DE GEVOLGEN VAN 2010 VOOR DE KLEURMENGMACHINE, …

1
SCHILDERSMECHANISATIE Ruim 40 jaar geleden, in 1967, kwam de eerste automatische kleurmengmachine op de markt. De machine zorgde voor nieuwe toepassingen van verf en kleur. Sindsdien kan elke me- dewerker in een verfwinkel snel en zonder tussenstappen via een aangeleverde kleurformule een kleur maken. Tot die tijd wa- ren het de vakschilders die op het oog kleuren mengden. De ontwikkeling van de kleur- mengmachines gaf de schilder meer armslag. Daardoor kon ook de architect of de verf- grossier de klant meer kleur aanbieden. Natuurlijk waren de eerste kleurmengmachines niet zo geavanceerd. Maar, ongeloof- lijk maar waar: er zijn er nog die nog steeds functioneren! Nou vragen de verschillende verfsystemen om daarvoor ge- schikte colorants (kleurmidde- len). Dat is niet altijd goed ge- gaan. Een mooi voorbeeld is een alkydverf met als toevoe- ging een colorant die feitelijk de verfkwaliteit weer afbreekt. Iets vergelijkbaars speelt bij watergedragen verfsystemen met oplosmiddelhoudende co- lorants. Gedurende lange tijd is de situatie blijven bestaan dat sommige kleurmengsystemen eigenlijk niet de juiste verhou- dingen gebruikten, maar ieder- een kon er toch mee werken. Kleurspectrum Mede door de VOS-wetgeving kwamen er in de industrie nieu- we ontwikkelingen: de verven moesten worden aangepast aan de nieuwe grenswaarden. Het ontwikkelen van nieuwe colorantsystemen lag daarbij niet voor de hand. Er werd vooral gezocht naar oplossin- gen waarbij de al ontwikkelde kleuren gewaarborgd konden blijven. Toch zagen we dat di- verse kleuren niet meer te ma- ken zijn of op zijn minst afwij- ken van de vertrouwde stan- daard. Daartegenover staat dat er ook nieuwe delen van het kleurspectrum geopend zijn. We zien dus een kleine ver- schuiving in het aanbod. Wat betekenen deze ontwik- kelingen nu voor de mengma- chines? De eerste colorantsystemen be- stonden uit 7, daarna uit 12 en later uit 16 colorants. In de hui- dige opzet zien we vaak 24 of 32 colorants. Maar het is maar de vraag of dat nodig is. Soms spelen ook economische belan- gen een rol. Het aantal verfkleurmachines is de laatste tien jaar sterk toege- nomen, niet alleen bij de profes- sionele verfverdeler maar ook in de DIY. Elke bouwmarkt in Euro- pa heeft er wel één. Daarnaast zijn er veel schildersbedrijven die zelf een machine hebben om efficiënter te kunnen wer- ken. Deze kleurmengmachines zijn veelal behoorlijke investe- ringen geweest. Gaat de eige- naar van een kleurmengmachi- ne nu het schip in? Dat kan meevallen. Verfleveranciers hanteren een gemiddelde af- schrijving van 6 jaar voor een kleurmengmachine, een termijn om rekening mee te houden, maar de machines kúnnen vaak veel langer mee. De bij ons be- kende oudste machine is uit 1972 en wordt nog dagelijks ge- bruikt. Ook staan er nog altijd veel machines uit het begin van de jaren 90 in de markt. Wisselstukken Het grootste probleem bij het onderhoud van deze machines is niet de aanpassing aan nieu- we colorants of het doseren daarvan, maar vooral de ver- krijgbaarheid van wisselstuk- ken. De machinefabrikanten hebben namelijk zowel materi- aaltechnisch als ook elektro- nisch veel vernieuwingen door- gevoerd die vaak geen rekening hielden met oudere modellen. Toch geldt voor de fabrikanten de wettelijke plicht om 10 jaar na dato nog onderdelen op voorraad te hebben. En daar is ook vaak wel een mouw aan te passen. De nieu- we machines zijn dan voorzien van kleine veranderingen. De oudere kleurmengmachines kunnen dan gebruik maken van de onderdelen voor de nieuwe generaties. Begrenzing Toch bevelen verfproducenten graag nieuwe kleurmengma- chines aan. Vaak met argu- menten die niet gestaafd kun- nen worden. Zo kunnen kleur- mengmachines al bijna 20 jaar een kleinste hoeveelheid colo- rant doseren van 0,077 ml. Dat is een heel kleine hoeveelheid, die bij oudere machines tot problemen zou kunnen leiden: een repeterende dosering van zulke kleine shots gelijk aan 1/384 zal niet altijd lukken. Maar juist om die reden wor- den de meeste kleurformules helemaal niet in een dergelijke kleine hoeveelheid weergege- ven, wel in een meervoud van dit 1/384 shot. Dat was zo en is nog zo en is dus voor de aan- schaf van een nieuwe machine een slecht argument. Naast het wel of niet doseren van een shot bezit een colo- rant een bepaalde mogelijk- heid tot kleurontwikkeling. Deze is aan de bovenkant be- grensd. Daardoor geeft het (per ongeluk) meer doseren van een bepaalde colorant geen effect op een kleur. En ook heeft verf een maxima- le acceptatie van colorants. Te veel doseren is dus ook om die reden niet kwalijk maar kan wel ‘ opdrijven’ veroorzaken. Om al deze redenen blijven oudere mengmachines dus nog steeds bruikbaar. Veel verschillen Maar waarom verwisselen dan verschillende verffabrikanten in één klap al hun verfmengmachi- nes? Dat heeft niet zoveel met de 2010-verven te maken. Door de ongeremde groei van do- seermachines zit een fabrikant vaak met meerdere merken en types. Mede doordat men geen eigen technische kennis heeft op dit gebied wordt het voor een verfproducent ondoenlijk om van alle verschillende kleur- mengmachines voldoende on- derdelen en kennis in huis te hebben. De VOS-wet wordt dan aangegrepen om die veelheid aan types te saneren. Soms is overigens de overstap naar een nieuwe kleurmengma- chine echt niet te voorkomen. Zo bestaan er mengmachines die negatief beïnvloed kunnen worden door de nieuwe colo- rants. Zo kunnen watergedragen coloranten canisters die daar niet op berekend zijn doen roes- ten. Ook afsluitingen slijten door de verandering van colorants sneller. Evenals doseerpompen die nu veel meer water te ver- werken krijgen dan voorheen. Maar in het algemeen zijn de oudere typen mengmachines dus best bestand tegen de nieuwe generaties colorants. Diverse bedrijven hebben zich toegelegd op reiniging van de kleurmengmachines. Daarbij zijn geen technische wijzigin- gen nodig. Alleen de oude co- lorantresten worden grondig verwijderd. Vaak wordt ook de software aangepast. Zo ’n ma- chine is dan al snel weer tien jaar inzetbaar. Afhankelijk van de arbeidskosten loopt zo’n reiniging echter behoorlijk in de kosten. Bedragen van +/- € 2.500,-- voor een complete re- visie zijn daarbij een richtpunt. En pas er dan wel voor op dat de techniek in de machine om moet kunnen gaan met snelle- re computers. Niet iedere ou- dere kleurmengmachine doet het even goed met een snelle Windows 7 computer. Overstappen Voor de verffabrikant is het rei- nigen geen core business. Daarom zal veelal bij een om- zetting van een colorantsys- teem een nieuwe kleurmeng- machine worden geadviseerd. Zeker als er sprake is van een uitbreiding van het aantal colo- rants voor het kleurmengsys- teem is die keus vaak al bepaald. Maar voor de gebruiker is de machine vaak nog als nieuw. Een radicaal alternatief is dan denkbaar. Want er zijn vol- doende verfaanbieders die niet overgaan naar meer colorants en die toch voldoen aan de huidige wetgeving. Veel inno- vatieve producenten werken met 14, 15 of 16 colorants en kunnen daarmee een enorm scala van kleuren aanbieden. Maar ook zo’n overstap is weer niet zonder risico’s. Vergeet niet dat iedere verfproducent zijn eigen software en kleur- formules hanteert. Zo maar een oude mengmachine inzet- ten bij een ander merk basis- verf kan tot klachten leiden over de geleverde producten. Tegenwoordig kunnen echter bijna alle verfproducenten een stilstaande of afgedankte kleurmengmachine van een andere producent technisch overnemen. Marktbescherming In de Nederlandse markt wor- den dit soort overnames als ‘not-done’ beschouwd, ook als de wijziging van basisverf ten goede komt van de bezitter van de kleurmengmachine. Zo’n be- schermde markt als in de Bene- lux bestaat vaak niet in andere landen. Daar is de winkelier vaak 100% de eigenaar van de kleur- mengmachine en bepaalt dan ook veel meer zijn eigen koers. Merkentrouw is vaak minder een thema omdat meer geschil- derd wordt uit noodzaak en be- houd dan in Nederland. Verfverdelers hebben er vaak een veel ‘gezondere’ blik op hun markt. Marges worden er geheel anders opgebouwd en de prijs- stelling is heel anders. Hoe dan ook, binnen Neder- land staan met enige zeker- heid heel wat kleurmengma- chines stil op advies van de verfproducent. Deze ongewilde verschraling geeft buitenlandse juweeltjes geen kans. In alle omzwervin- gen heb ik vaak verfproducten gezien die een goede toevoe- ging zouden zijn op onze markt. Wellicht zijn daar nu juist de kleurmengmachines voor in te zetten die nu ar- beidsloos aan de kant staan. De verfgrossier of schilder moet zelf die keuze durven maken en net zoals zijn buitenlandse vak- broeders kwaliteit willen verko- pen in plaats van een naam. Denk dus aan de alternatieven als er een nieuwe kleurmeng- machine wordt aangeboden. Uiteindelijk vertrouwt de afne- mer, de eindklant, op de ken- nis van de grossier of de schil- der. 25 juni 2010 23 DE GEVOLGEN VAN 2010 VOOR DE KLEURMENGMACHINE, MOET ALLES VERVANGEN WORDEN? Kleurmachines staan nodeloos stil BELP (CH) – Bij veel schildersbedrijven en vrije groothan- dels staat een, al dan niet veelgebruikte, kleurmengmachi- ne. Wat gaat er met die machine gebeuren als er verf mee moet worden gemaakt die aan de Verfrichtlijn 2010 vol- doet? Kleur- en colorantdeskundige Jos Peperkamp van Colourtechnology schreef er op verzoek van SchildersVak- krant een verhandeling over. Moderne kleurmengmachines hebben soms wel 32 verschillende co- loranten. Dat is niet altijd nodig bij het mengen van de juiste kleur In andere landen beslissen groothandels en schilders veel zelfstan- diger over de verf die ze gebruiken ze mengen die met hun eigen machines (foto’s: Jos Peperkamp) Sommige kleurmengmachines zijn al dertig jaar in bedrijf. Na revi- sie kunnen ze nog een tijd door Dezelfde machine, nu gereviseerd. Vaak voldoet een goede schoon- maakbeurt en een kleine software-update 10SVK006_kleurmeng.qxp 6/17/10 3:05 PM Page 23

Transcript of DE GEVOLGEN VAN 2010 VOOR DE KLEURMENGMACHINE, …

SCHILDERSMECHANISATIE

Ruim 40 jaar geleden, in 1967,kwam de eerste automatischekleurmengmachine op demarkt. De machine zorgde voornieuwe toepassingen van verfen kleur. Sindsdien kan elke me-dewerker in een verfwinkel snelen zonder tussenstappen viaeen aangeleverde kleurformuleeen kleur maken. Tot die tijd wa-ren het de vakschilders die ophet oog kleuren mengden. De ontwikkeling van de kleur-mengmachines gaf de schildermeer armslag. Daardoor konook de architect of de verf-grossier de klant meer kleuraanbieden. Natuurlijk waren de eerstekleurmengmachines niet zogeavanceerd. Maar, ongeloof-lijk maar waar: er zijn er nogdie nog steeds functioneren!Nou vragen de verschillendeverfsystemen om daarvoor ge-schikte colorants (kleurmidde-len). Dat is niet altijd goed ge-gaan. Een mooi voorbeeld iseen alkydverf met als toevoe-ging een colorant die feitelijkde verfkwaliteit weer afbreekt.Iets vergelijkbaars speelt bijwatergedragen verfsystemenmet oplosmiddelhoudende co-lorants. Gedurende lange tijd isde situatie blijven bestaan datsommige kleurmengsystemeneigenlijk niet de juiste verhou-dingen gebruikten, maar ieder-een kon er toch mee werken.

KleurspectrumMede door de VOS-wetgevingkwamen er in de industrie nieu-we ontwikkelingen: de vervenmoesten worden aangepastaan de nieuwe grenswaarden.Het ontwikkelen van nieuwecolorantsystemen lag daarbij

niet voor de hand. Er werdvooral gezocht naar oplossin-gen waarbij de al ontwikkeldekleuren gewaarborgd kondenblijven. Toch zagen we dat di-verse kleuren niet meer te ma-ken zijn of op zijn minst afwij-ken van de vertrouwde stan-daard. Daartegenover staat dater ook nieuwe delen van hetkleurspectrum geopend zijn.We zien dus een kleine ver-schuiving in het aanbod.Wat betekenen deze ontwik-kelingen nu voor de mengma-chines?De eerste colorantsystemen be-stonden uit 7, daarna uit 12 enlater uit 16 colorants. In de hui-dige opzet zien we vaak 24 of32 colorants. Maar het is maarde vraag of dat nodig is. Somsspelen ook economische belan-gen een rol.Het aantal verfkleurmachines isde laatste tien jaar sterk toege-nomen, niet alleen bij de profes-sionele verfverdeler maar ook inde DIY. Elke bouwmarkt in Euro-pa heeft er wel één. Daarnaastzijn er veel schildersbedrijvendie zelf een machine hebbenom efficiënter te kunnen wer-ken. Deze kleurmengmachineszijn veelal behoorlijke investe-ringen geweest. Gaat de eige-naar van een kleurmengmachi-ne nu het schip in? Dat kanmeevallen. Verfleveranciershanteren een gemiddelde af-schrijving van 6 jaar voor eenkleurmengmachine, een termijnom rekening mee te houden,maar de machines kúnnen vaakveel langer mee. De bij ons be-kende oudste machine is uit1972 en wordt nog dagelijks ge-bruikt. Ook staan er nog altijdveel machines uit het begin van

de jaren 90 in de markt.

WisselstukkenHet grootste probleem bij hetonderhoud van deze machinesis niet de aanpassing aan nieu-we colorants of het doserendaarvan, maar vooral de ver-krijgbaarheid van wisselstuk-ken. De machinefabrikantenhebben namelijk zowel materi-aaltechnisch als ook elektro-nisch veel vernieuwingen door-gevoerd die vaak geen rekeninghielden met oudere modellen.Toch geldt voor de fabrikantende wettelijke plicht om 10 jaarna dato nog onderdelen opvoorraad te hebben. En daar is ook vaak wel eenmouw aan te passen. De nieu-we machines zijn dan voorzienvan kleine veranderingen. Deoudere kleurmengmachineskunnen dan gebruik makenvan de onderdelen voor denieuwe generaties.

BegrenzingToch bevelen verfproducentengraag nieuwe kleurmengma-chines aan. Vaak met argu-menten die niet gestaafd kun-nen worden. Zo kunnen kleur-mengmachines al bijna 20 jaareen kleinste hoeveelheid colo-rant doseren van 0,077 ml. Datis een heel kleine hoeveelheid,die bij oudere machines totproblemen zou kunnen leiden:een repeterende dosering van

zulke kleine shots gelijk aan1/384 zal niet altijd lukken. Maar juist om die reden wor-den de meeste kleurformuleshelemaal niet in een dergelijkekleine hoeveelheid weergege-ven, wel in een meervoud vandit 1/384 shot. Dat was zo en isnog zo en is dus voor de aan-schaf van een nieuwe machineeen slecht argument.Naast het wel of niet doserenvan een shot bezit een colo-rant een bepaalde mogelijk-heid tot kleurontwikkeling.Deze is aan de bovenkant be-grensd. Daardoor geeft het(per ongeluk) meer doserenvan een bepaalde colorantgeen effect op een kleur. En ook heeft verf een maxima-le acceptatie van colorants. Teveel doseren is dus ook om diereden niet kwalijk maar kanwel ‘ opdrijven’ veroorzaken.Om al deze redenen blijvenoudere mengmachines dusnog steeds bruikbaar.

Veel verschillenMaar waarom verwisselen danverschillende verffabrikanten inéén klap al hun verfmengmachi-nes? Dat heeft niet zoveel metde 2010-verven te maken. Doorde ongeremde groei van do-seermachines zit een fabrikantvaak met meerdere merken entypes. Mede doordat men geeneigen technische kennis heeftop dit gebied wordt het voor

een verfproducent ondoenlijkom van alle verschillende kleur-mengmachines voldoende on-derdelen en kennis in huis tehebben. De VOS-wet wordt danaangegrepen om die veelheidaan types te saneren.Soms is overigens de overstapnaar een nieuwe kleurmengma-chine echt niet te voorkomen.Zo bestaan er mengmachinesdie negatief beïnvloed kunnenworden door de nieuwe colo-rants. Zo kunnen watergedragencoloranten canisters die daarniet op berekend zijn doen roes-ten. Ook afsluitingen slijten doorde verandering van colorantssneller. Evenals doseerpompendie nu veel meer water te ver-werken krijgen dan voorheen.Maar in het algemeen zijn deoudere typen mengmachinesdus best bestand tegen denieuwe generaties colorants.Diverse bedrijven hebben zichtoegelegd op reiniging van dekleurmengmachines. Daarbijzijn geen technische wijzigin-gen nodig. Alleen de oude co-lorantresten worden grondigverwijderd. Vaak wordt ook desoftware aangepast. Zo ’n ma-chine is dan al snel weer tienjaar inzetbaar. Afhankelijk vande arbeidskosten loopt zo’nreiniging echter behoorlijk inde kosten. Bedragen van +/- €2.500,-- voor een complete re-visie zijn daarbij een richtpunt.En pas er dan wel voor op datde techniek in de machine ommoet kunnen gaan met snelle-re computers. Niet iedere ou-dere kleurmengmachine doethet even goed met een snelleWindows 7 computer.

OverstappenVoor de verffabrikant is het rei-nigen geen core business.Daarom zal veelal bij een om-zetting van een colorantsys-teem een nieuwe kleurmeng-machine worden geadviseerd.Zeker als er sprake is van eenuitbreiding van het aantal colo-rants voor het kleurmengsys-teem is die keus vaak al bepaald. Maar voor de gebruiker is demachine vaak nog als nieuw.Een radicaal alternatief is dandenkbaar. Want er zijn vol-doende verfaanbieders die nietovergaan naar meer colorantsen die toch voldoen aan dehuidige wetgeving. Veel inno-vatieve producenten werken

met 14, 15 of 16 colorants enkunnen daarmee een enormscala van kleuren aanbieden.Maar ook zo’n overstap is weerniet zonder risico’s. Vergeetniet dat iedere verfproducentzijn eigen software en kleur-formules hanteert. Zo maareen oude mengmachine inzet-ten bij een ander merk basis-verf kan tot klachten leidenover de geleverde producten.Tegenwoordig kunnen echterbijna alle verfproducenten eenstilstaande of afgedanktekleurmengmachine van eenandere producent technischovernemen.

MarktbeschermingIn de Nederlandse markt wor-den dit soort overnames als‘not-done’ beschouwd, ook alsde wijziging van basisverf tengoede komt van de bezitter vande kleurmengmachine. Zo’n be-schermde markt als in de Bene-lux bestaat vaak niet in anderelanden. Daar is de winkelier vaak100% de eigenaar van de kleur-mengmachine en bepaalt danook veel meer zijn eigen koers.Merkentrouw is vaak mindereen thema omdat meer geschil-derd wordt uit noodzaak en be-houd dan in Nederland. Verfverdelers hebben er vaakeen veel ‘gezondere’ blik op hunmarkt. Marges worden er geheelanders opgebouwd en de prijs-stelling is heel anders. Hoe dan ook, binnen Neder-land staan met enige zeker-heid heel wat kleurmengma-chines stil op advies van deverfproducent.Deze ongewilde verschralinggeeft buitenlandse juweeltjesgeen kans. In alle omzwervin-gen heb ik vaak verfproductengezien die een goede toevoe-ging zouden zijn op onzemarkt. Wellicht zijn daar nujuist de kleurmengmachinesvoor in te zetten die nu ar-beidsloos aan de kant staan. De verfgrossier of schilder moetzelf die keuze durven maken ennet zoals zijn buitenlandse vak-broeders kwaliteit willen verko-pen in plaats van een naam.Denk dus aan de alternatievenals er een nieuwe kleurmeng-machine wordt aangeboden.Uiteindelijk vertrouwt de afne-mer, de eindklant, op de ken-nis van de grossier of de schil-der.

25 juni 2010 23

DE GEVOLGEN VAN 2010 VOOR DE KLEURMENGMACHINE, MOET ALLES VERVANGEN WORDEN?

Kleurmachines staan nodeloos stilBELP (CH) – Bij veel schildersbedrijven en vrije groothan-dels staat een, al dan niet veelgebruikte, kleurmengmachi-ne. Wat gaat er met die machine gebeuren als er verf meemoet worden gemaakt die aan de Verfrichtlijn 2010 vol-doet? Kleur- en colorantdeskundige Jos Peperkamp vanColourtechnology schreef er op verzoek van SchildersVak-krant een verhandeling over.

Moderne kleurmengmachines hebben soms wel 32 verschillende co-loranten. Dat is niet altijd nodig bij het mengen van de juiste kleur

In andere landen beslissen groothandels en schilders veel zelfstan-diger over de verf die ze gebruiken ze mengen die met hun eigenmachines (foto’s: Jos Peperkamp)

Sommige kleurmengmachines zijn al dertig jaar in bedrijf. Na revi-sie kunnen ze nog een tijd door

Dezelfde machine, nu gereviseerd. Vaak voldoet een goede schoon-maakbeurt en een kleine software-update

10SVK006_kleurmeng.qxp 6/17/10 3:05 PM Page 23