L EERGANG OMGANGSKUNDE IN PRAKTIJKONDERWIJS EN LEERWEGONDERSTEUNEND ONDERWIJS M ODULE TAAL B...
-
Upload
floris-aerts -
Category
Documents
-
view
217 -
download
1
Transcript of L EERGANG OMGANGSKUNDE IN PRAKTIJKONDERWIJS EN LEERWEGONDERSTEUNEND ONDERWIJS M ODULE TAAL B...
LEERGANG OMGANGSKUNDE IN PRAKTIJKONDERWIJS EN LEERWEGONDERSTEUNEND ONDERWIJS
MODULE TAALBIJEENKOMST 2: TVO EN DIRECTE INSTRUCTIEMODEL
PROGRAMMA BIJEENKOMST 2
1. Terugkomen op huiswerkopdrachten2. Thema voor vandaag: taalgericht
vakonderwijs (TVO)3. Waarom TVO?4. Pijlers van TVO: context, taalsteun,
interactie5. De TVO-pijlers geïllustreerd6. Het directe instructiemodel7. Het IOP voor leerlingen8. Opdrachten
TAALGERICHT VAKONDERWIJS
TAALGERICHT VAKONDERWIJS (TVO)
WAT IS HET?
Talige drempels verlagen of slechten,zodat leerlingen:
Het vak kunnen begrijpen De kennis van het vak tot zich kunnen nemen De kennis kunnen verwerken
WAAROM TVO? Processen binnen vaklessen: neerwaartse
spiraal? Ze kunnen niet lezen > minder laten lezen,
simpeler teksten Ze kunnen moeizaam spreken en schrijven
> minder laten spreken en schrijven Ze kunnen geen verbanden leggen >
terugvallen op feitenkennis Groepswerk is lastig: klassikale uitleg Ordeproblemen, demotivatie
VOORBEELD: WAT ZIJN ENZYMEN?
Antwoorden:a. Stoffen die scheikundige versnellen
zonder daarbij zelf verbruikt te worden.b. Scheikundige prosessen die versnellen
zonder daarbij zelf verbruikt te worden.c. Die zitten in het speeksel en in sommige
sappen ze nemen zetmeel, eiwitten, koolhydraten en vetten op. kleine bacteriën.
d. Scheikunde stoffen die processen versnellen zonder daar bij te verbruiken.
SCHOOLBOEKTEKSTEN (ALGEMEEN)
Talig Vaak hoge informatiedichtheid Gaat uit van algemene kennis van de
wereld Vaktermen Gaat uit van behaalde
basisvaardigheden (doelen basisonderwijs)
OPWAARTSE SPIRAAL
Uitgaan van inhoudelijke interesse Hoge verwachtingen Zorgen voor begrijpelijk taalaanbod,
gelegenheid tot praten en schrijven (leren in interactie) en feedback op vorm en inhoud
In wezen: hernieuwde aandacht voor de rol van taal bij leren
TAALGERICHT VAKONDERWIJS
Taal, leren en denken zijn niet los van elkaar te zien.
Ook bij exacte vakken speelt taal een belangrijke rol, bv. instructietaal en vaktaal.
Bij taalgericht vakonderwijs worden vak- en taaldoelen simultaan ontwikkeld met behulp van: context, interactie en taalsteun.
HOE ‘DOE’ JE TVO?
‘Gewoon’ goed lesgeven basaal
Bewust van leervormen variëren
Activerende didactiek leerlingen actief bezig
Taalsteun geven leerlingen over talige drempels
helpen
DE PIJLERS VAN TVO
INTERACTIEPratend en schrijvend leren
TAALSTEUN Hulp bij begrijpen en produceren
van (vak-) taal. Feedback op je taalgebruik
CONTEXTLeren vanuit voorkennis, met alle zintuigen, vol aanknopingspunten
CONTEXT
De schoolwereld in de eigen wereld plaatsen en waarborgen dat er een basis is waarop de nieuwe kennis kan landen
13
VOORBEELD 1 VAN CONTEXT BIEDEN
Maak een woordweb waarbij je per deelfacet vragen stelt aan iedereen en antwoorden gerubriceerd in het web op het bord schrijft.
14
VOORBEELD 2 VAN CONTEXT BIEDEN
Noem het thema enlaat leerlingen bij de start kolom 1, na de intro kolom 2en afsluitend kolom 3invullen.
BekendWat ik al weet van het thema...
BenieuwdWat ik nog wil weten... Welke vragen ik nog heb..
BewaardWat ik heb geleerd...
15
VOORBEELD 3 VAN CONTEXT BIEDEN
Maak het thema zichtbaar en/of tastbaar door een voorwerp mee te nemen, illustraties te tonen, een tekening te maken etc..
CONTEXT CONCREET
Opdracht in duo’s:
• Bekijk het document ‘TVO en tips voor context, interactie en taalsteun’.
• Neem een les/thema (van deze week) in gedachten en bedenk concrete uitwerkingen van context scheppen m.b.v. een of meerdere tips.
• Presenteer aan een ander duo jullie uitwerkingen en vice versa.
TAALSTEUN
Leerlingen concrete handvatten geven om taal te begrijpen en te produceren waardoor ze (vak)kennis verwerven en verwerken
TAALSTEUN, HOE?
Verkennend lezen toepassen Schematische weergave maken,
tijdbalk, diagram Leerlingen laten navertellen Synoniemen vragen Laten schematiseren, analyseren,
verbanden leggen* Goede zinnen herhalen Leerlingen verbeteren door te
herformuleren
EXPLICIETE TAALDOELEN: ALGEMEEN
Geschiedenis: een verandering in de tijd beschrijven, met aandacht voor chronologische verbanden.
Aardrijkskunde: een procesverandering beschrijven (bijv. erosie), met aandacht voor oorzaak-gevolg relaties.
Scheikunde: schriftelijk verslag doen van een uitgevoerde proef (proces…product).
Enz..
20
VOORBEELD 1 VAN TAALSTEUN
Zeg én noteer op het bord de lesopzet met o.a.: Het thema van de dag Het doel van de les De lesonderdelen Bladzijden van het
boek/de boeken
Thema
Doel van de les
Onderdelen van de les
Kernbegrippen van de les
Instructies en aanwijzingen
21
VOORBEELD 2 VAN TAALSTEUN
Geef
complexe
verbale
informatie
(ook)
schematisch
weer
Naam van deel Plaats Kenmerken Functie
Metselspecie Tussen de stenen StroperigMengverhouding1/3
Geeft stevigheid aan een muur
Voegspecie In de voegen tussen de gemetselde stenen
DroogMengverhouding1/6
Maakt de muur vlakker
22
VOORBEELD 3 VAN TAALSTEUN
Help leerlingen door een tekst door deze eerst verkennend te behandelen met vragen
Verkennend lezen
• Wat is de titel?• Wat staat er op het plaatje?• Welke woorden zijn cursief/onderstreept?
TAALSTEUN CONCREET
Opdracht in duo’s:
• Bekijk het document ‘TVO en tips voor context, interactie en taalsteun’.
• Neem een les van deze week in gedachten of kijk in het lesboek van de leerling en bedenk concrete uitwerkingen van taalsteun m.b.v. een of meerdere tips.
• Presenteer aan een ander duo jullie uitwerkingen en vice versa.
INTERACTIE
Wat is interactie?
Docent
Leerling
Medeleerling
PIRAMIDE LEERRENDEMENT: WE LEREN…
10% van wat we lezen20% van wat we horen30% van wat we zien
50% van wat we zien en horen70% van waar je over gediscussieerd hebt
80% van wat we persoonlijk ervaren hebben95% van wat we uitleggen aan anderen
Bron: David Sousa, How the brain learns
VOORBEELD 1 VAN INTERACTIE
Voer een ‘echt’ gesprek met leerlingen over de stof (geen vraag-antwoordgesprekje).
Stel procesvragen (hoe weet je dat, hoe heb je dat opgezocht etc.?).
VOORBEELD 2 VAN INTERACTIE
Laat eerst leerlingen op vragen/antwoorden van elkaar reageren voordat jij zelf reageert.
Betrek leerlingen bij beoordelingen, laat ze zelf vragen bedenken etc..
VOORBEELD 3 VAN INTERACTIE Gebruik werkvormen als memory, denken-
delen-uitwisselen e.d..
Gebruik een afwisseling en opeenvolging in ‘iets erover lezen, de informatie in schema zetten, er een stukje over schrijven, er iets over presenteren etc.’.
INTERACTIE CONCREET
Opdracht in duo’s:
• Bekijk het document ‘TVO en tips voor context, interactie en taalsteun’.
• Neem een les van deze week in gedachten en bedenk concrete uitwerkingen van interactie m.b.v. een of meerdere tips.
• Presenteer aan een ander duo jullie uitwerkingen en vice versa.
INTERACTIEF ONDERWIJS IN PRO/LWOO
WAAROM INTERACTIEF ONDERWIJS IN PRO/LWOO?
Taalzwakke leerlingen kunnen actief meedoen met de les.
Leerlingen krijgen de kans de taal en het vak te ontwikkelen.
Leerlingen leren van elkaar: verschillen worden benut.
Leerlingen werken aan de ontwikkeling van hun mondelinge vaardigheden (zie PaPe en Referentieniveaus).
ERVARINGEN EN OPDRACHT
Welke ervaringen hebben jullie met samenwerkend leren/interactieve werkvormen?
Placemat-opdracht (zie dia 39):Als een interactieve werkvorm helemaal goed gaat, wat zie je dan?
VOORWAARDEN VOOR SAMENWERKEND LEREN
GIPS = gelijkheid in aandeelindividuele
verantwoordelijkheidpositieve afhankelijkheidsimultaan actief
Fasen: Nadenken (individueel) Delen (in duo of groepje van 4) Uitwisselen (in groepje van 4 of
plenair)
COMPLETE INSTRUCTIE BIJ SL
Wat ga je doen? (blz., hoofdstuk, paragraaf ) Hoe ga je het doen? (concreet leerlinggedrag) Hoe lang krijg je ervoor? (in minuten) Welke hulp mag je gebruiken? (woordenboek,
internet, buurman) Wat ga je doen als je klaar bent? (concreet,
bv. opdracht 20) Wat doen we met de opbrengst? (we kijken
alles na/ik bespreek alleen de lastigste opdrachten/je geeft een presentatie)
DENKEN - DELEN - UITWISSELEN
1. De leerkracht geeft een opdracht/stelt een vraag
2. Individuele bedenktijd
3. Overleg in tweetallen
4. Klassikaal uitwisselen
OM - DE - BEURT 1. Vormen van tweetallen2. De leerkracht stelt een
vraag met meerdereantwoordmogelijkheden3. Tweetallen geven om de
beurt een antwoord
ROTONDE
1. De leerkracht geeft een opdracht
2. Rotonde: om de beurt iets zeggen of schrijven
3. Klassikale uitwisseling
DUO’S
1. Individueel werken2. De helper controleert3.,4.,5. De duo’s wisselen van rol6. Nabespreking
WAAIER
1. Opdracht: antwoorden op kaarten schrijven
2. Tweetallen vormen en uitwisselen/opdracht uitvoeren
3. Nieuwe tweetallen
4. Nabespreking
PLACEMAT
1. Placemat tekenen2. Ieder schrijft bevindingen op in eigen vak3. Discussie4. Invullen van gemeenschappelijke rechthoek5. Klassikale uitwisseling
DE TVO-PIJLERS GEÏLLUSTREERD
Kijk naar het videofragment ‘Heeft een kwal botten?’. Een groep kijkt aan de hand van de kijkwijzer context hoe
deze docent aan context werkt. Een groep kijkt aan de hand van de kijkwijzer interactie hoe
deze docent aan interactie werkt. Een groep kijkt aan de hand van de kijkwijzer taalsteun hoe
deze docent aan taalsteun werkt.
Noteer individueel op het vervolgblad de concrete observaties en tips.
Wissel de observaties en tips uit in je leerteam en kom tot een gezamenlijke lijst .
We bespreken vervolgens de tips plenair .
OPDRACHT: HOE KAN EEN TAALGERICHTE LES ERUITZIEN?
Bekijk een aantal lesbrieven van diverse vakken in tweetallen. Wat valt je op? Kijk specifiek naar o Taaldoel/vakdoelo Contexto Interactieo Taalsteun
OPDRACHT: HOE DOE JIJ HET NU?
Vul het zelfreflectieformulier ‘Kijkwijzer TVO p. 12-20’ in
Bespreek in je leerteam:o Wat doe je al? o Waar kun je dat aan zien? o Wat wil je nog graag leren?o Voorbeelden uitwisselen
HET DIRECTE INSTRUCTIEMODEL VAN
VEENMAN
ZEVEN FASEN1. Terugblik2. Ooriëntatie3. Uitleg4. Begeleide inoefening5. Zelfstandige verwerking6. Evaluatie7. Terugblik en vooruitblik1 - 7.....feedback
1. TERUGBLIK
Bespreek het voorgaande werk
Haal de benodigde voorkennis op en vat deze samen
Actualiseer de voorkennis
2. ORIËNTATIE Presenteer het onderwerp van de les
Relateer de les aan voorafgaande en komende lessen
Relateer de les aan betekenisvolle situaties
Bespreek het belang van de lesstof
Geef een lesoverzicht
Stel leerdoelen
3. UITLEG (1) Onderwijs in kleine stappen
Gebruik heldere taal
Geef concrete voorbeelden
Laat leerlingen voorbeelden bedenken
Maak gebruik van materialen en stappenplannen
Dank hardop
Demonstreer
3. UITLEG (2) Doe voor
Speel vragen van de leerlingen terug naar de groep
Ga na of leerlingen de stof begrijpen
Vermijd uitweidingen
Vergroot stapsgewijs de moeilijkheidsgraad
Geef een samenvatting aan het einde van de uitlegfase
4. BEGELEIDE INOEFENING (1) Laat de leerlingen onder uw
begeleiding oefenen
Geef korte en duidelijke opdrachten
Stel veel vragen
Laat leerlingen aangeven hoe ze aan het antwoord gekomen zijn
Zorg ervoor dat alle leerlingen betrokken blijven
4. BEGELEIDE INOEFENING (2) Ga door met oefenen tot de leerlingen de
stof beheersen
Stimuleer leerlingen om zelf oplossingen te zoeken
Maak gebruik van materialen en stappenplannen
Zorg voor een geleidelijk toename in moeilijkheidsgraad
Verminder geleidelijk de ondersteuning
5. ZELFSTANDIGE VERWERKING
Zorg ervoor dat de leerlingen direct (kunnen) beginnen
Zorg ervoor dat de inhoud gelijk is aan de voorafgaande lesfase
Laat de leerlingen weten dat hun werk nagekeken wordt
Stimuleer de leerlingen om zelf op zoek te gaan naar oplossingen
Vergroot de toepassingsmogelijkheden
Laat leerlingen in tweetallen of groepjes werken
Geef extra verwerkingsstof aan de goed presterenden
Geef extra instructie aan de zwak presterenden
6. EVALUATIE
Laat leerlingen onder woorden brengen wat goed ging, wat niet goed ging en wat ze de volgende keer anders gaan doen
Controleer of en hoe het lesdoel is bereikt
Laat de leerlingen in tweetallen of groepjes het leerproces evalueren
7. TERUGBLIK & VOORUITBLIK
Plaats de les in de context van een lessenreeks
Geef aan waar de volgende les over zal gaan
1-7. FEEDBACK
Geef vaak en regelmatig feedback
Corrigeer fouten
Geef procesfeedback
Geef veel aanmoediging
REFLECTIE DIRECTE INSTRUCTIE
Bekijk de checklist DIM en scoor je eigen les op de verschillende aspecten
Noteer je leer-/verbeterpunten op het betreffende formulier
Bespreek je leerwensen in je leerteam
TOELICHTING OP LESSENSERIE MAKEN
Een van de eindopdrachten is het maken van een lessenserie* voor een (groepje) leerling(en)
Toelichting op het maken van de lessenserie wordt nu gegeven door de docent
* Zie overzicht opdrachten module taal
(HUISWERK)OPDRACHTEN
Aan het werk in je leerteam Verdeling huiswerkopdrachten Afspraken over uitwisseling via website Planning uitwisseling
AFSLUITING
Denken – delen – uitwisselen (in duo’s/ viertallen): Wat heb je geleerd?Wat wist je al?Waar kun je meteen iets mee?Welke vragen heb je nog?
Dringende vragen aan de docent