PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium...

57
Vrouwelijke (sub)fertiliteit Annemiek Nap, gynaecoloog Ziekenhuis Rijnstate Arnhem Universitair Medisch Centrum St.Radboud Nijmegen

Transcript of PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium...

Page 1: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige

Vrouwelijke (sub)fertiliteitAnnemiek Nap, gynaecoloog

Ziekenhuis Rijnstate ArnhemUniversitair Medisch Centrum St.Radboud Nijmegen

Page 2: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige
Page 3: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige
Page 4: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige
Page 5: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige

Fysiologie van de voortplantingFysiologie van de voortplanting

Het materiaal:Ovarium

Endometrium

De methoden:Follikelontwikkeling

Endocriene regulatie

Page 6: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige

OvariumOvarium

Page 7: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige

Ovariele follikelOvariele follikel

Page 8: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige

FollikelontwikkelingFollikelontwikkeling

Page 9: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige

OvulatieOvulatie

Page 10: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige
Page 11: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige
Page 12: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige

Endocriene regulatieEndocriene regulatie

H h lHypothalamusGnRH

HypofyseFSHLH

OvariumSteroiden• Oestrogenen• Androgenen• Androgenen• Progesteron• Inhibine

Page 13: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige

GnRHGnRH

D idDecapeptide

l f f l dPulsgewijze afgifte leidt tot FSH en LH productie door hypofysedoor hypofyse

Frequentie en amplitudeFrequentie en amplitude

Continue afgifte geeftContinue afgifte geeft downregulatie hypofyse

Page 14: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige

FSH en LHFSH en LHGlycoproteineny p

FSH:stimuleert follikelgroei

LH:finale oocytrijpingy jp govulatieluteinisatie en corpus luteinisatie en corpus luteumvorming

Page 15: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige

OvariumhormonenOvariumhormonen

Page 16: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige

OvariumhormonenOvariumhormonen

T llTwee cellen twee gonadotrofinenconcept

Thecacellen:LH gestimuleerde androgenenproductie

Granulosacellen:FSH gestimuleerde aromatase activiteit

Page 17: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige

OvariumhormonenOvariumhormonen

O tOestrogenenproductie door rijpende follikel

Androgenenomzetting in oestrogeneng g

Progesteronproductie door geluteiniseerde granulosacellen corpus luteum

Inhibineremt hypofysaire afgifte FSHyp y g

Page 18: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige

Menstruele cyclusMenstruele cyclus

Page 19: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige

Pathologie van de voortplanting:subfertiliteit

Page 20: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige

DefinitiesDefinities

Subfertiliteit: gedurende >12 maanden uitblijven van zwangerschap(primair / secundair)(p )

Infertiliteit: onvermogen tot voortplantingInfertiliteit: onvermogen tot voortplanting

f i h id i l d di hDe afwezigheid van iets als reden om medische hulp te zoeken

Page 21: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige

Incidentie en oorzakenIncidentie en oorzaken

10% van alle paren is subfertiel10% van alle paren is subfertiel

In 30% oorzaak bij de vrouw alleen

In 30% oorzaak bij de man alleenIn 30% oorzaak bij de man alleen

In 30% combinatie van oorzaken

In 10% geen oorzaak gevonden

Page 22: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige

Diagnostische categorie Percentage

C l t i 20%Cyclusstoornis 20%

Gestoorde interactie cervixslijm / zaadcellen 5%

Afwijkingen van uterus en tuba 15%

Mannelijke subfertiliteit 40%

Onbegrepen subfertiliteit 20%

Page 23: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige

Orienterend Fertiliteits OnderzoekOrienterend Fertiliteits Onderzoek 

Bepalen bij wie verder onderzoek / verdere p jbehandeling geindiceerd is

Stellen diagnoseO h ff i diOpsporen en opheffen stoornissen die zwangerschap verhinderen

Bepalen prognose

Page 24: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige

OFOOFO

Algemene anamneseAlgemene anamnese

Cyclusanalyse

Postcoitumtest

TubadiagnostiekTubadiagnostiek

Semenanalyse

Page 25: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige

anamnese vrouw man bewijskracht

Leeftijd V A

Duur V M A

Familie: subfertiliteit M BFamilie: subfertiliteit M B

Cyclusanamnese V B

Fertiliteit paar / beide  V M Aafzonderlijk

Obstetrisch V C

RFTP V BRFTP V B

Sexuele anamnese V M B

Roken V M B/C

Alcohol V M C

Geneesmiddelen V M C

BMI V A

Gynaecologisch onderzoek

V C

Andrologischonderzoek

M C

Page 26: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige

Diagnostische categorie Percentage

lCyclusstoornis 20%Gestoorde interactie cervixslijm / zaadcellen 5%

Afwijkingen van uterus en tuba 15%

Mannelijke subfertiliteit 40%

Onbegrepen subfertiliteit 20%

Page 27: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige

Ovulatiedetectie / predictieOvulatiedetectie / ‐predictie

l i l % k l iRegelmatige cyclus: 95% kans op ovulatie

Detectie LH piekBasale temperatuurcurve (BTC)Basale temperatuurcurve (BTC)Echo: follikelgroei en ovulatiedetectieMidluteaal Progesteron

indicatie ovariele reserve (FSH, AMH, AFC)

Page 28: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige

Cyclusstoornis:oligo‐ of amenorroe

WHO‐classificatie Hormonaal profiel oorzaak Voorkomen (%)f p f ( )

Categorie I Hypogonadotroop, hypo‐oestrogeen

Centraal 10

C t i II N d t Di b l h f 85Categorie II Normogonadotroop, normo‐oestrogeen

Disbalans hypofyse‐ovariumas

85

Categorie III Hypergonadotroop,  Ovarieel 5hypo‐oestrogeen

Page 29: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige

Categorie 1Categorie 1

Laag FSH, laag E2hypothalaam, hypofysaire stoornis

Oorzaken:stress

gewichtsdaling

overmatige fysieke inspanning

iatrogeen

Page 30: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige

Categorie 2Categorie 2

Normaal FSH, normaal E2

Oorzaken:

non ‐ PCO

polycysteus ovarium syndroom (50% bij anovulatie en kinderwens)

l tianovulatie

biochemische / uitwendige kenmerken van hyperandrogenisme

(overgewicht, hirsutisme, serumLH en/of androgeenspiegels ,(overgewicht, hirsutisme, serumLH en/of androgeenspiegels ,

insulinegevoeligheid  )echoscopisch polycysteuze ovaria

Page 31: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige

PCOSPCOS

Chronische anovulatie: verhoogde kans op endometriumcarcinoom

i li i i DM II h iinsulineresistentie: DM II, hypertensie, dyslipidemie, myocardinfarct

Page 32: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige

Categorie 3Categorie 3

Verhoogd FSH, verlaagd E2

Prematuur ovarieel falen

Page 33: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige

HyperprolactinemieHyperprolactinemie

FSH E2 l d ( f l)FSH en E2 verlaagd (of normaal)

OorzakenHypofyse adenoomyp y

Medicatie, primaire hypothyreoïdie, p yp yantihypertensiva, anti‐emetica, antidepressiva, neuroleptica

Page 34: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige

GewichtsproblemenGewichtsproblemen

OvergewichtBMI >30: langere tijd nodig om zwanger te worden

BMI >32: ovulatie inductie gecontraïndiceerd??BMI >32: ovulatie‐inductie gecontraïndiceerd??

OndergewichtOndergewichtBMI <19 en cyclusstoornis: verminderde kans op spontane zwangerschap

Naar normaal gewicht (BMI 19 ‐ <30): zwangerschapskansen richting normaalnormaal

Page 35: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige

Diagnostische categorie Percentage

C l t i 20%Cyclusstoornis 20%

Gestoorde interactie cervixslijm / zaadcellen 5%Afwijkingen van uterus en tuba 15%

Mannelijke subfertiliteit 40%

Onbegrepen subfertiliteit 20%

Page 36: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige

Post coitumtestPost coitumtest

Page 37: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige

Post coitumtestPost coitumtest

Positieve PCT bewijst adequate coitus op correct tijdstip, met receptief mucus en j p pvoldoende semenkwaliteit

Probleem: correcte timing en aflezing!Probleem: correcte timing en aflezing!

Slechte voorspeller voor zwangerschap?

Page 38: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige

Stoornissen in de interactie zaad / slijmStoornissen in de interactie zaad / slijm

C i l h tilit l ht k lit it/t i i d tiCervical hostility ‐ slechte kwaliteit/te weinig productiena conisatiecervicitiscervicitisDESzuur mucusl if iclomifeencitraatidiopathisch

Immunologische stoornis ‐ zaadprobleemna sterilisatiena infectie / traumaidiopathisch

Page 39: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige

Diagnostische categorie Percentage

C l t i 20%Cyclusstoornis 20%

Gestoorde interactie cervixslijm / zaadcellen 5%

Afwijkingen van uterus en tuba 15%Mannelijke subfertiliteit 40%

Onbegrepen subfertiliteit 20%

Page 40: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige

LaparoscopieLaparoscopie

Page 41: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige

Hysterosalpingogram (HSG)Hysterosalpingogram (HSG)

Page 42: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige

Hysterosalpingogram (HSG)Hysterosalpingogram (HSG)

Page 43: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige

Afwijkingen aan uterus en tubaAfwijkingen aan uterus en tuba

Uteriene afwijkingenUteriene afwijkingen

Tubaire afwijkingen

Adhaesies

EndometrioseEndometriose

Page 44: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige

Uteriene afwijkingenUteriene afwijkingen

Septa

MyomenMyomen

Poliepen

Senechiae

AanlegstoornissenAanlegstoornissen

Page 45: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige

Tubaire afwijkingenTubaire afwijkingen

Afgesloten eileiders

Beschadigd transportmechanisme eileidersBeschadigd transportmechanisme eileiders

Page 46: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige

AdhaesiesAdhaesies

Na ontsteking / operatie

Page 47: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige
Page 48: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige
Page 49: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige

Diagnostische categorie Percentage

C l t i 20%Cyclusstoornis 20%

Gestoorde interactie cervixslijm / zaadcellen 5%

Afwijkingen van uterus en tuba 15%

Mannelijke subfertiliteit 40%

Onbegrepen subfertiliteit 20%

Page 50: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige

Na OFONa OFO

DiagnoseDiagnose

Prognose

kans op zwangerschap komende jaarkans op zwangerschap komende jaar 

Beleid

Page 51: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige

Predictiemodel van HunaultPredictiemodel van Hunault

Page 52: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige

Predictiemodel van HunaultPredictiemodel van Hunault

Page 53: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige

PrognosePrognose

V 27 jVrouw 27 jaar1 jaar subfertielPrimairPrimairMotiliteit semen > 60% Tweede lijnTweede lijnPCT positief

8 punten

50% kans op zwangerschap in het komende jaar

Page 54: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige

PrognosePrognose

V 27 j V 39 jVrouw 27 jaar1 jaar subfertielPrimair

Vrouw 39 jaar3 jaar subfertielPrimairPrimair

Motiliteit semen > 60% Tweede lijn

PrimairMotiliteit semen 25% Tweede lijnTweede lijn

PCT positiefTweede lijnPCT negatief

8 punten 40 punten

50% kans op zwangerschap in het komende jaar

10% kans op zwangerschap in het komende jaar

Page 55: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige

ConclusieConclusie

De mens is niet zo vruchtbaar

Fysiologie van de voortplanting: gebaseerd op h h l h f ihypothalamus – hypofyse – ovariumas

Oorzaken van subfertiliteit bij de vrouw: l h i hcyclus, mucus, mechanisch

Page 56: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige
Page 57: PAOKC okt 2010 Vrouwelijke (sub)fertiliteit Nap · 2015. 4. 4. · non ‐PCO polycysteusovarium syndroom (50% bij anovulatieen kinderwens) anovultilatie biochemische / uitwendige