LIEUX DE MÉMOIRE BARCHMAN WUYTIERSLAAN 40-42 … · 2015-07-21 · Hendrik Jan van der Wiel...
Transcript of LIEUX DE MÉMOIRE BARCHMAN WUYTIERSLAAN 40-42 … · 2015-07-21 · Hendrik Jan van der Wiel...
LIEUX DE MÉMOIRE
BARCHMAN WUYTIERSLAAN 40-42 AMERSFOORT
-Familiegeschiedenis in relatie tot het collectief geheugen-
Martina van den Dool
© 2010
1
Lieux de Mémoire - Barchman Wuytierslaan 40-42 Amersfoort
-Familiegeschiedenis in relatie tot het collectief geheugen-
INHOUD
Inleidend pag. 2
1. Het begrip Lieux de Mémoire pag. 3
2. De gebeurtenissen op de BW-laan pag. 5
3. De gevelsteen van 1946 pag. 6
4. Hedendaagse blik op toen pag. 8
5. Conclusie pag. 10
Bronnen en literatuur pag. 11
2
“Geschiedenis is de altijd problematische en onvolledige reconstructie van wat niet meer is”
Pierre Nora
Tekening: Mick Joffe, 2010
INLEIDEND
In de namiddag van 5 februari 1945 fietste mijn nog jonge tante Marie van den Dool met
haar kleine zusje Greet uit Haarlem over de Barchman Wuytierslaan in Amersfoort, op
weg naar Ermelo. Ineens passeerden ze een tuin waar lichamen bij elkaar lagen en Marie
realiseerde zich dat hier een executie had plaatsgevonden. Het zou riskant zijn geweest
om te stoppen en daarom fietste ze stevig door, ook om haar zusje niet te laten schrik-
ken. Precies 50 jaar later, toen Marie inmiddels al jaren in Australië woonde, vertelde
haar broer Wim dat hij een levensverhaal had gelezen van een verre verwant, die ook
naar Australië was geëmigreerd. Deze Nicolas F. Vandendool had zijn vader in ’45 verlo-
ren door een vergeldingsactie in de buurt van het station in Amersfoort. Meteen werd
duidelijk dat die Dirk van den Dool één van de slachtoffers was die Marie en Greet heb-
ben zien liggen tijdens hun fietstocht.
Deze wonderlijke samenkomst van twee verhalen uit de familiegeschiedenis brachten
ook mij, Amersfoorter sinds 1992, in contact met de zoon van Dirk Floris van den Dool. Ik
passeer de plaats waar zijn vader omkwam vrijwel dagelijks als ik per trein naar mijn
werk ga en zo is het voor mij ook een plaats met een speciale herinnering geworden.
Vandaar dat ik besloot in het kader van de cursus Lieux de Mémoire van de Open Univer-
siteit me te verdiepen in de achtergronden van de gevelsteen van de Barchman Wuytier-
slaan 40-42.
Hoe een familiegeschiedenis zich kan verhouden tot het collectief geheugen…
Martina van den Dool
3
1. Het begrip Lieux de Mémoire
Vanuit de trein in Westelijke richting is het alleen zichtbaar voor wie weet waar
het is. maar wandelaars en fietsers kan het nooit ontgaan. In de voorgevel van
een dubbelhuis aan de Amersfoortse Barchman Wuytierslaan (BW-laan), num-
mers 40 en 42, schuin tegenover het station en parallel aan het spoor, bevindt
zich een wit natuurstenen plaquette met omlijsting. De informatie op de steen is
summier, maar voldoende om te weten dat hier in de Tweede Wereldoorlog,
exact drie maanden voor de bevrijding, twintig mensen zijn doodgeschoten.
Een goed voorbeeld van een Lieu de Mémoire, om met de Franse historicus Pier-
re Nora (1931) te spreken. De BW-laan 40-42 is door de gevelsteen immers een
plaats geworden waar de herinnering aan een publiek verleden wordt opgeroe-
pen. Plaatsen als deze voorkomen dat de band met dat verleden verloren gaat,
zelfs al zullen nu nog weinig mensen precies weten wat zich op deze plek heeft
afgespeeld.
Herman Simissen stelt in het artikel “Their name liveth for evermore” over oor-
logsmonumenten, dat zij een relatie leggen tussen het verleden waarnaar het
monument verwijst, het verleden waarin het werd opgericht en het heden van
degene die ernaar kijkt. Een driehoeksverhouding dus, waarbij de geschiedenis
rond de oprichting van een monument net zo belangrijk is als de gebeurtenis die
er aanleiding voor was en de hedendaagse passant. Vanuit die optiek heb ik ook
onderzoek gedaan naar de gedenksteen aan de BW-laan, daarbij eveneens kij-
kend naar de verhouding tussen collectief en persoonlijk geheugen. Historische
interpretaties en waarnemingspatronen komen volgens François en Schulze na-
melijk voort uit een samenspel tussen het persoonlijk geheugen en de collectieve
herinneringen. Herinneringen van een individu staan niet op zichzelf.
4
Gedenkstenen als hier besproken, roepen niet alleen persoonlijke herinneringen
op, maar ook collectieve gevoelens van verbondenheid met een gedeeld verle-
den. Sterker: de persoonlijke herinneringen kunnen van een geheel andere orde
zijn dan in het collectieve geheugen is opgeslagen. Dat besef dringt vooral door
als je als passant op de BW-laan de gevelsteen op je laat inwerken.
Een datum en twintig namen, in twee kolommen onder elkaar opgesomd. Vol-
gens het overzicht van de Stichting Kamp Amersfoort, dat uitgebreider is dan de
namen op de steen, verloren op deze plaats het leven: Pieter van den Aakster
(21-09-1897), Jacob Bekooij (01-09-1904), August Richard Best (29-06-1924), A.
Beukman (geen geb.dat. vermeld), Lambertus Courbois (09-04-1921, tuinier),
Joannes Gera Simon Roelof van Duin (04-04-1919, handwagenverhuurder), Joan-
nes Gerardus Alphonsus Maria Dirks (22-12-1903, onderwijzer), Dirk Floris van
den Dool (18-07-1903, tuinder) - over hem straks meer -, Johannes Franciscus van
Gool (15-08-1916, broodbezorger), Johennes van Kempen (24-09-1924, kapper),
Lodewijk Knol (21-12-1922, student), Antonius Waltherus Kok (28-08-1906, me-
taalbewerker), Antonius Cornelis Valk (22-09-1918, autolasser), Arie Teunis Vis-
ser (01-06-1920, inkoper), Johannes Teunis Visser (01-11-1889, chef-inkoper),
Hendrik Jan van der Wiel (22-03-1909, leraar), Johannes Wijfjes (21-04-1917,
schilder), Wouter van Wijk (16-04-1913) en Laurens Wijma (19-03-1919, water-
bouwkundige).
Achttien van hen waren leden van het verzet1 en twee waren willekeurige voor-
bijgangers. De meesten waren tussen de twintig en begin veertig jaar oud. Twin-
tig levensverhalen, die dus ook persoonlijke herinneringen en ervaringen oproe-
pen bij familie en getuigen, toen en nu nog steeds. Maar ook deel van een collec-
tief geheugen, dat weet dat in heel Nederland alleen al zeven duizend verzets-
mensen op vergelijkbare wijze aan hun eind kwamen.
Nora’s begrip van Lieux de Memoire gaat verder dan alleen in tastbare zin, want
ook symboliek en functionaliteit zijn van belang. Denk bijvoorbeeld aan de twee
minuten stilte op 4 mei in Nederland (Dodenherdenking) of gedenkboeken. Be-
langrijkste voorwaarde is dat er “een wil tot herinnering” is, aldus Nora. Het gaat
hem daarbij niet om het verheerlijken van nationale mythen, integendeel zelfs.
Binnen dit concept gaat het meer om een gevoel dat er geen spontane herinne-
ringen zijn en dat er dus archieven, vieringen of herdenkingen nodig zijn. Een
dodenmonument als aan de BW-laan krijgt volgens de uitgangspunten van Nora
betekenis door zijn intrensieke bestaan, al kan die betekenis op den duur wel
veranderen of zelfs verdwijnen.
1 M.n. Bloemhof stelt dat de gevangenen uit Kamp Amersfoort afkomstig waren, maar het Colle-
ge van B&W meldde in 1946 aan de secretarie der Koningin dat het om ter dood veroordeelden
uit de gevangenis van het Wolvenplein te Utrecht ging. Mijn informatie over Van den Dool en Van
Wijk bevestigt het laatste.
5
2. De gebeurtenissen op de BW-laan
Dat de gedenksteen in de gevel van dit dubbele woonhuis is geplaatst, heeft alles
te maken met de gebeurtenissen tussen 3 en 5 februari 1945 op deze plaats.
Tegenover de betreffende huizen ligt de spoorbaan en het emplacement van
Amersfoort, destijds een belangrijke verbinding voor vervoer van troepen en
gestolen goederen. Een prima doelwit voor geallieerde troepen en het verzet,
maar daarom dus ook zwaar bewaakt door de Duitsers. Vanaf de BW-laan zijn
twee verzetsstijders er toch in geslaagd om op 3 februari een seinhuis op te bla-
zen, waarbij ook een onbekend aantal Duitsers omkwam. Het duurde maanden
voordat de wissels weer elektrisch bediend konden worden, dus in die zin was de
operatie geslaagd. Maar de mannen werden betrapt tijdens hun terugtocht scho-
ten de drie soldaten neer die hen aanhielden op de BW-laan. Twee stierven di-
rect, de derde later.
Dit alles was direct aanleiding om rond die zelfde plaats, bij de huisnummers 40
en 42, de achttien gevangenen op 5 februari dood te schieten. Ze werden eerst
uit een vrachtwagen gejaagd en vervolgens schoten de Duitsers in het wilde weg,
dus zonder de mannen in een rij op te stellen. De mannen schreeuwden, vielen
over elkaar heen en een enkeling probeerde nog te vluchten. De soldaten renden
hen achterna en schoten ze van dichtbij dood. Dit alles onder het oog van ge-
schokte voorbijgangers. Een man vloekte, een vrouw zakte in elkaar. De twintig
lichamen bleven een dag en een nacht liggen in de tuin met een bord erbij: “Sa-
boteurs en terroristen”. In die tijd passeerden mijn twee tantes de plek des on-
heils, aldus het familieverhaal.
De stoffelijke overschotten zijn uiteindelijk door de (NSB-)politie en personeel
van de Amersfoortse begraafplaats Rusthof weggehaald. De slachtoffers hadden
in een massagraf gedumpt moeten worden, maar de opzichter van Rusthof heeft
dat weten te voorkomen. Gedurende een aantal onbewaakte uren hebben zijn
mannen snel twintig gra-
ven kunnen delven en
kledingsstukken genum-
merd voor latere identifi-
catie.
Op Rusthof zijn na de be-
vrijding alle oorlogsslacht-
offers die in en om Amers-
foort omkwamen, waar-
onder ook enkelen van de
BW-laan, herbegraven (zie
foto).
6
3. De gevelsteen van 1946
Om een monument als dit te kunnen begrijpen is, zoals eerder gesteld, niet
alleen van belang te weten om welke gebeurtenis het gaat, maar hoe men in de
tijd van oprichting naar die gebeurtenis keek.
In dit geval werd de gedenksteen al vrij snel na de gebeurtenis onthuld, in mei
1946. Direct na de oorlog was men zelfs al aan de voorbereidingen begonnen. De
publieke verwerking van de psychische schade was destijds groot: men wilde
opruimen en vergeten uit naam van modernisering en economisch herstel. Er
trad een zekere collectieve verdringing op, waarbij feiten en ervaringen bij voor-
keur een plaats kregen in de vorm van bijvoorbeeld monumenten. Door politici,
wetenschappers en beeldend kunstenaars werd een beeld ontwikkeld dat
strookte met het ideaal van een nieuw en modern Nederland. Het verzet stond
centraal en heldendom was belangrijker dan slachtofferschap, wat ook zo werd
gecultiveerd. Schuyte en Taverne spreken zelfs over ‘nationale schizofrenie’, die
nog jarenlang heeft doorgewerkt in de
samenleving. Dit verklaart ook de enorme
hoeveelheid voorstellen voor gedenkte-
kens, vrij snel na de bevrijding in 1945. Er
was behoefte aan monumenten waar
dankbaarheid, eerbied en rouw mee kon
worden uitgedrukt. Er was op zeker mo-
ment meer vraag dan er uitgevoerd kon
worden en daarom werd op aanraden
van de Nederlandse Kring van Beeldhou-
wers in oktober 1945 besloten, dat oor-
logs- en vredesgedenktekens op openba-
re plaatsen alleen na goedkeuring van het
ministerie van Onderwijs, Kunsten en
Wetenschappen konden worden opge-
richt. Er werden elf Provinciale Commis-
sies en een Centrale Commissie ingesteld
om de minister te adviseren.
Ook de gemeente Amersfoort installeerde na de zomer van ‘45 het Comité tot
het eeren van hen die vielen voor ons vaderland te Amersfoort, om op plaatsen
waar slachtoffers waren gevallen gedenktekens te realiseren. Dit comité scha-
kelde David Zuiderhoek in voor het ontwerp van de gedenksteen aan de BW-
laan. Er is nog overwogen om een prijsvraag uit te vaardigen, wat ook elders wel
gebeurde, maar kennelijk is dit er niet van gekomen. Het geld voor deze plaquet-
te en een ander monument werd bijeengebracht door de schooljeugd. Elk kind
schonk 35 cent, in totaal kwam er 2.510,33 gulden binnen.
Het ging daarbij met name om kosten voor de steenhouwerij (materiaal en ar-
beid). In totaal heeft het monument aan de BW-laan nog geen 850 gulden ge-
kost. De voortuin is voorafgaand aan de onthulling ook nog opgeknapt. De eige-
naren hebben het eigendom van de muur aan de gemeente moeten overdragen.
7
De eigenaresse van nummer 40 was in maart 1946 echter nog weinig genegen
haar medewerking te verlenen, is in de stukken van het werkcomité te lezen.
Onthullingsplechtigheid
De gevelsteen werd op 4 mei 1946 onthuld in het bijzijn van oud-verzetsstrijders
en nabestaanden van de slachtoffers. Tijdens de plechtigheid sprak de heer G.
van den Born, voormalig districtsleider van de Landelijke Organisatie voor hulp
aan Onderduikers.
In de notulen van het werkcomité staat dat men voorkeur gaf aan een nog so-
berder uitvoering dan aanvankelijk door Zuiderhoek was voorgesteld. Het gehele
comité, ingesteld op initiatief van de plaatstelijke adviescommissie uit de illegali-
teit, telde overigens rond de veertig leden (voornamelijk oud-illegalen), van wie
acht deel uitmaakten van het Werkcomité Oorlogsmonumenten, onder voorzit-
terschap van J.A.C. Spoel. Men wees de directeur Gemeentewerken in de tijd dat
het monument ontworpen werd op de landelijk geldende richtlijnen, waaruit valt
op te maken dat Zuiderhoek weinig ruimte voor creativiteit gehad zal hebben bij
deze opdracht.
David Zuiderhoek (1911-1999) was als stadsarchi-
tect in het naoorlogse Amersfoort betrokken bij
veel nieuwbouwprojecten. Het meest in het oog
springend zijn de flats die in de jaren 50 werden
gebouwd in het Soesterkwartier, die de stad veel
bekendheid gaven. Zijn ontwerp voor de gevel-
steen op de BW-laan past qua stijl goed in het
modernisme van zijn tijd: de typografie is een-
voudig en functioneel, enigszins industrieel. Func-
tionaliteit ging bij modernisten inderdaad boven
decoratie. En dat lijkt in dit geval ook zo te zijn:
een simpele vermelding van de feiten en de gevallenen. Opdat hun namen her-
innerd zouden blijven, in dankbaarheid en met eerbied.
foto: Cas Oorthuys, 1955
8
Er is volgens Arnold Labrie een verband tussen de waardering van de geheugen-
kunst en het - zeker na de oorlog in Nederland nog sterk aanwezige - Christen-
dom, omdat dit een vooral verinnerlijkt geloof is, waarbij de ziel de plaats van
het goddelijke is. Ook de boekdrukkunst heeft sinds de 16e eeuw een enorme
invloed gehad op het vormen van het collectieve geheugen. De behoefte aan het
herdenken is vooral in de 19e eeuw ontstaan, toen ook het begrip ‘natie’ gestalte
kreeg. Het oprichten van oorlogsmonumenten heeft verder een duidelijke relatie
met de Oudheid, met name de Romeinse tijd.
In dit licht is de gevelsteen van de BW-laan 40-42 te beschouwen als een typisch
naoorlogse, Nederlandse, Lieu de mémoire. Hier stierven helden, gestorven voor
de vrijheid van het vaderland. Een deel uit het navolgende gedicht illustreert dat
gevoel van destijds. 2
Zij die ‘t jonge leven gaven
moedig, willig en paraat
hebben ‘t “Liever dood dan slaven”
uitgesproken door hun daad! (…)
Helden, op dit plechtig heden
steken wij geen rede af.
Zwijgend staan wij aangetreden
saluerend, bij Uw graf. (…)
4. Hedendaagse blik op toen
In de tijd van onthulling van de gedenksteen waren verzet en heldendom van
grote waarde, is duidelijk geworden. Dat voor het denken in termen van slachtof-
ferschap, inclusief de nabestaanden, te weinig ruimte was, werd pas veel later
erkend. Het collectieve denken in de decennia na de oorlog kleurde voor een
groot deel de herinneringen van individuele betrokkenen, tot op de dag van van-
daag.
De onderste regel op de steen geeft de kern van de boodschap weer: hier zijn
twintig levens geofferd voor u, voorbijganger. Deze tekst werd gekozen door een
lid van het werkcomité, mevrouw A.M. Barkey Wolf-Berkelbach van der Spren-
kel, die ook voor de eenvoudige vormgeving van de steen had gepleit. Dat zou te
maken kunnen hebben met de afstand van de gevel tot de stoep. De teksten zijn
nu goed leesbaar voor voorbijgangers, met name voor wie loopt of fietst. Meer
details zouden een kleiner lettertype vereist hebben en dat vermindert de lees-
baarheid voor passanten direct.
Tegenwoordig worden begrippen als ‘heldendom’ of ‘slachtofferschap’ niet als
tijdloos of eenduidig beschouwd. Professor Hue-Tam Ho Tai wees in haar kritiek
op Nora’s idee van Lieux de Mémoire ook al op de vraag wie eigenlijk bepaalt wat
tot het collectieve geheugen behoort. Denk maar aan de wijze van terugkijken op
het koloniale verleden van Europese landen: vanuit het perspectief van de kolo-
2 Gepubliceerd in De Zwerver, weekblad van de Landelijke Organisatie voor hulp aan Onderdui-
kers (LO) en de Landelijke Knokploegen (LO-LKP- stichting), 22 juni 1946.
9
niale heerser ziet dat er anders uit dan vanuit de oorspronkelijke bevolking.
Geloofsachtergronden, klasse, regio of sekse zijn altijd van invloed op de keuzes
die worden gemaakt bij het markeren van herinneringsplaatsen en de betekenis
die hedendaagse toeschouwers eraan hechten.
De collectief heersende beeldvorming bepaalde ook de individuele herinneringen
van mensen uit de directe omgeving van de twintig gevallenen op de BW-laan,
met alle verwarrende en zelfs schadelijke effecten van dien.
Neem bijvoorbeeld het verhaal van Dirk Floris van den
Dool, een tuinder van begin veertig jaar, die op grond
van zijn gereformeerde geloofsovertuiging actief was
geworden in de verzetsbeweging in en rond Nieuwer-
kerk aan de IJssel. Onder de naam Van Tol bood Dirk
onderduikers een schuilplaats en via zijn huis werd de
illegale krant Trouw verspreid. Uiteindelijk werd hij
verraden door een wat naïeve, loslippige onderduiker.
Dirk werd opgepakt op Oudejaarsdag 1944, terwijl hij
met zijn vrouw en acht kinderen zat te eten. Ter plekke
werd hij eerst mishandeld en daarna is hij afgevoerd naar de gevangenis in
Utrecht. In een laatste berichtje daarvandaan liet hij weten zijn verrader te heb-
ben vergeven. “Wij zullen hem nooit vergeten, dezen man van zo’n groot geloof
en principe. Harde, stoere werker, je was een held, een groot mens.”, aldus een
In Memoriam in het weekblad van de LO-LKP-stichting in 1946.
Zoon Nicolas Vandendool citeert in zijn persoonlijke verslag “Mijn Muziek. Een
verkenning.” een bericht uit een regionale editie van Trouw op 24 februari 1945
over de dood van zijn vader: “Met diepen eerbied vermelden wij hier den naam
van Dirk Floris van den Dool die zijn leven heeft gegeven voor de zaak van de
waarheid en recht.” Maar Nicolas constateert zelf verbitterd: “Mijn vaders offer
staat levenslang in mij gegraveerd.” De dag waarop zijn vader werd opgepakt
heeft hem, toen een jongen van negen jaar oud, getraumatiseerd. Het feit dat na
de oorlog ook in zijn omgeving niet of nauwelijks nog over deze ervaringen werd
gesproken dan alleen in de zin van zijn vader als ‘held’, heeft een goede verwer-
king bemoeilijkt. Boosheid of kritiek richting vader was immers niet gepast. Nico-
las heeft zich ook vaak afgevraagd wat er gebeurd zou zijn als er geen aanslag
was gepleegd daar op het station in Amersfoort en de daders niet die Duitsers
hadden doodgeschoten tijdens hun vlucht. “Dirk van den Dool werd het slachtof-
fer van verraad, mismanagement en wraak.”, is zijn conclusie.
Maar voor hedendaagse toeschouwers is de vraag of op de BW-laan helden of
slachtoffers het leven lieten naar mijn mening weinig relevant meer. Er worden
geen officiële herdenkingsbijeenkomsten gehouden op deze plaats en dat ver-
groot de afstand tot de collectieve herinnering aan toen des te meer. Voorbij-
gangers zullen de komende decennia waarschijnlijk nog weten dat 1945 refereert
aan de Tweede Wereldoorlog, maar ook die feitenkennis zal met de jaren afne-
men, zeker als de laatste getuigen uit die tijd er niet meer zijn. Ook de individue-
le herinneringen aan de twintig gevallenen gaan mettertijd verloren.
10
5. Conclusie
De gevelsteen aan de Amersfoortse BW-laan, oorlogsmonument en een Lieu de
mémoire naar een idee van Pierre Nora, maakt duidelijk hoe ver familiegeschie-
denis en persoonlijke herinneringen af kunnen staan van het collectieve geheu-
gen, zelfs als het over dezelfde feiten gaat. De publieke herinnering betreft hier
de Tweede Wereldoorlog en het verzet tegen de nazi’s door helden, wier namen
in de eenvoudige, functionele gevelsteen zijn vastgelegd. De twintig familiege-
schiedenissen bij deze namen vertellen vooral het verhaal van slachtoffers.
Wellicht duidt Nora juist op dit probleem als hij stelt: “Herinnering en geschiede-
nis zijn aan elkaar tegengesteld.”
Met speciale dank aan:
Nicolas Vandendool (Arcadia/NSW/Australia) voor de inzage in zijn persoonlijke archief en het
aanleveren van de illustratie.
Julie Meinke (Toowoomba/QLD/Australia), voor haar vaktechnische commentaar op de gevel-
steen van Zuiderhoek.
11
Bronnen en literatuur Archivalia: Archief Eemland:
-Archief Stads- c.q. gemeentebestuur Amersfoort (0002.01):
inv.nr. 5419 -
brief met antwoord betreffende fusillades die in februari en maart 1945 hebben
plaatsgevonden aan de Barchman Wuytierslaan en de Appelweg (d.d. 8-8-1946);
-Archief Verenigingen, stichtingen, genootschappen, etc :
inv.nr. 0136.02 -
archief Comité tot het eeren van hen die vielen voor ons vaderland te Amersfoort
(1945-1952)
Archief Nicolas F. Vandendool:
-Brief Bill Vandendool (10 mei 1996)
-Verslag Mijn Muziek. Een verkenning. (september 1995)
-De Zwerver, weekblad van de Landelijke Organisatie voor hulp aan Onderduikers (LO) en
de Landelijke Knokploegen (LO-LKP- stichting), 22 juni 1946
Literatuur e.a.: Bloemhof, J.L., Amersfoort ’40-’45 - deel II (Amersfoort 1995)
Bloemhof, J.L., bew. Joost van der Spek, Amersfoort ’40-’45 (2e herz.druk; Amersfoort 2005)
Blokmans, Wim en Herman Pleij (red.), Plaatsen van herinnering. Nederland van prehistorie tot
Beeldenstorm. (Amsterdam 2007)
François. Etienne en Hagen Schulze “Deutsche Erinnerungsorte I”, in: cursusboek Lieux de
Mémoire (Heerlen 2008) 38
Galjaard, J., Van Zuiderhoek tot SVP (Amersfoort 2007)
Hue-Tam Ho Tai, “Remembered Realms: Pierre Nora and French National Memory” in: cursus
boek Lieux de Mémoire (Heerlen 2008) 52
Labrie, Arnold, “Lieux de mémoire: over herinnering en identiteit”, in: cursusboek Lieux de
Mémoire (Heerlen 2008) 90-98
Nora, Pierre (vert. Koen Beeckaert), “Tussen herinnering en geschiedenis. De problematiek van
de lieux.” in: cursusboek Lieux de Mémoire (Heerlen 2008) 15-33
Putters, Bernie, “Hoe één onderduiker verzetsman Dirk van den Dool fataal werd”, in: Het Kanaal
(mei 2006) 8-9
Schuyt, Kees en Ed Taverne, 1950. Welvaart in zwart-wit. (Den Haag 2000) 38-40
Simissen, Herman, “Their name liveth for evermore”. Oorlogsmonumenten en de Eerste Wereld
oorlog” in: cursusboek Lieux de Mémoire (Heerlen 2008) 133-134
Stichting Apeldoornse Monumenten, “Oorlogsmonumenten in Nederland na 1945” in: SAM-
Kroniek, 38 (2005) 11-12
Internet: Nationaal Comité 4 en 5 mei
http://www.4en5mei.nl/oorlogsmonumenten
Wegwijzer archieven WO2
http://www.archievenwo2.nl/thema-overzicht/nederland/oorlogsslachtoffers-en-
gesneuvelden
Kamp Amersfoort – IM-lijst
http://www.kampamersfoort.nl/zfonmq.html
Amersfoort op de kaart
http://www.amersfoortopdekaart.nl/#locaties/flats
Wikipedia
http://www.en.wikipedia.org/wiki/Modernism
Wouter van Wijk
http://home.planet.nl/~wieri573/wouter_van_wijk.htm