Integraalrekening 1 les 1
-
Upload
bart-habraken -
Category
Education
-
view
346 -
download
0
Transcript of Integraalrekening 1 les 1
10 februari 2015
Calculus 3: Integraalrekening 1Integrals and applications of IntegrationBart Habraken ([email protected])
01
Modulewijzer
✤ Studielast: 112 sbu = 4 ECTSDat betekent ongeveer 7 uur huiswerk per week!
✤ Studiemateriaal: - Single Variable Calculus (7th) - Digitale leeromgeving: www.webassign.net
✤ Voorkennis: Calculus 1 en 2 dienen goed beheerst te worden.
01
Modulewijzer
✤ Werkwijze:Tijdens de lessen behandelen we iedere week ongeveer 2 paragrafen en oefenen daar ook direct mee. Daarnaast bespreken we iedere week een aantal huiswerk opgaven (aan te wijzen door jullie). Thuis dient men de stof verder in te oefenen!!!
✤ Studieschema: week 1: Appendix E, §5.1 en § 5.2 week 2: §4.9 en §5.3 week 3: §5.4 en §5.5 (part 1) week 4: §5.5 (part 2) en review chapter 5
✤ De opdrachten: De opdrachten die we maken staan in de modulewijzer
week 5: §6.1week 6: §6.2week 7: §6.5week 8: herhalen
01
Modulewijzer
✤ Toetsing:Toetsing vindt plaats door middel van een tentamen na periode 3 (herkansing: periode 4). Bij deze toets is een grafische rekenmachine NIET toegestaan.
✤ vragen/opmerkingen:[email protected] of dinsdag vanaf 17.30 aanwezig.
✤ Deze presentaties: Zie: www.slideshare.net/barthabraken
✤ Ewa omgeving: klascode: 6870 4747
Integreren
✤ optellen vs. aftrekken
✤ vermenigvuldigen vs. delen
✤ kwadrateren vs. wortel trekken
✤ differentiëren vs. integreren
Integreren: waarom?✤ Hoeveel moet een aannemer vragen voor een bouwproject wat hij nog nooit
eerder heeft uitgevoerd?
✤ Hoeveel mensen hebben er gewerkt aan de piramide van Cheops als deze in 20 jaar gebouwd is?
✤ Wat is de formule van de inhoud van de bol?
✤ Hoeveel kracht is er nodig op een spaceshuttle los te krijgen van het aardmagnetisch veld?
✤ Hoeveel energie kost het op een lift met 8 personen van de begane grond naar de 16e verdieping te vervoeren?
✤ Hoe groot is de kans dat de vulmachine bij Coca Cola de flessen te vol vult?
✤ Hoe gaat de wereldbevolking tot 2050 zich ontwikkelen?
Integreren: Wat is het?
Integreren is het omgekeerde proces van differentiëren.
Integreren is oppervlaktes onder grafieken uitrekenen.
En wat het precies is, dat ga je deze module leren!
a)
b)
c) arcsin is continu dus:
d)
limx→2
−3x2 +126 − 3x
= limx→2
4 − x2
2− x= limx→2
(2− x)(2+ x)2− x
= limx→22+ x = 2+ 2 = 4
Uitwerkingen stencil 1
limx→2
x3 − 2x + 32x + 4
= 23 − 2 ⋅2+ 32 ⋅2+ 4
= 8 − 4 + 38
= 78
limx→1arcsin 1− x
1− x⎛
⎝⎜
⎞
⎠⎟ = arcsin lim
x→1
1− x1− x
⎛
⎝⎜
⎞
⎠⎟
⎛
⎝⎜
⎞
⎠⎟
= arcsin limx→1
1− x
(1− x)(1+ x)
⎛
⎝⎜
⎞
⎠⎟
⎛
⎝⎜
⎞
⎠⎟ = arcsin lim
x→1
11+ x
⎛⎝⎜
⎞⎠⎟
⎛
⎝⎜⎞
⎠⎟
= arcsin 11+1
⎛⎝⎜
⎞⎠⎟= arcsin 1
2⎛⎝⎜
⎞⎠⎟= π6
limx→∞
x2 + x − 43x2 − x −10
= limx→∞
x2
x2+ xx2
− 4x2
3x2
x2− xx2
− 10x2
= limx→∞
1+ 1x− 4x2
3 − 1x− 10x2
= 1+ 0 − 03 − 0 − 0
= 13
e)
f)
g)
f '(x) = 4x3 − 9x2 + 2+18x−4 = 4x3 − 9x2 + 2+ 18x4
Uitwerkingen stencil 1
f '(a) = limh→0
f (a + h)− f (a)h
= limh→0
(1+ (a + h))2 −1− ((1+ a)2 −1)h
= limh→0
(1+ a + h + a + a2 + ah + h + ah + h2)−1− (1+ 2a + a2 −1)h
= limh→0
a2 + h2 + 2ah + 2a + 2h − (2a + a2)h
= limh→0
h2 + 2ah + 2hh
= limh→0h + 2a + 2 = 0 + 2a + 2 = 2a + 2
g '(x) = e2x⎡⎣ ⎤⎦'x + e2x x⎡
⎣⎤⎦'= 2e2x x + e2x
2 x= 2e2x x + e
2x x2x
⎛
⎝⎜
⎞
⎠⎟
Negatieve exponenten wegwerken!
Wortels in de noemer wegwerken!
Uitwerkingen stencil 1
h) h '(t) = t3 t − t + x⎡⎣
⎤⎦'− t − t + x( ) t3⎡⎣
⎤⎦'
t3( )2=
t3 1− 12 t
⎛⎝⎜
⎞⎠⎟− t − t + x( ) 1
3 t 23
t 23
=t3 − t3
2 t− t
3 t 23+ t
3 t 23− x
3 t 23
t 23= t3
t 23− t3
2 t t 23− t
3 t 43+ t
3 t 43− x
3 t 43
= 1t3− 12 t56
− t
3 t 43+ 13 t56
− x
3 t 43
⎛
⎝⎜⎞
⎠⎟
i)
j)
k) m.b.v. l’Hospital:
= cos(2x) ⋅2 ⋅cos(2x)+ sin(2x) ⋅ −sin(2x) ⋅2
Uitwerkingen stencil 1
i '(x) = sin(2x)⎡⎣ ⎤⎦'cos(2x)+ sin(2x) cos(2x)⎡⎣ ⎤⎦
'
j '(x) =ln(x)5 sin(ln(x))⎡⎣ ⎤⎦
'− ln(x)5⎡⎣
⎤⎦'sin(ln(x))
ln(x)5( )2
limx→∞
ln(x)x3
= limx→∞
1x1
3x23
= limx→∞
3x23
x= limx→∞
3
x13
= limx→∞
3x3= 0
Breuk in een breuk wegwerken
=
ln(x)5 ⋅cos(ln(x))x
− sin(ln(x))
5x ln4(x)5
ln2(x)5= 5ln(x) ⋅cos(ln(x))− sin(ln(x))
5x ln6(x)5
⎛
⎝⎜
⎞
⎠⎟
= 2cos2(2x)− 2sin2(2x)
Sigma notation
Ik ben lui.
Wiskundige zijn lui.
De mensheid is lui.
Daarom is wiskunde uitgevonden.
Zit er een verband tussen de getallen 2, 4, 6, 8, 10, 12, …?
Kunnen we die rij korter opschrijven?
Kunnen we de reeks (optelling van de rij) korter opschrijven?
Sigma notation
2, 4, 6, 8, …
= 2, 2 + 2, 2 + 2 + 2, 2 + 2 + 2 + 2, …
= 1 x 2, 2 x 2, 3 x 2, 4 x 2, …
= m x 2 met m∈Z0+
Sigma notation
Maar hoe gaan we deze reeks opschrijven?
2 + 4 + 6 + 8 + 10 + …
Daarvoor gebruiken we de sigma-notatie:
De sigma-notatie betekent: reken alle elementen uit en tel ze bij elkaar op. Begin daarbij met i = 1 en stop zodra je bij de n-de waarde bent aangekomen.
2ii=1
n
∑
2ii=1
5
∑2ii=1
5
∑ = 2+ 4+ 6+8+102ii=1
5
∑ = 2+ 4+ 6+8+10 = 30
Voorbeeld 1
voorbeelden:
Dit geldt altijd zo!
2i + 2i2i=0
3
∑2i + 2i2i=0
3
∑ = 0+ 4+12+ 24 = 40
2 i + i2i=0
3
∑2 i + i2i=0
3
∑ = 2(0+ 2+ 6+12) = 2 ⋅20 = 40
2ii=0
3
∑ + 2i2i=0
3
∑2ii=0
3
∑ + 2i2i=0
3
∑ = (0+ 2+ 4+ 6)+ (0+ 2+8+18) = 12+ 28 = 40
Sigma notation
Bewijs dat:
Er geldt:
Maar ook:
De som hiervan is:
ii=1
n
∑ = n(n+1)2
ii=1
n
∑ = 1+ 2+ ...+ (n−1)+ n
ii=1
n
∑ = n+ (n−1)+ ...+ 2+1
2 ii=1
n
∑ = (n+1)+ (n+1)+ ...+ (n+1)+ (n+1)
2 ii=1
n
∑ = n(n+1)
ii=1
n
∑ = n(n+1)2
Sigma notation
Er zijn een heleboel rekenregels voor de Sigma (voor de bewijzen zie Appendix E):
caii=m
n
∑ = c aii=m
n
∑
(ai − bii=m
n
∑ ) = aii=m
n
∑ − bii=m
n
∑
(ai + bii=m
n
∑ ) = aii=m
n
∑ + bii=m
n
∑
i2i=1
n
∑ = n(n +1)(2n +1)6
ci=1
n
∑ = nc
1i=1
n
∑ = n i3i=1
n
∑ = n(n +1)2
⎛⎝⎜
⎞⎠⎟
2
ii=1
n
∑ = n(n +1)2
Voorbeeld 2
Bereken:
Vind:
3i(i −1)i=1
10
∑
limn→∞
1nin
⎛⎝⎜
⎞⎠⎟i=1
n
∑2
= limn→∞
1n⋅ i2
n2i=1
n
∑ = limn→∞
1n3
⋅ i2i=1
n
∑ = limn→∞
1n3
i2i=1
n
∑
= limn→∞
1n3n(n+1)(2n+1)
6= limn→∞
n(n+1)(2n+1)6 ⋅n ⋅n ⋅n
= limn→∞
16⋅ nn⋅ n+1n
⋅ 2n+1n
= limn→∞
16⋅1⋅ 1+ 1
n⎛⎝⎜
⎞⎠⎟⋅ 2+ 1
n⎛⎝⎜
⎞⎠⎟
= 16⋅1⋅1⋅2 = 2
6= 13
= 3i2 − 3ii=1
10
∑ = 3 i2 −i=1
10
∑ 3 ii=1
10
∑ = 310(10+1)(20+1)6
− 310(10+1)2
= 990
Uitwerkingen stencil 2
a)
b)
c)
d)
e)
i −1i=2
6
∑ = 1+ 2 + 3 + 4 + 5 = 3+ 2 + 3 + 5
k(k −1)2k=2
6
∑ = 2 ⋅12
+ 3⋅22
+ 4 ⋅32
+ 5⋅42
+ 6 ⋅52
= 1+ 3+ 6+10+15= 35
1+ 3+5+ ...+15+17 = 2i −1i=1
9
∑
n+1+ n+ 2+ ...+ n+ n−1+ 2n = (n+1)+ (n+ 2)+ ...+ (n+ n−1)+ 2n = n+ ii=1
n
∑
aii=1
5
∑ = a i = a 5⋅62
= 15ai=1
5
∑
Uitwerkingen stencil 2
f)
g)
12+ 14+ ...+ 1
1024+ 12048
= 12+ 122
+ ...+ 1210
+ 1211
= 12ii=1
11
∑
k 4 − (k −1)4k=1
n
∑ = k 4 − (k 4 − 4k3 + 6k 2 − 4k +1)k=1
n
∑ = 4k3 − 6k 2 + 4k −1k=1
n
∑
= 4 k3 − 6k=1
n
∑ k 2 + 4k=1
n
∑ k −k=1
n
∑ 1k=1
n
∑
= 4 n(n +1)2
⎛⎝⎜
⎞⎠⎟
2
− 6 n(n +1)(2n +1)6
+ 4 n(n +1)2
− n
= n4 + 2n3 + n2 − 2n3 − n2 − 2n2 − n + 2n2 + n − n = n4 − n
Uitwerkingen stencil 2
h)
i)
1i− 1i +1i=3
99
∑ = 13− 14
⎛⎝⎜
⎞⎠⎟+ 14− 15
⎛⎝⎜
⎞⎠⎟+ ...+ 1
98− 199
⎛⎝⎜
⎞⎠⎟+ 199
− 1100
⎛⎝⎜
⎞⎠⎟= 13− 1100
= 97300
limn→∞
2n
2in
⎛⎝⎜
⎞⎠⎟
3
+ 5 2in
⎛⎝⎜
⎞⎠⎟
⎛
⎝⎜⎜
⎞
⎠⎟⎟i=1
n
∑ = limn→∞
2n8i3
n3+ 10in
⎛⎝⎜
⎞⎠⎟i=1
n
∑ = limn→∞
16i3
n4+ 20in2i=1
n
∑
= limn→∞
16 n(n +1)2
⎛⎝⎜
⎞⎠⎟
2
n4+20 n(n +1)
2⎛⎝⎜
⎞⎠⎟
n2= limn→∞
16 n4 + 2n3 + n2
4⎛⎝⎜
⎞⎠⎟
n4+20 n2 + n
2⎛⎝⎜
⎞⎠⎟
n2
= limn→∞
4n4 + 8n3 + 4n2
n4+ 10n
2 +10nn2
= limn→∞4 + 8
n+ 4n2
+10 + 10n
= 4 + 0 + 0 +10 + 0 = 14
The area problem
De oppervlakte van een driehoek, rechthoek, cirkel of samengesteld figuur kunnen we wel berekenen.
Maar hoe berekenen we de oppervlakte van A?
A
Bereken de oppervlakte onder de grafiek van f(x) = 2x + 2 op het interval [0, 6].
De oppervlakte bestaat dus uit een rechthoek van 2 bij 6 en een driehoek met een basis van 6 en een hoogte van f(6) - 2
f(6) - 2 = 2·6 + 2 - 2 = 12
Dus de gevraagde oppervlakte is: 2·6 + 0,5·6·12 = 48
Voorbeeld 3
The area problem
Helaas is niet iedere figuur op te delen in rechthoeken en driehoeken.
Hoe berekenen we bijvoorbeeld de oppervlakte onder de grafiek van op het interval [0, 2]?
Daarvoor gaan we de oppervlakte Aopknippen in een viertal stukjes met een breedte van 0,5 (Δx = 0,5).
We maken van deze stukjes rechthoeken. Dat kan op twee manieren.
A
f (x) = 6 − x2
The area problem
We kunnen op verschillende manieren de rechthoeken in de grafiek tekenen:
Using left endpoints Using right endpoints
Voorbeeld 4
Gegeven de functie f(x) = 6 - x2, zijn grafiek en de oppervlakte A op het interval [0, 2]. Bereken met behulp van rechthoeken tussen welke grenzen de oppervlakte van A ligt. Neem Δx = 0,5.
maximum = f(0)·0,5 + f(0,5)·0,5 + f(1)·0,5 + f(1,5)·0,5
= (6+ 5,75 + 5 + 3,75)·0,5
= 10,25
minimum = f(0,5)·0,5 + f(1)·0,5 + f(1,5)·0,5 + f(2)·0,5
= (5,75 + 5 + 3,75 + 2)·0,5
= 8,25
Dus: 8,25 ≤ A ≤ 10,25
Voorbeeld 4
Als we nu telkens het midden van een interval k nemen en we noemen dit xk dan krijgen we door de som van alle termen f(xk)· Δx een mooie benadering van de oppervlakte A. Dit noemen we een Riemannsom.
The area problem
A
The area problem
Bereken met behulp van een Riemannsom een benadering van de oppervlakte van A. Neem Δx = 0,4.
De middens van de intervallen zijn: 0,2; 0,6; 1,0; 1,4 en 1,8. Dus:O(A) ≈ f(0,2)·0,4 + f(0,6)·0,4 + f(1)·0,4 + f(1,4)·0,4 + f(1,8)·0,4
≈ (5,96+ 5,64 + 5 + 4,04 + 2,76)·0,4
≈ 9,36 A
The area problem
De oppervlakte kunnen we dus benaderen met:
O(V) ≈ f(x1)· Δx + f(x2)· Δx + ... + f(xn-1)· Δx + f(xn)· Δx
Maar dit kunnen we korter opschrijven:
Om deze oppervlakte exact te berekenen zullen we n oneindig groot moeten maken, ofwel:
O(V ) ≈ f (xk ) ⋅ Δxk=1
n
∑
O(V ) = limn→∞
f (xk ) ⋅ Δxk=1
n
∑
Voorbeeld 5
Gegeven is de functie f(x) = x3. Bereken de oppervlakte V onder de grafiek van f op het interval [1, 3]. Neem Δx = 0,25.
O(V ) ≈ f (xk ) ⋅ Δxk=1
8
∑
O(V ) ≈ f (1,125 + 0,25(k −1)) ⋅0,25k=1
8
∑O(V ) ≈ f (1,125) ⋅ Δx + f (1,375) ⋅ Δx + f (1,625) ⋅ Δx + f (1,875) ⋅ Δx + f (2,125) ⋅ Δx + f (2,375) ⋅ Δx + f (2,625) ⋅ Δx + f (2,875) ⋅ Δx
O(V ) ≈ (1,423...+ 2,599...+ 4,291...+ 6,591...+ 9,595...+13,369...+18,087...+ 23,763...) ⋅0,25
O(V ) ≈ (79,718...) ⋅0,25
O(V ) ≈19,929
The Definite IntegralEen limiet en sommatie uitrekenen is lastig en veel werk. Daarom gaan we in de komende 8 weken een methodiek leren die dit alles wat ’makkelijker’ maakt.
Definitie: als f een functie is op a ≦ x ≦ b en we dit interval [a, b] in n gelijke subintervallen verdelen met Δx = (b - a)/n en kiezen in ieder interval een willekeurig punt xk = a + k Δx.
Dan geldt:
Uitgaande dat de limiet bestaat en f(x) dus integreerbaar is.
O(V ) = limn→∞
f (xk ) ⋅ Δxk=1
n
∑ = f (x)dxa
b
∫
The Definite Integral
De notatie bestaat uit een integraal teken waarbij we het interval aangeven. Daarnaast geven we met de dx aan waarnaar we gaan integreren. (Die notatie hebben we bij de kettingregel eerder gezien.)
De oppervlakte onder een grafiek is ’negatief’ wanneer de grafiek onder de x-as ligt.
f (x)dxa
b
∫ = f (t)dta
b
∫ = f (p)dpa
b
∫
f (x)dxa
b
∫ = A1 − A2
Voorbeeld 6
Bereken x2 dx0
2
∫
x2 dx0
2
∫ = limn→∞
f (xk ) ⋅ Δxk=1
n
∑
Δx = b − an
= 2 − 0n
= 2n
xk = a + kΔx = 0 + k2n= 2kn}
limn→∞
f (xk ) ⋅ Δxk=1
n
∑ = limn→∞
f (2kn) ⋅ 2nk=1
n
∑
= limn→∞
2n
2kn
⎛⎝⎜
⎞⎠⎟2
k=1
n
∑
= limn→∞
2n
4k2
n2k=1
n
∑
= limn→∞
8n3
k2k=1
n
∑
= limn→∞
8n3n(n +1)(2n +1)
6
= limn→∞
16n3 + 24n2 + 8n6n3
= limn→∞
83+ 4n+ 43n2
= 83