De fonetiek van parentese:...

30
Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen Academiejaar 2011-2012 De fonetiek van parentese: gender-effecten Lynn Desmet en Stephanie Tarras Promotor: Prof. Dr. Paul Corthals Masterproef voorgelegd tot het behalen van de graad van Master in de Logopedische en Audiologische wetenschappen

Transcript of De fonetiek van parentese:...

Page 1: De fonetiek van parentese: gender-effectenlib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/893/007/RUG01-001893007... · 2012. 12. 5. · Algemeen Nederlands. De relatie van de onderzochte volwassenen

Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen

Academiejaar 2011-2012

De fonetiek van parentese: gender-effecten

Lynn Desmet en Stephanie Tarras

Promotor: Prof. Dr. Paul Corthals

Masterproef voorgelegd tot het behalen van de graad van Master in de Logopedische

en Audiologische wetenschappen

Page 2: De fonetiek van parentese: gender-effectenlib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/893/007/RUG01-001893007... · 2012. 12. 5. · Algemeen Nederlands. De relatie van de onderzochte volwassenen

2

ABSTRACT

Parentese is een spreekstijl die volwassenen hanteren in de communicatie met

kinderen. Het wordt gekenmerkt door een eenvoudige en weinig uitgebreide

woordenschat, toegenomen herhalingen, korte uitingen en prosodische

veranderingen (een tragere spreek- en articulatiesnelheid en een hogere

fundamentele frequentie en intensiteit). De opzet van dit onderzoek is nagaan of

mannen en vrouwen verschillen in het aanpassen van deze prosodische kenmerken

wanneer zij overschakelen op parentese. Van 38 Nederlandstalige volwassenen

(leeftijdsrange: 25-43 jaar) waarvan 23 vrouwen en 15 mannen werden telkens 2

audio-opnames gemaakt: 1 tijdens spontane spraak met een onderzoeker en 1

tijdens de communicatie met hun kind. Alle kinderen waren normaal ontwikkeld en

hadden een leeftijd van 1 tot 59 maanden. 75 audio-opnames werden gebruikt voor

verdere analyse in Praat software. De verkregen prosodische waarden werden

samengebracht in een Excel-dataset zodat ze samen met 17 spraakstalen uit een

vorig onderzoek gebruikt konden worden voor verdere statistische analyse. Uit de

statistische analyse blijkt dat de wijziging van de modulatiediepte van de

fundamentele frequentie significant groter is bij vrouwen. Vrouwen zijn wellicht sneller

geneigd emoties te tonen en sterker de aandacht van het kind te trekken.

Parentese is a speech style adults use when communicating with children. The

features are a simplified and restricted vocabulary, increased repetitions, short

utterances and prosodic alterations (a slower speech and articulation rate and a

raised voice pitch and intensity). The purpose of this study is to examine if women

and men are different in changing these prosodic features when they switch to

parentese. Out of 38 Dutch adults (age range: 25-43 years) of which 23 women and

15 men, each time 2 audio- recordings were made: 1 while communicating with an

investigator and 1 while communicating with their child. All children were normally

developed and were aged from 1 to 59 months. 75 audio- recordings were used for

further analysis with Praat software. The prosodic results were gathered in an excel-

dataset, so that they could be used for further statistical analysis together with 17

speech samples of a previous study. The statistical analysis shows that the pitch

Page 3: De fonetiek van parentese: gender-effectenlib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/893/007/RUG01-001893007... · 2012. 12. 5. · Algemeen Nederlands. De relatie van de onderzochte volwassenen

3

modulation depth change is significantly higher by female parentese. Women are

probably more likely to show affectivity and strongly willing to attract the attention of

the child.

Page 4: De fonetiek van parentese: gender-effectenlib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/893/007/RUG01-001893007... · 2012. 12. 5. · Algemeen Nederlands. De relatie van de onderzochte volwassenen

4

INLEIDING

Wanneer volwassenen zich tot kinderen richten, treden er veranderingen op in hun

manier van praten vergeleken bij de spreekstijl die ze normaal hanteren in de

communicatie met volwassenen. Dit aangepast spraak-taalregister heet parentese of

child-directed speech. Parentese wordt gekenmerkt door een eenvoudige en weinig

uitgebreide woordenschat, toegenomen herhalingen, tragere spreek- en

articulatiesnelheid en kortere zinnen. Het taalregister bevat voornamelijk concreet

voorstelbare woorden uit het hier en nu. Belangrijke woorden worden vaak

overgearticuleerd en geplaatst op opvallende posities in het verloop van de uiting

(Weppelman, Bostow, Schiffer, Elbert-Perez, Newman, 2003; Fernald, 1989). Verder

is het gebruik van langere pauzes en hypergearticuleerde vocalen typisch (Fernald,

Mazzie, 1991; Uther, Knoll, Burnham, 2007). Ook worden vocalen verlengd, wellicht

in een poging om de grens van een frase of een zin duidelijk te maken (Fernald et

al., 1991). De intonatie wordt vaak overdreven (Sheng, McGregor, Xu, 2003). Andere

prosodische veranderingen in child-directed speech zijn een hogere fundamentele

frequentie en intensiteit (Weppelman et al., 2003).

Uit literatuur blijkt dat parentese drie grote rollen heeft, namelijk: aandacht trekken en

de alertheid op peil houden, affectie uiten en taalspecifieke informatie geven (Uther

et al., 2007). Het vergroten van de verschillen tussen de fonetische eenheden zou

het de kinderen gemakkelijker maken om contrasten te leren en dit zou hen helpen in

hun taalontwikkeling. Het zou vooral van nut kunnen zijn bij kinderen met auditieve

perceptieproblemen (Kuhl et al., 2008). Thiessen & Saffran, (2003) menen dat ook de

prosodische aanpassingen in parentese taalspecifieke informatie geven over de

woordgrenzen. Syllaben die frequent samen voorkomen, hebben een grotere kans

om deel uit te maken van hetzelfde woord dan syllaben die zelden of nooit samen

voorkomen. Aanpassingen van de toonhoogte, het ritme, de luidheid, timing en

intonatie worden ook gezien als akoestische cues voor het identificeren van woorden

en de grammaticale structuur van de zin en het segmenteren van de uiting.

In het gebruik van parentese zou het geslacht van de spreker een rol spelen. De

meeste kenmerken van child-directed speech komen zowel bij vrouwen als bij

mannen voor (Jacobson, Boersma, Fields, Olson, 1983; Lipscomb, Coon, 1983;

Page 5: De fonetiek van parentese: gender-effectenlib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/893/007/RUG01-001893007... · 2012. 12. 5. · Algemeen Nederlands. De relatie van de onderzochte volwassenen

5

Warren-Leubecker, Bohannon, 1984; Weppelman et al., 2003). Shute & Wheldall,

(1999) suggereren echter dat vrouwen extremere veranderingen in F0 variabiliteit

hebben. Andere studies vermelden dan weer dat vaders dezelfde akoestische

veranderingen maken als moeders (Jacobson et al., 1983), terwijl nog anderen

zeggen dat vaders geen veranderingen vertonen in de F0 variabiliteit, en dit enkel

één van de meest opvallende karakteristieken is van parentese bij vrouwen

(Weppelman et al., 2003). Volgens sommige studies zijn er evenveel mannen die

hun F0 verlagen als verhogen (Shute et al., 1999). Er zijn ook auteurs die

suggereren dat vrouwen in het algemeen meer expressief zijn in het spreken tegen

kinderen dan mannen (Weppelman et al., 2003). Fernald et al., (1989) vonden

verschillen tussen mannen en vrouwen in de range van de fundamentele frequentie

van hun child-directed speech. Mannen en vrouwen verschillen ook in de leeftijd

waarop men stopt met het overschakelen op child-directed speech (Warren-

Leubecker et al., 1984). Hoewel beide ouders de neiging hebben om met

toegenomen toonhoogte en een toegenomen toonhoogterange te spreken tegen 2

jaar oude kinderen, laten vaders deze spraakpatronen vallen bij 5 jaar oude kinderen

(Weppelman et al., 2003). Warren-Leubecker et al., (1984) veronderstellen dat

mannen terugkeren naar de meer monotone spreekpatronen van adult-directed

speech in een poging om de stereotypische vrouwelijke spreekstijl te vermijden. Zij

vonden ook dat zowel moeders als vaders een overdreven intonatie gebruiken

wanneer ze spreken tegen een 2 jaar oud kind. Hieruit blijkt dat de geslacht

gerelateerde verschillen in de spreekregisters niet van toepassing zijn wanneer men

spreekt tegen zeer jonge kinderen. De opzet van dit onderzoek is nagaan of er

verschillen zijn in de prosodie van parentese bij Nederlandstalige mannen en

vrouwen en wat deze verschillen precies zijn.

Page 6: De fonetiek van parentese: gender-effectenlib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/893/007/RUG01-001893007... · 2012. 12. 5. · Algemeen Nederlands. De relatie van de onderzochte volwassenen

6

WERKWIJZE

Proefpersonen

Aan dit onderzoek namen in totaal 38 volwassenen en 28 kinderen deel. De

volwassen proefgroep bestond uit 23 vrouwen (gemiddelde leeftijd: 30 jaar, range:

25-37 jaar) en 15 mannen (gemiddelde leeftijd: 33 jaar, range: 28-43 jaar). Van alle

kinderen in het onderzoek, waren er 16 meisjes (gemiddelde leeftijd: 31,9 maanden,

range: 3-59 maanden) en 12 jongens (gemiddelde leeftijd: 21,8 maanden, range: 1-

58 maanden). Alle proefpersonen waren kennissen, familie en streekgenoten van de

onderzoekers of werden gerekruteerd door het uitdelen van flyers bij

onthaalmoeders. (appendix 1) Enkel kinderen tot en met 5 jaar en met een normale

ontwikkeling werden toegelaten. Alle proefpersonen waren afkomstig uit West-

Vlaanderen, Oost-Vlaanderen of Limburg en spraken een Vlaams dialect of

Algemeen Nederlands. De relatie van de onderzochte volwassenen tot de kinderen

was telkens een ouder-kind relatie. Bij de statistische analyse werd ook gebruik

gemaakt van spraakstalen uit een vorig onderzoek (Depester & De Vis, 2010). 17

Nederlandstalige volwassenen (10 vrouwen en 7 mannen, gemiddelde leeftijd: ± 38

jaar, range: 23-61 jaar), waarvan 11 ouders (gemiddelde leeftijd: 31,4 jaar) en 6 niet-

ouders (gemiddelde leeftijd: 51,2 jaar) en 9 Nederlandstalige kinderen (gemiddelde

leeftijd: 18,9 maanden), waarvan 5 jongens en 4 meisjes vormden de proefgroep.

(tabel 1) Deze proefpersonen werden verzameld aan de hand van flyers en

advertenties en waren afkomstig uit Oost-Vlaanderen of Vlaams-Brabant.

Tabel 1: geslacht van de proefpersonen.

Vrouwen Mannen

34 23

Ouders Niet-ouders Ouders Niet-ouders

31 3 20 3

Page 7: De fonetiek van parentese: gender-effectenlib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/893/007/RUG01-001893007... · 2012. 12. 5. · Algemeen Nederlands. De relatie van de onderzochte volwassenen

7

Akoestische analyse

Een groep van 7 masterstudenten van de opleiding logopedische en audiologische

wetenschappen (afstudeerrichting: logopedie) aan de Universteit Gent (Desmet L.,

Maene J., Noreille M., Ongenaert F., Tarras S., Van Wambeke M., Vandenberghe S.)

maakten elk 6 à 7 spraakopnames in het kader van hun thesis. Daaraan werden ook

17 in gelijkaardige condities verzamelde spraakstalen uit een vorig onderzoek

toegevoegd (Depester & De Vis, 2010). Deze opnames vormen de basis voor 3

thesisonderwerpen: verschillen in prosodie van parentese naargelang de leeftijd van

het kind, prosodie in relatie tot syntaxis bij parentese en gender-effecten in de

prosodie van parentese. Het opnemen van de spraakstalen door de verschillende

onderzoekers verliep analoog. De opnameruimte was telkens bij de proefpersonen

thuis. Elke volwassene ondertekende een informed consent en vulde een

anamneseformulier in. (appendix 2) Het anamneseformulier gaf meer informatie over

het kind, de zwangerschap, de geboorte, de medische toestand en het verloop van

de taalontwikkeling. Elke deelnemer werd kort op de hoogte gebracht van wat van

hen verwacht werd, zonder het uiteindelijke doel van het onderzoek mee te delen.

Concreet werd hen gevraagd zo spontaan mogelijk te communiceren met de

volwassen onderzoeker en het kind. Voor het starten van elke opname werd er

gezorgd dat er geen radio, televisie, spelende broers of zussen of andere storende

geluiden hoorbaar waren, zodat de opname optimaal kon verlopen. Een

condensatormicrofoon (C01U SAMSON) werd verbonden met een laptop om de

audio-opnames te maken, zodat mono-opnames in digitaal formaat naar Praat

software (Boersma & Weeninck, 2009) konden worden getransfereerd aan een

samplingfrequentie van 22,5 kHz. Deze samples werden als WAV-files opgeslagen.

Per volwassen proefpersoon werden twee spraakopnames gemaakt, 1 waarbij hij/zij

zich enkel richt tot de onderzoeker (= adult-directed, AD) en 1 waarbij hij/zij

uitsluitend in interactie is met het kind (= child-directed, CD). Bij de AD-opnames

werd spraak uitgelokt door middel van open vragen. De gespreksonderwerpen waren

voornamelijk reizen, kinderen, jobs en hobby’s. Voor de CD-opnames werd de

volwassenen gevraagd verbaal te communiceren met hun kinderen tijdens een

activiteit naar keuze, zoals knutselen, spontaan vertellen bij situatieprenten uit

boeken, een spelletje spelen,... op voorwaarde dat de activiteit zelf de spraakopname

Page 8: De fonetiek van parentese: gender-effectenlib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/893/007/RUG01-001893007... · 2012. 12. 5. · Algemeen Nederlands. De relatie van de onderzochte volwassenen

8

niet zou hinderen door te sterk wisselende mond-micro-afstand of bijkomende

irrelevante geluiden.

Een aantal opnames werd uitgesloten wegens te veel achtergrondlawaai. Uiteindelijk

werden er 75 opnames gebruikt voor verdere analyse in Praat software. De opnames

duurden gemiddeld 305,84 seconden (range: 59-453 seconden) en bevatten

gemiddeld 440 woorden (range: 130-1330 woorden). Eerst en vooral werden uit elke

opname de ongewenste passages (plotse luide geluiden, afkomstig van een andere

bron dan de bestudeerde volwassene) weggesneden. Dit werd gedaan opdat de

oscillografische weergave van de relevante fragmenten beter in proportie op het

scherm zou komen. Daarna werden alle opnames geannoteerd en onderverdeeld in

fragmenten op een zogenaamd textgrid. Aan elk fragment werd een code toegekend.

De fragmenten waarbij de proefpersoon een adempauze neemt, kregen de code ‘0’.

De fragmenten waarbij de proefpersoon spreekt, kregen als code het aantal woorden

dat de proefpersoon uitspreekt. Alle andere fragmenten waarbij de onderzoeker

spreekt, het kind aan het woord is of die nog onbruikbaar bleken door

achtergrondlawaai ondanks de eerste selectie, kregen de code ‘?’. Vervolgens werd

aan alle bruikbare fragmenten (waarbij de volwassen proefpersoon en alleen hij/zij

verbaal communiceert zonder storende bijgeluiden) een tweede code toegekend

namelijk het aantal syllaben die hij/zij produceert.

De verdere analyse van de prosodische elementen gebeurde op een semi-

automatische wijze aan de hand van scripts die ter beschikking werden gesteld door

de promotor (Prof. Dr. P. Corthals). Uit het eerste script ‘spreeksnelheid’ konden

spreeksnelheidsparameters bekomen worden. Zo werd de totale spreektijd (inclusief

pauzes), het totale aantal woorden, het aantal woorden per minuut (WPM), de

spreeksnelheid (het aantal syllaben per seconde (syll/sec), inclusief pauzes) en de

articulatiesnelheid (het aantal syllaben per seconde, exclusief pauzes) van elke

audio-opname gevonden. Vervolgens kon het verschil van deze parameters tussen

de AD-opnames en CD-opnames berekend worden. De mediaan (pc. 50), de

modulatiediepte (interkwartielrange pc. 25-75), het modulatietempo van de

fundamentele frequentie en de modulatiediepte en -snelheid van de intensiteit

werden uit het tweede script ‘klemtoon’ afgeleid. Met modulatietempo wordt hier

bedoeld: aantal en uitgebreidheid van de toonhoogte- en stemsterktewijzigingen in

Page 9: De fonetiek van parentese: gender-effectenlib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/893/007/RUG01-001893007... · 2012. 12. 5. · Algemeen Nederlands. De relatie van de onderzochte volwassenen

9

verhouding tot de duur van het spraakfragment. Ook van deze

beklemtoningsparameters werd het verschil tussen de AD-opnames en CD-opnames

berekend.

De verkregen waarden werden samengebracht in een Excel-dataset zodat ze

gebruikt konden worden voor verdere statistische analyse.

Statistische analyse

Voor de statistische analyse werd gebruik gemaakt van SPSS versie 20.

Vooreerst werd de Kolmogorov-Smirnov test gebruikt om na te gaan of de

parameters normaal verdeeld zijn.

Als de prosodie van mannen en vrouwen vergeleken wordt, moet gecontroleerd

worden of de kinderen tegen wie ze spreken wel een vergelijkbare leeftijd hebben.

Zoniet zouden verschillen in hun manier van spreken aan de leeftijd van het kind

kunnen liggen en niet aan het geslacht van de spreker. Daarom werden de leeftijden

van de betrokken kinderen vergeleken aan de hand van een ongepaarde Student’s t-

test.

Vervolgens werd one-way ANOVA toegepast om na te gaan of de veranderingen van

de verschillende parameters significant verschillen tussen mannen en vrouwen.

Voor de parameters waarvan bleek dat de varianties niet vergelijkbaar waren tussen

mannen en vrouwen werd een alternatieve significantietest uitgevoerd, nl. de Brown-

Forsythe test.

Ten slotte werd voor de parameters die significant bleken bij one-way ANOVA nog

een andere analyse, nl. ANCOVA uitgevoerd. Deze aanpak laat toe om de eventuele

impact van de leeftijd van het individuele kind waartegen men spreekt apart te

evalueren en zo het effect van het geslacht op de spraakkenmerken zuiver in kaart te

brengen.

Page 10: De fonetiek van parentese: gender-effectenlib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/893/007/RUG01-001893007... · 2012. 12. 5. · Algemeen Nederlands. De relatie van de onderzochte volwassenen

10

RESULTATEN

Uit de Kolmogorov-Smirnov test blijkt dat de verdeling van alle parameters normaal

is.

De t-test toont aan dat de groep kinderen met wie mannen gesproken hebben en de

groep kinderen met wie vrouwen gesproken hebben geen significant verschil (sig. P

(tweezijdig) = 0,861, α < 0,05) in leeftijd hebben.

Om de significantie van de hieropvolgende parameters na te gaan werd telkens one-

way ANOVA gebruikt. Een voorwaarde bij deze test is een vergelijkbare variantie in

de vergeleken groepen; dit werd nagegaan via Levene’s test. Uit Levene’s test blijkt

dat enkel bij de parameter ‘wijziging van het modulatietempo van de fundamentele

frequentie’ de varianties van mannen en vrouwen niet vergelijkbaar zijn, waardoor

het resultaat van ANOVA voor deze parameter onbetrouwbaar is. (tabel 2)

Tabel 2: beschrijvende parameters.

Gemiddelde Standaard

deviatie

Minimum Maximum

Wijziging in

spreeksnelheid (woorden

per minuut)

Man

-39,630 32,9716 -81,0 23,0

Vrouw -61,535 49,8580 -191,7 80,7

Wijziging in

articulatiesnelheid(syllaben

per seconde)

Man -0,443 1,1249 -4,6 1,1

Vrouw -0,638 0,9391 -3,5 1,2

Wijziging in

modulatiediepte van de

fundamentele frequentie

(Hertz)

Man 29,39 21,639 -7 87

Vrouw 45,71 29,529 -15 117

Wijziging in fundamentele

frequentie (Hertz)

Man

26,70 15,281 3 68

Page 11: De fonetiek van parentese: gender-effectenlib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/893/007/RUG01-001893007... · 2012. 12. 5. · Algemeen Nederlands. De relatie van de onderzochte volwassenen

11

Vrouw 19,44 25,882 -23 83

Wijziging in

modulatietempo van de

fundamentele frequentie

(Hertz per seconde)

Man 7,61 21,775 -21 59

Vrouw 8,31 36,941 -64 87

Wijziging in de

modulatiediepte van de

intensiteit (decibel)

Man 0,22 1,882 -4 3

Vrouw 0,15 2,536 -3 11

Wijziging in het

modulatietempo van de

intensiteit (decibel per

seconde)

Man -4,30 12,085 -23 20

Vrouw -7,28 11,126 -40 14

De gemiddelde wijziging in spreeksnelheid bij mannen is -39,63 WPM met een

standaarddeviatie (SD) van 32,972 WPM. De wijziging bedraagt minimaal -81,0

WPM en maximaal 23,0 WPM. Bij de vrouwen is de gemiddelde wijziging -61,54

WPM met SD = 49,858 WPM. De wijziging bedraagt minimaal -191,7 WPM en

maximaal 80,7 WPM. Dit resulteert in een niet-significant verschil (p = 0,070) tussen

mannen en vrouwen, maar het benadert wel de significantiegrens. (Figuur 1)

Page 12: De fonetiek van parentese: gender-effectenlib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/893/007/RUG01-001893007... · 2012. 12. 5. · Algemeen Nederlands. De relatie van de onderzochte volwassenen

12

Figuur 1: de wijziging in spreeksnelheid (woorden per minuut).

De wijziging in articulatiesnelheid bij de mannen is gemiddeld -0,44 syll/sec met SD =

1,125 syll/sec. De wijziging bedraagt minimaal -4,6 syll/sec en maximaal 1,1 syll/sec.

Bij de vrouwen is dit gemiddeld -0,64 syll/sec met SD = 0,939 syll/sec. De wijziging

bedraagt minimaal -3,5 syll/sec en maximaal 1,2 syll/sec. Dit geslachtsverschil blijkt

niet-significant te zijn (p = 0,481). (Figuur 2)

Page 13: De fonetiek van parentese: gender-effectenlib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/893/007/RUG01-001893007... · 2012. 12. 5. · Algemeen Nederlands. De relatie van de onderzochte volwassenen

13

Figuur 2: de wijziging in articulatiesnelheid (syllaben per seconde).

De gemiddelde wijziging in modulatiediepte van de fundamentele frequentie bij de

mannen is 29,39 Hz met SD = 21,639 Hz. De wijziging bedraagt minimaal -7 Hz en

maximaal 87 Hz. De vrouwen hebben een gemiddelde wijziging van 45,71 Hz met

SD = 29,529 Hz. De wijziging bedraagt minimaal -15 Hz en maximaal 117 Hz. Dit

verschil blijkt significant (p = 0,027) te zijn. (Figuur 3)

Page 14: De fonetiek van parentese: gender-effectenlib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/893/007/RUG01-001893007... · 2012. 12. 5. · Algemeen Nederlands. De relatie van de onderzochte volwassenen

14

Figuur 3: de wijziging in modulatiediepte van de fundamentele frequentie (Hertz).

De mannen hebben een gemiddelde wijziging in fundamentele frequentie van 26,70

Hz met SD = 15,281 Hz. De wijziging bedraagt minimaal 3 Hz en maximaal 68 Hz. Bij

de vrouwen is de gemiddelde wijziging 19,44 Hz met SD = 25,882 Hz. De wijziging

bedraagt minimaal -23 Hz en maximaal 83 Hz. Het verschil blijkt niet significant (p =

0,232) te zijn. (Figuur 4)

Page 15: De fonetiek van parentese: gender-effectenlib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/893/007/RUG01-001893007... · 2012. 12. 5. · Algemeen Nederlands. De relatie van de onderzochte volwassenen

15

Figuur 4: de wijziging in de fundamentele frequentie (Hertz).

De gemiddelde wijziging in modulatietempo van de fundamentele frequentie bij de

mannen is 7,61 Hz/sec met SD = 21,775 Hz/sec. De wijziging bedraagt minimaal -21

Hz/sec en maximaal 59 Hz/sec. Bij de vrouwen is de gemiddelde wijziging 8,31

Hz/sec met SD = 36,941 Hz/sec. De wijziging bedraagt minimaal -64 Hz/sec en

maximaal 87 Hz/sec. Dit verschil tussen mannen en vrouwen blijkt niet-significant (p

= 0,935) te zijn. Dit resultaat is echter onbetrouwbaar, aangezien uit de Levene’s test

af te leiden valt dat de varianties voor mannen en vrouwen in de wijziging van het

modulatietempo van de fundamentele frequentie niet vergelijkbaar zijn (p = 0,006).

Daarom werd een alternatieve significantieberekening uitgevoerd die minder

beïnvloed is door ongelijke varianties, namelijk de Browne-Forsythe test. Ook uit

deze test blijkt dat het geslachtsverschil in de wijziging van het modulatietempo van

de fundamentele frequentie niet-significant (p = 0,928) is. (Figuur 5)

Page 16: De fonetiek van parentese: gender-effectenlib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/893/007/RUG01-001893007... · 2012. 12. 5. · Algemeen Nederlands. De relatie van de onderzochte volwassenen

16

Figuur 5: de wijziging in modulatietempo van de fundamentele frequentie (Hertz per

seconde).

De wijziging van de modulatiediepte van de intensiteit heeft bij de mannen een

gemiddelde van 0,22 dB met SD = 1,882 dB. De wijziging bedraagt minimaal -4 dB

en maximale 3 dB. Bij de vrouwen is de wijziging gemiddeld 0,15 dB met SD = 2,536

dB. De wijziging bedraagt minimaal -3 dB en maximaal 11 dB. Dit geslachtsverschil

blijkt niet-significant (p = 0,910) te zijn. (Figuur 6)

Page 17: De fonetiek van parentese: gender-effectenlib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/893/007/RUG01-001893007... · 2012. 12. 5. · Algemeen Nederlands. De relatie van de onderzochte volwassenen

17

Figuur 6: de wijziging in modulatiediepte van de intensiteit (Decibel).

Bij de mannen bedraagt de gemiddelde wijziging van het modulatietempo van de

intensiteit -4,30 dB/sec met SD = 12,085 dB/sec. De wijziging bedraagt minimaal -23

dB/sec en maximaal 20 dB/sec. De gemiddelde wijziging van het modulatietempo is

bij de vrouwen gemiddeld -7,28 dB/sec met SD = 11,126 dB/sec. De wijziging is

minimaal -40 dB/sec en maximaal 14 dB/sec. Dit geslachtsverschil is niet-significant

(p = 0,343). (Figuur 7)

Page 18: De fonetiek van parentese: gender-effectenlib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/893/007/RUG01-001893007... · 2012. 12. 5. · Algemeen Nederlands. De relatie van de onderzochte volwassenen

18

Figuur 7: de wijziging in modulatietempo van de intensiteit (dB/sec).

De ANCOVA bevestigt het significante verschil tussen mannen en vrouwen in de

wijziging van de modulatiediepte van de fundamentele frequentie. Het covariaat (=

kinderleeftijd) oefent wel degelijk een effect uit (significantieniveau p < 0,001).

Wanneer de invloed van de kinderleeftijd apart wordt gehouden dan is het

significantieniveau p= 0,018 en is er dus nog altijd een significant geslachtsverschil

voor deze parameter.

Uit de ANCOVA blijkt ook dat wanneer enkel rekening gehouden wordt met het

geslacht van de ouders en niet met de kinderleeftijd (=het covariaat) dat de

spreeksnelheid dan wel significant is (p= 0,036).

Page 19: De fonetiek van parentese: gender-effectenlib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/893/007/RUG01-001893007... · 2012. 12. 5. · Algemeen Nederlands. De relatie van de onderzochte volwassenen

19

DISCUSSIE

Uit dit onderzoek blijkt dat de prosodie van de CD-spraak van vrouwen enkel

significant verschilt ten opzichte van mannen op vlak van wijziging van de

modulatiediepte van de fundamentele frequentie. Dit wil zeggen dat vrouwen hun

toonhoogtebereik beduidend meer uitbreiden wanneer ze zich tot kinderen richten

dan dat mannen dat doen. Ze maken namelijk het toonhoogtebereik dat ze normaal

gebruiken in de omgang met volwassenen gemiddeld 45,71 Hz groter, terwijl mannen

het gemiddeld met slechts 29,39 Hz uitbreiden. Voor dit prosodisch geslachtsverschil

kunnen verscheidene verklaringen gegeven worden. Ten eerste uiten vrouwen in hun

omgang met kinderen wellicht meer affectie dan mannen. Door hun aard zijn zij

sneller geneigd emoties te tonen. Het uiten van een bepaalde emotie heeft een

weerslag op de prosodie van de spraak. Kortom, aangezien vrouwen meer emoties

uiten, vertoont hun prosodie meer variatie. Ten tweede gebruiken ze wellicht een

groter toonhoogtebereik om de aandacht van het kind te kunnen trekken, misschien

omdat ze vaker en intenser interageren met het kind dan dat mannen dat gewoon

zijn. Ten derde gaan mannen monotoner spreken om te vermijden dat hun spreekstijl

met die van vrouwen geassocieerd wordt.

Echter wanneer de kinderleeftijd apart gehouden wordt, blijkt ook de parameter

spreeksnelheid significant te verschillen tussen mannen en vrouwen. Vrouwen

vertragen hun spreeksnelheid veel meer dan mannen wanneer ze zich tot kinderen

richten. Vermoedelijk proberen ze op deze manier hun communicatieve boodschap

duidelijker over te brengen.

In de overige onderzochte parameters (wijziging in spreeksnelheid, wijziging in

articulatiesnelheid, wijziging in fundamentele frequentie, wijziging in modulatietempo

van de fundamentele frequentie, wijziging in modulatiediepte van de intensiteit,

wijziging in modulatietempo van de intensiteit) , waar enkel rekening gehouden wordt

met de variabele ‘geslacht van de volwassenen’, werd er geen significant

geslachtsverschil gevonden. Toch kan er bij de meeste van deze parameters een

trend vastgesteld worden, namelijk dat er bij de vrouwen een grotere wijziging

optreedt dan bij de mannen. Op vlak van spreeksnelheid gaan vrouwen gemiddeld

een grotere wijziging ondergaan (-61,54 WPM bij vrouwen ten opzichte van -39,63

Page 20: De fonetiek van parentese: gender-effectenlib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/893/007/RUG01-001893007... · 2012. 12. 5. · Algemeen Nederlands. De relatie van de onderzochte volwassenen

20

WPM bij mannen) en produceren zo minder woorden per minuut in hun CD-spraak

dan mannen. Ook de gemiddelde wijziging in articulatiesnelheid is groter bij vrouwen

(-0,64 syll/sec) dan bij mannen (-0,44 syll/sec). Ze uiten dus minder syllaben per

seconde dan mannen in CD-spraak. Mannen en vrouwen gebruiken een tragere

spreek- en articulatiesnelheid wanneer ze zich richten tot kinderen wellicht met als

doel de verstaanbaarheid van hun spraak te vergroten zodat kinderen hen beter

zouden begrijpen. Immers: op deze manier vergroten ze de verschillen tussen de

fonetische eenheden en dit zou het de kinderen gemakkelijker maken om contrasten

te leren, wat de taalontwikkeling bevordert.

Bij de parameter modulatietempo van de fundamentele frequentie kan opnieuw de

trend van een grotere wijziging bij de vrouwen vastgesteld worden. De wijziging bij de

vrouwen bedraagt gemiddeld 8,31 Hz/sec en bij de mannen 7,61 Hz/sec. Per

tijdseenheid maken vrouwen meer toonhoogtesprongen dan mannen in CD-spraak.

Een laatste parameter waarin deze trend aanwezig is, is de wijziging van het

modulatietempo van de intensiteit. De gemiddelde wijziging bij de vrouwen bedraagt -

7,28 dB/sec en is groter dan bij de mannen, waarvan de wijziging -4,30 dB/sec

bedraagt. Vrouwen maken dus per tijdseenheid minder luidheidssprongen dan

mannen in CD-spraak. Dit is een vreemd resultaat, want bij een toename van

toonhoogte wordt er normaal ook een toename van luidheid verwacht. Aangezien

vrouwen meer toonhoogtesprongen per tijdseenheid maken dan mannen, werd dit

resultaat ook verwacht op vlak van intensiteitssprongen. Mogelijk is men in CD-

spraak voorzichtiger met intensiteitssprongen, misschien om niet intimiderend over te

komen en de sfeer van rust en vertrouwen niet te schenden.

Bij de parameters wijziging in fundamentele frequentie en wijziging in

modulatietempo van de intensiteit wordt net het omgekeerde vastgesteld, namelijk

dat er bij de mannen een grotere wijziging optreedt wanneer ze overschakelen op

parentese. Voor de fundamentele frequentie bedraagt de wijziging bij de mannen

gemiddeld 26,70 Hz, terwijl dit bij de vrouwen slechts 19,44 Hz is. Het zou kunnen

dat er een zeker toonhoogteniveau is dat in parentese nagestreefd wordt en dat

vrouwen, die van nature al een hogere grondtoon hebben, hun stem minder drastisch

moeten verhogen dan mannen. De wijziging van de modulatiediepte van de

intensiteit bedraagt gemiddeld bij de mannen 0,22 dB en bij de vrouwen 0,15 dB.

Page 21: De fonetiek van parentese: gender-effectenlib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/893/007/RUG01-001893007... · 2012. 12. 5. · Algemeen Nederlands. De relatie van de onderzochte volwassenen

21

Mannen passen dus vaker intensiteitssprongen toe in CD-spraak dan vrouwen.

Misschien is dat een compensatie voor het feit dat ze minder variëren in de dimensie

toonhoogte.

De prosodische aanpassingen hebben nog andere voordelen voor de

taalontwikkeling van kinderen. Ten eerste halen kinderen uit deze aanpassingen

informatie over fonemen en syllaben. Syllaben die frequent samen voorkomen

hebben meer kans om deel uit te maken van hetzelfde woord. Terwijl syllaben die

zelden of nooit samen voorkomen geassocieerd worden met een woordgrens. Ten

tweede faciliteert prosodie ook het ontleden van taalinhoud. Uit de aanpassingen in

toonhoogte (zoals afbuiging aan het einde van een zin) en intensiteit, ritmepatronen

(zoals spreekpauzes en klinkerverlengingen), timing en intonatie halen kinderen

informatie over de identificatie van de woorden, de segmenten van de uiting en de

grammaticale structuur van de zin.

CONCLUSIE

Tijdens het spreken tegen kinderen passen volwassenen hun prosodie aan. Zoals

Jacobson et al., (1983); Lipscomb and Coon, (1983); Warren-Leubecker et al.,

(1984); Papousek et al., (1985) reeds vermeldden, komen de meeste kenmerken van

CD-spraak zowel bij vrouwen als bij mannen voor.

Toch vertonen mannen en vrouwen voor 1 prosodische parameter een significant

verschil, nl. op vlak van de wijziging van de modulatiediepte van de fundamentele

frequentie. Fernald et al., (1989) en Shute and Wheldall, (1999) kwamen eerder ook

tot deze bevinding. De veronderstelling van Warren-Leubecker et al., (1984), nl. dat

mannen terugkeren naar de meer monotone spreekpatronen van adult-directed

speech in een poging om de stereotypische vrouwelijke spreekstijl te vermijden, kan

hier ook verklaard worden.

In tegenstelling tot de bevindingen van Weppelman et al., (2003) kan er uit dit

onderzoek geconcludeerd worden dat vaders wel degelijk een verandering in F0

variabiliteit vertonen en dat dit niet enkel typisch is bij de parentese van vrouwen.

Page 22: De fonetiek van parentese: gender-effectenlib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/893/007/RUG01-001893007... · 2012. 12. 5. · Algemeen Nederlands. De relatie van de onderzochte volwassenen

22

Hoewel er in de literatuur niets geschreven werd over het verschil in spreeksnelheid

tussen mannen en vrouwen wordt er in dit onderzoek wel degelijk een significant

geslachtsverschil gevonden wanneer de leeftijd van het individuele kind, waarmee de

volwassene spreekt, apart wordt gehouden.

Aangezien de prosodische aanpassingen invloed hebben op de taalontwikkeling van

kinderen kan hiermee rekening gehouden worden in tal van communicatieve

situaties. Zo kan er bij de productie van kinderprogramma’s en -liedjes meer

aandacht geschonken worden aan deze typische prosodische kenmerken. Ook

personen die frequent in contact komen met kinderen (zoals kleuteronderwijzers,

kinderverzorgers,…) kunnen deze veranderingen hanteren ter bevordering van de

taalontwikkeling van de kinderen.

In tegenstelling tot bepaalde oudere studies werd in dit onderzoek gewerkt met

objectieve metingen (akoestische analyse via Praat software) in de plaats van met

subjectieve metingen (perceptuele evaluatie).

De spraakstalen bevatten spontane spraak en zijn dus een goeie weergave van de

natuurlijke communicatie.

Nader onderzoek is aangewezen om de functies van de prosodische veranderingen

na te gaan en het effect op de taalontwikkeling van de kinderen verder te analyseren.

Een interessant onderzoeksonderwerp is prosodie van parentese bij homo- en

transseksuelen. Aangezien we hier kunnen constateren dat er wel degelijk

gendereffecten optreden in parentese bij heteroseksuelen kan dit effect ook

nagegaan worden bij volwassenen met een homoseksuele geaardheid of bij

transseksuelen. Er kan verondersteld worden dat mannelijke homoseksuelen meer

dan mannelijke heteroseksuelen een feministisch spraakpatroon hanteren in de

communicatie met kinderen.

Verder kan er ook onderzocht worden of het gendereffect blijft bestaan bij senioren

en of niet-ouders dezelfde prosodische aanpassingen doorvoeren wanneer ze

spreken tegen kinderen.

Page 23: De fonetiek van parentese: gender-effectenlib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/893/007/RUG01-001893007... · 2012. 12. 5. · Algemeen Nederlands. De relatie van de onderzochte volwassenen

23

DANKWOORD

Graag wensen wij Prof. Dr. Paul Corthals te bedanken voor alle hulp, nuttige

opmerkingen en suggesties gedurende het verloop van deze masterproef.

Page 24: De fonetiek van parentese: gender-effectenlib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/893/007/RUG01-001893007... · 2012. 12. 5. · Algemeen Nederlands. De relatie van de onderzochte volwassenen

24

REFERENTIES

Fernald, A. (1989). Intonation and communicative intent in mothers' speech to

infants: is the melody the message? Child Development, 60, 1497-1510.

Fernald, A., Mazzie, C. (1991). Prosody and focus in speech to infants and adults.

Developmental Psychology, vol. 27, nr. 2, 209-221.

Fernald, A., Taeschner, T., Dunn, J., Papousek, M., de Boysson-Bardies, B. & Fukui,

I. (1989). A cross-language study of prosodic modifications in mothers' and

fathers' speech to preverbal infants. Journal of Child Language, 16, 477-501.

Jacobson, J.L., Boersma, D.C., Fields, R.B., Olson, K.L., (1983). Paralinguistic

features of adult speech to infants and small children. Child Development, 54,

436–442.

Kuhl, P. K., Conboy, B. T., Coffey-Corina, S., Padden, D., Rivera-Gaxiola, M.,

Nelson, T. (2008). Phonetic learning as a pathway to language: new data and

native language magnet theory expanded (NLM-e). Philosophical transactions

of the royal society B, 363, 979-1000.

Lipscomb, T.J., Coon, R.C., (1983). Parental speech modification to young children.

The Journal of Genetic Psychology, 143, 181–187.

Sheng, L., McGregor, K.K., Xu, Y. (2003). Prosodic and lexical-syntactic aspects of

the therapeutic register. Clinical linguistics and phonetics, vol. 17, nr. 4-5, 355-

363.

Shute, B., Wheldall, K., (1999). Fundamental frequency and temporal modifications in

the speech of British fathers to their children. Educational Psychology 19 (2),

221–233.

Thiessen, E.D. & Saffran, J.R. (2003). When Cues Collide: Use of Stress and

Statistical Cues to Word Boundaries by 7- to 9-Month-Old Infants.

Developmental Psychology, 39, 706–716.

Uther, M., Knoll, M.A., Burnham, D.(2007). Do you speak English? A comparison of

foreigner and infant-directed speech. Speech communication, 49, 2-7.

Page 25: De fonetiek van parentese: gender-effectenlib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/893/007/RUG01-001893007... · 2012. 12. 5. · Algemeen Nederlands. De relatie van de onderzochte volwassenen

25

Warren-Leubecker, A., Bohannon, III J. N. (1984). Intonation Patterns in Child-

directed Speech: Mother-Father Differences. Child Development, 55, 1379-

1385

Weppelman, T.L., Bostow, A., Schiffer, R., Elbert-Perez, E., Newman, R.S. (2003).

Children’s use of the prosodic characteristics of infant-directed speech.

Language & Communication, 23, 63-80.

Page 26: De fonetiek van parentese: gender-effectenlib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/893/007/RUG01-001893007... · 2012. 12. 5. · Algemeen Nederlands. De relatie van de onderzochte volwassenen

26

APPENDIX 1: flyer onthaalmoeder

Hallo,

Mijn naam is Lynn Desmet. Ik ben een studente Logopedie en zit momenteel in mijn

Masterjaar. In het kader van mijn thesis, onderzoek ik het een en het ander rond

communicatie tussen ouders en hun kinderen. Hiervoor heb ik nog wat

proefpersonen nodig. Het onderzoek houdt niet veel in. Enkel een opname van een

kort interview met de ouder (5-tal minuutjes) en een opname van een spontaan

gesprek tussen ouder en kind (5-tal minuutjes). Indien uw kind tussen de 0 en 5 jaar

is en u even tijd kan vrijmaken om mee te werken aan mijn onderzoek, vul dan

hieronder uw gsmnr./telnr./e-mailadres in, dan neem ik contact met u op.

U zou mij hier alvast een groot plezier mee doen!

Vriendelijke groeten!

Lynn Desmet

Gsmnr.:………………………………………………………………………………………

Telnr.:………………………………………………………………………………………..

e-mailadres:…………………………………………………………………………………

Page 27: De fonetiek van parentese: gender-effectenlib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/893/007/RUG01-001893007... · 2012. 12. 5. · Algemeen Nederlands. De relatie van de onderzochte volwassenen

27

APPENDIX 2: informed consent + anamneseformulier

Geachte,

Wij vormen een groep van 7 masterstudenten van de opleiding logopedische en

audiologische wetenschappen aan de Universiteit Gent (afstudeerrichting:

logopedie). In het kader van onze masterproef gaan wij de communicatie en

interactie na tussen ouder of verzorger en kind. Voor dit onderzoek hebben we twee

geluidsopnames nodig van u als spreker :

• Een opname van uzelf sprekend tot het kind

• Een opname van uzelf sprekend tot iemand uit onze groep

Het spreekt voor zich dat de geluidsopnames enkel en alleen voor

onderzoeksdoeleinden gebruikt worden. We garanderen complete anonimiteit, dus

uw naam wordt nergens bewaard en waarover u spreekt is voor dit onderzoek ook

niet van belang. Bovendien kunt u op elk moment beslissen om uw deelname aan dit

onderzoek op te zeggen. Verder delen wij u graag, indien u dit wenst, de resultaten

van dit onderzoek mee.

Bij voorbaat hartelijk dank voor uw deelname,

Lynn Desmet, Jana Maene, Marieke Noreille, Fauve Ongenaert, Stephanie Tarras,

Magali Van Wambeke, Sandrine Vandenberghe

Page 28: De fonetiek van parentese: gender-effectenlib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/893/007/RUG01-001893007... · 2012. 12. 5. · Algemeen Nederlands. De relatie van de onderzochte volwassenen

28

Informed consent

Ondergetekende ________________________________________(naam),

• Ouder

• Voogd

• Andere:__________________

van___________________________________________________(naam), bevestigt

hierbij voldoende informatie te hebben gekregen over het onderzoek in functie van

de masterproef uitgewerkt door masterstudente

logopedie_______________________ .

Ik weet dat de geluidsopnames enkel voor onderzoeksdoeleinden gebruikt worden

en dat ik mijn deelname aan dit onderzoek elk moment kan opzeggen indien ik dit

nodig acht.

Bij deze bevestig ik akkoord te zijn met mijn deelname aan het onderzoek.

Datum: __/__/____

Handtekening:

Page 29: De fonetiek van parentese: gender-effectenlib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/893/007/RUG01-001893007... · 2012. 12. 5. · Algemeen Nederlands. De relatie van de onderzochte volwassenen

29

Vragenlijst CODE:…………………………………..

Opnamedatum : …………………..

Gelieve onderstaande vragen over uzelf en het kind in te vullen.

U bent:

o Man

o Vrouw

Wat is uw relatie tot het kind?

o Ouder

o Voogd

o Andere:……………………………………………………………………………

Wat is uw beroep?

.................................................................................................................................

Wat is uw leeftijd?

..................................................................................................................................

Hoeveel kinderen telt uw gezin?

………………………………………………………………………………………………

Indien u meer dan 1 kind heeft, als hoeveelste in de rij is dit kind geboren?

……………………………………….

Wat is het geslacht van het kind?

o Jongen

o Meisje

Wat is de geboortedatum van het kind?

……………………………………………………………………………………………

Page 30: De fonetiek van parentese: gender-effectenlib.ugent.be/fulltxt/RUG01/001/893/007/RUG01-001893007... · 2012. 12. 5. · Algemeen Nederlands. De relatie van de onderzochte volwassenen

30

Waren er problemen tijdens de zwangerschap of bij de geboorte van het kind? Indien

ja, welke?

…………………………………………………………………………………………………

Heeft het kind medische problemen, zoals bijvoorbeeld het syndroom van Down,

gehoorproblemen, gezichtsproblemen,… ? Indien ja, welke?

…………………………………………………………………………………………………

Hoe verliep de spraakontwikkeling van het kind tot nu toe? Op welke leeftijd begon

het kind te brabbelen? Op welke leeftijd sprak het kind de eerste woordjes? Was uw

kind vlugger, trager of even snel in vergelijking met broertjes, zusjes of

leeftijdsgenootjes? Zijn er merkwaardigheden?

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

Welke taal spreekt u wanneer u met het kind spreekt?

o Algemeen Nederlands

o Dialect uit provincie

…………………………………………………………………………………………………

o Andere:

…………………………………………………………………………………………………

Wat is de frequentie van uw contact met het kind?

o Dagelijks

o Wekelijks

o Andere:…………………………………………………………………………………

Wenst u de groepsresultaten van het onderzoek te ontvangen?

o Ja

o Neen