn vrijwillig en door ze op het

hele personeel te richten, is de kans op succes groter. Communicatie en maatwerk zijn belangrijk en er moet budget beschik-baar zijn. Het sociaal plan legt deze zaken vast. Blijkt tegen het einde van de eerste fase dat de maatregelen onvoldoende resultaat opleveren, waardoor gedwongen ontslag noodzakelijk is, dan treedt uiterlijk vijftien maanden voor de datum waarop ontslagen gerealiseerd moeten worden, de tweede fase in. De werkgever en vakorga-nisatie maken in het DGO afspraken over de omvang van het resterende formatie-probleem, de afvloeiingscriteria waarmee werknemers worden aangewezen en in het RDDF geplaatst en de maatregelen om te proberen gedwongen ontslagen te voor-komen. Bij de vaststelling van de afvloei-ingscriteria kan gebruik gemaakt worden van het afspiegelingsbeginsel. Vervolgens wordt bepaald hoeveel formatieplaatsen er per groep moeten worden opgeheven. Het aanwijzen van werknemers vindt binnen elke groep plaats via een anciënniteitscri-terium. Deze werknemers worden in het RDDF geplaatst en, als het formatiepro-bleem niet wordt opgelost, aan het einde van het RDDF-jaar ontslagen. Het is aan te bevelen om vast te leggen in welke volg-orde bij vrijvallende structurele vacatures werknemers uit het RDDF worden gehaald om de vacature in te vullen. Belangrijk voor de werking van een sociaal plan is dat beide fases minimaal een jaar duren, zodat er voldoende tijd is om maatregelen succesvol toe te passen. Iedere werkne-mer moet weten van de maatregelen en gestimuleerd worden daarvan gebruik te maken. Het is belangrijk dat in de eerste fase niet bekend is wie er met ontslag wordt bedreigd. Dat kan anderen ertoe brengen zich afzijdig te houden. Als het onmogelijk is om een sociaal plan voor minimaal twee jaar af te spreken, geeft de cao mogelijkheid om in het DGO af te wijken van de termijnen. De keuze voor ontslagbeleid of werkge-legenheidsbeleid is in beginsel eenmalig en moet overeengekomen worden in het DGO. Een overstap van ontslagbeleid naar werkgelegenheidsbeleid moet plaatsvinden als er geen concrete formatieproblematiek speelt en er bijvoorbeeld al werknemers in het RDDF zijn geplaatst. Bovendien moet de P(G)MR hiermee instemmen.

Jan Damen, CNV Onderwijs

dit zijn kansen op een baan vergroot. De werkgever draagt de kosten en faciliteert de werknemer in tijd voor de scholing. Omdat de op te heffen functie in het RDDF-jaar nog bestaat en de werknemer verplicht is activiteiten te ontplooien om een andere baan te vinden, kan RDDF-plaatsing leiden tot knelpunten in de for-matiebezetting. Als er tijdens het RDDF-jaar formatieve ruimte ontstaat, dan moet een in het RDDF-geplaatste werknemer in deze vacature worden benoemd. Dit geldt alleen als het hier om een functie gaat die niet in het RDDF staat. De volgende zaken zijn belangrijk:• de betrokken werknemer is niet langer

in het RDDF geplaatst;• als er meer RDDF-geplaatsten zijn, ligt

het voor de hand dat degene die op de afvloeiingslijst de gunstigste positie in-neemt, de vacature invult. Dat is formeel niet geregeld. Wijkt de werkgever daar-van af, dan kan dat voor de gepasseerde werknemer aanleiding zijn het ontslag dat voortvloeit uit de RDDF-plaatsing aan te vechten.

Omdat RDDF-plaatsing grote gevolgen heeft, is het belangrijk zorgvuldig te handelen en regelmatig te overleggen met de RDDF-werknemers. Leg de afspraken schriftelijk vast.

ONTSLAGHoewel RDDF-plaatsing ontslag aankon-digt, moet de werkgever bij het feitelijke ontslag dat voortvloeit uit de RDDF-plaatsing formaliteiten toepassen, zoals vastgelegd in de cao. De werkgever moet de arbeidsovereenkomst opzeggen bij aangetekend schrijven en de opzegtermijn in acht nemen. De termijn hangt af van de duur van het dienstverband. Afhankelijk van de aard van de arbeidsovereenkomst kan de werknemer tegen het ontslag be-roep instellen of een zienswijze indienen. De werkgever is verplicht de werknemer hierop te wijzen. Bij de bepaling welke werknemers bij krimp van formatie voor ontslag (en RDDF) in aanmerking komen, is belangrijk welk beleid de werkgever heeft. De CAO Primair onderwijs geeft twee mogelijkheden: ontslagbeleid of werkgelegenheidsbeleid.

ONTSLAGBELEIDBij ontslagbeleid wordt gebruik gemaakt van de afvloeiingsregeling. Per categorie

Page 18: vakblad voor schoolleiders - CNV Onderwijs · eTwinning is in deze optiek een perso-neelsinstrument ten behoeve van de schoolleiding, dat een personeelslid zelf direct kan oppakken.

Job-crafting is het opnieuw vormgeven van de eigen functie, zodat die beter aansluit op de persoonlijke behoeften van medewerkers. Het is een manier om verandering in gang te zetten. Dit artikel is een vervolg op het artikel ‘Onderwijs en toekomst’ in de vorige editie van Direct (editie 9/10 van 2011), waarin ik aangaf dat shareholders value de opvolger is van opbrengstgericht werken.

Job-craftingOnderwijs en toekomst

n het vorige artikel schetste ik welke shareholders voor het onderwijs van belang zijn en noemde natuurlijk ook de leerkrachten zelf als shareholder. Shareholders zijn niet

alleen de aandeelhouders, maar ook de eigenaren. Ze hebben een bepaald type verwachting bij het onderwijs die past bij het zijn van werknemer. Ik verwoordde het als volgt: Gevoel van vei-ligheid en een zorgzame werkomgeving, waarin geanticipeerd kan worden in de besluitvorming met betrekking tot het werk alsmede een gezonde werkomgeving. Verder willen ze erken-ning en ontwikkelmogelijkheden.In het thema andere tijden is het natuurlijk goed om zoveel als mogelijk aan te sluiten op de wensen van het team en de onder-wijskundige visie van de school. Dat maakt invoer alleen maar eenvoudiger. Dit maakt deze onderwijskundige vernieuwing, want dat is andere tijden toch, tot een instrument. Internatio-naliseren van het Nederlandse onderwijs kan ook zo’n ontwik-keling zijn, door het introduceren van bijvoorbeeld e-twinning1 of Vroeg Vreemde Talenonderwijs (VVT) in uw school. Dit zijn manieren om de wereld de klas in te halen. Dit kan voor alle ni-veaus van groep 1 tot 8 en in het VO. Zie hiervoor de website van het Europees platform. En het is niet erbij, zoals veel ontwikke-lingen binnen het onderwijs verzuchtend worden gelabeld, maar anders georganiseerd. Veel doe je namelijk toch al, maar nog niet vanuit deze focus.

VOrMGEVENNu wil ik u wijzen op een belangrijke managementhype. Het staat bekend onder de naam job-crafting dat zoveel betekent als het opnieuw vormgeven van het werk door de functionaris zelf. Zoals met zoveel hypes kun je beweren dat er niets nieuws onder de zon is, want inderdaad het is van alle tijden, alleen nu gaan we het bewust inzetten. Vroeger als je je werk niet zo leuk vond, had je de keuze, of je droeg je lot, of je moest er consequen-ties aan verbinden en weggaan. Tegenwoordig is er een groep wetenschappers2 die beweert dat er een derde optie is: ‘geef je werk opnieuw vorm op een manier dat het beter bij jou past’.

Ik hoop dat u nog niet afhaakt vanwege de Engelse termen, maar even doorzet, want het is de moeite waard. En, de ma-nager speelt en cruciale rol. Naast dat een manager zijn eigen baan kan craften, kan hij anderen inspireren om aan het craften te gaan en is hij in staat om dat proces te faciliteren. Managers hebben over het algemeen een hoge mate van onafhankelijkheid

in hun functie en kunnen dus gemakke-lijker met dit proces aan de slag. Er zijn verschillende manieren om het proces aan te pakken, of moet ik zeggen ver-schillende niveaus. Een leerkracht die elk jaar naar Frankrijk gaat op vakantie, vindt het wellicht leuk om in zijn klas iets met dit land te doen. Daarvan wordt werken alleen maar leuker.

OP MAATEen functie zoals hij is bedacht en inge-voerd, is niet altijd op maat voor de functi-onaris. Deze kan zijn professionele ruimte vormgeven door hem te craften. Dit proces stemt een functie meer af op de specifieke situatie en medewerker. Ten eerste kan een functionaris de grenzen van zijn functie verleggen (verbreden of verdiepen) en dingen doen die in een an-dere aanpalende functie of zelfs professie zijn belegd. Ten tweede kunnen crafters

I

18 januari 2012

Page 19: vakblad voor schoolleiders - CNV Onderwijs · eTwinning is in deze optiek een perso-neelsinstrument ten behoeve van de schoolleiding, dat een personeelslid zelf direct kan oppakken.

de relaties die zijn onderhouden (overleg-vormen) vanuit hun werk verleggen in een richting die beter bij hun interesse past. Ten derde kunnen crafters een wijziging aanbrengen in de wijze waarop ze naar hun eigen baan kijken. Het meer gaan zien als totaalpakket van taken in plaats van alle afzonderlijke taken apart. Dit kan tot heel verrassende uitkomsten leiden.

Waarom zou u hier iets mee moeten? U moet natuurlijk helemaal niets, maar het is wel een manier om verandering in gang te zetten en te benutten op een manier dat iedereen er beter van wordt. Dit is het einde van het hokjes tijdperk en alles wordt vloeibaar.

VOLDOENINGUit onderzoek is gebleken dat mensen een grotere mate van voldoening halen uit een baan die ze zelf mee hebben vormgegeven en die daardoor beter bij ze past en aansluit op hun interesses. In elke functie is job-crafting mogelijk, maar in onderwijsfuncties zo mogelijk nog het beste. Waar nu vaak nog sprake is van ‘methode gestuurd’ onderwijs, is er wel degelijk plaats voor eigen invulling door de leerkracht. Een week overleven zonder methodes is een uitdaging die elke leer-kracht moet inspireren (en afschrikken

wellicht). Hier ontmoet je de echte vakman en vakvrouw. Eigen accenten zie je nu vaak al wel, maar werken vanuit de genoemde drie invalshoeken is meestal nog niet gedaan. Je kunt bewust de koers van een functie en daarmee die van de organisatie verleg-gen, maar het is wel handig als je vanuit een gemeenschappe-lijke visie vertrekt. Daarbij helpt een strategisch plan (liefst op een pagina). Als het kort en bondig is geformuleerd, is het voor iedereen het gemakkelijkst om mee te werken. Helaas is dat niet eenvoudig. Hierover zal ik in een volgend artikel schrijven.

Er zit namelijk ook een gevaar in deze beweging. De manager moet waken voor negatieve ontwikkelingen, omdat een individu soms ook de verkeerde kant kan opschuiven, zelfs met de beste bedoelingen. Het is een proces dat niet geschuwd moet worden, maar wel kritisch gevolgd. Het past dus goed in een professio-nele omgeving, waar regelmatig onderling contact is.

Voor onderwijs dat opleidt voor de competenties van de 21ste eeuw, is deze beweging niet te missen. Over welke competen-ties we het dan hebben? Communicatie, samenwerken, talen en ICT-proof3.

U kunt reageren op dit artikel via [email protected]. Oscar Homan MA

1 E-twinning is een internationaal project waarbij het Europees platform een

belangrijke rol speelt en via de website van het Epf is terug te vinden.

2 Amy Wrzesniewski e.a., professor of organisational behavior at Yale school

of management, 2007.

3 Leading continuous improvement, dr.Jay Marino and drs.J.Polderman,

magistrum 2011

19januari 2012

‘dit proces stemt een functie meer af op de specifieke situatie en medewerker’

Page 20: vakblad voor schoolleiders - CNV Onderwijs · eTwinning is in deze optiek een perso-neelsinstrument ten behoeve van de schoolleiding, dat een personeelslid zelf direct kan oppakken.

20 januari 2012

an Hooy is plaatsvervangend directeur en richt zich meer op het beheersmatige gedeelte van de school. Keppenne-Leurs heeft als directeur onderwijskundige- en perso-

neelszaken als aandachtsgebied. Deze samenwerking voelt heel vanzelfsprekend. Basisschool In ’t Park is ontstaan na diverse fusies. In 1985 vond een samenvoeging plaats van drie kleuter-scholen en twee lagere scholen tot basisschool Sint Jozef. Tege-lijkertijd ontstond basisschool Majoor Evans uit de samenvoeging van een kleurschool en een lagere school. Vervolgens fuseerden deze twee basisscholen in 2004 tot R.K. Basisschool In ’t Park.

BELGIëDe school kent vooralsnog geen krimp, maar wel een ander fenomeen met dezelfde gevolgen. België ligt vlakbij en kent een gunstigere regelgeving rond kinderopvang, wat tot een vlucht van leerlingen leidt. Het is daar goedkoper en flexibeler en dat is aantrekkelijk voor veel mensen. Ouders hebben zelf bus-sen geregeld en bekostigd voor het vervoer van de kinderen. In België is het veel goedkoper om te studeren dan in Nederland en dat begint al met de kinderopvang. Voor Susteren is dat nog niet rechtstreeks een probleem, maar voor de naastgelegen dorpen wel en dat heeft voelbare consequenties. Er wordt een kettingreactie op gang gebracht. Men is van mening op directie-niveau dat de schoolvoorziening ook in die kern overeind moet blijven. De directeuren hebben een intervisiegroep waar ze wel en wee met elkaar delen. Dit overleg wordt als zeer vruchtbaar ervaren.

De stichting Kindante werkt met een vervangerspool, dat even-eens bij het vervullen van vacatures een meerwaarde heeft. Het is recent weer gelukt om twee nieuwe collega’s langs deze weg binnen te halen. Binnen deze school is de verdeling man/vrouw en startende/ervaren leerkrachten heel gelijkmatig. Dat vindt Keppenne-Leurs belangrijk voor de school.Van Hooy heeft nu tweeënhalve dag beschikbaar voor directieta-ken en de resterende uren voor onderwijsgevende taken. Deze verdeling bevalt hem en Keppenne-Leurs prima. Via interne ver-

andering is deze plek als meest passende oplossing uit de bus gekomen.

STrUCTUUrKenmerkend van deze school is dat het een structuurschool is. De groepen lopen niet of zo min mogelijk door elkaar. Er is een duidelijke, doorgaande lijn van groep 1 tot en met groep 8. Er zijn heldere schoolaf-spraken voor iedereen. Verder voeren het effectieve instructiemodel (doelgericht) en de coöperatieve werkvormen een wezenlijk onderdeel van deze school. Er wordt zo rust gecreëerd in de school, wat een opge-ruimde sfeer uitstraalt. Voor de kinderen moet de school een tweede thuis zijn. De directie heeft het idee dat deze keuze de school onderscheidend maakt. “Wij spelen

CNV Schoolleiders is in gesprek gegaan met Eric van Hooy en Mirjam Keppenne-Leurs van de basisschool In ’t Park in Susteren, onderdeel van de stichting Kindante. Van Hooy en Keppenne-Leurs vormen samen de directie van de school. De basisschool heeft als onderdeel van een grotere stichting met 45 basisscholen een roerige tijd doorgemaakt.

Basisschool In ’t Park in SusterenCNV Schoolleiders op bezoek bij…

V

Page 21: vakblad voor schoolleiders - CNV Onderwijs · eTwinning is in deze optiek een perso-neelsinstrument ten behoeve van de schoolleiding, dat een personeelslid zelf direct kan oppakken.

21januari 2012

zoveel als mogelijk in op de behoefte van ouders. De school is al om 7.15 uur open om kinderen op te vangen.” De directie ziet er op toe dat leerkrachten voldoende rust nemen: een half uur (ongestoorde!) pauze tussen de middag. Rust is heel belangrijk om de rest van de dag goede prestaties neer te kunnen zitten, zo vindt de directie.

Andere tijden wordt hier nog niet zo gezien als een onderwijsvernieuwing die ertoe doet. Schoolvakanties zijn belang-rijke periodes om te kunnen afsluiten en voor te bereiden om weer te begin-nen. Leerkrachten en kinderen hebben die tijd nodig. “Wij zijn zelf op basis van eigen inzicht wel al wat flexibeler met de begin- en eindtijd van de school. Dit met

ondersteuning van onze onmisbare vrijwilligers. We zetten dat functioneel in en het is bedoeld om meer rust te creëren voor de werkende ouders. Maar ja, als hier in Nederland onderwijs-beleid dreigt te lukken, wordt het afgeschaft of dreigt het met allerlei regelgeving onmogelijk gemaakt te worden.”

HArTEKrEETHarry Blume vraagt naar een hartekreet van deze directie. Van Hooy vindt niet elke verandering een verbetering. “Ik hou graag het oude overeind als het voldoet. Wij vinden dat je eerst de res-pons moet afwachten en pas bij 80 procent of meer moet gaan kijken waar de voorkeur naar uitgaat. Anders is er sprake van een schijndemocratie.”

Basisschool In ’t Park in Susteren

‘voor de kinderen moet de school een tweede thuis zijn’

Foto

graa

f: F

rans

van

Zijs

t

Page 22: vakblad voor schoolleiders - CNV Onderwijs · eTwinning is in deze optiek een perso-neelsinstrument ten behoeve van de schoolleiding, dat een personeelslid zelf direct kan oppakken.

22 januari 2012

“De groepen worden meer divers en we hebben niet alle exper-tise in huis om alles te behandelen. Leerkrachten vinden dat ook moeilijk, maar het is wel de realiteit. De aanwezige expertise in het huidige S(B)O-onderwijs is onmisbaar voor het goede pas-sende onderwijs voor alle kinderen.” “Er wordt maar gehamerd op het halen van een master vanuit het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap voor leer-krachten, maar dat zegt niet of iemand een goede leraar is. Dat hangt niet van een diploma af. Is dit wel zo’n handige koers van het ministerie?”

Een grote zorg van deze directie is het geld dat via de gemeente naar de scholen moet. Gemeenten kunnen dat geld ook een andere bestemming geven en het vermoeden is dat dit ook gebeurt. “Wij gaan zuinig om met onze spullen en kunnen daar-door soms langer doen met meubilair en dat doen we dan ook. Wij zien erop toe dat iedereen mee doet met opruimen. Een jas van een ander ophangen is hier logisch, net als het oprapen van een propje. Het geld wat bij gemeenten ten behoeve van het on-derwijs terechtkomt zou geoormerkt moeten zijn. Dit probleem ligt breed in het onderwijs.”“Wij zijn zuinig op ons personeel en dat is de drive om toe te zien op het nemen van pauzes en te zorgen voor een goede taakver-deling (met de juiste persoon op de juiste plek), dan hou je het ook uit tot je pensioen.”

Op jaarbasis zijn er tien teamvergaderingen die de directie goed voorbereid en dat moet voldoende zijn. Verder zijn er nog tussen-liggende bouwbijeenkomsten en scholing op teamniveau, waardoor het leren met en van elkaar een duidelijke plaats heeft gekregen. Tijdrekken wordt direct afgekapt in de vergadering. Alleen wat ertoe doet, kan worden ingebracht. Mededelingen zijn kort en worden niet herhaald.Studiedagen worden inhoudelijk altijd goed doorgesproken met de trainers, zodat de uitkomst is wat men ervan verwacht. De scholing in de komende jaren is erop gericht om nog vaardiger te worden in handelings-gericht en opbrengstverhogend te werken.

Meer informatie over deze school vindt u op www.basisschoolintpark.nl of www.kindante.nl.

U kunt reageren op dit artikel via [email protected]

Harry Blume en Oscar Homan MA

advertentie kan wel, maar dan moet de foto eruit en evt. iets tekst schrappen

Schoolleider van de toekomst? Maak kennis met de Leiderschapsacademie van het Centrum voor Nascholing, want duurzame onderwijsontwikkeling vraagt om integraal leiderschap.

Oriëntatie op Leiderschap in het Onderwijs Opleiding Integraal Leiderschap I en II – voor startende schoolleiders Master in Educational Leadership – voor ervaren schoolleiders

Vraag de brochure aan en bezoek de informatiebijeenkomsten voorjaar 2012.

www.centrumvoornascholing.nl

- leiderschapsacademie -

centrum voor nascholing

093-061 adv leidersch.ac-direct 175x126-1.indd 1 21-12-11 09:42

Page 23: vakblad voor schoolleiders - CNV Onderwijs · eTwinning is in deze optiek een perso-neelsinstrument ten behoeve van de schoolleiding, dat een personeelslid zelf direct kan oppakken.

23

mijn school

januari 2012

“Oh hallo, volgens mij zit jij ook in het onderwijs.” Ik kende Andrea al wat langer, maar we hadden elkaar nooit uitgebreid gesproken. Ze vertelde dat ze een eigen column had en op zoek was naar een opvolger. Mijn eerste reactie was: “Heb-ben jullie dan geen oproep geplaatst?” Haar antwoord was niet ontkennend, wel meldde ze dat niemand erop gereageerd

had. Na verder aandringen van haar stemde ik in. Ik moest wel beloven dat ik ook lid van CNV Schoolleiders zou worden, want in een blad schrijven en het niet ken-nen, past niet, vond ze.Ik ben Eva en ik ben teamleider van een vmbo-t afdeling. Mijn vader zei na mijn benoeming trots: “Dan ben je dus gewoon directeur van de mavo”, daarmee zijn kennis van ons onderwijssysteem driftig etalerend. Zelf is hij jarenlang hoofd en directeur van een basisschool in een dorp geweest. Het onderwijs zit dus in mijn bloed. Hij is af en toe nog mijn vraagbaak

en jullie zullen vast wel eens merken dat ik bij hem te rade ben gegaan bij situaties die nieuw voor mij zijn.Reflectie staat bij mij hoog in het vaandel. Dat wil zeggen dat ik altijd graag even terugkijk naar hoe dingen gegaan zijn. Daarbij zoek ik dan altijd wel even de stilte van het moment. Dat kan zomaar in een park zijn of bij een kinderspeel-

plaats. In elk geval daar waar ik even niet gestoord word. Ik kan het jullie aanraden. De hectiek van alle dag ontvluchten, is energie opdoen.Ik studeerde de lerarenopleiding Engels. Ik wilde niet het onderwijs in, maar vond dat een goeie manier om mijn lievelings-vak bij te houden en om mijn Engelse vrienden goed te woord te kunnen staan. Ook wilde ik wel iets in de ICT gaan doen. Het pakte anders uit. Ik heb mijn plekje gevonden.De laatste tijd houd ik mij met name met passend onderwijs bezig. Elk jaar is er een

aantal leerlingen die in mijn kamer wordt neergezet met opmerkingen als: ‘Hij eruit of ik eruit….’ of als het minder heftig is: ‘Jij bent teamleider, vertel jij eens hoe ik hem moet aanpakken’. Gelukkig hebben we een IZT, een intern zorgteam, waarop ik kan terugvallen, maar het lukt niet altijd om daar oplossingen te vinden. Dan maar naar het zorg-advies-team. Ik moet bekennen dat ik op die route heel wat gedoe tegenkom. Soms heb ik het idee dat ik meer volwassenen aan het overtuigen ben, dan leerlingen aan het helpen. Van huis uit heb ik meegekregen dat je je altijd eerst moet afvragen, waar een leerling mee zit; hij gedraagt zich niet zomaar op die manier. Mijn collega’s kijken daar vaak heel anders tegenaan: ‘Je moest eens weten wat er allemaal gebeurt…’. ‘Volgens mij heb jij nooit voor de klas gestaan…’. We hebben in school een protocol, dat wil zeggen een rijtje afspraken wat je al-lemaal moet doen als het even niet gaat, zoals je je had voorgesteld. De inspecteur was daar zeer content over toen ik dat liet zien. “En werkt het?”, vroeg ze. Ik zag het hele rijtje ‘mitsen’ en ‘maren’ direct voor mij. Maar ja, inspecteurs geven geen advies, die kijken alleen maar of je het doet of niet doet. Voor hen is je protocol een ‘plusje’ of ‘minnetje’. Ik ben nu dus bezig het protocol ‘op te plussen’ voor mijn team. Geen verwijten of afschuiven, maar vanaf het begin, bij mijn collega, de docent, beginnen met de goeie vragen. En zowaar, het werkt. Niet dat ik de beste vragen stel, maar aandacht geven loont. Toen recent een nog jongere collega binnen kwam met de gevleugelde woorden ‘hij of ik eruit’, vroeg ik ‘s middags aan haar: “Wat wil je dan buiten de school gaan doen?” Met een traan en een lach vertelde ze dat ze zo graag in het onderwijs wilde blijven. Wat nou protocol? Ik hoop nog menig protocol te doorbreken dit jaar.

Groet, Eva

Eva is teamleider in het voortgezet onderwijs in een middelgrote stad. Ze ontmoette Andrea, die haar wist over te halen om de rubriek ‘Over de schouder kijken’ over te nemen. Dit jaar kijken we met Eva mee in het derde jaar van haar leiderschap.

Over de schouder meekijken met ….. Eva

Page 24: vakblad voor schoolleiders - CNV Onderwijs · eTwinning is in deze optiek een perso-neelsinstrument ten behoeve van de schoolleiding, dat een personeelslid zelf direct kan oppakken.

24 januari 2012

Start nu met het ontwikkelen van taal- en rekenbeleid Taal en rekenen staan volop in de belangstelling. In

2013/2014 moeten alle eindexamenkandidaten voldoen aan de Referentieniveaus taal en rekenen (www.taalenrekenen.nl). Zij moeten een rekentoets maken eind schooljaar 2013-2014 en mogen slechts één vijf hebben voor Nederlands, Engels of wis-kunde. Dit vereiste maakt het voeren van taal- en rekenbeleid essentieel. Van belang is dat alle docenten weten welk taal- en rekenniveau de leerlingen hebben en wat de gestelde einddoe-len zijn. Ook op middenmanagement- en schoolleidersniveau moeten er beslissingen genomen worden over taal- en reken-beleid. De referentieniveaus zijn slechts minimumeisen en scholen kunnen best hogere eisen stellen, zeker wanneer zij zich excellent willen noemen en de talenten van hun leerlingen optimaal willen benutten.

Start het taal- en rekenbeleidsplan vanuit een goede analyse van de huidige situatie Een sterkte/zwakteanalyse geeft verheldering over de

huidige stand van zaken. Daarbij kan ook meegenomen worden welke externe kansen (bijvoorbeeld subsidies) en bedreigingen (bijvoorbeeld concurrentie van een andere school) er voor de school zijn. De sterkte/zwakteanalyse kan uitgevoerd worden met betrekking tot de drie lagen van de school: schoolleiding, middenmanagement en docenten.

Een plan of meerdere plannen? Het Jan Tinbergen College heeft gekozen voor een gecombineerd plan, maar andere scholen splitsen taal en rekenen, afhankelijk van of de doelen en acties op taal- en rekengebied erg uiteenlopen. Daarnaast geeft het analyseren van toetsresultaten van leerlingen een goed beeld. Op het Jan Tinbergen College zijn onder meer de diagnostische toetsen van het Cito gebruikt om de leerlingen die het juiste

taal- en/of rekenniveau niet beheersen extra te ondersteunen.

Ontwikkel samen het taal- en rekenbeleidsplan Het werken in een taal- en re-

kenwerkgroep is Rob van Oorschot goed bevallen. “Het is een hechte club gewor-den van zeer diverse pluimage met een gemeenschappelijk doel voor ogen. Het is bijzonder mooi te zien dat de ogen-schijnlijke verschillen tussen taal- en rekenmensen helemaal niet zo groot zijn en dat we allemaal voor hetzelfde gaan”. Ook Edwin Koning ziet voordelen in het werken in een werkgroep. “Omdat we mensen uit verschillende teams en onder- en bovenbouw hebben, blijft er één lijn binnen de school”. Volgens Van Oorschot is het wel belangrijk dat de schoolleiding de leden van de taal- en rekenwerkgroep tijd en ruimte geeft en hen in de watten legt. Er werd gefacili-teerd in tijd en de besprekingen vonden veelal in een inspirerende omgeving plaats buiten het schoolgebouw.

Stel heldere doelen op Het opstellen van concrete en heldere doelen is belangrijk,

omdat duidelijk wordt wat het taal- en rekenbeleid voor de school inhoudt en omdat er concrete taken en activiteiten uit volgen. Het SMART-principe (Spe-

1

Tien tips voor succesvol taal- en rekenbeleidHet Jan Tinbergen College in roosendaal heeft onlangs het nieuwe taal- en rekenbeleidsplan aan het team gepresenteerd. Het plan is gemaakt door de taal- en rekenwerkgroep, onder begeleiding van CPS onderwijsontwikkeling en advies. Terugblikkend op dit traject geven rob van Oorschot (directeur onderwijs en lid van de werkgroep) en Edwin Koning (docent Nederlands, taalcoördinator en lid van de werkgroep) de volgende tien tips aan scholen om succesvol taal- en rekenbeleid te ontwikkelen en te implementeren.

2

3

4

Page 25: vakblad voor schoolleiders - CNV Onderwijs · eTwinning is in deze optiek een perso-neelsinstrument ten behoeve van de schoolleiding, dat een personeelslid zelf direct kan oppakken.

25januari 2012

– het Jan Tinbergen College kent vier teams binnen de school –, waarin de doelen en concrete acties uit het plan gepresenteerd zijn. Doel van deze bijeenkomst was bewustwording en het be-lang duidelijk maken. Volgens Van Oorschot heeft dit gewerkt. “De neuzen staan heel redelijk één kant op en de betrokkenheid van de mensen (ook buiten de werkgroep) lijkt behoorlijk.”

Bouw evaluatiemomenten in Belangrijk is om al tijdens het opstellen van het plan te bepalen wie wanneer gaat evalueren. Doel van deze

evaluatie is om te achterhalen of een bijstelling van de aanpak nodig is. Een evaluatiemoment maakt deel uit van de PDCA-cyclus: Plan, Do, Check, Act.

Betrek de schoolleiding, het managementteam en de medezeggenschapsraad Betrokkenheid van deze drie partijen is noodzakelijk om

draagvlak te creëren voor het plan. De schoolleiding beheert de financiën voor de uit te voeren acties en faciliteert in tijd en ruimte, het managementteam geeft onder andere ruimte aan taal en rekenen in de teamvergaderingen en de medezeggen-schapsraad moet het plan goedkeuren.

Externe begeleiding kan helpen Volgens Van Oorschot vormde de begeleiding van CPS een “externe stok achter de deur om onze toch

al op stapel staande plannen en alle ontwikkelingen tot dan toe te kunnen samensmeden tot een helder beleid. Absolute winst dus: een leertraject voor ons en een concreet resultaat.”

Meike Berben, CPS Onderwijsontwikkeling en advies

Meike Berben werkt als consultant bij CPS Onderwijsontwikkeling en Advies (www.cps.nl). Zij heeft het Jan Tinbergen College bege-leid bij het opstellen van het taal- en rekenbeleidsplan. Voor meer informatie kunt u contact opnemen door te mailen naar [email protected].

Tien tips voor succesvol taal- en rekenbeleid

cifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realis-tisch en Tijdgebonden) kan hierbij een hulpmiddel zijn. Een voorbeeld van een concreet doel, zoals opgesteld is in het plan van het Jan Tinbergen College: In 2011-2012 hanteert 100 procent van de docenten Nederlands de ‘eenpuntsrege-ling’ (aftrek van een tiende voor elke spel- of stijlfout met een maximum van een heel cijfer). In 2012-2013 hanteert 100 procent van de taaldocenten (Ne-En-Fa-Du) de ‘een-puntsregeling’. In 2013-2014 hanteert het volledige team de ‘eenpuntsregeling’.

Verdeel taken en verant-woordelijkheden Al tijdens het maken van het

plan is het belangrijk dat taken wor-den verdeeld en dit geldt ook voor het uitvoeringsproces. Het is belangrijk concrete afspraken te maken en deze op papier vast te leggen. Op die manier weet iedereen wat hem te doen staat en kunnen mensen aangesproken worden op de voortgang in het behalen van de doelen.

Houd het plan kort en bondig Een te groot plan maakt het onleesbaar. Toch vormt bepaalde

informatie, bijvoorbeeld de sterkte/zwakteanalyse en de toetsresultaten, wel relevante input. Op het Jan Tinber-gen College is dit opgelost door bepaal-de informatie in de bijlagen te stoppen en het plan te beperken tot de voor-naamste doelstellingen en actiepunten.

Voorkom de papieren tijger Het gezamenlijk opstellen van het plan en het verdelen van

taken en verantwoordelijkheden voor-komt dat het plan verstoft op de plank. Daarnaast is goede communicatie naar de rest van het team van belang. Op het Jan Tinbergen College is naast de al impliciete communicatie door leden van de werkgroep, ruchtbaarheid aan het plan gegeven door middel van het per-soneelsbulletin. Ook is er een informa-tiebijeenkomst per team georganiseerd

5

6

7

8

9

10

Page 26: vakblad voor schoolleiders - CNV Onderwijs · eTwinning is in deze optiek een perso-neelsinstrument ten behoeve van de schoolleiding, dat een personeelslid zelf direct kan oppakken.

26 januari 2012

ij effectieve schoolprofilering staat het ouderperspectief centraalSchoolprofilering is pas effectief als het profiel van

de school in de ogen van ouders (uit de wijk) doorslaggevend aantrekkelijker is dan die van concurrerende scholen én zij hun kinderen bij de school daadwerkelijk aanmelden. Het perspectief van ouders moet dus centraal staan. Uit onderzoek is gebleken dat ouders de goede sfeer op de school en de contacten met medewerkers van het grootste belang vinden (naast de locatie van de school). De belangrijkste informatiebronnen zijn verhalen van ouders, vrienden en kennissen en het bezoek aan de school (inclusief gesprek). Het gaat om het subjectieve beeld dat ouders van een school hebben. Het beeld (ook wel label genoemd) maakt duidelijk wat een school in hun beleving nog meer te bieden heeft naast het basis onderwijspakket. Persoonlijke vorming van kinde-ren (bijvoorbeeld podiumvrij), specifieke onderwijsmethodieken (bijvoorbeeld voor hoogbegaafden), maar ook gemak (bijvoorbeeld brede school) kunnen hiervan onderdeel zijn.

Huidige schoolprofielen zijn vaak niet onderscheidendOp dit moment zijn de meeste profielen van basisscholen in ons land gebaseerd op aspecten die samenhangen met de schoolkwa-liteit (ervaren leerkrachten, pedagogisch klimaat, begeleiding van zorgleerlingen, inspectiewaardering, enz.). Aspecten die van groot belang zijn voor de ontwikkeling van een kind, maar ze zijn niet doorslaggevend voor de schoolkeuze van ouders. Ouders vinden een goede schoolkwaliteit vanzelfsprekend. Al dan niet terecht. Op schoolkwaliteit kun je je als school negatief onderscheiden.

Effectieve schoolprofilering vraagt om vak- en maatwerk Het vereist (marketing)expertise om vanuit inzicht de juiste profielkeuzes voor de school te kunnen maken. Het profiel moet passen bij de verwachtingen van ouders uit de wijk waar de school gevestigd is. Het profiel moet ook grotendeels passen bij de bestaande kerncompetenties van de medewerkers van de school. Het moet voor hen haalbaar zijn om het profiel in de praktijk te gaan waarmaken. Ook het concretiseren van het profiel naar uitvoerende acties vraagt om vak- en maatwerk. Interne aanpas-singen en externe communicatie moeten op een consistente en aansprekende manier vorm krijgen.

Schoolprofilering als uitdagende trektocht

Het is van groot belang dat medewerkers nauw bij het proces van schoolprofilering betrokken worden. Mede-eigenaarschap ontstaat door meepraten, meedenken en meewerken. Een goede (externe) bege-leiding kan zorgen voor de noodzakelijke veiligheid, vertrouwen en inhoudelijke kwaliteit om in een periode van drie, vier maanden gezamenlijk de uitdagende trektocht van schoolprofilering met succes te doorlopen. De investering in tijd en geld blijkt vaak mee te vallen, zeker gezien het belang dat ermee gediend is.

Jan van der Wal

Jan van der Wal (Markanta) helpt organi-saties te excelleren door intern onderne-merschap bij mensen te ontwikkelen. Hij is expert op het vlak van schoolprofilering en veranderkunde.

Hoe zorg ik ervoor dat meer ouders hun kinderen bij mijn school aanmelden? Hoe kan ik ervoor zorgen dat mijn medewerkers zich hiervoor medeverantwoordelijk voelen? In het primair onderwijs lopen de leerlingenaantallen de komende jaren sterk terug en behoud of groei van marktaandeel is daarom belangrijker dan ooit. Elke nieuwe leerling levert jaarlijks een bijdrage van 5.000 euro op. Een betere manier om met bezuinigingen om te gaan, is er niet.

B

Page 27: vakblad voor schoolleiders - CNV Onderwijs · eTwinning is in deze optiek een perso-neelsinstrument ten behoeve van de schoolleiding, dat een personeelslid zelf direct kan oppakken.

column

27januari 2012

Een hoop gedoe heb ik het altijd gevon-den. Bureaucratie is een passend woord voor de rompslomp rondom de rugzakfi-nanciering. Maar uiteindelijk na een aan-tal formulieren invullen en soms enkele telefoontjes plegen, zijn de financiën op de rekening van de school gestort en hebben we het personeel ervoor kun-nen aannemen en de materialen kunnen aanschaffen. Het gedoe is dan te doen.Sinds kort denk ik er anders over. Na een jaartje zonder leerlinggebonden financiering blijkt dat de visuele handi-cap van een leerling dusdanige vormen aanneemt, dat extra aanpassingen nodig zijn. We schakelen alle hulplijnen in en krijgen vrij snel bericht dat er een beschikking is. Voor het genoemde bedrag nemen we een onderwijsassis-tent aan en kopen we ander meubilair en vergrootte boeken. Als ik tegen het einde van het schooljaar ontdek dat ik nog geen geld heb ontvangen, besteed ik er twee volle werkdagen aan om te

horen te krijgen dat de codes veranderd zijn en dat wij niets ontvangen, zolang we ze niet veranderen. Het kost enige inspanning, maar de rugzak wordt alsnog verwerkt. Wat schetst echter mijn verbazing; de regeling is veranderd. Je krijgt niet meer voor een heel jaar uitbetaald, maar alleen voor de maanden dat je recht hebt op de rugzak. Misschien

had ik het kunnen weten als ik me nog meer verdiept had in de materie en er nog meer tijd aan besteed had. Maar nu valt het rouw op mijn dak dat ik slechts eenderde deel krijg, terwijl ik bijna het hele bedrag reeds heb uitgegeven.Het wordt allemaal nog erger als ik dit jaar het zusje aanneem van de jon-gen met de visuele handicap. Ook zijn zusje ziet niet goed en heeft recht op ambulante begeleiding en ze heeft het syndroom van Down. Ze is begonnen op een school voor speciaal onderwijs, maar de ouders hebben het idee dat ze meer kan leren dan dat deze school aanbiedt. De school voor speciaal onderwijs ontkent het niet. En wij willen het op onze reguliere basisschool een kans geven. Het lijkt weinig papier-werk, omdat de beschikking voor het speciaal onderwijs al is afgegeven. Dat is verkeerd ingeschat. Wij moeten alles opnieuw aanvragen en om aan de juiste gegevens te komen, zijn er diverse

telefoontjes nodig. We worden van het kastje naar de muur gestuurd. Na de nodige tijdsinvestering blijkt bij Bron alleen de ambulante begeleiding voor Down geregeld te zijn. En Bron is de in-stantie, waarop men zich baseert voor de uitbetaling. Nu wist ik dat je voor slechts één handicap een beschikking kon krijgen, maar Visio heeft mij zowel

mondeling als schriftelijk laten weten dat zij de uitzondering op de regel is. Ik regel op school alles wat we nodig hebben: materiaal, ambulante bege-leiding en een onderwijsassistente. Echter Bron lijkt niet te weten van de mogelijkheid om een dubbele rugzak te krijgen. Bij Visio weten zij mij te vertellen dat Bron op de hoogte is van deze uitzonderingspositie, maar wie ik ook spreek bij Bron, ze weten er niets van en zeggen de vraag neer te leggen bij iemand die het wel weet. Uiteinde-lijk spreek ik iemand die zegt dat het allemaal goed komt, maar hij wil het niet zwart op wit bevestigen.De twee kinderen gedijen goed op school. Het extra personeel doet goed werk en de ambulant begeleiders zijn waardevol voor de leerkrachten en de intern begeleider. Ik heb me voorge-nomen maar te geloven in de laatste woorden van Bron ‘het zal allemaal goed komen’. Mocht het niet zo zijn, dan heb ik iets uit te leggen bij mijn bestuur. Volgens mijn IB-er heb ik ook iets uit te leggen als we wel al het geld krijgen. Zij heeft uitgerekend hoeveel tijd wij samen bezig zijn geweest om het voor elkaar krijgen. Als we die tijd in geld omrekenen, hebben we de rugzakken reeds geleegd. Ik heb mijn IB-er voorgesteld een rugzak voor me-zelf aan te vragen, omdat ik blijkbaar niet geschikt ben om snel leerlingge-bonden financiering te regelen. Ik heb daarbij begeleiding nodig.

Dirk van Boven

Een lege rugzak

‘We worden van het kastje naar de muur gestuurd’

Page 28: vakblad voor schoolleiders - CNV Onderwijs · eTwinning is in deze optiek een perso-neelsinstrument ten behoeve van de schoolleiding, dat een personeelslid zelf direct kan oppakken.

28 januari 2012

n dit is dus Jack”, besloot onze directeur zijn korte toelich-ting op het aannemen van onze nieuwe collega. Jack zelf stond er schuchter bij, hangende schouders, het hoofd wat

voorover. Even kruisten onze blikken, maar hij keek snel weer weg naar de wandplaat aan de muur.Aan het eind van de week leek Jack de kat uit de boom te heb-ben gekeken, want op vrijdagmiddag na schooltijd slenterde hij mijn lokaal in. “Jeetje man, wat is dat wennen. Na zo’n lange tijd!” In het kwartier dat volgde, schetste Jack in grote lijnen zijn ver-haal. Ik luisterde en zweeg. Hij was als jong broekie begonnen in de Amsterdamse binnenstad, op de Smallepadschool. Na een aantal jaar was de directeur opgestapt, waarna hij naar voren werd geschoven als het nieuwe opperhoofd. Dat had hij 25 jaar met veel plezier gedaan… tot de populatie van de nabijgelegen Jordaan veranderde en steeds minder ouders genoegen namen met de gezellige, maar ouderwetse Smallepadschool. Na een aantal spannende jaren werd de school opgeheven en moest Jack de sleutels inleveren op het bestuurskantoor.

Met vochtige ogen keek hij me aan. “Dat gun je niemand, Hans, niemand!” “Hoe ben je er zelf mee omgegaan?”, vroeg ik nieuwsgierig. Jack haalde zijn schouders op. “Ik heb een jaar thuis gezeten. Helemaal stuk. Veel gewandeld in de Kennemerduinen. En gewacht tot het weer beter ging.”Samenwerken met Jack was lastig. Hij leek moeilijk om te kun-nen gaan met het feit weer ‘gewoon’ leerkracht te zijn. Overleg-gen, samen plannen en taken verdelen ging nooit vanzelf. Op het

persoonlijk vlak klikte het wél, zozeer zelfs dat hij mij (en een paar andere col-lega’s) op zaterdagavond bij hem thuis uitnodigde voor een verjaardagsborrel. Uiteindelijk ging ik alleen…Opgetogen wachtte Jack mij bovenaan de trap van zijn portiekwoning in de binnen-stad op. Ik kreeg een amicale beuk op mijn schouders, waarna hij de huiska-merdeur openzwaaide. Ik bleef aarze-lend in de deuropening staan, nieuws-gierig aangestaard door een tiental onbekenden. Met een: “Kom eens mee!”, doorbrak Jack de impasse. Hij voerde mij mee naar zijn hobbykamer. Toen de deur open ging, keek ik tegen een gigantisch houten bord aan: ‘Smallepadschool, voor Christelijk lager onderwijs’ melden de sierletters. Ruim een uur lang toonde Jack mij foto’s, documenten, briefjes, rapporten, stempels, boeken, de school-bel en nog veel meer uit zijn particuliere museum. De kamer met verjaardagvier-ders leek helemaal vergeten.“Ik moet weg,” meldde ik uiteindelijk, “mijn vrouw haalt me op met de auto.” We namen afscheid met ferme hand-druk. “Dit vergeet ik niet,” meende Jack, “dank je wel.” “Hoe was het?”, vroeg mijn vrouw toen we de straat uit reden. “Moeilijk uit te leggen”, zei ik aarzelend, “maar ik heb het kippenvel op mijn rug staan.”

Hans Notmeijer

Het museum

‘ruim een uur toonde Jack foto’s, rapporten, de schoolbel en veel

meer uit zijn particuliere museum’

I

Page 29: vakblad voor schoolleiders - CNV Onderwijs · eTwinning is in deze optiek een perso-neelsinstrument ten behoeve van de schoolleiding, dat een personeelslid zelf direct kan oppakken.

U kiest voor• Een schoolproject in India, Malawi, Peru, Kenia,

Ethiopië of Oeganda• Een actievorm en bijbehorend materiaal• Actief burgerschap

Edukans biedt u• Drie keer per jaar gratis informatie over uw project• Kant en klaar actiemateriaal• Educatief materiaal en presentatie op uw school

“Ik vond de posters met stickers heel goed. Voor elke meege-brachte opbrengst in de klas mochten leerlingen een letter plakken. Binnen een paar dagen was de hele poster volgeplakt.” Leerkracht Marieke Dongelmans

Naam school Contactpersoon

Adres Postcode en Plaats

Telefoon E-mail

Bon opsturen naar: Edukans | Antwoordnummer 737 | 3800 VB Amersfoort

Opgeven? Ga dan naar www.edukans.nl/scholenvoorscholen. Klik op het tabblad ‘Doe mee’.

■ Wij willen meer info. Stuur ons het Edukansboekje met informatie over jullie projecten en acties.

Scholen voor Scholen

PR12

16

www.edukans.nl/scholenvoorscholen Van de makers van Schoenmaatjes

KOM_SCOOLS_okt_2011_A4_fc.indd 1 13-10-11 15:06

Page 30: vakblad voor schoolleiders - CNV Onderwijs · eTwinning is in deze optiek een perso-neelsinstrument ten behoeve van de schoolleiding, dat een personeelslid zelf direct kan oppakken.

30

door Chris Lindhout

“En?” vraag ik dringend. Ik proef de woor-den op mijn tong.Mij adjunct herhaalt: “Een bericht over meester Gert, die volgens een aantal van die pepernoten niet goed lesgeeft en dat er dus door die vogels een anti-stemmings-pagina geopend is.” “En jij deed toen?”“Ik heb op Facebook een bericht achter-gelaten dat binnen een uur die haatmail over meester Gert eraf moet zijn”, zegt ze. “Anders volgen er maatregelen.”“Zoals?” vraag ik.“Dat weet ik niet”, zegt ze eerlijk.“Goed, en na een uur is dat gebeurd”, vraag ik.“Ja”, antwoordt ze. Een zucht ontsnapt en ik heb het gevoel alsof de school gered is.“Dus morgen een… corrigerend gesprek”, vraag ik.“Met wie”, antwoordt ze.“Daar komen we wel achter”, grom ik.

Mevrouw Dekker is de volgende dag bereid haar bron te onthullen. Na een kort gesprek met de genoemde jongens komt de aanstichter in beeld. Een gesprek alleen volgt. Altijd succesvol en al snel rollen de tranen. “Het was zo maar een…” Verder komt Peter niet.“Ja, ja”, beaam ik, wetende dat twee keer positief negatief is.We hebben de indruk dat hij echt spijt heeft en zijn lesje heeft geleerd. Dan past geen straf behalve de melding aan de ouders.Als Peter opstaat, kleiner al toen hij bin-nenkwam, zegt hij: “Als ik vragen mag… hoe wisten jullie dat ik het was?”Van verbazing valt mijn mond figuurlijk open.“Peter, als je iets op internet zet, kan iedereen van Groenland tot Australië lezen wat je gemaakt hebt. Er is altijd wel iemand van die miljarden mensen die de school belt”, leg ik uit.Hij knikt en weet nu hoe internet werkt.Het blijven doerakken, maar ze moeten van mijn school afblijven, toch?

“Hè wat, bij ons op school?”Van verbazing trilt de telefoon nog na in mijn hand. Mijn adjunct aan de andere kant is eveneens ontdaan.“Ja, ik kan er ook niks aan doen, maar ik ga er van uit dat het telefoontje klopt”, beantwoordt ze mijn vraag. “Mevrouw Dekker is tenslotte niet iemand die zomaar belt.”

Even wordt het stil en lijkt het alsof de winter te vroeg invalt. Dan neemt mijn professionele kalmte de overhand.“Oké,” vat ik samen, “iemand belt jou op en meldt dat er een haat-mail op internet staat.”“Op Facebook”, vult mijn adjunct aan.“Oké, en die persoon beweert dat het door een van de leerlingen van groep acht is gemaakt”, vraag ik ten overvloede.“Ja, en ik heb het gezien”, drukt ze me nog verder terug in mijn ego. Mijn school is tenslotte mijn alles en een aanval op dat imago is een aanval op mezelf. Misschien is dat dan weer niet echt pro-fessioneel, maar zo voel ik het.

column

Wereldwijd bekend

30 januari 2012

Page 31: vakblad voor schoolleiders - CNV Onderwijs · eTwinning is in deze optiek een perso-neelsinstrument ten behoeve van de schoolleiding, dat een personeelslid zelf direct kan oppakken.

leden actueel

GedichtIngestuurde vraag

De onderwijsplannen van onze minister: verplichte centrale Cito eindtoets en ‘koste wat kost’ de gemid-delde schoolscore opkrikken van 535 naar 537. Het voelt onrechtvaardig en respectloos wanneer er op die manier wordt omgegaan met de minder begaafde kinderen en hun leerkrachten.Ik ben reeds enkele jaren met pensioen als oud-directeur van een basisschool, maar dit als onrecht aanvoelende gegeven laat me niet los. Ik kies niet voor een ordinaire massademonstratie op het Malie-veld of voor stakingsacties. Het moet toch mogelijk zijn om in een eerlijk gesprek met argumenten de minister tot een andere afweging te bewegen om de kwaliteit van het onderwijs omhoog te brengen. Wat is nu kwaliteit van onderwijs?

Wim Rutgers

Antwoord

De redactie heeft mij gevraagd een korte reactie te geven op uw vraag rond de onderwijsplannen. De door u aangehaalde zorgen daarin, horen wij uiteraard veelvuldig en willen we ook graag delen met onze leden. U mag van mij aannemen dat ik veelvuldig in gesprek ben met het ministerie van Onderwijs, Cul-tuur en Wetenschap over deze problemen. Al met al resulteerde dat in een uitstel van de bezuinigingen op passend onderwijs voor een jaar. Voor ons is dat niet voldoende, dus blijven we in gesprek met de minister en de leden van de Tweede Kamer. Kwaliteit van het onderwijs is altijd van groot belang geweest. Die kwaliteit is niet enkel gebaseerd op re-sultaten bij rekenen en taal. Onderwijs behelst meer dan dat. Hierover ben ik regelmatig in gesprek met de Inspectie voor het Onderwijs. Het komend jaar zullen we indringend ermee bezig blijven, daar kunt u van op aan. En dat uiteraard op een respectvolle manier, richting politiek, maar zeker (en niet in de laatste plaats) richting alle werkers in het onderwijs.

Harry Blume, voorzitter CNV Schoolleiders

Samen lerenDaar zitten zij dan dag aan dag.

Ze oefenen en leren.Speels bezig met presteren

tot je naar huis toe mag.

En ik, ik doe hen alles voor,want ik ben het, die alles kan.

Maar die toch ook, zo nu en danwat twijfelt tussendoor.

Want ook ik oefen elke keerals ik mijn lessen draai.’t Gaat niet altijd zo fraai

waardoor ik steeds weer leer.

Zo leren wij veel van elkaarmaar dat laat ik niet blijken.Ik blijf steeds naar ze kijken

oefen en leer elk jaar.

Op 29 november 2011 heeft Annette Roeters, inspecteur-generaal van de Onderwijsinspectie, een bezoek gebracht aan twee scholen van Orion. Roeters kreeg een rondleiding op de Professor Burger-school en vervolgens op de Coronelschool. Na afloop wis-selden de directeuren met haar ideeën en ervaringen uit. Zij uitten hun zorgen over de invoering van het Passend Onderwijs dat vooral in het (Voortgezet) Speciaal Onder-wijs grote gevolgen zal hebben. Na afloop kreeg Roeters van de bestuurder, Cor de Ruiter, een verslag van de interne audits uitgereikt. “Heel bijzonder”, vond Roeters, want zij kent geen enkele school die op deze manier on-derling kennis en ervaring uitwisselt. U kunt het auditrap-port nalezen op www.orion.nl/onderwijsinspectie.

Bezoek Onderwijsinspectie aan Orion-scholen

31januari 2012

Page 32: vakblad voor schoolleiders - CNV Onderwijs · eTwinning is in deze optiek een perso-neelsinstrument ten behoeve van de schoolleiding, dat een personeelslid zelf direct kan oppakken.

Bent u nog geen lid van CNV Schoolleiders, maar wilt u dit wel graag worden? Of kent u iemand die graag lid zou willen worden? Meldt u zich dan aan via www.cnvs.nl of mail uw gegevens naar [email protected]

Adres: Tiberdreef 43561 GG Utrecht

Postadres:Postbus 2510

3500 GM Utrecht

Telefoon: 030-751 1004 Fax:030-751 1739

Email: [email protected] Website: www.cnvs.nl

Kort samengevat:De helpdesk voor schoolleidersVoor al uw vragen over uw school, maar ook voor individuele belangen-behartiging en juridisch advies kunt u contact opnemen met de helpdesk: 030-7511004 of [email protected].

Commissionair in opleidingen van hoge kwaliteitCNV Schoolleiders heeft samenwerkingsrelaties met o.a. Magistrum, Penta Nova, NDO Interstudie, CNV Onderwijs- academie, Besturenraad Academie en SBO. Als lid krijgt u verschillende kortingen op hun aanbod.

Altijd goed geïnformeerdVia onze website www.cnvs.nl blijft u op de hoogte van actuele zaken en treft u een schat aan informatie aan. Zo heeft u toegang tot de beleids-matrix, een uitgebreide database met onmisbare documentatie omtrent zaken als inspectie, CITO, functiemix, etc. Als lid ontvangt u gratis ons blad DIRECT, een magazine vol interessante en leerzame artikelen specifi ek voor schoolleiders. Ook ontvangt u onze digitale nieuwsbrief E-zine.

Een scala aan bijeenkomstenWij organiseren doorlopend fl itsbijeenkomsten, praatcafés en ons jaarlijkse congres, hèt evenement voor schoolleiders in PO en VO. Zo blijft u op de hoogte van actuele ontwikkelingen. Als lid krijgt u een fl inke korting op bijeenkomsten.

Lid van een invloedrijke bond in het onderwijsCNV Schoolleiders maakt zich sterk voor u, de schoolleider. Wij hebben direct contact met de politiek en laten onze stem horen aan diverse onderhandelingstafels.