Magazine GGZTotaal maart 2015

20
BUITEN DE INSTELLING MAART 2015 E-MAGAZINE VOOR DE TOTALE GGZ

description

Kijk ook op www.ggztotaal.nl

Transcript of Magazine GGZTotaal maart 2015

Page 1: Magazine GGZTotaal maart 2015

BUITEN DE INSTELLING

MAART 2015

E-MAGAZINE VOOR DE TOTALE GGZ

Page 2: Magazine GGZTotaal maart 2015

INHOUDSOPGAVE

3. Buiten de instelling

4-6.Familielid een ongemakkelijke positie

Willem Gotink

7-9. “Je moet strenger zijn” Psychiatrische problematiek in het Voortgezet Speciaal

OnderwijsJacqueline Blokker & Iris Stuifbergen

10-13.Slachtoffer van een pervers systeem

Bart Vuijk

14-15.Column Altijd slapen

Niki Stoker

16-17.Boekbespreking Jacob de Wilde: Stress weg. Hoe kom je aan stress,

en hoe kom je er van af Johan Atsma

18-19.De GGZ in de pers: 50 jaar geleden

Maart 2015

BUITEN DE INSTELLING

MAART 2015

E-MAGAZINE VOOR DE TOTALE GGZ

INHO

UD

Page 3: Magazine GGZTotaal maart 2015

Dat psychiatrische problematiek zich ook buiten de GGZ-instelling afspeelt, wisten we natuurlijk allang. Maar laten we eerlijk zijn, we hebben als hulpverleners heel lang gedacht dat we de enigen waren die iets afwisten van behandeling en alles wat daarbij hoorde. Zeker nu de ambulantisering doorzet en de GGZ zich meer en meer bewust is van het feit dat de wereld groter is dan alleen de instelling, blijken er meer groepen te zijn die ‘iets’ doen met mensen met psychiatrische problemen. En dus niet alleen hulpverleners.Publiceerden we in dat verband eerder al artikelen over huisartsen en wijkagent, deze maand geven Jacqueline Blokker en Iris Stuifbergen een kijkje in het voortgezet speciaal onderwijs. De twee (geanonimiseerde) casussen die zij beschrijven maken duidelijk dat onderwijs voor kinderen met ernstige psychiatrische problemen een ingewikkelde maar belangrijke opgave is.Ook buiten de GGZ-instelling, maar zeker betrokken, zijn familieleden van mensen met psychiatrische problemen. Die voelen zich erg vaak niet gehoord, zo tekenen wij op uit de mond van mensen die het weten kunnen. Veel hulpverleners zullen dat anders zien, maar misschien zit ‘m daar nou net het probleem.In ons derde hoofdartikel schets Bart Vuijk een (anonieme) casus van een vrouw met psychiatrische problemen die met behulp van een PGB op zichzelf ging wonen. De instelling die dat PGB ontving, liet veel steken vallen en ging uiteindelijk failliet. Aangifte blijkt op zo’n moment lastig. De cliënt is namelijk verantwoordelijk voor zijn of haar PGB. Aangifte betekent dus ook een grote kans dat je het PGB met terugwerkende kracht moet terugbetalen. Een dure spagaat. Onze vaste rubrieken: Niki Stoker heeft tot onze grote vreugde toegezegd in ieder geval tot de zomer de vaste column van een ervaringsdeskundige te schrijven. Daar zijn we niet een beetje blij mee, daar zijn we heel erg blij mee. Lees de column en u begrijpt waarom. Johan Atsma, onze vaste en meestal zeer positieve recensent, blijkt niet van zijn stress af te komen en probeert het met een zelfhulpboek. Zijn kritiek over de methode is niet mals.De werkkamer van de redactie puilt ondertussen uit van de oude kranten. We trokken ditmaal de stapel van maart 1965 naar ons toe en stuitten op opvallend veel vacatures voor leerling B-verpleegkundigen. Misschien zitten er tussen onze lezers nog wel mensen die als 17-jarige op zo’n vacature gesolliciteerd hebben. Die zijn nu dan net twee jaar met pensioen. Thema-magazine e-healthOns laatste magazine vóór de zomervakantie gaat helemaal over e-health. Naast de gebruikelijke redactionele artikelen, nodigen we bedrijven of instellingen die een link hebben met e-health uit iets te vertellen over hun product. U vindt hier de mogelijkheden.WetenschapskaternVanaf oktober starten wij met een wetenschapskatern, als bijlage van ons gewone magazine. Wilt u een onderzoeksartikel publiceren (uiteraard met een link naar de GGZ), neem dan contact op met de redactie via [email protected]. Meer informatie vindt u hier. Ook wetenschappers die deel uit willen maken van de redactie van het katern, nodigen wij uit te reageren. Het gaat in dit geval om het beoordelen van één tot drie artikelen per jaar.

Buiten de instelling

3- GGZTotaal

Page 4: Magazine GGZTotaal maart 2015

Familielid, een ongemakkelijke positie - Willem Gotink

4- GGZTotaal

ARTI

KEL

“Hoeveel voorbeelden wil je hebben?” grinnikt Bert Stavenuiter, directeur van Ypsilon. De verenging heeft 6000 leden, die allemaal een familielid hebben met een verhoogde kwetsbaarheid voor psychose. “Het gaat vaak zo: moeder ziet dat haar zoon ernstig in de war is, ze trekt eindeloos aan de bel. Als er uiteindelijk wordt geluisterd en de zoon wordt opgenomen, krijgt ze bij haar eerste vraag te horen: ‘Dat mogen we u niet vertellen, vanwege de privacy’. Dat soort verhalen hoor ik met grote regelmaat. Of de man die al jaren op een chronische afdeling woont. Het besluit valt op een gegeven moment dat hij naar een RIBW gaat, terwijl de familie daar helemaal niet in wordt betrokken. Dat is best raar, want die familie gaat waarschijnlijk wel een deel van de zorg krijgen. Het blijft te vaak hangen in het beleid. Die beleidsmakers snappen wel dat ze iets met familiebeleid moeten doen, al is het maar omdat het van de zorgverzekeraars moet. Maar onze achterban merkt het niet, omdat het niet gefaciliteerd wordt. De hulpverleners hebben het niet geleerd tijdens hun opleiding en ze krijgen in hun werk ook niet de tijd om zich nieuwe dingen eigen te maken. Ze kunnen de tijd die ze aan familie besteden meestal ook niet registreren, want het is geen tijd die aan de cliënt is besteed.”

Familieleden van mensen met een (ernstige) psychiatrische aandoening hebben een groot aantal petten op. Behalve familielid zijn ze co-diagnosticus, zorgverlener, belangenbehartiger en crisismanager. Desondanks heeft het even geduurd voor GGZ-instellingen de noodzaak inzagen om die familieleden bij de behandeling te betrekken. Langzamerhand lijkt daar een omslag in te komen, maar er is nog ruimte voor verbetering. De omslag van oorzaak naar bondgenoot is nog niet helemaal gemaakt.

Familielid, een ongemakkelijke positie

Page 5: Magazine GGZTotaal maart 2015

Dat het beleidsmakers moeite kost om familiebeleid op de werkvloer vorm te geven, merkt ook Henk-Willem Klaasen, schrijver van ‘Bondgenoten’: “Ik gaf laatst nog een training aan hulpverleners in een grote GGZ-instelling en liet de folder zien die ze volgens de afspraken uit moesten delen aan de familieleden. Die folder kenden ze niet.” Tijdens de research voor ‘Bondgenoten’, stuitte hij op een boek van Els Borgesius: ‘Hulpverleners en familie: partners in de zorg’. De inhoud kwam in grote lijnen overeen met het boek dat hij zelf aan het schrijven was. Er was één groot verschil: het boek van Borgesius dateerde van 1994, twintig jaar terug. “In die tijd is er bijna niets veranderd”, concludeert hij. Ook met de richtlijn “Betrokken omgeving”, die tien jaar daarna is opgesteld, is weinig gebeurd. Henk-Willem Klaassen: “Ik schat dat 80% van de signaleringsplannen in de langdurige zorg één op één wordt gemaakt met hulpverlener en patiënt, dus zonder overleg met de familie. Dat is vreemd, als je beseft dat die familie meestal als het eerste ziet dat het niet goed gaat.” Hij is het met Bert Stavenuiter eens dat het familiebeleid onvoldoende gefaciliteerd wordt. Maar er is meer. Behandelaars hebben zich heel lang verscholen achter de privacy.“Maar dat is geen argument. Je kunt mensen die voor je cliënt zó belangrijk zijn, niet buiten de behandeling houden, een enkele uitzondering daargelaten. En je kunt de meeste cliënten heel goed uitleggen dat je hun moeder of broer ook wilt spreken. Maar dan nog: uitnodigen en spreken is niet voldoende. Familieleden kunnen of willen niet altijd alles zeggen in het bijzijn van hun broer of dochter. Het is soms gewoon niet verstandig om te zeggen dat iemand psychotisch is waar hij bij is. Als hulpverlener moet je daar alert op zijn.”

Familiecoaching

Een voorbeeld van een project waarbij de familie juist centraal staat, is ‘Familiecoaching’, een samenwerkingsproject van Ypsilon Utrecht, Indigo Utrecht en Altrecht. In het project coachen een Familie Ervarings Deskundige (FED) en een hulpverlener familieleden van mensen met psychiatrische klachten. De FED’s zijn daarbij vrijwilligers en hebben, zoals de naam al suggereert, zelf een familielid met psychiatrische klachten. De hulpverlener is onafhankelijk en dus niet de hulpverlener van de cliënt in kwestie.Tom Rusting, zelf vader van een zoon met schizofrenie, zette het project tien jaar geleden op, samen met SPV en preventiewerker Tiny van Hees. Het project groeide: in 2014 kregen 125 families één of meerdere gesprekken, 650 gesprekken in totaal.

Rusting: “Bij nieuwe aanmeldingen vragen we aan de behandelaar of we de familie mogen benaderen. In de helft van de gevallen gaat de behandelaar daarmee akkoord. Soms wil een behandelaar het niet, omdat de familiecontacten slecht zijn, of omdat de cliënt het absoluut niet wil. Maar behandelaars gaan er steeds vaker mee akkoord dat we contact met de familie opnemen. Dat heeft er natuurlijk ook mee te maken dat ze steeds vaker positieve verhalen horen. We stellen ons ook niet op als luis in de pels. We zijn 100% ondersteunend en loyaal aan de behandeling.”

Het project is nog niet evidence based. Uit een klein onderzoekje onder Marokkaanse families bleek wel een grote tevredenheid, maar dat is wetenschappelijk gezien onvoldoende. De HvU zal gevraagd worden een uitgebreider onderzoek over de effecten van het project uit te voeren.Tom Rusting verwacht de komende jaren een uitrol van het project bij andere instellingen. Lister implementeert het al en er lopen gesprekken met andere GGZ-instellingen. Een probleem is nog wel de financiering van de training en de begeleiding van de vrijwilligers. “Het zorgkantoor betaalt er niet aan mee, het is niet in de DBC’s opgenomen. Daar zou wel iets in mogen veranderen.”

Voor het project is een kort promotiefilmpje gemaakt: Klik hier voor de film

5- GGZTotaal

Page 6: Magazine GGZTotaal maart 2015

6- GGZTotaal

Toch zijn er ook positieve veranderingen. Henk-Willem Klaassen: “Er zijn steeds meer teams die 100% familiegetrouw werken. Voorbeelden zijn het ABC-huis in Altrecht en het FACT in Alkmaar Noord-Oost. Daar wordt de familie van A tot Z bij de behandeling betrokken.” Ook Bert Stavenuiter ziet gaandeweg verandering ontstaan: ”De generatie die nu in beleidsfuncties werkt, is opgeleid in een periode dat de ouders als oorzaak van een psychose werden gezien. Dat idee ligt gelukkig ver achter ons, maar in hun opleiding is het betrekken van de familie nooit ter sprake gekomen, integendeel. Dan is het lastig om dat nu wel aan anderen door te geven. Maar als je kijkt naar jongere teams, bijvoorbeeld de VIP-teams (Vroegtijdige Interventie Psychose), daar is de familie in de hele werkwijze meegenomen. Ik hoor daar veel positieve verhalen over in onze achterban”.

Peer2peer: professional en ook familielid (of andersom)

Eén op de vier Nederlanders heeft een psychiatrisch probleem, volgens de cijfers van onder andere het Fonds Psychische Gezondheid. Als al die mensen twee betrokken familieleden hebben, heeft ongeveer de helft van de Nederlanders een familielid met een psychiatrisch probleem. Doorredenerend is het goed denkbaar dat de helft van de hulpverleners een familielid heeft met psychiatrische problemen.Uitgaande van deze gedachte begon Ypsilon het project Peer2peer, waarin professionals met familie-ervaringen zich inzetten om het familiebeleid in GGZ-instellingen breder vorm te geven, maar ook een klimaat creëren waarin makkelijker over psychiatrische problemen kan worden gesproken. Het mes snijdt zo aan twee kanten: enerzijds leren collega’s volgens het peer-to-peer-principe hoe ze hun werk kunnen bekijken door de ogen van een familielid en daarmee meer compassie en begrip kunnen tonen. Anderzijds fungeren deze professionals als rolmodel door volgens hetzelfde peer-to-peer-principe de juiste attitude uit te stralen naar familieleden.

Meer over peer2peer: kijk hier.

Meer informatie Teams die op zoek zijn naar trainingen over dit onderwerp, kunnen o.a. terecht bij familiebegeleiding in de psychiatrie en familie als bondgenoot.

Page 7: Magazine GGZTotaal maart 2015

7- GGZTotaal

Ruim een half jaar geleden trad de Wet Passend

Onderwijs in werking. De wet moet ervoor zorgen dat

alle leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben

een passende plek vinden in het onderwijs. Dat kan

extra ondersteuning op reguliere scholen zijn, maar

als dat onvoldoende is, kunnen leerlingen ook

worden doorverwezen naar het (voortgezet) speciaal

onderwijs. Meer maatwerk, betere samenwerking tussen het

reguliere en het speciaal onderwijs, meer

mogelijkheden voor scholen en

samenwerkingsverbanden om eigen keuzes te

maken. De wet legt bovendien de

verantwoordelijkheid voor het vinden van een goede

plek bij de school. Alles met de bedoeling dat het

aantal jongeren dat thuis zit omdat er geen passende

onderwijsplek is afneemt.

Je moet strenger zijn Een impressie van

psychiatrische problematiek in het

Voortgezet Speciaal Onderwijs

- Jacqueline Blokker & Iris Stuifbergen

STAK

EHO

LDER

S

Page 8: Magazine GGZTotaal maart 2015

8- GGZTotaal

Sharon zit nu op Heliomare“Gezien haar intelligentie zou de HAVO geen probleem moeten zijn, maar er zijn de nodige obstakels.”

Door deze wetgeving, maar ook door de participatiewet en door andere landelijke ontwikkelingen, zien we bij het Voortgezet Speciaal Onderwijs van Heliomare steeds meer jongeren met psychiatrische problematiek, waar we ons regelmatig zorgen om moeten maken. Het betekent de nodige uitdagingen en dilemma’s. Maar ook bijzondere samenwerkingen, bijvoorbeeld met het crisisteam van de GGZ, de FACT-teams, een psychiater en een psycholoog.

Sharon Anderhalf jaar zit Sharon nu op Heliomare, op het HAVO. Gezien haar intelligentie zou dat geen probleem moeten zijn, maar er zijn de nodige obstakels. Ze heeft een aantal diagnoses meegekregen, waarvan ‘paniekstoornis’ de minst problematische is. Soms dreigt ze zichzelf wat aan te doen en als de problemen haar boven het hoofd groeien, zet ze die dreiging ook in daden om. Dat gebeurde bijvoorbeeld een maand geleden, nadat ze een nieuwe begeleider bij de GGZ had gekregen. Sharon én haar ouders worden begeleid door

een FACT-team, waar we goede contacten mee hebben. We kunnen er op terugvallen als we vragen hebben of als het slecht gaat met Sharon. Dan intensiveren zij de contacten, zodat wij ons, zoveel als mogelijk, op het onderwijs kunnen blijven richten. Het zal niet verbazen dat extra begeleiding voor een meisje als Sharon noodzakelijk is. Daarvoor hebben we bij Heliomare de zogenaamde opvangklas, naast haar eigen klas. De opvangklas heeft vijf dagen per week een vaste begeleidster, die kinderen met complex en moeilijk te begrijpen gedrag opvangt. Het bijzondere van Sharon is dat ze, ondanks alle problemen, wel heel consequent is op school en dat ze haar ritme niet in gevaar laat komen. Toch lijkt het HAVO niet haalbaar. Dat is al ruim een half jaar duidelijk en ook meerdere keren besproken met Sharon, haar ouders, school en het FACT team. Maar Sharon stelt hoge eisen aan zichzelf en de stap naar een meer passend niveau ziet ze niet zitten. Ze raakt zo ontdaan van dit voornemen, dat dit een direct effect heeft op haar psychisch functioneren.

Page 9: Magazine GGZTotaal maart 2015

Sharon is zeker geen uitzondering op onze school. Meerdere kinderen hebben problemen van deze complexiteit. Als docenten en begeleiders zien we ons daardoor meer dan eens met de vraag geconfronteerd worden of we onderwijs bieden of eigenlijk een vorm van dagopvang. Door de voortdurende inbreuk op het dagelijks ritme en de zorg voor een psychisch (redelijk) gezond functioneren lijkt het volgen van goed onderwijs namelijk nogal eens van ondergeschikt belang. Wat we ons ook moeten afvragen, is of het (speciaal) onderwijs eigenlijk wel toereikend genoeg is om dergelijke problematiek goed op te vangen. En misschien wel de belangrijkste vraag: hoe zorgen we dat een meisje als Sharon goed is uitgerust voor haar toekomst, naar welk toekomstperspectief kunnen we haar überhaupt begeleiden? Het lijkt misschien wat tegengesteld aan onderwijs, maar onze leerlingen leren voornamelijk gedrag. Terwijl onderwijs eigenlijk bedoeld is om kennis over te dragen. En dat moeten we óók doen, want onze leerlingen hebben alleen maar een toekomstperspectief als ze straks een diploma halen.

StephenDe vragen die we bij Sharon stelden, kunnen we ook stellen bij Stephen. Al ligt de situatie daar weer heel anders. Stephen staat erom bekend dat hij nogal eens over andermans grenzen gaat. Het gaat dan vaak over seksueel getint, grensoverschrijdend gedrag. Niet alleen zijn medeleerlingen, ook docenten en begeleiders zijn vaak het doelwit van zijn moeilijk te stoppen

gedrag. Soms valt het allemaal erg mee, maar er zijn ook periodes dat wij geen andere oplossing zien dan hem naar huis te sturen. Het lukt ons dan niet om grip te krijgen op zijn gedrag, of factoren te vinden die het gedrag zo beïnvloeden, dat hij op school kan blijven zonder al te veel te storen.Een duidelijke diagnose is er bij hem niet gesteld. We hebben daarover natuurlijk wel vermoedens en die gaan vooral in de richting van persoonlijkheidsproblematiek. Met goede behandeling of begeleiding vanuit de GGZ is het waarschijnlijk heel goed mogelijk dat hij het binnen Heliomare gaat redden. Maar omdat de gemeente geen contract heeft afgesloten met de zorgverzekeraar die de passende hulp vergoed, gaat die begeleiding of behandeling er niet van komen. Als er voor die vergoeding geen oplossing wordt gevonden en er dus geen behandeling of begeleiding voor Stephen komt, zijn wij niet langer de passende setting voor hem en moeten we een andere school voor hem zoeken.

Je zou denken dat er een streng regime heerst op de opleiding en dat de leerlingen dat uiterst vervelend vinden. Dat lijkt mee te vallen. Een docent die uitgebreid met zijn leerlingen doornam hoe ze hem vonden lesgeven, kreeg onder andere te horen: “Je moet strenger zijn”.Zelfkennis, het begin van alle wijsheid.

Jacqueline Blokker en Iris Stuifbergen zijn beiden zorgcoördinator bij het Voortgezet Speciaal Onderwijs van Heliomare

9- GGZTotaal

Stephen gaat over andermans grenzen“We zien geen andere oplossing dan hem naar huis te sturen”

Page 10: Magazine GGZTotaal maart 2015

10- GGZTotaal

“ALLES WORDT VOOR JE GEREGELD”

Deze cliënte is een slachtoffer van het systeem. Ze raakte van de wijs nadat haar man haar plotseling verliet voor een ander. Hij kon het niet hebben dat ze aan psychoses leed. Die kreeg ze na een zwaar auto-ongeluk en een lange periode van revalidatie. Ze zag dingen die er niet waren. Op het laatst gebeurde wat ze het meest vreesde: hij vertrok. Liet haar gewoon stikken. Ze bleef alleen achter en stortte in. Een zelfmoordpoging later zat ze in een GGZ-instelling voor crisisopvang. Na verloop van tijd probeerde ze weer op te krabbelen, ondanks de blijvende psychoses en de nadreunende klap van haar scheiding. Ze zocht een plekje om enigszins beschermd tegen de boze buitenwereld te wonen en tot rust te komen. De grote instellingen hadden allemaal geen plek, maar gelukkig kon ze een PGB krijgen van gemiddelde ‘zorgzwaarte’. Het was een bedrag van zo’n duizend euro per maand. Met dat geld kon ze zelf bij een

particuliere zorginstelling een passend plekje zoeken. Ze vond dit plekje bij een particuliere zorginstelling in Noord-Holland, die op internet adverteerde. Het intakegesprek met de directrice verliep goed, ze was erg aardig. Ze kreeg een mooi appartement, iets apart van het hoofdgebouw van de instelling en daar mocht ze wonen. Haar PGB en de hele administratie daar omheen? Daar hoefde ze zich geen zorgen over te maken. Wij nemen je alles uit handen, kreeg ze te horen. Zet hier maar een handtekening, en je hoeft verder niets meer te doen. Ga je spullen maar in je appartement zetten. Alles wordt geregeld.

Slachtoffer van een pervers systeem - Bart Vuijk

ARTI

KEL

Het ligt al jaren goed opgeborgen in mijn bureau. In een dichte lade, achter slot en grendel. Een dikke ordner vol papieren van een GGZ-cliënte van een particuliere zorginstelling die niet meer bestaat. Als het dossier bekend raakt bij de autoriteiten, moet deze dertigjarige cliënte naar schatting zo’n twintigduizend euro aan onterecht uitgekeerde PGB-gelden terugbetalen. En dat mag niet gebeuren.

Page 11: Magazine GGZTotaal maart 2015

Wat er zich vervolgens afspeelde, bleek uit te monden in een nachtmerrie. De instelling vroeg niet alleen een veel te zwaar zorgzwaartepakket aan, waardoor het PGB-bedrag werd opgehoogd tot zo’n drieduizend euro. Ook werd op haar naam een bankrekening geopend en ze moest hiervoor tekenen. De zorginstelling hield het pasje. De directrice liet zich benoemen tot bewindvoerder en pinde de PGB zelf. Zorg werd er niet voor verleend, gebrekkig onderdak wel. Activiteiten op de dagopvang van de instelling mocht de cliënte niet bijwonen, daarvoor was niet betaald. Eten moest ze zelf maar regelen, in de eetzaal in het hoofdgebouw was ze niet welkom. Post kreeg ze niet te zien, want de enige die de sleutel van de postbus had, was de directrice. Die was ook ineens helemaal niet meer zo aardig, zeker niet als de cliënte haar herinnerde aan de beloften van het intakegesprek. De warme deken die haar was beloofd, bleek een ijskoude douche te zijn.

Zonder haar medeweten werd ook nog huursubsidie op haar naam aangevraagd. Onterecht, zou later blijken; ze heeft de duizenden euro’s nog jarenlang stukje bij beetje moeten terugbetalen aan de overheid. De zorg bleek een farce te zijn. De instelling werd bemenst door personeel dat weliswaar goedwillend was, maar ook deze werknemers werden onderdrukt door de directrice die ze in het bijzijn van cliënten luid scheldend terechtwees als haar iets niet zinde. Er vond een grote uittocht plaats; in enkele jaren tijd verlieten zeker twintig werknemers de instelling. Steeds kreeg de cliënte weer andere mensen voor zich.

Toch mocht ze nog iets doen: weer een handtekening zetten. Daarmee werd de bewindvoering beëindigd en zo kreeg de vrouw weer de volledige verantwoordelijkheid over haar doen en laten, en ook over haar PGB. Een verantwoordelijkheid die overigens in de wet zo is geregeld dat alleen de cliënt ervoor verantwoordelijk kán zijn, hoe frauduleus een zorginstelling er ook mee omgaat. Als een instelling er de hand mee licht, wordt de cliënt vervolgd. Een pervers systeem, vond de cliënte. Ze wist niet eens wat er was geregeld, alle correspondentie werd zorgvuldig bij haar weggehouden. Ook brieven van haar familie.

Na enkele maanden waarin ze steeds dieper in een psychisch moeras wegzakte als gevolg van de stress en de tirannieke omgeving, kreeg haar moeder een brief van een officiële instelling. Het was een brief waarin een handtekening werd verzocht voor een verzwaring van het zorgzwaartepakket. Erbij zaten indicatieformulieren die door de directrice alvast waren ingevuld. Verbijsterd las de moeder het document. Ze las dat haar dochter in enkele maanden tijd ernstig achteruit was gegaan, terwijl ze er juist heen was gegaan om beter te worden. Volgens het formulier was ze nauwelijks in staat om zichzelf te wassen, en daarvoor en voor veel andere zaken werd een enorm zwaar zorgpakket aangevraagd dat in de duizenden euro’s per maand liep. De moeder bezocht haar dochter en trof haar weliswaar zeer ongelukkig aan, maar ze was niet ineens lichamelijk en verstandelijk gehandicapt geworden. De moeder trok de conclusie: mijn volwassen dochter moet hier heel snel weg. Om uit de giftige omgeving van deze instelling te komen.

Page 12: Magazine GGZTotaal maart 2015

Ze haalde haar dochter weg. De instelling reageerde furieus, want die liep ineens een lucratieve inkomstenbron mis. Haar paspoort, haar hele dossier, het door de instelling aangevraagde bankpasje en andere belangrijke documenten die op het hoofdkantoor werden bewaard, kreeg ze niet terug. Eerst moest zij duizenden euro’s achterstallig geld betalen voor ‘verleende zorg’, vond de directrice. De moeder moest steeds meer dan honderd kilometer rijden voor afspraken met de directrice, maar vond voortdurend een gesloten deur. Pas nadat ze met de politie dreigde, kreeg ze het paspoort en de andere belangrijke documenten terug. Hier, snauwde de directrice en smeet ze op een balie. Om nijdig weg te benen zonder om te kijken. De cliënte was daarna allerminst van de problemen af. De huursubsidie werd teruggevorderd. Vijf jaar lang elke maand een paar honderd euro terugbetalen. Ze was er ziek van en ze was bang dat dat ook met haar PGB zou gebeuren. Al dat geld was overduidelijk in de verkeerde handen terechtgekomen, en haar handtekening prijkte onder de aanvraag voor een veel te zwaar zorgzwaartepakket. Vijf jaar na dato ging de zorginstelling failliet. De Inspectie voor Gezondheidszorg deed een inval en bracht een vernietigend rapport over de zorgverlening uit. De minister sloot de instelling vervolgens; andere – betrouwbare – instellingen werd verzocht de overgebleven cliënten over te nemen. Van een afstandje zag de cliënte dit met veel instemming gebeuren. Zij had ook nog wel een paar dingen te vertellen over die instelling, al wist ze niet hoe. Onder voorwaarde van anonimiteit droeg zij haar dossier over aan een journalist die ze vertrouwde. Die bezit het nog steeds. Het ligt achter slot en grendel in mijn bureau, dampend van de bewijslast van fraude. PGB-fraude.

12- GGZTotaal

DE WARME DEKEN DIE HAAR WAS

BELOOFD, BLEEK EEN IJSKOUDE

DOUCHE TE ZIJN.

Page 13: Magazine GGZTotaal maart 2015

Lang op de wachtlijst voor een grote zorginstelling? Daar moest een einde aan komen, vond staatssecretaris Erica Terpstra. In 1996 introduceerde zij het persoonsgebonden budget (PGB). Voortaan kregen de patiënten zelf geld waarmee zij hun eigen hulpverlener konden uitkiezen. Een uitkomst voor verstandelijk en lichamelijk gehandicapten, GGZ-cliënten en demente ouderen, zo leek het. Het zag er op papier goed uit. Maar de praktijk leerde dat de honderden miljoenen euro’s, die in de PGB omgingen, ook een aanzuigende werking hadden op gewetenloze criminelen die er met al zwendelend met het zorggeld vandoor gingen. De wet zit zo in elkaar, dat de patiënt dan zelf moet opdraaien voor het verkeerd bestede PGB-geld. Die moet dat terugbetalen. Terwijl de malafide ‘hulpverlener’ op het strand van de Bahama’s ligt – dit is geen fictief voorbeeld - zit de cliënt in de schuldhulpverlening. Het gaat vaak om tienduizenden euro’s per cliënt. Hoe vaak deze PGB-fraude zich heeft voorgedaan, kan de overheid niet vertellen. Veel blijft verborgen omdat cliënten het niet durven te melden. De overheid wil dan eerst het geld van de cliënt terug zien. Eind vorig jaar zijn er bij huisbezoeken 30.000 PGB’s gecontroleerd. In zeven procent was er sprake van fraude, meldde staatssecretaris Van Rijn. Dat leek mee te vallen, maar instellingen zelf zijn niet gecontroleerd.Er is in de politiek gesproken over het opheffen van het PGB. Daar lijkt geen steun voor te zijn. Inmiddels wordt het systeem wel veranderd om fraude te voorkomen. Mensen met een PGB die dit besteden aan bonafide hulpverleners, maken zich hier grote zorgen over. Het Malieveld in Den Haag heeft al vol gestaan met demonstrerende PGB-houders. Het systeem heeft overduidelijk ook zijn goede kanten. Maar het kan dus ook heel verkeerd gaan en de PGB-houder valt dan tussen wal en schip. Het artikel op deze pagina gaat over zo’n GGZ-cliënte. Het is waargebeurd. Haar identiteit, bepaalde details en zelfs de naam van de frauderende zorginstelling laten we bewust weg, omdat wij niet willen dat de overheid deze GGZ-cliënte vervolgt voor het bedrog van haar hulpverlener.

Page 14: Magazine GGZTotaal maart 2015

COLU

MN

Altijd slapen - Niki Stoker

Alles in me schreeuwt NEE tijdens het proces van wakker worden. Nou, zeg maar procesje want het duurt maar enkele luttele seconden dat je van slaap naar waak verschuift Hoe heerlijk is de slaap als je knal depressief bent. Als een baby lig je in zalige onwetendheid, veilig diep weggedoken onder het dekbed. De wereld is mooi of niet, het maakt geen zak uit. Ik denk niet, ik voel niet, ik ben niet.

Een aantal keren ben ik geopereerd. Het moment van onder narcose gaan vind ik ook altijd zo fijn. Tot 10 moeten tellen en dan bij 2 al helemaal van de wereld zijn. Een keer had ik een narcotiseur die tegen me zei: ‘Nou, daar ga je’, en weg gleed ik. Zalig. Volgens mij is het te vergelijken met dood gaan, alleen kom je dan niet meer bij … waarschijnlijk. Zeker niet zonder baarmoeder, aambeien of bijschildklier.

Tijdens de eerste seconde van het wakker worden is er nog het niets. Geen heden, geen verleden en geen toekomst. Tijdens de tweede seconde dringt zich de pijn van de depressie van binnen uit aan me op. Mijn maag krampt samen, ik heb het koud en warm tegelijkertijd en trek het dekbed over mijn hoofd om de geluiden van buitenaf niet naar binnen te laten komen. Hier begint het gevecht om te blijven slapen, voor altijd en nooit meer wakker te worden. Onbegonnen werk. De laatste dagen weet ik dit zo’n twee uur te rekken. Steeds weer even wegzakken en vervolgens weer het vreselijke wakker worden.

14- GGZTotaal

Page 15: Magazine GGZTotaal maart 2015

15- GGZTotaal

Het duurt lang voordat mijn denken weer werkt. Zo kan ik me na een paar uur herinneren dat ik gisteren toch een heel fijn bezoek aan mijn zus heb gebracht. Hoe goed ik me daarna weer voelde. Nam me voor vol goede moed de volgende dag vroeg op te staan. Dat wat voor die dag op het programma staat zie ik pas beneden in mijn agenda staan. Had om 10.00 uur een dansles staan. Dat is al de vijfde les die ik mis. Volgende cursus maar ’s avonds gaan doen.

Na vijf koppen koffie en veel sigaretten ga ik maar eens douchen of dat sla ik lekker over. Tegen tweeën ben ik er klaar voor. Natuurlijk heb ik nergens zin in dus overweeg een Ouzo. Soms neem ik hem maar meestal stel ik het drinken uit tot 17.00 uur. Eerst maar huisvrouw dan. Ik zeem een raam, was 1 bord en 1 lepel af. Dan moet ik nodig even rusten en staar een uur voor me uit. De nutteloosheid van mijn bestaan vult mijn besef.

Als ik ’s avonds voor de vierde keer die week een zakje roerbak in de wok gooi is er een vage opluchting in me te bespeuren. Over een uurtje zal ik volautomatisch vermaakt gaan worden door de televisie. Om 21.00 uur mag ik mijn pilletjes nemen waaronder mijn favoriete diazepam. Een uur later geeft mijn lichaam het verzet op en daalt er een zware rust over me neer. Niet veel later stap ik mijn bed in waar ik al snel mijn droomloze slaap inzak. Vlak daarvoor doe ik nog een schietgebedje: ‘Lieve God, of hoe ze ook heet, laat me vrolijk wakker worden’. ZZZZZZZZZZZZZZZZZ

Page 16: Magazine GGZTotaal maart 2015

Maandelijks bespreekt GGZTotaal een recent uitgegeven boek, dat

betrekking heeft op de GGZ. Onderstaande recensie is van

Johan Atsma, docent/coach MBO verpleegkunde.

Jacob de Wilde: Stress weg. Hoe kom je aan stress, en hoe kom je er van af

BOEK

BESP

REKI

NG

Boekbespreking - Johan Atsma

Als erkende Stresskip was ik benieuwd naar het boekje ‘Stress Weg’ van Jacob de Wilde. Dat klinkt veelbelovend, zou je zeggen. Sowieso kun je tegenwoordig als je op mentaal gebied ergens last van hebt je heil moeiteloos zoeken in de boekhandel of op het internet. Een veelheid van zelfhulpliteratuur is voorhanden. Heb je moeite om je huis netjes te houden? ‘Het slimme organising boek’. Heb je last van je trauma’s? ‘De klap te boven’. ‘Mijn weg naar geluk’ kun je lezen als je jezelf niet gelukkig genoeg acht en zelfs voor Borderliners is er hoop: ‘Borderline voorbij’... Het is slechts een kleine greep uit een waslijst van boeken die verschijnen als je bij BOL.com de zoekopdracht ‘zelfhulpboeken’ intoetst. Bij de betere boekhandel is er altijd wel een kast Psychologie, dikwijls vlakbij de plank met Esotherie, waar een keur aan nieuwe titels ligt. De impliciete boodschap van elk boek is per definitie dat je zelf iets kunt doen aan dat waar je last van hebt. Veelal wordt er in de subtitel een belofte gedaan. Dus aan de slag! Je geluk heb je zelf in de hand. In dit verband verscheen er een paar jaar terug ook een lezenswaardig artikel over de vele boeken die geluk beloven: http://www.groene.nl/artikel/het-geluk-schuilt-in-een-klein-boekje. De subtitel van dit artikel spreekt boekdelen: ‘de dictatuur van geluk’. Zelfhulpboeken doen beloftes en je bent een rund als je daar geen gebruik van maakt, ga je bijkans denken.

Zo ook ‘Stress weg’. Een handzame pocket met een pakkende titel. In de korte inleiding wordt het boekje nader toegelicht. “Inzicht in hoe stress in het menselijk lichaam en vooral in de hersenen werkt is een eerste stap in het op een constructieve manier omgaan met stress.” Vervolgens probeert de Wilde in de vorm van 50 korte hoofdstukjes die belofte waar te maken. Dat lukt hem wat mij betreft niet. In hoofdstukjes zoals “Welk gedrag wordt door stress veroorzaakt” en “Hoe verloopt het ‘gevecht’ tussen adrenaline en cortisol bij stress” wordt nader uitgeweid over de werking van stress, van het brein en hoe stress kan worden aangepakt. Termen als prefrontale cortex en Amygdala komen regelmatig voorbij. Het boek heeft een uitgebreid notenapparaat en dat maakt het allemaal nog gewichtiger. Maar kom ik er verder mee? Nou, nee. Op mij komt het vooral over als nodeloos en te vaak rondstrooien van vaktermen die weinig verhelderend zijn met soms loze beweringen als “Ook bij twaalf mensen die in hun jeugd waren mishandeld (kille opvoeding) werd in een onderzoek een verminderde werking van de hippocampus geconstateerd”. Het boekje pikt in ieder geval ruim uit de ruif die onder andere door Dick Swaab met ‘Wij zijn ons brein’ is neergezet.

16- GGZTotaal

Page 17: Magazine GGZTotaal maart 2015

Dat leidt tot stressbevorderende zinnen als: “Als de gestreste moeder daarentegen te weinig cortisol aanmaakt, zal de ongeborene ook te weinig cortisol binnenkrijgen en zal het kind op latere leeftijd in een stressvolle omgeving sneller gestresst raken”. Tsja... De Wilde plaatst zijn boek wat mij betreft definitief naast mijn boekenkast als hij ingaat op de rol die ingrijpende gebeurtenissen spelen bij het emotionele hersensysteem. “Hoewel op het onderzoek, dat in 1967 werd uitgevoerd, veel kritiek is gekomen, wordt het in recente en populaire literatuur nog dikwijls aangehaald”. Dat doet hij vervolgens zelf ook uitgebreid. Merkwaardig.

De laatste 12 hoofdstukjes zijn bedoeld om je als lezer te helpen leren omgaan met stress. Helaas ook hier geen soelaas. Wel teksten die op een melkpak niet zouden misstaan: “Bewegen is ook een methode die ervoor kan zorgen dat je de stress onder controle krijgt”. Wat daarna aangetoond wordt aan de hand van een wetenschappelijk onderzoek met muizen en allerlei wetenswaardigheden over neurotransmitters. En plots is even later zonder nadere aankondiging het boekje uit. Broddelwerk! ... Ik hoop niet dat ‘Stress weg’ model staat voor die vele andere zelfhulpboekjes, ík heb er even genoeg van…

Jacob de Wilde: Stress weg. Hoe kom je aan stress, en hoe kom je er van af. 160 pagina’s; € 14,99. Brevier uitgeverij, ISBN 978-94-91583-49-0

17- GGZTotaal

Page 18: Magazine GGZTotaal maart 2015

Een cliënt wordt onder curatele geplaatst wegens ‘terzake van het zich bevinden in een gedurige staat van onnozelheid’.

Page 19: Magazine GGZTotaal maart 2015

Elke maand zoekt de redactie tussen haar oude kranten naar artikelen over de GGZ. Is er vooruitgang? Achteruitgang? Of doen we eigenlijk nog steeds hetzelfde, maar noemen we het anders? Ondertussen stapelen de oude kranten in onze werkkamer zich op en wordt het zoeken naar originele berichten lastiger. Maar met de kranten van maart 1965 kan de redactie zijn lol weer op. Er komt een prachtig tijdsbeeld uit tevoorschijn, waar we u graag deelgenoot van maken.

Dat tijdsbeeld springt het meest in het oog in de personeelsadvertenties en dan vooral in de vacatures voor leerling-B-verpleegkundigen. Van Groningen tot Limburg, in de plaatselijk en in de landelijke pers, overal worden ze gevraagd. Zo meldt Rosenburg dat bij de stichting leerling-verpleegsters en -verplegers kunnen worden geplaatst ter opleiding van het Staatsdiploma Ziekenverpleging-B. Wie intern wil wonen, verdient f 181,50 per maand, extern wonen betekent een inkomen van f 259,50. Secundaire arbeidsvoorwaarden zijn er ook: gratis dienstkleding, tweemaal per maand f 2,50 reiskosten om het ouderlijk huis te bezoeken. Het zijn basale zaken die in elke vacature weer terugkomen. Maar er zijn variaties. Dennenoord biedt een cursus van zes weken aan met als doel ‘voorlichting te geven aan hen die belangstelling hebben voor de moderne ontwikkeling in de psychiatrische behandeling en verpleging en overwegen om de opleiding Rijksdiploma Ziekenverpleging B te gaan volgen’. Dennenoord verzwijgt wel een subtiel detail: bij hen is de cursus onbetaald. Bij andere instellingen is diezelfde cursus onderdeel van de (betaalde) opleiding. Ook belangrijk: niet iedereen is welkom op de Dennenoordse cursus: ‘In aanmerking komen jongens en meisjes van Pr. Chr. Levensopvatting, ouder dan 17 jaar.’ In Limburg begrijpen ze dat ze mensen moeten lokken. Bijvoorbeeld door te stellen dat ‘zij die

bovenstaande diploma's niet bezitten, maar wel goede intelligentie hebben’, ook kunnen solliciteren. Elders prijst de directie de opleiding aan met de constatering dat het diploma ‘een goede vooropleiding geeft voor later en, bij gebleken geschiktheid, vele mogelijkheden in hogere rangen.’ En weer een andere instelling prijst de reiskostenvergoeding aan, ‘eventueel ook voor één der ouders.’ Kom daar tegenwoordig nog eens om. Dezelfde advertentie wijst er op dat er desgewenst gelegenheid is tot het behalen van het godsdienstdiploma. Nog twee vacatures uit andere disciplines: de linnenkamer van Dennenoord zoekt ‘nette meisjes’. Meer eigenschappen dan ‘net zijn’ zijn daar blijkbaar niet nodig. En het Psychologisch Instituut van Dr. J. L. M. Herold lijkt zich te verontschuldigen voor de vacante functie: “Door huwelijk komt de vacature vrij van secretaresse”.

Genoeg over vacatures. Op 19 maart 1965 promoveert psychiater A. Mooy. In zijn proefschrift stelt hij dat het wenselijk is dat de term ‘krankzinnig’ verdwijnt en plaatsmaakt voor ‘geestelijk gestoord’. Een nobel streven, al zijn er in die periode meerdere termen die twijfelachtig zijn. Zo laat een procureur in Groningen op vier maart van dat jaar nog een cliënt onder curatele plaatsen wegens ‘terzake van het zich bevinden in een gedurige staat van onnozelheid’. Dan klinkt ‘krankzinnig’ misschien toch nog beter. Tot slot een schokkend buitenlands bericht: in een psychiatrische kliniek in de buurt van Bordeaux breekt brand uit. Er ontstaat chaos bij de evacuatie, maar gelukkig raakt er uiteindelijk niemand gewond. Voor wie moeite heeft met de huidige grootschalige instellingen: de brand breekt uit op een slaapzaal met zeventig jongeren, er verblijven op het moment van de brand maar liefst vierduizend patiënten in de kliniek. De kliniek brandt tot op de grond toe af.

GES

CHIE

DEIN

S

De GGZ vijftig jaar geleden in de pers, maart 1965Gezocht: leerling B-verpleegkundigen.

19- GGZTotaal

De G

GZ in

de

kran

t van

50

jaar

gel

eden

Page 20: Magazine GGZTotaal maart 2015

Kijk voor meer informatie op onze website: www.ggztotaal.nl

ontw

erp

e-m

agaz

ine:

Ingr

id H

uism

ans

M

AART

201

5