de geschiedenis van de natuurwetenschappen

45
de geschiedenis van de natuurwetenschappen de chemie en fysica tussen ±1450 en ±1800

description

de geschiedenis van de natuurwetenschappen. de chemie en fysica tussen ±1450 en ±1800. 1. wie hielden zich bezig met wetenschap ? 2. verborgen ontwikkelingen 3. ideeën over bouw en aard van materie 4. gassen en flogiston 5. energie en warmte. 1. wie hielden zich bezig met wetenschap?. - PowerPoint PPT Presentation

Transcript of de geschiedenis van de natuurwetenschappen

Page 1: de geschiedenis van de natuurwetenschappen

de geschiedenis van de natuurwetenschappen

de chemie en fysica tussen

±1450 en ±1800

Page 2: de geschiedenis van de natuurwetenschappen

• 1. wie hielden zich bezig met wetenschap ?

• 2. verborgen ontwikkelingen

• 3. ideeën over bouw en aard van materie

• 4. gassen en flogiston

• 5. energie en warmte

Page 3: de geschiedenis van de natuurwetenschappen

1. wie hielden zich bezig met wetenschap?

nodig: nieuwsgierigheid en geld

Page 4: de geschiedenis van de natuurwetenschappen

Wetenschap was luxe voor:

. vrijgestelden (hof, staatsdienst)• rijken• vrije beroepen (artsen, apothekers,

geestelijkheid)• liefhebbers (Gezelschap van Hollandse

Scheikundigen)• universiteiten - theologie, rechten,

geneeskunde – af en toe een bredere leeropdracht, bv. geneeskunde + botanie

Page 5: de geschiedenis van de natuurwetenschappen

Wetenschappers:Paracelsus (1520)

iatrochemicus, arts, rondreizend experimentator

Simon Stevin (1600)

ingenieur, in dienst van Maurits

Page 6: de geschiedenis van de natuurwetenschappen

Agricola = Georg Bauer (1540)

mijnbouw, metallurgie

Cavendish (1770)

adel, excentriek, miljonair

Page 7: de geschiedenis van de natuurwetenschappen

Antoine Lavoisier (1770)gegoede burgerij, ambtenaar(behoud massa, verbranding,

flogiston, straatverlichting)

Thomas Young (1800)arts, briljante student(accomoderen, elasticiteit

vaste stoffen)

Page 8: de geschiedenis van de natuurwetenschappen

2. 1000-den jaren voortgang verborgen

de ontwikkeling is steeds doorgegaan..

Page 9: de geschiedenis van de natuurwetenschappen

Boekdrukkunst (1500)Teksten in volkstaal over profane onderwerpen

voordien manuscripten in kloosters gekopiëerd

boeken over ambachten –

tot dan toe mondeling doorgegeven

Page 10: de geschiedenis van de natuurwetenschappen

1500 Klein destillatieboek (Hieronymus Brunschwygk) (medicinaal werkzame stoffen uit planten)

1510 Nützliches Bergbüchlein (geologie, mineralogie)

1510 Probierbüchlein (over ijken)

1556 De Re Metallica (Agricola = Georg Bauer)

Page 11: de geschiedenis van de natuurwetenschappen

titelblad van

“De Re Metallica” (1556)

Page 12: de geschiedenis van de natuurwetenschappen

Praktijk:• ervaring belangrijker dan wat

hoort” volgens theorie

. kennis mondeling doorgegeven; geen wisselwerking met “theoretici”

Page 13: de geschiedenis van de natuurwetenschappen

Theorie:

Verklaring van sterrenhemel ,

bedenken opbouw van materie,

onbewezen veronderstellingen

– eigen systeem kloppend– nauwelijks kennis van ambachtelijke ervaring

Page 14: de geschiedenis van de natuurwetenschappen

Francis Bacon (1600):Observatie, experimenten belangrijker dan

dogma;“Officiële wetenschap” droeg niets bij tot welzijn.

Grote uitvindingen werk van ambachtslieden!

wiskunde = spin (web opbouwen) = deductie

natuurwet. = bij (materiaal voor raat door verzamelen) = inductie

Page 15: de geschiedenis van de natuurwetenschappen

3. opvattingen over de bouw van materie

een geschiedenis van de verwondering

Page 16: de geschiedenis van de natuurwetenschappen

Griekse filosofie: materie = eeuwig,

er bestaat “oerstof”

Empedocles (450 v Chr): oerstoffen (elementen) veranderen zelf niet, stellen alles samen in verschillende verhoudingen

Page 17: de geschiedenis van de natuurwetenschappen

4 elementen:• Tussen elementen

werken krachten, die mengsels bij elkaar houden

Page 18: de geschiedenis van de natuurwetenschappen

Aristoteles:

Alles streeft naar volmaaktheid: onedele metalen streven naar perfectie van goud.

In de natuur gaat dit langzaam,

versnellen met juiste methode

Page 19: de geschiedenis van de natuurwetenschappen

Wezen van een stof ligt in kwaliteiten:

- onedele materiaal terugbrengen tot oermaterie,

- dan “vorm” aanbrengen

kleur is belangrijke kwaliteit:

- melanosis (zwart maken oermaterie)

- xanthosis (geel maken “al een soort goud”)

Page 20: de geschiedenis van de natuurwetenschappen

Door Aristoteles alchemie als vak tot 16e eeuw.

Op de zoektocht naar Steen der Wijzen (stof die metaal omzet in goud) werd nuttige apparatuur, kennis en techniek verworven !

Page 21: de geschiedenis van de natuurwetenschappen

Grote vraag bleef:

Wat maakt goud tot goud ?

en waarom is transmutatie niet mogelijk ?

tot 1900 geen echt antwoord !

Page 22: de geschiedenis van de natuurwetenschappen

laboratorium alchemist

Page 23: de geschiedenis van de natuurwetenschappen

Alchemie:1. mystiek,

2. ambacht (chemie)

Goede doel van alchemie: medicijnen maken

Page 24: de geschiedenis van de natuurwetenschappen

Philippus von Hohenheim (Paracelsus), 1520:

bij verbranden van hout:

....wat brandt is zwavel

....wat verdampt is kwik

....wat as wordt is aarde/sal

(secundaire elementen)

Page 25: de geschiedenis van de natuurwetenschappen

Van Helmont (1600): 2 elementen: lucht en water

wilgenboom: in 5 jaar 164 pond zwaarder aan “water” geworden

stoffen kunnen verdampen (en omgekeerd) damp

Page 26: de geschiedenis van de natuurwetenschappen

Pragmatische aanpak:Verkrijgen van stof, bewerken tot nuttig materiaal

(papier, metaal, ....)

zonder veel kennis over aard en bouw van materie

B.v.: we weten in welk erts Ni zit, kunnen het gebruiken: Ni is “een element”, wordt nooit goud, maar is zelf van waarde

Page 27: de geschiedenis van de natuurwetenschappen

4. gassen en flogiston

een omarming in misverstand

Page 28: de geschiedenis van de natuurwetenschappen

Waarneming(Boyle, 1650): na verbranding blijft luchtrest achter waarin geen verbranding meer plaatsvindt.

Verklaring (Stahl, 1700): bij verbranding ontwijkt flogiston.

Page 29: de geschiedenis van de natuurwetenschappen

Henry Cavendish (1770) “brandbare lucht” (waterstof) ontstaat bij gieten van zoutzuur op zink; massa van gas, materiële eigenschappen !

Electrische vonken (Leidse fles, Pieter van Musschenbroek) “brandbare lucht” + lucht minder gas + condens, vonken door water gas

Page 30: de geschiedenis van de natuurwetenschappen

Electriseermachine Van Marum

Gezelschap van de Hollandse Scheikundigen

Page 31: de geschiedenis van de natuurwetenschappen

Cavendish (1783):water ontleden in: “brandbare lucht” en “gedeflogisticeerde lucht” (H2 en O2)

• is “brandbare lucht” zuiver flogiston ?

• deel van gewone lucht is gedeflog. lucht, gas blijft achter: kaarsen doven, muizen gaan dood (géén-leven, a-zote, stikstof)

Page 32: de geschiedenis van de natuurwetenschappen

Joseph Priestly (1770):Geflog. lucht = lucht + flogiston

Gedeflog. lucht (zuurstof) is vrij van flogiston en kan dus bij verbranding veel flogiston opnemen

ontdekking van gassen dwingt tot ingewikkelde verklaringen

Page 33: de geschiedenis van de natuurwetenschappen

Problemen om gassen te begrijpen:

. gas lastig te zien als materie !• kan gas zich binden met iets stoffelijks ?• al 100 jaar theorie over flogiston die inzicht

belemmerde

Page 34: de geschiedenis van de natuurwetenschappen

Stahl (1700):

Flogiston is “het brandbare principe”

Bij verbranding verlaat flogiston de stof en wordt opgenomen/afgevoerd door de lucht.

Page 35: de geschiedenis van de natuurwetenschappen

Lavoisier:Juiste verklaring voor verbranding, flogiston is

“anti-zuurstof”

Bij verbranding wordt

zuurstof uit de lucht

gebonden.

Page 36: de geschiedenis van de natuurwetenschappen

elemententabel

Lavoisier (1790)

Page 37: de geschiedenis van de natuurwetenschappen

laboratoriumapparatuur Lavoisier

Page 38: de geschiedenis van de natuurwetenschappen

5. energie en warmte

‘t meest abstract, ‘t moeilijkst

Page 39: de geschiedenis van de natuurwetenschappen

Twee opvattingen:

1. Warmte is substantie waarvan aanwezigheid een stof warm maakt

2. Warmte is toestand van een stof (gevolg van beweging)

Page 40: de geschiedenis van de natuurwetenschappen

Thermometer (17e eeuw):Fahrenheit (32 – 212 oF), 1742 Celsius ( 0 – 100 oC)

“opgenomen warmte = afgestane warmte”

Joseph Black calorimetrische metingen (calorie, soortelijke warmte en verdampingswarmte),

resultaten nooit strijdig met concept warmtestof !

Page 41: de geschiedenis van de natuurwetenschappen

Artikel van Celsius

figuur met

voorstel voor

schaalverdeling

Page 42: de geschiedenis van de natuurwetenschappen

Benjamin Thompson meet warmte-ontwikkeling bij uitboren van kanonnen: waar komt warmte-stof vandaan? Warmtestof is gewichtsloos.

Page 43: de geschiedenis van de natuurwetenschappen

James Watt’s stoommachine (1765) -

thermodynamica

Page 44: de geschiedenis van de natuurwetenschappen

Robert Mayer (1840) behoud van energie (“wat gebeurt er met Ekin van vallend voorwerp vlak voor/na inslag”)

James Joule: één calorie = 4,2 Joule

Avogadro: gasmoleculen met massa en snelheid, kinetische theorie “wint”

Page 45: de geschiedenis van de natuurwetenschappen

Zentralfriedhof Wenen

koppeling tussen atomen en

macroscopische beschrijving