Meerjarenplan ICT en Onderwijsinnovatie FNWI · hebben we o.a. meegemaakt met een van de pijlers...

32
Meerjarenplan ICT en Onderwijsinnovatie FNWI 1

Transcript of Meerjarenplan ICT en Onderwijsinnovatie FNWI · hebben we o.a. meegemaakt met een van de pijlers...

Page 1: Meerjarenplan ICT en Onderwijsinnovatie FNWI · hebben we o.a. meegemaakt met een van de pijlers (Learning analytics) wat bewijst dat dit uiterst belangrijk is. Het Meerjarenplan

Meerjarenplan ICT en Onderwijsinnovatie FNWI

1

Page 2: Meerjarenplan ICT en Onderwijsinnovatie FNWI · hebben we o.a. meegemaakt met een van de pijlers (Learning analytics) wat bewijst dat dit uiterst belangrijk is. Het Meerjarenplan

Dit is het Meerjarenplan van de ICTO-FNWI. Dit document presenteert de belangrijkste ontwikkelingen op het terrein van ICT-innovatie in het onderwijs bij de FNWI in de komende twee jaar en het plan van aanpak hiervoor. Het Meer-jarenplan is geschreven voor het facultaire management en voor alle groepen belanghebbenden die zich inzetten voor het verbeteren van de kwaliteit en het moderniseren van het onderwijs.

Dit strategisch plan beoogt de visie van de FNWI op het terrein van ICT en onderwijsinnovatie te verwoorden, als een samenwerkingsverband van docenten, opleidingen en facultair management, verbonden met de ontwikkelingen op zowel UvA-centraal niveau als landelijk niveau. Het Meerjarenplan heeft tot doel de inspanningen op het gebied van ICT en onderwijsinnovatie aan te laten sluiten bij andere projecten en initiatieven die als doel hebben om de onderwijskwaliteit te verbeteren en het studiesucces te verhogen bij de faculteit. Het plan beschrijft de focus en de doelstellingen op het gebied van vernieuwing en verrijking van het onderwijs met ICT voor de periode 2014-2016 en heeft de ambitie om hiervoor een kader te zijn, zo mogelijk ook binnen de AFS-context. Op basis hiervan worden vervolgens bij de FNWI (AFS) diverse projecten georganiseerd en uitgevoerd.

ICTO-FNWI MT Andy Pimentel, Natasa Brouwer, André Heck, Wim Ghijsen en Sander Latour

Inhoud

Executive Summary Meerjarenplan ICT en Onderwijsinnovatie FNWI ......................................................................... 3

1. Inleiding ................................................................................................................................................................ 5

2. De methode ICTO-FNWI ....................................................................................................................................... 7

3. De pijlers ............................................................................................................................................................. 10

4. Plan van acties .................................................................................................................................................... 12

4.1 Aanpak innovatieprogramma Toetsen en toetsgestuurd leren ................................................................. 13

4.2 Aanpak innovatieprogramma Afstandsonderwijs– zelfstandig leren ........................................................ 14

4.3 Aanpak innovatieprogramma Learning analytics ...................................................................................... 15

4.4 Aanpak Onderwijslab ................................................................................................................................. 16

5. Financieel plan.................................................................................................................................................... 18

6. Appendix............................................................................................................................................................. 19

ICT en onderwijsinnovatieprojecten bij de FNWI sinds 2011, status september 2013 ............................................ 19

7. Bijlagen: rapportages van de werkgroepen ...................................................................................................... 21

7.1 Bijlage 1: Thema Toetsen en toetsgestuurd leren ...................................................................................... 21

7.2 Bijlage 2: Thema Afstandsonderwijs – zelfstandig leren ............................................................................ 23

7.3 Bijlage 3: Thema Learning analytics ........................................................................................................... 26

7.4 Bijlage 4: Thema Nieuwe Onderwijsconcepten .......................................................................................... 30

2

Page 3: Meerjarenplan ICT en Onderwijsinnovatie FNWI · hebben we o.a. meegemaakt met een van de pijlers (Learning analytics) wat bewijst dat dit uiterst belangrijk is. Het Meerjarenplan

Executive Summary Meerjarenplan ICT en Onderwijsinnovatie FNWI Het Meerjarenplan ICT en Onderwijsinnovatie FNWI beschrijft de focus en de doelstellingen op het gebied van ver-nieuwing en verrijking van het onderwijs met ICT voor de periode van twee jaar (2014-2016) en heeft de ambitie om een hiervoor kader te zijn, zo mogelijk ook binnen de AFS-context. Op basis hiervan worden vervolgens bij de FNWI (AFS) diverse projecten georganiseerd en uitgevoerd.

Inhoudelijk is het plan onderverdeeld in vier thema’s, waarvan drie als pijlers worden gezien: 1. Toetsen en toetsgestuurd leren (pijler) 2. Afstandsonderwijs - zelfstandig leren (pijler) 3. Learning Analytics – leerproces volgen (pijler) 4. Onderwijslab

De drie pijlers hebben naar verwachting de komende tijd de grootste relevantie en potentie om het studiesucces te verhogen bij steeds verder stijgende aantallen studenten. Het vierde thema Onderwijslab omvat de onderwijscon-cepten en -technologieën die nu nog ver op de horizon of onzichtbaar zijn en opeens verrassend snel hun onmisbare plek in het hoger onderwijs veroveren en zo ook voor onze faculteit relevant worden. Een dergelijke snelle opkomst hebben we o.a. meegemaakt met een van de pijlers (Learning analytics) wat bewijst dat dit uiterst belangrijk is. Het Meerjarenplan heeft als doel de inspanningen op het gebied van ICT en onderwijsinnovatie aan te laten sluiten bij andere projecten en initiatieven die als doel hebben om de onderwijskwaliteit te verbeteren en het studiesucces bij de faculteit te verhogen.

De volgende doelen zijn overkoepelend voor alle thema’s: • Verbeteren van het leerproces

Hier wordt het verbeteren van het leerproces bedoeld dat leidt tot studiesuccesverhoging en het verbeteren van de rendementscijfers.

• Verhogen van de flexibiliteit van onderwijsmiddelen (materiaal, methodes) om onderwijs meer op maat van de individuele student te faciliteren en de student meer centraal te stellen.

• Verbeteren van de kwaliteit-kostenbalans bij steeds grotere groepen studenten.

De plannen voor de vier thema’s van het Meerjarenplan ICTO-FNWI zijn uitgewerkt door vier werkgroepen waarin docenten van verschillende opleidingen, studenten en andere stafleden hebben samengewerkt. In de periode van 2014-2016 worden op basis van de resultaten van de werkgroepen de volgende targets bij de thema’s gesteld:

• Digitaal toetsen en toetsgestuurd leren Binnen twee jaar de digitale toetsing toegankelijk maken voor elke docent/elk docententeam bij de FNWI. Orga-niseren dat het toetsproces op drie punten (ontwikkeling, toetsanalyse en technische aspecten bij de afname) professioneel zal verlopen en dat het nodige technische beheer van de tools en itembanken wordt gefaciliteerd. Een target is dat elke docent bij zijn/haar vak de volledige toetscyclus didactisch verantwoord op een excellent niveau conform het facultaire toetsbeleid in de onderwijspraktijk zal kunnen uitvoeren. Om dit te bereiken is een aantal acties voorgesteld en worden er middelen aan de faculteit gevraagd voor het organiseren van de nodige ondersteuning voor docenten.

• Afstandsonderwijs – zelfstandig leren De eerste target is de onderwijsmethodes die zelfstandig activerend leren met behulp van ICT-middelen bevor-deren (o.a. flipped classroom) meer bekendheid te geven onder docenten en toepassing in het onderwijs aan-zienlijk te vergroten, met name bij de opleidingen met grote groepen studenten. Ervaring leert dat met deze methodes de kwaliteit van het leerproces aanzienlijk verhoogd kan worden. Video en diverse vormen van inter-actief materiaal spelen een belangrijke rol bij het zelfstandig opbouwen van kennis. Het tweede doel is de mo-gelijkheden van online zelfstandig leren en online begeleiden (voorbeeld Pre-master Information Studies – ICTO project Online Schakelen) actief te promoten en te dissemineren. Dit faciliteert aan de ene kant in de UvA stra-tegie om schakelonderwijs, losgekoppeld van het reguliere bacheloronderwijs, flexibel en betaalbaar te maken en aan de andere kant het onderwijs breder en opener aan te kunnen bieden zoals in MOOCs.

3

Page 4: Meerjarenplan ICT en Onderwijsinnovatie FNWI · hebben we o.a. meegemaakt met een van de pijlers (Learning analytics) wat bewijst dat dit uiterst belangrijk is. Het Meerjarenplan

• Learning analytics In de komende twee jaar is het doel om de bekendheid van het nut van Learning analytics voor studenten en docenten binnen de faculteit te vergroten bij alle belanghebbenden, resulterend in een brede acceptatie. Hier-voor wordt een aantal pilots uitgevoerd en worden de resultaten hiervan gecommuniceerd. Een tweede target is om Learning analytics intensief en nauw te koppelen met het wetenschappelijk onderzoek op het gebied van machine learning en datamining binnen de FNWI. FNWI heeft hierin een grote potentie en dus een unieke kans om zich in dit opkomend gebied te profileren en om zowel in het WO in Nederland als wellicht daarbuiten een vooraanstaande positie in te nemen.

• Onderwijslab Het doel is om een op de faculteit goed zichtbaar platform neer te zetten voor innovatie en voor nieuwe ontwik-kelingen binnen of buiten de pijlers zodat creativiteit en innovatie kunnen bloeien en nieuwe ideeën kunnen ontstaan die later breed binnen de onderwijspraktijk gebruikt kunnen gaan worden. Hierdoor wordt een aantal pilots in de onderwijspraktijk uitgevoerd en zorgvuldig geëvalueerd. De ervaringen uit de pilots worden gecom-municeerd naar FNWI-docenten als good practices en tips voor goed onderwijs, en in de vorm van korte toegan-kelijke artikelen (blogs) om docenten te inspireren en hen voldoende handvatten te geven om er ook mee aan de slag te kunnen gaan.

Bij het uitvoeren van het Meerjarenplan wordt de methode ICTO-FNWI gebruikt die de uitgangspunten en randvoor-waarden biedt voor een succesvolle onderwijsvernieuwing met ICT. Bij elke vernieuwing of innovatie wordt gezorgd voor: • het verzamelen en beschikbaar stellen van informatie voor docenten, o.a. organiseren van bijeenkomsten • docentprofessionalisering • het creëren van de mogelijkheden voor het opzetten van onderwijsexperimenten en het voorzien in de techni-

sche randvoorwaarden • het evalueren van onderwijsexperimenten en de vernieuwing en bewaken van kwaliteit ervan • ontwikkelen en stimuleren van gebruik van kennisnetwerken (binnen en buiten de faculteit) • mogelijkheden van de valorisatie van de resultaten.

Het kennisplatform Starfish (een ontwikkeling van een van de ICTO fonds projecten) dat vraaggestuurd en oplos-singsgericht is opgezet zal een belangrijke rol spelen om de informatie beschikbaar te stellen en het draagvlak te creëren en vergroten. We zijn van mening dat deze faculteit een duurzaam ICT- en onderwijsinnovatieprogramma moet hebben om deze doelen te kunnen bereiken met een financiële constructie die niet alleen van externe subsidiegevers afhankelijk is, maar waar extern gesubsidieerde projecten de onderwijsinnovatieprojecten met ICT van de faculteit verrijken, ver-sterken en verbinden met andere inspanningen voor de onderwijskwaliteit, en andere partners (faculteiten, instel-lingen) in dit veld. Voor dit plan is de betrokkenheid van onze studenten, docenten en andere staf cruciaal. Onze docenten hebben hiervoor ondersteuning nodig zodat hun kostbare tijd bespaard kan worden. Daarom vraagt ICTO-FNWI MT aan de faculteit het volgende: 1. inspanningen van onze docenten voor de ICT en onderwijsinnovatie zichtbaar te maken in het DVM, 2. ondersteuning voor de docenten binnen de pijlers structureel te organiseren door student-assistenten in te zet-

ten, 3. Onderwijslab mogelijk te maken, 4. Coördinatie en activiteiten van het ICTO-FNWI MT te faciliteren.

4

Page 5: Meerjarenplan ICT en Onderwijsinnovatie FNWI · hebben we o.a. meegemaakt met een van de pijlers (Learning analytics) wat bewijst dat dit uiterst belangrijk is. Het Meerjarenplan

1. Inleiding Over ICTO-FNWI Het gebruik van ICT binnen het onderwijs speelt een belangrijke rol bij het verhogen van de kwaliteit van het leer-proces, het verbreden van het onderwijsaanbod, het verrijken van de onderwijsmethodes en het maakt het onder-wijs meer eigentijds. Met de groeiende aantallen FNWI-studenten kan ICT tevens oplossingen bieden om de kwaliteit op peil te behouden en zelfs te verbeteren en het studiesucces te verhogen zonder extra docentinspanningen. ICTO-FNWI verbindt de docenten, andere medewerkers en studenten van de FNWI die zich inzetten voor de vernieuwing en verbetering van het onderwijs met behulp van ICT. De ICTO-FNWI is open voor inbreng van docenten en studen-ten en organiseert o.a. werkgroepen om rond een onderwerp ideeën uit te wisselen, ideeën te creëren en vervolgens uit te werken tot projecten. In 2011 is de ICTO-FNWI Programmaraad opgericht waarin docenten, studenten, en beleidsmedewerkers zijn vertegenwoordigd.1 Sinds 2012 is er een ICTO-FNWI managementteam dat voor het dage-lijks bestuur en organisatie zorgt. In de ICTO-FNWI context worden projecten georganiseerd waarin docenten, in samenwerking met student-assistenten, het onderwijs vernieuwen met gebruikmaking van ICT. Veel van de ICTO-projecten bij de FNWI zijn in het verleden mogelijk gemaakt door externe subsidies, zoals vanuit het ICTO-fonds van de UvA, SURF of internationale tenders. ICTO-FNWI geeft de docenten de ondersteuning bij het aanvragen van pro-jecten voor de vernieuwing van hun onderwijs met ICT, ondersteunt bij de uitvoering van projecten, organiseert de nodige professionalisering voor de docenten die aan een ICTO project meedoen en zet zich in voor de borging van de resultaten bij de faculteit en in breder universitair kader. Bij elk project is het de bedoeling dat de resultaten worden geïmplementeerd/gebruikt in de onderwijspraktijk, dat de projecten elkaar versterken en continueren als opschaling of als verdieping. De betrokkenheid van ICTO-FNWI is ook zeer belangrijk bij het actualiseren van de bestaande ICT-oplossingen voor het onderwijs en samenwerking, bijv. digitale leer- en werkomgeving, webcolleges, inrichting (computer)zalen, etc. om elke actualisering of de ICT-voorzieningen didactisch verantwoord te laten ge-beuren.

De missie van ICTO-FNWI luidt:

ICTO-FNWI wil de krachten binnen de FNWI bundelen en kaders stellen om het gebruik van ICT binnen het onderwijs continu te kunnen vernieuwen met het doel het studiesucces te verbeteren.

Aanpak Meerjarenplan In dit Meerjarenplan krijgt de missie van ICTO-FNWI een concrete invulling voor de komende twee jaar. Hiervoor zijn er eerst thema’s geselecteerd die naar verwachting in de komende tijd de grootste relevantie en potentie hebben om het studiesucces te verhogen bij steeds stijgende aantallen studenten. De keuze van de thema’s en de uitwerking ervan tot een strategisch plan is zo opgezet dat de participatie van de belanghebbenden in het proces van de tot-standkoming van dit plan zo groot mogelijk was.2 Het criterium voor selectie van een thema was allereerst de stra-tegische relevantie voor de FNWI (AFS) en de UvA, en daarna de landelijke relevantie zoals beargumenteerd in de landelijke plannen over de ontwikkeling van ICT in het hoger onderwijs3 en de relevantie voor de innovatie van het hoger onderwijs met ICT gezien door de wereldtop.

De volgende vier thema’s zijn tijdens het ontwikkelingsproces van het meerjarenplan gekozen: - Toetsen en toestgestuurd leren - Afstandsonderwijs - zelfstandig leren - Learning Analytics – leerproces volgen

1 De opzet en organisatiestructuur zijn beschreven in een startdocument in 2011. 2 Projectdocument ICT en Onderwijsinnovatie Meerjarenplan (2-01-2013), Opzet werkgroepen, zie http://ictofnwi.word-press.com/2013/03/23/start-werkgroepen-ict-en-onderwijsinnovatie-meerjarenplan/ 3 Meerjarenplan SURF en SURF Jaarplan 2013, http://www.surf.nl/nl/themas/innovatieinonderwijs/Documents/Defini-tief%20Jaarplan%202013%20platform%20ICT%20en%20Onderwijs%20d.d.%2012092012.pdf

5

Page 6: Meerjarenplan ICT en Onderwijsinnovatie FNWI · hebben we o.a. meegemaakt met een van de pijlers (Learning analytics) wat bewijst dat dit uiterst belangrijk is. Het Meerjarenplan

- Nieuwe onderwijsconcepten – daaronder verstaan we thema’s die nu nog ver op de horizon of onzicht-baar zijn en opeens met een verrassende snelheid hun onmisbare plek in het hoger onderwijs veroveren en relevant voor onze faculteit worden.

Vier ICTO-FNWI werkgroepen hebben gewerkt aan het opzetten van de visie en het maken van het plan rond deze thema’s. In dit document zijn de uitkomsten van de werkgroepen en de aanpak hoe het resulterende meerjarenplan te realiseren te vinden.

Complexiteit van onderwijsinnovatie met ICT De kracht van onze faculteit zit in haar docenten en studenten. Met dit Meerjarenplan zal ICTO-FNWI ruimte creëren voor het samenbrengen van creativiteit en eigenzinnigheid van de docenten en docententeams voor een duurzame onderwijsinnovatie met ICT. Dit zal resultaten opleveren die één docent maar ook één docententeam nooit alleen zouden kunnen realiseren. De FNWI heeft met haar studenten een bijzondere positie ten opzichte van alle andere faculteiten. Onze studenten kunnen de kennis en vaardigheden die ze tijdens reguliere vakken opbouwen inzetten in het bouwen van state of the art applicaties voor het onderwijs.4 Bij een onderwijsvernieuwing met ICT kunnen ze in een team samenwerken en ze kunnen de docenten ondersteunen op het allerhoogste niveau.

Onderwijsinnovatie is heel belangrijk om de kwaliteit van het onderwijs op langere termijn te waarborgen. Onder-wijsinnovatie vindt plaats vanuit verschillende gezichtspunten, niet alleen met ICT, maar goed onderwijs zonder ICT is tegenwoordig onvoorstelbaar al was het maar omdat ICT ook in het onderzoek niet weg te denken is. Diverse initiatieven/projecten voor het vergroten van de kwaliteit en het studiesucces lopen soms parallel aan elkaar en opereren als eilandjes. De kans op synergie wordt beperkt en er kan zelfs tegenwerking ontstaan. ICT kan bestaande onderwijsprocessen en methodes faciliteren maar ze veranderen ook door de inzet van ICT of worden zelfs totaal anders (disruptive change). Denk bijvoorbeeld aan de potentie van ICT om de kennisopbouw van elke individuele student te faciliteren. Dat vraagt vaak om verandering van het onderwijsontwerp van het college/vak en kan grote consequenties hebben voor de benodigde infrastructuur op locatie. Het is daarom cruciaal dat de onderwijsinnovatie met ICT aangesloten is bij onderwijsvernieuwingsprocessen. ICTO-FNWI wil hiervoor op de faculteit een goed zicht-baar platform voor innovatie neerzetten: het Onderwijslab. Dit zal mogelijk maken dat de creativiteit en innovatie zullen kunnen bloeien en nieuwe ideeën kunnen ontstaan die later breed binnen de onderwijspraktijk gebruikt kun-nen worden. Hierdoor worden de pilots in de onderwijspraktijk uitgevoerd die zorgvuldig worden geëvalueerd. De ervaringen uit de pilots worden gecommuniceerd naar de FNWI docenten als good practices en tips voor het onder-wijs, en in de vorm van korte toegankelijke artikelen (blogs). Dit zal docenten inspireren en hen voldoende handvat-ten geven om er ook zelf mee aan de slag te kunnen gaan.

Er bestaat een spanningsveld tussen de noodzaak voor de beheersing van primaire werkprocessen en het creëren van een innovatief klimaat voor de docenten en opleidingen, waar voldoende ruimte is voor vernieuwing, kwaliteits-verbetering en het eigentijds maken van het onderwijs. De experimenten die nodig zijn om nieuwe methodes te beproeven lopen vaak tegen de hoge muren van goed georganiseerde primaire werkprocessen met ICT. Hierin is het lastig om voor kleinschalige pilots genoeg ruimte en prioriteit te vinden. Tegelijkertijd is het belangrijk om het (be-perkte) budget zo verantwoord mogelijk in te zetten.

Om met succes in dit spanningsveld te kunnen opereren, worden binnen de ICTO-FNWI de krachten gebundeld en opgebouwde kennis en ervaring - wat werkt en wat niet werkt - uitgewisseld.

Innovaties kunnen verschillend zijn. Soms gaat het om een verbetering of een kleine afstemming van een lopend proces, maar het kan ook om de introductie van een nieuw concept bij de FNWI gaan of zelfs om een volstrekt nieuw concept dat nog niet of nauwelijks ergens wordt gebruikt. De aard van een innovatie kan ook beschreven worden in termen van niveaus van de landing in de praktijk (acceptatieniveaus):

4 ICTO-FNWI blog: http://ictofnwi.wordpress.com/

6

Page 7: Meerjarenplan ICT en Onderwijsinnovatie FNWI · hebben we o.a. meegemaakt met een van de pijlers (Learning analytics) wat bewijst dat dit uiterst belangrijk is. Het Meerjarenplan

Niveau 0 (aarde): de vernieuwing is op het punt om faculteitsbreed te worden geïmplementeerd. Een grote groep docenten wacht er al op dat de primaire workflow deze vernieuwing zal overnemen en ondersteunen met een dienst. Er is enkel finetuning en opschaling nodig (bijvoorbeeld upgrades van Datanose).

Niveau 1: het onderwerp is ver ontwikkeld, en vaak gebruikt door vele docenten, er bestaat alleen nog geen primaire workflow (dienst) voor. Soms is er wel een dienst maar die is verouderd of voldoet niet aan de didactische visie.

Niveau 2: er hebben in het onderwijs al enkele succesvolle onderwijsexperimenten op het gebied van dit onderwerp plaatsgevonden door een klein groep docenten, maar er is nog geen breed draagvlak onder de FNWI docenten. Het gaat om een bewezen onderwijsconcept waar artikelen over te vinden zijn en/of waarover succesvol gebruik bij diverse instellingen gedocumenteerd is.

Niveau 3 (wolken): het is iets nieuws bij de FNWI maar lijkt voor de FNWI veel potentie te kunnen hebben. Dat laten b.v. de ervaringen bij andere instellingen in Nederland of in het buitenland zien. Een paar docenten bij de FNWI willen er mee aan de slag gaan. Het kan ook om een volstrekt nieuwe ontwikkeling van (een) docent(en) of stu-dent(en) van de FNWI gaan waar andere instellingen nog geen ervaring mee hebben opgedaan.

Hoe een innovatie wordt georganiseerd en wat ervoor nodig is, is verschillend per acceptatieniveau. De methode ICTO-FNWI zorgt dat hiermee bij elke innovatie rekening wordt gehouden.

2. De methode ICTO-FNWI De methode ICTO-FNWI biedt uitgangspunten en randvoorwaarden voor een succesvolle onderwijsvernieuwing met ICT. Bij elke innovatie/vernieuwing wordt aandacht besteed aan een aantal aspecten en het verhogen van het ac-ceptatieniveau (Schema 1).

Schema 1: Elementen van de methode ICTO-FNWI

• het verzamelen en beschikbaar stellen van informatie • docentprofessionalisering

7

Page 8: Meerjarenplan ICT en Onderwijsinnovatie FNWI · hebben we o.a. meegemaakt met een van de pijlers (Learning analytics) wat bewijst dat dit uiterst belangrijk is. Het Meerjarenplan

• het creëren van de mogelijkheden voor het opzetten van onderwijsexperimenten en het voorzien in de techni-sche randvoorwaarden

• het evalueren van onderwijsexperimenten en de vernieuwing en het bewaken van de kwaliteit ervan • het ontwikkelen en stimuleren van gebruik van kennisnetwerken (binnen en buiten de faculteit) • mogelijkheden van de valorisatie van de resultaten.

Ervaring leert dat innovatietrajecten kansrijker zijn als al deze elementen een expliciete plek krijgen al in de project-plannen en innovatieprogramma’s, en elkaar zo versterken.

Het verzamelen en beschikbaar stellen van de informatie De informatie over en voor onderwijsinnovatie met ICT wordt aangeboden op het FNWI-kennisplatform Starfish5.

Wat is Starfish? Starfish is een nieuw informatieplatform waar een zoekresultaat over een zoekterm de combinatie bevat van de informatie over de didactiek/onderwijsmethode(s), over de gebruikte ICT-tool(s) en over de manier waarop een tool en een methode zijn toegepast (good practice). Daarnaast wordt de zoekterm verbonden met de persoon/personen (docenten, staf) die kennis erover kunnen delen en met de relevante (komende) bijeenkomsten om er meer over te leren. Op Starfish bevindt zich een vraag-antwoordrubriek waar de onderwerpen staan die onder docenten leven en waar open vragen gesteld kunnen worden. Op deze manier wil Starfish docenten niet alleen voorzien van de infor-matie maar ook verbinden, inspireren en actief oplossingsgericht laten werken.

Daarnaast houdt ICTO-FNWI een blogsite bij waarop het nieuws over de onderwijsinnovatieactiviteiten bij de FNWI wordt geblogd door de leden van de ICTO-FNWI Programmaraad6 en een LinkedIn groep ICTO-FNWI waar iedereen van de FNWI zich aan kan sluiten om nieuws uit de ICTO wereld uit te wisselen en discussie te voeren.7

Docentprofessionalisering Actieve verspreiding van kennis draagt bij aan het scheppen van een innovatief klimaat. Een scala aan instrumenten en samenwerkingsvormen voor de docentprofessionalisering wordt ter beschikking gesteld voor verschillende mo-menten in het innovatieproces.

We denken hier aan vier benaderingen: (1) Formele professionaliseringstrajecten (BKO, SKO), (2) Professionalisering op maat georganiseerd in het kader van een innovatieproject, (3) ICTO-FNWI bijeenkomsten en (4) Aanbod buiten de faculteit.

Om te voldoen aan de eisen voor het landelijk erkend BKO-certificaat hoeven docenten geen kennis te hebben over het ontwerpen van onderwijs met ICT. Het is te verwachten dat dit zal veranderen door het belang van deze kennis. In het BKO-traject van de FNWI is het onderwerp gebruik van ICT in het onderwijs voor activerend leren op dit mo-ment een aanbevolen maar optioneel element. In de afgelopen tijd hebben ICTO-FNWI en het BKO-trajectteam op dit gebied samengewerkt. Bij de workshops over ICT én bij de individuele begeleiding van docenten die een BKO traject volgen wordt aandacht besteed aan onderwijsontwerpen met ICT: hoe ICT bij een vak of voor een leeractivi-teit ingezet kan worden om actief leergedrag en kwaliteit van het leren te vergroten. Er wordt aandacht besteed aan hoe de docent een geschikte ICT-tool kan kiezen voor zijn/haar inhoud (vakgebied) en waarom. Dat vraagt aan de docent om zijn onderwijs soms te herontwerpen en hiervoor zijn/haar vakkennis, kennis over didactiek en kennis over onderwijstechnologie op een integrale manier te gebruiken (Brouwer, Dekker en van der Pol 2013).8

5 Starfish is een onderdeel van het ICTO fondsproject STEEP (tenderronde 2012-2013). Starfish is een eigen ontwikkeling van de FNWI. 6 ICTO-FNWI blog: http://ictofnwi.wordpress.com/ 7 LinkedIn ICTO-FNWI groep https://www.linkedin.com/groups?gid=3891849 8 Als didactische basis zullen hier de resultaten gebruikt van het SURF project MARCHET en het boek: Brouwer, N, Dekker, J.P. en van der Pol, J, (2013) “E-Learning Cookbook, TPACK in Professional Development in Higher Education”, beschikbaar als Open Educational Resource.

8

Page 9: Meerjarenplan ICT en Onderwijsinnovatie FNWI · hebben we o.a. meegemaakt met een van de pijlers (Learning analytics) wat bewijst dat dit uiterst belangrijk is. Het Meerjarenplan

Bij de ICTO-FNWI-projecten is er al goede ervaring opgedaan met professionalisering on the job aansluitend aan het onderwerp van een project (bijvoorbeeld Online schakelen en SmartVoting).

Door ICTO-FNWI worden thematische bijeenkomsten georganiseerd waar gastsprekers worden uitgenodigd van bui-ten de faculteit en buiten de UvA.

Elk jaar worden ook diverse bijeenkomsten/trainingen/workshops over ICT voor docenten georganiseerd bij de UvA en bij de SURFacademy die onze docenten gratis kunnen bezoeken. Daarnaast wordt het bezoeken van conferences over ICT in het hoger onderwijs en het bezoeken van andere instellingen (studiereizen) gestimuleerd. Onderwijsexperimenten Voor het succes van een didactisch verantwoorde innovatie met ICT zijn pilots in de onderwijspraktijk onontbeerlijk. Een bevestiging uit de eigen praktijk bij een kleinschalig experiment dat een methode goed bij een vak kan werken helpt de docent/het docententeam bij het vinden van energie om de methode verder te ontwikkelen en optimalise-ren. Onderwijsexperimenten vinden bij ICTO-FNWI plaats bij de vak- of programmaontwikkelingen en in het kader van de onderwijsinnovatieprojecten. Het is in het algemeen niet (snel genoeg) mogelijk en vaak ook niet rationeel om onderwijsexperimenten met ICT binnen de primaire workflows van ICT-voorzieningen te organiseren. Voor de innovatie van onderwijs binnen de FNWI is daarom recent een webserver (http://innovatievooronderwijs.nl, “IVO” genoemd) ingericht, zodat een onderwijsexperiment snel en zonder lange administratieve procedures kan starten, met als bijkomend voordeel dat de experimenten geen verstoring kunnen veroorzaken voor de workflows van pri-maire processen binnen de faculteit. ICTO-FNWI wil graag voor docenten een mogelijkheid creëren om didactisch verantwoorde onderwijsexperimenten te kunnen opzetten: het Onderwijslab. De ervaringen uit deze onderwijsex-perimenten worden gedeeld op het kennisplatform Starfish, bijvoorbeeld als good practices en als tips in de rubriek vraag-antwoord om bijvoorbeeld te zorgen dat gemaakte fouten niet opnieuw gemaakt zullen worden.

Evaluatie en kwaliteitszorg Een onderwijsinnovatie is alleen zinvol als dit leidt tot een verbetering in de onderwijspraktijk. Afhankelijk van het acceptatieniveau waarin een innovatie zich bevindt wordt op verschillende manieren gemeten wat het effect van een innovatieproject is. Bij een innovatie die al bijna de “aarde” heeft bereikt zijn in principe al gegevens beschikbaar over de effecten op studiesucces en kunnen voorspellingen gedaan worden over de kosten-baten verhouding bij een eventuele brede implementatie. De situatie bij nieuwe concepten is heel anders. Daar is vooral belangrijk om er in een pilot-onderwijsexperiment met een beperkte groep studenten achter te komen wat studenten én docenten ervan vinden en of de kwaliteit van het leerproces onderwijskundig gezien wel of niet is verbeterd. ICTO-FNWI kiest in principe voor projecten die bij succes voor een opschaling of continuering in aanmerking komen. Na afloop van elk project wordt geëvalueerd in hoeverre de doelen van het project zijn gehaald en hoe na afloop verder te gaan.

ICTO-FNWI zal aan de docenten die bezig zijn met een onderwijsvernieuwing met ICT een platform bieden voor de uitwisseling van de ervaringen over de effecten op de kwaliteit van het onderwijs en op studiesucces. In dit kader zal ICTO-FNWI evidence based onderzoek in het onderwijs stimuleren en ondersteunen. ICTO-FNWI zal bijeenkom-sten organiseren en onderzoekers op het gebied van het toegepast evidence based onderwijskundig onderzoek uit-nodigen voor het verrijken van kennis, de uitwisseling en voor feedback. Dat zal de kwaliteit van deze inspanning van onze docenten die in principe onderzoekers zijn op een natuurwetenschappelijk gebied verhogen en hun tijd besparen om zich in te werken op dit gebied. Op dit platform ontmoeten alle lopende innovatie/vernieuwing thema’s elkaar, wordt kennis uitgewisseld en wordt inspiratie opgedaan met de elders gepubliceerde ervaringen. Ook samenwerken met enkele onderzoeksgroepen (binnen of buiten de faculteit) is goed denkbaar. Deze activiteiten zouden in de toekomst (bij de AFS) kunnen aansluiten bij een principal educator.

9

Page 10: Meerjarenplan ICT en Onderwijsinnovatie FNWI · hebben we o.a. meegemaakt met een van de pijlers (Learning analytics) wat bewijst dat dit uiterst belangrijk is. Het Meerjarenplan

Netwerken Het netwerken vindt plaats op meerdere terreinen en niveaus. Ten eerste onderhoudt de voorzitter van de ICTO-FNWI Programmaraad/MT contacten op bestuurlijk niveau. Hij is lid van het facultaire OWIDO en lid van de univer-sitaire Expertise Groep Onderwijs met de focus op ICT in het Onderwijs. Hiermee is een sterke verbinding gemaakt met het facultaire management aan de ene kant en de universitaire portefeuillehouder van ICT en onderwijsver-nieuwing aan de andere kant. Ten tweede onderhoudt de coördinator van de ICTO-FNWI Programmaraad/MT con-tacten met andere ICTO groepen binnen de universiteit al dan niet via het UvA ICTO platform en met het IC (ODG groep) en zorgt dat de FNWI vertegenwoordigd is in de UvA ICTO focusgroepen die sinds kort voor diverse thema’s worden opgericht. De coördinator onderhoudt ook contacten met SURF en stimuleert/motiveert betrokkenheid van de FNWI in SURF Special Interest Groups (SIG’s).

Om een innovatief klimaat op de faculteit te creëren is het van cruciaal belang dat pioniers elkaar kunnen vinden om ideeën uit te wisselen en elkaar te inspireren. In ICTO-FNWI worden, specifiek rond een aantal thema’s die relevant zijn voor de FNWI de netwerken gestimuleerd en op gang geholpen (werkgroepen) binnen de faculteit. Er wordt naar gestreefd om deze te verbinden met de relevante netwerken op het UvA-niveau (UvA focusgroepen) en lande-lijk niveau (SURF SIG’s, ICAB), bilateraal contact te leggen met andere HO-instellingen in Nederland en buitenland en internationaal in de netwerken te participeren (bijvoorbeeld SOLAR of ECTN).

Ten slotte is het voor de impact van ICT en onderwijsinnovatieprojecten van cruciaal belang dat er een sterk com-municatienetwerk en samenwerkingsverband is met alle andere ontwikkelingen en initiatieven op het gebied van onderwijsvernieuwing en kwaliteitszorg bij de FNWI en bij de UvA (BKO, excellente docenten, principal educators, projecten over studiesucces, toetsbeleid, etc.).

Valorisatie

Valorisatie betekent in dit geval de economische en/of maatschappelijke benutting van kennis opgebouwd binnen de ICTO-FNWI projecten. De in projecten ontwikkelde onderwijsmethodes/aanpakken, ICT-tools of applicaties kun-nen bijvoorbeeld bijzonder bruikbaar en effectief en interessant voor anderen zijn om hergebruikt te worden buiten de FNWI, de UvA of zelfs buiten Nederland. Hiermee kan de FNWI zich positioneren als relevante speler in het veld van ICT voor hoger onderwijs en als een centrum van expertise. Wetenschappelijke publicaties zijn daarbij een be-langrijk instrument, maar ook andere vormen van publiceren en communicatie worden hiervoor gebruikt, zoals show cases of video’s van good practices van het gebruik op het kennisplatform Starfish over innovatieve ICT-gebaseerde onderwijsmethoden binnen het onderwijs.

3. De pijlers Een overkoepelend doel van ICTO-FNWI is het onderwijs met ICT te verrijken om de kwaliteit en studiesucces te verhogen, onafhankelijk van de groeiende aantallen studenten. Dit vraagt om het creëren van mogelijkheden voor docenten om vernieuwende, eigentijdse onderwijsmethodes met ICT te initiëren en te gebruiken. Het is nodig om in ICT-ontwikkelingen te (blijven) investeren, omdat die faciliteren dat individuele studenten op een hoog acade-misch niveau efficiënt kunnen studeren in een collaboratieve kennisontwikkelingssfeer onder een efficiënte bege-leiding van docenten en andere betrokken staf. Dit is complex en vraagt om bewuste keuzes zodat de beschikbare budgetten in synergie en zo efficiënt mogelijk gebruikt kunnen worden.

Op basis van een voorafgaand besluitvormingsproces9 is in dit Meerjarenplan voor de periode 2014-2016 voor vier strategische thema’s gekozen. De eerste drie thema’s noemen we pijlers. Deze zijn ook UvA-breed en landelijk ex-pliciet erkend als relevant en zijn internationaal goed vertegenwoordigd in ICT in het Hoger Onderwijs. De pijlers zijn

9 Projectplan “Het ontwikkelen van het Meerjarenplan ICT en onderwijsinnovatie”, januari 2013.

10

Page 11: Meerjarenplan ICT en Onderwijsinnovatie FNWI · hebben we o.a. meegemaakt met een van de pijlers (Learning analytics) wat bewijst dat dit uiterst belangrijk is. Het Meerjarenplan

op zich niet nieuw bij de FNWI en zijn terug te vinden in afgeronde en lopende ICTO-FNWI projecten (zie Appendix).10 Het vierde thema heeft een iets andere rol en we noemen dit in dit Meerjarenplan Onderwijslab.11

De thema’s zijn: - Toetsen en toetsgestuurd leren - Afstandsonderwijs - zelfstandig leren - Learning Analytics - leerproces volgen - Onderwijslab

Er zijn veel natuurlijke verbanden tussen deze vier thema’s. De eerste drie thema’s verdienen een brede implemen-tatie in de onderwijspraktijk. Sommige onderwerpen binnen deze thema’s bevinden zich bij de FNWI al op een hoog acceptatieniveau en zouden snel tot een brede implementatie gebracht kunnen worden. Deze drie thema’s vormen de pijlers (Schema 2) voor het ICTO-FNWI beleid in de komende periode zoals beschreven in dit Meerjarenplan. De onderwerpen die nog een pionierskarakter hebben en zich nog op het acceptatieniveau 3 (wolken) bevinden, ver-dienen een plek om zich te kunnen ontwikkelen. Het Onderwijslab heeft geen specifieke inhoudelijke naam om zo ruimte te bieden voor nieuwe onderwerpen, innovaties die opeens urgent aandacht vereisen en om nieuwe ontwik-kelingen in de ICTO-wereld te kunnen adopteren. Een dergelijk snelle opkomst hebben we o.a. meegemaakt met een van de pijlers (Learning analytics) wat bewijst dat het vierde thema uiterst belangrijk is. Inhoudelijk is er een overlap tussen de onderwerpen van de pijlers en Onderwijslab mogelijk en voor de continuïteit van de pijlers zelfs zeer wenselijk.

Schema 2: Thema’s van het Meerjarenplan

Bij alle thema’s wordt bij het uitvoeren van projecten de methode ICTO-FNWI gebruikt. De weg om een innovatie breed in de onderwijspraktijk te brengen wordt begeleid met gefocuste informatie voor docenten en gaat via de nodige docentprofessionalisering, pilots, kennisuitwisseling en informatieverstrekking aan derden. Het is cruciaal dat de informatie over een nieuwe ontwikkeling alle docenten voor wie het onderwerp relevant of interessant is op een efficiënte manier bereikt zodat ze snel aan kunnen sluiten.

10 http://ictofnwi.wordpress.com/projecten-2/ 11 Tijdens de ontwikkeling van het Meerjarenplan had dit thema de naam Nieuwe onderwijsconcepten.

11

Page 12: Meerjarenplan ICT en Onderwijsinnovatie FNWI · hebben we o.a. meegemaakt met een van de pijlers (Learning analytics) wat bewijst dat dit uiterst belangrijk is. Het Meerjarenplan

4. Plan van acties Het plan is onderverdeeld in vier hierboven genoemde thema’s: Toetsen en toetsgestuurd leren, Afstandsonderwijs - zelfstandig leren, Learning Analytics - leerproces volgen en Onderwijslab. Het plan over de thema’s is uitgewerkt door vier ICTO-FNWI werkgroepen, samengesteld uit docenten, studenten en beleidsmedewerkers van verschillende FNWI opleidingen. Het vierde thema Onderwijslab is uitgewerkt in de werkgroep met de titel Nieuwe onderwijscon-cepten. Aan het eind van dit Meerjarenplan zijn de plannen van alle vier de werkgroepen als bijlagen in hun volle-digheid te vinden.

Bij elk thema is door de werkgroep uitgezocht wat er op dit moment binnen de FNWI al aan wordt gedaan en waarom een thema belangrijk is voor de FNWI. De werkgroepen hebben vervolgens de doelen bepaald en acties gedefinieerd die nodig zijn om deze doelen te kunnen bereiken. Bij elk thema is gekeken naar de mogelijkheden om de activiteiten te versterken door de link met onderzoek en onderwijs aan de FNWI. Elke werkgroep heeft mogelijke specifieke instrumenten aangegeven voor de evaluatie en kwaliteitszorg.

De volgende doelen zijn overkoepelend voor alle thema’s:

1. Verbeteren van het leerproces Hier wordt het verbeteren van het leerproces bedoeld dat leidt tot het verhogen van studiesucces en ver-beteren van de rendementscijfers. Hoe breed dat meteen meetbaar is in de onderwijspraktijk is afhanke-lijk van de omvang van het onderwijsexperiment/project. In het geval van de innovaties die de “aarde” al hebben bereikt, zijn de verbeteringen van studiesucces en de rendementscijfers meestal al direct meet-baar.

2. Verhogen van de flexibiliteit van onderwijsmiddelen (materiaal, methodes) om onderwijs meer op maat van de individuele student te faciliteren en de student meer centraal te stellen.

3. Verbeteren van de kwaliteit-kostenbalans bij grote en steeds grotere groepen studenten.

Aansluitend op de gekozen thema’s wordt volgens dit Meerjarenplan ICTO-FNWI in 2014-2016 de uitvoering van vier innovatieprogramma’s nagestreefd. Alle vier de innovatieprogramma’s zullen worden uitgevoerd volgens de me-thode ICTO-FNWI die eerder in dit stuk is beschreven (schema 1). Een financieel voorstel is te vinden in hoofdstuk 5. De volledige uitwerkingen van de thema’s door de werkgroepen zijn te vinden in de Bijlagen van dit plan.

Bij de uitvoering van het plan wordt per thema als opvolger van de werkgroep die het thema heeft uitgewerkt12 een nieuwe werkgroep opgericht van de belanghebbenden en betrokkenen bij het thema. De werkgroep zal (in principe) eens per kwartaal bij elkaar komen om de stand van zaken over het thema te bespreken en/of voorstellen te doen voor eventuele koerswijzigingen binnen het thema. De werkgroepen zullen ook zorgdragen voor de evaluatie en kwaliteit van de acties binnen een thema. De leden van de werkgroepen worden op basis van een voorstel van het ICTO-FNWI MT benoemd door het OWIDO en zullen verder aan het ICTO-FNWI MT rapporteren.13

12 http://ictofnwi.wordpress.com/2013/03/23/start-werkgroepen-ict-en-onderwijsinnovatie-meerjarenplan/ 13 Het formeren van de thematische werkgroepen is een logisch inhoudelijk vervolg op de taken van de formatie ICTO-FNWI Programmaraad.

12

Page 13: Meerjarenplan ICT en Onderwijsinnovatie FNWI · hebben we o.a. meegemaakt met een van de pijlers (Learning analytics) wat bewijst dat dit uiterst belangrijk is. Het Meerjarenplan

4.1 Aanpak innovatieprogramma Toetsen en toetsgestuurd leren De rapportage van de Werkgroep Toetsen en toetsgestuurd leren met een plan van acties is te vinden in bijlage 1.

Target Voor de komende twee jaar wordt een workflow voor digitaal toetsen bij de FNWI opgezet zodat didactisch verant-woord digitaal toetsen voor zowel formatieve als summatieve doeleinden voor de docenten en docententeams wordt gefaciliteerd. Een FNWI-brede implementatie zal dan mogelijk zijn. Op dat moment zal er gekeken worden of het mogelijk is om een dienst op te zetten, een Assessment SupportUnit. Deze dienst zal docenten/docententeams of opleidingen op drie punten ondersteunen zodat ze de volledige toetscyclus didactisch verantwoord op een excel-lent niveau in de onderwijspraktijk conform het facultaire toetsbeleid zullen kunnen uitvoeren:

- Digitale toetsen ontwikkelen - Toetsanalyse en optimalisatie van toetsitems en toetsen - Technische ondersteuning: een serie van te kiezen digitale toetstools en itembanken, ondersteuning bij

de afname en beheer/onderhoud van de toetstools.

Om dit te kunnen bereiken, worden een aantal projecten in de onderwijspraktijk uitgevoerd (zie de uitwerking van de werkgroep Toetsen en toetsgestuurd leren, bijlage 1). De informatie om draagvlak te creëren wordt gedeeld op het platform Starfish.

Netwerken Bij de UvA is recent een focusgroep Digitaal toetsen opgericht. Deze focusgroep zal UvA-breed de kaders stellen voor de belangrijke ontwikkelingen op het gebied van digitaal toetsen aan de UvA. ICTO-FNWI is met een aantal leden in deze groep vertegenwoordigd en is betrokken bij de besluitvorming in deze groep. Naar verwachting wordt voor belangrijke ontwikkelingen ook financiering beschikbaar gesteld waarvan ook de FNWI gebruik zou kunnen maken. In het kader van het UvA Matching-initiatief verwachten we dat digitaal toetsen een belangrijke rol zal gaan spelen. Er wordt initiatief genomen tot een samenwerking van ICTO-FNWI en UvA Matching op dit gebied. André Heck is lid van het kernteam SURF Special interest groep Toetsen en Toetsgestuurd leren. Op het gebied van toetsen is er samenwerking binnen het netwerk ICAB14 en het Europese netwerk ECTN/EC2E2N.15

Docentprofessionalisering Een keer per jaar wordt voor de FNWI-docenten een workshop over digitaal toetsen georganiseerd met de omvang van een dagdeel. De workshop wordt opgezet volgens de ICTO-FNWI methode en wordt praktijkgericht. De deelne-mende docenten zullen na afloop van deze workshop direct door kunnen gaan met het onderwijskundig ontwerpen van digitaal toetsen en inzetten hiervan in hun onderwijspraktijk. De workshop zal ook verbonden zijn met een of meer lopende projecten binnen dit thema.

Evalueren en bewaken van kwaliteit De kwaliteit van digitale toetsing wordt gemeten met behulp van toetsanalyse. De Werkgroep Toetsen en toetsge-stuurd leren zal monitoren wanneer de workflow voldoende is ontwikkeld zodat volledige digitale toetscyclus didac-tisch verantwoord kan verlopen (zie de drie punten hierboven) en er voldoende acceptatieniveau is bereikt onder de docenten om een Assessment SupportUnit als dienst te kunnen oprichten en advies geven over wat een goede werkwijze van deze SupportUnit zou zijn.

14 ICAB-project over hergebruik van open tentamenvragen bij Quantum fysica en landelijk opvolg SURF-project Tentamen-lade2.5. 15 ECTN/EC2E2N (European Chemical Thematic Network/European Chemical and Chemical Engineering Educational Network): EChemTest benchmark test. Nederlandse EChemTest Centre bij de UvA (FNWI), http://ectn-as-soc.cpe.fr/echemtest/tc/NL_UAmsterdam.htm, samenwerking met Universiteit Utrecht via het ICAB-netwerk.

13

Page 14: Meerjarenplan ICT en Onderwijsinnovatie FNWI · hebben we o.a. meegemaakt met een van de pijlers (Learning analytics) wat bewijst dat dit uiterst belangrijk is. Het Meerjarenplan

Creëren van de mogelijkheden voor het opzetten van onderwijsexperimenten en het voorzien in technische rand-voorwaarden

De ICTO-FNWI extern gefinancierde projecten in 2013 over dit thema zijn de twee SURF-projecten Tentamenlade2.5 (projectleider N. Brouwer) en TWIST (UvA deelprojectleider A. Heck) en het SURF-project COACH (projectleider A. Heck) dat Learning analytics als hoofdthema heeft. Dit sluit de UvA ICTO fondsprojecten 2012-2013 SmartVoting (stemkastjes) en STEEP (kennisplatform) die een raakvlak met dit thema aan. Door middel van het ICAB-project over toetsen bij scheikunde wordt het benchmark testen door EChemTest bij de opleidingen Scheikunde UvA-VU en UU uitgevoerd. Deze projecten zullen in de komende periode voor een beperkte ondersteuning van docenten door stu-dent-assistenten zorgen. Dit is echter niet voldoende om de targets binnen dit thema te kunnen bereiken. Een struc-turele ondersteuning van docenten en docententeams bij digitaal toetsen, bij het onderhouden van de toetstools en itembanken en bij het opzetten van een duurzame workflow zou hierbij veel helpen. Dat kan opgelost worden door de student-assistent(en) structureel in te zetten, met de aansturing door de Werkgroep Toetsen en toetsge-stuurd leren en de dagelijkse leiding door de ICTO-FNWI coördinator. Dit zou later kunnen uitmonden tot een As-sessment SupportUnit.

Valorisatie

Er wordt verwacht dat enkele producten ontwikkeld in de projecten interessant zullen zijn voor andere faculteiten bij de UvA en misschien ook breder. Minimaal een publicatie in een praktijkgericht vaktijdschrift over good practices over toetsgestuurd leren wordt verwacht.

4.2 Aanpak innovatieprogramma Afstandsonderwijs– zelfstandig leren De rapportage van de Werkgroep Afstandsonderwijs-zelfstandig leren met een plan van acties is te vinden in bijlage 2.

Target In de komende twee jaar is een eerste target om de onderwijsmethodes die zelfstandig activerend leren met behulp van ICT-middelen bevorderen (o.a. flipped classroom) meer bekend onder docenten te maken en de toepassing in het onderwijs aanzienlijk te vergroten, met name bij de opleidingen met grote groepen studenten. Uit de ervaring blijkt (o.a. uit het project SmartVoting) dat hiermee de kwaliteit van het leerproces aanzienlijk verhoogd kan worden. Video en diverse vormen van interactief materiaal spelen een belangrijke rol bij het zelfstandig opbouwen van ken-nis. De tweede target is de ervaringen over de mogelijkheden van online zelfstandig leren en online begeleiden actief te promoten/dissemineren, met als voorbeeld de opzet van de pre-master Information Studies (project Online Scha-kelen). Hierdoor worden de mogelijkheden voor het remediëren van kennishiaten en het faciliteren van in-stroom/doorstroom bij andere opleidingen beter bekend. Dit komt aan de ene kant tegemoet aan de UvA-strategie om schakelonderwijs los te knippen van onderwijs dat plaatsvindt binnen reguliere bachelors en het laat aan de andere kant toe het onderwijs breder en opener aan te kunnen bieden zoals in MOOCs. Het platform Starfish zal een belangrijke rol spelen om de informatie beschikbaar te stellen en een draagvlak te creëren. Voor een ontwikkeling van nieuwe online schakelmodules, bijspijkertrajecten of MOOCs zou een specifiek project nodig zijn, geïnitieerd door een opdrachtgever en al dan niet mede mogelijk gemaakt door een externe subsidie.

Netwerken Bij de UvA zullen in de komende periode naar verwachting focusgroepen over twee thema’s van start gaan: Video en Open Online Onderwijs. ICTO-FNWI zal meedoen aan deze UvA groep(en) en zal zo betrokken zijn bij de besluit-vorming over deze onderwerpen aan de UvA. Naar verwachting wordt voor enkele belangrijke ontwikkelingen finan-ciering beschikbaar gesteld door de UvA waar ook de FNWI gebruik van zou kunnen maken. In het kader van het UvA Matching-initiatief verwachten we dat colleges op afstand (interactieve webinars) een belangrijke rol zullen spelen. Er wordt initiatief genomen tot een samenwerking van ICTO-FNWI en UvA Matching op dit gebied.

14

Page 15: Meerjarenplan ICT en Onderwijsinnovatie FNWI · hebben we o.a. meegemaakt met een van de pijlers (Learning analytics) wat bewijst dat dit uiterst belangrijk is. Het Meerjarenplan

De SURF Special interest groep Webstroom bundelt landelijk de ervaringen over de inzet van video in het onderwijs en kan als bron voor het vinden van een samenwerkingscontact gebruikt worden.

Docentprofessionalisering Een keer per jaar wordt voor de FNWI-docenten een bijeenkomst in de omvang van een dagdeel georganiseerd over activerend zelfstandig leren en begeleiden op afstand. De workshop wordt praktisch georiënteerd en bedoeld om de ervaringen uit te wisselen (o.a. over flipped classroom methode en nieuwe ontwikkelingen op het gebied van MOOCs). Deze bijeenkomst wordt opgezet vanuit het perspectief van didactisch verantwoord inzetten van ICT in het onderwijs. De bijeenkomst wordt ook aangeboden aan de docenten die in een BKO of SKO traject zitten.

Evalueren en bewaken van kwaliteit De effecten van de inzet van ICT bij zelfstandig leren in de pilots in het reguliere onderwijs en bij schakelprogramma’s worden geëvalueerd.

Creëren van de mogelijkheden voor het opzetten van onderwijsexperimenten en het voorzien in technische rand-voorwaarden

Tot september 2013 liepen twee UvA ICTO fondsprojecten: Online schakelen (afstandsonderwijs in het pre-master programma Master Information Studies, projectleider A. Haker) en STEEP (onder andere de ontwikkeling van het kennisplatform Starfish) (projectleider N. Brouwer). Van oktober 2013 tot april 2014 loopt het UvA ICTO fonds Grass-rootsprogramma Kennisclips voor activerend onderwijs (projectleider N. Brouwer). Dit is echter niet voldoende om de targets binnen dit thema te kunnen bereiken. Een structurele ondersteuning van docenten en docententeams bij het maken van kennisclips, en voor het gebruik van stemsystemen in het college en voor het beheren en onderhou-den van stemsystemen zou hierbij enorm helpen. Dat kan opgelost worden door de student-assistent(en) structureel in te zetten, met de aansturing door de Werkgroep Afstandsonderwijs – zelfstandig leren en de dagelijkse leiding door de ICTO-FNWI coördinator.

Valorisatie

De ervaringen met de methoden voor zelfstandig leren op basis van evidence based onderzoek worden gepubliceerd in enkele artikelen. Een onderzoek in samenwerking met de Rijksuniversiteit Groningen naar de effecten van de flipped classroom-methode op de kwaliteit van leren is nu in de afrondingsfase. Good practices van docenten en tips worden gedeeld op Starfish.

4.3 Aanpak innovatieprogramma Learning analytics De rapportage van de Werkgroep Learning analyitics met een plan van acties is te vinden in bijlage 3.

Target In de komende twee jaar is het doel om de bekendheid met Learning analytics binnen de faculteit bij alle belang-hebbenden te bereiken en het gemiddelde acceptatieniveau van 1, en op bepaalde onderwerpen zelfs het accepta-tieniveau “aarde”, te bereiken. Deze pijler kan gezien worden als een verbindingselement tussen de twee andere pijlers (Schema 2). Hierdoor wordt een brede uitrol van Learning analytics-methoden binnen de primaire processen binnen de FNWI mogelijk. Het opbouwen en opschalen van de benodigde infrastructuur vindt geleidelijk plaats. Een tweede target is Learning analytics intensief en nauw te koppelen met het wetenschappelijk onderzoek op het ge-bied van machine learning en datamining binnen de FNWI. FNWI heeft een grote potentie en een unieke kans om zich in dit opkomende gebied te profileren en in het WO in Nederland, en wellicht daarbuiten, een vooraanstaande positie in te nemen. De informatie met als doel draagvlak te creëren bij de FNWI wordt gedeeld op de ICTO-FNWI blog en op het platform Starfish.

Netwerken UvA-breed is er een focusgroep Learning analytics actief. Deze focusgroep bepaalt de kaders voor de belangrijke

15

Page 16: Meerjarenplan ICT en Onderwijsinnovatie FNWI · hebben we o.a. meegemaakt met een van de pijlers (Learning analytics) wat bewijst dat dit uiterst belangrijk is. Het Meerjarenplan

ontwikkelingen over de inzet van Learning analytics in het onderwijs bij de UvA. ICTO-FNWI is vanaf het begin be-trokken in deze UvA focusgroep en doet mee aan de besluitvorming op dit gebied. Voor deze focusgroep is er een budget toegekend voor het financieren van de Learning analytics projecten en voor het implementeren van learning analytics in het UvA onderwijs. Sander Latour is de voorzitter van de landelijke SURF Special interest groep Learning analytics.

Docentprofessionalisering Een keer per jaar wordt voor de docenten en andere geïnteresseerden een bijeenkomst over Learning analytics georganiseerd in de omvang van een dagdeel. Zo werd bijvoorbeeld in juli 2013 de LASI-Amsterdam georganiseerd.16 De bijeenkomst wordt interactief opgezet en zal een expert/uitwisselingskarakter hebben met een zo breed moge-lijke uitstraling om hier nieuwe gebruikers bij te betrekken.

Evalueren en bewaken van kwaliteit De effecten van Learning analytics worden gemeten binnen de pilotprojecten. De Werkgroep Learning analytics zal monitoren wanneer een acceptatieniveau is bereikt om nieuwe stappen te ondernemen. Creëren van de mogelijkheden voor het opzetten van onderwijsexperimenten en het voorzien in technische rand-voorwaarden In 2013-2014 loopt het SURF-project COACH (projectleider A. Heck) over Learning analytics. Voor de technische ont-wikkelingen wordt zo veel mogelijk samengewerkt met de studieonderdelen binnen de Informatiewetenschappen waar in het kader van projectonderwijs nieuwe technische ontwikkelingen tot stand kunnen komen. Dit is echter niet voldoende om de targets binnen dit thema te kunnen bereiken. Een overkoepelende ondersteuning van de werkzaamheden binnen het ICTO-FNWI thema Learning analytics zou hier enorm helpen. Dat kan gerealiseerd wor-den door de inzet van een student-assistent (een PhD kandidaat of een master student op het gebied van kunstma-tige intelligentie). De student-assistent wordt aangestuurd door de Werkgroep Learning analytics onder dagelijkse leiding door de ICTO-FNWI coördinator. Valorisatie

Hier bestaat veel potentie voor de ontwikkeling van herbruikbare tools en Learning analytics instrumenten en me-thodes en het publiceren van onderzoeksresultaten. Door de disseminatie van nieuwe kennis in de internationale onderzoeksgemeenschap en door middel van het creëren van netwerken kan de FNWI zich profileren als een cen-trum van expertise op het gebied van Learning Analytics.

4.4 Aanpak Onderwijslab De rapportage van de Werkgroep Nieuwe onderwijsconcepten met een plan van acties is te vinden in bijlage 4.

Target De target is een op de faculteit goed zichtbare “ruimte” voor innovatie17 in het leven te roepen voor de nieuwe ontwikkelingen binnen of buiten de pijlers zodat creativiteit en innovatie kunnen bloeien en nieuwe out of the box ideeën kunnen ontstaan. In de uitwerking van de werkgroep Nieuwe onderwijsconcepten zijn diverse voorbeelden te vinden en zijn een vijftal belangrijke doelen c.q. behoeften voor het onderwijs geïdentificeerd die de kwaliteit ten goede zouden moeten komen: - het motiveren van studenten door meer verantwoordelijkheid (control + commitment) bij studenten leggen

16 LASI-Amsterdam: Learning Analytics Summer Institute, Amsterdam 5-6 juli 2013. LASI-global werd op het initiatief van SOLAR (Society for Learning Analytics Research) georganiseerd, naast op Stanford University tegelijkertijd nog op 9 locaties op de we-reld. http://ictofnwi.wordpress.com/2013/07/15/lasi-amsterdam-was-een-groot-succes/ 17 Hiermee wordt GEEN fysieke ruimte bedoeld maar een mogelijkheid voor het uitwisselen van ideeën van docenten, het uit-voeren van pilot projecten en het faciliteren van de zichtbaarheid van de resultaten van de pilots voor andere docenten.

16

Page 17: Meerjarenplan ICT en Onderwijsinnovatie FNWI · hebben we o.a. meegemaakt met een van de pijlers (Learning analytics) wat bewijst dat dit uiterst belangrijk is. Het Meerjarenplan

- meer critical thinking/uitdagingen oefenen - het leerproces stimuleren door (meer) interactie tussen studenten - het leerproces stimuleren door de studenten te activeren en uit te dagen - dieper leren met just in time/enough informatievoorziening

Netwerken De informatie over de ontwikkelingen wordt gedeeld op het kennisplatform Starfish o.a. met de bedoeling om nieuwe netwerken rond een onderwerp te creëren. Verder wordt waar mogelijk een connectie met de bestaande UvA focusgroepen en SIG’s bij SURF gezocht.

Docentprofessionalisering Een keer per jaar wordt bij de FNWI een bijeenkomst in de omvang van een dagdeel georganiseerd met de titel Onderwijslab, al dan niet rond een specifiek onderwerp. De bijeenkomst zal een hands-on karakter hebben waar nieuwe concepten groepsgewijs worden besproken en oplossingen voor eigentijds onderwijs met ICT worden be-proefd om ter plekke tot een proof of concept te komen. Hierdoor kunnen er nieuwe ideeën voor pilots tot stand komen.

Evalueren en bewaken van kwaliteit De effecten van nieuwe concepten op de kwaliteit van het leerproces worden gemeten binnen de pilotprojecten en in het kader van de onderwijsexperimenten.

Creëren van de mogelijkheden voor het opzetten van onderwijsexperimenten en het voorzien in technische randvoorwaarden

In de afgelopen tijd is het voorgekomen dat een idee met behulp van een subsidiegever buiten de faculteit gereali-seerd kon worden (UvA ICTO fonds, SURF, ICAB, zie appendix). Er zijn goede ervaringen met het ontwikkelen van software in samenwerking met FNWI-studieonderdelen en individuele studenten bekend, bijvoorbeeld de ontwik-keling van de applicatie voor het project Tentamenlade dat door eerstejaarsstudenten van het vak Webprogramme-ren en Databases was ontwikkeld.18 Ook samenwerken met onderzoeksgroepen is goed denkbaar.

De financiering was nu alleen mogelijk als een goed idee van een docent toevallig matchte met de voorwaarden van een tender en vervolgens de subsidie werd binnengehaald. Vele goede ideeën zijn echter op deze manier niet te realiseren.

Om het Onderwijslab tot een succes te maken vragen we aan de faculteit om het volgende mogelijk te maken:

1. Onderwijsinnovatieprojecten met ICT binnen de faculteit ook zonder externe subsidie te kunnen starten door een budget te reserveren (zie het voorstel in Financieel plan), zodat docenten en/of docententeams een innova-tieproject met ICT bij de faculteit kunnen aanvragen. Hiervoor wordt een projectvoorstel ingediend. De Werk-groep Onderwijslab zal twee keer per jaar door de docenten of docententeams ingediende voorstellen19 verza-melen en volgens de vaste criteria beoordelen. Het werk van de docent aan het project valt in het kader van het cursus/curriculumontwerp. Voor ondersteuning worden in principe student-assistenten ingezet. Daarnaast kan van een deel van de subsidie materiaal aangeschaft worden indien dit nodig is voor het project-experiment (denk aan b.v. zoiets als smartpennen of bepaalde software). De student-assistenten worden aangestuurd door de do-cent-projectleider.

2. Concours voor studenten voor de beste onderwijsapp

Een keer per jaar een concours organiseren waar studenten mee kunnen dingen voor de beste onderwijsapp. De inzendingen worden beoordeeld door een jury. De eerste prijs houdt in behalve een kleine financiële beloning

18 http://ictofnwi.wordpress.com/category/studenten/ 19 bijvoorbeeld in de maand oktober en in de maand maart

17

Page 18: Meerjarenplan ICT en Onderwijsinnovatie FNWI · hebben we o.a. meegemaakt met een van de pijlers (Learning analytics) wat bewijst dat dit uiterst belangrijk is. Het Meerjarenplan

ook het (experimenteel) beschikbaar stellen van de app (in principe op de IVO-server) voor docenten/opleidin-gen. Daarnaast worden nog twee aanmoedigingsprijzen gegeven voor de tweede en de derde plaats met een bericht op de ICTO-FNWI blog.

Valorisatie De potentie is gelegen in de herbruikbare tools en methodes als proof of concept en het publiceren van resultaten van de onderwijsexperimenten (toegepast evidence based onderwijskundig onderzoek). Good practices worden ge-publiceerd op Starfish en het nieuws en actualiteiten op de ICTO-FNWI blog en in de FNWI nieuwsbrief en de UvA ICTO nieuwsbrief.

5. Financieel plan ICTO-FNWI heeft in afgelopen twee jaar met uitzondering van een klein project over toetsen bij een biomedisch vak alle projecten met behulp van externe subsidies uitgevoerd (zie appendix). Het meedingen naar externe subsidies wordt in de periode van het Meerjarenplan volgens dezelfde methodes voortgezet o.a. omdat het samenwerken met anderen in dit veld extreem belangrijk is voor de ontwikkelingen. Door de afhankelijkheid van derde partijen én het beperkt aantal subsidiegevers is de omvang van externe subsidies allerminst duidelijk. Wij zijn van mening dat de FNWI een duurzaam ICT- en onderwijsinnovatieprogramma nodig heeft met een financiële constructie die niet alleen van externe subsidiegevers afhankelijk is maar waar extern gesubsidieerde projecten de onderwijsinnovatie-projecten met ICT van de faculteit verrijken, versterken en verbinden met andere inspanningen voor de onderwijs-kwaliteit, en andere partners (faculteiten, instellingen) in dit veld.

Om de doelen in het kader van de thema’s van dit Meerjarenplan te kunnen bereiken zal een bijdrage door de indi-viduele FNWI docenten en/of docententeams geleverd worden in het kader van hun cursus of curriculumontwerp. Dat is in de afgelopen twee jaar de praktijk geweest. Daarnaast is extra ondersteuning voor deze docenten nodig. Dit kan gerealiseerd worden door student-assistenten. Bij een aantal activiteiten zullen materiële kosten ontstaan waarvoor een budget nodig is.

Voor het realiseren van dit Meerjarenplan en het ondersteunen van onderwijsinnovatieprojecten met ICT vragen wij het volgende:

- Zichtbare inzet van de staf

de bijdrage van de individuele FNWI-docenten of docententeams aan innovatie van onderwijs met ICT is op dit moment niet zichtbaar in hun taakstelling. Ons voorstel is om hun inspanningen voor de innovatie/vernieuwing met ICT in het kader van hun cursus/curriculumontwerptaken ten behoeve van hun vakken en opleidingen zicht-baar te maken in het DVM-model. Dat geldt ook voor lidmaatschap in ICTO-FNWI werkgroepen en in het ICTO-FNWI MT.

- Een ICTO-FNWI-coördinator die als een structurele taak op jaarbasis alle activiteiten binnen ICTO-FNWI coördi-neert.

- Het structureel op jaarbasis aanstellen van drie student-assistenten in de totale omvang van 2.5 dagen/week voor het ondersteunen van de drie pijlers (A-L-T) in de periode van het Meerjarenplan. De assistenten worden aangestuurd door de werkgroepen van de pijlers met dagelijkse leiding door de ICTO-FNWI-coördinator.

- Het reserveren van een bedrag van minimaal 20.000 euro per jaar voor de ICTO innovatieprojecten binnen het Onderwijslab. Voor de beoordeling van de projectvoorstellen wordt een beoordeling en selectieprocedure opge-zet. Het gereserveerde bedrag wordt alleen gebruikt als de inzendingen aan de gestelde kwaliteitseisen voldoen. De subsidierijpe voorstellen worden door het ICTO-FNWI MT aangedragen bij het OWIDO voor honorering.

- Het reserveren van een bedrag van 1.500 euro per jaar voor het Concours De Beste OnderwijsApp waar FNWI studenten aan kunnen meedoen. Hoofdprijs 800 euro.

- Het reserveren van een budget van 6.000 euro per jaar voor ICTO-FNWI MT voor het organiseren van activiteiten van ICTO-FNWI

18

Page 19: Meerjarenplan ICT en Onderwijsinnovatie FNWI · hebben we o.a. meegemaakt met een van de pijlers (Learning analytics) wat bewijst dat dit uiterst belangrijk is. Het Meerjarenplan

o minimaal vier bijeenkomsten voor docentprofessionalisering (één per thema), 2.000 euro/jaar o bijeenkomsten van docentengroep over evidence based onderzoek, 1.000 euro/jaar o informatievoorziening en het onderhoud van het kennisplatform Starfish, 1.000 euro/jaar o het beheer van de innovatieserver IVO, 1.000 euro/jaar o kleine incidentele uitgaven, 1.000 euro/jaar.

6. Appendix ICT en onderwijsinnovatieprojecten bij de FNWI sinds 2011, status september 2013 In Schema 3 worden de ICT- en onderwijsinnovatieprojecten sinds 2011 gepresenteerd. Sommige pro-jecten zijn al afgerond, andere lopen nog. Er is veel verband tussen deze projecten. Alle drie de pijlers die in het Meerjarenplan zijn vastgelegd, zijn in de topics van deze projecten duidelijk terug te vinden. Bij een deel van de projecten (Schema 3) gaat het om een directe continuering en volgen ze elkaar als een op-schaling of als een verdieping.

Schema 3: ICT en onderwijsinnovatieprojecten bij de FNWI sinds 2011, status september 2013. De projecten aan-

gegeven met een vinkje zijn afgerond.

De projecten zijn mogelijk gemaakt door drie subsidiegevers: het UvA ICTO fonds, SURF en ICAB (InnovatieCentra Academisch Bètaonderwijs). Bij een deel van deze projecten heeft de FNWI met partners/andere instellingen sa-mengewerkt. De meeste ICT en onderwijsinnovatieprojecten hebben een begroting met een verplichte eigen bij-drage (matching). Bij alle projecten was/is de matching gerealiseerd in natura met de werkzaamheden van de do-

19

Page 20: Meerjarenplan ICT en Onderwijsinnovatie FNWI · hebben we o.a. meegemaakt met een van de pijlers (Learning analytics) wat bewijst dat dit uiterst belangrijk is. Het Meerjarenplan

centen of betrokken staf die zijn uitgevoerd in het kader van de ontwikkeling binnen en voor hun eigen vak, pro-gramma of pasten binnen eigen functieomschrijving. De subsidie was gebruikt voor de inzet van de student-assis-tenten. In de tabel zijn de projecten aangegeven met de totale begroting per project, de subsidie en de subsidiege-ver.

Tabel: ICT en onderwijsinnovatieprojecten van 2011 – status september 2013

Titel project Subsidiegever Periode Begroting (€) Subsidie (€) Projectleider (UvA) BRAVO UvA ICTO fonds 2011-2012 20.000 15.000 A. Heck Signaalanalyse voor de Life Sciences

UvA ICTO fonds 2011-2012 20.000 15.000 W. Wadman

Virtual Globe UvA ICTO fonds 2011-2012 17.925 13.444 H. Seijmonsbergen Criminalistics goes Wiki

UvA Grassroots 2011-2012 1.000 1.000 S. Berends- Montero

TPACK in docent-pro-fessionalisering

SURF (UvA penvoerder)

2012-2013 42.500 (UvA: 11.367)

7.388 N. Brouwer

ONBETWIST SURF (UvA partner)

2011-2012 UvA: 62.000 46.000 A. Heck

Online Schakelen UvA ICTO fonds 2012-2013 19.955 14.966 A. Haker STEEP UvA ICTO fonds 2012-2013 25.170 18.878 N. Brouwer SmartVoting UvA Grassroots 2012-2013 10.000 10.000 A. Janmaat Video als feedback tool voor presenta-ties

UvA Videolijn 2011-2012 10.000 6.300 T. Mulder

User needs van do-cent en student bij de inzet van learning analytics

SURF (UvA partner)

2011 19.415 (UvA 9.000)

4.500 N. Brouwer

Natuurkunde tenta-menvragen database

ICAB (UvA penvoerder)

2012-2013 12.000 12.000 M. Vreeswijk

Scheikunde - EChemTest

ICAB (UvA partner)

2012-2013 6.000 (UvA 4.000)

6.000 N. Brouwer

COACH SURF (UvA penvoerder)

2013-2014 18.000 10.000 A. Heck

Tentamenlade2.5 SURF (UvA penvoerder)

2013-2014 21.000 (UvA 9.700)

6.700 N. Brouwer

TWIST SURF (UvA partner)

2013-2014 30.000 (UvA 4.200)

1.200 A. Heck

Kennisclips voor acti-verend onderwijs

UvA Grassroots 2013-2014 10.000 10.000 N. Brouwer

Begroting totaal (alle partners)

>300.000

Begroting FNWI 264.317 Subsidie FNWI 198.376

20

Page 21: Meerjarenplan ICT en Onderwijsinnovatie FNWI · hebben we o.a. meegemaakt met een van de pijlers (Learning analytics) wat bewijst dat dit uiterst belangrijk is. Het Meerjarenplan

7. Bijlagen: rapportages van de werkgroepen 7.1 Bijlage 1: Thema Toetsen en toetsgestuurd leren Leden werkgroep: Voorzitter: André Heck (KdV), overige leden: Harold van den Burg (SILS), Monique Diks (ESC), Jasper van Enk (student Bachelor Kunstmatige intelligentie), Wim Ghijsen (SILS) 1. Huidige situatie Binnen FNWI-onderwijs wordt digitale toetsing al gebruikt in formatieve en diagnostische sfeer: bij verschillende vakken worden diagnostische ingangstoetsen en toetsbanken met veelal multiplechoicevragen gebruikt. Deze ont-wikkelingen zijn door de jaren heen ondersteund door een serie van ICTO projecten, gesubsidieerd door SURF of door het UvA ICTO-fonds. Er worden toetsbanken en toetsomgevingen bij studieboeken gebruikt, eigen collecties van vragen in Blackboard, en wiskundige toets- en oefenomgevingen. Summatieve digitale toetsing en semiautoma-tisch toetsen via open vragen gebeurt nauwelijks om praktische redenen (geen toetszaal of geschikte software be-schikbaar; voor multiplechoicetentamens bij levenswetenschappen worden nog schrapkaarten gebruikt). Toetsana-lyse wordt slechts beperkt toegepast, vooral voor aanpassing van becijfering en in mindere mate voor verbetering van de kwaliteit van de toetsvragen. 2. Belang Digitale toetsing is belangrijk om meerdere redenen: in formatieve sfeer is het belangrijk dat studenten kunnen oefenen en feedback krijgen op hun werk. Via ingangstoetsen in vakken kan de voorkennis gepeild en geharmoni-seerd worden. Digitale oefening is ook van belang als voorbereiding op summatieve toetsen, in schakelprogramma’s en bijspijkering. Bij diagnostische toetsing kunnen studenten en docenten zien waar nog aandacht aan besteed moet worden. Goede en snelle feedback plus een rijk arsenaal aan oefenmateriaal is bij dit alles essentieel. Bij vakken met veel ingeschreven studenten kan summatieve digitale toetsing tijdwinst opleveren voor de docent en een spoedige afhandeling van nagekeken werk en cijfers bevorderen. Maar om de kwaliteit van toetsing en toetsgestuurd leren te borgen blijft de inzet van betrokken docenten onontbeerlijk. Dit speelt met name bij de beoordeling van en feed-back op open toetsvragen. Dit vraagtype is essentieel omdat een belangrijk leerdoel van de studie is het zelfstandig formuleren van antwoorden. Voor studenten en docenten zal digitale toetsing en toetsgestuurd leren in belangrijke mate kunnen bijdragen aan verbetering van de kwaliteit van onderwijs. 3. Doelen • Realisatie van gemeenschappelijk te gebruiken toetsapplicaties/vragenbanken van goede kwaliteit die tevens te

gebruiken zijn bij het samenstellen van tentamens (o.a. via de SURF projecten Tentamenlade 2.5 en TWIST). Hiervoor moet ook een praktische workflow ontwikkeld worden voor een kwaliteitscheck vooraf door een toets-deskundige en inhoudelijke expert. Onderdeel hiervan is dat bestaande ondersteuningstools (bijv. QDNA) waar mogelijk in praktijk beproefd en geëvalueerd worden.

• Voor summatieve digitale toetsing voor grote groepen zijn twee zaken nodig: (1) een geschikte toetszaal voorzien van voldoende computers (zo mogelijk binnen FNWI met een omvang van 75-100 computers); (2) een voldoende rijk arsenaal aan digitale vraagtypen in een veilige toetsomgeving. Met name is er behoefte aan semiautomati-sche controle van open vragen. Kant-en-klare softwaretools lijken vooralsnog niet beschikbaar. Maar experimen-tele omgevingen zoals het Automatic Exam Correction programma (ontwikkeld door FNWI-student Remco Hen-driks) voor gescande handgeschreven en digitale toetsen kunnen in praktijk beproefd worden.

• Docenten hebben baat bij ondersteuning van digitale toetsing. Actiepunt hiervoor is de realisatie van een help-desk waar docenten met vragen en problemen over digitale toetsing terecht kunnen (eerste aanzet kan in het kader van het ICTO-fondsproject STEEP).

• Professionalisering van de bewaking van toetskwaliteit op basis van beschikbare toetsanalyses plus digitale ar-chivering van toetsen en toetsresultaten. Voor examencommissies en centrale opslag in de onderwijsadministra-tie is dit belangrijk.

21

Page 22: Meerjarenplan ICT en Onderwijsinnovatie FNWI · hebben we o.a. meegemaakt met een van de pijlers (Learning analytics) wat bewijst dat dit uiterst belangrijk is. Het Meerjarenplan

4. Programma 1e jaar:

- In overleg met onderwijsdirecteuren en coördinatoren digitale ingangstoetsen en tussentijdse toetsen in cur-sussen toepassen (Life Sciences, wiskunde-serviceonderwijs, etc.) na kwaliteitscontrole vooraf en zo mogelijk met gebruikmaking van bestaande databanken. Zoveel mogelijk door gebruik te maken van bestaande digitale omgevingen zoals Blackboard.

- Pilot met toepassen van het semiautomatisch Exam Correction programma bij open-vraag toetsen van grote groepen (100 of meer) studenten.

2e jaar: - Opzetten van helpdesk voor docenten, bemand door student-assistenten - Pilot voor digitale summatieve toetsen in bestaande computerzalen (bijvoorbeeld bij AMC, economie of psy-

chologie) - Archivering van digitale toetsen voor onderwijsadministratie, en toetsanalyse voor docenten en examencom-

missies 5. Koppeling met FNWI onderzoek Onderwijsresearch staat bij FNWI momenteel op een laag pitje. Dit geldt ook voor (vak)didactisch research op het terrein van hoger onderwijs. Dit is jammer omdat het een evidence-based aanpak van onderwijsinnovatie onmoge-lijk maakt. Koppeling met FNWI-onderzoek zal daarom slechts in beperkte mate te realiseren zijn en veelal door persoonlijke inzet van individuele docenten. Een structurele betekenis van FNWI-onderzoek is op korte termijn niet te voorzien. Wat betreft onderzoek naar ICT in onderwijs lijkt een koppeling met informaticaonderzoek nog het meest voor de hand. 6. Koppeling met FNWI onderwijs Een recent voorbeeld van wat een bestaand vak kan betekenen is het vak Webprogrammeren en Databases: in dit kader is in het kader van een ICTO-FNWI project in samenwerking met het ICAB-netwerk een pilotversie van Tenta-menlade ontwikkeld. In het landelijke ICTO-FNWI SURF project Tentamenlade 2.5 wordt dit opgeschaald. Inschakeling bij BKO-projecten en toepassing door docenten in bestaande cursussen is een tweede mogelijkheid. Belangrijk bij inzet van individuele docenten is dat dit zichtbaar in het DVM-model wordt. Momenteel leunt innovatie vooral op extra inspanningen van individuen bovenop hun reguliere werkzaamheden. 7. Effectmeting Aan de hand van herhaalde toetsresultaten en een vergelijking met toetsen en resultaten uit voorgaande jaren wor-den effecten gemeten. Te meten effecten zijn tijdwinst voor docenten en administratie plus verhoogde aandacht voor toetskwaliteit. Dit kan geschieden door evaluaties met docenten en studenten. 8. Andere relevante punten voor het Meerjarenplan Op lange termijn: realisatie van continu bemande helpdesk voor digitale toetsing. Afhankelijk van pilotresultaten: realisatie van aparte zaal bij FNWI voor digitale toetsing

22

Page 23: Meerjarenplan ICT en Onderwijsinnovatie FNWI · hebben we o.a. meegemaakt met een van de pijlers (Learning analytics) wat bewijst dat dit uiterst belangrijk is. Het Meerjarenplan

7.2 Bijlage 2: Thema Afstandsonderwijs – zelfstandig leren Leden van de werkgroep: Voorzitter Erwin van Vliet (SILS), overige leden: Andrea Haker (IvI-IIS), Bernd Ensing (HIMS), Alex Kieft (masterstudent Natuurkunde), Lars Borm (bachelorstudent Psychobiologie), Christa Testerink (SILS), René Williams (HIMS).

1. Huidige situatie De volgende twee toepassingen worden FNWI-breed gebruikt om zelfstandig leren te stimuleren en zijn algemeen geaccepteerd: - Uitwisselen van informatie via Blackboard - Het opnemen en aanbieden van hoorcolleges die worden gehouden in de grote collegezalen Ondanks dat studenten en docenten zelfstandig leren belangrijk vinden binnen de diverse opleidingen van de FNWI, zijn de FNWI brede toepassingen beperkt.

Werkvormen om zelfstandig leren te stimuleren die vaker worden toegepast door diverse opleidingen (o.a. bachelor Psychobiologie, bachelor Bio-medische wetenschappen, programmeeronderwijs informaticaopleidingen), echter door een selecte groep docenten, zijn:

- Flipped classroom, waarbij studenten voorafgaand aan colleges online informatie aangeboden krijgen, veelal korte kennisclips, waarmee thuis een voorbereiding wordt gedaan en waarbij in het college verdere verdieping plaatsvindt.

- Het gebruik van stemkastjes tijdens colleges, waarbij studenten wordt gevraagd zelf meerkeuzevragen te maken en in te sturen via een forum op Blackboard. Deze vragen worden gebruikt in het college en hierbij wordt op individueel niveau feedback van studenten gevraagd tijdens het college. - Het zelf produceren van een kennisclip door studenten (“Van de oerknal naar het leven”)

http://www.youtube.com/channel/UC_Gu5tiiK95WC1o6a4Vx_iA/ - Online projectvormen, waarbij studenten informatie kunnen zoeken en plaatsen (o.a. Wikilearn, Echem, Web-

start). - Het gebruik van videocolleges van o.a. Harvard en MIT tijdens UvA colleges.

Het acceptatieniveau van deze werkvormen is geaccepteerd wat betekent dat ze worden toegepast in de onderwijs-praktijk, maar de groep van docenten is nog klein. Binnen de FNWI wordt incidenteel gebruik gemaakt van volledig afstandsonderwijs, waarbij studenten geheel zelf-standig leren: - Pre-masterprogramma: online schakelen (GSI/master Information Studies). Volledig afstandsonderwijspro-

gramma ter voorbereiding op de Master Information Studies. De online modules voor de pre-master zijn ontwik-keld in het ICTO fondsproject 2012 Online schakelen.

- Zelfevaluatietoets in Blackboard om voorkennis Statistiek te toetsen (IIS/master Forensic Science).

Het acceptatieniveau van volledig afstandsonderwijs is beperkt, maar wordt wel succesvol toegepast voor specifieke onderwijsprogramma’s.

2. Belang Zelfstandig leren stimuleert meer diepgaand leergedrag (“deep learning”) en het behalen van hogere cognitieve niveaus volgens de taxonomie van Bloom. Dit zal leiden tot een beter begrip en het beter onthouden van de studie-stof. De doelgroep bestaat uit gemotiveerde, gedisciplineerde studenten met zelfkennis, van zowel bachelor- als masterniveau. Voordelen zelfstandig leren voor student:

- gestuurd leren leidt tot meer zelfstandigheid - besparing van reistijd - flexibele indeling van studietijd, niet gebonden aan vaste uren of plaatsen - leren in eigen omgeving op eigen tempo - informatie delen en uitwisselen met andere deelnemers - niet afhankelijk van samenwerking met anderen

23

Page 24: Meerjarenplan ICT en Onderwijsinnovatie FNWI · hebben we o.a. meegemaakt met een van de pijlers (Learning analytics) wat bewijst dat dit uiterst belangrijk is. Het Meerjarenplan

- eigen verantwoordelijkheden/planning/zelfstandigheid leren ontwikkelen - gerichte vraagstelling aan docent mogelijk, afgestemd op eigen behoefte

Voordelen zelfstandig leren voor docent/UvA: - efficiënt tijdgebruik (door voorbereiding van studenten buiten de contacturen is er meer tijd voor verdieping

voor de docent tijdens contacturen) - geven van gerichte feedback aan student, afgestemd op individuele vraag (“maatwerk”) - besparing collegezaalruimte - afstandsonderwijs in combinatie met toetsing kan gebruikt worden voor selectie aan de poort (bijv. bachelor

Psychobiologie met > 400 aanmeldingen voor het eerste jaar, pre-master programma Information Studies)

Beperkingen/uitdagingen voor zelfstandig leren voor student: - vereist discipline en motivatie - vereist ICT-vaardigheden - geen direct contact met andere studenten

Beperkingen/uitdagingen voor zelfstandig leren voor docent/UvA: - moet worden gebruikt binnen didactische lijn van vak (niet als los onderdeel) - vereist ICT-ondersteuning - niet voor alle opleidingen/vakken mogelijk of geschikt - regelmatig contact met student is essentieel om vorderingen te volgen - online toetsing moet verder worden uitgewerkt, eindtoets op UvA

3. Doelen Zelfstandig leren geeft de student ruimte tot het ontwikkelen van eigen leerprocessen, waarbij de verantwoorde-lijkheid rust op de student en waarbij de docent de ondersteuning biedt die door de student wordt gevraagd. Hier-mee kan het studierendement/succes worden verbeterd. De concrete doelen voor de komende twee jaar:

• Meer draagvlak/acceptatie voor ‘zelfstandig leren’ methodes binnen het huidige onderwijs door het starten van enkele pilots bij diverse opleidingen binnen de FNWI

• Methodes ter bevordering van zelfstandig leren beschikbaar maken voor docenten (bijv. website met over-zicht van methodes) en opnemen in het traject van docentprofessionalisering

• Voldoende hands-on ondersteuning van docenten (zoals bv. audiovisuele ondersteuning: probleem > direct contact met ondersteuning)

• Ervaringen uitwisselen en onderzoek uitvoeren naar de effecten van zelfstandig leren (evidence based)

Aan het eind van de periode van twee jaar is het de bedoeling alle nieuwe docenten voor te lichten (middels het professionaliseringstraject Basis Kwalificatie Onderwijs) en een selecte groep gemotiveerde docenten te laten wer-ken met methodes ter bevordering van zelfstandig leren en tevens onderzoek uit te voeren naar de effecten van deze leermethodes.

Door de presentatie van onderzoeksresultaten zal worden getracht bekendheid en bereidwilligheid onder docen-ten te vergroten, met als doel het acceptatiedrempel voor nieuwe methodes te verlagen.

4. Programma De volgende acties zijn nodig:

- Voorlichting van docenten per opleiding via onderwijsdirecteur/opleidingsdirecteur/onderzoeksdirecteur - Delen van kennis en ervaringen middels website met forum en overzicht van methodes die kunnen worden

ingezet voor afstandsonderwijs/zelfstandig leren - Ondersteuning ICT/student-assistenten - Opstarten van pilots bij diverse opleidingen, via OC-advies naar opleiding - Assistentie bij opnamemogelijkheden/studiogebruik binnen FNWI t.b.v. flipped-classroom

24

Page 25: Meerjarenplan ICT en Onderwijsinnovatie FNWI · hebben we o.a. meegemaakt met een van de pijlers (Learning analytics) wat bewijst dat dit uiterst belangrijk is. Het Meerjarenplan

5. Koppeling met FNWI onderzoek Op kleine schaal wordt al gebruik gemaakt van afstandsonderwijs en zelfstandig leren. Hier wordt ook onderzoek naar gedaan. De uitkomsten zijn positief. Om de effecten FNWI-breed te meten is verder onderzoek nodig. Enthou-siaste docenten van diverse opleidingen kunnen starten met een pilot en de effecten van het aangeboden onder-wijs moeten verder worden onderzocht.

6. Koppeling met FNWI-onderwijs Er kunnen diverse pilots worden gestart bij de vakken met diverse onderwijsvormen (hoorcollege, werkcollege, practicum), FNWI-breed. Te denken valt aan bijv.1 vak per opleiding.

7. Effectmeting Op dit moment wordt kleinschalig onderzoek uitgevoerd naar de effecten van flipped-classroom in vergelijking met “klassieke” colleges op het leergedrag en de motivatie van studenten. Hiertoe wordt een gestandaardiseerde vra-genlijst afgenomen die leergedrag en motivatie van studenten op 15 punten scoort. Dit kan verder worden uitge-breid en de resultaten van diverse vakken kunnen worden vergeleken. Daarnaast kan worden getoetst of kennis die opgedaan is, bij latere vakken nog aanwezig is.

Effectmeeting eigen doelen: - Afhankelijk van afgesproken plan, bv. aantal vakken waarin afstandsonderwijs wordt toegepast in relatie met

tevredenheid docenten 8. Andere relevante punten voor het Meerjarenplan

- blended learning: combinatie van contactonderwijs in combinatie met e-learning - MOOC: massive open online course, verwacht wordt dat de opkomst van MOOCs een belangrijke druk zal

uitoefenen op het business model van universiteiten - Er is behoefte aan Educational Support. Binnen de FNWI is op dit moment geen aanspreekpunt/afdeling die

zich hiermee bezig houdt. - afstandsonderwijs als selectie aan de poort voor grote bacheloropleidingen (o.a. Psychobiologie)

25

Page 26: Meerjarenplan ICT en Onderwijsinnovatie FNWI · hebben we o.a. meegemaakt met een van de pijlers (Learning analytics) wat bewijst dat dit uiterst belangrijk is. Het Meerjarenplan

7.3 Bijlage 3: Thema Learning analytics Leden van de werkgroep: Voorzitter: Sander Latour (student master Kunstmatige intelligentie), Ilse Kuijpers (FNWI data), Sape Kinderman (HIMS), Bert Bredeweg (IvI), Toto van Inge (IvI) 1. Huidige situatie Learning Analytics betreft het verzamelen, analyseren en interpreteren van data over studenten in het onderwijs. De verzamelde data kunnen worden ingezet ter verbetering van het onderwijs. Voorbeelden hiervan zijn bijvoor-beeld dashboards voor studenten en docenten. Een studentdashboard zou informatie kunnen geven over hoe de student ervoor staat, bijvoorbeeld ten opzichte van de groep. Dit kan gebruikt worden ten behoeve van de zelfre-flectie of om concrete feedback te geven over hoe het gaat. Andere mogelijkheden van een student dashboard liggen in automatische gepersonaliseerde aanbevelingen van lesmateriaal. Een docent dashboard bevat dikwijls informatie over de voortgang van groep, indicaties van risicostudenten en informatie over het gebruik van het lesmateriaal. Echter, er kan ook gekeken worden naar sociale verbindingen in een groep of inhoudelijke contributie in een forum. Over het algemeen omvat het elke vorm van verbetering in het leerproces of de leeromgeving op basis van verza-melde data. Learning Analytics is in de faculteit inmiddels geen onbekend begrip meer. Met de verkenning in een ICTO-FNWI SURF-project is een constante interesse in het onderwerp ontwaakt. Er zijn samenwerkingen gestart met het IC en de VU om gezamenlijk te werken aan ontwikkelingen op dit gebied. Daarnaast worden er gesprekken gevoerd met andere faculteiten om de verschillende expertises te koppelen. De FNWI heeft met haar docenten en studenten een grote troef in handen. Ten eerste omdat docenten vaak al behoorlijk open lijken te staan voor digitale onderwijs-componenten, wat vaak een voorwaarde is in Learning Analytics-toepassingen. Deze bereidheid blijkt dikwijls groter dan bij andere faculteiten. Daarnaast heeft de faculteit met de informatiewetenschappenopleidingen de mogelijk-heid inhouse software te ontwikkelen die gebruikt kan worden in experimenten rondom Learning Analytics, iets wat bij andere faculteiten nagenoeg niet voorkomt. Dit lijkt in potentie te betekenen dat de FNWI in staat zou kunnen zijn om grootschalig op Learning Analytics in te zetten en daarmee voorop te lopen in de ontwikkelingen in het onderwerp. Ondanks deze grote potentie en het eerste enthousiasme, zit Learning Analytics nog in de beginfase als innovatie. Het gebied is in grote mate nog in de fase van academisch onderzoek en er zijn nog beperkte kant-en-klare oplossingen beschikbaar. Vanuit de SURF Special Interest Group voor Learning Analytics komt echter het geluid dat juist het gat van onderzoek naar onderwijspraktijk essentieel is om in te vullen. Zij stellen dat een iteratief proces met veel betrokkenheid van docenten en empirische evaluaties de beste manier is om snel vooruit te komen. Daar-naast lijkt het verstandig om in het kader van docentprofessionalisering eerder betrokken te zijn bij deze technieken om daar intern kennis over te vergaren. Internationaal zijn er voorbeelden te noemen van succesvol (in termen van studiesucces) resultaat als gevolg van Learning Analytics. Er is echter nog veel behoefte aan het verder valideren van toepassingen en methoden in dat gebied. 2. Belang In tegenstelling tot andere vormen van analytics die al toegepast worden op het managementniveau biedt Learning Analytics unieke kansen om rechtstreeks het leren en de leeromgeving te verbeteren. Het stelt docenten in staat om gedetailleerde informatie te krijgen over studievoortgang, gebruik van lesmateriaal en het onderwijsproces. Het stelt studenten in staat om inzicht te krijgen in hun eigen studiegedrag en voortgang en suggesties te krijgen over hoe dat te verbeteren. Daarnaast kan Learning Analytics ook studieadviseurs ondersteunen met een betere monitoring en diagnose van aandachtspunten. In een faculteit waar onderwijs met toenemende mate digitaal plaats vindt en er tegelijkertijd minder tijd per studenten beschikbaar is voor face-to-face begeleiding, is het effectief inzetten van Learning Analytics middelen een onmisbare stap. Naast de rechtstreekse impact op het onderwijs heeft Learning Analytics ook nog indirecte impact op het onderwijs binnen de FNWI. Zo kan Learning Analytics gebruikt worden om ingezette onderwijsinnovaties te evalueren en te bestuderen op een schaal die vele malen gedetailleerder kan zijn dan enkel resultaten op tentamens. Het kan inzicht geven in veranderingen in de snelheid van de voortgang van een student, in de effecten op andere criteria dan kennisopname (zoals actief participeren in groepen of betere spreiding van inzet van de student) en in eventuele verborgen verbanden met andere factoren. Deze analyses zijn theoretisch ook zonder Learning Analytics mogelijk, maar door de grote hoeveelheden mogelijke data en beperkte tijd zijn dergelijke inspanningen niet haalbaar in de

26

Page 27: Meerjarenplan ICT en Onderwijsinnovatie FNWI · hebben we o.a. meegemaakt met een van de pijlers (Learning analytics) wat bewijst dat dit uiterst belangrijk is. Het Meerjarenplan

praktijk zonder een instrument als Learning Analytics. Door de data die verzameld gaan worden door Learning Ana-lytics zijn er ook mogelijke onderzoeksinteresses mee te bedienen en een deel van die interesses vallen onder de FNWI. Learning Analytics heeft een impact op de verbetering van onderwijs, onderwijsinnovatie, docentprofessio-nalisering en op onderzoek. 3. Doelen - Zichtbaar maken van opbrengsten als gevolg van Learning Analytics. Daarbij moet ook rekening gehouden wor-

den met opbrengsten op randgevallen: de studenten die een vak alleen halen met enorme inspanning van de docent. Doe je dat niet, dan zou een lichte verhoging van rendement ten onrechte als weinig worden beschouwd. Daarnaast biedt Learning Analytics de mogelijkheid om ook naar andere maten van succes te kijken, bijvoorbeeld activiteit, inhoudelijke bijdrage en benodigde inspanning van docent en student.

- Richten op kleinschalige projecten waar je conclusies aan kan verbinden. Daarbij moet er in pilots ingezet worden op een combinatie van bestaande tools en koppelingen daartussen, met als doel de gegevens uit die tools samen te voegen tot een gezamenlijk beeld van een student.

- Opstarten van een traditie in Learning Analytics, in tegenstelling tot eenmalige investeringen. Er zou ingezet moeten worden in een constant gebruik van Learning Analytics in het onderwijs.

- Gebruiken van kennis uit andere faculteiten. Learning Analytics is een multidisciplinair onderwerp en zou ook zo veel mogelijk als zodanig moeten worden uitgevoerd. Andere faculteiten hebben expertises die daar bij kunnen helpen, net als de FNWI expertises heeft die andere faculteiten nodig hebben.

4. Programma Learning Analytics is een snel ontwikkelend gebied waar constant alert op ingesprongen moet worden om de kansen volledig te kunnen benutten. Desalniettemin verwacht de werkgroep dat in grote lijnen de volgende punten belang-rijke stappen zullen zijn in de groei van dit onderwerp op de FNWI. Jaar 1

a) Er moet ingezet worden op een eerste vorm van infrastructuur die data van het leerproces uit verschillende leeromgevingen op een veilige manier kan opslaan, om deze binnen restricties weer beschikbaar te stellen aan andere tools. Een dergelijke infrastructuurlaag wordt een Learning Record Store (LRS) genoemd. De ontwikke-ling van deze LRS moet het liefst in samenwerking met andere faculteiten en het IC gebeuren. Dat verhoogt de mogelijkheid tot uitwisseling van kennis en tools.

b) Er moeten enkele pilots worden uitgevoerd om de LRS-constructie in de praktijk uit te testen. Deze pilots kun-nen dan weer leiden tot vernieuwde inzichten en eisen omtrent de opslag van data van het leerproces.

c) Er moeten enkele proof of concept tools worden ontwikkeld die in een Learning Analytics cyclus ingezet kunnen worden in het FNWI onderwijs. Op dit moment ontbreekt het nog te veel aan nuttige tools die meteen gebruikt kunnen worden. Dat komt onder andere door de vele open vragen die er nog rondom Learning Analytics toe-passingen zijn. Door zelf enkele tools te ontwikkelen en uit te proberen in het onderwijs kunnen veel van die vragen (gedeeltelijk) worden beantwoord, wat het weer mogelijk maakt om de tools te verbeteren. Op die manier draagt de FNWI zelf bij aan het beschikbaar komen van goede Learning Analytics tools, en kan het die tevens aan de internationale gemeenschap aanbieden om op andere plekken te gebruiken.

Jaar 2

a) Er moet ingezet worden op het opschalen van succesvolle pilotprojecten uit het eerste jaar. Niet alleen ver-hoogt dat de volwassenheid van de tool, het biedt ook meer inzicht in de generalisatie van de tool.

b) Er moet in samenwerking met het IC aangestuurd worden op het ontwikkelen van een dashboard waar studen-ten hun eigen data kunnen inzien. Dat is niet alleen in lijn met aankomende Europese regelgeving, maar sluit ook aan het ethisch omgaan met data.

c) Er moet in samenwerking met het IC aangestuurd worden op het ontsluiten van data in een LRS via de OpenAPI laag van de UvA. Dat zou betekenen dat een student, of een applicatie in naam van een student, gemakkelijk zelf toegang zou kunnen krijgen tot de data van die student. In verschillende sectoren is al gebleken dat het aanbieden van data via OpenAPI’s een enorme opkomst van tools tot gevolg heeft. Studenten, en anderen, zijn dan in staat om, met of zonder begeleiding, zelf de tool te ontwikkelen waarvan zij vinden dat die ontbreekt in hun onderwijs. Dergelijke tools zouden dan verzameld kunnen worden en aangeboden aan anderen.

27

Page 28: Meerjarenplan ICT en Onderwijsinnovatie FNWI · hebben we o.a. meegemaakt met een van de pijlers (Learning analytics) wat bewijst dat dit uiterst belangrijk is. Het Meerjarenplan

d) Er moet aangestuurd worden bij onderzoekers om gebruik te maken van de data in de LRS, waar juridisch en ethisch acceptabel. Dat geldt tevens voor docenten van vakken waar studenten zelf gevorderde analysetech-nieken leren toe te passen. Niet alleen is het fijn voor docenten en onderzoekers om dergelijke data gemakkelijk beschikbaar te hebben, het zal ook als effect kunnen hebben dat studenten, docenten en onderzoekers meer bewust worden van de mogelijkheden en gevaren van het verzamelen van onderwijsdata.

5. Koppeling met FNWI onderzoek Een groot aspect van Learning Analytics is de data-analyse. Er is binnen het FNWI veel expertise op het gebied van Data Mining en Machine Learning. Daarnaast is er ook enige expertise op het gebied van leersystemen die het leren automatisch ondersteunen, bijvoorbeeld in de Intelligent Tutoring Systems hoek. Dat laatste is belangrijk aangezien de data-analyse maar slechts een deel is van de Learning Analytics cyclus, minstens net zo belangrijk is hoe de analyse vervolgens pedagogisch wordt ingezet. Verder zijn er overlappen met visualisatie en human media interaction waar ook expertise in is binnen de FNWI. Het beschikbaar komen van data die tijdens cursussen verzameld zijn in de FNWI stelt onderzoekers in staat om daar vanuit hun expertise mee aan de slag te gaan. Het is dan goed mogelijk dat er nieuwe inzichten komen over het ontdekken van interessante patronen en analyses die weer ingezet kunnen worden in nieuwe Learning Analytics toepassingen voor het onderwijs. Daarnaast zou het FNWI-onderzoek kunnen samenwerken met onderwijskundigen om de gehele cyclus te bestrijken. 6. Koppeling met FNWI-onderwijs Learning Analytics heeft sterke verbintenissen met het onderwijs op twee aspecten. Enerzijds kunnen studenten, docenten en studieadviseurs profiteren van Learning Analytics tools die tot reflectie kunnen leiden, aanbevelingen kunnen doen of anderzijds het onderwijsproces kunnen ondersteunen. Enkele openstaande vragen in het FNWI on-derwijs die met Learning Analytics deels zouden kunnen worden opgelost zijn: • Hoe krijg ik gemakkelijk inzicht in de kwaliteit van een discussiepost?

Een online forum wordt in toenemende mate in cursussen ingezet als platform om studenten inhoudelijk met elkaar over de lesstof te laten discussiëren. Het is echter lastig om als docent (of student) gemakkelijk inzicht te krijgen in de kwalitatieve bijdrage van elke deelnemer. Veelal biedt het forum slechts inzicht in het aantal reacties dat iemand heeft geplaatst. Learning Analytics biedt mogelijkheden om bijvoorbeeld inzicht te geven in de rol die een persoon gespeeld heeft in de discussie. Vragen die daar bij horen zijn bijvoorbeeld: Stond een student centraal in de discussie of stond hij of zij er een beetje buiten? Waren er studenten die verschillende discussies bij elkaar brachten?

• Hoe krijg ik inzicht in individuele bijdrage aan een groepsproduct? Een docent krijgt vaak alleen het eindproduct te zien wat het gevolg is van een groepsproces waarin elk lid in meer of mindere mate heeft bijgedragen. Het is voor een docent zinvol om ook inzicht te krijgen in het proces, de ontwikkeling van het product. En met name dan welk lid welke bijdrage daar aan geleverd heeft. Dat kan ten eerste gebruikt worden t.b.v. de beoordeling, maar daarnaast kan het zowel naar de docent als naar de studenten nuttige feedback zijn. Learning Analytics zou hier een aantal stappen in kunnen zetten, met name als het over tekstdocumenten gaat. Dat zou niet alleen inzicht kunnen geven in de stukken die elk persoon geschreven heeft, maar ook welke bijdragen nog vaak zijn veranderd door medestudenten en daardoor eventueel welke goed ble-ken te zijn. Het is ook mogelijk om de docent of andere medestudenten op bepaalde momenten aan te laten geven welke secties in het document van hogere kwaliteit zijn, om vervolgens dat als gewicht aan de kwantiteit van de bijdrage mee te geven. Het is bij dit vraagstuk namelijk belangrijk om in de gaten te blijven houden dat kwantiteit meestal niet het doel is, het gaat, meestal, om de kwaliteit van de bijdrage. Ook kan het een blik geven op de taakverdeling. Werken de studenten allemaal aan hun eigen onderdeel of zijn er studenten die over de hele linie contributies maken?

• Hoe krijg ik inzicht in het gebruik van het lesmateriaal? In sommige vakken hebben studenten een bepaalde mate van vrijheid in het kiezen van het te bestuderen les-materiaal of de volgorde/aanpak daarin. Een voorbeeld daarvan is het aanbieden van extra materiaal voor de voor- of achterlopers. Ook mogelijk is dat de docent meerdere platformen aanbiedt waar studenten content kunnen vinden om hen te helpen. Het is in die gevallen interessant voor de docent om inzicht te kunnen krijgen in het gedrag van de student. Vragen die door docenten worden gesteld zijn: Welke route doorlopen studenten

28

Page 29: Meerjarenplan ICT en Onderwijsinnovatie FNWI · hebben we o.a. meegemaakt met een van de pijlers (Learning analytics) wat bewijst dat dit uiterst belangrijk is. Het Meerjarenplan

door mijn materiaal? Zijn er stukken die vaak teruggekeken worden? Lijken er plekken te zijn waar veel studenten op vast lijken te lopen? Learning Analytics kan dergelijke data analyseren om dit soort vragen te beantwoorden. Het zou zelfs het kijkgedrag tijdens een uitlegfilmpje kunnen analyseren, waar meegenomen wordt of er een punt is waar iedereen terugspoelt of juist helemaal afhaakt. In sommige gevallen zou Learning Analytics op basis van de gevonden patronen zelfs aanbevelingen kunnen doen aan studenten om ze te wijzen op voor hen nog onbekend materiaal. Dergelijke vragen zijn echter maar een greep. Verwacht wordt dat naar mate er steeds meer onderwijs plaats vindt in een digitale omgeving, er ook meer interessante mogelijkheden komen om dat onder-wijs te ondersteunen.

Het tweede aspect waar Learning Analytics en het FNWI-onderwijs elkaar kunnen versterken is bij de ontwikkeling van nieuwe technieken en tools. Het FNWI onderwijs, en met name binnen de informatiewetenschappen, leidt de grote softwareontwikkelaars, data-analisten, interactie-experts en computerwetenschappers van de toekomst op. Die opkomende expertise kan, onder begeleiding, een bijzonder productieve bijdrage leveren door in projecten en cursussen niet te werken aan verzonnen casussen, maar aan toekomstige tools die echt in het onderwijs toegepast kunnen gaan worden. Niet alleen biedt dat studenten een goede leerschool, het betrekt ze ook als stakeholder in het proces. Tenslotte zijn studenten een belangrijke afnemer van die tools, dus ze bij het ontwikkelingsproces be-trekken ligt voor de hand. Er zijn al een aantal positieve ervaringen opgedaan bij verschillende vakken in het ontwik-kelen van innoverende onderwijssoftware. De betrokken partijen hebben aangegeven daar mee door te willen gaan. Daarnaast komen in toenemende mate studenten en docenten zelf op het idee om bij te dragen aan het Learning Analytics gebied in aparte (honours)projecten. Het ICTO FNWI kan deze projecten ondersteunen en na afloop zich er voor in zetten de resultaten te behouden en te dissemineren. 7. Effectmeting Het effect is in eerste instantie betrouwbaar te meten bij het volgen van een student binnen een cohort. Bij vol-doende betrouwbare data kan ook vergeleken gaan worden zonder deze relatie. Daarvoor is dan nodig dat informa-tie geijkt wordt: cohortgrootte, zelfde of vergelijkbaar curriculum, studietempo individu, etc. Valorisatie Er zijn twee kansen voor valorisatie van Learning Analytics inzet: • Herbruikbare tools. Er bestaat de kans dat een Learning Analytics project binnen de FNWI resulteert in tools die

bijzonder bruikbaar en effectief zijn als instrument in het sturen van leren en doceren. In dat geval kan er worden ingezet op het uitrollen van de tool voor gebruikers buiten de FNWI, om daarmee de FNWI neer te zetten als een relevante speler in het veld van Learning Analytics-onderzoek en -ontwikkeling.

• Center of expertise on Learning Analytics. Door het realiseren van interessante resultaten die het effect van Lear-ning Analytics aantonen, en het bedachtzaam dissemineren van deze resultaten aan de internationale onder-zoeksgemeenschap en potentiële gebruikers, kan de FNWI zich profileren als een centrum van expertise op het gebied van Learning Analytics. Normale wetenschappelijke publicaties kunnen daarbij een belangrijk instrument zijn, maar andere formaten kunnen ook worden gebruikt, bijvoorbeeld het maken van online showcase video’s.

In beide gevallen is het doel om de resultaten van Learning Analytics projecten te gebruiken om economische en/of sociale waarde te creëren die nodig is om het momentum in te zetten voor het behouden, inspireren en uitbreiden van de FNWI Learning Analytics agenda. 8. Andere relevante punten voor het Meerjarenplan Bepaalde reflecties die mogelijk gemaakt worden door Learning Analytics lijken in het verlengde te liggen van de functionaliteiten van Datanose. Het is zinnig om op korte termijn te bekijken welke mogelijkheden hier liggen en om die op middellange termijn te benutten.

29

Page 30: Meerjarenplan ICT en Onderwijsinnovatie FNWI · hebben we o.a. meegemaakt met een van de pijlers (Learning analytics) wat bewijst dat dit uiterst belangrijk is. Het Meerjarenplan

7.4 Bijlage 4: Thema Nieuwe Onderwijsconcepten Leden werkgroep: Voorzitter: Andy Pimentel (IvI), overige leden: Coyan Tromp (IIS), Shirly Berends-Montero Quesada (Forensic science), Milo Buwalda (bachelor student Informatica), Boy Menist (FNWI management). 1. Huidige situatie Binnen de FNWI wordt op dit moment al geëxperimenteerd met verschillende vormen van ICT ondersteuning voor een vrij breed arsenaal van nieuwe onderwijsconcepten die activerend leren stimuleren, zoals peer instruction (flip-ped classroom), gebruik van digitale formatieve toetsing of het leren ondersteunen door middel van learning analy-tics. In veel van deze gevallen wordt de coördinatie en begeleiding van deze experimenten vanuit de ICTO-FNWI verzorgd aangezien het vaak onderwijstechnieken betreft die nog een relatief laag acceptatieniveau hebben. 2. Belang Het introduceren van nieuwe onderwijsconcepten, al dan niet ondersteund door ICT-gebaseerde methoden en tech-nieken, heeft primair tot doel om het leerproces van studenten te verbeteren en daarmee het studierendement te verhogen. Tevens kunnen bepaalde onderwijsconcepten (zoals learning analytics) inzicht verschaffen (voor zowel de student en de docent) in het leerproces zelf. 3. Doelen Binnen de werkgroep zijn een vijftal belangrijke doelen c.q. behoeften geïdentificeerd die de kwaliteit van ons on-derwijs ten goede komen: - meer verantwoordelijkheid (/control + commitment van het leren traject) bij studenten leggen - door middel van error recovery meer critical thinking/uitdagingen oefenen - leren stimuleren door interactie tussen studenten - leren door de studenten activeren/uitdagen - dieper leren met just in time/enough informatievoorziening Op basis van deze vijf doelen/behoeften zal er in de komende twee jaar aandacht worden besteed aan specifieke onderwijsconcepten die het bereiken van deze doelen kunnen bewerkstelligen en zal het gebruik van nieuwe/ver-nieuwende ICT-gebaseerde methoden en technieken worden onderzocht ter ondersteuning van deze onderwijscon-cepten. 4. Programma Hieronder wordt er voor elk van de vijf bovengenoemde doelen opgesomd welke onderwijsconcepten en/of ICT technieken aan de realisatie van deze doelen kunnen bijdragen. 1. “Studenten zelf verantwoordelijkheid laten nemen voor hun planning” De gedachte is dat in hoofdlijnen de volgende twee zaken geregeld zouden kunnen worden: - Op geautomatiseerde wijze wordt bepaald welke tentamens en andere deadlines voor de student ophanden zijn.

Enige tijd voor de deadline wordt automatisch een email naar de student gestuurd om hem hieraan te herinne-ren.

- De student krijgt een planningstool aangeboden waarin hij zijn geplande activiteiten kan onderbrengen. Het on-derwijsinstituut kan hierin op basis van read-only meekijken.

2. door middel van error recovery meer critical thinking/uitdagingen oefenen Error recovery vereist training zowel in het snel leren detecteren van fouten als in het leren wat je moet doen om deze fouten te boven te komen. Training in error recovery kan het best worden bereikt door interacties met real-life scenario’s. Deze kunnen worden uitgebeeld in simulaties, video’s, gaming en andere educatieve hulpmiddelen. Daar-bij geldt dat hoe meer nadruk deze tools leggen op de actieve rol van de leerling (bijvoorbeeld door video’s interac-tief te maken), des te beter (Dror, 2011).20

20 Dror, I. 2011. “A novel approach to minimize error in the medical domain: Cognitive neuroscientific insights into training”. Medical Teacher, 33, 34-38.

30

Page 31: Meerjarenplan ICT en Onderwijsinnovatie FNWI · hebben we o.a. meegemaakt met een van de pijlers (Learning analytics) wat bewijst dat dit uiterst belangrijk is. Het Meerjarenplan

Stap 1: het detecteren van andermans errors Het lijkt nuttig om de training te beginnen met onderwijs over het detecteren van fouten die door anderen zijn gemaakt. Zolang de student er op een interactieve en experimentele wijze toe aangezet wordt om fouten te detec-teren, en voldoende feedback krijgt op deze pogingen (positieve en bekrachtigende feedback wanneer een error wordt ontdekt, en informatieve feedback wanneer dit niet het geval is), gaat de training de goede richting uit. Stap 2: het detecteren van zelf gemaakte errors In de tweede fase van de training verschuift de aandacht naar het leren detecteren van fouten die de student zelf gemaakt heeft. Om dergelijke fouten te genereren, moet gebruik worden gemaakt van slimme training designs, zoals sabotage. Als de student een error ontdekt, worden hem/haar adequate tools aangereikt, dat wil zeggen hulpmid-delen die het meest geschikt zijn om de betreffende fout te corrigeren. In de daarop volgende fase krijgen de stu-denten niet simpelweg de oplossing voor het herstel van de gemaakte fout aangereikt, maar wordt hen een lijst verschaft met mogelijke herstelacties. Het is dan aan henzelf om te bepalen wat in dit geval de meest geschikte actie is voor de hersteloperatie, en om de correctie vervolgens ook zelf uit te voeren. Uiteindelijk, als het leerproces verder gevorderd is, moeten zij in staat zijn om de hersteloperaties helemaal zelfstandig te bedenken en uit te voeren. Wat er nodig is qua ICT is een manier om bijvoorbeeld geschikte interactieve video’s te maken voor de Error recovery vereist training (hardware en software) plus databases/opslagruimte voor de ontworpen producten. 3. Leren stimuleren door interactie tussen studenten Om dit doel te bewerkstelligen, kan er naar de volgende drie onderwijsconcepten worden gekeken: competition-based learning, challenge-based learning en game-based learning. In competition-based learning worden student uitgedaagd en geactiveerd door het verwerken van een competitief element in het onderwijs: studenten zijn b.v. in een competitie verwikkeld voor het vinden van de beste oplossing voor een bepaald probleem. In challenge-based learning wordt het onderwijs opgehangen aan het definiëren en oplossen van challenges door de studenten (DeHaan, 2011)21. Hier zou onderzocht moeten worden welke ICT-support voor zowel competition-based en challenge-based learning nodig is, b.v. in de vorm van het beschikbaar stellen van ICT toolboxen voor het uitwerken van challenges (presentatiesoftware, videobewerkingssoftware, mindmapprogramma’s, etc.) Game-based learning brengt een spelelement in het onderwijs en kan meerdere vormen aannemen, zoals b.v.: - het beschikbaar stellen van een virtuele omgeving (virtual reality; hierbij is de ICT-behoefte evident) waarin

studenten kunnen oefenen met het oplossen van problemen en/of opdoen van bepaalde vaardigheden, en kun-nen leren van hun fouten.

- Serious games; dit zijn vaak ook simulaties, die niet per se realiteitsgetrouw hoeven te zijn zoals hierboven, waarmee studenten kennis en vaardigheden kunnen opdoen. Hier zou de interactie met de MSc opleiding Game Studies onderzocht moeten worden.

- Role playing 4. leren door de studenten activeren/uitdagen Hier spelen onderwijsconcepten zoals collaborative knowledge building, peer instruction en flipped classroom (de discussies tussen studenten) een rol. ICT support die hierbij een rol zou kunnen spelen: voting systems, support voor het maken van micro videoclips (voor b.v. flipped classrooms), ICT-tools voor peer assessment, en software tools die samenwerking faciliteren (wiki’s, discussie-boards, Google drive, etc.). Met een aantal van deze ICT support midde-len ter ondersteuning van de bovengenoemde onderwijsconcepten wordt reeds (in beperkte vorm) geëxperimen-teerd binnen de FNWI. 5. dieper leren met just in time/enough informatie voorziening Om dit doel te bewerkstelligen zal er gekeken worden naar twee (vernieuwende) ICT-technieken: augmented reality en het toepassen van mobiele apps. Augmented reality zou als voordeel kunnen hebben dat studenten tijdens labs/practica sneller hun weg kunnen vinden qua gebruik van apparaten. Tevens zou het sneller, beter en vooral persoonlijker extra informatie kunnen verschaffen tijdens presentaties/hoorcolleges. Mogelijke nadelen zijn dat het

21 DeHaan, R. L. 2011. “Teaching creative thinking in science”. Science, 334, 1499-1450.

31

Page 32: Meerjarenplan ICT en Onderwijsinnovatie FNWI · hebben we o.a. meegemaakt met een van de pijlers (Learning analytics) wat bewijst dat dit uiterst belangrijk is. Het Meerjarenplan

veel afleiding zou kunnen geven en dat het mogelijk niet betrouwbaar is. Met betrekking tot mobiele apps zou er voordeel gehaald kunnen worden aan het snel, altijd en overal beschikbaar maken van nuttige informatie, zoals studie- en/of oefenmateriaal, roosters, afspraken, etc. 5. Koppeling met FNWI onderzoek Voor sommige onderwijsconcepten (zoals serious gaming/game-based learning) en ICT-technieken (augmented re-ality, virtual reality) is er duidelijk synergie mogelijk met onderzoek dat plaatsvindt binnen het IvI. 6. Koppeling met FNWI onderwijs Met betrekking tot het onderwijsconcept serious gaming/game-based learning is er een duidelijke link met de MSc Game Studies. 7. Effectmeting Effectmetingen zouden moeten plaatsvinden d.m.v. van pilot studies op basis van een gedegen nulmeting.

32