STABU-bulletin december 2010

32
STABU LLETIN ‘BIM is het hedendaagse paspoort’ » pagina 14 » pagina 17 Vraag het STABU In deze uitgave o.a. antwoord op de vragen: • Hoe kan men in het bestek het demon- teren, opslaan en opnieuw aanbrengen van dezelfde bouwstof beschrijven? • Heeft de wijzigingsbevoegdheid van de aannemer betreffende een bouwstof uit de U.A.V. § 17, lid 5 enkel betrek- king op merkgebonden bouwstoffen in het bestek? » lees de antwoorden vanaf pagina 12 » lees verder op p.25 » lees verder op p.3 » lees verder op p.6 jaargang 25 | nuMMer 04 | deceMBer 2010 Vragen & antwoorden Algemeen Bestuur STABU » pagina 31 ‘speciale STaBu studeer aces’ j a a r Schng STaBu is een samenwerkingsver- band tussen de partners in de bouwnijver- heid. de doelstelling van ST aBu: alle parjen in het nederlandse bouwproces gebruiken, in alle fasen, de ST aBu-producten als onderlegger voor hun kwalitaeve informa- ebehoeſte en informae-uitwisseling, dit in een eendrachge samenwerking met de andere informaeleveranciers op dit terrein en aangelegen terreinen zoals de getekende informae en de kosteninformae. Het Algemeen Bestuur van Schng STABU bestaat uit leden, afgevaardigd namens de complete bouwbranche. Graag stellen zij zich aan u voor: • Ministerie VROM | J.A.M. Altenburg (voorzier) • Ministerie van Defensie | J.H.M.A. Erven • VNG | ing. P.J.M. Slangen • Aedes | drs. P.A. de Vrije • NLingenieurs | mr. G.Th. Colenbrander • Bouwend Nederland | mr. P.J.M.W. Clerx • Bouwend Nederland - ir. C.P.C. Flipse • UNETO-VNI | ir. ing. R. de Reus • UNETO-VNI | ing. C. Smit Beursnotering Begin 2011 neemt Schng STaBu zowel deel aan de Internaonale Bouwbeurs als aan de Bouw & IcT. Bouwbeurs 2011 ‘Bouwen doen we samen’ is het thema van de Internationale BouwBeurs 2011 die van 7 t/m 12 februari in Jaarbeurs Utrecht wordt gehouden. U bent welkom op de STABU- stand 10.B001 Veel nieuwbouwwoningen worden van- daag de dag opgeleverd met een zoge- naamde woningmap met daarin allerlei informae over de woning. een gebruiksin- struce m.b.t. bediening van de toegepaste ‘techniek’ in de woning is soms heel beperkt of helemaal niet aanwezig. UNETO-VNI heeſt daarom de Gebruikshand- leiding Woninginstallaes ontwikkeld. Deze is nu beschikbaar. ‘gras info beschikbaar bouwbrede bouwproducten!’ In 1989 is de uaV 1968 herzien. na die herziening is in 1992 het grootste deel van het nieuwe Burgerlijk Wetboek ingevoerd, waarvan in 2003 de tel aanneming van Werk volgde. Voorts is in de jaren na 1989 nieuwe jurisprudene verschenen en zijn inzichten over hoe omgegaan moet worden in de relae opdrachtgever-aannemer veranderd. Kort- om er zijn tal van redenen om de uaV 1989, de meest gebruikte algemene voorwaarden in de bouw, te onderwerpen aan een herziening. Het Ministerie van VROM heeſt Instuut voor Bouwrecht opdracht verleend om de herziening teza- men met een Werkgroep Herziening UAV 1989 vorm te geven. Deze staat onder leiding van prof. mr. M.A.M.C. van den Berg (Universiteit van Tilburg). In 2011 zal het resultaat gepubliceerd gaan worden. HERZIENING UAV 1989 De werkgroep bestaat v.l.n.r. ir. M.L.A.M. van Hezik (STABU, namens de Rijksoverheid), mr. H. Strang, mr. M.C.A van Deurzen (UNETO- VNI namens de - installatietechnische - aannemers), prof. mr. M.A.M.C. van den Berg van de Universiteit van Tilburg, prof. mr. dr. M.A.B. Chao-Duivis (rapporteur van de Werkgroep, directeur Instituut voor Bouwrecht), mr. D.E. van Werven (Bouwend Nederland, namens de aannemers). Wel in werkgroep niet op foto mr. R.B. Schnepper (Gemeentewerken Rotterdam, namens de lagere overheid). 1 STABULLETIN | Gebruikshandleiding Woninginstallaties

description

Huisorgaan van Stichting STABU te Ede over haar Bouwbreed Informatiesysteem

Transcript of STABU-bulletin december 2010

Page 1: STABU-bulletin december 2010

stabulletin‘BIM is het

hedendaagse paspoort’

» pagina 14 » pagina 17

Vraag het STABUIn deze uitgave o.a. antwoord op de vragen:

• Hoe kan men in het bestek het demon-teren, opslaan en opnieuw aanbrengen van dezelfde bouwstof beschrijven?

• Heeft de wijzigingsbevoegdheid van de aannemer betreffende een bouwstof uit de U.A.V. § 17, lid 5 enkel betrek-king op merkgebonden bouwstoffen in het bestek?

» lees de antwoorden vanaf pagina 12 » lees verder op p.25 » lees verder op p.3

» lees verder op p.6

ja a r g a n g 25 | n u M M e r 04 | d e c e M B e r 2010

Vragen & antwoordenAlgemeen Bestuur STABU

» pagina 31

‘specialeSTaBu

studeer acties’

jaar

25

Stichting STaBu is een samenwerkingsver-band tussen de partners in de bouwnijver-heid. de doelstelling van STaBu: alle partijen in het nederlandse bouwproces gebruiken, in alle fasen, de STaBu-producten als onderlegger voor hun kwalitatieve informa-tiebehoefte en informatie-uitwisseling, dit in een eendrachtige samenwerking met de andere informatieleveranciers op dit terrein en aangelegen terreinen zoals de getekende informatie en de kosteninformatie.

Het Algemeen Bestuur van Stichting STABU bestaat uit leden, afgevaardigd namens de complete bouwbranche. Graag stellen zij zich aan u voor:• Ministerie VROM | J.A.M. Altenburg (voorzitter)• Ministerie van Defensie | J.H.M.A. Erven• VNG | ing. P.J.M. Slangen• Aedes | drs. P.A. de Vrije• NLingenieurs | mr. G.Th. Colenbrander• Bouwend Nederland | mr. P.J.M.W. Clerx• Bouwend Nederland - ir. C.P.C. Flipse• UNETO-VNI | ir. ing. R. de Reus• UNETO-VNI | ing. C. Smit

BeursnoteringBegin 2011 neemt Stichting STaBu zowel deel aan de Internationale Bouwbeurs als aan de Bouw & IcT.

Bouwbeurs 2011‘Bouwen doen we samen’ is het thema van de Internationale BouwBeurs 2011 die van 7 t/m 12 februari in Jaarbeurs Utrecht wordt gehouden. U bent welkom op de STABU-stand 10.B001

Veel nieuwbouwwoningen worden van-daag de dag opgeleverd met een zoge-naamde woningmap met daarin allerlei informatie over de woning. een gebruiksin-structie m.b.t. bediening van de toegepaste ‘techniek’ in de woning is soms heel beperkt of helemaal niet aanwezig.

UNETO-VNI heeft daarom de Gebruikshand-leiding Woninginstallaties ontwikkeld. Deze is nu beschikbaar.

‘gratis info beschikbaar bouwbrede

bouwproducten!’

In 1989 is de uaV 1968 herzien. na die herziening is in 1992 het grootste deel van het nieuwe Burgerlijk Wetboek ingevoerd, waarvan in 2003 de titel aanneming van Werk volgde. Voorts is in de jaren na 1989 nieuwe jurisprudentie verschenen en zijn inzichten over hoe omgegaan moet worden in de relatie opdrachtgever-aannemer veranderd. Kort-om er zijn tal van redenen om de uaV 1989, de meest gebruikte algemene voorwaarden in de bouw, te onderwerpen aan een herziening.

Het Ministerie van VROM heeft Instituut voor Bouwrecht opdracht verleend om de herziening teza-men met een Werkgroep Herziening UAV 1989 vorm te geven. Deze staat onder leiding van prof. mr. M.A.M.C. van den Berg (Universiteit van Tilburg). In 2011 zal het resultaat gepubliceerd gaan worden.

Herziening UAV 1989

De werkgroep bestaat v.l.n.r. ir. M.L.A.M. van Hezik (STABU, namens de Rijksoverheid), mr. H. Strang, mr. M.C.A van Deurzen (UNETO-VNI namens de - installatietechnische - aannemers), prof. mr. M.A.M.C. van den Berg van de Universiteit van Tilburg, prof. mr. dr. M.A.B. Chao-Duivis (rapporteur van de Werkgroep, directeur Instituut voor Bouwrecht), mr. D.E. van Werven (Bouwend Nederland, namens de aannemers). Wel in werkgroep niet op foto mr. R.B. Schnepper (Gemeentewerken Rotterdam, namens de lagere overheid).

1STABULLETIN |

Gebruikshandleiding Woninginstallaties

Page 2: STABU-bulletin december 2010

Ontdek

Het nieuwe zoeken voor de bouw

.nl

Zoek nu in al deze kennisbronnen tegelijk op www.wizer.nl*

Cobouw Wizer adv def.pdf 1 10.10.14 15:12

Page 3: STABU-bulletin december 2010

inHoUd» pagina 4 • risico van het vak» pagina 11 • In de verkoop • nieuwe fabrikanten» pagina 14 • Icn solutions: ‘Bim is het hedendaagse paspoort’» pagina 17 • gratis informatie beschikbaar bouwbrede producten • Voor in uw agenda» pagina 18 • In kort bestek» pagina 20 • ‘geld verdienen & ergenissen

besparen’» pagina 21 • Presentaties gebruikersbijeenkomsten» pagina 22 • uit de praktijk van SMI» pagina 26 • Van goede kwaliteit» pagina 28 • een goed bestek, deel 1 van 3» pagina 30 • duncan ‘wij volgen de grootste gemene deler’» pagina 31 • cursusaanbod STaBu» pagina 32 • colofon • Prijsoverzicht STaBu-producten

Van de redactieVoor u ligt STABU-bulletin december 2010. En daar zijn we met z’n allen best wel trots op. Want dit blad staat symbool voor de ontwikkelingen bij onze organisatie. In dit jubileumjaar brachten we 25 jaar geleden het eerste bulletin uit. In de daaropvolgende periode is STABU in vele opzichten gegroeid.

We zijn voortdurend blijven vernieuwen. Om bij de tijd te blijven, om vooral onze bijzondere positie in de bouwnijverheid te verstevigen. Door nieuwe producten te ontwikkelen en steeds een stapje extra te zetten voor onze relaties. Dat werkt! Maar we willen ons natuurlijk blijven verbeteren.

In dit bulletin leest u over diverse – besteksgerelateerde – ontwikkelingen. Naast vertrouwde rubrieken is deze keer uitgebreid aandacht voor de kenmerken van een goed bestek, ontwerprisico’s en de gebruikershandleiding voor woningen. Vervolgens geven softwarebedrijven “ICN Solutions” en “DUNCAN Automatisering” inzage in hun plannen met STABU-Element.

Als terugkomend thema in dit STABU-bulletin blijkt dat faalkosten veel organisaties in de bouw de nodige zorgen baren. Zeker in tijden van recessie wordt nog meer aandacht aan reducering van kosten gegeven. Veel initiatieven worden ontplooid om met name de faalkosten terug te dringen; waarbij we kunnen stellen het allemaal om “(gebrek aan) communicatie” gaat. Zou BIM de oplossing zijn?

Wij hopen dat u veel leesplezier beleeft aan dit bulletin. En mocht u vragen of suggesties hebben? Neem dan gerust contact op.

Tot slot nemen wij de gelegenheid te baat om u een voorspoedig 2011 toe te wensen!

Diana Kervel

om kennis te nemen van alle nieuwe ontwikkelingen rondom STABU Bouwbreed Informatiesysteem en aanverwante producten.

Voor meer informatie over het gehele beurs-aanbod, Material Xperience, kennispleinen en overige speciale evenementen tijdens de BouwBeurs, kijk op www.bouwbeurs.nl.

Bouw & IcTParallel aan de Internationale BouwBeurs vindt de beurs Bouw & ICT plaats. Dit is het platform voor ICT toepassingen en diensten in de hele bouwkolom; van ontwerpen, bouwen tot beheren. Bouw & ICT vindt

7-12februari 2011

8-10februari 2011

» vervolg ‘Beursnotering’

plaats van dinsdag 8 tot en met donderdag 10 februari in hal 5. Meer informatie kijk op www.bouw-en-ict.nl.

U bent welkom op de STABU-stand 05.D006 om kennis te nemen van alle nieuwe ontwikkelingen rondom STABU Online en STABU-Element.

ToegangskaartenEen entreebewijs voor deze beurzen is snel te regelen. Op de website van STABU staat een link waarmee u deze zonder verdere kosten kunt verkrijgen.

Website: www.stabu.org.

3STABULLETIN |

Page 4: STABU-bulletin december 2010

ontwerprisico’s volop in beweging

4 STABULLETIN|

aannemers zijn steeds vaker bereid de ontwerprisico’s van hun (potentiële) opdrachtgevers over te nemen. Bijvoorbeeld door eisen vanuit het bestek en aanbesteding of vanwege andere commerciële motieven. Ontwerpende partijen zijn op hun beurt meer dan ooit op zoek naar de grenzen van een ontwerp om het project toch nog haalbaar te maken. Ontwerprisico’s nemen daardoor toe. aon risk Solutions is nauw betrokken bij het risicobeheer van dergelijke projecten. In dit bulletin bieden ruben de Bruin en erik Korts van aon risk Solutions opdrachtgevende en opdrachtnemende partijen een aantal verzekeringsoplossingen om zich beter en krachtiger te wapenen tegen ontwerprisico’s.

Wat is het ontwerprisico?Ontwerpers van bouwwerken hanteren veelal DNR, RVOI of SR-voorwaarden waarmee zij hun aansprakelijkheid begren-zen. In veel gevallen is de aansprakelijkheid dan beperkt tot de hoogte van het honorarium of een bedrag tot maximaal 1 miljoen euro. Ook wordt de aansprakelijkheid voor directe schade beperkt tot 5 jaar na oplevering.

Het gevolg is dat de opdrachtgever de schade die door de ont-werper is veroorzaakt, niet of slechts gedeeltelijk op hen kan ver-halen. Opdrachtgevers leggen het risico voor een foutief ontwerp daarom steeds vaker contractueel neer bij de aannemer.

geen verzekeringsdekkingOm verrassingen tijdens of na de bouw te voorkomen, is het verstandig om in de ontwerpfase afspraken te maken over de te regelen verzekeringen. Ook moet verantwoordelijkheid voor het ontwerprisico worden vastgelegd in het bestek. Ontwerp-

VAn HeT VAKRisico

Ontwerpfout voorbeeld 1Een bouwfysisch adviseur maakt een ontwerpfout in een geluidsbelaste gevel. Het project omvat twee flats met elk 250 woningen langs een drukke snelweg. De gevel wordt conform de uitgangspunten van het ontwerp gebouwd. Later blijkt dat de geluidsnorm in de woningen niet wordt behaald, waardoor de bewoners klagen over geluidsoverlast. Het herstellen van deze fout kost €1.500,- per woning, in totaal dus € 750.000,- Als de aannemer het ontwerprisico contractueel heeft aanvaard, is hij aansprakelijk voor deze kosten.

fouten worden slechts beperkt of in het geheel niet gedekt door een CAR- of AVB verzekering. Op welke wijze partijen een aanvullende verzekering voor het ontwerp-risico het meest adequaat kunnen regelen, is afhankelijk van contractuele afspraken.

Benoemen risico’sRisicoreductie begint met het expliciet benoemen van (ontwerp) risico’s. Opdrachtge-vers, aannemers, adviseurs en installateurs benoemen deze gelukkig steeds vaker al tij-dens de onderhandelingen. De afspraken worden vervolgens contractueel vastgelegd. Naast een heldere risicoverdeling is het van groot belang om af te stemmen of één van de partijen ook een verzekeringsplicht op zich neemt. Een ontwerpverzekering is volledig op maat te maken voor zowel opdrachtgever als opdrachtnemer.

Voor de aannemer:Bouw Ontwerp Verzekering (BOV) / Professional Indemnity Insurance (PI)De aansprakelijkheidsverzekering voor de ontwerpende aannemer, BOV/PI, ver-zekert de aannemer voor aansprakelijkheid voor schade aan een (bouw)werk, herstelkosten door gebreken in het (bouw)werk en de financiële gevolgschade, die het gevolg is van fouten in een ontwerp waarvoor de aannemer aansprakelijk is. De ontwerpwerkzaamheden kunnen zijn uitgevoerd door de aannemer zelf, maar ook door een derde partij.

De BOV-verzekering biedt dekking voor:• zaakschade aan zaken waarop het ontwerp betrekking heeft;• kosten voor herstel van materiële schade; • kosten voor het opnieuw uitvoeren van werkzaamheden;• het herstellen van gebreken;• financiële gevolgschade na oplevering.

De belangrijkste voordelen:• calamiteitendekking (balance sheet protection);• bescherming voor de ontwerpfouten van derden waarvoor de aannemer

(contractueel) verantwoordelijk is;• door innovatieve contractsvormen, zoals Design & Construct, Turn Key en DBFM(O),

is het een onmisbare verzekering voor aannemers die opdrachten uitvoeren op ba-sis van deze contractsvormen.

Veelal wordt het ontwerprisico op een doorlopende verzekering afgesloten.

Page 5: STABU-bulletin december 2010

5STABULLETIN |

aon is een wereldwijde fincanciële dienstverlener, die o.a. helpt om klanten op verantwoorde wijze risico’s te laten nemen en deze beheersbaar te maken met oog voor het beperken van risicokosten. Samen met STaBu helpen en informeren ze over risico’s en risicomanagement.

Door: Ruben de Bruin (Sr. account Manager - Bouw, foto links) & Erik Korts (Sr. Broker)

Voor de opdrachtgever:XOV-verzekeringDe Excedent Ontwerpaansprakelijkheidsverzekering (XOV) overbrugt het verschil tussen de werkelijke schade en het bedrag waarvoor de opdrachtgever adviseurs maximaal aansprakelijk kan stellen. In geval van schade die het gevolg is van ontwerpfouten van adviseurs, dekt de XOV-verzekering deze schade alsof u de aansprakelijkheid van uw adviseur heeft overgenomen. In de praktijk houdt dit in dat de opdrachtgever deze verzekering afsluit en daarmee het ontwerprisico draagt en afdekt voor al zijn adviseurs.

De voordelen van de Excedent Ontwerpaansprakelijkheidsverzekering: • adequate en faire schadevergoeding bij beroepsfouten van adviseurs; • zekerheid over de dekking;• inzicht in de kosten;• de verzekering is afgestemd op de eigen algemene voorwaarden;• geen langdurige discussies met verzekeraars; • geen goedkeuring van verzekeraars nodig voor inschakeling van bepaalde adviseurs;

goede combinatie met een construction all risk-polisZowel de BOV als de XOV zijn uitstekend te combineren met een CAR verzeke-ring. De dekkingen van deze verzekerings vormen sluiten goed op elkaar aan. Er bestaan ook goede mogelijkheden om deze gecombineerd af te sluiten.

STaBu en aon Aon is een wereldwijde organisatie die opereert in vrijwel iedere branche. Binnen Nederland is Aon dé toonaangevende (beurs)makelaar voor de bouw, vastgoedsector, adviseurs, aannemers, projectontwikkelaars en investeerders.

Naast het bemiddelen bij verzekeringen helpt Aon zijn klanten om op verantwoorde wijze risico’s te nemen en deze beheers-baar te maken met oog voor het beperken van risicokosten. STABU en Aon werken samen om partijen te helpen en te informeren over risico’s en risicomanagement.

Wilt u meer weten over bovenvermelde onderwerpen, neem dan contact op met: • Ruben de Bruin (Sr. Account Manager – Bouw) Paalbergweg 2, Amsterdam Telefoonnummer (020) 430 54 38 E-mailadres [email protected] • Erik Korts (Sr. Broker) Admiraliteitskade 62, Rotterdam T. (010) 44 87 480 E. [email protected]

Ontwerpfout voorbeeld 3Tijdens de bouw van een project worden 100 prefabgevel-elementen met stekeinden met de hoofddraagconstructie verbonden. Eén element breekt af als gevolg van een ernsti-ge ontwerpfout. De overige 99 elementen zijn niet afgebroken, maar blijken wel - conform het foutieve ont-werp - aan de constructie ver-bonden te zijn. De verbindings-constructie van alle elementen moet worden aangepast. Als de aannemer verantwoordelijk is voor het ontwerp, is de schade voor zijn rekening en risico.

Ontwerpfout voorbeeld 2Een constructeur ontwerpt voor een opdrachtgever een hoofddraag-constructie met een aanneemsom van €10 miljoen. Er zijn echter fouten in het ontwerp gemaakt. Essentiële kolommen zijn bijvoor-beeld te rank ontworpen of het wapeningspercentage in de vloeren is te laag berekend. Het probleem dat hierdoor ontstaat, legt de aannemer normaliter bij de op-drachtgever neer, aangezien die het ontwerp heeft laten verzorgen.

Als de aannemer echter de ontwerp-verantwoordelijkheid contractueel heeft overgenomen, zijn de gevolgen voor rekening en risico van hemzelf. Deze kunnen zo aanzienlijk zijn dat ze in sommige gevallen de bedrijfs- continuïteit in gevaar brengen.

fotografie ‘Vambersky en Corsmit’

fotografie ‘Vambersky en Corsmit’

Page 6: STABU-bulletin december 2010

1 Ministerie VrOMj.a.M. (jan) altenburg (voorzitter)

‘Als voorzitter dien ik de belangrijke rol en positie van STABU in het bouwproces te behouden en verder te ontwikkelen.’

» Wie bent u (huidige werkkring, functie en werkzaamheden) en wat is de relatie met betrekking tot STaBu?Vanaf begin 2007 ben ik namens de Rijksgebouwendienst (RGD) als directeur Paleis Soestdijk verantwoordelijk voor de tijdelijke openstelling en de herbe-stemming van het landgoed Soestdijk. Ook ben ik als procesmanager betrokken bij de ontwikkeling van Veenhuizen in Drenthe.

Daarvoor was ik directeur van het Architecten- en Ingenieursbureau (A&A) van de RGD en van 1998 tot 2003 was ik lid van de directie van de Rijksvoorlich-tingsdienst. Mijn relatie met STABU dateert uit de tijd van het architecten- en ingenieursbureau. De vorige voorzitter, Harry Baayen, introduceerde mij bij STABU als zijn opvolger en er werd mij gevraagd om het voorzitterschap te vervullen.

» namens welke organisatie bent u vertegenwoordigd en wat is uw doel met deelname aan het algemeen Bestuur van STaBu voor uw achterban?Ik ben de vertegenwoordiger van de Rijksgebouwendienst – sinds kort onderdeel van Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) – en via mijn deelname aan STABU wil ik de samenwerking tussen RGD en STABU bevorderen. Dat draagt ook bij aan de professionalisering in het bouwproces. Als voorzitter dien ik ook een meer algemeen belang teneinde de belangrijke rol en positie van STABU in het bouwproces te behouden en verder te ontwikkelen.

» Hoe gaat u dit realiseren?Door steeds de samenwerking op te zoeken en te bevorderen.

» Waar kijkt u het meeste naar uit in uw werk?Naar de wijze waarop je samen met anderen heel veel uitdagende – soms ook schijnbaar onmogelijke – zaken kunt realiseren.

» vervolg ‘Vragen en antwoorden Algemeen bestuur STABU’

» Voor welke persoon heeft u bewondering (nationaal of internationaal) en waarom?Ik heb grote bewondering voor mensen als bijvoorbeeld Nelson Mandela, maar ook voor belangrijke kunstenaars, architecten en schrijvers.

» Wat is uw favoriete internetsite?Dat is niet de overigens zeer goede website van STABU! Ik ben altijd onder de indruk van Google Earth. Als ik van een land of streek meer wil weten dan surf ik vaak even op die site.

» Wat is uw toekomstvisie?Voor STABU; dat de doelstelling van onze stichting stap voor stap verder wordt ontwikkeld, de verdere transformatie van een “bestekkenorganisatie” naar een bouwbrede infor-matie-organisatie. Ik ben positief over de toekomst, hoewel de bouwsector nu enkele magere jaren doormaakt, breken er ook weer goede tijden aan. Laten we de huidige jaren gebruiken om onze processen verder te optimaliseren en te professionaliseren!

2 Ministerie van defensiej.H.M.a. (jan) erven

‘Het doel van mijn deelname is ingegeven vanuit de rol die ik als opdrachtgever in het bouwproces inneem.‘

» Wie bent u (huidige werkkring, functie en werkzaamhe-den) en wat is de relatie met betrekking tot STaBu?Jan Erven, Plaatsvervangend Directeur DVD tvs Directeur Centrale Directie DVD. In die functie houd ik mij vooral

VrAAg & AnTwoord1

2

3

4

6 STABULLETIN|

Page 7: STABU-bulletin december 2010

bewondering de beleefde erkenning dat een ander op ons lijkt. Kortom ik bewonder eenieder die iets van zijn leven probeert te maken.

» Wat is uw favoriete internetsite?Ik ga jullie helaas teleurstellen. Het is niet “stabu.org”; die staat namelijk op twee. Mijn favoriete internet site is “startpagina.nl”. Omdat deze site niet alleen voor mij maar ook voor vele andere Nederlanders als onderlegger dienst doet als startpunt voor de primaire kwalitatieve informatiebehoefte op internet.

» Wat is uw toekomstvisie?Ook in het verleden, heeft de toekomst ons een hoop verrassingen gebracht. Kortom mijn visie op de toekomst is een grote hoop verrassingen (mooie en uiteraard ook minder mooie).

3 Vng (Vereniging van nederlandse gemeenten)ing. P.j.M. (Peter) Slangen

‘Ik vind het erg belangrijk dat er één standaard bestek systematiek voor de utiliteitsbouw is‘

» Wie bent u (huidige werkkring, functie en werkzaamheden) en wat is de relatie met betrekking tot STaBu?Ik ben bijna 20 jaar werkzaam bij de gemeente Rotterdam, waarvan de laatste twee jaar bij het Ontwikkelingsbedrijf Rotterdam. Binnen het Ontwikkelingsbedrijf Rotter-dam zit ik bij de afdeling Vastgoed, waar ik de functie Sr. Vastgoedontwikkelaar heb.

Dit houdt in dat ik me bezig hou met de ontwikkeling van gemeentelijke vastgoed zoals onder andere sportvoorzieningen (Topsportcentrum, zwembaden e.d.) en culturele voorzieningen (podia, theater e.d.). Mijn werkzaamheden bestaan met name uit het aansturen van adviseurs en aannemers. De contracten die we daarbij voor de aannemers gebruiken zijn nagenoeg altijd STABU-bestekken.

» namens welke organisatie bent u vertegenwoordigd en wat is uw doel met deelname aan het algemeen Bestuur van STaBu voor uw achterban?Ik zit in het bestuur namens de VNG, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten.

bezig met alle bedrijfsvoeringonderwerpen die in mijn Dienst aan de orde zijn. Vanuit die rol is het bestuurslid-maatschap van STABU een logische.

» namens welke organisatie bent u vertegenwoordigd en wat is uw doel met deelname aan het algemeen Bestuur van STaBu voor uw achterban?Ik vertegenwoordig het Ministerie van Defensie en het doel van mijn deelname aan het Algemeen Bestuur van STABU is ingegeven vanuit de rol die mijn organisatie in het bouw-proces inneemt. Uiteraard is deze rol die van opdrachtgever.

Uniek in de samenstelling van het Algemene Bestuur is dat niet alleen Rijksopdrachtgevers maar andere opdrachtgevers in de bouw, opdrachtnemers, toeleveranciers, advies-bureaus, architecten, etc in het Bestuur gezeten zijn. Kortom, een collegiaal bestuur wat de gehele bouwketen vertegenwoordigt en input, richting en sturing kan geven aan de formuleerde kwalitatieve en kwantitatieve doelstelling van de Stichting STABU.

» Hoe gaat u dit realiseren?Door binnen mijn organisatie (ieder op zijn niveau) de hierboven aangehaalde kwalitatieve doelstelling van STABU zo veel als mogelijk bewust te operationaliseren en bij te dragen in de verdergaande ontwikkeling van die doelstelling. Zodanig dat alle partijen in het Nederlandse bouwproces in alle fasen de STABU-producten als onder-legger voor hun kwalitatieve informatiebehoefte en -uit-wisseling gebruiken.

» Waar kijkt u het meeste naar uit in uw werk?Ik kijk het meeste uit in mijn werk naar die momenten waarin ik in discussie met mijn medewerkers overtuigend antwoord kan geven op een der twee basisvragen “hoe kan het beter” en “hoe kan het anders”. Met andere woorden is “verbeteren” of “veranderen/vernieuwen” de te bewandelen weg.

» Voor welke persoon heeft u bewondering (nationaal of internationaal) en waarom?Volgens Ambrose Bierce (Amerikaans schrijver, 1842 – 1914) is

VrAAg & AnTwoord

»

5

6

7

8

9

7STABULLETIN |

Page 8: STABU-bulletin december 2010

Dit betekent dus dat ik namens gemeentelijke opdrachtgevers aan tafel zit en hun belangen behartig. Ik vind het erg belangrijk dat er één standaard bestek systematiek voor de utiliteitsbouw is en dat deze zowel recht doet aan de belangen van op-drachtgevers als aan die van de aannemers.

Het is belangrijk dat we eerlijke en herkenbare contracten kunnen sluiten. Daarnaast ben ik ook voorstander van verdere uniformering in de bouw, om pro-cessen beter te laten verlopen en faalkansen te verkleinen. STABU speelt hier een hele belangrijke rol in en continuering van STABU is dan ook een van hoofdpunten.

» Hoe gaat u dit realiseren?Als lid van het STABU-bestuur kan dat enerzijds door de kritisch de bedrijfs-voering en de nieuwe ontwikkelingen te volgen en anderzijds door de directie en medewerkers te steunen waar nodig. Daarnaast kunnen we natuurlijk ook helpen door met ideeën te komen of als ambassadeurs nieuwe producten te promoten of in onze gemeente(n) te implementeren.

» Waar kijkt u het meeste naar uit in uw werk?Het leukste vind ik altijd om aan een nieuw project te beginnen. Een heel nieuw pro-ject, dat nog geen project mag heten. Maar ook een project dat al bestaat maar dat helemaal is vastgelopen. Daar heb ik altijd de meeste zin in, en kijk ik echt naar uit.

» Voor welke persoon heeft u bewondering (nationaal of internationaal) en waarom?Niemand, ik doe niet zo aan persoonsverheerlijking.

» Wat is uw favoriete internetsite?Dat is natuurlijk Google, want daar vind ik alles. Al vind ik bestekservices.nl ook heel handig want daar vind ik alle bouwregelgeving digitaal en handig bij elkaar.

» Wat is uw toekomstvisie?Een visie is eigenlijk een droom. In de mijne werken we op basis van vertrou-wen en is dus het Europese aanbestedingsbeleid afgeschaft, waardoor er echt een nieuwe bouwcultuur kan ontstaan. Ambtenaren gaan gewoon goed met hun verantwoordelijkheid om en aannemers respecteren dat, en vice versa natuurlijk.

We hebben alles dusdanig gestandaardiseerd dat we alle bouwstukken makkelijk kunnen uitwisselen en faalkansen zijn gereduceerd. Maar er blijven natuurlijk wel genoeg bouwproblemen over om op te lossen, zodat ik nog steeds een leuke en spannende baan heb.

4 aedes Vereniging voor woningcorporatiesdrs. P.a. (Piet) de Vrije

‘Als professionele opdrachtgevers hebben we er belang bij dat de software in de bouw op orde is.‘

» Wie bent u (huidige werkkring, functie en werkzaamheden) en wat is de relatie met betrekking tot STaBu?Na mijn functies bij Ymere (o.a. hoofd Financiën) in Amsterdam ben ik nu reeds 15 jaar als bestuurder werkzaam bij de woningcorporatie Patrimonium in Vee-nendaal. Komend jaar realiseren we een omzet van ruim 100 mln euro in nieuw-bouw en renovatie. We beheren een vastgoedportefeuille van 6.300 woningen in Veenendaal (een kwart van de totale woningvoorraad in Veenendaal).

» namens welke organisatie bent u vertegenwoordigd en wat is uw doel met deelname aan het algemeen Bestuur van STaBu voor uw achterban?Onze corporatie is vanaf het begin lid van de brancheorganisatie Aedes in Hilversum. Namens deze koepel van woningbouwbedrijven ben ik afgevaardigd in het bestuur

van STABU. De aangesloten woningcorporaties realiseren jaarlijks een nieuwbouw productie van bijna 25.000 (huur)woningen. Daarnaast zijn ze een belangrijke opdrachtgever op het gebied van Renovatie & Beheer en Onderhoud.

Als professionele opdrachtgevers hebben we er alle belang bij dat de “software” in de bouw goed op orde is. Ik denk dan naast de bestekssystematiek bijvoorbeeld aan BIM en PIM. Dit verlaagt de administratieve lasten in de bouw en voorkomt fouten bij de ontwikkeling, de prijsvorming en de werkvoorbereiding.

» Hoe gaat u dit realiseren?Onze brancheorganisatie Aedes maakt tevens deel uit van de Regieraad Bouw. We werken aan de thema’s zoals keten-samenwerking, vernieuwend opdrachtgeverschap, slimmer en duurzaam bouwen en vertrouwen in de bouw. Uiteraard staan deze thema’s in de huidige tijd van crisis extra onder druk.

» Waar kijkt u het meeste naar uit in uw werk?Een woningcorporatie biedt mij twee interessante werel-den: de bouw en de gebruikers van de bouwwerken (onze woningen) en de huurders. Onze plaats op de woningmarkt biedt de uitdaging om met een zeer gemêleerde en veelal dankbare doelgroep te werken die elke dag zo weer haar nieuwe uitdagingen met zich brengt.

» Voor welke persoon heeft u bewondering (nationaal of internationaal) en waarom?Ik noem daarbij maar eens twee namen: Max van der Stoel en Jan Pronk. Dat zijn, met vele anderen op de wereld, mensen die met kennis van zaken weten hoe de machts-verhoudingen liggen en die voortdurend werken om internationale conflicten proberen te beheersen en nood-situaties opgelost te krijgen. Van die mastodonten kunnen we er niet genoeg hebben op de wereld.

» Wat is uw favoriete internetsite?Geen één want dat is niet mijn hobby.

» Wat is uw toekomstvisie?Ik ben een technisch optimist maar een op het sociaal maatschappelijk vlak balanceer ik tussen realisme en pessimisme. De huidige tijd vraagt erom twee hoofd- vraagstukken op te lossen: een goed onderscheid maken tussen zaken die zinvol zijn en een eind maken aan zaken die louter verspilling zijn.

Daarnaast is door ons financiële systeem de concentratie van rijkdom dusver doorgeschoten dat die nu belemmerend werkt voor verdere maatschappelijke economische ontwik-keling. In de bouw komen al die vraagstukken samen.

Verspilling door consumenten: Denk in het groot aan de kantorenmarkt en de bedrijfsterreinen. Maar bij huishou-dens aan verbouwingen van bijvoorbeeld luxe keukens die de leeftijd van 5 jaar nog niet hebben bereikt alvorens er weer een nieuw model in moet.

En bij producenten: de nog altijd aanwezige bouwfouten van meer dan tien procent, de lage productiviteit, de nog te tra-ge ontwikkeling bij het industriële bouwen. Om nog maar te zwijgen van de inefficiënties bij de bouwvoorbereiding; BIM en PIM hebben met behulp van internet nog een wereld te

8 STABULLETIN|

Page 9: STABU-bulletin december 2010

winnen. Ook kan de bouw nog veel groei doormaken op het gebied van duurzaam om gaan met grondstoffen en energie.

5 nLingenieursmr. g.Th (gertom) colenbrander

‘Het doel van mijn deelname aan het algemeen bestuur is het waarborgen van de continuïteit van STABU‘

» Wie bent u (huidige werkkring, functie en werkzaamhe-den) en wat is de relatie met betrekking tot STaBu?Mijn naam is Gertom Colenbrander. Ik werk sinds juni 2007 als vakgroephoofd contracten en bouwrecht bij ABT B.V. te Velp. ABT is een multidisciplinair adviesbureau dat zich gespecialiseerd heeft in de vakgebieden constructies, bouwkunde en installaties, bouwmanagement en civiele techniek. De vakgroep maakt onder meer bestekken en verzorgt aanbestedingen. Daarnaast adviseert de vakgroep op het terrein van bouwrecht.

De relatie tussen ABT en STABU komt het meeste tot uiting in de werkzaamheden van de vakgroep contracten en bouwrecht. Wij maken namelijk bestekken, in de meeste gevallen volgens de STABU-systematiek.

» namens welke organisatie bent u vertegenwoordigd en wat is uw doel met deelname aan het algemeen Bestuur van STaBu voor uw achterban?Ik zit namens NLingenieurs in het bestuur van STABU. Het doel van mijn deelname is het waarborgen van de continuïteit van STABU. STABU levert namelijk met haar besteksystematiek een waardevol instrument, waar ingenieursbureaus in de dagelijkse praktijk veel gebruik van maken.

» Hoe gaat u dit realiseren?Ik probeer een bijdrage aan continuïteit te leveren door goed te besturen.

» Waar kijkt u het meeste naar uit in uw werk?Een schijnbaar onoplosbaar probleem oplossen.

» Wat is uw favoriete internetsite?www.aanbestedingskalender.nl

6 Bouwend nederlandmr. P.j.M.W. (Pieter) clerx

‘Voor wat betreft STABU: let op de kerntaken, want die zijn nu goed ingevuld.‘

» Wie bent u (huidige werkkring, functie en werkzaamheden) en wat is de relatie met betrekking tot STaBu?Ik ben Pieter Clerx. Al 31 jaren werkzaam bij dé vereniging voor bouw- en infrabedrijven. Op het gebied van het bouwproces heb ik wel de meeste functies vervuld. Nu ligt het accent op bouwregelgeving, publiek-private samenwerking en bouwverzekeringen.

» namens welke organisatie bent u vertegenwoordigd en wat is uw doel met deelname aan het algemeen Bestuur van STaBu voor uw achterban?Samen met Kees Flipse vertegenwoordig ik Bouwend Nederland. Uniformiteit is heel belangrijk voor onze leden. Niet bij ieder nieuw werk andere maatvoering of andere begrippen. Daarnaast is ketensamenwerking noodzakelijk. De producten van STABU zijn hierbij een goed hulpmiddel.

» Hoe gaat u dit realiseren?Wij geven al veel voorlichting aan onze leden. Met activiteiten op het gebied van branche-ontwikkeling helpen wij ook bij de bedrijfsvoering. Promotie van de producten van STABU is hiervan een onderdeel.

» Waar kijkt u het meeste naar uit in uw werk?Vooral het contact met de bouw- en infrabedrijven. Onze achterban is heel gemêleerd. Met specifieke problemen. De motivatie is er om bij de oplossing hiervan een belangrijke rol te spelen.

» Voor welke persoon heeft u bewondering (nationaal of internationaal) en waarom?Mensen met charisma spreken mij aan. Echte leiders, die de wereld verder kunnen helpen. De toenemende individualisering en complexiteit van de samenleving eisen steeds hogere kwaliteiten van deze voortrekkers.

» Wat is uw favoriete internetsite?Dat was www.minvrom.nl. Maar die is helaas al vóór de opheffing van het ministerie opgenomen in de website voor de hele rijksoverheid. Dit heeft de kwaliteit zeker niet bevorderd. Een andere favoriet is www.vng.nl. Heel actueel, goed ingedeeld en gemakkelijke zoekfunctie. » Wat is uw toekomstvisie?Voor wat betreft STABU: let op de kerntaken, want die zijn nu goed ingevuld. Voor Bouwend Nederland hoop ik dat de bouwproductie weer op een normaal peil komt.

Continuïteit is heel belangrijk. Als mensen prettig kunnen wonen, werken en re-creëren, komt de rest vanzelf. Waar mogelijk zal ik mij daarvoor blijven inzetten.

7 Bouwend nederlandir. c.P.c. (Kees) Flipse

‘Wij leveren input vanuit de dagelijkse bouwpraktijk aan de directie van STABU.‘

» Wie bent u (huidige werkkring, functie en werkzaamheden) en wat is de relatie met betrekking tot STaBu.Ir. C.P.C. (Kees) Flipse technisch commercieel directeur Bouwbedrijf Flipse b.v. te Koudekerke (zld). Namens Bouwend Nederland afgevaardigd in het STABU-bestuur.

» namens welke organisatie bent u vertegenwoordigd en wat is uw doel met deelname aan het algemeen Bestuur van STaBu voor uw achterban?Zie hierboven, doel: De belangen van de bij de brancheorganisatie aangesloten lidbedrijven behartigen op het terrein waarop/waarin STABU werkzaam is. Het »

9STABULLETIN |

Page 10: STABU-bulletin december 2010

leveren van input vanuit de dagelijkse bouwpraktijk aan de directie van STABU v.w.b. de gebruikseisen en wensen op het terrein van de door STABU ontwik-kelde diensten en producten.

» Hoe gaat u dit realiseren?Inbreng in de periodieke vergaderingen en kennisuitwisseling vanuit de eigen beroepspraktijk.

» Waar kijkt u het meeste naar uit in uw werk?Bouwen is een fantastisch vak. Een mooi bouwwerk opleveren voor een tevreden klant geeft veel voldoening. Tegelijkertijd is de bouwcultuur van “verdeel en heers” achterhaald en demotiverend, zodat het moeilijker wordt om de positieve energie elke keer weer boven te laten drijven.

» Voor welke persoon heeft u bewondering (nationaal of internationaal) en waarom?Ik ben niet zo’n bewonderaar in die zin, dat ik van mening ben dat één persoon alle credits van mij krijgt. Ik bewonder tal van mensen die door hun gedurfde visie en doorzettingsvermogen doelen bereiken, waarvan anderen zouden zeggen dat ze niet realistisch zijn. Op allerlei gebied.

» Wat is uw favoriete internetsite?Internet is een schitterend medium, waar ik dankbaar en veelvuldig gebruik van maak, maar ik heb geen favoriete internetsite. De meest bezochte site: Google

» Wat is uw toekomstvisie?Ik denk dat we in de Westerse wereld voor een verdere welvaartsontwikkeling tegen de grenzen van onze democratie aanlopen. Het wordt steeds lastiger om onderschei-dend en adequaat te besturen. Het speelveld biedt geen ruimte voor afwijkende en gedurfde (lees innovatieve) ideeën. In de politiek ontbreekt dus de durf en de motiva-tie om visionair te denken. We regeren voor eigen parochie. Schaalvergroting en uitbreiding van het ambtelijk apparaat wordt dan vaak als de oplossing gezien om de problemen het hoofd te bieden. Het lijkt op een vicieuze cirkel.

Opkomende economieën hebben hier (nog) minder mee te maken. We moeten dus waken dat we door zelfgenoegzaamheid niet in een neergaande spiraal te-recht komen op sociaal, economisch en cultureel gebied. De groei in de Westerse wereld zal mijns inziens structureel achterblijven. Met als gevolg een mondiale nivellering. Dit komt de mondiale welvaartsverdeling overigens wel ten goede.

In de bouw zal de opdrachtgever meer en meer bewust worden van de levensduurkosten. Bouwers en toeleveranciers zullen daar op anticiperen door structurele samenwerkingsverbanden aan te gaan. Door een kwantitatieve afname van gekwalificeerd bouwplaatspersoneel zal een hoge mate van prefabricage noodzakelijk worden. Het bouwproces zal op termijn volledig worden gevirtualiseerd.

8 uneTO-VnIing. c. (Kees) Smit

‘De brancheorganisatie van de installatiebedrijven heeft mij gevraagd om haar belang te verdedigen in de Stichting STABU.‘

» Wie bent u (huidige werkkring, functie en werkzaamheden) en wat is de relatie met betrekking tot STaBu?mijn naam is C. (Kees) Smit; algemeen directeur van Croon elektrotechniek BV.

» namens welke organisatie bent u vertegenwoordigd en wat is uw doel met deelname aan het algemeen Bestuur van STaBu voor uw achterban?De brancheorganisatie van de installatiebedrijven, UNETO-VNI heeft mij gevraagd om haar belang te verdedigen in de Stichting STABU. Naast nieuwe aanbestedingsvormen als DBFM en D&C wordt nog veel de methode ‘bestek en tekeningen’ gehanteerd. Het STABU-bestek is hierbij de standaard en uitgegroeid tot een begrip.

Mede vanwege de moderne ICT hulpmiddelen zijn databases veel toegankelijker geworden en kunnen de eisen aan gebruiksvriendelijkheid en compleetheid verder worden opgevoerd. Dit is voor de installateur belangrijk om efficiënt te kunnen werken.

» Hoe gaat u dit realiseren?Bewaken vanuit mijn zetel in het bestuur.

» Waar kijkt u het meeste naar uit in uw werk?Een ‘all electrical’ omgeving

» Voor welke persoon heeft u bewondering (nationaal of internationaal) en waarom?Geen specifieke voorkeur.

» Wat is uw favoriete internetsite?Geen specifieke voorkeur.

» Wat is uw toekomstvisie?Techniek weer het aanzien geven wat ze destijds heeft gehad binnen het maatschappelijk speelveld. Techniek beoefenen moet zowel leuk, interessant als gerespecteerd worden.

9 uneTO-VnIir. ing. (rob) de reus

‘We bewaken de aansluiting op ICT ontwikkelingen die voor de installateur van belang zijn.‘

» Wie bent u (huidige werkkring, functie en werkzaamhe-den) en wat is de relatie met betrekking tot STaBu.Mijn naam is Rob de Reus, directeur bij Van Dorp Instal-laties, ik ben verantwoordelijk voor een drietal vestigingen.

» namens welke organisatie bent u vertegenwoordigd en wat is uw doel met deelname aan het algemeen Bestuur van STaBu voor uw achterban?De brancheorganisatie van de installatiebedrijven, UNETO-VNI heeft mij gevraagd om haar belang te verdedigen in de Stichting STABU.Naast nieuwe aanbestedingsvormen als DBFM en D&C wordt nog veel de methode ‘bestek en tekeningen’ gehanteerd. Het STABU-bestek is hierbij de standaard en uitgegroeid tot een begrip.

10 STABULLETIN|

Page 11: STABU-bulletin december 2010

de volgende fabrikanten/toeleveranciers hebben er voor gekozen om hun producten onder de aandacht te brengen bij gebruikers/licentiehouders van Stichting STaBu. Met ingang van STaBu-uitgave 2010-2 zijn dat:

» aldes Benelux B.V. • Ventilatie en Luchtbehandelingsinstallaties» araS Security B.V. • Toegangscontrole / inbraakdetectie» axa • Hang en sluitwerk» Betherma • convectoren en stralingspanelen» BLT Luchttechniek BV • Luchtverdeelslangen» Brc STOne BV • natuursteen / composiet» Brondool electric doorlocks B.V. • elektronische deursystemen» deurenfabriek Suselbeek B.V. • Houten deuren» Faac Benelux nV • draaideurautomaat / anti ram kraak paal» Häfele nederland BV • Hang en sluitwerk» Isoschelp v.o.f. • Isolatieschelpen» j.g.S. eurOPe bvba • Bestratingsmortel» jasno Shutters BV • Shutters» Kaimann B.V. • Buisisolatie» Piri Parket voor buiten • Parket voor binnen en buiten toepassingen» robair groep • Kunststof luchtkanaal» royal Stone nederland BV • natuursteen bladen» SchippergevelTechniek b.v. • geventileerde gevelsystemen» Schroeder – ankers • Betonstaaf koppeling» SimonsVoss Technologies BV • digitale cilinder» Socomec B.V. • Statische no-break eenheden (uPS)» Stark T.B. • aluminium luifel / dakgoot elementen» Trappen en Treden dijkhof B.V. • Metalen Spiltrap» Van Houtum Papier BV • Sanitair toebehoren» Waterloo B.V. • Ventilatie en Luchtbehandelingsinstallaties» Willems anker B.V. • drukbuis systeem

nieUwe fABriKAnTenDoel van de deelname aan het bestuur van STABU is te bewaken dat de inhoud van de bestekken maximaal bedragen aan eenduidige communicatie met, en begripsvorming bij, de installateur. Dit is voor de installateur belangrijk om efficiënt te kunnen werken en om faalkosten in de branche te minimaliseren.

Daarnaast wordt het traditionele bestek meer en meer inhoud gegeven door informatie die in elektronische vorm in het bestek is opgenomen of daaraan kan worden gekoppeld. Mede vanwege de moderne ICT hulpmiddelen zijn databases veel toegankelijker geworden en kunnen de eisen aan gebruiksvriendelijkheid en compleetheid verder worden opgevoerd.

» Hoe gaat u dit realiseren?Vanuit mijn rol van belangenbehartiger van Uneto-Vni zie ik samen met mijn mede bestuurslid Kees Smit toe op de realisatie hiervan en bewaak de aansluiting op ICT ontwikkelingen die voor de installateur van belang zijn. Kees en ik worden hierbij ondersteund door de heer Peter Zwakhals, een specialist op het gebied van informatisering van Uneto-Vni.

» Waar kijkt u het meeste naar uit in uw werk?Ik haal momenteel veel voldoening uit het verduurzamen van installaties. Bij nieu-we gebouwen kunnen we door integraal te ontwerpen en door het toepassen van innovatieve duurzame concepten het gebouw energieneutraal krijgen of zelfs een energieoverschot creëren. Bij bestaande gebouwen kunnen we door toepassing van bestaande technieken al vrij eenvoudig een forse energiereductie realiseren.

» Wat is uw favoriete internetsite?De drie websites die ik het meest raadpleeg zijn: google.nl, fd.nl en nu.nl. Tip, neem eens een kijkje op: vandorpfoundation.nl

» Wat is uw toekomstvisie?Dat ik een bijdrage kan leveren aan het verduurzamen van installaties zodat er voldoende ‘energie’ overblijft voor onze kinderen en kleinkinderen.

in de verkoopMevrouw (josé) Schaap is op 15 februari 2010 in dienst getreden bij Stichting STaBu.

In eerste instantie heeft zij zich gericht op het intern verzorgen van relatiebeheer met (nieuwe en bestaande) fabrikanten. Vervolgens heeft zij haar werkzaamheden uitgebreid op het gebied van de verkoop, van onder meer Fabrikantgebonden Product Specificaties. Met het oog op de toekomst zal mevrouw Schaap ook actief de verkoop van de licenties STABU-systematiek voor haar rekening gaan nemen.

Na 14 jaar- in de commerciële verkoop - te hebben gewerkt, bij een fabrikant van tech-nische precisie geometrische meetmiddelen, gaat zij zich met al haar ervaring inzetten voor Stichting STABU. Het e-mail adres is [email protected] en tel. 06-29262976

11STABULLETIN |

Page 12: STABU-bulletin december 2010

Van de vragen die onder andere via de telefonische helpdesk, de STaBu gebruikersdagen en de diverse cursussen en opleidingen bij Stichting STaBu zijn binnengekomen is een selectie gemaakt, welke in deze rubriek worden weergegeven. Vraag het

» Hoe kan men in het bestek het demonteren, opslaan en opnieuw aanbrengen van dezelfde bouwstof beschrijven?

Door een combinatie van een bestekposten uit meerdere hoofdstukken, waarbij het bouwdeel van de beide bestekposten de verbindende schakel vormt.

Het verwijderen van een (oude) bouwstof kan zoals gezegd in hoofdstuk 10 STUT-EN SLOOPWERK worden beschreven. In de STABU STANDAARD, onder de standaard technische bepaling 10.0.10.01 OMVANG HOOFDSTUK STUT- EN SLOOPWERK staat:

“Het hoofdstuk Stut- en sloopwerk betreft het geheel van werkzaamheden, nodig voor het ondersteunen, het geheel of gedeeltelijk verwijderen van bouw- en instal-latiedelen of terreininrichtingsobjecten.”

Hoewel de hoofdstuktitel wellicht doet vermoeden dat in dit hoofdstuk enkel het grove sloopwerk moet worden beschreven blijkt uit de hoofdstukdefinitie dat ook het demonteren, als een vorm van niet-destructief verwijderen, er een onderdeel van uitmaakt.

In de STABU-bestekssystematiek zitten onder subparagraaf 10.32 PLAATSELIJK SLOOPWERK dan ook vele kortteksten met de term “VERWIJDEREN”. Maar ook in de kortteksten met de titel “SLOOPWERK” zitten specificaties met in de specificatietitel de term ”VERWIJDEREN”. Zo zit onder de korttekstcode 10.32.42 SLOOPWERK DAKBEDEKKING onder rubriek 0 de specificatiegroep SLOOPWERK DAKBEDEKKING, specificaties met titels als “VERWIJDEREN BAANVORMIGE DAKBEDEKKING, VERWIJDEREN DAKPANNENBEDEKKING, VERWIJDEREN LEIENBEDEKKING etc. In de betreffende specificaties zelf staan wederom schrapteksten als “Eigendom afkomend materiaal”, “Bewerking afkomend materiaal”, “Opslag afkomend materiaal”. Met dit alles kan in het bestekboek goed kenbaar worden gemaakt dat het om verwijderen of demonteren gaat, met de bedoeling om het opnieuw in het werk her te gebruiken.

In §21 “Oude bouwstoffen” van de U.A.V. 1989 staat:

1) De uit het werk komende oude bouwstoffen blijven eigendom van de opdrachtge-ver, tenzij de directie verklaart, dat zij voor de opdrachtgever niet van waarde zijn.

2) De voor de opdrachtgever niet van waarde verklaarde oude bouwstoffen worden eigendom van de aannemer en moeten worden weggevoerd; de directie kan ver-langen, dat zulks geschiedt binnen door haar te bepalen termijnen en tot een afstand van tenminste 200 m van het werk.

3) De aan de opdrachtgever verblijvende oude bouwstoffen worden behoorlijk ge-sorteerd - het hout bovendien spijkerschoon gemaakt - en opgeborgen op door de directie aan te wijzen plaatsen niet verder dan 200 m van het werk verwijderd.

4) De aannemer is niet verantwoordelijk voor de hoedanigheid van uit het werk komende bouwstoffen, voor zover achteruitgang van die hoedanigheid niet aan hem is te wijten.

Specifiek op lid 1 kan men in het bestekboek anticiperen in hoofdstuk 01 VOOR HET WERK GELDEN VOORWAARDEN, 01.02 ADMINISTRATIEVE BEPALINGEN AANVULLEND OP DE U.A.V., artikel 01.02.21 OUDE BOUWSTOFFEN bij bepaling 01 EIGENDOM OUDE BOUWSTOFFEN die luidt:

“Voorzover niet anders in dit bestek is vermeld, zijn de uit het werk komende oude bouwstoffen niet van waarde voor de opdrachtgever.”

Met deze alles omvattende aanvullende administratieve bepaling wordt geregeld dat alle uit het werk komende oude bouwstoffen niet van waarde zijn voor de opdrachtgever behalve daar waar in de werkbeschrijving, in de besteksposten, anders is aangegeven. Aan dit laatste kan uitdrukking worden gegeven in het bestekboek door in een bestekpost van een te verwijderen bouwstof te vermelden dat het de bedoeling is om de bouwstof her te gebruiken.

In de bestekpost waarin het aanbrengen van de her te gebruiken bouwstof wordt beschreven zal duidelijk moeten worden gemaakt dat de aannemer de betreffende bouwstof niet moet leveren. In §6 “Verplichtingen van de aannemer”, lid 3a van de U.A.V. 1989 staat immers:

3) De verplichtingen van de aannemer omvatten mede:a. de levering van de nodige bouwstoffen en het verrichten

van de nodige werkzaamheden;

Dit kan door in de bouwstofrubriek behorende bij de desbe-treffende bestekpost achter de schaptekst: “Leverancier:...” in te vullen “de opdrachtgever”, eventueel aangevuld met de zinsnede “de uit het werk komende opgeslagen her te gebrui-ken bouwstof” .

In §20 Zorg voor bouwstoffen, van de U.A.V. 1989 staat:

De aannemer draagt zorg voor de goedgekeurde en de door de opdrachtgever ter beschikking gestelde bouwstoffen, alsmede voor de uit het werk komende bouwstoffen. Verlies, vermissing of beschadiging van deze bouwstoffen is voor zijn rekening, behoudens het bepaalde in §44.

Door nu zowel de “sloop bestekpost” als de “aanbreng bestek-post” van hetzelfde uitgewerkte bouwdeel te voorzien, is in het bestek het demonteren, opslaan en opnieuw aanbrengen eenduidig beschreven.

12 STABULLETIN|

Page 13: STABU-bulletin december 2010

» vervolg van pagina 7Beantwoord door: ing. H.H.M.(Henny) Miltenburg

STABU

»

» Kan het verwijderen van een bouwstof ook anders worden beschreven, zonder gebruikmaking van het hoofdstuk 10 STuT- en SLOOPWerK?

Jazeker. De hoofdstukindeling van de STABU-bestekssystematiek is gebaseerd op het idee van de klassieke bouwprocesvolgorde en de Nederlandse bouwcultuur van onderaanneming. Met andere woorden, ieder hoofdstuk representeert als het ware een discipline, ambacht, werksoort of techniek. Vanuit deze (uitscheur) gedachte zit in STABU het verwijderen, in welke gradatie dan ook, in hoofdstuk 10 STUT- EN SLOOPWERK.

Als echter degene die de bouwstof verwijdert dezelfde “persoon” is als die het weer aanbrengt kan dat worden meegenomen onder een eigen paragraaf in het begin van het aanbreng hoofdstuk. In enkele hoofdstukken is dit al operationeel.

Zo zit er in hoofdstuk 36 VOEGVULLING de korttekst 36.20.10 VERWIJDEREN VOEGVULLING en in hoofdstuk 22 METSELWERK de korttekst 22.21.20 VERWIJDEREN BESTAAND VOEGWERK.

» Hoe kan ik in het bestek het laten uitvoeren door de aannemer van een infrarood thermografisch onderzoek opnemen?

Dit kan vooralsnog niet in STABU. Derhalve zal er gebruik moeten worden gemaakt van de vrije code techniek.

Materie met een temperatuur boven het absolute nulpunt zendt zowel in vaste, vloeibare als gasvormige toestand elektromagnetische straling uit, waarvan de intensiteit en de golflengte primair van de temperatuur afhangen. Door middel van een stralingsthermometer kan contactloos de temperatuur van een gebouw worden gemeten, waarbij rekening wordt gehouden met de emissiefactor van het gebouw, de omgevingstemperatuur, de temperatuur van de meetsensor en, bij het meten over grote afstanden, de invloed van de atmosfeer.

Bij thermografie wordt van een gebouw een tempera-tuurbeeld opgebouwd: het temperatuurverloop over het gebouw wordt in verschillende kleuren of grijswaarden weergegeven. Hierbij wordt uitgegaan van een enkelpunts stralingsopnemer met een zeer kleine openingshoek, wel-ke voor een goede nauwkeurigheid wordt gekoeld tot een lage temperatuur (circa -200 °C bij objecttemperaturen van circa -100 tot 400 °C).

Het beeld wordt verkregen door met behulp van twee met hoge snelheid bewegende spiegels het gebouw af te tasten. De gemeten temperaturen worden omgezet in een beeld, terwijl de verkregen informatie ook kan worden

gebruikt voor het uitvoeren van berekeningen. Hiertoe vindt digitaal data opslag plaats. Met behulp van speciale software worden de gegevens geanalyseerd en gepresenteerd.

Een toepassingsmogelijkheid van infrarood thermografie is het beoordelen van de gebouwschil. Zo is bijvoorbeeld bij de oplevering, naast de klassieke visuele inspectie van de isolatie van gevels, vloeren en daken, een inhoudelijke kwalitatieve beoordeling van luchtdichtheidsgebreken mogelijk. Infrarood thermografie is ook een krachtig instrument voor het opsporen van isolatiegebreken, koudebruggen en luchtlekkages. Zelfs daklekkages kunnen worden opgespoord.

Daar deze werkzaamheden hoofdstukoverschrijdend zijn, kan een dergelijk onderzoek niet vanuit de regulier werkbeschrijvend STABU hoofdstuk worden gevraagd. Men zou dan kunnen uitwijken naar hoofdstuk 01 VOOR HET WERK GELDENDE VOORWAARDEN en conform het expertiserapport het kunnen plaatsen onder 01.02.06 VERPLICHTINGEN VAN DE AANNEMER. Men zou het ook als onderdeel kunnen beschouwen van de opneming ten behoeve van de oplevering. Dan zou men een vrije aanvullende administratieve bepaling kunnen toevoegen aan artikel 01.02.09 OPNEMING EN GOEDKEURING.

Een andere gedachte is het om voor dit onderzoek een vrij hoofdstuk, bijvoorbeeld 99, aan te maken met de titel ONDERZOEKSWERK. Vervolgens kan men dan dit onderzoek met bijbehorend rapport in een vrije aanvullende technische bepaling (99.00.30), conform het gedetailleerde werkplan of revisiebescheiden omschrijven of, wat de voorkeur geniet, in een vrije korttekst (99.30.10) inhoudelijk beschrijven.

» Zijn de u.a.V. termen “voorgeschreven bouwstof” en “met een fabrieksnaam aangeduide bouwstof” synoniem?

Neen.

De U.A.V. 1989 gebruikt in § 5 Verplichtingen van de opdracht-gever, lid 4a en 5b de term “voorgeschreven bouwstof”. In § 17 Verwerking van bouwstoffen, lid 5 de term “met een fa-

brieksnaam aangeduide bouwstoffen” en in §18 Keuring van bouwstoffen, lid 6c de term “aangeduid met een fabrieksnaam”.

Een met een fabrieksnaam aangeduide bouwstof is uiteraard wel een voorgeschre-ven bouwstof maar het omgekeerde is niet het geval!

13STABULLETIN |

Page 14: STABU-bulletin december 2010

»Heeft de wijzigingsbevoegdheid van de aannemer betreffende een bouwstof uit de u.a.V. §17, lid 5 enkel betrekking op merkgebonden bouwstoffen in het bestek?

In beginsel wel, want zo is het in deze standaard administratieve bepaling wel geformuleerd

In §17 Verwerking van bouwstoffen, lid 5 van de U.A.V. 1989 staat immers:

5) Indien de directie zulks goed vindt, zal de aannemer in plaats van met een fabrieksnaam aangeduide bouwstoffen andere mogen leveren, mits van overeenkomstige hoedanigheid.

Dus enkel wanneer er sprake is van een met fabrieksnaam aangeduide bouwstof in het bestek, zou de aannemer kunnen opperen een andere te leveren, mits de directie zulks goedvindt. Impliciet stelt deze bepaling dat de aannemer “zijn mond zou moeten dichthouden” als in het bestek enkel “voorgeschreven bouwstoffen” zijn meegenomen.

In een “verre voorloper” van de huidige U.A.V., de Algemene Besteksbepalingen 1945, afgekort A.B.’45, stond onder de 3e afdeling VOORSCHRIFTEN OMTRENT BOUWSTOFFEN in §37 HOEDANIGHEID lid 3:

“Indien de directie zulks goedvindt, zal de aannemer in plaats van de fabrieksnaam of een andere speciale benaming aangeduide bouwstof andere mogen leveren, mits van een overeenkomstige hoedanigheid.” Om de innovatieve kracht van de aannemer tijdens de uitvoering te benutten zou het wellicht beter zijn om de zinsnede “met een fabrieksnaam aangeduide bouwstoffen” te wijzigen in “voorgeschreven bouwstoffen”.

‘BiM iS HeT HedendAAgSe

pASpoorT...’ na in STaBu-bulletin juni 2010 Intrisio (assen), Ballast nedam (nieuwegein) en archidat (Oegstgeest) naar hun ervaringen met STaBu-element te hebben gevraagd is deze keer de beurt aan Icn Solutions in ‘s-Hertogenbosch. de heren Laurens Liket (directeur) en ad de jongh (TnO geautoriseerd BIM-specialist) doen desgevraagd een boekje open over de noodzaak van standaardisatie, BIM, hun plannen met revit en toekomstverwachtingen.

Laurens Liket trapt af: “In overleg met STABU hebben wij voor de 3B Werkmethodiek een stuk software geschreven op basis van de STABU-Elementenmethodiek. Deze bètasoftware hebben wij, als praatplaatje, aan diverse representatieve bedrijven laten zien om een beeld te krijgen van waar we in de toekomst naartoe willen. Wij hebben zelf een ideaalbeeld voor ogen maar hebben ook moeten concluderen dat de tools daarvoor om dit te realiseren nog niet beschikbaar zijn. Dan kunnen wij het beeld wel hebben maar wij bepalen niet hoe een “Element” moet heten. Wij zijn op zoek gegaan naar een samenwerkingspartner die wel dat draagvlak en grote gebruikersgroep heeft en bij STABU uitgekomen.”

BIMAd de Jongh: “Op dit moment is BIM het toverwoord. Building Information Modelling wordt overal toegepast. Het probleem is echter dat mensen verschillende definities ervan hebben. Veel mensen ventileren BIM als zijnde gereedschap, maar BIM is veel omvattender. Vóór alles is BIM communicatie. Met BIM kan, voordat er nog maar een spade in de grond is gezet, een beeld gecreëerd worden van het te bouwen object inclusief een overzicht van de kosten, toetsen op energiegebruik, CO2 uitstoot enz. Voorwaarde is dat de organisatie zelf, of het nu veel of weinig personeel heeft, BIM-fähig is en uitgerust voor alle eisen die gesteld worden.

Een organisatie kan op de website van TNO een quickscan doen om te kijken waar men als organisatie staat met het BIM-proces. Geautoriseerden zoals ICN Solutions

Autodesk Revit is een Building Information Modeling-program-ma van Autodesk dat draait op Microsoft Windows. Het programma maakt het mogelijk tekeningen te maken op basis van parametrische modellen. Building Information Modeling (BIM) verschilt van Computer Aided Design (CAD) omdat er een intelligent parame-trisch 3D-model gecreëerd wordt, waar op diverse methoden data uit te genereren valt. Ook kan deze data uitgewisseld worden met externe tools waarmee het model eventueel aangepast kan worden. Een wij-ziging van het model wordt direct op alle gerelateerde plaatsen doorgevoerd. De hele presentatie van het model blijft dus actueel.

Revit werkt met een database die bestaat uit één enkel bestand. Dit bestand kan door verschillende gebruikers gedeeld worden. Plattegronden, doorsneden, niveaus, legenda en schema’s zijn allemaal gerelateerd: Een wijziging heeft consequenties op alle plaatsen waar die informatie gepresenteerd wordt.

14 STABULLETIN|

Ad de Jongh (links) en Laurens Liket

Page 15: STABU-bulletin december 2010

kunnen een certificering afgeven. BIM is het paspoort van van-daag; men loopt projecten mis wanneer men niet ingesteld is op BIM.”

Feedback“De bouwnijverheid kent een enorme diversiteit aan werknemers”, aldus de heer Liket. “Lange tijd heeft de techniek vooruit gelopen op de wensen van de mensen. Zo heeft een groep mensen met pijn in het hart afscheid genomen van de tekentafel om over te stappen naar gecomputeriseerd 2D tekenen. Vooralsnog is voor hen 3D een (te) grote sprong. Een andere groep wil juist veel verder gaan dan 3D tekenen en alles binnen een model onderbrengen met calculatie, berekeningen voor warmte/epc berekeningen en dit alles gekoppeld aan de STABU-coderingen.

Om alle wensen in kaart te brengen is ICN gestart met een gebruikersgroep met nu meer dan 1700 deelnemers (www.revitusers.nl). Deze gebruikersgroep bestaat uit mensen op de werkvloer die dagelijks tegen nieuwe uitdagingen en ‘on-mogelijkheden’ aanlopen. In die context zijn we geautoriseerd door TNO voor de BIM Quickscan om te meten en om die me-tingen in te vullen. De mensen die voorheen zeer kritisch te-genover de BIM-ontwikkelingen waren, staan nu er open voor. Dat die mensen kritisch blijven dat juichen wij alleen maar toe.”

StandaardisatieBIM-specialist De Jongh vertelt verder: “Voor de uitwisseling van informatie zijn standaarden van ongekend belang. Veel organisaties, al dan niet in een collectief initiatief als COINS, VISI, werkend volgens IFD, IFC, zijn een weg aan het zoeken naar standaardisatie. STABU is in diverse overlegconstructies actief, zowel nationaal als internationaal. Alle kennis en in-formatie waarover STABU beschikt, samen met haar grote draagvlak, heeft de keuze om ons te conformeren makkelijk gemaakt. Op de recente STABU-gebruikersdagen heb ik al een tipje van de sluier opgelicht hoe binnen Autodesk Revit met de 3B Werkmethodiek de koppeling met STABU-Element is gelegd.”

Weg met de experts?Met al die mooie software, technologische hoogstandjes zou men zich als bestekschrijver of calculator overbodig kunnen voelen. De heer De Jongh bestrijdt dit stellig: “De expertise van de bestekschrijver staat buiten kijf, een programma kan nog zo fantastisch uitgedacht zijn, zonder de experts beginnen we niets. We halen het koeliewerk weg, maar de gekwalificeerde mensen gaan mèt hun expertise aan de slag met het platform dat wij gebouwd hebben.”

Los zandDirecteur Liket vult zijn collega aan: “Onze ambities reiken verder dan de huidige 3B- werkmethodiek waarmee we Revit geschikt maken voor de Nederlandse markt met standaardindelingen, lay-outs en coderingen volgens STABU. Zo hebben we een koppeling met calculatiesofware, uiteraard afgestemd met de verschillende leveranciers, waarvoor nu de NL/Sfb elementenmethode wordt gehanteerd.

Omdat ik geloof dat het allemaal beter moet kunnen zijn we ingestapt in de STABU-Elementenmethodiek. Niet alles kan binnen een Revit-model worden gekoppeld aangezien de modellen dan veel te zwaar worden. Een eenduidige codering is de oplossing. Daar is het belang en interesse van ons om daarvoor een standaard voor/mee te zoeken en te koppelen

aan andere standaarden als sustainability (duurzaam bouwen), calculatie en overige relaties. Nu is het over het algemeen nog los zand. Wel is het zo dat nu heel veel organisaties het belang van BIM inzien.”

Icn SolutionsHet bedrijf uit ‘s-Hertogenbosch bestaat inmiddels 12,5 jaar. Liket licht toe: “We zijn Autodeskleverancier op het gebied van bouwkundige, werktuigbouwkundige en media & entertainment software. Er zijn drie verschillende zelfstandige divisies met eigen specialisten. We hebben twee kantoren, het hoofdkantoor in ‘s-Hertogenbosch en een vestiging in Rotterdam.

We hebben in het verleden Alfa, GBA en Delta-pi geleverd. Deze producten zijn grotendeels vervangen door Autodesk Revit. We zijn de grootste in Nederland op het gebied van Nederlandstalige Revit applicaties. Iets toezeggen aan klanten wat technisch niet mogelijk is, is een instelling die bij ICN absoluut niet gewaardeerd wordt. In de wetenschap dat programmeurs nooit helemaal klaar zijn, moeten accountmanagers dit vertragend mechanisme meenemen in de beloftes aan de klanten.

Onze meerwaarde is dat we een kennisfabriek zijn, expertise in huis hebben, en daarnaast een bedrijf op Autodeskproducten. Goede producten die het hele BIM-traject afdekken. Niet een enkel softwareprogramma, nee het is de som der delen”.

Hoe werkt het?“Via de 3B Werkmethodiek in het Revitmodel krijg je alle teksten te zien; hierbij gaat het om de luchtlaag dus geen codering. Bij het aanklikken van een element krijg je vervolgens een vraagteken met daarmee automatisch de hele STABU-codering. Dan kun je daar als gebruiker keuzes in maken. Geen keurslijf maar een fundament waarop doorgebouwd kan worden. Wederom is de communicatie van essentieel belang en daarvoor is een deel van de informa-tie voor iedereen beschikbaar.

Sommige softwareleveranciers claimen alle informatie te kunnen inlezen. Wat ze erbij vergeten te vertellen is dat wanneer er binnen het model een wijziging plaatsvindt alles weer opnieuw ingelezen moet worden en de informatie opnieuw toegevoegd. Deze belangrijke bi-directionele koppeling is essentieel om de voordelen van BIM te benadrukken.”

Wat is COINS?Het COINS-programma streeft naar procesverbetering en gezamenlijk informatiegebruik in de bouwsector. Om dit doel te bereiken ontwikkelt COINS sectorbrede afsprakenstelsels over informatie van 3D-bouwobjecten en afsprakenstelsels over werkwijze. COINS is aangesloten bij het buildingSMART-programma dat een initiatief is van de International Alliance for Interoperability (IAI). Het COINS-programma wordt uitgevoerd onder de vlag van CUR in Gouda. Deelnemers zijn bouwondernemingen, ingenieursbureaus en opdrachtgevers.

IFCIFC staat voor Industry Foun-dation Classes. Dit is een open, producent onafhankelijke, ob-ject georiënteerde standaard voor het uitwisselen van 3D CAD-gegevens.

De IFC is in de jaren negentig in het leven geroepen door de International Alliance for In-teroperability. IFC maakt het interdisciplinair werken met een Bouw Informatie Model mogelijk. Hiermee kunnen alle project deelnemers aan één centraal virtueel 3D-gebouw-model gegevens ontlenen en toevoegen.

»

15STABULLETIN |

Page 16: STABU-bulletin december 2010

Toekomst“De koppeling tussen Revit en STABU-Element is gemaakt. Ons ideaalbeeld is dat onze klanten met de diverse produc-ten, aangevuld met onze eigen applicaties aan de slag kunnen met BIM. Daar waar tekortkomingen zijn, kijken we hoe we dat aan kunnen vullen. Samen met de reacties uit de markt en de technologische mogelijkheden van vandaag proberen we iedereen de handvatten aan te reiken om te kunnen Bimmen, aldus Laurens Liket van ICN Solutions in ‘s-Hertogenbosch.

Download gratis op www.buva.nl

Bremen 5

2993 LJ Barendrecht

Telefoon: 0180 69 75 00

Email: [email protected]

Een goed bestek begint bij BUVA

In 4 klikkendigitaal bestekhang- ensluitwerk &ventilatie

Duurzaam & Doordacht.

Naast een digitale bestekservice voor hang- en sluitwerk biedt BUVA u nu ook

een bestekservice voor ventilatie in woningbouw. Met deze gratis bestekservice

bespaart u veel tijd en energie bij het samenstellen van een volledige en juiste

specificatie. In slechts vier klikken beschikt u over een volledig bestek voor

hang- en sluitwerk en/of ventilatie. Het programma genereert STABU bestek-

omschrijvingen die u eenvoudig in uw digitale projectbestek kunt integreren.

Voor een nadere toelichting of een presentatie bij u op kantoor, bel gerust met

een van onze verkoopadviseurs op telefoonnummer 0180 69 75 00.

3B - BIM Bouw Box De 3B Werkmethodiek applicatie voor Autodesk Revit van ICN Solutions is bedoeld voor het optimaliseren van Revit Architecture, Autodesk Revit Structure en Auto-desk Revit MEP ontwerpomgeving.

Het aanschaffen van ontwerpsoftware is niet voldoende om tegemoet te komen aan de ontwerpeisen van uw klant of toeleverancier. Iedereen wil werken volgens het BIM principe maar dat is pas mogelijk als u uniformiteit, standaardisatie en een afsprakenstelsel als basis neemt.

IFD Library voor buildingSMARTIn Nederland heeft Stichting STABU de afgelopen jaren veel energie gestoken in de ontwikkeling van een objectenbibliotheek, die het mogelijk maakt dat computers probleemloos informatie kunnen uitwisselen als getekende informatie (CAD), kwaliteitsbepalende informatie (o.a. bestekken) en kosteninformatie. Onder IFD Library voor buildingsSMART gewerkt aan de internationale Standaard

Page 17: STABU-bulletin december 2010

grATiS infOrmATie BeSchikBAAr BOUWBrede BOUWprOdUcTen!

Stichting STaBu, het samenwerkingsverband van alle grote partij-en in de bouwnijverheid, heeft besloten om haar fabrikantenindex voortaan alleen nog maar via het internet toegankelijk te maken. Hierdoor kan voortaan iedere geïnteresseerde gratis via www.bestekservices.nl informatie vinden van ongeveer 350.000 verschil-lende bouwproducten die op de nederlandse markt beschikbaar zijn.

Deze informatie kan op verschillende manieren gevonden worden, namelijk via 1. naam fabrikant/toeleverancier;2. productnaam;3. toepassing producten;4. verwerking van producten.en straks ook via de uitgebreide Elementenmethode.

Op dit moment bevat deze website de productgebonden specificaties van ruim 800 fabrikanten en als extra de gebouwde zoeksystemen van 264 fabrikanten (de zogenoemde bestekservices).

De deelnemende fabrikanten met productspecificaties worden door Stichting STABU nu in staat gesteld om deze specificaties met verschillende beschikbare informatie te koppelen. Dat kan zijn als een koppeling met productinformatie (via de eigen website of van de NBD of de ZoekSnoek e.d.) met CAD-informatie, in-structiefilms, techni-sche documentatie.

Deze website groeit op deze manier uit tot de grootste zoekma-chine voor de bouw omdat hier overkoepelend alle aangeboden informatie betref-fende bouwproducten op één plaats wordt aangeboden aan alle geïnteresseerde partijen in de Nederlandse bouwnijverheid.

Meer informatie is te verkrijgen bij Stichting STABU, ir. M.L.A.M. van Hezik, tel. (0318) 633026 of e-mail [email protected].

In één oogopslag kunt u zien welke beurzen, opleidingen en cursussen bij STaBu in de komende periode gepland staan.

» 1 december 2010 • Opleiding Bestekschrijver, start groep 3» 2 december 2010 • cursus actualiteit in wet- en regelgeving in

de B&u» 3 december 2010 • cursus effectieve communicatie in de bouw» 14 december 2010 • cursus STaBu Bestekken lezen» 16 december 2010 • cursus garanties in de bouw» 18 januari 2011 • cursus STaBu-bestekssystematiek» 1 februari 2011 • cursus nieuwe contractvormen in de bouw» 7 t/m 12 februari 2011 • STaBu op Internationale Bouwbeurs; 10.B001» 8 t/m 10 februari • STaBu op Bouw & IcT; 05.d006» 8 februari 2011 • cursus STaBu Bestekken lezen» 1 maart 2011 • cursus STaBu-bestekssystematiek» 3 maart 2011 • cursus Verzekeringen in de bouw» 15+16 maart 2011 • Opfriscursus Bestekschrijver» 22 maart 2011 • cursus STaBu Bestekken lezen» 24 maart 2011 • cursus actualiteit in wet- en regelgeving in de B&u

voor in uw agenda!

‘Deze website groeit op deze manier uit tot de grootste zoekmachine

voor de bouw’

17STABULLETIN |

Page 18: STABU-bulletin december 2010

In kort de Bond van nederlandse Bestekdeskundigen BnB streeft naar het bevorderen van de kennis, het inzicht en de vaardigheid van de bestekdeskundigen.

18 STABULLETIN|

Bestekboek, tekeningen...en andere documenten

Onzekerheid en angst voor het inschakelen van de raad van arbitrage door de aannemer leiden er soms toe dat de opdrachtgever al snel voorstelt “het verschil te delen” zodra de aannemer meent dat er sprake is van een bestekwijziging en bijbetaling verlangt. Veel opdrachtgevers en bestekschrijvers denken daarom “meer is beter”. Men verliest daarbij uit het oog, dat alles wat wordt opgeschreven ook verantwoord moet worden, zodat het omgekeerde resultaat wordt bereikt.In dit artikel komen aan de orde de verhouding tussen tekeningen en geschreven tekst en de strijdigheid van documenten die deel uitmaken van het bestek, maar ook de angst om “iets te vergeten”.

de verhouding tussen tekeningen en geschreven tekst“Het staat niet in het bestek” is een veel gehoorde inleiding om te komen tot een bestekwijziging en bijbetaling in verband met meer werk. Nu is het in principe niet moge-lijk om “alles” in het bestek(boek) te beschrijven, dat zou wel erg veel zijn. Omdat niet alles kan worden beschreven maken we gebruik van tekeningen, staten en tabellen om plaats en vorm van zaken vast te leggen. Alle documenten tezamen vormen “het bestek”.

Bovendien bepaalt de U.A.V. in algemene zin wat van de aannemer van een werk wordt verlangd: “Hij is verplicht al datgene te verrichten, wat naar de aard van de overeenkomst door de wet, de billijkheid of het gebruik wordt gevorderd of tot een behoorlijke aanwending der bouwstoffen behoort.” (U.A.V. §6 lid 1, 2e alinea).

Enkele jaren geleden deed de Raad van Arbitrage de volgende uitspraak1) in een geschil omtrent een onderdeel, dat wel op tekening was vermeld, maar niet in het bestekboek:

“Arbiters is gebleken dat de onderhavige wand op de tot de overeenkomst behorende bestektekening en het daarop vermelde renvooi wordt aangegeven én omschreven en in het bestek niet is opgenomen onder de werken van derden. Arbiters zijn daarom van oordeel dat de wand daarmee tot het aangenomen werk behoort, zodat de kosten van deze wand ten onrechte als meerwerk bij opdrachtgever in rekening worden gebracht. Dat de aannemer deze wand niet heeft begroot komt voor haar rekening.”

Kort gezegd komt het erop neer, dat hetgeen is vastgelegd op tekening (met de daarbij behorende tekst) evenzeer tot het bestek behoort als de tekst in het bestekboek. Dat betekent omgekeerd, dat een tekening met de daarbij behorende tekst strijdig kan zijn met de tekst van het bestekboek. Niet voor niets bepaalt U.A.V.2) het volgende omtrent de strijdigheid van tekeningen en geschreven tekst in het bestek:

“Indien onderdelen van het bestek onderling tegenstrijdig zijn, wordt, tenzij een andere bedoeling uit het bestek voortvloeit, de rangorde daarvan bepaald aan de hand van de volgende regels:a) een nieuw geschreven of getekend document gaat voor een oud geschreven of gete-

kend document;b) de beschrijving gaat voor een tekening;...

Het is daarom verstandig er zorg voor te dragen, dat een beschrijving slechts éénmaal voorkomt in alle documenten van het bestek en zorgvuldig om te gaan met de datering

van de bestekdocumenten. Door het bestekboek de laatste datum toe te kennen is dat het nieuwste van alle tot het bestek behorende documenten (uiteraard met uitzondering van het proces verbaal van aanwijzing en de nota van inlichtingen).

Verhouding tussen bestekboek, bestektekeningen en andere documentenNa het gestelde onder “b” wordt voorts bepaalt, dat:c) een bijzondere regeling gaat voor een algemene regeling; met

dien verstande, dat regel a gaat voor de regels b en c, en regel b voor regel c.

Indien toepassing van de regels geen uitkomst biedt, wordt de te-genstrijdigheid, met inachtneming van de billijkheid, uitgelegd ten nadele van degene door- of namens wie het bestek is opgesteld.”

Indien in het bestek hetzelfde onderwerp in meerdere (soms niet gedateerde) documenten wordt behandeld zal de toepassing van deze regels al snel geen uitkomst bieden en zal de strijdigheid uitgelegd kunnen worden in het nadeel van degene door of namens wie het bestek is opgesteld.

Ook strijdigheid met wettelijke voorschriften komt voor rekening van de opdrachtgever. Zie U.A.V. §5 lid 6: “Indien wettelijke voorschriften of beschikkingen van overheidswege hogere eisen aan het werk stellen dan in de overeenkomst is bepaald, zullen wijzigingen van het werk, welke nodig zijn om aan die eisen te voldoen, worden verrekend als meer werk.”Pogingen om de rangorderegeling te “verbeteren” lijden altijd schipbreuk op regelrechte onzin, een niet meer te ontwarren chaos of beide, waarmee de zaak alleen maar erger wordt. Het met besteksbepalingen “overrulen” van wettelijke voorschriften behoort al helemaal niet tot de mogelijkheden.

Enkele bloempjes van “verbeteringen” die uit de recente praktijk werden geplukt:

Page 19: STABU-bulletin december 2010

Door: ir. S.W. (Sietze) Wierda namens BNB

BeSTeK

19STABULLETIN |

‘documenten zijn helaas meer dan

eens in strijd met elkaar’

“Indien onderdelen van het bestek onderling tegenstrijdig of voor verschillende uitleg vatbaar zouden zijn, geldt bij het nemen van een beslissing inzake de uitleg en opheffing van deze tegenstrij-digheid of onduidelijkheid de volgende rangorde:• de notulen van de bouwvergaderingen;• het Bouwbesluit;• ...”

“In afwijking van het gestelde in de U.A.V. paragraaf 2 lid 4, gaat de inhoud van de definitieve verkoopbrochure ten behoeve van koopwoningen in rangorde voor alle andere bestekstukken, on-geacht de datum en detailniveau.”

“In geval van tegenstrijdigheden in de bouwkundige- en construc-tietekeningen geldt de tekening met de meeste informatie, tenzij dit door de directie aan de aannemer anders is vermeld.”

Nu is het wel zo, dat de aannemer die een dergelijke overeenkomst welbewust ondertekent, zich daaraan vrijwillig onderwerpt. Het blijft echter de vraag in hoeverre bij een aanbesteding sprake is van vrijwilligheid. Immers het niet afsluiten van de overeenkomst betekent gemiste omzet voor het bedrijf van de aannemer. Dus on-dertekenen en vervolgens de juistheid van de bepalingen en werk-beschrijvingen van het bestek bestrijden ligt voor de aannemer voor de hand. Dat is overigens in veel gevallen vanwege de chaos van bepalingen en documenten niet zo moeilijk.

Voorschriften waaraan het ontwerp moet voldoenIn principe is de opdrachtgever verantwoordelijk voor het ont-werp van het gebouw, dat in het bestek is vastgelegd. Zie U.A.V. paragraaf 5 lid 1 “De opdrachtgever draagt de verantwoorde-lijkheid voor de door of namens hem voorgeschreven construc-ties en werkwijzen, daaronder begrepen de invloed die daarop

door de bodemgesteldheid wordt uitgeoefend, alsmede voor de door of namens hem gegeven orders en aanwijzingen.”

Het nogmaals vermelden van wettelijke voorschriften, het toevoegen van het program-ma van eisen, de EPC-berekening, berekeningen van geluidsisolatie en nagalmtijden, en andere door adviseurs vastgestelde ontwerpuitgangspunten verandert daar niets aan. Het vermelden van de verlangde Rc-waarde van een constructie heeft geen zin, als de overige bestekinformatie (opbouw van de constructie, dikte en λ-waarde van het isolatiemateriaal) daarmede in strijd is. Een favoriete bepaling van veel constructeurs “de hoofddraagconstructie moet een brandwerendheid bezitten van x minuten” lost noch het probleem omtrent de vraag wat er precies tot de hoofddraagconstructie be-hoort op, noch de wijze waarop die brandwerendheid zou moeten worden gerealiseerd.

Indien in het bestek ontwerpwerkzaamheden van de aannemer worden verlangd moet uiteraard door deze rekening worden gehouden met de wettelijke vereisten en de door adviseurs vastgelegde uitgangspunten. De voor het uitvoeren van de ontwerpwerkzaam-heden benodigde informatie zal in dat geval deel moeten uitmaken van het bestek. Deze ontwerpwerkzaamheden moeten conform de STABU-systematiek in het bestekboek per onderdeel worden beschreven. Door per onderdeel naar de juiste documenten te verwijzen kunnen misverstanden worden voorkomen.

door adviseurs samen te stellen deel- of nevenbestekkenHet doen verzorgen van deelbestekken door gespecialiseerde adviseurs is een zorgelijke ontwikkeling, die wordt veroorzaakt door onzekerheid en angst aan de zijde van de opdrachtgever. Goed overleg, afstemming tussen de verschillende adviseurs en vooral ook de aanwezigheid van enig juridisch inzicht bij alle betrokken partijen is absoluut noodzakelijk om in deze situatie een eenduidig en consistent bestek tot stand te brengen. Problemen in verband met de afstemming van nevenbestekken3) hebben meestal betrekking op zaken die in geen van beide bestekken zijn beschreven of zaken die in beide bestekken juist wel zijn beschreven.

Het is ook niet vanzelfsprekend dat een bepaling in het ene nevenbestek van toepassing is op het andere nevenbestek (bijvoorbeeld een demaractielijst). Het toewijzen van werkzaamheden aan een derde aannemer in het ene bestek houdt nog niet in, dat deze werkzaamheden automatisch zullen worden uitgevoerd door de aannemer van het werk volgens een ander deelbestek. De bepaling “de ... wordt verzorgd door derden” zal in de betreffende nevenovereenkomst een tegenhanger moeten hebben in de vorm van (bijvoorbeeld) een werkbeschrijving.

conclusieAngst en onzekerheid zijn slechte raadgevers. De samensteller van een bestek moet er in de eerste plaats voor zorgen, dat het de aannemer duidelijk is wat van hem als resultaat wordt verlangd. Een aannemer is een professional, die men niet behoeft uit te leggen hoe hij zijn werk moet uitvoeren. Door de opdrachtgever moet daartoe ade-quate en eenduidige informatie worden verschaft. De adviseurs van de opdrachtgever moeten hun in de eerste plaats werk goed doen. Dat daarbij fouten worden gemaakt is nagenoeg onvermijdelijk, maar de eis van “redelijkheid en billijkheid” geldt ook voor de opdrachtgever en zijn adviseurs! Met behulp van duistere teksten de risico’s van de opdrachtgever afwentelen op de aannemer is niet de juiste weg.

1) RvA 3 sept.’04, nr 24.145 (gedepersonaliseerde tekst), 2) Zie U.A.V. §2 lid 4, 3) Zie de artikelen “Deelbestekken, ne-

venbestekken en coördinatie” & “Nevenbestek installaties en demarcatie” in STABU-bulletins van sept.’06 & aug.’09.

Page 20: STABU-bulletin december 2010

‘Geld verdienen & ergernissen besparen...’In oktober 2010 is de redactie van STaBu-bulletin naar dinxperlo getogen, waar deze een kijkje in de keuken kreeg van Ton van Bokum, commercieel directeur van Bribus. een gesprek over de kunst van verkopen, de verbreding van de markt en de ergernis van onnodige kosten.

Bribus produceert en levert com- plete keukens voor de B2B markt, in elke stijl voor onder meer woningcorporaties, projectontwikkelaars, aannemers, vastgoedbeheerders, wederverkopers en recreatieparken. Bribus Keukens opende 81 jaar geleden haar deuren in de Achterhoek. Het jubileum is vorig jaar gevierd tezamen met de opening van een geheel nieuw hoofdkwartier in Dinxperlo. De algemeen directeur – Bernhard ten Brinke – is de derde generatie in het familiebedrijf. Met de vier kernwaarden ‘kwaliteit’, ‘made in Holland’, ‘keuze’ en ‘aandacht’ is de basis gelegd voor alle activiteiten van het bedrijf.

Vanaf het begin van de opnamemogelijkheid van Fabrikantgebonden Product Speci-ficaties heeft de Achterhoekse keukenfabrikant besloten om de technische omschrij-vingen van diverse producten op te nemen in de bestekssystematiek van STABU. Het voor de bestekschrijver mogelijk maken van een weloverwogen keuze past in de servicegerichte filosofie die het bedrijf voorstaat. Via de online fabrikantenindex www.bestekservices.nl zijn de diverse fabrikanten en toeleveranciers verzameld, waarop ook de Bribus-informatie is te vinden. “Het toevoegen van deeplinks bij deze zoek machine met afbeeldingen, productinformatie en –films is een bevestiging van het beeld dat ik al had van de verdere professionalisering van STABU”, aldus Ten Bokum.

uitbreiding marktZelfstandig wonen en leven willen we allemaal. Met nieuwe regels, zoals de Wet maatschappelijke ondersteuning (WMO), stimuleert de overheid mensen om zelfstandig te blijven functioneren in hun eigen woonomgeving. Bribus levert hier een bijdrage aan in de vorm van Ergoline; in hoogte verstelbare keukens speciaal voor ouderen of mensen met een lichamelijke beperking. Door het deels ontbreken van onderkasten is het werkblad bovendien ‘onderrijdbaar’. Tevens is er een afslagbeveiliging door middel van sensoren.

De heer Ten Bokum licht voor komend jaar al een tipje van de sluier op van zijn plannen. “De verbreding in de zorgtak staat bij ons voor komend jaar op het netvlies, dus met name keukeninrichting voor verpleeghuizen, ziekenhuizen en tandartspraktijkruimtes. We gaan daarbij echter niet over een nacht ijs. Onder het motto we doen wat we beloven en geloven in wat we doen zijn we bezig met een gedegen onderzoek onder architectenbureaus die ervaring hebben op dit gebied, maar ook met collega-fabrikanten die met hetzelfde bijltje hebben gehakt. Uiteraard leverden we al keukens aan - via de aannemer - voor bijvoorbeeld bejaardenhuizen maar we willen komend jaar actief binnen deze markt gaan acquireren. Bij de eerste verkenning ben ik nog geen dingen tegengekomen waarvan ik zeg; dat kunnen we niet… qua maatvoering en materialen zijn we flexibel.”

Verkoop en dienstverleningDe commercieel directeur van Bribus geeft aan: “Natuurlijk blijven we als productiebe-drijf gericht op het maken van goede producten. Maar we leggen de nadruk steeds meer op dienstverlening en het bieden van toegevoegde waarde. Dat vraagt om verandering. Hierbij worden we ondersteund door externe adviseurs die ons coachen en trainen.

Belangrijk is ook de interactie tussen know-how van de productieafdeling en een ge-motiveerd verkoopteam. Een van de nieuwe verkoopmedewerkers heeft bijvoorbeeld in zijn enthousiasme een kleur toegezegd die uiteindelijk niet leverbaar was. Dit is dan een zogenaamd leermoment; voortaan is er eerst een terugkoppeling naar de fabriek en wordt met een gefundeerde offerte naar de opdrachtgever teruggaan. Als directie moet je niet teveel op deze fouten terugkijken; dan sta je met de rug naar de toekomst. Voor-uitkijken en leren van wat je doet: en er zijn altijd wel mensen die je wegwijs kunnen maken en je weer op het juiste pad kunnen zetten. Maar je moet ervoor openstaan.”

ergernissenDe bouwsector schrijft de oorzaak van faalkosten voornamelijk toe aan gebrekkige gegevensuitwisseling en communicatie (21%), alsmede aan te weinig aandacht voor uitvoerbaarheid in de ontwerpfase (20%). Faalkosten door miscommunicatie grijpt om zich heen. Ten Bokum vult aan: “We hadden laatst in Groningen een omvangrijk nieuwbouwcomplex. Op een gegeven moment hebben we alles opgemeten, waarna de volgende dag de bestellingen de deur uit gingen. Bij het plaatsen van de keukens bleek dat er een extra wand was geplaatst om een scheiding aan te brengen tussen keuken en woonkamer, terwijl daarover in het bestek èn door de projectleider met geen woord werd gerept. We hadden met alles rekening gehouden, maar vervolgens stonden we daar dan met 58 op maat gemaakte kasten. Zulke situaties kosten veel geld en levert ook de nodige ergernis op – voor beide partijen. De oplossing zie ik in ketenintegratie. Samenwerking binnen en tussen de opeenvolgende schakels binnen een organisatie- of bedrijfskolom, van leveranciers tot aan de klant. Alle organisaties en afdelingen in de keten die achtereenvolgens een rol spelen in het productie- of dienstverleningsproces werken zo met elkaar samen.“

“Als we 20% in de faalkosten zouden kunnen reduceren door op die manier beter met elkaar te kunnen samenwerken, dan verdien je geld en je bespaart op ergernissen van de mensen,” aldus Ton ten Bokum commercieel directeur van Bribus Keukens in Dinxperlo.

20 STABULLETIN|

Ton ten Bokum

Page 21: STABU-bulletin december 2010

Keurmerk voor vakwerk

Een uitdagend project?

Een slagvaardige partnerUw project verdient alle aandacht. Dus zoekt u een partner met verstand van zaken die u voorziet van advies en vakmanschap. Die dat belangrijke beetje extra geeft om u van dienst te zijn en die rekening houdt met uw wensen. Wensen rondom het bouwproces bijvoorbeeld. Dat is van planning tot facturatie correct en met oog voor uw werkwijze prettig geregeld. Bent u op zoek naar dergelijke garanties? Vraag dan naar het keurmerk van de onafhankelijke Stichting Afbouwkeur.

Voor de professionele top in stukadoors-, plafond-, wand- en vloerbedrijven kiest u afbouwbedrijven met één van de Afbouwkeurmerken.

WWW.AFBOUWKEUR.NL

preSenTATieS GeBrUikerSBijeenkOmSTende meest recente gebruikersdagen zijn gehouden op 14 oktober en 17 november 2010. de presentaties die tijdens deze dag gegeven zijn, hebben we online gezet op www.stabu.org. Tevens staan hier ook presentaties van eerdere gebruikersbijeenkomsten.

Wanneer u als geïnteresseerde licentiehouder niet in de gelegenheid bent geweest om deel te nemen, kunt u op deze manier toch kennis nemen van de inhoud van de presentaties tijdens de gebruikersbijeenkomsten. Zo blijft u toch op de hoogte van belangrijke informatie, die we u zeker niet hadden willen onthouden.

Regelmatig organiseert Stichting STABU zogeheten gebrui-kersbijeenkomsten. Deze zijn primair bedoeld voor ge-bruikers van de STABU-bestekssystematiek. Uitnodigingen voor deze (gratis) bijeenkomsten worden in de regel meegezonden met de STABU-bestanden maar ook via de STABU-website en via de digitale nieuwsbrief worden de sessies aangekondigd.

Page 22: STABU-bulletin december 2010

Uit de praktijkStichting Marktwerking Installatietechniek is een stichting die aanbestedingsprocedures ten behoeve van instal-latiebedrijven verder wil verbeteren. daarbij streeft SMI naar evenwichtige, objectieve en transparante vraag- en aanbodverhoudingen.

nieuwe aanbestedingswet,een geMiSTe KAnS!

Door: mr. Margreet van Deurzen & ir. Pieter van den Ei jnden

In september is het voorstel voor een nieuwe aanbestedingswet door de minister van economische Zaken ingediend. Stich-ting Marktwerking Installatietechniek (SMI) constateert dat dit wetsvoorstel nauwelijks verbeteringen oplevert voor de aanbestedingspraktijk.

ons bezwaarschrift:1.Géén regeling voor nationale aanbestedingen, die het overgrote deel van de totale aanbestedingen uitmaken.

2.Gebrek aan uitwerking van de beginselen van transparantie, gelijkheid, objectiviteit en proportionaliteit.

3.Het ontbreken van een concrete invulling van een klachtenloket.

4.Géén concrete regeling tegen gebruik van onevenwichtige contractvoorwaarden.

5.Ontbreken van een stimuleringsregel om op economisch meest voordelige inschrijving te gunnen.

6.Onvoldoende verduidelijking van de motiveringsverplichting.

22 STABULLETIN|

Het verbaast SMI vooral dat er voor het opstellen van de wet diverse consultatierondes geweest zijn, zonder daarbij de praktijk te raadplegen. Als aanbestedingswaakhond van UNETO-VNI hebben wij de afgelopen jaren honderden klachten over aanbestedingen in de installatiebranche behandeld. Wij hebben beleidsmedewerkers van Economische Zaken, die belast zijn met de voorbereiding van deze wet, diverse keren uitgenodigd om deze dossiers te bekijken en inzicht te krijgen in de praktijk van aanbesteden in de bouw. Er is echter nooit op onze uitnodigingen ingegaan, en dat blijkt overduidelijk uit het nieuwe wetsvoorstel.

Ook in het voorliggende wetsvoorstel blijft aanbesteden een bureaucratisch proces, waarin juridische elementen de boventoon voeren. Dit gaat ten koste van de - door overheden nagestreefde - doelmatigheid. De wetgever laat kansen liggen om de aanbestedingspraktijk daadwerkelijk te verbeteren.

Onze belangrijkste bezwaren:1. Géén regeling voor nationale aanbestedingen, die het

overgrote deel van de totale aanbestedingen uitmaken (tot een waarde van € 4.485.000 voor werken; € 193.00/ 125.00 voor diensten). De lappendeken van eigen beleids-regels, ARW 2005 met afwijkingen daarvan, willekeurige keuze in procedures, criteria en eisen blijven op basis van het nieuwe wetsvoorstel bestaan. En juist deze categorie van de nationale aanbestedingen vraagt om uniforme, eenvoudige en dus kostenbesparende aanbe-stedingsprocedures.

2. Gebrek aan uitwerking van de beginselen van tran-sparantie, gelijkheid, objectiviteit en proportionaliteit. Hierdoor blijven deze begrippen in de praktijk tot verschil in interpretatie en toepassing zorgen. Disproportionele financiële eisen, referentie-eisen, personeelseisen en onnodige clustering van opdrachten blijven voortbestaan.

3. Het ontbreken van een concrete invulling van een klachtenloket. Een onafhankelijk klachtenloket zou veel rechtszaken kunnen voorkomen. Uitspraken en adviezen

van dit loket vormen de leidraad voor aanbestedingsbeleid waarin doelmatig aanbesteden voorop staat en niet de juridische aspecten de boventoon voeren. Voor de verbetering van de aanbestedingspraktijk kan een onafhankelijk klachtenloket veel betekenen.

4. Géén concrete regeling tegen gebruik van onevenwichtige contractvoorwaarden, zodat onbeperkte aansprakelijkheden, te zware garantieverplichtingen en verschuiving van de ontwerprisico’s blijven voorkomen.

5. Ontbreken van een stimuleringsregel om op economisch meest voordelige inschrijving te gunnen. Daardoor blijft gunnen op laagste prijs, de makkelijkste manier van gunnen, het meest gebruikt.

6. Onvoldoende verduidelijking van de motiveringsverplichting. Afgewezen gega-digden voelen zich niet serieus behandeld en alleen een rechtsgang blijft over.

Aanpassing van het wetsvoorstel aan bovengenoemde punten van kritiek leidt tot doelmatiger aanbesteden en zou niet alleen in het voordeel zijn van

Page 23: STABU-bulletin december 2010

van SMi marktpartijen, maar ook van de aanbestedende opdrachtgevers. Bovendien zijn alle spelers in de bouw het erover eens dat het tijd is voor een nieuwe manier van werken, met meer oog voor innovatie en duurzaamheid. De nieuwe Aanbestedings-wet kan deze ontwikkeling een impuls geven, het huidige wetsvoorstel laat ech-ter alles bij het oude. Een gemiste kans.

Ministerie van Economische Zaken heeft met VNG een convenant afgesloten, waarin een aantal aanvullende aspec-ten rond aanbesteden worden geregeld. Helaas constateert SMI dat deze punten weinig concreet zijn, te vrijblijvend en alleen betrekking hebben op VNG. Andere grote opdrachtgevers blijven buiten beeld. SMI heeft dan ook weinig vertrouwen in de ‘opbrengst’ van dit convenant.

SMI blijft zich tot het uiterste inspannen om de gewenste veranderingen in de Aanbestedingswet gerealiseerd te krijgen. Hierbij werken we samen met alle belangrijke

organisaties vanuit het bedrijfsleven.

Wij verwachten dat door onze geza-menlijke lobby de aanbestedingswet alsnog wordt aangepast naar een wet die leidt tot een doelmatiger aan-bestedingsproces. Daar profiteren zowel marktpartijen als aanbeste-

dende diensten van. Bovendien zorgt een verbeterde Aanbestedingswet voor meer kansen voor innovatief en duurzaam aanbesteden.

‘Het huidige wetsvoorstel laat echter alles bij het

oude. Een gemiste kans!’

Kijk voor verdere informatie over de nieuwe aanbestedingswet en onze inspanningen voor de wetsverandering op www.smiweb.nl.

Page 24: STABU-bulletin december 2010

OBO BETTERMANN - PROJECTGEORIËNTEERDE OPLOSSINGEN

Vraag onze speciale thema catalogi aan!

T H I N K C O N N E C T E D .

O B O B E T T E R M A N N B . V. . P o s t b u s 11 4 . 3 6 4 0 A C M I J D R E C H TTe l . 0 2 9 7 – 5 1 5 7 0 0 . w w w. o b o - b e t t e r m a n n . n l . v e r k o o p @ o b o - b e t t e r m a n n . n l

OBO levert complete oplossingen voor de gehele elektrische installatie van windmolens, van bevestigingssystemen, kabeldraagsystemen tot bliksem-beveiligingssystemen.

Zon, regen, hitte, kou, bliksem en overspanning: een fotovoltaïsche installatie heeft in de loop der jaren met vele milieu-invloeden te kampen. Met het ProtectPlus-Programma voor fotovoltaïsche installaties zorgt OBO voor jarenlange bescherming en voor een betrouwbare werking van uw installatie.

De OBO systemen zijn bij de bouw van energiecentrales niet meer weg te denken. Van complete montage-systemen, stijgtracé- en verspan-systemen tot en met kabelladder- en functiebehoudsystemen, OBO heeft de passende oplossing.

OBO tunnelbouw – maximale veiligheid van ingang tot uitgang. De producten van OBO voldoen aan de hoogste eisen voor wat betreft belastbaarheid en tijdbesparende verwerking. Van kabeldraagsystemen, kabeldozen tot bliksem- en overspanningsbeveiliging en brandwerende systemen.

Hercules Beton b.v.Postbus 5095, 5800 GB Venray

Nehobolaan 10, TienrayTel: +31(0)478-530160

Fax: +31(0)478-530161E-mail: [email protected]

Internet: www.herculesbeton.nl

“DE STERKSTE IN BETON”

Page 25: STABU-bulletin december 2010

Op basis van onderzoek heeft UNETO-VNI geconcludeerd dat een standaard gebruikshandleiding met een modulaire opbouw de behoefte van veel partijen invult.In een breed gedragen initiatief is een standaard, consumentgerichte en modulair opgezette “Gebruikshandleiding Woninginstallaties” ontstaan. Begin 2011 zal ook een standaard bestekstekst hiervoor beschikbaar komen.

In 2006 is UNETO-VNI een onderzoek gestart naar mogelijkheden om gebruikers van woninginstallaties beter te informeren. Doelstellingen waren reductie van faalkosten en hogere gebruikerstevredenheid. De hypothese was dat los van elkaar bestaande gebruiksaanwijzingen van apparatuur weliswaar een informatiebehoefte invullen, maar voor het geheel aan installaties een andere informatieoverdracht en invulling vereist is.

UNETO-VNI heeft ISSO vervolgens opdracht gegeven om tot een breed gedragen project “Gebruiks-handleiding Woninginstallaties” te komen. De verantwoordelijke projectgroep, onder begeleiding van ISSO, kende een brede vertegenwoordiging vanuit belangstellende consumentenorganisaties en andere partijen, zoals VAC Punt Wonen, Garantie Instituut Woningbouw, Aedes, VLA en UNETO-VNI. Samenwer-king met ministerie van VROM en Stichting Consument en Veiligheid zorgde voor een verdere borging in de informatievoorziening en draagvlak (bijv. Tweede Kamer, ketenpartners en websites). Vanuit het Lente-akkoord 1) hebben diverse ketenpartners hun medewerking aan dit initiatief gegeven.

Uitgangspunt van het op te leveren concept voor de Gebruikshandleiding was een maximum aan flexibiliteit teneinde een op maat gesneden handleiding te kunnen samenstellen, afhankelijk van de type- en uitvoering van de woning alsmede de installaties in de woning. De samengestelde handleiding heeft een omvang, inclusief diverse afbeeldingen, tussen de 55 en 65 pagina’s en is opgebouwd zoals hiernaast weergegeven.

UNETO-VNI heeft tegelijkertijd met de totstandkoming van de structuur en de inhoud van de “Gebruiks-handleiding Woninginstallaties” voor haar leden middelen ter beschikking gesteld om de informatie te ontsluiten en deze op een eenvoudige wijze met ICT-ondersteuning te produceren. Dit is tevens geborgd in een meerjarenprogramma van UNETO-VNI.

Installateurs kunnen de handleiding verkrijgen op een kwalitatief hoogwaardige wijze via printing on de-mand, ook in kleine aantallen. In de kolom is de voorzijde van de handleiding en de meterkastkaart af-gebeeld. Via de site: www.uneto-vni.nl/?publicatieplatform is tevens een demoversie te verkrijgen van beide documenten.

De Projectgroep van ISSO wordt in stand gehouden en periodiek geconsulteerd. Dit biedt een waarborg voor de kwali-teit en objectiviteit van de inhoud van de gebruikshandleiding.

ImplementatieHet initiatief van Gebruikshandleiding Woninginstallaties is met name tot stand gekomen door de (financiële) onder-steuning van TVVL, VROM, VLA en UNETO-VNI en de kennisinbreng van vele enthousiaste deelne-mers in de ISSO Projectgroep. De belangrijkste vraag is of de markt dit initiatief ondersteunt door het grootschalig te implementeren en zo mogelijk uit te breiden naar een gebouw-/woningdossier. Het Lente-akkoord is daarvoor een belangrijke stap.

Ook de opname binnen de STABU-bestekssystematiek (begin 2011), verwijzing in de NEN 2768:2005, verankering in BRL 6000-onderdelen en het laagdrempelig kunnen produceren van de Gebruikshand-leiding door ICT-ondersteuning dragen hieraan bij. Uiteindelijk zullen partners in de bouwketen en met name de bewoners van woningen dit door vraagsturing (en waardering) moeten laten blijken.

Meer informatie1) www.lente-akkoord.nl, Aedes, Bouwend Nederland, NEPROM, NVB, UNETO-VNI, VROM, 20102) www.uneto-vni.nl/?publicatieplatform, UNETO-VNI, 20093) www.mijnhuisinstallatie.nl , UNETO-VNI, 20104) www.platform-woninginstallaties.nl, ISSO, 2009

Ir. R.M. (Remco) van der Linden MBA | manager Producten & Diensten UNETO-VNI

Inhoud:• Algemeen• Inleiding• Is uw woning kort geleden

voltooid of verbouwd?• Het onderhoud in één oogopslag• Brandveiligheid• De meterruimte (meterkast)uw verwarmingsinstallatie• Algemene inleiding• Radiatoren en convectoren• De regeling van uw verwarming• Thermostatische radiator- of

convectorkranen• De warm- & koudwatervoorziening• Hoe ga ik om met het leidingwater

(koud en warm kraanwater)• Hoe ga ik om met het sanitair?riolering, hemelwaterafvoer &dakbedekking• Riolering• Dakgoten en hemelwaterafvoeruw koelinstallatie• Te warm in de zomer?• Hoe ga ik om met koelen van

mijn huis?uw ventilatiesysteem• Ventilatie, waarom en hoe?• Hoe werkt uw ventilatiesysteem?• Uw afzuigkap in de keukenuw gasinstallatie• Hoe ga ik om met gas?uw elektrische installatie• Hoe ga ik om met elektra?• Elektrisch koken• Bel/huistelefoon/videofoonuw IcT-, beeld- en geluidinstallatie• Centrale antenne, beeld en geluid• Computernetwerk• Huisautomatisering• Uw beveiligingsinstallatiediverse informatie• Onderhoud• Technische problemen• Energie besparenBijlage• Materiaalstaat• Onderhoudsmatrix

» vervolg ‘Gebruikshandleiding Woninginstallaties’

‘Installateurs kunnen de handleiding verkrijgen

op een kwalitatief hoogwaardige wijze via

printing on demand’

25STABULLETIN |

Page 26: STABU-bulletin december 2010

KoMo: blijvend én onmisbaar instrument voor bestekschrijvers

KwALiTeiT!van goede

STaBu heeft mij gevraagd om regelmatig een stukje te schrijven voor STaBu-bulletin. Vanzelfsprekend heb ik daar ja op gezegd. Bestekschrijvers zijn een zeer belangrijke doelgroep van het KOMO-keurmerk. Ik wil deze eerste gelegenheid gebruiken om de nieuw KOMO organisatie voor te stellen.

Sinds januari 2010 mag ik leiding geven aan de nieuwe stichting KOMO. Nieuw zult u zich wellicht afvragen? Ik ken KOMO al decennia als het kwaliteitsmerk voor de bouw. U heeft gelijk, het KOMO-keurmerk is al meer dan 50 jaar het collectieve keurmerk van en voor de bouw. Maar sinds 2 januari 2010 zijn alle activiteiten rond KOMO overgeheveld van Stichting Bouwkwaliteit in Rijswijk naar de nieuwe stichting KOMO in Gouda.

Vanuit Gouda werkt nu een klein maar zeer gemotiveerd team aan de verder uitbouw van hét keurmerk voor de bouw. Ik ben blij met de gelegenheid die STABU mij biedt om onze activiteiten en plannen toe te lichten. Want één ding is wel duidelijk, een goede interactie tussen bestekschrijvers, KOMO-certificaathouders en stichting KOMO is in het belang van de efficiency en kwaliteit in de gehele bouwketen.

Waarom een aparte stichting KOMO? Enerzijds was het beheer en promoten van het vrijwillige KOMO keurmerk voor Stichting Bouwkwaliteit (SBK) niet langer te combineren met de toetsende en adviserende taken voor de Nederlandse overheid. Maar wellicht nog belangrijker was de roep van de diverse geledingen (certificaathouders, voorschrijvers, verwerkers, certificatie-instellingen etc. ) in de bouw, dat ze nadrukkelijker bij het KOMO-beleid en activiteiten betrokken wilde worden, zodat sneller op marktontwikkelingen kan worden ingespeeld.

Bovendien bestond bij de certificaathouders de behoefte om het belang van het KOMO-keurmerk nadrukkelijker te gaan promoten en daarbij de toegevoegde waarde van het KOMO-keurmerk ten opzichte van het CE-conformiteitsmerk duidelijker na voren te laten komen. SBK concludeerde dat deze doelstellingen het beste gerealiseerd konden worden in een nieuwe stichting KOMO.

Stichting KOMO is daarom zo ingericht dat alle belanghebbenden via hun brancheverenigingen kunnen deelnemen aan de beleidsvorming en activiteiten. Het bestuur staat onder leiding van de onafhankelijke voorzitter Henry Meijdam en bestuursleden die alle geledingen in de bouw vertegenwoordigen, zoals voorschrijvers, aannemers, toeleveranciers, gespecialiseerde aannemers, opdrachtgevers en certificatie-instellingen. Het Bestuur laat zich terzijde staan door de KOMO-adviesraad (KAR). Dit is eigenlijk de spil waar het bij KOMO om draait. Het aantal deelnemers blijft continue groeien, nu al zijn 20 organisaties vertegenwoordigd.

Helaas nog niet de Bond van Bestekdeskundigen, maar ze zijn vanzelfsprekend van harte welkom.

KOMO is een kleine organisatie en dat betekent wel dat een actieve participatie van de KOMO partners wordt verwacht. De leden van de KAR spelen bijvoorbeeld een belangrijke rol bij bestuursbenoemingen, maar wellicht belangrijker nog is hun rol bij de bemensing van 3 permanente KOMO commis-sies. De commissies PR/Marketing, Ontwikkeling en GWW.

De commissie PR/Marketing is dit jaar zeer voortvarend van start gegaan. Het uiteindelijke doel is het gebruik van het KOMO-merk in de markt verder te versterken en de toegevoegde waarde van KOMO voor gebruikers en voorschrijvers te verhogen. Hierdoor krijgen de KOMO-certificaathouders ook de voorkeurspositie die ze verdienen. Maar dat is makkelijker gezegd dan gedaan. Cruciaal is daarbij goed te luisteren naar de wensen van de markt, dus ook de behoeften van de voorschrijvers en bestekschrijvers.

We weten dat vrij-wel iedereen in de bouw KOMO kent, dat is recent bevestigd door

een onderzoek van PRC in opdracht van ministerie VROM. Maar helaas weten maar te weinig mensen hoe breed KOMO eigenlijk wel is. Er zijn bijvoorbeeld 350 KOMO-beoordelings-richtlijnen en ca. 7.000 KOMO-kwaliteitsverklaringen.

Voor vrijwel alle facetten van de bouwketen zijn gecertificeerde bouwproducten, bouwdelen en bouwprocessen beschikbaar. Aan ons de schone taak om deze kennis, en voor zover mogelijk samen met STABU, op een logische wijze te ontsluiten. Dat is onze belangrijkste opgave, want hoe kunnen we van opdrachtgevers, voorschrijvers en bestekschrijvers verwachten dat ze KOMO gecertificeerde producten, processen en diensten voorschrijven als ze de achtergrond niet eenvoudig kunnen vinden?

Voor de duidelijkheid, er zijn KOMO-kwaliteitsversklaringen voor grondstoffen, hulpstoffen, bouwstoffen, bouwdelen, bouwprocessen, installatiewerkzaamheden, diensten, soft-ware en zelfs voor enkele complete bouwwerken. Daarnaast kennen we naast het algemene KOMO-merk ook nog de speci-fieke keurmerken KOMO-instal en KOMO-afbouw.

‘helaas weten te weinig mensen hoe breed KOMO eigenlijk wel is’

26 STABULLETIN|

Page 27: STABU-bulletin december 2010

Bestekschrijvers zijn een zeer belangrijke doelgroep van het KOMO-keurmerk. a uteur Lodewijk niemöller gaat in deze rubriek in op de ontwikkelingen rondom KOMO, certificering en kwaliteitsverklaringen.

Door: Lodewijk Niemöller, Directeur st ichting KOMO

nieuwe KOMO websiteOp dit moment werken we hard aan een compleet nieuwe website.Deze website moet hét platform worden voor alle informatie rond certificatie in de bouw. Middels een makkelijk toegankelijke certificatenzoekmachine willen we onze 7.000 KOMO-kwaliteitsverklaringen op een eenvoudige wijze gaan ontsluiten. Ook zullen we onze KOMO-beoordelingsrichtlijnen digitaal gaan ontsluiten. Kortom u kunt straks snel en eenvoudig alle informatie rond de vele KOMO certificatieregelingen snel en eenvoudig op onze website kunnen vinden.

Daarnaast verwachten wij dat de nieuwe website het nieuwe frisse elan van KOMO zal uitstralen. De nieuwe website zal rond de jaarwisseling online gaan, gevolgd door verschillende media-activiteiten in 2011.

Maar ook op dit moment kunt u al op onze huidige website controleren of een KOMO certificaat geldig is en welke KOMO-beoordelingsrichtlijnen beschikbaar zijn. Kortom het loont nu ook al om regelmatig op www.komo.nl te gaan kijken.

KOMO Kwaliteitscommissie (KKc)KOMO is zeer trots dat we in staat zijn geweest om een stevige KOMO Kwaliteitscommissie te installeren met leden die hun sporen in de bouw hebben verdiend. Deze KKC neemt een onafhankelijke positie binnen KOMO in. Zij is verantwoordelijk voor de beoordeling van de concept KOMO-beoordelingsrichtlijnen tijdens de kritiekfase op conformiteit aan de KOMO-kwaliteitsstandaard.

Daarnaast zal de KKC de KOMO Colleges van Deskundigen adviseren over de implementatie van Handleiding risicoanalyse welke op termijn in de KOMO-beoordelingsrichtlijnen zullen worden geïmplementeerd. Kortom de KKC speelt een cruciale rol bij het streven van stichting KOMO om de toegevoegde waarde van KOMO voor de gehele bouwketen te verhogen.

Toegevoegde waardeOver toegevoegde waarde gesproken. De commissie “Ontwik-kelingen” en “GWW” mogen natuurlijk niet onvermeld blijven. Deze commissies zijn aan de slag gegaan om de toegevoegde waarde van de KOMO-kwaliteitsverklaringen verder te opti-maliseren. Daarbij staan we vanzelfsprekend open voor sug-gesties vanuit uw praktijk.

Belangrijke aandachtspunten op dit moment zijn:• versterking toegevoegde waarde KOMO-merk ten opzicht

van CE;• milieu-informatie en duurzaam bouwen. Hoe gaan we daar

binnen KOMO mee om?• uitbouw certificatieregelingen voor bouwprocessen & com-

plete bouwwerken.

In een volgend artikel zal ik wat dieper ingaan op de positie het KOMO-kwaliteitsmerk ten opzichte van het CE-conformiteitsmerk. De nieuwe bouwproductenverordening zal consequenties hebben voor het KOMO-merk, maar volgens ons zullen deze zullen beperkt zijn. Sterker ik verwacht dat de markt steeds meer het belang van KOMO kwaliteitsverklaringen zal gaan onderkennen. De huidige markt vraagt juist om producten en organisaties die zich op kwaliteit onderscheiden.

Ook de aandacht voor reductie van faalkosten zal de vraag naar KOMO proces gecertificeerde (gespecialiseerde) aannemers en installateurs, die KOMO gecertificeerde producten toepassen, verder stimuleren. Dit moet vanzelfsprekend op een praktische wijze aangestuurd worden in de bestekken.

Kortom er liggen nog veel uitdagingen die door ons op gepakt moeten worden.

nieuwsflits Het KOMO-keurmerk is een dynamisch en betrouwbaar keurmerk. Dit betekent dat continue nieuwe beoordelingsrichtlijnen worden ontwikkeld en bestaande KOMO beoordelingsrichtlijnen worden vernieuwd. Het is belangrijk dat de markt regelmatig wordt geïnformeerd over deze initiatieven, zodat de markt hierop kan anticiperen en wellicht actief kan participeren in het realisatieproces door kritiek te leveren op ontwerp documenten.

Wij juichen actieve participatie toe, omdat dit de toegevoegde waarde van de betreffende KOMO certificatieregelingen alleen maar kan versterken. Wij verspreiden daarom zeer regelmatig digitale nieuwsflits met allerlei wetens-waardigheden rond KOMO. Inmiddels zijn er al 5 nieuwsflitsen verstuurd.

Ook geïnteresseerd? Geef u via onze website (www.komo.nl) op voor de KOMO Nieuwsflits.

27STABULLETIN |

Page 28: STABU-bulletin december 2010

een goed bestek artikelen zijn samengesteld door ing. Henk Snikkers van royal Haskoning BM.

directievoerders op de bouw hebben soms kritiek op de kwaliteit van het bestek. Projectmanagers en bestekschrijvers die verantwoordelijk zijn voor het opstellen van het bestek wijzen in antwoord hierop naar de omstandigheden tijdens het schrijven van het bestek. de condities die het schrijven van een goed bestek mogelijk maken, worden in dit artikel vanuit de praktijkervaring in voorbereiding en uitvoering van bouwprojecten belicht in drie achtereenvolgende artikelen. Het eerste artikel gaat over de complexiteit van het project en de professionaliteit van de (gedelegeerd) opdrachtgever als factoren die invloed hebben op het schrijven van een bestek.

definitieDe U.A.V. geeft een duidelijke definitie van een bestek: “de omschrijving van het werk, de daarbij behorende tekeningen, de voor het werk geldende voorwaarden, de nota van inlichtingen en het proces-verbaal van aanwijzing”. In dit artikel wordt het bestek als geschreven document bedoeld. Het bestek is hoofdzakelijk een uitgebreide technische beschrijving van een bouwwerk waarin de bestekschrijver vastlegt hoe een project gebouwd moet worden. Het bestek mag niet los worden gezien van de tekeningen en overzichten die voor het bouwwerk zijn gemaakt.

een goed bestek schrijven is niet moeilijkIn het bestek staat beschreven wat een aannemer moet leveren. Voor de hoeveelheden en de manier waarop materialen moeten worden samengevoegd, wordt naar tekeningen of overzichten verwezen. Materiaal- en kleurkeuzes zijn al in voorgaande fases bepaald. Waar zit dan de moeilijke factor in het schrijven van een bestek? Vanuit de praktijk is een antwoord op deze vraag te vinden. Traditioneel vinden tijdens de uitvoering de meeste

DEEL 1

gesprekken over interpretatie van bestekken plaats. Tijdens de uitvoering kunnen oorzaken van discussie gegroepeerd worden binnen de volgende zes onderwerpen: • complexiteit van het project;• professionaliteit van de (gedelegeerd) opdrachtgever;• kwaliteit en kwantiteit van het projectteam;• organisatie van de bestekfase;• de kwaliteit van het bestek; • nota’s op het bestek, contractbestek, werkbestek, afwijkingen

Een goed bestek schrijven is niet moeilijk. De (gedelegeerd) opdrachtgever moet om dit mogelijk te maken wel de optimale omstandigheden creëren. Dit is zijn verantwoordelijkheid die hij geheel of gedeeltelijk aan zijn adviseurs kan overdragen.

complexiteit van het projectVoor een eenvoudig, niet al te groot nieuwbouwproject zonder terreininrichting is eenvoudig een bestek te schrijven. Daar waar een project in fasen tot stand komt en het bestaande gebouw van de opdrachtgever hierin is betrokken, wordt de invloed op het bestek groter. Zodra er bijvoorbeeld sprake is van een binnenstedelijk project waarin bijzondere eisen gesteld worden aan constructie, bouwveiligheid of de bouwkundige staat van belendingen een rol speelt, vraagt het schrijven van het bestek meer aandacht. Als delen van het ontwerp door specialistische adviseurs worden opgesteld, stelt dit eisen

28 STABULLETIN|

ing. Henk Snikkers

Page 29: STABU-bulletin december 2010

Bestekken schrijven is een vak. Een bestek gebruiken in de uitvoering is soms een uitdaging. Het opstellen van een goed bestek mogen voorbereiden en begeleiden is een prachtvak.

Royal Haskoning BM heeft op haar locaties in Rotterdam, Nijmegen, Hoofddorp en Zwolle projectmanagers die landelijk werken om ontwerp- en bouwprocessen voor de klant te begeleiden. Dit kan vanaf huisvestingsconcept via ontwerp en bouw tot aan gebouwbeheer. Ook kan Royal Haskoning BM een gedeelte van het proces begeleiden of een controlerende rol vervullen.

Projectmanager Henk Snikkers heeft bijna 15 jaar ervaring bij architectenbureaus en werkt ongeveer 12 jaar als projectmanager bij verschillende adviesbureaus. Als voormalig schrijver van bestekken en projectmanager in voorbereiding en uitvoering van diverse bouwprojecten beschrijft hij de omstandigheden waaronder een bestek idealiter tot stand zou moeten komen.

aan het samenstellen tot één bestek. Als de opdrachtgever kiest voor nevenaanneming in plaats van hoofdaanneming of ervoor kiest om zelf een aantal onderdelen van de bouw te realiseren binnen de bouwtijd (directielevering) maakt dit het schrijven van de verschillende bestekken en hun onderlinge afstemming complexer.

Nevenaanneming / directieleveringen tijdens de bouwHet opdelen van een bouwproject in verschillende delen en het apart aanbesteden hiervan levert de opdrachtgever vaak financieel voordeel op. Sturing van het project is hierdoor intensiever omdat er meerdere partijen zijn die tegelijkertijd op de bouwplaats werken en hun eigen belang zullen verdedigen.

In goede bestekken is de onderlinge samenwerking goed beschreven en is de aansluiting tussen de verschillende werkzaamheden goed geregeld. Praktijk is dat door de hogere complexiteit, ondanks de zorg die aan de bestekken is besteed, het risico op het niet exact aansluiten van werkzaamheden van verschillende partijen aanwezig blijft. Ook kunnen tegenstrijdigheden in bestekken ontstaan. Dit geldt trouwens niet alleen voor nevenaanneming. Bij directieleveringen tijdens de bouwperiode kan ondanks de zorg die aan afstemming is besteed er nog een probleem blijven met de afstemming. In dit geval is de verantwoordelijkheid van de opdrachtgever groter.

Een overweging is om partijen die namens de opdrachtgever in de bouwperiode werkzaamheden moeten verrichten, als nevenaannemer onderdeel van de coördinatie van de coordi-nerende aannemer te maken. Zo worden zij nevenaannemer in plaats van “derden”.

Op tekening moeten de verplichtingen vanuit de deelbestekken duidelijk aangegeven zijn voor de verschillende aannemers zodat hiermee het bestek wordt ondersteund.

BouwveiligheidDe bouwveiligheid speelt een steeds belangrijker rol nu er steeds meer binnenstedelijk wordt gebouwd. Bij deze projecten kan de bouwveiligheid niet meer als totaalonderwerp in het bestek volledig aan de aannemer worden overgelaten. De aannemer is niet in staat om de kosten voor bouwveiligheid binnen het tijdsbestek van de aanbestedingsperiode te onderzoeken als er in het bestek alleen maar wordt verwezen naar goedkeuring van de gemeente.

Een mogelijkheid is om het bestek aan te vullen met de verplichtingen die in een voor de specifieke situatie vervaardigd conceptbouwveiligheidsplan dat door een externe partij is opgesteld, worden vermeld. In het bestek kan dan weer zo goed mogelijk worden beschreven wat er concreet van de aannemer zoal wordt verlangd: een specifieke bouwwijze, met name genoemde beveiligingsconstructies, fysieke beperkingen van de locatie, beperkte werktijden voor bepaalde bewerkingen of andere voorwaarden van dergelijke aard.

Fasering en bestaande bouwNet als bij bouwveiligheid zijn fasering en het omgaan met aansluiting op belendingen of integratie met bestaande bouw tijdens het gebruik belangrijke onderwerpen. Die moeten worden vertaald door het projectteam in concrete detaillering of meetbare maatregelen zodat een bestekschrijver deze in het bestek kan opnemen. Er moeten maatregelen worden genomen om hinder voor omwonenden of de gebruiker van

het bestaande gebouw te voorkomen. Hinder door trillingen, geluid, stof, water of bouwverkeer moeten tot een acceptabel en realistisch niveau teruggebracht worden. Als dit nodig is kunnen met hulp van een specialistische adviseur concrete maatregelen worden bepaald. De maatregelen kunnen concreet in het bestek worden opgenomen zodat bij de aannemer bekend is wat hij moet doen.

Professionaliteit van de (gedelegeerd) opdrachtgeverDe opdrachtgever, of de adviseur door wie hij zich laat vertegenwoordigen als gedelegeerd opdrachtgever, heeft een grote rol bij het opstellen van een bestek. Als er verschillende bestekschrijvers zijn die delen van het bestek zullen schrijven kan hij vooraf een overleg houden om werkwijze en informatiestromen tijdens het opstellen van het bestek in het projectteam te bespreken. Hij moet de deskundigheid bezitten om in de besteksfase een gesprekspartner voor de bestekschrijver(s) te zijn. Het ontwerp van het project is gereed en de technische uitwerking tot aanbestedingsstukken vraagt een andere deskundigheid dan het begeleiden van het ontwerp. De bestekschrijver verstrekt de opdrachtgever informatie over technische keuzes die worden gemaakt in de uitwerking van de bestekken. De opdrachtgever moet op basis hiervan de juiste afwegingen kunnen maken, zowel technisch als juridisch.

De gevolgen van keuzes die bij het opstellen van bestek en tekeningen worden gemaakt moeten voor de opdrachtgever duidelijk zijn. Sommige keuzes moeten al voordat met het schrijven van het bestek wordt begonnen, zijn gemaakt. De wijze van aanbesteding (hoofdaanneming, nevenaanneming, directieleveringen), een eventuele fasering en de vermelding van onderdelen waarbij de aannemer in het bestek om technische uitwerking van het ontwerp zal worden gevraagd, zullen ook voor de start van de bestekfase bekend moeten zijn. De opdrachtgever kan zich in deze belangrijke fase voor de aanbesteding laten begeleiden door een extern adviesbureau en het bestek bij Stichting STABU laten toetsen door een of meerdere deskundigen.

VervolgDe keuzes die de (gedelegeerd) opdrachtgever maakt in de ontwerpfase zijn een belangrijke succesfactor voor een goed geschreven bestek. Het herkennen van de complexiteit van een bouwwerk en het tijdig vertalen van de complexiteit in concrete maatregelen en detaillering is ook een randvoorwaarde voor het schrijven van een goed bestek.

In de volgende editie van STABU-bulletin komt in het tweede deel van het artikel de kwaliteit en kwantiteit van het projectteam aan de orde als succesfactor. Het derde deel van het artikel zal gaan over de inhoud van het bestek en het borgen van precon-tractuele afspraken met de aannemer.

Reacties zijn welkom op [email protected]

29STABULLETIN |

Page 30: STABU-bulletin december 2010

Cursusaanbod

DUNCAN maakt sinds 1982 specifieke software, die in gebruik is bij bouwgerelateerde bedrijven, zoals architecten- en ingenieursbureaus, bouwbedrijven, woningbedrijven, overheids- en adviesinstellingen etc. De softwarelijn van DUNCAN bestaat uit 3 componenten, te weten ramings- en calculatiesoftware, software voor STABU bestekken en programmatuur voor meerjarenonderhoudsplanningen. Door de jaren heen is de software continue ontwikkeld en nog steeds komen uitbreidingen beschikbaar. Vanaf 1986 is het STABU bestekkenprogramma toegevoegd aan de lijn, alsmede een meerjaren-onderhoudsprogramma.

De klantenkring van DUNCAN bestaat inmiddels uit grote, middelgrote en kleine ondernemingen, allen met een eigen bedrijfskleur en dienovereenkomstige auto-matiseringseisen.

dUnCAn:‘wij volgen de grootste gemene deler’Product specialist Paul van ’t Hoff van duncan automatisering bv uit Schiedam gaat in onderstaand artikel in op de plannen van STaBu om online te gaan, de aansluiting daarop met software, maar wil zeker graag ook enkele onzekerheden wegnemen.

FeedbackDUNCAN heeft, als softwarehuis voor de bouw, een gebruikersgroep van ruim 700 klanten waarvan 330 met in totaal zo’n 1000 gebruikers van de besteksprogrammatuur. Van ’t Hoff benadrukt: “We moeten het hebben van de feedback van eindgebruikers. Via helpdesk en gebruikersdagen krijgen we de nodige informatie, maar ook in de software hebben we een terugkoppelingsmogelijkheid ingebouwd; via een speciale feedback-knop komt men bij de website terecht en kan men commentaar en suggesties doorgeven.

Bij DUNCAN houden we van korte lijnen. Klanten rekenen op de oplossingen die we aan zullen reiken. Zo was de wetswijziging met betrekking tot de BTW-regels nog in behandeling, kregen wij de vraag reeds of dit in de software al aangepast is. De korte lijnen scheppen een bepaald verwachtingspatroon, en terecht!”

reacties uit markt “Er is al veel te doen over STABU en de koppeling naar de elementenmethode, kijk maar op LinkedIn bij de speciale discussiegroep van STABU. Het merendeel van de gebruikers wacht af wat er komen gaat” geeft de productspecialist van DUNCAN aan. “Veel hebben al het nodige langs zien komen, hebben al een lezing over BIM bijgewoond maar zijn nog niet volledig overtuigd van het nut van al die veranderingen.

In het kader van ‘onbekend maakt onbemind’ belicht ik de zaken van de andere kant. Wanneer je het bekijkt vanuit het ontwerpproces is het eigenlijk logischer om dit stadium vanuit ‘elementen’ te benaderen. Het tekenen is gericht op “wanden”, “vloeren”, etc. De mensen worden gerustgesteld wanneer aangeven wordt dat STABU alleen een nieuwe methode om data uit te wisselen aanreikt, en dat het nog steeds mogelijk is om op de gebruikelijke manier aan projecten door te werken. Natuurlijk zal dit een andere interface hebben en ziet het er wat anders uit, maar we willen de spookbeelden bij mensen wegnemen dat het om software gaat die krachtig ingrijpt en alles op zijn kop zet.”

relatie STaBu“We hebben gezien dat STABU een vernieuwing wil doorvoeren. Wij sluiten daar naadloos op aan en gaan natuurlijk mee in de ontwikkelingen zoals STABU ze voor-stelt. We zijn volgers van de grootste gemene deler, wat volgens ons STABU is. Een aantal organisaties ontwikkelen een eigen systeem wat ons niet verstandig lijkt. Uiteraard nemen wij kennis van al deze zaken, maar ons lijkt de STABU- systematiek met zowel werksoorten als elementen het meeste draagvlak te hebben. Wij slui-ten daar volledig op aan met onze huidige softwarelijn.”

Wanneer“Zodra STABU een stabiele server heeft met alles erop en eraan kunnen wij kort daarop uitleveren. Wij zitten bovenop de ontwikkelingen. Qua planning denken we aan begin 2011. STABU-Element levert nog wel het nodige denkwerk op voor alle betrokkenen. Zo moet er een oplossing worden gevonden waarin gebruikers zich herkennen. We hebben contact met een aantal grote bureaus die deze stappen gaan nemen en begin 2011 klaar zijn voor het nemen van een grote sprong. Zij willen straks de keuzes in een bestek parametrisch laten meelopen met het ontwerp. Dat kan technisch gezien op termijn en wordt dan mogelijk gemaakt door alle kenmerken binnen een specificatie uniek te maken.

IFD Library voor buildingSMART is een overlegorgaan die hierop in gaat spelen.

Toekomst“STABU heeft zelf aangegeven dat de huidige catalogus gebaseerd op de STABU²-systematiek nog wel een tijdje doorloopt. Met de overeenkomst van STABU gaan we met de kenniszuilen die STABU heeft gebouwd aan de slag en dit via internet uitbaten”, aldus Paul van ’t Hoff van DUNCAN.

InformatieIn 2011 organiseert DUNCAN zogenaamde ‘regiodagen’ waar op 4 locaties klanten en andere geïnteresseerden ge-informeerd zullen worden over de nieuwe ontwikkelingen met STABU Online en STABU-Element. De datum en plaats van de regiodagen zal bekend worden gemaakt op de site www.stabubestek.nl

Hans Kuijpers (op foto links) en Maarten van Hezik zijn beide als directeur vanaf einde jaren tachtig vorige eeuw persoonlijk betrokken bij alle STABU-ontwikkelingen.

30 STABULLETIN|

Page 31: STABU-bulletin december 2010

Cursusaanbod STABU

Gratis! cursus voor nieuwe licentiehoudersWanneer u in de periode tot 31 december 2010 een nieuwe licentieovereenkomst met STABU afsluit, ontvangt u – voor 1 persoon - 100% korting op de cursus STABU-bestekssystematiek. Om de invoering van de STABU-bestekssystematiek binnen uw organisatie snel en effectief te laten verlopen, wordt door STABU deze dagcursus georganiseerd zodat u in één dag volledig vertrouwd raakt met de STABU-systematiek. De prijs van deze cursus bedraagt normaal gesproken €365,- exclusief BTW per persoon en wordt nu kosteloos aangeboden om u te verwelkomen als licentiehouder.

Interesse? Neem contact op met het STABU-secretariaat, via [email protected] of (0318) 633026 om te informeren naar de eerstvolgende mogelijkheid om de cursus te volgen.

Stichting STaBu biedt een breed pakket opleidingen aan, gericht op de dagelijkse bestekspraktijk. een volledig overzicht is op de website van

STaBu (www.stabu.org) opgenomen.

Meer informatieOver de cursussen:• hoofd opleidingen

ing. H.H.M.Miltenburg Over beschikbaarheid van plaats e.d.:• mevrouw E. (Evelien) van der Tuuk

U kunt contact opnemen via: (0318) 633026 of [email protected]

De meest actuele stand van zaken kunt u ook op de website van STABU vinden: www.stabu.org.

KAIFLEX FOAM TECHNOLOGY OF TOMORROW

www.kaimann.de

Nu ook in de STABU database!

SPecIaLe STaBu STudeer acTIe!tijdelijk €50,- korting op alle STABU cursussen & opleidingengeldig: 1-9-2010 t/m 1-3-2011 • meld u aan voor een cursus/opleiding via het aanmeldingsformulier op www.stabu.org

Page 32: STABU-bulletin december 2010

wiLLy BrAndTLAAn 81 | 6716 rJ ede (gLd.) | TeL.: (0318) 63 30 26 | fAx: (0318) 63 59 57 | e-MAiL: [email protected] | weBSiTe: www.STABU.org

colofon

december 2010Vijfentwintigste jaargang no. 4

STABUlletin is het viermaal per jaar ver-schijnende huisorgaan van Stichting STABU over de voortgang van het STABU Bouwbreed Informatiesysteem.

Teksten: R.N. de Bruinmr. M.C.A. van Deurzenir. P.A.A. van den Eijndenir. M.L.A.M. van HezikE. Kortsir. R.M. van der Linden MBAing. H.H.M. Miltenburging. H. SnikkersL. Niemöllerir. S.W. Wierda

dit blad wordt geproduceerd en geredigeerd door:Stichting STABUMevr. D.B. KervelPostbus 366710 BA EDETelefoon: (0318) 63 30 26Telefax: (0318) 63 59 57E-mail: [email protected]: www.stabu.org

Inlichtingen over advertentietarieven bij STABU.

Overname van de inhoud: graag na overleg met de redactie.

Hoewel uiterste zorg is nagestreefd, staan wij niet in voor eventuele (druk)fouten en/of onvolledigheden en aanvaarden auteurs en redactie deswege geen aansprakelijkheid.

ISSN: 1384-7872

Vormgeving: skerp functionele communicatie, Doetinchem

drukker:Senefelder Misset, Doetinchem

prijsoverzicht STABU-producten de STaBu-bestekssystematiek voor de woning- en utiliteitsbouw bestaat uit:• STABU-bestanden op dvd;• STABU-Standaard 2007 (boekvorm);• 1 Wachtwoord voor het beveiligde gedeelte van de STABU-website.

De STABU-bestekssystematiek wordt geleverd na afsluiting van een licentie-overeen-komst waaraan een abonnement gekoppeld is. Deze licentie-overeenkomst wordt aangegaan voor een tijdvak van drie kalenderjaren alsmede het jaar waarin de licentie-overeenkomst wordt afgesloten.

De genoemde prijzen zijn inclusief leverings- en administratiekosten en zijn excl. de verschuldigde BTW. De STABU- Standaard 2007 is tevens separaat te verkrijgen. De tarieven voor 2011 worden d.d. 9 december 2010 door het Algemeen Bestuur van Stichting STABU vastgesteld. Onder voorbehoud – aangezien bij het ter perse gaan van dit bulletin dit nog niet officieel was – zullen de tarieven komend jaar zijn:

De gelieerde systeemhuizen hebben speciaal voor het “STABU-Compact” gebruik ook hun STABU-programma tegen gereduceerde prijzen beschikbaar gesteld.

De STABU-Standaard 2007; dit is het boek waarin de basis kwaliteitseisen staan om-schreven waaraan een werk moet voldoen op zowel technisch als administratief gebied:

STaBu-Standaard 2007 € 75,-

Het GB CAD-Afsprakenstelsel (GB CAS) is primair bedoeld voor gestructureerd tekenwerk van 2D CAD-tekeningen en informatie-uitwisseling. Geïntegreerd Bouwen (GB), als eigenaar/beheerder/uitgever van het GB CAS, heeft werkzaamheden uitgevoerd die hebben geleid tot een nieuwe en geheel herziene uitgave, versie 4. De Stichting GB is met de Stichting STABU overeengekomen dat deze laatste de distributie, de promotie en het onderhoud van het GB CAS 4.0 ter hand neemt. Distributie vindt plaats via internet: www.gbcas.nl

STaBu cOMPLeeT(t/m 5 werkplekken*)

€ 970,00€ 727,50€ 485,00€ 242,50

STaBu cOMPacT(t/m 5 werkplekken*)

€ 398,00€ 298,50€ 199,00€ 99,50

Aanschaf Licentie STABU in de periode

januari t/m maartapril t/m junijuli t/m septemberoktober t/m december

*Per vijf werkplekken wordt de prijs verdubbeld.

gB-caS € 145,-

32 STABULLETIN|