JF Magazine #20

13
Een uitgave van Stichting Jeugdformaat Nummer 20 | Jaargang 5 | juni 2013 ZORGDIRECTEUR JANNEKE VAN EIJK Precies de hulp bieden die nodig is OUD-CLIëNT MARCIANO Een makkelijke prater, geen flapuit PEDAGOGISCH MEDEWERKER MAARTJE VAN KATWIJK Mijn rugzakje met ervaring heb ik echt nodig MAGAZINE Jeugdformaat klaar voor de toekomst?

description

Het relatieblad van Jeugdformaat. Editie 20 staat in het teken van 'de toekomst' van Jeugdformaat.

Transcript of JF Magazine #20

Page 1: JF Magazine #20

Een uitgave van Stichting Jeugdformaat

Nummer 20 | Jaargang 5 | juni 2013

Zorgdirecteur Janneke van eiJk

Precies de hulp bieden die nodig is

oud-cliënt Marciano

een makkelijke prater, geen flapuit

Pedagogisch Medewerker MaartJe van katwiJk

Mijn rugzakje met ervaring heb ik echt nodig

magazine

Jeugdformaat klaar voor de toekomst?

Page 2: JF Magazine #20

VaN dE rEdactiE

klaar voor de toekoMst? Om zo goed mogelijk aan de wensen en eisen van de toekomst te kunnen voldoen, is Jeugdformaat constant in beweging. Sinds april van dit jaar werken we in een nieuwe organisatie-indeling, we hebben nieuwe methodieken (Triple P) en sommige functies zijn flink veranderd. Op deze manier denken we goed in te kunnen spelen op de wensen van de verschillende gemeenten, die straks onze belangrijkste opdrachtgevers worden.

Maar wat willen die gemeenten nu precies? We spraken Lucas Vokurka, wethouder in Delft, over versnippering, samenwerken en investeringen op de juiste plekken. Bas Timman kijkt in zijn column nog wat verder buiten de deur en vergelijkt de Nederlandse jeugdzorg met die van Denemarken, waar de gemeenten al een stevige rol spelen. Ook maken we kennis met onze nieuwe zorgdirec-teur Janneke van Eijk. Zij is verantwoordelijk voor de ontwikkellijn ‘Hulp in gezinsverband’ en vertelt over haar uitdagingen voor de toekomst.

Verder waren we natuurlijk benieuwd hoe het met onze collega’s in de nieuwe ontwikkellijnen gaat. We spraken een gedragswetenschapper, pedagogisch medewerker, ambulant hulpverlener en pleegzorgbegeleider. Hoe is hun werk veranderd? En wat vinden ze ervan?

Natuurlijk heeft iedereen tijd nodig om te wennen aan de veranderingen. Je moet je draai vinden in een nieuw team of nieuwe werkwijze. En ook voor pleegouders kan het zo zijn dat ze een nieuwe pleegzorgbegeleider hebben gekregen. Maar verandering geeft ook energie. In mijn directe omgeving wordt bijvoorbeeld hard gewerkt aan de marketing van het ‘nieuwe’ Jeugdformaat en al onze producten. Hier lees je meer over in het artikel ‘Naar buiten!’ op pagina 22. Heb jij ideeën? Laat het me dan weten via [email protected].

Veel leesplezier namens de redactie!

Hilje Wolfson

Hoofd Marketing & Communicatie

nr. 20 – Jaargang 5 – juni 2013JF Magazine is het blad van stichting Jeugdformaat voor medewerkers en pleegouders. JF Magazine verschijnt vier keer per jaar in een oplage van 2.100 exemplaren en wordt kosteloos verspreid onder alle medewerkers, pleegouders, stagiairs en externe personen die nauw aan de organisatie zijn verbonden. Verantwoordelijk voor de uitgave van JF Magazine is de afdeling Marketing & communicatie.

RedactieadresJF MagazinePostbus 11782280 cd rijswijkt 070 351 2751F 070 358 4076E [email protected] het redactieadres kun je reageren, suggesties voor artikelen aanleveren en extra exemplaren aanvragen.

HoofdredactieHilje Wolfson

eindredactieMoniek Poerstamper

RedactieHugo van Eijk (beleidsmedewerker)Brigitte Lussing (leidinggevende ambulante hulp)Marlène reeuwijk (VSt-team pleegzorg)Sonja reimerink (medewerker cliëntadministratie) Karin toet (ambulant hulpverlener)

FotografieBeeldbank Jeugdformaat, Frank van Wijngaarden (p8, p18, p22), Erwin dijkgraaf (p12-14, p15-17, p24), Kelle Schouten (p19, p21), Sicco van Grieken (p20).

aan dit nummer werkten verder mee Gijs van ammelrooij, Kayleigh assenberg, Nicky Bouman, Martine Klijn, Marcel Paapst, Marjan Soppe, Bas timman.

Vormgevingt2 Ontwerp, Katwijkwww.t2ontwerp.nl

Druk en verspreidingdiMa drukkerij, rijswijkwww.dimagroep.nl

Disclaimerauteursrechten voorbehouden.Niets uit deze uitgave mag zonder voorafgaande schrifte-lijke toestemming van de hoofdredactie openbaar worden gemaakt of verveelvoudigd.

cOLOFON

iNHOud

‘saMenwerken Zonder onZe eigenheid te verlieZen’

nathasha riJsdiJk: Meer aandacht voor de overdrachtPAGINA 20

dagboek van een PleegouderPAGINA 15

En verder...kort nieuwsPAGINA 4

coluMn raad van bestuurPAGINA 11

triPle P: een Prettig keursliJfPAGINA 18

MiJn rugZakJe Met ervaring heb ik echt nodigPAGINA 19

de rol van de gedragswetenschaPPerPAGINA 21

naar buiten!PAGINA 22

collega in beeld PAGINA 24

Janneke van eiJk: Mooi oM grote betrokkenheid van collega’s en Pleegouders te ZienPAGINA 8

het verhaal van oud-cliënt MarcianoPAGINA 12

lucas vokurka, wethouder financiën & onderwiJs in delftPAGINA 6

juni 2013nuMMER 20jF MAGAZinE2 JF MAGAZINE 3

Page 3: JF Magazine #20

Pleegkind Mark neemt strafschop bij ADO

Meer dan 11.000 euro voor het goede doel!

Ervarings-deskundigen denken meeKen jij jongeren die gebruik hebben gemaakt van de jeugdzorg en die mee willen werken aan een nieuw project? Jij hebt vast nog wel eens contact met oud-cliënten waar je een goede band mee hebt. Vinden zij het leuk om andere jongeren en medewerkers van Bureau Jeugdzorg te helpen? Voor een nieuw project zijn Bureau Jeugdzorg Haaglanden, expertisecentrum JSO en de werk-groep jongeren van het straatcon-sulaat op zoek naar jongeren van 18 tot 25 jaar met ervaring in de jeugdzorg. Dit project biedt jonge-ren in de jeugdzorg een luisterend oor en slaat een brug tussen jongeren en hulpverleners.

Jongeren krijgen hiervoor een vrijwilligersvergoeding. Kijk voor meer informatie op www.jeugdformaat.nl/ervaring.

Samen met De Jutters zijn we begin april 2013 met Multidimensional Treatment Foster Care (MTFC) gestart. Dit is een evi-dence based behandeling, ontwikkeld in Amerika voor kinderen van 7 tot 12 jaar met ernstige gedrags- en psychische pro-blemen. Hiermee kunnen we kinderen die eerder naar een kliniek of orthopeda-gogische behandelgroep gingen, nu ook behandelen in een gezin.

Om deze kinderen een plek te bieden, zijn we hard op zoek naar MTFC-ouders. Daarbij hebben we jou nodig! Ken jij enthousiaste mensen in je omgeving? Bijvoorbeeld een familielid, kennis, vriend of vriendin, buurman of buur-vrouw die misschien wel MTFC-ouder

wil worden? Via onze website (jeugdformaat.nl/gezinshuisouder) kunnen zij zich aanmelden voor een informatieavond gezinshuizen of direct solliciteren.

Een MtFc-ouder aandragenVoor het aandragen van een MTFC-ouder kun jij, als medewerker of pleegouder van Jeugdformaat, een VVV-bon van €250 ontvangen. Als voorwaarde geldt dat je de MTFC-ouder aanmeldt via e-mail of intranet én dat de MTFC-ouder goed door de proefperiode heen komt. Stuur een e-mail naar naar Barbera Molenaar via [email protected] of (voor medewerkers) gebruik het voordracht-formulier op intranet.

KOrt NiEuWS

MTFC-ouders gezocht!

wist Je dat... wiJ sinds 21 Mei Met bJZ werken volgens de vernieuwde werkwiJZe voor het versneld inZetten van aMbulante hulP (via)? hierMee kunnen we onZe hulP binnen een week inZetten!

wist Je dat...

VakantiePas voor Haagse basisschoolkinderenVlak voor de zomervakantie krijgen alle Haagse basisschoolkinderen weer de VakantiePas uigereikt op school. De pas vertegenwoordigt een waarde van ruim € 250 aan kortingen voor allerlei (zomer)activiteiten in Den Haag en de regio. Er zijn weer volop nieuwe activiteiten opgenomen die vaak speciaal ontwikkeld zijn voor VakantiePassers, zoals een speciale VakantiepasDag op Rotterdam The Hague Airport.

Kinderen kunnen o.a. meedoen aan allerlei verrassende workshop zoals Fun-Swing, een klei-animatiefilm of theater. Ook zijn er attractieparken, musea en sportactiviteiten opgenomen. Het thema in 2013 is Jong@Oud. Het doel is VakantiePassers en ouderen (opa’s, oma’s en bewoners van woonzorgcentra) op een informele en ontspannen manier met elkaar in contact te brengen.

De VakantiePas wordt niet alleen gebruikt in de zomervakantie, maar is ook voor de rest van het jaar een overzichtelijk gidsje vol lokale en regio-nale activiteiten. Let op: de pas wordt alleen in Den Haag uitgedeeld! Kijk op www.kindervakantiepas.nl voor meer informatie.

Mark woont al drie jaar bij zijn pleeg-ouders in Honselersdijk. Op zondag 5 mei had Mark de dag van zijn leven als ADO-fan. Hij mocht samen met de ADO-middenvelder Kevin Jansen het voetbalveld van het Kyocera Stadion oplopen. In de rust van de wedstrijd ADO Den Haag - Feyenoord mocht hij zelfs een strafschop nemen. En als klap op de vuurpijl heeft ADO Den Haag ook nog eens met 2-0 gewonnen. “Het was super cool!”

Onze helden van Team 246 kwamen op Tweede Pinksterdag in de stromende regen over de finish op de Coolsingel na het volbrengen van hun zesde Roparun. Met hun sportieve topprestatie haalden ze dit jaar meer dan 11.000 euro op voor het goede doel: kinderen met kanker. Het was af en toe behoorlijk bikkelen door de weersomstandigheden, maar het team verloor het doel geen moment uit het oog. We feliciteren alle lopers, fietsers en ondersteuners met deze geweldige prestatie en bedanken ieder-een die gedoneerd heeft!

wist Je dat... we dankZiJ 26 collectanten in de landeliJke collecte-week Maar liefst €1.726,27 hebben oPge-haald voor het natio-naal fonds kinderhulP?

wist Je dat... we vanaf 1 Juli Met de nieuwe wet Meldcode biJ huiseliJk geweld en kinder- Mishandeling werken? Medewerkers van JeugdforMaat ZiJn verPlicht deZe Meldcode te gebruiken biJ signalen van geweld. kiJk oP intranet onder Praktische info > veiligheid.

juni 2013nuMMER 20jF MAGAZinE4 JF MAGAZINE 5

Page 4: JF Magazine #20

dE traNSitiE iN dELFt

Jeugdzorg Nederland

e decentralisatie van de jeugd-zorg is een enorme kans,” opent de wethouder, “maar alleen als

het bewust en doordacht gebeurt. Ik observeer de jeugdzorg nu een aantal jaren als wethouder en ik zie dat de zorg voor jeugdigen en gezinnen versplinterd is georganiseerd. En dat gaat niet alleen over de jeugdzorg, maar ook over de Zorg en Begeleiding binnen de AWBZ en de activiteiten op het gebied van participatie. Deze drie zaken gaan vanaf 2015 over naar de gemeenten en die moeten we in samenhang met elkaar gaan organiseren.”

Versnippering“Veel jeugdigen en gezinnen hebben nu te maken met zorg uit die ver-schillende domeinen. Veel van de problemen die daaraan ten grondslag liggen, hangen ook met elkaar samen. Denk bijvoorbeeld aan werk, inkomen, wonen, opvoeden etc. Voor mij is het van het allergrootste belang dat we een systeem inrichten dat de versnippe-ring op deze terreinen opheft en gaat

over het bereiken van resultaat. Niet alleen wij zijn verantwoordelijk voor de resultaten, maar vooral ook het gezin zelf. Die verschuiving is wat mij betreft de transformatie: we gaan gezamenlijk

aan de slag, daar doen we ons best voor, maar we verwachten ook echt wat terug. Daarmee bedoel ik dat ook de jeugdige en het gezin zich echt inzetten om te zorgen dat het vooruitgaat.”

Gezamenlijke aanpakDe jeugdzorg heeft niet echt een positief imago, als er iets in de krant staat over de jeugdzorg is dat eigenlijk nooit goed nieuws. Heeft Vokurka wel zin in zo’n lastige portefeuille? “Ik heb er vreselijk

lucas vokurka, wethouder in delft:

‘Samenwerken zonder onze eigenheid te verliezen’ De jeugdzorg staat aan de vooravond van de decentralisatie. Dit brengt grote veranderingen met zich mee voor jeugdzorgaanbieders, maar ook voor de gemeenten. Zij zijn vanaf 2015 verantwoordelijk voor de hele jeugdzorg. Hoe ziet Lucas Vokurka, wethouder in Delft dit? Wat zijn zijn verwachtingen en waar hoopt hij op? Samen met Kenchaïll (13), een jongere uit een van onze logeerhuizen, sprak ik Vokurka in het stadhuis van Delft.

School, naschoolse activiteiten, jeugd- en jongerenwerk. Alleen was het soms wat ongecoördineerd. In het college hebben we afgesproken dat we deze investe-ringen wel op de juiste plekken in Delft moeten doen. We willen juist kiezen voor de wijken waar meer aandacht nodig is. En dan bedoel ik dat we heel pragmatisch op de juiste plekken na school iets leuks organiseren. Dat kan sport en spel zijn of iets educatiefs. We noemen dit talent-zones. Maar het is nog een hele tour de force om dat voor elkaar te krijgen. Hoe gek het ook klinkt: iets leuks organi-seren blijkt soms nog knap lastig!”

treinmachinist“Waar het mij om gaat is dat we kin-deren en gezinnen goed helpen, met duidelijke resultaten. Ik wil één pot geld voor het sociale domein, zonder dat daarbinnen allerlei nieuwe verkokeringen zijn bedacht door het Rijk. Het maakt me namelijk niet uit van welke euro iemand geholpen wordt, uit welke zak dat geld komt, als het maar met resultaat gebeurt. Kijk naar Kenchaïll: hij woont bij jullie in een logeerhuis, hij doet mee in de jongerenraad, hij kan van alles. Jullie hebben je werk goed gedaan als hij straks in staat is op zijn eigen benen te staan en als volwaardig burger mee te doen in de maatschappij. Hij vertelde me dat hij later treinmachinist wil worden. Ik bemoei me absoluut niet met het hoe, maar dit zijn mooie dingen die kunnen worden bereikt.” ö Door Hugo van Eijk

belang dat er goed samengewerkt wordt op het gebied van bijvoorbeeld schuld-hulpverlening, participatie en onderwijs en dat we hier het resultaat van zien.”

“We hebben in Haaglanden afgespro-ken de echt zware en gespecialiseerde vormen van hulp gezamenlijk te doen: die vormen van hulp die je als gemeente niet voor jezelf kunt organiseren.

Daarnaast werken we in Delft graag als team samen met Rijswijk en hebben we goede contacten met Westland. We zoeken naar mogelijkheden om samen te werken, zonder daarin onze eigenheid te verliezen.”

talentzones“In Delft hebben we veel geïnvesteerd in en rondom het onderwijs, zoals de Brede

veel zin in. Overigens gaat er veel goed in de jeugdzorg en vind ik het zeker geen hoofdpijndossier. Waar ik me wel zorgen over maak zijn de uiteenlopende visies over hoe het er straks uit komt te zien.

Gemeenten hebben allemaal zo hun eigen visie, maar ook organisaties hebben dat. Het is de hoogste tijd dat we dit ge-zamenlijk oppakken. Jeugdformaat is een professionele partner die vooruit wil. Dus ik verwacht een duidelijk standpunt en een visie voor de toekomst richting de de-centralisatie: hoe gaan we het straks met elkaar doen? Jeugdformaat is een club die ervoor kan zorgen dat de jeugdzorg in deze regio echt verandert en verbetert. Dat is jullie uitdaging. Voor mij is van

Lucas Vokurka (33) is sinds 2010 wethouder Financiën & Onderwijs in delft. Jeugdzorg valt hiermee in zijn portefeuille. Vokurka werkte na zijn studie agrarische dier- & Veehouderij bij Hogeschool iNHolland delft en de d66-fractie in de tweede Kamer. Voor d66 delft was hij achtereenvolgens bestuursvoorzitter, fractievoorzitter en lijsttrekker.

‘Jeugdformaat is een professionele partner die vooruit wil’

“d

juni 2013nuMMER 20jF MAGAZinE6 JF MAGAZINE 7

Page 5: JF Magazine #20

KENNiSMaKEN MEt JaNNEKE

anneke is geboren en getogen in Rockanje op Voorne Putten. Nu woont ze met haar partner en twee

katten in Amsterdam en reist ze elke dag naar Rijswijk. Na haar studie Internationa-le betrekkingen ging Janneke aan de slag als programmamanager bij Solidaridad. Ze vervolgde haar loopbaan bij de Vrije Universiteit, waar ze hoofd onderwijs-bureau werd en vervolgens directeur bedrijfsvoering bij de Faculteit Psycho-logie en Pedagogiek. Daarna maakte ze een korte uitstap naar het College van de Rechten van de Mens. De jeugdzorg ken-de ze voornamelijk vanuit de media: ‘’Er wordt veel over de jeugdzorg geschreven. Het is duidelijk dat dit een ingewikkeld werkveld is, waarin heel veel instanties samenwerken in en om het gezin. Ik vroeg mij wel eens af bij het lezen: kan het niet eenvoudiger? Dat ga ik nu ontdekken.’’

Open en bevlogenIn de weken dat Janneke bij Jeugdformaat werkt, is haar een aantal zaken opgeval-len. ‘’Hier werken bevlogen mensen die vriendelijk met elkaar omgaan. Medewer-kers praten heel open over het werk, ook over moeilijke zaken als bezuinigingen en veranderingen in de toekomst. Dat vind ik fijn en het geeft me het vertrouwen dat we samen een heleboel uitdagingen het hoofd kunnen bieden.” Janneke omschrijft zichzelf als een praktische manager die heldere kaders schetst voor medewerkers

Zorgdirecteur Janneke van eiJk:

“Precies die hulP bied en die nodig is”Sinds 1 mei zwaait Janneke van Eijk (47) als kersverse zorgdirecteur de scepter over de ontwikkellijn ‘Hulp in gezinsverband’. “Na mijn laatste baan wilde ik graag de overstap naar de zorg maken, want daar werken mensen die met hart en ziel bezig zijn. Ik vind het leuk om in een dynamische omgeving te werken en daar de vertaalslag te maken tussen de visie van een organisatie en de dagelijkse praktijk.”

giJs van aMMelrooiJ, leidinggevende instrooM, vst en servicecentruM PleegZorg & geZinshuiZen:“Zoals Janneke aangeeft is het voor de opvang van kinderen in gezinnen heel belangrijk om genoeg pleeg- en gezinshuisouders te hebben. We hebben op dit moment 30 gezinshuisouders die samen 82 kinderen op kunnen vangen. Ons doel is om voor het einde van het jaar 98 kindplaatsen te realiseren in gezinshuizen en MtFc-gezinnen. We werven hiervoor doorlopend, in samenwerking met de afdeling marketing & communicatie. dit doen we onder

andere met buitenreclame door heel Haaglanden, artikelen in lokale kranten en sociale media zoals Facebook en twitter. Laatst hebben we bijvoorbeeld een like, share & win actie op Facebook gedaan, met mooie resultaten: we hebben 6.000 mensen bereikt, het bericht is 66 keer gedeeld en we hebben nu 40% meer likes.

Het blijft best een klus om geschikte kandidaten te werven: voor aspirant-gezinshuisouders is het een hele stap om je privéleven zo te vermengen met het werkende leven. dit vraagt om een weloverwogen besluit en inzicht in wat gezinshuisouder worden allemaal met je eigen gezin en omgeving doet. Maar je krijgt er ook veel voor terug! dankzij de inzet van gezinshuisouders kunnen

we kinderen die nog niet in staat zijn in een gewoon gezin op te groeien, een stabiele pedagogische gezinssituatie bieden. Hier kunnen ze leren weer in gezinsverband te functioneren.”

heb jij ideeën voor de werving van gezinshuisouders en Mtfc-ouders? laat het dan weten via een mail aan [email protected].

“doel: voor het einde van dit Jaar 98 kindPlaatsen in geZinshuiZen en Mtfc geZinnen”

en die van aanpakken houdt. “Ik heb een zakelijke benadering: afspraak is afspraak. Maar ik vind het ook belangrijk dat we gezamenlijk ergens voor gaan.”

Verschil makenJanneke is nu nog niet veel op pad ge-weest, maar ze heeft wel gesproken met verschillende teams en is bij een pleeg-gezin thuis geweest. “Mooi om hun grote betrokkenheid te zien. Medewerkers en pleegouders maken echt een verschil in het leven van een kind.” Voor de komen-

de tijd staat een aantal werkbezoeken gepland om de praktijk van het werk van Jeugdformaat beter te leren kennen. Onmisbare schakel Hoewel ze nog maar net is begonnen, heeft Janneke al een aantal zaken op haar lijstje waar ze snel mee aan de slag wil. “Het is superbelangrijk dat we genoeg gezinnen werven waar we kinde-ren en jongeren goed kunnen opvangen. We zijn al een eind op weg met het wer-ven van pleegouders, maar we hebben J

juni 2013nuMMER 20jF MAGAZinE8 JF MAGAZINE 9

Page 6: JF Magazine #20

recentelijk mocht ik een paar dagen rondkijken bij een aantal jeugdzorgin-stellingen in denemarken. Zo’n vijf jaar geleden heeft de deense jeugd-zorg een omvangrijke stelselwijziging ondergaan. Een ontwikkeling die wij de komende jaren ook gaan meemaken. En dan is het altijd zinvol om te kijken hoe anderen omgaan met die veran-deringen. ik vroeg me dan ook af in hoeverre het de denen is gelukt hun jeugdzorg structureel te verbeteren.

Wat me direct opviel, was dat de generalistisch werkende social worker de spil is van de deense jeugdzorg. deze ambulant hulpverlener is in dienst van de gemeente, en dus ambtenaar. Ook als er zwaardere vormen van hulp moeten worden ingezet, blijft hij case-manager - en in sommige gevallen ook gezinsvoogd. de wethouder is duidelijk de baas over deze casemanagers. Bij

een uithuisplaatsing wordt het besluit genomen door een gemeentelijke com-missie met daarin zowel de kinderrech-ter als hulpverleners. Bij incidenten worden de leidinggevenden van social workers dan ook direct ontboden bij de wethouder. Op zich een overzichtelijk en helder systeem. ik besefte dat het bij ons in Nederland wel ingewikkeld is, met een onafhankelijke kinderrechter, een raad voor de Kinderbescherming, een Bureau Jeugdzorg, een zorgaanbie-der en een financierende overheid. Bij ons hebben ouders en kinderen met minimaal vijf instanties te maken, in denemarken met slechts één instantie.

Naast de gemeenten spelen de basis-voorzieningen een cruciale rol bij het vroegtijdig signaleren en ondersteunen van gezinnen. alle deense kinderen zijn vroegtijdig in beeld via de wijk-verpleegkundige, kinderopvang en

basisschool. Er zijn speciale groepen voor kinderen die extra aandacht of ondersteuning nodig hebben. Ouders worden met zachte dwang uitgenodigd actief te participeren in deze onder-steuningsprogramma’s. Kortom, een sluitend netwerk voor zowel kinderen als ouders.

Na uitgebreid te hebben rondgekeken bij alle gemeentelijke voorzieningen, vroeg ik mij af of er nog plaats is voor zorgorganisaties als Jeugdformaat. toen ik deze vraag stelde, bleek dit een precair onderwerp te zijn. de zelfstan-dige jeugdzorgorganisaties hebben het zwaar in denemarken, omdat gemeenten kinderen zoveel mogelijk zorg willen bieden bij de eigen social workers en basisvoorzieningen. Het beheersen van de kosten is hierbij een belangrijk issue.

Bij het bezoek aan een zelfstandige jeugdzorgorganisatie leerden we de andere kant van het deense systeem kennen. Met name de echt moeilijke gevallen worden door de gemeenten uitbesteed aan particuliere organisa-ties. in deze organisaties wordt met veel lef gewerkt aan zorginnovatie. Kleinschalige opvang, als onze gezins-huizen, is daarbij de norm. Jongeren met ernstige gedragsproblemen en criminele jongeren worden in deze setting, zonder dwang, vasthoudend begeleid en ondersteund. Onderwijs-participatie en kleinschaligheid zijn volgens de denen succesfactoren voor deze aanpak.

Ik ben benieuwd of wij over pakweg vijf jaar ook een overzichtelijke basiszorg hebben voor alle Nederlandse gezin-nen, en ‘gespecialiseerde’ jeugdzorg voor de echt moeilijke gevallen. Een ge-specialiseerde zorg waarin organisaties als Jeugdformaat een innovatief aanbod kunnen blijven ontwikkelen voor ouders en kinderen voor wie de staatszorg ontoereikend is.

Bas timman, Raad van Bestuur

Gluren bij de buren

cOLuMN raad VaN BEStuur

“de krachten van JeugdforMaat en de Jutters gebundeld”MarJan soPPe, leidinggevende Mtfc en daghulP:MtFc staat voor Multidimensional treatment Foster care. Kortweg bete-kent het dat een kind negen maanden in een gezin gaat wonen, bij spe-ciaal getrainde MtFc-ouders. Het kind draait mee in het gezin en werkt

tegelijkertijd aan zijn problemen. Het doel is om het zelfvertrouwen van het kind weer op te bouwen door in een veilige omgeving het positieve te benadrukken en aan vaardigheden te werken. Een team van deskundigen bestaande uit een gz-psycholoog, oudertrainer, vaardigheidstrainer en recruiter, begeleidt het kind, de ouders en de MtFc-ouders. de MtFc-ouders komen elke week met andere MtFc-ouders bij elkaar voor supervisie. daarnaast kunnen zij altijd bellen met de gz-psycholoog, dit is de supervisor van het team die de gehele behandeling in de gaten houdt.

Het mooie van dit project is dat het de krachten van de Jutters en Jeugdformaat bundelt. de Jutters heeft veel ervaring met wetenschap-pelijk onderbouwde, geprotocolleerde behandelingen voor kinderen met complexe problematiek en Jeugdformaat heeft een schat aan ervaring met verschillende vormen van pleegzorg en gezinshuizen. We bieden samen als eerste in Nederland MtFc aan kinderen van 7 tot 12 jaar. ik werk als leidinggevende vanuit Jeugdformaat aan dit project samen met mijn evenknie Elleke Berkvens van de Jutters. ik vind het een uitdaging een bijdrage te leveren aan een vernieuwend project, waarin we kinderen die anders in een residentiële setting zouden komen nu in een gezin behande-len. ik hoop dat iedereen dit project wil promoten, want we kunnen zeker nog MtFc-ouders gebruiken!

als je een Mtfc-ouder aandraagt, kun je hier €250 mee verdienen! lees er meer over in het nieuwsbericht op pagina 5.

JeugdZorg en de MediaZoals zovelen kende Janneke de jeugdzorg vooral uit de media. En vaak is dat geen positieve berichtgeving. Hoe komt dat en hoe kunnen we het doorbre-ken? Eind april organiseerde Jeugdformaat een café Pensant over jeugdzorg en medialogica. Lees het verslag op www.jeugd-formaat.nl/medialogica.

nog lang niet genoeg gezinshuisouders en MTFC-ouders. Zij zijn onmisbare schakels in ons werk, want zonder hen geen opvang in een gezin. Ook wil ik mij focussen op de zakelijke kant binnen mijn ontwikkellijn. Het is - zeker met het oog op de bezuinigingen - heel belangrijk om efficiënt te werken en de productie goed op peil te houden. Het is logisch dat de gemiddelde hulpverlener niet heel warm loopt voor dit aspect van het werk. Maar het is wel iets waar we heel goed op moeten letten en sturen: hoe kunnen we met minder geld toch uitstekende kwaliteit van zorg leveren?”

uitdagende toekomst“De grootste uitdaging voor de toekomst is wel de vraag hoe we de hulp om het kind en het gezin heen goed kunnen blijven organiseren. Met alle partijen samen zorgen dat we precies die hulp bieden die nodig is: effectief, efficiënt en multidisciplinair. Dat is de essentie van de voorgenomen transitie in de jeugd-zorg en daar heeft Jeugdformaat een goede visie op. Het is zaak dat nóg beter in de praktijk te gaan brengen.” ö Door HiljE Wolfson

juni 2013nuMMER 20jF MAGAZinE10 JF MAGAZINE 11

Page 7: JF Magazine #20

‘In de pubertijd denk je dat je alles beter weet.’

dE Oud-cLiëNt

n KRO’s over de streep doen mid-delbare scholieren mee aan Chal-lenge Day, een in de VS ontwikkelde

methode om medeleven te stimuleren, vooroordelen tegen te gaan en te leren respect voor elkaar te hebben. “Een lera-res had onze school aangemeld,” vertelt Marciano. “Drie mavoklassen mochten uiteindelijk meedoen aan de uitzending. Van tevoren werd een aantal mensen geselecteerd voor interviews. Ik wilde in eerste instantie helemaal niet. Ik dacht: niet iedereen hoeft al mijn problemen te weten. Maar tot mijn verbazing werd ik samen met een andere jongen - Radjoe - uitgekozen om als hoofdpersoon op televisie te komen.”

HomoTwee onderwerpen werden uitvergroot in de uitzending. “Omdat ik veel met meisjes omga, denken ze vaak dat ik homo ben. Maar dat ben ik helemaal niet. Daardoor word ik door een paar mensen op school wel uitgejouwd. Verder hebben we ook veel gepraat over de moeilijke relatie met mijn vader. Ik was niet gewend om op school over mijn problemen te praten. Niet dat ik me er voor schaamde, maar het is niet iets wat je zo in de groep gooit. Nor-maal ben ik best wel open over alles. Ik praat altijd veel, maar meestal is het ook wel zinnig wat ik zeg. Ik ben een makkelijke prater, geen flapuit, zoals veel mensen vinden. Ik denk wel heel goed na voordat ik iets zeg.”

Problemen op tVMarciano vond de opnamedag erg emotioneel en mooi. “Ik heb er veel van geleerd. Het lijkt op televisie alleen net of heel je leven verandert. Het is wel een beetje veranderd hoor, maar het is nu ook weer niet zo dat we allemaal beste vrienden zijn geworden. Er zijn nog steeds mensen die gemeen tegen

oud-cliënt Marciano:

“ik ben een MakkeliJke Prater, geen flaPuit”

Vlak voor zijn eindexamen heeft Marciano (17) toch tijd gevonden om uitgebreid met ons te praten. Vorig jaar deed hij met een grote groep derdejaars leerlingen van het Stanislas College in Delft mee aan het televisieprogramma Over de streep. Praten gaat hem gemakkelijk af. Open en vrij vertelt hij over zijn leven, de hulp die hij kreeg toen het even niet zo goed met hem ging, het tv-programma Over de streep en over zijn plannen voor de toekomst.

i meer aan alles. Dat komt ook omdat ik nu ouder en wijzer ben geworden”, concludeert Marciano.

crimineel verleden“Ik ben niet van plan om nog contact met m’n vader te hebben. Ik mis hem ook niet zo. Ik heb eigenlijk nooit met mijn vader samengewoond. Hij bleek een crimineel verleden te hebben en daar had hij mijn moeder niets over verteld. Vanaf mijn zevende heb ik een stiefvader en dat is prima zo. Leo zei wel dat ik onder zijn begeleiding een gesprek met mijn echte vader kon hebben. Maar ik heb daar helemaal geen behoefte aan. Met mijn moeder praat ik eigenlijk niet meer zo over die tijd.

Onzeker“Leo was heel aardig en een goede hulp-verlener. Wel vond ik dat hij erg geneigd was de kant van mijn moeder te kiezen. Als ik wat vertelde en mijn moeder ook, geloofde hij altijd haar en niet mij.

elkaar doen. Maar het eerste zetje in de goede richting is gegeven.” Op de vraag wat zijn moeder ervan vond dat hij zo openlijk vertelde over zijn onzekerheden en angsten, zegt hij: “Mijn moeder vond het leuk voor mij dat ik mee mocht doen, maar ze vond het niet leuk om alle pro-blemen van haar kind op tv te zien. Ze vond het naar om te zien dat ik geraakt was door de problemen met mijn vader.”

Ouder en wijzerMarciano is alleen door zijn moeder opgevoed. Zijn vader heeft hij pas leren kennen toen hij 13 jaar was. Een korte periode was er goed contact, maar dit eindigde abrupt nadat hij door zijn vader werd mishandeld. Er volgde een contactverbod. Sindsdien heeft hij zijn vader niet meer gezien. Voor Marciano was dit een heftige gebeurtenis, waar-voor hij psychische hulp kreeg. “Hoewel ik in die tijd goed met mijn moeder kon opschieten, kregen we steeds meer ruzie. Pubertijd, hè,” lacht Marciano,

“dan denk je dat je alles beter weet. Op dat moment - ik was toen een jaar of 15 - kwam Jeugdformaat in beeld. Leo*, mijn hulpverlener, kwam bij ons thuis en we hebben heel veel gesprekken gehad. Ook moest ik allerlei vragenlijsten invul-len, zowel aan het begin van de hulp als na afloop. Daaruit bleek dat de meeste punten waaraan ik moest werken, zijn verbeterd. Nu gaat het goed tussen mijn moeder en mij. We worden niet meer zo snel boos op elkaar en ik stoor me niet

Ik heb dit eigenlijk nooit tegen hem ge-zegd, dat durfde ik niet. Maar hij kan het nu lezen!”, lacht Marciano. “Ik geef eigen-lijk nooit kritiek op andere mensen. Dat durf ik niet. Zelf kan ik ook slecht tegen kritiek. Ik heb niet een echte winnaars-mentaliteit; ik hoef niet altijd de beste te zijn. Maar als ik dan ook nog kritiek krijg, maakt me dat erg onzeker. Ik denk dan dat andere mensen me niet leuk vinden. Ik groei daar wel overheen, denk ik, want het gaat nu al veel beter dan vroeger.”

juni 2013nuMMER 20jF MAGAZinE12 JF MAGAZINE 13

Page 8: JF Magazine #20

Naar het buitenlandOp dit moment zit Marciano midden in zijn eindexamen mavo. Hij ziet de toekomst vol vertrouwen tegemoet. “Ik sta voor Nederlands en Engels heel goed, wiskunde wat minder. Maar alles bij elkaar moet ik gewoon slagen”. Inmiddels heeft hij zich ook aangemeld voor een mbo-opleiding hotelmanage-ment. “Eigenlijk ben ik te lui om hard te werken, anders had ik ook wel naar de havo kunnen gaan. Ik heb voor deze opleiding gekozen, omdat ik goed in talen ben en deze opleiding wordt in het Engels gegeven. In het derde jaar moet je tien maanden stage in het buitenland doen. Dat lijkt me best spannend.”

SnowboardenErg veel hobby’s heeft Marciano niet. Naast een baantje bij de Jumbo zijn eten, slapen en games favoriete bezigheden. “Ik ben een grote fan van McDonalds. Maar Italiaans eten gaat er ook wel in. Zelf koken kan ik helemaal niet. Ik kan nog geen ei bakken. Ik heb het wel eens geprobeerd, maar alles bakt aan. Verder ben ik ook een grote fan van de rapper Drake.” Marciano glundert al bij het idee dat hij binnenkort naar een optreden gaat. Toekomstplannen heeft hij wel. Als hij straks zijn mbo-opleiding heeft

afgerond, droomt hij van een vaste baan en een gezellig leven, waarin vrienden heel belangrijk zijn. “Eigen huisje, dingen doen die ik leuk vind, af en toe op vakantie. Snowboarden vind ik erg gaaf. En later wil ik - net als nu - een paar huis-dieren: een hond of misschien wel twee

katten.” Na een moeilijk periode ziet Marciano de toekomst vol vertrouwen en met een grote glimlach tegemoet. ö Door sonja rEimErink En karin ToET

* vanwege privacyredenen is de naam leo verzonnen.

over de streePin het KrO programma Over de Streep leren middelbare scholieren elkaar in één dag tijd pas echt goed kennen door mee te doen aan een challenge day: een sinds twintig jaar beproefde amerikaanse me-

thode om onverschilligheid en onbegrip tussen scholieren tegen te gaan en wederzijds respect te stimuleren. door spelletjes af te wisselen met serieuze gesprekken, is het de bedoeling dat muren tussen de verschillen-de kliekjes op middelbare scholen afbrokkelen en hun vooroordelen over elkaar veranderen. Presentator arie Boomsma volgt per aflevering een paar scholieren uit verschillende groepjes, elk met hun eigen verhaal. in juni 2012 volgde hij in de uitzending met het Stanislas college o.a. Marciano. Bekijk de uitzending via www.jeugdformaat.nl/overdestreep.

dE Oud-cLiëNt

dagboek van een Pleegouder

“We hebben twee wijze dametjes in huis”Liesbeth (49) en haar man Bas (55) hadden nooit nagedacht over pleegzorg toen bleek dat er een pleeggezin gezocht werd voor Naomi (13), vriendin en klasgenootje van hun jongste dochter Elianne. Na rijp beraad besloten ze, nu een jaar geleden, om Naomi als pleegkind in hun gezin op te nemen. De oudste dochters van Bas en Liesbeth, Melissa (24) en Lisanne (22) zijn in het afgelopen half jaar getrouwd en het huis uit gegaan. In dit dagboek schrijft Liesbeth over het leven in haar gezin.

HEt daGBOEK

juni 2013jF MAGAZinE14 JF MAGAZINE 15

Page 9: JF Magazine #20

HEt daGBOEK

MaandagMaandagochtend half acht, de wekker piept vanuit diverse kamers. Zelf sta ik direct op en start mijn ochtendritueel. Bas is al anderhalf uur weg. Elianne verschijnt binnen twee minuten en gaat naar beneden. Voor Naomi valt het niet mee om wakker te worden, heel langzaam komt ze op gang. Eerst die buitenboordbeugel uit, even suffen en dan… aankleden, bed opmaken en naar beneden. Dan de katten verzorgen, want vandaag is het haar taak. Elianne is klaar en gaat nu naar boven, Naomi kan dus zelf in alle rust eten. Een vredig tafereel in de ochtend; ieder doet zijn ding en is op tijd klaar. Elianne was gewend om op haar eigen manier de ochtend te beginnen en toen Naomi bij ons kwam

wonen, moest ze ineens rekening houden met haar pleegzus. Na goed zoeken en uitproberen is een ochtendritueel gevon-den dat bij ieder persoontje in huis past. Half negen, schooltijd! Ook dat hoef ik tegenwoordig niet meer honderd keer te zeggen: ze stappen op de fiets. “Doei, tot vanmiddag!”

dinsdagNaomi en Elianne fietsen naar school, ieder op zijn eigen tijd en in zijn eigen tempo en dat bevalt goed. Ze zitten in dezelfde klas. Toen ze nog geen pleegzus-sen waren, zaten ze ook bij elkaar in het groepje. Nu kiezen ze ervoor om dat niet te doen. Ze hebben vrijwel dezelfde vrien-dinnengroep, wat soms ook wat lastig is. Afspreken met elkaar, hoe doe je dat zon-

der dat de ander zich achtergesteld voelt? We hebben dit opgelost door ieders wen-sen goed te bespreken. Gelukkig hebben we twee wijze dametjes in huis en ze zijn er samen goed uitgekomen. En de prak-tijk? Meestal spelen ze gewoon met zijn drieën en gaat het prima! Op school is het de gewoonte dat alle kinderen overblijven. Elianne komt altijd thuis eten, omdat ze chronisch ziek is en echt een rustpuntje op de dag nodig heeft. Naomi bleef altijd over, maar toen ze bij ons kwam wonen, wilde ze ook graag thuis komen eten. Oei lastig, je wil geen verschil maken, maar we moesten met elkaar erkennen dat de meiden nu eenmaal wel anders zijn. De oplossing werd gevonden in een compro-mis. Eén keer per week komt Naomi wel thuis eten. En de praktijk? Negen van de tien keer wil Naomi dan toch overblijven om met vriendinnen te spelen.

WoensdagDe belangrijkste dag in de week! De och-tend op school duurt maar lang. Om half twee vertrekt Naomi bepakt en bezakt richting manege. “Kom je straks nog even kijken?” roept ze me na. Zelf heeft ze pas les om vier uur en dat is spannend, want ze mag voor het eerst naar de gevorder-den. Ze zit nu tien maanden op paard-rijdles en doet het supergoed, we zijn trots op haar! Vorige maand heeft ze zelfs een eerste prijs gewonnen en de beker staat te pronken op haar kast. Wat waren we blij dat ze dit zo goed heeft gedaan! Voordat de les begint, is er nog genoeg te doen en te beleven op de manege: helpen bij de beginners met opzadelen, naastlopen en ja, zelfs poepscheppen is een erebaantje. Eindelijk is het tijd om zelf te rijden. Ze vindt het leuk maar soms ook ontzettend spannend, want een pony kan soms heel lastig zijn en hoe gaat hij dan luisteren naar jou? Vandaag rijdt ze op haar lieveling, dus dat komt wel goed. Zo’n twintig minuten voor het einde van de les ga ik even naar haar kijken. Ze ziet me gelijk staan en begint te stralen. Ik zeg haar dat ze het super doet! Als de les afgelopen is, gaat Naomi afzadelen en poetsen. Ik blijf staan om naar Elianne te kijken, haar les start nu. Samen komen ze

om half zeven uitgehongerd en moe maar voldaan thuis. Snel eten, want om zeven uur belt Naomi’s vader. Ze kletsen gezel-lig bij over paarden, muziek en wat er nog meer gebeurd is de afgelopen week.

donderdagNa school komt Naomi thuis en haar zusje, dat ook bij haar op school zit, komt ook mee. Wat vonden wij het vorig jaar moeilijk om te moeten zeggen dat we alleen Naomi als pleegkind konden opnemen in ons huis en niet ook haar zusje erbij. We zijn er heel gelukkig mee dat ook voor Naomi’s zusje een geweldig pleeggezin bij ons in de buurt is gevon-den. Als we nu na elf maanden terugkij-ken, zien we allemaal dat zowel Naomi als haar zusje het geweldig goed doet. Allebei wonen ze in een pleegezin dat erg goed bij hen past!

VrijdagEen gewone schooldag en toch ook weer niet. Naomi is volgende week jarig, maar dan is het vakantie, dus we vieren het vandaag. Drie keer raden waar dit feest plaatsvindt, op de manege natuurlijk! Wat is het leuk, zeker omdat een vriend uit de klas zo dapper is om als enige jon-gen tussen al die meiden voor het eerst paard te gaan rijden. Bas is er vandaag

ook bij en Naomi vindt het altijd leuk als hij komt kijken. Ze zoekt dan ook iedere keer zijn blik en haar ogen stralen als ze hem kan laten zien wat ze kan. Oeps, Elianne wordt door een bokkige pony op de grond gegooid. Maar dat kan de pret niet drukken, integendeel! Na patat met frikadellen gaan we weer naar huis. De rest van de avond wordt er Just Dance op de Wii gedaan.

ZaterdagDe zomer komt er eindelijk aan! Dat wordt shoppen, want twee pubermeiden in de groei betekent een nieuwe gardero-be. We hebben al ontdekt dat shoppen met z’n drieën minder leuk is (Bas laten we al thuis). Naomi en Elianne hebben allebei een andere smaak en soms dezelfde; wie krijgt dan dat ene te gekke shirtje? Niet handig dus. Daarom hebben we nu besloten dat ik in de ochtend met Naomi ga winkelen en met Elianne in de middag. Resultaat? Zeer vermoeide voeten voor mij en twee blije dames met bergen kleding. Geslaagd tot ieders tevredenheid! Vanavond lekker op de bank met z’n allen een leuke film kijken, popcorn erbij en voor straks lekker slapen. Naar bed brengen is er nu niet meer bij, dit in tegenstelling tot de eerste maanden dat Naomi bij ons was. Juist dan

kwamen de vragen, het willen vertellen en natuurlijk knuffelen. Dat is nu allemaal wat minder, hoewel kletsen en knuffelen nog steeds graag wordt gedaan.

ZondagEen beetje uitslapen, maar ook weer niet zoveel, want we gaan zoals iedere zondag naar de kerk. Naomi vindt het heerlijk om mee te zingen en haar talent hiervoor is dan ook niet onopgemerkt gebleven. Ze is de afgelopen maanden al twee keer gevraagd om solo te zingen, voor een zaal van ruim 400 mensen. Ik vind het echt stoer zoals zij dat doet. Naomi is een toppertje. Het is fijn dat ons geloof aansluit aan bij dat van Naomi en haar ouders. En mooi om te zien dat Naomi zelf erg goed nadenkt over haar geloof en ze daar haar eigen weg in aan het zoeken is. Vanmiddag krijgen we be-zoek van onze dochter Melissa met haar man, ze zijn net terug van huwelijksreis. Naomi is helemaal gek op haar grote pleegzussen en hun mannen. Als ze op bezoek komen is het altijd feest, want ze zijn ook allemaal gek op haar. Iedere zon-dagavond heeft Naomi een belafspraak met haar moeder, maar vanavond belt ze niet. Ze belt namelijk morgen speciaal voor Naomi’s verjaardag. Ze wordt 13 jaar. Cadeautjes!

Ze hebben soms dezelfde smaak, wie krijgt dan dat te gekke shirtje?

juni 2013nuMMER 20jF MAGAZinE16 JF MAGAZINE 17

Page 10: JF Magazine #20

VOOrKaNt

fgelopen maanden heeft Nettie, net als alle ambulant hulpverleners van de voorkant, Triple P-trainingen gevolgd. Een flinke kluif! Vaak pakt Nettie haar

studieboek er nog even bij, voordat ze naar een gezin gaat. “Met Triple P ga je een smalle weg op, waar je niet van af mag wijken of stil mag blijven staan. Een keurslijf, maar wel een prettig keurslijf. Het is veel minder aanvoelen en improviseren, want je werkt volgens een vastliggend stappenplan. Ik geloof ook echt dat Triple P veel gezinnen kan helpen en vind het ont-zettend leuk dat ik de kans heb gekregen om me deze nieuwe manier van werken eigen te maken.”

De nieuwe organisatie-indeling is nog wel wennen. Voorheen zat Nettie met haar hele team in Zoetermeer, nu zit de voor-kant in clustertjes door heel Jeugdformaat heen. “Dat zet veel op zijn kop. Ik werk nog steeds vanuit Zoetermeer, maar de samenstelling van collega’s is compleet anders. We zitten echt in een overgangsfase. Ik heb ook nog veel oude zaken in mijn caseload, het is moeilijk om zo resoluut een knip te maken.”

Nettie is erg enthousiast over het nieuwe VIA (versneld inzet-ten ambulant) werkproces: “Er zijn goede afspraken gemaakt met BJz en dat merk ik iedere dag in mijn werk. Ik ben al een paar keer gebeld: zou Triple P iets voor deze ouders zijn?En zelfs met de vraag of Triple P in een lopend traject kan.” ö Door moniEk PoErsTamPEr

aMbulant hulPverlener nettie van diJk over lichte JeugdhulP en oPvoedondersteuning aan de voorkant:

“Triple P: een prettig keurslijf”Lang hoefde Nettie van Dijk er niet over na te denken toen ze voor de voorkant koos. Ze wilde graag met Triple P werken en heeft in de loop der jaren een netwerk opgebouwd in Zoetermeer, dat goed van pas komt aan de voorkant. “In 2011 heb ik meegedaan aan het project ‘Wie het weet mag het zeggen’ van de gemeente Zoetermeer. Daar heb ik veel contacten in verschillende disciplines aan overgehouden, wat me erg helpt in mijn werk. Je weet van elkaar wat je doet en je belt iemand die je persoonlijk kent toch altijd gemakkelijker op.”

daGHuLP

aartje ziet grote voordelen in deze nieuwe werkwijze binnen de ontwikkellijn Daghulp. “Met

name voor deze jonge kinderen is het

echt heel goed om middenin een groep kinderen zonder specifieke problematiek te zitten. Ze pikken veel op van de an-dere kinderen”, aldus Maartje. “Ik focus

Pedagogisch Medewerker MaartJe van katwiJk begeleidt kinderen van JeugdforMaat oP een dak kinderdagverbliJf:

“MiJn rugZakJe Met ervaring heb ik echt nodig”

Op de kop af is ze deze maand 12,5 jaar in dienst bij Jeugdformaat. Maartje van Katwijk is als pedagogisch medewerker vanuit de Daghulp voor het jonge kind nu een half jaar actief in een nieuwe rol. “Ik werk binnen een regulier kinderdagverblijf waar ik me concentreer op vier kinderen die hier vanuit Jeugdformaat zijn geplaatst”, aldus Maartje.

op de kinderen die via Jeugdformaat op het kinderdagverblijf zijn geplaatst. De andere kinderen merken er niets van. Het gaat allemaal heel natuurlijk.”

We zijn in april 2012 samen met DAK kinderdagverblijven deze pilot gestart. in samenwerking met DAK kinderdag-verblijven. Maartje is er uiterst positief over. “Hiervoor werkte ik op een groep met alleen maar kinderen met bepaalde problemen. Eerlijk gezegd wist ik op een gegeven moment niet meer hoe een kind op die leeftijd hoort te functioneren. Nu is dat heel anders. Ik zie dat de kinderen gedrag zoals samenspelen, voor jezelf opkomen en rustig aan tafel blijven zit-ten, overnemen van de andere kinderen.”

Maartje is toegevoegd aan een regulier team binnen het DAK kinderdagverblijf aan de Linnaeusstraat in Den Haag. “Ik werk nu samen met de leidsters op de groep en maak direct onderdeel uit van hun team. Gemiddeld ben ik vijf uur per dag op de groep. Dan obser-veer ik de Jeugdformaat kinderen, voer gesprekken met ouders en de ambulant hulpverlener en werk aan de individuele doelen van de kinderen.”

Haar functie is vrij zelfstandig en Maartje is ervan overtuigd dat ze dit werk alleen kan doen doordat ze ervaring heeft. “Mijn rugzakje met ervaring heb ik echt nodig. Dagelijks gebruik ik die, want ik sta er wel alleen voor om de hulpverle-ning te bieden”, zegt Maartje. ö Door marcEl PaaPsT

a M

juni 2013nuMMER 20jF MAGAZinE18 JF MAGAZINE 19

Page 11: JF Magazine #20

HuLP iN GEZiNSVErBaNd HuLP MEt OPVaNG iN EEN LOGEErHuiS

oorheen was Sanne actief in alle soorten zorg die Jeugd-formaat biedt. “We waren

generalisten en in de nieuwe opzet zijn we specialisten”, zegt Sanne. “Ik be-steed nu al mijn tijd aan de jongeren in drie logeerhuizen in Delft.” Samen met een leidinggevende, zo’n acht pedago-gisch medewerkers en twee ambulant hulpverleners is zij geheel gericht op de maximaal negen jongeren in een logeerhuis.

Sanne is van mening dat de nauwere rol van gedragswetenschappers binnen de logeerhuizen een kwaliteitsimpuls betekent voor de zorg die we bieden. “Aandachtspunt is wel dat we de verbin-ding tussen de verschillende ontwikkel-lijnen niet verliezen. We lijken nu soms vier aparte organisaties en we moeten waken voor versnippering van kennis over onze cliënten en kennis die we met elkaar in huis hebben.”

De hulp die geboden wordt binnen een logeerhuis ziet Sanne als de zwaarste vorm van hulp binnen Jeugdformaat.

gedragswetenschaPPer sanne vink over haar werk in de nieuwe ontwikkelliJn:

“de rol van de gedrags-wetenschaPPer is binnen het logeerhuis Meer gaan leven”

Alle gedragswetenschappers hebben sinds 1 april gekozen voor één ontwikkellijn, zo ook Sanne Vink. “Ik had de leukste baan ter wereld en moest wel even slikken, voordat ik de keuze kon maken”, zegt Sanne eind mei. Met overtuiging heeft ze ervoor gekozen als gedragswetenschapper te worden gekoppeld aan de logeerhuizen. “Ik was bang dat ik me zou gaan vervelen, maar nu na acht weken kom ik al tijd te kort.”

“Puberproblemen zijn vaak heel heftig. Er gebeurt zo veel met hen in deze fase. Dit maakt het voor mij juist interessant om met elkaar te proberen de juiste hulp neer te zetten.”

“Ik heb meer uren gekregen om mijn werk te doen. Vanaf 1 april ben ik overal bij gaan zitten. Bij een intake, bij een evalu-atie en ik ben beschikbaar voor de jonge-ren in het huis.” Sanne eet ook wel eens mee op de groep. Zo voelt ze de sfeer het beste aan en kan ze observeren. “De rol van de gedragswetenschapper is binnen het huis ook meer gaan leven. Ik zorg voor focus vanaf de start van een traject en ondersteun het team erbij om die focus te houden.” ö Door marcEl PaaPsT v

a bijna zeven jaar als ambulant medewerker binnen Jeugdfor-maat gewerkt te hebben, heeft

Nathasha bewust de keuze gemaakt voor de ontwikkellijn ‘Hulp in gezinsverband’. Hierdoor is ze naast ambulant medewer-ker sinds april ook pleegzorgbegeleider in Zoetermeer. Twee zeer verschillende zorggebieden. Nathasha: “Het is echt heel anders. Waar ouders bijvoorbeeld vragen hebben over hoe ze hun kinderen beter kunnen laten luisteren, hebben pleegzorgouders vragen over het voor-komen van een loyaliteitsprobleem. Als ambulant medewerker heb ik ook veel te maken met multi-problem gezinnen.

Deze NGA-trajecten verschillen nogal met de pleegzorgproblematiek.”

Nathasha is blij met de afwisseling die haar nieuwe dubbelrol binnen de ontwikkellijn met zich meebrengt. Voor de verandering in de werkwijze binnen Jeugdformaat heeft ze begrip. “We moe-ten het met minder financiële middelen doen en deze aanpak is ook goed voor de transitie waarvoor we staan. De ge-meente Zoetermeer wil straks natuurlijk precies weten waar ze financieel aan toe is. Deze werkwijze biedt die duidelijk-heid.” Toch is ze ook kritisch. “De veran-deringen betekenen een verschraling van

aMbulant Medewerker en PleegZorgbegeleider nathasha riJsdiJk:

“Meer aandacht voor de overdracht”Iedere dag heeft ze dat goede gevoel als ze merkt dat haar aanwezigheid in een gezin een verbetering teweeg heeft gebracht. Nathasha Rijsdijk is blij met haar werk. “Ondanks de stress gaat er geen dag voorbij dat ik niet merk dat mijn werk er toe doet.”

het vak. We zijn minder dan voorheen in staat om de cliënt te volgen. Het succes in de jeugdhulpverlening is voor een aan-zienlijk deel terug te voeren op de relatie tussen de hulpverlener en de cliënt. Nu moeten we cliënten overdragen als ze bijvoorbeeld vanuit een gezin naar een residentie moeten. Voorheen verhuisde ik mee.” Binnen Jeugdformaat moet er volgens Nathasha veel aandacht zijn voor de overdracht en meer dan voorheen. “Hiermee moeten we tijdig beginnen. We moeten er echt voor zorgen dat de cliënt een goed gevoel krijgt bij de nieu-we hulpverlener. Daar moet onze focus op liggen.” ö Door marcEl PaaPsT

n

juni 2013nuMMER 20jF MAGAZinE20 JF MAGAZINE 21

Page 12: JF Magazine #20

Voelsprieten“We proberen zoveel mogelijk te weten wat er speelt binnen op een school of binnen een gemeente. Is er bijvoorbeeld een nieu-we subsidieregeling of is er vraag naar een specifiek deel van ons aanbod?” Alle SMW-collega’s zetten hun voelsprieten uit, geeft Wendy aan. “Als een schoolmaatschappelijk werker bijvoorbeeld opvangt dat docenten op haar school veel te maken hebben met leerlingen met ADHD, springen we hierop in door onze specifieke trainingen of workshops aan te bieden. En als er een nieuwe subsidie voor veiligheid is, zoeken wij voor scholen uit hoe ze die kunnen aanvragen. Dat is natuurlijk best wat werk, maar je helpt een klant en zorgt dat ze jouw aanbod afnemen.”

Behoeften peilen“Na afloop van een training evalueren onze accountmanagers of trainers dit met de klant. Ook houden de schoolmaatschap-

pelijk werkers twee keer per jaar evaluatiegesprekken op alle scholen waar wij regulier schoolmaatschappelijk werk bieden. Daarin bespreken we de resultaten, de samenwerking, wat goed gaat en wat beter kan. Natuurlijk peilen we ook of er behoefte is om meer trainingen af te nemen. Als dit het geval is, maak ik of één van mijn collega’s een afspraak en bespre-ken we de wensen. Hierbij denken we niet alleen aan ons eigen SMW-aanbod, maar aan heel Jeugdformaat.” Hetzelfde geldt voor de Voorkantambassadeurs: zij fungeren – net als iedereen trouwens – als ambassadeur van héél Jeugdformaat. Ze verko-pen dus niet alleen de lichtere hulp van de voorkant, maar een totaalpakket aan kwalitatief hoogwaardige zorg. We schakelen binnen en buiten onze organisatie tussen ver-schillende vormen van specialistische jeugd- en opvoedhulp, maar net wat past bij de specifieke behoeften van de jeugdige en de ouder(s). Dat is uniek in de markt.

MarketingkitOm goed te kunnen functioneren als ambassadeur van Jeugdformaat zijnondersteunende middelen erg belangrijk. in de marketingkit zit: •eenwaaiermetonsproductenpalet•dealgemenepresentatieoverJeugdformaatopusb-stick•productfolders•eenvisitekaartje•wervingsflyerspleeg-engezinshuisouders•factsheetsmetfeitenencijferspergemeente

Lees hier meer over in de ambassadeursomgeving op intranet: Kennis & Leren > ambassadeurs.

Naar buiten!Sinds de start van de ontwikkellijn ‘Voorkant’ gaan de ambulant hulp-verleners op pad om zoveel mogelijk trajecten te ‘verkopen’. Onze collega’s van SMW Haaglanden zijn gewend hun eigen klanten binnen te halen. Accountmanager Primair onderwijs en trainingen, Wendy van Vliet, vertelt hoe zij dit doen en geeft tips.

creatiefEn hoe pakt Wendy het gesprek aan met een school die nog geen klant is? “Natuurlijk zorg je dat je op tijd bent en de juiste spullen bij je hebt. Van tevoren verdiep je je al in de klant: bekijk de website, zorg dat je op de hoogte bent van wat er speelt. Tijdens het gesprek probeer je helder te krijgen wat de wens van de klant is. Soms krijg ik de vraag wat ons aanbod

kost of wat bijvoorbeeld onze uurprijs is. Ik geef altijd aan dat ik op basis van de wensen een berekening ga maken. Soms draai ik het ook om: wat hebben jullie te besteden? Op basis van dat bedrag stel ik dan een aanbod samen. Als het budget aan de lage kant is, kun je daar ook creatief in zijn. Onze trai-ningen worden vaak gegeven door twee trainers. Als dit finan-cieel gezien niet lukt, kan de school bijvoorbeeld een co-trainer leveren, die onze trainer helpt. Hierbij is het heel belangrijk om van te voren goede afspraken te maken.”

Goede contacten “Laatst zat mijn leidinggevende Ingeborg Middleton bij een overleg van de gemeente Leidschendam-Voorburg. Hier bleek dat Kinderopvang Vlietkinderen ruimtes beschikbaar had. Ook gaven zij aan dat de overgang vanuit kinderopvang naar het basisonderwijs soms moeilijk is. Nu geven wij op die locatie zes themabijeenkomsten voor ouders en is een andere leidinggeven-de in gesprek met Vlietkinderen over mogelijke kindplaatsen op hun kinderdagverblijven voor kinderen van Jeugdformaat. Alleen als je goede contacten hebt in de gemeenten, kun je bij dit soort overleggen aanschuiven en hierop inspelen.” ö Door moniEk PoErsTamPEr

tips van wendy•Denkvanuitdeklant,weetwaterspeelt,bekijkde

website goed•Weesoptijdenzorgdatjedejuistespullenbijjehebt• Komdeafsprakennadiejeinhetgesprekmaakt•Neemtweevisitekaartjesmee:eenvoordeklantzelfeneendie

hij of zij kan doorgeven aan iemand anders die mogelijk ook iets aan Jeugdformaat kan hebben

aMBaSSadEurS VaN JEuGdFOrMaat

juni 2013nuMMER 20jF MAGAZinE22 JF MAGAZINE 23

Page 13: JF Magazine #20

Receptioniste op de Fleminglaan

Mooiste boek: alles van Simone van der Vlugtfilm: The Green Milekoffie of thee: verslaafd aan koffie, ik sta er mee op en ik ga er mee naar bed. koken of kant en klaar: alles wat we eten wordt in eigen keuken bereid. Gelukkig heb ik een gepen-sioneerde man die ook graag kookt, dus die zorgt voor een heerlijke hap op de dagen dat ik werk. Luxe, hè!

dit is mijn passie… In mijn vrije tijd ben ik graag bezig met muziek en schilderen. Ik luister graag naar licht klassiek, heerlijk na een hectische dag. Ook in het schilderen kan ik me helemaal uitleven, het daagt me elke keer weer uit boven mezelf uit te stijgen. Vooral portretten vind ik geweldig om te maken. hoe breng je die over opanderen… Na vijftien jaar ieder vrij uurtje gitaar te hebben gespeeld, ben ik overgestapt naar de piano. Omdat ik zelf zo intens kan genieten van het maken van muziek, gun ik dat anderen ook. Ik geef les aan zes liefhebbers. Het geeft me energie als ik kinderen en volwassenen, die nog nooit één noot muziek hebben gelezen, zie groeien en genieten achter hun instrument. Het allerbe-langrijkste voor mij is dat ze het ook echt leuk vinden.de combinatie werk en privé…Op de receptie van de Fleminglaan kan het heel druk zijn, daardoor is mijn passie een mooie tegenpool. Zo wordt het evenwicht voor mij bewaard.dit geef ik collega’s graag mee…Pak je kansen en doe de dingen waar je je prettig bij voelt.

alMa van der kortcOLLEGa iN BEELd