R&D eerste kwartaal schooljaar 2015/2016 - ouders.net · het verkeer hoeven. De onveilige situatie...

17
Raad&Daad E-nieuws 2015- 5 Regelmatig verschijnt Raad&Daad E-nieuws met actualiteiten, tips en praktijkvoorbeelden voor de ouderraad (OR) en medezeggenschapsraad (MR). Deze nieuwsbrief houdt u op de hoogte van wet- en regelgeving, informeert u over uw bevoegdheden en helpt u uw taak met succes uit te voeren. Deze service is exclusief voor schoolleden. OUDERS VAN WAARDE |www.ouders.net | [email protected] |0343 51 34 34

Transcript of R&D eerste kwartaal schooljaar 2015/2016 - ouders.net · het verkeer hoeven. De onveilige situatie...

Raad&Daad E-nieuws

2015- 5 Regelmatig verschijnt Raad&Daad E-nieuws met actualiteiten, tips en praktijkvoorbeelden voor de ouderraad

(OR) en medezeggenschapsraad (MR). Deze nieuwsbrief houdt u op de hoogte van wet- en regelgeving, informeert u over uw bevoegdheden en helpt u uw taak met succes uit te voeren. Deze service is exclusief

voor schoolleden.

OUDERS VAN WAARDE |www.ouders.net | [email protected] |0343 51 34 34

Wat kunt u komend schooljaar verwachten als MR?

De meeste MRen zijn aan het begin van het nieuwe schooljaar weer bij elkaar gekomen

voor de eerste vergadering. Bij zo’n eerste vergadering komen verschillende vragen op.

Zoals: “Wat zullen we dit jaar gaan behandelen als MR?” en “Over welke zaken zullen

wij ons buigen?”. Nog lastiger is het voor MRen waarvan de meeste leden nieuw zijn en

over het algemeen weinig weet hebben wat er van hen verwacht gaat worden. Het is

daarom aan te raden – niet alleen als de MR uit veel nieuwe leden bestaat – de

volgende stappen te volgen:

1. Bekijk eerst de beleidsstukken die het hele schooljaar gepresenteerd worden

door het bestuur (lees op schoolniveau de schooldirecteur). Het komt nogal eens

voor dat u als MR niet alle wettelijk verplichte beleidsstukken aangeboden krijgt.

2. Bestaat er binnen de MR onduidelijkheid over welke stukken er moeten worden

aangeboden dan is een gesprek met de directeur op zijn plaats.

In het cursusboek van OUDERS VAN WAARDE vindt u een lijst van

beleidsstukken die men behoort te ontvangen. Te ontvangen bij de MR basis- of

instapcursus van OUDERS VAN WAARDE of te bestellen via [email protected].

3. Als er vervolgens duidelijkheid is over die beleidsstukken, komt de volgende

vraag aan de orde: “Welke prioriteiten (doelstellingen) gaan we als MR dit jaar

proberen te verwezenlijken? Wij bevelen u aan om hooguit twee prioriteiten te

kiezen. Deze prioriteit(en) kunt u het beste eerst op papier zetten zodat voor alle

leden duidelijk is welke prioriteiten gekozen zijn.

4. Na het beschrijven van de prioriteit(en) is het ook nuttig de weg(en) te

beschrijven waarlangs u deze doelstellingen wilt bereiken. Vervolgens kunt u een

jaarplanning maken zodat u bij de invulling van de MR vergaderingen rekening

kunt houden met de eerder gekozen prioriteiten. Het is raadzaam de benoemde

prioriteiten ook door te geven aan de directeur. Hij/zij weet dan waar jullie als MR

de prioriteit bij proberen te leggen. Als jullie het als MR moeilijk vinden om een

prioriteit te kiezen dan kunt u ook eerst overleggen met de directeur wat er het

komende jaar gaat spelen aan belangrijke onderwijszaken. Een andere

mogelijkheid is om de achterban te raadplegen. Wat vinden zij belangrijk en waar

zou de MR extra aandacht aan moeten besteden. Wanneer de prioriteit(en)

eenmaal gekozen zijn is het ook belangrijk om deze kenbaar te maken aan de

achterban.

Aan wat voor prioriteiten moet je zoal denken?

Eerst kunt u kijken naar zaken rond het functioneren van de MR zelf, zoals; Hoe

is de communicatie binnen de MR en buiten de MR? Zijn we als MR wel

voldoende zichtbaar? Weet de achterban waar we mee bezig zijn en weet men

ons te bereiken?

Vervolgens kunt u kijken naar: weten we als MR wat er leeft bij de achterban? Zo

niet hoe kunnen we dat dan verbeteren?

U zou ook naar nieuw ingevoerd beleid kunnen kijken. Bijvoorbeeld het passend

ALGEMEEN

onderwijs. Hoe verloopt dat op onze school? Welke zaken lopen daarbij goed en

welke zaken minder goed? Misschien moet er een verbeterplan komen.

Tenslotte gaat u met de MR aan de slag met de gekozen prioriteiten. Belangrijk is

wel om aan het eind van het schooljaar te evalueren. Hebben we als MR de

doelstelling(en) bereikt of misschien hebben we deze maar deels bereikt en in

dat laatste geval wat is daarvoor reden? Dit is voor jullie als MR van belang om

van fouten te leren maar ook voor de achterban want die moeten als eerste

weten of de doelstellingen al dan niet bereikt zijn. U zit daar als MR om de

belangen van de achterban zo goed mogelijk te behartigen, daarbij is

transparantie een belangrijk element. Hierdoor kunt u de achterban recht in de

ogen kijken.

U kunt bij OUDERS VAN WAARDE rondom dit thema twee vervolgcursussen boeken,

namelijk: ‘Goed Gepland’ en ‘Goed Gezegd’. Meer info op www.ouders.net.

Klachten over informatieverstrekking aan gescheiden ouders Op veel scholen heeft men te maken met gescheiden ouders. Soms vind een van de

ouders dat de school hem of haar niet goed heeft geïnformeerd over de voortgang van

een kind. Ook kan het voorkomen dat de school zich in de ogen van een ouder partijdig

opstelt. De Landelijke klachtencommissie Onderwijs (LKC) behandelt regelmatig

klachten over de informatieverstrekking aan gescheiden ouders. De LKC kijkt dan of de

school de ouders voldoende heeft geïnformeerd en of de school zich wel neutraal heeft

opgesteld. Hieronder volgens enige voorbeelden van de volgende situaties die zich

kunnen voordoen.

De informatieplicht bij gescheiden ouders met gezamenlijk gezag

De school heeft een actieve informatieplicht. Als beide ouders het gezag over de

kinderen hebben, is het uitgangspunt van de LKC dat de school ouders dezelfde

mondelinge en schriftelijke informatie geeft. De school heeft hierin een eigen

verantwoordelijkheid en mag het initiatief niet bij de ouder zelf laten liggen. Enkele

voorbeelden zijn:

1. Als de school weet dat er geen omgang is tussen een ouder en het kind, mag zij

geen genoegen nemen met de mededeling van de andere ouder dat deze zal voorzien

in de informatieverstrekking. De school is verplicht om dit te controleren.

2. Wanneer in het echtscheidingsconvenant is vastgelegd dat de ene ouder

verplicht is de andere ouder te informeren over zaken zoals de schoolprestaties en dit

niet gebeurt, moet de school die informatie toch aan de andere ouder verschaffen.

ONDERWIJSGESCHILLEN

3. Met het in tweevoud meegeven van de informatie aan het kind, voldoet de school

in principe aan haar informatieplicht, maar wanneer blijkt dat de informatie een van de

ouders niet bereikt, moet de school een andere manier zoeken om de informatie te

verstrekken.

4. De school moet, indien een van de ouders niet gezamenlijk op gesprek wil

komen, de mogelijkheid bieden voor een afzonderlijk gesprek met beide ouders,

bijvoorbeeld voor een 10 minutengesprek of voor een gesprek over extra zorg voor de

leerling.

De informatieplicht bij ouders zonder ouderlijk gezag

Als de ouder geen ouderlijk gezag meer heeft, moet de school op verzoek informatie

geven over belangrijke feiten over het kind of diens verzorging of opvoeding. Daarbij

moet je denken aan rapporten, maar weer niet een uitnodiging voor een algemene

ouderavond. Op de informatieplicht t.o.v. de ouder zonder ouderlijk gezag kan een

uitzondering worden gemaakt als het niet in het belang van het kind is. De school moet

zelf een eigen afweging over dat belang maken. De LKC beoordeelt of die afweging

zorgvuldig is geweest.

Het is niet voldoende als de ouder met het gezag zich verzet tegen het verstrekken van

informatie aan de ex-partner, of niet in het belang van het kind acht. Deze ouder zal dat

moeten beargumenteren met bij voorkeur een rechterlijke uitspraak waarin een

beperking van de informatieplicht is opgenomen.

Neutraliteit

Regelmatig klagen ouders dat de school zich partijdig opstelt. De LKC hanteert het

uitgangspunt dat de school altijd moet voorkomen partij te worden in een

echtscheidingsconflict en zij beoordeelt of de school voldoende neutraal is geweest. De

school kan bijvoorbeeld de indruk wekken dat zij niet neutraal is wanneer zij ingaat op

een verzoek van een advocaat om ten behoeve van een echtscheidingsprocedure

informatie te geven. Het verdient in dit soort gevallen aanbeveling om niet in te gaan op

dit soort verzoeken. Alleen in uitzonderlijke omstandigheden, bijvoorbeeld wanneer de

veiligheid van het kind in gevaar zou komen, kan het verstrekken van informatie t.b.v.

een echtscheidingsprocedure wel verstandig zijn.

Enkele aanbevelingen voor scholen:

Het is van belang om als school beleid te formuleren over de manier waarop de school

omgaat met de wettelijke verplichting om gescheiden ouders te informeren over hun

kinderen. Denk als MR eens na of en hoe dat beleid eruit zou moeten zien. Dit beleid

kan de school bijvoorbeeld opnemen in de schoolgids. Daarnaast kan een school bij de

aanmelding van leerlingen structureel in kaart brengen hoe de juridische status is wat

betreft gezag, omgang en informatievoorziening van gescheiden ouders t.o.v. elkaar en

hun kinderen. Op het aanmeldingsformulier kunt u standaard vragen naar de namen en

adressen van beide ouders.

Belangrijkste wettelijke bepalingen informatieverstrekking gescheiden ouders:

Artikel 1:377b BW. De met het gezag belaste ouder heeft op grond van dit artikel

uit het Burgerlijk Wetboek de verplichting de andere ouder op de hoogte te houden van

belangrijke zaken die met het kind te maken hebben;

Artikel 1:377c BW. De school is in principe verplicht de ouder die niet het

ouderlijk gezag bezit, desgevraagd van beroepshalve beschikbare informatie te voorzien

over belangrijke feiten en omstandigheden die het kind of de verzorging en opvoeding

van het kind betreffen. Artikel 1:377c BW kent twee beperkingen voor het verstrekken

van informatie. De informatie wordt niet verstrekt als de school de informatie niet op

gelijke wijze aan de ouder met het ouderlijk gezag zou verschaffen of als het belang van

het kind zich tegen het verschaffen van de informatie verzet;

Artikel 11 van de Wet op het primair onderwijs (WPO) en artikel 23b van de Wet

op het voortgezet onderwijs (WVO) bepalen dat de school over de vorderingen van de

leerlingen rapporteert aan hun ouders.

Steeds meer basisscholen stappen over op een continurooster. Zijn jullie met de school

nog in overweging? Wij zetten voor u de voor- en nadelen op een rijtje. Meer verdieping

leest u in de Raad&Daad brochure “Continuroosters op de basisschool”.

Voor- en nadelen van een continurooster Het werken met een continurooster heeft zowel voor- als nadelen. In de eigen

schoolsituatie moet u deze goed tegen elkaar afwegen. De hieronder genoemde punten

zullen niet voor iedere school en voor iedere ouder gelijk zijn. Reden te meer om ze

goed te bespreken en te wegen op hun waarde. Vanzelfsprekend staat daarbij het

belang van de kinderen voorop. Pas daarna komen de wensen van school en ouders

aan bod.

Voordelen van een continurooster:

Door het continurooster is er na schooltijd meer aaneengesloten tijd voor een zinvolle

tijdsbesteding. Kinderen hebben ’s middags na school meer tijd voor sport en spel

dan voorheen. Leerkrachten hebben meer tijd voor vergaderingen en

lesvoorbereiding;

Samen overblijven bevordert het gemeenschapsgevoel bij kinderen. Het wordt als

een onderdeel van de schooltijd beschouwd en daarmee wordt het onderwijs meer

dan alleen lezen, rekenen, taal;

Leerkrachten geven aan de leerlingen tijdens de pauze vaak op een andere manier te

leren kennen en dat als positief te ervaren;

ACTUEEL THEMA: CONTINUROOSTER

Er is sprake van eenzelfde pedagogische aanpak tijdens de lessen en in de pauze,

doordat er bij een continurooster in de regel samen met de leerkracht wordt gegeten

en niet met (vrijwillige) overblijfkrachten. In dit laatste geval is vaak sprake is van

wisselende gezichten en een wisselende aanpak;

Een verkorte, aaneengesloten schooldag op de basisschool sluit beter aan bij het

systeem dat het voortgezet onderwijs hanteert. Voor de kinderen uit de hogere

groepen kan dit de overstap naar het voortgezet onderwijs vergemakkelijken;

Een continurooster komt de veiligheid ten goede omdat de kinderen minder vaak door

het verkeer hoeven. De onveilige situatie rond de school in verband met het halen en

brengen van de kinderen, wordt beperkt tot twee in plaats van vier maal per dag;

Voor werkende ouders is het continurooster gunstiger dan de onderbroken

schooldag, omdat ouders buitenshuis kunnen werken zonder tussen de middag hun

kinderen op te moeten vangen of opvang te moeten organiseren;

Voor alle kinderen geldt eenzelfde situatie, alle kinderen ‘blijven over’ en er is b.v.

geen onderscheid tussen kinderen van werkende en niet-werkende ouders;

Er zijn geen kosten voor ouders (bij een continurooster kunnen ouders niet verplicht

worden te betalen voor het overblijven).

Voor de school is het vaak moeilijk om voldoende vrijwilligers te vinden voor het

overblijven, dit probleem wordt (deels) ondervangen door de invoering van een

continurooster.

Nadelen van een continurooster:

De invoering van een continurooster heeft nogal wat consequenties voor de

organisatie van de school (o.a. in verband met de arbeids- en rusttijdenregeling);

Door het continurooster worden kinderen ‘verplicht’ tot overblijven, hetgeen voor

sommige huishoudens ingrijpend is voor het programma van de maaltijden thuis;

Veel ouders die geen baan hebben, parttime werken of vrijwilligerswerk doen, voelen

hun taak als ouder ‘uitgehold’, omdat zij het contact met hun kinderen tussen de

middag missen;

Een continurooster kan in de eerste weken vermoeiend zijn voor kinderen alhoewel

de praktijk leert dat ze er gauw aan gewend zijn;

Als de organisatie alleen op de leerkrachten neerkomt, betekent een continurooster

een behoorlijke taakverzwaring, ook kunnen zij de pauzes niet meer gebruiken voor

lesvoorbereiding;

Niet alle scholen beschikken over goede ruimtes om de kinderen op te vangen bij

slecht weer;

Aansluiting met de naschoolse opvang is

niet altijd goed geregeld en er is vaak

sprake van wachtlijsten. Een goede

afstemming is van belang in verband met

het feit dat de schooldag korter is en de

periode van naschoolse opvang dus langer

moet zijn.

Spookjongeren kunnen niet naar school In Amsterdam Nieuw West zijn tussen de 400 en 700 jongeren onvindbaar voor

instanties. Deze 'spookjongeren' staan niet ingeschreven op een adres of verblijven

elders. Veel van deze jongeren kampen vaak met grote financiële problemen of hebben

niet meer in te halen leerachterstanden. Het geschatte aantal van enkele honderden

jongeren tussen de 18 en 26 jaar is de absolute ondergrens. Zo mogelijk zijn bijna 3000

jongeren in Nieuw West administratief onvindbaar. Dat blijkt uit onderzoek van het

stadsdeel.

Zij zijn onzichtbaar voor controlerende instanties. Veel jongeren schrijven zich uit op een

adres om te ontkomen aan deurwaarders, onderwijsinspecteurs en justitie. Ze hopen zo

onzichtbaar te zijn voor controlerende instanties, maar hierdoor worden hun problemen

alleen maar groter. Deze jongeren verliezen daardoor recht op inkomensvoorziening,

scholing medische zorg en begeleiding. Bovendien beschikken de meesten niet over

een noodzakelijke startkwalificatie waardoor ze ook heel moeilijk aan een baan komen.

Vanaf volgend jaar cum laude diploma's Middelbare scholieren op de TL, havo en vwo kunnen vanaf dit schooljaar slagen met de

vermelding ‘cum laude' op hun diploma. Daarvoor moeten ze slagen met een

gemiddelde van een 8.0 of hoger. Staatssecretaris Dekker van Onderwijs, Cultuur en

Wetenschap is van mening dat het ervaren van succes en beloning voor prestaties een

enorme stimulans is om zich te blijven ontwikkelen. Een derde van de middelbare

scholieren vindt dat ze te weinig worden uitgedaagd om het beter te doen.

Het toekennen van de vermelding cum laude is een van de maatregelen uit het plan van

aanpak ”Toptalenten 2014-2018”. Daarin staat verder onder meer dat leerlingen ook

buiten de schoolmuren onderwijs kunnen volgen, vakken eerder mogen afronden en op

een hoger niveau examen mogen doen in een specifiek vak waar de leerling goed in is.

Niet alleen begin van het jaar aandacht voor kinderen in het verkeer De eerste periode van het schooljaar zit er weer op. Na de zomervakantie vroeg Veilig

Verkeer Nederland zoals ieder jaar weggebruikers om extra waakzaam te zijn op

schoolgaande kinderen die dan weer de weg opgaan. Juist na de zomervakantie

gebeuren er veel ongelukken waar kinderen bij betrokken zijn. De kinderen die naar de

middelbare school gaan leggen dan in de brugklas voor het eerst lange stukken af op de

fiets zonder begeleiding. Maar ook de rest van het jaar is extra aandacht geboden.

VVN legt dit jaar de nadruk op het feit dat kinderen fysiek en mentaal nog volop in

ontwikkeling zijn. Dit maakt hen extra kwetsbaar in het verkeer. Kinderen zijn

bijvoorbeeld impulsief, doen soms onverwachte dingen en hebben een beperkt besef

van gevaar. Jonge kinderen hebben moeite met het inschatten van afstand en snelheid.

Pas vanaf ongeveer 10 jaar kunnen kinderen goed in een rechte lijn fietsen, zonder te

KORTE BERICHTEN

slingeren en hun hand te kunnen uitsteken. VVN vraagt hierdoor extra aandacht van de

automobilisten.

Steeds meer geld naar 'bijspijkerlessen' Nederlandse ouders geven jaarlijks zo'n 90 miljoen euro uit aan bijscholing. Hun

kinderen ontvangen hiervoor onder meer huiswerkbegeleiding, bijles, cito- en

examentraining, beroeps- en studiekeuzetesten, dyslexie en leerprobleemtesten.

In de afgelopen vijf jaar is het aantal vestigingen van instituten die kinderen bijscholen

verdriedubbeld, net als het aantal medewerkers. De gezamenlijke omzet wordt geschat

op zo'n 55 miljoen euro. Vooral hoger opgeleide- en rijkere ouders sturen hun kinderen

naar bijles. Een ruime meerderheid van de ondervraagde ouders is van mening dat de

bijles helpt. Het enthousiasme is het grootst over de stoom- en bijspijkercursussen, bijles

en huiswerkbegeleiding. Over keuzetests zijn ouders het minst tevreden.

Oud minister Rouvoet gaat onderzoeken of de opmars van bijscholing samenhangt met

de tekortschietende kwaliteit van het reguliere onderwijs.

Drastische afname aantal PABO leerlingen Het aantal aanmeldingen voor de 25 PABO opleidingen in ons land is flink gedaald. Bij

sommige opleidingen is er sprake van een halvering in vergelijking met vorig jaar. Dit

blijkt uit een inventarisatie van de AOB (Algemen Onderwijs Bond). Een van de redenen

is dat de toelatingseisen dit jaar aanzienlijk zijn verzwaard. Leerlingen die nu naar de

PABO willen, moeten voldoen aan minimaal een havo 3 niveau voor de vakken

aardrijkskunde, geschiedenis en natuur en techniek. Voor havo leerlingen had dat tot

gevolg dat ze dit jaar extra toetsen moesten maken, omdat geen enkel profiel alle drie

de vakken heeft. MBO 'ers die in het verleden eenderde van de instroom vormden,

moesten alle drie de toetsen maken.

Het landelijk overleg lerarenopleidingen basisonderwijs (LOBO) zegt dat er financiële

tekorten dreigen, aangezien minder studenten ook minder inkomsten betekent voor de

opleidingen. Daarom is door hen hulp gevraagd bij de vereniging Hogescholen en het

ministerie van onderwijs.

OUDERS VAN WAARDE krijgt veel MR- en OR- vragen binnen. Wij delen graag onze antwoorden met u. Ook een vraag voor ons? Mail

naar [email protected] en wij beantwoorden u graag.

Instemmingsaanvraag schoolplan (ingezonden vraag van MR-lid)

OUDERS VAN WAARDE behandelt in deze editie van Raad&Daad een ingezonden

vraag van een ouder. Het betreft een vraag van een voorzitter van de MR:

“Wij hebben een instemmingsaanvraag van de directie voor het nieuwe schoolplan

2015-2019 gekregen. Er is ons gevraagd om binnen 2 dagen te reageren.

Nu heb ik 2 vragen:

1. Zijn er termijnen waaraan de directie moet voldoen om de MR de tijd te geven

om een goede afweging te maken?

2. Kan het schoolplan in werking treden zonder instemming van de MR?”

Antwoord van OUDERS VAN WAARDE: De termijn van reageren staat in uw MR regelement. Althans zou daar behoren te staan Zie art. 24 lid 1 g WMS. Artikel 24. Inhoud medezeggenschapsreglement medezeggenschapsraad 1. In het reglement wordt in ieder geval geregeld: ...................................... f. de wijze waarop het bevoegd gezag informatie verschaft aan de medezeggenschapsraad; g. de termijnen binnen welke tot instemming of onthouding van instemming dient te worden besloten, en de termijnen binnen welke advies dient te worden uitgebracht; ..... U bent als MR zo'n reglement overeengekomen met uw bestuur. Ik zou dat dus even raadplegen. Is er niets geregeld dan wordt in zijn algemeenheid een termijn korter dan 8 dagen bestuurlijk gezien als te kort beschouwd. De MR en het bestuur/directeur wijken wel eens af van deze termijnen als er een noodsituatie is of als er een fout is gemaakt maar de verhoudingen zijn goed en er worden geen grote wijzigingen voorgesteld. Dus meer als een 'door de vingers zien'. Het is dan wel goed om te vermelden dat dit bij

VRAAG UIT DE PRAKTIJK

uitzondering gebeurt. Het is een verzoek van het bestuur/de directie. Het is aan u of u hieraan tegemoetkomt of niet. In de WMS art. 10 leest u dat het bestuur/de directie niet zonder instemming van de MR het schoolplan kan invoeren. Artikel 10. Instemmingsbevoegdheid medezeggenschapsraad Het bevoegd gezag behoeft de voorafgaande instemming van de medezeggenschapsraad voor elk door het bevoegd gezag te nemen besluit met betrekking tot in ieder geval de volgende aangelegenheden: a. verandering van de onderwijskundige doelstellingen van de school; b. vaststelling of wijziging van het schoolplan dan wel het leerplan of de onderwijs- en examenregeling; ..................................................

Medezeggenschap leer je bij de

Op de meeste scholen worden ouderavonden, koffieochtenden of andere bijeenkomsten

met en voor ouders georganiseerd. Die activiteiten passen in een professionele aanpak

van scholen die betrokkenheid van ouders zien als kwaliteitsimpuls. Voor afstemming en

uitwisseling van ideeën en ervaringen tussen ouders en teams en tussen ouders

onderling zijn deze bijeenkomsten bij uitstek geschikt. De organisatie hiervan kost echter

tijd en energie en het valt niet mee een boeiend en geschikt onderwerp te vinden.

OUDERS VAN WAARDE biedt uitkomst.

Via onze OUDERSACADEMIE kunt u kant-en-

klare themabijeenkomsten boeken. Zowel voor

primair onderwijs (PO) als voortgezet

onderwijs (VO). Een enthousiast en deskundig

team van trainers staat voor u klaar om van uw

bijeenkomst een succes te maken. Genoeg

keuze uit actuele onderwerpen. bijvoorbeeld

pesten, huiswerk, opvoeding, geloof, geld en

media. Sommigen zijn speciaal voor het

primair- of voortgezet onderwijs, andere

thema’s zijn voor beiden geschikt. De avonden

zijn ook geschikt voor speciaal onderwijs. Voor

de kinderopvang hebben wij een uniek

aanbod. Ons complete aanbod aan trainingen,

cursussen en themabijeenkomsten voor

ouders en leerkrachten vindt u in

de brochure OUDERSACADEMIE.

Al sinds 1995 gaat een groep van 20

enthousiaste trainers het land door om de

bijeenkomsten te verzorgen. Helaas moeten

we soms ‘nee’ verkopen als er op bepaalde

data zoveel wordt aangevraagd dat alle

trainers bezet zijn. Om te voorkomen dat op de

uw gewenste datum alle trainers al zijn

geboekt is het verstandig zo snel mogelijk te reserveren via [email protected].

Themabijeenkomsten zijn ook voor overdag te boeken zodat ook een ouderochtend of

oudermiddag tot de mogelijkheden behoort;

De OUDERSACADEMIE van OUDERS VAN WAARDE is met jaarlijks 18.000 – 20.000

deelnemers de grootste scholings- en voorlichtingsfaciliteit van ouders in onderwijs en

kinderopvang in Nederland;

OUDERBIJEENKOMSTEN

OUDERS VAN WAARDE is de landelijke organisatie van en voor ouders, ouder- en medezeggenschapsraden in het christelijk,

oecumenisch en katholiek onderwijs.

Kijk voor meer informatie op www.ouders.net. U kunt daarbij linksboven een keuze maken voor Ouders of School

OUDERS VAN WAARDE I Postbus 125 I 3970 AC Driebergen I 0343 513434 I www.ouders.net | Twitter: @schoolenthuis | Facebook: OUDERS VAN WAARDE