Supplement bij Trendanalyse en hotspotmonitor IenM (2005...

43
Supplement bij Trendanalyse en hotspotmonitor IenM (2005)2010-2017 Versie 1.4 Datum 18 februari 2020 Status Concept

Transcript of Supplement bij Trendanalyse en hotspotmonitor IenM (2005...

Page 1: Supplement bij Trendanalyse en hotspotmonitor IenM (2005 ...publicaties.minienm.nl/download-bijlage/113328/... · 5.1 Moerdijkbrand (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)—32 5.2 Verbod op

Supplement bij Trendanalyse en hotspotmonitor IenM (2005)2010-2017

Versie 1.4

Datum 18 februari 2020

Status Concept

Page 2: Supplement bij Trendanalyse en hotspotmonitor IenM (2005 ...publicaties.minienm.nl/download-bijlage/113328/... · 5.1 Moerdijkbrand (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)—32 5.2 Verbod op

Pagina 2 van 43

Supplement bij IenM Trendanalyse en Hotspotmonitor (2005)2010-2017

Trendanalyse en hotspotmonitor IenM

(2005)2010-2017

● Colofon

Bestuurskern

Exploitatie

Den Haag

Contactpersoon R.W. van Belkum

Adviseur Informatie Management

[email protected]

Versie 1.4

Opdrachtgever CIO-raad

Auteur Ruth van Belkum (IenW-IBI), Karin Bornhijm (RWS), Aad

Breddels (ILT)

Projectnummer

Page 3: Supplement bij Trendanalyse en hotspotmonitor IenM (2005 ...publicaties.minienm.nl/download-bijlage/113328/... · 5.1 Moerdijkbrand (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)—32 5.2 Verbod op

Pagina 3 van 43

Supplement bij IenM Trendanalyse en Hotspotmonitor (2005)2010-2017

Trendanalyse en hotspotmonitor IenM

(2005)2010-2017

● Inhoud

● Colofon—2

● Inhoud—3

● Inleiding—4

1 Domein: Politiek en bestuur—7 1.1 Terugdraaien privatisering ProRail—7 1.2 Vliegveld Lelystad—8 1.3 A4 Delft – Schiedam—9 1.4 MH17 (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)—10

2 Domein: Economie—12 2.1 Crisis- en herstelwet—12

3 Domein: Veiligheid—14 3.1 BOB-campagne—14 3.2 Rubbergranulaat op kunstgrasvelden—15 3.3 Fipronil schandaal—16 3.4 Gifschip Probo Koala—17 3.5 Overstroming New Orleans—19 3.6 Nuclear Security Summit Den Haag—21 3.7 Aanvaring Stuw Grave (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)—22 3.8 Gewijzigde Tunnelwet—23 3.9 Ketelbrug incidenten—24 3.10 Nieuwe Botlekbrug—25

4 Domein: Verkeer en vervoer—27 4.1 Invoering maximumsnelheid 130 km/u (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)—27 4.2 Invoering rekeningrijden—28 4.3 Verdieping Westerschelde en ontpoldering—29

5 Domein: Natuur en milieu—32 5.1 Moerdijkbrand (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)—32 5.2 Verbod op gratis plastic tassen—33 5.3 Zandmotor—34 5.4 Afsluitdijk als icoon—35 5.5 Opwekking van windenergie op zee—37 5.6 Aardbevingen Groningen—39 5.7 Elektrische laadvoorzieningen op het hoofdwegennet—40 5.8 Urgenda—41

Page 4: Supplement bij Trendanalyse en hotspotmonitor IenM (2005 ...publicaties.minienm.nl/download-bijlage/113328/... · 5.1 Moerdijkbrand (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)—32 5.2 Verbod op

Pagina 4 van 43

Supplement bij IenM Trendanalyse en Hotspotmonitor (2005)2010-2017

Trendanalyse en hotspotmonitor IenM

(2005)2010-2017

● Inleiding

In dit Supplement dat hoort bij de Trendanalyse en Hotspotmonitor IenM

(2005)2010-20171 zijn de hotspots, die vallen onder artikel 5, 1, sub e, van het

Archiefbesluit 1995, nogmaals opgenomen en verder uitgewerkt. Op grond van dit

artikel kunnen in bijzondere gevallen archiefstukken die in een selectielijst zijn

gewaardeerd als te vernietigen alsnog worden gewaardeerd als te bewaren. Ook de

hotspots, die openbaar gepubliceerd zijn door het Nationaal Archief, staan in dit

Supplement.

Dit supplement is samengesteld t.b.v. de medewerkers die de Trendanalyse en

Hotspotmonitor in de operatie gebruiken. Daarom is het ook een levend document

en kunnen zaken aangescherpt en aangevuld worden om meer duidelijkheid te

geven omtrent de hotspot en de archivering ervan.

Het supplement is in beheer bij:

Ruth van Belkum, IenW-IBI-DCI / afd. Exploitatie, team Informatiehuishouding

en Karin Bornhijm, RWS-CD-dFF / afd. Documentair Informatiemanagement, cluster

Expertise.

Uitzondering van vernietiging: definitie en criteria Archiefbescheiden die voor vernietiging in aanmerking komen toch bewaard kunnen worden, omdat zij bijzonder zijn voor het orgaan. Gebeurtenissen voldoen aan één of meer van de volgende criteria:

1. Archiefbescheiden behorende bij zogenoemde hotspots. Een hotspot is ‘een

gebeurtenis of kwestie die leidt tot een opvallende of intensieve interactie tussen overheid en burgers of tussen burgers onderling.’ Het gaat daarbij om zaken die vanuit een geschiedkundig oogpunt bewaard dienen te worden;

2. Zaken met een uniek karakter;

3. Bijzondere gebeurtenissen;

4. Beeldbepalende, karakteristieke, bijzondere objecten;

5. Samenvattingen van gegevens;

6. Belangrijke burgers en functionarissen;

7. Bescheiden die vervangen wat door een calamiteit verloren is gegaan;

8. Precedenten: individuele zaken die leiden tot algemene regels;

9. Bescheiden waarbij vernietiging de logische samenhang zou verstoren;

Hotspots: definitie en criteria Een hotspot is een gebeurtenis of kwestie die zorgt voor een opvallende of

intensieve interactie tussen overheid en burgers en/of burgers onderling. Het gaat

dus om zaken die veel maatschappelijke beroering veroorzaken. Een hotspot voldoet

aan één of meer van de volgende criteria:

• Er is sprake van een (schokkende) gebeurtenis of reeks van gebeurtenissen

die voor veel maatschappelijke beroering zorgt en waarvoor uitzonderlijk veel

aandacht bestaat in de media. Bijvoorbeeld: de schietpartij in een

winkelcentrum in Alphen aan den Rijn (2011); de vuurwerkramp in Enschede

(2000); het neerstorten van vlucht MH17 (2014); het uitbreken van de

vogelgriep (2014).

• Er is sprake van een gebeurtenis of kwestie die belangrijke principiële

tegenstellingen tussen burgers aan het licht brengt, het debat over de kwestie

1 Versie 1.0, d.d. 8 mei 2019.

Page 5: Supplement bij Trendanalyse en hotspotmonitor IenM (2005 ...publicaties.minienm.nl/download-bijlage/113328/... · 5.1 Moerdijkbrand (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)—32 5.2 Verbod op

Pagina 5 van 43

Supplement bij IenM Trendanalyse en Hotspotmonitor (2005)2010-2017

Trendanalyse en hotspotmonitor IenM

(2005)2010-2017

maakt veel emoties los. Bijvoorbeeld: de discussie over Zwarte Piet (2013

e.v.).

• Er is sprake van een gebeurtenis of kwestie die aanleiding is voor een

intensief publiek debat over het functioneren van de Nederlandse overheid.

Bijvoorbeeld: het delen van de metadata van telefoonverkeer met de NSA

door de AIVD (2014); de Schipholbrand (2005).

• Er is sprake van een politieke kwestie waardoor de positie van de minister of

het Kabinet ernstig is bedreigd. Bijvoorbeeld: de fraude met toeslagen door

Bulgaren (2013); de nationalisatie van ABN-AMRO (2008).

Hotspotmonitor: instrument voor identificatie van

hotspots De hotspotmonitor is gericht is op het identificeren van gebeurtenissen en kwesties

in de samenleving die grote invloed hebben uitgeoefend op de activiteiten waar het

ministerie van Infrastructuur en Milieu verantwoordelijk voor was of een belangrijke

rol of bijdrage aan heeft geleverd. Hotspots waar het ministerie van Infrastructuur

en Milieu een indirecte rol heeft gespeelt zijn ook opgenomen in de monitor.

Bij de bepaling van de hotspots heeft de vraag of gebeurtenissen als te vernietigen

of te bewaren zijn gewaardeerd geen rol gespeeld (ook gebeurtenissen die als

blijvend te bewaren zijn gewaardeerd kunnen als hotspot worden aangemerkt).

Het doel van de periodieke hotspotmonitor is om ervoor te zorgen dat de

archiefbescheiden die betrekking hebben op deze hotspots worden aangewezen voor

blijvende bewaring.

De gehanteerde criteria en procedure zijn beschreven en vastgelegd in de

selectielijst voor de archiefbescheiden van het Ministerie van Infrastructuur en

Milieu vanaf 2010 , meer in het bijzonder in onderdeel 3.2.3 Criteria voor

uitzonderingen/op pagina 37.

Verhouding tot de Algemene Verordening

Gegevensbescherming (AVG) De AVG gaat uit van het principe van doelbinding: persoonsgegevens mogen enkel

verwerkt worden voor uitdrukkelijk omschreven en gerechtvaardigde doeleinden en

niet zomaar voor andere doeleinden. De AVG maakt daarbij een onderscheid tussen

gewone persoonsgegevens, bijzondere persoonsgegevens en strafrechtelijke

gegevens. Meer informatie hierover is te vinden op de website van de Autoriteit

Persoonsgegevens: https://autoriteitpersoonsgegevens.nl.

Voor blijvend te bewaren gegevens geldt ook de ‘archivering in het algemeen

belang’. Archivering in het algemeen belang is in de AVG beperkt tot

overheidsinstanties of openbare of particuliere organen die wettelijk verplicht zijn

om archiefbescheiden te beheren. Het uitgangspunt is dat archiefvormers

‘archivering in het algemeen belang’ al toepassen tijdens het verzamelen van

persoonsgegevens en dus niet alleen ná overbrenging naar een archiefbewaarplaats.

In het kader van ‘archivering in het algemeen belang’ is het permanent bewaren van

persoonsgegevens verenigbaar met de oorspronkelijke rechtmatige doeleinden

waarvoor ze zijn verzameld. De belangenafweging en motivatie tot het permanent

bewaren moet zijn neerslag vinden in de selectielijst, waarover, desgevraagd,

verantwoording moet kunnen worden afgelegd.

Page 6: Supplement bij Trendanalyse en hotspotmonitor IenM (2005 ...publicaties.minienm.nl/download-bijlage/113328/... · 5.1 Moerdijkbrand (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)—32 5.2 Verbod op

Pagina 6 van 43

Supplement bij IenM Trendanalyse en Hotspotmonitor (2005)2010-2017

Trendanalyse en hotspotmonitor IenM

(2005)2010-2017

Concreet vermeldt de selectielijst van het Ministerie van Infrastructuur en

Waterstaat reeds voor elk proces of en, zo ja, welke categorie persoonsgegevens

wordt verwerkt. Daarbij aansluitend wordt de wettelijke grondslag aangegeven op

basis waarvan de organisatie de gegevens oorspronkelijk heeft verwerkt en wordt

verduidelijkt welke persoonsgegevens (BSN, NAW-gegevens, medische gegevens,

IP-adressen, enzovoort) worden verwerkt. Een beslissing tot blijvende bewaring

wordt uiteindelijk gemotiveerd in de systeemanalyse. De hotspotmonitor bouwt

voort op de selectielijst en dient dus enkel de (eventuele) gewijzigde waardering te

verantwoorden, zonder alle informatie uit de selectielijst te hernemen.

Disclaimer Na vaststelling van de hotspotmonitor zal bepaald worden welke archiefbescheiden

uitgezonderd worden van vernietiging. Mogelijk zijn archiefbescheiden al vóór

vaststelling van een hotspotmonitor vernietigd volgens de geldende selectielijst. Het

is ook mogelijk dat archiefbescheiden met betrekking tot een hotspot niet

uitgezonderd worden van vernietiging omdat deze niet van belang zijn voor de

reconstructie van de hotspot.

Page 7: Supplement bij Trendanalyse en hotspotmonitor IenM (2005 ...publicaties.minienm.nl/download-bijlage/113328/... · 5.1 Moerdijkbrand (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)—32 5.2 Verbod op

Pagina 7 van 43

Supplement bij IenM Trendanalyse en Hotspotmonitor (2005)2010-2017

Trendanalyse en hotspotmonitor IenM

(2005)2010-2017

1 Domein: Politiek en bestuur

1.1 Terugdraaien privatisering ProRail

Domein Politiek en bestuur

Trend Verandering samenwerking met markt en burgers

Gebeurtenis Terugdraaien privatisering ProRail

Het kabinet draait de verzelfstandiging van ProRail terug. Het staatsbedrijf wordt een zelfstandig bestuursorgaan onder het ministerie van Infrastructuur.

Datering Oktober 2016 – nader te bepalen

Nadere omschrijving

Mede om de verantwoording richting de Tweede Kamer en de sturing structureel te verbeteren heeft het Kabinet op 29 april 2016 zijn voornemen geuit om van ProRail een publiekrechtelijke organisatie te maken.

Dit past bij het kabinetsbeleid om de uitvoering van publieke taken, bekostigd door de overheid, ook

publiekrechtelijk vorm te geven In het geval van ProRail gaat het om taken die de markt niet in concurrentie kan uitvoeren en om jaarlijkse uitgaven van ca. € 2 miljard die grotendeels door het Rijk worden gefinancierd.

Rol IenM Het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat bereidt de Wet Publiekrechtelijke omvorming ProRail voor. Met deze wet wordt de B.V. ProRail omgevormd naar een publiekrechtelijk zelfstandig bestuursorgaan met eigen rechtspersoonlijkheid. Dit wetsvoorstel regelt de inrichting van het zelfstandig bestuursorgaan, kent taken en

bevoegdheden toe aan het zelfstandig bestuursorgaan en regelt de verhouding tussen ProRail en de minister van Infrastructuur en Waterstaat.

Mogelijke andere

betrokken rijksorganisaties

ProRail, Autoriteit Consument en Markt (ACM)

Uitzondering van vernietiging

Niet van toepassing. Gebeurtenis heeft plaatsgevonden in het kader van uitvoeren van beleid. Archiefbescheiden komen al voor blijvende bewaring in aanmerking op basis van de Selectielijst voor de archieven van het ministerie van Infrastructuur en Milieu (IenM).

Verwijzing in de tekst

Blz. 7

Page 8: Supplement bij Trendanalyse en hotspotmonitor IenM (2005 ...publicaties.minienm.nl/download-bijlage/113328/... · 5.1 Moerdijkbrand (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)—32 5.2 Verbod op

Pagina 8 van 43

Supplement bij IenM Trendanalyse en Hotspotmonitor (2005)2010-2017

Trendanalyse en hotspotmonitor IenM

(2005)2010-2017

1.2 Vliegveld Lelystad

Domein Politiek en bestuur

Trend Vertrouwen in instituties onder druk

Gebeurtenis Vliegveld Lelystad

Lelystad Airport is het vliegveld dat dichtbij Lelystad ligt en is onderdeel van Schiphol Group. Op 31 maart 2015 werd officieel bekendgemaakt dat Lelystad Airport mag uitbreiden

met vakantievluchten om het vliegverkeer op Schiphol te

ontlasten. Tot 2033 mag Lelystad doorgroeien naar 25.000 vliegbewegingen per jaar – 34 vliegtuigen per dag.

Datering 30 maart 20122 – oktober 2017

Nadere

omschrijving

Het voornemen van het kabinet om in het kader van de

nationale capaciteitsvraag de mogelijkheden te creëren om het niet-mainport gebonden luchtverkeer op regionale luchthavens te accommoderen. Daarbij gaat het om circa 70.000 vliegtuigbewegingen per jaar tot en met 2020. In lijn met het Aldersadvies gaat het kabinet daarbij in eerste instantie uit van de verdere ontwikkeling van de luchthaven Lelystad (naast een vergroting van het aandeel civiel

luchtverkeer op de militaire luchthaven Eindhoven).

De ontwikkelingen tot en met 2015 passen binnen het huidige voorziene gebruik binnen de PKB. De tussen 2015 en 2020 voorziene ontwikkelingen passen in beginsel binnen de milieuruimte van de PKB. Voor de periode tot 2015 wordt voor Lelystad uitgegaan van 5.000 vliegtuigbewegingen.

Rol IenM In 2009 adviseerde Luchtverkeersleiding Nederland (LVNL) negatief over uitbreiding van Lelystad Airport. Het rapport van LVNL concludeerde dat het luchtruim te klein was en dat, om het vliegverkeer van Schiphol zo min mogelijk te hinderen – er op een lage hoogte moest worden gevlogen, wat minder efficiënt is. Dit rapport kwam in september 2017

pas naar buiten doordat het in handen kwam van Zembla. Daarnaast bleek in oktober 2017 dat er fouten waren gemaakt in de geluidsberekeningen in het MER-rapport (MER). Het vertrouwen in de correctheid van de cijfers door

de overheid, is door de gemaakte fouten weg. De opening van het vliegveld was gepland in 2019. Op 21 februari 2018 besluit minister Van Nieuwenhuizen om de opening

minstens een jaar uit te stellen tot 2020 met in de eerste jaren minder vluchten. In het eerste jaar zijn er maximaal 4.000 vliegbewegingen toegestaan, in het tweede jaar maximaal 7.000 vliegbewegingen en vanaf 2022 maximaal 10.000 vliegbewegingen. Dit besluit moet het vertrouwen van de inwoners terugwinnen.

Mogelijke andere betrokken rijksorganisaties

Luchtverkeersleiding Nederland (LVNL), Alderstafel

2 https://www.alderstafellelystad.nl/besluitvorming-2009-2014.html

Page 9: Supplement bij Trendanalyse en hotspotmonitor IenM (2005 ...publicaties.minienm.nl/download-bijlage/113328/... · 5.1 Moerdijkbrand (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)—32 5.2 Verbod op

Pagina 9 van 43

Supplement bij IenM Trendanalyse en Hotspotmonitor (2005)2010-2017

Trendanalyse en hotspotmonitor IenM

(2005)2010-2017

Uitzondering van vernietiging

Niet van toepassing. Gebeurtenis heeft plaatsgevonden in het kader van uitvoeren van beleid. Archiefbescheiden

komen al voor blijvende bewaring in aanmerking op basis van de Selectielijst voor de archieven van het ministerie van Infrastructuur en Milieu (IenM).

Verwijzing in de tekst

Blz. 11

1.3 A4 Delft – Schiedam

Domein Politiek en bestuur

Trend Vertrouwen in instituties onder druk

Gebeurtenis A4 Delft- Schiedam

In 2012 wordt gestart met de aanleg van de A4 Delft- Schiedam. Deze rijksweg is aangelegd om het drukke deel tussen Rotterdam en Den Haag op de A13 te ontlasten en filevorming op deze snelweg te voorkomen3. De reistijd op de A13 is in beide richtingen, zowel in de ochtend- als

avondspits met 9 minuten afgenomen.

Datering 26 april 2012 – 21 december 2015

Nadere omschrijving

Ook de bereikbaarheid van omliggende steden, zoals Schiedam, Delft, Rotterdam en Den Haag moeten met de aanleg van de snelweg verbeteren. De aanleg heeft uiteindelijk 2 miljard euro gekost. Door concessies die het

Rijk heeft moeten doen, heeft de aanleg bijna een ton per meter gekost, waarbij dit bij een ‘normale’ snelweg 10.000 tot 50.000 euro is. 4 In de jaren 50 was al discussie over de aanleg van de snelweg. Onder andere de gemeente Schiedam heeft de aanleg weten te vertragen vanwege zorgpunten over de luchtkwaliteit. Tussen 1968 en 1972 is zelfs al een keer begonnen met de aanleg, maar deze is

stilgelegd omdat omwonenden en natuurorganisaties in

protest gingen in verband met geluidshinder en het verlies van natuur. Daarnaast werden in de Tweede Kamervragen gesteld over de nut en noodzaak van de aanleg. Het Rijk heeft extra projecten uitgevoerd, ter compensatie voor de geluidsoverlast en het verlies van natuur. Zo ligt - om

geluidshinder te beperkende snelweg vanaf Delft 2,6 meter half verdiept en daarna loopt de weg 1,4 kilometer volledig verdiept. Daarnaast is om de ecologische structuur over de snelweg door te zetten, een eco-aquaduct aangelegd5. De snelweg is op 20 december 2015 geopend voor verkeer. De officiële opening vond plaats op 10 maart 2016.

3 http://www.iods.nl/programma/geschiedenis-a4-delft-schiedam-en-iods 4 https://www.gebiedsontwikkeling.nu/artikelen/betere-leefomgeving-door-een-snelweg/ 5 https://www.heijmans.nl/nl/projecten/a4-delft-schiedam/

Page 10: Supplement bij Trendanalyse en hotspotmonitor IenM (2005 ...publicaties.minienm.nl/download-bijlage/113328/... · 5.1 Moerdijkbrand (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)—32 5.2 Verbod op

Pagina 10 van 43

Supplement bij IenM Trendanalyse en Hotspotmonitor (2005)2010-2017

Trendanalyse en hotspotmonitor IenM

(2005)2010-2017

Rol IenM / RWS Rijkswaterstaat geeft opdracht voor de aanleg van de A4 Delft-Schiedam aan het consortium A4ALL

Mogelijke andere betrokken rijksorganisaties

Gemeenten Schiedam, Vlaardingen, Delft en Midden-Delfland, Stadsregio Rotterdam, Stadsgewest Haaglanden en het Hoogheemraadschap van Delfland.

Uitzondering van vernietiging

Niet van toepassing. Gebeurtenis heeft plaatsgevonden in het kader van uitvoeren van beleid. Archiefbescheiden

komen al voor blijvende bewaring in aanmerking op basis van de Selectielijst voor de archieven van het ministerie van

Infrastructuur en Milieu (IenM).

Verwijzing in de tekst

Blz. 12

1.4 MH17 (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)

Domein Politiek en bestuur

Trend Vertrouwen in instituties onder druk

Hotspot MH17

Op 17 juli 2014 is een Boeing 777-200ER van Malaysia Airlines met vluchtnummer MH17 neergehaald bij het Oost-Oekraïense dorp Hrabove in het Donetskbekken, in een gebied waar op dat moment een pro-Russische opstand gaande was. Aan boord waren 298 mensen, 283 passagiers en 15

bemanningsleden.

Datering 17 juli 2014 – 31 december 2019

Criteria Maatschappelijke beroering / media-aandacht ☒

Tegenstellingen tussen burgers / emoties ☐

Debat functioneren overheid ☐

Positie minister/kabinet ☐

Page 11: Supplement bij Trendanalyse en hotspotmonitor IenM (2005 ...publicaties.minienm.nl/download-bijlage/113328/... · 5.1 Moerdijkbrand (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)—32 5.2 Verbod op

Pagina 11 van 43

Supplement bij IenM Trendanalyse en Hotspotmonitor (2005)2010-2017

Trendanalyse en hotspotmonitor IenM

(2005)2010-2017

Nadere omschrijving

Op 1 maart 2016 heeft de Kamer bij motie kenbaar gemaakt dat alle relevante informatie omtrent het dossier MH17

blijvend bewaard dient te worden6. Het kabinet heeft zich aan deze motie gecommitteerd. In lijn met de motie heeft de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV) van het Secretarissen-Generaal Overleg (SGO) de opdracht gekregen het traject Rijksbreed te coördineren vanuit het Nationaal Archief. De uitvoering is belegd bij het project ‘Blijvend in ons geheugen: nationale crisis MH17’. De

afspraak is dat alle relevante en procesgebonden informatie omtrent het dossier Neerhalen vlucht MH17 door de betrokken

organisaties in kaart wordt gebracht en blijvend wordt bewaard. Dit betekent concreet dat de informatie is geïdentificeerd, geïndexeerd en duurzaam toegankelijk blijft.

Rol organisatie Beantwoording Kamervragen, sturen van Kamerbrieven, beleid verdedigen in Tweede Kamer, in International Civil Aviation Organization (ICAO) Assembly sept 2016, Nederland vertegenwoordigd. Beleidsverantwoordelijk voor aspecten luchtverkeer: luchtverkeersleiding, ATC, ATM, radar, etc. Analyses vluchtpatroon MH17, radaranalyses, etc., relatie voor luchtruimzaken met Europese Commissie, Eurocontrol en

ICAO.

Mogelijke andere betrokken rijksorganisaties

https://www.nationaalarchief.nl/archiveren/nieuws/project-blijvend-in-ons-geheugen-nationale-crisis-mh17

Uitzondering van

vernietiging

Ja. Gebeurtenis is aangemerkt als hotspot conform motie-

Omtzigt (Kamerstuk II, 2015/16, 33 997, 73). Archiefbescheiden komen voor blijvende bewaring in aanmerking op basis van de Selectielijst voor de archieven van het ministerie van Infrastructuur en Milieu (IenM).

Verwijzing in de

tekst

Blz. 12

6 https://zoek.officielebekendmakingen.nl/dossier/33996/kst-33997-73.html

Page 12: Supplement bij Trendanalyse en hotspotmonitor IenM (2005 ...publicaties.minienm.nl/download-bijlage/113328/... · 5.1 Moerdijkbrand (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)—32 5.2 Verbod op

Pagina 12 van 43

Supplement bij IenM Trendanalyse en Hotspotmonitor (2005)2010-2017

Trendanalyse en hotspotmonitor IenM

(2005)2010-2017

2 Domein: Economie

2.1 Crisis- en herstelwet

Domein Economie

Trend Economische crisis en herstel hieruit

Gebeurtenis Crisis- en herstelwet

Najaar 2008 brak een mondiale financiële en economische crisis uit. Het kabinet heeft, naast andere maatregelen, met spoed gezocht naar wegen om ruimtelijke en infrastructurele projecten te versnellen. Voortvarend is een

voorstel voor de Crisis- en herstelwet (Chw) tot stand gebracht en in september 2009 bij het parlement ingediend. De Chw moet helpen de crisis te bestrijden en een goed en duurzaam herstel van de economische structuur te bevorderen. De wet bevat maatregelen voor versnelling van infrastructurele en andere grote bouwprojecten en voor

projecten op het gebied van duurzaamheid, energie en innovatie.

Datering 31 maart 2010 – 28 maart 2013

Nadere omschrijving

De Crisis- en herstelwet (Chw) zorgt sinds 31 maart 2010 voor versnelling en vernieuwing in de ruimtelijke

planontwikkeling en de bouw. De Chw is tot stand gekomen in een periode van economische en financiële crisis. De Chw bevat mogelijkheden om ruimtelijke projecten vlot te trekken, procedures te versnellen en geeft stimulansen aan duurzame innovaties.

De Chw is in werking sinds 31 maart 2010. Volgens de

oorspronkelijke wet zouden de vereenvoudiging van het bestuursprocesrecht en de ‘bijzondere voorzieningen’ per 1 januari 2014 vervallen. Vanwege de positieve ervaringen met de toepassing van de Chw is inmiddels besloten om de wet voor onbepaalde tijd te verlengen en bovendien uit te breiden met enkele ‘quick wins’. Deze wijziging van de Chw

is op 25 april 2013 in werking getreden.

Rol IenM / RWS Het ministerie van Infrastructuur en Milieu (IenM) coördineert de uitvoering. Het ministerie heeft, samen met het ministerie van JenV, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) en andere partners, waaronder de NEPROM, tal van activiteiten ondernomen om het gebruik van de wet te bevorderen.

Mogelijke andere betrokken rijksorganisaties

Ministerie van Justitie en Veiligheid (JenV)

Uitzondering van

vernietiging

Niet van toepassing. Gebeurtenis heeft plaatsgevonden in

het kader van uitvoeren van beleid. Archiefbescheiden

komen al voor blijvende bewaring in aanmerking op basis

Page 13: Supplement bij Trendanalyse en hotspotmonitor IenM (2005 ...publicaties.minienm.nl/download-bijlage/113328/... · 5.1 Moerdijkbrand (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)—32 5.2 Verbod op

Pagina 13 van 43

Supplement bij IenM Trendanalyse en Hotspotmonitor (2005)2010-2017

Trendanalyse en hotspotmonitor IenM

(2005)2010-2017

van de Selectielijst voor de archieven van het ministerie van Infrastructuur en Milieu (IenM).

Verwijzing in de tekst

Blz. 14

Page 14: Supplement bij Trendanalyse en hotspotmonitor IenM (2005 ...publicaties.minienm.nl/download-bijlage/113328/... · 5.1 Moerdijkbrand (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)—32 5.2 Verbod op

Pagina 14 van 43

Supplement bij IenM Trendanalyse en Hotspotmonitor (2005)2010-2017

Trendanalyse en hotspotmonitor IenM

(2005)2010-2017

3 Domein: Veiligheid

3.1 BOB-campagne

Domein Veiligheid

Trend Maatschappelijk verlangen naar veiligheid

Gebeurtenis BOB-campagne

De campagne ‘Bob’ heeft als doel het rijden onder invloed van alcohol terug te dringen

Datering 2001 – Nader te bepalen

Nadere omschrijving

De BOB Campagne is een Europese campagne tegen het gebruik van alcohol in het verkeer en is ontstaan in België. Het Belgisch Instituut voor de Verkeersveiligheid (BIVV) bedacht de campagne in 1995, waar deze succesvol werd geïntroduceerd.

De Bob-campagne is een gezamenlijk initiatief van het ministerie van Infrastructuur en Milieu, STIVA en Veilig Verkeer Nederland (VVN). De campagne bevordert het nuchter autorijden. De Bob is de aanduiding van de persoon

in een gezelschap die nuchter blijft, zodat deze automobilist de mensen die wel drank op hebben veilig naar huis kan rijden. Door de positieve aanpak van de campagne is niet

drinken als je nog moet rijden een zeer breed gedragen norm geworden. STIVA levert een bijdrage aan deze campagne door het financieren van de activiteiten van VVN. Sinds de invoering van de Bob-campagne in 2001 daalt het aantal alcoholincidenten.

Rol IenM De Nederlandse voorlichtings- c.q. beïnvloedingscampagne tegen rijden onder invloed van alcohol bestaat onder andere uit attentieborden langs autosnelwegen, commercials op radio en tv en Bob-pakketten voor onder andere horeca en lokale en regionale overheden.

De Bob-campagne werkt op drie manieren:

1. Het neerzetten van een sociale norm (wat de meeste mensen doen zal wel goed zijn).

2. Het goede voorbeeld geven (het goede gedrag laten zien).

3. Commitment (als ik iets afspreek ben ik eerder geneigd me hieraan te houden).

2001 - Bob jij of Bob ik? 2003 - Daar kun je mee thuiskomen 2006 – ‘Je bent top, bob!' 2011 - ‘100% Bob, 0% op’

2015 – ‘Ben jij Bob zeg het hardop’

Page 15: Supplement bij Trendanalyse en hotspotmonitor IenM (2005 ...publicaties.minienm.nl/download-bijlage/113328/... · 5.1 Moerdijkbrand (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)—32 5.2 Verbod op

Pagina 15 van 43

Supplement bij IenM Trendanalyse en Hotspotmonitor (2005)2010-2017

Trendanalyse en hotspotmonitor IenM

(2005)2010-2017

Mogelijke andere betrokken

rijksorganisaties

Provincies, gemeenten, politie, justitie en maatschappelijke organisaties als Veilig Verkeer Nederland en de

alcoholbranche.

Uitzondering van vernietiging

Niet van toepassing. Gebeurtenis heeft plaatsgevonden in het kader van uitvoeren van EU vervoersbeleid. Archiefbescheiden komen al voor blijvende bewaring in aanmerking op basis van de Selectielijst voor de archieven van het ministerie van Infrastructuur en Milieu (IenM).

Verwijzing in de

tekst

Blz. 18

3.2 Rubbergranulaat op kunstgrasvelden

Domein Veiligheid

Trend Maatschappelijk verlangen naar veiligheid

Gebeurtenis Rubbergranulaat op kunstgrasvelden

De discussie over voetballen op rubberkorrels van oude autobanden laaide in Nederland en internationaal op na

de ZEMBLA-uitzending ‘ Gevaarlijk Spel ’ in oktober 2016. De uitzending leidde tot een uitgebreid politiek en maatschappelijk debat. Tientallen voetbalclubs besloten tijdelijk te stoppen met voetbal op kunstgras en vele andere clubs vervingen hun oude velden voor nieuwe velden met een andere samenstelling.

Datering Oktober 2016 – 05-12-2016

Nadere omschrijving Al jaren zijn er diverse discussies over de mogelijke gezondheidsrisico’s van het spelen op kunstgrasvelden. Twaalf jaar geleden werden al verschillende onderzoeken uitgevoerd om te zien of rubberkorrels in

kunstgrasvelden schadelijk zouden zijn voor de gezondheid. Hierbij ging het over een blootstelling aan nitrosaminen, wat een kankerverwekkende werking zou hebben7.

In opdracht van minister Schippers van VWS heeft het RIVM extra onderzoek gedaan naar gezondheidsrisico’s

van sporten op kunstgrasvelden met rubbergranulaat. Het doel van dit onderzoek was om een antwoord te krijgen op de vraag of sporten op kunstgrasvelden met rubbergranulaat gezondheidsrisico’s met zich meebrengt. De resultaten van dit onderzoek geven aan dat sporten op deze velden veilig is.

7 https://webcache.googleusercontent.com/search?q=cache:0f8UfYQfgFgJ:https://sportengemeenten.nl/dossiers/kunstgras-en-gezondheid/+&cd=5&hl=nl&ct=clnk&gl=nl

Page 16: Supplement bij Trendanalyse en hotspotmonitor IenM (2005 ...publicaties.minienm.nl/download-bijlage/113328/... · 5.1 Moerdijkbrand (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)—32 5.2 Verbod op

Pagina 16 van 43

Supplement bij IenM Trendanalyse en Hotspotmonitor (2005)2010-2017

Trendanalyse en hotspotmonitor IenM

(2005)2010-2017

Rol IenM Eind 2017 heeft het RIVM opdracht gekregen van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat om

verkennend onderzoek uit te voeren naar de effecten op het milieu van rubbergranulaat op kunstgrasvelden. De resultaten van dit verkennende onderzoek geven aan dat het gebruik van rubbergranulaat op kunstgrasvelden belastend kan zijn voor het milieu in de directe omgeving van het veld. De aanleiding was dat in 2017 bekend werd dat veel rubbergranulaat van de velden in

het milieu verdwijnt. Het RIVM wees eerder al op mogelijke milieurisico’s als gevolg van het uitlogen van

stoffen uit de rubberkorrels.

Mogelijke andere betrokken

rijksorganisaties

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS), Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM)

Uitzondering van vernietiging

Nee. Hotspot VWS.

Verwijzing in de tekst Blz. 19

3.3 Fipronil schandaal

Domein Veiligheid

Trend Maatschappelijk verlangen naar veiligheid

Gebeurtenis Fipronil schandaal

Zomer 2017 heeft de NVWA een aantal pluimveebedrijven geblokkeerd omdat het verboden middel fipronil was aangetroffen in eieren. Fipronil dat werd gebruikt voor het bestrijden van bloedluis is niet toegestaan in de pluimveesector.

Datering November 2016 – 10 juli 2019

Page 17: Supplement bij Trendanalyse en hotspotmonitor IenM (2005 ...publicaties.minienm.nl/download-bijlage/113328/... · 5.1 Moerdijkbrand (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)—32 5.2 Verbod op

Pagina 17 van 43

Supplement bij IenM Trendanalyse en Hotspotmonitor (2005)2010-2017

Trendanalyse en hotspotmonitor IenM

(2005)2010-2017

Nadere omschrijving De fipronilcrisis of de eiercrisis is een voedselschandaal

dat aan het licht kwam in 2017. Kippeneieren en afgeleide producten in 45 landen bleken het voor de mens schadelijke insecticide fipronil te (kunnen) bevatten. Het feit dat deze voor mensen toxische stof niet systematisch door de Belgische en Nederlandse controleorganen werd opgespoord maar pas na een eigen interne controle door een Belgisch pluimveebedrijf werd

ontdekt, lokte grote publiekelijke verontwaardiging uit. De laattijdige, gebrekkige en tegenstrijdige communicatie van zowel het Belgische Federaal

Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV) als de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) zorgden voor verwarring en onrust bij politici, consumenten(organisaties) en pluimveehouders. De

handel in eieren werd hierdoor ernstig getroffen.

Rol IenM Geen.

Mogelijke andere

betrokken rijksorganisaties

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS),

Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA), LTO

Uitzondering van vernietiging

Nee. Hotspot VWS

Verwijzing in de tekst Blz. 19

3.4 Gifschip Probo Koala

Domein Veiligheid

Trend Internationale organisatie in het kader van veiligheid

Gebeurtenis Gifschip Probo Koala

“In juli 2006 meert in de Amsterdamse haven de Probo Koala af. Het schip, dat onder Panamese vlag vaart maar afgehuurd is door handelsbedrijf Trafigura, wil zo’n 400

ton zogenaamde slops (afvalstoffen die vrijkomen bij het reinigen van de tanks) laten verwerken door Amsterdam Port Services (APS). Bij het overpompen van de slops in een lichter blijkt dat mensen onwel worden door de stank en dampen. APS weigert dan de slops te verwerken en informeert de milieudienst van Amsterdam. Heranalyse – na het onderbreken van het overpompen – wijst uit dat de

samenstelling van de slops afwijkt van de specificatie die door het schip was gegeven. Ze zijn veel giftiger dan normaal doordat ze ontstaan zijn in een raffinageproces aan boord.

Datering Juli 2006 – 2013

Page 18: Supplement bij Trendanalyse en hotspotmonitor IenM (2005 ...publicaties.minienm.nl/download-bijlage/113328/... · 5.1 Moerdijkbrand (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)—32 5.2 Verbod op

Pagina 18 van 43

Supplement bij IenM Trendanalyse en Hotspotmonitor (2005)2010-2017

Trendanalyse en hotspotmonitor IenM

(2005)2010-2017

Nadere omschrijving APS is niet bereid en niet in staat om chemisch verontreinigde slops te verwerken en adviseert om dat te

laten doen bij Afvalverwerking Rijnmond of Afval Terminal Moerdijk. De slops worden daarna met toestemming van de gemeentelijke Dienst Milieu- en Bouwtoezicht teruggepompt in het schip, waarop het schip vertrekt naar Abidjan in Ivoorkust. Op 19 augustus 2006 wordt de giftige lading daar in tankers van Compagnie Tommy overgeladen, die de afvalstoffen zou verwerken en

afvoeren voor 5% van de prijs die in Nederland betaald had moeten worden. Van verwerking is echter geen

sprake, want het bedrijf dumpt het afval op de lokale vuilnisbelt en op minstens dertien andere locaties, waaronder riolen en sloten. Uit het mengsel van water, olie en natriumhydroxide zouden daar verschillende (giftige) chemische stoffen zijn vrijgekomen, zoals

waterstofsulfide. Honderdduizend mensen melden zich met gezondheidsproblemen in het ziekenhuis en zestien mensen overleven de ramp niet”.

Pas nadat bekend wordt dat er mogelijk mensen gewond zijn geraakt en zijn overleden in Abidjan krijgt het incident landelijke uitstraling in de media

Rol IenM IVW (Wvvs, Wet havenstaatcontrole), VROM Inspectie (EVOA, inzamelvergunning APS) en B&W van Amsterdam (milieuvergunning APS, art. 10.37 Wm). Aan de

toezichthouders zijn in de Algemene wet bestuursrecht (Awb) enkele algemene toezichtsbevoegdheden toegekend, zoals het houden van een inspectie,

monsterneming en het betreden van plaatsen. In de Wvvs zijn daarnaast nog enkele bijzondere toezichtsbevoegdheden toegekend, zoals het aanhouden van een schip

Mogelijke andere

betrokken rijksorganisaties

Dienst Milieu- en Bouwtoezicht, Haven Amsterdam,

Ministerie van VROM, Openbaar Ministerie en Inspectie V&W

Uitzondering van vernietiging

Ja. Nederland draagt een zekere morele verantwoordelijkheid voor wat met het gifschip Probo Koala is gebeurd. Gebeurtenis is aangemerkt als precedent. (Art. 5). Archiefbescheiden komen voor

blijvende bewaring in aanmerking op basis van de Selectielijst voor de archieven van het ministerie van Infrastructuur en Milieu (IenM).

Verwijzing in de tekst

Blz. 21

Bron http://publicaties.minienm.nl/documenten/rapportage-inzake-probo-koala-bijlage-bij-kabinetsstandpunt http://publicaties.minienm.nl/documenten/probo-koala-in-amsterdam-feitenrelaas-en-relevante-wetgeving https://kennisopenbaarbestuur.nl/media/254232/87-masterscriptie-remco-roos-2011-onderzoek-naar-omvang-

van-de-risico-regelreflex.pdf

Page 19: Supplement bij Trendanalyse en hotspotmonitor IenM (2005 ...publicaties.minienm.nl/download-bijlage/113328/... · 5.1 Moerdijkbrand (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)—32 5.2 Verbod op

Pagina 19 van 43

Supplement bij IenM Trendanalyse en Hotspotmonitor (2005)2010-2017

Trendanalyse en hotspotmonitor IenM

(2005)2010-2017

3.5 Overstroming New Orleans

Domein Veiligheid

Trend Internationale organisatie in het kader van veiligheid

Gebeurtenis Overstroming New Orleans

Op 29 augustus 2005 raasde de orkaan Katrina over New Orleans. Wekenlang stonden delen van de stad blank, honderden mensen vonden de dood. Dankzij een deltaplan is

New Orleans nu beter bestand tegen natuurgeweld dan toen.

Datering8 29 augustus 2005 – 1 mei 2006

Nadere omschrijving

Nederland heeft op verzoek van de VS drie pomp-units met uitrusting gedoneerd, alsmede een begeleidend team van

vijf experts van Rijkswaterstaat beschikbaar gesteld voor de bestrijding van de watersnood in en rond New Orleans als gevolg van de orkaan Katrina.

De gezamenlijke inzet van overheid en bedrijfsleven na orkaan Katrina heeft geleid tot een significant aandeel van het bedrijfsleven (onder meer Arcadis, Royal Haskoning, Fugro, DHV) in meerjarige opdrachten van de Amerikaanse

overheid ten behoeve van de toekomstige veiligheid van de kust van Louisiana en de stad New Orleans. Verschillende Nederlandse bedrijven zijn in Louisiana actief geweest. De uitstekende naam van de Nederlandse publieke en private watersector in Louisiana heeft zich door het beschikbaar stellen van hulp en expertise inmiddels verbreid tot staten

zoals Florida en Californië.

8 (oud)RWS-ers ontvangen een hoge onderscheiding voor hun hulp na de orkaan Katrina. (bron: Cobouw)

Page 20: Supplement bij Trendanalyse en hotspotmonitor IenM (2005 ...publicaties.minienm.nl/download-bijlage/113328/... · 5.1 Moerdijkbrand (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)—32 5.2 Verbod op

Pagina 20 van 43

Supplement bij IenM Trendanalyse en Hotspotmonitor (2005)2010-2017

Trendanalyse en hotspotmonitor IenM

(2005)2010-2017

Rol IenM / RWS In Nederland kwam door de ramp de veiligheid tegen water steeds meer in de belangstelling te staan. Een rapport van

de Adviescommissie Water (ACW) met de waarschuwing dat de overheid meer moet investeren in primaire waterkeringen kreeg in de pers bijvoorbeeld veel aandacht.

Voldoende financiering blijft een belangrijk vraagstuk voor de toekomst, vooral in een veranderende samenleving en een veranderend klimaat. Dit was een van de belangrijkste redenen voor de benoeming van de Deltacommissaris in

2010, nieuwe wetgeving in 2011, en de voorbereiding van een nieuw deltaprogramma.

De verbetering van de crisiscommunicatie tussen watermanagers en crisismanagers blijft een belangrijk vraagstuk dat hoog op de politieke agenda kwam na de overstroming van New Orleans in 2005.

Een ander effect van de overstromingsramp was dat het

kabinet het belang van een goede organisatorische voorbereiding op overstromingen inzag. De Nederlandse regering stelde toen een Taskforce Management Overstromingen (TMO) in met als doel de voorbereiding en respons op overstromingen, en het herstel van de gevolgen te versterken. Het mandaat van deze Taskforce eindigde met

de landelijke rampenoefening week “Waterproof” in 2008. Op 15 november 2012 vond de vervolgoefening plaats door de Stuurgroep Management Overstromingen (SMO)

bestaande uit vertegenwoordigers van het ministerie van IenM, RWS en de waterschappen. De Landelijke Coördinatiecommissie Overstromingsdreiging (LCO), waarvoor de toenmalige Waterdienst van RWS het

secretariaat voerde, moest zorgen voor het beheer en de actualisatie van het draaiboek.

Uitzondering van vernietiging

Ja. Gebeurtenis is aangemerkt als bijzondere gebeurtenis (Art. 5). Archiefbescheiden komen voor blijvende bewaring

in aanmerking op basis van de Selectielijst voor de archieven van het ministerie van Infrastructuur en Milieu (IenM).

Verwijzing in de tekst

Blz. 21

Page 21: Supplement bij Trendanalyse en hotspotmonitor IenM (2005 ...publicaties.minienm.nl/download-bijlage/113328/... · 5.1 Moerdijkbrand (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)—32 5.2 Verbod op

Pagina 21 van 43

Supplement bij IenM Trendanalyse en Hotspotmonitor (2005)2010-2017

Trendanalyse en hotspotmonitor IenM

(2005)2010-2017

3.6 Nuclear Security Summit Den Haag

Domein Veiligheid

Trend Samenwerking met crisispartners

Gebeurtenis Nuclear Security Summit Den Haag

De Nuclear Security Summit van 2014 was een internationale topconferentie met als onderwerp het voorkomen van nucleair terrorisme. Deze Nuclear

Security Summit (NSS) werd op 24 en 25 maart 2014 gehouden in het World Forum in Den Haag.

Datering 24 maart 2014 – 25 maart 2014

Nadere omschrijving In 2009 riep president Barack Obama van de Verenigde Staten nucleaire terrorisme uit als een van de grootste

bedreigingen voor de internationale veiligheid. Wanneer een nucleaire terroristische aanslag plaatsvindt, zijn de gevolgen wereldwijd enorm. Om deze reden hebben de Verenigde staten het initiatief genomen om binnen vier jaar alle nucleaire materialen te beveiligen. In het kader hiervan is in 2010 in Washington de eerste Nuclear Security georganiseerd en in 2012 vond het Summit

plaats in Seoul. In 2014 is Nederland gevraagd om het

Summit te organiseren omdat Nederland wereldwijd een reputatie heeft als land van vrede, gerechtigdheid en veiligheid. Zo staan de hoofdkantoren van het Internationaal Gerechtshof als het Internationaal Strafhof in Den Haag en zijn Schiphol en de haven van

Rotterdam twee belangrijke overstapplaatsen om nucleaire materialen over de grenzen te smokkelen. Nederland is een belangrijk als samenwerkingspartner voor de internationale veiligheid. Een top van regeringsleiders uit 53 landen en afgevaardigden van 4 internationale organisaties kwamen naar Den Haag om het te hebben over internationale nucleaire

terrorismebestrijding. Het doel van de top in 2014 was vaststellen in hoeverre de doelen, zoals vastgesteld in het Washington Workplan in 2010 en het Seoel-communiqué in 2012 waren bereikt en welke stappen

er nog moeten worden genomen om verdere resultaten te behalen.

Rol IenM De conferentie werd georganiseerd door een projectgroep die onder regie stond van het Nederlandse ministerie van Buitenlandse Zaken.

Naast dat Nederland zich heeft kunnen profileren als samenwerkingspartner in de internationale organisatie voor veiligheid, heeft ook Den Haag zich goed op de

kaart kunnen zetten als stad van Vrede en Recht.

Mogelijke andere betrokken rijksorganisaties

Ministerie van Buitenlandse Zaken (BZ)

Page 22: Supplement bij Trendanalyse en hotspotmonitor IenM (2005 ...publicaties.minienm.nl/download-bijlage/113328/... · 5.1 Moerdijkbrand (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)—32 5.2 Verbod op

Pagina 22 van 43

Supplement bij IenM Trendanalyse en Hotspotmonitor (2005)2010-2017

Trendanalyse en hotspotmonitor IenM

(2005)2010-2017

Uitzondering van vernietiging

Niet van toepassing. Gebeurtenis heeft plaatsgevonden in het kader van uitvoeren van beleid.

Archiefbescheiden komen al voor blijvende bewaring in aanmerking op basis van de Selectielijst voor de archieven van het ministerie van Infrastructuur en Milieu (IenM).

Verwijzing in de tekst Blz. 22

3.7 Aanvaring Stuw Grave (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)

Domein Veiligheid

Trend Samenwerking met crisispartners

Hotspot Aanvaring Stuw Grave

Op donderdag 29 december 2016 voer bij mistig weer een binnenvaartschip geladen met benzeen tegen de gesloten stuw op de Maas bij Grave.

Datering 29 december 2016 – 3 mei 20189

Criteria Maatschappelijke beroering / media-aandacht ☒

Tegenstellingen tussen burgers / emoties ☐

Debat functioneren overheid ☐

Positie minister/kabinet ☐

Nadere omschrijving Op donderdag 29 december 2016 voer het met 2.000 ton benzeen beladen binnenvaartschip Maria Valentine op de Maas in dichte mist tegen de gesloten stuw bij Grave. Door de kracht van de aanvaring kwamen vijf jukken van de stuw los en ontstond daarin een opening

waar het water direct met kracht doorheen stroomde.

Het schip gleed door de opening en kwam drie meter lager aan de andere kant van de stuw terecht, waarbij aan dek zware schade ontstond. Bij het ongeval vielen geen slachtoffers en kwam slechts een zeer geringe hoeveelheid benzeen vrij. De Onderzoeksraad voor Veiligheid (OVV) besloot om een onderzoek in te stellen, primair omdat het ongeval meerdere dimensies kent

waaruit mogelijk veiligheidslessen kunnen worden getrokken. Het onderzoeksrapport van de OVV is op 3 mei 2018 opgeleverd.

9 https://www.onderzoeksraad.nl/nl/page/7004/stuw-grave-varen-met-gevaarlijke-stoffen-in-mist-aan-banden

Page 23: Supplement bij Trendanalyse en hotspotmonitor IenM (2005 ...publicaties.minienm.nl/download-bijlage/113328/... · 5.1 Moerdijkbrand (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)—32 5.2 Verbod op

Pagina 23 van 43

Supplement bij IenM Trendanalyse en Hotspotmonitor (2005)2010-2017

Trendanalyse en hotspotmonitor IenM

(2005)2010-2017

Rol IenM / RWS Crisisbeheersing in de eerste 48 uur na de aanvaring: het inschakelen van hulpdiensten vanwege de

gevaarlijke stoffen en het beperken van de waterpeildaling en daardoor de stremming voor de scheepvaart.

Mogelijke andere betrokken rijksorganisaties

ILT, de drie betrokken veiligheidsregio’s (Gelderland-Zuid, Brabant-Noord en Limburg-Noord) en de betrokken waterschappen (Rivierenland, Aa en Maas en

Limburg).

Uitzondering van vernietiging

Ja. Gebeurtenis is aangemerkt als hotspot. Archiefbescheiden komen voor blijvende bewaring in aanmerking op basis van de Selectielijst voor de archieven van het ministerie van Infrastructuur en

Milieu (IenM).

Verwijzing in de tekst Blz. 22

3.8 Gewijzigde Tunnelwet

Domein Veiligheid

Trend Vragen over de veiligheid van bruggen en tunnels

Gebeurtenis Gewijzigde Tunnelwet

Naar aanleiding van onder meer de brand in de Tunnel du Mont-Blanc (1999) is in 2004 door de Europese Commissie de Richtlijn 2004/54/EG ingesteld. De Wet aanvullende regels veiligheid wegtunnels (Warvw) staat in Nederland beter bekend als de Tunnelwet. Hierin worden harde eisen gesteld aan het ontwerp van nieuwe en oude tunnels die langer dan 250 meter zijn.10 De

wet is per 1 juli 2013 aangepast en schept nog meer duidelijkheid over bestaande en nieuwe tunnels.

Datering 2020 – 2013

Nadere omschrijving De nieuwe Tunnelwet handhaaft het hoge veiligheidsniveau van Nederlandse tunnels en maakt een

einde aan discussies over het gewenste veiligheidsniveau van een tunnel. In het verleden zorgden deze discussies voor vertragingen en kostenoverschrijdingen.

10 https://www.rijksoverheid.nl/actueel/nieuws/2013/07/01/veranderende-regelgeving-ienm-per-1-juli-2013

Page 24: Supplement bij Trendanalyse en hotspotmonitor IenM (2005 ...publicaties.minienm.nl/download-bijlage/113328/... · 5.1 Moerdijkbrand (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)—32 5.2 Verbod op

Pagina 24 van 43

Supplement bij IenM Trendanalyse en Hotspotmonitor (2005)2010-2017

Trendanalyse en hotspotmonitor IenM

(2005)2010-2017

Rol IenM / RWS In 2010 constateerde de Minister van Infrastructuur en Milieu dat de wet- en regelgeving voor tunnelveiligheid

ruimte liet voor verschillende interpretaties over het benodigde veiligheidsniveau en de wijze waarop hieraan voldaan moet worden. Er werd daarom een wetvoorstel ingediend en een tunnelstandaard opgesteld.

Mogelijke andere betrokken

rijksorganisaties

Uitzondering van vernietiging

Niet van toepassing. Gebeurtenis heeft plaatsgevonden in het kader van uitvoeren van beleid. Archiefbescheiden komen al voor blijvende bewaring in aanmerking op basis van de Selectielijst voor de

archieven van het ministerie van Infrastructuur en Milieu (IenM).

Verwijzing in de tekst Blz. 25

3.9 Ketelbrug incidenten

Domein Veiligheid

Trend Vragen over de veiligheid van bruggen en tunnels

Gebeurtenis Ketelbrug incidenten

Datering 2007 – 2013

Nadere omschrijving De Ketelbrug is een 800 meter lange basculebrug die de Noordoostpolder en Oostelijk Flevoland met elkaar verbindt. Over de brug lopen twee wegen: de

autosnelweg A6 en een secundaire weg. De brug is ‘berucht’ om een aantal incidenten waarbij dodelijke slachtoffers vielen. In 2007 kon een automobiliste

doorrijden terwijl de brug op dat moment openging. De auto gleed daar het gat tussen de twee bruggen waarbij een persoon om het leven kwam. Twee jaar later ging de Ketelbrug onverwacht open zonder dat de

afsluitbomen voor het verkeer gesloten waren. Hierbij raakten drie personen zwaargewond en diverse auto’s beschadigd

Rol IenM/RWS Bediening en onderhoud van de brug. In de winter van 2012-2013 is de Ketelbrug ingrijpend gerenoveerd om

de levensduur te verlengen. RWS heeft het beweegbare deel van de Ketelbrug voorzien van nieuwe stalen kleppen en een nieuwe technische installatie. In de zomer van 2013 heeft RWS nog enkel restwerkzaamheden uitgevoerd. In die periode is er verkeershinder geweest.

Page 25: Supplement bij Trendanalyse en hotspotmonitor IenM (2005 ...publicaties.minienm.nl/download-bijlage/113328/... · 5.1 Moerdijkbrand (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)—32 5.2 Verbod op

Pagina 25 van 43

Supplement bij IenM Trendanalyse en Hotspotmonitor (2005)2010-2017

Trendanalyse en hotspotmonitor IenM

(2005)2010-2017

Mogelijke andere betrokken

rijksorganisaties

Onderzoeksraad voor Veiligheid (OVV)

Uitzondering van vernietiging

Niet van toepassing. Gebeurtenis heeft plaatsgevonden in het kader van uitvoeren van beleid. Archiefbescheiden komen al voor blijvende bewaring in aanmerking op basis van de Selectielijst voor de archieven van het ministerie van Infrastructuur en

Milieu (IenM).

Verwijzing in de tekst Blz. 25

3.10 Nieuwe Botlekbrug

Domein Veiligheid

Trend Vragen over de veiligheid van bruggen en tunnels

Gebeurtenis Nieuwe Botlekbrug

Datering 2011 – 2015

Nadere omschrijving De Botlekbrug is een van de grootste hefbruggen in Europa en sluit in het Rotterdamse havengebied de A15 en Maasvlakte op elkaar aan. Naast twee rijbanen met tweerijstroken voor wegverkeer is er een spoor voor treinverkeer. De brug werd in 1955 geopend, maar tussen 2011 en 2015 vervangen door een nieuwe

hefbrug.

Sinds diens opening in de zomer van 2015 gaat de Nieuwe Botlekbrug gebukt onder technische storingen. Zo zijn er in een jaar tijd meer dan 70 storingen geregistreerd, met stremming voor het wegverkeer en de hoge scheepvaart tot gevolg.

Rol IenM / RWS RWS heeft een speciale commissie de problemen met de brug laten onderzoeken. De brug moet snel open en dicht kunnen, maar tegelijkertijd aan veel veiligheidsregels voldoen. Volgens de onderzoekers maakt dat de Nieuwe Botlekbrug erg gevoelig voor

storingen. RWS monitort, onderzoekt en vervangt falende onderdelen.

Mogelijke andere betrokken rijksorganisaties

-

Page 26: Supplement bij Trendanalyse en hotspotmonitor IenM (2005 ...publicaties.minienm.nl/download-bijlage/113328/... · 5.1 Moerdijkbrand (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)—32 5.2 Verbod op

Pagina 26 van 43

Supplement bij IenM Trendanalyse en Hotspotmonitor (2005)2010-2017

Trendanalyse en hotspotmonitor IenM

(2005)2010-2017

Uitzondering van vernietiging

Niet van toepassing. Gebeurtenis heeft plaatsgevonden in het kader van uitvoeren van beleid.

Archiefbescheiden komen voor al blijvende bewaring in aanmerking op basis van de Selectielijst voor de archieven van het ministerie van Infrastructuur en Milieu (IenM).

Verwijzing in de tekst Blz. 25

Page 27: Supplement bij Trendanalyse en hotspotmonitor IenM (2005 ...publicaties.minienm.nl/download-bijlage/113328/... · 5.1 Moerdijkbrand (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)—32 5.2 Verbod op

Pagina 27 van 43

Supplement bij IenM Trendanalyse en Hotspotmonitor (2005)2010-2017

Trendanalyse en hotspotmonitor IenM

(2005)2010-2017

4 Domein: Verkeer en vervoer

4.1 Invoering maximumsnelheid 130 km/u (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)

Domein Verkeer en vervoer

Trend Toenemende mobiliteit

Hotspot Invoering maximumsnelheid 130 km/u

“130 km/h op de autosnelweg is de norm”. Overal waar dat mogelijk is, wordt de maximumsnelheid op autosnelwegen permanent of dynamisch naar 130 km/h

gebracht11.

Datering12 28 november 2011 – 28 januari 201613

Criteria Maatschappelijke beroering / media-aandacht ☒

Tegenstellingen tussen burgers / emoties ☒

Debat functioneren overheid ☒

Positie minister/kabinet ☐

Nadere omschrijving Sinds 1 september 2012 is de standaardlimiet op Nederlandse snelwegen 130 km per uur. Op diverse plekken en tijden geldt echter een lagere limiet in verband met de verkeersveiligheid, de aanwezigheid van woon- of natuurgebieden, het effect op de luchtkwaliteit,

en geluidshinder. Hoewel de maatregel bij veel autobezitters populair was, kwam er kritiek van milieuorganisaties en omwonenden. De hogere maximumsnelheid zou leiden tot een hogere CO2-uitstoot en meer geluidshinder. Bovendien werden er zorgen geuit over de gevolgen voor de verkeersveiligheid. Ook

voorstanders van het beleid lieten zich kritisch uit. Dit als gevolg van de onduidelijkheden over de trajecten waar

130 km/u mag worden gereden, alsmede de vele trajecten waar teruggeschakeld dient te worden naar 120 km/u of 100 km/u.

11 https://www.rijksoverheid.nl/documenten/rapporten/2011/11/28/onderzoek-invoering-verhoging-maximumsnelheid-naar-130-km-h-samenvattende-analyse-experiment-en-uitwerking-voorstel-landelijke- 12 Onderzoek invoering verhoging maximumsnelheid naar 130 km/h. Samenvattende analyse experiment en uitwerking voorstel landelijke snelheidsverhoging’ van 28 november 2011. Beantwoording van zienswijzen op het ontwerpverkeersbesluit Aanpassing van de maximumsnelheid op delen van autosnelwegen in beheer van het Rijk. 28 januari 2016 13 https://www.platformparticipatie.nl/binaries/1.%20Verkeersbesluit%20aanpassing%20van%20de%20maximumsnelheid%20op%20delen%20van%20de%20autosnelwegen%20in%20beheer%20van%20het%20Rijk_tcm117-342569.pdf

Page 28: Supplement bij Trendanalyse en hotspotmonitor IenM (2005 ...publicaties.minienm.nl/download-bijlage/113328/... · 5.1 Moerdijkbrand (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)—32 5.2 Verbod op

Pagina 28 van 43

Supplement bij IenM Trendanalyse en Hotspotmonitor (2005)2010-2017

Trendanalyse en hotspotmonitor IenM

(2005)2010-2017

Rol IenM/RWS14 Minister Schultz van Haegen (Infrastructuur en Milieu) heeft per 1 september 2012 de maximumsnelheid op de

autosnelwegen verhoogt naar 130 kilometer per uur. Alleen waar 130 niet mogelijk is vanwege het milieu en de verkeersveiligheid geldt een lagere maximumsnelheid.

Om de verhoging van de maximum snelheid mogelijk te

maken trekt de minister € 132 miljoen uit en wordt circa € 50 miljoen eerder geïnvesteerd. Het gaat daarbij onder

andere om investeringen in extra schermen voor de luchtkwaliteit en nieuwe verkeersborden bij wegen waar niet de gehele dag 130 kilometer per uur kan worden

gereden. Investeringen voor geluid (bijvoorbeeld geluidschermen en Zoab) worden eerder gedaan zodat ook op de langere termijn binnen de afgesproken geluidsplafonds wordt gebleven.

Ongeveer honderd medewerkers van Rijkswaterstaat hebben in de nacht van 31 augustus 2012 2263 verkeersborden voor de wijziging vervangen. Ook zijn de 65 grensborden vervangen. Daarop prijkt nu een 130.

In een brief aan de Tweede Kamer staat de minister uitgebreid stil bij de gevolgen voor de verkeersveiligheid.

Ze houdt onverkort vast aan de nationale doelstellingen om de aantallen verkeersslachtoffers terug te dringen. Uit de analyse die in het kader van het experiment is gedaan, blijkt dat een hogere snelheid zonder extra maatregelen kan leiden tot meer dodelijke slachtoffers en ernstig gewonden. Om de gewenste dalende trend van

verkeersslachtoffers vast te houden trekt de minister €

85 miljoen extra uit voor de verbetering van de verkeersveiligheid op de snelwegen.

Mogelijke andere betrokken rijksorganisaties

-

Uitzondering van vernietiging

Ja. Gebeurtenis is aangemerkt als hotspot. B op basis van de selectielijst voor de archieven van het ministerie van Infrastructuur en Milieu (IenM).

Verwijzing in de tekst Blz. 27

4.2 Invoering rekeningrijden

Domein Verkeer en vervoer

Trend Toenemende mobiliteit

Gebeurtenis Invoering rekeningrijden

Sinds 1999 maakt rekeningrijden, kilometerheffing, congestieheffing, wegbeprijzing en nog zo wat synoniemen deel uit van het politieke debat.

14 https://www.rivm.nl/bibliotheek/rapporten/2016-0165.html

Page 29: Supplement bij Trendanalyse en hotspotmonitor IenM (2005 ...publicaties.minienm.nl/download-bijlage/113328/... · 5.1 Moerdijkbrand (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)—32 5.2 Verbod op

Pagina 29 van 43

Supplement bij IenM Trendanalyse en Hotspotmonitor (2005)2010-2017

Trendanalyse en hotspotmonitor IenM

(2005)2010-2017

Datering 2009 – nader te bepalen

Nadere omschrijving In 2012 was er sprake van de mogelijke invoering van de zogenaamde kilometerheffing. De bedoeling van de kilometerheffing is dat autorijders hun belasting niet meer betalen via de wegenbelasting, maar door middel van verkapte tol. Er zijn vele varianten en mogelijkheden de revue gepasseerd, maar tot op heden is het er nog steeds niet van gekomen.

De kilometerheffing in Nederland was een plan voor het invoeren van een financiële heffing voor gemotoriseerd

verkeer op basis van het aantal gereden kilometers. Het tarief per gereden kilometer zou afhangen van het tijdstip (spits/nacht) en de locatie waarop gereden wordt. Zo kan het gebruik van drukke wegen op drukke

momenten worden ontmoedigd. De heffing kan verder gedifferentieerd worden naar verbruik en uitstoot van verschillende voertuigen, om zo milieuvriendelijkere voertuigen te stimuleren.

Rol IenM De introductie werd voorzien na 2012, maar werd gestopt door het kabinet-Rutte-I. Ook volgens het

Regeerakkoord 2012 komt er geen kilometerheffing.

Mogelijke andere betrokken

rijksorganisaties

-

Uitzondering van vernietiging

Niet van toepassing. Gebeurtenis heeft plaatsgevonden in het kader van uitvoeren van beleid. Archiefbescheiden komen al voor blijvende bewaring in aanmerking op basis van de Selectielijst voor de archieven van het ministerie van Infrastructuur en Milieu (IenM).

Verwijzing in de tekst Blz. 27

4.3 Verdieping Westerschelde en ontpoldering

Domein Verkeer en vervoer

Trend Toenemende mobiliteit

Page 30: Supplement bij Trendanalyse en hotspotmonitor IenM (2005 ...publicaties.minienm.nl/download-bijlage/113328/... · 5.1 Moerdijkbrand (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)—32 5.2 Verbod op

Pagina 30 van 43

Supplement bij IenM Trendanalyse en Hotspotmonitor (2005)2010-2017

Trendanalyse en hotspotmonitor IenM

(2005)2010-2017

Gebeurtenis Verdieping Westerschelde en ontpoldering

Het Kabinet heeft op 9 oktober 2009 besloten om de

Hedwigepolder in Zeeland onder water te zetten, dit ter compensatie van de natuurschade door het op diepte brengen van de Westerschelde. Dat is een uitvloeisel van de Westerscheldeverdragen, zoals afgesproken met Vlaanderen in 2005. En die komen uiteindelijk voort uit het Verdrag van Londen uit 1839 dat de erkenning van de Belgische onafhankelijkheid regelt. Nederland verplicht

zich daarin onder andere tot vrije doorgang voor de scheepvaart over de rivier.

Datering15 21 december 2005 – nader te bepalen

Nadere omschrijving In 2005 tekenden de Nederlandse en Vlaamse regering de

Scheldeverdragen. Daarin wordt een vrije doorgang naar de Antwerpse haven geregeld door verdieping van de Westerschelde. Ook worden in het verdrag afspraken gemaakt over natuurherstel voor dit waardevolle gebied. Vanwege het zogeheten Natura 2000-programma zijn Europese richtlijnen op het gebied van natuurwaarden van toepassing.

In de verdragen is de ontpoldering van de Hedwigepolder en 't Zwin (samen 300 hectaren) expliciet vastgelegd. Omdat het onder water zetten van landbouwgrond in Zeeland op veel verzet stuit krijgt die provincie ter

compensatie honderd miljoen euro voor infrastructuur.

Rol IenM De dijken langs de Westerschelde zijn van groot belang

voor de veiligheid van het achterliggende gebied. Deze dijken moeten voldoen aan de normen die hiervoor in het kader van de Deltawet aan worden gesteld. Een groot deel van de dijken is in het laatste decennium versterkt in het kader van Project Zeeweringen dat in 2015 zal zijn afgerond. In de monding van de Westerschelde loopt het

Project Zwakke Schakels, dat zich richt op de kustverdediging. Als gevolg van de verwachtte zeespiegelrijzing zullen de dijken in de toekomst nog verder moeten worden verhoogd om te kunnen blijven voldoen aan de veiligheidseisen (commissie Veerman, 2008). Daarnaast heeft Nederland op grond van de

Habitatrichtlijn instandhoudingsverplichtingen met

betrekking tot de kwaliteit van de natuur in het Natura 2000‐gebied Westerschelde & Saeftinghe.

Mogelijke andere betrokken rijksorganisaties

Provincie Zeeland. Ministeries van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, Economische Zaken en Klimaat

Uitzondering van vernietiging

Niet van toepassing. Gebeurtenis heeft plaatsgevonden in het kader van uitvoeren van beleid. Archiefbescheiden komen al voor blijvende bewaring in aanmerking op basis van de Selectielijst voor de archieven van het ministerie van Infrastructuur en Milieu (IenM).

15 Goedkeuring van het op 21 december 2005 te Middelburg tot stand gekomen Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en het Vlaams Gewest betreffende de uitvoering van de ontwikkelingsschets 2010 Schelde-estuarium (Trb. 2005, 310).

Page 31: Supplement bij Trendanalyse en hotspotmonitor IenM (2005 ...publicaties.minienm.nl/download-bijlage/113328/... · 5.1 Moerdijkbrand (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)—32 5.2 Verbod op

Pagina 31 van 43

Supplement bij IenM Trendanalyse en Hotspotmonitor (2005)2010-2017

Trendanalyse en hotspotmonitor IenM

(2005)2010-2017

Verwijzing in de tekst

Blz. 28

Bron https://pure.uvt.nl/ws/portalfiles/portal/1126106/Verschuuren_Validatieonderzoek_buitendijks_091013.pdf

Page 32: Supplement bij Trendanalyse en hotspotmonitor IenM (2005 ...publicaties.minienm.nl/download-bijlage/113328/... · 5.1 Moerdijkbrand (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)—32 5.2 Verbod op

Pagina 32 van 43

Supplement bij IenM Trendanalyse en Hotspotmonitor (2005)2010-2017

Trendanalyse en hotspotmonitor IenM

(2005)2010-2017

5 Domein: Natuur en milieu

5.1 Moerdijkbrand (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)

Domein Natuur en Milieu

Trend Toenemende bewustwording van de noodzaak voor verbetering van de kwaliteit van de leefomgeving

Hotspot Moerdijkbrand

Op 5 januari 2011 woedde een grote brand bij het bedrijf Chemie-Pack in het haven- en industriegebied te Moerdijk. Bij de brand kwamen flinke hoeveelheden

chemische stoffen vrij. Er ontstond een rookwolk die zich boven Dordrecht en omstreken verspreidde en vervolgens op grotere hoogte over een groot deel van Nederland trok.

Datering 05-01-2011 – 09-07-201516

Criteria Maatschappelijke beroering / media-aandacht ☒

Tegenstellingen tussen burgers / emoties ☐

Debat functioneren overheid ☐

Positie minister/kabinet ☐

Nadere omschrijving Minstens twintig hulpverleners die bij de brand bij het

bedrijf Chemie-Pack te Moerdijk betrokken waren, zijn

vanwege gezondheidsklachten behandeld in het

ziekenhuis. Daarnaast zijn er nog minstens 150 andere

personen bekend wiens gezondheidsklachten mogelijk

aan de brand te wijten zijn. Naar aanleiding van de brand

is een onderzoek ingesteld door de Onderzoeksraad voor

Veiligheid (OVV). De resultaten van het

onderzoeksrapport (d.d. 9 juli 2015) hebben bijgedragen

aan een betere crisisbeheersing en communicatie door

overheden, waardoor onder meer effectiever kon worden

opgetreden door betrokken instanties na de Shell-explosie

in 2014.

16 https://www.onderzoeksraad.nl/nl/page/3438/explosies-mspo2-shell-moerdijk

Page 33: Supplement bij Trendanalyse en hotspotmonitor IenM (2005 ...publicaties.minienm.nl/download-bijlage/113328/... · 5.1 Moerdijkbrand (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)—32 5.2 Verbod op

Pagina 33 van 43

Supplement bij IenM Trendanalyse en Hotspotmonitor (2005)2010-2017

Trendanalyse en hotspotmonitor IenM

(2005)2010-2017

Rol IenM17 Door de tussenkomst van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu (IenM) kon de Milieu Ongevallen

Dienst (MOD) van het RIVM worden ingezet om de regionale brandweer van Zuid-Holland Zuid en overige betrokken diensten te ondersteunen. Het Ministerie van I&W is medeverantwoordelijk voor het voorkomen en beheersen van ongelukken bij bedrijven die werken met grote hoeveelheden gevaarlijke stoffen, conform de Europese richtlijn vastgelegd in het Besluit risico’s zware

ongevallen (BRZO) en het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi).

Mogelijke andere betrokken rijksorganisaties

Ministeries van Justitie en Veiligheid (JenV) en Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS)

Uitzondering van vernietiging

Ja. Gebeurtenis is aangemerkt als hotspot. Archiefbescheiden komen voor blijvende bewaring in aanmerking op basis van de Selectielijst voor de archieven van het ministerie van Infrastructuur en Milieu (IenM).

Verwijzing in de tekst Blz. 31

5.2 Verbod op gratis plastic tassen

Domein Natuur en Milieu

Trend Toenemende bewustwording van de noodzaak voor verbetering van de kwaliteit van de leefomgeving

Gebeurtenis Verbod op gratis plastic tassen

In november van 2013 heeft de Europese Commissie (EC) een voorstel gedaan met maatregelen om het gebruik van

lichte plastic tassen te reduceren. Op 17 december jl. is

tijdens de Milieuraad een politiek akkoord bereikt, nadat er een akkoord was bereikt tussen het Europees Parlement (EP) de EC en de Raad.

Datering November 2013 – 18 december 201518

17 https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-26956-75.html 18 https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2015-44620.html

Page 34: Supplement bij Trendanalyse en hotspotmonitor IenM (2005 ...publicaties.minienm.nl/download-bijlage/113328/... · 5.1 Moerdijkbrand (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)—32 5.2 Verbod op

Pagina 34 van 43

Supplement bij IenM Trendanalyse en Hotspotmonitor (2005)2010-2017

Trendanalyse en hotspotmonitor IenM

(2005)2010-2017

Nadere omschrijving Het akkoord houdt op hoofdlijnen in dat de lidstaten maatregelen moeten nemen om reductie van plastic

tassen onder de 50 micron te bereiken. De lidstaten hebben de vrijheid om ook voor plastic tassen die buiten deze scope vallen maatregelen te nemen.

De lidstaten kunnen kiezen uit twee manieren om de gewenste reductie te bereiken: a. Uiterlijk vanaf 2018 verbieden dat er gratis plastic tassen onder de 50 micron bij de kassa weg worden gegeven; b. en/of andere

maatregelen nemen om de reductie te bereiken. In geval van het laatste zijn de lidstaten gebonden aan een

doelstelling (90 tasjes in 2019 per persoon per jaar en 40 tasjes in 2025).

Lidstaten kunnen ervoor kiezen om hele dunne tasjes die om hygiënische redenen als primaire verpakking worden gebruikt, uit te zonderen.

Daarnaast zullen de EC en de lidstaten tenminste in het eerste jaar nadat de maatregelen daadwerkelijk van kracht zijn geworden, publieke informatie verstrekken en campagne voeren om de impact van het gebruik van lichtgewicht plastic tassen op het milieu toe te lichten.

Rol IenM Implementatie Richtlijn (EU) 2015/720 van Europees Parlement en Raad van 29-04-2015

Mogelijke andere betrokken rijksorganisaties

-

Uitzondering van vernietiging

Niet van toepassing. Gebeurtenis heeft plaatsgevonden in het kader van uitvoeren van beleid Archiefbescheiden komen al voor blijvende bewaring in aanmerking op basis van de Selectielijst voor de archieven van het ministerie van Infrastructuur en Milieu (IenM).

Verwijzing in de tekst Blz. 31

5.3 Zandmotor

Domein Natuur en Milieu

Trend Toenemende urgentie van klimaatadaptatie vanwege extreme weersomstandigheden

Gebeurtenis Zandmotor

De Zandmotor DeltaDuin is een voor de kust van

Nederland bij Ter Heijde aangelegde kunstmatige zandbank in de vorm van een schiereiland.

Datering 2011 – 2012

Page 35: Supplement bij Trendanalyse en hotspotmonitor IenM (2005 ...publicaties.minienm.nl/download-bijlage/113328/... · 5.1 Moerdijkbrand (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)—32 5.2 Verbod op

Pagina 35 van 43

Supplement bij IenM Trendanalyse en Hotspotmonitor (2005)2010-2017

Trendanalyse en hotspotmonitor IenM

(2005)2010-2017

Nadere omschrijving Onder invloed van golven, wind en de stroming langs de kust naar het noorden verandert de zandbank. Het zand

ervan verspreidt zich in de loop der jaren verder langs de kust. Het is een experiment in het kader van dynamisch kustbeheer met de bedoeling natuurlijke processen te gebruiken om stranden en duinen op een veilige breedte te houden. De opgespoten zandmassa zal naar verwachting door natuurlijke processen van stroming, golven en wind in zo'n twintig jaar naar de Hollandse

Noordzeestranden worden verplaatst. De zeestroom langs deze kust is altijd naar het noorden.

Rol IenM / RWS Het schiereiland is in 2011 ten behoeve van de kustverdediging en het kustonderhoud door de aannemerscombinatie Van Oord - Boskalis in opdracht

van Rijkswaterstaat en de provincie Zuid-Holland aangelegd. Ter hoogte van natuurgebied Solleveld is aan de kust 21,5 miljoen m3 elders in de Noordzee gewonnen zand gestort. Het DeltaDuin steekt anderhalve kilometer in zee en is aan de basis twee km breed. Na de aanleg besloeg de oppervlakte 128 ha. De aanleg van deze zandmotor kostte 70 miljoen euro. Indien hij werkt zoals

bedoeld zijn tot 2031 ter plaatse geen verdere zandsuppleties nodig.

Mogelijke andere betrokken

rijksorganisaties

Provincie Zuid-Holland

Uitzondering van vernietiging

Ja. Gebeurtenis is aangemerkt als zaak met een uniek karakter (Art. 5). Archiefbescheiden komen voor blijvende bewaring in aanmerking op basis van de Selectielijst voor de archieven van het ministerie van Infrastructuur en Milieu (IenM).

Verwijzing in de tekst Blz. 33

5.4 Afsluitdijk als icoon

Domein Natuur en Milieu

Trend Toenemende urgentie van klimaatadaptatie vanwege

extreme weersomstandigheden

Page 36: Supplement bij Trendanalyse en hotspotmonitor IenM (2005 ...publicaties.minienm.nl/download-bijlage/113328/... · 5.1 Moerdijkbrand (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)—32 5.2 Verbod op

Pagina 36 van 43

Supplement bij IenM Trendanalyse en Hotspotmonitor (2005)2010-2017

Trendanalyse en hotspotmonitor IenM

(2005)2010-2017

Gebeurtenis Afsluitdijk als icoon

In 1932 is de Afsluitdijk met de hand gebouwd. Na 85

jaar intensief gebruik, was het in 2017 tijd voor een grootschalige renovatie. Deze gelegenheid hebben het Rijk en de regio aangegrepen om ontwerper Daan Roosegaarde te vragen om de iconische waarde van de Afsluitdijk neer te zetten. Het behoud van het bouwkundig erfgoed en de cultuurhistorie is essentieel onderdeel van de renovatieplannen.

Het project Icoon Afsluitdijk is een designinnovatieproject

met tijdelijke en permanente werken voor de 32 km lange iconische dijk. Het project Icoon Afsluitdijk sluit aan op de ambities van de overheid om de dijk in 2022 energieneutraal te laten zijn en om recreatie en toerisme te bevorderen. De permanente en tijdelijke werken van het project benadrukken de belangrijkste functies van de

dijk zoals waterbescherming, erfgoed, energie en mobiliteit. Het doel is de mens op unieke wijze met het Nederlandse landschap te verbinden en een technologisch en wetenschappelijk verhaal te brengen dat de bezoeker bij blijft.

Datering 1932 – nader te bepalen

Nadere omschrijving

Rijkswaterstaat versterkt de Afsluitdijk de komende jaren om Nederland ook in de toekomst tegen de kracht van het water te beschermen. Rijk en regio hebben deze

gelegenheid aangegrepen om ook andere initiatieven de ruimte te geven. Op en rond de Afsluitdijk worden projecten ontwikkeld op het gebied van recreatie en toerisme, natuurontwikkeling en duurzame energie.

Page 37: Supplement bij Trendanalyse en hotspotmonitor IenM (2005 ...publicaties.minienm.nl/download-bijlage/113328/... · 5.1 Moerdijkbrand (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)—32 5.2 Verbod op

Pagina 37 van 43

Supplement bij IenM Trendanalyse en Hotspotmonitor (2005)2010-2017

Trendanalyse en hotspotmonitor IenM

(2005)2010-2017

Rol IenM / RWS Aan ontwerper Daan Roosegaarde is in 2016 gevraagd

een bijdrage te leveren aan het versterken van de iconische waarde van de Afsluitdijk. Hij ontwikkelde een aantal tijdelijke werken dat de cultuurhistorische waarde van de Afsluitdijk benadrukte en bijdroeg aan de waarde van de dijk als (internationaal) visitekaartje voor de Nederlandse waterbouw, cultuur en innovatie. Met een subtiele laag die licht en duisternis en verleden en

toekomst met elkaar verbindt, versterkte Roosegaarde de schoonheid van de dijk en maakte hij nieuwe koppelingen tussen mens en landschap. Eén werk is permanent en

blijft zichtbaar op de Afsluitdijk. In september 2016 startte het project met Waterlicht, een poëtische lichtinstallatie die ons herinnerde aan de rol die de dijk speelt bij de bescherming van Nederland tegen

overstromingen. Van november 2017 tot en met januari 2018 werden Glowing Nature, een interactieve en mysterieuze ervaring met lichtgevende algen in één van de historische kazematten, en Windvogel, een slimme vlieger die energie kan opwekken, tentoongesteld. Lichtpoort, de 60 monumentale heftorens aan weerszijden

van de dijk die oplichten door de koplampen van passerende auto’s, is een permanent werk en blijft zichtbaar voor iedereen zichtbaar vanuit de auto.

Mogelijke andere

betrokken

rijksorganisaties

-

Uitzondering van vernietiging

Ja. Gebeurtenis is aangemerkt als beeldbepalend, karakteristiek, bijzonder object (Art. 5). Archiefbescheiden komen voor blijvende bewaring in aanmerking op basis van de Selectielijst voor de

archieven van het ministerie van Infrastructuur en Milieu (IenM).

Verwijzing in de tekst

Blz. 33

5.5 Opwekking van windenergie op zee

Domein Natuur en Milieu

Trend Energietransitie: verandering in energiegebruik

Gebeurtenis Opwekking van windenergie op zee

Op grond van richtlijn 2009/28/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 april 2009 ter bevordering van het gebruik van energie uit hernieuwbare bronnen

(Richtlijn hernieuwbare energie) dient Nederland ervoor te zorgen dat zijn aandeel energie uit hernieuwbare

bronnen in 2020 minstens gelijk is aan 14%.

Page 38: Supplement bij Trendanalyse en hotspotmonitor IenM (2005 ...publicaties.minienm.nl/download-bijlage/113328/... · 5.1 Moerdijkbrand (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)—32 5.2 Verbod op

Pagina 38 van 43

Supplement bij IenM Trendanalyse en Hotspotmonitor (2005)2010-2017

Trendanalyse en hotspotmonitor IenM

(2005)2010-2017

Datering 23 april 2009 – nader te bepalen

Nadere omschrijving Bij het akkoord over het Klimaat- en Energie Beleidsraamwerk voor 2030 is een Europees bindend doel van 27% hernieuwbare energie afgesproken.

In het Energieakkoord voor duurzame groei (Energieakkoord) is afgesproken dat het aandeel duurzame energie stijgt naar 14% in 2020 en 16% in 2023. Specifiek voor windparken op zee is afgesproken

dat er 4.450 MW operationeel vermogen in 2023 gerealiseerd is.

Daarnaast is in het Energieakkoord afgesproken dat het kabinet zorg draagt voor een robuust wettelijk kader om de opschaling van windenergie op zee mogelijk te maken. Kortere doorlooptijden en kostenreductie zijn daarbij

belangrijke uitgangspunten. De Wet windenergie op zee voorziet hierin door een nieuw stelsel van uitgifte van kavels in windenergiegebieden.

In de brief aan de Tweede Kamer van 26 september 2014

is de routekaart aangeboden. In de routekaart is uiteengezet hoe de doelstelling voor windenergie op zee – zoals afgesproken in het Energieakkoord – tijdig

gerealiseerd wordt.

Daarnaast is in de brief aan de Tweede Kamer aangegeven dat een gecoördineerde netaansluiting leidt

tot lagere maatschappelijke kosten en een kleinere impact op de leefomgeving. Het uitgangspunt van de routekaart is dat windenergie op zee het meest kosteneffectief gerealiseerd kan worden door het

realiseren van een net op zee, dat aansluit op het bestaande hoogspanningsnet op land.

Rol IenM Het opstellen van de Rijksstructuurvisie Windenergie op Zee. Het doel van de Rijksstructuurvisie is duidelijkheid bieden aan overheden, burgers en marktpartijen over de

gebieden waar in beginsel windparken kunnen worden gebouwd en welke randvoorwaarden daarvoor gelden. Daarmee draagt de Rijksstructuurvisie bij aan het behalen van de doelstellingen op het gebied van duurzame energie. Daarnaast draagt de Rijksstructuurvisie bij aan het zo doelmatig mogelijk benutten van de beschikbare

ruimte op de Noordzee.

Mogelijke andere betrokken rijksorganisaties

Ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK)

Uitzondering van

vernietiging

Niet van toepassing. Gebeurtenis heeft plaatsgevonden in

het kader van uitvoeren van beleid. Archiefbescheiden komen al voor blijvende bewaring in aanmerking op basis van de Selectielijst voor de archieven van het ministerie van Infrastructuur en Milieu (IenM).

Verwijzing in de tekst Blz. 34

Page 39: Supplement bij Trendanalyse en hotspotmonitor IenM (2005 ...publicaties.minienm.nl/download-bijlage/113328/... · 5.1 Moerdijkbrand (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)—32 5.2 Verbod op

Pagina 39 van 43

Supplement bij IenM Trendanalyse en Hotspotmonitor (2005)2010-2017

Trendanalyse en hotspotmonitor IenM

(2005)2010-2017

5.6 Aardbevingen Groningen

Domein Natuur en Milieu

Trend Energietransitie: verandering in energiegebruik

Gebeurtenis Aardbevingen Groningen

De gaswinningsproblematiek in Groningen omvat alle

schadelijke gevolgen van bodemdaling en geïnduceerde aardbevingen veroorzaakt door de aardgaswinning in het Groningenveld.

Datering 24 oktober 2003 – nader te bepalen

Nadere omschrijving Het gebied waar met te kampen heeft met de

gaswinningsproblematiek is niet alleen in Groningen, maar ook aan de randen van de provincie in Friesland en Drenthe. In de kop van Drenthe bevindt zich het Baloërveld, waar eveneens aardbevingen voorkomen, zij het in veel mindere mate. Het gebied met de zwaardere aardbevingen is gelokaliseerd in het noorden van de

provincie Groningen, in het gebied tussen de stad Groningen en de Eemshaven.

Er is ten gevolge van de gaswinning schade ontstaan aan (funderingen van) gebouwen, en de hogere waterstand noopt bijvoorbeeld tot de aanleg van nieuwe sluizen, dijken of gemalen. De NAM, die het aardgas wint, compenseert dergelijke schade via de Commissie

Bodemdaling. Men is het niet altijd eens over de te treffen maatregelen.

Schade aan woonhuizen door aardbevingen of bodemdaling dient sinds 2015 opgegeven te worden bij het Centrum Veilig Wonen in Appingedam. De woningschade wordt opgenomen in opdracht van de Nationaal Coördinator Groningen Hans Alders, die sinds

2015 werkzaam is in Groningen. Aanvankelijk werd ook de woningschade in opdracht van de NAM opgenomen. Begin 2018 was er een grote achterstand in het opnemen

van de schades. Minister Wiebes van EZK zegde op 10 januari 2018 bij een bezoek aan het gebied toe, dat er snel een goed schadeprotocol zal komen.

Rol IenM / KNMI Het KNMI is het onderzoeksinstituut op het gebied van seismologie en akoestiek en heeft de wettelijke taak om de Nederlandse bevolking voor te lichten over de seismische activiteit in en rondom Nederland. Het KNMI verricht metingen en doet onderzoek naar sterkte, impact en oorzaak van trillingen in de ondergrond en atmosfeer.

Mogelijke andere betrokken rijksorganisaties

Ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK)

Page 40: Supplement bij Trendanalyse en hotspotmonitor IenM (2005 ...publicaties.minienm.nl/download-bijlage/113328/... · 5.1 Moerdijkbrand (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)—32 5.2 Verbod op

Pagina 40 van 43

Supplement bij IenM Trendanalyse en Hotspotmonitor (2005)2010-2017

Trendanalyse en hotspotmonitor IenM

(2005)2010-2017

Uitzonderen van vernietiging

Niet van toepassing. Gebeurtenis heeft plaatsgevonden in het kader van uitvoeren van beleid. Archiefbescheiden

komen al voor blijvende bewaring in aanmerking op basis van de Selectielijst voor de archieven van het ministerie van Infrastructuur en Milieu (IenM).

Verwijzing in de tekst

Blz. 35

5.7 Elektrische laadvoorzieningen op het hoofdwegennet

Domein Natuur en Milieu

Trend Energietransitie: verandering in energiegebruik

Gebeurtenis Elektrische laadvoorzieningen op het hoofdwegennet

Fastned is een pionier in de snellaadstations. Toen er nog amper een markt was voor elektrische wagens, begon het bedrijf al een infrastructuur te bouwen voor laadpalen.

Dat was vijf jaar geleden: wegrestaurants,

benzinestations en oliemaatschappijen wilden toen nog niet investeren.

Datering 2012 – nader te bepalen

Nadere omschrijving Fastned kreeg in 2012, na een openbare aanbesteding,

de rechten om bij 201 snelwegstations een laadstation te bouwen waar elektrische auto’s in twintig minuten een volle accu kunnen halen. Nu de eerste stations worden geopend, blijkt Rijkswaterstaat echter ook elektrische vergunning te verlenen aan zittende pomphouders op dezelfde locatie.

Page 41: Supplement bij Trendanalyse en hotspotmonitor IenM (2005 ...publicaties.minienm.nl/download-bijlage/113328/... · 5.1 Moerdijkbrand (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)—32 5.2 Verbod op

Pagina 41 van 43

Supplement bij IenM Trendanalyse en Hotspotmonitor (2005)2010-2017

Trendanalyse en hotspotmonitor IenM

(2005)2010-2017

Rol IenM / RWS Rijkswaterstaat en Fastned, de grootste aanbieder van laadpunten voor elektrische auto’s langs de snelweg,

maken ruzie over de rechten om bij bestaande pompstations elektrisch laden te mogen aanbieden.

Het conflict gaat over de vraag of pomphouders die aanvankelijk geen interesse hadden in elektrische laadpalen, die alsnog mogen plaatsen nu de markt erom begint te vragen. Fastned is verwikkeld in meerdere rechtszaken die voortkomen uit de gunning voor de

exploitatie van laadstations voor elektrische voertuigen die Fastned in het verleden heeft verworven.

Veel van de onenigheid tussen Fastned en de oliemaatschappijen komt voort uit het onderscheid dat de minister maakt tussen een laadstation als basisvoorziening (Fastned snellaadstations) en een laadstation als aanvullende voorziening bij een

benzinestation (zoals de oliemaatschappijen die exploiteren). Fastned vecht dit onderscheid al langere tijd aan, maar dit punt is in beide bovenstaande zaken niet meegenomen. Deze vraag blijft daarmee open staan voor behandeling in een van de andere lopende zaken.

Mogelijke andere betrokken rijksorganisaties

Ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK), Nationaal kennisplatform Publieke laadinfrastructuur (NKL)

Uitzondering van vernietiging

Niet van toepassing. Gebeurtenis heeft plaatsgevonden in het kader van uitvoeren van beleid Ja. Archiefbescheiden komen al voor blijvende bewaring in aanmerking op basis

van de Selectielijst voor de archieven van het ministerie van Infrastructuur en Milieu (IenM).

Verwijzing in de tekst Blz. 35

5.8 Urgenda

Domein Natuur en Milieu

Trend Energietransitie: verandering in energiegebruik

Gebeurtenis Urgenda

Op 24 juni 2015 won de stichting met 900 andere eisers een rechtszaak tegen de Staat der Nederlanden over het landelijke klimaatbeleid. Via de rechtbank werd afgedwongen dat de Nederlandse staat de uitstoot van broeikasgassen eind 2020 met minimaal 25% moet hebben teruggedrongen, in vergelijking met die in 1990. Volgens de rechtbank zal Nederland bij ongewijzigd beleid

niet verder komen dan een beperking van 17%. De stichting had om een korting van 40% gevraagd. Het door de Nederlandse overheid ingestelde hoger beroep werd op 9 oktober 2018 verworpen. De staat heeft tegen de

uitspraak beroep in cassatie ingesteld bij de Hoge Raad.

Page 42: Supplement bij Trendanalyse en hotspotmonitor IenM (2005 ...publicaties.minienm.nl/download-bijlage/113328/... · 5.1 Moerdijkbrand (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)—32 5.2 Verbod op

Pagina 42 van 43

Supplement bij IenM Trendanalyse en Hotspotmonitor (2005)2010-2017

Trendanalyse en hotspotmonitor IenM

(2005)2010-2017

Datering 2015 – 20 december 2019

Nadere omschrijving De Rechtbank Den Haag heeft in zijn uitspraak van 24 juni bepaald dat de Staat de emissies van broeikasgassen in Nederland in 2020 moet beperken tot een niveau van 25% onder de uitstoot in 1990. De Staat heeft tegen deze uitspraak hoger beroep aangetekend om daarmee zekerheid en eenheid in de rechtsvorming te verkrijgen over de uitspraak van de rechtbank.

In de uitspraak heeft de rechter voor het eerst overwogen dat de zorgplicht van de overheid een bepaalde minimale

reductie van broeikasgassen in 2020 vereist. Het kabinet zet vraagtekens bij de omvang van de toetsing door de rechter van de aan de overheid toekomende beleidsruimte en de daarmee gepaard gaande afweging

van uiteenlopende belangen. Aarzelingen zijn er ook over de wijze waarop de rechter daarbij het internationaal recht betrekt. Het gaat onder meer om de vraag of internationale verdragen en afspraken, zoals het Kyoto Protocol, die zich niet rechtstreeks tot burgers richten en die open normen bevatten op deze wijze kunnen doorwerken in het Nederlands recht. Tevens wil het

kabinet een oordeel van een hoger rechtscollege over de wijze van invulling van de zorgvuldigheidsnorm.

Vanwege de gevolgen voor het klimaatbeleid en omdat niet uit te sluiten valt dat de uitspraak van de rechtbank

gevolgen heeft voor andere beleidsterreinen is het wenselijk om deze uitspraak te laten toetsen bij een hoger rechtscollege.

Rol IenM19 De rechtbank in Den Haag beslist dat de Staat meer moet doen om de broeikasgassen in Nederland te verminderen (24 juni 2015); Het gerechtshof bekrachtigt de uitspraak van de rechtbank Den Haag en beslist dat de Staat broeikasgassen op korte termijn verder moet

terugdringen (09 oktober 2018); Cassatie is ingesteld (2019). De uitstoot van broeikasgassen moet eind 2020 met tenminste 25 procent verminderd worden ten opzichte van 1990. Dat heeft de Hoge Raad op vrijdag 20 december 2019 bepaald.

Mogelijke andere betrokken rijksorganisaties

Ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK)

Uitzondering van vernietiging

Ja. Gebeurtenis is aangemerkt als zaak met een uniek karakter (Art. 5). Archiefbescheiden komen voor blijvende

bewaring in aanmerking op basis van de Selectielijst voor de archieven van het ministerie van Infrastructuur en Milieu (IenM).

Verwijzing in de tekst Blz. 35

19 https://www.rechtspraak.nl/Bekende-rechtszaken/klimaatzaak-urgenda

Page 43: Supplement bij Trendanalyse en hotspotmonitor IenM (2005 ...publicaties.minienm.nl/download-bijlage/113328/... · 5.1 Moerdijkbrand (HOTSPOT NATIONAAL ARCHIEF)—32 5.2 Verbod op

Pagina 43 van 43

Supplement bij IenM Trendanalyse en Hotspotmonitor (2005)2010-2017

Trendanalyse en hotspotmonitor IenM

(2005)2010-2017