Innovatie-opstellingen TNS NIPO Dinsdag, 20 februari, 2007 - Amsterdam.

17
Innovatie-opstellingen TNS NIPO Dinsdag, 20 februari, 2007 - Amsterdam

Transcript of Innovatie-opstellingen TNS NIPO Dinsdag, 20 februari, 2007 - Amsterdam.

Page 1: Innovatie-opstellingen TNS NIPO Dinsdag, 20 februari, 2007 - Amsterdam.

Innovatie-opstellingen

TNS NIPODinsdag, 20 februari, 2007 - Amsterdam

Page 2: Innovatie-opstellingen TNS NIPO Dinsdag, 20 februari, 2007 - Amsterdam.

Doel

1. Gezamenlijk ervaren innovatieve methodiek

2. Toepassing van de systeemopstelling op innovaties

3. Genereren van mogelijke innovaties

Page 3: Innovatie-opstellingen TNS NIPO Dinsdag, 20 februari, 2007 - Amsterdam.

Innovatie-opstellingen: toepassing van systeemopstelling op innovatievraagstukken

Vijf hoofdfasen:

1. Dialoog

2. Projectieve identificatie

3. Emotionele systeemfeedback

4. Simulatie

5. Creatieve interpretatie.

Page 4: Innovatie-opstellingen TNS NIPO Dinsdag, 20 februari, 2007 - Amsterdam.

1. Dialoog: Verbalisatie vraagstuk

Page 5: Innovatie-opstellingen TNS NIPO Dinsdag, 20 februari, 2007 - Amsterdam.

2a. Construct projectie: Anthorpomorfisering / projectieve identificatie kernconstructen

Page 6: Innovatie-opstellingen TNS NIPO Dinsdag, 20 februari, 2007 - Amsterdam.

2b. Huidige systeemprojectie: Positionering representanten kernconstructen huidige situatie

Page 7: Innovatie-opstellingen TNS NIPO Dinsdag, 20 februari, 2007 - Amsterdam.

3. Emotionele systeemfeedback: Construct-representanten ondervragen op gevoelens,

tele-ervaringen en gewenste bewegingen

Page 8: Innovatie-opstellingen TNS NIPO Dinsdag, 20 februari, 2007 - Amsterdam.

4. Simulatie en visiefase: Toevoegen innovatie-idee en optimaliseren systeemenergie

Page 9: Innovatie-opstellingen TNS NIPO Dinsdag, 20 februari, 2007 - Amsterdam.

5. Creatieve interpretatie: Verwoorden inzichten en emoties ten aanzien van opstellingseffect op innovatie-idee

Page 10: Innovatie-opstellingen TNS NIPO Dinsdag, 20 februari, 2007 - Amsterdam.

Onderzoek naar systeemopstellingen

1. Verheldert overzicht bij complexe vraagstukken en stimuleert veranderingen (Gminder, 2005; Lehmann, 2006)

2. Genereert visuele, emotionele inzichten, aanvullend aan verbale, rationele informatie (Franke, 1996)

3. Verbetert zelfbeeld en psychische toestand (Höppner, 2001)

4. Emoties representanten correleren met posities en niet met persoonlijkheidskenmerken (Schlötter, 2005)

Page 11: Innovatie-opstellingen TNS NIPO Dinsdag, 20 februari, 2007 - Amsterdam.

Theoretische achtergrond1. Actie-onderzoek (Lewin)

2. Brainstorming: creatieve – kritische fase (Osborn)

3. Breintheorie (Damasio)

4. Constructtheorie (Kelly)

5. Emotionele intelligentie (Goleman)

6. Fenomenologie (Merleau-Ponty)

7. Lateral denken (De Bono)

8. Lichaamsmetafoor perspectief (Lakoff & Johnson)

9. Psychodrama (Moreno)

10. Zachte systeemdenken (Checkland)

Page 12: Innovatie-opstellingen TNS NIPO Dinsdag, 20 februari, 2007 - Amsterdam.

Verrijken van onderzoek ...

1. Door systematische identificatie van het vraagstuk (Ackoff 1978, Chapman 1989, Butler 1995, Gibson 1998)

2. Voor effecten van (innovatie)beslissingen (Yadav & Karonkanda 1985, Davis & Moe 1997, Durgee et al. 1999, Desai 2002)

3. Met gebruik making van de onderbewuste kennis van de manager (Damasio, Zaltman, Blichfeldt 2005, Nijssen & Agustin 2005)

4. In een antropomorphische projectie (Aaker, 1997; Tan Tsu Wee, 2004; Freling & Lukas, 2005 )

5. Als een zachte systeem metafoor (Checkland & Scholes 1992/2005, Hackley 1999, Zikmund 2003, Zaltman 2003)

Page 13: Innovatie-opstellingen TNS NIPO Dinsdag, 20 februari, 2007 - Amsterdam.

Samenvattend

1. Wat: Zachte systeemmetaphor binnen fenomenologische paradigma

2. Hoe: Verwoording innovatie-idee en kernconstructen, construct- and systeemprojectie, feedback, simulatie innovatie-idee en visie-ontwikkeling

3. Waarom: Bewustwording onbewuste innovatiekennis

4. Wanneer: Intuïtieve check op innovatie-idee

5. Wie: Innovators met open mind and hoog EQ.

Page 14: Innovatie-opstellingen TNS NIPO Dinsdag, 20 februari, 2007 - Amsterdam.

Regels vraaginbrenger

1. Constructkeuze: combinatie van ratio en emotie

2. Keuze representanten: intuïtief op resonantie persoon, zorgvuldig mensen uitnodigend

3. Positionering representanten: intuïtief op resonantie plaats en persoon, zorgvuldig mensen plaatsend

4. Denk lateraal

Page 15: Innovatie-opstellingen TNS NIPO Dinsdag, 20 februari, 2007 - Amsterdam.

Regels publiek

1. Concentreer op ervaringen: gevoelens, tele-ervaringen en gewenste bewegingen

2. Beschrijf deze ervaringen en je conclusie ten aanzien van het innovatievraagstuk.

Page 16: Innovatie-opstellingen TNS NIPO Dinsdag, 20 februari, 2007 - Amsterdam.

Regels representanten

1. Vergeet welk construct je representeert

2. Concentreer op ervaringen: gevoelens, tele-ervaringen en gewenste bewegingen

3. Beschrijf deze ervaringen kort en bondig wanneer de begeleider daarom vraagt.

Page 17: Innovatie-opstellingen TNS NIPO Dinsdag, 20 februari, 2007 - Amsterdam.

Vijf soorten interventies

1. Autopoiese: zelfbeweging

2. Erkennen door benoemen

3. Orde creëren

4. Polariseren

5. Toevoegen van ontbrekende constructen