DE RUYSkensveld gazet

1

DE RUYSkensveld gazetTerugblik op 2020 - vooruitblik op 2021Terugblik op 2020 - vooruitblik op 2021

Editoriaal ...

DE RUYSKENSVELD GAZET - TERUGBLIK OP 2020- VOORUITBLIK OP 2021

Het ezelsbruggetje KOVER staatvoor de 5 prachtige waardenvan Ruyskensveld. De ‘O’ staatvoor openheid.

Dit is het jaarverslag: openschrijven over wat we doen enwat we (niet) kunnen, zeggenwat we menen en menen watwe zeggen. Transparant in alleswat we doen en zeggen.

Openheid is een waarde. Tochmoeten we dit jaarverslagstarten met een terugblik opgeslotenheid. Voor altijd zal2020 de geschiedenis ingaanals het startjaar van depandemie. Tijdens de eerstegolf hebben we heel watletterlijk en iguurlijk moetenafsluiten. De gezondheidscrisiszorgde ervoor dat wecampussen, leefgroepengesloten hebben, dat we testrakke, vaak pijnlijke grenzentrokken tussen kinderen,jongeren en hun context. Devakantiemaanden zorgdenletterlijk en iguurlijk voorzuurstof, voor nieuwe energie.Onze medewerkers hebbenimmers in de boeien van deeerste golf prima werkgeleverd. De tweede golf in hetnajaar werd beantwoord meteen meer open vizier. Het virusdicteerde niet langer een‘lockdown’, maar een langeenergie slorpende tocht naareen open horizon. Geslotenheidwerd afgebroken. De toekomstlag en ligt voor iedereen voorbijde virale grenzen. Waarderingvoor iedereen die pal stondtijdens deze golven. Hiermeewordt de alinea geslotenheidafgesloten.

Openheid daar gaan we voor.Geïllustreerd: Ruyskensveldgaat resoluut voor een zo openmogelijk beveiligend verblijf.Ook hier wordt beslotenheiddoorbroken. In nauwesamenwerking met de afdeling‘voorzieningenbeleid’ van hetAgentschap Opgroeien wordtgewerkt aan een pedagogischevisie vertrekkende vanuit eennormaal warm en openleefklimaat, vertaald in eenopen zorg voor de meisjes dieop doortocht de ‘pleisterplek’zullen passeren, op weg naareen open en kansrijke toekomstvoorbij grenzen. Er wordt danook in samenwerking met dhr.Philippe Van Deyck (Osar-architecten) gewerkt aan eenzo ‘open’ mogelijkeinfrastructuur. In geen enkeldossier wordt het continuümtussen openheid enbeslotenheid of geslotenheidmeer gevoeld. Ook dit zal weeropen armen en open geest vanheel wat van onzemedewerkers vragen. Ook in ditdossier gaan we verbinden injeugdzorg.

Beveiligend verblijf wordtopgebouwd op de CampusErembodegem, de campuswaar in 2020 een nieuwbegeleidingsdorp verrees.Corona heeft zich echter ookhier laten voelen en deoorspronkelijk geplande verhuisin juni werd eerst naarseptember verschoven, omlater opnieuw naar het eindevan het jaar te verschuiven. Hetheeft niet mogen zijn. Het jaarwerd afgesloten zonder verhuis.

De open campus werd in dechristelijke traditie van deorganisatie nog wel ingewijd,maar de huizen bleven wachtenop spelende, ravottende enlerende kinderen en jongeren.Tijd is echter eindeloos, en er isaltijd een tijd om te zaaien eneen tijd om te oogsten. Hetopenen van de huizen zou nuwel spoedig volgen. Onze eigentoegangspoort van de CampusErembodegem wordt gesierddoor het kunstwerk vanglaskunstenaar WouterBolangier en de lokalekunstsmeden Koen en Peter DeBruyn. ‘De Rots’ kan echtertraag maar zeker open glijden,verbinding maken tussen hetdorp en de befaamde loods,een loods die halfopen,halfgesloten een fantastischecreatieve ruimtecreëert. Vrijwilligers wordengezocht om de buurt binnen tebrengen, om de jeugdzorg tenormaliseren, om verbindingente creëren. Morgen zalRuyskensveld zorgen voormorgen … .

Met de middelen van ‘Zorgenvoor Morgen’ zijn we inderdaadgaan zorgen voor morgen.Corona had een grote impactop het psychisch welbevindenvan heel wat kinderen enjongeren. Heel wat kinderen,jongeren en hun context,cliënten in de jeugdzorg, kennenook zonder Covid-19 heel watnegatievelevensgebeurtenissen,uitdagingen voor hun psychischwelzijn en welbevinden. Het isreeds jarenlangwetenschappelijk bewezen datzorg voor de geestelijkegezondheid voor de kinderen enjongeren van vandaag ervoorzorgt dat ze geen geschiedenisin de volwassen psychiatrietegemoet gaan. Al jaren zoektRuyskensveld naar gepastezorg. Als je de zorg niet zelf kanbieden, moet je op zoek gaannaar partners, naar netwerken,maar als ook deze partners,deze netwerken geen soelaasbieden, kan je ethisch nietlanger wegkijken en moet jehet toch maar zelf doen.

Als je doet wat je kan,en je kan wat je doet,

dan ben je een kei.Als je zegt wat je meent,en je meent wat je zegt,

dan ben je vrij.

Kris De Bruyne(1950-2021)OPEN

Verantwoordelijke uitgever: Ruyskensveld vzw, Wassenhovestraat 1, 9620 Zottegem

2DE RUYSKENSVELD GAZET - TERUGBLIK OP 2020 - VOORUITBLIK OP 2021

Eerder werd er insamenwerking met alleorganisaties bijzonderejeugdzorg Zuid-Oost-Vlaanderen een verbindinggecreëerd met dokter Sara Vande Winkel, kinder- enjeugdpsychiater. Met demiddelen van ‘Zorgen voorMorgen’ wordt er geïnvesteerdin ‘Terra’: 3 halftijdsetherapeuten en een halftijdsemedewerker die expliciet deopdracht kregen om binnendeze context te werken aanvroegdetectie en preventie bij -12 jarigen. De grens tussenbegeleiding en behandelingwordt dan ook wat verderopengebroken. Soms moet jevoorbij de lijnen van detekening kleuren, soms moet jede lijnen van de tekeningopenbreken en hertekenen.

Die uitdaging tekent zich ook inhet opgestarte proces rond dezorgstrategie van Ruyskensveld.Hoewel de zorgstrategie kadertin een oefening rond eeninfrastructureel masterplan,moet ze vooral de toekomstvan Ruyskensveld uittekenen.Ook dit vraagt opnieuw eenopen vizier van medewerkersen bestuurders.Er moetnagedacht worden over eenvraaggestuurde hulp- endienstverlening, over hetdoorbreken van de traditioneleleefgroepen, over gezinshuizen,kleine wooneenheden en/ofandere innovatievewoonvormen, over crisisunitsen kortdurend verblijf, over hetinzetten op de context,gesteund door de idee dat allekinderen en jongeren best eenplek krijgen in eengezinscontext. De pandemieheeft ook in deze oefeningvertragend gewerkt, maar hetvirus heeft ook dit dossier nietkunnen sluiten. Ruyskensveldzal zichzelf openbreken.

Transparantie is een mogelijkander woord voor openheid.Hoewel, transparantie is niethetzelfde als openheid.Transparantie omvat weldegelijk vaak een materiëlegrens, maar een doorzichtigegrens. Transparantie staat danook hoog in het vaandel vanRuyskensveld. We zeggen watwe doen en we doen wat wezeggen. Dit staat ook centraal inhet kwaliteitsbeleid, dekwaliteitszorg en de zorg voorkwaliteit. De lezer van ditjaarverslag kan ook altijdtoegang krijgen tot hetkwaliteitsverslag 2020. Uit ditkwaliteitsverslag kan duidelijkblijken hoe hard en integer weonszelf evalueren.Ruyskensveld alsfusieorganisatie vertrok vanuitde aanwezige kwaliteit van allefusiepartners op reis naar meeren betere gezamenlijkekwaliteit. Fusioneren is eenwerkwoord en werken aangezamenlijke kwaliteit vraagttijd. ‘Alleen gaat men sneller,samen gaat men verder’. DezeKeniaanse spreuk stond op hetgeboortekaartje vanRuyskensveld. Niets kan echtermeer de transparantie vanRuyskensveld illustreren als dewerkzaamheden van dewerkgroep ‘effecten van dehulpverlening’. Deze werkgroepbinnen de commissie kwaliteitricht zich op hoe we deeffecten van de hulpverleningsamen met de cliënt kunnenevalueren om trajecten vlotteren gerichter te laten verlopen.Tezelfdertijd moet dit ook desociale impact van het werk vanRuyskensveld op en aan desamenleving aantonen.Ruyskensveld werkt vooral metsubsidies, met geld van degemeenschap. Niet alleen voertRuyskensveld een transparantinancieel beleid, maar wil hetook aantonen dat de middelen

doelmatig, eficiënt en effectiefworden ingezet. De visietekstrond de aanpak van hetkwaliteitsthema ‘effecten vande hulpverlening’ wordt oppagina 3 open gepubliceerd. Wedoen wat we zeggen, en wezeggen wat we doen.

Dat doen we ook in het verderemiddelenbeleid. WieRuyskensveld volgt, weet dat erde doelstelling is om teevalueren naar een vlakkereinnovatieve arbeidsorganisatie.Binnen Ruyskensveld wordt dit‘De Kanteling’ genoemd.Kantelen vergt echter openruimte. Niets kan kantelenzonder de ruimte om tekantelen. Hoewel we samenmet de hefbomen Probis enTabor deze ruimte proberen tecreëren, loopt de kanteling nietvan een leien dakje. Zelfs in eenvlakkere organisatie zijn ergrenzen die het speelveldbepalen. Net door dezeoefening worden grenzen somsscherper. Dit vraagt echteropnieuw een open vizier vanonze medewerkers, van deverantwoordelijken en van hetbestuursorgaan, met een blik inde open ruimte. Stapsgewijsgaat ook dit traject naar zijn“smartie” geformuleerdedoelstelling.

We beseffen heel goed dat erook het voorbije jaar heel watvan onze medewerkersgevraagd werd. De arbeidsdrukis niet min. De dossiers wordensteeds complexer. Trajectenblokkeren soms op grenzen.Belangen van cliënten,medewerkers, organisatie,partners en samenleving lopenniet altijd mooi synchroon.Discussies zijn soms hard, maarsteeds open. Als je zegt wat jemeent en je meent wat je zegt,als je luistert naar elkaar dan isook dat Ruyskensveld.Permanent wordt er gezocht

naar wat er beter kan. Demiddelen voor ‘Zorgen voorMorgen’ werden niet alleen inTerra geïnvesteerd, maar ook ineen vrijwilligerscoördinator. Zijmoet de organisatie deinitiefopenbreken naar vrijwilligerstoe.

Ook op heel wat andereterreinen werden grenzendoorbroken en openheidgecreëerd. Er is het Netwerkjeugdzorg Zuid-Oost-Vlaanderen dat steeds verderen ruimer gaat samenwerken,onder meer binnencontextbegeleiding, dreigendeuithuisplaatsingen (Team Vonk),het operationeelsamenwerkingsverband ‘1 Gezin1 Plan’ gegroeid uit de goedepraktijk van ‘Op Weg’ op decampus Geraardsbergen.Kortom de waarden KOVER ende slagzin ‘verbinden injeugdzorg’ worden steeds meerzichtbaar op de werkvloer en inen voor de samenleving.Waarden hebben en kennenechter ook grenzen.

De redactie van dit jaarverslagheeft echter haar grenzen aandit editoriaal gesteld. Nu nog opzoek naar een mooi openeinde, naar een schitterende‘cliffhanger’. Of kiezen we tochmaar voor een volgende‘gamechanger’? Wordt vervolgd.

Stefaan KaestekerAlgemeen directeur


Indicatoren

Binnen Ruyskensveld onderscheiden we een aantal typen van indicatoren om onze eigen hulp-en dienstverlening temonitoren:

• Input: bereikbaarheid van diensten, mate van registratie in BINC door onze medewerkers

• Throughput: doorlooptijd typemodules, samenwerkingen, vervolghulpverlening, betrokken actoren (BINC)

• Output: aantal cliënten, aantal trajecten, schakels en beslissingen (BINC)

• Outcome: doelrealisatie, uitval en cliënttevredenheid

Dit thema werd vanuit het agentschap Opgroeien weerhouden als kwaliteitsthema voor het jaar 2019 en 2020. Niet ‘hét effect vanjeugdhulp’ scoort laag, wel het meten er van.

Door de verdieping in dit thema wil Ruyskensveld de impact in kaart brengen en een duidelijk verhaal vertellen. Een verhaal over hoe deeffectmeting van hulpverlening kan gehanteerd worden binnen onze eigen organisatie, en breder als een mogelijke manier waarop deimpact van jeugdhulp kan in kaart gebracht worden.

Monitoring: effectmeting van de hulpverlening binnen Ruyskensveld

Boeken we het gewenste resultaat voor de kinderen en gezinnen waar we mee werken?Hoe maken we als jeugdhulpvoorziening de impact van onze inzet door onze medewerkers voor kinderen en hun gezinzichtbaar?

Vanuit onze visie op effectmeting van de hulpverlening meten we dit aan de hand van outcome-indicatoren. Het monitoren van dezeindicatoren zien we binnen Ruyskensveld als waardevol binnen het evalueren en bijsturen van onze hulpverlening. Het biedt inzicht in deeffecten en dus ook in kwaliteit. Voor het bereiken en meten van de maatschappelijke resultaten van de jeugdhulp hebben we als privatejeugdhulpaanbieder hier weinig vat op. Er spelen immers heel wat beïnvloedende factoren een rol in het bereiken van dezemaatschappelijke resultaten zoals onder meer de beschikbare middelen, de indicatiestelling (beide inputfactoren) en tijdsgebondencontextfactoren. (vb: lange wachtlijsten in de jeugdzorg, verzadiging van het crisisaanbod). Als jeugdhulpvoorziening hebben we enkel vatop onze eigen aangeboden dienstverlening.

Gericht meten

Via periodieke steekproeven gaan we de bereikbaarheid na van onze diensten en de registratiegraad van onze medewerkers. (input)

De troughput en de output zijn raadpleegbaar in BINC (Begeleiding in Cijfers). De relevante cijfers worden jaarlijks opgenomen in onskwaliteitsverslag en besproken op diverse fora: kwaliteitscel, Bijzondere functieoverleg, Raad van Bestuur. Om deze gegevens teverzamelen maken we gebruik van de registratieverplichting van onze modules RTJ, NRTJ en NAFT binnen BINC. Voor de monitoring vande outcome-indicatoren kiezen we er vanuit Ruyskensveld voor om de volgende drie outcome-indicatoren te onderzoeken:

1. Uitval van cliënten2. Tevredenheid van cliënten over de aangeboden hulpverlening3. Doelrealisatie van de hulp, uitgesplitst in:

We meten en monitoren we de bovenstaande type-indicatoren overheen de verschillende campussen en werkingen op éénzelfde wijze.

Het meten van de outcome-indicator ‘Uitval’

We deiniëren ‘Uitval’ binnen Ruyskensveld als volgt:

Er is een breuk in de hulpverlening vast te stellen. Meer bepaald:

• Er is sprake van een stopzetting van de hulpverlening alvorens de doelstellingen geformuleerd worden in een handelingsplan. OF

• Bij het beëindigen van de begeleiding werden de vooropgestelde doelen in het handelingsplan of evolutieverslagen nietgerealiseerd. OF

• Er is geen vervolghulpverlening terwijl dit wel als noodzakelijk geacht wordt. OF

• Er is geen overeenstemming over de huidige of verdere hulpverlening.

a. de mate waarin cliënten verder kunnen zonder hulp;

b. de mate waarin er na beëindiging geen nieuwe start binnen de jeugdhulpplaatsvindt;

c. de mate waarin problemen verminderd zijn en/of de zelfredzaamheid ofparticipatie is verhoogd;

d. de mate waarin de overeengekomen doelen gerealiseerd zijn.

Het meten van het effect van de hulpverlening


Individuele doelstellingen worden vooraf in samenspraak met de cliënt en de betrokkenen in het hulpverleningstraject vastgelegd. Na deanalyse van de hulpvraag volgens het driekolommenmodel in het handelingsplan (“wat gaat goed?”, “wat zijn de zorgen?” en “wat moet ergebeuren?”) worden er een aantal individuele doelen vooropgesteld. De doelen worden bepaald in samenspraak met de cliënt en debetrokken partners in het hulpverleningstraject.

We raden aan om zowel één of meerdere doelen op korte termijn (bijvoorbeeld voor zes maanden) als op lange termijn te formuleren.Om de mate waarin overeengekomen doelen gerealiseerd zijn te bepalen voeren we een meting uit gebaseerd op de Goal AttainmentScaling (GAS). Voor zowel de korte als de lange termijndoelstellingen worden er vijf resultaatniveaus beschreven. Het middelste niveau(=0) is het resultaat dat de cliënt naar verwachting zal bereiken. De twee betere (+1 en +2) en de twee mindere resultaatniveaus ( -1 en -2) zijn gelijkmatig rond dit verwachte niveau verdeeld.

Aan elke doelstelling wordt er een gewicht gekoppeld van 0 tot 10. Het gewicht gekoppeld aan de doelstelling toont de prioriteit, waardeof motivatie hiervan aan voor de cliënt en betrokken context.

Formuleren van de doelstellingen

Bij het formuleren van de SMART-doelen gebruiken we woorden die de cliënt goed begrijpt:

• Speciiek - Is de doelstelling éénduidig?

• Meetbaar - Onder welke (meetbare/observeerbare) voorwaarden of vorm is het doel bereikt?

• Acceptabel - Zijn deze doelen acceptabel voor de doelgroep en/of het management?

• Realistisch - Is het doel haalbaar?

• Tijdsgebonden - Wanneer (in de tijd) moet het doel bereikt zijn?

Het evalueren van de doelstellingen

Het resultaat van elke afgenomen meting geeft inzicht in de mate waarop er afstemming is tussen de gewenste en de gerealiseerdedoelstelling.. Wanneer het vooropgestelde resultaat (=0) bereikt is, kan men zeggen dat de doelstelling gerealiseerd is. Het gewicht wordtmee in rekening gebracht bij het bepalen van de prioritaire doelen binnen de doelrealisatiemeting.

De scores vanuit de doelrealisatie kunnen vrij subjectief en verschillend zijn, afhankelijk van de cliënt en het tijdstip van invullen. Decijfergegevens op zich zijn daarom niet erg betrouwbaar.‘Doelrealisatiescores geven echter doorgaans wel aanleiding tot gesprek over de aard en de kwaliteit van de geformuleerde doelen.Bovendien geeft het bepalen van de doelrealisatie voor zowel de cliënten als onze dienstverlening een belangrijke inhoudelijkemeerwaarde wanneer het gaat om de formulering en de evaluatie van de doelen: omdat zij de uiteindelijke scoring bepalen, moeten dedoelen voor heb begrijpelijk, relevant en overzichtelijk zijn (=SMART-geformuleerd).

Het meten van de outcome-indicator ‘Tevredenheid van de cliënt over de resultaten van de geboden hulpverlening’

Hoe tevreden zijn cliënten over het nut en de effecten van de ondersteuning of hulp die ze gekregen hebben vanuit Ruyskensveld?

We deiniëren dit vanuit Ruyskensveld als volgt:

Deze outcome-indicator geeft een antwoord op de volgende vragen:

• Wat ervaart de cliënt als meerwaarde of tekortkoming tijdens de hulpverlening?• Waar hebben we als hulpverleners voor de cliënt het verschil gemaakt?

Het meten van de outcome-indicator ‘Doelrealisatie’

Deinitie van doelrealisatie volgens Ruyskensveld:

Doelrealisatie beschrijft de evaluatie van de mate waarin de vooropgestelde doelen zoals geformuleerd in het handelingsplan,evolutieverslag, groeiplan en ondersteuningsplan gerealiseerd worden. De evaluatie van de doelrealisatie gebeurt samen met allebetrokkenen. Het geeft o.a een antwoord op de vraag: in welke mate is er afstemming tussen de gewenste en de gerealiseerdehulpverleningsdoelen?

Doelrealisatie wordt met vier sub-indicatoren in beeld gebracht:

• De mate waarin cliënten na jeugdhulp zonder hulp verder kunnen;

• De mate waarin er na beëindiging van de jeugdhulp geen nieuwe start hulp is;

• De mate waarin er sprake is van afname van de problematiek/toename is van de zelfredzaamheid/toename is van departicipatie;

• De mate waarin overeengekomen doelen gerealiseerd zijn.


Naar aanleiding van decoronacrisis stelde VlaamsMinister van Welzijn,Volksgezondheid, Gezin enArmoedebestrijding WouterBeke, een actieplan op Zorgenvoor Morgen. Er werden extramiddelen vrijgemaakt terondersteuning van deresidentiële jeugdhulp.

De minister breidde hetpersoneelsbestand uit met 0.02VTE per erkendeverblijfmodule, wat voor onseen uitbreiding met 3.2 VTEbetekent.

Meteen wordt één van devoordelen van de fusie en vande schaalgrootte van onzeorganisatie duidelijk. Als eruitbreiding komt is dit sinds defusie ook een substantiëleuitbreiding waarmee we danook heel gericht kunneninzetten.

Ruyskensveld heeft er voorgekozen om deze middelen inte zetten op een aantalimpulsen voor de organisatie.In onderling overleg met hetAgentschap Opgroeien wordt eringezet op:

• Het personeelskadervan IKS, de nieuwecrisis- en time-outafdeling op deCampus Erembodegem

• Het vrijwilligerswerk

• Geestelijkegezondheidszorg voorcliënten

0.5 VTE voor de crisis entime-outunit IKS

Met de oprichting van de crisisen time-out unit ‘IKS’ kiestRuyskensveld weer eens nietvoor de gemakkelijkste weg,

maar nemen we onzemaatschappelijke opdracht open geven betekenis aan derealisatie van onze missie.Het aantal crisissen encrisisaanmeldingen, de noodaan time-out plaatsen is delaatste jaren signiicantgestegen. We erkennen desoms schrijnende noden vankinderen en jongeren die zichplots in een verontrustendecrisissituatie bevinden. VanuitRuyskensveld beschikken weover voldoende ervaring met desoms dringende nood omjongeren een rustplek te geven,even weg van de leefgroepen,waardoor ook soms teams opadem kunnen komen, waarbijer soms gewerkt wordt aan hetbroodnodige herstel.Het plan was uitgewerkt, hetteam samengesteld. We kregenechter duidelijke en terechtesignalen omtrent de nood aanwat meer personele middelen.Daarom koos Ruyskensveldvoor de inzet van 0.5 VTE inafdeling IKS.

0.75 VTEVRIJWILLIGERSWERK

Werken met vrijwilligersondersteunt niet alleen deconcrete werkingen, maar zorgtook voor een breedmaatschappelijk draagvlak voorde jeugdzorg en Ruyskensveld.We hebben al meermaalservaren dat vrijwilligers vanonschatbare waarde zijn vooronze organisatie en de cliënten.In het verleden konden we alrekenen op een aantaliconische vrijwilligers die zichvanuit hun competenties entalenten inzetten voorhuiswerkbegeleiding,onthaalgezinnen, recreatie encreativiteit, optreden alsbuddy’s binnen CBAW,vrijwilligers die zich inzettenvoor vervoer, jongerenondersteunen bij allerhandeoefeningen en dergelijke meer.Op heel wat campussen werder al gewerkt met vrijwilligers.Werken met vrijwilligers vraagteen kwalitatiefvrijwilligersbeleid envrijwilligersmanagement. Weopteren er dan ook voor ditheel goed uit te bouwen en devrijwilligerswerking nieuweimpulsen te geven, te verrijkenen uit te breiden over devolledige organisatie. Inge VanMieghem, voorheen werkzaamop campus Erembodegem alscontextbegeleidster en

vrijwilligerscoördinator gaatdeze uitdaging aan.2 VTE GEESTELIJKEGEZONDHEIDSZORG

Ruyskensveld heeft heel watzorgen omtrent de gepaste zorgvoor kinderen, jongeren en huncontext.De laatste decennia worden dejeugdzorg en dus ookRuyskensveld geconfronteerdmet de toenemendezorgzwaarte. Wie praat over detoenemende zorgzwaarte praatook over de toename aanpsychische problemen bijkinderen en jongeren.Ruyskensveld schrok zelf vande cijfers rond de nood aanpsychische ondersetuning bij decliënten.Ruyskensveld heeft geprobeerdom hier op heel diversemanieren op te reageren. Erwerd heel wat tijd en energiegestopt insamenwerkingsverbanden. Wemerkten echter steeds op dater heel goede initiatieven zijn,dat er heel wat organisatieskwalitatief werken, maar helaasniet kunnen beantwoorden aande verwachtingen vanRuyskensveld, aan de speciiekevereisten aan het werken metkinderen en jongeren uit dejeugdzorg, aan derandvoorwaarden vanbereikbaarheid, beschikbaarheiden vooral ook nabijheid.Iedereen kent de verhalen overde ellenlange wachtlijstenbinnen de CGG’s en de signalenomtrent de psychische nodenvan kinderen en jongerengekoppeld aan een te beperktaanbod.We merken ook op dat er heelvaak gewerkt wordt metexterne therapeuten, wat ookeen inanciële en tijdskost metzich meebrengt.Op bepaalde campussen was eral een aanbod rondtherapeutische begeleiding. Wekennen ook wel de verhalenvan collega voorzieningen mettherapeutische projecten, weverwijzen naar Amoriet binnenAmon en initiatieven zoalsTeJo, die met vrijwilligers-therapeuten werken.Ruyskensveld onderschrijfthulpverleningstendensen zoals‘back to basics’, maar kanterzelfdertijd niet de ogensluiten voor de opduikendenoden die wat meer speciiekezorg vragen. Ruyskensveld zalsteeds proberen die zorg tegeven die kinderen en jongeren

en hun context nodig hebben.Daarom zet Ruyskensveld numiddelen in op geestelijkegezondheidszorg.

Vroegdetectie en preventie bij-12 jarigen

Tijdens een overleg met detoenmalige ministerVandeurzen werd Ruyskensveldaangesproken door detoenmalige kabinetsadviseurgeestelijke gezondheidszorgmet de vraag om in te zettenop vroegdetectie en preventiebij -12 jarigen. Ongeveer 50 %van de kinderen die residentieelbij Ruyskensveld verblijvenzijn-12 jarigen. Het aantalschommelt tussen de 80 en 100kinderen.De wetenschappelijke literatuurduidt er op dat bij ongeveer75% van de psychiatrischepatiënten in devolwassenpsychiatrie deoorsprong van deproblematieken in dekinderjaren ligt. We erkennende zorgen van de kinderen diebij ons verblijven, hunkwetsuren, hun trauma’s, deontwikkelingsstoornissen. Het isdan ook ontzettend belangrijkdat deze problemen vroegtijdiggedetecteerd worden en dat erdan preventief en soms ookvroegtijdig curatief gehandeldwordt.Sybil Bothuyne, de huidigebijzondere functie op deCampus Zwalm, neemtvoortaan halftijds de uitdagingaan om gedurende een jaar hetproject ‘Vroegdetectie enpreventie -12 jarigen vorm tegeven. Zij zal verder de nodigedeskundigheid verwerven ensamen met de teams werkenaan een programma rondvroegdetectie en preventie.Op termijn zal dit bijdragen toteen goede zorg voor de jongerekinderen en vermijden wevroegtijdig dat kinderen verderestoornissen ontwikkelen.Als bijkomende doelstellingcoachen en leiden we onzeteams hier verder in op.Inzettenop preventie vermijdt nietalleen een toename vanindividuele problemen, maarook een verderemaatschappelijke kost rondvolwassenpsychiatrie.

Als organisatie voor bijzondere jeugdzorg zorgen we voor morgen

6

TERRA

Vaste grond, een veilige plek …

Het therapeutisch aanbod vanRuyskensveld

Met de samenwerking metdokter Sara Van de Winkel,kinderen jeugdpsychiater,werd er al ingezet op concreteinzet rond geestelijkegezondheidszorg. Ruyskensvelddoet dit in samenwerking metalle organisaties bijzonderejeugdzorg in Zuid-Oost-Vlaanderen.

Vanuit de vaststelling dat hetvaak heel lang wachten is opeen (extern) therapeutischaanbod en de grote nood aantherapie, is Ruyskensveldgestart met een interntherapeutisch aanbod in hetkader van een proefproject.

Het doel is duidelijk:kwaliteitsvolle psychotherapieen creatieve therapie snelbeschikbaar maken voor dekinderen en jongeren die we(residentieel) begeleiden. Wewillen laagdrempelig zijn: ookkinderen of jongeren die nogniet goed weten of ‘therapie’wel iets voor hen is, willen weeen kennismaking bieden metwat therapie voor hen kanbetekenen. Ook kinderen dienog geen zware klachten ofproblemen ervaren, kunneneen luisterend oor buiten deleefgroep vinden wanneer zedat zouden willen.Op dit moment spitsen we onstoe op individuele therapie voorkinderen en jongeren dieresidentieel verblijven binnenRV.Het team is mobiel, detherapeut komt dus naar decampus.

De therapeuten hebben voelingmet de werking en realiteit vande residenties. Een goedesamenwerking met de teamsdragen we hoog in het vaandel.We gaan op zoek naar eenevenwicht tussensamenwerken met de leefgroepenerzijds en het noodzakelijkvertrouwelijke karakter van detherapeutische relatie met decliënt.Lopende trajecten met externetherapeuten kunnen uiteraardverder blijven lopen. We willenop zoveel mogelijk vragen eenantwoord bieden. Wanneervanuit het therapeutisch teamgeen geschikt aanbod kangeboden worden, ondersteunenwe de zoektocht naar eenextern aanbod.De duur van een therapeutischtraject hangt af van de vraag ende speciieke noden van decliënt, maar we waken er ook

over dat het aanbod vlottoegankelijk blijft. Korteretrajecten zijn dus zekermogelijk.Het therapeutisch team wordtgevormd door: Kristiaan Art,Fedra Van Eesbeek en AnPieteraerens.

En we blijven dromen

Minister Beke nam de beslissingom Werf 1 van de jeugdhulp “1Gezin – 1 Plan” over Vlaanderenverder uit te rollen. “1 Gezin – 1Plan” richt zich binnen dejeugdhulp op casemanagement,eerste lijnspsychologie envroegtijdige kortdurendeinterventies binnen deintersectorale jeugdhulp. Ditmoet in veel gezinnen erger

voorkomen en ze terug op weghelpen. “1 Gezin – 1 Plan” isinderdaad gebaseerd op hetinnovatief project "Op Weg"vande teams op de CampusGeraardsbergen.

“1 Gezin - 1 Plan” zal zich in deregio Zuid-Oost-Vlaanderenbaseren op het reeds lopendeproject “De Tafels” uit Deinze –Eeklo. Dit is een gratis mobieledienst voor jongeren (0-25 jaar)

en hun netwerk, die elke vraagernstig neemt. Zij engagerenzich om samen met diversehulpverleningsorganisaties uitde jeugdhulp een mogelijkheidop maat uit te werken en sneleen ondersteuning te biedenaan het gezin. Hierbij vertrektmen steeds vanuit de krachtenvan het gezin.

Er worden in Zuid-Oost-Vlaanderen 2 intersectorale

teams gevormd (team 1 is hetteam van Deinze – Eeklo):

• Team 2 voor de eerstelijnszones VlaamseArdennen en Panacea

• Team 3 voor de eerstelijnszones Dender-Zuiden Aalst

Liesbeth Sevenoy, Ilse Van Hee,Joke Stubbe en Ann Laureynsworden halftijds tewerkgesteldbinnen de teams.

Met steun van lokale partners in de regio

DE RUYSKENSVELD GAZET - TERUGBLIK OP 2020 - VOORUITBLIK OP 2021

Opstart nieuw samenwerkingsverband Signs of Safety

Ruyskensveld heeft zich samen met Amon vzw en Jeugdzorgvzw geëngageerd om een experimenteel aanbod te realiserenvoor contextbegeleiding bij dreigende uithuisplaatsing, Signs ofSafety genoemd.Dit begeleidingsteam wordt samengesteld uit begeleiders vanAmon vzw, Jeugdzorg vzw en Ruyskensveld vzw. Deze hulpwordt aangeboden vanuit campus Nederhasselt van Amon vzw.

VEILIGHEID: het installeren van veiligheid voor het kind is de rode draad

doorheen de begeleiding. Dit is noodzakelijk om het kind thuis te kunnen laten

opgroeien.

OPENHEID: van bij de start wordt er open en duidelijk gecommuniceerd. Het is

duidelijk wat de verwachtingen zijn van de aanmelder en we gaan samen op zoek

naar hoe dit op maat van het gezin vorm krijgt. We vragen een grote openheid van

de betrokkenen om ook moeilijke zaken te bespreken. Door de geheimhouding te

doorbreken, kan er aan de slag worden gegaan.

NETWERK: het hele netwerk rond het gezin wordt mede verantwoordelijk voor

de toekomstige veiligheid van het kind. Hieronder kan iedereen die van belang is

voor een van de gezinsleden worden verstaan. Van familielid tot buur, van juf tot

voetbaltrainer.

KIND CENTRAAL: het belang van het kind staat gedurende het hele traject

centraal. In elke stap en bij elke beslissing wordt het kind gehoord en/of intensief

betrokken.


Het begin van 2020 zag er veelbelovend uit voor onze organisatie, covid-19 en decoronapandemie doorkruisten echter een aantal processen. In vele opzichten moestenwe een mindshift maken, ons anders organiseren om de beoogde doelen te bereiken.Dit vergde de nodige tijd, tijd die we ons niet altijd kunnen veroorloven maar die wenoodgedwongen dienden te nemen.

De werken aan ons begeleidingsdorp startten in mei 2019, de symbolische eerstesteen werd gelegd op woensdag 4 september 2019 en de realisatie van hetgoedgekeurde zorgstrategisch plan van Campus Erembodegem kreeg een doorstart in2020. Onze hoop om te verhuizen naar de nieuwe units in 2020 werd even de kopingedrukt. In januari 2021 verhuisden we. Een oprechte dank aan al diegenen die hunschouders onder dit project hebben gestoken. We mogen ier zijn als Ruyskensveld datwe dit konden realiseren.

Naast de infrastructurele werken hebben we ingezet op het organisatorische, depersonele omkadering en ieders rol in het hulpverleningsproces. We blijven hier in detoekomst in investeren omdat we alert moeten blijven dat we alle items meenemen inhet veranderingsproces. Dit vergt een voortdurend afstemmen, in overleg gaan enkomen tot werkbare eenheden.

Zorgstrategie ... verdere doorstart binnen de organisatie

foto's ® Osar architects


In ontwikkeling een 'pleisterplek' ...

Om het zorgstrategisch planvan Ruyskensveld verder uit tebouwen en vorm te gevenwerd werk gemaakt vanverschillende consultrondes,o.a. met medewerkers van hetAgentschap Opgroeien,jeugdrechters, sociale dienstenen OndersteuningscentraJeugdzorg en hunregioverantwoordelijke,crisismeldpunt, … We vindenhet belangrijk om standpuntente kennen en af te toetsen,recente evoluties te besprekenom een goed en gefundeerdproject te kunnen neerzetten.Het is een gelegenheid om aanverschillende belanghebbendendoor te geven welke moduleswe nu reeds hebben en om deoefening te maken hoe we onsaanbod er willen laten uitzien in2030. Alle geplande – fysieke –overlegmomenten kondendoorgaan totdat de eerstelockdown een feit was (maart2020) en we onze plannenmoesten herzien en ons andersdienden te organiseren. Devoornaamste punten die uit deconsultrondes kwamen, nemenwe mee in ons verhaal. Denkenwe bijvoorbeeld aan hetblijvend inzetten op eencontinuüm van zorg als eenbelangrijk uitgangspunt,inzetten op de zorgcontinuïteitvan onze trajecten, het zorg opmaat bieden en aanklampend

werken, mensen in hunkrachten blijven zetten, blijvenstreven naar een participatievebetrokkenheid en verbindendwerken, netwerken uitbouwenin het kader van de zorg. Metdeze niet limitatieveopsomming gaan we verderaan de slag in 2021.

Binnen ons netwerk BJB – ZOVrichtten we ons op de huidigevormen van samenwerking enhoe we deze samenwerkingkunnen optimaliseren want ookdit vormt een leidraad voorons zorgstrategisch plan vanRuyskensveld. De droom- endenkdag vond ‘coronaproof’plaats op 24 juni 2020.

We gingen speciiek in op eenaantal vraagstellingen. Hoekunnen we optimaalsamenwerken om de meestperformante zorg aan kinderen,jongeren en hun context aante bieden. Hoe kunnen we hetBJB-aanbod voor de cliëntenoptimaliseren, door ons aanbodop elkaar af te stemmen, doorhet aanbod te differentiërenevenwaardig gespreid over deregio, en zo te komen tot eenmaximaal mogelijk aanbod metde beschikbare middelen. Deoptimalisering van de sectoralesamenwerking moet hetfundament vormen voor eenintersectorale samenwerking.

De geplande commissieszorgstrategie werden in eersteinstantie afgelast en nogmaalsverschoven in de tijd. Inseptember kon gelukkig deeerste denkdag doorgaan enwerden heel watvraagstellingen bekeken. Dedeelnemers aan de commissiewaren bijzondere functies (wezijn zoekende naar een nieuwefunctienaam(!)) encoördinatoren van deverschillende campussenalsook een aantalverantwoordelijken en dealgemeen directeur. We bogenons over de mogelijkedoelgroep binnen Ruyskensveldin 2030 en over hetzorgaanbod dat we moetenontwikkelen om gepaste,tijdelijke en warme zorg tekunnen bieden aan onzecliënten (in overeenstemmingmet 1 van onze strategischedoelen). De verhouding tussenrechtstreeks en nietrechtstreekse hulpverleningkwam aan bod alsook eenbespreking van de partners diewe onmiskenbaar nodighebben om ons zorgaanbod uitte bouwen. Ruimte werdvoorzien om eigen inbreng tedoen, om toe te spitsen opmethodieken, mogelijks andereinitiatieven of experimenteleprojecten.

Bedoeling is om met alle inputdie we vanuit diverse hoekenkregen te komen tot eenzorgstrategisch plan dat detoekomst van Ruyskensveldmee zal uittekenen. Uiteraardzullen we rekening houden metuitdagingen en vernieuwingendie tussentijds op ons padkomen en zullen we ook hierineen standpunt bepalen en onserop verhouden. De leden vande Raad van Bestuur hebbeneen cruciale rol in dezeontwikkelingen en zullen meebepalen welke weg we gaan.Het blijft een moeilijkeevenwichtsoefening om debalans te houden tussenvernieuwing en stabiliteit,tussen ingaan omopportuniteiten en kiezen voorbehoud van reeds bestaandehulpverlening. Sprongen wagenin het onbekende – als hetvoor de cliënten eenmeerwaarde kan betekenen –moeten we zorgzaam afwegen.Daartegenover staat immersook de zorg voor onzemedewerkers die dag in dag uitenthousiast en met het volleengagement hun taken enrollen moeten kunnen blijvenopnemen. Kiezen en de juistekeuzes maken, is en blijft eenuitdaging in deze volatielewereld.

Er lag niettemin heel wat werkop de plank in 2020. Niet alleenbinnen onze organisatie maarook op Vlaams en regionaalniveau werden werkgroepen enlerende netwerken opgestartwaar we aan participeerden.We startten onze voorbereidingmet een groep vanenthousiaste medewerkers ommee na te denken oververschillende thema’s. Wekozen ook van in de beginfasevoor een nauwe samenwerkingmet de AfdelingVoorzieningenbeleid Jeugdhulpzodat de beleidsmedewerkertelkens mee rond de tafel zat

bij interne besprekingen.

We haalden heel wat inspiratieuit de werkbezoeken aanvoorzieningen BJB die alsproeftuin worden erkend eneveneens de overstap makennaar beveiligend verblijf. Eenbezoek aan degemeenschapsinstelling DeZande in Beernem mocht nietontbreken gezien zij zoveelervaring hebben in het werkenmet jongeren met complexeproblematieken.

Anderzijds kregen we een inkijkin VAPH-voorzieningen die

werken met GES+ jongeren omook hun visie en werkwijze teleren kennen. Jammer dat weeen aantal bezoeken wegenscorona moesten uitstellen, eenenkele keer konden we via hetdigitale platform onzeinformatie verkrijgen maar hetdoet wel wat afbreuk aan deinteracties en de uitwisseling ansich.

Onze eerste focus lag op dedoelgroepomschrijving en hetpedagogisch project. Wehebben stilgestaan bij deleidende principes en de

scharniermomenten in de zorg.Het verbindende element zal derode draad zijn doorheen ganshet begeleidingstraject: demeisjes opnieuw verbindinglaten maken met zichzelf, methun context, met dehulpverlening en demaatschappij.Maar ook omgekeerd moetenwij ons blijvend engageren omverbinding te maken met hen.

We gaan verder op zoek welkemethodieken en instrumentenwe kunnen inzetten.

ontwerp Osar architecten

Even in herinnering brengen dat we een toekenning kregen voor de inrichting enuitbouw van 1 unit beveiligend verblijf voor 6 adolescente meisjes.

Dit zal concreet gaan over de intense begeleiding van deze kwetsbare meisjeswaarvan hun hulpverleningstrajecten al heel wat breuklijnen kenden. AlsRuyskensveld willen we inzetten op deze geblokkeerde trajecten en in eenbeveiligend maar warm leefklimaat openingen creëren op herstel en groei.

De voorziene opstart is omwille van de coronapandemie verschoven van hetnajaar 2021 naar het voorjaar van 2022.


De architecturale vormgeving iseen bepalende factor voor onzewerking. Hoe verhoudt onzevisie zich met deinfrastructuur? De krijtlijnenvan ons concept moeten echttot uiting komen in onzeinfrastructuur. Samen met dearchitecten die eveneens onsbegeleidingsdorp hebbenontworpen werd constructiefgewerkt aan een bouwplan, hetwerd besproken met dewerkgroep en externen,wijzigingen werden aangebrachtom ervoor te zorgen dat onze

visie zich reeds vertaald in deinfrastructuur. Hoe zwaar derugzak is van vele meisjes, zemoeten in een stimulerende enaangename omgeving een plekvinden om verder in interactiete kunnen gaan. Veel aandachtging ook naar de buitenruimteomdat deze in ons pedagogischproject een meerwaarde zalbetekenen. Jongeren moetenook buiten een plek vinden omtot rust te komen.

Vanuit de overheid kwam ietsmeer sturing inzake aanpak envisie omtrent de nieuwe

werking. Inzetten op eenpositief leef- en werkklimaat,hoe reageren op onveiliggedrag, visie op time-out, hoeomgaan met begrenzing,… Dethema’s zijn verder uitgewerktdoor het Agentschap Opgroeienin een visietekst ‘Wonen opeen andere plek dan thuis’ waarde switch gemaakt is van‘Beveiligend Verblijf’ naar devoorlopige term “Pleisterplek”.Een pleisterplek is een plekwaar jongeren tot rustkunnen komen, een plekwaar ruimte gemaakt wordt

om verbinding te maken, eenruimte die perspectief biedt.Dit in tegenstelling met de term‘beveiligend verblijf’ die eenandere connotatie oproept.

Taal is een bijzonder krachtigmiddel en het maakt ons ervanbewust dat we heel zorgzaammoeten omgaan met onswoordgebruik. We nemen ditzeker mee om de verderevertaalslag te maken naar onzeeigen werking.

ontwerp Osar architecten

Daaraan gekoppeld zal de personeelsoefening gemaakt worden (2021) omdeze speciieke zorg te kunnen realiseren. We moeten zeer goed afwegenhoe we ons personeelsmatig zo optimaal mogelijk kunnen organiserenbinnen de beschikbare middelen.

We zijn ons bewust van het belang van goed verankerde partnerschappenmet andere sectoren. Ook daar zal worden op ingezet. De gedeeldeverantwoordelijkheid zou een structurele inbedding moeten krijgen om decontinuïteit van de zorg te garanderen.

Maar geen probleem, er werd door het kompas team en het roer stevig doorgewerkt. Het kompas team met als opdracht het (her)ontwerpen van de organisatiestructuur en het roer, de feedbackgevers werkten coronaproof verder.

Het resultaat ligt er. De blauwdruk van ons organisatie model, met de focus op autonomie binnen de teams, implementatie van hetsterrolmodel, multidisciplinaire samenwerking én het uitrollen van coachend en gedeeld leiderschap ligt klaar.

Ruyskensveld in KANTELING

Gedurende dit veranderingstraject worden we ondersteund en begeleid door Vanessa De Mulder,gecertiiceerd senior adviseur innovatieve arbeidsorganisatie, van Probis Consulting. Ook Eva Lemay,consultant Talent & Organisatie bij Tabor ondersteunt bij de verdere verijning van de rollen en doetons nadenken over de vraag: "moet ik dit hier nu doen?"

In 2021 organiseren we eveneens opleidingen in het coachend en gedeeld leiderschap voor dehoofdbegeleiders, coördinatoren, bijzondere functies en alle verantwoordelijken. Doelstelling van dezeopleiding is iedereen zich comfortabel laten voelen in hun nieuwe rol. De opleidingen worden gegevendoor Soie Waem. Zij is eigenaar van coachinglab en ondersteunt organisaties, leidinggevenden enhun teams die in wendbaarheid willen groeien.

Dé ideale match voor Ruyskensveld.

Corona zorgde ervoor dat we ons lexibel en wendbaar moestenopstellen. Laat dit nu net 2 uitgangspunten zijn van hetkantelproces welke we doorlopen.

foto Soie Waem

Bij het (her) ontwerpendeinieerden we alsleidende principes:

• de cliënt staatcentraal

• zorg enhulpverlening opmaat

• verbindendwerken

• duurzaamheid

• waardering &betrokkenheid

• respect voorieders eigenheid

• toegankelijk enlaagdrempelig,vertrekkendvanuit een open

dialoog

• in een huiselijke,veilige, stabieleomgeving encultuur, belangvan "back tobasics"

• pionier eninnovator,referent,

inspirator, kennisdelend metaandacht voorhet lerendvermogen van deorganisatie

10DE RUYSKENSVELD GAZET - TERUGBLIK OP 2020- VOORUITBLIK OP 2021

De voorbije maandenontwikkelden we een visieop vrijwilligerswerk.Medewerkers envrijwilligers werden hierbijbetrokken. De commissievrijwilligers, waarop iederecampus vertegenwoordigdis, stelde enkele vragen opdie nadien via de leden vande commissie verspreid

werden op deverschillende teams.Tijdens de Week van deVrijwilliger bespraken wedeze vragen ook met onzehuidige vrijwilligers tijdenseen digitale brainstorm. Devragen gingen over demeerwaarde vanvrijwilligerswerk voor deverschillende partijen

(cliënten, medewerkers,vrijwilligers, organisatie enmaatschappij) en hoe onzeKOVER-waardenweerspiegeld worden inonze vrijwilligerswerking.De visietekst is eensamenvatting van deantwoorden op dezevragen, ervaringen die wede voorbije jaren opdeden

en inzichten vanuitliteratuur. De tekstweerspiegelt onze huidigevrijwilligerswerking engeeft richting aantoekomstige beslissingen,procedures, … .Tenslotte werd devisietekst goedgekeurd opde Raad van Bestuur.

De uitbouw van een duurzame vrijwilligerswerking, daar gaan we voor ...

Onze visie ...

Ruyskensveld vzw kiest bewustom te investeren in een sterkevrijwilligerswerking en gelooftin de meerwaarde hiervan vooronze cliënten, onzemedewerkers en vrijwilligers,de organisatie en maatschappij.

Bijdrage vanvrijwilligers(werk) op demissie en maatschappelijkeimpact

Vrijwilligers dragen via deactiviteiten die ze doendagelijks bij aan het realiserenvan onze missie en onzemaatschappelijke impact. Insamenwerking met onzevrijwilligers biedt Ruyskensveldgepaste en warme zorg aan elkkind, jongere en gezin dat aanons wordt toevertrouwd.Vrijwilligers ondersteunendaarnaast, samen metmedewerkers, de ontwikkelingvan kinderen en jongeren zodatze zelfstandig een toekomstkunnen uitbouwen en zichsettelen in de maatschappij.

Meerwaarde

Vrijwilligers zorgen voor eenverbinding met debuitenwereld. Ze brengen hetgewone leven en desamenleving binnen en“normaliseren” hierdoor de“bijzondere” jeugdzorg. Zedragen daarnaast bij tot eenruimer maatschappelijkdraagvlak voor de bijzonderejeugdzorg binnen desamenleving en verruimen enverrijken het netwerk van onzeorganisatie.

Vrijwilligers brengen hun eigenexpertise, talenten enkwaliteiten binnen in deorganisatie. Dit is eenmeerwaarde voor zowel decliënten, medewerkers alsorganisatie. Hun expertiseverruimt onze blik en kennis.Cliënten leren via hen nieuwedingen kennen. Vrijwilligersmaken meer mogelijk vooronze cliënten en zijn eenbelangrijke schakel in hetbieden van zorg op maat, zoweldankzij hun kennis als hun tijden energie.

Waardevol

Ze kijken met een onbevangenblik naar de kinderen, jongeren,gezinnen en hun context. Huncontact met onze cliënten isonder andere hierdoorlaagdrempeliger en informeler.De individuele aandacht dievrijwilligers geven aan dekinderen en jongeren is vanonschatbare waarde. Dankzijvrijwilligers wordt het netwerken de leefwereld van onzecliënten vergroot.Vrijwilligers kiezen voorvrijwilligerswerk binnenRuyskensveld om iets tebetekenen voor anderen.Tijdens de uitoefening van hetvrijwilligerswerk maken zebovendien een persoonlijkgroeiproces door dankzij deervaringen die ze opdoen.Ruyskensveld ondersteunt enbegeleidt hen tijdens dit proces.Het netwerk van onzevrijwilligers vergroot door deverbondenheid met onzeorganisatie, medewerkers,

cliënten en andere vrijwilligers.

Onze waarden Krachtgericht,Openheid, Verbondenheid,Empathie, Respect

Krachtgericht:

Ruyskensveld gelooft datvrijwilligers, medewerkers encliënten elkaar in hun krachtenzetten en men nieuwekrachten ontdekt dankzij deandere.Vrijwilligers brengen hun eigenexpertise, talenten enkwaliteiten binnen in deorganisatie. Ze verruimen enverrijken hiermee wat reedsaanwezig is.Binnen onze organisatie is eenbrede waaier aanvrijwilligerswerk mogelijk.Ruyskensveld staat open voorideeën van vrijwilligers zelf. Bijhet matchen aan activiteitenhouden we telkens rekeningmet interesses van devrijwilliger.

Openheid:

Er zijn verschillende vormenvan openheid binnen onzeorganisatie:

• Ruyskensveld zet zijndeuren open omvrijwilligers teverwelkomen

• Ruyskensveld gelooft inopen communicatietussen medewerkers,vrijwilligers en cliënten

• Ruyskensveld staatopen voor de ideeënvan de vrijwilligers opvlak van hetvrijwilligerswerk en

beleid

Verbondenheid

Ruyskensveld verkiest omduurzame samenwerkingenmet vrijwilligers te ontwikkelenen gelooft in opencommunicatie omverbondenheid te bereiken.Ruyskensveld creëertmogelijkheden omverbondenheid tussenvrijwilligers en cliënten,vrijwilligers en medewerkers,vrijwilligers onderling en metde organisatie te bereiken.

Empathie

Ruyskensveld verwacht van alzijn cliënten, medewerkers envrijwilligers een wederzijdseempathische basishouding.We luisteren oprecht naarelkaar en leven ons in iedersverhaal en standpunt in. Westaan naast elkaar en steunenelkaar.

Respect

We verwachten eenwederzijdse respectvollebasishouding van cliënten,medewerkers en vrijwilligers.We geloven in een eerlijke,positieve, echte en zorgendehouding.We erkennen en waarderenactief het engagement vanvrijwilligers. Alle medewerkersbesteden aandacht aan deverwelkoming, waardering enondersteuning van vrijwilligers.We zien vrijwilligers als eendeel van het team met huneigen, unieke positie.


Gesprek met Veronique (57 jaar), vrijwilligster op campus Zwalm

Veronique werkt al meer dan 20 jaar als secretariaatsbediende en woont samen met haar partner. Ze is heelcreatief en werkt graag met kinderen. Eind 2019 bood Veronique zich tijdens de Warmste Week alsvrijwilligster aan bij 3 organisaties. “De klik met Ruyskensveld was er meteen. Ik doe bij één van de andereorganisaties ook nog vrijwilligerswerk, maar heb zelf het meeste plezier bij Ruyskensveld. Hetvrijwilligerswerk geeft me positieve energie.

Ik was een kleine 2 jaar geleden de eerste vrijwilligster op campus Zwalm, waardoor ook begeleiding zijn wegnog moest zoeken. Ik deed aanvankelijk in de 3 leefgroepen op campus Zwalm vrijwilligerswerk, maaruiteindelijk werd besloten me aan 1 leefgroep te verbinden. Hierdoor voel ik me ondertussen een deel van dezegroep. Doordat we elkaar beter leerden kennen, verloopt de communicatie met begeleiding ook beter.

Voor begeleiding is hetondertussen ook gemakkelijkerin te schatten waar ik kanbijspringen en wanneer.Doorgaans bied ik 2-wekelijksop woensdagnamiddagondersteuning. Door mijn werkis het soms echter niet mogelijkom deze frequentie aan tehouden, waardoor we inonderling overleg een andermoment afspreken. Zo bood ikal enkele keren opzondagavond ondersteuning bijde terugkomst van de kinderenin de leefgroep.” Begeleiding enVeronique hebben ondertussenook door wat ze aan elkaarhebben, waardoor er al watmeer mogelijk is. “Ik beschouwme als de ‘grootmoeder’. Dekinderen weten dat ze bij mij alwat meer mogen dan bijbegeleiding. Begeleiding knijptaf en toe een oogje toe.Natuurlijk gaat dit telkens overkleine dingen, want ik zal nooitzaken toestaan die niet mogen.”

Er wordt vaak op het momentzelf bekeken welke activiteitenVeronique zal doen waardoor erveel variatie is. “De variatie inmijn vrijwilligerswerk vind ikplezant." Mij maakt het nietzoveel uit wat ik doe aangezienik het allemaal graag doe. Ikverkies wel om 1 op 1activiteiten te doen, waarbij eenkind persoonlijke aandachtkrijgt. Bvb, knutselactiviteiten,een gezelschapsspel spelen,een wandeling maken, samende kerstboom versieren,

huiswerkbegeleiding,… . Ikkookte ook al samen met dekinderen (koekjes,pannenkoeken, een cake vooreen verjaardagsfeestje,…) ofbereidde iets specialer voor hetavondmaal. Aangezien ikmeestal van 15u tot 20u(30)langsga, eet ik dan ’s avondsmee en help nadien met hetbad- en bedmoment van dekleinste kinderen. Ik bleef ookal eens tot 21u om eengezelschapsspelletje te spelenmet een ouder meisje, dit opvraag van haar. Ik pas me aande interesses van de kinderenaan.”Er wordt door begeleidingrekening gehouden met zakendie Veronique niet graag doet.“Ik zie het niet zitten omvervoer te doen van kinderen ofjongeren. Begeleidingrespecteert dit. 1 keerorganiseerde ik eenknutselactiviteit voor 6 kinderenvan diverse leeftijden. Dit wasniet zo’n leuk moment. Ik hebhet niet zo met verplichting entucht, waardoor alle kinderenhun zin deden. Begeleiding enik hebben het verloop van dezeactiviteit nadien besproken. Wehebben er allemaal uit geleerd.”

Veronique heeft niet het gevoeldat corona veel invloed had ophaar vrijwilligerswerk, behalvenatuurlijk de periode waarin zeniet mocht langskomen. “Ik hadtijd en zin om langs te gaanmaar het mocht niet. Ik hebdan pakjes gestuurd naar de

leefgroep en zij stuurden meeen kaartje. In mei 2020herbegon ik met mijnvrijwilligerswerk. Ik respecteerde maatregelen, zoals hetdragen van een mondmasker,handhygiëne, de verplichttequarantaine na een bezoek aanmijn eigen ouders in Frankrijk,…. Deze maatregelen veranderenverder niet veel aan mijnengagement. Wanneer iklangskom in de leefgroep ben iker helemaal.”

Veronique heeft nog ideeënover wat ze in de toekomstgraag zou doen binnenRuyskensveld. Ze noemt hetzelf al lachend een 10-jarenplan. “Op dit moment zouik meer regelmaat in mijnvrijwilligerswerk willen krijgenmaar door mijn job is datmoeilijk. Wanneer ik er welmeer regelmaat in krijg, zou ikmisschien voor 1 kind ietskunnen betekenen door opregelmatige basis in hetweekend een activiteit te doenmet hem/haar of kan ik eensteuniguur worden voor eenjongere die zelfstandig gaatwonen? Op kortere termijn lijkthet me leuk om ofwel mee tegaan op kamp met de leefgroepofwel tijdens zo’n kamp metenkele vrijwilligers enkeleruimtes in de leefgroep teverven. Grotere activiteitenorganiseer ik ook graag. Ik hebdan ook enkele ideeën die ikgraag verder bespreek metbegeleiding en

verantwoordelijken. Bvb eenwinterbarbecue voor de 3leefgroepen op campus Zwalm.Of een rommelmarkt of soortopendeurdag zodatbuurtbewoners de campuskunnen leren kennen. Ik merknamelijk dat vele mensen eenverkeerd beeld hebben van debijzondere jeugdzorg. Indienmen de realiteit zou kunnenzien, zou het de drempelverlagen om vrijwilligerswerk tedoen. Alle kinderen die ik alontmoette, zijn schatjes. Hetzijn gewone kinderen die er nietvoor kozen in specialeomstandigheden op te groeien.Hoe goed begeleiding ook zijnbest doet, een leefgroep is geengezin of thuis. Kinderen dienenin een leefgroep snellerzelfstandig te worden, medeomdat begeleiding maar 2handen heeft. Deze kindereneen paar uur per week hetgevoel geven dat ik er alleenvoor hen ben, vind ik belangrijk.Ik wil hen het gevoel geven dater bij mij niets moet en dat iker eventjes ben om voor hen tezorgen.”

Voor mensen die eraan denkenom vrijwilligerswerk te doenbinnen Ruyskensveld heeftVeronique dan ook eenduidelijke boodschap. “Doen,doen, doen!! Je wordt er zelfblij van en het geeft meerenergie dan het vraagt.”

Projectwerking Karavaan (campus Ronse, Maarkedal enZwalm) en De Kaai (campus Erembodegem)

• organiseren van workshops van vanuit jouw passie ofhobby (sport, crea, maken van een speeltoestel,onderhouden van de moestuin, ...)

• wanneer:

Karavaan: maandag tot en met vrijdag, met uitzondering vandinsdag- en woensdagnamiddag

De Kaai: maandag tot en met vrijdag, met uitzondering vanwoensdagnamiddag

vrijwilligers gezocht


Gesprek met Sammy (22 jaar), vrijwilliger op campus Erembodegem

Sport is een belangrijk onderdeel van mijn leven. Ik geef judoles aan kinderen tussen 3 en 18 jaar enwerk voor een organisatie die sportieve verjaardagsfeesten en sportdagen organiseert. Daarnaaststudeer ik LO & sport en werk ik deeltijds - als betaalde stagiair - op een school als turnleerkracht.

Als tiener deed ik brugproject in op campus Erembodegem. Tijdens deze periode werd ik stilaanverliefd op de campus. Ik vond en vind het nog steeds leuk om op de campus te zijn.Toen ik 2 jaar geleden stage deed op een school in Erembodegem kwam ik in contact met kinderenuit de leefgroepen. Dit maakte dat ik de stap zette om me aan te melden als vrijwilliger.

Als vrijwilliger organiseer ikactiviteiten voor kinderen enjongeren. Het is begonnen metindividuele activiteiten met eenjongen. Het was de bedoelingdat deze jongen zijn gedachteneens kon verzetten doorexterne activiteiten te doen. Ietswat aardig lukte voor corona.Door corona konden dezeactiviteiten niet meer doorgaanen verwaterde het contact. Viasociale media hebben we welnog af en toe contact.Ik geef ook zwemles aankinderen uit leefgroepSchildpad. Dat begeleiding zelfvroeg om na deze zwemlessenmet de oudere kinderen tesporten en de kinderen er ookzelf naar vragen, is voor mij eenteken dat ze het leuk vinden.Het is een waardering voor wat

ik doe.Ook voor de kinderen uitleefgroep Bever organiseer iksportactiviteiten. Ik doe ditvooral om de kinderen uit dedagelijkse sleur van deleefgroep te halen. Voor mij isde belangrijkste meerwaardevan mijn vrijwilligerswerk datde kinderen zich kunnenontspannen, dat ze even uitde leefgroep zijn en stoomkunnen alaten. Ook metbegeleiding kunnen kinderennatuurlijk lachen en pleziermaken. Het contact metvrijwilligers is echter andersaangezien wij bepaaldeverwachtingen niet moetenstellen.Ik ging als vrijwilliger al 3 keermee op kamp met leefgroepBever, toevallig telkens met

dezelfde begeleiders. Meegaanop kamp vond ik altijd heel tof.Je gaat mee als extrabegeleider, maar voelt je geenbegeleider. Je bent er vooralom het extra gezellig en tof temaken voor de kinderen. Voorde kinderen is het leuk dat eriemand meegaat die niet al hunproblemen en/of hun rugzakkent, maar er gewoon is omontspannende en leukeactiviteiten te doen. In detoekomst wil ik zeker nogmeegaan op kamp.Corona had een redelijk groteimpact op mijn vrijwilligerswerk.Gedurende enkele maandenzette ik al mijn vrijwilligerswerkstop, ook bij andereorganisaties, vooral omwille vanmijn eigen veiligheid.

Tegelijkertijd kreeg ik dankzijcorona echter de kans om inmei en juni als jobstudent tewerken op campusErembodegem. Dit was eenmooie kans. Ondertussen ismijn vrijwilligerswerk weerherstart. Praktisch moet er numet meer rekening gehoudenworden. Aangezien het bijnaonmogelijk is om het zwembadvan Aalst te reserveren, gaanwe nu naar Dendermonde voorde zwemlessen. Voor elkprobleem is er in mijn ogen eenoplossing.

Aan mensen die eraan denkenom vrijwilligerswerk te doenbinnen Ruyskensveld is mijnboodschap: "Gewoon doen. Jegaat er zelf ook gelukkigervan worden".

Meerwaarde van onzevrijwilligers

We gaan op zoek naar eengoede match rekening houdendmet de interesses, talenten,tijdsinvestering en de wensenvan onze cliënten en de teams.De meeste vrijwilligers binnendoen activiteiten met kinderenen/of jongeren zoals:

• (individuele)huiswerkbegeleidingna de schooluren.

• Organiseren vangroepsactiviteiten ofindividuele activiteiten

: samen knutselen, naareen buitenspeeltuingaan, ietsen, eengezelschapsspel spelen,samen koken, skaten,zwemmen,… .

• Meegaan op kamp meteen leefgroep tijdensvakantieperiodes.

• Structureel ofsporadisch vervoernaar hobby's,revalidatiecentra,externe (dag)kampen,... .

• Organiseren vanworkshops terondersteuning van onze

projectwerkingen DeKaai (Erembodegem) ofKaravaan (Ronse,Zwalm en Maarkedal).

• Gastgezin[1]: eengastgezin zet zijn huisminstens 1 keer permaand open voor eenkind of jongere. Hetkind/de jongere kanhierdoor buiten devoorziening op bezoekgaan, is even weg uit dedrukte van deleefgroep, krijgtindividuele aandacht,breidt zijn/haarnetwerk uit,… .

[1] Een gezin kan voor ons ook gaanover een alleenstaande, al dan niet meteigen kinderen

Aangezien de bubbels zo klein mogelijk gehouden moesten worden omde verspreiding van het virus tegen te gaan, kon het vrijwilligerswerk nietmeer doorgaan. Toen enkele maanden later de vrijwilligerswerking weervoorzichtig opgestart mocht worden, konden we niet zomaar oudegewoontes weer opnemen. We willen al onze vrijwilligers nog eens extrabedanken voor de activiteiten die ze opnamen tijdens deze moeilijkecoronaperiode.

Niet al onze vrijwilligers konden herstarten aangezien ze tot de risicogroepbehoren en/of het risico niet willen nemen om hun naasten tebesmetten. We hopen hen binnenkort weer te mogen ontvangenwanneer de situatie verbetert. Ook hen willen we bedanken voor deberichtjes de voorbije periode en/of hun bereidheid om na decoronaperiode terug te herstarten. Het is een geruststelling om te wetendat we op hen kunnen blijven rekenen en we binnenkort terug actief ophen beroep kunnen doen.

13



Heeft u vragen over vrijwilligerswerk en/of interesseom te starten als vrijwilliger?Check vrijwilligerswerk.be en giveaday.be

Contacteer Inge Van Mieghem, vrijwilligerscoördinator

[email protected] of 0478/50 76 36

Campus Zwalm

• huiswerkbegeleiding

• individuele activiteiten in het weekend met 1 kind/jongere buiten decampus (bv samen gaan wandelen, ietsen,…).

• vervoer:

• structureel vervoer naar hobby's, logopedie, ...• structureel vervoer van een 9 jarige jongen naar zijn school in

Gent zodat hij niet telkens met de schoolbus moet gaan

Campus Geraardsbergen

• organiseren van activiteiten in hetdagcentrum tijdens het schooljaaren/of tijdens vakantieperiodes(sport, crea, mee ondersteunenvan (dag)uitstappen, samen koken,…)

• huiswerkbegeleiding

• (sporadisch) vervoer van kinderenen jongeren

• vrijwilliger met groene vingers diesamen met de jongeren de tuinwilt opleuren en/of eenmoestuintje wilt aanleggen enonderhouden

Campus Maarkedal

• huiswerkbegeleiding Frans en wiskunde voor een meisjeuit het 2e middelbaar

• ietsen herstellen samen met kinderen/jongeren opregelmatige basis of enkele keren per jaar

• zwemlessen, incl. vervoer van/naar het zwembad

Campus Erembodegem

• gastgezinnen voor enkele jongeren

• zwemlessen, icl. vervoer van en naar het zwembad

• vervoer:

• structureel vervoer naar hobby's, ...• naar (dag)kampen tijdens de zomervakantie

Wij bieden aan:

• coaching en ondersteuning• dienstwagens staan ter beschikking• terugbetaling reële kosten/kilometers• ongevallenverzekering• verzekering burgerlijke aansprakelijkheid• omniumverzekering


14

En. Hoe kunnen we, ondanks de maatregelen en restricties die erzijn, er voor zorgen dat de impact op het leven van onzejongeren beperkt blijft?

Maart 2020 staat in ieders geheugen gegrift. Plots was alles anders.Social distancing, alcoholgel, bubbels, knuffelcontacten,… . Plotskregen we er een heuse woordenboek bij. Zowel in de thuiscontextals op het werk werd er veel van de mensen gevraagd. Zowel van demedewerkers, de jongeren als hun context werden ongezieneinspanningen verwacht. Sommigen pasten zich snel aan, anderenhadden het moeilijker om met de nieuwe situatie om te gaan.COVID-19 kent veel negatieve gevolgen voor zowel de organisatie, zijnmedewerkers, de jongeren en hun context. Het hoeft geen betoogdat dit veel positieve contexten bemoeilijkt heeft en vooral ookmoeilijke contexten schrijnend heeft gemaakt.

Plots konden jongeren niet (meer) naar hun context en konden zeslechts beperkt bezoek ontvangen. Er werd geknipt in de hobby’s ener was ineens zoveel minder ‘vrije tijd’. Scholen werden gesloten ofwaren beperkt open. De structuur viel weg, de houvast die er wasbleek plots niet meer te bestaan.

In die eerste ‘overweldigende’ golf leefde het gevoel dat jongeren inde Jeugdzorg benadeeld werden op jongeren buiten de Jeugdzorg.Er werden hen veel restricties opgelegd, juist omdat deze jongeren invoorzieningen verblijven. De jongeren hebben dit gevoeld en gingenzich verzetten tegen het onrecht dat hen in hun ogen werdaangedaan. Er waren jongeren die niet naar hun context konden enbijgevolg nog minder konden terugvallen op een netwerk. Er warenook jongeren die de kans kregen om net meer in de context teverblijven. Er werden kansen geschept om te experimenteren in dethuiscontext. Op de vraag “Is plaatsing nog noodzakelijk?” konden wevoor een aantal jongeren een positief antwoord geven. Dit waren degrote succesverhalen in een woelige, onvoorspelbare periode. Eenandere kijk gaf ons soms verrassende resultaten.

We hebben ook wel kunnen vaststellen dat het wegvallen van dedagelijkse verwachtingen en de daarmee gepaard gaande druk vooreen aantal jongeren wel rust bracht.

We merkten boven alles echter vooral een groot gemis op bij dejongeren. De onzekerheden, de frustraties en het gevoel vanmachteloosheid namen meer dan eens de bovenhand. Jongerenlieten hun ontevredenheid, maar vooral ook hun angsten zien. Zededen dit elk op hun eigen manier, ieder vanuit diens persoonlijkenoden.

Omdat oplossingsgericht werken door onze aderen stroomt, dedenwe een stap naar voor en hebben we er het allerbeste van gemaakt.We zijn ons niet gaan focussen op de problemen, maar zijn actiefoplossingen gaan zoeken voor de uitdagingen die zich stelden. Weverlegden de focus van wat níet meer kon, naar wat wél nog kon. Opde vragen: “Hoe kunnen we er, ondanks de beperkingen die er zijn,toch voor zorgen dat de jongeren zich goed voelen en zoveel alsmogelijk ‘normaal’ kunnen blijven functioneren?”, en, “Hoe kunnen weblijvend inzetten op een positief leefklimaat?”, kwamen heel snelpassende antwoorden.


Covid-19 en een positief leefklimaat ... "Hoe doe je dat?"Het verhaal van campus Ronse

In 2019 werd in Campus Ronse stevig ingezet op ‘positief leefklimaat’. Eenreeks intervisies, georganiseerd door AWL (Academische WerkplaatsLeefklimaat), oogsten danig veel enthousiasme, nieuwe ideeën en grotedromen dat we besloten dit op onze campus een centrale plaats te geven.We namen de handschoen op en gingen aan het werk rond een aantaluitdagingen die rond dit thema nog bestonden. Dat uiteindelijk iedereendie op de voorziening leeft, werkt of langskomt deelgenoot is in het leef-(en werk-) klimaat dat er heerst, zorgde voor een grote gedragenheid.Wat enkel toe te juichen was.

Maar… toen was er ‘COVID-19’. Totaal onverwachts en met eenonmiddellijke impact. Het werd al snel duidelijk dat we even de pauzeknopvan ‘het normale leven’ zouden moeten gaan indrukken. Daar stonden weplots voor de grootste uitdaging van allemaal. Wat nú met onze(leef)klimaat-ambities??

Boordevol ambitie en goesting werden creatieve ideeënwerkelijkheid…

Er werd volop ingezet op een positief, gezond leefklimaat door,onder meer,…

… de school te verhuizen naar de leefgroepen. Er werd eenklaslokaaltje ingericht waar jongeren via laptops en tablets delessen op een comfortabele manier konden volgen.

… een eigen voetbalcup (afdeling tegen afdeling) te organiseren,omdat onze jaarlijkse traditionele zomerbarbecue niet kondoorgaan. We organiseerden een ‘bubbelbarbecue’ in de tuin.

… verjaardagen nog feestelijker te maken en deze te organiseren inde tuin.

… familie en vrienden te blijven welkom heten, mits aandacht voorde veiligheidsmaatregelen. Naast bezoekjes werd er veel aanbeeldbellen gedaan.

… alternatieven te voorzien voor de beperkte zomerse activiteiten.Een loungehoek met vuurschaal, een zwembad en een trampolinebrachten de zomerse sfeer tot vlak voor de deur.

… Karavaan, die ons meer dan eens ter hulp schoot en de zon lietschijnen door hun aanstekelijk enthousiasme.


... het Kerstfeestje niet te annuleren. Het traditionele feest maakte plaats voor een indoor estafette-race gekoppeld aan dekerstcadeautjes. De begeleiders die er niet fysiek konden bijzijn, namen deel via ZOOM, een medium die niet meer weg te denken is uitons leven. Het was aanpassen, maar zowel jongeren als begeleiders hadden veel plezier. Een gezellig warme Kerstsfeer met toch dattikkeltje meer.

Was het eenvoudig? Absoluut niet. Hebben onze jongeren veel moeten missen en werd hun geduld danig op de proef gesteld? Zekerweten. Maar ze hebben dat fantastisch gedaan!

Dat een positief werkklimaat een positief leefklimaat faciliteert, dat hebben we mogen ondervinden. Een grote dank je wel aan iedereendie het beste van zichzelf heeft gegeven in moeilijke tijden.

We moeten tot slot, ondanks alles, durven zien dat 2020 ons ook heel veel geleerd heeft. We streven er naar die positieve zaken naar detoekomst ook te blijven vasthouden. Op die manier maken we voor onszelf een statement, namelijk dat Corona ons niet heeft gekist,maar sterker heeft gemaakt.

… ons jaarlijks zomerkamp bubbelgewijs te laten doorgaan in deArdennen.

… veel lekkers te bakken en nieuwe, knotsgekke activiteiten teverzinnen. De jongeren werden meer dan ooit uitgedaagd in huncreativiteit.

… het organiseren van een wellness-avond in de leefgroep. Het deedonze jongeren, maar ook de begeleiders even al hun COVID-zorgenvergeten.

… muziekinstrumenten. Deze lieten verborgen talenten van onzejongeren zien en brachten een vrolijke melodie binnen in de leefgroep.Er werd meer gedanst dan voorheen, meer gezongen dan voorheen.

Cijfers 2020

7170

16


Bedankt # Helden van WelzijnMet een terugblik op 2020 en vooruitblik op 2021 wensen we al onze professionele énvrijwillige medewerkers nogmaals te danken. Hun dagelijkse inzet heeft opnieuw voorhonderden cliënten het verschil gemaakt.

We danken de leden van de raad van bestuur en de algemene vergadering vanRuyskensveld vzw, die samen met ons de richting uitzet.

Tenslotte bedanken we al onze samenwerkende partners binnen ons netwerk.

Dankzij het geloof in de meerwaarde van wat we doen maken we het verschil!

De missie van Ruyskensveld

Als organisatie voor bijzondere jeugdzorg biedt Ruyskensveld vzw zorg op maataan gezinnen, kinderen, jongeren, hun omgeving en dit op verschillendelevensdomeinen. We staan voor een heel divers, sterk ondersteunend envernieuwend aanbod, wat een continuüm van zorg mogelijk maakt.

We zetten in op de kracht van mensen en zoeken samen hoe we veranderingmogelijk kunnen maken. Een open dialoog, verbondenheid met de mensen metwie we werken, respect voor ieders eigenheid en maximale inspraak enparticipatie van alle betrokkenen staan centraal in onze werking.

De christelijk-ilosoische traditie van onze organisatie werkt hierbij steeds alsinspiratie en toetssteen.

Wie zijn we?

Als organisatie voor bijzondere jeugdzorg dragen we zorg voor heel watkinderen, jongeren en hun ouder(s), familie of ruimere context.Ze komen bij ons terecht wanneer het thuis wat moeilijker gaat of wanneerze het zelf of hun ouders wat moeilijker hebben. Soms vindt eenjeugdrechter de situatie verontrustend en worden kinderen of jongerengeplaatst, anderen vinden meer vrijwillig, met hulp van andere hulpverleners,de weg naar de jeugdzorg.

Kinderen of jongeren (0 - 25 jaar) kunnen voor kortere of langere duur eenwarme plek krijgen in één van onze 160 verblijfmodules of studio’s. 73jongeren en hun ouders kunnen thuis begeleid worden en 12 jongeren (6-18jaar) krijgen een ambulante begeleiding en opvang in het dagcentrum.We begeleiden daarnaast ook 19 jongvolwassenen binnen het autonoomwonen. Ruyskensveld beschikt eveneens over een projectendienstwaarbinnen onder andere jongeren begeleid worden die dooromstandigheden niet op school of op het werk terecht kunnen.

Onze vijf campussen liggen in Erembodegem, Geraardsbergen, Maarkedal,Zwalm en Ronse.

Om dit te kunnen realiseren staan er 220 gemotiveerde medewerkers klaarom samen met de kinderen, jongeren en hun context verder te werken aaneen toekomst.

Ruyskensveld vzw - maatschappelijke zetel: Wassenhovestraat 1, 9620 Zottegem -

www.ruyskensveld.be

BE54 7370 2256 7687 - BIC KREDBEBB

ONZE WAARDEN

KKRACHTGERICHT

OOPENHEID

VVERBONDENHEID

EEMPATHIE

RRESPECT

O.N. 0454 113 319

DE RUYSkensveld gazet

Documents

Transcript of DE RUYSkensveld gazet