Samenvatting en uitleg bij NO2-meetresultaten in de auto, door Greenpeace in Brussel, Luik en Antwerpen (5-6-11 september 2017) Versions pour journalistes:

- Français - Néerlandais

Veilig met de wagen? 66% van de ouders brengt zijn kinderen met de auto naar school, zo leerde ons een recente enquête van Touring. Maar is dat wel zo verantwoord? In de eerste weken van het nieuwe schooljaar testte Greenpeace in Brussel, Luik en Antwerpen de luchtkwaliteit in de auto op routes naar en langs scholen. De test bevestigt helaas onze vermoedens: de lucht in de auto is gevaarlijk voor onze gezondheid en nog meer voor de gezondheid van onze kinderen. Luchtkwaliteit op de achterbank Met ons meettoestel in een kinderzitje op de achterbank gingen we de baan op. Gedurende drie dagen hebben we de avondspits opgezocht, op de uren waarop schoolgaand België ook in het verkeer zit. We hebben een parcours uitgestippeld dat langs enkele scholen en belangrijke verkeersassen loopt. NO2? We meten NO2, dit gas is zeer verkeersgerelateerd, het wordt immers voornamelijk uitgestoten door dieselwagens. Dieselwagens worden in ons land nog altijd gepromoot, en maken nog altijd 58% van ons totale wagenpark uit. NO2 heeft een belangrijke impact op de gezondheid (zie ons rapport over de gezondheidsimpact van NO2). Verbluffende resultaten De Wereldgezondheidsorganisatie aanvaardt als gemiddelde jaarwaarde 40 µg/m³ en gemiddelde uurwaarde 200 µg/m³. Maar ons rapport leert ons dat er voor dit gas geen veilige waarden bestaan. Want zowel korte episodes van hoge concentraties als langdurige

blootstelling aan lage concentraties zijn schadelijk voor onze gezondheid, en al zeker voor kinderen. De jaargemiddelde concentraties verbergen bovendien kortetermijnpieken in luchtvervuiling die op vlak van gezondheid dus een zeer negatieve impact kunnen hebben, in het bijzonder bij mensen die om medische redenen al gevoelig zijn aan luchtvervuiling. De rit bracht pieken tot 367 µg/m³ in één van de Brusselse tunnels aan het licht, bijna 10 keer de gemiddelde jaarwaarde. In Brussel werd de 40 µg/m³-grens tijdens de hele rit op vele plaatsen overschreden (gemiddelde waarde van de hele rit: 55 µg/m³). Ook in Antwerpen geeft de Craeybeckxtunnel de hoogste waarden en is het gemiddelde van de hele rit bijna 50µg/m³. De resultaten in Luik zijn iets minder schokkend, maar ook daar meten we op verschillende plaatsen meer dan 60 µg/m³. Risicofactoren De slechte lucht in de auto komt via de verluchting de auto binnen, zelfs als de verluchting niet aan staat. Vooral drukke, nauwe straten, tunnels, files of vlak achter een dieselbus of -vrachtwagen rijden, jaagt de vervuiling meteen de hoogte in. Omdat je in een gesloten ruimte zit, krijg je op die manier in de auto meer luchtvervuiling binnen dan de fietsers of voetgangers langs je. Disclaimer Ons meettoestel is een betrouwbaar apparaat. Het wordt niet alleen door Greenpeace gebruikt, maar ook door wetenschappers en officiële instanties wereldwijd. Ons meettoestel werd bovendien, in samenwerking met Leefmilieu Brussel, gedurende 2 weken getest naast het officieel meetstation Gulledelle in Brussel (Sint-Lambrechts-Woluwe) en op basis van die test geijkt, wat betekent dat de resultaten van onze AQ Mesh nu vergelijkbaar zijn met wat het officiële meetapparaat meet. De metingen met onze AQ Mesh geven met andere woorden een betrouwbare indicatie van de luchtkwaliteit op die plaats, op dat moment. Die indicatie heeft uiteraard niet dezelfde wetenschappelijke robuustheid als de metingen die jaar in, jaar uit gebeuren door officiële meetpunten. Op basis van deze metingen kunnen ook geen vergelijkingen tussen steden gemaakt worden, niet in het minst aangezien ze op verschillende dagen gebeurden. Wanneer de NO2-waarden die Europa voorschrijft als jaargrenswaarde (40 µg/m3) overschreden worden, toont dat aan dat als de luchtkwaliteit daar zowat elke dag zo slecht is, er naar alle waarschijnlijkheid ook de jaargrenswaarde wordt overschreden. Zonder een jaar te meten kan je niks met zekerheid zeggen over de wettelijke jaargrensnormen opgelegd door Europa. Maar dat is op zich al een probleem natuurlijk. Want mensen worden in

de praktijk niet blootgesteld aan “jaarlijks gemiddelde” concentraties maar aan wat zij op eender welk moment inademen. De indicaties die deze en toekomstige metingen met ons AQ Mesh meettoestel opleveren, zullen dus in elk geval de vraag “hoe representatief zijn de metingen van ons officieel meetnet voor wat mensen elke dag inademen?” scherper stellen.