Obstetrie & Gynaecologie

17
Opleidingsplan voor schakeljaar van de opleiding Obstetrie en Gynaecologie 1: Algemene informatie Aantal schakelaars 2 studentengeneeskunde kunnen vanaf 2015 (1 per half jaar) een schakeljaar starten bij respectievelijk de afdeling Obstetrie & Gynaecologie. Aantal gereserveerde AIOS plaatsen Alle 2 de schakelaars kunnen bij gebleken geschiktheid doorstromen in de vervolgopleiding zonder het opnieuw te hoeven doorlopen van een sollicitatieprocedure. Plaatsen waar het schakeljaar gelopen kan worden UMCG respectievelijk bij de onderafdeling obstetrie en de onderafdeling gynaecologische oncologie. Werving/aanname procedure Er vindt een sollicitatieprocedure plaats voorafgaand aan het schakeljaar, vergelijkbaar aan de procedure voor een AIOS plaats. -je schrijft een motivatiebrief met CV en foto -je voegt een aanbevelingsbrief –bij voorkeur van iemand uit het specialisme Obstetrie en Gynaecologie- die daarin aangeeft waarom jij geschikt bent om gynaecoloog te worden -een assessment kan deel uit maken van de procedure -indien je reeds een wetenschapsstage gelopen hebt vervalt de mogelijkheid tot een schakeljaar -in de procedure zijn we op zoek naar authenticiteit, gedrevenheid en klinische interesse -de sollicitant heeft een gesprek met de sollicitatiecommissie bestaand uit een perifere opleider, de universitaire opleider en de plaatsvervangend opleider (UMCG) en 1 AIOS. Voor nadere informatie kun je contact opnemen met: -prof Dr Marian J.E. Mourits, opleider UMCG. Tel 050-3613000 (secretariaat) of met -prof Dr Sicco Scherjon, plaatsvervangend opleider UMCG. Tel 050-3613020 (secretariaat) Je sollicitatie voor de tweede helft van 2015/ begin 2016 graag mailen naar het onderwijssecretariaat ([email protected]) uiterlijk voor 1 mei 2015. De sollicitatiegesprekken vinden eind juni 2015 plaats. Begeleiding De begeleiding in het UMCG vindt plaats door prof van den Berg (onderwijscoordinator). In overleg met hem wordt een enthousiast staflid gevraagd om als mentor op te treden; deze zal regelmatig je vorderingen bespreken. Deze dient ook als aanspreekpunt en vertrouwenspersoon van de student. Er dient frequent contact (wekelijks) te zijn met de mentor over de voortgang en ontwikkelingen tijdens de klinische stage. De voortgangsgesprekken (zie schema) vinden plaats met de coördinator, in overleg met/in bijzijn van de mentor. De begeleiding tijdens de wetenschapsstage is afhankelijk van het onderwerp van het onderzoek. Ook hierbij vinden regelmatig voortgangsgesprekken plaats (zie schema) Competenties De compententies die worden nagesteefd zijn volgens het CanMEDS model. (http://knmg.artsennet.nl/Opleiding-en-herregistratie/Project-MMV- Home/Rubrieken/CanMEDS.htm). Naast medisch technisch handelen is er aandacht voor communicatie/samenwerking (in onderwijsleergesprek en uitleg aan team), professionaliteit (anamnese en lichamelijk onderzoek), maatschappelijk handelen en

Transcript of Obstetrie & Gynaecologie

Page 1: Obstetrie & Gynaecologie

Opleidingsplan voor schakeljaar van de opleiding Obstetrie en Gynaecologie 1: Algemene informatie Aantal schakelaars 2 studentengeneeskunde kunnen vanaf 2015 (1 per half jaar) een schakeljaar starten

bij respectievelijk de afdeling Obstetrie & Gynaecologie. Aantal gereserveerde AIOS plaatsen

Alle 2 de schakelaars kunnen bij gebleken geschiktheid doorstromen in de vervolgopleiding zonder het opnieuw te hoeven doorlopen van een sollicitatieprocedure.

Plaatsen waar het schakeljaar gelopen kan worden

UMCG respectievelijk bij de onderafdeling obstetrie en de onderafdeling gynaecologische oncologie.

Werving/aanname procedure

Er vindt een sollicitatieprocedure plaats voorafgaand aan het schakeljaar, vergelijkbaar aan de procedure voor een AIOS plaats. -je schrijft een motivatiebrief met CV en foto -je voegt een aanbevelingsbrief –bij voorkeur van iemand uit het specialisme Obstetrie en Gynaecologie- die daarin aangeeft waarom jij geschikt bent om gynaecoloog te worden -een assessment kan deel uit maken van de procedure -indien je reeds een wetenschapsstage gelopen hebt vervalt de mogelijkheid tot een schakeljaar -in de procedure zijn we op zoek naar authenticiteit, gedrevenheid en klinische interesse -de sollicitant heeft een gesprek met de sollicitatiecommissie bestaand uit een perifere opleider, de universitaire opleider en de plaatsvervangend opleider (UMCG) en 1 AIOS. Voor nadere informatie kun je contact opnemen met: -prof Dr Marian J.E. Mourits, opleider UMCG. Tel 050-3613000 (secretariaat) of met -prof Dr Sicco Scherjon, plaatsvervangend opleider UMCG. Tel 050-3613020 (secretariaat) Je sollicitatie voor de tweede helft van 2015/ begin 2016 graag mailen naar het onderwijssecretariaat ([email protected]) uiterlijk voor 1 mei 2015. De sollicitatiegesprekken vinden eind juni 2015 plaats.

Begeleiding De begeleiding in het UMCG vindt plaats door prof van den Berg (onderwijscoordinator). In overleg met hem wordt een enthousiast staflid gevraagd om als mentor op te treden; deze zal regelmatig je vorderingen bespreken. Deze dient ook als aanspreekpunt en vertrouwenspersoon van de student. Er dient frequent contact (wekelijks) te zijn met de mentor over de voortgang en ontwikkelingen tijdens de klinische stage. De voortgangsgesprekken (zie schema) vinden plaats met de coördinator, in overleg met/in bijzijn van de mentor. De begeleiding tijdens de wetenschapsstage is afhankelijk van het onderwerp van het onderzoek. Ook hierbij vinden regelmatig voortgangsgesprekken plaats (zie schema)

Competenties De compententies die worden nagesteefd zijn volgens het CanMEDS model. (http://knmg.artsennet.nl/Opleiding-en-herregistratie/Project-MMV-Home/Rubrieken/CanMEDS.htm). Naast medisch technisch handelen is er aandacht voor communicatie/samenwerking (in onderwijsleergesprek en uitleg aan team), professionaliteit (anamnese en lichamelijk onderzoek), maatschappelijk handelen en

Page 2: Obstetrie & Gynaecologie

kennis en wetenschap (artikel, PICO). De student stelt voor aanvang van het schakeljaar een persoonlijk leerplan op aan de hand van de zeven CanMEDS-competenties. Het persoonlijk leerplan is het uitgangspunt bij de voortgangsgesprekken. Regelmatig vinden observatie en feedback plaats o.b.v. het portfolio, KKB's, behalen van leerdoelen etc. De student is zelf verantwoordelijk voor het bijhouden van de voortgang en activiteiten in een portfoliodocument.

Regelmatig vinden voortgangsgesprekken plaats met de coördinator (zie schema). Ter voorbereiding van dit gesprek wordt een reflectieverslag naar aanleiding van een klinisch leermoment geschreven. Daarnaast worden de KKB’s verzameld, verrichtingen bijgehouden in het portfolio, 360 graden uitgezet (eenmaal per klinische stage) en beoordeling van PICO’s en voordrachten overlegd, zoals beschreven in de uitwerking van de thema’s (bijlage 1 en 2). Voorafgaand aan deze voortgangsbespreking wordt door de coördinator actief overleg gevoerd met de dagelijkse supervisoren en mentor van de student. Bekwaamheidsniveaus (BN)

De competenties binnen de thema’s moeten worden behaald op de specifieke bekwaamheidsniveaus (zie bijlage 1). Een student kan op een thema 1 t/m 3 scoren (op een totaal van 5 niveau’s), in onderstaande tabel is te zien welk getal bij welk niveau behoort.

Niveau 1 Heeft kennis van

Niveau 2 Handelt onder strenge supervisie

Niveau 3 Handelt met beperkte supervisie

Toetsing Conform de eisen van het raamplan. Hierbij wordt gebruik gemaakt van:

o KKB o Reflectieverslagen o Verslag voortgangsgesprekken o PICO na afdelingsstage o PICO einde van stage o 360 graden beoordeling o Wetenschapsstage verslag o Presentatie wetenschapsstage o Eindpresentatie

Page 3: Obstetrie & Gynaecologie

2: Schakeljaar module Obstetrie

Schema van de voortgangsgesprekken en de toetsingen Klinische stage Persoonlijk ontwikkelingsplan

Goedkeuring voorafgaand aan start stage

0 weken

Afdeling Voortgangsgesprek 1 Voortgangsgesprek 2

5 weken 8 weken

Verloskamers Voortgangsgesprek 3 11 weken 14 weken

Polikliniek Voortgangsgesprek 4 18 weken Kraamafdeling Voortgangsgesprek 5 20 weken Einde klinische stage Eindbeoordeling gesprek 24 weken Eindpresentatie 24 weken Wetenschapsstage Aanvraagformulier stage Goedkeuring voorafgaand

aan start stage 20 weken

Voortgangsgesprek wetenschap 1

25 weken

Voortgangsgesprek wetenschap 2

30 weken

Stage verslag 36 weken Presentatie wetenschap 40 weken Eindbeoordeling gesprek

wetenschap 40 weken

De semi-arts schakelstages:

Het dedicated schakeljaar beslaat 40 weken. Veel aandacht gaat uit naar de klinische setting. De wetenschapsstage wordt geïntegreerd en heeft een klinisch karakter.

Titel Klinische stage (zie ook bijlage 1: thema’s en bekwaamheidsniveaus) Leerdoelen Introductie SEH cursus, training acute

obstetrie en skills training:

a. fantoom onderwijs fysiologische baring (incl. examen)

b. acute SEH training c. scenario training acute

obstetrische problemen (SOS / mini MOET training)

d. cursus: Communicatie arts en patiënt

e. resuscitatie neonaat

2 weken

Afdeling Obstetrische High Care (zwangerschapsbegeleiding gecompliceerd (basis))

6 weken

Verloskamers Verloskamers (gewone bevalling)

6 weken

Poli Verloskunde Zwangeren fysiologie (zwangerschapsbegeleiding ongecompliceerd)/consulten

4 weken

Kraamafdeling kraamperiode en kind 2 weken

Page 4: Obstetrie & Gynaecologie

ongecompliceerd en gecompliceerd

Overige werkzaamheden

o Bezoeken VSV vergaderingen

o Aanwezigheid psychiatrie-obstetrie-paediatrie (POP) bespreking; diabetes bespreking; prenatale diagnostiek bespreking

o Kennis van verloskundig protocollen

o Meelopen echo spreekuur o Meelopen eerste lijn

p.m

Duur 20 weken Evaluatie & toetsing Feedback op anamnese, LO, functioneren, opstellen en evalueren van behandelplan

en uitleg aan patiënt en team, PICO, via KKB’s en CAT. Titel Wetenschapsstage (zie ook bijlage 2)

Leerdoelen Zelfstandig, maar onder goede begeleiding, wetenschappelijk onderzoek leren doen. Duur 20 weken

Evaluatie & toetsing Schrijven van een te submitten artikel Literatuur

Heineman et al; Leerboek der Verloskunde en Gynaecologie Prins et al; Praktische Verloskunde (2014) Dorr et al; Obstetrische Interventies (2014)

Page 5: Obstetrie & Gynaecologie

Bijlage 1

Klinische stage

Thema zwangerschapsbegeleiding ongecompliceerd

Medisch handelen

Diagnose en advies

Specifieke handvaardigheid eisende (be)handeling

Geven van pre-conceptioneel advies. (BN 1)

Counseling over prenatale diagnostiek, zwangerschap, pijnstilling durante partu, kraamperiode en borstvoeding. (BN 1)

Beleid maken bij liggingsafwijkingen, groeiafwijkingen, abnormale hoeveelheid vruchtwater en mogelijk gebroken vliezen. (BN 2)

Gebruik maken van CTG onderzoek en indicatie inleiding stellen. (BN 2)

Haalbaarheid inleiding beoordelen. (BN 2)

Kennismaking/ introductie echoscopisch onderzoek. (BN 1)

Communicatie

Counseling op verloskundig gebied.

Kennis en Wetenschap Kennis van verloskundige protocollen.

Kennis van literatuurbronnen teratologie. Gebruik van EBM.

Samenwerking

Samenwerken met 1e lijn.

Organisatie

Participeren in verloskundig zorgsysteem.

Statusvoering.

Maatschappelijk handelen Omgaan met WGBO. In gang zetten kraamzorg.

Preventie door voorlichting.

Professionaliteit

Constructief participeren in verloskundige ketenzorg.

Toetsing en portfolio

Competentie Toetsing (KKB) Portfolio

Medisch handelen Minimaal 3 KKB’s: waarvan minimaal 1 over een nieuwe patiënt / controlepatiënt /

- 1 PICO over verloskundig gerelateerd onderwerp

Page 6: Obstetrie & Gynaecologie

counselinggesprek.

Communicatie 1 KKB observatie spreekuur en counseling gesprek

Kennis en wetenschap NVOG richtlijnen en standpunten

Organisatie Afgetekend kort verslag van inbreng polikliniek bespreking

Samenwerking 3600 beoordeling 3600 beoordeling

Maatschappelijk handelen Evaluatie leerplan

Professionaliteit Supervisie vragen Evaluatie leerplan

Page 7: Obstetrie & Gynaecologie

Thema Basis zwangerschapsbegeleiding gecompliceerd Medisch handelen

Diagnose en advies

&

Conservatieve behandeling

Diagnostiek en begeleiding van de pathologische zwangerschap, zoals o.a: hyperemesis, (habituele) miskraam, EUG, zwangerschapshypertensie en pre-eclampsie, bloedverlies, minder leven, buiktrauma, glucose tolerantiestoornis, infectie, pre-existente aandoeningen, cervix insufficiëntie, intra-hepatische cholestase, meerlingen, serotiniteit, bekkenklachten, bloedgroepantagonisme, verslavings- en psychiatrische problematiek en tienerzwangerschappen en zwangerschap op oudere leeftijd. (BN 1)

Communicatie Gesprekstechnieken

Kennis en Wetenschap Gebruik EBM.

Samenwerking Participeren (als case manager) in multidisciplinair

behandelingsteam.

Organisatie Overplaatsing regelen.

Deelname aan een multicenter onderzoek organiseren.

Statusvoering

Maatschappelijk handelen Wetgeving aangaande perinatale sterfte en (late) zwangerschapsafbreking. (BN1)

Werken met organisaties rondom zorg voor ongeboren kind

(bij verslaafde/ psychiatrische moeder).

Professionaliteit Extra begeleiding te geven waar nodig

Toetsing en portfolio

Competentie Toetsing

(KKB)

Portfolio

Medisch handelen 2 KKB’s op polikliniek of afdeling zwangeren

Fantoom en skills

Documentatie van de diversiteit van de ervaring: welke ziektebeelden op de polikliniek zijn gezien.

2 echo spreekuren meekijken

Communicatie

Kennis en wetenschap

NVOG richtlijnen: alle verloskunde richtlijnen

1 PICO

Organisatie

Samenwerking 360 graden beoordeling

Page 8: Obstetrie & Gynaecologie

Maatschappelijk handelen

1 Casus PNM verslag casus

Professionaliteit verslag en reflectie

Page 9: Obstetrie & Gynaecologie

Thema gewone bevalling Medisch handelen

Diagnose en advies

&

Conservatieve behandeling

Specifieke handvaardigheid eisende (be)handeling

Begeleiding fysiologische baring inclusief 2e lijns foetale bewaking. (BN 2)

Omgaan met koorts durante partu, bloedverlies durante partu, fluxus post-partum en meconium houdend vruchtwater. (BN 1-2)

Indicaties tocolyse, inleiding en kunstverlossing. (BN 1)

Indicaties consult kinderarts toepassen. (BN 2)

Begeleiden zwangere en partner bij overname uit 1e lijn. (BN 2)

Lichamelijk onderzoek tijdens de baring. Begeleiding bevalling, inclusief het uitvoeren van methodieken van foetale bewaking. Begeleiding van het nageboortetijdperk. (BN 2)

Hechten episiotomie en 1e en 2e graadsrupturen. (BN 2)

Eerste opvang pasgeborenen inclusief resuscitatie. (BN 2)

Reanimatietechniek volwassenen beheersen. (BN 1)

Communicatie Voorlichting op maat geven aan patiënt (en partner)over diagnose en beloop.

Met teamleden en patiënten. Dienstoverdracht.

Met verloskundige bij overname patiënt vanuit 1e lijn.

Terugkoppeling naar verloskundigen en huisartsen.

Kennis en Wetenschap Onderwijs en begeleiding van coassistenten en student – verloskundigen. Gebruik van EBM.

Samenwerking Participeren in multidisciplinair verloskundig team.

Organisatie Beheer en timemanagement meerdere verloskamers.

Regelen antepartum overplaatsing.

Adequate documentatie en administratie

Maatschappelijk handelen Voorlichting verzorgen voor zwangeren en hun partners.

Professionaliteit Reflecteren op het eigen functioneren op de verloskamers tijdens nabespreking.

Psychische begeleiding op de verloskamers.

Toetsing en portfolio

Competentie Toetsing (KKB) Portfolio

Medisch handelen Fantoom :

• Gewone partus • Schouderdystocie

15 gewone bevallingen

5 x episiotomie/ 2 graads ruptuur;

Page 10: Obstetrie & Gynaecologie

• Stuit • Spildraai • Fluxus

Hechten episiotomie

Reanimatie neonaat

5 KKB Gewone bevalling

1 techniekbeoordeling van een episiotomie

MBO (BN1);

Communicatie 3600 beoordeling Evaluatie leerplan

Reflectie op complicaties.

Overleg supervisor.

Kennis en wetenschap NVOG richtlijnen en standpunten

BLS (neonaat)

Organisatie 3600 beoordeling Frequente organisatie teamtraining in acute situaties

Samenwerking

Maatschappelijk handelen

Participatie voorlichtingsavond

Professionaliteit 3600 beoordeling verslag met reflectie over functioneren op VK waaronder psychische begeleiding op verloskamers

Page 11: Obstetrie & Gynaecologie

Thema Gecompliceerde Bevalling : BN1

Medisch handelen

Diagnose en advies &

Conservatieve behandeling

Specifieke handvaardigheid eisende (be)handeling

Diagnostiek verloskundige complicaties en samenvatten van een complexe casus.

Bespreken consequenties voor volgende zwangerschap.

Medicamenteuze behandeling fluxus. (BN1)

Begeleiding/uitvoering kunstverlossingen inclusief SC. (BN1)

Oplossen van fluxus, schouderdystocie en inversio uteri. (BN1)

Herstellen totaal en cervix rupturen. (BN1)

Communicatie Voorlichting op maat geven aan patiënt (en partner) over diagnose, beloop en patiëntorganisaties.

Inlichten betrokkenen (team, verloskundige, huisarts).

Aanwezigheid bij rouw- en slechtnieuws gesprek.

Kennis en Wetenschap Gebruik EBM.

Samenwerking Teamwork in stressvolle situaties.

Gebruik maken van een passende rolverdeling tussen a(n)ios, gynaecoloog en gedifferentieerde gynaecoloog en de andere participanten in het zorgnetwerk.

Organisatie Triage en omgaan met de organisatie van 1e, 2e en 3e lijn.

Verloskamermanagement.

Organisatie nazorgtraject.

Maatschappelijk handelen

Professionaliteit Begeleiden ‘life event’.

Reflecteren op eigen handelen en beleving van event.

Page 12: Obstetrie & Gynaecologie

Thema kraamperiode & kind ongecompliceerd

Medisch handelen

Diagnose en advies

&

Conservatieve behandeling

Begeleiding van fysiologische kraamperiode, na ongecompliceerde SC en begeleiding gezonde pasgeborene. (BN 2)

Herkenning van pathologie in kraamperiode en bij de pasgeborene. (BN 1)

Indicatiestelling klinisch kraamperiode en consult kinderarts. (BN 1) Kennis over borstvoeding en medicatie in praktijk brengen. (BN 1)

Onderzoek pasgeborene. (BN 2)

Communicatie Omgaan met emotioneel belastende situatie.

Voorlichten patiënt en partner.

Terugkoppeling met 1e lijn verloskundige.

Kennis en Wetenschap Gebruik EBM

Samenwerking Behandelplan met patiënt, verpleegkundige en verloskundige bespreken

Organisatie IC zorg pasgeborene

Statusvoering en adequate communicatie HA en verloskundige

Maatschappelijk handelen

Professionaliteit

Toetsing en portfolio

Competentie Toetsing (KPB en OSAT) Portfolio

Medisch handelen

1 KKB onderzoek neonaat

1 KKB op de kraamafdeling

visite lopen

visite lopen

Communicatie 1 KKB uitleg borstvoeding

Kennis en wetenschap NVOG richtlijnen en standpunten (zie bijlage 1).

e-learning borstvoeding

Page 13: Obstetrie & Gynaecologie

Organisatie

Evaluatie leerplan

Samenwerking

Maatschappelijk handelen

Professionaliteit

Page 14: Obstetrie & Gynaecologie

Thema Kraamperiode & Kind gecompliceerd (BN 1)

Medisch handelen

Diagnose en advies

&

Conservatieve behandeling

Specifieke handvaardigheid eisende (be)handeling

Begeleiding pathologie in kraamperiode met o.a.:

Abnormaal bloedverlies, infectie, urine retentie, verdenking thrombo-embolische processen, vulva hematoom, hypertensie, pre-eclampsie en HELLP. (BN1)

Begeleiding pathologisch beloop pasgeborene en toepassen diagnostiek en indicatie consult kinderarts. (BN1)

Behandeling placentaresten, behandeling hematoom en abces. (BN1)

Communicatie Voorlichting patiënt en partner diagnose en beloop.

Voorlichting geven over patiëntorganisaties.

Kennis en Wetenschap Gebruik EBM

Samenwerking Gebruik maken van een passende rolverdeling tussen a(n)ios, gynaecoloog en gedifferentieerde gynaecoloog en de andere participanten in het zorgnetwerk.

Organisatie NICU-zorg gepast inzetten.

Organiseren nazorgtraject.

Maatschappelijk handelen Procedures aangifte

Professionaliteit Verantwoordelijkheid tonen voor continuïteit van zorg.

Toetsing en portfolio

Competentie Toetsing

(KKB)

Portfolio

Medisch handelen

1 KKB slecht- nieuwsgesprek

1 KKB ontslaggesprek

documentatie van de diversiteit van de ervaring:

• welke kraambedziekte-beelden zijn op de afdeling door de student gezien

• welke kraambedziekte-beelden zijn op de polikliniek door de student gezien

Communicatie brieven, statusvoering

reflectie verslag

Page 15: Obstetrie & Gynaecologie

Kennis en wetenschap NVOG richtlijnen en standpunten (zie bijlage 1).

1 PICO

Organisatie

Samenwerking

Maatschappelijk handelen

verslag casus

Professionaliteit

Page 16: Obstetrie & Gynaecologie

Bijlage 2

Wetenschappelijke stage

Duur: 20 weken. Klinisch gerichte wetenschappelijke stage.

Voorwaarden wetenschapsstage:

• Student voert zelf onder begeleiding het onderzoek uit.

• De student is zelf verantwoordelijk voor het op tijd indienen van de wetenschapsstage aanvraag waarin het projectvoorstel voor de stage uitgebreid aan bod komt. Dit dient voor start van de wetenschapsstage te zijn goedgekeurd.

• Bij de stage komen alle fasen van onderzoek: onderbouwing, uitvoering, analyse en interpretatie aan bod

• Bij de stage wordt van te voren aangegeven op welk onderdeel het accent voor de concrete activiteiten van de student komt te liggen; een klinisch georiënteerd onderzoek is (meestal) een vereiste.

• De coordinator is verantwoordelijk voor de begeleiding van de student; de stagebegeleider

dient een (bij voorkeur gepromoveerde) docent te zijn aan een academische instelling; de dagelijkse leiding van het onderzoek kan worden gedelegeerd aan b.v. een post-doc, promovendus, AIOS of ANIOS.

• De inhoud en haalbaarheid van voorgestelde stages dient te worden goedgekeurd door de

Wetenschapsstage commissie;

• De stagebegeleider en student hebben ten minste de volgens hetschema vastgelegde voortgangsbesprekingen. Bij problemen van enigerlei aard dienen stagebegeleider en/of student direct contact op te nemen met zijn menor en/of coordinator om te voorkomen dat een stage mislukt en overgedaan moet worden;

• De student schrijft een verslag in de vorm van een wetenschappelijke publicatie; dit dient de volgende elementen te bevatten: 1. titelpagina met titel, auteur, afdeling/instituut waar het onderzoek is uitgevoerd en naam (namen) van de begeleider(s), 2. abstract van niet meer dan ca. 250 woorden (in 11 punts proportionele letter en 1½ regelafstand is dit ongeveer een half A4), 3. inleiding (niet meer dan 4 A4), 4. materialen en methoden, 5. resultaten, 6. discussie en conclusies (niet meer dan 4 A4), 7. literatuurreferenties en 8. (eventueel) een dankwoord (acknowledgement); De student mag het verslag als wetenschappelijk artikel (geschreven voor een regulier wetenschappelijk tijdschrift) indienen; indien de student hiervan geen eerste auteur is, dient door middel van het originele manuscript als verslag aantoonbaar gemaakt te worden dat de student de publicatie zelf heeft geschreven;

• De student geeft een wetenschappelijke presentatie over het onderzoek;

Page 17: Obstetrie & Gynaecologie

• Van de stage vindt een eindbeoordeling plaats middels het stagebeoordelingsformulier; de stagecommissie stelt de eindbeoordeling vast; hierbij betrekt de commissie het oordeel van de coordinator, de mentor en de begeleider, het verslag zelf.

• De eindbeoordeling moet voldoende zijn alvorens de student kan afstuderen;