Samenvatting_Verpakken

11

Click here to load reader

description

Persoonlijke samenvatting voor de cursus verpakken

Transcript of Samenvatting_Verpakken

Page 1: Samenvatting_Verpakken

Verpakken  Inleiding Verpakkingsdrukwerk is een volwaardig grafisch proces. De uitgebreide distributietechnieken geven de verpakkingsdrukkers uitgebreide mogelijkheden: meer kleurendruk, coatings, grafische voorstellingen, …. Nieuwe ontwikkelingstechnologie   aantrekkelijker verpakking, beter beschermend, handiger, milieubewuster  Functie 

• Groeperen bij het stockeren Bepalend voor de kwaliteit (materiaal)  van de verpakking. Groeperen gebeurt per aantal en moet een systeem hebben om te openen en te grijpen. 

• Groeperen en beschermen voor transport In functie van de stock, formaat van paletten, stapelschema’s, vervoerswijze, gebruiksgemak, … 

• Bedrukking Communicatiemiddel intern (codes) / extern (ingrediënten), publiciteit,  Verpakking = Informatiedrager 

o Soort product, herkomst, samenstelling, gebruik, raad, voorzorgen o Verplicht: gewicht, volume, prijs, vervaldatum, identificatie verpakker o Andere: code (EAN‐13) garantiebon 

• Voorzien in gebruikersgemak Handvat, eenvoudige vorm, … 

 Vermeldingen moeten passen in het ontwerp, rekening houdend met technische bepalingen. Er moet ook rekening gehouden met allerlei parameters (aard, vorm, gewicht, afmetingen, waarde, gevoeligheid aan druk, temperatuur, vocht, wettelijke bepalingen, …)  in de omloop van het product wanneer de verpakking wordt vorm gegeven.  Vormgever De vormgever moet er voor zorgen dat het product (of de verpakking) verkoopt. De verpakking moet ook de koper informeren de inhoud beschermen en gemakkelijk zijn in gebruik.  Om tot een goede verpakking te komen moet er een goeie communicatie bestaan tussen: Koper – Ontwerper – Verkoper – Omvormer/drukker  Het lastenboek  Planning: marketing, functionaliteiten, grafische eigenschappen. Het ontwerp moet passen binnen het machinepark, transport en het rek in de winkel. Helpt om problemen te voorkomen. Functie: structuur van de verpakking rekening houdend met mechanische eigenschappen Machines: mogelijkheden en beperkingen kennen van vouwmachines en drukpersen. Drukdrager en inkt: in functie van het product. Cosmetica ‐> Gebleekt sulfaatkarton bvb. Andere karton is meestal recyclage met een witte toplaag. Folies geven een goeie glans. Bij ruwe oppervlakken heb je een dikke inkt nodig. Gekleurd papier beperkt de glans. Opletten met giftige inkten, lichtechtheid van inkten, … Drukkleur moet gelijk zijn op verschillende verpakkingen. Informatie: Leesbaar, contrast, spatiëring, interlinie. Soms bepaald bij wet (vb. ℮ )  

Page 2: Samenvatting_Verpakken

 Drukprocédé 

Flexo 

Diepd

ruk 

Offs

et 

Typo 

Zeefdruk 

Tampo

Etiketten & wikkels             Golfkarton (doos)             Top liner (over doos)             Vouwkarton             Metaalfolie, film             Papieren zakken             Plastic zakken             Blik (2 delig)             Blik (3 delig)             Plastic fles             Deksels en dopjes             Plastic kuipjes             Tubes             Metalen deksels             Plastic deksels             Blisters (cfr. Tandeborstel)             Brik             Glas             

Er kan ook met non‐impact geprint worden (inktjet).   glas, plastic, metaal, keramiek, papier, karton Populariteit van de verpakkingsgrondstof: 1. Papier/Karton, 2. Glas, 3. Kunststof, 4. Hout, 5. Metaal  Papier, Karton, Golfkarton Golfkarton bestaat uit dekblad (liner) en golfblad (fluting)  Soorten liners:  

• Kraftliners: Uit naaldhout, lange vezels, zeer stevig, bruine kleur. o Brown kraft: zuivere vorm o White kraft: chemisch gebleekt o Mottled kraft: bruine kraft met wit laagje voor betere inktweergave o Coated white kraft: witte kraft met strijklaag o White top kraft: 2 lagen: wit & bruin 

• Testliners: Uit oud papier met verkorte vezel, minder sterk, meer absorptie. o Testliner: goedkoop recyclage scheikundig verbeterd. o Deckenstoff: onbehandeld recyclagepapier o Mottled duplex: tweelagig: kraft + recyclage 

• Grijs papier: Schrenzpapier, ongesorteerd recyclagepapier, geringe sterkte.  Soorten fluting: 

• Hout‐chemical Veelal berkenhout ‐> stug, weinig veerkracht ‐> goed voor golf 

• Semi‐chemical Bestaat uit oud papier en goflkartonafval 

 Gekozen materiaal bepaald de weerstand.  

Page 3: Samenvatting_Verpakken

Golfkarton bestaat dus uit verschillende vlakke vellen (liners, dekbladen, tussenvellen) en één of meerdere golven met een gelijk periode. Dekbladen zorgen voor weerstand tegen temperatuur, vocht, … De golf vangt schokken op.  Soorten golvenkarton: 

• dubbel geplakte • dubbel geplakt met gelamineerde golf (voor losse producten, meermalig gebruik) • dubbel geplakt, dubbele golf (voor zware inhoud) • tiple wall = 3 golven voor export • X‐ply = 3 golven waarvan de middelste gekruist. 

 Soorten golven: 

‐ 1 letter A tot N: A = grove golf (5mm); N = fijne golf (0,55mm) ‐ 2 letters omschrijven een dubbele golf (ongeveer 8mm) ‐ 3 letters omschrijven drie golven (ongeveer 13 à 15 mm) 

 Vervaardiging (corugator) Wet end Papier voor dekbladen en golfbladen komt van een rol. Het blad voor de golf wordt bevochtigd en verwarmd om tussen de riffelwalsen gemakkelijk zijn golfstructuur te krijgen en om te kunnen lijmen aan de dekbladen. Na de riffelwals krijgt de golf bovenaan lijm (door lijmrol met regelbare afschraapinstelling) mee en komt het dekblad er op. Daarna de andere topjes voor de tweede deklaag. Bij karton met meer golven wordt telkens een karton gemaakt met éénzijdige dekking. Hierna wordt alles gedroogd tussen hete platen. Dry end Daarna wordt het karton nog gerild, gesneden en gestapeld.  Extra’s 

• hot‐melt aanbrengen ter versteviging • scheurbanden om gemakkelijker te openen • beprinte liner op deklaag aanbrengen • oppervlakte behandelen 

o watervast te maken (niet loskomen door onderdompeling in water) o waterafstotend te zijn (buitenkant laat geen water door) o weerstand tegen vocht (in vochtige atmosfeer) 

Voor korte tijd waterbescherming   Acryilbasis. Echt waterafstotende coatings   paraffine of PE‐basis maar moeilijk bedrukbaar. Er eerst bedrukt voor de “curtain coating”. 

 Drukmogelijkheden:  

• flexo, offset of zeefdruk met vernismogelijkheid • gelamineerde preprint (offset) ! minder registerfouten ! • preprint op dekblad (flexo) • na afgewerkt golfkarton drukwerk (offset) toevoegen 

 Dozen Ontwerpen en vervaardigd met CAD (design) CAM (manufactor)  Soorten dozen: 

• A‐doos: kleppendoos eerste getal bij de afmetingen is de lengte, gelijk met het golfkarton. Aaneensluitende kleppen: sterkere bodem en meer weerstand bij vallen. Hoge doos is moeilijk te stapelen, platte doos heeft meer kartonverbruik.  Een halve kubus op zijn kleinste zijde heeft het minst kartonverbruik maar is niet zo stevig. Goed is L < 1,5B. 

Page 4: Samenvatting_Verpakken

• Wikkeldoos (wrap‐around) De inhoud (voorwerpen) moeten een bepaalde vorm hebben om tegendruk te bieden bij het sluiten van de doos. Bij deze doos kan karton uitgespaard worden. Inhoud heeft meestal ook stapelweerstand   dus minder stevig karton is mogelijk. Golf loop loodrecht op lijmrichting. Kan anders indien de inhoud al genoeg weerstand geeft. 

• Tray (bakje) o Bakjesdoos: met een hoek naar binnen geplooid  o Platte doos: los gesneden met een lip die naar binnen plooit. 

 Vervaardigen van dozen Blijkbaar belangrijk van maar ik snap zijn schema’s niet. Stansen 

• Rotatief    Rotatiestansmachine Gebruik van puntige, gekartelde messen (niet bij vlak stansen). Diepte van de mensen afhankelijk (net zoals bij vlak stansen) van het papier en de kunststofondergrond. Er moet een nauwkeurige aansluiting zijn van de messen om afval goed te kunnen verwijderen. Het rubber rond de messen zorgt voor anti‐slip en afval uit te duwen. 

o Indrukbare ondergrond: met ronde stansvorm ! rekening houden met dikte ! o Staal tegen staal 

• Vlak stansen   Drukslitmachine De “slit” is de snee die gemaakt wordt in het karton om de lippen dicht te krijgen. Het stansen gebeurt staal tegen staal. Enkel voor eenvoudig stanswerk. Het karton krijgt reeds 2 rillijnen in de lengte van de golfkartonmachine. Op de drukslitmachine komen dan de dwarse rillijnen. (kan maar in één richting) Werking: De inleg wordt gegrepen door een transportband naar de stansplaat daarna wordt het afval uitgebroken en het grijperstuk wordt afgesneden en het resultaat komt op de uitleg. Eventueel wordt er ook nog gesepareerd als er meer dozen op één vel staan. Werking Drukstraat: van inleg naar een prefeeder. Daarna door de drukgroepen. Dan de stansmachine, het resultaat uitleggen en eventueel separeren en uitleggen per palet. 

Rillen Rillen gebeurt bij compact karton aan de buitenkant van de plooi en bij golfkarton aan de binnenkant.  Glasverpakking  Oudste verpakkingsmethode voor drank, goeie kwaliteit en recycleerbaar. Kan specifieke vormen hebben en prelabeling met rondom‐etiketten uit kunststof. Wordt meestal ook gezien als kwaliteitsverpakking. Veelal praktisch gebruik.  Technisch: ontwerpflexibiliteit, drukbestendig, gas en aroma dicht en hygiënisch. Er is geen migratie van stoffen. Onvervormbaar, maar breekbaar. Eenvoudige controle op hoeveelheid. Recycleerbaar en hoge graad van herwinning.  Maken van glasverpakking Kwartszand + kalk + natriumas afwegen en mengen.   Smelten tot 1600C°   in een vorm gieten, laten afkoelen en spoelen.  Glas wordt met zeefdruk bedrukt. Vaak worden glasdeeltjes in de inkt geplaatst en wordt na het drukken het glas nog eens opgewarmd om de inkt beter aan het glas te hechten. 

Page 5: Samenvatting_Verpakken

Blik  Lakken en inkten werken decoratief en beschermend. Een binnenlak tegen corrosie en een buitenlak tegen roest en wisselwerking tussen blik en product voorkomen.  Toepassingen: conserven voor voeding, bussen voor olie/vet/poeder, drankblikjes, koekjesdozen, andere (kroonkurken, verfbussen, batterijen, …)  Voordeel 

• sterk: goed voor transport van gevaarlijke producten • waterdicht, lichtdicht, luchtdicht   lange houdbaarheid, smaak, geur, kleur gaat niet verloren. • weegt weinig, hittebestendig, duurzaam, bedrukbaar, vervormbaar, magnetisch (recyclage) 

Nadelen • dure productie, goedkoop imago (  glas), grondstof “tin” is schaars, vervuiling en afval. 

 Soorten 

• eletrolytisch vertind: koud gewalst door elektrolyse met aan beide kanten een laagje tin. • verchroomd: zwart blik met laagje chroom • aluminium: licht metaal (ook met een koude wals) 

 Coating en lakken 

• binnenlak / goudlak: zuurbestendig, goed diep te trekken, hecht goed • stanslak: buitenlak voor aannemen van inkt • zilverlak: bescherming van drukinkten • witlak: ook voor inkthechting • hechtlak • bodemlak: taai aan de onderkant voor transport • op waterbasis: geurloos, kleurloos, smaakloos en goeie isolatie 

 Lakmachine Blik komt via de inleg op het transport die geplooid blek weg neemt. Het transport breng het blik tot aan de inlegtafel, door de lakgroep op de uitleg. In de lakgroep geeft via een pomp lak tussen de doseerrol en de lakbakrol de lak aan de opdraagrol met een rakel om bij te sturen. De drukdrager komt tussen lakcilinder en tegendrukcilinder die een rakel heeft om zijn oppervlak proper te houden. Daarna drogen in de droogoven. Eerste verdampen, dan drogen en inbranden en daarna afkoelen (schrikken).  Procédé. 

1. Offset voor platen blik te bedrukken met ofwel een doorgeeftrommel ofwel in rijenbouw. 2. Letterset voor tweedelig blik: Eerst een cup maken daarna duntrekken, trimmen (allemaal even 

hoog), wassen, lak aanbrengen, drogen, bedrukken, drogen, nekken (omtrek bovenkant vernauwen), bodem lakken, binnenlak, drogen, binnenlak, drogen, controle op fouten, stapelen. 

 Het bedrukken gebeurt op bvb een Rutherford. Via een invoer komen de blikjes tot bij een invoerster die de blikjes gelijkmatig op het transport brengt. Het doornwiel met doorns houd de blikjes op hun plaats. Op een doorn kan waargenomen worden of een blikje misvormd is en kan dus voor het drukken verwijderd worden. (als een blik weggehaald wordt, wordt op die plaats het transport teruggetrokken om te voorkomen dat de doorn bedrukt wordt) De blikjes worden op voorsnelheid gebracht om dan bedrukt te worden door een rubberdoek (die alle kleuren bevat)  Waterloze blikdruk (letterset) =/= waterloze offset. Drukvorm van letterset is een typoclyché of photopolymeer. Bij offset is dat met een siliconen laag. Letterset gebruik ook veel dikkere (10micron) Pantone of HKS inkt en offset gebruikt dunnere (2à3) CMYK.  

Page 6: Samenvatting_Verpakken

Labels  Functie: Aanzetten tot kopen en informeren.  Papieren etiketten  Eigenschappen:  

• houtvrij of houthoudend (wolkerig) • wit/extra wit • gemetalliseerd/gekleurd 

o direct metalliseren voor glad oppervlak o indirect metalliseren voor poreuze materialen 

een gladde film met release laag met daarop metalliseerlaag komt tegen de te metalliseren laag die een lijmlaag geeft die de metalliseerlaag overneemt van de gladde film. 

• natsterk: sterkte indien vochtig, licht natsterk of niet natvast • gestreken of niet gestreken • glanzend of mat • alkalibestendig of alkalidoorlatend • droog opaak of nat opaak • schimmeldodend of neutraal bij corrosie • eenzijdig glad / pregen (reliëf) • zelfklevend of verwijderbaar 

 Drukken: de etiketten moeten bedruikbaar zijn in offset/flexo/diepdruk en moeten kunnen gelakt/gebronzeerd/gepreegd worden. Bronzeren: lijm wordt aangebracht en daarop komt bronzeerpoeder die daarna met borstels ingestreken wordt.  ! goed bedrukbaar etiket is zeker nog geen goed etiket !  Etiketteren: alle etiketten moeten snel loskomen uit het magazijn voor ze op het voorwerp komen. Ze moeten lijm opnemen en wat absorberen en bij het kleven mogen ze niet verschuiven. Bij bevochtiging moet de kleur en glans behouden blijven, ze mogen niet loskomen of plooien en mogen niet oplossen.  Lastenboek: plannen en ontwikkelen 

• functioneel ontwerp zowel in druk als vorm • testen volgens protocollen (iso bvb) • Ingangscontrole 

o Natsterkte en alkalische weerstand: mag niet oplossen in water of alkalische oplossing o Maatvast en buigsterkte: krulneiging van het etiket, te stijf komt los, te soepel scheurt. o Vezelrichting: best loodrecht op de buigrichting (anders kan het terug loskomen) o Gladheid: kleefzijde niet te glad voor lijm. En probleem bij loskomen van de rest. o Treksterkte en slijtvast:  droog EN nat verwerkbaar + mech. last weerstaan. o Inkthechting: niet oplossen in alkalische spoeling o Glans, witheid, ondoorzichtig: visueel aspect en coating   minder gevoelig voor schade 

• Drukken, lakken, snijden: ! belang van de relatieve vochtigheid bij afwerking ! krimpen, uitzetten, golven   registerproblemen. Bij het stansen kan ook onzuiver gesneden worden waardoor etiketten aan elkaar kunnen blijven hangen. Looprichting: voor de drukker, gelijk met de drukcilinder, soms niet als meer op één vel. Voor het opkleven moet de looprichting gelijk zijn met de buigrichting. 

• Stansen: doordrukstans: etiketten tussen persplaat met stanskracht en een stansmes/vorm • Aanbrengen etiket: de containers komen via een aanvoervormwiel naar het invoersterwiel die de 

containers op de containertafel brengt. Een etiketteerstation (met magazijn en lijmpalet) staat tegen de containertafel om de etiketten aan te brengen. Daarna gaan ze via het uitvoersterwiel naar buiten.

Page 7: Samenvatting_Verpakken

Zelfklevende etiketten  Methodes: 

lijm aanbrengen op drukdrager  bevochtigen (cfr. Postzegel)  machinaal met koude of warme lijm  zelfklevende etiketten 

 Warmte gevoelig: rug kleeft wanneer het opgewarmd wordt, geen siliconepap. nodig om lijm te beschermen. Drukgevoelig: bestand tegen druk en kan eenvoudig terug loskomen, beschermd door siliconepapier  Onderdelen: 

• toplaag of laminaat • bedrukt papier of folie • lijmlaag • beschermende siliconelaag. 

 Voordeel  Nadeel 

‐ Snel aan te brengen ‐ Zuiverder (geen overtollige kleefstof) ‐ Efficënt : kleefeigenschappen bijsturen 

‐ Duur ‐ Minder milieuvriendelijk 

 Drukdrager: offset (grof), machinegestreken (minder grof), chromo (glans), hoogglans  Stansen: wanneer etiketten te klein zijn om te snijden. 

• bandenstaal: hoge metalen randen • gegraveerd vlak: gemonteerd op magnetisch cilinder • gegraveerde ronde stansvorm 

Etiketten op een smalbandmachine worden inline gestanst tot op de siliconelaag (halfdoor). De rest wordt weggenomen (peeling)  Kleven: de drager wordt door het transport getrokken. Fotocellen bepalen het starten en stoppen van het transport. Het transport maakt een scheidingswig waar het etiket overgegeven wordt aan het voorwerp en de drukdrager loopt door en wordt opgerold.  Bij zelfklevende etiketten blijft de kleefstof kleverig (wordt niet hard). Bij een verkeerde looprichting komt er een verkeerde spanning op het etiket en kan deze aan de randen gemakkelijk terug loskomen. Hoe ronder en kleiner, hoe gevaarlijker om terug los te komen. Zelfde regel telt als bij papieren etiketten.  Sleeves  Voor glas, metaal en kunststof. Kan volledige container bedekken en eventueel UV filteren. Alternatief voor een wrap‐around label. Bij wrap‐around wordt begin en einde vastgelijmd met hotmelt of volledig gelijmd met koudlijm.  Soorten: 

• Stretchsleeves: kokervormige film zet eerst uit en krimpt dan rond de container als een elastiek. een klem trekt telkens een sleeve over de container. 

• Shrinksleeves: kokervormige film over de container en door verwarming laten krimpen. de folie wordt in een buis getrokken en gesneden. De verkregen koker komt over de container en krimpt. 

 Strechtlabels zijn goedkoper. Shrinksleeves worden meestal gebruikt bij volledige dekking.  

Page 8: Samenvatting_Verpakken

Grondstoffen: meestal gemaakt via extrusie (PVC, OPP, OPS, PET) • PVC: transparant, krimpt 65%, niet milieuvriendelijk • OPP: minimale vervorming op het gedrukte beeld, krimpt 50%, minder transp., milieuvriendelijk • OPS: krimpt 75%, transparanter dan OPP, minimale verticale krimping • PET: hoogtransparant, krimpt 70%, rekbaar, moeilijk te controleren. 

 Extrusie: korrels op een schroef, smelten en weerstand (druk) verhogen, 2 uitvoergaten met daartussen blaaslucht.  Grafisch ontwerper moet rekening houden met het feit dat zijn ontwerp kan vervormen. (bestaat software voor om dat in rekening te brengen) Thermogevoelige inkt is belangrijk bij shrinksleeves. Verder zijn er nog instellingen om de sleeve vacuüm te maken bvb.  Werking: is redelijk gelijklopend met etiketten. Terug met een aanvoervormwiel die de vormen naar een invoersterwiel brengt en op een containertafel brengt. De sleeve komt over de sleeverol en wordt door het snijapparaat gepast afgesneden. De containertafel voert tot de uitvoersterwiel naar de uitvoer.  In‐mouldlabel  Hier wordt een heat‐seallabels om de container gesmolten met lijm, maar kan ook zonder lijm (polyprop bv.)  Spuitgieten (injection mouldlabeling): Het label komt mee in de gietvorm Blow moulding: label komt ook in de gietvorm maar wordt naar de rand van de vorm gezogen.  Voordeel: slijtvast, vocht/licht/vet/… bestendig, recycleerbaar, minder etiketteerfouten, hygiënisch, voor diepvries en microgolf. Nadeel: duur, rendabel bij grote productie  De films worden meestal gedrukt in offset of flexo en bestaat uit meestal uit OPP, PS, PET, PC of PE.  Kartonnen drankverpakking  Brikverpakking: polyethyleen + karton + aluminium  ‐6,5 micron  Aluminium (als licht en zuurstof barrière)   langer houdbaar.  Tetra pak (tetra rex, tetra top, tetra classic, tetra prisma) & Elopak (pure‐pak, diamond pure‐pak, …)  Doel: beschermen (tegen vocht,  licht en zuurstof) en bewaren, bescherming tegen handelingen (man./mech.) Het heeft een bepaalde stijfheid en moet goed ogen in de winkel.  Soorten: 

• homogeen gebleekt of ongebleekt • duplex: ¼ gebleekt, ¾ ongebleekt (vezels van de twee soorten hechten aan elkaar) • triplex: gebleekt‐ongebleekt‐gebleekt • gecoated duplex: kleilaag, gebleekt, ongebleekt (diepdruk) • gecoated ongebleekt: kleilaag, ongebleekt (ook voor diepdruk) 

(gebleekt is milieubelastender, maar witter, kleilaag maakt het opp. gladder voor rotatie druk)  Polyethyleen wordt gelamineerd in verschillende diktes naar gelang de inhoud. Polypropyleen is bestand tegen hoge temperaturen.  Branders: zorgen dat de vezels zich oprichten en hechten met de polethyleen en papierstof wordt verbrand. Papier   polyethyleenlaag in de lamineermachine (extrusiecoating). Gesmolten poly. wordt op het papier gespoten en via cilinders vast geperst. 

Page 9: Samenvatting_Verpakken

 Verpakkingssystemen  Economisch verpakken via machines. Een verpakkingslijn: inpakken, stapelen, stockeren en laden.  1. Opzet of aanvuleenheid, 2. vullen (continue of schoksgewijs), 3. controleren, 4. sluiten, 5. etiket, 6. afvoer  Tray (kuipje) opzetmachines Pakjes komen samen, opengevouwen karton komt er onder, kleppen komen er rond en in de hoeken gelijmd  A‐dozen De doos is meestal al rond geplakt, wordt enkel nog open gemaakt en aan de onderkant dicht gemaakt met eventueel hotmelt lijm. Daarna wordt hij gevuld en aan de bovenkant dicht gedaan.  Wikkelpakkers (wrap around) Plano karton wordt rond de verzamelde inhoud gebracht en dicht gemaakt.  Harde verpakking 

enkel bakje (zoals voor 24 blikjes)  bakje met deksel  inklikbare bak: wanden naar binnen vouwen in klikken in draaggaten  zijdelings pakken: producten inschuiven en dicht maken.  Verticaal verpakken: doos open maken, onderaan sluiten, vullen en bovenaan dicht maken. 

Flexibele verpakking  rond het product vouwen, sealen en afsnijden.  een soort zakje vormen, afsnijden en vullen. 

 HORIZONTAAL Overwrap: product omwikkelen en daarna heatsealen, lijmen of dichtvouwen Flowpack: sealbaar materiaal wordt als een buis rond het product gebracht en gesealed. (een vouwdriehoek brengt de verpakking er rond, wordt in de rug geseald en dan ook de bodem) (mars bvb) Pouchfold: eerst wordt het materiaal gevormd en geseald, dan gevuld en uiteindelijk aan volzijde geseald. (minutsoepkes bvb) Dieptrekverpakking: materiaal wordt door een matrijs tot een vorm geperst. Vaak voor vacuüm verpakking 

• voorverwarmd materiaal vacuüm dieptrekken. • Dieptrekken met een stempel. (gelijkmatiger verdeeld) • Combinatie. Eerst stempel en dan aan de kant van de stempel vacuüm trekken. 

 VERTICAAL Transwrap: door trechter een zakje maken, sealen in de rug en bodem, zakje vullen en bovenkant sealen. Pouches: 2 banen verpakkingsmateriaal tot een zakje sealen.  Logistiek  Paletten: EUROplaet, ISOpalet, nog een soort voor scheikundige industrie. Verbandstapelen is beter dan kolomstapelen.   stabieleren. Stabiliteit: horizontale platen er tussen, bandijzer er rond, krimpfolie er rond.  Kwaliteitscontrole  FEFCO: Fédération Européenne des Fabricants de Carton Ondulé ECMA: European Carton Makers Association ISO: International Standard Organisation 

Page 10: Samenvatting_Verpakken

Coderen  Automatisch producten herkennen: Barcode, OCR, beeldherkenning, magneetstrip, RFID, Voice Recogn., Accoustisch herkennen (SAW)  Barcode 

1D: informatie op x as, lezen met scanner, EAN‐8 / 13 / 128 en ITF – 14 Codabar & Code 2/5 interleaved (numeric), Code39 & Code128 (alfanumeric) 

2D: informatie op x & y as, meer gegevens Code49 zijn 2 Code39’s boven elkaar. PDF 417, Datamatrix, Maxicode (met oriëntatiepunt, heeft foutcontrole) 

3D: werken met xy‐as en kleuren.  RFID Gegevens worden verzonden via radiogolven. Bescherming tegen diefstal of opvolging van productlocatie. Elektronische transponder (tag): siliciumchip en antennespoel.  Streepjescodes afhankelijk van beschikbare oppervlak, scanomgeving en gegevensbereik. (EAN: European Article Numbering)  EAN‐13  Evenwijdige lijnen (donker en licht) met daar rond een vrij veld. Laserstraal leest deze omnidirectioneel. Steepjescode bevate guard bars aan het begin en einde en in het midden voor betere leesbaarheid.  Samenstelling (JE MOET EIGENLIJK VAN RECHTS NAAR LINKS LEZEN!) 

• 1 Flag (nummer van ICODIF/EAN) + links randteken +  1 Flag + 5 cijfers om fabrikant te omschrijven • Scheidingsteken + 5 cijfers voor product +  1 controlecijfer + rechts randteken. 

 Reeks A & B beginnen altijd met een wit balkje en dienen om het fabrikant te omschrijven. Reeks C begint altijd met een zwart balkje en omschrijft het product.  Lezen: een laserdiode komt op een roterende spiegel die op vaste spiegels schijnt waarvan één op de streepjescode valt en de code teruggestuurd op de collector naar de ontvanger. !! voldoende contrast voor de betreffende lichtbron !! vb, geen rood op wit bij een rode laser of zo.  Verkleinen/Vergroten van streepjescodes gebeurt in verhouding! In de breedte versmalen   afstand tussen streepjes klopt niet meer. In de hoogte verkleinen   vertraging bij het omnidirectioneel lezen.  verschillende schalingen : SC0 is vb 80%, SC5 is 140% …. 

 Het bedrukken moet in de richting van de strepen gebeuren om het dichtlopen van strepen te verminderen. Rekening houden dat lijnen hoe dan ook zullen verbreden bij het drukken. Steekproefsgewijs controleren door af en toe een streepjescode te scannen of via een EAN‐teststrip.  Manueel scannen: code op een voorspelbare plaats voor de persoon. Automatisch scannen: code op een zichtbare plaats voor de lezer.  Als het drukproces het toelaat gaat de voorkeur naar een picket fence en niet naar een ladder. Geen streepjescodes op perforaties, zomen, hoeken, flappen, vouwen, … Hoekregel: minimum 8 mm, maximum 102 mm in een hoek staan. Algemeen: onderaan rechts achteraan., zakken op voor en achterkant.  Digitaal streepjescodes drukken   dikte van het smalste streepje altijd een VEEVLOUD van een dot!! 

Page 11: Samenvatting_Verpakken

 Controle EAN  

1. Alle cijfers op even posities optellen en vermenigvuldigen met 3 2. Alle cijfers op oneven posities optellen 3. De twee resultaten optellen 4. Het controlecijfer is het cijfer die je nodig hebt om aan te vullen tot het volgende tiental. 

 ITF‐14  Deze code begint met 0 daarna een 2‐delige prefix, vervolgens 10 cijfers voor bedrijf en item en 1 cijfer ter controle. Het geheel staat in een kader (bearer bar). Wordt gebruikt voor omverpakking. Het kader er rond is noodzakelijk bij flexo. Deze code wordt bi‐directionaal gelezen (xy‐as)  De code geeft een beginteken en een eindteken. De tussen liggende stukken omschrijven de inhoud. De zwarte delen omschrijven een cijfer en de witte delen.  De H‐standaard teststrip voor het bepalen van de druklijnverbreding. Wordt meestal meegedrukt. Drukkwaliteit kan direct gemeten worden met een streepjescode of indirect met de H‐teststrip.  Bij lage verpakking (trays bvb) mag de code over de volledige hoogte mits minimale afknotting. Op een pallet moet deze op ongeveer 70cm van de grond komen.  Er is ook nog EAN‐128 maar daar gaat hij niets van vragen.  ISBN  International Standard Book Number voor het nummeren van bukken, brochures, gedrukte publicaties.  ISBN‐vorm: 54 + Bedrijfsprefix (5,6,7) + Artikel (5,4,3) + Controlecijfer  In EAN vorm: 978 + ISBN (9) + Controle   aanvragen bij ICODIF Kan ook nog met add‐on (2 extra cijfers) voor meer info te verzamelen.  ISSN‐vorm: 977 + ISSN (7) + Reserve (2) + Controle (voor dagbladen en tijdschriften)