DUURZAME STADSLANDBOUW IN DE BENELUX€¦ · is duurzame ontwikkeling een van de thema’s in de...

19
DUURZAME STADSLANDBOUW IN DE BENELUX Enkele goede prakjken

Transcript of DUURZAME STADSLANDBOUW IN DE BENELUX€¦ · is duurzame ontwikkeling een van de thema’s in de...

  • DUURZAME STADSLANDBOUW IN DE BENELUXEnkele goede praktijken

  • Verantwoordelijke uitgever: J.P.R.M. van Laarhoven, Regentschapsstraat 39, 1000 Brussel

    Redactie: Benelux-werkgroep Educatie, informatie en communicatie over natuur, milieu en duurzame ontwikkeling

    Coördinatie: Marc Naessens (Team Duurzame Ontwikkeling van het Secretariaat-Generaal Benelux)

    Grafische vormgeving en drukwerk: fuel.bvba/sprl

    Vertaling: Dienst Taal van het Benelux Secretariaat-Generaal

    Datum: 11.2013

    Foto’s gemaakt door:

    Cover, van links naar rechts: Dieter Telemans, Equigaart asbl, Veldwerk Nederland, Gemeente Etterbeek

    Pagina 6, van links naar rechts: Veldwerk Nederland, Dieter Telemans (foto’s 2, 4), Christine Hennaut, Axel Demonty, Caterina Venti, Mariette Scheuer en Amélie Brenner

    Pagina’s 8-9, van links naar rechts: Christine Hennaut, M. Queekers, Veldwerk Nederland, Mariette Scheuer en Amélie Brenner, Gemeente Etterbeek, Le Début des

    Haricots asbl

    Pagina’s 10-11, van links naar rechts: Dieter Telemans, Gemeente Etterbeek (foto’s 2, 4), Annerie Rutenfrans, Le potager de transition –Ath, Le Début des Haricots asbl

    Pagina’s 12-13: Caterina Venti

    Pagina 14: Gemeente Etterbeek

    Pagina 16: Annerie Rutenfrans

    Pagina 18: Mariette Scheuer en Amélie Brenner

    Pagina 20: De Meester-Wroeterij vzw

    Pagina 22: Nature et Progrès asbl

    Pagina 24: Wijktuin – de Esch

    Pagina 26: Le Début des Haricots asbl

    Pagina 28: Equigaart asbl

    Pagina 30, van links naar rechts: Michelle Biet, Guy Mambourg, Liliane Jonnard, Fabienne Henriet

    Pagina 32: Stefan Jacobs

    DUURZAME STADSLANDBOUW IN DE BENELUXEnkele goede praktijken

  • Verder zien we dat de productie van voedsel in steden ook bevorderlijk is voor de biodiversiteit in de stad en voor het verkleinen van de ecologische voetafdruk van stadsbewoners. Uit een onderzoek dat in 2012 in Nederland werd verricht is overigens gebleken dat meer groen in stedelijke gebieden een besparing van 65 miljoen euro op het gezondheidsbudget kan opleveren. Ook kan het ziekteverzuim bij werknemers dalen door meer groen, wat goed zou zijn voor een besparing van 328 miljoen euro .

    Ook merken we dat door het tuinieren, in welke vorm ook, sociale contacten worden gelegd. Sinds enkele jaren is er immers een nieuwe trend van collectieve projecten. Het gaat niet enkel meer om het produceren, maar wel om samen produceren en onderling delen tussen buren, tussen generaties, tussen « culturen ».

    Laten we ook niet vergeten dat een moestuin voor scholen een pedagogisch hulpmiddel is om basisvaardigheden aan te leren.

    Met een moestuin in de stad kun je je eigen voedsel verbouwen en daardoor heeft iedereen gemakkelijker toegang tot kwaliteits-voedsel voor betaalbare prijzen. Gezinnen kunnen zo hun kosten drukken en meer gevarieerd eten.

    Last but not least, stadslandbouw kan ook beroepshalve worden gedaan, waardoor er toegevoegde waarde ontstaat en banen worden gecreëerd. Uit een studie die in 2012 door het Brussels Hoofdstedelijk Gewest werd uitgevoerd blijkt dat wanneer de poli-tiek bereid is om in te zetten op duurzame voeding en duurzame stadslandbouw, in 10 jaar tijd 7000 nieuwe banen kunnen worden gecreëerd .

    Uiteindelijk is de lijst van voordelen van stadslandbouw onmiskenbaar lang.

    Daarom doet het er niet toe of er wordt getuinierd in privétuinen, patio’s, op terrassen of platte daken, op afzonderlijke moestuin-percelen of in bakken op trottoirs. Alle toepassingsmogelijkheden moeten worden verkend en ondersteund. Zodoende kunnen alle burgers, ongeacht hun kennis of middelen, meewerken aan duurzame ontwikkeling. Meer specifieke doelgroepen zoals scholen, bejaardentehuizen en uitkeringsgerechtigden worden daarbij meegenomen.

    Deze publicatie is dus bedoeld voor dit brede publiek en wil bijdragen aan de ontwikkeling van nieuwe initiatieven rond stadsland-bouw waardoor onze steden duurzamer worden.

    Ik wens u veel leesplezier en dank de Benelux-partners voor hun inbreng en vertrouwen.

    J.P.R.M. van LaarhovenSecretaris-generaalalwww.benelux.int

    VOORWOORDBeste lezer,

    Sinds het Benelux Unie-Verdrag in 2008 door de regeringen van België (met inbegrip van de Gewesten en Gemeenschappen), Nederland en Luxemburg werd ondertekend, is duurzame ontwikkeling een van de thema’s in de intergouvernementele samen- werking tussen deze drie landen geworden.

    De Benelux-werkgroep Educatie, Informatie en Communicatie over natuur, milieu en duurzame ontwikkeling koos het onderwerp «voeding» als rode draad in de samen-werking voor de periode 2010-2012.

    Het Groothertogdom Luxemburg gaf in 2010 het startschot voor deze samen- werkingscyclus met de conferentie «Voeding en educatie voor duurzame ontwikke-ling». Een tweede stap werd in 2011 gezet met een workshop onder leiding van het Waals Gewest rond Educatie over biodiversiteit via voeding. Het overzichtsdocument “Eet je bord leeg!” geeft uitleg bij deze eerste twee stappen met ervaringen over leer-projecten, vorming en initiatieven met pedagogisch potentieel .

    Ten slotte sloot het Brussels Hoofdstedelijk Gewest deze samenwerkingscyclus in 2012 af met een uitwisselingsdag rond landbouw in een stedelijke omgeving. Vanwaar die belangstelling en wat zijn de voordelen ervan?

    Wij constateren dat voedingspatronen die in lijn zijn met duurzame ontwikkeling positieve effecten hebben op zowel de lichamelijke als de geestelijke gezondheid. Door in een moestuin te werken kun je immers goedkoop een activiteit in de openlucht beoefenen en gezonde voeding verbouwen.

    Bovendien draag je door je eigen groenten te kweken bij aan het behoud van open ruimten in het hart van de wijken en aan de kwaliteit van de leefomgeving.

    1 http://www.benelux.int/FlippingBooks/eetJeBordLeeg/index.html 2 “Groen, gezond en productief” http://www.rijksoverheid.nl/documenten-en-publicaties/rapporten/2012/05/16/

    teeb-rapport-groen-gezond-en-productief.html. Studie verricht door KPMG op verzoek van het ministerie van Eco-nomische Zaken, Landbouw en Innovatie, thans het ministerie van Economische Zaken.

    3 “Système d’alimentation durable – Potentiel d’emplois en Région bruxelloise” http://www.aee-rbc.be/wp-con-tent/uploads/2013/02/SAD-Rapport-final-v4.pdf - Studie verricht door le Centre d’études régionales bruxelloi-ses des Facultés Universitaires Saint-Louis in samenwerking met Greenloop NV (subcontractant) en het Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid.

    54

  • INHOUDSOPGAVE

    INTRODUCTIE

    Voorwoord 4Inhoudsopgave 7Inleiding 9

    ACTIEFICHES

    De participatieve tuinen van Etterbeek 15Wanneer ruimtelijke ordening rijmt met sociaal, ecologisch en economisch

    Een stichting voor milieu-educatie levert pedagogische ondersteuning voor de schooltuinen De Wielewaal en Het Hatertshofje in Nijmegen 17

    Kalendula 19Een netwerk van 10 solidaire educatieve tuinen

    De Meester-Wroeterij in Astene 21Een innovatieve bio-gemeenschapsboerderij die evolueert naar een samentuinenproject

    Nature et Progrès in Jambes, een leertuin voor iedereen 23

    Wijktuin de Esch 25Een locatie in de buurt die voor iedereen toegankelijk is en onbeperkt met iedereen kan worden gedeeld voor het project

    De stedelijke boerderij in Neder-Over-Heembeek 27Een vernieuwend project om stedelijke ruimte en landbouw in de stad met elkaar te verzoenen

    De gezinstuinen Equigaart in Junglinster 29 Aanleg van een ruimte voor groenteteelt ter beschikking van particulieren

    De boomgaard voor soortenbehoud en transitie van het Land van Herve 31Cultureel, sociaal en biologisch erfgoed van een streekeigen landbouw

    Samentuinieren 33 Begeleiding op maat voor het gemeenschapstuinieren en het milieu

    INFORMATIEBRONNEN 34

    7

  • INLEIDINGStadslandbouw en gezamenlijke activiteit: een concrete realiteitDe voorbije jaren is het aantal moestui-nen van gemeenschappelijk belang als-maar toegenomen en duiken er steeds meer verschillende vormen op. Deze gedeelde tuinen – ook collectieve of gemeenschappelijke tuinen genaamd - komen tot stand in overleg en in samen-spraak met bewoners die zich voor een gemeenschappelijk project inzetten.

    Een weergaloos succesEen recent fenomeen in de stedelijke gebieden is dat het grote publiek steeds meer belangstelling krijgt voor deze nieuwe ontmoetingsplekken waar het goed is om samen te zijn. Het gaat er ook om zich de stad opnieuw eigen te maken vanuit de behoefte om de oorsprong te ontdekken door een deel van zijn voedsel veiliger te verbouwen.

    De lijst van voordelen van moestuinen in de stad is ellenlangNaast een betere voedselveiligheid en toegang tot – vaak biologische – kwali-teitsproducten zijn er andere voordelen die ook betrekking hebben op de natuur-lijke omgeving zoals de lokale recycling van groen en organisch afval, het filte-ren van luchtverontreinigende stoffen, het afvoeren van grote hoeveelheden neerslag via beplante oppervlakken, het inrichten van een biodiversiteitsvrien-delijke leefomgeving, het verminderen van voedsel- en afvaltransport. Deze voordelen hebben ook betrekking op de sociaal-economische omgeving met het aanbieden van leermogelijkheden en sociaal-economische re-integratie, het creëren van banen…

    De gedeelde tuin, basis voor verdere ontwikkelingHoewel ze allemaal verschillen qua doelstellingen, omgeving, partners, be-hoeften en belangen, hebben gemeen-schappelijke moestuinen soortgelijke ervaringen.

    Er wordt kennis, knowhow en cultuur opgebouwd met het oog op stedelijke duurzaamheid en afgestemd op de be-hoeften. Sommige tuinen zijn zelfs pri-mair gericht op het pedagogische aspect (ten behoeve van bijv. scholen of volwas-senen die een opleiding volgen) en zijn een essentieel leermiddel.

    Stimuleren van stadslandbouwOok al duiken gedeelde tuinen vaak op in het stadsbeeld, toch zijn moestuinpro-jecten momenteel nog versnipperd; ze moeten nog van goede bedoeling wor-den omgezet naar een algemene praktijk met krachtige operationele intermedi-airs.

    In de praktijk kunnen bij de start van een project of bij iedere fase in de ontwikke-ling van het project vragen en problemen opduiken die niet altijd gemakkelijk kun-nen worden opgelost.

    9

  • Op die manier kunnen de projecten groeien op het vlak van hun intern func-tioneren (groepsdynamiek) en het ecolo-gische beheer van de moestuin en krij-gen ze een duurzaam karakter. Uit deze contacten kunnen ook verrijkende part-nerschappen ontstaan.

    Ten slotte laat deze publicatie zien dat een tuinproject interessante resultaten oplevert op voorwaarde dat een aantal menselijke en materiële middelen be-schikbaar zijn om het project te beden-ken, in te richten en uit te voeren, alsme-de voor de dagelijkse werking.

    Door wie kan het rapport worden gebruikt ? Het document richt zich tot alle dragers van een gemeenschappelijk project die geïnspireerd en gemotiveerd zijn door de mogelijkheden van het tuinieren of leer-activiteiten in een tuin willen opzetten.

    Zij is dus gericht op zowel bewonersgroe-pen als opbouwwerkers, verenigingen voor milieueducatie, instituten…

    Hoe moet dit document worden gelezen?Dit document bundelt een tiental projec-ten met een standaardfiche per project. Iedere fiche telt twee bladzijden en heeft eenzelfde opzet.

    In de projectbeschrijvingen worden naast de belangrijkste doelstellingen de werk-velden, de concrete invulling alsmede de beoordelingen en het duurzame karakter van het project vermeld.

    De symbolen geven aan hoe het zit met de duurzaamheidskenmerken van het project (sociaal, ecologisch, econo-misch…).

    Deze indeling is niet exhaustief en even-min exclusief; eenzelfde project kan meerdere van deze kenmerken hebben; er kan bijvoorbeeld op een onverwachte manier gebruik worden gemaakt van de tuin als aanvulling op de initiële functie.

    Ten slotte bevat iedere fiche de contact-gegevens van de contactpersonen, pro-jectdragers, professionals… (telefoon-nummer, adres, e-mail…).

    Aan het eind worden nuttige adressen en aanvullende informatie uit elk van de drie landen vermeld. Daardoor kan bij het opzetten van een project worden ingespeeld op de behoeften in het veld (het op zoek gaan naar technische en fi-nanciële middelen, randvoorwaarden…).

    11

    Verder kan het ook zo zijn dat sommige van de talrijke acties die na meerdere jaren zijn opgezet, niet meer beantwoor-den aan de initiële verwachtingen dan wel dat de resultaten niet in verhouding zijn met de geleverde inspanning, terwijl andere initiatieven hun diensten hebben bewezen en zin geven in meer.

    Stijgend aantal goede voorbeelden en “sneeuwbaleffect”In dit document vindt u enkele – in hoofdzaak stedelijke - realisaties uit de drie Benelux-landen met een ecologische insteek. Ze werden geselecteerd omdat ze een heleboel verschillende situaties neerzetten. Kleinschalige activiteiten, maar ook grootschaligere projecten: heuse stadsboerderijen…

    Geen pasklare handleiding of modeltuinElk project heeft zijn eigen geschiedenis en zijn eigen specifieke kenmerken; iede-re tuin heeft zijn eigen dynamiek ontwik-keld, maar levert nuttige informatie aan dankzij een praktijkgerichte, concrete aanpak: acties, resultaten, instrumen-ten...

    Wat is het doel van dit document ? ● Informeren over het concept duurzame

    ontwikkeling dat erop gericht is indivi-dueel gedrag om te zetten in overleg en acties en producten van algemeen belang;

    ● Markante duurzaamheidsbevorderen-de activiteiten zichtbaar maken;

    ● Het potentieel van stadslandbouwpro-jecten bekendmaken;

    ● Nieuwe initiatieven aanzwengelen;● Participatie vergroten;● Samenwerking en partnerschappen

    stimuleren.

    Het is niet de bedoeling om een techni-sche handleiding met ‘good practices’ te presenteren. Dit eenvoudige en hand-zame document is bedoeld als inspiratie-bron en als stof tot nadenken. Het staat iedereen vrij om zijn eigen werkwijzen te verfijnen.

    Doordat de gebruikers en beheerders van deze tuinen met elkaar in gesprek gaan en praktijken onderling toetsen kunnen de projecten, zoals bij een overlegplat-form, hun voordeel doen met eenieders vaardigheden en kennis.

    10

  • 1312

    ACTIEFICHES10

  • DE MEERWAARDE VAN HET PROJECTDe uitwisseling, creativiteit en partnerschap, groeiende participatie, sociale en culturele mix op de locatie, nieuwe initiatieven, wijkactiviteiten.

    15

    Duurzaamheidskenmerken van het project Economisch ● ● ● ●Sociaal ● ● ● ●Ecologisch ● ● ● ●Participatief ● ● ● ● Educatief ● ● ● ● Cultureel ● ● ● ●

    Plaats: Brussels Hoofdstedelijk Gewest - BelgiëActoren: gemeente Etterbeek en verenigingen (zie tekst)Start: januari 2008Adres: tussen de spoorweg en de Nieuwelaan (nrs 171-173) – 1040 EtterbeekContactpersoon: Judith CharlierTel: +32 (0)2 627 27 85 E-mail: [email protected]: www.etterbeek.irisnet.be/onze-diensten/ruimtelijke-ordening/leefmilieu/participatieve-tuinen

    Onmisbaar partnerschapDe projecten worden gedragen door ver-schillende verenigingen met ecologisch, sociaal of economisch oogmerk.

    KennisdelingElke partner (vereniging) levert speci-fieke input:

    ● verenigingen beheren de percelen op autonome wijze en de bewoners nemen actief deel aan het project: Régionale Natagora Bruxelles, Centre Paul Du-vigneaud, Réseau Echange de Savoirs, SRABE (Société Royale d’Apiculture de Bruxelles et ses Environs), Maison mé-dicale de Maelbeek ;

    ● de sociale partners werken aan de in-tegratie en deelname van bewoners aan het project: Dagcentrum Le Grain, Foyer Etterbeekois en Logement et Har-monie sociale, Preventiedienst;

    ● de kennisverenigingen leveren con-crete en actieve ondersteuning op zowel logistiek als technisch (adviezen, ex-pertise, analyses) of pedagogisch vlak (opleidingen, worshops): Flore et Pomone, Histoires de Plantes, Worms, Le Début des Haricots.

    Dialoog en burgerparticipatieNa een voorbereidende fase wilde de initiatiefnemende gemeente de wijk-bewoners vanaf de start bij het project betrekken. Burgers kunnen hetzij actief meedoen en deelnemen aan het project (80% van de opbrengst van de tuin wordt onder hen verdeeld), hetzij aan verschil-lende activiteiten deelnemen.

    Een plek waar bewoners elkaar kunnen ontmoetenEr worden geregeld activiteiten georga-niseerd samen met de bewoners (be-zoeken, buurtfeesten). Mede dankzij de informele sociale contacten die vanaf de eerste fasen van het project werden gelegd kon dit gemeentelijk initiatief een succes worden.

    Een voor iedereen toegankelijk gebiedHet project is bedoeld om uit te waaie-ren: iedereen kan eraan deelnemen en zijn steentje bijdragen.

    Na te volgen voorbeeldDe projecten betreffen experimenten die in tuinen kunnen worden uitgevoerd: boomgaard, composteerterrein, vijver, bijenkasten, tuinieren zonder pesticiden, mulching …PerspectievenEr worden verder nieuwe partners ge-zocht om het project open te trekken en nieuwe deskundigheid of capaciteiten aan te trekken.

    De gemeente Etterbeek gaat het gebied met 1000 m² uitbreiden.

    De bedoeling is om er in samenwerking met het OCMW (Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn) een eco-nomische activiteit te ontwikkelen via beroepsopleiding, productie en verkoop van producten via het sociale restaurant en de toekomstige kruidenierswinkel.

    PROJECTBESCHRIJVING

    1. De verschillende tuinpercelen: ontspanningszone, collectief composteerterrein, moestuinen, collectieboomgaard, vijver en braakland, bijenkast.

    2. Doelstellingen:● een demonstratieterrein aanleggen, dat een beeld geeft van welke mogelijkhe-

    den een stadstuin zoal biedt en er een plek van maken waar mensen elkaar kunnen ontmoeten, dingen kunnen delen en zich kunnen ontspannen;

    ● een gebied dat ingebed is in een zeer stedelijke wijk met weinig groen;

    ● de integratie van de partners bevorderen in een stedelijke buurt;

    ● een burgerdynamiek ontwikkelen.

    DE PARTICIPATIEVE TUINEN VAN ETTERBEEK Wanneer ruimtelijke ordening rijmt met sociaal, ecologisch en economisch

    In nauwe samenwerking met diverse verenigingen heeft de gemeente Etterbeek een gemeenschappelijk project opgezet. Dankzij de steun van burgemeester en schepenen en de gemeentelijke diensten voor milieu, duurzame ontwikkeling, sociale cohesie en Leefmilieu Brussel werd een braakliggend terrein als demonstratieterrein ingericht.

  • In het kader van een campagneEen groep vrijwilligers, waaronder een aantal die tevens lid zijn van de Stichting Landwaard of het MEC (Milieu Educatie Centrum), heeft in het kader van een gemeentelijke campagne over gezond-heid activiteiten op poten gezet rond het bewerken van een stuk grond en rond voeding voor lagereschoolleerlingen en hun meester of juf.

    Project voorziet in een reële behoefteHelemaal aan het begin van het project is een algemene studie uitgevoerd om te bekijken of er werkelijk behoefte aan was.

    Ook is er toen een inventarisatie ge-maakt van de bestaande schooltuinen in Nederland en was er inspraak van de basisscholen in de stad om verzekerd te zijn van hun daadwerkelijke interesse en betrokkenheid.

    Beroepsmensen en vrijwilligersDe leerlingen van het basisonderwijs van negen jaar oud tuinieren van april tot en met september onder begeleiding van een betaalde beroepstuinier en vrijwilli-gers.

    Technische en pedagogische ondersteuningWanneer er voor deze educatieve tuinen allerlei dingen gedaan moeten worden die de “nieuwelingen” niet allemaal tevo-ren overzien kunnen, of als er ter plaatse nog geen enkele basisvoorziening aan-wezig is (schuurtje, water, enz.) heeft de organisatie technische informatie ter be-schikking voor scholen over het opzetten van een moestuin en het meest optimale gebruik ervan (planning, coördinatie van de activiteiten, e.d.).

    Het is van belang om vanaf het begin en verder gedurende het hele proces het onderwijzend personeel erbij te betrek-ken en hen te inspireren bij de aanpak van deze ervaring met de kinderen (bijv. van voeding een lesthema, een project maken).

    Op maat gesnedenIn Nederland zijn er om financiële re-denen en bij gebrek aan ruimte minder schooltuinen dan voorheen. Maar nu zijn er de natuur- en milieueducatiecentra en ook andere maatschappelijke organi-saties die steeds vaker de aanzet geven voor het bebouwen van kleine lapjes

    grond. Dergelijke initiatieven beogen een breed publiek doordat zelfs de kleinste stukjes grond, zoals binnenplaatsen of balkons, gebruikt kunnen worden. Ook worden de teeltmethodes bewust heel eenvoudig gehouden, zodat de kinderen deze zelf thuis kunnen toepassen.

    Resultaten en vooruitzichtenDe balans van het initiatief is positief. De kinderen en de onderwijzers deden echt geïnteresseerd mee met de leermomen-ten en voelden zich goed bij het contact met de natuur.

    Nu is het echter zaak de exploitatiekos-ten van de tuinen omlaag te brengen, in de eerste plaats door meer vrijwilligers in te schakelen.

    Daarnaast moeten de nodige aanvul-lende financiële bronnen worden aange-boord, bijvoorbeeld sponsoring.

    PROJECTBESCHRIJVING

    Een schooltuin past uitstekend in de doelstellingen van scholen:

    ● dankzij een schooltuin beklijft kennis beter door al doende in de moestuin te leren. En dan niet alleen kennis van de biologie of andere wetenschappen, maar ook wiskunde en andere vakken;

    ● dankzij een schooltuin leren kinderen respect te hebben voor het milieu;

    ● een schooltuin voegt een praktisch element toe aan de persoonlijke en sociale ontwikkeling van de kinderen door de school;

    ● de schooltuin biedt tastbare resultaten op het vlak van voeding en eetgewoonten.

    EEN STICHTING VOOR MILIEU-EDUCATIE LEVERT PEDAGOGISCHE ONDERSTEUNING VOOR DE SCHOOLTUINEN DE WIELEWAAL EN HET HATERTSHOFJE IN NIJMEGEN Er zijn op initiatief van Nijmegen Duurzaam Gezond twee tuinprojecten voor scholen opgezet: De Wielewaal, gefinancierd met subsidies van de provincie, de Europese Unie en de gemeente Nijmegen en Het Hatertshofje, dat medegefinancierd wordt door de gemeente en de rijksoverheid.

    17

    Duurzaamheidskenmerken van het project Economisch ● ● ● ●Sociaal ● ● ● ●Ecologisch ● ● ● ●Participatief ● ● ● ● Educatief ● ● ● ● Cultureel ● ● ● ●

    Plaats: Nijmegen – NederlandActoren: Nijmegen Duurzaam GezondResultaat: De Wielewaal in 2010 en Het Hatertshofje in 2012Adres van de locatie: De Wielewaal ligt aan het begin van de Ooijse Bandijk. Het Hatertshofje ligt aan de Marga Klompelaan 37, 6532 SB, Nijmegen Contactpersoon: Annerie Rutenfrans Tel.: +31 (0)24 373 05 35 E-mail: [email protected]: www.nijmeegseschooltuinen.nl www.mecnijmegen.nl

    DE MEERWAARDE VAN HET PROJECTEen schooltuin is bij uitstek een plaats waar kinderen in alle veiligheid in contact kunnen komen met de natuur en allerlei vaardigheden kunnen ontwikkelen die nodig zijn voor een duurzame samenleving.

  • Intercalaire/Page introductive

    11 fiches Action Photo(s) générale(s) potagers

    19

    Duurzaamheidskenmerken van het project Economisch ● ● ● ●Sociaal ● ● ● ●Ecologisch ● ● ● ●Participatief ● ● ● ● Educatief ● ● ● ● Cultureel ● ● ● ●

    Plaats: LuxemburgActoren: Centre d’initiative et de gestion local (CIGL) Esch Start: 2006Adres van de locatie: rue des Romains, 5671 AltwiesContactpersoon: Mariette Scheuer – Amelie Brenner Tel: +352 (0)621 41 37 50 E-mail: [email protected] [email protected] Website: www.kalendula.lu www.ciglesch.lu

    Een project met vele facetten Kalendula voert leerprogramma’s uit in samenwerking met lesgevers van scho-len, legt openbare tuinen in het hele land aan, alsmede moestuinen in scholen en bejaardenhuizen en kweekt en ver-deelt inheemse planten voor ecologische en hernatureringsprojecten. Het project zorgt voor het behoud en verbeteren van oude variëteiten en inheemse soorten en van de daarmee gepaard gaande kennis.

    Het project omvat ook een bewustma-kingsbeleid voor het milieu in de richting van een steeds breder publiek.

    Tal van partners Het project telt vele partners zoals overheidssectoren, het verenigings- en bedrijfsleven op het gebied van leefmi-lieu en werkt onder meer samen met het ‘Centre wallon de Recherches agronomiques’ van Gembloers en het nationale museum voor natuurlijke historie.

    Eerste Luxemburgse onderneming voor een solidaire economieHet project neemt jongeren in dienst die in een herintegratietraject zitten en biedt een programma aan voor het aanleren van een milieugerelateerd vak. Daarbij gaat het niet alleen om het aanleren van vaardigheden, maar ook het overbren-gen van waarden.

    Meer participatie van alle deelnemers aan het netwerkEen belangrijke actie bestaat erin de Centres d’Initiative et de Gestion Sectoriels (CIG - Centra voor Sectorieel Initiatief en Beheer) op één lijn te krijgen rond een programma en activiteiten. Zij vormen teams om aan netwerkvorming te doen en om sommige activiteiten op het grondgebied van de gemeenten te laten doorgaan.

    Educatie voor respect voor de natuur ge-tuigt van echte solidariteit met toekom-stige generaties.

    Groenten worden gekweekt volgens de methoden van de biologische landbouw met behulp van een team van tuiniers in opleiding en de kinderen van de ge-meente.

    Een open ruimte voor iedereenHet hele jaar door krijgt het grote publiek een programma aangeboden van natuur- en milieugerelateerde thematische acti-viteiten met workshops over biodiversi-teit, open dagen, stages,…

    PROJECTBESCHRIJVING

    1. Het gebied bestrijkt 1,5 ha en is opgedeeld in tal van percelen met kwekerijen voor inheemse hagen, moestuin, boomgaardmuseum en een Apicool-bijenkorf.

    2. De doelstellingen zijn vooral sociaal van aard: leefmilieu als bron van jobcreatie.

    3. Het gaat daarbij ook om het bewustmaken van verschillende doelgroepen van de problematiek rond leefmilieu en het voorstellen van alternatieven voor het milieuvriendelijk beheer van natuurlijke hulpbronnen en de duurzame teelt van gewassen.

    KALENDULA Een netwerk van 10 solidaire educatieve tuinen

    Kalendula is opgericht door het Netwerk Objectif Plein Emploi* (doelstelling volledige werkgelegenheid) als een hernatureringsproject in het kader van compensatiemaatregelen (na de aanleg van een autosnelweg). Een verwaarloosde landbouwgrond in Altwies evolueert tot een tuin die technische en pedagogische ondersteuning biedt voor de activiteiten van het hele Kalendula-netwerk.

    * Veel meer dan een tool voor sociale hulp is het ‘Réseau Objectif Plein Emploi’ een experiment voor de uitvoering van een solidair economisch systeem dat sociale cohesie en duurzame ontwikkeling bevordert.

    ** Het ‘Centre d’Initiative et de Gestion Sectoriel’ (CIGS Archipel) zet zich in voor de ontwikkeling van kritische burgerparticipatie via sociaal-culturele projecten die voor meer sociale cohesie zorgen.

    DE MEERWAARDE VAN HET PROJECTKalendula is een project dat volledig verankerd ligt in de leefmilieuproblematiek en zowel sociaal, menselijk, educatief, artistiek als wetenschappelijk van aard is.

  • 21

    Duurzaamheidskenmerken van het project Economisch ● ● ● ●Sociaal ● ● ● ●Ecologisch ● ● ● ●Participatief ● ● ● ● Educatief ● ● ● ● Cultureel ● ● ● ●

    Plaats: Vlaams Gewest - BelgiëActoren: vzw De Meester-WroeterijStart: najaar 2009Adres van de locatie: Krekelstraat 171, 9800 Astene - DeinzeContactpersonen: Lieven Godderis Jürgen LoonesTel.: +32 (0)9 386 38 80 E-mail: [email protected] [email protected]: www.demeesterwroeterij.be

    Een voorbereidende fase gedurende drie jaarIn een eerste fase heeft de initiatiefne-mer de nodige middelen verzameld om een landbouwbedrijf te kunnen opstar-ten: verwerven van een geschikt terrein, zoeken naar financiering, volgen van op-leidingen in bioakkerbouw en -veeteelt, stages…

    Een boerderijgemeenschapEr werden ontmoetingen met de inwo-ners georganiseerd om hun het pro-ject voor te stellen. Het betoog rond de gegrondheid, de opbrengst en de meer-waarde van de actie vond weerklank bij een groot aantal gezinnen die graag de grond wilden bewerken binnen een gemeenschap.

    De concretiseringIn 2010 wordt het project opgestart in de vorm van een gemeenschapsboerde-rij met één verantwoordelijke. Tiental-len gezinnen sluiten zich aan en worden “oogstaandeelhouder”.

    Vanaf 2012 wordt een vzw De Meester-Wroeterij opgericht en wordt het project door een gemeenschap gedragen.

    Een alternatieve vorm van akkerbouwHet project staat voor biodynamische tuinbouw die gedragen wordt door de leden van de gemeenschap, die zich de beginselen van de natuur eigen maken en ermee leren omgaan en leren respect op te brengen voor de ecosystemen (ver-bondenheid met het land, het water, het aanpalende bos en de gewassen…).

    Actief participeren in de werking van de boerderijElke winter maken de gebruikers de teelt-plannen op en plannen zij de vooruitblik voor het komende oogstjaar. Zij kunnen het hele jaar door groenten van het veld komen halen. Naast de oogstmomenten worden ook gemeenschappelijke werk- en feestdagen georganiseerd. Feestmo-menten en maaltijden vervullen een be-langrijke rol en blijven een goede motor.

    Alternatieve activiteitenDe Meester-Wroeterij biedt jongeren een natuurlijke manier van leren aan en brengt hen op een zorgzame manier in contact met de natuur in een authentieke leeromgeving.

    De boerderij heeft ook projecten rond in-tergenerationele samenwerking waarbij er o.a. naar wordt gestreefd doelgroepen en thema’s onderling te combineren.

    Actieplan, agenda, communicatieEen raad van bestuur zorgt voor de op-volging van de planning. Het actieplan, de agenda en de communicatie tussen de deelnemers verlopen via een subgroep op www.pleio.nl. Daarnaast is er een website die door vrijwilligers wordt verzorgd.

    ResultatenDe tuiniers geven blijk van echte belang-stelling, zowel tijdens leermomenten als tijdens momenten van ontspanning bij het contact met de natuur. Voor een aantal on-der hen kon met deze aanpak een gevoel van verbondenheid met een gemeenschap of een plek tot ontwikkeling komen.

    In het bewerken van de akkers dient veel tijd te worden geïnvesteerd, wat voor sommige gezinnen niet altijd mogelijk is. Andere gezinnen die vaker aanwezig zijn, krijgen de kans om beter voeling te krij-gen met de concrete realiteit en zetten zich dus meer in voor het project. Inzetten op de lange termijnOm de boerderij verder te laten groeien worden investeerders en aandeelhou-ders gezocht die naast de oogst ook willen participeren in investeringen op de middellange termijn.

    PROJECTBESCHRIJVING

    1. Er wordt momenteel een terrein van 3,5 ha ter beschikking gesteld door een privé-eigenaar die het project genegen is.

    2. Bedoeling is een nuttig project uit te voeren en activiteiten te ontwikkelen die zijn afgestemd op lokaal produceren met het oog op direct consumeren en op een harmonische integratie van de mens in zijn omgeving.

    3. Om deze doelstelling te halen maakt de gemeenschap gebruik van vier middelen: werken, eenvoudig leven, samen delen en trouw blijven aan mensen.

    4. De leden betalen een jaarlijkse bijdrage voor het verbouwen van verse kwaliteits-groenten met zelfoogst.

    DE MEESTER-WROETERIJ IN ASTENEEen innovatieve bio-gemeenschapsboerderij die evolueert naar een samentuinenproject

    Het project werd opgezet vanuit een privé-initiatief in de vorm van een CSA-boerderij* en maakt het mogelijk te werken aan een gezamenlijke realisatie op een plek waar de dialoog met de natuur wordt aangegaan en weer wordt geleerd om milieubewust te handelen.

    * Community Supported Agriculture (CSA): systeem van directe verkoop met een solidaire overeenkomst die gebaseerd is op een financiële verbintenis van de consumenten, die hun hele consumptie over een bepaalde periode (het «seizoen») vooraf betalen. CSA-netwerk in Vlaanderen: www.csa-netwerk.be.

    DE MEERWAARDE VAN HET PROJECTHet project kan met name bestaan dankzij de relatie tussen het werken en leren in gemeenschap, de kwaliteit en het respect voor waarden.

  • Drie verenigingen en één uitdaging‘Nature et Progrès’ beslist in 2004 om een veilige ruimte te creëren voor andersvalide en blinde tuinliefhebbers.

    Dankzij de nauwe samenwerking met twee andere verenigingen, ‘Soleil dans la Nuit et Plain-Pied’, konden problemen als gevolg van een visuele of motorische handicap, zoals het verbouwen van een lap grond, zich oriënteren in de ruimte, zaaien, wieden en planten herkennen, worden opgelost. De ene maakt kennis met biologisch tuinieren, de ander met een andere wereld.

    Een leidraad in de tuinDankzij aangepaste lapjes grond en tools en technieken ter vervanging van het zicht door andere zintuigen (gehoor, tastzin…) worden de vrijwillige tuinders, die geregeld in sociaal verband samenko-men, onafhankelijk en zelfstandig.

    Tuinieren betekent samenwerken en is voor iedereen bereikbaarDeze modeltuin biedt een extern publiek met een beperking de mogelijkheid om methoden en ideeën voor aangepast tuingereedschap op te doen (pootstok, zaaitoestel, afstandhouder…) om net zoals iedereen thuis groenten en fruit te kunnen verbouwen. Sommige van deze praktische en reproduceerbare tuinhulp-middelen hebben een prijs gekregen van Handicap International.

    Verdraagzaamheid en solidariteitHet is ook een ontmoetingsplek waar eenvoudige zaken kunnen worden ge-deeld en waar validen en minder-validen bewust leren van hun verschillen.

    Een facilitator om de tuin te promotenEen vaste medewerker van ‘Nature et Progrès’ coördineert en ondersteunt de activiteiten en bewustmakingsprojecten met het oog op permanente educatie.

    De tuin wordt volledig beheerd door vrijwilligersIn het kader van dit netwerk van vrijwil-lige tuinders bewaakt een commissie Tui-nieren de voortgang van de projecten die verband houden met tuinieren (organi-seren van contactdagen: opleidingscycli voor biologisch tuinieren, beheer van de dienst Tuinadvies…).

    Andere vrijwilligers zijn nauw betrokken bij de werking van de tuin. Zij werken mee aan de totstandkoming van lopende projecten (voorbereiden van themada-gen, instellen van een groep voor het rui-len van zaden…).

    Sommige tuinders delen hun ervaring graag met het publiek en organiseren be-zoeken en conferenties om met de tuin kennis te maken.

    Financiële middelenVoor bezoeken aan de tuin, contactdagen en conferenties dient men te betalen, maar in het algemeen worden de kosten gedragen uit eigen middelen van de ver-eniging.

    PROJECTBESCHRIJVING

    1. De tuin is enkele aren groot en is eigendom van ‘Nature et Progrès’.

    2. Dankzij het project kon een tool ontwikkeld worden die aan een drieledige verwachting beantwoordt:

    ● verbeteren van leefomgeving en activiteiten met een therapeutisch oogmerk;

    ● optimale toegankelijkheid (dankzij doordachte ergonomie) voor comfortabel tuinieren;

    ● efficiënte teelt dankzij technieken voor tuinieren op een vierkant oppervlak.

    ‘NATURE ET PROGRÈS’ IN JAMBES, EEN LEERTUIN VOOR IEDEREEN Nature et Progrès asbl legt een tuin aan die afgestemd is op specifieke behoeften van andersvaliden en slechtzienden.

    23

    Duurzaamheidskenmerken van het project Economisch ● ● ● ●Sociaal ● ● ● ●Ecologisch ● ● ● ●Participatief ● ● ● ● Educatief ● ● ● ● Cultureel ● ● ● ●

    Plaats: Waals Gewest - BelgiëActoren: Nature et Progrès asblStart: 2004Adres van de locatie: rue de Dave 520 - 5100 JambesContactpersoon: Delphine DiveTel.: +32 (0)81 32 30 67 E-mail: [email protected] [email protected]: www.natpro.be

    DE MEERWAARDE VAN HET PROJECTDe integratie van personen met een handicap, het bevorderen van hun zelfredzaamheid en het verbeteren van hun maatschappelijke imago zijn net zo belangrijk als de groente-oogst.

  • 25

    Duurzaamheidskenmerken van het project Economisch ● ● ● ●Sociaal ● ● ● ●Ecologisch ● ● ● ●Participatief ● ● ● ● Educatief ● ● ● ● Cultureel ● ● ● ●

    Plaats: NederlandActoren: stichting Abela en bewoners wijk de Esch Start: voorjaar 2010Adres van de locatie: Dries van der Vlerkstraat, de Esch, Rotterdam 3062Contactpersoon: Paul WieseTel.: +31 (0)63 839 39 64 E-mail: [email protected]: www.abela.nl

    Een manier van samenwerken op lokale schaal Dit initiatief past in de beweging van de “Transitiesteden”, een sociale beweging die gebaseerd is op de achterliggende idee “Think global, act local”.

    PermacultuurHet perceel wordt bewerkt volgens de principes van de permacultuur: komen tot een maximale productie met een minimum aan uitgaven voor energie en het minimale gebruik van natuurlijke hulpbronnen. Zo krijgt men een onder-houdsarme, maar gevarieerde tuin.

    OntmoetingsplekDe tuin brengt mensen bijeen met een verschillende sociale, culturele en eco-nomische achtergrond, maar met een gemeenschappelijk doel: de buren beter leren kennen om meer voeling te krijgen met de gemeenschap en de wijk.

    Een ondersteunende structuur zorgt twee jaar lang voor het beheerIn 2012 werd de stichting Abela op-gericht. Abela (her)ontwikkelt groene plekken in en rond de stad met waarde voor de directe omgeving. Zo worden contacten gelegd met bewoners, belang-

    hebbende organisaties en bestaande initiatieven in de buurt.

    TuinclubHet is niet enkel bedoeld als plaats waar wordt getuinierd, maar ook om te ontspannen en samen te zijn in een ongedwongen sfeer.

    Door deze informele contacten krijgt iedereen de nodige erkenning. De groepsdynamiek wordt versterkt en de sociale doelstellingen van het project worden behaald.

    Contacten onderhouden en technische ondersteuningEr wordt gestreefd naar een actieve samenwerking met andere tuinen in de wijk om materiaal, vrijwilligers en kennis te delen.

    Pedagogische activiteitenDe twee basisscholen in de wijk hebben geen schooltuin meer. De stichting is van plan om in de loop van 2013 schooltui-nen in te richten in de wijk en samen met de school het educatieve gedeelte op te pakken. Er zal ook les worden gegeven in de tuin.

    Een groeiprojectDe participatieve dynamiek is goed in de wijk verankerd. Bedoeling is dat de tuin op termijn – vanaf oktober 2014 – zelf-standig kan draaien en volledig gedragen wordt door de buurtbewoners-tuiniers.

    Om deze opdracht tot een goed einde te brengen zijn de bewoners bereid om een aantal acties op te zetten en op te volgen, waaronder het op zoek gaan naar cofinanciering, begeleiding van de tuin via een methodologische tool, instellen van een overlegorgaan, uitbreiding van het terrein, netwerkvorming door con-tacten en gemeenschappelijke activitei-ten, stelselmatig organiseren van symbo-lische evenementen (feesten…).

    Een kerngroep en een participatieve organisatieEen groep tuiniers komt geregeld bijeen om plannen te maken voor de toekomst van de tuin. Ze werken in de tuin, wat de bewoners enthousiast maakt en een sociaal stimulerend effect heeft.

    PROJECTBESCHRIJVING

    1. De moestuinplek is meer een benadering dan een tuin en geeft uitdrukking aan een collectieve behoefte van bewoners om een aangename recreatieve omgeving (tuinieren) in te richten.

    2. Ze zijn ook spelers in hun gebied en bouwen naast het tuinieren uitwisselingsmomenten en activiteiten in.

    3. Belangrijk is ook dat iedereen zijn motivatie kenbaar maakt en wat hij/zij voor de groep kan betekenen.

    WIJKTUIN DE ESCH Een locatie in de buurt die voor iedereen toegankelijk is en onbeperkt met iedereen kan worden gedeeld voor het project

    Het project wordt deels gefinancierd door de gemeente en de woningbouwcorporatie Woonstad en is ontstaan toen twee be-woners met groene vingers een groeninitiatief wilden in de stad met het oog op een betere leefomgeving. Zij zetten spontaan hun schouders onder een wijktuin in de openbare ruimte waarin bewoners elkaar in een gemoedelijke sfeer kunnen ontmoeten.

    DE MEERWAARDE VAN HET PROJECTDe integrerende functie van de tuin blijft sterk aanwezig, maar heeft eerder een collectieve en coöperatieve dan individuele dimensie en is bedoeld om de sociale contacten te bevorderen. Het resultaat? Een gevoel van trots en samenhorigheid in de wijk en met de groep en een grotere persoonlijke betrokkenheid.

  • 27

    Duurzaamheidskenmerken van het project Economisch ● ● ● ●Sociaal ● ● ● ●Ecologisch ● ● ● ●Participatief ● ● ● ● Educatief ● ● ● ● Cultureel ● ● ● ●

    Plaats: de grond ligt in een groenge-bied dat vooral op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is gelegen (voor een deel in het Vlaams Gewest) – BelgiëActoren: Le Début des Haricots asblStart: februari 2010Adres van de locatie: rue Bruyn, dichtbij het kruispunt met de rue du Wimpelberg, 1120 Neder-Over-HeembeekContactpersoon: Mathieu Dohmen Tel: +32 (0)2 644 07 77 E-mail: [email protected] Website: www.haricots.org/agricul-ture/NOH-020209

    De stedelijke boerderijDe boerderij is een opleidings- en sen-sibiliseringstool waarmee de vereniging haar idealen, waarden en kennis kan ver-spreiden en delen.

    Een korte keten producent-consument: één van de wegen naar de maatschappij van morgenDe boerderij is ontwikkeld volgens het concept van de stedelijke landbouw op menselijk en landelijk niveau, gebaseerd op de lokale productie en verkoop van groenten met hoge toegevoegde waarde.

    De burger opnieuw de weg laten vinden naar een gezonde voeding Het project streeft ernaar duurzame voe-ding dichter bij een ruim en zeer uiteen-lopend publiek te brengen om te komen tot een attitudewijziging zodat de keuze van voedsel en de methoden voor voed-selproductie meer aansluiten bij duurza-me ontwikkeling en om de gevolgen van de manier van consumeren op milieu, gezondheid en ontwikkeling duidelijk op het netvlies te krijgen…

    Een onderneming voor sociale economieIn het kader van de professionele over-gangsprogramma’s die zijn voorgesteld door Actiris (projecten voor socio- professionele herinschakeling van jonge-ren tot 30 jaar) geven medewerkers een initiatie aan laaggeschoolde jongeren om het beroep van groentekweker en tuinier in groengebieden en parken aan te leren. Zij krijgen praktische en theoretische lessen gedurende een periode van 6 maanden tot 2 jaar, zowel als een onder-steuning om een toekomstig jobgeoriën-teerd project uit te tekenen.

    De stedelijke boerderij staat ook open voor alle vrijwilligers die geïnteresseerd zijn in het project.

    Oude technieken In de dagelijkse werking van de boerderij worden milieuvriendelijke teelttechnie-ken toegepast. Deze technieken hebben oog voor het leven in de bodem, stre-ven meer biodiversiteit na, stimuleren de zorg van planten door planten, geven voorrang aan boeren- en lokale zaden zo-wel als aan de korte ketenverkoop. Het bewerken van de aarde gebeurt met die-ren zoals ezels en chemische producten worden absoluut verbannen.

    Behoud van landbouwgrond in en rond BrusselDe opleiding van jongeren tot groente-kweker is een middel tot behoud van de landbouwgrond die her en der verspreid ligt in Brussel en soms wordt verwaar-loosd. Deze jonge landbouwers kunnen voor eigen rekening of in het kader van een coöperatieve groenten kweken met als doel de korteketen groentekweek te stimuleren.

    PROJECTBESCHRIJVING

    1. De boerderij heeft een oppervlakte van 2 ha (afspraken rond bodemgebruik voor tijdelijk gebruik).

    2. Het project is in de eerste plaats bedoeld om een economische activiteit (voed-selproductie) te stimuleren die op dit ogenblik in de stedelijke omgeving terzijde is geschoven.

    3. Het gaat ook om:● de sociale en beroepsmatige herinschakeling van jongeren die op dit ogenblik uit

    het economische systeem zijn uitgesloten;● opnieuw een band tot stand te brengen tussen de stadsbewoners en de land-

    bouwactiviteiten, waarmee een cultureel aspect wordt aangeraakt.

    DE STEDELIJKE BOERDERIJ IN NEDER-OVER-HEEMBEEK Een vernieuwend project om stedelijke ruimte en landbouw in de stad met elkaar te verzoenene

    Le Début des Haricots asbl is ondersteund door het ministerie van Werkgelegenheid, bouwt een moestuinbedrijf uit en biedt een opleiding en jobcreatie in de biologische groentekweek aan.

    DE MEERWAARDE VAN HET PROJECTDe meerwaarde van de stedelijke boerderij ligt erin dat de 3 pijlers van de duurzame ontwikkeling hier samenkomen: ecologie krijgt een economische en sociale functie via de creatie van groene jobs en de begeleiding van personen die op zoek zijn naar een job.

  • Een nieuwe verenigingEquigaart asbl werd in januari 2013 op-gericht om het project te beheren en te faciliteren. Doel van de vereniging is het bevorderen van tuinieren en biologische landbouw en met name het verzorgen van activiteiten waarbij de fundamen-ten van een duurzame lokale dynamiek stevig worden verankerd in de sociale cohesie.

    Een geschikt stuk grond ter ondersteuningDe tuinen bevinden zich op een veld dat wordt gehuurd door een vereniging voor herintreding van werkzoekenden, die er aan biologische groenteteelt doet. De vereniging verleent op ad hoc basis steun aan het project en verzorgt een opleidingsprogramma voor aankomende tuiniers.

    Een door de gemeente gedragen projectOorspronkelijk werd het project finan-cieel ondersteund door Equiclic en met een subsidie van de gemeente. Dankzij de steun van het fonds Delhai-zegroep beschikt Equigaart momenteel over voldoende financiële zelfstandig-heid om haar projecten zelf te kunnen financieren.

    Niet-aflatende steunEr worden naar behoefte overlegver-gaderingen georganiseerd, met name om specifieke evenementen voor te be-reiden: inrichting van de locatie bij het begin van het seizoen, organiseren van festiviteiten, opleidingen met deskundi-gen, individuele opvolging met technisch advies,…

    De sociale band op lange termijnDit project is bedoeld voor alle inwoners in een sfeer van solidariteit en vriend-schap. De inwoners zaaien samen in de gemeenschappelijke tuin, leggen geza-menlijke delen aan en zorgen voor het onderhoud ervan, of ze ruilen plantjes of groenten die zij op hun eigen stukje grond hebben geoogst.

    Een nieuw werkveld: instandhouding van boomgaardenDe regio bezit talrijke openbare boom-gaarden die geleidelijk verdwijnen. In 2013 zet de vereniging het project Equi-bongert op. In samenwerking met de ge-meente, het regionale biologische station en de stichting Hëllef fir d’Natur kunnen de leden van Equigaart zich inzetten voor het onderhoud van de boomgaarden. In ruil daarvoor mogen zij gebruikmaken van de pluk.

    Andere doelgroepen betrekkenHet comité van Equigaart heeft een stra-tegie met acties ontwikkeld om de parti-cipatie van nieuwe gebruikersgroepen te stimuleren.

    Verscheidene klassen van de gemeen-telijke basisscholen leggen hun stukje moestuin aan en onderhouden dit het hele jaar door of nemen aan activiteiten deel. Er is een kinderdagverblijf in de tuin gekomen voor bewustwordingsactivitei-ten rond natuur.

    De vzw heeft in haar beheer eveneens gekozen voor het inrichten van een ter-rein voor groenteteelt dat toeganke-lijk is voor mindervaliden en wil graag samenwerkingsverbanden met bejaar-deninstellingen tot stand brengen.

    Een uitbreiding van het project Samenwerking met het IBLA (Institut fir biologesch Landwirtschaft an Agrarkultur Luxemburg) is opgestart rond een pilot-project voor de proefkweek van tomaten in akkerbouw.

    PROJECTBESCHRIJVING

    1. Dit project heeft voornamelijk een sociaal-educatieve dimensie.

    2. Het beantwoordt aan meerdere doelstellingen: ● het welbevinden en het « samenleven » van de inwoners van de gemeente

    bevorderen;

    ● hen ertoe brengen om weer aansluiting te vinden bij de natuur;

    ● hen ertoe brengen om knowhow op te doen;

    ● het voor hen mogelijk maken om goedkoper te produceren en toegang te hebben tot producten van betere kwaliteit;

    ● stevige banden en partnerschappen tot stand brengen met diverse actoren in de gemeente (scholen, instellingen, vrijwilligers…).

    DE GEZINSTUINEN EQUIGAART IN JUNGLINSTERAanleg van een ruimte voor groenteteelt ter beschikking van particulieren

    Met behulp van dit moestuinproject, dat door een handvol vrijwilligers van de vereniging Equiclic werd opgestart en in 2013 door het door de Koning Boudewijnstichting beheerde fonds van de Delhaizegroep werd beloond, kunnen de inwoners van de gemeente gezonde groenten verbouwen voor hun gezin.

    29

    Duurzaamheidskenmerken van het project Economisch ● ● ● ●Sociaal ● ● ● ●Ecologisch ● ● ● ●Participatief ● ● ● ● Educatief ● ● ● ● Cultureel ● ● ● ●

    Plaats: LuxemburgActoren: Equigaart Lënster asblStart: april 2012 Adres van de locatie: Rue Edmond Goergen, 6114 Junglinster Contactpersoon: Paul Estgen Tel.: +352 (0)691 78 76 15 E-mail: [email protected] Website: www.equigaart.lu www.equiclic.lu

    DE MEERWAARDE VAN HET PROJECTDankzij de participatieve aanpak kunnen nieuwe doelgroepen en ook nieuwe ideeën worden aangetrokken. De tuin gaat dan deel uitmaken van een projectdynamiek, deze is steeds in ontwikkeling.

  • 31

    Duurzaamheidskenmerken van het project Economisch ● ● ● ●Sociaal ● ● ● ●Ecologisch ● ● ● ●Participatief ● ● ● ● Educatief ● ● ● ● Cultureel ● ● ● ●

    Plaats: Waals Gewest - BelgiëActoren: Les Amis de la Terre de la locale du Pays de Herve-Belgique asblStart: januari 2008Adres van de locatie: de boomgaard is gelegen tussen de rue Célestin Demblon en de rue de l’Egalité, de honingtuin bevindt zich op het terrein van Bas-Bois, 4630 Soumagne Contactpersoon: Didier BrickTel: +32 (0)497 82 63 83 E-mail: [email protected] Website: www.amisdelaterre.be

    Een heel netwerk van boomgaardenDe Amis de la Terre werkt samen met het Réseau wallon des vergers conservatoi-res, dat is opgezet door het Centre wallon de Recherches Agronomiques (CRA-W). Dit project is gericht op het voortbestaan van de zeldzaamste soorten die worden bewaard in de collecties van het onder-zoekscentrum en worden uitgezet op een netwerk van percelen die verspreid liggen over het hele Waalse grondgebied.

    Stimuleren van de biodiversiteitDoor het herplanten van de typische variëteiten van het Land van Herve in de boomgaard van Soumagne, stelt de vereniging het grote publiek in staat om lokale fruitsoorten te ontdekken (natuur-lijke weerstand tegen ziekten, zonder pesticiden, fruit om te proeven…) en nodigt de bevolking uit om de soorten thuis te herplanten (boomgaarden rond het huis) teneinde de meest interessante verder te verspreiden en zo voor hun voortbestaan te zorgen.

    Gezamenlijk beheer en peterschapDe Amis de la Terre stelt aan geïnteres-seerden voor om peter te worden van een boom in de boomgaard. De vrijwil-ligers verbinden zich er dan toe om deel te nemen aan een boomgaardproject en zij dragen zo bij tot de goede werking van het project. Zij dragen de kosten voor de aankoop van de boom. De fruitoogst en afgeleide producten worden verdeeld onder de verschillende peters.

    Een didactische en gemeenschappelijke bijenkorfIn 2012 werd dankzij de subsidies van de provincie Luik, de overheidsdienst Wallonië (SPW) en de gemeente Sou-magne een bijenkorf door de Amis de la Terre gezet in een bloemenwei, dichtbij de boomgaard.

    Het project voor een honingtuin vult de dynamiek van de boomgaard aan. Zo kunnen nieuwe imkers begeleiding krijgen terwijl de bloemenwei en de honinghoudende soorten laten zien wat de particulieren kunnen doen om meer bestuivende insecten aan te trekken.

    Aanzetten tot actieVerschillende activiteiten die open staan voor het publiek worden tijdens het hele seizoen uitgevoerd: planten, snoeien, en-ten, onderhoud van de bomen, bezoeken van de bijenkorf…De organisatie van conferenties, oplei-dingen, themadagen biedt gelegenheid om niet alleen particulieren te sensibili-seren, maar ook scholen.

    Economisch potentieelDeze opwaardering van de fruitproduc-tie biedt reële economische kansen. Dit actiegebied is waardevol om in te inves-teren in de toekomst.

    PROJECTBESCHRIJVING

    1. De boomgaard telt 160 hoogstambomen die werden geplant op een terrein van 8 ha dat eigendom is van Infrabel.

    2. De honingtuin telt 15 bijenkorven en een bijenkast Buckfast die gekozen is omwille van de zachtheid ervan. De tuin is aangelegd in een natuurlijk gebied dat deel uitmaakt van de groene hoofdstructuur van de gemeente Soumagne.

    3. Hoofddoel is de bedreigde biodiversiteit in de fruitsoorten opnieuw in te voeren en te bewaren.

    4. Een tweede doel is hier naar voren geschoven: “transitie”. “Door het lokaal produceren van fruit en door een forum te creëren voor het uitwisselen van kennis en knowhow zet de vereniging de bakens uit voor een goed en goedkoop alternatief in de maatschappij, na het olietijdperk”.

    5. De verschillende activiteiten zoals de boomgaard, bijenkorf en honingtuin vormen een aantrekkelijk en concreet aanhakingspunt voor bewustmakingsactiviteiten.

    DE BOOMGAARD VOOR SOORTENBEHOUD EN TRANSITIE VAN HET LAND VAN HERVE Cultureel, sociaal en biologisch erfgoed van een streekeigen landbouw

    Een boomgaard met oude variëteiten van hoogstamfruitbomen is aangelegd met educatieve en burgerschapsbevorderende doeleinden dankzij de samenwerking tussen Infrabel en de lokale vereniging van het Land van Herve van de Amis de la Terre.

    DE MEERWAARDE VAN HET PROJECTHet initiatief heeft meer bereikt dan zijn oorspronkelijke doel door een openheid te creëren naar een globale visie op de wereld van morgen en het belang van een grotere autonomie op lokaal niveau. Vandaar de huidige naam: “Verger conservatoire et de transition” (vert. Boomgaard voor soortenbehoud en transitie).

  • 33

    Duurzaamheidskenmerken van het project Economisch ● ● ● ●Sociaal ● ● ● ●Ecologisch ● ● ● ●Participatief ● ● ● ● Educatief ● ● ● ● Cultureel ● ● ● ●

    Plaats: Vlaams Gewest - BelgiëActoren: Velt vzwStart: 2006 Adres van de locatie: Uitbreidingstraat 392c, 2600 Berchem Contact: Lieven David Tel.: +32 (0)3 287 80 61 E-mail: [email protected] Website: www.samentuinen.org www.velt.be

    Op maat gesneden ondersteuningVelt heeft een methodiek en kennis ontwikkeld voor de inrichting van de gemeenschapstuin, waarbij wordt inge-speeld op de verwachtingen van de tui-niers.

    De vereniging verstrekt advies en geeft professionele ondersteuning op het ge-bied van planning en opleiding tijdens het hele proces.

    Beginselen sociaal-culturele vorming De tuiniersactiviteiten staan open voor iedereen. Zij gaan onder meer uit van de ervaring en kennis van de tuiniers. Cen-traal staan overleg en participatie van de tuiniers.

    Samen aan de slagVanaf het begin worden de lokale groe-pen ondersteund en geadviseerd door Velt. In deze tuinen wil men formeel (organisatie van cursussen) of informeel van elkaar leren, tuinierstechnieken on-der de knie krijgen, maar ook kennis verwerven over natuur en voeding. De ondersteuning door Velt betreft verder de samenstelling van de groep en de structuur, waarbij een dynamiek op gang gebracht wordt die het voor iedereen mogelijk maakt het nodige te leren om te participeren in een project dat men zich eigen maakt.

    Naar meer zelfstandigheid van de groepDoel is een gezamenlijke tuin zelfstan-dig te maken na 1 of 2 jaar, waarin de tuiniers zich organiseren en hun eigen middelen aanwenden om te komen tot een wijze van gedeelde eigendom en ver-antwoordelijkheden (organisatie van de gezamenlijke taken, tuinfeesten…).

    Na afloop van deze periode kunnen de tuiniers hun eigen kennis nog uitbreiden en hun tuinierspraktijken nog verfijnen door een werkgroep te worden binnen de vereniging, een opleiding te volgen of een beroep te doen op ervaren mede-werkers van Velt.

    Een ander consumptiemodel Eco-cultuur zorgt voor een groter be-wustzijn voor ecologie die sommige acto-ren er zelfs toe brengen hun levenswijze en hun gewoonten aan te passen om hun eigen ecologische voetafdruk te verklei-nen.

    Resultaten en vooruitzichtenOp dit ogenblik geeft Velt ondersteuning aan een dertigtal tuinen in Vlaanderen, waarin ongeveer 300 gezinnen actief zijn.

    Velt wil dit begeleidingsconcept over heel Vlaanderen, en zelfs in Nederland, aanbieden. Om op deze vraag te kunnen inspelen heeft de vereniging een web-portaal in het leven geroepen en prak-tijkbegeleiders opgeleid om het team te versterken.

    PROJECTBESCHRIJVING

    1. De vereniging werkt rond verschillende gebieden:● educatie, opleiding: tuinierscursussen, professionele workshops;

    ● begeleiding van groepen en adviesverstrekking: een praktische en intensieve begeleiding voor het tuinieren in het eerste jaar en een minder intensieve opvol-ging tijdens het tweede teeltseizoen;

    ● permanente dialoog: newsletter, helpdesk.

    2. De begeleider heeft niet tot taak een tuin aan te leggen. De enige resultaatsverbin-tenis bestaat erin dat zij de tuiniers aanleren zelf voor hun tuin te zorgen.

    SAMEN TUINIEREN Begeleiding op maat voor het gemeenschapstuinieren en het milieu

    Samen tuinieren is het principe van Velt (Vereniging voor Ecologisch Leven en Tuinieren), dat een gediversifieerd aanbod voor het inrichten van moestuinen voorstelt.

    DE MEERWAARDE VAN HET PROJECTVelt zet zich in voor een lokaal en duurzaam ontwikkelingsperspectief: bijdragen tot de ontwikkeling van gezamenlijke projecten via een netwerk van tuinen.

  • INFORMATIEBRONNEN

    35

    ALGEMEEN

    Mensen en organisaties die zich bezighouden met collectieve moestuinen en privé-moestuinen met elkaar in contact brengen: - Le Début des Haricots asbl,

    www.stadsmoestuinen.be- wwwstedennetwerkstadslandbouw.nl

    Netwerk van professionelen en geïnteresseerden uit de natuur- en milieusector (meer ruimte voor jongeren en natuur): Springzaad, www.springzaad.be

    Informatieverstrekking, terbeschikkingstelling werkinstrumenten, verlening technisch advies…: - Leefmilieu in Brussel, www.leefmilieubrussel.

    be/moestuinen- CIGL Esch asbl (Luxembourg),

    www.kalendula.lu – [email protected]

    Ondersteuning van biologische productie- en tuiniersprojecten: helpdesk Moestuin van Leefmilieu Brussel in samenwerking met Nature et Progrès asbl, www.natpro.be [email protected]

    Ondersteuning van beginnende groepen:- Le Début des Haricots asbl, www.haricots.org/nl - Les Amis de la Terre asbl (Brussels en Waals

    gewest), www.amisdelaterre.be - [email protected]

    - Vereniging voor Ecologisch Leven en Tuinieren (Velt) vzw (Brussels en Vlaams gewest), www.velt.be - [email protected]

    Schooltuinen: - Departement Leefmilieu, Natuur en Energie

    (lne) (Vlaams gewest), www.milieuzorgopschool.be

    - Landelijke Gilde en Plattelandsklassen vzw (Vlaams gewest), www.landelijkegilden.be/schooltuin - [email protected]

    - Natuurpunt vzw, www.natuurpunt.be/nl/doe-mee/jongeren/wat-jouw-klasschool-doen_1385.aspx

    CURSUSSEN Brussels gewest - Opleidingen stadsnatuur: Natagora asbl

    (Brussels en Waals gewest), www.natagora.be – [email protected]

    - Workshops tuinieren: La Ferme Nos Pilifs asbl, www.fermenospilifs.be – [email protected]

    - Opleidingen moestuin: Tournesol-Zonnebloem vzw, www.tournesol-zonnebloem.be – [email protected]

    - Tuinieren: Les Jardins de Pomone asbl, www.lesjardinsdepomone.be - [email protected]

    - Biologisch tuinieren: Eco Innovation asbl, www.eco-innovation.net

    - Compost: Worms asbl, www.wormsasbl.org/index.php?tar=accueil&l=nl – [email protected]

    - Permacultuur: Centrum voor stedelijke ecologie vzw, www.urban-ecology.be

    Waals gewest- Réseau des CRIE de la Région wallonne:

    www.crie.be- Opleidingen tot compostmeester: Comité Jean

    Pain asbl, www.comitejeanpain.be - [email protected]

    Vlaams gewest- Velt vzw, www.velt.be - http://samentuinen.

    velt.be - Opleidingen tot compostmeester: Vlaco vzw,

    www.vlaco.be

    - www.lne.be/themas/milieu-en-gezondheid/gezondheidsaspecten-van-zelf-geteelde-voeding

    Luxemburg- Klassiek tuinieren: Ligue luxembourgeoise

    du Coin de Terre et du Foyer, www.ctf.lu – [email protected]

    -Transitie en permacultuur: Centre for ecological learning, http://cell.lu-Natuur en milieu: Natur&ëmwelt vzw, www.naturemwelt.lu - [email protected] groentevariëteiten: www.kraizschouschteschgaart.info-Instandhouding en vermeerdering variëteiten: Seed asbl, http://seed-net.lu

    Nederland- Vereniging van Nederlandse Gemeenten

    (VNG), www.vng.nl - www.springzaad.nl

    FINANCIëLE ONDERSTEUNING

    Brussels gewest- Projectoproepen collectieve moestuinen:

    www.leefmilieubrussel.be- Projectoproepen van de Koning

    Boudewijnstichting: www.kbs-frb.be/index.aspx?langtype=2067

    - Projecten in het kader van Quartiers Verts (vergroenen van wijken): Inter-Environnement Bruxelles asbl, www.quartiersverts.be

    - Duurzame Wijken-projecten (projecten van algemeen belang zijn voor een wijk): www.leefmilieubrussel.be/Templates/Particuliers/Niveau2.aspx?id=3204&langtype=2067

    - Projectoproepen in het kader van het programma Agenda 21 van bepaalde gemeenten: www.leefmilieubrussel.be/Templates/Professionnels/niveau-thematique.aspx?maintaxid=11664&taxid=11835&langtype=2067

    - Duurzame Wijk-contract (herinrichting van het wijk): www.wijken.irisnet.be/index.php?lang=nl

    - Bruocsella prijs van Promethea asbl (verbetering van de stedelijke leefomgeving): http://www.promethea.be/Evenements-et-activites/bruocsella/club-dentreprises/partenariat-public-priv

    Waals gewest- Zie voor nadere inlichtingen de gemeentelijke

    overheden- Projectoproepen van de Koning

    Boudewijnstichting: www.kbs-frb.be/index.aspx?langtype=2067

    Vlaams gewestEr kunnen subsidies worden aangevraagd bij provinciale en gemeentelijke overheden, al dan niet via een samenwerkingsovereenkomst met de Vlaamse overheid

    LuxemburgZie voor nadere inlichtingen de gemeentelijke overheden

    Nederlandhttp://www.haagsmilieucentrum.nl/index.php?subonderwerp_ID=22

    DE GROND

    Hoe een stuk grond te vinden

    Brussels gewest - Leefmilieu Brussel en de gemeenten stellen

    percelen ter beschikking- Om een bestaande moestuin te vinden: www.

    potagersurbains.be/-Rechercher-un-potager-.html?lang=nl

    - Om een beschikbaar stuk grond te vinden (Brussels en Waals gewest): www.pretersonjardin.be

    Waals gewestZie voor nadere inlichtingen de gemeentelijke overheden

    Vlaams gewest- Zie voor nadere inlichtingen de gemeentelijke

    overheden- Vlaamse Landmaatschappij (VLM), www.vlm.be-Openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn (OCMW), www.belgium.be/nl/familie/sociale_steun/ocmw

    LuxemburgZie voor nadere inlichtingen de gemeentelijke overheden

    NederlandDiensten ruimtelijke ordening gemeenten

    Bodemverontreiniging

    Brussels gewest - Zich informeren over de bodemtoestand

    in Brussel: www.leefmilieubrussel.be/Templates/Professionnels/informer.aspx?id=33209&langtype=2067

    - Identificatie en bodemsanering: www.leefmilieubrussel.be/Templates/Professionnels/niveau2.aspx?maintaxid=11680&taxid=11994&langtype=2067

    Waals gewestGrondanalyselaboratoria: http://owd.environnement.wallonie.be/xsql/47.xsql?canevas=acteur_organisme

    Vlaams gewest- Zie voor nadere inlichtingen de gemeentelijke

    overheden (achtergrondinformatie over het verleden van een perceel)

    - Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij (OVAM), www.ovam.be/jahia/Jahia/pid/11

    LuxemburgDienst technische landbouwdiensten voor de analyse van grond (voedingsstoffen e.d.), www.asta.etat.lu/Laboratoires/Boden/Boden.html NederlandMinisterie van Infrastructuur en Milieu, www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/bodem-en-ondergrond - www.bodemloket.nl (U ziet onder meer waar vroeger industriële activiteiten hebben plaatsgevonden.)

    34

  • Secretariaat-Generaal BeneluxRegentschapsstraat 39 • BE-1000 Brussel • T +32 (0)2 519 38 11 • [email protected] • www.benelux.int