Neurosequential Model
Transcript of Neurosequential Model
Neurosequential Model & Trauma sensitief werken
Tony Bloemendaal Klinisch psycholoog, P-opleider, PhD student CTA Fellow – Europese NMT Mentor
(potentiële) belangenverstrengeling Geen
Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties met bedrijven
Bedrijfsnamen
Sponsoring of onderzoeksgeld Honorarium of andere (financiële)
vergoeding Aandeelhouder Andere relatie, namelijk …
Disclosure belangen spreker
Tony Bloemendaal
3
Een op de drie cliënten heeft geen baat bij ggz
Bij tweederde van de cliënten met een angststoornis of depressie geeft de ggz-behandeling een gunstig resultaat, maar één op de drie cliënten heeft er geen baat bij. Tussen ggz-instellingen zijn grote verschillen in uitkomsten van behandeling. Dat blijkt uit onderzoek van de Stichting Benchmark GGZ. Bij de Stichting Benchmark GGZ (SBG) komt alle informatie samen die ggz-behandelaren verzamelen via Routine Outcome Monitoring (ROM). Psychiaters en psychologen laten hun cliënten routinematig gedurende de behandeling vragenlijsten invullen. Behandelaren en cliënten kunnen aan de hand daarvan bepalen of ze met de behandeling op koers liggen en of er voldoende vooruitgang wordt geboekt. Door alle ROM-data te bundelen is het ook mogelijk om de uitkomsten van behandelingen te vergelijken op het niveau van individuele beroepsbeoefenaren, afdelingen en ggz-instellingen.
5,4 procent patiënten gaat achteruit!!
4
Er zijn vele studies die rapporteren over de mate van therapie non respons:
• ADHD 30 % (Shim e.a., 2016)
• Schizofrenie 42% (Hassan & De Luca, 2015)
• Depressie 50% - 60% (Favaa, 2003; Souery e.a., 2007)
• OCD 30% - 40% (Atmaca, 2015)
• PTSS 25% - 50% (Brady e.a., 2015)
Meer symptomen aan de start van de behandeling is zelfs een voorspeller voor verslechtering (Vittengl e. a., 2016)
5
Invloed op het verloop van de behandeling
Client factoren
Behandelaar factoren
Zorgsysteemfactoren
Culturele en samenlevingsfactoren
(Epi)genetische en intergenerationele factoren
6
Invloed op het verloop van de behandeling
Client factoren
NMT
Behandelaar factoren
Trauma Sensitief Werken
Zorgsysteemfactoren
DBC systematiek; verzekeraarsmacht; DSM-5; EBP
Culturele en samenlevingsfactoren
Individualisering; schoolsysteem; social media
(Epi)genetische en intergenerationele factoren
Toename at-risk populatie; stress; GMO’s
7
Uitblijvende behandelrespons
Client factoren
NMT
Behandelaar factoren
Trauma Sensitief Werken
Zorgsysteemfactoren
DBC systematiek; verzekeraarsmacht; DSM-5; EBP
Culturele en samenlevingsfactoren
Individualisering; schoolsysteem; social media
(Epi)genetische en intergenerationele factoren
Toename at-risk populatie; stress; GMO’s
8
Onderscheid trauma en verwaarlozing
Trauma:
Is het meemaken van een ervaring buiten de gebruikelijke normen en verwachtingen.
Verwaarlozing / tekort (neglect):
Is het niet meemaken van een ervaring die nodig is om een bepaalde ontwikkeling op gang te brengen of te houden.
9
Cliënt factoren
&
Neurosequential Model of Therapeutics
10
De invloed van de omgeving begint nog voor de conceptie
11
En daarna:
• Ontwikkelt het brein zich van:
• Onder naar boven
• Binnen naar buiten
• Achter naar voren
12
Neurosequential Model
• Is een (neuropsychologisch) ontwikkelingsmodel, a.h.w. een lens om door naar (de ontwikkeling van) het individu te kijken.
• Brengt kwetsbaarheid en weerbaarheid in beeld, ook de relationele buffer.
• Geeft aanwijzingen voor aard, timing en intensiteit van interventies.
13
Abstract Cognition Math/ Symbolic Cognition
Performance Modulate Reactivity/ Impulsivity
Verbal Values/ Beliefs/ Morality
Speech/ Articulation
Language/Communication
Somato/ Motorsensory
Integration
Sense Time/Delay Gratification
Self Awareness/ Self Image
Concrete Cognition
Share/ Relational
Attunement Reward Affect Regulation/ Mood
Psycho-sexual Short-term memory/ Learning
Neuroendocrine/ Hypothalamic
Dissociative Continuum
Arousal Continuum Primary Sensory Integration
Fine Motor Skills Feeding/ Appetite
Sleep Coordination/ Large Motor Functioning
Suck/Swallow/ Gag
Attention/ Tracking
Temperature regulation/ Metabolism
Extraocular Eye Movements
Cardiovascular Autonomic Regulation
Functional Brain Map Key (Part C)
14
Limbisch
Tussenhersenen
Cerebellum
Hersenstam
NE DA
Relationale problemen
Depressieve klachten
Alcohol – middelen misbruik
Trauma kernsymptomen
Schuld Schaamte
Naar lichaam via AZS: parasympatische
& sympatische zenuwstelsel
SER
Naar rest van lichaam
via neuroendocriene
& neuroimmuun
systemen
Schors (cortex)
Abstract denken
Concreet denken
Aansluiten/beloning
”Hechting"
Seksueel gedrag
Emotionele reactiviteit
"Arousal"
Hongergevoel/verzadiging
Bloeddruk
Hartslag
Lichaamstemperatuur
Slaap
Motoriek
15
16
Hyper-arousal continuum
Angst
RAS system/network: (reticular activating system)
• Locus coeruleus (on/off switch)
• Hippocampus (geheugen en leren)
• Amygdala (filter)
• HPA-axis (hormonen)
17
Het gesensitiseerde stresssysteem
18
Wat betekent dit voor de cliënten?
Risico op:
• Meer comorbiditeit
• Grotere sociale problemen
• Meer lichamelijke klachten
• Meer uitblijvende behandelrespons
Felitti et al, 1998; Anda et al, 2004
19
Het getraumatiseerde brein heeft:
• Niet de benodigde voorspelbare patronen in de omgeving om te ontwikkelen
• Een gesensitiseerd stress-respons systeem
• Onvoldoende zelfregulatie
• En daardoor onvoldoende interactionele mogelijkheden
• En daardoor onvoldoende cognitieve mogelijkheden
20
Het verwaarloosde brein heeft:
• Onvoldoende stimuli gekregen om bepaalde ontwikkelingen op gang te brengen of houden.
• Moeite met meer complexe (sociale) situaties.
• Te weinig vaardigheden om om te gaan met emotionele en sociale uitdagingen.
21
NEGLECT: Interessant artikel
22
23
ADHD?
24
25
Behandelaar factoren
&
Trauma Sensitief Werken
26
Er is veel trauma in de voorgeschiedenis van hulpverleners en cliënten
A Felitti et al (1998); B Bynum et al (2010); C Esaki and Larkin (2013); D Thomas (2016); E Keesler (2018)
Total no of ACE scores
Original ACE study A
Five-state CDC report B
Child welfare workers C
MSW students D
DSP staff E
None 36,1 40,6 29,9 20,3 24,4
One or more 63,9 59,4 70,1 79,7 75,6
Four or more 12,5 15,2 27,6 41,8 29,7
27
Wat betekent dit voor medewerkers?
Risico op:
• Impaired Worker Performance (Anda et al, 2004)
• Compassion fatigue (Adams et al 2006; Jarrad et al, 2018)
28
Professional Quality of Life (Stamm, 2010)
Professional Quality of Life
Compassion Satisfaction
Compassion Fatigue
Burnout
Secondary Trauma
29
30
Wat is Trauma Sensitief Werken?
Trauma Sensitief Werken heeft als doel de hulpverleners zelf te leren inzien welke invloed hun eigen geschiedenis heeft op de wijze waarop ze in contact zijn met de ander.
Ze leren voorkomen dat ze onbedoeld hun eigen geschiedenis een negatieve invloed laten hebben op dat contact.
31
Voorwaarden voor het bouwen van gezonde relaties (Perry, 2009)
Respect
Tolerantie
Afstemming
Verbondenheid
Zelfregulatie
Hechten
32
Voorwaarden voor het bouwen van gezonde relaties
Respect
Tolerantie
Afstemming
Verbondenheid
Zelfregulatie
Hechten
33
Trauma sensitief werken: Een verplicht onderdeel van de continue scholing voor
de medewerkers op de afdeling
• Module 1: Hechting (attachment - making relationships)
•
• Module 2: Zelfregulatie (self regulation - containing impulses)
•
• Module 3: Verbondenheid (affiliation - being part a group)
•
• Module 4: Afstemming (attunement - being aware of others)
•
• Module 5: Tolerantie (tolerance - accept differences)
•
• Module 6: Respect (respect - finding value in differences)
34
Voorwaarden voor het werken met (relationeel) getraumatiseerde mensen:
1. Wees je bewust van je nabijheid. 2. Wees aanwezig, parallel en geduldig. 3. Laat ze naar jou toe komen. 4. Neem het niet persoonlijk. 5. Geef deels controle. 6. Geef ze voldoende tijd om een besluit te nemen. 7. Geef ze waarschuwingen en keuzes als aanraking of nabijheid nodig is. 8. Begrijp dat relationele interacties triggers zijn. 9. Onthou dat ze erg gevoelig zijn voor verlating. 10. Reguleer jezelf voordat je kan verwachten de ander te reguleren.
35
Wat doen we nu anders in de kliniek?
• Veel meer aandacht voor regulatie, zowel van het team als van de groep cliënten.
• Deskundigheidsbevordering (zie volgende dia’s).
• Intervisie in plaats van cliëntenbespreking.
• Opleiding NMT voor behandelaars en vaktherapeuten.
• Opleiding Trauma Sensitief Werken voor de verpleegkundige staf.
36
Verminderen dwang en drang
Hieronder de duur van de separaties op het CIB, we zijn half 2015 gestart met de NMT opleiding en recent weer (sept ‘16) een nieuwe groep (behandelaars en vaktherapeuten).
37
Kennis van NMT helpt agressie te voorkomen
Restraint and critical incident reduction following introduction of the Neurosequential Model of
Therapeutics (NMT)
Erin P. Hambrick, Bruce D. Perry, Emily Wang,
Toni DeMarco, Cara Capparelli, Tim Grove,
Michelle Maikoetter, Dawn O’Malley, Dave Paxton,
Lorraine Freedle, Jeffrey Friedman, Joan
Mackenzie, Katharine M. Perry, Pete Cudney,
Gene Griffin, Jerry Hartman, Elizabeth Kuh,
Joseph Morris, Caroline Polales
38
Hersenontwikkeling stimuleren
39
Take home messages:
• Het huidige paradigma binnen de GGZ voldoet niet en leidt tot:
• Uitblijvende behandelrespons
• Risico op schade door verwaarlozing en stigmatisering
• Compassion fatigue bij medewerkers
• Wachtlijsten en personeelstekorten
• Slecht imago in de samenleving
40
Nog meer take home messages:
• Holistische en individuele visie op de mens en haar ontwikkeling.
• Somatiek en psyche is één ding!
• Bij interactie zijn minimaal twee personen betrokken, kijk naar allen.
• Als de cliënt verantwoordelijk is voor zijn gedrag, dan is de hulpverlener dat ook.
• De meeste zorg per cliënt wordt geleverd door de minst hoog opgeleide medewerkers.
• Elke investering in medewerkers, verdient zich dubbel en dwars terug!!!