Taal verwerven door het observeren van materialen uit de ... · Lessenserie: leren onderzoeken met...
Transcript of Taal verwerven door het observeren van materialen uit de ... · Lessenserie: leren onderzoeken met...
Taal verwerven door het observeren van
materialen uit de keuken
Lessenserie: leren onderzoeken met chemie
in groep 3 en 4
2 Lessenserie: leren onderzoeken met chemie in groep 3 en 4
Inhoudsopgave
Inhoud van deze lessenserie............................................................................................................................. 3
Opzet van de lessenserie..................................................................................................................................... 3
Overzicht van de lessen ....................................................................................................................................... 4
Praktische voorbereiding voor de lessenserie .................................................................................................. 5
Basisbenodigdheden ........................................................................................................................................... 5
Veiligheid ............................................................................................................................................................. 5
Ouder hulp in de les ............................................................................................................................................ 5
Les 1 – Vloeistoffen observeren ....................................................................................................................... 6
Les 2 – Poeders observeren .............................................................................................................................. 8
Les 3 – Vloeistoffen onderzoeken ................................................................................................................... 10
Les 4 - Vloeistoffen en poeders onderzoeken ................................................................................................. 12
Les 5 – Extra activiteiten om de ervaringen te verwerken .............................................................................. 14
1. Het spelletje: raad de vloeistof of poeder................................................................................................. 14
2. Onderzoek: vaststellen wat er in de potjes zit .......................................................................................... 15
3. Reflectie: wat hebben we geleerd? ........................................................................................................... 15
4. Vervolgonderzoek ..................................................................................................................................... 16
5. Meer doen met de benodigdheden .......................................................................................................... 16
Toelichting op het behalen van de lesdoelen ................................................................................................. 17
Woordenschat vergroten .................................................................................................................................. 17
Groepsgesprekken voeren ................................................................................................................................ 17
Toelichting op de observaties in de lessen ..................................................................................................... 20
Observaties in les 1 en 2 ................................................................................................................................... 20
Observaties in les 3 ........................................................................................................................................... 21
Observaties in les 4 ........................................................................................................................................... 21
Colofon .......................................................................................................................................................... 23
Checklist voor de lessenserie .......................................................................................................................... 24
Lessenserie: leren onderzoeken met chemie in groep 3 en 4 3
Inhoud van deze lessenserie In deze lessenserie vind je vijf uitgewerkte lessen voor
kinderen in groep 3 en 4. In deze lessen laat je de kinderen op
een nieuwe manier kennis maken met zes voor hen bekende
materialen uit de keuken. De kinderen zetten hun ‘scheikunde-
bril’ op en leren de materialen observeren. Net zoals een
‘echte’ scheikundige gaan ze hun observaties vastleggen. Ook
het bespreken met hun ‘collega’s’ is belangrijk. Hier komt
nieuwe woordenschat aan bod. Je helpt de kinderen te
verwoorden wat ze hebben gezien, gevoeld en geroken. En je
biedt de kinderen nieuwe woorden aan om deze ervaringen te
delen met de rest van de groep.
Opzet van de lessenserie
Voor wie? Groep 3 en 4
Kerndoelen Taal
3. De kinderen leren informatie te beoordelen in discussies en in een
gesprek dat informatief of opiniërend van karakter is en leren met
argumenten te reageren.
12. De kinderen verwerven een adequate woordenschat en strategieën
voor het begrijpen van voor hen onbekende woorden. Onder
'woordenschat' vallen ook begrippen die het kinderen mogelijk maken
over taal te denken en te spreken.
Natuur en Techniek
44. De kinderen leren bij producten uit hun eigen omgeving relaties te
leggen tussen de werking, de vorm en het materiaalgebruik.
Thema’s Koken, zintuigen, eigenschappen van materialen.
Vaardigheden Observeren (kijken, voelen, ruiken), verwoorden, benoemen, schrijven, bespreken.
Tijd 5 lessen van 1 uur
Leerdoelen
voor de
kinderen
De kinderen:
• leren observeren.
• leren vergelijkingen te maken tussen de materialen op basis van
waarneembare eigenschappen (kleur, geur en structuur/hoe voelt het
aan).
• leren dat verschillende materialen ook verschillend reageren als ze met
elkaar in contact komen.
• vergroten hun woordenschat.
Handige links De werkbladen download je van
http://onderwijsmiddelen.C3.nl/Lessenserie-Scheikundebril
4 Lessenserie: leren onderzoeken met chemie in groep 3 en 4
Overzicht van de lessen
Les 1 Je introduceert de drie vloeistoffen (water, azijn en olie). [In verband met de tijd
introduceer je de poeders in les 2]. In een groepsgesprek haal je met de kinderen hun
voorkennis van de betreffende vloeistoffen op en introduceer je een aantal ‘nieuwe’
woorden (zie de uitgebreide lesbeschrijving). De kinderen gaan de vloeistoffen
onderzoeken door ze los van elkaar te bestuderen en leggen hun observaties vast op
het werkblad. Je sluit de les af met een groepsgesprek waarin de kinderen benoemen
wat ze hebben gezien, gevoeld en geroken en proberen woorden te vinden die dit
goed beschrijven.
Les 2 Deze les verloopt hetzelfde als les 1, alleen introduceer je in deze les de drie poeders
(bakpoeder, poedersuiker en bloem).
Les 3 In deze les gaan de kinderen de drie vloeistoffen nader onderzoeken. De kinderen
bekijken de resultaten in groepjes. Je sluit de les weer af met een groepsgesprek over
de ontdekkingen van de kinderen. Hierbij benoem je nieuwe woorden en reikt nieuwe
woorden aan indien nodig.
Les 4 Nu doen de kinderen de vloeistoffen en de poeders bij elkaar. Ze onderzoeken wat er
gebeurt. Hun observaties schrijven ze op. Je bespreekt de resultaten. Hierbij is weer
aandacht voor nieuwe woorden.
Les 5 In deze les zetten jij en de kinderen alles op een rijtje. Wat hebben jullie de afgelopen
lessen gedaan en ontdekt met z’n allen. Je zorgt ervoor dat de kinderen alles nog een
keer verwoorden en nieuw geleerde woorden benoemen en bespreken. Daarna daag
je de kinderen uit met een probleem, waar ze een oplossing op moeten verzinnen.
Tip: Je kunt les 2 en 3 ook omdraaien. Dan observeer en onderzoek je eerst de vloeistoffen en
pas daarna introduceer je de poeders.
Lessenserie: leren onderzoeken met chemie in groep 3 en 4 5
Praktische voorbereiding voor de lessenserie
Basisbenodigdheden
Uitgaande van een klas van 30 kinderen heb je ongeveer de volgende hoeveelheden nodig
voor de gehele lessenserie. Per lesbeschrijving staat aangegeven hoeveel je nodig hebt voor
die les.
Vloeistoffen
• Water
• 1 fles olie (1 Liter) (zonnebloemolie is de goedkoopste
keuze)
• 1 fles natuurazijn (1 Liter) (natuurazijn heeft een lagere
concentratie azijnzuur (4%) dan schoonmaakazijn (8%))
Poeders
• 1 pot poedersuiker (250 gram)
• 1 pot bakpoeder of zuiveringszout (250 gram)
(natriumbicarbonaat zonder wijnsteenzuur, ook te koop bij
de toko of turk als baking soda). Om verwarring te
voorkomen noemen we dit in de verdere lessenserie
bakpoeder.
• 1 pak bloem (1 kilogram)
Andere materialen
• 150 doorzichtige bekers (glas of plastic)
(50 als je de bekers hergebruikt)
• 10 lepels
• 50 theelepels en/of 50 roerstaafjes
(minder als je de lepels hergebruikt)
• 15 borden
• Werkbladen
• Keukenpapier
Veiligheid
De gebruikte materialen in deze lessenserie zijn bij normaal gebruik niet gevaarlijk. Maar het
nemen van een slok azijn of bakpoeder is geen pretje. Voor de duidelijkheid is het handig om
de volgende regels voor de kinderen te hanteren tijdens de lessen.
• Lees voor je begint het werkblad goed door.
• Stop tijdens het uitvoeren van een proef niet je vingers in je mond en wrijf niet in je
ogen. Mocht dit toch gebeuren, spoel dan met water.
• Stop de materialen niet in je mond.
• Was na het doen van een proef je handen.
Ouder hulp in de les
Voor les 3 en 4 is het erg fijn om wat extra handen in de klas te hebben om te helpen. Ons
advies is per drie groepjes één begeleider.
Vooral bij het onderzoeken is het van belang dat je de begeleiders van tevoren instrueert dat ze
vooral vragen stellen aan de kinderen en niet zelf antwoorden gaan geven.
Kosten
Voor de vloeistoffen en poeders ben
je ongeveer €4,00 kwijt.
De kosten van de andere materialen
zijn afhankelijk of je de materialen
moet kopen of dat ze al op school
aanwezig zijn.
6 Lessenserie: leren onderzoeken met chemie in groep 3 en 4
Les 1 – Vloeistoffen observeren
Overzicht activiteiten in deze les
1. Een groepsgesprek: introductie van de vloeistoffen (20 min)
2. Zelf doen: de kinderen observeren de vloeistoffen (20 min)
3. Klassikale afsluiting: bespreken van de observaties (20 min)
Benodigdheden
Per tweetal:
• 3 doorzichtige (plastic) bekers gevuld met een laagje:
o Water
o Zonnebloemolie
o Natuurazijn
• Werkblad ‘Vloeistoffen observeren’
Voor de klas:
• Keukenpapier
1. Groepsgesprek: introductie van de vloeistoffen
Introduceer de drie vloeistoffen en haal voorkennis van de kinderen op. Bekijk de tips op blz. 17
voor praktische tips en vragen om te stellen tijdens het groepsgesprek.
Woordenschat stimuleren
Tijdens deze les ligt de nadruk op de ‘nieuwe’ woorden: onderzoeken, observeren, vloeistoffen
en eigenschappen. Bekijk de tips op blz. 17 voor het introduceren, gebruiken en bespreken van de
‘nieuwe’ woorden in de les.
2. Zelf doen: de kinderen observeren de vloeistoffen
De kinderen gaan de vloeistoffen los van elkaar onderzoeken. Ze noteren de gevonden
resultaten op het bijbehorende werkblad.
Praktische tips vooraf
• Bespreek met de kinderen de regels voor veiligheid tijdens de les. Zie de voorbereiding
van de lessenserie op blz. 5. Zet deze regels ook op het bord als de regels van het lab.
• Schenk van de vloeistoffen een klein bodempje in een aantal bekers, zodat ieder tweetal
een eigen bekertje heeft.
• Label de bekers met een letter of woord op een sticker of met een markeerstift, zodat je
weet wat erin zit.
• Projecteer het werkblad op het digibord en vul de rij voor ‘olie’ samen met de klas in.
Laat steeds per observatie meerdere kinderen naar voren komen en vertellen wat zij
zien, voelen en ruiken en vul het werkblad in.
• Laat één kind van ieder tweetal steeds één beker ophalen, onderzoeken en deze beker
terugbrengen, voordat ze een nieuwe beker krijgen. Zo voorkom je dat er veel bekers in
de klas staan en het knoeigevaar minder wordt.
• Zet een rol keukenpapier of leg een aantal vellen keukenpapier op iedere tafel, mocht er
toch geknoeid worden.
• De bekers met vloeistoffen kun je aan het einde van de les verzamelen en voor les 3
weer gebruiken.
Lessenserie: leren onderzoeken met chemie in groep 3 en 4 7
• De kinderen vragen waarschijnlijk of ze alles bij elkaar mogen doen. Beslis van tevoren
of je de kinderen dit wilt laten doen. Tip: Doe dit niet nu, maar aan het einde van les 3.
Tips voorafgaand aan de observatie:
• Kijken doen we met onze ogen.
• Voelen doen we door een vinger in de beker te steken, en daarna tussen je vingers te
wrijven.
• Ruiken doen we met onze neus boven de beker, niet in de beker.
• Bewegen doen we door de beker voorzichtig van links naar rechts te kantelen. (Doe
eventueel voor wat je bedoelt.)
Stel de volgende vragen/opmerkingen tijdens
het observeren:
• Kijk goed naar de vloeistof. Wat zie je
allemaal?
• Kun je iets zeggen over de kleur? Of
het doorzichtig is of niet?
• Hoe voelt de vloeistof?
• Kun je nog een ander woord
bedenken om te beschrijven wat je
voelt, ziet, ruikt?
3. Klassikale afsluiting: bespreken
van de observaties
Bespreek met de kinderen wat ze hebben geobserveerd. Werk de observaties uit op het bord.
Bespreek met de kinderen welke woorden duidelijk zijn om te gebruiken. Laat andere kinderen
hierop reageren. Hadden zij vergelijkbare observaties? Gebruiken ze andere woorden? Laat de
kinderen elkaar helpen met woorden.
• Zie de tips op blz. 18 voor het bespreken van de observaties.
• Bekijk ook de mogelijke observaties die de kinderen kunnen doen in deze les op blz. 21.
Extra suggesties
Leg de link terug met de introductie, waarin je hebt besproken waarvan de kinderen de
vloeistoffen kennen. Past het gebruik van de vloeistoffen bij de observaties die ze hebben
gedaan?
• Denk aan: water om te drinken, mee te koken, wassen of douchen.
• Eventueel azijn in de dressing. Zijn er meer stoffen die zuur ruiken of smaken? Zou er
azijn inzitten?
• Olie om te bakken? (Kennen ze de geur van bakken of Popcorn?)
• Olie om te masseren? (Glad gevoel, droogt niet snel op)
8 Lessenserie: leren onderzoeken met chemie in groep 3 en 4
Les 2 – Poeders observeren
Overzicht activiteiten in deze les
1. Een groepsgesprek: introductie van de poeders (20 min)
2. Zelf doen: de kinderen observeren de poeders (20 min)
3. Klassikale afsluiting: bespreken van de observaties (20 min)
Benodigdheden
Per tweetal:
• 3 doorzichtige (plastic)bekers gevuld met een eetlepel:
o Poedersuiker
o Bakpoeder
o Bloem
• Werkblad ‘Poeders observeren’
1. Groepsgesprek: introductie van de poeders
Introduceer de drie poeders en haal voorkennis van de kinderen op. Bekijk de tips op blz. 17 voor
praktische tips en vragen om te stellen tijdens het groepsgesprek.
Woordenschat stimuleren
Tijdens deze les ligt de nadruk op de ‘nieuwe’ woorden: onderzoeken, observeren, poeders en
eigenschappen. Zie de tips op blz. 17 voor het introduceren, gebruiken en bespreken van de
woorden.
2. Zelf doen: de kinderen observeren de poeders
De kinderen gaan de poeders los van elkaar onderzoeken. Ze noteren de gevonden resultaten
in hun schrift of op het bijbehorende werkblad.
Praktische tips
• Bespreek met de kinderen de regels voor veiligheid tijdens de les. Zie de voorbereiding
van de lessenserie op blz. 5. Zet deze regels ook op het bord als de regels van het lab.
• Let op! Kinderen kennen poedersuiker en vinden dit erg lekker en zullen ervan gaan
snoepen. Bespreek dat dit tijdens de les niet mag. Bepaal of je de kinderen eventueel
wel wil laten proeven aan het einde van de les.
• Schep van ieder poeder een eetlepel in één van de bekers.
• Label de bekers met een letter of woord op een sticker of met een markeerstift, zodat je
weet wat er inzit.
• Deel een werkblad aan ieder groepje uit.
• De bekers met poeders kun je aan het einde van de les verzamelen en voor les 4 weer
gebruiken.
Lessenserie: leren onderzoeken met chemie in groep 3 en 4 9
De instructie voor de observatie
• Kijken doen we met onze ogen.
• Voelen doen we door een vinger in de beker te steken en daarna tussen je vingers te
wrijven.
• Ruiken doen we met onze neus boven de beker, niet in de beker.
Stel de volgende vragen tijdens het observeren:
• Kijk goed naar het poeder. Wat zie je allemaal?
• Kun je iets zeggen over de kleur? Is het wit of niet?
• Hoe voelt het poeder als je het tussen je vingers wrijft?
• Kun je nog een ander woord bedenken om te beschrijven wat je voelt, ziet, ruikt?
3. Klassikale afsluiting
Laat de kinderen de bekers weer netjes opruimen. Bespreek met de kinderen wat ze hebben
geobserveerd. Werk de observaties (op het werkblad) uit op het (digi)bord. Bespreek met de
kinderen welke woorden geschikt zijn om te gebruiken. Laat de kinderen elkaar helpen met
woorden.
• Zie de tips op blz. 18 voor het bespreken van de observaties.
• Bekijk ook de mogelijke observaties die de kinderen kunnen doen in deze les op blz. 20.
Extra suggestie
Leg de link terug met de introductie waarin je hebt besproken waarvan de kinderen de poeders
kennen. Past het gebruik van de poeders bij de observaties die ze hebben gedaan?
Bijvoorbeeld:
• Poedersuiker op je pannenkoek of gebak. (Op oliebollen, als het bijna oudjaar is).
Waarom gebruik je het daarop?
• Bloem om cake of pannenkoeken mee te bakken.
• Bakpoeder voor het gebruik in cakes.
10 Lessenserie: leren onderzoeken met chemie in groep 3 en 4
Les 3 – Vloeistoffen onderzoeken
Overzicht activiteiten in deze les
1. Een groepsgesprek: voorspellen wat er gaat gebeuren (20 min)
2. Zelf doen: de vloeistoffen onderzoeken; de kinderen gieten steeds twee vloeistoffen bij
elkaar en kijken wat er gebeurt (20 min)
3. Klassikale afsluiting: bespreken van de observaties (20 min)
Benodigdheden
Per groepje van vier kinderen:
• 2 x 3 doorzichtige (plastic)bekers
gevuld met een laagje:
o Water
o Zonnebloemolie
o Natuurazijn
• (eventueel) 3 lege doorzichtige
(plastic)bekers
• 3 roerstaafjes
• Werkblad ‘Vloeistoffen onderzoeken’
Voor de klas:
• Keukenpapier
1. Een groepsgesprek: voorspellen wat er gaat gebeuren
Je gaat met de kinderen in gesprek over de ideeën en voorspellingen die zij hebben over het bij
elkaar doen van de vloeistoffen. Zie de tips op blz. 18 voor het bespreken van voorspellingen.
Woordenschat stimuleren
Tijdens deze les ligt de nadruk op het gebruik van zoveel mogelijk woorden voor hun
observatie en de ‘nieuwe’ woorden: vloeistoffen, mengen, voorspellen, (hypothese), oplossen
(van poeders in de vloeistof). Zie de tips op blz. 17 voor het stimuleren van nieuwe woorden.
2. Zelf doen: de vloeistoffen onderzoeken
De kinderen gaan in groepjes van vier de verschillende vloeistoffen per twee samenvoegen. Ze
kijken per keer wat er gebeurt. Ze kunnen de gevonden resultaten noteren op het
bijbehorende werkblad.
Praktische tips
• Regel één of meerdere hulpouders tijdens deze les.
• Indien je de bekers van les 1 hebt bewaard, kun je deze nu opnieuw gebruiken.
• Zet voldoende keukenpapier neer per groepje.
• Bespreek duidelijk voordat de kinderen aan de slag gaan wat ze moeten doen. Zie
instructie hieronder.
• Doe het bij elkaar gieten van de vloeistoffen één keer voor.
• Zet voldoende bekers met bodempjes van de vloeistoffen klaar. Laat weer één kind
verantwoordelijk zijn voor het halen en brengen.
Lessenserie: leren onderzoeken met chemie in groep 3 en 4 11
• Plastic bekers kun je aan het einde van de
les weggooien. Dit scheelt
schoonmaakwerk.
• De kinderen zullen geheid vragen of ze
aan het einde alles bij elkaar mogen
doen. Bedenk van tevoren of je ze dit wilt
toestaan of niet.
Instructie voor het onderzoeken
1. Giet één soort vloeistof voorzichtig bij de
andere.
2. Kijk wat er gebeurt.
3. Gaan ze door elkaar, mengen ze?
4. Kijk naar de kleuren en ruik.
5. Roer de vloeistoffen daarna goed door
elkaar. Wat gebeurt er nu?
6. Laat de vloeistoffen dan weer rustig
worden.
7. Noteer alles op het werkblad.
3. Klassikale afsluiting: bespreken van de observaties
Bespreek wat de kinderen gevonden hebben in hun onderzoek en stimuleer ze om zo veel
mogelijk woorden te gebruiken.
• Zie de tips op blz. 18 voor het bespreken van de observaties.
• Bekijk ook de mogelijke observaties die de kinderen kunnen doen en toelichting op wat er
gebeurt in deze les op blz. 21.
12 Lessenserie: leren onderzoeken met chemie in groep 3 en 4
Les 4 - Vloeistoffen en poeders onderzoeken
Overzicht activiteiten in deze les
1. Een groepsgesprek: voorspellen wat er gaat gebeuren (20 min)
2. Zelf doen: de vloeistoffen en poeders onderzoeken; de kinderen gieten een vloeistof op
een schepje poeder en kijken wat er gebeurt. (40 min)
3. Klassikale afsluiting: bespreken van de observaties (20 min)
Let op! deze les duurt wat langer omdat het onderzoeken van alles vloeistoffen en poeders
meer tijd in beslag neemt. Dit kun je oplossen door de vloeistoffen over de groepjes te
verdelen.
Benodigdheden
Per groepje:
• 3 doorzichtige (plastic)bekers
gevuld met een laagje:
o Water
o Zonnebloemolie
o Natuurazijn
• 3 doorzichtige (plastic)bekers
gevuld met een eetlepel:
o Poedersuiker
o Bakpoeder
o Bloem
• 6 theelepels
• 3 roerstokjes
• Een bord
• Werkblad ‘Vloeistoffen en poeders
onderzoeken’
• Keukenpapier
1. Een groepsgesprek: voorspellen wat er gaat gebeuren
Je gaat met de kinderen in gesprek over de ideeën en voorspellingen die zij hebben over het bij
elkaar doen van de vloeistoffen. Zie de tips op blz. 18 voor het bespreken van voorspellingen.
Woordenschat stimuleren
Tijdens deze les ligt de nadruk op het gebruik van zoveel mogelijk woorden voor hun
observatie en de ‘nieuwe’ woorden: vloeistoffen, mengen, voorspellen, (hypothese), oplossen,
deeg, beslag.
Zie de tips op blz. 17 voor het stimuleren van nieuwe woorden.
2. Zelf doen: de vloeistoffen en poeders onderzoeken
De kinderen gaan in groepjes van vier de vloeistoffen en poeders om de beurt samenvoegen.
Ze kijken per keer wat er gebeurt. Ze kunnen de gevonden resultaten in hun schrift noteren of
op het bijbehorende werkblad.
Praktische zaken
• Olie geeft vettigheid/plakkerige tafels.
o Daarom doen de kinderen het onderzoek met olie als laatste.
o Gebruik bordjes die in de vaatwasser kunnen of die je weg kunt gooien aan het
einde van de les.
o Of doe olie alleen als demonstratie voor de klas.
• Doe één keer voor de klas voor wat ze moeten doen met de drie schepjes poeder op het
bord en een vloeistof.
Lessenserie: leren onderzoeken met chemie in groep 3 en 4 13
• Zie blz. 21 om te zien wat er gebeurt als je de vloeistoffen en poeders mengt.
• Regel hulpouders of andere begeleiders die kunnen helpen tijdens deze les. Ga hierbij
uit van één begeleider per drie groepjes van vier kinderen.
• Zet voldoende keukenpapier neer per groepje. Hiermee maken ze tussen de
verschillende vloeistoffen hun bord en roerstokjes schoon en kunnen ze de tafel
schoonmaken als ze knoeien.
• Bespreek duidelijk voordat de kinderen aan de slag gaan wat ze moeten doen.
• Zet voldoende bekers met bodempjes van de vloeistoffen en bakjes met één eetlepel
poeder klaar. Laat weer één kind verantwoordelijk zijn voor het halen en brengen van
de spullen.
• Laat de kinderen steeds de drie poeders met één vloeistof onderzoeken. Als ze de
vloeistof met alle poeders gedaan hebben, maken ze hun bord schoon met
keukenpapier en kiezen ze de volgende vloeistof. Als ze alle drie de vloeistoffen doen, is
het aan te raden om olie als laatste te doen.
Instructie voor het onderzoeken
1. Haal 3 bekers met de poeders en 1 beker met vloeistof.
2. Schep van ieder poeder een klein schepje op het bord.
3. Schep voorzichtig 1 theelepel vloeistof bij de schepjes poeder.
4. Observeer wat er gebeurt.
5. Gaan ze door elkaar, mengen ze? Lost het poeder op?
6. Kijk naar de kleur en de textuur.
7. Ruik eraan.
8. Voel voorzichtig met je vinger.
9. Roer de vloeistof en het poeder goed door elkaar. Wat gebeurt er nu?
10. Wat zie je nu gebeuren?
11. Laat het mengsel van vloeistof en poeder dan weer rustig worden.
12. Noteer alle observaties op het werkblad.
3. Klassikale afsluiting: bespreken van de observaties
Bespreek wat de kinderen gevonden hebben in hun onderzoek en stimuleer ze om zo veel
mogelijk woorden te gebruiken.
• Zie de tips op blz. 18 voor het bespreken van de observaties.
• Bekijk ook de mogelijke observaties die de kinderen kunnen doen en toelichting op wat er
gebeurt in deze les op blz. 21.
Opvallende resultaten
• Bij het mengen van de vloeistoffen en poeder zijn verschillende resultaten mogelijk,
wanneer verschillende hoeveelheden gebruikt worden.
• Dit verschil in observaties is een interessant uitgangspunt om verder op in te gaan.
Vraag de kinderen hoe ze denken dat dit komt. Zie ook de tips op blz. 18.
• Kijk ook naar les 5 voor suggesties voor vervolgactiviteiten en -onderzoek.
14 Lessenserie: leren onderzoeken met chemie in groep 3 en 4
Les 5 – Extra activiteiten om de ervaringen te verwerken
Mogelijke activiteiten
1. Het spelletje: raad de vloeistof of poeder
2. Onderzoek: vaststellen wat er in de potjes zit
3. Reflectie: wat hebben we geleerd?
4. Vervolgonderzoek
5. Meer doen met de benodigdheden
Woordenschat stimuleren
Tijdens deze activiteiten ligt de nadruk op het reflecteren en toepassen van de kennis die de
kinderen in de afgelopen lessen hebben opgedaan. Hierbij is natuurlijk ook veel aandacht voor
de woorden die ze geleerd hebben en het toepassen hiervan.
1. Het spelletje: raad de vloeistof of poeder
Noem drie eigenschappen van een stof. De rest van de klas mag dan raden over welke stof het
gaat. Waarvoor de stoffen gebruikt worden en waar ze vandaan komen mag niet genoemd
worden. Dat hebben we namelijk niet zelf ontdekt.
Je kunt dit eerst klassikaal (voor)doen en het daardoor de kinderen in groepjes laten uitvoeren.
Een andere variant is om een stof in je hoofd te nemen en de kinderen vragen te laten stellen
om erachter te komen welke stof het is. Let er dan op dat er vragen over de eigenschappen
gesteld worden en geen gokvragen, zoals ‘is het bakpoeder?’, of ‘is het poedersuiker?’
Dit kan verrassende situaties opleveren. Een voorbeeld:
L1: “Het is wit, ruikt lekker en het voelt heel zacht.”
L2: “Bakpoeder.”
L3: “Nee, bloem.”
L4: “Ik denk poedersuiker.”
LK: We komen er niet uit. We hebben niet de juiste woorden gebruikt om een goede omschrijving te
geven. Wat nu?
…
LK: “Kom op jongens, echte wetenschappers moeten toch ook met elkaar praten? Hoe gaan we dit
oplossen?”
L5: “We moeten niet wit zeggen, bloem is donkerder dan de rest. Het moet duidelijker.”
L6 :“Ja, en ik vind bakpoeder helemaal niet lekker ruiken, maar hij wel. Dan kun je dat toch ook niet
zeggen?”
L5: “We moeten meer kleurnamen hebben en ook voor de geur moet dat!”
Lessenserie: leren onderzoeken met chemie in groep 3 en 4 15
2. Onderzoek: vaststellen wat er in de potjes zit
Je geeft de kinderen een opdracht om te onderzoeken. Hierbij moeten ze hun opgedane kennis
toepassen om te ontdekken welke vloeistof of welk poeder in welk potje zit.
Benodigdheden
Per groepje:
• Een potje of beker met een onbekende vloeistof of poeder
• Water
• Azijn
• Poedersuiker
• Zuiveringszout
• Bloem
• Genoeg bakjes/bordjes om de vloeistoffen en poeders te mengen
• Lepeltjes/pipetjes
• Keukenpapier
Praktische tips
• Bedenk welke poeders of vloeistoffen je ze wilt laten uitzoeken. Bijvoorbeeld
poedersuiker en bakpoeder. Poedersuiker lost op in water en azijn; bakpoeder gaat
bruisen bij water en azijn. Bij azijn gaat het heftiger bruisen.
• Laat de kinderen oplossingen bedenken.
• Stimuleer ze hun opgedane kennis van de afgelopen lessen te gebruiken. Projecteer of
hang hun bevindingen in de klas als ze iets willen terugzoeken.
• Laat ze deze oplossingen voor de klas of in groepjes uitproberen.
• Zorg voor voldoende materiaal om de test uit te proberen.
Introductie van het probleem/spel
• Ik ben vergeten op te schrijven wat ik waar in heb gedaan.
• We hebben ze hier staan, maar op de flesjes staat niet wat er in zit. De vraag is dus: hoe kun
je weten welk poeder in welk flesje zit?
• Welke eigenschappen van de materialen kun je gebruiken om te weten te komen in welk
potje wat zit?
Afsluiting van het spel
Laat de kinderen vertellen hoe ze hebben onderzocht wat er in de beker zit. Besteed hierbij ook
aandacht aan hun argumenten waarom ze denken dat het die vloeistof of dat poeder is.
3. Reflectie: wat hebben we geleerd?
De kinderen hebben een hoop nieuwe kennis opgedaan in de afgelopen lessen. Laat ze hierop reflecteren door middel van een van de volgende activiteiten.
Wat hebben we ontdekt tijdens de lessen/ geleerd over de stoffen?
Laat de kinderen samenvatten wat ze nu weten over de materialen en wat ze hebben geleerd tijdens de lessen. Mogelijkheden:
• Gezamenlijk, per groepje of individueel een woordweb of mindmap maken.
• Per groepje een placemat invullen over wat ze hebben geleerd.
• Een verslag, poster, presentatie of toneelstuk maken over het onderzoek.
16 Lessenserie: leren onderzoeken met chemie in groep 3 en 4
Bespreken van de toepassing van de vloeistoffen en poeders
Leg de verbinding met de eerdere lessen waarin je hebt besproken waarvoor de vloeistoffen en
poeders gebruikt worden. Past het gebruik van de poeders bij de observaties die ze hebben
gedaan?
Bijvoorbeeld:
• De eigenschappen van poedersuiker. Lost op net als suiker in je thee.
• De eigenschappen van bakpoeder benoemen. Inzoomen op: bakpoeder maakt een
cake luchtig, het bruist. Laten zien: bakpoeder gaat bruisen bij azijn.
• Bloem zorgt voor beslag of deeg, hierdoor kun je er brood, koekjes en pannenkoeken
van bakken.
4. Vervolgonderzoek
Met de vloeistoffen en poeders die gebruikt worden in deze les is nog veel meer te
onderzoeken. Enkele suggesties:
• Bij het mengen van de vloeistoffen en poeders ontstaan verschillen in het resultaat. Dit
heeft te maken met verhoudingen die gebruikt worden. Hoe kunnen de kinderen
ervoor zorgen, dat iedereen hetzelfde resultaat krijgt bij het mengen van de poeders en
vloeistoffen? Dit biedt een mooie start om verhoudingstabellen te behandelen.
• Ervaren dat het lastig is om hetzelfde resultaat te verkrijgen met dezelfde vloeistoffen
en poeders is een mooie opstap naar het onderzoeken van gebruik van
meetapparatuur, zoals een weegschaal en maatbekers, en de standaardafspraken die
gebruikt worden in recepten, zoals een eetlepel = 15 mL of een theelepel = 5 mL.
• Kinderen kunnen recepten in kookboeken opzoeken en bekijken welke ingrediënten
gebruikt worden. Hierbij kunnen ze op basis van hun ervaringen beredeneren waarom
er voor bepaalde ingrediënten gekozen.
5. Meer doen met de benodigdheden
Met de benodigdheden van deze lessenserie zijn nog veel meer proeven te doen. Zoals:
Proef: Schilderen met bloem Proef: Deegklei Proef: Elektrisch slijm
www.C3.nl/kids/schilderen-met-bloem www.C3.nl/kids/deegklei www.C3.nl/kids/elektrisch-slijm
Kijk ook op www.C3.nl/kids. Hier vind je meer dan 100 proeven en bijna 40 kinderpagina’s
waarmee kinderen zelf aan de slag kunnen.
Met behulp van de filter www.C3.nl/kids/voor-volwassenen/filter-proeven-kinderpaginas/ kun
je specifiek zoeken naar proeven en kinderpagina’s passend bij thema’s, leeftijd of beschikbare
tijd.
Lessenserie: leren onderzoeken met chemie in groep 3 en 4 17
Toelichting op het behalen van de lesdoelen
Woordenschat vergroten
Deze lessenserie biedt ruime mogelijkheden om aan de woordenschat van de kinderen te
werken. Kinderen moeten woorden en begrippen aangereikt krijgen, want deze kennen ze
(mogelijk) nog niet. Om de nieuwe woorden en begrippen eigen te maken is bespreken
ontzettend waardevol. Per les staat een lijstje met ‘nieuwe’ woorden die je de kinderen aan kunt
reiken in de les. Door de woorden tijdens de les regelmatig te gebruiken in te benoemen in de
context maken de kinderen de woorden eigen.
Tips om tijdens de les de nieuwe woorden aan te reiken
In welke situaties kun je aandacht besteden aan de nieuwe woorden?
• Gebruik de nieuwe woorden tijdens de les in ieder geval zelf. Zo geef je het goede
voorbeeld en de kinderen raken bekend met de woorden en hoe ze te gebruiken.
• Zet de woorden tijdens de les op het bord. Dan kunnen de kinderen af en toe
terugkijken welke woorden ze nodig hebben. Beschouw dit terugkijken als iets positiefs;
het kind is bewust bezig zich duidelijk uit te drukken. Stimuleer dit gedrag.
• De groepsgesprekken tijdens de introductie en klassikale afsluiting van de lessen zijn
goede momenten om te werken aan het vergroten van de functionele woordenschat. In
de introductie noem jij de nieuwe woorden voor de eerste keer. Hiermee toon je de
kinderen het gebruik en de context van de woorden. Daarna gaan de kinderen aan de
slag om eigen zintuiglijke waarnemingen op te doen waardoor ze een kapstok creëren
om de nieuwe woorden aan te koppelen. Aan het einde van elke les komen de woorden
weer terug in het gesprek. Stimuleer de kinderen om de woorden zelf actief toe te
passen. Vraag kinderen zinnen opnieuw te formuleren met de juiste woorden en laat ze
zeker op het bord terugkijken.
Groepsgesprekken voeren
Een groepsgesprek in de klas voeren doet iedereen op zijn eigen manier. Dit onderdeel van de
les is dan ook afhankelijk van hoe jij gewend bent met de kinderen te spreken. Kies voor een
vertrouwde opzet die je normaal hanteert met de kinderen.
Tips voor het groepsgesprek tijdens de introductie van les 1 en 2
In les 1 en 2 ga je met de kinderen in gesprek over wat ze al weten over de vloeistoffen en
poeders.
Praktische tips
• Laat de verpakkingen en een doorzichtige beker gevuld met de vloeistof of poeder zien.
• Laat een kind naar voren komen om de beker van dichtbij te bekijken en te vertellen
wat hij/zij weet over de vloeistof of poeder.
• Maak samen met de kinderen een woordweb van de voorkennis van de kinderen op het
bord.
• Zet de ‘nieuwe’ woorden op het bord.
Vragen om te stellen
• Wie kent dit?
• Waar ken je het van?
• Heb je het zelf gebruikt?
18 Lessenserie: leren onderzoeken met chemie in groep 3 en 4
• Waarvoor heb je het gebruikt? Of weet je waarvoor het gebruikt wordt?
• Wie gebruikt het?
• Wat doet hij/zij er dan mee?
Tips voor het groepsgesprek tijdens de introductie van les 3 en 4
In les 3 en 4 ga je met de kinderen in gesprek over wat ze denken dat er gaat gebeuren in het
onderzoek. Je bespreekt dus hun voorspellingen, of formeel gezegd hun hypothese.
Tips voor het bespreken van voorspellingen/hypotheses
• Bespreek met de kinderen dat hun voorspellingen niet goed of fout zijn. Je geeft geen
oordeel over een voorspelling. Je weet vaak immers nog niet wat er gaat gebeuren.
Daarom doe je ook onderzoek.
• Je gaat daarom ook niet kijken of de voorspellingen ‘kloppen’. Je gaat kijken of er
gebeurt, wat ze denken dat er gaat gebeuren. (Het leukste en verrassendste is als er iets
gebeurt wat ze niet verwacht hebben. Dat zet ze aan tot denken.)
• Noteer wat er bedacht wordt op het bord, om dit aan het eind van de les terug te
kunnen lezen.
Vragen om te stellen
• In les 1/2 hebben we vloeistoffen/poeders onderzocht. Wie weet nog wat we toen hebben
ontdekt?
• In deze les gaan jullie onderzoeken wat er gebeurt als we de vloeistoffen bij elkaar voeg of ga
mengen.
• Wat zou er kunnen gebeuren als ik twee vloeistoffen/poeders bij elkaar voeg?
• Wat denken jullie dat er gebeurt als ik water en olie bij elkaar voeg? Waarom denk je dat?
• Wat denken jullie dat er gebeurt als ik ... en ... bij elkaar voeg?
Tips voor het bespreken van de observaties in de afsluiting
• Gebruik de werkbladen, bijvoorbeeld geprojecteerd op het digibord, om de observaties
van de kinderen te bespreken. Eventueel kun je antwoorden op het bord verzamelen.
Vragen om te stellen
• Wat hebben jullie geobserveerd?
• Wat hebben jullie gezien/geroken/gevoeld?
• Hebben de anderen dat ook gezien/geroken/gevoeld?
• Dus je hebt … gezien/geroken/gevoeld.
o Begrijpt iedereen wat je daarmee bedoelt?
o Wie kan ... eventueel helpen?
o Is iedereen het daarmee eens? Zo niet, hoe komt het dat we verschillen hebben
gezien?
o Of hebben jullie iets anders geobserveerd?
o Of willen jullie daar een ander woord voor gebruiken?
• Wat kunnen we nu zeggen over de eigenschappen van …?
Lessenserie: leren onderzoeken met chemie in groep 3 en 4 19
Waardevolle leersituaties creëren
Verschillen in observaties
De kinderen zijn het niet altijd eens met de observatie van een ander. Bespreek wanneer dit
gebeurt met de kinderen dat het bij een observatie niet gaat om goed of fout. Er kunnen ook
daadwerkelijk verschillen zijn ontstaan. Het is goed om stil te staan bij het ontstaan van die
verschillen.
Vragen om de kinderen aan het denken te zetten
- Hoe zouden de verschillen komen?
- Zouden echte onderzoekers hier ook last van hebben?
- Kan dat een probleem zijn?
- Hoe zouden die dit oplossen?
Meningen en feiten
De vloeistoffen en poeders hebben bepaalde eigenschappen dat zijn de feiten. Wat de
kinderen daarvan vinden is hun mening. Iedereen heeft een eigen mening over hoe iets er
uitziet, ruikt of voelt. De woorden vies en lekker zullen ook zeker voorbij komen. Stimuleer de
kinderen om hier een ander woord voor te kiezen of te proberen te beschrijven wat ze dan
precies vies vinden. Waarom vinden ze iets vies? Wellicht omdat het zuur ruikt. Het zuur ruiken
is een feit, iets vies vinden is een mening.
Vragen om de kinderen de feiten te benoemen
• Kunnen jullie ook woorden verzinnen die de vloeistof wel beschrijven, maar niet gelijk
verklappen wat je ervan vindt?
• Doet het gevoel, de geur of kleur van … je aan iets anders denken?
Vragen om te stellen om meer duidelijkheid te krijgen over vies of lekker
• Wat vind je precies (niet) lekker?
• Op wat voor manier vind je het niet lekker?
• Voelt het stug? Of glad? Of ruw?
• Houd je daar niet of wel van? Vind je dat wel of niet fijn?
• Prikt de geur in je neus?
20 Lessenserie: leren onderzoeken met chemie in groep 3 en 4
Toelichting op de observaties in de lessen De kinderen en jijzelf gaan alledaagse materialen uit de keuken bestuderen. Wat valt daar
eigenlijk allemaal aan te ontdekken en wat zijn de eigenschappen die de kinderen kunnen
vinden?
Observaties in les 1 en 2
In les 1 en 2 gaan de kinderen observeren. Hieronder geven we een lijst van de materialen en de
eigenschappen en woorden die de kinderen kunnen gebruiken en die je de kinderen tijdens de
lessen aan kunt reiken. Dit betekent niet dat de kinderen verplicht zijn deze te noemen of aan
het einde van de lessenserie te weten. Het belangrijkste is het gesprek. Laat de kinderen hun
ervaringen verwoorden en leg de nadruk op het begrijpen van elkaars verhaal. (Zo wordt de
woordenschat functioneel).
Les 1 – observaties van de vloeistoffen (antwoorden van kinderen)
Les 2 – observaties van de poeders (antwoorden van kinderen)
Observaties Ik zie… Ik ruik… Ik voel…
Poedersuiker Wit fijn poeder
Heel kleine korreltjes
Zoet Fijne korreltjes,
plakken een beetje,
glad, zacht
Bakpoeder Wit fijn poeder, kristallen,
glitters, klontjes
Niets, kruiden,
peper, pittig
Kleine korreltjes,
plakken niet, voelen
hard, beetje zacht
Bloem Gebroken wit, geel/wit
poeder
Donkerder dan poedersuiker
en bakpoeder
Bij stilstaan komen er
scheuren
Deeg Fijne korreltjes,
plakken een beetje,
heel zacht (zachts)
Observaties Ik zie… Ik ruik… Ik voel… Als ik de beker beweeg zie ik
…
Olie Licht geel
Doorzichtig
Olie, frituur,
bakken,
popcorn
Vet, glad,
soepel, zacht,
glibberig
Plakt aan de randen, loopt
langzaam terug, bubbeltjes
Water Kleurloos
Doorzichtig
Helder
Niets, fris Nat, glad,
glibberig, koud,
stroef
Plakt niet aan de randen,
loopt snel terug, water
beweegt door, bubbeltjes,
golven
Azijn Kleurloos
Doorzichtig
Zuur, prikt in
je neus
Nat, ruw, stroef,
prikt bij een
wondje
Plakt niet aan de randen,
blijven wel kleine druppeltjes
achter, loopt snel terug,
bubbeltjes
Lessenserie: leren onderzoeken met chemie in groep 3 en 4 21
Observaties in les 3
Wanneer de kinderen de vloeistoffen met elkaar gaan mengen vinden ze de volgende
resultaten
Kijken en ruiken Roeren na 2 minuten
Olie +
Water
Olie drijft op water, water
is onder
Kleine bellen olie door
het water
Grote bellen, olie gaat
weer drijven
Water +
Azijn
Kleur blijft hetzelfde;
doorzichtig
Blijft hetzelfde Blijft hetzelfde
Olie +
Azijn
Zuur, prikt in je neus
Olie drijft, azijn is onder
Kleine bellen olie
Kleine bellen worden
grote bellen.
Verklaring voor wat er gebeurt
Olie en water mengen niet met elkaar. Als de kinderen olie en water hard roeren lijken olie en
water met elkaar te mengen, maar als je stopt met roeren vormen er druppels die zich scheiden
in twee lagen. Erg leuk om naar te kijken.
Deze resultaten hebben met twee eigenschappen van de olie en het water te maken:
1. De dichtheid van olie en water is anders. Olie is lichter per volume (gewicht per cm3) dan
water en ‘drijft’ daarom op het water.
2. Olie is hydrofoob (waterafstotend) en mengt dus niet met water.
Observaties in les 4
De poeders en vloeistoffen reageren allemaal anders met elkaar. Zie in de onderstaande tabel,
wat er gebeurt bij het mengen van de vloeistoffen met de poeders.
Gemengd
met
Water Olie Azijn
Poedersuiker Lost op Lost niet op, lijkt op
een glazuur papje,
wittig mengsel
Lost op, minder snel
dan in water
Bakpoeder Lost niet op, wittig
mengsel/papje
Lost niet op, wordt
een doorzichtig wit
papje
Bruist heel erg, lost
niet op
Bloem Lost niet op, vormt beslag
of deeg vorming als je gaat
roeren of kneden
Lost op, krijgt een
bruine kleur, beslag of
deeg vorming als je
gaat roeren of kneden
Mengt niet, beslag of
deegvorming als je
gaat roeren of
kneden
Verklaring voor wat er gebeurt
Poedersuiker
Poeder lost in water en azijn op, maar niet in olie. Net zoals ‘gewone’ suiker oplost in thee of
koffie. Suiker heeft de eigenschap dat het hydrofiel (houdt van water) is en water en suiker
mengen hierdoor heel goed. Echter zijn de moleculen zo klein dat je ze niet kunt zien. Door het
mengen met het water, lijkt de suiker te ‘verdwijnen’ in het water. Je kunt nog wel bewijzen dat
de suiker er is door te proeven van het water, of door het water te laten verdampen (door heel
lang te laten staan), want dan blijft er suiker op de bodem achter.
Olie is hydrofoob (houdt niet van water) en omdat suiker hydrofiel is houdt olie ook niet van
suiker. Daarom willen olie en suiker niet op dezelfde manier mengen als water en suiker.
22 Lessenserie: leren onderzoeken met chemie in groep 3 en 4
Bakpoeder
Voor duidelijke verschillen te creëren gebruiken we in deze lessenserie zuiveringszout of
bakpoeder zonder wijnsteenzuur onder de noemer bakpoeder
Zuiveringszout lost niet op in water en olie en gaat bruisen bij azijn.
Zuiveringszout is een rijsmiddel gemaakt van natriumwaterstofcarbonaat (NaHCO3). Wanneer
zuiveringszout in aanraking komt met azijnzuur treedt een chemische reactie op. Bij deze
reactie ontstaat een gas (koolstofdioxide/ CO2) en zie je bubbels ontstaan.
Bakpoeder met wijnsteenzuur (indien gebruikt)
Bakpoeder met wijnsteenzuur lost niet op in olie en gaat bruisen bij water en azijn.
Bakpoeder is een mengsel van een rijsmiddel gemaakt van natriumwaterstofcarbonaat
(NaHCO3) en wijnsteenzuur. Wanneer bakpoeder in aanraking komt met water reageren het
natriumwaterstofcarbonaat en het wijnsteenzuur met elkaar. Bij deze reactie ontstaat een gas
(koolstofdioxide/CO2) en zie je bubbels ontstaan. Door de aanwezigheid van azijn ontstaat er
sneller gas.
Bloem
Tarwebloem is een mengsel van eiwitten en zetmeel. De eiwitten in bloem zijn gluten. Gluten
zijn lange ketens, die onoplosbaar zijn in water. Wanneer bloem met water (of een andere
vloeistof) gemengd wordt komen de gluten in contact met het water en vormen een netwerk;
het glutennetwerk. In het glutennetwerk worden water en het zetmeel vastgehouden.
Afhankelijk van de verhouding vloeistof/bloem wordt door roeren of kneden beslag of deeg
gevormd.
Lessenserie: leren onderzoeken met chemie in groep 3 en 4 23
Colofon Deze lessenserie ‘Zet je (scheikunde)bril op!’ is een uitgave van:
Ontwikkeling: Merel Sprong, OnderwijsmetStijl.nl & Lia Oosterwaal, Rekenaarsinbeeld.nl &
Winnie Meijer, Stichting C3
Met dank aan: Marleen van der Velden en groep 4 van de St. Dominicusschool in Utrecht en
OBS De Cirkel in Utrecht.
Uiteraard is door Stichting C3 veel zorg aan deze lessenserie besteed. Stichting C3 aanvaardt echter geen
aansprakelijkheid voor schade die eventueel is ontstaan bij het geven van deze lessen.
Voor deze lessenserie van Stichting C3 geldt een Creative Commons
Naamsvermelding-NietCommercieel 4.0 Internationaal licentie (zie http://creativecommons.org/licenses/by-nc/4.0/).
© Stichting C3, November 2015
24 Lessenserie: leren onderzoeken met chemie in groep 3 en 4
Checklist voor de lessenserie Heb je:
� zelf de proeven een keer uitgeprobeerd?
� gekeken op www.C3.nl/kids/veiligheid voor tips?
� alle materialen die nodig zijn voor het uitvoeren van de proeven verzameld?
� voldoende werkbladen afgedrukt?
� ouders, of andere hulp, geregeld voor extra begeleiding?
� C3-proevenwaaiers op http://onderwijsmiddelen.C3.nl aangevraagd om uit te delen?
Veel plezier en succes met de lessenserie ‘Zet je (scheikunde)bril op’!
De materialen van Stichting C3 Alles wat Stichting C3 ontwikkelt voor kinderen in de basisschoolleeftijd is te vinden op www.C3.nl/kids. Hier
vinden kinderen proeven, feiten en weetjes over chemie en tips voor het geven van een spreekbeurt over
chemie.
Voor iedereen die een les of activiteit over chemie wil organiseren voor kinderen in de basisschoolleeftijd is er de
website http://onderwijsmiddelen.C3.nl Hier vind je alle materialen van Stichting C3 zoals proevenwaaiers,
lessuggesties, kinderpagina’s en nog veel meer.