Inspraakdossier onderzoek speelruimteweefsel district antwerpen linkeroever voorontwerp

Inspraakdossier – Eerste faseOnderzoek speelruimte- en

tienerweefsel district Antwerpen- voor opmaak van het voorontwerp –

1Grote Markt 1- 2000 [email protected]

Inhoud

Inleiding..................................................................................................................................................4

Hoofdstuk 1 - Toelichting inspraaktraject...............................................................................................5

1.1 Projectgebied...............................................................................................................................5

1.2 Timing inspraakfase......................................................................................................................6

1.3 Doel inspraak................................................................................................................................7

1.4 Methodiek....................................................................................................................................7

1.4.1 OOR – digitaal inspraakinstrument........................................................................................8

4.4.2. Klassessie Kind en Samenleving............................................................................................9

1.5 Inspraaktraject.............................................................................................................................9

Hoofdstuk 2- Gegevens bevraagden....................................................................................................11

2.1 Geslacht......................................................................................................................................11

2.2 Leeftijd........................................................................................................................................11

2.3 Woonplaats................................................................................................................................13

Hoofdstuk 3 – (On)Veilige schoolroute................................................................................................15

3.1 Hoe gingen de bevraagden het afgelopen jaar het meeste naar school?...................................15

3.2 Met wie ging je het meeste naar school?...................................................................................15

3.3 Hoe veilig vinden de bevraagden hun schoolroute?...................................................................16

3.3.1 Resultaten op de vraag........................................................................................................16

3.3.2 Motivatie van de bevraagden bij hun keuze........................................................................16

3.3.1.A Niet veilig......................................................................................................................17

3.3.1.B Veilig.............................................................................................................................17

3.3.1.C Ik weet het niet.............................................................................................................18

3.4 Wat kan er volgens de bevraagden nog verbeterd worden op Linkeroever om je veilig te verplaatsen...................................................................................................................................19

Hoofdstuk 4 – Boord langs de Schelde.................................................................................................22

4.1 Frequentie van de bevraagden...................................................................................................22

4.1.1 Motivatie van de bevraagden..............................................................................................23

4.1.1.A Niet regelmatig.............................................................................................................24

4.1.1.B Regelmatig....................................................................................................................24

4.2 Hoe gaan de bevraagden vooral naar deze locatie?...................................................................26

4.3 Met wie gaan de bevraagden naar deze locatie?.......................................................................26


4.4 Waarom komen de bevraagden naar deze locatie?...................................................................27

4.5 Wat vinden de bevraagden leuk aan deze locatie?....................................................................27

4.5 Wat kan beter aan deze locatie volgens de bevraagden?..........................................................31

4.6 Wat is volgens de bevraagden de beste speelplek?...................................................................33

4.6.1 Motivatie van de bevraagden bij hun keuze........................................................................34

4.6.1.A Locatie 1.......................................................................................................................35

4.6.1.A Locatie 2.......................................................................................................................36

4.6.1.A Locatie 3.......................................................................................................................37

4.6.1.A Blanco...........................................................................................................................37

Hoofdstuk 5 – Middenvijver: park en festivalweide.............................................................................39








Hoofdstuk 6 – Sint-Annabos.................................................................................................................46








Hoofdstuk 7 – Het Galgenweel.............................................................................................................53









Inleiding

In mei 2015 startte het district Antwerpen in samenwerking met de stad Antwerpen een onderzoek naar de kind- en tienervriendelijke plaatsen in Antwerpen Linkeroever. In 2014 waren er ook twee onderzoeken voor Antwerpen Kiel en Antwerpen Noord.

District Antwerpen startte deze onderzoeken omdat niet alle vragen van buurtbewoners voor extra speelterreinen gerealiseerd kunnen worden. Dit onderzoek helpt ons dus om beter te weten hoe de vrije ruimte van straten en pleinen in Antwerpen nu (= schooljaar 2014-2015) gebruikt worden en hoe deze verbeterd kan worden.

District Antwerpen maakt een kaart van: veilige wandelen fietsroutes voor kinderen en jongeren rondhangplekken speel- en sportterreinen

Met deze kaart gaat district Antwerpen in samenwerking met de stad Antwerpen en het kennis- en expertisecentrum Kind en Samenleving onderzoeken hoe gezond de kindvriendelijke publieke is. Nadien volgt een evaluatie van de huidige situatie en kan het districtscollege beslissingen nemen om dit aan te passen en/of bij te sturen.

De jeugddienst van stad Antwerpen verwerkte al de meningen van kinderen, tieners en jongeren tot een inspraakdossier.

Hoe lees je dit inspraakdossier? In het eerste hoofdstuk vind je de context, aanpak en uitvoering van het inspraakproject. In het tweede hoofdstuk vind je de gegevens van de bevraagden. Vanaf het derde hoofdstuk vind je de verwerkte resultaten.


http://www.k-s.be/

http://www.k-s.be/

Hoofdstuk 1 - Toelichting inspraaktraject

1.1 Projectgebied

Het onderzoek gaat over Linkeroever in district Antwerpen.

In de bevraging werden specifieke vragen gesteld over:1. De boord langs de Schelde2. De Middenvijver: park en festivalweide3. Sint-Annabos4. Galgenweel


1.2 Timing inspraakfase

In de periode van 1 juni tot en met 19 september 2015 organiseerde het district Antwerpen in samenwerking met de stad Antwerpen de eerste inspraakperiode van het onderzoek speelruimte- en tienerweefsel voor kinderen, tieners, jongeren en jeugdverenigingen in kader van de opmaak van definitief plan voor verbeteringen van het openbaar domein.

Er zijn verschillende soorten inspraak op verschillende momenten. Hieronder zie je de 3 verschillende inspraakfases van een (her)aanleg van openbaar terrein zoals een centrum, speelterrein, een plein of een park. De 3 inspraakfases ontstaan door 3 tussenstops. Zo'n tussenstop betekent dat een college iets moet goedkeuren vooraleer het project naar de volgende fase kan gaan.

PD.o = een goedgekeurde projectdefinitieo Dit is de definitie van wat het project moet worden.

CP.o = een goedgekeurd conceptplano Dit is een voorlopig ontwerp waaraan nog veel kan veranderen.

VO.o = een goedgekeurd voorontwerpo Dit is een ontwerp waarin al enkele dingen in vastleggen zoals de zones en wat je in

iedere zone kan doen. D.O.

o = een goedgekeurd definitief ontwerpo Dit is het ontwerp met alles erop en eraan, het ontwerp is af. Na de goedkeuring van

een definitief ontwerp is de inspraak afgerond. De voorbereidingen voor de werken starten.

Hieronder zie je in welke inspraakfase het project zich bevindt.

Dit project bevindt zich in de vroegste inspraakfase vóór een goedgekeurde projectdefintie en conceptplan.

De lijnen van het gele kadertje staan ver open. Dit betekent dat in deze fase inspraak super maximaal kan zijn:

Dit is de vroegste inspraakfase. De beste fase om te starten met inspraak. Er is nog niets beslist, we starten met een wit blad. Dit betekent dat de projectdefinitie en het conceptplan zal worden opgemaakt op basis van

de mening van burgers. De volgende inspraakfase is in het voorjaar van 2016. Het onderzoek is vermoedelijk helemaal afgerond in het voorjaar van 2016.


o Tot eind 2019 kan het districtscollege verbeteringen aanbrengen op basis van dit onderzoek.

1.3 Doel inspraak

Tijdens de inspraakperiode konden kinderen, tieners, jongeren en volwassenen hun mening geven via een digitaal inspraakinstrument: www.antwerpen.be/oor. Kinderen en tieners konden tijdens klassessies hun mening geven in groepsgesprekken. De resultaten van deze inspraakperiode zijn verwerkt in dit inspraakdossier. De resultaten van deze inspraakperiode dienen ter ontwikkeling van een projectdefinitie en een conceptplan ter opmaak van een speelruimteweefselkaart voor toekomstige (her)aanleg van veilige speelplekken en veilige verbindingen.

Met het instrument OOR kregen de doelgroepen de kans om inhoudelijk hun mening te geven. Op dit instrument stond een bevraging met als doel:

o Evaluatie van de bestaande situatie van 4 locaties in Linkeroever. Dit is belangrijk opdat nieuwe ontwerpen niet gelijkaardige verzuchtingen

bevatten. Dit is belangrijk voor het districtscollege en de districtsraad opdat ze

doordachte beslissingen kunnen nemen. Dit is belangrijk omdat creatieve ideeën ontstaan door oplossend denken bij

gekende problemen.o Nagaan van de gebruikersfrequentie van de bevraagden bij de 4 locaties.

Hoe vaak kwamen de doelgroepen er het afgelopen jaar? Het niet vaak komen, kan duiden op problemen van verschillende aarden. Hoe verplaatsen de doelgroepen zich naar en van de locaties? Waarom komen de doelgroepen naar de locaties? Met wie komen ze naar de locaties?

o Onderzoeken en oplijsten van de bijkomende ideeën en opmerkingen bij de extra vragen over enkele pleinen en straten.

1.4 Methodiek

Er werden 2 methodieken gebruikt in deze tweede inspraakfase.


http://www.antwerpen.be/oor

1.4.1 OOR – digitaal inspraakinstrument

Op het digitale inspraakinstrument OOR op www.antwerpen.be/oor kregen de doelgroepen de kans om inhoudelijk hun mening te geven over de verschillende onderdelen van het ontwerp. De bevraging op OOR bestond uit:

persoonsvragen frequentievragen

o dit zijn de tacid-knowlegde-vragen: door het oplossen van deze vragen wordt de bevraagde zich meer of terug bewust van onbewuste kennis.

Hoe vaak kwam je hier het afgelopen jaar Met wie, hoe, waarom

open vragen meerkeuzevragen

Het idee dat digitale inspraak gelijk is aan het online plaatsen van een bevraging zonder bijkomende acties, is voorbijgestreefd. Deze manier van werken is niet voldoende en past niet:

onder de doelstellingen van het beleidsdomein jeugd en in de leefwereld van de verschillende doelgroepen.

Digitale inspraak werkt wel in combinatie met vindplaats gericht werken. De jeugddienst maakt voor inspraakprojecten steeds een plan van aanpak op om er voor te

zorgen dat minstens 100 personen individueel hun mening kunnen geven. Dit betekent dat bij alle inspraakprojecten wordt nagegaan waar de verschillende

doelgroepen zich in een brede straal rond een project bevinden. Daarna maakt de jeugddienst een overzicht van alle scholen, jeugdverenigingen, openbare

gebouwen en openbare locaties. Met dit overzicht kan de jeugddienst concreet en efficiënt locatiebezoek plannen om er voor

te zorgen dat minstens 100 personen hun mening kunnen geven. De jeugddienst gebruikt tablets en laptops om op locatie de mogelijkheid te creëren voor

geïnteresseerden om hun mening te geven; zonder dat dit een grote inbreuk van hun tijd inhoudt.

OOR is niet alleen een digitaal inspraakinstrument. OOR is ook een manier van werken volgens de algemene voorwaarden van het inspraakbeleid van de stad Antwerpen (beleidsdomein CS – Cultuur, Sport, Jeugd en Onderwijs) en de bijhorende tien inspraakvoorwaarden.


http://www.antwerpen.be/oor

Voorwaarde inspraakbeleid:Elke Antwerpenaar heeft toegang tot een open, laagdrempelig, permanent en transparant adviesplatform.

Open: open voor de input van alle inwoners; zowel voor georganiseerde als individuele burgers.

Laagdrempelig: lage toetredingsvoorwaarden. Permanent: continuïteit voor de beleidsperiode. Transparant: duidelijk verstaanbare inhoud en makkelijk vindbaar voor

geïnteresseerden. Platform: fysiek en/of digitaal.

Tien voorwaarden voor inspraak:1. Ga op voorhand na welke ruimte tot verandering er is.2. Bepaal het gewenste resultaat.3. Zoek uit waar de doelgroepen zich bevinden.4. Zorg voor duidelijke verstaanbare inhoud en opdracht voor de gebruiker.5. Werk laagdrempelig.6. Kies een geschikte aanpak (methodiek, timing, verwerken van resultaten).7. Voer de methodiek uit bij diverse doelgroepen en op verschillende locaties.8. Geef de omkadering, de context en de timing mee.9. Leg uit wat er met de meningen zal gebeuren.10. Leg uit hoe de terugkoppeling zal verlopen.

4.4.2. Klassessie Kind en Samenleving

Kind en Samenleving maakte een presentatie op die in scholen gebruikt kon worden. Er werden afbeeldingen getoond, klassikaal vragen gesteld en groepswerk op een reuzenkaart van Linkeroever. Deze methodiek kon een tot twee lesuren duren afhankelijk van interesse van de klas en het kennen van de getoonde locaties.

1.5 Inspraaktraject

Uitnodiging tot inspraak:

De leden van jeugdverenigingen van het district Antwerpen werden uitgenodigd om hun mening te geven via OOR.

Drie lagere scholen in Linkeroever werden uitgenodigd om hun leerlingen te laten deelnemen.

Deelname aan inspraakmomenten: Deelnemende scholen:

o Lagere school De Spits gaf de leerlingen van het 5de en het 6de de kans om hun mening te geven.

Thonetlaan 106, 2050 Antwerpen 03 219 59 30 http://www.de-spits.be/

o Lagere school Aan de Stroom gaf de leerlingen van het 5de en het 6de de kans om hun mening te geven.

Willem van Haechtlaan 66, 2050 Antwerpen 03 219 16 09


http://www.de-spits.be/

http://data-onderwijs.vlaanderen.be/onderwijsaanbod/adres.aspx?sn=6247

Rekening houden met: Dit inspraakdossier is niet representatief voor de jeugd van het district. Het geeft wel zicht op

de meningen van 81 personen die meewerkten tijdens deze inspraakfase. De afbeeldingen die gebruikt werden in de vragenlijst, worden ook getoond in dit dossier. Dit

is een bewuste keuze om beeldverwarring uit te sluiten.


http://data-onderwijs.vlaanderen.be/onderwijsaanbod/adres.aspx?sn=6247

Hoofdstuk 2- Gegevens bevraagden

In totaal gaven 81 personen hun mening door de vragenlijst in te vullen op OOR. Via registratie en vragen over de deelnemers zijn er gegevens over de leeftijd, het geslacht, de woonplaats. Deze gegevens zijn gekoppeld aan de ingevulde vragen, zodat we een overzicht hebben wie de personen zijn die antwoord gaven op de vragen.

De bevraging stond online van 1 juni tot en met 19 september 2015. 81 personen vulden de bevraging in.

o Door de drukke periode op het einde van het schooljaar konden we helaas niet alle uitgenodigde scholen terecht.

o We werken toch met percentages omdat dit een duidelijker beeld geeft in plaats van aantallen.

21 personen gaven hun emailadres om op de hoogte te willen blijven van dit project.

2.1 Geslacht

In deze tabel staat het aantal meisjes/vrouwen en jongens/mannen die de bevraging invulden.

Geslachtgender aantal %meisje 39 48%jongen 33 41%

onbekend 9 11%totaal 81 100%

Bevindingen: Van het totaal aantal bevraagden zijn minstens 41% jongens/mannen ten opzichte van

minstens 48% meisjes/vrouwen. o Er zijn 6 meisjes/vrouwen meer dan jongens/mannen.o Minimum 1/3 van de bevraagden is wel van hetzelfde geslacht.

Deze verhouding is een decreetregel en een maatstaf van de adviesraden. Bij alle openbare inspraaktrajecten voor kinderen en jongeren bekijkt de jeugddienst deze verhouding.

o We kunnen praten over twee gelijke groepen, omdat het verschil gering is. 9 personen hebben geen geslacht opgegeven.

2.2 Leeftijd

In onderstaande tabel staan de bevraagden ingedeeld volgens 5 leeftijdsgroepen. Het is te beperkt om de bevraagden in te delen twee groepen: ‘volwassenen’ en ‘niet-volwassenen’. De verschillende leeftijdsgroepen van jeugd hebben verschillende noden en behoeften. Dit heeft onder andere te maken met de cognitieve en biologische ontwikkeling en externe factoren zoals type opvoeding en omgeving. Daarom wordt er nagegaan hoe de aantallen zich verhouden bij de bevraagden.

Deze leeftijdsgroepen van ‘de jeugd’ zijn ingedeeld volgens hun cognitieve en biologische ontwikkeling.


Leeftijdsgroepen

groepenaanta

lpercentag

ekleuters van 1 tot en met 5 jaar 0 0%kinderen van 6 tot en met 9 jaar 8 10%tieners van 10 tot en met 14 jaar 64 79%jongeren van 15 tot en met 26 jaar 3 4%ouder dan 26 1 1%onbekend 5 6%

totaal 81 100%

Bevindingen: De tieners van 10 tot en met 14 jaar zijn de grootste leeftijdsgroep. Kinderen van 6 tot en met 9 jaar zijn nauwelijks vertegenwoordigd in deze inspraakfase.

o Hiermee wordt dus best rekening gehouden want het onderzoek gaat zowel over speelruimte als over het tienerweefsel.

Kleuters zijn niet vertegenwoordigd doordat ze niet bevraagd zijn.o Kleuters zijn cognitief nog niet rijp om hun mening te geven over een huidige

toestand en toekomstperspectieven. Vaak zijn het de ouders van kleuters die de bevraging (samen) invullen. Ouders begeleiden meestal het speelgedrag van peuters en kleuters en kunnen een goede inschatting maken van hun speelbehoeften.

In deze tabel staan de specifieke aantallen per leeftijd van de bevraagden. Van de doelgroepen kinderen, tieners en jongeren tot en met 26 jaar worden ook de nul-gegevens getoond. Vanaf 27 jaar worden enkel de cijfers weergeven van de effectieve bevraagden.

Hoe oud ben je?leeftijd aantal %

onbekend 5 6%1 0 0%2 0 0%3 0 0%4 0 0%5 0 0%6 0 0%7 0 0%8 0 0%9 8 10%

10 22 27%11 14 17%12 24 30%13 4 5%14 0 0%15 1 1%16 2 2%17 0 0%18 0 0%19 0 0%20 0 0%


21 0 0%22 0 0%23 0 0%24 0 0%25 0 0%26 0 0%31 1 1%

totaal 81 100%

Bevindingen: In totaal zijn er bevraagden uit minstens 8 verschillende leeftijden.

o Er is weinig variatie in leeftijd. Er zijn maar 8 personen persoon binnen de leeftijdscategorie 6-9 jaar. Er zijn geen jongeren van 15 tot en met 26 jaar.

o 79% van de bevraagden behoren tot de kern voor het tienerweefsel, namelijk de tieners zelf.

5 personen gaven geen leeftijd op. 1 volwassene gaf zijn mening.

2.3 Woonplaats

Deze tabel bevat de woonplaatsen van de bevraagden. De lijst is alfabetisch gerangschikt.

Woonplaatsaantal %

Antwerpen 54 67%*Antwerpen 2000 0 0%*Antwerpen 2018 0 0%*Antwerpen 2020 1 1%*Antwerpen 2030 2 2%*Antwerpen 2050 47 58%*Antwerpen 2060 4 5%

Berchem 2600 0 0%Berendrecht-Zandvliet-Lillo 2040 0 0%Borgerhout 2140 2 2%Deurne 2100 4 5%Ekeren 2180 0 0%Hoboken 2660 0 0%Merksem 2170 1 1%Wilrijk 2610 2 2%een andere gemeente 0 0%onbekend 18 22%

totaal 81 100%

Bevindingen: De bevraagden komen uit minstens 5 districten en uit minstens 10 verschillende gemeenten. Er zijn geen bevraagden uit de districten Berchem, Berendrecht-Zandvliet-Lillo, Ekeren en

Hoboken.


De meerderheid (67%) woont in het district Antwerpen. 18 bevraagden gaven geen woonplaats op. In onderstaande tabel staan de aantallen van de personen die in een andere gemeente

wonen per opgegeven gemeente. o Doordat er een internaat verbonden is aan de school, zijn er verschillende

bevraagden vanuit verre gemeenten.

Een andere gemeente namelijk

gemeenteaanta

lBoom 1Sint-Pieters-Leeuw (Brussel) 1Burcht 1Dilbeek 1Hemiksem 1Kontich 1Kruibeke 1Sint-Niklaas 1Turnhout 1Zwijndrecht 1

totaal 10


Hoofdstuk 3 – (On)Veilige schoolroute

Vanaf dit hoofdstuk, vind je de inhoudelijke verwerking van de meningen, tips en ideeën van de bevraagden over Linkeroever.

3.1 Hoe gingen de bevraagden het afgelopen jaar het meeste naar school?

Met deze vraag wordt er nagegaan hoe vaak de bevraagden het afgelopen jaar vooral naar school gingen. De bevraagden konden slechts één antwoord aanduiden. Hierdoor krijgen we een beter zicht op de frequentie.

Hoe ging je het afgelopen schooljaar het MEESTE naar school?

antwoordmogelijkheidaanta

l %te voet 42 52%fiets 6 7%openbaar vervoer 10 12%auto 13 16%brommer 0 0% andere (step, skateboard, rolschaatsen, rollerskates ...) 6 7%geen antwoord 4 5%

totaal 81100%

Bevindingen: De helft van de bevraagden ging het afgelopen jaar vooral te voet naar school. De tweede grootste groepen zijn:

o Met de auto en het openbaar vervoer.o Er is een internaat verbonden aan de school.

Er zijn ook enkele leerlingen die met een step of een skateboard naar school komen. 4 personen gaven geen antwoord op deze vraag.

3.2 Met wie ging je het meeste naar school?

Met deze vraag wordt er nagegaan met wie de bevraagden naar het terrein gingen. De bevraagden konden slechts één antwoord aanduiden. Hierdoor krijgen we een beter zicht op de personen/groepen met wie de bevraagden vooral naar school kwamen.

Met wie ging je het MEESTE naar school?


l %alleen 13 16% met broer(s) en/of zus(sen), met vrienden en/of klasgenootjes 33 41% met ouders, grootouders of een andere volwassene 30 37%geen antwoord 5 6%totaal 81 100


%

Bevindingen: De twee grootste groepen komen:

o onder begeleiding van een volwassene naar schoolo in het gezelschap van andere kinderen, zonder begeleiding van volwassenen naar

school. De derde grootste groep komt helemaal alleen naar school. 5 personen gaven geen antwoord op deze vraag.

3.3 Hoe veilig vinden de bevraagden hun schoolroute?

3.3.1 Resultaten op de vraagDe bevraagden konden in een meerkeuzevraag aanduiden of ze hun schoolroute veilig of onveilig vinden.

Hoe veilig vind jij jouw schoolroute?antwoordmogelijkheid aantal %

onveilig 8 10% ik weet het niet 25 31%

veilig 41 51%blanco 7 9%totaal 81 100%

Bevindingen:o De helft van de bevraagden vindt haar of zijn schoolroute veilig.o Een kleine minderheid vindt haar of zijn route niet veilig.o Het is opvallend dat 30% van de bevraagden hierover twijfelt door ‘ik weet niet’ te

antwoorden.

3.3.2 Motivatie van de bevraagden bij hun keuze

De bevraagden konden in een open tekstveld hun keuze verduidelijken. De antwoorden van de bevraagden staan in onderstaande tabellen.

Per antwoord zie je: De unieke antwoorden staan gerangschikt per antwoordmogelijkheid.

o Dit betekent dat gelijke of gelijkaardige antwoorden van meerdere personen samen worden gevoegd, met vermelding van de leeftijd, geslacht en woonplaats van al deze personen.

Op deze manier worden alle unieke antwoorden op een structurele manier verwerkt en kan de jeugddienst bepaalde opvallende elementen duiden of nuanceren.

De reden van de bevraagden, extra aanvullingen of aandachtspunten staan tussen ( ). De leeftijdscategorieën en de aantallen van de bevraagden die dit antwoord gaven.

o voorbeeld in kolom ‘leeftijd’ 11 (x4), 24 Vier personen van 11 jaar en een persoon van 24 jaar gaven dit antwoord.

De woonplaats van de bevraagden die dit antwoord gaven.


o bijvoorbeeld: 2610 (14) 14 personen die dit antwoord gaven, wonen in Wilrijk.

Het geslacht van de bevraagden die dit antwoord gaven.o aantallen

Kolom ‘totaal’ toont het totaal aantal personen die dit antwoord gaven.


3.3.1.A Niet veilig

onveiligAntwoorden Leeftijd Jongen Meisje Woonplaats Onbekend district Totaal

er is geen fietspad 10 1 2050 1veel kruispunten bij het fietspad 10 1 2050 1mensen rijden soms te snel 12 1 2050 1veel file 9 1 2100 1ik woon erg ver 10 1 1 1respecteren niet zone 30 11 1 2050 1mensen steken zomaar over 10 1 2050 1weinig politie om verkeer te regelen 10 1 2050 1auto's rijden door rood licht 10 1 2050 1

3.3.1.B Veilig

veilig

Antwoorden Leeftijd Leeftijd onbekend Jongen Meisje Onbekend geslacht Woonplaats Onbekend district Totaal

ik zit op internaat 10, 11 (3), 13 3 2 2100, 2610 3 5het is niet zo ver/ ik woon dicht 12 (2) 1 1 2020 1 2het is gewoon veilig 10, 12 1 1 2050, 2060 2er zijn redelijk veel zebrapaden 10 (2) 1 1 2050 (2) 2respecteren zone 30 11 1 1 1weinig verkeer 12 1 2050 1ik moet geen drukke straten oversteken 10 1 2050 1ik kom met openbaar vervoer 12 1 2100 1ik moet geen straat oversteken 12 1 2050 1als ik de straat oversteek, is het altijd veilig 9 1 2050 1ik rijd niet door het rood 10 1 2050 1omdat er niet zoveel straten zijn 9 1 2050 1


er zijn weinig kruispunten 10 1 1 1omdat alle perfect is 12 1 2050 1ze kijken altijd als wij goed op straat stappen 10 1 2050 1overal waar ik oversteek, is een zebrapad 12 1 2140 1er zijn geen of weinig oversteekplaatsen 12 1 2050 1er is niet zo veel verkeer 12 1 2050 1er zijn lieve mensen 12 1 2050 1er zijn genoeg verkeerslichten en lampen 's nachts 12 1 1 1

de bus en de auto's stoppen 10 1 2050 1omdat het beter is en je kunt sneller op school zijn 10 1 2050 1

omdat ik het al ken 'en swag is [swag = jongerentaal: vorm van stoer en chill tegelijkertijd]

1 1 2050 1

omdat je gewoon het padje moet volgen en zebrapad 12 1 2050 1

Het is veilig maar er is 1 kruispunt met een zebrapad en er zitten allemaal kuiltjes is. Het kruispunt ligt bij het begin van het rode fietspad.

9 1 2050 1

3.3.1.C Ik weet het niet

blancoAntwoorden Leeftijd Jongen Meisje Woonplaats Totaal

auto’s' komen van 2 kanten, rijden te snel, moeilijk over te steken 11 1 2050 1

omdat ik nu groot ben en de weg weet om naar school te gaan 13 1 2050 1

soms is er een kruispunt waar ik moet oversteken en dat vind ik onveilig 10 1 2050 1


3.4 Wat kan er volgens de bevraagden nog verbeterd worden op Linkeroever om je veilig te verplaatsen.

De bevraagden konden in een open tekstveld tips geven waardoor ze zich nog veiliger zouden kunnen verplaatsen op Linkeroever. De antwoorden van de bevraagden staan in onderstaande tabellen.






De woonplaats van de bevraagden die dit antwoord gaven.o bijvoorbeeld: 2610 (14)

14 personen die dit antwoord gaven, wonen in Wilrijk. Het geslacht van de bevraagden die dit antwoord gaven.

o aantallen Kolom ‘totaal’ toont het totaal aantal personen die dit antwoord gaven.


Wat kan er nog verbeterd worden in Linkeroever om je veilig te verplaatsen?

Antwoorden Leeftijd Jongen Meisje Onbekend

geslacht Woonplaats Onbekend district Totaal

meer zebrapaden 9, 10, 11, 12 (4) 3 4 2020, 2050 (4) 2 7dat de auto's minder snel rijden 10 (2), 11 1 2 2050 (3) 3meer stoplichten 10, 11, 12 1 2 2050 (3) 3meer politiecontrole 11, 12 1 1 2050 1 2veel stopborden 11 (2) 2 2050 (2) 2dat de mensen niets door het raam gooien 9 1 2050 1dat er moet opgelet worden 10 1 2170 1dat iedereen zijn vuil opruimt 12 1 2050 1de files 10 1 1 1de lichten langer groen 11 1 2050 1de mensen die verkrachten 12 1 2050 1gratis kaart om een fiets te gebruiken 12 1 2060 1hekken 10 1 2050 1het kruispunt van de Delhaize 11 1 2610 1ik weet het niet 12 1 2140 1meer fietspaden 31 1 2140 1meer flitsers 12 1 2050 1meer natuur 11 1 1 1meer voetpaden 10 1 2050 1minder autowegen 9 1 1 1minder met de auto rijden 10 1 2050 1slimme verkeerslichten die met sensoren werken 31 1 2140 1meer diversiteit 15 1 2050 1meer rolstoelstoel toegankelijk - de voetpaden aangepast voor rolwagens en de bussen ook aangepast zodat ik met mijn elektrische rolwagen er gewoon kan inrijden

16 1 1 1


Hoofdstuk 4 – Boord langs de Schelde

In dit deel staan alle antwoorden die te maken hebben met de boord langs de Schelde op Linkeroever.

Om zicht te krijgen op welke type personen deze locatie kennen en (niet) gebruiken, waren er frequentievragen. De bevraagden konden de tacid-knowlegde vragen invullen :

hoeveel keer ze het afgelopen jaar het terrein bezochten o en motiveren waarom ze er niet vaak komen

wanneer ze er komen hoe ze er vooral naartoe gaan waarom ze er naartoe gaan met wie ze er naartoe gaan

Na het invullen van deze vragen om onbewuste kennis terug bewust te maken, konden de bevraagden intypen wat zij vinden dat er verbeterd kan worden aan deze locatie.

4.1 Frequentie van de bevraagden

Met deze vraag wordt er nagegaan hoe vaak de bevraagden het afgelopen jaar het terrein bezochten. De bevraagden konden slechts één antwoord aanduiden. Hierdoor krijgen we beter zicht op de frequentie.

Hoe vaak kwam je het afgelopen jaar naar deze plek?


l %meerdere keren per dag 6 7%bijna elke dag (5 tot 7 dagen per week) 5 6%een paar keer per week (2 tot 4 keer per week) 17 21%verschillende keren per maand 23 28%verschillende keren per jaar 11 14%zelden tot nooit 4 5%geen antwoord 15 19%

totaal 81100%

Bevindingen: 15 personen vulden deze vraag niet in. Er is een duidelijk verschil tussen de bevraagden die regelmatig en niet regelmatig op het

terrein aanwezig zijn:o In totaal gaf 63% aan het terrein op regelmatige basis te bezoeken.

Regelmatig = ‘dagelijks’ + ‘wekelijks’ + ‘maandelijks.’


o In totaal gaf een minderheid van de bevraagden (19%) aan het terrein op niet regelmatige basis te bezoeken.

Niet regelmatig = ‘verschillende keren per jaar’ + ‘zelden tot nooit’.

4.1.1 Motivatie van de bevraagden











4.1.1.A Niet regelmatig

verschillende keren per jaar

Antwoorden Leeftijd Jongen Meisje

Onbekend geslacht Woonplaats Onbekend

district Totaal

omdat ik ver weg woon 9 (2) 2 2 2enkel bij mooi weer 31 1 2140 1geen tijd 10 1 1 1ik speel meer achter mijn huis 12 1 2050 1omdat ik schipper(kind?) ben 10 1 1 1omdat ik op internaat zit 12 1 2050 1mij moeder zegt dat ik niet alleen mag 10 1 2050 1want ik studeer ( en die dingens met mijn vrienden) 12 1 1 1

zelden tot nooit

Antwoorden LeeftijdLeeftijd

onbekend

Jongen Meisje Onbekend

geslachtWoonplaat

sOnbekend

district Totaal

geen 11 1 2100 1niets te doen 11 1 1 1blancoomdat het te ver is 1 1 2050 1omdat ik geen tijd heb 9 1 2050 1

4.1.1.B Regelmatig

Antwoorden Leeftijd Jongen Meisje Woonplaats Onbekend district Totaal

bijna elke dag 5 tot 7 dagen per week


zit op internaat en dan gaan we daar soms met de juffen 11 1 1 1

omdat ik andere dingen te doen heb 13 1 2060 1

een paar keer per week 2 tot 4 x per week

door het water 12 1 2050 1

niks 12 1 2050 1

omdat ik op internaat zit en we komen er niet vaak 12 1 2020 1

soms met mijn vader 12 1 2050 1

meerdere keren per dag

soms voor frisse lucht 12 1 2060 1

wandeling met vrienden 12 1 2060 1

omdat ik soms weg ben 10 1 2050 1

verschillende keren per maand

Antwoorden Leeftijd Jongen Meisje


district Totaal

geen tijd 13 1 2050 1ik kom hier soms als we willen 9 1 2050 1ik woon in Deurne 9 1 2100 1omdat ik met mijn nichtjes ergens anders heen ga 10 1 2170 1omdat ik in Brussel woon en hier op internaat ben 12 1 1 1omdat ik soms niet mag van mijn mama 9 1 2050 1omdat het een langere weg is naar mijn huis 10 1 2050 1soms geen tijd en huiswerk + internaat 12 1 2050 1


4.2 Hoe gaan de bevraagden vooral naar deze locatie?

Met deze vraag wordt er nagegaan hoe de bevraagden vooral naar het terrein gingen. De bevraagden konden slechts één antwoord aanduiden uit een keuzelijst. Hierdoor krijgen we beter zicht op de meeste gebruikte vervoersmodi.

Hoe kom je hier meestal naartoe?


l %te voet 34 42%fiets 13 16%openbaar vervoer 6 7%auto 12 15%brommer 0 0%andere (step, skateboard, rolschaatsen, rollerskates ...) 2 2%geen antwoord 14 17%

totaal 81100%

Bevindingen: Er is een duidelijk verschil: Bijna de helft van de bevraagden (42%) komt te voet. De tweede grootste groepen komen:

o met de fiets (16%)o met de auto (15%)

14 personen gaven geen antwoord op deze vraag.

4.3 Met wie gaan de bevraagden naar deze locatie?

Met deze vraag wordt er nagegaan met wie de bevraagden naar het terrein gingen. De bevraagden konden meerdere antwoorden aanduiden in een keuzelijst.

De percentages van de tabel staan steeds tot verhouding met het totaal aantal deelnemers: 81. Dit omdat de bevraagden meerdere antwoorden konden aanduiden.

De tabellen lees je:o 3 personen of 1% van de 81 bevraagden geven aan alleen naar het terrein te komen.o 15 personen of 6% van de 81 bevraagden geven aan met broer(s) en/of zus(sen) naar

het terrein te komen.o Enzovoort.

Met wie kom je hier naartoe?antwoordmogelijkheid aantal %

alleen 5 6% met broer(s) en/of zus(sen) 0 0% met mijn ouders 9 11% met andere familieleden 2 2% met vrienden 10 12% met de klas van school 2 2%


met de jeugdbeweging 0 0% andere 4 5%

Bevindingen: Er is een verschil.

o De grootste groep (12%/11%) gaat met: hun ouders vrienden

o De tweede grootste groep (6%) gaat alleen.

4.4 Waarom komen de bevraagden naar deze locatie?

Met deze vraag wordt er nagegaan waarom de bevraagden vooral naar het terrein gingen. De bevraagden konden meerdere antwoorden aanduiden uit een keuzelijst. Hierdoor krijgen we zicht op alle redenen.

De percentages van de tabel staan per rij steeds tot verhouding met het totaal aantal deelnemers: 81. Dit omdat de bevraagden meerdere antwoorden konden aanduiden.

De tabellen lees je:o 6 personen van de 81 bevraagden geven aan naar deze locatie te komen omdat ze in

de buurt wonen. o 12 personen van de 81 bevraagden geven aan naar deze locatie te komen om te

spelen. o Enzovoort.

Waarom kom je hier naartoe?

antwoordmogelijkheid aantal

ik woon in deze buurt 15 ik ga er spelen 34 ik ga er sporten (fietsen, lopen, rugby, voetbal enzovoort) 6 ik ga er naartoe met de jeugdbeweging (Chiro, Scouts, enzovoort) 3 ik ga er naartoe met mijn klas van school 13 ik spreek er af met mijn vrienden 9 om te ontspannen (wandelen, chillen ...) 8 dit ligt op mijn route naar ... 2

Bevindingen: Niet alle antwoordmogelijkheden werden aangeduid. Er is een duidelijk verschil.

o De grootste groep komt om te spelen. o De tweede grootste groepen:

wonen in deze buurt komen er naartoe met vrienden

4.5 Wat vinden de bevraagden leuk aan deze locatie?


De bevraagden konden in een open tekstveld uitleggen wat ze allemaal leuk vinden aan deze locatie. De antwoorden van de bevraagden staan in onderstaande tabellen.










Wat vind je hier leuk?

Antwoorden Leeftijd Leeftijd onbekend Jongen Meisje Onbeken

d geslacht Woonplaats Onbekend district Totaal

alles 9 (3),11 ,10 (4), 12 (2) 5 4 1 2050 (8),

2170 1 10

dat je kunt zwemmen 9, 10 (4), 12 (2) 2 4 1 2050 (3), 2100 3 7

zwembad 9, 10 (3), 12 (2) 6 2050 (5) 1 6dat ik kan spelen 10 (2), 11 2 1 2050 (2) 1 3de natuur bewonderen 12 (2) 1 1 2050 1 2omdat ze de natuur hebben gelaten en je kunt genieten 12, 13 1 1 2050, 2100 2

picknicken 10, 11 1 1 2050 (2) 2je kunt daar meer spelen 10, 11 1 1 2050, 2100 2ik vind het veilig 10, 11 2 2050 (2) 2het schip dat in het zand ligt, daar spelen we (altijd - tikkertje , verstoppertje en andere spelletjes)

10, 11 2 2030 1 2

de Vikingboot 9 1 2050 1ijsboer komt vaak langs 10 1 2050 1de draaibol 13 1 1 1de schommels 13 1 1 1dat is dicht bij de zee 10 1 2050 1dat je je goed kan amuseren 12 1 2020 1het is leuk om langs te rijden 10 1 2050 1er is een grote tunnelglijbaan 12 1 2050 1het is gewoon leuk omdat er lieve mensen zijn 12 1 2050 1het is een grote speelplaats 10 1 2050 1grote speeltuin 11 1 2050 1speeltuin 10 1 2050 1


speeltuigen 9 2 1 2050 (2) 1uitzicht 10 1 2050 1uitzicht en de wandeling langs het water 31 1 2140 1mooie, blauwe lucht, water Schelde 12 1 2060 1mooi zicht van de Schelde 11 1 1 1uitzicht van de Schelde en het botenpark 11 1 2050 1rustig genieten van de zon en de Schelde 11 1 2050 1effe ontspannen luisteren 12 1 1 1er komen veel kinderen die ik ken en zo 10 1 2050 1dat ik hier vaak vrienden ontmoet 12 1 2050 1drinken 10 1 1 1zonnen 10 1 2100 1het is cool omdat je veel kunt klimmen 10 1 2050 1dat je kunt wandelen 1 1 2050 1

dat we er kunnen chillen en ook rustig zitten 10 1 2050 1

het water is daar rustig en brengt ook mij tot rust en ik ga graag met mijn vriendin met onze voeten in dat modderig slijk

12 1 2050 1

zee 10 1 2050 1ik weet het niet, ik kom hier niet meer naartoe 9 1 2100 1zwemmen in de molen 11 1 2610 1met vriendin praten van L.O. 12 1 2050 1


4.5 Wat kan beter aan deze locatie volgens de bevraagden?

De bevraagden konden in een open tekstveld uitleggen wat volgens hen allemaal kan verbeteren aan de locatie. De antwoorden van de bevraagden staan in onderstaande tabellen.










Wat kan er hier beter?


onbekend

Jongen

Meisje


district Totaal

een fietspad 10 1 2050 1de ruimte 10 1 2170 1draaibol moet veiliger 13 1 1 1bescherming bij de Scheldekant 12 1 2020 1er ligt teveel afval 12 1 1 1het gedrag van de grote jongens 12 1 2050 1niet zoveel boten/de boten en zo wegdoen 12(2) 2 2050 2ik weet het niet 9 1 2100 1een trampoline (s) 10, 11, 12 (3) 5 2030,2050 (3) 1 5springkasteel 11 1 2050 1een zwembad / zwemmen 10 (2) 1 1 1 1 2050 (2) 1 3meer water in zwembad 9 1 1 1niets/het is al geweldig/ik vind alles goed 9, 10 (3) 3 1 2050 (4) 4nieuwe speeltuigen 9 1 2050 1een groter glijbaan(hoger glijbaan 10, 11 1 1 2050 1 2goalen om te voetballen 11 1 2050 1meer voetbalgoalen 11, 12 2 2610 1 2meer speelruimte 12 1 1 1in plaats van al die boeien speeltuigen 9 1 2050 1meer speeldingen 9 1 1 1een speeltuintje erbij 12 1 2050 1terug een speeltuin !!! 12 1 2050 1meer toestellen 10 1 2050 1schommels 9, 10 2 2050 (2) 2veel meer ruimte 9 1 2050 1(een beetje) meer speeltuigen 10 (6),11, 12 (2), 5 5 1 2030 (2), 2050 (5), 4 11


13 2100voetbalplein 11 1 1 1meer plaats 10 1 2050 1alles wordt een beetje saai 10, 12(2) 3 2030, 2050 1 3

4.6 Wat is volgens de bevraagden de beste speelplek?

De bevraagden konden aanduiden wat volgens hen de beste speelplek is aan de speelslinger langs de boord van de Schelde. Locatie 1 = de boot dicht bij de Voetgangerstunnel Locatie 2 = speelterrein tussen de Locatie 1 en 3 Locatie 3 = Vikingdorp in de buurt van de jachthaven op Linkeroever.

Wat is de beste speelplek?antwoordmogelijkheid aantal %

locatie 1 30 37% locatie 2 10 12% locatie 3 21 26%geen antwoord 20 25%totaal 81 100%

Bevindingen:Er is een duidelijk verschil.


De grootste groep vindt locatie 1 de beste speelplek. De tweede grootste groep vindt locatie 3 de beste speelplek. 20 personen gaven geen antwoord op deze vraag.

4.6.1 Motivatie van de bevraagden bij hun keuze











4.6.1.A Locatie 1


onbekend

Jongen Meisje


district Totaal

locatie1daar is het meest om te spelen 12 1 2050 1daar kunnen we beter voetballen op het grasveld 11 1 2610 1

dat is het veiligste 12 1 2020 1er is meer om te spelen 10 1 2050 1er staan leuke speeltuigen 10(2) 2 2050 2er zijn speeltoestellen, glijbanen, schommels 12 1 2050 1

gewoon, ik speel daar meest en vaak 12 1 2060 1grote plek 12 1 2050 1het is een superleuke boot om te spelen maar soms gevaarlijk voor de kleintjes 9 1 2050 1

ik vind het allemaal goed 11 1 2050 1je kunt veel spelen 9 1 1 1je kunt daar goed voetballen 10 1 2100 1leuke speeltuin 12 1 2050 1omdat er veel plaats is om te spelen 12 1 1 1omdat het leuk is 10,9 1 1 2050 1 2omdat er veel speeltuigen zijn 9,12 1 1 2050(2) 2omdat het daar open is (veel plaats om iets te doen) 12 1 2100 1

omdat het dichtst is bij mij thuis 12 1 2050 1omdat het veel leuker is 1 1 2050 1omdat het veel spelletjes zijn 12 1 2050 1


omdat je er veel kunt spelen en picknicken 10 1 2050 1

veel leuker om te spelen vind ik en veel zand ook heel leuk 10 1 2050 1

voetbal 12 1 2050 1want er is een boot en bij de anderen is het saai die zijn allemaal oud 11 1 2050 1

want er zijn glijbanen en zo 10 1 2050 1we spelen altijd in het zand tikkertje verstoppertje 11 1 1 1

4.6.1.A Locatie 2


onbekend

Jongen Meisje


district Totaal

locatie2er is een hele leuke schommel 10 1 2050 1er zijn meer speeltuigen 10,11 1 1 2050 1 2gewoon 12 1 2050 1het is daar heel leuk 11(2) 2 2050 2het is leuk en ik ga daar bijna altijd naar toe 9 1 2050 1

ik hou van schommels 12 1 1 1omdat er veel leuke speeltuigen zijn 13 1 1 1omdat ik het veilig vind en ik woon dichterbij 9 1 2050 1

4.6.1.A Locatie 3


Antwoorden Leeftijd Leeftijd onbekend Jongen Meisje Onbekend

geslacht Woonplaats Onbekend district Totaal

locatie3heeft leuker speeltuigen 10 2 2050 2is dichter bij mijn huis en dat is leuk 10 1 2050 1er is zo iets leuk maar ik weet niet hoe dat heet 10 1 2050 1

veel plaats en ruimte 10 2 2050 2er zijn meer dinges dan de rest, saai 12 1 1 1er zijn meer speeltuigen 12 1 2050 1je hebt er veel te doen 10 2 2050,217 2locatie 3 13 1 2060 1meer ruimte, veel speeltuigen 9 1 2100 1niet te druk 31 1 2140 1omdat ik er verstoppertje speel 10 1 1 1omdat ik het toestel met dat ijzeren door aan een zitje dat naar de overkant gaat, leuk vind

12 1 2050 1

omdat ze het zelf gemaakt hebben 9 1 1 1veel leuker om te spelen en veel zand is ook leuk 10 1 2050 1

we spelen altijd ik en mijn zus op de schommels 12 1 2050 1

daar zijn de meeste vrienden 11 1 2050 1

4.6.1.A Blanco



onbekend

Jongen Meisje


district Totaal

blancoer zijn schommels 10 1 1 1geen 1 13 1 2050 1


Hoofdstuk 5 – Middenvijver: park en festivalweide

In dit deel staan alle antwoorden die te maken hebben met de Middenvijver.










totaal 81100%

Bevindingen: 41 personen vulden deze vraag niet in. Er is een duidelijk verschil tussen de bevraagden die regelmatig en niet regelmatig op het


Regelmatig = ‘dagelijks’ + ‘wekelijks’ + ‘maandelijks.’


o In totaal gaf 36% van de bevraagden aan het terrein op niet regelmatige basis te bezoeken.

Niet regelmatig = ‘verschillende keren per jaar’ + ‘zelden tot nooit’.











NIET REGELMATIGverschillende keren per jaar

Antwoorden Leeftijd Leeftijd onbekend Jongen Meisje Woonplaats Onbeken

d district Totaal

het is een beetje saai 10, 12 1 1 2100, 2050 2enkel bij mooi weer 31 1 2050 1gewoon 12 1 2050 1omdat ik de speeltuin leuker vind 10 1 2170 1

omdat ik iets beters te doen heb 1 1 2050 1omdat ik meestal geen tijd heb 10 1 2050 1vliegerhappening 12 1 1 1

zelden tot nooitenkel als het vliegerhappening is 12 1 2050 1ik ben hier nog maar een paar keer geweest om te free runnen 11 1 2610 1

ik ken het niet 10(3), 11(3) 1 5 2050 (3),

2030 2 6

ik kom er nooit omdat ik andere plekken beter ken 10 1 2050 1


ik weet niet waar dat is 9, 10 1 1 2050 (2) 2ik woon daar niet 9 1 2100 1ik woon er niet zo dicht bij 10(2) 1 1 2050 (2) 2is niet zo leuk 9 1 1 1om met vrienden te praten 13 1 1 1omdat ik niet vaak langs daar ga 11 1 1 1blanco 0ik ken de plaats niet en heb er nooit van gehoord 9, 11 2050 (2) 0

ik kom veel met school 10 1 1 1

REGELMATIG


onbekend

Jongen

Meisje Woonplaats Onbeken

d districtTotaa

l

bijna elke dag (5à7maal per week)gewoon 12 1 2050 1omdat ik bij een andere speeltuin ga spelen 10 1 2050 1

voor mijn hond 10 1 2050 1een paar keer per week(2 tot 4 keer per week)

ik ben op internaat, ik woon in Brussel 12 1 1 1

omdat ik andere speelplaatsen leuk vind 10 1 2050 1

omdat ik soms niet mag 9 1 2050 1verschillende keren per maand

er is niks te doen 10 1 2050 1ik speel in de buurt 11 1 2050 1





l %te voet 10 12%fiets 7 9%openbaar vervoer 4 5%auto 5 6%brommer 0 0%andere (step, skateboard, rolschaatsen, rollerskates ...) 2 2%geen antwoord 53 65%totaal 81 100


%

Bevindingen: Er is een duidelijk verschil: De grootste groep (12%) kom te voet. De tweede grootste groep komt met de fiets. De derde grootste groepen komen:

o met de auto (6%)o met het openbaar vervoer (5%)








alleen 5 6% met broer(s) en/of zus(sen) 0 0% met mijn ouders 9 11% met andere familieleden 2 2% met vrienden 10 12% met de klas van school 2 2% met de jeugdbeweging 0 0% andere 4 5%


o De grootste groepen (12% en 11%) gaan met hun ouders en/of met hun vrienden.o Niet alle antwoordmogelijkheden werden aangeduid.





De tabellen lees je:o 6 personen van de 81 bevraagden geven aan naar deze locatie te komen omdat ze in

de buurt wonen. o 12 personen van de 81 bevraagden geven aan naar deze locatie te komen om te






o De grootste groep komt om te spelen. o De tweede grootste groepen:

woont in deze buurt en/of komen om te sporten en/of komen om te ontspannen en/of komen om met vrienden af te spreken.









14 personen die dit antwoord gaven, wonen in Wilrijk.





Antwoorden Leeftijd Jongen

Meisje

Woonplaats

Onbekend district Totaal

alles 12 (2) 1 1 2050 1 2bossen(bomen) 9, 10 1 1 2050 1 2dat weet ik niet 9 (2) 1 1 2050, 2100 2de ruimte (+ om met vlieger te spelen) 10, 31 2 2140, 2170 2dat het over mijn huis is 10 1 2050 1dat je veel groen hebt 13 1 1 1het is een open vlakte 10 1 1 1de vijver 11 1 2610 1het zand 11 1 2610 1honden uitlaten 12 1 2050 1natuur 10 1 2050 1radslag doen 10 1 2050 1de schommels 10 1 1 1veel dingen 10 1 2050 1zwemmen 9 1 2050 1













Antwoorden Leeftijd Jongen Meisje Woonplaats Onbekend

district Totaal

meer speeltuigen 9, 10 (6), 11, 12 (2) 6 4 2050 (6), 2100,

2170, 2610 1 10

alles 10 (2) 1 1 2050 2een glijbaan 10 1 2050 1geen festival 10 1 2050 1goaltjes 9 1 2050 1hondenpoep verwijderen, stoppen met gedoogzones voor loslopende honden

31 1 2140 1

iets om te lopen, spelen 10 1 1 1meer bomen, struiken 10 1 1 1meer gras 11 1 2610 1voetbalveld 10 1 2100 1spelletjes 12 1 2050 1


Hoofdstuk 6 – Sint-Annabos

In dit deel staan alle antwoorden die te maken hebben met de boord langs de Schelde op Linkeroever.










totaal 81100%

Bevindingen: 38 personen vulden deze vraag niet in. Er is geen duidelijk verschil tussen de bevraagden die regelmatig en niet regelmatig op het



Regelmatig = ‘dagelijks’ + ‘wekelijks’ + ‘maandelijks.’o In totaal gaf 28% van de bevraagden aan het terrein op niet regelmatige basis te

bezoeken. Niet regelmatig = ‘verschillende keren per jaar’ + ‘zelden tot nooit’.











niet regelmatigverschillende keren per jaar

Antwoorden Leeftijd Leeftijd onbekend Jongen Meisj

e Woonplaats Onbekend district Totaal

dat is te ver 9(2), 12 3 2050(2) 1 3

gewoon, niks 12 1 2 2050(2) 2ik heb soms geen tijd(dan ben ik weg) 10 1 2050 1

ik vind het niet leuk om in bossen te gaan 10 1 2050 1

ik woon hier niet (+ik woon op rechteroever) 9, 10 1 1 2170 1 2

saai 10 1 2100 1verschillende andere wandelmogelijkheden in heel de stad

31 1 2140 1


regelmatig5 tot 7 dagen per week

Antwoorden Leeftijd Leeftijd onbekend Jongen Meisje Woonplaat

sOnbekend district Totaal

ik mag niet alleen gaan en er kan niet altijd iemand mee 11 1 2050 1

kinderen kunnen er niks doen 10 1 2050 12 tot 4 dagen per week

ik kom vaak na school want dat is best dichtbij 9 1 2050 1

verschillende keren per maandik ben op internaat en ik woon in Brussel 12 1 1 1

ik speel in de buurt 11 1 2050 1om de natuur te bewonderen 12 1 2050 1zelden tot nooitdat ligt niet in mijn buurt 9 1 2100 1een keer met school 11 1 2050 1

ik ken deze plek niet 10(2), 11

1 2 2050 2 3

niet veel te doen 11 1 2050 1omdat ik ver woon 10 1 2050 1ik speel niet vaak in een bos 10 1 2050 1allen in de vakantie met het zomerfeest 10 1 2050 1

want hier is een bos en ik ben bang 10 1 2050 1





l %te voet 15 19%fiets 9 11%openbaar vervoer 3 4%auto 8 10%brommer 0 0%andere (step, skateboard, rolschaatsen, rollerskates ...) 0 0%geen antwoord 46 57%totaal 81 100


%

Bevindingen: Er is een duidelijk verschil: De grootste groep (19%) kom te voet. De tweede grootste groepen komen:









alleen 5 6% met broer(s) en/of zus(sen) 3 4% met mijn ouders 13 16% met andere familieleden 8 10% met vrienden 8 10% met de klas van school 6 7% met de jeugdbeweging 0 0% andere 4 5%


o De grootste groep 16% gaat met hun ouderso De tweede grootste groepen (10%) gaan met hun vrienden of andere familieleden.




De tabellen lees je:


o 7 personen van de 81 bevraagden geven aan naar deze locatie te komen omdat ze in de buurt wonen.

o 13 personen van de 81 bevraagden geven aan naar deze locatie te komen om te spelen.

o Enzovoort.




Bevindingen: Alle antwoordmogelijkheden werden aangeduid. Er is een duidelijk verschil.

o De grootste groep komt om te spelen.o De tweede grootste groepen:

woont in deze buurt komt om te ontspannen.













Antwoorden Leeftijd Jongen Meisje Woonplaats Onbekend

district Totaal

de natuur 9, 10 (3), 11, 12 2 5 2050 (4), 2170 2 7

bomen (om in te klimmen) 10 (2), 12 1 2 2050(3) 3veel bos(spelen) 9, 11 1 1 2050 1 2alles 9, 10 1 1 2050 2je vindt veel takken 10 1 2050 1je zit direct in het bos 31 1 2140 1de verstopplekjes 9 1 2050 1het is precies een avontuur 10 1 1 1veel groen 9 1 2050 1goed voor milieu 10 1 1 1goed om te wandelen 12 1 2050 1beste plek voor hond 9 1 2050 1de speeltuigen 10 1 2050 1dan kan ik sporten 12 1 2100 1het is in de buurt van mijn huis 10 1 2050 1














Meisje Woonplaats Onbekend

district Totaal

de speeltuigen 9, 10 (5) 3 3 2050 (2), 2100 (3) 1 6

alles 10 (2) 2 2050 (2) 2de mogelijkheid om een kamp te bouwen 10, 12 1 1 2 2

niets (het is er superleuk), (mooi in het groen)

10, 12 1 1 2050, 2100 2

minder drollen 12 (2) 2 2050 (2) 2ik weet het niet 9, 10 2 2100 1 2de bossen 9 1 2050 1de paadjes, speelser met meer bochten en niveauverschillen

31 1 2140 1


Hoofdstuk 7 – Het Galgenweel

In dit deel staan alle antwoorden die te maken hebben met het Galgenweel.










totaal 81100%

Bevindingen: 44 personen vulden deze vraag niet in. Er is geen verschil tussen de bevraagden die regelmatig en niet regelmatig op het terrein

aanwezig zijn:o In totaal gaf 23% aan het terrein op regelmatige basis te bezoeken.


Regelmatig = ‘dagelijks’ + ‘wekelijks’ + ‘maandelijks.’o In totaal gaf 22% van de bevraagden aan het terrein op niet regelmatige basis te

bezoeken. Niet regelmatig = ‘verschillende keren per jaar’ + ‘zelden tot nooit’.











Als je hier niet vaak komt, leg kort uit waarom je hier niet vaak komt.


Meisje Woonplaats Onbekend

district Totaal

regelmatigbijna alle dagen (5 tot 7 dagen) 10 1 1 1

een paar keer per week 9, 10 1 1 2050 2

verschillende keren per maand (want ik ben op internaat) (ik ben verhuisd)

9, 12 2 2050 1 2

niet regelmatigzelden tot nooit (ik ken het plekje niet) (gevaarlijk)

10 (3), 11 (4), 13 3 5 2050 (5) 3 8

paar keer per jaar (ken het niet) (veel te ver) (niet leuk)

9, 10, 12 (3) 5 2020, 2050 (3) 1 5






l %te voet 14 17%fiets 7 9%openbaar vervoer 2 2%auto 6 7%brommer 0 0%andere (step, skateboard, rolschaatsen, rollerskates ...) 1 1%geen antwoord 51 63%

totaal 81100%

Bevindingen: Er is een duidelijk verschil: De grootste groep (17%) kom te voet. De tweede grootste groepen komen:









alleen 4 5% met broer(s) en/of zus(sen) 5 6% met mijn ouders 13 16% met andere familieleden 3 4% met vrienden 8 10% met de klas van school 4 5%


met de jeugdbeweging 0 0% andere 4 5%


o De grootste groep 16% gaat met hun ouderso De tweede grootste groep (10%) gaat met hun vrienden.




De tabellen lees je:o 7 personen of van de 81 bevraagden geven aan naar deze locatie te komen omdat ze

in de buurt wonen. o 13 personen of van de 81 bevraagden geven aan naar deze locatie te komen om te






o De grootste groep komt om zich te ontspannen.o De tweede grootste groepen komen om te spelen en/of wonen in deze buurt.










Antwoorden Leeftijd Leeftijd onbekend Jongen Meisj

e Woonplaats Onbekend district Totaal

alles 9, 12 (2) 1 4 2140, 2050 (3) 4

chillen 10, 12 (2) 3 2020, 2100 1 3

de speeltuigen 9, 10 (2) 1 2 2050 (3) 3wandelen 10, 12 1 1 2020 1 2lopen (met mijn papa) 12 (2) 1 1 2050 (2) 2aan het water zitten 10, 11 2 2 2naar het water kijken 9, 12 1 1 2050 (2) 2het uitzicht 10 1 2050 1niets (je kan er niet spelen) 10 1 2050 1

vissen 31 1 2140 1 De woonplaats van de bevraagden die dit antwoord gaven.

o bijvoorbeeld: 2610 (14) 14 personen die dit antwoord gaven, wonen in Wilrijk.
















Meisje


district Totaal

de speeltuigen 9, 10, 12 1 2 2020, 2050 1 3

andere dingen 10 (2), 12 2 1 2020, 2050

(3) 3

het is prima zo 9, 31 1 1 2140, 2050 2een hek aan het water (voor de kleintjes) (voor de ballen)

9, 10 2 2050 (2) 2

een picknicktafel 9, 10 1 1 2050 1 2alles 10 1 2050 1de afscherming 12 1 2020 1een fonteintje erbij 12 1 2050 1lopen 10 1 1 1het is zo saai 12 1 1 1proper water 10 1 2100 1


Inspraakdossier onderzoek speelruimteweefsel district antwerpen linkeroever voorontwerp

Documents

Transcript of Inspraakdossier onderzoek speelruimteweefsel district antwerpen linkeroever voorontwerp