Model Verslag

69
1 MATERIAAL en CONSTRUCTIE BK1TE2 Naam Studienummer Gebouw Groep Docent Woonhuis NN, Leen Hulsbos, Aisomont, (B), 1996 Je gegevens staan groot in de rechteronderhoek, in een stapel verslagen kunnen we dan snel het goede verslag vinden. Lettergrootte 18 pnts. Een karakteristieke exterieurfoto van het onderzochte huis, naar keuze met daaronder de naam ven het project, de architect, de locatie en het bouwjaar. Modelverslag Dit modelverslag geeft REGELS en aanwijzingen voor je analyse verslag voor de BK1TE2, zowel op het aspect van de inhoud als op het aspect van de layout. Het geeft voorbeelden, maar is nadrukkelijk geen compleet verslag. Je moet het zelf aanvullen, interpreteren en aanpassen aan je eigen studieobject. In het document zijn links aangebracht, die verwijzen naar achtergrondinformatie. Aanwijzingen en regels staan in de groene tekstvakken. Houd je aan de volgende REGELS: Houd je aan de indeling in secties! Het bespoedigt het nakijkproces. Als je draagconstructie-informatie in een andere sectie zet, zal de draagconstructiedocent deze informatie niet zien. Zet de sectieletters voor het paginanummer en nummer door, dus niet per sectie nummeren. Alleen als je je aan die sectie-indeling houdt kunnen wij garanderen dat je werk binnen de gestelde termijn wordt nagekeken. Zet op de linkerpagina je inventarisatietekening (in week 1 en 2) en op de rechterpagina beschrijf je de ordening (week 3 en 4) en geef je de verklaring (week 5 en 6) voor wat je gezien hebt. Ordening en ver- klaring kunnen ook toegelicht worden met schetsen. Je vult je boek dus eerst op de linkerpagina’s, daarna vul je steeds verder aan. Het aantal pagina’s is niet vast, het kan wisselen per huis. Soms kunnen er wel twee of drie plattegronden op een blad, soms maar 1. Neem de ruimte voor de tekeningen, maar als het eningszins kan zet dan meerdere plattegronden, gevels of doorsneden op een blad. Je hebt dan een beter overzicht en ziet relaties ook beter. Plaats de elementen op een tekening ook in de juiste positie ten opzicht van elkaar. Zie daarvoor layout Beschrijving van de ordening en de verklaring gaan soms over een enkele tekening, soms over een groep van bij elkaar horende tekeningen. Zet die beschrijving dan bij de laatste pagina van die groep tekeningen. Een gebouw is een complex geheel, er is heel veel informatie in besloten. Het is onmogelijk om alles te verklaren. We hebben ook daarom dit modelverslag gemaakt. De onderwerpen en tekeningen die in dit model genoemd worden moeten allemaal aanwezig zijn in je verslag. Meer mag natuurlijk altijd! In ieder huis zitten ook leuke bijzonder snufjes, uitvindingen of constructies. Als je die boven water kunt krijgen zal dat zeker in je cijfer te zien zijn! Algemeen: Lettertype en -grootte: Gebruik geen pretletters, (zoals deze) maar goed leesbare zoals Tahoma (de TU standaard letter), Calibri of Gill. Voor standaardtekst grootte 11 pnt. Koppen 12, 14 of 18 pnts Je tekent met de hand, niet met de computer, een liniaal gebruik je alleen om te meten. Later leer je met de computer tekenen. Met de hand tekenen is de meest directe communicatie tussen je hersenen en je handen en daarmee de snelste methode om je ideeën weer te geven. Als ontwerper denk je op papier. Daarom willen we je tekenvaardigheid trainen.

description

BK3TE2 voorbeeldverslag

Transcript of Model Verslag

Page 1: Model Verslag

1

MATERIAAL en CONSTRUCTIE BK1TE2 Naam

StudienummerGebouwGroepDocent

Woonhuis NN, Leen Hulsbos, Aisomont, (B), 1996

Je gegevens staan groot in de rechteronderhoek, in een stapel verslagen kunnen we dan snel het goede verslag vinden. Lettergrootte 18 pnts.

Een karakteristieke exterieurfoto van het onderzochte huis, naar keuze met daaronder de naam ven het project, de architect, de locatie en het bouwjaar.

Modelverslag

Dit modelverslag geeft REGELS en aanwijzingen voor je analyse verslag voor de BK1TE2, zowel op het aspect van de inhoud als op het aspect van de layout. Het geeft voorbeelden, maar is nadrukkelijk geen compleet verslag. Je moet het zelf aanvullen, interpreteren en aanpassen aan je eigen studieobject. In het document zijn links aangebracht, die verwijzen naar achtergrondinformatie. Aanwijzingen en regels staan in de groene tekstvakken.

Houd je aan de volgende REGELS:Houd je aan de indeling in secties! Het bespoedigt het nakijkproces. Als je draagconstructie-informatie in een andere sectie zet, zal de draagconstructiedocent deze informatie niet zien. Zet de sectieletters voor het paginanummer en nummer door, dus niet per sectie nummeren. Alleen als je je aan die sectie-indeling houdt kunnen wij garanderen dat je werk binnen de gestelde termijn wordt nagekeken.Zet op de linkerpagina je inventarisatietekening (in week 1 en 2) en op de rechterpagina beschrijf je de ordening (week 3 en 4) en geef je de verklaring (week 5 en 6) voor wat je gezien hebt. Ordening en ver-klaring kunnen ook toegelicht worden met schetsen. Je vult je boek dus eerst op de linkerpagina’s, daarna vul je steeds verder aan.

Het aantal pagina’s is niet vast, het kan wisselen per huis. Soms kunnen er wel twee of drie plattegronden op een blad, soms maar 1. Neem de ruimte voor de tekeningen, maar als het eningszins kan zet dan meerdere plattegronden, gevels of doorsneden op een blad. Je hebt dan een beter overzicht en ziet relaties ook beter. Plaats de elementen op een tekening ook in de juiste positie ten opzicht van elkaar. Zie daarvoor layoutBeschrijving van de ordening en de verklaring gaan soms over een enkele tekening, soms over een groep van bij elkaar horende tekeningen. Zet die beschrijving dan bij de laatste pagina van die groep tekeningen.

Een gebouw is een complex geheel, er is heel veel informatie in besloten. Het is onmogelijk om alles te verklaren. We hebben ook daarom dit modelverslag gemaakt. De onderwerpen en tekeningen die in dit model genoemd worden moeten allemaal aanwezig zijn in je verslag. Meer mag natuurlijk altijd! In ieder huis zitten ook leuke bijzonder snufjes, uitvindingen of constructies. Als je die boven water kunt krijgen zal dat zeker in je cijfer te zien zijn!

Algemeen: Lettertype en -grootte:Gebruik geen pretletters, (zoals deze) maar goed leesbare zoals Tahoma (de TU standaard letter), Calibri of Gill. Voor standaardtekst grootte 11 pnt.Koppen 12, 14 of 18 pnts

Je tekent met de hand, niet met de computer, een liniaal gebruik je alleen om te meten. Later leer je met de computer tekenen. Met de hand tekenen is de meest directe communicatie tussen je hersenen en je handen en daarmee de snelste methode om je ideeën weer te geven. Als ontwerper denk je op papier. Daarom willen we je tekenvaardigheid trainen.

Page 2: Model Verslag

A-2

SECTIE A ALGEMEEN

Hoofdopzet van de analyse en het verslag.Een analyseproces omvat 4 fases: • Documenteren, het verzamelen van de nodige gegevens.• Inventariseren, wat zit waar?• Herkennen van ordening, hiërarchie, relaties, groepering, zonering, repetitie, patronen, verbanden en

vooral ook uitzonderingen.• Verklaren, waarom zijn de dingen zoals ze zijn?

Deze analyse is zo gestructureerd om het proces te verduidelijken en hulp te bieden bij de analyse. Maar het feitelijke analyseproces zal, kan en mag intuïtiever verlopen. In de inventarisatie zit het meeste tekenwerk. Bij het ontdekken van de ordening en de verklaring kan je je vaak beperken tot getekende of geschreven toevoegingen. Het verslag volgt deze fasering op de volgende wijze: op de linkerpagina staat steeds de inventarisatiete-kening, op de rechterpagina een beschrijving van de ordening die je hebt aangetroffen en een verklaring daarvoor. In de inventarisatietekening kan je in de ordenings- en/of verklaringsfase nog zaken aanvullen.

Het verslag is opgedeeld in secties. Zie hiervoor de inhoudsopgave hiernaast. Alleen als je je aan de sectie-indeling houdt kunnen wij garanderen dat je werk binnen de daarvoor gesteld termijn wordt nagekeken. Wat de secties inhouden wordt bij het begin van iedere sectie uitgelegd.

Documenteren In de eerste fase van een (volledige) analyse wordt documentatie verzameld en wordt de algemene con-text van het plan beschreven. Via research op internet, in de bibliotheek en zo mogelijk een bezoek aan het gebouw kan informatie worden verzameld. Bij deze documentatie horen: voorstudies en schetsen, bij prijsvragen, ook andere inzendingen,opdrachtdocumenten,het definitief ontwerp, plattegronden, doorsneden, maquette’s, detail- en uitvoeringstekeningen en ge-bruiksdocumentatie,kosteninformatie,de locatie en geografische ligging (aard van de omgeving, hellingen, hoogteligging, bereikbaarheid voor vrachtwagens, beplanting, hoogte t.o.v. zeeniveau.het klimaat: temperaturen (gemiddeld en extremen dag-nacht zomer-winter) neerslag en wind.informatie over de architect en zijn visie op architectuur en werkwijze. literatuurlijst / bronnen.

De documentatie in je verslag moet TEN MINSTE omvatten:De tekeningen en foto’s zoals ze te vinden zijn op blackboard. Informatie over de locatie en de geografische ligging. (Niet van ieder plan is de exacte locatie bij ons be-kend). Google Earth.Informatie over het klimaat. Gebruik daarvoor de klimaatkaart van Köppen (ook als overlay in google earth te downloaden:zie: http://people.eng.unimelb.edu.au/mpeel/koppen.htmlClimate Consultant. zie: http://climate-consultant.software.informer.com/5.4/download Geef ook aan of de regio een aardbevingsgebied of orkaangebied is. Beiden hebben invloed op de con-structie.

Page 3: Model Verslag

A-3

MATERIAAL en CONSTRUCTIE 1

SECTIE A ALGEMEEN A-2

SECTIE B DOCUMENTEREN B-4Aanwezige tekeningen B-5Foto’s en locatie van foto’s B-7Locatie en klimaat B-9

SECTIE C INVENTARISEREN, ORDENEN, VERKLAREN, ALGEMEEN C-10Plattegronden, doorsneden, gevels C-13Plattegronden, functionele indeling C-19Stramienlijnen, introductie C-21Stramienlijnen plattegrond(en) C-23Stramienlijnen doorsneden C-25Plattegrond(en) binnen- en buitenwanden C-27Gevels, materialen 1 C-29Gevels, materialen 2 C-31Gevels, openingen en lateien 1 C-33Gevels, openingen en lateien 2 C-35Fragment opbouw beganegrondvloer C-37Fragment opbouw verdiepingsvloer C-39Fragment opbouw dak C-41Fragment opbouw gevel 1 C-43Fragment opbouw gevel 2 C-45Berekening warmte- en vochttransport buitenwand C-47Berekening warmte- en vochttransport dak C-49

SECTIE D INVENTARISATIE, ORDENING, VERKLARING, DRAAGCONSTRUCTIE D-50Draagconstructieplattegrond begane grond D-51Draagconstructieplattegrond eerste verdieping D-53(Draagconstructieplattegrond tweede verdieping) D-55Draagconstructieplattegrond dak D-57Draagconstructie langs- en dwarsdoorsnede D-59Draagconstructie stabiliteit D-61Draagconstructie stabiliteit D-63Draagconstructie ligger- en kolomberekening D-65Peer-review constructie D-67

Inhoudsopgave zo veel mogelijk op de rechterzijde van de pagi-na, dus in de rechterkolom. Pas als die te vol is kan je gebruik maken van de linkerkolom. Je hoeft dan niet het hele boek open te slaan om de inhoudsop-gave te raadplegen.

paginanummer aan de buitenzijde, dan hoef je niet het hele boek open te vouwen om te zien waar je bent, en aan de onderkant van de pagina. Het is zeer algemeen gebruikelijk om de rechterpagina een oneven nummer te geven. Laat het paginanummer voorafgaan door de sectie-aanduiding.

Page 4: Model Verslag

B-4

SECTIE B DOCUMENTEREN

Documenteren In de eerste fase van een (volledige) analyse wordt documentatie verzameld en wordt de algemene con-text van het plan beschreven. Via research op internet, in de bibliotheek en zo mogelijk een bezoek aan het gebouw kan informatie worden verzameld. Bij deze documentatie horen: voorstudies en schetsen, bij prijsvragen, ook andere inzendingen,opdrachtdocumenten,het definitief ontwerp, plattegronden, doorsneden, maquette’s, detail- en uitvoeringstekeningen en ge-bruiksdocumentatie,kosteninformatie,de locatie en geografische ligging (aard van de omgeving, hellingen, hoogteligging, bereikbaarheid voor vrachtwagens, beplanting, hoogte t.o.v. zeeniveau.het klimaat: temperaturen (gemiddeld en extremen dag-nacht zomer-winter) neerslag en wind.informatie over de architect en zijn visie op architectuur en werkwijze. literatuurlijst / bronnen.

De documentatie in je verslag moet TEN MINSTE omvatten:De tekeningen en foto’s zoals ze te vinden zijn op blackboard. Informatie over de locatie en de geografische ligging. (Niet van ieder plan is de exacte locatie bij ons be-kend). Google Earth.Informatie over het klimaat. Gebruik daarvoor de klimaatkaart van Köppen (ook als overlay in google earth te downloaden:zie: http://people.eng.unimelb.edu.au/mpeel/koppen.html) Climate Consultant. zie: http://climate-consultant.software.informer.com/5.4/download Geef ook aan of de regio een aardbevingsgebied of orkaangebied is. Beiden hebben invloed op de con-structie.

Page 5: Model Verslag

B-5

Aanwezige tekeningen

Page 6: Model Verslag

B-6

Page 7: Model Verslag

B-7

Foto’s en locatie van foto’s

foto 1

foto 4foto 3

foto 1

Van dit voorbeeldproject zijn weinig foto’s beschikbaar. Als je meer foto’s hebt, gebruik dan een dubbelpa-gina.

Op dit blad verzamel je de foto’s van het interieur en exterieur, je ordent en nummert ze en plaats er een plattegrondje bij met daarin pijlen die het camerastandpunt en -richting aanduiden.Houd bij het bepalen van de grootte van foto’s op een pagina, rekening met de resolutie en de scherpte. Zorg ervoor dat de foto’s ongeveer er even scherp er uit zien. Van dit huis waren weinig foto’s beschikbaar, maar van de meeste huizen is genoeg materiaal om 2 A3 bladen te vullen, samen met de locatietekening van de foto’s. Gebruik de foto’s ook als dingen in de tekening niet duidelijk zijn.

Page 8: Model Verslag

B-8

Locatie en klimaat

Locaties en klimaat

3

1

4

6

8

2 5

9

7

World map of Köppen-Geiger climate classification De klimaatkaart is ook te raadplegen als layer in Google earth. Raadpleeg http://people.eng.unimelb.edu.au/mpeel/koppen.html voor verdere instructies.voor de legenda zie: http://www.hydrol-earth-syst-sci.net/11/1633/2007/hess-11-1633-2007.pdf

Page 9: Model Verslag

B-9

Locatie en klimaat

toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting

toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting

toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting toelichting

100m

Page 10: Model Verslag

C-10

SECTIE C INVENTARISEREN, ORDENEN, VERKLAREN, ALGEMEENInventarisatie Je begint met de gegeven plattegronden, gevels en doorsneden met de hand over te tekenen, daarna construeer je twee nieuwe doorsneden en een dakplattegrond. Al tekenend denk je na over wat je tekent: wat representeert die lijn? Je leert de juiste lijndiktes en lijntypes te kiezen. Je ontwikkelt een gevoel voor wat belangrijke informatie is en wat niet. Je leert algemene tekenroutines. Je leert dat bij een bepaalde schaal een bepaalde informatiedichtheid hoort. Op een schaal 1:100 bijvoorbeeld teken je niet alle bakste-nen, zeker niet als je het met de hand doet, maar op een 1:20 moet die informatie er wel in staan. Het is dus niet de beodeling dat je de tekeningen door de kopieermachine haalt. Als je moet leren schrijven heeft het ook geen zin om de tekst onder de kopieermachine te leggen. Dit is geen zware intellectuele arbeid, maar het vraagt geduld en precisie. Vul de tekeningen zo veel mogelijk aan met informatie uit de foto’s. Op de foto kan je misschien zien dat de buitenwandbekleding bestaat uit houten planken, terwijl deze niet op tekening staan. Er kunnen wijzigingen zijn of op de foto’s kan meer te zien zijn dan de oorspronkelijke tekeningen.

Deze tekeningen vormen de basis voor alle volgende tekeningen. Je kopieert ze steeds en vult ze aan en bewerkt ze, afhankelijk van het onderwerp.

Hoe ga je te werk?Print de tekeningen en controleer na het printen de schaal. Trek de tekeningen over op schetsrol. Let op de maat van de uiteindelijke tekening, die op A3 (zie teke-ningmaten) afgedrukt moet worden. Let op: Je schetsrol is breder (nl. 332 mm) dan een A3 hoog is (nl. 297 mm), zorg ervoor dat je bij het kopieren niet in de problemen komt.

tekeninstructies over lijntypenlijndiktesmaatlijnenhoogteaanduidingenkan je vinden op http://wiki.bk.tudelft.nl/bk-wiki/Bouwtechnisch_Tekenen

Plaats, als er meerdere plattegronden, gevels of doorsneden op een blad passen ze in relatie met elkaar, zoals het voorbeeld aangeeft. De laagste verdieping staat beneden op het blad. Zorg voor een evenwich-tige bladvulling, zie ordening

In sectie C en D werk je met dubbelpagina’s. Op de linkerbladen staat steeds een tekening. Na twee weken, heb je in principe alle linkerbladen gevuld. In de volgende twee weken ga je in de linkerkolom van de rechterpagina de ordening aangeven en daarna, in week en 6 de verklaring. Deze aanduiding is indi-catief en kan per huis en per student verschillen. Aan sommige huizen heb je wat meer tekenwerk, aan andere moet je wat meer aandacht besteden aan het verklaren. Je kan beginnen met je modelverslag in opzet gereed te maken. Als je informatie over een aspect wil toevoegen kan je een extra dubbelpagina toevoegen. Op het linkerblad kan je soms maar 1, soms meerdere plattegronden kwijt. Dat hangt af van het huis dat je onderzoekt. Hetzelfde geldt voor gevels en doorsneden. Prop de tekeningen niet op je blad, neem voldoende ruimte zodat je later nog dingen kunt toevoegen. Soms zal er veel witruimte in een van de kolommen kunnen ontstaan, je hoeft niet alle kolommen helemaal te vullen! Maak de teksten bondig, in telegramstijl werken heeft de voorkeur! In sommige gevallen zou deze structuur niet kunnen werken, Overleg dan met je docent. Maar houdt je goed aan de scheiding tussen sectie C en D.

Hoe te tekenen?

Benodigdheden: Fineliners van Faber Castell (ecco pigment) of Staedler (pigmnet liner) in de diktes 0,1 0,2 0,3 0,5 en 0,8 mm. Een vulpotlood met 0,5 mm HB stift, gum, schetsrol, kleurstiften met dunne punt – b.v. Stabilo point 88 (0,4 mm) –, een grote GEO-driehoek, wit A3 papier, kleurpotloden of COPIC markers en plakband, bij voorkeur Scotch removable van 3M, omdat dat makkelijk te verwijderen is zonder dat je je tekening beschadigt.

Plak de tekening die je wil overtekenen NIET vast op een tafel, maar op een ander vel papier en daarover-heen het transparante papier ook op dat vel wit papier. Je kan dan origineel en de tekening die je maakt makkelijk draaien om het goed naar je hand te zetten.

Page 11: Model Verslag

C-11

OrdeningIn dit gedeelte beschrijf of teken je de systematiek, de ordening, de regelmaat en de afwijkingen daarop, in wat je geinventariseerd hebt. In de ordening geef je antwoord op de vraag: waar zitten de elementen, maar dan niet uitgedrukt in een exacte locatie, maar in hun relatieve, schikkende betekenis. Zoals ‘alle grote aluminium schuifpuien zitten in de zuid- en westgevel. De kleine ramen alleen in de noordgevel.’ Of: ‘de thermische isolatie in de wanden zit overal in de spouw, tegen het binnenspouwblad bevestigd, alleen in de wand op as 6 zit de isolatie aan de buitenzijde en is daar afgewerkt met stuc’. Zie verder de teksten bij de verschillende onderwerpen.Je kan de ordening weergeven door extra informatie toe te voegen aan de tekening die je hiernaast als in-ventarisatie hebt gemaakt en/of in een aparte tekening of schets hieronder , waarin bijvoorbeeld bepaalde zones zijn gemarkeerd en/of door een toelichtende tekst waarin de ordening wordt aangegeven.

VerklaringIn dit gedeelte geef je een verklaring voor je constateringen. Dat kan in de vorm van tekst, van schetsen of van een berekening.

Page 12: Model Verslag

C-12

Als je twee tekeningen naast of onder elkaar zet zorg dan dat ze met elkaar zijn uitgelijnd. In dit geval zijn de twee belangrijkste verdieping zoveel mogelijk bij elkaar gezet en staat de dakplat-tegrond op een ander blad. In principe staat echter de boven-ste verdieping altijd boven de er-onder gelegen verdieping. Je kan van die regel afwijken als het lezen van de tekeningen daar makkelijker van wordt. De lijnen die hier de relatie aangeven zet je echter niet op de tekening.

Page 13: Model Verslag

C-13

Plattegronden, doorsneden, gevels

ruimte voor dakplattegrond

Page 14: Model Verslag

C-14

ruimte voor drsn A-A

Page 15: Model Verslag

C-15

Plattegronden, doorsneden, gevels

Ruimte voor doorsnede EE

Page 16: Model Verslag

C-16

Page 17: Model Verslag

C-17

Plattegronden, doorsneden, gevels

Page 18: Model Verslag

C-18

Page 19: Model Verslag

C-19

Plattegronden, functionele indeling

Op dit blad geef je de plattegrond(en) weer en duidt je de functies van de ruimte aan. Dat kan je doen door de functie in de ruimte te schrijven of door ze te nummeren en een legenda toe te voegen, maar de beste manier is door de ruimtes in te kleuren en een legenda toe te voegen. Je kan dan door de kleur-groepen te maken (b.v. blauwachtig: slapen) meer informatie geven. Zo wordt b.v. de relatieve grootte per groep in één oogopslag duidelijk. Een lichte kleurzweem, aangebracht met een kleurpotlood werkt vaak het snelst. Als er meerdere verdiepingen zijn en niet alles op 1 dubbelpagina past, maak dan een plattegrond op 1 op 100 en de rest op een kleinere schaal. Geef ook informatie over buitenruimte weer: parkeerter-rein, terassen, patio’s, balkons, dakterrassen, als die informatie er is. (Van het voorbeeldplan was er geen informatie beschikbaar)Zet een noordpijl op je tekening.

Page 20: Model Verslag

C-20

Stramienlijnen

Het stelsel van stramienlijnen wordt gebruikt om de onderdelen van het gebouw in relatie tot elkaar te kunnen plaatsen. Het is een belangrijk hulpmiddel bij de maatvoering en het op de juiste positie plaatsen van elementen. Het is, net als het stelsel van lengte- en breedtegraden op aarde, een oriëntatie- en plaats-bepalingsmiddel. Architect, aannemer, ambtenaren, adviseurs kunnen zo goed met elkaar communiceren. Stramienlijnen worden gecodeerd, meestal met letters in x-richting, en cijfers in y-richting. Soms staan de lijnen op de aangeleverde tekening, soms moet je zelf de regelmaat ontdekken en kan je zelf een stelsel bedenken. Het is alleen maar iets om je positie te bepalen. Stramienlijnen hoeven in x- en y-richting niet op dezelfde afstand te liggen en binnen een richting kunnen er verschillen zijn. Soms (zoals in een van de analyseprojecten, het Casa Solare) is er helemaal geen regelmatig stelsel. Vaak vallen de stramienlijnen samen met de hoofddraagconstructie. Hiernaast is nog extra informatie weergegeven over stramienen.

Geef op de volgende pagina de stramienlijnen weer zoals ze op je basistekening staan, of, als die er niet zijn, naar eigen inzicht. Codeer ze.

Schets details op schaal 1:5 die weergeven hoe de bouwkundige elementen ten opzichte van het stramien geplaatst zijn. Een voorbeeld laat zien hoe belangrijk die stramienlijnen zijn voor de maatvoering.

Probeer bij het ordenen te ontdekken hoe het in jouw onderzoeksobject zit met de maatvoering. Zie het voorbeeld op de volgende dubbelpagina.

Bij de ordening probeer je de wetmatigheden en de afwijkingen te registeren. Staan de elementen cen-trisch op stramien? Of op een andere manier? Probeer verschillen te ontdekken, bijvoorbeeld tussen hoe binnen- en buitenwanden op het stramien zijn geplaatst. Wat is het principe achter die verschillen? Geef maten aan, en een eventueel subraster. Noteer of de stramienlijnen in de twee richtingen op dezelfde afstand liggen.

a a bbbaab a a c c d

230-100-100

100-100-230

430=4k+3v

430=4k+3v430=4k+3v430=4k+3v

Een fragment van een plattegrond. In rood de stramienlijnen, met het substramien in turquoise. De con-structieve wanden (grijs) zijn 230 mm dik, de kolom is om constructieve redenen 430 mm breed. Alle korte stukjes metselwerk (penanten) (roodbruin) zijn 430 mm breed wat overeenkomt met 4 kopen en 3 voegen in metselwerk van waalformaat baksteen. Alle puien lijken dezelfde breedte te hebben en ook de glasma-ten lijken in eerste oogopslag hetzelfde, maar als je beter kijkt blijken alledrie de puien anders te zijn en er komen 4 verschillende glasmaten voor!

Page 21: Model Verslag

C-21

voorbeelden van werken met rasters

Stramienlijnen, introductie

Page 22: Model Verslag

C-22

zo geef je maten aan als de ruimte tussen de maatstreepjes te klein is.

Page 23: Model Verslag

C-23

In x- richting liggen de stramienen op 2700 mm (3x900 mm) in Y richting op 3600 (4x900 mm). Er is een secundair stramienstelsel van op een systeemmaat van 900 mm. In X richting zijn de meeste wanden en alle kolommen op het stramien geplaatst, alleen dunnen wandjes staan soms naast het stramien. In Y-richting staan de kolommen binnen de woning op het hoofdstramien, wanden staan vaak niet op het stramien. In de langsgevels ligt de binnenkant van het buitenblad op stramien. Opmerkelijk is dat in de kopgevels het stramien op het hart van het binnenblad ligt, maar in de langsgevels op de bin-nenkant van het buitenblad. (zie de fragmenten)Het buitenblad van de buitenwand loopt (b.v. bij P-1) niet door tot aan het kozijn. Het binnenblad wel. Ook bij G1 is dit het geval.

enzovoort, enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort

VerklaringOrdening, stramienlijnen, maatstelsel

Stramienlijnen plattegrond(en)

Veel ruimtes in de woning zijn een geheel aantal maal een stramienmaat: Hal en badkamer 1xWoonkamer 4xKeuken 2 maalSlaapkamer 2x. Kennelijk zijn de stramienmaten afgestemd op de ruimtebehoefte zoals die is vastgelegd in het ruimtelijk ontwerp. Dat verklaart ook het verschil in de stramienmaten in x - en y- richting. Een vierkant raster was niet passend voor de ruimte-behoefte. Na analyse van de draagconstructie is gebleken dat de gekozen maat in x-richting goed past bij het constructiemateriaal van de verdiepingsvloer en dak: hout. De overspanningen zijn nu ook allemaal gelijk en omdat de vloerbelasting overal gelijk kunnen de balken overal dezelfde hoogte hebben.

enzovoort, enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort enzovoort

Page 24: Model Verslag

C-24

Inventarisatie

Hieronder teken of kopieer je twee doorsneden, (voor zover de ruimte het toelaat) en daarin teken je ook de stramienlijnen en de hoogtestramienlijnen. Schrijf er de maten bij.

Page 25: Model Verslag

C-25

tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst

tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst

VerklaringOrdening

Stramienlijnen doorsneden

Page 26: Model Verslag

C-26

Inventarisatietekening

In deze tekeningen ga je de verschillende typen wanden beschrijven. Let op alle mogelijke verschillen: het meest in het oog springend zijn natuurlijk materiaalverschillen en dikteverschillen, maar ook kunnen er binnen een materiaalsoort verschillen zijn (bijvoorbeeld prefab beton of ter plaatse gestort beton, bakste-nen van een andere soort of in een ander verband gemetseld. Je kan alle typen in één tekening zetten, ze arceren en een legenda toevoegen (zie NEN 47). Soms is het helderder om per wandtype of groep (bijvoorbeeld alle steenachtige wanden) een aparte tekening te maken.

Page 27: Model Verslag

C-27

Gecombineerd met de tekening van de balklaag blijkt dat op de begane grond op de assen D, G, J,M en P op de plaats waar geen kalkzandssteen wanden staan houten balken liggen (in Y-richting dus). Op de assen G en M tussen 1 en staan er wel wanden, maar niet van kalkzandsteen, maar van een ander onbkend materiaal. Op bepaalde punten zijn de wanden uitgevoerd in een steensoort met een hogere druksterkte, vaak op de kruisingen van de stramienlijnen. enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzo-voort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzo-voort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzo-voort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort, enzovoort,-

tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst tekst

VerklaringOrdening

Plattegrond(en) binnen- en buitenwanden

Beschrijf hier welke wanden waar zitten, niet in absolute zin (bijvoorbeeld op As 3), maar bijvoorbeeld: Buitenwanden met veldkeien: op het noorden, oosten en westen.Binnenwanden van kalkzandsteen: rond alle natte ruimten (badkamer en keuken)Binnenwanden van onbekende samenstelling: alle andere wanden. Kijk ook goed naar de doorsnedes en geveltekeningen!

Geef hier een verklaring voor het gebruik van de verschillende wandmaterialen.

Page 28: Model Verslag

C-28

Inventarisatie

In de gekopieerde inventarisatietekening zijn een aantal gevelmaterialen aangegeven. Bij ‘ordening’ be-schrijf je welke materialen waar zitten. Bij ‘verklaring’ waarom die materialen/constructies op die plaats zijn toegepast. Probeer niet teveel verschillende aspecten in een tekening aan de orde te laten komen. De tekening, die niet voor niets een reductietekening wordt genoemd, wordt er onoverzichtelijk door. In dit voorbeeld zijn bijvoorbeeld de kozijnen op een ander blad weergegeven.

Page 29: Model Verslag

C-29

1. Breuksteen is toegepast als gevelbekleding vanaf net onder maaiveld tot een hoogte van maximaal 4630 mm, voor-namelijk in de oost-, noord- en westgevel.

2. De gesloten geveldelen daarboven zijn uitgevoerd in houten, horizontaal aangebrachte planken, volgens de teke-ning. Bij de bouw zijn deze delen in glas uitgevoerd. Zie foto op deze pagina.

3. Onder maaiveld is geen breuksteen toegepast, maar een andere steensoort, vermoedelijk kalkzandsteen. 4. Boven de kleine ramen (breed 600 mm) zijn lateien toegepast van grote stukken breuksteen. Boven de andere ra-

men die in de wand zijn opgenomen, zijn betonnen lateien toegepast. 5. enz.6. enz.7. enz.

1. De keuze voor breuksteen is waarschijnlijk een architectonische keuze. Door de steen niet tot het dak door te laten lopen lijkt het dak te zweven. De zware, gesloten wanden zijn toegepast aan de naar de weg toegekeerde zijde. De meer open gevelgedeelten zijn gericht op het vrije uitzicht naar het zuidwesten.

2. Toepassing van hout als gevelbekleding in de hoge delen is makkelijker omdat hout veel lichter in gewicht is en het laten rusten van zware steen op een kozijn lastig te maken is. De reden van het in de uitvoering wijzigen van hou-ten planken naar glas is niet te achterhalen, maar zal waarschijnlijk van esthetische aard zijn.

3. Een wand van breuksteen is duur, moeilijker te vermetselen, minder makkelijk waterdicht te maken en minder stabiel dan een wand van kalkzandsteen. Waar de wand aan het zicht onttrokken is, en waar de waterdruk hoger is (onder maaiveld) is deze in een beter materiaal uitgevoerd.

4. De grootste maat van de breukstenen is kennelijk voldoende om de overspanning te maken. Wanneer ook de grote lateien van natuursteen gemaakt zouden worden zouden ze heel erg groot en zwaar worden. Natuursteensteen kan immers geen trekspanning opnemen. Daarom zijn daar lateien van gewapend beton toegepast. Omgekeerd zijn die niet toegepast boven de kleine ramen omdat de betonnen lateien speciaal gemaakt moeten worden.

Zie ook het volgende blad.

VerklaringOrdening

Gevels, materialen 1

Page 30: Model Verslag

C-30

Inventarisatie

Op deze pagina komen de tekeningen die je op vorig blad niet kwijt kon, in dit geval die van de noord- en westgevel. Bij ordening en verklaring schrijf je alleen op wat nog niet op het vorig blad beschreven is.

Page 31: Model Verslag

C-31

VerklaringOrdening

Gevels, materialen 2

Page 32: Model Verslag

C-32

Inventarisatie

Page 33: Model Verslag

C-33

1. De aluminium kozijnen zijn opgenomen in een houten kozijn, ze zijn niet rechtstreeks tussen de kolommen ge-plaatst.

2. de aluminium kozijnen hebben een tweedeling, op alle andere plaatsen is sprake van een driedeling. 3. De aluminiumkozijnen zijn schuivend, behalve 2 op de verdieping tussen de assen G en M.4. In het middelste deel van de bovenlichten op de verdieping is bovenin een ventilatierooster opgenomen. (5 stuks),

niet op de begane grond en niet in de zuidgevel. 5. Tussen de assen M en P op de bg is een harmonicadeur geplaatst.6. De houten kozijnen zijn van Western red Cedar7. enz8. enz

1. Het is niet duidelijk waarom er schuifpuien zijn toegepast. In de zuidgevel zijn openslaande deuren toegepast, die een bredere doorgang naar het balkon geven dan de schuifpuien kunnen doen. Mogelijk is de reden dat opendraai-ende delen teveel beslag leggen op het ruimtegebruik van het balkon. Er zou voor aluminium gekozen kunnen zijn omdat die met veel dunnere profielen gemaakt kunnen worden en er dus minder massief uitzien.

2. Driedeling is het systeem in de maatvoering (zie de stramienlijnen). Als dat doorgezet zou worden bij de schuifpuien zou de vrije doorgang minder worden dan 800 mm. Schuifdeursystemen met drie vleugels waarvan er twee tegelijk (achter elkaar dus) weg kunnen schuiven zijn complex en kostbaar en bestonden in de tijd dat dit huis werd ge-bouwd waarschijnlijk nog niet.

3. Achter de aluminium puien op de verdieping tussen de assen G en M bevindt zich een vide. Van binnenuit kan je dus niet bij die deuren. Als je de deuren te openen zou willen maken, bijvoorbeeld vanwege het gevoel van open-heid naar de natuur, moet je ook een doorvalbeveiliging maken tussen balkon en vide. Opgemerkt wordt dat om die reden het glas in deze ruiten gelaagd glas zou moeten zijn. Uit de beschikbare informatie kan niet opgemaakt worden of dat ook is toegepast.

4. De ventilatieroosters voorzien in toevoer van lucht als de deuren niet open kunnen. De afvoer geschiedt door mechanische afzuiging in de keuken (instelbaar) en in de sanitaire ruimten. De grootte en aantal roosters volgt uit wettelijke eisen. Ventilatie van de slaapkamers beneden geschiedt door de draaikiepramen. Opm:* wettelijk is het alleen ventileren via draaikiepramen in Nederland niet toegestaan. Ventilatievoorzieningen moeten boven de 1,8 meter zijn aangebracht, anders veroorzaken ze tochtverschijnselen.

5. De deur geeft toegang tot de garage/bergruimte, waar ook een grote grasmaaimachine staat, die makkelijk naar buiten moet kunnen rijden.

6. Western Red Cedar is een duurzaam geoogste houtsoort (productie VS en Canada) uit duurzaamheidsklasse 1. Het gaat dus lang mee en is weinig gevoelig voor rot. Het nadeel is dat het vrij zacht is en dat er extra lange of meer verbindingsmiddelen gebruikt moeten worden.

VerklaringOrdening

Gevels, openingen en lateien 1

Page 34: Model Verslag

C-34

Inventarisatie

Page 35: Model Verslag

C-35

VerklaringOrdening

Gevels, openingen en lateien 2

Page 36: Model Verslag

C-36

Inventarisatie

Fragmentstudies

In de fragmentstudies onderzoek je hoe wanden, vloeren en daken zijn opgebouwd. Over de principes daarachter kan je ‘bouwdelen en verbindingen’ bestuderen en het college bouwconstructies dat er over gaat. Zie (collegerama) en PDF college.Doel is dat je ontdekt hoe een wand of vloer in lagen is opgebouwd, hoe elke laag is samengesteld, hoe ze met elkaar verbonden zijn (zie bouwdelen en verbindingen hoofdstuk 3) en wat de functie van de lagen is.

Teken in aanzicht, op schaal 1:20, een fragment van1 de begane grond vloer, een verdiepingvloer en het dak en indien aanwezig en er voldoende gegevens beschikbaar zijn de keldervloer. Soms (b.v. bij de villa in Wassenaar, is er maar een vloerniveau maar zijn er op dat niveau verschillende typen vloer toegepast. Teken die dan alletwee). 2 twee wandtypen (een glaswand is ook een wand!) Kies daarvoor de typen die het meest voorkomen. Teken per blad een fragment. Teken bij een vloerfragment onder het fragment de doorsnede in de ene richting, en er naast die in de andere richting (zie voorbeeldschets) Als de doorsnede in beide richtingen hetzelfde is, teken je ze toch alletwee. Bij gevelfragmenten teken je de horizontale doorsnede eronder, met de buitenzijde onder en de verticale doorsnede ernaast. Het fragment teken je zo gedetailleerd als maar redelijkerwijs mogelijk is. Dus bij gevelfragmenten zie je b.v. het metselverband, bij planken de naden tus-sen de planken en de positie van de nagels of schroeven waarmee ze zijn vastgezet, bij beton de stortvoe-gen en de positie van de centerpennen. Laat in het aanzicht de lagen zien waaruit de constructie is opge-bouwd (zie het voorbeeld hieronder). Als er in één laag meerdere materialen voorkomen (zoals wanneer er thermisch isolatiemateriaal tussen balken is aangebracht) teken je ze ook in één laag. Neem het fragment zo groot dat het samen met de twee doorsnedes een A3 (binnen de marges) vult. Haal de informatie uit de tekeningen en de foto’s. Geef per dubbelpagina een fragment weer. Geef aan welk fragment je gekozen hebt, door het te beschrijven (tussen de assen...xx en yy) of in een tekeningetje. Bij ieder fragment maak je een beschrijving in tabelvorm zoals in het voorbeeld is weerge-geven. De kolom “functie” levert in feite de verklaring op van die laag. Denk eraan dat een laag meerdere functies kan vervullen! Benoem ze allemaal! Denk er daarbij aan dat de lagen vaak zowel een dragende als een filterende functie hebben. Dit levert informatie per fragment op. Schrijf bij het laatste fragment ook de verschillen op per vloer. Bijvoorbeeld: op de begane grond is vloertype x toegepast en op de verdieping tussen assen 3 en 4 vloertype y. Verklaar de verschillen!

Page 37: Model Verslag

C-37

Fragment opbouw beganegrondvloer

VerklaringOrdening

Page 38: Model Verslag

C-38

Inventarisatie

Page 39: Model Verslag

C-39

Num-mer laag

Omschrijving Materiaal afmetingen lxbxh [mm] functie verbinding opmerkingen

1 Vloerafwerking Hout, vermoedelijk eiken var* 150*22 esthetische slijtvaste vloerafwerking.

2 tussenlaag onbekend ? vermoedelijk akoestische demping i.v.m. contactgeluid

3 Dragende vloerplaten Hout, underlayment 1220x2440x18 Dragende laag

4 Balklaag Vuren 2700 (ongeveer)*70*170, h.o.h. 600 mm

Dragers

5 Rachels, Vuren, ruw gezaagd l*b*22 achterhout voor gipsplaat, uitvlaklaag, tussen de latten kunnen elek-traleidingen onder de balken door aangebracht worden

6 Plafond Gipsplaat d=9mm, breedte vermoede-lijk 1200 mm

visuele afwerking, akoestische demping, brandwering.

7 Plafond afwerking Stucwerk d= 2-3 mm, naadloos Esthetische afwerklaag

Deze vloeropbouw komt voor op vrijwel de gehele eerste verdieping. Er zijn twee afwijkingen: In een gedeelte van de vloer zijn de liggers niet van vurenhout maar van bankirai. Op de constructietekening op blad xx is te zien waar dat is.In de badkamer (ruimte 9) is geen eiken parket toegepast als vloerafwerking maar zijn tegels toegepast. Er is geen informatie beschikbaar hoe deze tegels op de houten vloer zijn aangebracht.

1. De planken van het parket hebben allemaal dezelfde breedte, maar verschillen in lengte, de voegen verspringen in een willekeurig patroon.

2. De underlayment platen liggen in halfsteensverband, de voegen verspringen een halve plaat. De nerf van de dekla-gen ligt haaks op de richting van de liggers.

3. De liggers liggen op 600 mm afstand van elkaar.4. De planken van het parket zijn niet rechtstreeks op de balken gespijkerd, maar er zijn twee tussenlagen aange-

bracht: een scheidingslaag en een laag underlayment. 5. Tussen de gipsplaten en de balken zijn latten z.g. rachels aangebracht.

1. Er is kennelijk gekozen voor een strokenvloer, hoewel er in parket heel veel andere patronen mogelijk zijn. Als de planken niet allemaal even lang zijn kunnen zowel lange als korte planken gebruikt worden, wat de vloer goedkoper maakt. Langere planken zijn per strekkende meter duurder dan kortere.

2. Door de platen een halve plaat te laten verspringen ontstaat een stijvere vloer. De plaats is het sterkst en stijfst in de richting van de nerf, waardoor dit de beste overspanningsrichting is.

3. Bij het bepalen van het draagvermogen van de vloer kan je wat sterkere balken nemen, met een grotere hart op hart afstand of wat minder sterke balken met een kleinere h.o.h. afstand. De maat van 600 mm is ideaal omdat dat past bij de underlayment platen die 1200 x 2400 mm werkende maat hebben. Zo komen de plaatranden precies op de balken te liggen en hoef je niet alle platen te verzagen.

4. Door de extra lagen is de vloer beter geluidwerend vooral wat betreft contactgeluid. 5. Met de rachels kan de onderzijde van de vloer vlak gemaakt worden. De balken zijn niet allemaal precies even dik,

het kan een paar millimeter schelen en als je dan de gipsplaten rechtstreeks op de balken schroeft, wordt het pla-fond niet vlak. De h.o.h. afstand van de rachels kan afgestemd worden op de breedte van de gipsplaten. Tussen de gipsplaten en de balken is er ruimte om elektraleidingen te monteren.

(Fragment opbouw verdiepingsvloer)

VerklaringOrdening

Indien informatie ontbreekt of niet vol-ledig is, schrijf dat dan. Schrijf niet iets waarvan je niet zeker weet of het wel zo is.

Page 40: Model Verslag

C-40

Inventarisatie

Page 41: Model Verslag

C-41

Fragment opbouw dak

VerklaringOrdening

Bouwconstructies hebben een dragende en een filterende functie. De verklaring voor de opbouw van een buitenwand, een dak of een ander deel van de omhulling bestaat in het algemeen uit verklaring vanuit het oogpunt van krachtem: wat dracht wat en hoe is de werking. (zie het voorbeeld op de vorige pagina) De verklaring voor het filterende deel wordt gegeven door een beschrijving ondersteunt door een berekening. Het onderstaande formulier vind je op Blackboard

Page 42: Model Verslag

C-42

Page 43: Model Verslag

C-43

Num-mer laag

Omschrijving Materiaal afmetingen lxbxh [mm] functie verbinding opmerkingen

1

2

3

4

5

6

1. tekst 2. tekst 3. tekst 4. tekst5. tekst6. tekst

1. tekst 2. tekst 3. tekst 4. tekst5. tekst6. tekst

Ordening Verklaring

Fragment opbouw gevel 1

Verklaring

Page 44: Model Verslag

C-44

Inventarisatie

Page 45: Model Verslag

C-45

Fragment opbouw gevel 2

VerklaringOrdening

Page 46: Model Verslag

C-46

Berekenen temperatuur- en dampspanningsverloop in een constructie. Zie paragraaf 2.5 boek Bouwfysica

constructielaag d λ R ∆T T pmax µ µ.d ∆pw pw

grootheden m W/(m.K) (m2.K)/W °C °C Pa - m Pa Pa

lucht buitenovergangsweerstand Re

1

2

3

4

5

6

overgangsweerstand Ri

lucht binnen

Totaal

Bekende gegevens invullenTe, ∆Ttotaal, pe, ∆pw,totaal. Ti en pi nog niet invullen, die bieden achteraf een controle op de berekening.

daarnad, λ, µ, Re, Ri

dan de berekening uitvoeren conform paragraaf 2.5 van het boek Bouwfysica

Naar behoeven regels voor voor constructielagen toevoegen of weghalen.

Berekenen temperatuur- en dampspanningsverloop in een constructie. Zie paragraaf 2.5 boek Bouwfysica

constructielaag d λ R ∆T T pmax µ µ.d ∆pw pw

grootheden m W/(m.K) (m2.K)/W °C °C Pa - m Pa Pa

lucht buitenovergangsweerstand Re

1

2

3

4

5

6

overgangsweerstand Ri

lucht binnen

Totaal

Bekende gegevens invullenTe, ∆Ttotaal, pe, ∆pw,totaal. Ti en pi nog niet invullen, die bieden achteraf een controle op de berekening.

daarnad, λ, µ, Re, Ri

dan de berekening uitvoeren conform paragraaf 2.5 van het boek Bouwfysica

Naar behoeven regels voor voor constructielagen toevoegen of weghalen.

HUIS Xstudentstudienummer

HUIS Ystudentstudienummer

vert

ical

e do

orsn

ede

wan

d hu

is Y

met

gra

fieke

n

Page 47: Model Verslag

C-47

Berekenen temperatuur- en dampspanningsverloop in een constructie. Zie paragraaf 2.5 boek Bouwfysica

constructielaag d λ R ∆T T pmax µ µ.d ∆pw pw

grootheden m W/(m.K) (m2.K)/W °C °C Pa - m Pa Pa

lucht buitenovergangsweerstand Re

1

2

3

4

5

6

overgangsweerstand Ri

lucht binnen

Totaal

Bekende gegevens invullenTe, ∆Ttotaal, pe, ∆pw,totaal. Ti en pi nog niet invullen, die bieden achteraf een controle op de berekening.

daarnad, λ, µ, Re, Ri

dan de berekening uitvoeren conform paragraaf 2.5 van het boek Bouwfysica

Naar behoeven regels voor voor constructielagen toevoegen of weghalen.

HUIS Zstudentstudienummer

vert

ical

e do

orsn

ede

wan

d hu

is Z

met

gra

fieke

n

Berekening warmte- en vochttransport buitenwand

Warmte- en vochttransport.

Op deze dubbelpagina laat je een berekening en de grafische weergave zien van het warmte- en vocht-transport door een buitenwand die je getekend hebt bij de fragmentstudies, zoals je dat geleerd hebt in de BK1TE1 moduul. Kies daarvoor een karakteristiek deel van de buitenwand. Plaats daarnaast die berekening en grafische weergave van je groepsleden. Noteer in het vak hieronder wat je conclusies zijn en hoe deze constructies zouden voldoen aan de huidige Nederlandse eisen. Past het zo niet op een blad? Verzin een andere bladindeling.

Page 48: Model Verslag

C-48

Berekenen temperatuur- en dampspanningsverloop in een constructie. Zie paragraaf 2.5 boek Bouwfysica

constructielaag d λ R ∆T T pmax µ µ.d ∆pw pw

grootheden m W/(m.K) (m2.K)/W °C °C Pa - m Pa Pa

lucht buitenovergangsweerstand Re

1

2

3

4

5

6

overgangsweerstand Ri

lucht binnen

Totaal

Bekende gegevens invullenTe, ∆Ttotaal, pe, ∆pw,totaal. Ti en pi nog niet invullen, die bieden achteraf een controle op de berekening.

daarnad, λ, µ, Re, Ri

dan de berekening uitvoeren conform paragraaf 2.5 van het boek Bouwfysica

Naar behoeven regels voor voor constructielagen toevoegen of weghalen.

Berekenen temperatuur- en dampspanningsverloop in een constructie. Zie paragraaf 2.5 boek Bouwfysica

constructielaag d λ R ∆T T pmax µ µ.d ∆pw pw

grootheden m W/(m.K) (m2.K)/W °C °C Pa - m Pa Pa

lucht buitenovergangsweerstand Re

1

2

3

4

5

6

overgangsweerstand Ri

lucht binnen

Totaal

Bekende gegevens invullenTe, ∆Ttotaal, pe, ∆pw,totaal. Ti en pi nog niet invullen, die bieden achteraf een controle op de berekening.

daarnad, λ, µ, Re, Ri

dan de berekening uitvoeren conform paragraaf 2.5 van het boek Bouwfysica

Naar behoeven regels voor voor constructielagen toevoegen of weghalen.

HUIS Xstudentstudienummer

HUIS Ystudentstudienummer

verticale doorsnede dak huis Y met grafieken

Page 49: Model Verslag

C-49

Berekenen temperatuur- en dampspanningsverloop in een constructie. Zie paragraaf 2.5 boek Bouwfysica

constructielaag d λ R ∆T T pmax µ µ.d ∆pw pw

grootheden m W/(m.K) (m2.K)/W °C °C Pa - m Pa Pa

lucht buitenovergangsweerstand Re

1

2

3

4

5

6

overgangsweerstand Ri

lucht binnen

Totaal

Bekende gegevens invullenTe, ∆Ttotaal, pe, ∆pw,totaal. Ti en pi nog niet invullen, die bieden achteraf een controle op de berekening.

daarnad, λ, µ, Re, Ri

dan de berekening uitvoeren conform paragraaf 2.5 van het boek Bouwfysica

Naar behoeven regels voor voor constructielagen toevoegen of weghalen.

HUIS Zstudentstudienummer

Berekening warmte- en vochttransport dak

verticale doorsnede dak huis Z met grafieken

Warmte- en vochttransport.

Op deze dubbelpagina laat je de berekeningen en de grafieken zien van de daken van jullie huizen. Past het zo niet op een blad? Verzin een andere bladindeling.

Page 50: Model Verslag

D-50

Inventarisatietekening

SECTIE D INVENTARISATIE, ORDENING, VERKLARING, DRAAGCONSTRUCTIETeken hier de draagconstructieplattegrond(en). Een draagconstructieplattegrond is een reductietekening: alles wat niet draagconstructief is, laat je weg. De draagconstructieplattegrond is anders dan een ‘gewone’ plat-tegrond. Je tekent een vloer en je geeft aan welke elementen die vloer dragen (dus die er onder zitten!) door ze er in te stippelen. (Bij een ‘gewone’ plattegrond teken je juist de elementen die er op staan.) Soms is het moeilijk te zien welke elementen nu allemaal dragen en in feite is het aangeven van die elementen al een verklaring! Maar je kan beginnen heel nauwkeurig de contour van de vloer te tekenen, met daarin aangegeven de sparingen voor vides, trapgaten en leidingkokers. Zie het voorbeeld hieronder. Je hebt altijd één plattegrond meer dan er bouwlagen zijn. Dan ga je met potlood! de elementen (wanden, kolommen en balken) teke-nen die er voor zorgen dat die vloer niet bezwijkt. Je kan dan later, bij het geven van de verklaring altijd nog dingen weghalen of toevoegen. Je hebt nu de vorm van de vloer getekend maar nog niet de opbouw. Die heb je misschien al wel onderzocht bij de studies van de 1:20 fragmenten. Bepaal welke lagen in die vloeropbouw echt nodig zijn voor het dragen en laat de lagen die nodig zijn voor afwerking, geluidwering of installaties buiten beschouwing. Teken nu binnen de contour van de plattegrond de elementen waaruit de vloer is opgebouwd. Hoe je dat doet is hieronder op verkleinde schaal en voor alleen een gedeelte in 3 materialen weergegeven. Jij moet wel de hele vloer tekenen! Benoem zo mogelijk het vloertype met behulp van de beschrijvingen in “Bouwdelen en ver-bindingen “ blz 41 t/m 48. Schrijf alle maten er bij. Het gaat dan om afmetingen van balken (breedte x hoogte), de overspanningsmaten, de h.o.h. afstanden van balken, de breedte van betonnen vloerplaten, de profiel-afmetingen van stalen liggers (zie voor profielen bijvoorbeeld MCB) de hoogte van een vloer, het type kanaalplaatvloer enz, enz.

Page 51: Model Verslag

D-51

Draagconstructieplattegrond begane grond

VerklaringOrdening

Bij ordening is onder meer het volgende van belang: probeer aan te geven op welke posities in het ge-bouw bepaalde vloertypes worden gebruikt. Zijn er verschillen tussen de verschillende bouwlagen? Zijn er verschillen in opbouw van de vloer per verdiepingsvloer? Is de overspanningsrichting in alle vloeren en alle ruimten hetzelfde? Zijn er verschillen in materialen of balkafmetingen?

Page 52: Model Verslag

D-52

Inventarisatietekening

Page 53: Model Verslag

D-53

Draagconstructieplattegrond eerste verdieping

1. In de oostgevel (op AS 1) staan 7 houten kolommen afm 150x150 mm2. In de doorsnedetekening is te zien dat sommige kolommen tot de bg vloer doorlopen en dat andere op een wand staan. In as 5 staan een paar kolom-men. De vloerbalken liggen deels op wanden en deels op gelamineerde houten liggers (onderslagen) van bxh 70x320mm2.

2. In het met groen aangegeven gebied zijn de balken van bankirai (een tropische hardhoutsoort), in het overige gedeelte van vurenhout. In hoofdzaak komt deze onderverdeling overeen met het onderscheid tussen binnen en buiten. Maar niet overal. Tussen as P en as S en as 1 en as 5 ligt een gedeelte van de bankirai liggers binnen de woning. Dat is ook zo links van as D.

3. De vurenhouten liggers liggen op een h.o.h. afstand van 600 mm, de bankirai liggers op een h.o.h. afstand van 400 mm.

4. Langs de vide is een balk opgeschoven. Ook op as 5 tussen as G en M wijken de balken af van positie.

5. Behalve de uitkragende balken (nrIII op de schets hieronder) lijken alle balken dezlefde lengte te hebben. Ze heb-ben wel dezelfde overspanning, maar de balken die aan het eind van een veld ligger zijn net iets langer. Balk 1 is 2700 + de halve breedte van de onderslagbalk, balk IV is 2700 + de halve breedte van de wand.

enzovoort enzovoort enzovoort.

1. De keuze voor hout is een architectonische keuze. de afmetingen van de kolommen volgen uit berekening. Ko-lommen zijn alleen toegepast waar dat strikt nodig is uit functionele overwegingen. Waar wanden staan zijn deze gebruikt om te dragen. het is dus niet zo dat de kolommen helemaal naar de begane grondvloer doorlopen en de wanden daartussen zijn geplaatst, wat ook technische mogelijk is. we nemen aan dat de archietct van mening is dat waar al een wand staat je die dan ook maar meteen moet gebruiken om te dragen.

2. Bankirai heeft een hogere duurzaamheidsklasse dan vurenhout (I tegenover V). het kan veel beter tegen water en vocht. Op de balkons is daarom bankirai toegpast. De reden dat bij de uitkragende balken deze naar binnen door-lopen is dat deze balken niet onderbroken kunnen worden. Een uitkraging zou dan niet kunnen. Bankirai is echter duurder en minder milieuvriendelijk dan vurenhout en daarom zijn niet alle balken van bankirai. De balken zijn al-lemaal even hoog om de vloerdikte overal hetzlefde te kunnen houden.

3. Bankirai is sterker dan vurenhout (bijna 1,5 maal zo sterk). Toch liggen deze balken dichter bij elkaar. Dit kan te maken hebben met de maat van het balkon: ongeveer 800 mm diep. Dat is een te grote overspanning voor de plan-ken die over de balken als vloer zijn aangebracht. Dus dan wordt het de helft, om niet een ongelijke maatverdeling te krijgen. Een andere mogelijkheid is dat de palnken die over de bankirai balken liggen nogal dun en te veel door zouden buigen als ze 600 mm moeten overspannen.

4. Heeft te maken met de breedte van de vide en de trap in de vide. Ook op as 5 tussen as G en M wijken de balken af van positie: Tussen deze balken is ruimte vrijgelaten voor het doorvoeren van leidingen.

5. De balken moeten helemaal op de ondersteunende wand liggen. De vraag is hoe het bij de oplegging zoals bij balk I op as M zit. De onderslagbalk is daar 70 mm breed. De vloerbalk zou daar dus maar 35 mm oplegging hebben. Dat is te weinig. Welke oplossing daarvoor is toegepast is niet bekend.

enzovoort enzovoort enzovoort.

VerklaringOrdening

Page 54: Model Verslag

D-54

Inventarisatie

In deze sectie onderzoek je de draagconstructie. Je stelt vast welke onderdelen draagconstructief zijn, je bekijkt waar ze staan, wat de vorm en afmetingen er van zijn, van welk materiaal ze zijn gemaakt. Je voert een controleberekening van een karakteristieke kolom en een ligger uit en je geeft aan hoe de stabiliteit werkt. Je beschrijft de vloertypes die zijn gebruikt (een dak is ook een vloer!) en je legt uit waarom die keuze is ge-maakt.

Page 55: Model Verslag

D-55

(Draagconstructieplattegrond tweede verdieping)

VerklaringOrdening

Page 56: Model Verslag

D-56

Inventarisatie

Page 57: Model Verslag

D-57

Draagconstructieplattegrond dak

VerklaringOrdening

Page 58: Model Verslag

D-58

Inventarisatie

Page 59: Model Verslag

D-59

Draagconstructie langs- en dwarsdoorsnede

VerklaringOrdening

Page 60: Model Verslag

D-60

Inventarisatietekening

Page 61: Model Verslag

D-61

Draagconstructie stabiliteit

VerklaringOrdening

Page 62: Model Verslag

D-62

Inventarisatietekening

Page 63: Model Verslag

D-63

Draagconstructie stabiliteit

VerklaringOrdening

Page 64: Model Verslag

D-64

Controle berekening van een maatgevende ligger.

ℓvloerligger b vloerligger h vloerligger Gewicht Wy Iy fm;d E-modulus

[m] [mm] [mm] [kN/m] [mm3] [mm4] [N/mm2] [N/mm2]

3,6 70 320 8,96 1,195E+06 1,911E+08 GL/24 14 11600

dichtheid gelamineerd vuren: 400 kg/m3

1194666,7 mm3

191146667 mm4

0,09 kN/m

De ligger draagt een strook van 2,70 meter

(zie DC-plattegrond)

Gewicht houten vloer (inclusief kinderbalken): 0,30 kN/m2

Gewicht gips plafond (geschat): 0,35 kN/m2

Totaalgewicht gvloer: 0,65 kN/m2

1,76 kN/m

Voor een woning geldt een veranderlijke belasting qvloer = 1,75 kN/m2.

4,73 kN/m

Sterkte-klasse

Gegevens houten balk

2 strook1 2a a a+

= =

3112

= × × =yI b h

2;

16

= × × =y elW b h

circaρ =

70 × 3202

6=

70 × 3203

12=

70 × 320 × 400 × 101000 × 1000 × 1000 =

2,70 + 2,702 =

vloerstrookBG2 a= × =g 2,70×0,65 =

1010001000 1000

b hBG1 ρ= × × × =

vloerstrookBG3 a= × =q 2,70×1,75 =

UGT controle sterkte

9,3 kN/m

15,066 kNm

12,61 mm2

0,90 √;

σ = =my el

MW

;

. . σ= =m

m d

U Cf

218 UGTM q= × =

1, 2 1,5( )UGT BG1 BG2 BG3q += × + × = 1,2 × 0,09 + 1,76 + 1,5 × 4,73 =

218

9,3 3,6× × =

615,066 101194667

×=

16,6114

= 1≤

BGT controle doorbuiging

Bij de doorbuiging van een houten balk moet ook rekeing worden gehouden met kruip.

geen wand dus: 7,2 mm

1,84 kN/m 4,73 kN/m

1,82 mm

4,66 mm

7,23 mm

0,8 (vervormingsfactor kruip) 0,3 (factor quasiblijvende belasting)

1,0 √

Zowel de UGT als de BGT voldoen; de BGT maar net. De BGT is maatgevend.

45

384×

= × =×vb

vbquE I

1≤

+= =bb BG1 BG2q = =vb BG3q0,09 + 1,75 =

45

384×

= = × =×bb

on bbqu uE I

4

3 35

3841,84 3600

32,8 10 1,911 10×

× =× × ×

4

3 35

3844,73 3600

32,8 10 1,911 10×

× =× × ×

2( )ψ+= + × =bij vb bb vbu u k u u 4,66 0,8 (1,82 0,3 4,66)++ × =

2ψ ==k

0,002= × =normu

. . = =bij

norm

uU C

u7,237,2

=

Page 65: Model Verslag

D-65

Draagconstructie liggerberekening

Page 66: Model Verslag

D-66

In dit huis kunnen we niet direct zien welke kolom het meest belast en dus maatgevend is. Er zijn kolommen langs de randen, die dragen een deel van de eerste verdiepingsvloer en een deel van het (lichtere) dak. Er is ook een middenko-lom die een groter vloerveld draagt dan de randkolom maar die draagt niet het dak. Welke is nu maatgevend? We bere-kenen eerst de belasting op de randkolom, om dat we schatten dat die het zwaarst belast zal zijn. (berekening 1). Dan berekenen we of deze kolom voldoet (aan de huidige Nederlandse regelgeving!!!!). (berekening 2) En dan kijken we of de middenkolom zwaarder belast wordt. (berekening 3) Is dat zo dan moeten we de berekening 2 opnieuw uitvoeren, met de hogere belastingwaarden.

Al rekenend zien we dat bij berekening 2 de kolom voldoet. En in berekening 3 blijkt dat de middenkolom veel minder zwaar belast wordt, dus de middenkolom zwaarder belast wordt.

Controleberekening van een maatgevende kolom.

We bekijken eerst een randkolom die zowel de eerste verdieping als het dak ondersteunt.De liggerlengte en de strookbreedte volgen uit de draagconstructie plattegrond.Het gewicht van de totale dakconstructie incl. spanten hebben we geschat op 1 kN/m2.Voor het spantbeen hebben we als geschatte afmeting genomen 70 mm x 170 mm.

ℓkolom b kolom h kolom Gewicht Iy fc;d E-modulus

[m] [mm] [mm] [kN/m] [mm4] [N/mm2] [N/mm2]

2,6 150 150 0,09 4,219E+07 C18 10 6000

reductiefactoren: 0 0,4

Altijd 2 bouwlagen extreem nemen; hier dus geen reductie toepassen!

ω is knikfactor; voor hout nemen we ω = 0,8

Gegevens houten kolomSterkte-klasse

0;ψ =dak 0;ψ =vloer

Gewichtstabel randkolom onder 1ste verdieping LET OP DE EENHEDEN!

hout profiel : 150 x 150 oppervlak doorsnede: mm2

lengte (hoogte)

[m]

breedte [m]

bel./m2

of bel./m

blijv. belast.

[kN]

tot.blijv. per verd.

[kN]

verand. belast.

[kN]

fact. ψ

Te reken.

ver. bel. Dak

Verand. belasting = 4,5 x 2,7 x 1 = 12,15 x 1 = 12,15

Gew. dakconstr. = 4,5 x 2,7 x 1 = 12,15

Gewicht ligger = 4,5 x 0,05 = 0,22

Gewicht kolom = 2,6 x 0,09 = 0,234 +---> 12,61

1ste verdiepingVerand. belasting = 2,7 x 2,7 x 1,75 = 12,76 x 1 = 12,76

Gew. vloerconstr. = 2,7 x 2,7 x 0,75 = 5,468

Gewicht ligger = 2,7 x 0,0896 = 0,242

Gewicht kolom = 2,6 x 0,09 = 0,234 +---> 5,94

+ +

totaal in kN = blijvende belasting = G: 18,55 ver. bel. = Q: 24,91partiële factor γ voor G: 1,1 part. factor γ voor Q: 1,35

Totale belasting UGT: Fd = ɣG x G + ɣQ x Q = . kN σc;d = N/mm2

22500

54,0 2,40

Page 67: Model Verslag

D-67

Draagconstructie kolomberekening

2,40 N/mm2

0,3 √

369563 N

6,8 √

De kolom is dus knikveilig.

σ = =dc d

FA; =

5400022500

;

;

. . c d

c d

U Cf

σω

= =×

2,40,8 10

1≤

= =cr

d

FnF

2

2

π ⋅ ⋅= =

crcr

E IF2 6

2

6000 42,19 102600

π ⋅ ⋅ ×=

5>=54

3695 3000

6

De middenkolom draagt een groter oppervlak van de eerste verdieping maar niet het dak.

Deze belasting en spanning is kleiner dan die op en van de randkolom.

De randkolom is maatgevend. Een verdere berekening is dus niet nodig.

Gewichtstabel middenkolom onder de 1ste verdieping LET OP DE EENHEDEN!

hout profiel : 150 x 150 oppervlak doorsnede: mm2

lengte (hoogte)

[m]

breedte [m]

bel./m2

of bel./m

blijv. belast.

[kN]

tot.blijv. per verd.

[kN]

verand. belast.

[kN]

fact. ψ

Te reken.

ver. bel. Dak

Verand. belasting = x x = 0 x 1 = 0

Gew. dakconstr. = x x = 0,00

Gewicht ligger = x = 0,00

Gewicht kolom = x = 0 +---> 0,0

1ste verdiepingVerand. belasting = 4,5 x 2,7 x 1,75 = 21,26 x 1 = 21,26

Gew. vloerconstr. = 4,5 x 2,7 x 0,75 = 9,113

Gewicht ligger = 4,5 x 0,0896 = 0,403

Gewicht kolom = 2,6 x 0,09 = 0,234 +---> 9,75

+ +

totaal in kN = blijvende belasting = G: 9,75 ver. bel. = Q: 21,26partiële factor γ voor G: 1,1 part. factor γ voor Q: 1,35

Totale belasting UGT: Fd = ɣG x G + ɣQ x Q = . kN σc;d = N/mm2

22500

39,4 1,75

1,50 N/mm2σ = =dc d

FA;

=3380022500

Controleberekening van een maatgevende kolom.

We bekijken eerst een randkolom die zowel de eerste verdieping als het dak ondersteunt.De liggerlengte en de strookbreedte volgen uit de draagconstructie plattegrond.Het gewicht van de totale dakconstructie incl. spanten hebben we geschat op 1 kN/m2.Voor het spantbeen hebben we als geschatte afmeting genomen 70 mm x 170 mm.

ℓkolom b kolom h kolom Gewicht Iy fc;d E-modulus

[m] [mm] [mm] [kN/m] [mm4] [N/mm2] [N/mm2]

2,6 150 150 0,09 4,219E+07 C18 10 6000

reductiefactoren: 0 0,4

Altijd 2 bouwlagen extreem nemen; hier dus geen reductie toepassen!

ω is knikfactor; voor hout nemen we ω = 0,8

Gegevens houten kolomSterkte-klasse

0;ψ =dak 0;ψ =vloer

Gewichtstabel randkolom onder 1ste verdieping LET OP DE EENHEDEN!

hout profiel : 150 x 150 oppervlak doorsnede: mm2

lengte (hoogte)

[m]

breedte [m]

bel./m2

of bel./m

blijv. belast.

[kN]

tot.blijv. per verd.

[kN]

verand. belast.

[kN]

fact. ψ

Te reken.

ver. bel. Dak

Verand. belasting = 4,5 x 2,7 x 1 = 12,15 x 1 = 12,15

Gew. dakconstr. = 4,5 x 2,7 x 1 = 12,15

Gewicht ligger = 4,5 x 0,05 = 0,22

Gewicht kolom = 2,6 x 0,09 = 0,234 +---> 12,61

1ste verdiepingVerand. belasting = 2,7 x 2,7 x 1,75 = 12,76 x 1 = 12,76

Gew. vloerconstr. = 2,7 x 2,7 x 0,75 = 5,468

Gewicht ligger = 2,7 x 0,0896 = 0,242

Gewicht kolom = 2,6 x 0,09 = 0,234 +---> 5,94

+ +

totaal in kN = blijvende belasting = G: 18,55 ver. bel. = Q: 24,91partiële factor γ voor G: 1,1 part. factor γ voor Q: 1,35

Totale belasting UGT: Fd = ɣG x G + ɣQ x Q = . kN σc;d = N/mm2

22500

54,0 2,40

Page 68: Model Verslag

D-68

HUIS Xstudentstudienummer

HUIS Ystudentstudienummer

deeltekening met daarin aangegegven de zwaarst belaste ligger en kolom huis X.

conclusies ligger- en kolomberekening.

deeltekening met daarin aangegegven de zwaarst belaste ligger en kolom huis Y.

conclusies ligger- en kolomberekening.

Page 69: Model Verslag

D-69

Peer-review constructie

HUIS Zstudentstudienummer

Ligger- en kolomberekening.

Op deze dubbelpagina laat je de (samenvatting van de) draagconstructieve berekeningen zien. In de laat-ste kolom schrijf je jullie conclusies, zoals de afmetingen van de ligger in verhouding tot de overspanning. Betrek daarbij ook het aantal m2 vloerveld dat de ligger moet dragen. Denk je dat bepaalde constructies onder- of overgedimensioneerd zijn. Je kan alles op dit blad proberen te plaatsen, maar mogelijk heb je 2 pagina’s nodig, een voor de ligger- en een van de kolomberekening.

deeltekening met daarin aangegegven de zwaarst belaste ligger en kolom huis Z

conclusies ligger- en kolomberekening.