iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober...

48
DRIEMAANDELIJKS TIJDSCHRIFT _NR 04_UITGAVE SEPTEMBER/OKTOBER/NOVEMBER 2011 ONAFHANKELIJK MAGAZINE OVER ONDERWIJS, i NFRASTRUCTUUR EN i CT COMPUTERHOUDING I DE BOOMHUTKLAS I SQUEASEVEST VOOR STRESSLEERLINGEN I JONGEREN EN VRIJE TIJD Internet op school Hotspot of Fort Knox? 5 computers per klas het absolute minimum Nieuwbouw School zonder gangen Verbouwen met een masterplan Leraren en ICT Wie kent de eindtermen? Virginie Claes: van miss tot verkeersquiz

description

Uit het Blackberry-verkeer van de Londense jongeren kon je niet afl eiden welke winkelze ditmaal zouden plunderen en in brand steken. Niet dat ze daarover zo geheimzinnigover deden, de technologie hielp een handje. Zo versleutelt Blackberry Messenger, hetberichtenplatform van de populairste smartphone, alle interne communicatie. Geenbuitenstaander, politie inbegrepen, kan ze inkijken. Plunderaars en vandalen organiseerdenzich achter encrypties waarvan de ontcijfering meer dan een week wiskundeles vraagt. Lees meer in ons online uitgave of op www.ischoolmagazine.be

Transcript of iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober...

Page 1: iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober November 2011

DRIEMAANDELIJKS TIJDSCHRIFT _nr 04_UITGAVE SEpTEMBER/OKTOBER/NOVEMBER 2011

ONAFHANKELIJK MAGAZINE OVER ONDERWIJS, iNFRASTRUCTUUR EN iCT

ONAFHANKELIJK MAGAZINE OVER ONDERWIJS, iNFRASTRUCTUUR EN iCT

COMPuTErHOuDInG I DE BOOMHuTKLaS I SQuEaSEvEST vOOr STrESSLEErLInGEn I JOnGErEn En vrIJE TIJD

Internet op schoolHotspot of fort Knox?

5 computers per klas het absolute minimum

nieuwbouwSchool zonder gangen

verbouwen met een masterplan

Leraren en ICTWie kent de eindtermen?

virginie Claes:van miss tot verkeersquiz

Page 2: iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober November 2011

Rockfon...

Voor een inspirerende leeromgeving.

www.rockfon.be

adv RF_ iSchool 201x285mm_def.indd 1 30-08-11 13:49

Page 3: iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober November 2011

Uit het Blackberry-verkeer van de Londense jongeren kon je niet afl eiden welke winkel

ze ditmaal zouden plunderen en in brand steken. Niet dat ze daarover zo geheimzinnig

over deden, de technologie hielp een handje. Zo versleutelt Blackberry Messenger, het

berichtenplatform van de populairste smartphone, alle interne communicatie. Geen

buitenstaander, politie inbegrepen, kan ze inkijken. Plunderaars en vandalen organiseerden

zich achter encrypties waarvan de ontcijfering meer dan een week wiskundeles vraagt.

Vier op de tien Britse jongeren hebben een smartphone met het bewuste messenger-

systeem. Is dat verontrustend? Nee. Het heeft niets te maken met plunderzucht, geheim

doen hoort bij jong zijn. In het pre-internettijdperk gaven we briefjes aan elkaar door.

Telefoneren met de vriend(inn)en deden we op de trap, niet in de woonkamer. We hanteren

nog altijd straattaal. We schermen onze jonge wereld af, want alleen daarbinnen willen

we echt onszelf zijn … Op dat punt is er weinig veranderd. Wel heeft de technologie de

schaal aangepast: nu e-communiceren we any time, any place, soms in de heimelijkste

stilte maar meestal met veel pieptonen en geluidseffecten. We delen onze geheimen

supersonisch snel en op een veel grotere schaal. En toch blijven het geheimen.

Die geheimen, daar moeten we vanaf, vinden ze bij Scotland Yard, en meteen wil

de politie ook strenger optreden tegen e-opruiers. Daarmee bedoelen ze al wie via

sociaalnetwerksites agressie en vandalisme predikt.

Ik weet het niet. Ik moet denken aan Anders Breivik, de massamoordenaar van Oslo. Uit

zijn Facebook-profi el bleek helemaal niet dat in hem een killer broeide: het toont foto’s

van een glimlachende jongeman, die fan is van psychologische boeken, van George

Orwells klassieker 1984 en van fi lms als 300, Gladiator en Dogville. Niets om je zorgen

over te maken. Breiviks geheim groeide in alle stilte in zijn hoofd. Hij schoot het leeg op

kinderen en jongeren die wanhopig naar huis gsm’den. Maar uitgerekend met hun eigen

ring- en pieptones oogstten ze nog meer kogels. Willen we lawaai of stilte in e-land? Het

gaat vooral over het wanneer.

Jan T’Sas

[email protected]

Geen geheimen meerColofon

iSCHOOL iSCHOOL verschijnt driemaandelijks. Het magazine richt zich tot al wie interesse heeft in en/of beslissingen neemt over ICT en infrastructuur in het Vlaamse onderwijs en de wereld van de architectuur.

verantwoordelijke uitgever: philip Caerts

Offi ce managerValerie Breugelmans

redactie:Tim Vanhove, Wim De Jonge, Bert Vermeulen (eindredactie), Jan T’Sas (hoofdredactie), m.m.v. Daan Slingers.

Fotografi e: Luc Daelemans, Ivan Mervillie, Kris Mouchaers

Cartoons: Camp, Maarten

Lay-out: www.king-arthur.be

verspreiding: via de post verdeeld op naam, 16.000 exemplaren

volgend nummer: december 2011

[email protected]

HET NETOVERSCHRIJDEND MEDIUM OVER iNNOVATIE IN iNFRASTRUCTUUR EN iCT

PANTONE 1945 + ZW

HET NETOVERSCHRIJDEND MEDIUM OVER iNNOVATIE IN iNFRASTRUCTUUR EN iCT

HET NETOVERSCHRIJDEND MEDIUM OVER iNNOVATIE IN iNFRASTRUCTUUR EN iCT

CMYK

HET NETOVERSCHRIJDEND MEDIUM OVER iNNOVATIE IN iNFRASTRUCTUUR EN iCT

ZWART/WIT

voorwoord

AuteursrechtenNiets uit iSchool mag geheel of gedeeltelijk overgenomen of vermenigvuldigd worden zonder voorafgaandelijke schriftelijke toestemming van de uitgever. Bij overname dient een correcte bron vermeld te worden. Alle beelden gebruikt in dit magazine werden door onze eigen fotografen genomen of worden verondersteld door derden vrij van rechten te zijn aangeboden aan de uitgever. iSchool aanvaardt dan ook geen verantwoordelijkheid wanneer beelden aangeleverd door derden niet vrij van rechten zijn. De adverteerder is verantwoordelijk voor door hem ingezonden tekst, foto’s, logo’s en dergelijke. De adverteerder vrijwaart New Senses tegen alle vorderingen die zouden kunnen voortvloeien uit de schending van rechten van derden. De uitgever is niet verantwoordelijk voor eventuele foute informatie met betrekking tot de gegevens van de bedrijven die terug te vinden zijn in dit magazine. De uitgever kan op geen enkele wijze aansprakelijk worden gesteld voor ondervonden schade voortvloeiend uit fouten of onvolledigheden in de inhoud van iSchool.

03iSCHOOL MAGAZINE

Page 4: iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober November 2011

x

Pc in de klas, banken aan de kantPlaats vijf pc’s in de klas en de schoolbanken staan anders. Bovendien hoort ICT plots dagelijks bij de lessen. Hoe richten leraren hun klas in en welke invloed heeft de moderne technologie daarop? Exclusief onderzoek achter een zoemlens.

P. 10

in ditnummer

ICT-octopus krijgt langere armenIn Laken hebben ze de ICT-coördinator vervangen door een team van acht leraren. De octopus krijgt er langere armen van, weten ze daar nu. Benieuwd?

P. 42

School zonder gangenDe nieuwe Sint-Gerardusschool in Diepenbeek heeft geen gangen, het dak is één grote gebogen plaat, het licht wordt elektrisch gestuurd en aan het plafond hangt een reuzengrote vogel. Welk nieuw bouwconcept maakt de wereld voor leerlingen groter?

P. 16

renoveren met masterplanVeel technische scholen hebben ze: fabriekshallen met gekartelde taken die zijn omgebouwd tot praktijklokalen. Maar ze renoveren kost handenvol geld. Met een masterplan drukt VTI Kortrijk de kosten.

P. 30

Internet op school: hotspot of fort KnoxScholen bruisen van jeugd. Toch stoppen ze hun netwerk het liefst achter een paswoord en sluiten sociaalnetwerksites af. Ook voor leraren, zo blijkt. “Na het belsignaal bleven ze maar op Facebook hangen.”

P. 36

04 iSCHOOL MAGAZINE

onder de

scanner

P. 40

nieuws& actua

P. 6

serviceP. 24

columnP. 34P. 34P. 34

lezers

schrijven

P. 46

Page 5: iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober November 2011

virginie Claes

“Kinderen kunnen niet vroeg genoeg aan de computer”Ze had haar diploma van handelsingenieur op zak en wou eens iets anders doen. Eventjes maar. En

plots was ze Miss België. Vijf jaar later zijn mediaopdrachten, bedrijfsjobs en presentatieaanvragen via

Facebook het resultaat. Maar daarnaast runt Virginie Claes (28) de online verkeersquiz voor jongeren

van de Universiteit Hasselt. Welke Welk global positioning system (gps) drijft haar?

Miss ben je een jaar, je diploma heb je levenslang. Voel je je nu als een Miss met een ingenieursdiploma of als een ingenieur met missallures?Virginie Claes: “Ik word voor beide rollen gevraagd. Toen ik de Missverkiezing won, begreep men snel dat het typische modellenwerk met veel fotoshoots minder mijn ding was. Zo kwam ik in het circuit van event- en bedrijfspresentaties terecht: Siemens, Unilever, Kinepolis, Danone, Infrabel, NMBS, Oral B … Het heeft me een breed netwerk opgeleverd. En doordat ik goed Frans spreek, werk ik nog voor de televisiezender RTL-TVI.”

Tegelijk werk je nu drie jaar deeltijds voor de Universiteit Hasselt. Een andere wereld.Virginie Claes: “Maar even boeiend! In 2004 startte de universiteit de bachelor- en masteropleiding Verkeerskunde. Uniek in Vlaanderen. Vanuit die opleiding besteden we aandacht aan verkeersveiligheid in scholen. Dat doen we via een online verkeersquiz voor jongeren. Iemand moest die in de steigers zetten en dat sprak me aan. Ik stel de vragen op, neem contact op met de scholen, zoek sponsors, zamel prijzen in … Ik geef ook gastlezingen in scholen over verkeer, gps en GIS (geografi sche informatiesystemen).”

Krijg je een verkeersquiz verkocht aan scholen?Virginie Claes: “Oordeel zelf: het eerste jaar deden 2000 leerlingen eraan mee. In 2009 waren dat er 4000 en vorig jaar 6500. Het is een online quiz die het gekende rijbewijs@school-project aanvult. De focus ligt op attitudes: handenvrij bellen, drinken en rijden ... Dit jaar is het thema verkeersveiligheid, of beter:

verkeersrisico’s. Leraren krijgen via de site alle info die ze nodig hebben. Jongeren mogen ook een verkeersslogan bedenken met een originele foto.”

Wat boeit je aan het thema verkeer?Virginie Claes: “Als je 50.000 kilometer per jaar rijdt, maak je wel wat mee. Bovendien verloor ik al twee familieleden in het verkeer. Daarom voel ik me persoonlijk betrokken. Als chauffeur kies ik resoluut voor veiligheid: ik zal nooit de weg op gaan als mijn auto aan een onderhoud toe is.“

Verkeer betekent ook technologie, ICT … Schuilt hierin de uitdaging voor de ingenieur in jou?Virginie Claes: “Hm, als ik nieuwe technologie in handen krijg, zoek ik eerder iemand die het me eenvoudig kan uitleggen dan dat ik zelf probeer uit te vlooien hoe het werkt. Maar in mijn werk voor de universiteit maak ik van dichtbij kennis met gps, GIS en met de elektronica van de rijsimulator. Daarmee bootsen we rijgedrag na, om het te onderzoeken: rijden bij slecht weer, met alcohol in je bloed, op oudere leeftijd, als je een nacht niet geslapen hebt … Via eye tracking gaan we na hoe chauffeurs kijken. Zo achterhalen we de meest gepaste plaats en hoogte van verkeersborden.”

Kunnen computers en sociale media jou boeien?Virginie Claes: “Goh, ik heb het eerste

05

Foto: Kris Mouchaers

sms’je meegemaakt en spellen als Pacman en Nintendo-games zien komen. Maar pas op mijn vijftiende kwam er een pc in huis. Nu ben ik een stevige computer- en smartphonegebruiker. Op elk moment je mails kunnen checken, je fotoportfolio uitbreiden … Onmisbaar. Maar ik herinner me nog de koudwatervrees op school. Wat mij betreft kunnen kinderen daar niet vroeg genoeg aan de computer.”

Info verkeersquiz: www.verkeersquiz.be – zie p. 26 in deze iSCHOOL. Virginie Claes is ook meter van DUS-drive up safety (www.dus.be) en autoinfo.be

Page 6: iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober November 2011

06 iSCHOOL MAGAZINE

TweeTS: Gewekt worden door een totaal vreemde of zelf onbekende mensen wakker bellen? Download dan de nieuwe app TalkO’Clock op je iphone of Android-toestel. ••• Bij steeds meer nieuwe tv’s schuilt software achter het beeld waarmee je fl atscreen verandert in een grote smartphone. ••• Een schilderij maken op een ipad. Een koud kunstje met de app Brushes. Toch als je kunstenaar bent en David Kassan heet. ••• Chrome, de amper driejarige webbrowser van technologiereus Google zal volgens statistiekenbureau Net Applications de gevestigde waarden Mozilla Firefox en Internet Explorer nog voor het einde van dit jaar inhalen. ••• Op reis gaan maar geen minuut zonder Facebook kunnen? Boek dan in het Ushuaïa Beach Hotel op Ibiza. Je checkt in en krijgt een polsbandje met RFID-technologie. Zo kun je via touchscreenzuilen op verschillende plaatsen in het hotel je status updaten. Je kunt natuurlijk ook deelnemen aan Expeditie Robinson om af te kicken. Tip voor Twitter-verslaafden: op cruise met de Noorse SeaTweetup. Op dit schip verhindert zelfs de zee geen enkele tweet. ••• Websites van de federale overheid worden niet gehackt, zegt Fedict, de federale overheidsdienst Informatie- en Communicatietechnologie. Maar België is dan weer barslecht beveiligd

Onze klas is een kapelVoor de leerlingen van het eerste leerjaar in basisschool De Leeuw in

Zedelgem én voor hun juf Francisca is de eerste schooldag wel heel

speciaal. Ze leren rekenen en schrijven in een oude kapel, één van

de zes noodklassen tijdens ingrijpende verbouwingswerken. Voor hen

en voor Hup, hun klaspop, mogen die héél lang duren. Die heeft het

ook best naar zijn zin op het altaar.

HET CIJfEr

98%… van de Vlaamse vijftienjarige leerlingen beschikt thuis en op

school over een computer. Dat is 4% hoger dan het internationale

gemiddelde en 10% meer dan tien jaar geleden. Voor internet is de

stijging spectaculair: in 2000 had 47% van de jongeren thuis een

internetverbinding, nu is dat meer dan het dubbele.

‘Digitale geletterdheid volgens pISA’ – www.pisa.ugent.be

nIEuW

Kennispunt voor scholenbouwOp zoek naar informatie over alles wat met scholenbouw te

maken heeft? In Brussel is er nu het Kennispunt Scholenbouw,

een gespecialiseerd documentatiecentrum. Boeken, tijdschriften,

artikels, wetenschappelijke rapporten en onderzoeksmateriaal zijn er

onderverdeeld in vijf thema’s:

- schoolarchitectuur (over de kwaliteit van gebouwen,

inclusief praktijkvoorbeelden);

- scholenbouwbeleid (over de overheidsfi nanciering

en beleidsmonitoring van schoolgebouwen);

- totstandkoming en planning van schoolgebouwen

(over de manier waarop schoolgebouwen gepland en

gerealiseerd (moeten) worden);

- gebruik en evaluatie (over het gebruik voor scholen en technieken

voor de evaluatie van schoolgebouwen door de gebruikers);

- schoolgebouwen als plaatsen (fi losofi sche beschouwingen).

Daarnaast staat het Kennispunt voor de uitbouw van expertise in

kwalitatieve scholenbouw.

Kennispunt Scholenbouw AGIOn – KoningAlbert II-laan 35 – 1210

Brussel. Enkel open op afspraak, elke werkdag van 9 tot 16 uur

(mail naar [email protected]) - www.agion.be

markt voor klas-containers blijft groeienSteeds meer scholen bouwen containerklassen, die vaak jaren

blijven staan. Momenteel groeit de klascontainermarkt zelfs met

10 tot 15% per jaar. Dat komt doordat de wachttijd voor regulier

gefi nancierde scholenbouwprojecten is opgelopen tot tien jaar, een

record. Ter illustratie: in 2010 werd voor 170 miljoen euro aan

scholenbouwdossiers goedgekeurd. De meeste van die dossiers

waren ingediend in 2001. Daartegenover stonden er eind vorig jaar

2.501 dossiers op de wachtlijst, voor een totaal subsidiebedrag van

2,48 miljard euro.

Toch is er beterschap op komst. Via het project Scholen van Morgen

zijn het ontwerp, de bouw, de fi nanciering en het onderhoud

(DBFM) van een school voor dertig jaar toevertrouwd aan een

privéconsortium. Dat moet tegen 2016 leiden tot 160 gerealiseerde.

Bron: De Tijd, De Morgen

Stop cyberpestenHaatmail, roddels via Facebook of Netlog, vervalste foto’s en

gekraakte inboxen … Cyberpesten overkomt nu al een jongere op

de drie. En drie jongeren op de vier hebben al cyberpesten weten

gebeuren. Uit nieuw onderzoek van de Universiteit Antwerpen blijkt

bovendien dat de Vlaamse scholen het fenomeen sterk herkennen.

Zo meent de meerderheid (58%) van de Vlaamse basis- en

secundaire scholen dat hun leerlingen betrokken zijn bij cyberpesten

en ze herkennen het duidelijk als een probleem (55%). Cyberpesten

verschilt namelijk niet zoveel van gewoon pesten, maar opvallend

is het cockpiteffect: door het gebrek aan direct contact met het

slachtoffer schat de dader zijn pesterijen bovendien als minder erg in

- ‘het zijn maar plagerijtjes’… Vrijwel alle scholen (92%) vinden dat

het hun taak is jongeren te informeren over cyberpesten. Ze willen

er meer informatie over.

Daarom is er het nieuwe lespakket Stop cyberpesten van Child Focus,

Click Safe en de Vlaamse overheid. De brochure ontleedt niet enkel

het fenomeen, ze reikt leraren tien methodieken aan om cyberpesten

in te dammen, in de klas en op schoolniveau. Dat kan bijvoorbeeld

via interne bevragingen, refl ectie, stellingenspel en goed voorbereide

klasgesprekken.

De brochure is gratis downloadbaar via

www.ond.vlaanderen.be/publicaties,

waar je ook een papieren versie kunt bestellen.

Lopen leraren hopeloos achter?Ik heb het idee dat ouders van klasgenoten geen idee hebben van

wat wij op internet doen. Dat vinden wij dan ook helemaal niet erg.

Wij hebben onze eigen digitale plekken, daar hoeven ouders niet te

komen/niets van te weten.

Daarnaast wordt In de reactietweets een paar keer geopperd dat

ons mediawijsheid zou moeten worden bijgebracht. Als je dat wil

proberen: veel succes.

Leraren lopen hopeloos achter omdat ze geen tijd/interesse hebben

in Social Media. “Allemaal S.O.G.(studie ontwijkend gedrag)”, die

achterstand inhalen zou een hele kluif worden.

Ik begin langzamerhand bang te worden dat we zullen moeten

wachten op de volgende generatie leraren die zelf zijn opgegroeid

met digitaliteit totdat we productieve lessen zullen krijgen met laptops

of ipads ...

1

Stop Cyberpesten

1

Stop Cyberpesten

‘Stop Cyberpesten’

Het lespakket

nieuws

Page 7: iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober November 2011

07

tegen buitenlandse cyberaanvallen, besluit het Comité I na drie jaar onderzoek. Cybercriminaliteit is winstgevende business: 280 miljard euro per jaar. ••• Een Mexicaanse onderwijzer en een radiopresentator worden verdacht van de melding op Twitter dat kinderen in Veracruz op school werden gekidnapt. In de chaos na het bericht gebeurden 26 auto-ongelukken omdat ouders hun kinderen ijlings van school wilden halen. De twee riskeren tot 30 jaar cel. ••• Eind september zou Facebook haar leden een eigen muziekdienst aanbieden en daarvoor samenwerken met RDIO, MOG en Spotify. ••• Vier op de vijf scholen van het GO!-onderwijs werken met Smartschool. Zowat alle secundaire scholen (99,5%) maken gebruik van dit digitale leerplatform. In de basisscholen is dat 66%. ••• Surfen voor privédoeleinden op het werk kost een bedrijf tienduizenden euro’s per maand, becijferde Ernst & Young in 2007. Nu is het voor een op de vier ondernemers een ideale pauze waardoor de productiviteit vergroot, zo blijkt. ••• Tieners die actief zijn op sociaalnetwerksites maken meer kans om verslaafd te raken aan alcohol, sigaretten en drugs, ontdekten wetenschappers van de universiteit van Columbia. Groepsdruk speelt hierin een belangrijke rol.

Zo reageert pim Ten Thije, leerling derde jaar, op een artikel in

de Nederlandse Volkskrant dat uitsluitend wijst op de gevaren van

sociaalnetwerksites. Mee eens? Laat het weten aan iSCHOOL:

[email protected].

veel gamen keldert digitale geletterheidHoe meer leerlingen de computer gebruiken om zich te ontspannen,

hoe minder goed ze digitale teksten begrijpen, gebruiken en

informatie uit andere (web)bronnen daarin kunnen integreren . Vooral

dagelijkse gamers scoren slechter voor digitale leesvaardigheid.

Leerlingen die daarentegen matig omspringen met games en andere

computerontspanning en de pc ook nog voor andere toepassingen

gebruiken, scoren dan weer goed. Dat is de opvallende conclusie van

internationaal onderzoek naar digitale geletterdheid bij vijftienjarigen

in 24 landen.

Ondanks deze kritische noot scoren de Vlaamse leerlingen hoog

voor digitale geletterdheid. In het onderzoek moeten ze enkel Korea,

Nieuw-Zeeland en Australië laten voorgaan. Ze doen het gemiddeld

beter dan landen als Frankrijk, Ierland en de Skandinavische

landen, nochtans traditionele koplopers qua ICT-gebruik op school.

Vlaanderen springt er ook nog op een ander vlak uit: zo beantwoorden

leerlingen digitale leesvragen niet beter of slechter dan leesvragen

over teksten op papier. In de meeste andere landen scoren leerlingen

beter of slechter. Ten slotte zitten vier Vlaamse leerlingen op de tien

op de hoogste vaardigheidsniveaus voor digitaal lezen. Dat is ruim

boven het internationale gemiddelde. 12% blijft haperen op het

laagste niveau.

Digitale leesvaardigheid bij 15-jarigen: de internationale top tien

Landen Score digitale

leesvaardigheid

Korea 568

Nieuw-Zeeland 537

Australië 537

Vlaanderen 521

Japan 519

Hong-Kong 515

IJsland 512

Zweden 510

Ierland 509

België 507

www.pisa.ugent.be

Een hogere norm (4 decibel strenger) komt er voor lokalen met extra

hoge akoestische vereisten bijvoorbeeld klassen waar leerlingen

met gehoormatige of communicatieve beperkingen les krijgen. De

geluidsnorm bepaalt ook hoeveel achtergrondlawaai door verkeer er

mag zijn, wat mee bepaalt in welke mate de gevels van de school

moeten worden geïsoleerd.

Ten slotte gaat er bijzondere aandacht naar de ruimteakoestische

aspecten die een grote invloed uitoefenen op de

spraakverstaanbaarheid in de leeromgeving.

De nieuwe norm kadert in de stapsgewijze aanpassing van de

Belgische akoestische normen. De bepalingen voor woongebouwen

werden in 2008 al geactualiseerd.

Leren in het groenKleuterschool Sighartstein heeft veel weg van een reusachtig

speelveld. De groene nieuwbouw in het Oostenrijkse Neumarkt

gaat schuil achter reusachtige grashalmen. Op die manier gaat

ze volledig op in de landelijke omgeving. Tegelijk zorgt het vele

glas ervoor dat de school open en transparant is. Groen werkt

rustgevend en harmoniserend. Bovendien word je van groen

hulpvaardig, verdraagzaam en tevreden. En je krijgt een groter

uithoudingsvermogen. Daarom duikt de kleur ook binnen overal op.

Een multifunctionele hal met een trap, die even breed is als de

ruimte, vormt het hart van het gebouw. Het is de centrale ruimte

waar kinderen en verzorgers samenkomen. De kinderen kunnen er

spelen. Als ze een toneeltje opvoeren, worden de traptreden een

tribune. In de ruime speelruimten creëerde de architect ook gezellige

hoekjes met lichtaccenten voor de allerkleinsten.

EnQuÊTE

BodemverontreinigingHoe schoon is de grond onder de Vlaamse scholen? Dit najaar

wil de Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij (Ovam) de

mogelijke bodemverontreiniging op schoolterreinen in kaart

brengen. In september ontvangen alle schoolbesturen een (beknopt)

enquêteformulier. Ovam hoopt dat zoveel mogelijk scholen

reageren. Voor scholen met een risico op bodemverontreiniging,

scholen die hun activiteiten stoppen of de grond overdragen, is een

bodemonderzoek overigens verplicht.

Info: Ovam-infolijn 015 28 41 37 of 015 28 41 38 of

[email protected]

180 architecten ontwerpen Scholen van morgenDe volgende zes jaar bouwt of renoveert projectontwikkelaar AG Real

Estate in samenwerking met de Vlaamse Overheid zo’n 200 scholen.

Om dat waar te maken schreef het bedrijf het project Scholen van

Morgen uit. Daar schreven tot nu toe 150 scholen voor in, samen

goed voor 550.000 vierkante meter aan vloeroppervlakte. 180

architecten deden hetzelfde. Voor iedere school kiest de architect

een ingenieur stabiliteit en technieken. Zij vormen het basisteam

dat de grote ontwerpopdracht moet uitvoeren. Een aannemer krijgt

de kleine ontwerpopdracht toegewezen. De timing is strikt: tegen

2014 moet elke deelnemende school haar vergunningsaanvraag

hebben ingediend. Tegen 2016 moeten alle nieuwe schoolgebouwen

gerealiseerd zijn. De waarde van het contract bedraagt 1 miljard euro.

www.scholenvanmorgen.be

nieuwe geluidsnormen voor schoolgebouwenMinder verkeerslawaai in klaslokalen aan de straatkant, minder

nagalm in gangen en gymzalen, minder decibels voor de buren ... De

nieuwe geluidsnorm voor scholen (NBN S 01-400-2 ‘Akoestische

criteria voor schoolgebouwen’) komt er aan. Hij legt nieuwe,

afgewerkte schoolgebouwen akoestische eisen op voor lucht- en

contactgeluidsisolatie, gevelisolatie, het lawaai van technische

installaties en nagalmbeheersing in specifi eke ruimten.

Een allesomvattende geluidsnorm komt er niet. Daarvoor hebben

scholen te veel verschillende lokaaltypes. Wel worden alle lokalen

naargelang van hun gebruik in categorieën ingedeeld. Elke categorie

bevat informatie over de verwachte lucht- en contactgeluidsproductie

en gevoeligheid voor lawaai. Op basis daarvan worden de

comforteisen voor lucht- en contactgeluidsisolatie per lokaaltype

vastgelegd.

Page 8: iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober November 2011

Zelfstandig naar het toilet kunnen en je handen wassen, is een grote stap in de ontwikkeling van een

kind. Sphinx 300 Kids ondersteunt kinderen bij het spelenderwijs ontwikkelen van hun lichaams -

verzorging. Het vrolijke design is gemaakt voor kinderhanden. Formaten zijn aan te passen aan elke

leeftijd. Zelfs de allerkleinsten kunnen de closets moeiteloos gebruiken. Vanzelf sprekend staat veilig-

heid voorop in elk detail, zoals de afgeronde hoeken. Sphinx 300 Kids is een van de 7 segmenten

www.sphinxpro.nl De 7 segmenten binnen Sphinx 300: Sphinx 300 | Basics • Sphinx 300 | Comfort • S

Acht leidsters, 48 peuters. Sanitair oopp maat voor iedereen.

0620.00.327 Adv Pro Kids 402x285.indd 1 9/5/11 3:36 PM

binnen de Sphinx 300 serie, sinds jaren de meest gebruikte badkamerserie voor elk bouw- of

renovatie project. Met deze indeling in segmenten bieden we met één serie onder één merk een

oplossing voor elke situatie en elke generatie. Zo is Sphinx 300 vanzelfsprekend bij ieder bouwproject.

Een goede service vinden wij overigens even vanzelfsprekend. Ons Sphinx Pro sales team staat voor

u klaar tijdens elke fase van een project, van planning tot realisatie. Vanzelfsprekend Sphinx

rt • Sphinx 300 | Kids • Sphinx 300 | Specials • Sphinx 300 | Urinoirs • Sphinx 300 | Varicor • Sphinx 300 | Kranen

BV DE SPHINX MAASTRICHTSPHINX .KERAMAG .KORALLE

0620.00.327 Adv Pro Kids 402x285.indd 2 9/5/11 9:22 AM

Page 9: iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober November 2011

binnen de Sphinx 300 serie, sinds jaren de meest gebruikte badkamerserie voor elk bouw- of

renovatie project. Met deze indeling in segmenten bieden we met één serie onder één merk een

oplossing voor elke situatie en elke generatie. Zo is Sphinx 300 vanzelfsprekend bij ieder bouwproject.

Een goede service vinden wij overigens even vanzelfsprekend. Ons Sphinx Pro sales team staat voor

u klaar tijdens elke fase van een project, van planning tot realisatie. Vanzelfsprekend Sphinx

rt • Sphinx 300 | Kids • Sphinx 300 | Specials • Sphinx 300 | Urinoirs • Sphinx 300 | Varicor • Sphinx 300 | Kranen

BV DE SPHINX MAASTRICHTSPHINX .KERAMAG .KORALLE

0620.00.327 Adv Pro Kids 402x285.indd 2 9/5/11 9:22 AM

Page 10: iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober November 2011

Technologie verandert de klasopstellingTekst: Jan T’SasFoto’s: Ivan Mervillie

In verreweg de meeste scholen staan de banken in klassieke rijen

opgesteld. Maar plaats vijf pc’s in een klas en plots wordt alles

anders. Hoe richten leraren hun klas in? En welke invloed heeft de

moderne technologie daarop? De resultaten van nieuw onderzoek

lees je exclusief in deze iSCHOOL.

10 iSCHOOL MAGAZINE

Honderden foto’s trok Ellen De Bruyne, student Pedagogische Wetenschappen, voor haar masterproef. Doelwit van haar zoemlens: de opstelling van tafels en stoelen in 105 gewone klassen en 10 computerklassen in 12 Vlaamse lagere scholen. Haar focus: “We wilden weten in welke mate het gebruik van technologie in de klas samengaat met de manier waarop leraren hun klas inrichten.”

Wie terugdenkt aan zijn schooltijd, herinnert zich hoofdzakelijk twaalf jaar banken op een rij. Bevestigt jouw onderzoek dat?Ellen De Bruyne: “Over het secundair onderwijs kan ik weinig zeggen, want we bezochten enkel lagere scholen. Daar zie je veel variatie, meer zelfs dan je in heel wat onderzoeken leest. Gewoonlijk onderscheidt men vier types

van klasopstellingen: de schoolbanken staan apart en naar het bord gericht, per twee naar het bord gericht, in groepen of in U-vorm. Na onze bezoeken hebben we daar drie types aan toegevoegd: in rijen naar het bord gericht, in een vierkant geplaatst en een combinatie van meerdere opstellingen. En dan nog is er variatie mogelijk, bijvoorbeeld als de leraar beslist te differentiëren en banken in T-vorm zet

Page 11: iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober November 2011

In Freinetschool de Sterre-spits in Gent doet de architectuur minder dan gewoonlijk aan een school denken. Lokalen lopen in elkaar door en op een open, ronde gaanderij staan twaalf computers in rij opgesteld, waaraan leerlingen zelfstandig kunnen werken … Ook de graadklas van meester Tim De Keyser (38) heeft zijn eigen karakter: dubbele rijen, een tafelgroep met vier pc’s en een laptop, enkele werkhoeken en toegang tot een kleiner lokaal met kring en digitaal bord.

STILLe werKTIjDen“Ik spring heel flexibel met beide ruimtes om”, vertelt hij. “Maar mijn klas kan er dag na dag anders uitzien. Nu heb je hier de drukhoek, de schilderkast, de knutselhoek, de papierkast, de pc-hoek … Vroeger was de kring ook hier, maar toen kwamen de computers. Die wou ik echt wel in de klas, want de leerlingen werken er elke dag mee tijdens stille werktijden. Dan zijn we allemaal in stilte aan het werk.”

wereLDKaarTEen tweede lokaal voor de kring, het is een luxe. Tim De Keyser beseft dat. Maar waarom ook het digitale bord daar hangt, en niet in zijn eigen klas? “Met dat bord experimenteer ik vooral in de kring”, legt hij uit. “De leerlingen maken op het bord een verslag van wat er gezegd wordt, andere leerlingen kunnen reageren. Of we halen er een wereldkaart bij, als het onderwerp aardrijkskundig is. De andere graadklassen gebruiken bord en lokaal ook, voor powerpointpresentaties bijvoorbeeld. Via e-beam geef ik instructies, of leerlingen spelen eduspelletjes in het groot.”

Geen TraDITIeIn de klas is veel ruimte. Toch staan de banken er gewoon frontaal, in rijen. Een bewuste keuze? Tim De Keyser: “In een graadklas moet je je opstelling soms aanpassen. Ik werk graag met een dubbele U-vorm. De leerlingen van het eerste leerjaar zitten in de binnenste U, die van het tweede daar rond. Dat is erg handig als je met een peter/metersysteem werkt, waarbij een tweedejaars een eerstejaars helpt als hij dat nodig heeft. Maar een rijensysteem geeft me meer ruimte voor hoeken. Bovendien kunnen de leerlingen alles op het bord beter volgen. Vooral die van het eerste leerjaar hebben daar baat bij. Zelf ga ik meestal aan de zijkant zitten, zodat ik de klas kan opvolgen. Ja, ik pas mijn klasopstelling geregeld aan. Bewust, niet uit traditie.”

Ellen De Bruyne: “In de pc-klas leren leerlingen andere dingen dan aan de computer in hun eigen klas.”

Tim De Keyser:“De computers wou ik echt in de klas, pas dan ga je er dagelijks mee werken.”

11

of als hij één groepje banken midden in de klas plaatst …”

Welke klasopstelling komt het meest voor?Ellen De Bruyne: “In gewone klassen komt de combinatie van opstellingen het meest voor, die vinden we in de helft van alle klassen terug. Pas dan volgt de dubbelfrontale opstelling, de klassieker met twee leerlingen per bank. Die staat op een kwart van onze foto’s. In de computerklassen staan de tafels meestal opgesteld in lange frontale rijen.”

Wat zegt de klasopstelling over de manier waarop leraren lesgeven?Ellen De Bruyne: “Je zou veronderstellen dat leraren die hun klas traditioneel opstellen eerder frontaal les geven. Mogelijk leggen ze meer nadruk op op individueel werk en duowerk en misschien gebruiken ze minder activerende werkvormen. In die zin is het

verwonderlijk dat we beide opstellingen het meest hebben vastgesteld. Maar uit de klasinrichting alleen kun je geen onderwijsstijl afleiden. Als we het aan de leraren zelf vragen, is het beeld trouwens genuanceerder. Zo keren leraren geregeld terug naar een frontale opstelling wanneer ze instructie geven en ervoor willen zorgen dat hun leerlingen zich beter kunnen concentreren. Verder spelen ook de grootte van de klas en hoe ze bemeubeld is een rol.”

Houden leraren vast aan hun klasopstelling of veranderen ze die geregeld?Ellen De Bruyne: “Ze veranderen die meer dan je denkt. Tussen onze foto-opnames en de interviews met leraren lagen drie maanden. In die periode wisselden de klasopstellingen sterk. Een grote lijn daarin is dat de doorsnee klasopstelling traditioneler start (dubbelfrontaal) en dan losser wordt gelaten (groepen, U-vorm). In de computerlokalen verandert de opstelling nauwelijks. Daar zijn vooral praktische redenen voor.”

Op basis waarvan kiezen of veranderen leraren hun klasopstelling?Ellen De Bruyne: “De twee voornaamste motieven om de klasopstelling aan te passen zijn: werken rond een thema

“Mijn klas kan er elke dag anders uitzien”

Page 12: iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober November 2011

12 iSCHOOL MAGAZINE

die bijna wekelijks hun klasopstelling veranderen, terwijl er bij andere in tien jaar niets verandert. Fameuze verschillen.Ellen De Bruyne: “Misschien komt dat doordat leraren weinig expliciete achtergrondinformatie over klasinrichting krijgen. Zo besteedt de lerarenopleiding wel aandacht aan differentiatie, maar de link met klasopstelling ontbreekt vaak. Als leraren al iets te horen krijgen over klasopstelling, dan gebeurt dat via collega’s en op nascholing. Daarnaast moeten ze meestal intuïtief naar oplossingen zoeken. Wie ermee bezig is, doet dat veelal onbewust.”

Je keek ook naar de plaats van technologie in de gewone klas. Hoe ziet het ICT-landschap eruit?Ellen De Bruyne: “Digitale borden staan volgens mijn gegevens in de regel vooraan. Computers vind je zowel vooraan als achteraan in de klas terug. Vaak staat er één pc vooraan, die van de leraar. De pc’s

achteraan worden meer door leerlingen gebruikt, de pc vooraan door de leraar. De plaats van ICT in de klas hangt van vier factoren af: vaste aansluitingspunten, beschikbaarheid, gebruik en afbakening van de rest van de klas.”

Heeft de technologie in de klas invloed op de schikking van stoelen en tafels?Ellen De Bruyne: “Ja, maar niet altijd in de positieve zin. Soms voelen leraren zich erdoor beperkt: denk maar aan een rij computers die je niet kunt verplaatsen, omdat de bedrading in rechte lijn naar het plafond loopt, of de plaats van een digitaal bord waar alle leerlingen naar moeten kunnen kijken. Draadloze netwerken zouden veel kunnen oplossen, maar die heb ik nergens gezien. Wat mij voorts opvalt, is dat scholen in het algemeen weinig flexibel met hun technologie omspringen. Als in een school de laptops nooit de klas uit mogen, dan kun je je afvragen: waarom laptops? Je ziet in de scholen ook weinig rollend materieel, zoals laptopverzamelaars, en ook dat vinden leraren beperkend. In feite is er een spanningsveld tussen de traditionele plaatsing van meubelen en de wens van leraren om flexibeler met hun klas om te springen. Ten slotte stellen onderzoekers in het algemeen vast dat onderwijsvernieuwing soms een grote drempel over moet doordat schoolgebouwen niet aangepast zijn of weinig flexibel.”

De computerklas is traditioneler opgesteld dan de gewone klas. Heeft dat effect op wat leerlingen daar met de computer doen? Werken ze anders met de pc in hun eigen klas?

en specifieke doelstellingen nastreven. Bijkomende redenen zijn activerende werkvormen: groepswerk, kringgesprek, differentiatie … Maar niet alle leraren kunnen dat. Soms telt de klas zoveel leerlingen dat de leraar niet anders kan dan ze in rijen achter elkaar plaatsen.”

Vinden leraren het zo belangrijk dat ze hun klas zelf kunnen inrichten?Ellen De Bruyne: “Enorm. Een creatieve leraar kan zich sterk beperkt voelen door de schoolarchitectuur en klasinrichting. Niet dat scholen hier niet mee bezig zijn, maar ze hebben vaak nieuwe impulsen nodig, bijvoorbeeld de aankoop van digitale borden. Erg verwonderd waren we toch wel over een gloednieuw schoolgebouw waarin elk klaslokaal een kopie was een ander. De inrichting was compleet uniform. Op basis van mijn onderzoek vragen leraren toch wel ruimte om zelf hun klas in te richten.”

Je spreekt in je onderzoek over leraren

In een pc-klas is het moeilijker om de plaats van tafels en stoelen af te wisselen. In Freinetschool De Sterre-spits staan de pc’s op een open gaanderij. “Altijd beschikbaar voor alle leerlingen.”

Zeven manieren om een klas in te richtenBijna de helft van de leraren in dit onderzoek richt zijn klas in volgens een combinatie van verschillende opstellingen. Dat blijkt uit onderstaande tabel. De meest klassieke opstelling (leerlingen die per twee aan een tafel zitten) komt in ongeveer een kwart van de gevallen voor.

Type Beschrijving van de types aantal lokalen(van meest naar minst gebruikt) (op 115)

Combinatie leerlingen zitten aan tafels die zijn opgesteld 51 volgens minstens twee van de onderstaande types

Dubbelfrontaal leerlingen zitten per twee aan 29 tafels, naar het bord gericht

Rijfrontaal leerlingen zitten naast elkaar in 15 langere rijen, naar het bord gericht

Groepen leerlingen zitten gegroepeerd aan tafels die 14 tegen elkaar zijn geplaatst (wederzijds oogcontact)

Enkelfrontaal leerlingen zitten individueel aan 2 tafels, naar het bord gericht

U-vorm leerlingen zitten aan tafels die in 2 U-vorm opgesteld staan

Vierkant leerlingen zitten aan tafels die in 2 gesloten vierkantformatie staan

Page 13: iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober November 2011

13

Ellen De Bruyne: “Dat verschilt inderdaad. In de pc-klas leren leerlingen meer computervaardigheden: werken met Word, bestanden opslaan, een lettertype veranderen … Ze krijgen er meer in groep les. In hun eigen klas leren ze ICT-vaardigheden implicieter aan, omdat ze daar meer computeropdrachten voor andere doeleinden krijgen dan ICT. Bovendien leren ze daar meer via zelfstandig werk, hoekenwerk, differentiatie. De klasopstelling leent zich daar immers beter toe. Kortom: geïntegreerd de pc gebruiken, zoals de eindtermen dat willen, lukt het best in de eigen klas.”

Maar daar zit de angel: nogal wat leraren uit je onderzoek zeggen dat ze meer met de computer willen werken in hun klas, maar met een of twee pc’s krijgen ze dat niet voor mekaar. Vanaf hoeveel pc’s lukt het wel?Ellen De Bruyne: “Het kritische aantal is vijf. Pas als een klas vijf pc’s telt, hoor je leraren zeggen: ‘Nu kan ik echt met ICT werken in mijn klas.’ Staan er maar twee of drie in de klas, dan zullen ze veel minder spontaan ICT gebruiken. Niet zozeer de plaats maar het aantal computers bepaalt dus of leraren ermee werken in hun klas.”

Maar meer pc’s in de klas betekent ook: je klas anders inrichten.Ellen De Bruyne: “Dat hebben we inderdaad vastgesteld. Hoe meer technologie er in de klas aanwezig is, hoe meer je de combinatieopstelling aantreft. Het sterkste voorbeeld is dat van een leraar die zijn leerlingen per vier groepeert en per groep een computer bij hen plaatst. Ze kunnen hem op elk moment gebruiken.”

‘De fysieke klasruimte als educatieve setting met betrekking tot ICT-gebruik’, Ellen De Bruyne onder promotie van Jo Tondeur en Maarten Van den Driessche, Faculteit Psychologie en Pedagogische Wetenschappen, Universiteit Gent.

Klasopstelling in groepen: goed voor samenwerking en zelfstandig werk

Dubbelfrontale klasopstelling: de klassieker, een kwart van de klassen ziet er zo uit

Rijfrontale klasopstelling: minder kansen voor actieve werkvormen

“Leraren veranderen hun klasopstelling meer dan je denkt”

Stoelen, tafels en computers: het effect op je klas’

Page 14: iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober November 2011

14 iSCHOOL MAGAZINE

‘En aan die boom daar kwam een hut, een reuzenhut, een pracht van een hut ...’ In De Koorddanser in Meulebeke hebben de kinderen het refrein van het bekende kinderlied aangepast. Het woordje tak hebben ze vervangen door hut. Wát ze zingen strookt ook met de waarheid. In het park van de school staat een kanjer van een boom en dito hut. Grote bomen staan er bij bosjes en toen ze lucht kregen van het project Droom je school (2009) wisten ze het meteen: boom + hut = boomhut. De boomhut is zo ruim dat hij eigenlijk een boomklas is, vooral voor educatieve activiteiten: kringgesprek ‘s morgens, fi losofi emoment enz. Je verjaardag daar vieren vergeet je ook nooit. Met de boomhut heeft de school er fl ink wat gezellige ademruimte bij. Maar er is nog werk aan de winkel in deze openluchtklas: isolerende leembepleistering, elektriciteit en houten schaliën op het dak. Maar eerst nog wat sparen.

Klas in een boomhut

Tekst en kleine foto’s: Bert VermeulenGrote foto: Tom De Witte

Page 15: iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober November 2011

profe

ssio

nele o

ntwikk

eling

gemeenschapondersteuning

gemeenschap

geïnte

greer

de pro

ducten

digi

tale

con

tent

Het bewezen pad naar succes

Uw aansluiting op het bijzondere

Surf snel naar www.smartboard.be, succes gegarandeerd!VSV België, Nijverheidslaan 60, 8540 Deerlijk T 056 313415 (erkend distributeur)

profe

ssio

nele o

ntwikk

eling

gemeenschapondersteuning

geïnte

greer

de pro

ducten

digi

tale

con

tent

Het bewezen pad naar succes

Uw aansluiting op het bijzondere

Surf snel naar www.smartboard.be, succes gegarandeerd!VSV België, Nijverheidslaan 60, 8540 Deerlijk T 056 313415 (erkend distributeur)

Page 16: iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober November 2011

Bij een school denk ik vaak aan saaie gestructureerde klaslokalen verbonden door lange gangen. Niets daarvan in Sint-Gerardus in Diepenbeek. In deze school verblijven kinderen, jongeren en volwassenen met een fysische handicap. In 2007 kregen zij een compleet nieuw schoolgebouw. Qua infrastructuur en beleving mag je het gerust een voorbeeld

noemen voor anderen, is me gezegd. Reden genoeg om te gaan kijken.

ImmenSe ruImTeIk merk het al nog voor ik binnen ben: dit is buitengewoon onderwijs onder een buitengewoon dak. Het gebouw is bijna volledig opgetrokken in een houtstructuur. Eén groot gebogen dak rust op langgerekte

Tekst: Daan SlingersFoto’s: Luc Daelemans

Een school zonder gangen

Pictomannetje brengt kunstOmdat de Vlaamse Overheid mee betaalde aan het complex, was Sint-Gerardus verplicht om kunst te integreren in zijn gebouw. Het deed daarvoor een beroep op kunstenares Yo Busschots. Zij versierde de binnenmuren met het pictomannetje, een herkenbaar symbolisch figuurtje dat door veel kinderen wordt gebruikt in de dagelijkse communicatie. Elk departement kreeg een deel van het pictomannetje: de basisschool kreeg het hoofd en de middelbare school de romp. Aan de inkomhal en in de cafetaria komen romp en hoofd samen tot één geheel. Daarbij plaatste de kunstenares plastic panelen waarin de kinderen eigen werken mogen plaatsen om zo het kunstwerk te vervolledigen tot een tentoonstelling.

16 iSCHOOL MAGAZINE

Het daglicht dringt overal tot diep in het gebouw binnen. De enige gang in het gebouw is drie meter breed, op maat van rolstoelgebruikers.De deuren gaan automatisch open, klassen kunnen in een

mum van tijd kinéruimtes worden, de warmte in de lucht

wordt teruggewonnen en computers sturen de verlichting.

Het klinkt als het Huis van de Toekomst, maar toch is dit een

school. “Heel hun leven brengen onze leerlingen door in hun

rolstoel”, zegt directeur Ludo Vandewal van Sint-Gerardus

Diepenbeek. “De nieuwe school maakt hun leefwereld groter.”

Of er daarom geen gangen zijn?

Page 17: iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober November 2011

glasgevels. Eigenlijk zijn het grote raampartijen. Als ik er van buiten doorheen kijkt, zie ik de klas- en praktijklokalen. Doordat die allemaal aan de vensterkant liggen, blijft centraal onder het dak een immense ruimte over die de school flexibel kan invullen.

SprOOKjeSvOGeLWanneer ik in die polyvalente ruimte rondkijk, zie ik sanitaire blokken met aangepaste toiletten en mezzanines. En een reuzenvogel die recht uit een sprookje lijkt t e komen en die aan touwen aan het plafond vast hangt. Het meest opvallend is wel het totale ontbreken van gangen. Of toch: er is welgeteld één gang en die is liefst drie meter breed. “Dat is nodig voor alle rolstoelen en rijhulpen”, legt directeur Ludo Vandewal uit. “De kinderen moeten voldoende ruimte hebben om door de gang te rijden of om te parkeren als ze hun rolstoel ruilen voor een andere loop- of rijhulp,”

1500 m2 mInDerNog flexibel in het gebouwconcept is dat alle klaslokalen en praktijkruimte anderhalve module groot zijn. De directeur loodst me van het ene lokaal naar het andere. Ze zijn zo ontworpen dat ze heel eenvoudig en snel een andere indeling of bestemming kunnen krijgen. Wat nu nog een klaslokaal is, kan volgend jaar een kinéruimte zijn. “De totale gebouwoppervlakte bedraagt 5000 vierkante meter”, zegt Vandewal. “Dankzij het flexibele concept is dat 1500 vierkante meter minder dan de vroegere prefabgebouwen.”

STevIG GeïSOLeerDSint-Gerardus ligt middenin een bos. De klaslokalen zijn oost-west georiënteerd en dankzij de hoge vensters is de natuur maximaal zichtbaar. Ik kijk omhoog. Binnen zijn de lokalen vanaf een hoogte van ongeveer 2,5 m beglaasd. Zo krijg je haast overal een binnenzicht op de dakconstructie en het daglicht kan tot diep in het gebouw doordringen. Omdat het dak een hoofdrol speelt in de school, is het stevig geïsoleerd, met een laag van 21 cm minerale wol. Aan de binnenkant zit bovendien een bekleding van 2,5 cm minerale wol en 2,5 cm houtwolmagnesiet. “Extra warmte-isolatie?” vraag ik. “Niet alleen dat, je krijgt er ook een betere akoestiek door.”

Anders dan een gewoon schoolgebouwOmdat de meeste leerlingen van Sint-Gerardus in een rolstoel zitten, zijn er in het gebouw heel wat zaken anders dan in een typisch schoolgebouw. Zeven bijzonderheden:

1 . Al de hoofddeuren gaan automatisch open. Zo voelt elke bezoeker zich welkom en tegelijk vormen deze deuren geen obstakel voor de rolstoelgebruiker. Bijkomend voordeel is dat er minder warmte verloren gaat.2. De buitendeuren van elk klaslokaal zijn tweeledig met een verdeling 2/3 en 1/3 waardoor rolstoelen eenvoudig door een vleugel van de deur kunnen.3. Er is rolstoelbeveiliging voorzien aan de hoeken van de muren en voor de raampartijen.4. De apparaten in de praktijkkamers zijn op maat van de leerlingen. De strijkplank hangt tegen de muur en de spoelbak is zo gemaakt dat een rolstoel eronder kan.5. In sommige toiletten is een bedlift voorzien, waardoor de leerlingen zelfstandig het toilet kunnen gebruiken en zich kunnen verzorgen.6. De enige gang in het gebouw is drie meter breed. Zo kan het rolstoelverkeer vlot verlopen naast de geparkeerde rolstoelen in de gang.7. Leerlingen die moeilijk tot communicatie komen via een gewone weg, hebben extra hulpmiddelen nodig zoals een computer op de rolstoel, een Tellus. Dankzij de digitale borden in de klaslokalen, kunnen deze leerlingen nu ook communiceren met al hun klasgenoten. Vroeger was dat enkel met de juf of meester.

Geen LIFTHet wordt me duidelijk: modern betekent ook energiezuinig. Het isolatieconcept wordt aangevuld met mechanische ventilatie met warmteterugwinning, hoogrendementsverwarming stuurt de vloerverwarming aan en er is een slim elektrisch concept ingebouwd. Zo kunnen de leerlingen of leraren enkel de lichten in de klassen bedienen met een knop. Alle andere lichten, ook de uplighters die het gebogen dak accentueren, zijn computergestuurd. Opvallend is dat ik in het hele gebouw geen lift zie. Niet nodig in deze school. nOODLOKaLenVoor ze aan het ontwerp begonnen, leefden de ontwerpers van Holistic Architecture 50|5 zich enkele dagen in de leefwereld van de leerlingen en leraren in. “Met hen bespraken ze wat ze nodig hadden, zodat ze zich echt konden thuis voelen op school”, legt Vandewal uit. “Uiteindelijk kozen ze

17

voor een ontwerp met korte bouwperiode. Dat was nodig, want de leerlingen konden om praktische redenen niet lang zonder de school. De bouw duurde in totaal anderhalf jaar. De leerlingen verbleven in die tijd in noodlokalen en in het internaat in Hasselt. In 2007 - bij het 50-jarig bestaan van Sint-Gerardus - werd het complex in gebruik genomen.”

GrOTere LeeFwereLDHet totale kostenplaatje van deze nieuwe school: 9,1 miljoen euro. De overheid financierde 60%, de rest is eigen inbreng. Ik slik het bedrag door, terwijl Ludo Vandewal met me naar de uitgang wandelt. “Heel hun leven brengen onze leerlingen door in hun rolstoel”, besluit hij. “Toch proberen we hun capaciteiten zo maximaal te ontwikkelen en helpen we hen zo zelfstandig mogelijk te leven. Dat zijn de twee belangrijkste doelstellingen van Sint-Gerardus. We proberen hun leefwereld te vergroten. Dankzij het nieuwe complex kan dat.”

Elk lokaal kan in een mum van tijd een nieuwe bestemming krijgen.

Page 18: iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober November 2011

Onderhoud in balans met de natuurAll Top Clean Products, Green Care en Satino Black kiezen resoluut voor duurzaamheid

TOTaaLServICeAll Top Clean Products is een familiale onderneming die niet enkel onderhoudsproducten en -materialen verkoopt, maar ook een brede service biedt. Al jaren lang reiken we scholen, gemeentebesturen, instellingen , bedrij-ven… een totaalaanbod aan voor hun onderhoud. We leveren producten, mater-ialen en machines. Bovendien staan we hun bij in de opleiding van hun personeel en het opstellen van onderhoudsschema’s, hygiëneplannen.

maaTSCHappeLIjK veranTwOOrD OnDernemenEcologie en CO2-neutraal zijn vandaag de dag hot topics. Ook binnen onze organisatie. Daarom kozen we voor de firma Tana Professional voor de ecologische onderhoudsproducten (onder de naam Green Care) en de firma Van Houtum met de papierwaren Satino Black. Met beide partners helpen wij onze klanten om hun MVO-doelstellingen te behalen.

PUBLIREPORTAGE

Tana prOFeSSIOnaLSinds 1989 specialiseert Tana Professional zich in milieuvriendelijke alternatieven voor professionele reinigingsmiddelen. Ze volgt daarmee de missie van de Duitse moedermaatschappij Werner & Mertz, waarin ecologie en duurzaam ondernemen centraal staan. Aangemoedigd door het Europese Ecolabel heeft Tana Professional sindsdien het gamma Green Care snel vervolledigd. In de Benelux is Tana Professional momenteel de onbetwiste marktleider in het segment van ecologische reinigingsmiddelen voor professionele doeleinden.Wat is er zo speciaal aan de Green Care producten? Ze bevatten een hoog percentage hernieuwbare grondstoffen van plantaardige oorsprong. Bovendien zijn ze snel en goed biologisch afbreekbaar. Kortom: uit de natuur, van de natuur, naar de natuur!Daarnaast kent ‘duurzaam ondernemen’ bij Werner & Mertz en Tana Professional een succesvolle traditie. Alle producten van Werner & Mertz worden immers met respect voor het milieu en een groene toekomst geproduceerd. Het hele productieproces is daarom ISO 14001 gecertificeerd en sluit aan bij de strenge Europese EMAS-certificatie (“Eco-Management and Audit Scheme”). Het EMAS-certificaat garandeert dat

het bedrijf werkelijk vooruitstrevend is qua milieubescherming. De

duurzaamheidsfilosofie van Tana Professional en de Green

Care producten sluit daarom naadloos aan bij die van partner All Top Clean Products. Omdat een groene toekomst iedereen aanbelangt!

Meer informatie: www.wmprof.com

SaTInO BLaCK: IT’S SO eaSy TO GO GreenSatino Black staat garant voor een duurzame toiletinrichting. Alle producten worden CO2-neutraal geproduceerd en laten geen schadelijke sporen achter in het milieu. Op die manier krijgen organisaties de mogelijkheid om moeiteloos een positieve voetafdruk achter te laten op sociaal en ecologisch gebied.

In 2010 introduceerde Van Houtum, dat als organisatie een positieve impact op mens en milieu nastreeft, Cradle to Cradle gecertificeerd toilet- en handdoekpapier. Satino Black is het enige echte CO2 neutrale toiletpapier dat vervaardigd wordt op basis van 100% gerecycled papier en via een milieuvriendelijk productieproces. Toch is het net zo wit en zacht als gewoon hygiënepapier.

Maar de ontwikkeling van Satino Black staat niet stil. Sinds zijn introductie medio 2010 kwamen er naast papier ook Satino Black zepen en dispensers op de markt. Hiermee biedt Satino Black elke organisatie de mogelijkheid om zijn complete toiletruimte duurzaam in te richten. “En er is meer”, zegt Erwin Allary van All Top Clean Products. “Satino Black ondersteunt het duurzaamheidsbeleid van onze klanten. Door de Satino Black wc-tegel in de toiletruimte te bevestigen, sensibiliseren we zowel medewerkers als bezoekers voor duurzaamheid.

Frans Jacobs, accountmanager bij Van Houtum: “De bewuste keuze van All Top Clean Products voor Satino Black geeft aan dat zij oprecht op een duurzame wijze willen werken. Zij kunnen onderwijsinstellingen en groot- en kleinhandel helpen met hun duurzaamheidsdoelstellingen”.

Meer informatie: www.satinoblack.com

18 iSCHOOL MAGAZINE

Page 19: iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober November 2011

WENST U SAMENDE MVO-WEG IN TE SLAAN?

GEZOCHT: GREEN CLEANERS!

WWW.WMPROF.COM

Dare to be BL ACK

Met één simpele handeling kunt u in een paar

seconden een stuk groener worden en een stap

dichter bij uw duurzaamheidsdoelstellingen

komen. Stap net als anderen over op de meest

duurzame toiletrollen en papieren handdoeken

van Satino Black. Dan heeft u meteen aangetoond

dat ook ú durft.

Verkrijgbaar bij:

It’s so easy to go greenmet Satino Black toi letpapier en papieren handdoeken

23700557_ADV_A5_DISTRIBUTEUR_MEISJE_NL_4C.indd 1 07-03-11 11:31

DurfT TE vEranDErEnONDERHOUDSpRODUCTEN, ONDERHOUDSMATERIALEN EN pOETSMACHINESLeveranCIer van:

DurF jIj Te veranDeren? neem Dan COnTaCT meT OnS OpALL TOp CLEAN pRODUCTS I KIEZEL KLEINE BROGEL 49 I 3990 pEER I 011/63.51.32 I FAx 011/63.51.34 I MAIL NAAR [email protected]

Page 20: iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober November 2011

Tekst: Jan T’SasFoto: Ivan Mervillie

“Ik vrees voor een digitale kloof tussen scholen”

De helft van de Vlaamse leraren kent de eindtermen voor ICT

niet. Bovendien leren leerlingen in de ene school goed werken

met de computer, in de andere nauwelijks. Tot deze vaststellingen

komt Ruben Vanderlinde, Universiteit Gent. Voor zijn doctoraat

ondervroeg hij 472 leraren en directeurs uit 62 lagere scholen in

heel Vlaanderen. Hoe blijf je als school uit de digitale kloof?

Ruben Vanderlinde: “Een school die zoveel mogelijk leraren bij haar ICT-beleid betrekt en de verantwoordelijkheden spreidt, staat er op de lange termijn het best voor.”

20 iSCHOOL MAGAZINE

Page 21: iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober November 2011

Sinds 2007 moet elke school een ICT-beleid opmaken en uitvoeren. Doen ze dat ook? Ruben Vanderlinde: “Dat verschilt sterk van school tot school. Hét ICT-beleid bestaat niet. Scholen die aan een beleid werken, denken allemaal op hun eigen manier na over vijf thema’s: visie, kosten, infrastructuur, nascholing en curriculum. Ze voeren hun beleid ook heel verschillend uit. De ene school betrekt alle leraren erbij, de andere niet. Dat verschilt zelfs voor elk van de vijf thema’s die ik net genoemd heb. Ten slotte is in de scholen lang niet altijd dezelfde persoon (of personen) verantwoordelijk om dat beleid op te volgen. Kortom, van de 62 ICT-beleidsplannen die ik heb doorgenomen, zijn er geen twee gelijk. Zelfs qua vorm verschillen ze: van een korte tekst van twee pagina’s tot twee dikke mappen vol technische specificaties.”

Is dat een probleem? Wat is het ideale beleidsplan?Ruben Vanderlinde: “Nu komt het interessante: er is geen ideaal beleidsplan. Het ene plan werkt goed in school A, maar zou nooit werken in school B. Wel kun je stellen dat een goed ICT-beleid de vijf thema’s omvat, dat er goed en lang genoeg over wordt nagedacht en dat men het opvolgt.”

Hoe ziet de top drie van scholen eruit in je onderzoek?Ruben Vanderlinde: “Namen mag een onderzoeker niet noemen, maar je ziet duidelijke kenmerken. Zo hebben de drie scholen heel goed nagedacht over hun ICT-beleid. Hun plan is geen bundel papieren die in de kast ligt te wachten tot de inspectie langs komt. Alle drie hebben ze bewust nagedacht over hun onderwijs en de plaats van ICT in de klaspraktijk. Hun ICT-coördinator heeft een sterke leiderschapsrol gekregen. Hij is bovendien eerst pedagogisch-didactisch deskundige

en pas dan technicus. Ze springen creatief om met lesuren en met de technische kant van ICT. Dat gaat van een stuurgroep van technisch onderlegde ouders over goed onderhandelde onderhoudscontracten met een lokale firma tot samenwerken met een hogeschool. Ten slotte bekijken ze de professionalisering van hun leraren veel ruimer dan nascholing alleen: wat zijn de problemen in onze klassen? Wat kunnen we van elkaar leren? Hoe kunnen we elkaar helpen …?”

Zijn dat de pioniers? De scholen die er al het langst mee bezig zijn?Ruben Vanderlinde: “Nee, de sterkste scholen nu zijn niet noodzakelijk de pioniers

van vroeger. De tijd van de early adopters die er bovenuit staken, is voorbij. Ik stel vast dat de sterkste scholen van vandaag vooral hun tijd hebben genomen om hun beleid doordacht vorm te geven.”

Toch lijkt er weinig lijn in te zitten. School A focust op maatschappelijk engagement: zoveel mogelijk alle leerlingen computervaardig maken. School B focust op creativiteit en zet ICT daarvoor in. In School C gebruiken leerlingen ICT dan weer klassieker, om leerstof in te oefenen.Ruben Vanderlinde: “Daar is niets mis mee, alles draait om een duidelijke visie waar het hele team achter staat: waar staan we als school voor en welke plek krijgt ICT daarin?

Test je e-capaciteitHoe goed werk je rond ICT? met andere woorden: wat is de e-capaciteit van je school? Daar peilde ruben vanderlinde naar bij 472 leraren uit 62 vlaamse lagere scholen. Zijn conclusie: de leraren denken daar niet uitgesproken negatief of positief over. Hoe kijken vlaamse leraren naar het ICT-beleid in hun school? en naar zichzelf?

(0 = heel negatief, 50 = neutraal, 100 = heel positief). Bevraging bij 472 leraren uit 62 lagere scholen.

SCHOOL en ICT waarDerInG Op 100

Onze school heeft een visie op ICT-integratie en ze beschikt over een uitgewerkt ICT-beleidsplan. 52

Bij ons wordt ICT opgevolgd en gecoördineerd voor de hele school. 64

Ik ben tevreden over de ICT-infrastructuur in onze school (hardware, software en randapparatuur). 59

Leraar en ICT Ik school me geregeld bij voor ICT-integratie, bijvoorbeeld via navorming. 43

Ik vind mezelf competent (technische vaardigheden en didactische vaardigheden) om ICT te integreren in mijn lessen. 58

Ik vind de ICT-eindtermen belangrijk en relevant. 60

21

“Hét ideale ICT-beleid bestaat niet, maar...”

Page 22: iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober November 2011

ICT-beleid uitwerken? pICTos helptVoor scholen die aan een nieuw beleid denken of moeite hebben er een uit te stippelen, is er pICTos. Dat is een elektronische tool voor het basisonderwijs en de eerste graad secundair onderwijs. Scholen meten er op vijf niveaus hun sterktes en zwaktes mee: onderwijsvisie, huidige en nieuwe ICT-activiteiten, prioriteiten en actieplan. Daarmee kun je bepalen hoe je de ICT-eindtermen kunt inbedden.pICTos werd ontwikkeld in opdracht van REN Vlaanderen / Departement Onderwijs. Info: http://pictos.ictbeleidstool.be

“De sterkste scholen nu zijn niet noodzakelijk de pioniers van vroeger”

Je merkt dan meteen positieve effecten op andere gebieden: infrastructuur, de rol van de ICT-coördinator, de opvolging van het beleid … Toen het voor school B duidelijk was dat men in elke klas wilde focussen op creativiteit, heeft ze de computerklas opgedoekt en alle computers over de klassen verdeeld.”

Je hebt 62 scholen gerangschikt van een heel goed ICT-beleid tot een heel slecht. Zijn de verschillen tussen kop en staart groot?Ruben Vanderlinde: “Enorm. Opvallend is ook dat je voor alle domeinen steeds dezelfde scholen bovenaan en onderaan terugvindt: visie, professionaliteit, kennis van de eindtermen … Daarom maak ik me zorgen. Men heeft het vaak over de digitale kloof in de samenleving: van mensen die thuis geen computer en internet hebben aan de ene kant en mensen die dat wel hebben aan de andere kant. Maar nu dreigt tussen de scholen zelf ook een digitale kloof, ondanks de ICT-eindtermen en alle investeringen die de overheid al heeft gedaan. Onder meer daarom hebben we elke school uit het onderzoek haar resultaten terugbezorgd om te vergelijken met het gemiddelde van alle 62 scholen. Het geeft ze stof tot nadenken.”

Er zijn acht ICT-eindtermen. Werken alle scholen daaraan?Ruben Vanderlinde: “De sterke scholen doen dat zeker. Ze gieten ze zelfs uit over een leerlijn. Zo gaan eindtermen 1 en 2 vooral over attitude. Die krijgen hun plek in de eerste graad. De eindtermen die het creatieve computergebruik benadrukken, komen vanaf de tweede graad aan bod. En zo verder.”

Maar je stelt wel vast dat lang niet alle leraren die eindtermen kennen.Ruben Vanderlinde: “Dat was een schok.

Een jaar na de invoering van de eindtermen, in 2007, bleek dat de helft van de leraren ze niet kent. Blijkbaar hebben de overheid en de onderwijskoepels daar onvoldoende over gecommuniceerd. De andere helft van de leraren kent de eindtermen wel en staat er positief tegenover. Ze vinden het ook goed dat de overheid duidelijk is over ICT-gebruik in onderwijs.”

Zoals met veel zaken in onderwijs verwacht je dat de directeur een belangrijke rol speelt. Als hij niet

geïnteresseerd is in ICT, dan komt er niets van in huis.Ruben Vanderlinde: “Nochtans zie je, als je naar de drie sterkste scholen kijkt, een groot verschil in betrokkenheid van de directeur. En ook van de leraren. In school A delegeert de directeur alles, behalve de financiën. In school B houdt de directeur alle touwtjes in handen. In school C heeft de ICT-coördinator carte blanche gekregen en iedereen op school weet dat. De drie systemen werken. Het enige dat ik kan zeggen, is dat een school die zoveel mogelijk leraren bij haar ICT-beleid betrekt en de verantwoordelijkheden spreidt, er op de lange termijn het best voor staat.”

‘School-based ICT policy planning in a context of curriculum reform’, Ruben Vanderlinde, onder promotie van prof. Johan van Braak, Vakgroep Onderwijskunde, Faculteit Psychologie en Pedagogische Wetenschappen, Universiteit Gent. Het doctoraat kun je downloaden van www.onderwijskunde.ugent.be/nl/cv_vanderlinde.htm

22 iSCHOOL MAGAZINE

Page 23: iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober November 2011

The Floor is Yours

Een positieve impuls voor het binnenklimaat‘Met AirMaster® slaan we drie

vliegen in één klap: qua akoestiek, uitstraling en luchtkwaliteit’Directeur René van der Thiel – Sancta Maria Mavo

Eenvoudig in onderhoud

Minder fijnstof in de lucht dan bij harde vloeren

Voor drukke locatiesBetere akoestiek

Een werkplek is een leefomgeving. Desso’s klanten streven naar optimale

omstandigheden. Een gezond leerklimaat op scholen. Of een rustige werk

omgeving met open kantoorruimtes en flexibele werkplekken. Hierdoor ontstaat

een behoefte aan oplossingen die de akoestiek en luchtkwaliteit bevorderen. Een

behoefte die Desso beantwoordt met twee producten met bijzondere kwaliteiten.

AirMaster® is het tapijt dat de lucht zuivert. Het houdt fijnstof vast en voorkomt dat het

weer in de lucht terechtkomt. Op de Sancta Maria Mavo ervaren leerlingen en docenten

inmiddels wat het naast luchtzuivering voor hen betekent: Geen geluid meer van stoelen

die voortdurend schuiven of voetstappen op de gang. Soundmaster® is de unieke

toevoeging op een tapijttegelrug die de akoestiek met zestig procent verbetert.

Een nieuwe dimensie in tapijt. Een positieve impuls voor het binnenklimaat.

Desso NV | Robert Ramlotstraat 89 | B-9200 Dendermonde | België | www.desso.be

H E R M A N S K A LWA L L ®

Kalwall® is een geregistreerd handelsmerk van Kalwall Corporation

Kalwall® is een diff uus lichtdoorlatend bouwsysteem voor gevels en daken met extreem goede isolatie-eigenschappen (U-waarde tot 0,28 W/m2K). Kalwall® is UV-bestendig en verkleurt niet, is zelfreiningend, zeer licht (15 kg/m2) en snel in montage.

Dit systeem is uitermate geschikt voor oa.: ● Zwembadcomplexen● Showrooms en industrie● Sporthallen● Scholenbouw● Musea● Bureelgebouwen● Atriums

J. HERMANS & C° is exclusief verdeler van Kalwall® voor de Benelux en Frankrijk. Voor meer info en technische ondersteuning:

Waarom u kiest voor Kalwall®

I.Z. West-Grijpen Z2Grijpenveldstraat 20, B - 3300 TIENENTel. (32) 16 82 03 [email protected] www.hermansco.be

Page 24: iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober November 2011

service

Symposium SchoolbouwformuleHoe ondersteunt een inspirerende schoolomgeving het pedagogische

project? Hoe maken we echt ruimte voor kinderen? Wat zijn

schoolvoorbeelden van duurzaam bouwen? Hoe zit het met

toegankelijkheid, visueel comfort, normen, energieverbruik, subsidies

voor energiezuinige verlichting …? Op al deze vragen krijg je

antwoord tijdens het symposium Schoolbouwformule op donderdag

20 en vrijdag 21 oktober 2011, tijdens de beurs Edubuild in het

Gentse Flanders Expo. Het symposium is spek voor de bek van al

wie betrokken is bij de bouw of renovatie van schoolgebouwen:

beheerders van de gebouwen, schoolbesturen, architecten en

studiebureaus, preventieadviseurs. Via tien modules maak je kennis

met de visie van experten die dagelijks werken aan de school voor

de toekomst. Theorie en concrete cases wisselen elkaar af. Laat je

inspireren.

Schoolbouwformule is een organisatie van Claerhout nv

Communicatiehuis, i.s.m. AGIOn, GO!, en Scholen Van Morgen. Voor

lezers van iSCHOOL is de toegang gratis, maar het aantal deelnemers

is beperkt tot 150.

Info en inschrijvingen: www.schoolbouwformule.be

Boek + studiedag Leren. Hoe?Zo!Hoe werkt je brein? Is intelligentie belangrijk? Hoe vat je een tekst

effi ciënt samen? Worstel je soms met een studieplanning? Wil je

faalangst buitenspel zetten? ... Leren. Hoe?Zo! helpt elke leerder zijn

talent te ontwikkelen om te leren leren. Op een leuke en interactieve

manier ontdek je hoe je leert. Je leert vaardigheden aan om

effi ciënter nieuwe kennis te verwerven en je ontdekt hoe je jezelf

beter kunt sturen. Voor leraren is het boek een inspiratiebron om

leren leren een praktische invulling te geven tijdens de les.

Op 28 oktober kun je voor 90 euro deelnemen aan een studiedag in

de Erasmus Hogeschool Brussel.

www.lerenhoezo.be

Help, de exoten komen!Dat onze aarde een groot dorp is geworden? Geen nieuws meer.

Landbouwgewassen en vee verhuizen al decennia lang mee

met de mens. Maar wist je ook dat allerlei andere soorten en

ziekteverwekkers mee verhuizen? Vaak zijn dat exotische soorten,

kortweg exoten. De meeste daarvan overleven in onze contreien niet,

maar een minderheid past zich aan. Zo leidt 10% van de exoten een

onopvallend leven, maar ongeveer 10% wordt een echte plaag en

evolueert tot een invasieve soort, die een gevaar vormt voor onze

ecosystemen … Wil je hier meer over horen in je klas? De vzw Bio-

Mens biedt scholen vier interactieve lezingen aan. Chris Thoen komt

er op gewone aanvraag mee naar je klas.

Info en inschrijvingen: www.biomens.eu

Beter lezen met actualiteitLeerlingen kijken meer naar het journaal, grijpen meer naar de

krant en lezen liever teksten, die ze bovendien beter begrijpen.

Tenminste als je ze wekelijks actuele teksten op maat geeft en

daar de juiste leesopdrachten aan koppelt. Dat zijn de conclusies

na het project Nieuwsbegrip dat dit schooljaar van maart tot mei

in tien Vlaamse scholen proef liep. “De lessen begrijpend lezen

zijn eindelijk weer boeiend”, zeggen leraren en leerlingen. En dus

wordt het project uitgebreid: vanaf 1 september kan elke Vlaamse

basisschool én de b-stroom van het secundair onderwijs elke week

aan de slag met actuele artikels op verschillende leesniveaus,

met bijbehorende leesopdrachten. Tot 1 december zelfs gratis

en zonder verplichtingen. Check www.nieuwsbegrip.be

voor meer achtergrond en voorbeelden. Inschrijven doe je via

[email protected]

Zit je met gedemotiveerde leerlingen? Wat zou je ervan denken als ze

opdrachten voor wiskunde, taal of ICT maken terwijl een topsporter

mee over hun schouder kijkt? playing for Success heet deze aanpak.

Het maakt furore in Engeland en Nederland en waait nu ook over naar

Vlaanderen. Het principe: leerlingen (derde graad lager onderwijs en

eerste graad secundair onderwijs) die dreigen uit de boot te vallen,

komen voor acht tot tien sessies samen buiten de schooluren. Ze

krijgen gratis een individueel trainingsplan dat leerachterstanden

helpt weg te werken. Alles speelt zich af in de omgeving van bekende

sporters. Hun input is niet enkel motiveren, maar ook de structuur van

een sportwedstrijd overbrengen: opwarmen, zich inspannen, rusten,

zich inspannen, afkoelen. playing for Success werkt met groepen

MENS:een indringendeen educatievevisie op hetleefmilieu

Dossiers en rubriekendidactisch gewikten gewogen dooreminente specialisten

M i l i eu-Educat ie ,Natuur &Samenlev ing

MENS:een indringendeen educatievevisie op hetleefmilieu

Dossiers en rubriekendidactisch gewikten gewogen dooreminente specialisten

71 Apr-Mei-Jun 09 Driemaandelijks populair-wetenschappelijk tijdschrift

Invasieve soortenOngenode gasten uit vreemde koninkrijken

Afgi

fteka

ntoo

rLeu

ven

1- P

4090

29

= SCHOOLBOUWFORMULE 1isolatie 2keramische bouwmaterialen 3verlichting 4ventilatie 5ramen en deuren

6toegangsoplossingen 7kleur 8vloeren 9bouw & renovatie

leerlingen door hun school geselecteerd.. De leerlingen nemen

vrijwillig deel aan het programma en engageren zich voor het hele

traject. En het effect? Meer zelfvertrouwen, een betere leerhouding,

een steviger zelfbeeld en minder schoolachterstand.

In Antwerpen werkt playing for Success samen met de Artesis en

plantijn hogeschool, basketbalclub Antwerp Giants, Digipolis, de

Stad Antwerpen en Computergebruik op School en Thuis (CST).

Uitbreiding staat in de steigers.

www.playingforsuccess.be

Omdat niet iedere school een zwemschool is, ontwikkelde Eurodal Hydrops

Eurodal bvba - Industrieweg 14 - 2280 Grobbendonk - 014/50 05 91 - [email protected] - www.eurodal.be

Vision on water

®

Belgisch marktleider in betonnen vloerplaten Eurodal pakt uit met Hydrops, een innovatief waterbufferingssysteem. Hydrops combineert fundering, buffering, riolering, verharding, slibopvang en afwerking en biedt zo een doeltreffend antwoord op de problematiek van wateroverlast en waterschaarste.

Voorkomt wateroverlast • Overal toepasbaar • Totaaloplossing • Onderhoudsvriendelijk en controleerbaar • Financieel interessant door totaalconcept

Eurodal realiseerde de schoolterreinen in Malle, Kontich, Koekelare, Antwerpen, Nieuwpoort ....

Adv school_201 x 285.indd 1 2/09/11 14:27

24 iSCHOOL MAGAZINE

Foto: Luc Daelemans

Sport haalt schoolachterstand op

Page 25: iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober November 2011

Omdat niet iedere school een zwemschool is, ontwikkelde Eurodal Hydrops

Eurodal bvba - Industrieweg 14 - 2280 Grobbendonk - 014/50 05 91 - [email protected] - www.eurodal.be

Vision on water

®

Belgisch marktleider in betonnen vloerplaten Eurodal pakt uit met Hydrops, een innovatief waterbufferingssysteem. Hydrops combineert fundering, buffering, riolering, verharding, slibopvang en afwerking en biedt zo een doeltreffend antwoord op de problematiek van wateroverlast en waterschaarste.

Voorkomt wateroverlast • Overal toepasbaar • Totaaloplossing • Onderhoudsvriendelijk en controleerbaar • Financieel interessant door totaalconcept

Eurodal realiseerde de schoolterreinen in Malle, Kontich, Koekelare, Antwerpen, Nieuwpoort ....

Adv school_201 x 285.indd 1 2/09/11 14:27

Sport haalt schoolachterstand op

Page 26: iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober November 2011

18 iSCHOOL MAGAZINE

service

Doe de verkeersquiz met je klas en winHeb je een rijbewijs? Dan kun je allicht de volgende vragen

beantwoorden:

• Als de temperatuur onder de 7° C graden komt, zijn winterbanden

aan te raden. Welke positieve kwaliteit hebben winterbanden?

• Wat is volgens onderzoek het gemiddelde aantal verplaatsingen

per persoon per dag in Vlaanderen in de periode september 2007

- september 2008? Kies een getal van 1 tot 8.

• Wat observeert de politie met de Mobiele Observatie-Auto’s?

Overdreven snelheid, overtredingen op de regel rechts heeft

voorrang of agressief of onaangepast rijgedrag?

Dit zijn enkele voorbeeldvragen waarop leerlingen (en chauffeurs) het

antwoord moeten zoeken als ze meedoen met de Verkeersquiz 2011

van de Universiteit Hasselt. Vorig jaar deden 6500 leerlingen over

heel Vlaanderen er aan mee. Het thema is: risico’s en risicogedrag

in het verkeer. De Verkeersquiz focust op een thema en wil vooral

werken aan verantwoord gedrag in het verkeer. Beantwoord een

maand lang (3-28 oktober) 30 vragen en je maakt kans om in de

prijzen te vallen.

“Leerlingen kunnen de quiz individueel doen of met de klas (derde

graad secundair onderwijs)”, vertelt coördinator Virginie Claes. “We

weten dat leraren hiervoor vaak de vrije ruimte gebruiken en de quiz

gebruiken als startpunt voor discussies over verkeer. Dit schooljaar

kunnen scholen een maand lang alle vragen oplossen, van 3 tot

28 oktober. Alle 30 vragen worden dus in een keer gelanceerd.

Er komt ook een wedstrijd voor jongeren: bedenk een slogan rond

verkeersveiligheid en illustreer die met een originele foto.”

Interesse? Leraren die met hun klas inschrijven, vinden online alle

extra info: doelen, gekoppeld aan vakoverschrijdende eindtermen,

vragen en antwoorden, wetenschappelijke achtergrond en publicaties

… Drive!

www.verkeersquiz.be

moving Forward checkt de veiligste schoolroutesHoe veilig zijn de routes van en naar je school? Vraag het aan je

leerlingen. Meer nog: stuur ze op pad met een digitale camera en

laat ze zelf de knelpunten in kaart brengen. Of nog beter: haal Moving

Forward in huis, een softwareapplicatie voor scholen die digitale

beelden koppelt aan gps, smartphone en Google Maps. Het resultaat

is een schoolbereikbaarheidskaart. Achttien Vlaamse scholen testten

het programma vorig jaar met groot succes uit.

“Er bestaan al lang schoolbereikbaardheidskaarten voor leerlingen

en hun ouders”, vertelt Edith Donders van ontwikkelaar IMOB

(Universiteit Hasselt). “Ze geven knelpunten in het verkeer aan en

alternatieve routes. Maar ze zijn snel verouderd. Moving Forward

zet gps en gis in, in combinatie met smartphones. Scholen kunnen

dat allemaal bij ons lenen. Hoe het werkt? De leerlingen gaan zelf

op pad. Ze brengen knelpunten op hun schoolroute in kaart met

een smartphone. Meteen worden de gps-coördinaten ingeladen.

Eenmaal op school loggen de leerlingen in op de Moving Forward

webapplicatie. Ze zien dan hun eigen punten op een Google Maps-

kaartje en kunnen er extra informatie aan toevoegen. De leraar

selecteert de foto’s, corrigeert de teksten van de leerlingen enz. Hij is

de projectleider van zijn klas of school.”

Het systeem focust op veiligheid. Zo kun je met de applicatie routes

tekenen volgens kleurencodes: groen is veilig, rood is onveilig, geel

staat voor beperkte voorzieningen. “Vooral leraren aardrijkskunde, die

gis en gps in het curriculum hebben, en informaticaleraren zijn er

zeer over te spreken.”

Interesse? Sinds 1 september kun je Moving Forward uitproberen.

Tot 2013 is dat gratis.

www.movingforward.be

De juiste computerhoudingWil je aan leerlingen (en volwassenen) in drie minuten duidelijk

maken wat de beste computerhouding is? In een animatiefi lmpje

bekijk je drie scenario’s die leiden tot nek- en rugpijn, vermoeide

ogen en stramme benen. En wat je daaraan kunt doen.

www.klascement.be/video/31543

(aanmelden is verplicht maar gratis)

Online ondernemerspel voor leerlingenHet idee is eenvoudig: de leerlingen starten een winkel en lopen

meteen tegen dilemma’s aan die een ondernemer dagelijks op zijn

weg ontmoet: investeren in promotie of extra personeel aannemen?

Nieuwe producten in huis halen of het bestaande aanbod versterken

…? Het is aan de klas om de knopen door te hakken. Welke

beslissingen nemen de leerlingen? Wat zijn de gevolgen ervan? plaza

Challenge is een economisch georiënteerd online managementspel

waarmee leerlingen spelenderwijs kennismaken met ondernemen en

met marktprincipes. Het sluit aan bij de leefwereld van jongeren en

geeft leraren de kans om leerstof te concretiseren. Met de zegen

van o.a. Vlajo.

www.plazachallengeschool.nl

Onderwijskiezer maakt kiezen eenvoudiger

Informatie over alle studierichtingen in Vlaanderen, van het basis- tot

het volwassenenonderwijs vind je vanaf nu op Onderwijskiezer. Dat

is een nieuwe website waarop de centra voor leerlingenbegeleiding

(CLB’s) van het vrije, het gemeenschaps-, het provinciale, stedelijke

en gemeentelijke onderwijs alle info bundelen. Via de site komen

leerlingen, studenten en ouders te weten welke school, universiteit of

hogeschool welke studierichting aanbiedt. Alle onderwijsvormen en

-types komen aan bod. Ook alle adressen en toelatingsvoorwaarden

staan erop. Leerlingen die aan hun studiekeuze twijfelen, kunnen op

basis van hun interesses studierichtingen zoeken.

www.onderwijskiezer.be

26 iSCHOOL MAGAZINE

Page 27: iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober November 2011

Bij de intelligentelichtoplossingen van Zumtobel zijnlichtkwaliteit enenergie-efficiëntie perfect metelkaar in balans – inHUMANERGY BALANCE.

www.zumtobel.com/ML

In samenspel met intelligente lichtsturingen ontstaan dynamischeoplossingen die lichtkwaliteit enenergie-efficiëntieoptimaal met elkaarverbinden.

De krachtige LED-productenvan Zumtobel

fascineren door hun hogeefficiëntie, uitstekende

kleurweergave,onderhoudsvrijheid en

aantrekkelijk design.

Een kwantumsprong op het vlak van efficiëntie met een rendement tot 95% voor energiezuinige verlichtingsoplossingen.

De nieuwe generatie van MILD LICHT V begeestert met een geperfectioneerde lichttechniek. Design: James Irvine

Twee optieken en de keuze tussen conventionele lampen of LED-lampen garanderen een bijzonder hoog lichtcomfort.

Page 28: iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober November 2011

28 iSCHOOL MAGAZINE

Bespaar energie en zit comfortabelEnergiekosten wegen zwaar op het budget van scholen. Besparen is dus de boodschap. Goed voor milieu en portemonnee. En dat doen veel scholen ook. Maar weten ze ook dat je met daglichtsturing flink kunt besparen? KaHo Sint-Lieven in Gent rustte twee lokalen uit met daglichtsturing. Twee studenten volgden en evalueerden dit project voor hun eindwerk. Hen hoef je in elk geval niet meer te overtuigen: zij geven groen licht over de hele lijn!

PUBLIREPORTAGE

Foto van een klaslokaal. De mensen op de foto zijn bewust wazig opdat ze niet herkenbaar zouden zijn.

Page 29: iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober November 2011

Lichtexperts installeerden in KaHo Sint-Lieven in Gent drie referentieklassen. In één lokaal bleven de oude rasterarmaturen zitten, in de twee andere klaslokalen monteerden ze de armatuur MILD LICHT V. Omdat er in die lokalen niet alleen dag-, maar ook avondonderwijs wordt georganiseerd, werd een verlichtingssterkte van 500 Lux nagestreefd.

vrIenDeLIjK verBruIKDoor de oude, energieverslindende rasterarmaturen te vervangen door MILD LICHT V. 1/55W, niet dimbaar en met een elektronisch voorschakelapparaat, beperk je het energieverbruik per vierkante meter per jaar tot 40,51 kWh. Kies je voor dimbare armaturen, dan verbruik je zelfs bijna vier keer minder: 10,58 kWh.

aanGename aTmOSFeerNaast de aanzienlijke besparing in verbruik verdeelt MILD LICHT V de lichtsterkteevenwichtig en gelijkmatig in de ruimte. Wanden en plafonds komen bij eenzelfde verlichtingssterkte duidelijk lichter over, waardoor de ruimte aangenaam en vriendelijk oogt. De ruimte nodigt op die manier uit om er te werken en te leren. En zie je toch niet goed wat op het bord staat? Dan is een wallwasher de oplossing: die optimaliseert de leesbaarheid.

OpTImaLe OpLOSSInGWie optimaal wil besparen, kiest voor de schoolkit DIMLITE. Daarmee kun je de optimale hoeveelheid kunstlicht instellen: 500 Lux voor lessen ‘s avonds, 300 Lux overdag en 150 Lux bij projecties. Dankzij een sensor die het daglicht stuurt, bespaar je 50%. Met aanwezigheidssensoren bespaar je nog eens 10%. Die schakelen het licht automatisch uit als er niemand meer in het lokaal is. Het probleem van lichten die een hele dag of nacht blijven branden, is dus verleden tijd. In totaal bespaar je zomaar eventjes 60%! En de graad van comfort gaat er voor studenten (leerlingen) en docenten (leraren) nog fors op vooruit ook.

COrreCTe CIjFerSReclamepraatjes of bespaar je echt zoveel? In KaHo Sint-Lieven volgden Inge Roelandts

en Mieke Van Gils, studenten 4de jaar ingenieur bouwkunde, het project op de voet, als derde luik van hun eindwerk. In twee lokalen werden nieuwe TL-lampen en armaturen geplaatst en in een ervan ook een daglicht- en aanwezigheidssensor. Ze vergeleken het energieverbruik en maakten een financiële analyse, op basis van eenzelfde bezettingsgraad van de twee klaslokalen.“We hielden voor beide lokalen het verbruik in kWh en het aantal branduren bij”, zeggen ze. “Die cijfers liegen dus niet en zijn eerlijke informatie. Dat is effectief hoeveel hier bespaard is. Natuurlijk moet je hierin wel investeren, maar wij vinden dat zeker de moeite waard. Niet alleen wegens de terugverdientijd, maar ook vanuit milieubewustzijn. We namen dit project graag aan als onderdeel van ons eindwerk omdat we niet enkel in de toekomst , maar ook nu zuinig en rationeel moeten (leren) omgaan met energie. We moeten daar nog meer (jonge) mensen toe

Oplossing op maatElk geslaagd project begint bij een analyse van de actuele situatie. De juiste keuze maken vereist correcte informatie. Zumtobel begeleidt u op een professionele manier gedurende het gehele proces. Gratis energie- en lichtadvies of een vrijblijvende prijsofferte? Zumtobel beantwoordt al uw vragen. Mail naar [email protected] met uw contactgegevens en de regionale verlichtingsconsulent van Zumtobel maakt een vrijblijvende afspraak met u.

Meer weten? Download de speciale schoolbrochure via www.zumtobel.be/education. Neem ook eens een kijkje op www.gezondescholen.eu

Bespaar 297 euro per jaarTot 297 euro per jaar kun je besparen op je energiefactuur, als je een klaslokaal uitrust met daglichtafhankelijke sturing en aanwezigheidssensor. Een en ander hangt natuurlijk af van het soort onderwijs (dag- en/of avondonderwijs) en de geïnstalleerde lichtoplossing. Om vooraf te weten hoeveel je kunt besparen, beschikt Zumtobel Lighting – Ecocalc over software die alle gegevens verwerkt en exact berekent hoeveel euro’s je bespaart.

aansporen. De studenten en docenten die deze lokalen veel gebruikten, reageerden in een bevraging alvast positief. Onze hogeschool geeft het goede voorbeeld. Eigenlijk zouden veel meer scholen dat moeten doen.”

29

“KaHo Sint-Lieven geeft het goede voorbeeld door haar keuze voor daglichtsturing. Eigenlijk zou elke school dat moeten doen zodat de jonge generatie ziet dat we niet enkel morgen, maar nu werk moeten maken van rationeel energiegebruik.”

Page 30: iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober November 2011

“Het VTI in Kortrijk bestaat onder meer uit fabriekshalen met gekartelde daken, uit de 19de eeuw”, aldus Francis Catteeuw van Compagnie-O architecten. “In de jaren 30 zijn veel Vlaamse katholieke beroepsscholen uit dergelijke hallen gegroeid. In de jaren 90 besloot de school een masterplan op te stellen voor de toekomst: een plan om te saneren (de kosten voor onderhoud en energie swingden de pan uit) en om de school te renoveren vanuit een totaalconcept. En om het imago van hoogtechnologisch onderwijs te versterken werd het West-Vlaamse Regionaal Technologisch Centrum in deze school ingeplant.” De architect werkte samen met ontwerper Lieven Dejaeghere.

SchoolvoorbeeldenElk trimester flitst de iSCHOOL-fotograaf een merkwaardig

schoolgebouw. Van binnen en van buiten. In deze editie: Het Vrij

Technisch Instituut in Kortrijk.

30 iSCHOOL MAGAZINE

Page 31: iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober November 2011

Schoolvoorbeelden

Het gekartelde dak van het oorspronkelijke lasatelier is eenvoudig, duurzaam en tegen een lage prijs gerenoveerd. Zelfdragende sandwichpanelen rusten op stalen schoren en de doorzichtige platen zijn polycarbonaat kanaalplaten. Ze zijn naar het noorden gericht. Francis Catteeuw: “Dat zie je altijd in ateliers (nijverheid, kunst…), omdat je dan nooit ‘overbezonning’ hebt.”

Het RTC is een heel open gebouw met veel hout en glas. Centraal staat een leslokaal met hangend plafond en metalen kraalgor-dijnen, inclusief beamer, scherm en pc’s met open behuizing. Cursisten leren er de software te gebruiken om de hoogtechnolo-gische robotmachines aan te sturen die naast het lokaal opgesteld staan. “Het is de miniversie van een hoogtechnologische werkvloer.”

Ook een vleugel met klaslokalen is volledig vernieuwd, eveneens met veel glas en hout. “Stalen bouten, ventilatieleidingen en roosters zijn niet weggemoffeld maar duidelijk aanwezig. Ze sluiten aan bij de identiteit van een nijverheidsschool.”

Tekst: Jan T’SasFoto’s: Ivan Mervillie

31

Page 32: iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober November 2011

Wie beslist over de inrichting van een school?Weten scholen die bouwen wat

voor inrichting ze willen? En

wie beslist daarover? Volgens

architect Lieven De Vadder van

het Leuvense bureau AR-TE

hebben scholen nog altijd het

laatste woord.

Wie beslist over de inrichting van een school?Lieven De Vadder: “Als architectenbureau vinden wij het heel belangrijk dat een project op een gestructureerde manier wordt aangepakt. Hierbij is de inhoudsbeschrijving van een lokaal cruciaal. Die geeft ons een duidelijk inzicht in de specifieke behoeften. Zo kunnen wij in de ontwerpfase de oppervlakte functioneel inrichten en de bruto oppervlakte van de school maximaal beperken. Elke vierkante meter kost de school en de overheid veel geld. De beschikbare ruimte moet dan ook maximaal kunnen worden gebruikt. “ Weten scholen goed wat er op de markt te krijgen is?Lieven De Vadder: “Veel hangt af van de mate waarin een school en/of scholengemeenschap op technische vlak gestructureerd zijn. Scholengemeenschappen beschikken vaak over een gecentraliseerde technische dienst met bekwaam en goed opgeleid

PUBLIREPORTAGE

de zones van Vanerum, het openingsbeeld op

www.vanerum.be/architecten

personeel. Het spreekt voor zich dat zulke personen expert zijn in wat er op de markt te krijgen is. Deze scholen zijn dan ook volwaardige gesprekspartners in het ontwerp- en uitvoeringstraject. Bij kleinere scholen heb ik de indruk dat de leidinggevende personen verrassend goed op de hoogte zijn.” Klopt het dat je voor de nieuwe DBFM (Design, Build, Finance andMaintain)-projecten het best zo veel mogelijk inrichting in je bouwplan opneemt om maximale subsidies binnen te rijven?Lieven De Vadder: “Momenteel zijn op ons bureau geen DBFM-projecten in ontwerp of uitvoering. Subsidies binnenrijven vind ik een verkeerde uitdrukking. Schoolgebouwen oprichten houdt in dat wij impliciet bezig zijn met overheidsgeld. Daar moet je altijd zuinig mee omspringen. Maar een schoolgebouw bestaat uit meer dan bakstenen. De inrichting van de binnenruimte moet ook veel aandacht krijgen, zowel op het vlak van duurzaamheid als op het vlak van esthetiek. Wij mogen de Vlaamse overheid dankbaar zijn dat zij de

mogelijkheid biedt om vast meubilair meer te subsidiëren. “ Wie bepaalt de inrichting: de architect of de school? “Elke architect droomt ervan een gebouw te kunnen ontwerpen als een totaalconcept, waarbij hij architecturale visie, functionaliteit, gebruiksvriendelijkheid, sfeer en duurzaamheid tot in de details kan doortrekken. De inrichting vormt dus een belangrijk onderdeel van deze algemene visie. Hierbij kan een gestructureerde wisselwerking met de eindgebruikers (scholieren, leerkrachten, directie, medewerkers) tot heel verrassende resultaten leiden. Wij zijn ervan overtuigd dat boeiende architecturale ruimten, materiaalgebruik, kleurgebruik, natuurlijke lichtinval en goede bouwfysische omstandigheden een ondersteunende bijdrage kunnen leveren aan het algemeen pedagogisch project van de school.”

Bekijk de schoolprojecten van AR-TE via www.ar-te.be, klik door op ‘projecten’ en dan ‘onderwijs’.

32 iSCHOOL MAGAZINE

Page 33: iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober November 2011

Weet wat je uitricht voor je het inrichtHoe bepaal je de inrichting van

een leeromgeving? ‘Wie weet

wat hij wil uitrichten, kan beter

inrichten’, zegt architect Lieven

De Vadder. Bij Vanerum maken ze

het architecten die aan de Scholen

van Morgen werken gemakkelijk

met een online DBFM-kit.

Om te weten hoe je je klas of leeromgeving wilt inrichten, moet je beseffen wat er allemaal in zo’n omgeving kan gebeuren. Net zoals voetbaltrainer Trond Sollied furore maakte door het voetbalveld in zones in te delen en zijn spelers looplijnen bij te brengen, zo deelt Vanerum de leeromgeving in vier zones in. Revolutionair is dat niet, maar het helpt leraren, directies, ICT-coördinatoren en zelfs architecten om structuur te brengen in het complexe gegeven van een leeromgeving. Vanerum onderscheidt vier zones, ingedeeld volgens de verschillende didactische vormen die in een leeromgeving plaatsvinden:

1. de leerkrachtzone;2. de deelnemers zone;3. de gedeelde (media) zone;4. de informele zone.

Om het leerproces optimaal te laten verlopen, moeten er oplossingen gevonden worden voor functionele eisen op het vlak van communicatie, mobiliteit, langdurig zitcomfort enz. Op de site van Vanerum vind je bijvoorbeeld een verrijdbare desk voor de lerarenzone, gemakkelijk herconfigureerbare schoolstoelen en banken met geïntegreerde kabeldoorvoer voor de deelnemerszone, digitale en klassieke schoolborden voor de gedeelde mediazone, uitnodigend loungemeubilair voor de informele zone... Het praktische aan de online DBFM-kit van Vanerum is dat architecten al die producten als vectoriële 2D- of 3D-symbolen kunnen gebruiken. Ook kunnen ze van elk product een uitgebreide technische fiche downloaden. Zo kan elke geïnteresseerde kennis maken met het Salsa loungemeubilair. Ontwerper Bram Boo wou dat in zijn meubel zowel sociale interactie, relaxen als werken zou samenkomen. Of hoe een meubel de grenzen van de zones doorbreekt. Wat zou Trond Sollied daarvan denken?

Meer info over de DBFM-kit van Vanerum: www.vanerum.be/architecten

33

Page 34: iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober November 2011

34 iSCHOOL MAGAZINE

Deze column moet ik schrijven tijdens mijn vakantie. En vakantie staat voor mij gelijk aan niet denken aan scholen in het algemeen en zeker niet aan i-scholen in het bijzonder. Ritueel zet ik alle i-apparaten af om te genieten van oudere technologie - een goed boek – en zo weg te vluchten in een second life.Dit jaar lukt dat niet zo goed, omdat ik een lezing beloofd heb over de toekomst van de bibliotheek of – om het minder bedreigend te zeggen – de bibliotheek van de toekomst. En ik heb ook nog deze column over de leraar van de toekomst beloofd. Toen ik dat vertelde aan vrienden (de meesten staan in het onderwijs), suggereerde iemand dat de toekomst in de klas zat. Tja, antwoordde ik, maar ik moet het over i-dingen hebben. Dan moet je buiten de klas en de school kijken, raadde een andere vriend mij aan. Dat sprak me wel aan. Had ik immers niet een motto van Oscar Wilde gekozen bij een artikel over games: “Weinig ouders slaan tegenwoordig nog acht op wat hun kinderen tegen hen zeggen; de ouderwetse eerbied voor de jeugd is snel aan het uitsterven.”Uit dat citaat spreekt een wijsheid voor de leraar: die moet naast lessen voorbereiden en geven (en zoveel andere dingen, ik weet het) een onderzoeker worden. Dat klinkt ongetwijfeld bekend, waarschijnlijk weinig motiverend en zeker niet sexy. Laat ik die uitspraak wat avontuurlijker maken: de leraar moet een antropoloog worden. Op een moment dat de cultuur rond ons zo grondig verandert, moet hij op bezoek bij de digital natives. We beseffen immers dat jongeren paradoxaal “zich de nieuwe technologieën eigen kunnen maken zonder eerst te hoeven afrekenen met bestaande vooroordelen en attitudes”. Dat schreef Derrick De Kerckhove, de leerling en opvolger van Marshall McLuhan.Eigenlijk had ik iets over McLuhan moeten schrijven, want we vieren vandaag zijn

column

Leraren moeten

antropologen worden

‘Prof. ronald Soetaert

honderdste verjaardag. Van hem is de bekende uitspraak: “the medium is the message”. Een overdrijving maar toch een eye opener die past bij een andere uitspraak van hem: “We shape our tools and then our tools shape us.” En om dat te begrijpen moet de leraar dus de gereedschappen van de digitale cultuur leren kennen en gebruiken, en kijken hoe jongeren die hanteren. Mediawijsheid heeft te maken met dit inzicht. Om wijzer te worden ben ik een antropoloog geworden van de nieuwe media. Ik spring van iPhone naar iPad, van blog naar Facebook. En ik twitter over wat ik op mijn reis zoal vind. En last but not least, ik heb in plaats van een spannende thriller een spannende game gespeeld: Heavy Rain (het regent toch tijdens deze vakantie). Een recensent schreef: de plot van de game is een misdaadthriller “maar het échte detectivewerk in de game gebeurt naar de psyche van de vier hoofdkarakters”.Wat heb ik geleerd? De media veranderen, maar of een mens nu een boek leest, naar de fi lm kijkt of een game speelt, hij blijft een dier dat verhalen vertelt. Leraren dienen zich bewust te worden van hun eigen verhalen en leren luisteren naar verhalen van anderen. Inderdaad, de leraar als een soort antropoloog die probeert te begrijpen, en dat begrip gebruikt om een conversatie op gang te brengen. Een kritische refl ectie, want het lijkt me de taak van een oudere generatie om te verdiepen in plaats van te vernieuwen. Ziedaar mijn voornaamste eindterm voor de lerarenopleiding. Tijdens de vakantie heb ik aan mijn lesvoorbereiding gewerkt. Dat ik eigenlijk gespeeld en mij geamuseerd heb, blijft best tussen ons. Maar het zou meer mogen gebeuren in scholen en universiteiten. Mijn voornemen voor dit schooljaar: een game spelen met de studenten uit de lerarenopleiding, daarover twitteren, en de resultaten in een blog publiceren.

Page 35: iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober November 2011
Page 36: iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober November 2011

directeur Michel Mailliard van het KTA in Dendermonde: “Ik troost me met de gedachte dat iemand die daarin slaagt, iets heeft bijgeleerd. Onze firewall zo instellen dat we een onderscheid kunnen maken tussen leerlingen en leraren is een complexe zaak. Bovendien is er in onze lokalen ’s avonds ook volwassenenonderwijs. Een oplossing hebben we niet meteen.” In het KTA Dendermonde is niet het hele internet beschikbaar, een site als www.facebook.com typ je zonder gevolg in je browser. “Sommige leerlingen zouden anders heel de dag communiceren en spelletjes spelen.”Zoals in elke school lopen er in deze school whizzkids rond: via links met hun thuiscomputer gebruiken ze Smartschool

als netwerkserver. Is het een gek idee om van die stropers boswachters te maken en hen in te schakelen bij informaticabeheer van de school? Mailliard: “Dat doen we af en toe. In het vierde jaar Informaticabeheer zit een leerling zijn jaar voor de tweede keer over. Sinds dit jaar mogen we hem wettelijk vrijstellingen geven voor vakken waarvoor hij al geslaagd is. Die vrijgekomen tijd vult hij nuttig in met informaticataken.”

FILTer vOOr SeKS?Leerlingen, maar ook leraren worden deels aan de digitale leiband gelegd. Een directeur wil anoniem kwijt waarom hij sinds vorig jaar ook zijn leraren de toegang tot Facebook ontzegt. “Een groep leraren kwam stelselmatig te laat in de les. Hun surfgedrag leerde ons dat ze bij het begin van de les nog ingelogd waren op Facebook, vaak om hun profiel te updaten. Daarom die drastische maatregel.” In diezelfde school was half mei trouwens de downloadcapaciteit voor die maand al opgebruikt. “Een leerling of leraar heeft fameus veel films gedownload.”Zijn er scholen die bewust géén filters inbouwen? Ja. De Pleinschool in Kortrijk

“Waarom wel bij Starbucks en niet op school?”

Gratis draadloze en onbeperkte toegang tot het web. Voor menig

café een lokmiddel voor jonge, hippe klanten. Maar scholen die

toch ook vooral jonge klanten hebben, stoppen hun netwerk het

liefst achter een paswoord en sluiten sites als Facebook af. Dat

doen ze niet alleen voor hun leerlingen: ‘Leraren updaten nog liever

hun Facebook-profiel dan op tijd in de les te zijn.’

Een medialokaal in een Vlaamse secundaire school. Leerlingen luisteren per twee aan een pc naar enkele audiofiles van het Radio 1-programma Nieuwe Feiten. Achtergronden bij de dood van Osama Bin Laden. Maar één leerling graaft vrolijk in de broncodes van de pc en noteert cijfers en letters. De leraar onderschept het papiertje. “Het is het paswoord voor onze wirelessverbinding”, zegt de ICT-coördinator. Wat de jongen daarmee wou? “Gewoon ongehinderd spelletjes kunnen spelen. Waarom kan dat trouwens bij Starbucks en niet hier op school?”

wHIZZKIDSDat leerlingen clever genoeg zijn om paswoorden te omzeilen, weet ook

Tekst: Wim De Jonge

36 iSCHOOL MAGAZINE

Page 37: iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober November 2011

bijvoorbeeld. ICT-coördinator Karel Van Dorpe: “Stel dat je een filter instelt op het woord seks. Hoe wil je dan nog ooit zinnig opzoekwerk doen voor bepaalde biologielessen?” Deze school gebruikt Smartschool met voor elke leerling een eigen account en paswoord. “Misbruik schrijf ik voor 99% toe aan nalatig zijn. Sommige leraren gaven hun login aan leerlingen om snel iets op te zoeken. Ik vraag nu om hierop te letten.”

Duur prIjSKaarTjeOok geen filters op woorden in het Sancta Maria Instituut in Leuven, maar sites als Facebook en Netlog zijn er afgesloten. “In de lokalen en open leercentra zijn de computerschermen goed zichtbaar. Wie rare sites bezoekt, wordt snel betrapt”, zegt directeur Willy Lemmens. “Bij een renovatie investeerden we fors in informatica: rapportsysteem, administratie en peda- gogisch platform draaien elk op hun eigen server. Zo zijn de privacygegevens en rapporten veel moeilijker toegankelijk voor ongewilde gasten. Internetveiligheid heeft wel een hoog prijskaartje. De ICT-coördinator mag alle nodige bijscholingen volgen om up-to-date te blijven.”Leuven is een stad vol studenten, voor sommigen onder hen moet een school met een draadloos netwerk een lekkere brok lijken. “Onze servers registreerden inderdaad al pogingen om van onze bandbreedte en downloadcapaciteit te profiteren, maar tot nu toe zonder succes.”

nIeuwe BIjBeLEen repressieve houding tegenover internet is zinloos, vindt Lemmens: “We moeten elkaar daarin opvoeden. Op een infosessie over de internetgevaren komen elk jaar telkens minstens zestig ouders af. Tien jaar geleden proefden leerlingen op school van het web maar thuis konden ze er nauwelijks op. Nu hebben de meesten thuis vrije toegang tot het web. Maar ze zijn weinig kritisch over die info online. Internet is de nieuwe bijbel. Scholen zouden leerlingen ethische principes voor internetgebruik moeten aanleren. Wie beweert dat leerlingen bijvoorbeeld niet pesten via internet leeft op een andere planeet. Ik krijg te maken met leerlingen die een medeleerling bedreigen met Facebook-berichten in de trant van ‘ik maak je dood’. Zo iemand neem ik apart en wijs hem erop dat je in het normale leven met zo’n bedreiging voor de jeugdrechter kunt komen. Dan schrikken ze wel even.’

Moet elke school een hotspot zijn?moeten scholen hun internettoegang al of niet volledig ter beschikking stellen? volgens docent peter Berghmans van memori kun je die vraag vanuit drie invalshoeken benaderen:1. Vanuit een technisch oogpunt kan de school beslissen om de toegang tot het internet te beperken. Hoe meer het internet is afgesloten, hoe minder gevaren zoals virussen. De beschikbare bandbreedte kan ook een argument zijn.2. Vanuit een didactisch standpunt kun je redeneren dat het internet openstellen voor verstrooiing zorgt, waardoor het leertraject wordt verstoord. Maar evengoed kun je stellen dat internet de leeromgeving kleurt en bijdraagt tot een rijke leerervaring.3. Vanuit het pedagogische standpunt kan de toegang tot het internet eveneens een discussiepunt vormen. Dat sites met toegang tot extreem geweld, porno of andere excessen bijdragen tot de educatie van de leerling, kan een school sterk in twijfel trekken. Moeten we leerlingen hier begeleid mee leren omgaan of moeten we hun de toegang ontzeggen?Berghmans ziet geen heil in het technisch afschermen van internet: “Het is vaak een lapmiddel voor een falend internetbeleid. Enkel wanneer de globale veiligheid van het netwerk in gevaar is, zijn technische hulpmiddelen verantwoord. Verder is de vraag niet zozeer of sociale media als Facebook al of niet toegelaten zijn. Beter is na te denken over de manier waarop dergelijke media al of niet gebruikt mogen worden. Afspraken over internetgebruik zijn een onlosmakelijk onderdeel van een goed internetbeleid. Zonder deze basis, is internetsluizen openen of sluiten ondoordacht.”

37

Page 38: iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober November 2011
Page 39: iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober November 2011
Page 40: iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober November 2011

Tekst en foto’s: Bert Vermeulen

Net als zoveel jongeren met autisme kan Willem zintuiglijke prikkels moeilijk verwerken. Daardoor heeft hij vaak moeite met veranderingen, drukke omgevingen en contacten met andere mensen. Dagelijkse situaties betekenen stress. Ook bij een fotoshoot en een interview over wat hij van een squeasevest vindt, dus. Maar de wil om zijn verhaal te vertellen, is heel groot, zegt zijn mama Jolanda. Omdat hij weet dat hij daarmee ook andere kinderen kan helpen.

ruSTGevenDe DruKWe ontmoeten Willem, mama Jolanda, juf Saskia en Katrien Ploegmakers van Squease Limited na de schooluren in zijn klasje in De Taalbrug in Eindhoven. Een

hem vertrouwde en rustige omgeving. Voor hij antwoordt, denkt Willem lang na, maar eigenlijk lees je zo van zijn gezicht af of hij iets leuk of vervelend vindt. Dat hij straks uitzonderlijk met de auto mee naar huis kan, is voor hem een feest en dat vooruitzicht stemt hem vrolijk. Of hij het squeasevest even wil aantrekken om te tonen hoe het werkt? Zijn gezicht straalt. Het is al van februari geleden dat hij het vest drie weken uitprobeerde. Een blij weerzien dus.

STevIGe KnuFFeLSquease is een woordspeling: to squeeze is Engels voor samendrukken, stevig vasthouden; to ease betekent kalmeren, tot rust brengen. “Als Willem de bus neemt

naar school, gebruikt hij een zwaar kussen op zijn schoot om rust te ervaren”, vertelt zijn mama. “Hij slaapt ook met een zwaar kussen bovenop zijn dekbed. Maar er zijn nog tal van andere situaties die hem onder spanning brengen en waarvoor hij geen zwaar kussen bij de hand heeft.” Het squeasevest, een vest dat je kunt volpompen met lucht, kun je als een permanent kussen beschouwen. “Net zoals Willem diepe druk creëert met een zwaar kussen om te kunnen slapen en om zich op de bus af te schermen van te veel prikkels, genereert het squeasevest een diepe druk op het bovenlichaam”, legt Katrien Ploegmakers uit. “Die druk geeft kinderen met ASS verlichting in stressvolle situaties. Bovendien kunnen ze zelf bepalen wanneer

onder de

scanner

Squeasevest knuffelt stressleerlingenBijna elke dag gaat Willem (11) met de bus naar school. Voor deze

knaap met autismespectrumstoornis (ASS) betekent dat bijna

dagelijks stress. Ook op school en in zijn vertrouwde thuisomgeving

voelt hij veel druk. Hoe houdt een squeasevest hem boven water als

hij kopje onder dreigt te gaan?

“Het voelt aan als een stevige knuffel. Da’s fi jn!”

Willem heeft autismespectrumstoornis en kan zintuiglijke prikkels moeilijk verwerken. Daardoor heeft hij vaak moeite met veranderingen, drukke omgevingen en contacten met andere mensen.

40 iSCHOOL MAGAZINE

Page 41: iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober November 2011

én hoeveel druk ze willen. Op die manier wordt het leven buiten en op school een stuk aangenamer. Tests wijzen dat uit en de jonge proefkonijnen reageerden positief: ‘Ik wil dit de hele dag dragen’ … ‘Het voelt als een stevige knuffel’ ... Bovendien is het vest modieus: pubers willen niet opvallen, maar erbij horen. Daarom komen er modellen voor verschillende seizoenen en gelegenheden. Het is een fl ink houvast

Squeasevest knuffelt stressleerlingen

voor een grote groep mensen met ASS.”

aFSTuDeerprOjeCTHet idee ontstond eerder toevallig, vertelt Ploegmakers. “Voor onze opleiding Innovation Design Engineering in Londen zochten we een afstudeerproject. Een Engels neefje van een collega-afstudeerder heeft autisme. Voor hem en de vijf miljoen andere mensen met autisme in Europa

(ca. 1 op 100 kinderen) zijn er weinig specifi eke producten. Via gesprekken met jongeren met een vorm van autisme en hun ouders, begeleiders, leraren en therapeuten kwamen we op het idee van het squeasevest. Er kwam een uitgebreide proefperiode. We wonnen er prompt internationale prijzen mee. Super, maar vooral een waardering voor waar je mee bezig bent.”

DaGBOeK“Voor Willem was het vest meer dan een hulpmiddel zoals een kruk of een hoorapparaat”, aldus mama Jolanda. “Het vest was er gewoon. Twee weken lang heeft hij het dag en nacht gedragen. Ik had er wel wat schrik voor dat hij het altijd zou opblazen, maar hij voelde meestal heel goed aan wanneer hij dat het best deed of wanneer hij het beter kon laten leeglopen. Als ik nu in het dagboek lees dat ik toen bijhield, besef ik nog meer dat het voor hem een houvast was wanneer hij dat nodig had. Zo is warm eten voor hem elke dag een gevecht. Omdat hij sensorisch zo

Dagboek van een vest

Drie weken lang probeerde Willem het squeasevest uit. Even lang hield zijn

mama een dagboek bij. Enkele opvallende fragmenten:

Willem heeft het vestje opgeblazen toen hij ging slapen. Hij vond het erg

fi jn, vertelde hij vanochtend. Ik ben ’s nachts een keer gaan kijken en toen

was het vestje leeg. Hij was ’s nachts naar het toilet gegaan en had het

naderhand weer opgeblazen, zei hij. Dat hielp hem om weer vlot in slaap te

vallen, wat zonder vest vaak niet lukt.

Het is me opgevallen dat Willem het vestje toch wel geregeld opblaast en

laat leeglopen. Ik kan moeilijk inschatten hoe vaak dat gebeurt per dag, mis-

schien wel twintig keer. Hij heeft een duidelijke voorkeur voor een opgebla-

zen vestje en heeft inmiddels ontdekt hoe hij ook onder zijn jas het pompje

kan bedienen. “Da’s fi jn voor in het busje”, zegt hij.

Willem geeft zelf aan dat hij ’s ochtends (klaarmaken school) en bij het toi-

letbezoek veel meer rust had dankzij de druk van het vestje. Over verschil-

lende andere momenten zegt hij dat hij op de druk van het vestje let, en

daardoor minder hoeft te letten op de drukte of geluiden om hem heen.

Hij wil het voor zijn verjaardag vragen op 13 juni. Dus: go for it, Squease-

team! Ik wil bestellen!

Jolanda: “Voor Willem is warm eten elke dag een gevecht. Met het squeasevest aan lukt het iets beter.”

41

Page 42: iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober November 2011

gevoelig is, doen geuren en smaken hem kokhalzen. Met het vest ging warm eten nog altijd wel erg moeizaam, maar toch iets beter. Dankzij het vest kan Willem in spanningssituaties vermijden dat de druk te groot wordt. Het voorkomt frustraties.”

SpeCIaaL OnDerwIjSWillem zit in de Combi G-klas in De Taalbrug, een school met speciaal onderwijs voor kinderen met hoor- spraak- en/of taalproblemen. Met zijn dertienen zitten ze in zijn klas, tien jongens en drie meisjes. Willem en nog vier andere kinderen hebben ASS. Wat is Willems juf Saskia in die proefperiode opgevallen? “In onze school bouwen wij sowieso veel stilte- en rustmomenten in”, vertelt Saskia Brouwers. “Voor de meeste kinderen is dat nodig om goed te kunnen functioneren. Zo zijn ze gewend om te werken met onze geluidsmeter. Die geeft met een cijfer aan hoeveel geluid er mag worden gemaakt. De kinderen weten precies

wat elk cijfer betekent. In de klas zijn er een aantal individuele werkplekken. De kinderen kunnen gebruik maken van een hoofdtelefoon die omgevingsgeluiden dempt. Willem gebruikt een hoofdtelefoon met muziek. De kinderen staan open voor de problematiek van de anderen en weten waarom iemand zus of zo reageert. Toen Willem op school dat vestje droeg, hebben we erover gepraat en vragen beantwoord. Dan was dat voor iedereen heel gewoon. Ik stond er van te kijken hoe goed Willem kon inschatten wanneer hij het vest moest opblazen of leeglaten.”

nevenwerKInGenHeeft de proefperiode met het squeasevest ook nevenwerkingen? “Absoluut”, knikt mama Jolanda, “maar vooral positieve. Het vest helpt niet enkel bij hoogspanning, maar zorgt ook voor ontspanning. Daardoor was Willem in die periode opgewekter, hij kon de wereld beter aan.” “Dat komt”, vult Katrien Ploegmakers aan,”doordat die

diepe druk een neurotransmitter vrijmaakt waardoor je rustiger wordt en een andere neurotransmitter waar je vrolijker van wordt. Vergelijk het met een baby die je lekker in een doek inbakert. Of met het gevoel van een stevige knuffel waar jonge proefpersonen het over hebben.”

[email protected]

Juf Saskia: “Ik vond het opmerkelijk hoe goed Willem kon inschatten wanneer hij het vest moest opblazen of laten leeglopen.”

“Straks hoef ik geen zwaar kussen meer op mijn schoot in de bus”

42 iSCHOOL MAGAZINE

Page 43: iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober November 2011

Meer informatie: modulyss® | T +32 (0)52 45 72 11 | [email protected] | www.modulyss.com

IN-GROOVE, de sleutel tot een gezonde leeromgevingEen gezond binnenklimaat in het klaslokaal is van fundamenteel belang. Optimale luchtkwaliteit draagt bij tot een gunstige leeromgeving en bevordert het welbevinden en comfort. Onderzoek toont aan dat de concentratie van fi jnstof in klaslokalen toeneemt en de luchtkwaliteit ernstig aantast. Dat kan leiden tot ontwikkeling van astma, vermoeidheid en onoplettendheid met verminderde leerprestaties tot gevolg. Het is dus essentieel om de hoeveelheid fi jne stofdeeltjes in het klaslokaal te reduceren. modulyss® heeft het antwoord op deze problematiek: IN-GROOVE. Tapijttegels die maar liefst zes keer beter zijn in het opvangen en het vasthouden van fi jnstof dan harde vloeren. IN-GROOVE vormt hiermee de meest geschikte oplossing voor veel belopen ruimtes zoals schoolgebouwen, gangen en inloopzones. Want luchtkwaliteit is levenskwaliteit.

styles in carpet tiles

MODUL_1136-7_AD_INGROOVE_iSchool_201x285_NL_1.indd 1 1/09/11 10:01

Page 44: iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober November 2011

Het octopusgevoel van een ICT-team

Tekst: Wim De JongeFoto: Luc Daelemans

“Spreek me niet aan!” Met die gelaatsuitdrukking loopt de

overbevraagde ICT-coördinator door de gangen van veel scholen.

In het Maria Assumptalyceum in Laken is dat niet zo. Daar is de

ICT-coördinator een ploeg van acht aanspreekbare gezichten. “Als

ICT-coördinator kun je je een octopus voelen die te kort schiet,

maar bij ons vinden zijn armen overal greep.”

Vier lesuren per week één licentiaat/master lesvrij maken. Dat is ongeveer het ICT-coördinatiepakket dat de overheid toekent aan de zeshonderd leerlingen van het Maria Assumptalyceum in Laken. De overheid is niet genereus maar ook niet veeleisend. Om effectief aan die luttele uren te komen, moet de school enkel laten weten dat ze een ICT-samenwerkingsverband organiseert met andere scholen. Volgens de overheid gebeurt dat nog te weinig, maar dat is een ander verhaal. Over wat een ICT-coördinator moet kunnen of doen, zegt de overheid niets, behalve dit ruim te interpreteren zinnetje: “Het is uiteraard wel de bedoeling dat de ICT-coördinator taken opneemt ten gunste van het leerproces van de leraar en de leerling.” Over het feit dat een ICT-coördinator misschien vooral samenwerkingsverbanden binnen de school zou moeten stimuleren, zwijgt de overheid eveneens. “Collega”s

44 iSCHOOL MAGAZINE

professionaliseren is nochtans een van de meest zinvolle taken”, zegt Elke Van Hoeymissen, een van de acht leden van de ICT-werkgroep in deze Lakense school.

BIOLOGIe en FySICaTot vorig schooljaar had de Lakense school ook één ICT-coördinator, maar toen besloot algemeen directeur Stijn Van Eynde het over een andere boeg te gooien. Hij richtte een ICT-werkgroep op en verdeelde de zogenaamde BPT-uren (uren voor Bijzondere Pedagogische Opdrachten) over verschillende leraren. Onder anderen leraar wetenschappen Peter De Troyer klopte meermaals op de directiedeur: “Al sinds 1987 heb ik een pc. Ik heb ICT voortdurend in mijn lessen biologie en fysica geïntegreerd. Waren het trouwens geen fysici van het CERN die het internet hebben ontwikkeld? (lacht) Ik heb een pak ervaring die ik graag met mijn

collega”s wil delen. De directie heeft me daarvoor nu vier lesuren per week lesvrij gemaakt. Dat zie ik als een welgekomen loopbaandifferentiatie.”

STraK verGaDerpLanNet als De Troyer kregen nog andere collega”s BPT-uren, maar in plaats van ze elk hun ding te laten doen, plaatste directeur Van Eynde ze samen in een werkgroep. Leraar haartooi en schoonheidszorg Kim Weyenberg: “Het oprichten van een werkgroep is niet nieuw in deze school, die cultuur zit er stevig ingebakken. Met de ICT-werkgroep komen we elke twee weken samen. We houden ons aan een strak vergaderplan: eerst bespreken we wat we gedaan hebben, dan waarmee we nu bezig zijn en vervolgens wat onze plannen zijn.” Leraar wiskunde en informatica Elke Van Hoeymissen vult aan: “Ieder lid van de werkgroep is aanwezig op vakraden en probeert daar de collega’s te professionaliseren in hun ICT-gebruik. “Alle ICT leden zijn het aanspreekpunt voor vakgroepen. Als een vakgroep (of gewoon ook collega) een probleem heeft dat met ICT te maken heeft, kunnen ze de hun toegewezen ICT-verantwoordelijke aanspreken. Dat zijn soms eenvoudige dingen: grafieken in Excel gebruiken voor economie bijvoorbeeld. Soms organiseren we interne vormingen, zoals over het gebruik van het smartboard.”

vIer GrOTe TaKenDat een ploeg in plaats van één persoon de taken van een ICT-coördinator op zich neemt, lijkt niet meer dan logisch. Uit een onderzoek van de vakgroep Onderwijskunde van de Universiteit Gent blijkt namelijk dat de taken van de ICT-

ICT-coördinatie blijft een mannenzaakOok al vervrouwelijkt het onderwijzend personeel, de uren voor ICT-coördinatie gaan toch grotendeels naar mannen. Dat blijkt uit cijfers van de Afdeling Arbeidsvoorwaardenbeleid van het Ministerie voor Onderwijs en Vorming (schooljaar 2008-2009):- In het secundair onderwijs (en volwassenen- en deeltijds kunstonderwijs) krijgen 1144 personeelsleden uren voor ICT-coördinatie. Die zijn goed voor bijna 259 voltijdse jobs. 209 jobs gaan naar mannen, 50 naar vrouwen. - In het basisonderwijs zijn er 1827 personeelsleden met ICT-coördinatie in hun takenpakket. Zij zijn goed voor net iets meer dan 431 voltijdse jobs. 330 jobs gaan naar mannen, 131 naar vrouwen.

Page 45: iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober November 2011

45

coördinator te complex en te uitgebreid zijn voor één persoon. De ICT-coördinatoren van het Vlaamse basisonderwijs zien vier grote taken in hun opdracht (en we mogen aannemen dat die taken in het secundair onderwijs gelijkaardig zijn):1. Plannen - bijvoorbeeld een ICT-visie opstellen in samenwerking met het schoolteam;2. Budgetteren - bijvoorbeeld beslis- singen nemen over de aankoop van hardware en software;3. Technisch ondersteunen - bijvoor- beeld hardware en software installeren;4. Pedagogisch-didactisch ondersteunen - bijvoorbeeld interne nascholingen organiseren voor leraren.De ICT-coördinatoren geven aan dat ze in de praktijk vooral technisch en pedagogisch-didactisch ondersteunen en veel minder plannen en budgetteren. Volgens hen

kruipt er te veel tijd in de technische ondersteuning en zouden ze liever meer pedagogisch-didactische ondersteuning willen geven.

eLKe LeerLInG een LapTOpVolgend schooljaar wil het Maria Assumptalyceum in één testklas elke leerling een laptop geven. Op termijn wil de school dat elke leerling een laptop heeft. Volgens directeur Van Eynde is de doorgedreven aandacht voor ICT meer

dan een publiciteitsstunt: “ICT blijft een middel, nooit een doel op zich. Als school vinden we onze internationale dimensie heel belangrijk. We hebben daarom bijvoorbeeld een uitwisselingsprogramma met een school in Kenia. De ICT-werkgroep zoekt mee om dat op een zinvolle manier te doen. Dankzij hun werk zal er binnenkort videoconferencing tussen onze leerlingen en hun leeftijdsgenoten in Kenia mogelijk zijn.” Wie zouden trouwens de ICT-coördinatoren in Kenia zijn?

“Eindelijk tijd om collega’s te helpen”

KIM PETER TIM ELKE INGEALEX STEF

Geen coördinator, wel een werkgroep. Sinds vorig schooljaar is in het Maria Assumptalyceum in Laken niet één ICT-coördinator maar een ICT-werkgroep. Zeven daarvan staan op de foto. Ze verdelen de taken als volgt:

Kim Weyenberg is ICT-coördinator van de B-stroom van de eerste graad en leraar haartooi, schoonheidszorg en informatica.Peter De Troyer heeft als leraar wetenschappen vier BPT-uren voor zijn werk in de ICT-werkgroep. Stapte zelf naar de directie omdat hij zijn ICT-kennis met collega”s wilde delen.Alex Smets is de man van de logistiek. Hij verkent de markt, sluit contracten af en doet de dienst na verkoop. Werkte vroeger als logistiek manager voor een Chinees bedrijf.Tim Van Steenwinkel is de ICT-coördinator. Hij installeert hard- en software, stelt stap-penplannen op voor de smartboarden enz.Stef Huybrechts is ICT-coördinator voor de A-stroom van de eerste graad en leraar wiskunde, fysica en chemie. Om de twee weken hebben de leerlingen van de eerste graad ICT-vaardigheid, de andere week sociale vaardighedenElke Van Hoeymissen is leraar wiskunde en informatica. Ze heeft twee BPT-uren en ziet het professionaliseren van collega’s als haar voornaamste taak.Inge Hermans is smartschoolbeheerder en leraar informatica, aardrijkskunde en sociaal-economische initiatie. Zij heeft vijf BPT-uren.Inge Hermans is smartschoolbeheerder en leraar informatica en sociaaleconomische initiatie. Ze heeft vijf BPT-uren.

Page 46: iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober November 2011

inTrIeST nOOrweGen

Wim KeeremanLeeftijd: 40 Leraar internationale school Stavanger, NoorwegenSpreekt zeven talen maar wordt sprakeloos van het voetbal van Barcelona.

“De directeur verwees in zijn openingstoespraak wel naar het drama dat Breivik aanrichtte, maar voor het overige is het schooljaar hier vrij gewoon begonnen. Dat komt, denk ik, doordat we aan het eind van het vorige schooljaar een leerling verloren hebben. Tijdens een internationaal rugbytoernooi op school zakte hij voor de ogen van leerlingen, leraren en ouders in elkaar. Intriest is dat. Natuurlijk heeft ook het Breivik-drama me aangegrepen. Op het moment van het drama was ik met vakantie in het buitenland. Noorwegen speelt een belangrijke rol bij vredesonderhandelingen maar is anderzijds actief in Afghanistan en bombardeerde mee in Libië. Ik verwachtte ooit wel een aanslag van Al Qaeida. Maar dat een Noor dit zou doen, had ik niet zien aankomen. Mijn tienjarige zoontje Andreas zei dat hij blij was dat het een Noor was, omdat iedereen anders kwaad zou zijn op al die onschuldige moslims die hier wonen en omdat het idee van een aanval van buitenaf hem heel ongerust zou maken. Wat een analyse! Ik heb verschillende keren geweend bij het zien van beelden, Youtube-clips of bij het lezen van de verhalen in de krant. Toen ik koning Harald zag wenen, toen Stoltenberg zijn fantastische toespraak hield enkele dagen na de aanslagen, en opnieuw tijdens de herdenkingsplechtigheid. In de school van Andreas hielden ze op de tweede dag van het schooljaar een herdenkingsceremonie. In een school hier in de buurt staat in elke klas een rode roos. Een meisje uit Stavanger is gestorven op het eiland, en er is ook een tiental overlevenden uit Stavanger. Hun scholen zijn natuurlijk dieper op de materie ingegaan. De Noorse regering heeft begeleidend pedagogisch materiaal en advies naar alle scholen gestuurd. Geen luxe bij het herbeginnen van een schooljaar na zo´n nationale tragedie.”

inTrIGerenD KOpenHaGen

Caroline FlorquinLeeftijd: 29Architect bij Atelier KyotoLoopt de marathon van Berlijn, droomt van een volledige triatlon

“Kyoto is meer dan zomaar een goed klinkende naam. Ons bureau probeert echt ecologisch te denken. Een passiefhuis krijgt voorrang op een verbouwing, een verbouwing gaat boven een nieuwbouw. We verkiezen projecten die dicht bij ons bureau zijn en hebben een bedrijfswagen met de laagste CO2-uitstoot. Sommige klanten bestoken ons tijdens het bouwproces met de nieuwste ontwikkelingen: een spiegel die warmte geeft, zodat je geen radiator in de badkamer nodig hebt, een douchebak waarbij het wegstromende water warmte geeft aan het opkomende water … Leren van je klanten kan dus. Net zoals reizen me inspireren. In Kopenhagen heb ik urenlang rondgefi etst. Op geen enkel moment dacht ik: oei, nu ben ik in een achtergestelde buurt beland. Die zijn er gewoon niet. De mensen wonen er klein maar hebben wel veel kwaliteit in de plaats gekregen. Overal groen. Gemeenschappelijke tuinen met speeltuigen, een zwembad. Een baby kan er met gemak slapen terwijl zijn ouders in de woning bezig zijn, want de andere bewoners letten even op hem. Het is een intrigerende stad, want ook al heeft hij de hoogste levenskwaliteit, toch is er nog ruimte voor tegencultuur. Christiana heet de stad-in-de-stad waar een vrolijke hippiesfeer hangt. Ik heb er de meest geweldige huizen gezien. Zo’n reis geeft je zuurstof om anders te durven denken. Wat doe je dan als een gemeente vraagt om een polyvalente zaal op een speelplaats te bouwen? Je stopt de zaal onder de grond, zo houden de kinderen hun speelplaats!”

inSpIrerenDe vOrmInG

Bart HoogwijsLeeftijd: 26Leraar (bedrijfseconomie) en boekhoudenKijkt uit naar het moment dat een dag langer dan vierentwintig uur duurt

“Zowel in de klas als op de atletiekpiste probeer ik vernieuwing te brengen. In de atletiekclub gebruiken we allerhande spelvormen om kinderen te doen lopen, springen en werpen. Niet iedereen hoeft een Tia Hellebaut te worden, maar elk kind heeft wel recht op een brede en inspirerende vorming. Op school is dat niet anders. Ik geef dan wel geen informatica maar vind het toch belangrijk om mijn leerlingen één uur per week naar de computerklas mee te nemen. Mijn voornaamste streefdoel is dat ze de meerwaarde van informaticatoepassingen leren inzien en gebruiken. Soms krijgen ze in hun handboek twintig keer dezelfde boekhoudkundige bewerking voorgeschoteld. Dan ga ik samen met hen op zoek naar een manier om dat sneller en effi ciënter te doen. In plaats van hun voor te kauwen dat ze dan Excel moeten gebruiken, hoop ik op leerwinst doordat ze zelf tot die oplossing komen.”

Waarvoor staat de i in iSchool?

Drie lezers vertellen welke i in hun leven belangrijk is.

Welke i is belangrijk in jouw leven? Laat het ons weten. Mail naar [email protected]

46 iSCHOOL MAGAZINE

lezersschrijven

schoolperikelen

Page 47: iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober November 2011

Hoe gezond ademt uw school ?

Recente onderzoeken tonen aan dat het huidige binnenmilieu in vier van de vijf basisscholen ongezond is. Dit is meestal te

wijten aan ontoereikende ventilatie van de klassen.

Zehnder Group Belgium helpt scholen om het binnenklimaat te verbeteren met behulp van energiezuinige ventilatiesystemen.

Een goed geventileerde school is immers een gezonde school waar het goed is om te leren en te werken.

Voor meer info, kijk op www.zehnder.be of www.gezondescholen.eu.

Koeling Ventilatie LuchtzuiveringVerwarming

Zehn_StorkAir_adIschoolNL0511.indd 1 16/05/11 16:30

Page 48: iSCHOOL | Het Netoverschrijdend Medium Over Innovatie in Infrastructuur en Ict | September Oktober November 2011

Partners for the Future

www.cordeel.eu