Onvoldoende zicht op patiënten met nierschade

1
5 MEER NIEUWS IN DE DOSSIERS OP Mednet.nl Urologie Onvoldoende zicht op patiënten met nierschade Uit onderzoek blijkt dat informatie over patiënten met nierschade is ver- snipperd over de eerste en tweede lijn. Slechts een derde van de patiën- ten met chronische nierschade staat als zodanig geregistreerd met de bij- behorende ICPC-code in het huisartse- ninformatiesysteem. De helft van de patiënten die in een ziekenhuis worden opgenomen (met een andere indicatie) is bij de huisarts niet bekend met chronische nierschade. Het blijkt dat de manier waarop en wat bij de huisarts wordt geregistreerd vaak verschilt. Verschillende afkapwaarden van de eGFr worden gebruikt voor de registratie van ICPC-code U99.01. De huidige code is niet toereikend voor medicatiebewaking. Daarnaast kan er binnen de ICPC-codering geen onder- scheid gemaakt worden in de verschil- lende stadia van chronische nierschade. Volgens de Nierstichting zijn er verschil- lende oplossingen: zo zouden er subco- des voor de ICPC gedefinieerd moeten worden om de stadia te definiëren. Ook moet er een subcode albuminurie komen. Daarnaast zou de klinische diag- nose moeten bestaan uit een combina- tie van creatinineklaring, albuminewaar- den en bloeddrukbewaking. Meer kans op cardiaal probleem bij astma en COPD P atïënten met astma en COPD hebben 40 procent meer kans op een hartstilstand dan anderen. Mogelijk speelt medicijnge- bruik een rol bij het ontstaan van deze hartpro- blemen. In ieder geval is er vaker een afwijkend ECG dan bij mensen zonder deze longaandoe- ningen. Volwassen astmapatiënten, vooral patiënten die bèta-2-mimetica gebruiken, hebben vaker een hartslag van meer dan 100 slagen per minuut. Ook patiënten met COPD hebben gemiddeld een hogere hartslag dan patiënten zonder deze aandoening. bij oudere patiënten is deze tachy- cardie een risicofactor voor overlijden. In haar onderzoek keek Warnier ook naar manie- ren om de risico’s op hartproblemen bij astma en COPD te verkleinen; stoppen met roken kan een belangrijke bijdrage leveren. Warnier toont aan dat dit bij patiënten met longaandoeningen het effectiefst is als medicijnen om te stoppen worden gecombineerd met gedragstherapie. Warnier promoveerde 10 februari in het Acade- miegebouw van Utrecht op het proefschrift Disease and drug-induced arrhythmias: The example of obstructive pulmonary disease. Haar promotoren zijn prof. dr. ton de boer, prof.dr. Arno Hoes, dr. Marieke de bruin en dr. Frans Rutten. Patiënten met astma en COPD hebben een verhoogd risico op hartritmestoornissen, tachycardie en een hartstilstand. Dit blijkt uit onderzoek van Miriam Warnier van de Universiteit Utrecht. lUchtwegen FOtO SPrINGEr MEDIA

Transcript of Onvoldoende zicht op patiënten met nierschade

  5 

Meer nIeuws In De DossIers op Mednet.nl

Urologie

Onvoldoende zicht op patiënten met nierschadeuit onderzoek blijkt dat informatie over patiënten met nierschade is ver-snipperd over de eerste en tweede lijn. slechts een derde van de patiën-ten met chronische nierschade staat als zodanig geregistreerd met de bij-behorende ICpC-code in het huisartse-ninformatiesysteem.

De helft van de patiënten die in een ziekenhuis worden opgenomen (met een andere indicatie) is bij de huisarts niet bekend met chronische nierschade. Het blijkt dat de manier waarop en wat bij de huisarts wordt geregistreerd vaak verschilt. Verschillende afkapwaarden van de eGFr worden gebruikt voor de registratie van ICPC-code U99.01. De huidige code is niet toereikend voor medicatiebewaking. Daarnaast kan er binnen de ICPC-codering geen onder-scheid gemaakt worden in de verschil-lende stadia van chronische nierschade. Volgens de Nierstichting zijn er verschil-lende oplossingen: zo zouden er subco-des voor de ICPC gedefinieerd moeten worden om de stadia te definiëren. Ook moet er een subcode albuminurie komen. Daarnaast zou de klinische diag-nose moeten bestaan uit een combina-tie van creatinineklaring, albuminewaar-den en bloeddrukbewaking.

Meer kans op cardiaal probleem bij astma en COPD

Patïënten met astma en COPD hebben 40 procent meer kans op een hartstilstand dan anderen. Mogelijk speelt medicijnge-

bruik een rol bij het ontstaan van deze hartpro-blemen. In ieder geval is er vaker een afwijkend ECG dan bij mensen zonder deze longaandoe-ningen. Volwassen astmapatiënten, vooral patiënten die bèta-2-mimetica gebruiken, hebben vaker een hartslag van meer dan 100 slagen per minuut. Ook patiënten met COPD hebben gemiddeld een hogere hartslag dan patiënten zonder deze aandoening. bij oudere patiënten is deze tachy-cardie een risicofactor voor overlijden.

In haar onderzoek keek Warnier ook naar manie-ren om de risico’s op hartproblemen bij astma en COPD te verkleinen; stoppen met roken kan een belangrijke bijdrage leveren. Warnier toont aan dat dit bij patiënten met longaandoeningen het effectiefst is als medicijnen om te stoppen worden gecombineerd met gedragstherapie. Warnier promoveerde 10 februari in het Acade-miegebouw van Utrecht op het proefschrift Disease and drug-induced arrhythmias: The example of obstructive pulmonary disease. Haar promotoren zijn prof. dr. ton de boer, prof.dr. Arno Hoes, dr. Marieke de bruin en dr. Frans Rutten.

Patiënten met astma en COPD hebben een verhoogd risico op hartritmestoornissen, tachycardie en een hartstilstand. Dit blijkt uit

onderzoek van Miriam Warnier van de Universiteit Utrecht.

lUchtwegen

FOtO

SPr

ING

Er M

EDIA