Masterclass beslagrecht i

110
Masterclass Beslagrecht I Jeroen Nijenhuis / Wilbert van de Donk / Carlo Eussen

description

Masterclass Beslagrecht I met als onderwerpen: Conservatoir en Executoriaal beslag. Bewijsbeslag, Afgifte en 3e Beslag.

Transcript of Masterclass beslagrecht i

Page 1: Masterclass beslagrecht i

Masterclass Beslagrecht IJeroen Nijenhuis / Wilbert van de Donk / Carlo Eussen

Page 2: Masterclass beslagrecht i

Programma13:30 Deel 1: Jeroen Nijenhuis

15:00 Pauze

15:30 Vervolg

16:00Deel 2: Wilbert van de Donk

Page 3: Masterclass beslagrecht i

Jeroen NijenhuisDeel 1: Algemene regels / Conservatoir (Afgifte)

Page 4: Masterclass beslagrecht i

Tenuitvoerlegging: algemeen deel en roerende zaken• Rechtsvordering

• 64

• 430 t/m 474

• 700-712

• 853-861

• 1077

• Algemene termijnenwet

Page 5: Masterclass beslagrecht i

Te volgen route :• Boek 3

• 1 t/m 10

• 45 ev

• 80 - 98

• 107 ev

• 236 – 258

• 276 – 295

• Boek 5: 3 & 20

• Boek 7: 45 & 600

Page 6: Masterclass beslagrecht i

Alg. Regels 430 – 438b Rv• Art 430

• Lid 1 welke titels

• Authentieke akte

• Lid 2

• Uitzondering EET, buitenlandse EBB en Small-claims uitspraken, bijzondere titels

• Lid 3 verplichte betekening (sanctie tenuitvoerlegging is nietig)

• Ook altijd bevel verplicht ?

Page 7: Masterclass beslagrecht i

Is het stuk wel een titel?• In principe enkel condemnatoire veroordeling: wat te

doen met executie van echtscheidingsconvenanten, titels enkel tegen V.O.F. (Hamer arrest), blote vernietiging in appel

• Titel executabel tegen rechtsopvolgers?

• Titel executabel tegen derden?

• Wat te doen met bankhypotheken: Rabo Visser 26 juni 1992 NJ 1993, 449

• Eenzijdige notariële aktes

Page 8: Masterclass beslagrecht i

Alg. Regels 430 – 438b Rv• Art 431

• Lid 1 geen buitenlandse titels behoudens bepaalde in art 985-994

• Lid 2 opnieuw behandeld in voor Nederlandse rechter

• Uitzonderingen EET, EBB & EGV

• Art 40 Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden en art. 5 Invoeringswet openbare lichamen BES

Vonnissen, door de rechter in Nederland, Curacao, St. Maarten, Aruba en de BES eilanden gewezen, en bevelen, door rechters uitgevaardigd, grossen van authentieke akten, aldaar verleden, kunnen in het gehele Koninkrijk ten uitvoer worden gelegd, met inachtneming van de wettelijke bepalingen van het land, waar de tenuitvoerlegging plaats vindt (geen letterlijke tekst!)

Page 9: Masterclass beslagrecht i

Executie binnen EU voor titels uit EU staten• Titels tot 1 maart 2002 EEX Verdrag

• Titels vanaf 1 maart 2002 EEX-Vo:

• art. 47 lid 1 geeft mogelijkheid tot conservatoir beslag ex art. 700 RV tot verlenen exequatur

• art. 47 leden 2 en 3: gedurende termijn rechtsmiddel enkel bewarende maatregelen. Het exequatur is daar ex lege titel voor

• na verstrijken termijn rechtsmiddel executoriaal beslag

• Onbetwiste vorderingen vanaf 21 januari 2005 EET mogelijk

Page 10: Masterclass beslagrecht i

Toepassing art. 47 EEX: aanvang executie• Artikel 47: bewarende (en voorlopige) maatregelen

• Fase A: Vanaf datum rechterlijke beslissing in F1

• Voorlopige of bewarende maatregelen conform recht F2 (op aanvraag executant; exequatur in F2 niet vereist, mits beslissing F1 conform EEX vatbaar voor erkenning in F2) (artikel 47 lid 1)

• Fase B: Vanaf datum exequatur in F2 tot einde rechtsmiddelentermijn in F2 / datum uitspraak op rechtsmiddel in F2

• Bewarende maatregelen conform recht F2 (volgt uit exequatur F2; geen nader rechterlijk verlof F2 vereist) (artikel 47 leden 2-3)

• Fase C: Vanaf einde fase B

• Executoriale fase in F2

Page 11: Masterclass beslagrecht i

Alg. Regels 430 – 438b Rv• Art 431a

• Overgang betekenen (aanzeggen, bij exploot mag ook omdat er soms niets valt te betekenen)

• Sanctie : nietigheid van de na overgang verrichte executiehandelingen

• 2:18 BW

Page 12: Masterclass beslagrecht i

Alg. Regels 430 – 438b Rv• Art 432

• Geen tenuitvoerlegging tegen 3e (geen enkele actie mag waar een 3e bij is betrokken bijv 461d, aandelen, 444a)

• Geldt niet voor onherroepelijke titels

• Geldt alleen voor vonnissen (dus niet voor notariële akte, dwangbevelen, beschikkingen)

Page 13: Masterclass beslagrecht i

Alg. Regels 430 – 438b Rv• Art 434

• Overhandiging van titel aan deurwaarder = Machtiging aan deurwaarder alle executiehandelingen te doen BEHALVE lijfsdwang hiervoor wordt een bijzondere (lees: aparte) volmacht vereist

Page 14: Masterclass beslagrecht i

Art. 470 en Art. 435• 470 lid 1 : niet verder gaan met verkoop dan nodig is

om verschuldigde te voldoen

• 470 lid 2 : geëxecuteerde kan volgorde van verkoop in beslag genomen goederen bepalen.

• 435 lid 1 : het staat de executant vrij te gelijker tijd beslag te leggen op alle voor beslag vatbare goederen, waartoe hij bevoegd is zijn vordering te verhalen. (zie wel art 521)

Page 15: Masterclass beslagrecht i

Art. 470 en 435 lid 1• Te weinig in beslag nemen kan recht schuldenaar 470

lid 2 teniet doen.

• Te veel is strijdig met proportionaliteit (denk aan Nationale Ombudsman).

• Vraag : als geëxecuteerde beweert geen eigenaar te zijn moet de deurwaarder die zaken dan buiten beslag houden (ja/nee en waarom)

Page 16: Masterclass beslagrecht i

Uitleg Art. 435 lid 2 en 3• Lid 2

• Beslag kan alleen ten laste van iemand worden gelegd op grond van een tegen hem gewezen titel

• Deze titel zal een titel zijn waarbij een ander moet worden gehengen en gedogen

• Binnen acht dagen betekenen beslag aan schuldenaar.

Page 17: Masterclass beslagrecht i

Uitleg Art. 435 lid 2 en 3• Lid 3

• Beslag ten laste van schuldenaar (ook bij voorkennis dat zaak aan een ander toebehoort!!)

• Binnen acht dagen betekenen beslag aan ander (of onverwijld na kennisverkrijging).

• Ander kan voordat acht dagen na betekening zijn verstreken zich verzetten

• Beslag converteert naar conservatoir

• Executie kan pas plaatsvinden na verkregen titel tegen deze ander om executie te dulden.

• Geen onderzoeksplicht naar eventuele rechten van derden voor deurwaarder of executant.

• Geen termijn instellen hoofdzaak, het kan dus zijn dat beslagene zelf in actie moet komen bij talmen beslaglegger

Page 18: Masterclass beslagrecht i

Opmerkingen bij Art. 435• Zie ook :

• Artikelen

• 3:276 BW

• 3:284 BW

• 3:285 BW

• 3:287 BW

• 3:292 BW

• Artikel 708 Rv

• Artikel 565 lid 5 Rv

Page 19: Masterclass beslagrecht i

Alg. Regels 430 – 438b Rv• Art 436

• Geen beslag op goederen bestemd voor openbare dienst

• Toch beslag 438 lid 2 (door beslagene)

• Twijfel bij deurwaarder 438 lid 4 alleen executoriaal

• Bij conservatoir 705 lid 3 jo 438 lid 4

• Beslag bij ambassade art 3a gerechtsdw wet

• Zie Rechtbank Leeuwarden 27 mei 2009 LJN BI5222

• Art 437

• Analoge toepassing regels op executie van beperkt recht of aandeel

Page 20: Masterclass beslagrecht i

Alg. Regels 430 – 438b Rv• Art 438 executiegeschillen

• Lid 4 deurwaardersrenvooi

• Let op sanctie (laatste regel)

• Lid 5 dagvaarding door 3e van zowel executant als geëxecuteerde

• Art 438a

• Lid 2 welke verzoekschriften kan ook een deurwaarder indienen

• Art 438b

• Toepasselijkheid 64Rv voor andere handelingen dan doen van exploot, zie Gerechtshof Leeuwarden 21 oktober 2008 LJN BG3275

Page 21: Masterclass beslagrecht i

Beslag bij een derde (461D)• Beslagrecht is een gesloten systeem:

NJ 51,525; dus of beslag op roerende zaken of onder derden. Beslag op roerende zaken die bij een derde staan kan tot problemen leiden want 444 Rv is niet toegestaan

• De derde kan zich op een recht beroepen of in geval van twijfel altijd formulieren betekenen (mogelijk verval van het beslag!!!)

Page 22: Masterclass beslagrecht i

Beslag bij/onder derde 1Vraag met betrekking tot beslag bij/onder derden.

Laatst heb ik enige beslagen gehad waarbij beslag roerend bij een derde of onder een derde speelde. Omdat ik dit een onderwerp vind waarbij de opdrachtgever vaak iets wil dat net wel of net niet kan, breng ik het in.

Vooral de scheiding tussen artikel 444a Rv en 461d Rv. Ik heb eens een verlof gehad om conservatoir derdenbeslag te leggen onder een derde op roerende zaken die zich in een loods bevonden die achter het pand van de debiteur was gelegen. Opdrachtgever gaf aan dat die loods feitelijk door medewerkers van debiteur kon worden betreden via een achteruitgang in het pand van debiteur. Hij wenste dat wij zouden constateren bij het leggen van het beslag of inderdaad die zaken daar aanwezig waren door de loods te betreden van de derde.

Ik had cliënte tevoren gewezen op het feit dat het verlof geen toestemming gaf tot het leggen van beslag op roerende zaken bij die derde. Ter plaatse heb ik wel getracht iemand te spreken bij de derde die mij kon verklaren of kon tonen of de zaken van het derdenbeslag aanwezig waren. Toen dat niet lukte, heb ik mij beperkt tot het afgeven van de stukken van het derdenbeslag.

Page 23: Masterclass beslagrecht i

Beslag bij/onder derde 2Later heb ik de toelichting op de artikelen 444a en 461d Rv er nog op nageslagen. Onderscheid wordt gemaakt tussen 444a waarbij de zaak zich niet in handen van de derde bevindt en 461d, waarbij dat wel het geval is. Kunnen jullie aan de hand van concrete voorbeelden uit de praktijk of jurisprudentie gevallen bespreken waarin 444a rv toegepast kon worden (anders dan bij een bank kluis) en waarin juist 461d Rv toegepast kon worden. Ik kon weinig jurisprudentie vinden op dit onderwerp. Ik bedacht me zelf nog dat 444a Rv bijvoorbeeld bij opslagfirma’s als Shurguard en Citybox kan worden gebruikt. Als ik bijvoorbeeld een opdracht krijg om beslag roerende te leggen op zaken in een loods van een derde waar debiteur toegang toe heeft, kan ik dan 444a Rv en dus politiedwang toepassen in plaats van dat ik aangewezen ben op 461d Rv, waarbij dat niet kan? Het punt is vaak dat de opdrachtgever wenst dat het beslag wordt gelegd, hetzij zonder, hetzij met hulp van een HOvJ. Hoe zit het bijvoorbeeld met van die enorm grote Warehouses of op- en overslagbedrijven of als beslag moet worden gelegd tijdens een evenement in een congres- of beursgebouw?

Page 24: Masterclass beslagrecht i

Artikelen 463 t/m 474 Rv (I)• 463 t/m 463 b Rv

• Verkoop in het openbaar

• Zaken mogen, voor de verkoop, naar elders worden verplaatst

• Maak voorwaarden om (scherts) biedingen te kunnen weigeren

• 464 Rv

• Aanslaan biljetten

• (plaats, dag en uur van verkoop en aard van de zaken)

• 465 Rv

• Na 449 en tenminste 4 dagen voor verkoop

Page 25: Masterclass beslagrecht i

Artikelen 463 t/m 474 Rv (II)• 466 Rv

• Aankondiging in plaatselijk dagblad behalve indien opbrengst klaarblijkelijk < € 180,--

• 467 Rv

• Aantekening aanslaan biljetten en bekendmaking verkoop aan de voet van het proces verbaal

Page 26: Masterclass beslagrecht i

Artikelen 463 t/m 474 Rv (III)• 469 Rv

• Bij opbod of opbod en dan afmijning

• Lees rest artikel aandachtig door

• 474 Rv

• Deurwaarder is verantwoordelijk voor opbrengst en voldoet onverwijld de kosten van de executie

• Vermelden van namen en woonplaatsen van de kopers in proces verbaal

Page 27: Masterclass beslagrecht i

Verdere aandachtspunten bij verkoop• Goud, zilver en platina bij waarborg aanmelden

• Opletten of beslagene btw-plichtig is of het kan zijn

• De deurwaarder moet goed opletten zodat insolvente bieders kunnen worden geweerd!

Page 28: Masterclass beslagrecht i

Artikelen 700 t/m 712 Rv (I)• 700 Rv

• wie bevoegd (denk aan shoppen)

• Instellen hoofdzaak tenminste 8 dagen na beslag (vrz rechter bepaalt)

• 702 Rv

• Conform voorschriften executoriaal beslag

• 709 Rv

• Bewaring alleen met verlof

• 710a Rv

• Welke verzoekschriften kunnen door een deurwaarder worden ingediend ?

Page 29: Masterclass beslagrecht i

Artikelen 700 t/m 712 Rv (I)• 711 Rv

• Gegronde vrees

• 712 Rv

• Van toepassing zijnde artikelen uit 439-474 let op ook 440 (cfm 702)

Page 30: Masterclass beslagrecht i

491-500 Rv 730-737 RvExecutie tot afgifte en conservatoir beslag tot afgifte/levering

Page 31: Masterclass beslagrecht i

Wat wil de verzoeker• Afgifte en levering zijn in het geheel niet synoniem

• Afgifte mogelijk van zowel roerende en als onroerende zaken maar volgens opschrift titel enkel van roerende zaken niet registergoederen

• De conservatoire variant is veel ruimer en houdt ook de verdelingsactie en pauliana in

Page 32: Masterclass beslagrecht i

Art. 491 ev, de executoriale afgifte• Betekening vloeit voort uit 430 lid 3 Rv

• Onderscheid wel of niet uitvoerbaar bij voorraad verklaarde vonnissen of beschikkingen. Enkel dus voor die titels nihilstelling termijn, er moet dus wel bevel worden gedaan zij het met een nihil termijn

• Afgifte is geen beslag

Page 33: Masterclass beslagrecht i

Beslag tot verkrijging van afgifte• Altijd mogelijk, ook bij bewaarder uit hoofde van

voorafgaand beslag alhoewel daar derde beslag voorkeur verdient gezien art. 461 D

• Vereist als executant bewaring toepast

• Enige mogelijkheid als maatregelen ter conservatie genomen moeten worden als er al beslag ligt want eerder beslag blokkeert afgifte

• Als er eerder conservatoir beslag is gelegd gaat dit als art. 735 lid 2 is vervuld over in dit beslag

Page 34: Masterclass beslagrecht i

Probleem• Verhaal zoekende schuldeiser versus afgifte zoekende

executant

• Wat wil afgifte zoekende executant: is hij eigenaar of anderszins zakelijk gerechtigde, auteursrechtelijk beschermd, dan wel rechthebbende op grond van contractueel beding?

• Belangrijk is dat 492 lid 1 Rv geen uitzonderingen kent, ongeacht het recht van de executant (obligatoir dan wel zakelijk)

Page 35: Masterclass beslagrecht i

Probleem, vervolg• Obligatoir recht op afgifte gaat gelijk op met

verhaalsrecht. Vaststellen vervangende schadevergoeding kan zeer belangrijk zijn al is het maar om problemen bij een rangregeling te voorkomen

• Afgifte executant (koper) kan verhaal zoekende schuldeiser uitkopen, subrogeren en vervolgens koopprijs verrekenen

• Geschillen moeten worden opgelost via 497 Rv

Page 36: Masterclass beslagrecht i

Genus zaken• Zeer uitzonderlijk

• Obligatoir recht, let op keuze mogelijkheid en 6:28/gemiddelde kwaliteit

Page 37: Masterclass beslagrecht i

Landbouwgewassen I• Het betreft onroerende zaken

• Het betreft bijna altijd een obligatoir recht, zakelijk zal bijna niet kunnen gezien bv art. 5:20 BW

• Beslag op onroerende zaak of het recht maar met aantekening dat het beslag enkel tav planten of vruchten werkt. Door afscheiding vindt conversie plaats in beslag roerende zaken en moet inschrijving bij het kadaster worden doorgehaald. Beslag onder verpachter niet voorstelbaar.

Page 38: Masterclass beslagrecht i

Landbouwgewassen II• Ook mogelijk bij schending zaai- en plantgoedwet

• Betekening aan hypotheekhoudster aan te bevelen, al was het maar om schade-acties te voorkomen

• Aanstelling rurale bewaarder mogelijk

Page 39: Masterclass beslagrecht i

Pandhoudersexecutie I• Pandrecht kan bij authentieke akte (notarieel) of

onderhands worden gevestigd

• Bij not. akte is moment passeren akte beslissend, niet het moment van ontstaan schuld. Bij onderhandse akte moment registratie. Zie 3:231. Bepaalbaarheid vordering is cruciaal.

• Standaardarresten HR 25 februari 1955, NJ1955, 711 en 16 juni 2000 NJ 2000, 733 (Asser pag 34)

Page 40: Masterclass beslagrecht i

Pandhoudersexecutie II• Bij notariële akte beveltermijn vereist van 2 dagen

• Verlof van voorzieningenrechter kan ook door gdw worden uitgelokt

• Onduidelijk is en blijft of vooraf moet worden betekend. Art. 496 lid 2 4e zin is niet echt duidelijk, de MvT verwijst naar 702 Rv. Moet nu wel of geen bevel worden gedaan en is 430 lid 3 Rv van toepassing?

Page 41: Masterclass beslagrecht i

Pandhoudersexecutie III• Pandhouder kan door gelegd verhaalsbeslag

heenbreken met handhaven voorrang, dus zelfs fiscaal bodembeslag

• Let op toepasselijkheid 457 Rv

Page 42: Masterclass beslagrecht i

Pandhoudersexecutie IV• Positie derde verduidelijkt door Hof Den Bosch 11

november 2003 JOR 2004, 27

• Politiedwang met verlof tegen niet-schuldenaar uiterst dubieus: derde-beslag tot verkrijging van afgifte lijkt aangewezen weg (500 Rv).

• Art. 500 Rv geldt voor alle executanten, niet enkel voor pandhouders

Page 43: Masterclass beslagrecht i

Conservatoir beslag tot afgifte/ levering I• Ieder recht dat tot afgifte/levering verplicht valt onder

730 Rv, dus net als bij executoriaal maar let wel op dat 734 Rv niet 490-500 Rv van toepassing verklaart maar de regels voor de conservatoire verhaalsbeslagen

• Zakelijke opvordering tegen iedereen, vide 5:2 BW. Obligatoire vordering uiteraard enkel tegen contractant

Page 44: Masterclass beslagrecht i

Curiosa• Beslagen op genuszaken (731 Rv)

• Beslag op landbouwgewassen (732Rv)

• Beslag op vordering tot levering van registergoed (let op 475 A lid 3 en inschrijving bij kadaster om levering door derde in strijd met beslag te blokkeren)

Page 45: Masterclass beslagrecht i

Deelgenoten-beslag• Vordering kan gedaan worden door deelgenoten,

beperkt gerechtigde op aandeel deelgenoot (3:178) en schuldeiser cfm 3:180 BW

• Aantasten deelgenootschap ronduit problematisch en eigenlijk enkel mogelijk bij eenvoudige gemeenschapppen

• Beslagen tot toedeling, dus geen executoriaal beslag of verval na 6 maanden cfm 735 Rv

Page 46: Masterclass beslagrecht i

Beslag tot levering• Obligatoire aanspraken

• Niet bij titelgebreken of strijdigheid bij 1:88 BW. Let op wanneer vernietigings- actie geboden is en dus geen beslag

• Geen executoriale variant, let wel op 433 Rv jo 3:300/3:301 BW en fatale termijn van 6 maanden

• Geen toepasselijkheid van 505 lid 3 Rv

• Vormerkung ex art. 7:3 BW doorkruist leveringsactie

Page 47: Masterclass beslagrecht i

Pauliana-beslag (737 Rv)• Enkel conservatoir en bij registergoederen

(niet registergoederen (voor definitie: 3:10 BW)

• Hybride-beslag: overgang pauliana met zakelijk karakter -> verhaalsbeslag

• Vernietigingsactie tegen zowel vervreemder als verkrijger. Let ook op geldvordering!!

• Geen inschrijving vonnis in kadaster: relatieve werking!!!

Page 48: Masterclass beslagrecht i

ATW artikel 1 Lid 1• Een in een wet gestelde termijn die op een zaterdag,

zondag of algemeen erkende feestdag eindigt, wordt verlengd tot en met de eerstvolgende dag die niet een zaterdag, zondag of algemeen erkende feestdag is.

Page 49: Masterclass beslagrecht i

ATW artikel 2• Een in een wet gestelde termijn van ten minste drie

dagen wordt, zo nodig, zoveel verlengd, dat daarin ten minste twee dagen voorkomen die niet een zaterdag, zondag of algemeen erkende feestdag zijn.

Page 50: Masterclass beslagrecht i

Betekening & BevelWoensdagDonderdagVrijdagZaterdag

BeslagdagZaterdagDinsdagDinsdagDinsdag

Enkele voorbeelden

Page 51: Masterclass beslagrecht i

Beslag roerendDinsdagWoensdagDonderdagVrijdag

OverbetekeningVrijdagMaandagMaandag Dinsdag

Enkele voorbeelden

Page 52: Masterclass beslagrecht i

Cons. beslagDonderdagVrijdagZaterdag

Inst. hoofdzaakVrijdagZaterdagMaandag(art. 64 Rv)

Enkele voorbeelden

Page 53: Masterclass beslagrecht i

Aandachtspunten• Let op !!!!

• 2e paasdag, 2e pinksterdag etc !!!!!

• Art. 1 lid 2 ATW

• Geldt niet voor terugrekening

Page 54: Masterclass beslagrecht i

Wilbert van de DonkDeel 2: Bewijsbeslag / 3e Beslag

Page 55: Masterclass beslagrecht i

Bewijsbeslag: hoe en wat…• De historie vanuit 843a

• Europese ontwikkelingen: 1019 ev

• De praktijk sinds 2006

• Het arrest Leeuwarden augustus 2009, het vonnis van de rechtbank Rotterdam

• Het consultatiedocument

Page 56: Masterclass beslagrecht i

De historie vanuit 843a • Basis ligt in 843 a Rv:

[1.] Hij die daarbij rechtmatig belang heeft, kan op zijn kosten inzage, afschrift of uittreksel vorderen van bepaalde bescheiden aangaande een rechtsbetrekking waarin hij of zijn rechtsvoorgangers partij zijn, van degene die deze bescheiden te zijner beschikking of onder zijn berusting heeft. Onder bescheiden worden mede verstaan: op een gegevensdrager aangebrachte gegevens.

[2.] De rechter bepaalt zo nodig de wijze waarop inzage, afschrift of uittreksel zal worden verschaft

Page 57: Masterclass beslagrecht i

De historie vanuit 843a• Verzoek conservatoir beslag:

haar verlof te verlenen, om onder gerequestreerden op de in punt (…) beschreven adressen conservatoir beslag tot afgifte te leggen op de in punt (…) genoemde bescheiden, waaronder mede te verstaan op gegevensdragers aangebrachte gegevens, die betrekking hebben op d.e rechtsbetrekking tussen, partijen en/of de rechtsbetrekking bestaande uit de door gerequestreerden gepleegde onrechtmatige daad, één en ander zoals in liet verzoekschrift nader is beschreven;

Page 58: Masterclass beslagrecht i

De historie vanuit 843a• Jurisprudentie:

• (recht op inzage na gelegd beslag)

• 5.1.  bepaalt dat de gerechtelijk bewaarder van de ten processe bekende in beslag genomen bescheiden, al dan niet met inschakeling van een deskundige, aan mBlox inzage zal verschaffen in die bescheiden die betrekking hebben op de periode na 1 juli 2005 en informatie bevatten betreffende de financiële positie van verweerders en de geldstromen tussen verweerders onderling, waarbij geldt dat van het recht op inzage is uitgezonderd informatie aangaande het privéleven van verweerders sub 4. of 5., alsmede informatie betreffende de contacten tussen verweerders en hun raadsman,

• 5.2.  bepaalt dat de gerechtelijk bewaarder de bescheiden waarin aan mBlox inzage zal worden verleend eveneens zal toesturen aan mr. M. de Vries te Hilversum (etc)

Page 59: Masterclass beslagrecht i

Bewijsbeslag: hoe en wat…• Beslag tot afgifte moet leiden tot recht op inzage.

• Beslaglegger heeft pas recht op afgifte van de beslagen bescheiden nadat dit in rechte is komen vast te staan. Daarom is dit beslag niet mogelijk zonder gerechtelijke bewaargeving.

• De bewaarder/deskundige speelt ook een belangrijke rol in de selectie van gegeven.

Page 60: Masterclass beslagrecht i

Europese ontwikkelingen: 1019 ev• Artikel 1019a

1. Een verbintenis uit onrechtmatige daad wegens inbreuk op een recht van intellectuele eigendom geldt als een rechtsbetrekking als bedoeld in artikel 843a.2. In de procedure op de voet van artikel 843a kan ook overlegging gevorderd worden van ander bewijsmateriaal dat zich in de macht van de wederpartij bevindt.3. De rechter de vordering af voor zover de bescherming van vertrouwelijke informatie niet is gewaarborgd. Artikel 843a, vierde lid, is niet van toepassing.

Page 61: Masterclass beslagrecht i

Europese ontwikkelingen: 1019 ev• Artikel 1019b

1. De voorzieningenrechter kan verlof verlenen (etc) Tot deze maatregelen ter bescherming van bewijs kunnen behoren, naast de reeds in de wet geregelde maatregelen, conservatoir bewijsbeslag (1), gedetailleerde beschrijving (2) en monsterneming (3) ter zake van vermeend inbreukmakende roerende zaken, bij de productie daarvan gebruikte materialen en werktuigen en op de inbreuk betrekking hebbende documenten.

Page 62: Masterclass beslagrecht i

Europese ontwikkelingen: 1019 ev• Artikel 1019b

2. De rechter bepaalt zo nodig de wijze waarop beschrijving plaatsvindt of monsters worden genomen en wat met de monsters dient te gebeuren.3. Deze maatregelen worden genomen zo nodig zonder dat de wederpartij wordt gehoord (ex parte), met name indien het aannemelijk is dat uitstel de verzoeker onherstelbare schade zal berokkenen, of indien er een aantoonbaar gevaar voor verduistering of verlies van bewijs bestaat.4. Verlof tot het treffen van de gevraagde maatregel wordt niet gegeven voor zover de bescherming van vertrouwelijke informatie niet is gewaarborgd.

Page 63: Masterclass beslagrecht i

Europese ontwikkelingen: 1019 evArtikel 1019c

Conservatoir beslag tot bescherming van bewijs wordt gelegd met overeenkomstige toepassing van de voorschriften betreffende middelen tot bewaring van zijn recht, met uitzondering van artikel 709, derde lid.

Artikel 1019d1. Beschrijving geschiedt door een deurwaarder ter plaatse waar de zaken, bedoeld in artikel 1019b, eerste lid, zich bevinden. De deurwaarder zal de zaken op het door hem daarvan onverwijld op te maken procesverbaal nauwkeurig beschrijven met opgave van hun beweerdelijk inbreukmakende kenmerken, getal, gewicht en maat overeenkomstig hun aard. Tot deze beschrijving kan ook behoren het op enigerlei wijze vastleggen van de zaken op beeld- of geluidsmateriaal dat wordt gevoegd bij het proces-verbaal en daarvan deel uitmaakt. Het proces-verbaal vermeldt het rechterlijk verlof. De artikelen 440, tweede lid, 443, 444, 444a en 444b zijn van overeenkomstige toepassing.

Page 64: Masterclass beslagrecht i

Europese ontwikkelingen: 1019 ev• Beslagsyllabus februari 2011 :

• Conservatoir beslag tot bescherming van bewijs wordt gelegd met overeenkomstige toepassing van de voorschriften betreffende middelen tot bewaring van zijn recht, met uitzondering van artikel 709, derde lid.

• Praktijkproblemen:

• Van belang dat beslagobject(en) voldoende is/zijn bepaald. Hoe ver gaat de onderzoeksplicht bij beslaglegging ?

• Hoe zijn gegevens(dragers) eigenlijk te kwalificeren?

• Voor bewaargeving gelden richtlijnen van de Voorzieningenrechter

• Voor zover het gegevens(dragers) betreft: forensische copie

• Voor zover het fysieke bescheiden betreft: kopie ter plaatse of binnen 7 uur na beslaglegging te retourneren.

Page 65: Masterclass beslagrecht i

Europese ontwikkelingen: 1019 ev/jurisprudentie• LJN: BA9615,Voorzieningenrechter Rechtbank Arnhem,

156096 (1 juni 2007)

• Uit de wetsgeschiedenis met betrekking tot Titel 15 Rv kan worden afgeleid dat het doel van een conservatoir (bewijs)beslag uitsluitend is om bewijsstukken veilig te stellen en dus de bestaande situatie te conserveren en niet om de beslaglegger de mogelijkheid te bieden om met het beslag inhoudelijk kennis te doen nemen van bewijsstukken en daarover de beschikking te krijgen. Het is vervolgens aan de bodemrechter na een contradictoir debat om te beslissen wat er met de in beslaggenomen stukken moet gebeuren (zie o.a. TK 2005-2006, nr. 6, blz 8-9). Een verlof tot het leggen van bewijsbeslag kan dus niet automatisch ook een inzagerecht inhouden voor de beslaglegger.

Page 66: Masterclass beslagrecht i

Europese ontwikkelingen: 1019 ev/jurisprudentie• LJN: BA9615,Voorzieningenrechter Rechtbank Arnhem ,

156096 (1 juni 2007)

• Te gedetailleerde beschrijving van in beslaggenomen stukken. De inhoud van het rapport benadert kopieën van de ingeziene stukken en dat is in het kader van een gedetailleerde beschrijving van bescheiden niet de bedoeling, zoals blijkt uit de memorie van toelichting (TK 2005-2006, nr. 3, blz 22):

Het kopiëren van de administratie of andere op de inbreuk betrekking hebbende documenten behoort niet tot de mogelijkheden van de beschrijving. Het maken van een beschrijving is iets anders dan het maken van een één op één kopie. Daarvoor zal beslaglegging gevraagd moeten worden

• De beschrijving van Astellas had beperkt dienen te blijven tot een omschrijving van hetgeen is ingezien, zodat het in een later stadium identificeerbaar is.

Page 67: Masterclass beslagrecht i

Het arrest Hof Leeuwarden augustus 2009 1• LJN: BJ4901 :

8. Het Nederlandse burgerlijke procesrecht kent geen algemene regeling voor bewijsbeslag. Wel is artikel 1019c Rv het bewijsbeslag geregeld voor zaken betreffende rechten van intellectuele eigendom. Het hof constateert dat het gelegde beslag door De Melker is gebaseerd op artikel 843a Rv en kennelijk mede op artikel 730 Rv. Volgens De Melker kan dit artikel dienen als een wettelijke grondslag voor bewijsbeslag. Ook vóór de inwerkingtreding van 1019c Rv op 1 mei 2007 zijn conservatoire bewijsbeslagen in intellectuele eigendomszaken gelegd, waarbij de rechtsgrond werd gezocht in artikel 730 Rv. Ook in andere niet-intellectuele eigendomsprocedures is in die bepaling een voldoende grondslag aanwezig geacht voor bewijsbeslagen, ook door enige gerechtshoven. In de door verschillende rechtbanken gehanteerde beslagsyllabus, waaraan door [appellant 1] en [appellant 2] is gerefereerd, staat over dit type beslag het volgende te lezen (versie februari 2009, pagina 20): "NB 8: Bewijsbeslag in niet-IE zaken (dat doorgaans wordt gebaseerd op artikel 730 Rv juncto 843a Rv) is naar de mening van het LOVC niet onmogelijk (besluit 13 juni 2008)."

Page 68: Masterclass beslagrecht i

Het arrest Hof Leeuwarden augustus 2009 2• 11. Het hof stelt voorts vast dat de wet amper regels

stelt over hoe de beslaglegging in een woning in zijn werk dient te gaan en minimale waarborgen aan de bewoner toekent. Indien artikel 730 Rv als uitgangpunt wordt genomen, dan geldt de eis van het voorafgaand verlof van de voorzieningenrechter, voorgeschreven in artikel 700 Rv, eerste lid. Dit verlof betreft een summiere toets (artikel 700 Rv, tweede lid), waarbij het hof aantekent dat in het bekostigingsmodel voor de rechtspraak voor de beoordeling van een beslagrekest 7 minuten is gereserveerd voor de voorzieningenrechter, en 50 minuten voor ondersteunend personeel voor alle daarmee samenhangende handelingen. Het beslagrekest kan door elke advocaat worden ingediend, materiele eisen omtrent de juistheid van de inhoud zijn er niet. Voor de bevoegdheid tot het doorzoeken van een woning na een gegeven verlof geldt het volgende.

Page 69: Masterclass beslagrecht i

Het arrest Leeuwarden augustus 2009 3• 12. Artikel 444 Rv, eerste lid, bepaalt dat de deurwaarder ter

inbeslagneming toegang tot elke plaats heeft en dat hij, mits aan het vereiste van het tweede lid is voldaan, gesloten deuren en kasten mag openen. Wel zijn de artikelen 10 en 11 van de Algemene Wet op het binnentreden van overeenkomstige toepassing verklaard. Een nauwkeurige regeling die bepaalt in welke gevallen een doorzoeking toelaatbaar is, waar de grenzen van de doorzoeking liggen, hoe omgegaan moet worden met de belangen van derden in de woning, wie brieven mag openen en dergelijke, vergelijkbaar met artikel 95-113 Wetboek van Strafvordering, ontbreekt in het burgerlijke recht.

• 14. Het hof is, alles in ogenschouw nemende, van oordeel dat de wettelijke grondslag waarop de civielrechtelijke huiszoeking in het kader van het gelegde bewijsbeslag berust, als ondeugdelijk moet worden beoordeeld. Deze niet toereikende regeling kan een zo grote inbreuk op het huisrecht als in de gevallen van [appellant 1] en [appellant 2] heeft plaats gevonden, niet rechtvaardigen. Het hof oordeelt voorts dat deze regeling onvoldoende "garanties adéquates et suffisantes contre les abus" biedt en dat niet gezegd kan worden dat deze voldoet aan het criterium "noodzakelijk in een democratische samenleving".

Page 70: Masterclass beslagrecht i

Het vonnis vzr Rb Rotterdam (LJN BJ7141)• Een van de aangevoerde redenen voor opheffing van

beslag is, dat het beslag niet gelegd had mogen worden omdat de juridische basis daarvan niet deugt.

• Weliswaar is juist dat het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering geen expliciete regeling voor bewijsbeslag (anders dan in zaken die betrekking hebben op intellectuele eigendomsrechten) kent, maar dit betekent naar voorlopig oordeel evenwel niet dat bewijsbeslag in het algemeen niet is toegestaan….

Page 71: Masterclass beslagrecht i

Vonnis vzr Rb Haarlem 28 juli 2011 (LJN BR4466) 1• Deurwaardersrenvooi.

• a. Mag er beslag worden gelegd op de onder punt 2 (pagina 10) genoemde bescheiden wanneer deze in digitale vorm worden aangetroffen.

• b. Hoe moet de onder punt 1 (pagina 9) genoemde zin “alle bescheiden/bestanden die betrekking hebben op de rol van [A] in het Newmin project” worden gekwalificeerd in het kader van het definitieve beslag.

• c. Wat mag in het proces-verbaal van bewijsbeslag worden vermeld in relatie tot het onder punt 4 (pagina 12) genoemde deel achter de laatste komma, “anders dan een indicatie van de relevantie aan de hand van de sub 1 genoemde zoektermen”.

Page 72: Masterclass beslagrecht i

Vonnis vzr Rb Haarlem 28 juli 2011 (LJN BR4466) 2• 12. De voorzieningenrechter is van oordeel dat de

deurwaarder beslag mag leggen op de onder punt 2 (pagina 10) genoemde bescheiden wanneer deze in digitale vorm worden aangetroffen, nu uit de Memorie van Toelichting bij artikel 843a Rv blijkt dat onder bescheiden tevens op een gegevensdrager aangebrachte gegevens wordt verstaan.

• …. Ten overvloede merkt de voorzieningenrechter het volgende op. Het proces-verbaal van beslaglegging mag geen informatie over de inhoud van de in beslag genomen bescheiden bevatten. Met Reprise en [A] is de voorzieningenrechter van oordeel dat verzoekers er wel recht op en belang bij hebben om te weten of het beslag doel heeft getroffen. Dit brengt met zich dat in het proces-verbaal van bewijsbeslag mag worden vermeld, gespecificeerd naar elk van de onder 2 genoemde beslagobjecten, of het beslag doel heeft getroffen

Page 73: Masterclass beslagrecht i

Vonnis Vzr. Haarlem 28 juli 2011 (LJN BR4466) 3• Ten aanzien van het laatste geschilpunt – mag er wel of niet

gedurende het beslag overleg gevoerd worden met verzoekers over het aantal hits en het daarna uit te voeren combineren van zoektermen – heeft de deurwaarder zich op het standpunt gesteld dat inhoudelijk overleg met verzoekers gedurende het beslag over het aantal hits, niet in strijd is met de beschikking noch met de geheimhoudingsplicht…

• De voorzieningenrechter overweegt ten aanzien van dit geschilpunt als volgt: Het is de deurwaarder niet toegestaan overleg te voeren met verzoekers over de wijze waarop hij beslag dient te leggen. Het is aan de deurwaarder om zelf te bepalen hoe hij met behulp van zoektermen, of een combinatie daarvan, de onder punt 2 van het petitum van het beslagrekest genoemde bescheiden vaststelt, waarbij het niet de bedoeling is dat hij daarbij verzoekers betrekt omdat dit al snel, onbedoeld, tot overdracht van de inhoud van de forensisch kopie kan leiden.

Page 74: Masterclass beslagrecht i

Het consultatiedocument• 843a en b vervallen;

• De regeling wordt toegevoegd als § 3a “Inzage, afschrift of uittreksel van bescheiden” en worden daarmee toegevoegd aan de “normale” bewijsmiddelen;

• In de MvT wordt aangegeven dat bewijsbeslag ook mogelijk is.

Page 75: Masterclass beslagrecht i

Problemen uit jurisprudentie 1• Lange tijd bleken processen-verbaal van deurwaarders

heel globaal op dit punt. (bijvoorbeeld: Een gele usb stick met data, een harde schijf met kenmerk en typenr. bevattende data etc. De rechtspraak lijkt hier niet meer genoegen mee te nemen.

• Steeds vaker door beslagen door (Kort Geding) rechters worden opgeheven omdat sprake zou zijn van “fishingexpeditions”.

• Rechters geven hierbij aan dat uit het proces-verbaal van het beslag niet is op te maken dat beslag is gelegd ten aanzien van waarvoor verlof is verleend. Zo werd recent een proces-verbaal “te globaal” geacht.

• Dit lijkt niet te stroken met het specifieke karakter van een dergelijk beslag, waarbij juist niet expliciet mag worden aangegeven wat (al dan niet) werd aangetroffen. Is een globale verwijzing naar het verlof een oplossing?

Page 76: Masterclass beslagrecht i

Problemen uit jurisprudentie 2• Het zomaar kopiëren (integraal) van een harde schijf lijkt

te worden afgestraft, terwijl dit juist nodig is om ook gewiste en verborgen bestanden zeker te stellen. Een oplossing zou kunnen zijn:

• In het proces-verbaal goed verwijzen naar hetgeen volgens het verlof in beslag mag worden vernomen en aangeven dat het beslag zal worden beperkt tot die bestanden en dat wordt aangegeven hoe en waar de selectie zal plaatsvinden of heeft plaatsgevonden.

Page 77: Masterclass beslagrecht i

Verkoop van een PC met data• Beslag op computer

• Indien bij een executoriaal beslag op de roerende zaken computers en laptops in beslag worden (en eventueel direct al in bewaring worden genomen) is het belangrijk om zorgvuldig met deze gegevensdragers en de gegevens om te gaan.

• Bij een bewijsbeslag is het duidelijk dat de eisende/verzoekende partij en deurwaarder geen inzage heeft en mag hebben wat er aan gegevens vastgelegd is. Bij een executoriaal beslag zijn de vastgelegde gegevens in principe niet van belang, maar gaat het om de waarde die de roerende zaken vertegenwoordigen. Wat te doen indien het tot een executoriale verkoop komt?

• De computer/laptop is voorzien van software en de eigenaar beschikt over de licenties. Er staat informatie op de computer/laptop die alleen bestemd is voor de debiteur.

• Moet er een volledige kopie (image) van de computer worden gemaakt voor de debiteur? Moet de harde schijf worden gewist?

Page 78: Masterclass beslagrecht i

Beslag onder notariskantoor• Wie heeft gelden onder zich versus wie verplichtingen

heeft

• Prive-personen, maatschappen, NV die houder rekening zijn?

• Het achterhaalde art 19 GDW

• 1. De gerechtsdeurwaarder is verplicht bij een ingevolge de Wet toezicht kredietwezen 1992 ingeschreven kredietinstelling een of meer bijzondere rekeningen aan te houden op zijn naam met vermelding van zijn hoedanigheid, die uitsluitend bestemd zijn voor gelden, die hij in verband met zijn werkzaamheden als zodanig ten behoeve van derden onder zich neemt.

• 2. De gerechtsdeurwaarder is bij uitsluiting bevoegd…

Page 79: Masterclass beslagrecht i

Beslagvrije VoetWijzigingen per 1 januari 2012 (WWB)

Page 80: Masterclass beslagrecht i

Artikel 475d lid 5• ziektekosten:

De beslagvrije voet wordt verhoogd met: a. de premie van een door de schuldenaar gesloten ziektekostenverzekering, verminderd met de normpremie, bedoeld in artikel 2 van de Wet op de zorgtoeslag, voor zover reeds begrepen in de bijstandsnorm zoals die voor de schuldenaar geldt ingevolge het eerste, tweede en vierde lid, en met de krachtens die wet ontvangen zorgtoeslag, telkens wanneer deze premie vervalt terwijl het beslag ligt;

Page 81: Masterclass beslagrecht i

Voorbeeld verhoging i.v.m. ziektekosten• Beslagvrije voet volgens art. 475d lid 1 (tabel)

alleenstaande € 815,90Die BVV wordt verhoogd met :+ de verschuldigde premie ziektekostenverzekering (b.v.) € 100,--/- normpremie € 43,--/- ontvangen zorgtoeslag € 34,-per saldo bedraagt de verhoging dus € 23,--

zodat de nieuwe beslagvrije voet wordt: € 838,90

Page 82: Masterclass beslagrecht i

Artikel 475d lid 5 -II• woonkosten:

De beslagvrije voet wordt verhoogd met: b. de voor rekening van de schuldenaar komende woonkosten verminderd met ontvangen huurtoeslag of woonkostentoeslag, voor zover de woonkosten, na deze vermindering, meer bedragen dan het bedrag, genoemd in artikel 17, tweede lid, van de Wet op de huurtoeslag, met dien verstande dat de verhoging van de beslagvrije voet niet meer bedraagt dan het huurtoeslagbedrag waarop de schuldenaar, uitgaande van de laagste inkomenscategorie, krachtens artikel 21 van de Wet op de huurtoeslag ten hoogste aanspraak heeft.

Page 83: Masterclass beslagrecht i

Maximale verhoging ivm woonkosten ex artikel 475d lid 5 sub b (norm 01-01-2012)

• een, twee of meer persoonshuishouden jonger dan 23 jaar 149,42

• eenpersoonhuishouden van 23 tot 65 jaar 333,85

• eenpersoonhuishouden van 65 jaar en ouder 335,67

• tweepersoonshuishouden van 23 tot 65 jaar 266,41

• in geval van aangepaste woning 333,85

• tweepersoonshuishouden waarbij 1 persoon ouder dan 65 jaar is en aandeel van de persoon van 65 jaar of ouder in het inkomen 50% of groter is 337,48

• meerpersoonshuishouden van 23 tot 65 jaar 294,25

• in geval van aangepaste woning 343,13

• meerpersoonshuishouden waarbij ten minste 1 persoon 65 jaar of ouder is en aandeel van de personen van 65 jaar of ouder in het inkomen50% of groter is 346,76

• in geval van een of meer personen met handicap:

• eenpersoonhuishouden jonger dan 23 jaar 333,85

• tweepersoonshuishouden waarbij persoon met 266,41handicap jonger dan 23 jaar is 

• in geval van aangepaste woning 333,85

• meerpersoonshuishouden waarbij persoon met 294,25handicap jonger dan 23 jaar is

Page 84: Masterclass beslagrecht i

Voorbeeld verhoging i.v.m. woonkosten - huurwoning• Beslagvrije voet volgens art. 475d lid 1 (tabel)

alleenstaande € 815,90

• Die BVV wordt verhoogd met :+ Huur (b.v.) € 458,50-/- normhuur (17 lid 2 wet huurtoeslag) € 194,33-/- ontvangen huurtoeslag € 10,-per saldo bedraagt de verhoging dus € 254,17

• zodat de nieuwe beslagvrije voet wordt: € 1070,07

De verhoging blijft onder de maximale verhoging voor een alleenstaande van € 333,85

Page 85: Masterclass beslagrecht i

Voorbeeld verhoging i.v.m. woonkosten - koopwoning• Beslagvrije voet volgens art. 475d lid 1 (tabel)

alleenstaande € 815,90

• Die BVV wordt verhoogd met :+ Rente € 500,00-/- normhuur (17 lid 2 wet huurtoeslag) € 194,33-/- renteaftrek (teruggave) € 210,00

• per saldo bedraagt de verhoging dus € 95,67

• zodat de nieuwe beslagvrije voet wordt: € 911,57

De verhoging blijft onder de maximale verhoging voor een alleenstaande van € 333,85

Page 86: Masterclass beslagrecht i

Nieuwe WWB 2• d. kind: het in Nederland woonachtige eigen kind of

stiefkind of, voor de toepassing van de artikelen 9, 25, eerste lid, 26 en 30, tweede lid, het in Nederland woonachtige pleegkind, of, voor zover het een meerderjarig kind betreft, de echtgenoot van het eigen kind of stiefkind;

• e. ten laste komend kind: het kind jonger dan 18 jaar voor wie aan de alleenstaande ouder of de gehuwde op grond van artikel 18 van de Algemene Kinderbijslagwet kinderbijslag wordt betaald, zal worden betaald of zou worden betaald indien artikel 7, tweede lid, van die wet niet van toepassing zou zijn.

Page 87: Masterclass beslagrecht i

Nieuwe WWB 3• 2. In deze wet en de daarop berustende bepalingen

wordt onder meerderjarig kind niet verstaan het kind wiens in aanmerking te nemen inkomen niet meer bedraagt dan € 1023,42 per maand, en dat:

• a. uit ’s Rijks kas bekostigd onderwijs volgt;

• b. aanspraak kan maken op studiefinanciering op grond van de Wet studiefinanciering 2000; of

• c. voor een tegemoetkoming op grond van hoofdstuk 4 van de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten in aanmerking komt.

Page 88: Masterclass beslagrecht i

Artikel 475d nieuw 1• 1. De beslagvrije voet bedraagt

• a. voor schuldenaren die kunnen worden aangemerkt als:

• 1°. een alleenstaande als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onderdeel a, van de Wet werk en bijstand, die jonger is dan 21 jaar: 90 procent van de norm, genoemd in artikel 20, eerste lid, onderdeel a, van de Wet werk en bijstand.

• 2°. een alleenstaande ouder als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onderdeel b, van de Wet werk en bijstand, die jonger is dan 21 jaar: 90 procent van de norm, genoemd in artikel 20, tweede lid, onderdeel a, van de Wet werk en bijstand;

Page 89: Masterclass beslagrecht i

Artikel 475d nieuw 2• b. voor schuldenaren die kunnen worden aangemerkt als een

alleenstaande en een alleenstaande ouder als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onderdeel a en b, van de Wet werk en bijstand die 21 jaar of ouder, doch jonger dan 65 jaar zijn:

• 1°. indien het periodieke inkomen bij de beslaglegger bekend is: 90 procent van dat inkomen inclusief de vakantie-aanspraak, doch ten minste 90 procent van de norm, genoemd in artikel 20, eerste lid, onderdeel b, en het tweede lid, onderdeel b, van de Wet werk en bijstand en ten hoogste 90 procent van die norm nadat deze eerst is verhoogd met het bedrag genoemd in artikel 25, tweede lid, van die wet;

• 2°. indien het periodieke inkomen niet bij de beslaglegger bekend is: 90 procent van de norm, genoemd in artikel 20, eerste lid, onderdeel b, en het tweede lid, onderdeel b, van de Wet werk en bijstand;

• c. een alleenstaande van 65 jaar of ouder en een alleenstaande ouder van 65 jaar of ouder: 90 procent van de norm, genoemd in artikel 22, onderdeel a en b, van die wet.

Page 90: Masterclass beslagrecht i

Artikel 475d nieuw 3• 2. De beslagvrije voet bedraagt:

• a. voor schuldenaren die kunnen worden aangemerkt als behorend tot een gezin als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onderdeel c, van Wet werk en bijstand waarvan alle meerderjarige gezinsleden 18 jaar of ouder zijn doch jonger dan 65 jaar: 90 procent van de norm, genoemd in artikel 21, eerste lid, van die wet.

Page 91: Masterclass beslagrecht i

Artikel 475d nieuw 4• b. in afwijking van het bepaalde onder a voor schuldenaren die

kunnen worden aangemerkt als behorende tot:

• 1°. een gezin dat bestaat uit twee meerderjarige personen van 18 tot en met 20 jaar en waarbij er geen ten laste komende kinderen tot het gezin behoren: 90 procent van de norm, genoemd in artikel 21, tweede lid, onderdeel a, onder 1, van de Wet werk en bijstand;

• 2°. een gezin dat uit twee meerderjarige personen bestaat, waarvan een persoon 18, 19 of 20 jaar is en waarvan de andere persoon 21 jaar of ouder doch jonger dan 65 jaar is en waarbij er geen ten laste komende kinderen tot het gezin behoren: 90 procent van de norm, genoemd in artikel 21, tweede lid, onderdeel b, onder 1, van de Wet werk en bijstand;

• 3°. een gezin dat bestaat uit twee meerderjarige personen van 18, 19 of 20 jaar en waarbij er een of meer ten laste komende kinderen tot het gezin behoren: 90 procent van de norm, genoemd in artikel 21, tweede lid, onderdeel a, onder 2, van de Wet werk en bijstand;

Page 92: Masterclass beslagrecht i

Artikel 475d nieuw 5• 4°. een gezin dat uit twee meerderjarige personen bestaat,

waarvan een persoon 18, 19 of 20 jaar is en waarvan de andere persoon 21 jaar of ouder doch jonger dan 65 jaar is en waarbij er ten laste komende kinderen tot het gezin behoren: 90 procent van de norm, genoemd in artikel 21, tweede lid, onderdeel b, onder 2, van de Wet werk en bijstand;

• 5°. een gezin dat uit drie meerderjarige personen bestaat, waarvan twee personen, 18, 19 of 20 jaar zijn en waarvan een persoon 21 jaar of ouder doch jonger dan 65 jaar is en er geen ten laste komende kinderen tot het gezin behoren: 90 procent van de norm, genoemd in artikel 21, tweede lid, onderdeel c, van de Wet werk en bijstand;

• c. voor schuldenaren die behoren tot een gezin waarvan een of meer gezinsleden 65 jaar of ouder zijn: 90 procent van de norm, genoemd in artikel 22, onderdeel c, van de Wet werk en bijstand.

Page 93: Masterclass beslagrecht i

Artikel 475d nieuw 6• 3. Voor zover het een gezin betreft, wordt de beslagvrije

voet voor ten hoogste de helft verminderd met het eigen, niet onder beslag liggende periodieke inkomen inclusief vakantie-aanspraak van de meerderjarige gezinsleden aan wie de bijstand samen met de schuldenaar zou kunnen toekomen.

Page 94: Masterclass beslagrecht i

Groepen gezin o.g.v. artikel 475d nieuwlid 2

Gezina alle meerderjarige gezinsleden 21 tot 65 1313.85

gezin van 2 meerderjarige personen waarbij

b1 beide meerderjarige gezinsleden jonger dan 21 454

b2 een meerderjarig gezinslid jonger dan 21 ander jonger dan 65 883.93

b3 beide meerderjarige gezinsleden jonger dan 21 met kind(eren) 716.77

b4 een meerderjarig gezinslid jonger dan 21 ander jonger dan 65 met kind(eren) 1146.70

gezin van 3 meerderjarige personen waarbij

b5 2 meerderjarige gezinsleden jonger dan 21 ander jonger dan 65 1110.93

c gezin waarbij een of meer meerderjarige gezinsleden ouder 65 1388.16

Page 95: Masterclass beslagrecht i

Artikel 475g opnieuw bezien• 1. Een schuldenaar is verplicht aan een deurwaarder

die gerechtigd is tegen hem beslag te leggen, desgevraagd zijn bronnen van inkomsten op te geven. Een deurwaarder die beslag heeft gelegd, is verplicht hem op te geven hoeveel zijn beslagvrije voet bedraagt, berekend volgens artikel 475d, eerste lid.

• 2. Zo lang als de schuldenaar desgevraagd niet aan de beslaglegger of diens vertegenwoordiger opgeeft of en hoeveel inkomen toekomt aan degene aan wie samen met hem gezinsbijstand zou kunnen toekomen, wordt de beslagvrije voet gehalveerd.

Page 96: Masterclass beslagrecht i

Artikel 475g opnieuw bezien - II• Mag voor het correct vaststellen van de beslagvrije voet

een adres-GBA worden genomen om te kijken of er meerdere volwassenen staan ingeschreven op het adres van de debiteur?  

• Is vaststellen van de BVV ambtshandeling ?

• Autorisatiebesluit voorziet daar niet in.

Page 97: Masterclass beslagrecht i

Voorbeelden wijzigingen• Voorbeeld 1:

Moeder met een kind van 16 en een kind van 18 jaar die studeert (totaal inkomen lager dan 1023,42) - was: norm alleenstaande ouder- wordt: norm alleenstaande ouder (verandert niet)

• Voorbeeld 2:Moeder met een kind van 16 en een kind van 18 jaar die werkt- was: norm alleenstaande ouder- wordt: gezinsnorm

dus: als beslag ligt t.l.v. moeder: nu de gezinsnorm, verminderd (tot de helft) met inkomsten zoon !!

Page 98: Masterclass beslagrecht i

Voorbeelden wijzigingen 2• Voorbeeld 3:

Moeder met een kind van 18 en een kind van 20 die allebei studeren (totaal inkomen per kind lager dan 1023,42)- was: norm alleenstaande - wordt: norm alleenstaande

• Voorbeeld 4: Moeder met een kind van 18 en een kind van 20. De jongste studeert, de oudste werkt. - was: norm alleenstaande - wordt: gezinsnorm

dus: als beslag ligt t.l.v. moeder: nu de gezinsnorm, verminderd (tot de helft) met inkomsten zoon !!

Page 99: Masterclass beslagrecht i

Cessie en beslag • HOGE RAAD 10 januari 1992, NJ 1992/744:

• De regel komt erop neer dat een overdracht of verpanding bij voorbaat niet kan worden doorkruist door latere beslagen van individuele schuldeisers, doch slechts door het algemene faillissementsbeslag

• Andersom: cessie ná beslag: debiteur onbevoegd!

Page 100: Masterclass beslagrecht i

Samenloop conservatoir en executoriaal beslag• LJN: BI9961, Rechtbank Amsterdam , 428795 / KG ZA

09-1136 AD/MV (Manderen/Stadgenoot)

• … De gemeente Amsterdam geldt hier dan ook als een beslaglegger in de zin van artikel 478 lid 1 Rv, waarvoor de deurwaarder de volledige beslagen vordering van Manderen op de notaris mede dient te innen, nu niet vaststaat dat deze beslagen vordering voldoende is voor de voldoening van het restant van de vordering van Stadgenoot èn de vordering van de gemeente Amsterdam. Vervolgens dient de deurwaarder de opbrengst ingevolge artikel 480 lid 2 Rv in bewaring te stellen, nu de gemeente Amsterdam tevens geldt als een schuldeiser die op het goed (de vordering van Manderen op de notaris) beslag heeft gelegd in de zin van artikel 480 Rv. Tenslotte kan dan de meest gerede partij om de benoeming van een rechter-commissaris verzoeken overeenkomstig artikel 481 lid 1 Rv, te wiens overstaan de verdeling zal plaatsvinden ….

Page 101: Masterclass beslagrecht i

Verrekening na derdenbeslag• Art. 6: 130 lid 1 en 2 B.W.:

“Is op een vordering beslag gelegd, dan is de schuldenaar bevoegd ondanks het beslag ook een tegenvordering op de oorspronkelijke schuldeiser in verrekening te brengen, mits:1. deze tegenvordering uit dezelfde rechtsverhouding als de beslagen vordering voortvloeit of2. reeds voor het beslag opeisbaar is geworden.”

Page 102: Masterclass beslagrecht i

Rb. Maastricht 25-8-1994, V-N 1994, 2838.• Art. 19 Invorderingswet 1990 doorkruist het systeem

van art. 478 Rv. De derde hoeft slechts niet te voldoen aan de in de eerste volzin van het vijfde lid opgelegde betalingsverplichting, indien onder hem beslag is gelegd of indien verzet is gedaan ten behoeve van een schuldeiser die hoger bevoorrecht is dan de fiscus.” Tenzij die uitzondering zich voordoet, moet de derde dus altijd aan de ontvanger afdragen. Doorgaans zal de fiscus natuurlijk preferent zijn…

Page 103: Masterclass beslagrecht i

De Verklaring• het formulier in tweevoud

• de toelichting

• andere verklaringen accepteren ?

• beslagvrije voet in exploot of verklaring ?

Page 104: Masterclass beslagrecht i

Het tijdstip van verklaren• Art. 476a Rv. bepaalt nadrukkelijk: "zodra vier weken

zijn verstreken na het leggen van het beslag."

• geen fatale termijn !

• voorwaardelijke ingebrekestelling in exploot ? neen, er moet uitdrukkelijk ingebreke worden gesteld, nadat de termijn is verstreken

• Rb. Assen 27-10-1992, NJ 1993, 356

• Rb. Rotterdam 22-6-1995, NJ 1996, 313

Page 105: Masterclass beslagrecht i

Problemen omtrent de verklaring• De derde doet in het geheel geen verklaring

• De derde verklaart wel, maar de beslaglegger betwist de verklaring

• De derde verklaart en de beslaglegger is accoord, maar de derde draagt niet af.

PS: verklaring na conservatoir beslag

Page 106: Masterclass beslagrecht i

De derde doet in het geheel geen verklaring (art. 477a lid 1 Rv.) • gevorderd kan (en dient te) worden om de derde te

veroordelen tot betaling van het tot dat moment verschuldigde (dus inclusief de beslag- en executiekosten!) alsof de derde zelf schuldenaar van de beslaglegger was.

• gerechtelijke verklaring mogelijk. de derde zal wel de proceskosten te betalen krijgen; die zijn immers nodeloos veroorzaakt

Page 107: Masterclass beslagrecht i

De derde verklaart wel, maar de beslaglegger betwist de verklaring (art. 477a lid 2 Rv.)

• vervaltermijn van twee maanden (maar: HR 21-1-2005, RvdW 2005, 17)

• ongelijk: betaling van de proceskosten. De derde kan -voor alle weren- vorderen dat de beslaglegger terzake van die proceskosten zekerheid stelt.

• In art. 477a lid 3: doorzendplicht.

Page 108: Masterclass beslagrecht i

De derde verklaart en de beslaglegger is accoord, maar de derde draagt niet af (art. 477a lid 4 Rv.)

• vorderen dat de derde de verplichting alsnog nakomt, m.a.w. "afdracht aan de deurwaarder" en niet betaling van het verschuldigde

• voorwaardelijk vorderen dat de derde wordt veroordeeld tot schadevergoeding, te betalen aan de beslaglegger

Page 109: Masterclass beslagrecht i

De bevoegde rechter• Art. 477a lid 5 Rv.:"Tot kennisneming van de in dit artikel

bedoelde vorderingen is de rechtbank bevoegd. Indien de executant bij zijn dagvaarding het beslag slechts vervolgt op vorderingen, waarvan de berechting ongeacht hun beloop of naar hun gezamenlijk beloop tot de bevoegdheid van de kantonrechter behoort, is slechts de kantonrechter bevoegd.“

• (zie ook: Rb. Rotterdam 17 september 1998, Prg. 1999, 5095).

Page 110: Masterclass beslagrecht i

Contact

AGC Gerechtsdeurwaarders & Incasso

Leuvenlaan 59

6229 GX Maastricht

Carlo Eussen

06 - 10 16 79 40

[email protected]

twitter.com/ceussen

Presentatie nogmaals bekijken?

http://slideshare.net/ceussen/