Eindeloos oktober 2015

12
EINDELOOS NUMMER 2 Oktober 2015 18e JAARGANG d MAANDBLAD VOOR STUDENTEN (KUNST)GESCHIEDENIS AAN DE UNIVERSITEIT VAN AMSTERDAM d DRANKVERHALEN EN PUZZELPLEZIER FACEBOOKMENINGEN Koen Molenaars 3 AFGEWEZEN DOOR AMSTEL Anna Teijeiro Fokkema 9 VERZETSPRINSES Pouwel van Schooten 10 WAT IS ER OP MARS? Suzanne Nellestijn 8 Ciska Schippers - Met verbazing en veel plezier kijk ik, en met mij menig ander, naar de ontwikkelingen in de Amerikaanse race om de presidents- nominatie. En dan met name naar de man waar iedereen het over heeft, die met gevleugelde uitspraken komt zoals: ‘I’m not using donors, I don’t care. I’m really rich’, Donald Trump. We kenden hem als multimiljonair, eigenaar van zijn eigen realityshow The Apprentice en van de dode ham- ster op zijn hoofd, en daar kunnen we nu ook ‘presidentskandidaat van het machtigste land ter wereld’ aan toevoegen. ‘Only in America’, verzuch- ten vele Nederlanders. Maar vergis je niet, wij hebben onze portie van twijfelachtige politieke kandidaten ook zeker gehad. Lees deze drie il- lustere voorbeelden en denk dan nog eens aan de opvallende verschijning aan de andere kant van de oceaan. Het is 1921, algemeen kiesrecht is net ge- introduceerd en een groep anarchisten uit Amsterdam vindt de stemplicht maar niets. Ze besluiten daarom de democratie op de hak te nemen door de Rapaillepartij op te richten en de beroemde Amster- damse zwerver Cornelis de Gelder, beter bekend als Had-je-me-maar, als lijsttrek- ker te benoemen. Deze beloofde vrij vissen en jagen in het Vondelpark en gra- tis jenever voor alle Amsterdammers. De inwoners van de hoofdstad zagen POLDERTRUMPS Lokale zwerver Had-je-me-maar tegenover Trumps Had-ik-maar-haar. >>>

description

Nummer 2

Transcript of Eindeloos oktober 2015

EINDELOOSNUMMER 2

Oktober 2015 18e JAARGANG

d MAANDBLAD VOOR STUDENTEN (KUNST)GESCHIEDENIS AAN DE UNIVERSITEIT VAN AMSTERDAM d

DRANKVERHALENEN

PUZZELPLEZIERFACEBOOKMENINGEN

Koen Molenaars 3

AFGEWEZEN DOOR AMSTEL Anna Teijeiro Fokkema

9

VERZETSPRINSES Pouwel van Schooten

10 WAT IS ER OP MARS?

Suzanne Nellestijn8

Ciska Schippers - Met verbazing en veel plezier kijk ik, en met mij menig ander, naar de ontwikkelingen in de Amerikaanse race om de presidents-nominatie. En dan met name naar de man waar iedereen het over heeft, die met gevleugelde uitspraken komt zoals: ‘I’m not using donors, I don’t care. I’m really rich’, Donald Trump. We kenden hem als multimiljonair, eigenaar van zijn eigen realityshow The Apprentice en van de dode ham-

ster op zijn hoofd, en daar kunnen we nu ook ‘presidentskandidaat van het machtigste land ter wereld’ aan toevoegen. ‘Only in America’, verzuch-ten vele Nederlanders. Maar vergis je niet, wij hebben onze portie van twijfelachtige politieke kandidaten ook zeker gehad. Lees deze drie il-lustere voorbeelden en denk dan nog eens aan de opvallende verschijning aan de andere kant van de oceaan.

Het is 1921, algemeen kiesrecht is net ge-introduceerd en een groep anarchisten uit Amsterdam vindt de stemplicht maar niets. Ze besluiten daarom de democratie op de hak te nemen door de Rapaillepartij op te richten en de beroemde Amster-damse zwerver Cornelis de Gelder, beter bekend als Had-je-me-maar, als lijsttrek-ker te benoemen. Deze beloofde vrij vissen en jagen in het Vondelpark en gra-tis jenever voor alle Amsterdammers. De inwoners van de hoofdstad zagen

POLDERTRUMPS Lokale zwerver Had-je-me-maar tegenover Trumps Had-ik-maar-haar.

>>>

EINDELOOS NUMMER 2 - PAGINA 2

HOOFDREDACTIONEELEINDELOOS

POLITIEK

dat schijnbaar wel zitten, want tijdens de gemeenteraadsverkiezingen wordt Had-je-me-maar en de nummer twee van de partij, Bertus Zuurbier, verkozen. De Gelder heeft echter nooit plaatsge-nomen in de gemeenteraad, aangezien hij vlak na de verkiezingen gearresteerd werd voor openbare dronkenschap en daarmee zijn recht om het volk te vertegenwoordigen verloor. Voor de ver-kiezingen was er landelijk ook aandacht voor de partij, maar aandacht verslapte snel en heeft op het landelijke podium geen navolging gekregen.

BoerenpartijNiet zo vreemd als de voorgaande par-tij, maar toch om meerdere redenen opvallend: De Boerenpartij. Opgericht door boer Hendrik Koekoek eind jaren vijftig, behaalde de partij in de jaren zestig groot succes toen niet enkel boe-ren, maar ook de middenklasse, die zich verzette tegen overheidsbemoeienis, op Koekoeks partij begonnen te stemmen. Zoals we vaker hebben gezien bij pro-testpartijen, betekende het plotselinge succes ook het begin van het einde van de partij. Verschillende leden bleken een nationaalsocialistisch oorlogsverleden te hebben, waardoor de partij intern uit elkaar begon te vallen. Dit terwijl Koe-koek juist meerdere politici van andere partijen zonder duidelijk bewijs van een NSB-verleden beschuldigde. Koekoek kwam zelf ook negatief in het nieuws. Zo werd hij beschuldigd van dierenmis-handeling, omdat hij zijn pony’s zou hebben laten verhongeren. Toch maakt de partij meerdere comebacks. Onbe-twist hoogtepunt is als Koekoek in 1974

een single opneemt met Vader Abra-ham, genaamd ‘Den Uyl is in den olie’. Koekoek bereikt de nummer 1 positie in de top 40 en blijft tot vandaag de dag de enige politicus die dit voor elkaar heeft gekregen. Ook vermakelijk: Na de ver-kiezingen van 1972 neemt politicus Jan de Koning plaats naast Koekoek in de Tweede Kamer. Hij wordt vooral herin-nerd aan zijn strijd tegen de zomertijd, aangezien hij stelde dat: ‘De zon zich toch niets van de klok aantrok.’

KabouterbewegingEx-provo Roel van Duijn was een van de oprichters van de Kabouterbewe-ging, een ludieke partij met aanhang in Nederland en België. Tijdens de ge-meenteraadsverkiezingen van 1970 in Amsterdam behaalde de protestbe-weging maar liefst 5 zetels. De partij

was niet voor niets vernoemd naar de kleine magische boswezentjes: Omdat kabouters dichtbij de natuur stonden en te lijden hadden onder de moderne technologie en consumptiemaatschap-pij voelden de aanhangers een duidelijk verwantschap. Misstanden aan de kaak willen stellen, ‘s nachts in het geheim opereren en een behulpzame inborst zijn andere genoemde overeenkom-sten. Voorbeelden van ludieke acties van de Kabouterbeweging zijn wiet ro-ken tijdens raadsvergaderingen, een eigen kabouterkrant, spelling, postze-gels en communes. Onlangs bleek dat Van Duijn jarenlang in de gaten is ge-houden door de AIVD, wat een online toegankelijk dossier op heeft geleverd van bijna 500 pagina’s. Daar zijn ook prachtige krantenartikelen te vinden waarin aanhangers van de beweging steevast worden aangeduid als ‘kabou-ters’, ‘kaboutervolkje’ en Van Duijn als ‘de opperkabouter’. ‘Only in America’? De Neder-landse politieke geschiedenis is zo saai nog niet. d

‘De Boerenpartij be-haalde een succes bij de middenklasse die zich verzette tegen

overheidsbemoeienis.’

Eindelijk iemand die luistert naar het volk.

Vrienden,

De eerste anderhalve maand universi-teit van dit semester zit er alweer op. Je spendeert per week uren met koffieroe-ren in de bibliotheek en hebt een vaste stoel in de werkgroepen, kortom je zit er lekker in. Gelukkig kun je de sleur door-breken met Eindeloos. Wij zijn er voor je.

Op de voorpagina kijkt Ciska naar Ne-derlands eigen excentriekelingen in Poldertrumps. Hoe vreemde vogels po-litieke iconen van een generatie werden. Op pagina 3 wordt verlangd naar het archiefwerk van morgen. Lekker grutten tussen hedendaagse burgerlijke onrust. Koen kan het zich voorstellen Op pagina’s 4 en 5 trakteert Ein-deloos jullie op een nieuwe rubriek: Eindeloos gekibbel. Twee redacteurs krijgen de ruimte om voor of tegen iets te zijn. Jetske en ik trappen deze maand af met Milan Kundera’s beroemde boek. Met de herfstbok in de schappen is het officieel: het is oktober. Eindeloos trok daarom de lederhosen aan en is op zoek gegaan naar de beste alcoholfeit-jes. Schenk bij en blader naar pagina 6. Het heeft even geduurd, maar Matt Damon kan weer gered worden. Naar aanleiding van de nieuwe bio-scoopfilm The Martian neemt Suzanne je op pagina 8 mee naar Mars. Bier aanprijzen met een donkere heer? Ongehoord! Althans, zo dacht Am-stel erover in de jaren dertig. Benieuwd naar het verhaal hierachter? Blader dan door naar pagina 9 voor Anna’s artikel over schilderkunst en racisme. Waar denk je aan bij een Indiaan-se prinses? Waarschijnlijk niet aan een van de beste geheim agentes in bezet Frankrijk. Op pagina 10 vertelt Pouwel alles over Noor Inayat Khan, een prinses die Disney niet snel zal verfilmen. Tot slot heeft Eindeloos weer oud nieuws, prent van de maand en een puz-zel. Weet jij hoe de auteurs heten van de beroemde historische werken? Verza-mel wat vrienden en test je kennis.

Jullie dienaar, Tycho Hofstra

EINDELOOS NUMMER 2 - PAGINA 3OPINIE

Koen Molenaars – De deugden van de geschiedwetenschap zijn op één hand te tellen. Dat is niet veel, maar nog altijd meer dan theaterwetenschap, aangezien je daar niet eens een vinger nodig hebt om te zien dat er weinig deugdelijks aan is. Van de spaarzame deugdzaamheden van de geschiedenis is mijn favoriete echter het vergeten. Dwangmatig door de Facebooktimeli-ne scrollend, met verkrampende duim de NU.nl-app bedienend, doet mij di-rect verlangen tot de tijd waarin alles wat nu gebeurt al lang geschiedenis is. Huilend stort ik me op mijn kussen, dat nog een beetje vochtig is van mijn vorige huilsessie om de triestheid van de moderne mens. Was het maar al-vast geschiedenis.

Een middelbare vrouw deelde die dag op mijn Facebook teksten als ‘MARK RUTTE IS DE GROOTSTE LEUGENAAR EN LUL DIE OOIT IN DE REGERING GEZETEN HEEFT DIE ZIJN EIGEN VOLK UITROEIT (sic)’. On-danks dat het met Microsoft Paint in Comic Sans is geschreven op een schaap-jeswolkenluchtachtergrond, komt de boodschap wel dreigend over. ’s Avonds verkondigt een pittige dame in het tele-visieprogramma Pauw kordaat dat vijftig procent van alle asielzoekers die nu naar Nederland komen criminelen en moor-denaars zijn. Op de vraag waar ze die gegevens vandaan heeft, zegt ze vol over-tuiging: ‘dat denk ik gewoon, zo voel ik dat’. Weer dook ik snikkend met mijn hoofd in mijn kussen. De deugd van de geschiedenis is dat dit soort rare uitspraken over het al-gemeen het tand des tijds niet doorstaan.

Het handjevol dat toch nog bewaard blijft, is mooi materiaal voor een vermakelijke scriptie van een bachelorstudent. Niets is leuker dan in een archief briefjes, affi-ches of andere geschriften te vinden met een boodschap recht uit het hart. In het archief van Eindhoven mocht ik getuige zijn van een vrouw die in 1934 in een brief aan de gemeente de bezoekers van een buurtcafé uitmaakte voor ‘UITSCHOT, het laagste van het laagste, HOERENLOPERS en raddraaiers’. De brieven zijn stuk voor stuk mooie documenten voor die tijd. Ho-peloze burgers brengen hun woede en bezorgdheid op excentrieke wijze over op het vergeelde papier. De geschiedenis heeft de nobele taak om alle bewijzen van vroeger tijden nog eens onder het vergrootglas te leggen en te heroverwegen, zonder de wirwar van nonsens met weinig inhoudelijke toe-voeging. Het komt wat nutteloos over, als mosterd na de maaltijd, maar niets is een betere filter van non-informatie dan de tijd zelve. Alles wordt er aandoenlijk van (behalve Hitler natuurlijk). De urgentie van de woorden zijn vervaagd, terwijl de boodschap nog even duidelijk is. Vertede-rend is het. Een historicus kan zijn mond vol hebben over het heden, klagen over dat men niets leert van het verleden en ver-ongelijkt nutteloos zijn, maar uiteindelijk veilig opbergen op de plek waar woorden worden bewaard, die hun maatschap-pelijke context al lang verloren hebben. Ik wens wel eens om vanuit die bril te kunnen kijken naar alle paupers en intel-lectuelen die iets doms zeggen. Maar ze zeggen het vandaag de dag. Belangrijke beslissingen moeten nog genomen wor-

den, terwijl deze verdorven mensen de reine hersenpannen van goede burgers parasiteren. Enerzijds met xenofobie, po-litiek wantrouwen en de behoefte om dat ook online met de wereld te delen, ander-zijds –evenzo verderfelijk- met culturele zelfontkenning, waardenrelativering en bovenal republicanisme. Lagen deze documenten maar vast in een archief. Het grootste deel uit-gebaggerd, de restanten als geschikte citaten om een gortdroog historisch on-derzoek wat op te leuken. Geschiedenis

relativeert de ernst van zaken (behalve Hitler natuurlijk) en maakt het daardoor makkelijker om erom te lachen, het weg te wuiven en het te vergeten. Dat waar-schijnlijk 98 procent van alle documenten die tegenwoordig worden geproduceerd meteen ook weer worden vergeten is een zegen. De historicus zou er anders spontaan de hoop in de mensheid van verliezen. Nu kan hij tenminste nog een beetje lachen om een domme mening op een briefje, zonder te weten dat het gros van de mensen er op dezelfde manier over dacht. Geschiedenis is het verge-tene interpreteren op basis van wat er is onthouden. Daar kun je maar beter om la-chen. d

Was het maar alvast geschiedenisKoen snikt om huisvrouwen

‘Hopeloze burgers brengen hun woede en bezorgdheid op

excentrieke wijze over op vergeeld papier.’

Het pronkstuk van een generatie.

EINDELOOS NUMMER 2 - PAGINA 4 REDACTIECLASH

EINDELOOSMeningen, ook de redactie van Eindeloos lijdt eronder. Tijdens brainstormsessies wilt de vlam nog weleens in de pan slaan en komen twee redacteuren lijnrecht tegenover elkaar staan. Van films tot het perfecte brood om tosti’s mee te maken, niets is veilig voor Eindeloos gekibbel. Deze week: De ondraaglijke lichtheid van het bestaan van Milan Kundera.

ONDRAAGLIJK!Tycho Hofstra - Geen titel gun ik het meer een klassieker te zijn dan De ondraaglijke licht-heid van het bestaan van Tsjechisch-Franse auteur Milan Kundera. Dit bedoel ik letter-lijk: de titel is zo goed dat de zes woorden als complete roman moet worden opgenomen in de canon van de wereldliteratuur. Dat gezegd hebbende, het boek zelf is zwaar overschat.

Kundera pakt meteen de mogelijkheid om ons vertellen dat de personages slechts gefantaseerde personificaties van ideeën zijn. Dit is een verhaal, vertelt hij ons, met onrealistische personages in onrealistische situaties. U kunt de personages uit De ondraaglijke lichtheid van het bestaan meer zien als een literair vervoersmiddel. Lege hulzen om van een filosofisch A naar B te gaan. Hoor con-ducteur Kundera roepen: ‘Tuut tuut, allemaal aan boord van de Thomas: volgende halte, de dualiteit tussen liefde en seks. U kunt hier overstappen op de Thereza voor overpeinzingen over lichaam en geest. Voor een extra toelage kunt u verder reizen met de alles-oplossende-hond, die alleen stopt bij de grotere plotwendingen’. Op zich is dit natuurlijk prima, Kundera is niet de eerste schrijver die dit doet. Waar het boek een vreemde wending neemt is wanneer de auteur door de vierde muur breekt en ook nog een keer zijn filosofieën gaat uitleggen. Uiterst vriendelijk natuurlijk, maar overbodig. De gebeur-tenissen waar de personages doorheen gaan zijn zulke duidelijke metaforen, dat ik mij soms op-recht beledigd voelde toen Kundera deze nog even aanstipte. Ja bedankt Milan, de droom waarin The-reza afgedankt tussen andere vrouwen ligt, staat voor haar angst de liefde van schuinsmarcheerder Thomas te verliezen. Ik had dat begrepen.

Zo verandert Kundera het schrijversmot-to show, don’t tell in show then tell. Kundera’s filosofische uiteenzettingen halen alle snelheid uit het boek. Een doodzonde, want in tegenstelling

tot de personages zijn deze overpeinzingen juist weer wel vermakelijk en charmant. Ik vermoed dat Kundera dus eigenlijk een scheurkalender vol tegelwijsheden wilde maken, om halverwege oktober erachter te komen dat driehonderdvijfen-zestig pseudo-intellectuele overpeinzingen wel heel veel denkwerk vereisen. Vier personages en een indekkend paragraafje was De ondraaglijke lichtheid van het bestaan een feit. Dat het boek zo’n 350 pagina’s telt wordt zo bijzonder verdacht. Mijn theorie is dat iedere fan van het boek nog steeds in de rush van de titel zit. Dronken van de gedachte om de woorden ‘de ondraaglijke lichtheid van het bestaan’ te gebruiken in gesprek-ken over literatuur en filosofie, klampen lezers zich vast aan de illusie dat het boek heel goed is. En dat is het punt, De ondraaglijke lichtheid van het bestaan is Scarlett Johansson die sekstips uit de Linda opleest. Esthetisch fijn genoeg om de ab-surde inhoud te negeren. d

‘Allemaal aan boord van de Thomas voor de dualiteit

tussen liefde en seks. Tuut tuut.’

EINDELOOS NUMMER 2 - PAGINA 5REDACTIECLASH

GEKIBBEL

EEN LICHTPUNT IN ONS BESTAAN!

Zie jij hier een duidelijk winnaar? Stuur dan een mailtje naar [email protected] en vertel ons wie zo goed jouw mening heeft verwoord en waarom. Onder de inzendingen verloten wij het Eindeloosverrassingspakket! Hoezee!

Jetske Brouwer - De ondraaglijke lichtheid van het bestaan. Een titel als kunstwerk. Zes woorden die op minutieuze wijze het alle-daagse van de weidsheid beschrijven. Maar Kundera’s titel is als een enkel stipje binnen een pointillistisch werk: het is de totaliteit van alle penseelstreken die de esthetische ervaring mogelijk maakt. Een esthetische ervaring waarin de lezer op draaglijke wijze wordt aangezet tot actieve deelname aan het lichte verhaal dat ethiek heet. UIteindelijk gaat het om een verhaal: Kundera vertrouwt zijn lezers toe dat zijn personages niet werkelijk bestaan hebben. Ze zijn fictieve crea-ties, gerezen uit suggestie. Met deze expliciete melding onderstreept Kundera misschien niet het verhalende van de roman, maar het verhalende van het leven an sich. Proberen we niet alles te doen wat in onze macht ligt om van ons eigen le-ven een coherent verhaal te maken? Wij kunnen niet denken in termen van oneindigheid. Hierom zoeken we naar een plot die ons bevalt. Een plot als boei in de existentiële leegte. Kundera toont ons de zoektocht van twee paren. Tomas en Tereza. Sabina en Franz. Twee pa-ren, vier zoektochten die elkaar kruisen. We zien waar zingeving gevonden kan worden. In de con-

structie van een plicht zoals bij Tomas, waardoor de plot dendert op Beethovens ‘Es muss sein!’. Of in de creatie van een Zelf, met duidelijke principes. Voor de laatste kiest Franz, waardoor hij een hoop cognitieve dissonantie ervaart. Uit die keuze volgt dat we zelf kiezen voor de vorm van zingeving. En

kiezen doen we om de dag door te komen. Als dat betekent dat de mens soms rationeel tot keuzes komt en door het volgen van de intuïtie, soit. Het één is niet eenvoudiger dan het andere. Want hoe zit het met volgen van je pri-mitiefste verlangens of je eerlijkste gevoelens? De grenzen zijn lastig te onderscheiden. Kundera introduceert ons de wereld van de dromen: zijn die minder echt? Hoe authentiek is het onderbe-wuste? En dan ten slotte: die Ander in ons leven. Of we meegaan met de existentialisten of niet, die Ander is er en kan onze prachtig gecomponeerde plot zonder pardon binnenrazen. We komen die persoon tegen en kunnen niet doen alsof deze er niet is. Hoogstens kan besloten worden om hem of haar te passeren, maar ook dat beïnvloedt de eigen tred. Naast de individuele hunkering naar betekenis, onderzoekt Kundera ook het publieke verlangen waarin het heil synoniem is aan het algemeen belang. Het Praag van ’68 ademt door de bladzijden. Interessant is dat Kundera zijn personages op de achtergrond van zowel com-munistische als kapitalistische landschappen laat bewegen. Hij toont dat de betekenis er misschien op verschillende plekken wordt gezocht, maar laat de lezer ironisch constateren dat de mense-lijke mechanismen die erachter schuilen in wezen niet veel van elkaar verschillen. De ironie houdt de overpeinzingen licht en stelt de lezer misschien zelfs gerust. Dat de zoektocht naar de grote ‘Betekenis’ geen einde lijkt te kennen, maakt haar niet minder spannend. Dus stort je in de ondraaglijke lichtheid van het bestaan, ga met anderen kopje onder in de golven van illusie. Zolang we niet weten wanneer en of de ontnuchtering komt, kunnen we ons de roes maar beter laten welgevallen. d

‘Dat de zoektocht naar de grote ‘Betekenis’ geen einde lijkt te kennen, maakt haar

niet minder spannend.’

EINDELOOS NUMMER 2 - PAGINA 6 HAPKLARE HISTORIE

Tycho Hofstra - Hoewel alcohol relatief duur is in Afrika is het mo-gelijk om in Kenia voor slechts vijfentwintig cent een heerlijk glas Chang’aa te krijgen. De naam van de drank vertaalt zich naar ‘Dood mij snel’ en dat is niet zonder reden. Chang’aa wordt namelijk gestookt door het gistingsproces van lokale granen te versnellen met kerosine, batterijzuur en/of balsemvloeistof. Hierdoor bestaat het Keniaanse doorzakkertje volledig uit alcohols uiterst giftige broertje: methanol. Naast allerlei soorten maag-lever-darmklachten leidt chang’aa tot ge-zichtsverlies, onherstelbare hersenschade en in sommige gevallen de dood. Chang’aa is echter niet Afrika’s enige lokale gif. In Botswana drinkt men het vergelijkbare laela mmago, de vertaling: ‘Vaarwel moeder’.

Coks Donders - Roer één deel zoete vermout, drie delen whisky en een scheut brandewijn goed door elkaar. Voorzie een shortdrinkglas van gehakt ijs, schenk de cocktail erin en top de drank af met zo’n ranzige Maraschinokers. Voilà, voor u staat een classic Manhattan, volgens een populaire mythe uitgevonden door de Amerikaans-Britse Jenny Jerome in de Manhattan Club, toen daar in 1874 de verkiezingsover-winning van gouverneur Samuel J. Tilden gevierd werd. Echter bleek later dat Ms. Jerome helemaal niet op het feestje aanwezig was ge-weest, want ze was aan het bevallen van haar zoontje Winston. Leuk jochie, die Winston. Hij wist het nog best ver te schoppen in zijn le-ven, want in mei 1940 werd hij premier van het Verenigd Koninkrijk.

Koen Molenaars – Vergeet het genie van Vincent van Gogh, Gau-guin, of Manet. Zielige alcoholisten waren het. De moderne kunst is maar aan één iemand te danken, en dat is de Groene Fee. Ge-botteld en op zijn best met 70 procent alcohol, inspireerde de groenkleurige absint alle schilders en andere kunstenaars in Parijs in de tweede helft van de negentiende eeuw. Van Gogh, maar ook schrij-vers als Hemingway en Baudelaire raakten betoverd door de natte muze. De overheden hadden het echter minder op het groenkleurige drankje. Begin twintigste eeuw werd het in de meeste landen verbo-den. De erfenis van de Groene Fee is echter onuitwisbaar: zonder haar hadden we slechts twee kunstmusea aan het Museumplein gehad.

Pouwel van Schooten - In 1777 besloot Frederik II van Pruisen, ook wel bekend als Frederik de Grote wegens militaire prestaties en verlichte her-vormingen, dat het afgelopen moest zijn met de oprukkende koffiemanie in zijn koninkrijk. Der alte Fritz noemde deze koffieconsumptie walgelijk: het zou zijn manschappen ongeschikt maken voor de strijd. Fritzie zweer-de bij bier! Zo sprak hij: ‘Zijne Majesteit is grootgebracht door bier en zo ook zijn voorouders en officieren. Mijn volk moet bier drinken.’ Het verbod op koffieproductie was vier jaar later een feit, uiteraard met uitzonde-ring van de boontjes die voor regeringsdoeleinden geroosterd werden.

ALCOHOL

Meng chang’aa met laela mmago voor een radioactieve cocktail

Van zo’n bijdehant kind als Winston Churchill zou iedereen gaan drinken

Nadat Vincent zijn oor afsneed groeide iets anders terug

Vraag om een latte macchiato en word direct in de kerkers gegooid

Afrikaanse afzakkertjes

Moeke Churchill en de cocktailbar

Inspiratie en intoxicatie

Fritz’ koffieverbod

EINDELOOS NUMMER 2 - PAGINA 7HAPKLARE HISTORIE

Emma Kabel - Het is een nazomeravond in 1788 als het Oostenrijkse leger neerstrijkt in het nu Roemeense plaatsje Karánsebes. Er is een oorlog gaan-de tussen de Oostenrijkers en het Ottomaanse Rijk. Als de meeste tenten zijn opgezet trekt een groepje soldaten erop uit om de omgeving te verken-nen. Al snel ontmoeten ze de plaatselijke zigeuners die schnapps verkopen. De verkenners besluiten groots in te slaan en keren straalbezopen terug bij het kamp, maar willen daar de overgebleven drank niet delen met andere soldaten. Er ontstaat een gevecht en in alle chaos wordt geroepen of ver-staan dat er Turken zijn. Dan gaat het helemaal mis en gaat iedereen met elkaar op de vuist. Als het Ottomaanse leger twee dagen later daadwerke-lijk arriveert, treft het zo’n 10.000 dode en zwaargewonde Oostenrijkers aan.

Suzanne Nellestijn - Als we denken aan de kruistochten, zien we hel-den als de Engelse koning Richard Leeuwenhart voor ons, of Orlando Bloom met wapperende haren in Kingdom of Heaven. In werkelijkheid waren veel kruisvaarders een stuk minder bewonderenswaardig. Aan het begin van de twaalfde eeuw werden er verscheidene Scandina-vische expedities naar het Heilige Land georganiseerd. Deze nobele vikingen lieten zich het leven in het oosten wel smaken, en genoten met volle teugen van onder andere de Griekse wijn Retsina. Zo kwam het, dat een groot deel van deze kruisvaarders, inclusief de Deense ko-ning Erik I, zich dooddronken nog vóór ze het Heilige Land bereikten.

Ciska Schippers - ‘Alcohol is de duivel’, dat hebben we allemaal wel eens gedacht op zondagochtend. Maar hoewel wij die gedachte meestal niet langer dan vijf dagen volhouden, zijn er mensen waarbij deze over-tuiging iets sterker is. Zo is daar Wayne Wheeler, de bedenker van de Volstead Act, beter bekend als de National Prohibition Act. Het brein achter de gefaalde drooglegging van de Verenigde Staten in de ja-ren twintig had namelijk niet zo’n fijne ervaring met alcohol. Toen Wayne nog een klein jongetje was liep er op de boerderij van zijn ou-ders een hulp rond die zo dronken was dat hij per abuis zijn hooivork in Wayne’s been stak. Reden genoeg om de Anti-Saloon League op te rich-ten en zijn leven te wijden aan het verbieden van het duivelse goedje.

Tim Snijders - De Amerikaanse drooglegging uit de jaren twintig weerhield de Amerikanen niet van sterke drank af te blijven. Doorzakkertjes kon men her en der kopen van de zogeheten bootleggers. Hun zelfgestookte produc-ten maakte mensen echter vaak ziek. Illegaal gestookte drank gebruikte namelijk industriële alcohol, waar volgens de wet stoffen aan toe werden gevoegd om het ondrinkbaar te maken. Hier zag de federale overheid kan-sen om mensen voor eens en voor altijd van de drank af te schrikken. Rond 1925 gaven de autoriteiten de industrie de instructie om hun alcohol nog veel giftiger te maken. Dodelijk zelfs. Als gevolg lieten maar liefst 10.000 mensen het leven, wat pas decennia later bekend zou worden. In 1933 zag Washington gelukkig het licht en werd de drooglegging opgeheven.

ANEKDOTES

De tweede kruistocht naar Schotland was ook een succes

Later sneuvelden er nog duizend man over het laatste mariakaakje

Wheeler besloot zijn succes te vieren met een dubbele fristi on the rocks.

Doet mij maar nog zo’n lekkere allesreiniger

Droogleggen en aanlengen

Kruiskroegentocht

Verwarrende verschnapperingen

De grote geheelonthouder

EINDELOOS NUMMER 2 - PAGINA 8 MARS/MATT DAMON

Suzanne Nellestijn - Met de release van de nieuwe film The Martian nemen we een kijkje in de toekomst, door middel van een bemande missie naar Mars. De film biedt echter ook een kijkje in de prille geschiedenis van de ruimte-vaart. Naast bekende gezichten als Matt Damon komen we in de film na-melijk nog een oude bekende tegen: de Mars Pathfinder.

Op 2 december 1996 lanceerde NASA de Mars Pathfinder-missie, letterlijk en figuurlijk. Deze missie was de eerste waar-bij gebruik werd gemaakt van een ‘rover’, een onbemand ruimtevoertuig dat gege-vens moet verzamelen over de planeet. Een actueel voorbeeld hiervan is de rover Curiosity, die sinds augustus 2012 fervent rondrijdt door de duinen van Mars, en van wiens vooruitgang en dagelijkse bezighe-den we nu zelfs via Twitter op de hoogte kunnen blijven. Zoals gezegd was er ook een rover onderdeel van de Pathfinder-missie, genaamd Sojourner. Deze staat echter in schril contrast met de Curiosity, Sojourner heeft het maar een schamele zeven dagen volgehouden. Nu gaan we natuurlijk niet de arme Sojourner een minderwaardig-heidscomplex aanpraten. Als eerste rover op Mars leverde de Sojourner op zich na-

melijk al een hele prestatie en in zijn werkzame zeven dagen heeft het karretje dan ook niet stil gezeten. Zo heeft de ro-ver 2.3 miljard bits aan data verzameld, waaronder 16.500 foto’s en 8.5 miljoen metingen van de luchtdruk, temperatuur en windsnelheid. Daar zou de Martiaanse Piet Paulusma een mooi weerberichtje van in elkaar kunnen knutselen. De Sojourner kwam in juli 1997 echter niet alleen. Het wagentje werd ver-gezeld door een Mars-lander, een soort basisstation van waaruit de rover zijn tocht kon beginnen. De marslander is later de Carl Sagan Memorial Station genoemd, naar de Amerikaanse astrofysicus Carl Sa-gan. Als onderzoeker naar buitenaards leven kon Sagan niet wachten tot Mars eindelijk bezocht kon worden. Tragisch genoeg stierf de Amerikaanse onderzoe-ker een paar weken na de lancering van de Pathfinder. Sagan had beter vijftig jaar later geboren kunnen worden. Dan had hij op Twitter – naast de vakantiekiekjes van zijn buurmeisje – foto’s van het landschap van Mars had kunnen zien. The Martian levert een klein eer-betoon aan een van de eerste missies naar Mars (geen paniek: er volgen geen spoi-lers) die de verdere ontdekking van deze en wellicht ook andere planeten moge-lijk maakte. Als tweede missie van NASA’s

Discovery Program bewees Pathfinder zonder meer het succes van een nieuw concept. Namelijk: zo goedkoop moge-lijk een schat aan informatie verzamelen doormiddel van een onbemand ruimte-voertuig. Hiermee legde Pathfinder de basis voor verdere innovatie in de ruimte-exploratie zoals het uiterst succesvolle Curiosity-project, en in de toekomst wel-licht zelfs bemande missies naar de Rode Planeet. d

Good Ol’ Pathfinder

Advertentie.

En met een ‘bonk’ verbrak de Sojourner het contact met aarde.

EINDELOOS NUMMER 2 - PAGINA 9KUNST

Anna Teijeiro Fokkema - In 1930 vroeg bierbrouwer Amstel aan kunstenares Nola Hatterman om hun reclamecam-pagne te ontwerpen. De opdracht was simpel: schilder een deftige heer die op een terras een glas Amstelbier drinkt. Hatterman deed dit. Ze schil-derde een goedgeklede man, zittend aan een tafel met een rood-wit ge-blokt laken waarop een biertje stond en handschoenen lagen. Op de tafel achter de man lag een opengeslagen krant. Het schilderij behoort tot de Nieuwe Za-kelijkheid. Deze stroming ontstond in de jaren twintig van de vorige eeuw en omvatte de architectuur, literatuur en beeldende kunst. Schilderijen uit deze stroming zijn herkenbaar aan de strakke penseelvoering en het opgeklapte-eta-lageperspectief. Daarnaast worden er objecten afgebeeld die iets zeggen over de functie van het geportretteerde. Over de geportretteerde was in eerste instantie weinig bekend. Pas vele jaren later ontdekte men dat de afge-beelde man Jimmy van der Lak was. In 1925 arriveerde Van der Lak, later ook wel bekend als Jimmy Lucky, met een oceaan-stomer vanuit Suriname in Rotterdam. Eenmaal in Nederland werkte hij als mo-del, entertainer en barman. Daarnaast verdiende hij geld met boksen. De bezigheden van Van der Lak zijn volgens de richtlijnen van de Nieuwe Zakelijkheid terug te vinden in het schil-derij. Zo verwijzen de leren handschoenen en de gebalde vuist naar zijn bokscarrière, het biertje naar zijn tijd als barman en de krant verwijst met de aankondiging van een aantal voorstellingen naar zijn carri-ère als entertainer en model. Hatterman legde er ook een maatschappijkritische laag in. Zo zit er in de opengeslagen krant ook nog een tweede stille verwijzing, namelijk naar de ‘blackfase’ praktijken in de Amerikaanse entertainmentindustrie. Daarnaast re-ageerde Hatterman op de reclames van onder andere zeep- en schoenpoetsfabri-kanten die donkere mensen belachelijk maakten door ze af te beelden als vrolijke,

maar domme mensen die al het vuil lie-ten verdwijnen en alles mooi poetsten. Door Van der Lak af te beelden als een ‘deftige heer’ laat Hatterman zien dat donkere mensen niet alleen goed waren om de clown uit te hangen in zeeprecla-

mes maar dat zij net als ieder ander ook een biertje konden drinken zonder dat hier raar van opgekeken moest worden. Toen Hatterman het werk aan de opdrachtgevers toonde zagen zij in-derdaad een deftige heer, zittend op een

terras met een glas Amstelbier. Er was vol-gens Amstelbier echter één probleem; de man was niet blank en dit waren de jaren dertig. Het werk werd afgewezen. Nu weten we dat de samenle-ving in de beginjaren van de vorige eeuw niet zo ‘multicultureel’ was als deze nu is. Hiermee valt de reactie van Amstelbier, die dit geschil overigens nooit officieel heeft bevestigd, niet goed te praten, maar wellicht wel te begrijpen. Nola Hatterman was haar tijd dus ver vooruit door juist een Surinaamse man als model te kie-zen. Opvallend is echter dat anno 2015 de mannelijke blanke dertiger, tegenwoordig vaak met hippe baard, nog altijd domi-neert in de bierreclames. Zo blijkt dat een kritische houding als die van Hatterman vandaag de dag nog steeds nodig is. d

De donkere drinkerAmstel en de multiculturele misstap

‘Er was volgens Amstelbier echter één probleem: de man was

niet blank.’

Hoe kunnen ze deze potverdorie mooie man weigeren? Hoe vraag ik je!

Pouwel van Schooten - Juni 1943: Frank-rijk is al meer dan drie jaar bezet door nazi-Duitsland. Het schrale Franse verzet probeert uit alle macht door-middel van radio’s cruciale informatie naar Engeland te sturen. Maar dan gaat het mis: in minder dan een week worden alle verzetsstrijders opge-pakt. Echt allemaal? Nee, alleen de Brits geheim agente Noor Inayat Khan weet de dans te ontspringen. Haar leidinggevenden in Engeland zijn op zijn minst verbaasd te noemen. Noor Inayat Khan was namelijk de meest onwaarschijnlijke succesvolle geheim agent in bezet Frankrijk.

Januari 1914: Noor werd geboren op nieuwjaarsdag 1914 met meteen een bij-zondere achtergrond: haar Indiase vader en Amerikaanse moeder waren dat jaar daarvoor naar Rusland gevlucht om met elkaar te trouwen. De ouders van haar moeder waren blijkblaar niet echt blij dat hun dochter een Indiase man wilde hu-wen, zelfs het feit dat de Indier afstamde van de Indiase Sultan mocht niet baten. Na een kort verblijf in Rusland vestigde het gezin zich in Frankrijk waar Noor in alle rust opgroeide. Naast muziek-, schrijf-, en kunstlessen leerde Noor van haar vader pacifistische principes, vader Khan was namelijk goede vrienden met Gandhi. Later schreef Noor artikelen voor Franse kranten en in 1939 verscheen zelfs haar boek over Boeddhistische kinderver-halen. De jonge prinses leek een vredig en artistiek leven tegemoet te gaan. November 1940: met de bezet-ting van Frankrijk in mei 1940 vluchtte de familie direct naar Engeland. Tijdens de vlucht kreeg de pacifistische Noor een openbaring die haar wereld op de kop zou zetten. In een brief uit die periode schrijft zij: ‘I wish some Indians would win high military distinction in this war. If one or two could do something in the Allied service which was very brave and which everybody admired it would help to make a bridge between the English people and the Indians.’ Niet veel later dat jaar sloot ze zich aan bij de WAAF (Women’s Auxili-ary Air Force).

Februari 1943: Hoewel Noor een intelligente en snelle leerling was (binnen een jaar was ze bekwaam in telegrafie en morsecode) hadden haar meerderen toch hun twijfels. Ten eerste was ze Indiaas, wat naast racistische overwegingen, sim-

pelweg zou opvallen als spion in Frankrijk. Ten tweede was ze vastbesloten altijd de waarheid te vertellen, iets wat natuur-lijk niet de bedoeling is als geheim agent. Tijdens een van haar vele screenings kon ze bijvoorbeeld niet verbergen dat ze het Britse rijk een weerzinwekkende praktijk vond en ze na de oorlog zich volledig zou inzetten om het imperialistische rijk ten einde te brengen. De Engelsen waren, zo-gezegd, not pleased. Juni 1943: Noor werd, ondanks alle bedenkingen, als eerste vrouwelij-

ke radioagent het Kanaal over gestuurd. Het Franse verzet had dringend nieuwe radio-operateurs nodig. Dit was echter niet vreemd aangezien de gemiddelde radioagent in Frankrijk binnen twee we-ken werd gepakt. In deze context was het niet vreemd dat Noor werd gestuurd, nie-mand anders wilde de functie vervullen. Een week na aankomst ging alles mis: het merendeel van de Parijse verzetsstrijders werd opgepakt en afgevoerd. Noor stond er alleen voor. De Britse regering bood aan om haar terug te halen, maar dit weigerde ze. Tegen alle verwachtingen in veran-derde het ooit timide meisje dat altijd de waarheid vertelde in een van de meest bekwame spionnen uit de Tweede We-reldoorlog. Vier maanden lang werkte zij als enige radioagent in Frankrijk, waar zij het werk deed van zes man. Terwijl Noor haar schuilplaats, uiterlijk en kleren dage-lijks veranderde en verschillende keren de Gestapo moest ontvluchten bleven de ra-dioberichten maar komen. Oktober 1943: Na vier maan-den sloeg het noodlot toe. Op banale wijze werd zij verraden aan de bezetters

Spionnenprinseshet adembenemende leven van Noor Inayat Khan

‘Het timide meisje ver-anderde in de meest

bekwame spionne uit de Tweede Wereldoorlog.’

Héél Gallië? Nee, een kleine radioagente bleef moedig weerstand bieden aan de overweldigers en......

EINDELOOS NUMMER 2 - PAGINA 10 SPIONNES/WOII

EINDELOOS NUMMER 2 - PAGINA 11

Oud Nieuws

Het Utrechts Psalter, een negende-eeuws liedboek, is opgenomen in de Unesco werelderfgoedlijst. Chauvinis-ten onder ons: juich niet te vroeg. Het boek kwam pas in de achttiende eeuw naar Utrecht, vandaar de naam. Wel kunnen we ons vergapen aan diverse fraaie pentekeningen die bijna als een striptekening dienen bij psalmen en liederen. Zo zien we een baardloze Je-zus een engel bewapenen met een speer die vervolgens een leger van leugenaars te lijf gaat. Het psalter is online in te zien via de website van de Universiteit van Utrecht en te-vens fysiek te aanschouwen in het Catherijneconvent vanaf 21 oktober.

In de rubriek Oud Nieuws loopt Einde-loos u door de historische nieuwtjes van de afgelopelen maand. Wel zo makkelijk.

De Britse historicus Paul Booth heeft de vroegste vermelding van het woord ‘fuck’ (mét seksuele connotatie) ge-vonden in een rechtszaak uit het jaar 1310. Ene ‘Roger Fuckebythenavele’ wordt drie keer genoemd in de rollen van het gerecht van de Engelse provin-cie Chester. Volgens Booth is er geen sprake van toeval of een fout, aange-zien de opvallende bijnaam maar liefst drie keer consequent werd genoteerd. Booth geeft twee mogelijke redenen voor het gebruik van de naam: of de beste man was onervaren in de daad en heeft geprobeerd om geslachtsge-meenschap te hebben met de navel, of de bijnaam is een variant op ‘idi-oot’: iemand die zo dom is te denken dat de navel voor coïtus is bedoeld. Bij de derde vermelding in de rollen werd Roger overigens verbannen; als hij ooit nog werd teruggezien in Chester mocht zijn kop zonder proces rollen.

Aanwijzingen zijn gevonden van het graf van koningin Nefertiti in de tom-be van Toetanchamon. Men denkt dat Nefertiti de vrouw (en nicht) was van farao Achnaton en daarmee de moeder van Toetanchamon. In ieder geval: Na een staatsgreep werd de hele familie verwijderd uit het regis-ter en greep het leger de macht om orde op zaken te stellen. Wat dat be-treft is er weinig veranderd in Egypte.

voor een som geld. Tijdens de brute ver-horingen verklapte Noor niets over haar spionnenwerk. Haar stilte was helaas tevergeefs, door de radiocodes die zij bij zich had wist de Gestapo direct wie zij was. Voor Noor was het einde in zicht. Ondanks meerdere ontsnappingspogin-gen werd ze naar een concentratiekamp gebracht en op 13 september 1944 dood-

geschoten. In 1949 kreeg ze postuum voor haar moed de George Cross, de op één na hoogste onderscheiding in Groot Brittannië. Noor Inayat Khan werd zelf de Indiaanse held waarnaar zij in 1940 naar verlangde. Dapper en bewonderd, onmisbaar en gedecoreerd zodat de hele wereld kon zien waar haar volk in toe in staat was. d

HORIZONTAAL

LEKKER PUZZELENKen jij alle auteurs van de onderstaande boeken?

PUZZEL

2. Herfsttij der Middeleeuwen3. Eichmann in Jerusalem. A Report on the Banality of Evil5. Op het breukvlak van twee eeuwen8. Das Kapital10. Decline and Fall of the Roman Empire11. Nieuw Babylon in aanbouw

1. The End of History and the Last Man3. Imagined Communities4. The Pursuit of History6. Dark Continent7. Tien jaren uit den tachtigjarigen Oorlog9. Geschichte der romanischen 11. Nieuw Babylon in aanbouw

VERTICAAL

EINDELOOS NUMMER 2 - PAGINA 12 PRENT

COLOFONHoofdredactieTycho HofstraEindredactieSilvio AlgraCoks DondersTycho HofstraKoen MolenaarsVormgeving Tycho HofstraDrukwerkSpeed-o-Print, AmsterdamRedactieSilvio AlgraJetske BrouwerCoks Donders Tycho HofstraEmma KabelZará KarsThijs van LeeuwenKoen MolenaarsSuzanne NellestijnJorn de RaadCiska SchippersPouwel van SchootenTim SnijdersAnna Teijieiro FokkemaRedactieraadDr. Jouke TurpijnDr. Willem Melching Prof. Dr. Wyger Velema Dr. Wendelien van Welie

Uitgever: Stichting EindeloosEindeloos is een onafhankelijk perio-diek van en voor de studierichtingen Geschiedenis en Kunstgeschiedenis aan de Universiteit van Amsterdam. Het blad wordt uitgegeven door de Stichting Eindeloos en is gelieerd aan studievereniging Kleio. Eindeloos ligt iedere maand in de bladenbakken van het P. C. Hooft-huis en in de Oudemanhuispoort. Reacties, ingezonden stukken, lief-desverklaringen en hatemail kunt u sturen naar [email protected] Deze uitgave kwam tot stand met subsidie van de Universiteit van Am-sterdam.

Zie ook: eindeloosweblog.word-press.com

Prent van de maand

Kijk voor novem-beractiviteiten op:

www.kleio-amsterdam.nl

of like ons op facebook!

Advertentie

William Hogarth: Cunicularii, or The Wise Men of Godliman in Consultation (1726)

Thijs van Leeuwen - In 1726 ging in Engeland het gerucht de ronde dat ene Mary Toft in Sur-rey zou zijn bevallen van een nest konijntjes. Het verhaal hield heel het land in zijn greep -tot het koningshuis aan toe- en leidde tot een stormvloed aan pamfletten over het curi-euze voorval: was het nou waar of niet? William Whiston, protegee van de grote Sir Isaac Newton wist het wel. Deze gebeurtenis was de directe vervulling van een voorspelling uit de Bijbelpassage 2 of 4 Ezra: ‘and menstruous women shall bring forth monsters.’. Whiston wilde geen paniek zaaien, maar volgens hem stond het einde der tijden voor de deur. Voor satirisch tekenaar William Hogarth lag dit toch iets anders. In de prent hier-boven vraagt hij zich af hoe dit verhaal serieus kon worden genomen. Terwijl de ‘wijze mannen’ geïntrigeerd toekijken, biedt de slager bij de deur een dood konijn aan bij dokter Mary’s dokter. Helaas, de dokter vindt dit exemplaar ‘too big’ om geloofwaardig te zijn. De alwetende vinger onder het oog van de slager maakt de prent compleet, Mary’s bevallingen zijn een grote truc. Toen de kersverse moeder uiteindelijk naar Londen werd gehaald gaf zij na een intens onderzoek toe de bevallingen inderdaad in scene te hebben gezetn. Het Britse publiek vond het bij de konijnen af. d