De Eerstelijns Nummer 5 2011

48
Jaargang 3 editie 5 juni 2011 DE EERSTELIJNS Magazine voor de samenwerkende zorgverlener Eerstelijns Transparantie Congres zet zorgkwaliteit in etalage Farmacie: de gevolgen van vrije prijzen in 2012 Tanzaniaanse huisarts in Rotterdamse achterstandswijk Zorginkoop: zorgen om de toekomst! Eerstelijns Transparantie Congres zet zorgkwaliteit in etalage Farmacie: de gevolgen van vrije prijzen in 2012 Tanzaniaanse huisarts in Rotterdamse achterstandswijk Zorginkoop: zorgen om de toekomst!

description

De Eerstelijns Nummer 5 2011

Transcript of De Eerstelijns Nummer 5 2011

Page 1: De Eerstelijns Nummer 5 2011

Jaargang 3 • editie 5 • juni 2011

De eerstelijnsMagazine voor de samenwerkende zorgverlener

• Eerstelijns Transparantie Congres zet zorgkwaliteit in etalage

• Farmacie: de gevolgen van vrije prijzen in 2012

• Tanzaniaanse huisarts in Rotterdamse achterstandswijk

• Zorginkoop: zorgen om de toekomst!

• Eerstelijns Transparantie Congres zet zorgkwaliteit in etalage

• Farmacie: de gevolgen van vrije prijzen in 2012

• Tanzaniaanse huisarts in Rotterdamse achterstandswijk

• Zorginkoop: zorgen om de toekomst!

Page 2: De Eerstelijns Nummer 5 2011

Obstructieve SlaapapneusyndroomHerken het op tijd in de praktijk!

...en wanneer dit onbehandeld blijft, verhoogt het risico op:

Zich slaperig voelen

Verminderd concentratie-vermogen

Prikkelbaar zijn

Indommelen tijdens routineactiviteiten

Ochtendhoofdpijn

Het Obstructieve Slaapapneusyndroom kan tot de volgende symptomen leiden...

Partner merkt pauzes in de ademhaling

Happen naar lucht

Onrustig slapen

Regelmatig toiletbezoek

Luid snurken

Overdag‘s Nachts

© 2009 Philips Electronics N.V. All rights are reserved. RIT.EDU.005.Be * OCT 2009

Beroerte Hoge bloeddruk

Type 2-diabetesHartritmestoornissen

Snurkt u? Voelt u zich slaperig of vermoeid overdag?Misschien lijdt u aan het Obstructieve Slaapapneusyndroom

Praat erover met uw arts

12062_RIP_OSA_A2Poster_Flemish_v4.indd 1 2/11/09 15:58:05

...en wanneer dit onbehandeld blijft, verhoogt het risico op:

Zich slaperig voelen

Verminderd concentratie-vermogen

Prikkelbaar zijn

Indommelen tijdens routineactiviteiten

Ochtendhoofdpijn

Het Obstructieve Slaapapneusyndroom kan tot de volgende symptomen leiden...

Partner merkt pauzes in de ademhaling

Happen naar lucht

Onrustig slapen

Regelmatig toiletbezoek

Luid snurken

Overdag‘s Nachts

© 2009 Philips Electronics N.V. All rights are reserved. RIT.EDU.005.Be * OCT 2009

Beroerte Hoge bloeddruk

Type 2-diabetesHartritmestoornissen

Snurkt u? Voelt u zich slaperig of vermoeid overdag?Misschien lijdt u aan het Obstructieve Slaapapneusyndroom

Praat erover met uw arts

12062_RIP_OSA_A2Poster_Flemish_v4.indd 1 2/11/09 15:58:05

...en wanneer dit onbehandeld blijft, verhoogt het risico op:

Zich slaperig voelen

Verminderd concentratie-vermogen

Prikkelbaar zijn

Indommelen tijdens routineactiviteiten

Ochtendhoofdpijn

Het Obstructieve Slaapapneusyndroom kan tot de volgende symptomen leiden...

Partner merkt pauzes in de ademhaling

Happen naar lucht

Onrustig slapen

Regelmatig toiletbezoek

Luid snurken

Overdag‘s Nachts

© 2009 Philips Electronics N.V. All rights are reserved. RIT.EDU.005.Be * OCT 2009

Beroerte Hoge bloeddruk

Type 2-diabetesHartritmestoornissen

Snurkt u? Voelt u zich slaperig of vermoeid overdag?Misschien lijdt u aan het Obstructieve Slaapapneusyndroom

Praat erover met uw arts

12062_RIP_OSA_A2Poster_Flemish_v4.indd 1 2/11/09 15:58:05

Heeft uw patient last van snurken, slaperigheid of vermoeidheid overdag? Is er sprake van onderstaande volgende symptomen:

Wanneer het OSAS onbehandeld blijft, verhoogt het het risico op een beroerte, een hoge bloeddruk, hartritmestoornissen & type 2-diabetes

Bespreek het tijdig met uw patiënt!

...en wanneer dit onbehandeld blijft, verhoogt het risico op:

Zich slaperig voelen

Verminderd concentratie-vermogen

Prikkelbaar zijn

Indommelen tijdens routineactiviteiten

Ochtendhoofdpijn

Het Obstructieve Slaapapneusyndroom kan tot de volgende symptomen leiden...

Partner merkt pauzes in de ademhaling

Happen naar lucht

Onrustig slapen

Regelmatig toiletbezoek

Luid snurken

Overdag‘s Nachts

© 2009 Philips Electronics N.V. All rights are reserved. RIT.EDU.005.Be * OCT 2009

Beroerte Hoge bloeddruk

Type 2-diabetesHartritmestoornissen

Snurkt u? Voelt u zich slaperig of vermoeid overdag?Misschien lijdt u aan het Obstructieve Slaapapneusyndroom

Praat erover met uw arts

12062_RIP_OSA_A2Poster_Flemish_v4.indd 1 2/11/09 15:58:05

PR_huisarts_ad.indd 1 14-01-11 16:24

Page 3: De Eerstelijns Nummer 5 2011

Redactioneel

De € 50.000 patiënt, tijD voor het schippers-overleg!

De minister van Financiën meldde laatst dat hij zich meer zorgen maakt over de kostenont-

wikkeling in de zorg dan om de financiële crisis van Griekenland. Klare taal die veel meer zegt

dan € 1,4 miljard overschrijding over 2010. We hebben ons zorgstelsel zo ingericht dat het

lijkt of er niet echt een probleemeigenaar is. Het probleem ligt mooi bij minister Schippers en

zolang zij nog de ruimte krijgt in het kabinet, sukkelen we voort. Hier en daar eens een zoge-

naamd ferme maatregel. Vaak paradoxaal, want duurzame oplossingen zijn te ingewikkeld en

stranden in een moeras van politieke en sectorale belangen.

Toch moeten we ons zorgen maken want straks betalen “Henk en Ingrid” meer aan de zorg

dan aan wonen en vrije tijd samen. Met andere woorden: we staan aan de vooravond van het

verdwijnen van de onderlinge solidariteit die ons gemiddeld genomen veel gezondheid oplevert.

De eerste lijn drijft op deze solidariteit en heeft een prachtige positie om een bijdrage te leve-

ren aan een duurzaam systeem. Laten we gewoon, naar voorbeeld van Kaiser Permanente in

de VS, starten met een driemaandelijkse bespreking van de patiënten die meer dan € 50.000

per jaar aan zorg consumeren. Huisarts, verpleegkundige (casemanager?) en de medisch

adviseur van de zorgverzekeraar bespreken in een vaste structuur de grootverbruikers. Ze

maken samen (met de patiënt?) een verbeterplan. Gemakshalve noemen we dit maar even het

Schippers-overleg, om aan te geven dat niet alleen de minister verantwoordelijkheid moet zijn

voor zuinig en zinnig gebruik van zorg. Wat levert het Schippers-overleg op? Graag zie ik uw

berekeningen tegemoet. De beste inzending staat een mooie prijs te wachten (uw reacties naar

[email protected]).

In dit nummer staan de verhalen over het Eerstelijns Transparantiecongres, over Chinees

bezoek in Rotterdam en over apotheker die speciale aandacht heeft voor palliatieve zorg.

Hiernaast nemen we een kijkje in de keuken van de financiële wereld: van de beoordeling van

risico’s en kredietwaardigheid van zorgaanbieders.

Voorts besteden we aandacht aan de farmacie. Hoe kunnen we het werk van de apotheker

beter positioneren in de integrale zorg? Het is hoog tijd om de discussie te verleggen van prij-

zen en logistiek naar de toegevoegde waarde van de farmacie in de zorg. Het lijkt erop dat de

nieuwe NZa beleidsregels hieraan een forse bijdrage kunnen leveren. Maar zoals vaak in de

zorg zijn we het snel eens over de WAT-vraag en lijkt de HOE-vraag te stranden in sectorale

belangen.

Veel leesplezier. •

.

Leo Kliphuis MPH

is directeur van de Landelijke

Vereniging Georganiseerde eer-

ste lijn en is lid van de redactie-

raad van de De Eerstelijns.

Wilt u reageren? Stuur een email naar

[email protected]

3 de EERsTEliJns nr. 5 ~ juni 2011

Page 4: De Eerstelijns Nummer 5 2011

In een maatschappij met steeds meer ouderen is menselijkheid vaak het beste medicijn. Maar als geneesmiddelen nodig zijn, hoe zorgen wij er dan voor dat ze zo goed mogelijk worden ingezet?

Voor uw medische vragen: 0800 - 8600 800E-mail algemeen: [email protected]

20112950 AZ advertentie 210x270.indd 1 19-05-2011 16:41:24

Page 5: De Eerstelijns Nummer 5 2011

44

14

24

20

06

28

in Dit nummer

reDactioneel 03

het eerstelijns transparantiecongres 06‘Het is meten of gemeten worden’

aWBZ als KatalYsator voor De eerste lijn 08

ros strategie 11De slagkracht in Friesland

ontWiKKelingen in De Farmacie 2010 14Garanderen vrije prijzen een hogere kwaliteit?

slimmer organiseren 19Het wordt tijd voor een driedeling in de zorg

ZonmW met programma op ÉÉn lijn 20Fysiotherapeuten in beweging

risico’s en KreDietWaarDigheiD 22 Graydon treedt de eerste lijn binnen

ggZ in De eerste lijn 24Mentaal Beter stimuleert zelfredzaamheid

column jan eriK De WilDt 27Olifantengeheugen

BijZonDere Zorgverlener 28Tanzaniaanse huisarts in Rotterdamse achterstandswijk

chinese Delegatie in KatenDrecht 31

competentieproFiel eerstelijnsBestuurDer 33Digitaal onderzoek naar capaciteit, persoonlijkheid en drijfveren

jan van es instituut over opleiDingen 34Van zorginhoudelijk professional naar eerstelijnsleider

aBn amro meer in praKtijKBemiDDeling 36Adviseur tijdens hele levenscyclus

geZonDheiDscentrum vathorst geopenD 39Stap in anderhalve lijn

palliatieve Zorg Bij service apotheeK malDen 42

nicole Kien over ZorginKoop 44Zorgen om de toekomst

De eerstelijns agenDa 46

39

Cover: Sprekers op

Het eerstelijns

Transparantie Congres:

minister edith Schippers,

Gert Westert (lb),

Hans van Bijsterveldt (m)

en Maarten Klomp (r)

Fotografie:

Marjon Zijlstra.

5 de EERsTEliJns nr. 5 ~ juni 2011

Page 6: De Eerstelijns Nummer 5 2011

Met 276 sterk betrokken bezoekers, gerenommeerde sprekers en druk bezochte

werksessies is het Eerstelijns Transparantie Congres een succes geworden. In Den

Haag ontstonden de contouren voor wat minister Edith Schippers (VWS) is haar

openingstoespraak omschreef als: ‘Transparantie moet een gezamenlijk project

zijn, het hoort bij de intrinsieke motivatie van de zorgverlener. Dit is in het belang

van de patiënt en het verbindt de verschillende zorgpaden tot één mooi buurtplan.’

Laat zien wat je doet. Dat is de centrale boodschap

tijdens het Eerstelijns Transparantie Congres. De

eerste lijn levert veel goede zorg, maar het moet ook

zichtbaar zijn. Hoe zet je de kwaliteit in de etalage?

Minister Schippers: ‘De eerstelijnszorg moet goed toe-

gankelijk zijn, in locatie, in houding en toegankelijk in

begrip. Dat kan in een gezondheidscentrum met alle

zorgverleners onder één dak, maar het kan ook op ver-

schillende locaties in een zorgnetwerk. Er is dus niet

één blauwdruk, de eerste lijn moet een oplossing zijn

voor plaatselijke problemen en plaatselijke kenmer-

ken. Met goede kwaliteit. Die kwaliteit moet inzichte-

lijk zijn met een beperkt aantal indicatoren. Vermijd

vooral de valkuil van de ziekenhuis dbc’s, waarvan er

30.000 zijn. De indicatoren moeten onderdeel van het

normale werkpatroon vormen, anders leidt het tot een

administratieve last.’

BELEID &

POLITIEK

‘Het is meten of gemeten worden’

eerstelijns transparantie congres Zet ZorgKWaliteit in etalage

Snelle evaluatie

Direct na het congres is via internet een evaluatie

verricht. De eerste uitslagen tonen het volgende.

De meest gewaardeerde plenaire sprekers:

• Aldien Poll

• Gert Westert

• Niro Siriwardena

De beste subsessies:

• Door clienten bekeken: Jan Benedictus en

Michael Rutgers

• Ketentransparantie: Hedi ter Braak, Stannie

Driessen en Martine de Clercq

Organisatie:

Goed

Top 5 van opmerkingen:

• Breder inzetten op hele eerstelijnszorg

• Catering kan beter

• Centrale locatie in het land beter bereikbaar

• Twitteren leuk

• Mag concreter en praktijkvoorbeelden

Professor Niro Siriwardena,

Primary and Prehospital

Health Care University of

Lincoln, licht de engelse

situatie toe. deze is moeilijk te

vergelijken met de Nederlandse,

alleen al vanwege het

buitengewoon hoge bedrag

dat de engelse overheid heeft

besteed aan de totstandkoming

van een landelijk indicatorenset.

6de EERsTEliJns nr. 5 ~ juni 2011

Page 7: De Eerstelijns Nummer 5 2011

van autonomie naar verantwoordelijkheid

Volgens professor Gert Westert mag Nederland trots

zijn op zijn eerste lijn. ‘De gidsfunctie bij eerstelijns-

zorg is heel belangrijk. De patiënt door het complexe

zorgsysteem leiden. Maar dan moet je weten wat de

beste plek is, met de juiste zorg. Mensen denken dat

alle artsen dezelfde goede zorg leveren, maar dat is

niet het geval. Daarom is transparantie essentieel.’ Zijn

boodschap: ‘We moeten van professionele autonomie

naar professionele verantwoordelijkheid. Zorg daarbij

wel dat je zelf de regie neemt. Want het is meten of

gemeten worden!‘ Professor Guus Schrijvers geeft de

randvoorwaarden aan. ‘Stel eerst de doelen, verbeter

daarop de ICT en ga dan aan de slag met de indica-

toren. Laat zorgverzekeraars of de inspectie nooit

vragen naar indicatoren die niet te leveren zijn met

de huidige systemen!’ Hans van Bijsterveldt, program-

madirecteur Zichtbare Zorg benadrukt dat indicatoren

geen doel zijn. ‘We willen komen tot zorg die beter,

betaalbaar en bereikbaar is. Kwaliteitsindicatoren zijn

daarbij een middel. Zichtbare zorg biedt ondersteu-

ning bij het vergelijkbaar maken van kwaliteit. We

willen werken volgens één taal, één loket en één werk-

wijze over alle sectoren heen, met gebruikmaking van

opgedane ervaringen.’

transparantie moet

Samenvattend concludeert Marc Bruijnzeels, directeur

van het Jan van Es Instituut: ‘We gebruiken nu indi-

catoren uit interne kwaliteitssystemen voor externe

verantwoording. Dat kan natuurlijk niet. Stimuleer

met indicatoren geïntegreerde eerstelijnszorg in plaats

van monodisciplinaire verrichtingen. Op een eendui-

dige manier verzameld, verwerkt en gepresenteerd.

Ondersteund door de bestaande Regionale Data

Centra.’ Waarop de voortreffelijke dagvoorzitter

Maarten Klomp, huisarts en medisch directeur van

De Ondernemende Huisarts, concludeert dat trans-

parantie moet. ‘Met als hoger doel dat transparantie

bijdraagt aan een betere kwaliteit van zorg in de eerste

lijn. Ik heb vandaag begrepen dat wij niet bang moe-

ten zijn om transparant te zijn, want we doen het juist

erg goed.’ •

Aldien Poll,

strategisch adviseur

bij Aldien.nl met

jarenlang ervaring

als zorgverlener en

bij zorgverzekeraars,

was de hoogst

gewaardeerde

spreker tijdens het

Transparantie

Congres.

Organisatie Het Eerstelijns TransparantieCongres (HETC) is een initiatief van De Eerstelijns en het Jan van Es instituut.

DOelgrOep HETC richt zich op beleidsmakers, be-stuurders, onderzoekers, zorg verzekeraars, commerciële aanbieders, kaderartsen en eerstelijns zorgaanbieders. Zowel werkzaam in gezondheidscentra als georganiseerd in zorggroepen.

lOcatie World Forum in Den Haag. Programma van 09.00 ontvangst tot en met 17.30 borrel.

inschrijven en kOsten Het Eerstelijns Transpa-rantieCongres (HETC) kost € 295,- per persoon (exclusief BTW). Meerdere personen uit dezelfde organisatie krijgen 15% korting als er tegelijk ingeschreven wordt. U ontvangt een factuur. Inschrijving vindt plaats in volgorde van ontvangst en verplicht tot betaling.

annulering Bij annulering vóór 29 april krijgt u uw inschrijfgeld retour onder aftrek van € 65,00 admini-stratiekosten (excl. BTW). Bij latere annulering bent u het volledige inschrijfgeld verschuldigd. Uiteraard kan iemand in uw plaats deelnemen.

accreDitatie Voor het congres wordt accreditatie aangevraagd.

infOrmatie Voor praktische vragen kunt u terecht bij Elita Zoer Congres management BV, [email protected] of tel. 0183354057. Heeft u inhoudelijke vragen, dan kunt u contact opnemen met Marc Bruijnzeels, te bereiken via e-mail [email protected]. Meer informatie over het programma vindt u op www.de-eerstelijns.nl.

het eerstelijns

Beurs Naast sprekers is er ruime aandacht voor alle partijen die op de een of andere manier een bijdrage leveren aan het transparantieproces in de eerstelijns-zorg. Zij presenteren zich op het beursplein en in kleinschalige sessies, waarin netwerken en lunchen gecombineerd worden.

De eerstelijns

U vindt de presentaties van alle sprekers op www.de-eerstelijns.nl.

7 de EERsTEliJns nr. 5 ~ juni 2011

Page 8: De Eerstelijns Nummer 5 2011

De AWBZ is in tientallen jaren zodanig weggegroeid van de onverzekerbare risi-

co’s, dat de regeling zelf een onverzekerbaar risico dreigt te worden. Dit komt

door het beleid om de zorg te intramuraliseren en de AWBZ te gebruiken om

allerlei soorten zorg onder te brengen, waarvan je je af kan vragen of die er thuis

horen. Maar hoe nu verder? Voor Den Haag is de AWBZ misschien een zorgen-

kindje, voor de eerste lijn vormen veranderingen een grote uitdaging.

Van de 60 miljard collectief gefinancierde zorg wordt

23 miljard (38%) in de AWBZ uitgegeven. Daarvan

gaat ruim de helft om in de ouderenzorg en zorg voor

chronisch zieken. Hiernaast gaat een kwart naar de

gehandicaptenzorg en van de rest wordt het grootste

deel opgesoupeerd door de geestelijke gezondheids-

zorg. Nederland is daarmee Europees koploper en de

concurrentiepositie van Nederland zal in de proble-

men komen. Dus komen er maatregelen.

grofweg zijn vier maatregelen te

onderscheiden

Het persoonsgebonden budget wordt in de eerste

plaats versoberd. Het PGB is een groot succes en

momenteel hebben 130.000 mensen een PGB. Door

de regeling te versoberen, kan er bespaard worden.

Ook kan een inkomenstoets worden ingesteld, zodat

arme mensen een hoger PGB krijgen dan rijken. Het

PGB is een populaire maatregel en steunt de eigen ver-

antwoordelijkheid. Daarom kan besloten worden om

de PGB van een maatregel te veranderen in een wet.

De uitvoering van onderdelen van de AWBZ, ten

tweede, wordt overgeheveld van zorgkantoren naar

zorgverzekeraars. Doordat daarmee de kosten tot uit-

drukking komen in de premies, schuift de overheid de

hete aardappel door naar de zorgverzekeraars en ver-

trouwt men op de positieve premie-effecten van zor-

ginkoop door zorgverzekeraars. Een ander deel van de

AWBZ gaat naar de gemeenten en wordt bijvoorbeeld

onderdeel van de WMO. De Wet Maatschappelijke

Ondersteuning is geen recht en de gemeente kan haar

eigen beleid voeren. Burgers hebben geen garantie op

WMO, wel op AWBZ. Binnen de WMO kan gesne-

den worden in de kosten. Tussen gemeenten zullen

verschillen ontstaan.

In de derde plaats zal in de intramurale AWBZ de

woon component nu echt gescheiden gaan worden van

de zorg. De bewoners betalen dan huur en kunnen fis-

caal gecompenseerd worden als het inkomen te laag is.

Dat geldt niet voor mensen boven een bepaalde inko-

mensgrens.

Ten vierde zal de AWBZ worden ontdaan van alle

zorg die geen echt onverzekerbare zorg is. Deze zal

onder worden gebracht in het particuliere circuit.

Oftewel de burgers betalen dit zelf of besluiten zich

hiervoor aanvullende te verzekeren.

De AWBZ moet worden gemoderniseerd. Helaas

ontbreekt het tot nu toe aan daadkracht en visie.

Daardoor blijven zorginstellingen op dezelfde manier

BELEID &

POLITIEK

De aWBZ als KatalYsator voor De eerste lijn

8de EERsTEliJns nr. 5 ~ juni 2011

Page 9: De Eerstelijns Nummer 5 2011

De aWBZ als KatalYsator voor De eerste lijn

werken zonder grootschalig tot innovatie over te gaan.

Terwijl de uitdagingen voor het grijpen liggen. Zeker

door de bril van de eerste lijn!

Wat merkt de eerstelijnszorg van deze

maatregelen?

Het PGB heeft weinig effect, omdat het vooral infor-

mele zorg betreft. Een aantal thuiszorgorganisaties

biedt ook PGB zorg aan en die zullen wat minder

omzet krijgen. Het effect van deze maatregel op de

eerstelijnszorg is niet groot. Ook het uitkleden van

het pakket zal weinig directe invloed op de eerstelijns-

zorg hebben, maar indirect kan het een tweedeling tot

gevolg hebben en die treft dan minder vermogende

ouderen, chronisch zieken en GGZ patiënten. De

effecten daarvan treffen wel de eerstelijnszorg.

De overheveling van de AWBZ naar de Zorg-

verzekerings wet (ZVW) heeft naar verwachting grote

effecten op de eerstelijnszorg. De samenhang tussen

eerstelijnszorg, ouderenzorg, zorg voor chronisch zie-

ken en GGZ is groot. Er zullen nieuwe samenhan-

gende zorgconcepten ontstaan. Kleinschalig, in wijken

en buurten. Met een lage overhead, onder regie van

de huisarts of de wijkverpleegkundige en ingebed in

een eerstelijnsteam. Niet gebaseerd op ideologie, maar

op pragmatisme en kosteneffectiviteit. Ook het WMO

pakket heeft veel samenhang met de eerstelijnszorg.

Dus ook daar is afstemming nodig. Een mooie taak

voor de ROS om namens de gezamenlijke eerstelijns-

zorg op te treden.

Het scheiden van wonen en zorg zal er toe leiden dat

er veel meer ouderen thuis zullen blijven wonen en dus

extra druk geven op de eerstelijnszorg. Daardoor zal

de behoefte aan een geriatrische functie in de eerste-

lijnszorg toenemen. Daarom ook zullen verpleegkun-

dig ouderen specialisten, casemanagers, begeleiders

en vele andere functionarissen worden ingezet. Liefst

gecombineerd en geïntegreerd in de eerstelijnszorg,

kleinschalig in de wijken en buurten.

Voor Den Haag is de AWBZ misschien een zorgen-

kindje, maar voor de eerstelijnszorg zijn de onvermij-

delijke veranderingen een grote uitdaging die beter

vandaag dan morgen kan worden opgepakt. Wie

droomt van een sterke eerste lijn, kan de versobering

van de AWBZ verwelkomen als een katalysator om die

droom verder te realiseren. •

Prof. dr. J.J. Polder TRANZO en J.e. de Wildt MHA

Commonsense/Cartoon: Thijs Wessels

door het scheiden

van wonen en zorg

zullen veel meer

ouderen thuis blijven

wonen.

9 de EERsTEliJns nr. 5 ~ juni 2011

Page 10: De Eerstelijns Nummer 5 2011

Twintig ROS’en werken aan het realiseren van geïntegreerde eerstelijnszorg. Elk

in hun eigen regio en op hun eigen wijze. Want de aanpak in een grote stad is

anders dan die op het platteland. Hoe anders? De Eerstelijns nam een kijkje bij

ROS Friesland.

ROS Friesland heeft als werkgebied. jawel, Fries land.

‘Een afgebakende regio’, constateert directeur Rob

van Boxtel. ‘We hebben te maken met één GGD, één

huisartsenvereniging, één zorgverzekeraar, vijf zieken-

huizen en een revalidatiecentrum. Dat maakt het over-

zichtelijk.’ Hij wijst ook op het nadeel. ‘Partijen zijn

tot elkaar veroordeeld, er is geen escape mogelijk. Het

is van groot belang om de relatie goed te houden en

gezamenlijk te gaan voor de inhoud.’

innovatiekracht

Dat men elkaar snel weet te vinden versterkt de inno-

vatiekracht. Zo heeft ROS Friesland met de huisartsen

de implementatie van ZorgDomein in heel Friesland

georganiseerd. Dit is een verwijsapplicatie van de huis-

artsen naar het ziekenhuis. ‘We hebben met alle zie-

kenhuizen dezelfde afspraak gemaakt voor de imple-

mentatie. Daardoor is Friesland met ZorgDomein echt

een koploper.’

ZorgDomein is verder ontwikkeld tot de Zorg aan-

bieders gids. In deze digitale applicatie worden alle

eerstelijnszorgaanbieders opgenomen. ‘Zij kunnen op

BELEID &

POLITIEK

ROs-strategie in afgebakend gebied

De slagKracht in FrieslanD

10de EERsTEliJns nr. 5 ~ juni 2011

Page 11: De Eerstelijns Nummer 5 2011

beveiligde wijze naar elkaar verwijzen. Maar ze kun-

nen elkaar ook consulteren. Zo kan de huisarts een

vraag stellen aan de fysiotherapeut over een patiënt.’

Van Boxtel geeft aan dat er ook een publieksver-

sie komt. ‘Deze vernieuwing is geen makkelijk tra-

ject, maar er zijn goede resultaten. Dankzij de goede

samenwerking van partijen die elkaar goed kennen,

die vertrouwen in elkaar hebben en die werkzaam zijn

in de hele provincie.’

informeren en adviseren

Elke ROS heeft als functies: informatieverschaffer,

adviseur en aanjager. Hoe vult ROS Friesland dit in?

Rob van Boxtel: ‘Uiteraard brengen we een nieuws-

brief uit, is er een website en we hebben folders.

Daarnaast verzorgen we symposia en scholingen over

allerlei aspecten die de eerste lijn aangaan. We orga-

niseren ook eerstelijnscafé’s, waar zorgverleners elkaar

kunnen treffen.’

ROS Friesland heeft vijf adviseurs in dienst. ‘Zij zijn

echt de kennismakelaars. Ze vertalen landelijke ont-

wikkelingen naar de regio en wisselen kennis uit met

de klanten.’ Daarnaast heeft ROS Friesland een

beleidsmedewerker. ‘Deze kijkt per dossier naar actu-

ele ontwikkelingen. Zo heeft ze een document samen-

gesteld over ouderenzorg. Hierin staat wat landelijk

en in Friesland gebeurt rondom ouderenzorg, wat dit

betekent dit voor eerstelijnszorgaanbieders en voor de

dienstverlening van ROS Friesland. Daarmee wordt de

slagkracht van de organisatie flink vergroot.’

aanjagen en bewegen

Als aanjaagfunctie ziet Van Boxtel ook het aanwakke-

ren van urgentiebesef. ‘Aan de hand van de WijkScan

hebben we de gevolgen van vergrijzing van zorgaan-

bieders laten zien. Er komt een grote uitstroom en de

instroom is lastig. Met de Friese huisartsen en de zorg-

verzekeraar brengen we het capaciteitsprobleem ver-

der in kaart.’ Glimlachend: ‘Dat is maar één voorbeeld

van de aanjaagfunctie. Zo kan ik er nog wel een paar

noemen.’

Als goed voorbeeld van een combinatie van de drie

functies noemt Van Boxtel nog de BeweegKuur. ‘Met

de GGD Fryslân, Sport Fryslân en De Friesland

Zorgverzekeraar hebben we een stuurgroep gevormd,

met ROS Friesland als voorzitter. Op deze wijze geven

we samen vorm aan de verantwoording en hebben

tegelijkertijd gewerkt aan netwerkontwikkeling. Nu

ligt er zelfs een projectaanvraag bij ZN voor netwerk-

ontwikkeling rondom bewegen gecombineerd met de

inzet van sociale media.

samenwerkingsattitude

Het klinkt ideaal, maar het ging niet vanzelf. Bij de

oprichting, ruim vijf jaar geleden, bestond er een

flinke weerstand tegen het fenomeen ROS. Daarvan is

nu niets meer te merken. ‘Wij moesten eerst het veld

leren kennen en het veld moest ROS Friesland leren

kennen. Dat betekende onder andere de vragen vanuit

het veld goed boven water krijgen. Pas als je die kent,

is vraaggerichte dienstverlening mogelijk. Het grote

voordeel is dat op het platteland sprake is van weder-

zijdse afhankelijkheid. Dat maakt dat mensen elkaar

opzoeken, zich met elkaar verbonden voelen, waar-

door al een bijna vanzelfsprekende samenwerkingsatti-

tude bestaat. Het is goed om als ROS daarvan gebruik

te maken.’ Hij benadrukt: ‘We gaan altijd uit van

de positie van de eerste lijn en versterking daarvan.

Samenwerking met andere partijen, zoals gemeenten,

wordt daarbij steeds belangrijker.’ •

Tekst: Gerda van Beek/Fotografie: ROS Friesland

En dan Amsterdam…..

ROS 1ste Lijn Amsterdam vertoont opvallend genoeg veel gelijkenis-

sen met ROS Friesland. Ook 1ste Lijn Amsterdam heeft te maken met

één dominante verzekeraar. Er is ook één GGD, één huisartsenkring en

er zijn zes ziekenhuizen. Die ziekenhuizen hebben echter geen duide-

lijke verzorgingsgebieden. Een praktijk zit vaak op de grens van twee

tot drie ziekenhuizen. De aanwezigheid van een bepaalde tramhalte

is soms een belangrijk verwijscriterium. ‘Terwijl we het zorgaanbod

juist wijkgericht willen invullen’, verzucht Rien van Hoeve, directeur

1ste Lijn. ‘In Amsterdam is sprake van grootstedelijke onoverzichte-

lijkheid. Zorgverleners kennen elkaar niet, terwijl ze vlak bij elkaar

zitten. Bovendien zijn er ruim 40 thuiszorgorganisaties actief. Probeer

daar maar afspraken mee te maken.’ Speciaal is de aandacht voor

achterstandsproblematiek. ‘Denk aan zuigelingensterfte, de explosieve

toename van diabetespatiënten en veel ggz-problematiek.’

Wil hij ruilen met ROS Friesland? ‘Een keuze uit praktijken met een

voor- en achtertuin en een paard in de wei of praktijken onderin het

flatgebouw met last van muizen?’ vat Van de Hoeve samen. ‘Twee

weken in een huisje in Eagum of Garijp lijkt me wel wat, maar voor

altijd? Nee, geef mij dan maar stadslucht die zo af en toe wat stinkt!’

11 de EERsTEliJns nr. 5 ~ juni 2011

Page 12: De Eerstelijns Nummer 5 2011

De farmaceutische advisering en medicatie komen niet in de beleidsregel geïn-

tegreerde eerstelijnszorg per 2012. Daarmee komt een einde aan de onduidelijk-

heid die hierover bij huisartsen, zorggroepen en apothekers heerst. Er komen wel

vrije tarieven voor de farmaceutische advisering. Dat zal flinke invloed hebben

op de apothekers en op de eerstelijns DBC’s voor diabetes, copd en cvrm.

In Nederland wordt zo’n € 4.8 miljard aan farma-

ceutische hulp via openbare apotheken uitgegeven.

Daarvan gaat 900 miljoen naar de apotheekvergoe-

dingen en het overige zijn geneesmiddelkosten. De

huidige bekostiging van de apotheek vindt plaats door

middel van de receptregelvergoeding. Sinds 1 juli 2008

is deze vaste vergoeding vervangen door een gediffe-

rentieerde prestatiebekostiging. Het bedrag is in 2011

gemiddeld ca €7,50 per receptregel. Dat levert per

apotheek ca € 500.000 aan omzet op. Van dat bedrag

moeten medewerkers, apotheker, ICT, gebouw, voor-

raad, etc worden betaald. Hiernaast hebben apothe-

kers inkoopvoordelen op medicatie. Die zijn aanzien-

lijk beperkt door de invoering van het preferentiebeleid

en de clawbackregeling waarmee de zorgverzekeraars

inkoopvoordelen hebben afgeroomd.

De effecten van andere financiering in farmacie

vrije tarieven apotheeK vanaF 2012

BELEID &

POLITIEK

de EERsTEliJns nr. 5 ~ juni 2011 12

Page 13: De Eerstelijns Nummer 5 2011

Bekostiging vanaf 2012

Per 2012 worden door de NZa deze tarieven niet meer

vastgesteld; dit wordt aan de marktpartijen overgela-

ten. Bovendien zullen door de NZa naast de huidige

prestaties zoals de ‘terhandstelling van een geneesmid-

del’ met een aantal toeslagen, ook beschrijvingen van

nieuwe prestaties worden vastgesteld. Deze nieuwe

prestaties omvatten farmaceutische zorg die niet direct

gerelateerd is aan het ter hand stellen van geneesmid-

delen. Het ter hand stellen van geneesmiddelen mag

op grond van de Geneesmiddelwet uitsluitend door de

apotheker of onder toezicht van de apotheker plaats-

vinden. (Zie kader: 10 NZa prestaties.)

Functioneel omschreven

De nieuwe prestaties zijn functioneel omschreven in

het kader van de Zorgverzekeringswet. Apothekers

maar ook anderen kunnen voor deze prestaties wor-

den gecontracteerd door zorgverzekeraars. Bij som-

mige prestaties is dat meer aannemelijk dan bij andere.

Neem bijvoorbeeld de prestatie ‘Instructie patiënt

geneesmiddel - gerelateerd hulpmiddel’ waaronder

valt de instructie van een inhalator bij longmedicatie.

De apotheker vindt dit zijn domein; het werk kan ech-

ter ook gedaan worden door een praktijkondersteuner

somatiek of door een fysiotherapeut. Hierover moeten

onderlinge afspraken worden gemaakt. Nu kan het

voorkomen dat verschillende instructies worden gege-

ven, naar elkaar wordt verwezen of dat niets gebeurt.

Het maken van afspraken daarover is te vrijblijvend,

terwijl door de nieuwe bekostiging op basis van prijs/

kwaliteit kan worden beoordeeld wie deze prestatie het

beste kan leveren. Maar dan ontstaat wel een probleem.

ongelijk speelveld

De apotheek en fysiotherapeut krijgen in de nieuwe

situatie alleen een vergoeding voor de prestaties, ter-

wijl de huisarts een gecombineerde bekostiging met

het abonnementtarief, modules en/of verrichtingen

kent. Het maken van een zuivere vergelijking van kos-

ten is daarmee lastig. De huisarts zal daardoor wellicht

lagere kosten aan de prestatie kunnen toerekenen. Dat

is het probleem van een ongelijk speelveld.

In een aantal regio’s waar al meerdere DBC’s zijn

gecontracteerd, wordt de verdeling niet alleen van-

uit prijs en kwaliteit bezien, maar ook uit (toekom-

stige) arbeidsmarktschaarste. Daar is de zorggroep als

hoofdcontractant op zoek naar andere partijen dan de

huisartsenpraktijk om taken uit de keten DBC (verant-

woord) te kunnen delegeren. Omdat de capaciteit aan

praktijkondersteuners te gering is.

Daarnaast zijn er ook de Geneesmiddelenwet en

de Wet BIG. Die stellen eisen aan de uitvoering die

zijn strenger dan de algemeen omschreven Zorg-

verzekeringswet. Het is dan ook de vraag of en hoe de

functionele omschrijving geoperationaliseerd wordt.

geen historie, kwaliteit inzichtelijk

Een probleem voor apothekers en -organisaties is het

ontbreken van een eenduidige zorgregistratie op het

niveau van de 10 prestaties. Er is geen historie. Ze zijn

nu druk doende de zorg in kaart te brengen. Voor de

meeste chronische aandoeningen zijn richtlijnen opge-

steld. Samenvattingskaarten, vergelijkbaar met de

NHG-standaarden, zijn inmiddels beschikbaar voor

diabetes, copd, astma en cvrm en zijn te vinden op de

KNMP website. Alle veldpartijen hebben samenge-

werkt om tot een verrichtingentabel te komen. Hierin

staat alle zorg die mogelijk door een apotheker gele-

verd zou kunnen worden. De franchiseformules en de

apotheekketens sluiten daarop aan en vertalen deze

richtlijnen naar de praktijk door het aanreiken van

10 NZa prestaties farmaceutische zorg 2012

1. Instructie patiënt geneesmiddel - gerelateerd hulpmiddel

2. Medicatiebeoordeling chronisch geneesmiddelgebruik

3. Extra begeleiding van chronische of ernstige zieke patiënten met

complexe geneesmiddelenproblematiek

4. Voorlichting farmaceutisch zelfmanagement voor patiëntengroep

5. Farmaceutische begeleiding i.v.m. ontslag uit het ziekenhuis

6. Farmaceutische begeleiding bij ziekenhuisopname of

polikliniekbezoek

7. Advies farmaceutische zelfzorg

8. Advies reizen

9. Onderlinge dienstverlening

10. Vrije prestatie

Garanderen vrije prijzen een

hogere kwaliteit?

13 de EERsTEliJns nr. 5 ~ juni 2011

Page 14: De Eerstelijns Nummer 5 2011

De rating AAA is financieel zeer gezond

– de rating d is zeer ongezond.

werkinstructies, het geven van scholing en collegiale

toetsing. In de apotheekinformatiesystemen (AIS’en)

moeten de gedefinieerde prestaties van de verrichtin-

gentabel volgens vaste formats geregistreerd kunnen

worden, om dit om te kunnen zetten naar rapportages.

Ook de Inspectie draagt haar steentje bij met ‘zicht-

bare zorg’ waarbij de apotheek prestatieindicatoren

moet invullen op elektronische vragenlijsten, die de

Inspectie controleert en publiceert. Kortom er is nu al

volop beweging.

opnieuw onzekerheid

Het is natuurlijk de vraag hoe deze inzichtelijke kwa-

liteit zal worden gewaardeerd door zorgverzekeraars.

Na de jaren van preferentiebeleid zijn in 2009 – 2010

een aantal apotheken in zwaar weer terecht gekomen.

(Zie figuur: Financiële rating apothekers 2008-2010.)

Deze wijziging in financiering betekent opnieuw onze-

kerheid. Zorgverzekeraars hebben alleen inzicht in de

historische kosten, maar niet op basis van de nieuwe

zorgprestaties. In andere deelsectoren van de zorg is

soms gekozen voor een geleidelijke implementatie.

Gedurende een of enkele jaren kiest men grotendeels

voor de voortzetting van de status quo. Zo zouden

zorgverzekeraars kunnen kiezen om 90% van het far-

maciebudget toe te kennen aan ‘de terhandstelling’ en

die bij de bestaande partijen contracteren. Dan kan

de overige 10% verdeeld worden over de andere pres-

taties. Daarmee wordt enerzijds een nieuwe bekosti-

gingssystematiek geïntroduceerd en wordt de innovatie

niet geremd. De 10% vertegenwoordigt een dusda-

nig aandeel dat het zeker voldoende impact heeft op

de gewenste marktwerking en innovatie, zonder dat

bestaande partijen direct van de markt verdwijnen.

Kennis, kunde en infrastructuur kunnen met de toene-

mende zorgvraag hard nodig zijn.

aanvullende polis of abonnement

Zal er meer differentiatie gaan ontstaan met minder

afhankelijkheid van de zorgverzekeraar en meer recht-

streeks zakendoen met de klant? Gemaksdiensten hoe-

ven dan niet door de zorgverzekeraar betaald te wor-

den maar door de cliënt zelf, als deze daaraan behoefte

heeft. Wellicht dat apothekers en zorgverzekeraars aan

de onderhandelingstafel komen tot samenwerking in

de vorm van een aanvullende polis of een akkoord dat

een apotheek een abonnement mag aanbieden voor

sommige diensten of diensten apart mag prijzen. (Zie

figuur met voorbeelden.)

De huidige marktverdeling zou wel eens kunnen gaan

veranderen. (Zie taartdiagram met marktverdeling.) Vrije

prijzen gekoppeld aan prestaties in een markt met vol-

2011 © De Eerstelijns GraphicsBron: Graydon

Financiële rating apothekers 2008-2010

0,00

0,05

0,10

0,15

0,20

0,25

0,30

0,35

0,40

0,45

0,50

DCCCCCCBBBBBBAAAAAA

2008 2009 2010

Het lijkt onvermijdelijk dat

de dichtheid van de apotheken

zal afnemen.

14de EERsTEliJns nr. 5 ~ juni 2011

Page 15: De Eerstelijns Nummer 5 2011

2011 © De Eerstelijns Graphics

Marktverdeling apotheken

Service apotheek (619 = 32,75%)

Kring apotheek (298 = 15,77%)

Mediq (210 = 11,11%)

Escura (154 = 8,15%)

Dienstenapotheek (100 = 5,29%)

Ziekenhuisapotheek (98 = 5,08%)

diverse kleinere ketens (95 = 5,03%)

Medsen (68 = 3,60%)

Poliklinische apotheek (50 = 2,65%)

overig (200 = 10,58%)

individuele dienst of service als pakket/collectief

Betaald door de verzekeraar

Basispakket• Tarieven NZa• Tarieven die door apothekers

worden voorgesteld en waar zorg-verzekeraars voor willen betalen

aanvullende polis• Synchroniseren van alle chronische

receptuur• Geen preferente producten/altijd NL

specialité• 24/7 toegankelijkheid van de eigen

apotheker b.v. stervensbegeleiding

Betaald door de zorggroep

• Jaarlijkse meter-check bij diabeten• Opsporing nieuwe diabeten, long-

patiënten of CVRM patiënten

• Analyses maken voor voorschrijvers op populatieniveau

• Zorg-indicatoren inzichtelijk maken• Zorgen dat er een formularium is en in

stand blijft• FTO overleg organiseren en faciliteren

Betaald en beslist door de klant zelf

cafetariamenu• Reizigers advies• Baxteren van medicatie zonder

medische noodzaak

abonnement bij de apotheek• Proactief herhalen, aanvragen van her-

haalrecepten en synchroniseren van alle middelen

onbetaalde maatschappelijk georiënteerde farmazorg

• Aanvragen van een machtiging voor een client die niet weet hoe het werkt

• Scholing aan thuiszorg over geneesmiddel gebruik

• Inzamelen en afvoeren van gebruikte geneesmiddelen

doende aanbod, levert gegarandeerd wijzigingen op.

Toegevoegde waarde, efficiënte bedrijfsvoering, schaal-

vergroting in de back office, farmacie geïntegreerd

in chronische zorgprogramma’s, aanpassingen in de

franchiseconcepten, alternatieve distributiekanalen

en experimenten zullen de meest innovatieve partijen

positioneren. Ook politheken zullen zich nadrukke-

lijker op de extramurale markt begeven, omdat door

de wijzigingen in de ziekenhuisfinanciering de DBC-

opbrengsten verminderen.

Voorbeelden

van nieuwe

dienstverlening.

Alle velden van deze

figuur kunnen worden

gebruikt voor diensten

van de apotheek. . de

nieuwe NZa prestaties

hebben betrekking op

het basispakket. de

andere farmaceutische

prestaties kunnen privaat,

in aanvullend pakket

of business-to-business

aangeboden worden.

15 de EERsTEliJns nr. 5 ~ juni 2011

Page 16: De Eerstelijns Nummer 5 2011

Cha

ngin

g D

iabe

tes®

and

the

Api

s bu

ll lo

go a

re r

egis

tere

d tr

adem

arks

of

Nov

o N

ordi

sk A

/S

Diabetes kan onszelf of onze naasten ieder moment treffen. Liam en zijn broer Jordan kregen er al op zeer jonge leeftijd mee te maken en dit had, zoals vaak gebeurt, een grote impact op hun hele familie.

Met Changing Diabetes® wil Novo Nordisk beter luisteren, meer te weten komen en verder kijken dan de behandeling alleen, om zo beter te kunnen inspelen op de behoeften van mensen en families die met diabetes leven. Changing Diabetes® is onze unieke aanpak waarmee we mensen leren zelf met hun aandoening om te gaan, voor een volwaardig en voorspoedig leven, nu en in de toekomst.

LIAM CARSTENSLet op zijn broertje, Zuid-AfrikaLiam en Jordan hebben diabetes type 1

Kom meer te weten op changingdiabetes.nl

567062 NOVO LIAM 21x27 cm.indd 1 20-05-11 12:04

Page 17: De Eerstelijns Nummer 5 2011

Kenmerken van een normapotheek

• Bedient ongeveer 9000 patienten

• Heeft 65.000 WMG en 20.000 niet-WMG receptregels

• WMG = Wet Marktordening Gezondheidszorg

• De omzet van een normapotheek is ca € 2,5 miljoen

• Kosten zijn geneesmiddeleninkoop en bedrijfsvoering

• Receptregelvergoeding ca € 7,50

• 8 % van de Nederlanders heeft een apotheekhoudende huisarts

apothekersgroepen

Om zich voor te bereiden op de wijzigingen en om –

vanaf 2013 – actief te kunnen gaan participeren in

chronische zorgprogramma’s hebben apothekers zich

regionaal georganiseerd in apothekersgroepen. Net als

in de jonge ontstaansgeschiedenis van de huisartsen-

zorggroepen is er een grote differentiatie in vorm en

activiteiten. In sommige regio’s wordt nauw overlegd

met huisartsen, in andere regio’s moet dat nog opstar-

ten. Dat ligt overigens niet alleen aan de apothekers,

maar ook aan de huisartsen(zorggroepen). Hoewel

de farmacie dus (nog) niet in de beleidsregel geïnte-

greerde zorg voor diabetes, copd en cvrm wordt opge-

nomen, maakt de farmaceutische zorg altijd al deel

uit van goede zorg. In de diabetesstandaard wordt de

farmaceutische zorg nu ook opgenomen. Dat betekent

dat de samenwerking en afstemming tussen ketenpart-

ners zal moeten verbeteren. Is het niet per 2012 dan

wel per 2013 of 2014. Dat zijn vaak ingewikkelde pro-

cessen. De regionale ondersteuningstructuur (ROS) die

vanaf 2011 ook de apothekers ondersteunt, heeft er

een mooie taak bij gekregen.

in een spagaat

Wat zijn de effecten op de patiënt? De belangrijkste

zorg lijkt het borgen van de continuïteit, de toeganke-

lijkheid en de medicatieveiligheid. De veranderingen

komen met name voort uit de wens om de bekostiging

te moderniseren en hiermee de transparantie op de

inkoopmarkt te vergroten. Om de kosten te beheersen,

wat macro-economisch noodzakelijk en gewenst is.

Zeker ook voor verzekerden waar solidariteitsprincipes

van ons zorgsysteem door stijgende premies worden

ondermijnd. Maar de effecten op de (oudere chroni-

sche) patiënt mogen in dit veranderingsproces niet uit

het oog worden verloren.

Apotheken komen in een spagaat. Enerzijds nood-

zaakt de lagere omzet door het preferentiebeleid om

de kosten te reduceren en bijvoorbeeld het aantal apo-

thekersassistentes te verlagen. Anderzijds moet er juist

in kwaliteit geïnvesteerd worden (farmaceutische dien-

sten). Het lijkt onvermijdelijk dat de dichtheid van de

apotheken zal afnemen. Daarmee staat het effect van

een andere farmaceutische bekostiging op gespannen

voet met de wens van minister Schippers om de zorg

in de buurt te versterken.

tools voor meten kwaliteit

Waar vroeger één gemiddelde prijs voldeed, schui-

ven we op via een systeem met een bandbreedte met

maximumtarieven naar een verder gedifferentieerd

functioneel bekostigingssysteem met vrije tarieven

voor de farmaceutische zorg. De apothekers hebben

hun strategische positie de laatste jaren al flink zien

veranderen. Vrije prijzen betekent opnieuw aanpassin-

gen, met name op de zorgmarkt, waar de functionele

omschrijving mogelijk voor nieuwe concurrentie kan

zorgen. Maar ze bieden apothekers ook kansen om

zich te onderscheiden en te positioneren. Op de zor-

ginkoopmarkt waar de zorgverzekeraars het inkoop-

beleid moeten aanpassen aan de nieuwe bekostiging,

heeft de zorgverzekeraar echte tools in handen om

voor kwaliteit te gaan betalen. Het is te hopen dat par-

tijen verantwoord met dit veranderingsproces omgaan

en de positieve en negatieve effecten goed wegen om

te voorkomen dat het niet alleen op kostenbeheersing

uitdraait. •

drs. Brigitte C. drees MBA apotheker POLOS BV en J.e. de

Wildt MHA Commonsense BV/Foto’s: Hugo Vernonde

17 de EERsTEliJns nr. 5 ~ juni 2011

Page 18: De Eerstelijns Nummer 5 2011

Meer weten over MijnGezondheid.net? Kijk op www.pharmapartners.nl

Dimensies in samenwerken

Patiëntgericht samenwerken.

Als zorgverleners beter met elkaar willen samenwerken,

moet de onderlinge communicatie in elk geval optimaal

zijn georganiseerd. Dat is het uitgangspunt van al onze

ICT-oplossingen.

Dat geldt natuurlijk ook voor de communicatie met de

patiënt. Via het patiëntenportaal MijnGezondheid.net

vergroten huisartsen bijvoorbeeld hun bereikbaar-

heid en bieden zij patiënten een uitstekende service.

MijnGezondheid.net geeft betrouwbare informatie over

medicijnen en aandoeningen en stimuleert patiënten

meer regie te nemen over hun eigen gezondheid.

Patiënten kunnen een afspraak noteren in de openge-

stelde delen van de agenda, een e-Consult aanvragen,

eerder voorgeschreven medicijnen bestellen en hebben

de mogelijkheid om een deel van hun dossier in te zien.

MijnGezondheid.net is gebaseerd op open standaarden

en op dit moment volledig geïntegreerd met het huis-

artseninformatiesysteem Medicom®. Dit betekent dat u

als huisarts nauwelijks extra handelingen hoeft te ver-

richten voor de online communicatie met uw patiënten.

Het kan zo eenvoudig zijn...

Page 19: De Eerstelijns Nummer 5 2011

Jeroen Cornelissen

is eigenaar van iC25 en

lid van NZE.

De verschillende kampen in de discussie over marktwerking

in de zorg komen uiteindelijk tegenover elkaar te staan bij het

beantwoorden van de vraag: ‘Is de huidige situatie gewenst?’

Het ene kamp geeft dan als antwoord: ‘Nee, we zijn halverwege de invoering van de markt-

werking blijven steken, we moeten nu doorpakken’. Het antwoord van het andere kamp is:

‘Nee, de marktwerking is al te ver doorgevoerd, we moeten een paar stappen terug zetten’.

Het antwoord zou echter ook geheel anders kunnen luiden.

Toen de gezondheidszorg zo’n 125 jaar gelden ontstond in de vorm die wij nu kennen, was

deze gericht op ‘beter maken’. Je was ziek of je had een ongeluk geleden en dat moest wor-

den gerepareerd. De meeste mensen moesten de artsen zelf betalen, want je kon je daar toen

nog niet voor verzekeren. Later kwamen er ziekenfondsen en particuliere ziektekostenverze-

keraars; die sloten aan op de situatie van toen. Sindsdien is er veel verbeterd in de zorg, wor-

den steeds meer ziekten bestreden en is het aandeel van de chronische ziekten sterk gegroeid.

Nu gaat ongeveer 70% van alle ziektekosten op aan chronische zorg. De naam van de verze-

keraars is daarin meegegroeid, want zij heten nu zorgverzekeraars.

Wat niet is meegegroeid, is onze kijk op de gezondheidszorg. Het wordt tijd dat we dat gaan

nuanceren. De Amerikaan Clayton Christensen heeft die nuance aangebracht. Hij heeft de

gezondheidszorg in drie groepen ingedeeld: Gekende zorg, Onderzoekszorg en Chronische

zorg. In de Gekende zorg zijn de verbanden tussen oorzaak en gevolg bekend. Ziekten en

kwalen als urineweginfecties zijn eenduidig vast te stellen en te genezen; je zou bij de behan-

deling zelfs een garantiebewijs kunnen afgeven. Bij Onderzoekszorg is dat verband er niet zo

duidelijk: daar moeten huisartsen en specialisten door middel van Trial and Error en vaak

meerdere diagnosemiddelen de oorzaak proberen te achterhalen. Bij Chronische zorg is een

prominente rol voor de patiënt weggelegd die, in samenspel met de (huis)arts en de prak-

tijkondersteuner, zoekt naar een stabilisatie of geleidelijke verbetering van de ziekte.

Marktwerking kan uitstekend toegepast worden op de Gekende zorg, maar in het geheel niet

op de Onderzoekszorg. Marktwerking in de Onderzoekszorg is als een jonge koe in de lente

loslaten in een wei met sappig gras: The Sky Is The Limit en als het dier de kans krijgt,

wordt de hele wei afgegraasd. Niet omdat het dier zo gulzig is, maar omdat de natuur zo

werkt. Het enige wat de boer moet doen, is de koe in de juiste wei loslaten.

De eerder gegeven antwoorden moeten dan ook niet op één vraag worden teruggevoerd,

maar op twee. Marktwerking is nog niet ver genoeg doorgevoerd bij de Gekende zorg, maar

is al veel te ver doorgedrongen in de Onderzoekszorg. Als we dit erkennen, kunnen beide

kampen elkaar misschien weer de hand reiken.. •

Column Jeroen Cornelissen

tWeeDeling in De Zorg is ongeWenst; het WorDt tijD voor een DrieDeling

SLIMMER ORGANISEREN

19 de EERsTEliJns nr. 5 ~ juni 2011

Page 20: De Eerstelijns Nummer 5 2011

Het programma Op één lijn is ingezet voor versterking van de organisatiekracht

in de samenwerkende eerste lijn. Dé eerste lijn bestaat niet. Het is een bundeling

van verschillende disciplines, die elk op hun eigen gebied actief zijn. Hieronder

staan twee projecten, geïnitieerd vanuit de fysiotherapie.

OP ÉÉN LIJN

FYsiotherapeuten in BeWeging

project hartFalen: een stap erBijIn Enschede zet het netwerk van eerstelijnsfysiothera-

peuten zich al tien jaar in voor patiënten met COPD.

Ze vormen een samenwerkingverband met de long-

artsen en tweedelijnsfysiotherapeuten en werkten ook

samen in een wetenschappelijk onderzoek. Daarbij

was hartfalen een exclusie-criterium. Terwijl fysieke

training van patiënten met hartfalen leidt tot een beter

inspanningsvermogen en tot een verbeterde kwaliteit

van leven.’

Er zou een nieuw onderzoek volgen voor patiënten

met zowel hartfalen als COPD. Dit werd uitgesteld,

maar een aantal fysiotherapeuten had zich al speci-

fiek geschoold en wilde aan de slag met

mensen met hartfalen. Op dat moment

deed de mogelijkheid van Op één lijn

zich voor. ‘Dat hebben we aangegre-

pen’, meldt Erik Vunderink. ‘Revalidatie

van patiënten met hartfalen is van groot

belang. Dat kan in een intramurale set-

ting, maar het kan ook in de eerste lijn.

Dankzij de ervaring met het COPD-

netwerk konden we een onderbouwde

aanvraag indienen. Bij de uitwerking heb-

ben we de adviezen van ZonMw meege-

nomen. Zoals het betrekken van de pati-

entenorganisatie en monitoring vanuit de

zorgverzekeraars..’

meer doorverwijzingen

Een van de doelen is om méér patiënten met hart-

falen in de eerste lijn te trainen. Dat moet haalbaar

zijn. Want uit de nulmeting bleek dat van de 3.360

patiënten bekend bij het Medisch Spectrum Twente,

slechts 42 patiënten fysiotherapie krijgen. ‘Met de

maatschap cardiologie maken we afspraken voor meer

doorverwijzingen naar fysiotherapeutische zorg’, geeft

Vunderink aan. ‘Daarbij starten patiënten in het zie-

kenhuis met 24 behandelingen. De follow-up vindt

plaats in de eerste lijn. Vervolgens kijken wij of ze kun-

nen doorstromen naar beweegactiviteiten in de buurt.

Het uiteindelijke doel is dat de fysiotherapeutische

zorg is ingebed in een standaard zorgprogramma.’

vertrouwen in eigen kunnen

‘Mensen met hartfalen moeten weer vertrouwen krij-

gen in hun eigen kunnen’, benadrukt Erik Vunderink.

‘Deze groep heeft vaak last van vermoeidheid en kort-

ademigheid. Daardoor gaan ze minder bewegen en

dat leidt tot een negatieve spiraal. Fysiotherapeuten

kunnen hen ondersteunen bij een actievere leefstijl.

Vaak gaat het om kleine, maar belangrijke stapjes.

Het verschil tussen thuisblijven of zelf boodschappen

doen, bijvoorbeeld.’

In de projectgroep zijn cardiologen, hartfalenverpleeg-

kundigen en eerste- en tweedelijnsfysiotherapeuten

vertegenwoordigd. ‘Zij hebben een commitmentver-

klaring getekend. Dat is van belang, je kunt elkaar aan-

spreken op gemaakte afspraken.’

Derde subsidieoproep Programma Op één Lijn

Begin juni is de derde ronde voor praktijkprojecten binnen het pro-

gramma Op één lijn geopend. Mis het niet en kijk dus op de website van

ZonMw: www.zonmw.nl/opeenlijn

20de EERsTEliJns nr. 5 ~ juni 2011

Page 21: De Eerstelijns Nummer 5 2011

innovatie is inspirerend

‘Innovatie is inspirerend, stelt Vunderink vast. ‘Je kunt

iets betekenen voor de individuele mens. Het gaat

om teamwerk: als professionals de randvoorwaarden

scheppen waardoor mensen zo goed mogelijk kunnen

functioneren met zo min mogelijke beperkingen. Je

moet die zorg regionaal organiseren. Innovatie bete-

kent ook dat er kartrekkers nodig zijn en zij moeten

worden gefaciliteerd. Daarom is het goed dat het pro-

gramma Op één Lijn is uitgezet. Er is veel behoefte

aan effectieve samenwerking in de eerste lijn, in ketens.

Het geheel is nu eenmaal meer dan de som der delen.’

participatie vraagt om BeWegenFysiotherapeute Lenny Diepenmaat voelt zich erg

betrokken bij ouderen. Ze heeft tien jaar in een ver-

pleeghuis gewerkt en werkt vijf jaar in een eerstelijn-

spraktijk waar ze vooral ouderen ziet. Ook volgt ze de

specialisatie fysiotherapie geriatrie en is projectleider

van ‘Participatie vraagt om bewegen’. Dit project richt

zich op 65-plussers in de Leeuwardense wijken Nylân

en Huizum-West.

netwerk zorg en welzijn

‘In deze wijken wonen veel ouderen, licht Lenny

toe. ‘In totaal gaat het om bijna 1.800 65-plussers.

De meesten daarvan willen in hun eigen wijk blijven

wonen. Behoud van maatschappelijke participatie en

gezondheid is daarbij van groot belang. Daarom wil-

len we een programma ontwikkelen voor bewegen en

leefstijl van ouderen. Dat gebeurt door de opzet van

een netwerk van fysiotherapeuten, huisartsen, specia-

listen ouderenzorg, thuiszorg, diëtisten, psycholoog en

ergotherapeuten. In samenwerking met de gemeente,

zorgverzekeraar en Welzijn Leeuwarden. Gezamenlijk

kun je de mensen echt iets bieden op gebied van pre-

ventie en behandeling van functiebeperkingen en het

stimuleren van maatschappelijke participatie.’

sportnetwerk

Er komt een tweede netwerk. ‘Er zijn tal van gezonde

65-plussers die je anders niet in het vizier hebt.

Daarom zetten we een sportnetwerk op met sportver-

enigingen, trainers en begeleiders. Mensen moeten zo

lang mogelijk gezond blijven bewegen. Nu haken men-

sen vaak af omdat ze de veertigers niet meer kunnen

bijhouden. Daarvoor moet aandacht zijn. Inmiddels is

er al een breed aanbod voor ouderen in de wijk: wan-

delen, fietsen, hardlopen, fitness, nordic walking. Het is

de kunst om daar brede bekendheid aan te geven.’

Als mensen zich aanmelden, vindt eerst een intake

plaats. Met conditie-, kracht- en balanstesten. ‘Dan

bespreken we welke activiteit goed bij de persoon zal

passen. Mensen kunnen meer dan ze zelf vaak den-

ken. Ze moeten vertrouwen krijgen. Wij fungeren

als doorgeefluik en kunnen ze net dat zetje geven dat

nodig is.’ •

Tekst: Gerda van Beek

TNO doet mee

Het project past naadloos in de proeftuin ‘De Vitale Oudere’ van TNO.

Daarom doet TNO ook mee aan de ontwikkeling. ‘Het is fijn om gebruik

te kunnen maken van hun kennis en kunde’, geeft Lenny Diepenmaat

eerlijk toe. ‘Het is interessant om te zien hoe netwerkvorming tot stand

komt. Met veel mensen uit verschillende disciplines en culturen. We

spreken soms een andere taal. Maar het doel is hetzelfde: kijken wat we

kunnen betekenen voor de oudere inwoner.’

21 de EERsTEliJns nr. 5 ~ juni 2011

Page 22: De Eerstelijns Nummer 5 2011

Graydon is één van de grootste kredietinformatiebureaus van Europa. Wat heeft

zo’n bureau met de kleine eerstelijnszorg? Gertjan Kaart, algemeen directeur

van het van oorsprong Nederlandse Graydon, geeft de antwoorden.

Wat zijn de belangrijkste redenen voor

activiteiten in de eerste lijn?

‘De eerstelijnszorg is een relatief nieuwe sector voor

Graydon. We screenen de kredietwaardigheid van

alle sectoren en we zien nu dat er steeds meer vra-

gen komen uit de eerstelijnszorg. Veroorzaakt door de

schaalvergroting, de effecten van de financiële crisis,

de marktwerking en de eigen betalingen aan tandarts

of apotheek. Schaalvergroting zien we bij huisartsen,

apothekers en fysiotherapeuten. Maar ook bij tand-

artsen die zich ontwikkelen tot mondzorgbedrijfjes

met enkele miljoenen omzet. De marktwerking en de

betere oriëntatie op de klant zorgen voor meer trans-

parantie en hogere service. Dat vraagt weer om gro-

tere investeringen, meer bedrijfskapitaal en dus wor-

den grotere risico’s gelopen door zorgbedrijven en

leveranciers.’

Werden zorgaanbieders eerder niet

beoordeeld?

‘Als kleine ondernemers werden ze natuurlijk al langer

beoordeeld op kredietwaardigheid. Bijvoorbeeld bij de

aanschaf of de huur van een bedrijfspand of een auto.

Dat waren vooral privé of gecombineerde privé-werk

screeningen. Het gaat nu steeds meer om de bedrijfs-

voering zelf. De financiële crisis heeft geleerd dat er

geen enkele sector is die geen risico’s kent. Hoewel het

aantal zorgaanbieders dat failliet gaat nog zeer beperkt

is, zijn er apothekers en tandartsen die in de financi-

ele problemen zitten. De aandacht voor de financiële

bedrijfsvoering, kredietmanagement en het beheer van

openstaande posten wordt belangrijker.’

Wat is een kernactiviteit van graydon?

‘Het screenen van leveranciers of klanten op financi-

ele risico’s. Zorgverzekeraars, ziekenhuizen en toeleve-

ranciers zijn oude bekenden voor Graydon, maar nu

worden ook zorggroepen van huisartsen gescreend.

Graydon helpt bedrijven met inventariseren van risi-

co’s en het verbeteren van financiële bedrijfsprocessen.

Hierdoor worden de risico’s verminderd en is de conti-

nuïteit beter gegarandeerd. Koepel- en franchiseorga-

nisaties kunnen Graydon vragen om de leden te scree-

nen op financiële instabiliteit. Het goede imago van de

groep moet behouden blijven; het effect van een faillis-

sement van één zorgaanbieder kan de goede naam van

een hele groep beschadigen.’

geeft u eens een concreet voorbeeld?

‘De technische ontwikkeling zorgt voor steeds meer

decentralisatie van de zorg. Een echo-apparaat in

een huisartsen- of fysiotherapiepraktijk kost al snel €

30.000. Dus worden apparaten geleasd. Voordat een

leasebedrijf een contract tekent, is de kans groot dat

Graydon om advies wordt gevraagd over de krediet-

waardigheid van de zorgaanbieder. Met behulp van

verschillende bronnen kan de kans op financiële proble-

men of discontinuïteit haarfijn worden voorspeld. Dit

leidt tot een positief advies, tot een waarschuwing voor

een verhoogd risico of tot een gefundeerde afwijzing.’

hoe kijkt u naar de markt in de eerste lijn?

‘Wij rekenen op een groeimarkt. Veroorzaakt door

BEKOSTIGING &

CONTRACTERING

Graydon treedt de eerste lijn binnen

BeoorDeling van risico’s en KreDietWaarDigheiD

Controleer de

financiële gezondheid

van uw relaties.

www.graydon.nl

22de EERsTEliJns nr. 5 ~ juni 2011

Page 23: De Eerstelijns Nummer 5 2011

vrije prijzen, hoofdaannemers voor eerstelijns DBC’s,

diagnostiek in de eerste lijn, hulpmiddelen en farmacie

in de integrale bekostiging en substitutie van de tweede

naar de eerste lijn. Er zijn steeds meer gebouwen in

de eerstelijnszorg nodig om de extra arbeidskrachten

te huisvesten. Niet alleen leveranciers zullen Graydon

benaderen, maar ook groepen zorgaanbieders die een

aannemer in de zorg willen beoordelen of een ICT-

leverancier willen screenen vanwege de levering van

een KIS systeem.’

Dus een kritische omgang met alle

toeleveranciers?

‘Stel dat je net alle ICT-systemen ingericht hebt en de

leverancier gaat failliet. Of je bent een eerstelijnscen-

trum aan het bouwen en de aannemer stopt. Op dit

soort problemen kun je anticiperen met een kredietbe-

oordeling. Na een debacle met declaraties van enkele

jaren terug, zijn er nu zorgorganisaties die de decla-

raties van eerstelijns DBC’s hebben uitbesteed. Zijn

deze bedrijven gescreend? Welke garanties zijn er dat

de declaraties op de bankrekening van de hoofdaanne-

mers terechtkomen? Is het werkkapitaal verdeeld over

meerdere banken? Risicomanagement is een speer-

punt van Graydon en een blinde vlek van veel bestuur-

ders.’

De marktwerking zorgt voor meer

transparantie voor de patiënten en

zorgverzekeraars. Wat zijn de gevolgen?

‘De vrijblijvendheid wordt minder. Daardoor worden

hogere eisen gesteld aan bedrijfsprocessen en uitkom-

sten. Er is meer efficiency nodig met lagere marges,

doordat het werk toeneemt en de vergoeding niet

groeit. In andere markten is dat al gebruikelijk, in de

zorg is dit in opkomst. Je kunt je financiële ratings

voorstellen voor ziekenhuizen; ofwel hoe staat het met

de solvabiliteit. Ook informatie als transmurale afspra-

ken, verwijsgedrag of preferentiebeleid bij medicatie

kunnen effect hebben op de kredietbeoordeling van

een zorgorganisatie.’

Is een financieel keurmerk een optie?

‘Een aantal zorgaanbieders heeft al keurmerken of is

geaccrediteerd, gericht op kwaliteit en soms klanttevre-

denheid. In de toekomst kan een financieel keurmerk

aan de orde komen. Hiermee kan een koepelorgani-

satie of een zorggroep de financiële robuustheid en

daarmee betrouwbaarheid en continuïteit etaleren.

Een dashboard om deze ontwikkelingen te monitoren

is voor sommige bedrijfstakken al gebruikelijk. Ik ben

ervan overtuigd dat dit in de zorg ook ontstaat.’ •

Tekst: Kees Kommer/Fotografie: Graydon

Tandarts met of zonder “leasebak”

Een tandarts bestelt een nieuwe auto met financiering. Zonder dat de

tandarts dit weet, wordt Graydon gevraagd de kredietwaardigheid in te

schatten. Dit gebeurt op basis van openbare en eigen bronnen. Omdat

er nog enkele onduidelijkheden zijn, wordt de tandarts door Graydon

gebeld. De man weigert informatie te verschaffen. Hij krijgt vervolgens

van de dealer te horen dat de auto niet doorgaat. Wanneer hij een dag

later wèl aanvullende informatie levert op www.graydon.nl, kan hij

twee maanden later trots in zijn nieuwe auto rondtoeren.

Gertjan Kaart,

managing director

van Graydon:

‘Schaalvergroting

zorgt voor

concentratie van de

activiteiten, maar

ook voor concentratie

van de risico’s.’

Naast bedrijfsinformatie levert Graydon Incasso diensten en Interim

Professionals. Meer informatie: www.graydon.nl en telefoon 020 567 97

50. Wilt u op dit interview reageren? Stuur een mail naar Mattijs van de

Weijer: [email protected]

23 de EERsTEliJns nr. 5 ~ juni 2011

Page 24: De Eerstelijns Nummer 5 2011

‘De GGZ is een verzamelbak geworden. Ging het vroeger om mensen met psy-

chiatrische problemen, in de loop van de tijd is alle psychische hulp onder de

noemer van GGZ bijeengeveegd. Nu dreigt de hulpverlening te verzuipen in pro-

blemen als adhd, autisme, angststoornissen, somberheid, relatieproblemen,

leervraagstukken en depressies. We moeten beter filteren. Het verwijsmodel

naar de GGZ via de huisartsen werkt contraproductief. Te vaak schrijven huisart-

sen zelf medicijnen voor of sturen cliënten direct door naar de tweedelijns GGZ.

We moeten naar voren denken en inzetten op zelfredzaamheid van de cliënt.’

Martin de Heer, voorzitter van de Raad van Bestuur

van Mentaal Beter, is ervan overtuigd dat zorgverle-

ners de vraag naar psychische hulp straks niet meer

aan kunnen. ‘Daarom wil onze organisatie bijdragen

aan een goed toegankelijke en betaalbare geestelijke

gezondheidszorg voor huidige en toekomstige cliënten.

Personele en financiële ontwikkelingen vragen om een

nieuwe ordening van de zorg. Het gedrag en de gezond-

heid van mensen zijn hierbij steeds het vertrekpunt.’

Wat kan een cliënt wel!

Hij filosofeert verder: ‘We zien mensen die uit balans

zijn geraakt en moeite hebben hun zelfredzaamheid

te behouden of het zelfs helemaal kwijt zijn geraakt.

We richten ons dan niet alleen op het behandelen van

klachten, maar ook op het versterken van de moge-

lijkheden die iemand wèl heeft. Mentaal Beter ziet

dan een gezondheidszorg die dat proces ondersteunt.

Hulpverlening met minder zorginstinct, waar cliën-

ten afhankelijk van kunnen worden, meer gericht op

eigen kracht en mogelijkheden. Hulpverleners van de

toekomst zullen niet alleen vakinhoudelijk excellent

moeten zijn, maar ook sociale intelligentie en vaar-

digheden nodig hebben om mensen te overtuigen en

te activeren. We noemen deze houding en competen-

tie bij mensen en zorgprofessionals zelfredzaamheid.

Zelfredzaam is iets anders dan er alleen voor staan.

Het is de kunst om mensen zodanig te helpen dat ze

zelf weer verder kunnen met hun leven, ook al brengt

dat bepaalde beperkingen met zich mee. De omgeving

waarin mensen leven is daarbij van belang. Mensen

kunnen juist zichzelf beter redden als er gezonde inter-

actie is met hun leefomgeving, zoals school, werk, ken-

nissen en vrienden.’

mensen helpen vitaler te worden

Hoe zich dat vertaalt in de hulpverlening? Martin de

Heer spreekt over ‘naar voren denken’. Want: ‘Mensen

kunnen zelfredzaam zijn als ze hun problemen aanpak-

ken voor die echt uit de hand lopen. De zorg heeft van

nature de neiging om haar energie op zware gevallen

achter in de keten te richten. Naar voren denken bete-

kent niet beginnen bij de klachten, maar bij het terug-

NIEUWE

ORGANISATIE-

VORMEN

Mentaal Beter stimuleert zelfredzaamheid binnen de GGZ

‘naar voren DenKen Bij groeienDe vraag naar psYchische hulp’

E-mental health

E-mental health behandelingen worden steeds belangrijker. Het Britse

programma Beating the Blues kan bij lichte tot milde depressie face-to-

face behandelingen vervangen. Moodfilter is een zelfhulpprogramma

voor somberheid in een vroeg stadium. Het programma Fearfighter

brengt cognitieve gedragstherapie voor angst- en paniekstoornissen

naar het internet. Bijkomend voordeel van e-mental health behandelin-

gen: de cliënt kan direct starten.

24de EERsTEliJns nr. 5 ~ juni 2011

Page 25: De Eerstelijns Nummer 5 2011

brengen van risico’s door mensen te helpen vitaler

te worden en op hun verantwoordelijkheid te wijzen.

Deze filosofie koppelen we aan een “stepped and

matched care model” dat helpt om ggz naar voren te

halen, in de eerste lijn waar ze licht en efficiënt kan

zijn (zie figuur). Zware zorg wordt niet afgeschaft maar

wordt juist geconcentreerd en voorbehouden voor de

die mensen die wel last hebben van ernstige psychiatri-

sche klachten. In een steeds groter deel van de gezond-

heidszorg kan en moet dus psychische hulp in de eerste

lijn worden geboden.’

Franchise en eigen vestigingen

De eigen verantwoordelijkheid telt ook voor de eigen

professionals en ondernemers in de franchise-organisa-

tie van Mentaal Beter. ‘Wij stellen professionals in staat

om hun vak zo goed mogelijk uit te oefenen, zonder

dat hiervoor grote, logge organisaties en structuren

nodig zijn. Mentaal Beter ondersteunt vrij gevestigden

door hen samen een gezicht en een stem te geven en

door hen administratie uit handen te nemen. De fran-

chiseorganisatie helpt de professional om zich in te zet-

ten vanuit de eigen autonomie met een gezamenlijk

Martin de Heer was

samen met evelien

Parigger in 2005

een van de eerste

franchisenemers.

de praktijken die

zij samen hebben

opgericht, behoren

nu tot de eigen

vestigingen van

Mentaal Beter.

Stepped and matched care

De filosofie van “naar voren denken” vertaalt

zich in een zorgmodel dat inzet op brede, maar

lichte zorg met een sterk e-health component

en goede filtering zodat cliënten met zwaardere

psychische klachten goed worden doorverwezen.

Vooral in de “lage treden” is veel te winnen.

25 de EERsTEliJns nr. 5 ~ juni 2011

Page 26: De Eerstelijns Nummer 5 2011

kwaliteitssysteem, bijvoorbeeld met HKZ-certificering

en intercollegiale toetsing. Hiernaast hebben we een

twaalftal eigen vestigingen, waarin we verbeteringen

van zorg- en werkprocessen ontwikkelen en toetsen.

De proefkamer voor zorglogistiek en e-health. We

geven jonge mensen de kans zich in het vak te ontwik-

kelen, met bijvoorbeeld 30 opleidingsplekken voor psy-

chologen.’

De lijnen zijn kort

Het kwaliteitssysteem is sterk op het resultaat gericht.

Wat levert een behandeling op, is voor ons een cen-

trale vraag, legt Martin de Heer uit. ‘We streven naar

een zo optimaal mogelijk effect van de behandeling

van kinderen, jeugdigen, volwassenen en ouderen. De

lijnen zijn kort, de professionals zijn toegankelijk, aan-

spreekbaar en koppelen snel terug. Ze onderhouden

goede relaties met verwijzers, scholen en werkgevers,

dus plaatsen waar de cliënt te vinden is. In mei zijn de

voorbereidingen voor een pilot gestart met de zorg-

groep PoZoB waarbij de huisartsen en de poh’s ggz

ondersteund worden in online screening en het werken

met e-mental health behandelingen. Dit project, dat

de huisarts ook helpt in zijn functie van poortwachter

naar de tweede lijn, wordt uitgevoerd in samenwer-

king met de zorgverzekeraars CZ en UVIT, tevens zijn

VWS en de NZa geïnformeerd, die positief hebben

gereageerd en graag volgen hoe deze pilot verloopt.’

Tekst: Kees Kommer/Fotografie: Esther van de Sandt

Onderdeel Interhealth

Mentaal Beter is een WTZi-toegelaten zorginstelling. De 420 psycho-

logische, psychotherapeutische en psychiatrische specialisten (80%

is vrouw) werken uit 150 kleinschalige praktijken, verspreid over

Nederland. Mentaal Beter maakt als zelfstandige eenheid deel uit van

Interhealth in Dordrecht, waaronder ook het reïntegratiebedrijf AIM-

NZC valt.

Wegens groei en uitbreiding van de activiteiten zoekt De Eerstelijns een

ACCOUNTMANAGER DE EERSTELIJNS De accountmanager verricht in opdracht de volgende werkzaamheden: • Leggen van commerciële contacten, bedenken van commerciële activiteiten• Adviseren van de directeur en hoofdredacteur over commerciële activiteiten• Verkoop van De Eerstelijns activiteiten of producten; • Advertenties • Abonnementen • Advertorials • Presentaties • Banners, website • Activiteiten • Het voor opdrachtgevers ontwikkelen van geïntegreerde communicatieconcepten met een optimale inzet

van print, online en social media. De accountmanager stelt een plan van aanpak op voor marktbenadering en werkt hierbij samen met de directeur en de senior accountmanager. De accountmanager verwerkt de contacten, prognoses en resultaten in het CRM systeem. De accountmanager wordt gehonoreerd op basis van een percentage van de omzet. Voor meer informatie kunt u mailen naar [email protected] of bellen met 06-51821078.

DE EERSTELIJNS

Personeelsadvertentie.indd 1 19-05-11 19:19

26de EERsTEliJns nr. 5 ~ juni 2011

Page 27: De Eerstelijns Nummer 5 2011

Jan Erik de Wildt

is eigenaar van Commonsense BV

en houdt zich bezig met redesign

van de eerste lijn

Wilt u reageren? Stuur een mail

naar [email protected].

Over twee jaar kent de zorg zo’n groot personeelstekort dat

eerstelijns zorgaanbieders kunnen kiezen met welke zorgverze-

keraar ze contracten willen afsluiten. De capaciteit is beperkt,

zodat niet iedereen bediend kan worden. Door substitutie en

zorg in de buurt kan vooral de eerstelijnszorg de vraag niet

aan. Dus zullen prijzen stijgen. En zal de NZa ingrijpen. Want

de kosten van de zorg maken onderdeel uit van het budgettaire

kader zorg; ofwel het plafond wat we in Nederland met zijn allen aan zorg willen uitgeven.

Toch moet een redelijke prijs worden betaald, want anders worden de gewenste kwaliteit niet

gerealiseerd. Als alternatief kan de zorgverzekeraar altijd nog de dure ziekenhuiszorg inkopen.

Dat werkt dan natuurlijk gelijk door in de premie en het eigen risico van de verzekerden en dat

kost dus gegarandeerd gezonde verzekerden. Maar ja, dat is het ondernemersrisico.

Terug naar het personeelstekort. Zorgverzekeraars die nu extreem moeilijk doen over contrac-

ten, innovaties en nieuwe ontwikkelingen, zorgverzekeraars die nu zorgaanbieders in de kou

laten staan, zouden wel eens problemen kunnen krijgen met hun zorgplicht. Want hoewel een

zorgaanbieder liever helemaal niet selecteert aan de voordeur, heeft het versnipperde contrac-

teerbeleid van dit moment wel dat effect. Als de zorgaanbieders gewend zijn om met voorkeurs-

verzekeraars te werken, bevalt ze dat misschien wel goed. Dan draaien vraag en aanbod zich om

en krijgen we een situatie waarin de zorgaanbieder elk jaar de verkoopvoorwaarden aanpast.

Bijvoorbeeld: certificering voor de zorgverzekeraar, eisen die worden gesteld aan transparan-

tie; het salaris van ieder lid van de Raad van Bestuur en het marketingbudget dat beschikbaar

wordt gesteld voor de voetbalclub. Dat moet worden omgerekend in de kosten per verzekerde

en afgezet tegen de meerwaarde. Let wel: graag in het format van de hoofdcontractant op tijd

ingeleverd. Ook geen bedrijfsreserves meer voor de zorgverzekeraars en we tekenen alleen maar

meerjaren contracten.

De eerstelijnszorg nodigt u in juni wel uit voor een bespreking van het contract met terugwer-

kende werking tot 1 januari. Wilt u niet? Geen probleem voor u drie andere. Zonder trans-

parantie, geen contract. Dat staat in de verkoopvoorwaarden van de eerstelijnszorgaanbieder.

Want die heeft in de markt met vrije prijzen (tegen die tijd met maximum tarieven) de zorgver-

zekeraars voor het uitkiezen. Bij wijze van spreken dan, want er zijn er dan nog maar weinig

over. Als de zorgverzekeraar nu een onuitwisbare indruk achterlaat met zijn inkoop- en contrac-

teerbeleid, dan zullen eerstelijnszorgaanbieders met een olifantengeheugen nog wel eens aan

hem denken.

Hetzelfde gebeurt met hoofdcontractanten (huisartsenzorggroepen) die nu onderaannemers

niet netjes behandelen, uitbuiten of uitsluiten. Ook daar bestaan zorgaanbieders met een oli-

fantengeheugen. Kortom, de lange termijn effecten van het huidige inkoopgedrag zijn heel erg

“natuurlijk” voorspelbaar ……….. •

Column Jan Erik De Wildt

oliFantengeheugen

27 de EERsTEliJns nr. 5 ~ juni 2011

Page 28: De Eerstelijns Nummer 5 2011

‘Hé brother’, begroeten zijn Afrikaanse patiënten hem. Waarop de uit Tanzania

afkomstige huisarts Athumani Athumani met enig gezag reageert: ‘Ik ben niet je

brother, maar je dokter, je adviseur’. Soms krijgt hij aan het eind van het consult

nog snel de groeten van oma uit Marokko. Hij zegt het lachend, want het zijn juist

deze kleurrijke patiënten die maken dat hij met veel plezier als huisarts in het

Rotterdamse gezondheidscentrum Tarwezigt werkt. Al blijft zijn hart ook trek-

ken naar zijn Afrikaanse geboorteland. ‘De mensen daar hebben me harder nodig

dan hier.’

‘Kijk, als ik mijn arm zo rond mijn hoofd vouwde en

mijn schouder kon aantikken, dan mocht ik naar de

lagere school’, zegt Athumani, terwijl hij de beweging

voordoet. Hij had geen geboorteakte, dus dit was des-

tijds de manier om te bepalen of hij oud genoeg was

om naar school te mogen. ‘De klas zat onder een grote

boom en als het regende ging ik niet. Het kon soms

weken achter elkaar regenen’, herinnert hij zich. Ieder

jaar keert hij een week of zes terug naar Mnyuzi, waar

hij geboren is, om daar als arts te werken. ‘Waar ik als

jongetje van zes met alleen een kakibroekje aan door

de modder struinde.’ Het is keihard werken, elk dag

spreekuur van acht tot soms wel tien uur ’s avonds.

Zodra de mensen weten dat hij er weer is, staan ze

voor hem in de rij. ‘De tam tam werkt sneller dan

internet. Het lijkt wel of mensen hun klachten opspa-

ren. “Zes maanden geleden had ik hoofdpijn dokter,

wat zou dat kunnen zijn?” Hoe weet ik dat nu, zeg ik

dan.’

geen rolmodel

De kamer van Athumani, vol met gebruiksvoorwer-

pen, beelden en foto’s, getuigen van zijn afkomst. In

zijn boekenkast staan Chinese boeken en op de ach-

tergrond klinkt zacht salsamuziek. Hij spreekt vloeiend

Mandarijns. Hij groeide op in Tanzania en vertrok, net

als een aantal vrienden, naar China om daar genees-

kunde te gaan studeren. De liefde bracht hem naar

Nederland en aan de Erasmusuniversiteit volgde hij de

huisartsenopleiding. Na eerst in onder meer Rockanje

te hebben waargenomen, koos hij voor gezondheids-

centrum Tarwezigt, waar hij sinds 2005 werkt. ‘Dat

was een bewuste keuze en dat moet ook. Ik heb hier

meer contact met mijn patiënten. Je wordt bij de hele

familie betrokken. Ze vertellen me heel veel en nemen

me in vertrouwen. Ik geef hen advies en samen over-

leggen we wat te doen. Goede communicatie met de

mensen is de basis van mijn werk hier. Ik moet geduld

opbrengen, zorgen dat ik hen begrijp en dan ontstaat

er vertrouwen. Hier werken is wat ik wil.’

Athumani wekt niet de indruk dat het werken in een

achterstandswijk hem zwaar valt. Maar zijn patiënten

zijn lang niet altijd doorsnee en vergen meer tijd. Ze

komen uit alle windstreken. De laatste tijd ziet hij ook

MENSEN &

MOTIVATIE

Huisarts Athumani Athumani is echt een vertrouwensfiguur

‘WerKen in achterstanDsWijK moet honDerD procent BeWuste KeuZe Zijn’

Terug naar Tanzania?

Hoewel Athumani op zijn plek is in Tarwezigt, laat zijn geboorteland

hem niet los. Zijn broers en zussen zijn na een verblijf in het buitenland

teruggekeerd naar hun vaderland, waar hun vader nog woont. Af en toe

speelt Athumani met de gedachte om dat ook te doen, maar hij heeft

een dochter van zestien waar hij rekening mee wil houden. Wel gaat hij

elk jaar terug. ‘Ik sponsor de school en ga nu bijvoorbeeld zorgen dat er

goede toiletten komen. Ook ben ik betrokken bij het voetbal- en basket-

ballteam. Mijn patiënten weten van mijn projecten daar. Ze waarderen

me en willen kennelijk iets terugdoen. Een aantal heeft mutsen gebreid

en ze verzamelen tweedehands kleding voor me. De bovenetage van

mijn huis lijkt wel een tweedehandskledingzaak.’

28de EERsTEliJns nr. 5 ~ juni 2011

Page 29: De Eerstelijns Nummer 5 2011

veel Oost-Europeanen. ‘Je moet geen vooroordelen

hebben. Je weet dat sommigen een andere ziektebe-

leving hebben, je moet veel uitleggen, dat wij bijvoor-

beeld terughoudend zijn met het voorschrijven van

antibiotica. Soms komen ze met een aantal familiele-

den naar het spreekuur. In het begin vond ik het ver-

moeiend, vroeg ik me af hoe ik al die patiënten op die

ene ochtend kon zien.’

Voelt hij zich wel eens overvraagd? Na lang nadenken:

‘Ik heb een rol als arts hier. Maar patiënten vragen

me ook vaak of ik hier geboren ben. Nee, antwoord ik

dan. Voorzichtig vertel ik dat ik door keihard te wer-

ken hier wat bereikt heb.’ Hij beschouwt zichzelf liever

niet te veel als een rolmodel. ‘Dat vind ik een te grote

verantwoording.’

Zorg asielzoekers is topsport

Meerdere malen benadrukt Athumani dat hij vrijwel

elke dag met een positief gevoel naar huis gaat. ‘De

hele dag moet ik wel alert zijn. Ik ben hier niet alleen

huisarts, maar vaak ook psycholoog. Mensen komen

met psychosomatische klachten, ze hebben veel pro-

blemen, ook financiële. Je moet goed op de hoogte zijn

van de sociale kaart hier. Mensen laten me allerlei for-

mulieren zien, omdat ze niet weten wat ze ermee moe-

ten. We werken hier multidisciplinair, ik weet snel wie

ik kan benaderen. Een aantal patiënten is analfabeet,

soms hebben ze diabetes. Ik ben daarom zo blij met

onze praktijkondersteuner. Deze patiënten hebben bij-

zondere zorg nodig, zij heeft de tijd om alles drie keer

uit te leggen.’

Wekelijks heeft Athumani een spreekuur in het asiel-

zoekerscentrum. ‘Een totaal ander spreekuur, deze

patiënten zijn allemaal getraumatiseerd. Ze zitten al

jaren in een kleine kamer en mogen niet werken, niets.

Daar raken ze nog getraumatiseerder door. Ze spreken

amper Nederlands. Het werken met een tolkentele-

foon vind ik lastig. Het onderbreekt het contact met de

Athumani Athumani

houdt in zijn

geboortedorp elke

dag spreekuur van

acht uur ’s morgens

tot soms wel tien uur

’s avonds.

‘We zijn strenger

geworden, hebben

regels afgesproken’

de EERsTEliJns nr. 5 ~ juni 201129

Page 30: De Eerstelijns Nummer 5 2011

patiënt. Iemand klaagt over buikpijn, ik moet goed

vragen waar de alarmsymptomen zitten. Is het koliek-

pijn, vraag ik. Blijkt dat woord niet te bestaan in som-

mige talen. Daar werken, vind ik topsport. Een sim-

pele verkoudheid wordt met allemaal toeters en bellen

gepresenteerd.’

Werken met een tolk is soms ook frustrerend, zegt hij

eerlijk. ‘Het komt voor dat een tolk een heel verhaal

maakt van die ene zin die ik zeg.’ Hij is ook geen voor-

stander van tolkende kinderen. ‘Laatst kwam hier een

vrouw met gynaecologische klachten met haar zoon-

tje van zes. Hij moest vertalen, maar dat heb ik direct

stop gezet. Dat kan ik niet accepteren, het kind weet

niet eens wat menstruatie is. Soms haal ik onze Turkse

assistente erbij.’

Grenzen stellen hoort erbij. Patiënten die twee keer

niet komen opdagen worden eerst uitgenodigd voor

een gesprek, voordat ze een nieuwe afspraak krijgen.

‘Vaak kwamen ze met de smoes dat hun beltegoed op

was. We zijn strenger geworden en hebben regels afge-

sproken. In het begin was dat lastig, maar nu gaat het

beter.’

Bij de les blijven

Gezondheidscentrum Tarwezigt werkt mee aan het

versterken van de eerste lijn. Het centrum is NHG-

geaccrediteerd en is aangesloten bij het Rotterdamse

netwerk van academische praktijken dat de komende

tijd gestalte krijgt. Dat betekent onder meer dat de

huisartsenpraktijken hun database met patiëntgege-

vens gaan openstellen voor onderzoek. ‘Je moet bij de

les blijven’, zegt Athumani. Hij is ervan overtuigd dat

het huisartsenvak gediend is met goed wetenschappe-

lijk onderzoek. ‘Als huisarts volg je natuurlijk nascho-

ling en doe je mee aan het Farmacotherapeutisch

Overleg. Maar het is ook goed om mee te doen aan

wetenschappelijk onderzoek, je daarin te verdiepen en

de uitkomsten daarvan met elkaar te bespreken. Het

levert niet alleen betere patiëntenzorg op, maar ook

kwalitatief goede huisartsenzorg, het versterkt het vak.’

Een mooi voorbeeld van innovatie is een project rond

ouderenzorg. ‘Onze praktijkondersteuner gaat op de

fiets ouderen thuis bezoeken. Ze gaat na of ze zich

nog kunnen redden in het dagelijks leven en hoe het is

gesteld met de polyfarmacie.’ •

Tekst: Corina de Feijter/de foto’s zijn in Tanzania gemaakt

30de EERsTEliJns nr. 5 ~ juni 2011

Page 31: De Eerstelijns Nummer 5 2011

Hoeveel patiënten zie je dagelijks? Hoe hebben jullie de zorg na vijf uur gere-

geld? Wat is het verschil tussen een doktersassistent en praktijkondersteuner?

De groep Chinese beleidsmakers, artsen, doktersassistenten en verpleegkundi-

gen die vorige maand een aantal Rotterdamse gezondheidscentra bezocht, zat vol

vragen over hoe wij de eerste lijn organiseren.

Het ijs is bij binnenkomst direct gebroken. Hoe kan

het ook anders als de gastvrouw en gastheer je in je

eigen taal verwelkomen. Maatschappelijk werkster

Lai Ming Cheung, werkzaam in gezondheidscen-

trum Katendrecht en Athumani Athumani, huisarts

in gezondheidscentrum Tarwezigt, gaan het gesprek

moeiteloos aan.

De zestien mensen uit Shanghai willen van alles

weten. Het gaat er informeel aan toe. “Jullie moeten

een goede relatie met de tweede lijn hebben”, merkt

iemand op. Hij denkt dat de huisarts voor iedere

patiënt die hij verwijst een bepaald bedrag krijgt. Hoe

pakken we infectieziekten aan? Een instantie als onze

GGD kennen ze in China niet.

liever stad dan platteland

Onze eerste lijn kenmerkt zich door laagdrempelig-

heid en zorg dicht bij de mensen in de wijk. Is dat iets

om ook in Shanghai, een stad met 22 miljoen inwo-

ners, door te voeren? De Chinese huisarts bestaat niet.

Zorg wordt geleverd vanuit ziekenhuizen; zonder geld

en relaties kom je niet ver. Ook China kent een toe-

nemende vergrijzing, meer chronische ziekten en co-

morbiditeit. De beleidsmakers zouden graag zien dat

hun dokters en verpleegkundigen ook zorg in de wijk

gaan leveren. Dat vergt een cultuuromslag: het idee

leeft dat een dokter in een ziekenhuis meer aanzien

heeft. De animo onder hen is niet groot om in een

praktijk te gaan werken op het platteland waar de faci-

liteiten stukken minder zijn dan in een ziekenhuis.

Klachten onbekend fenomeen

In haar kleine notitieboekje noteert de Chinese vrouw

de stappen die we hier ondernemen als een patiënt een

klacht heeft. Ze kijkt verbaasd, want een patiënt met

een klacht, dat kennen ze niet in haar land. Of neem

zoiets als triage. Onze assistenten en dokters kijken

naar de symptomen en vragen die goed uit middels tri-

age. Chinese dokters zijn niet gericht op symptomen,

maar kijken naar alle klachten van de patiënt. Dat

maakt triage een stuk lastiger.

Uitleggen hoe onze verzekeringsstelsel in elkaar steekt

en wat een eigen risico is, valt niet mee. De bezoekers

kijken er van op dat patiënten na een bezoek aan de

huisarts zo door kunnen lopen naar de aangrenzende

apotheek. •

De eerste lijn Door chinese ogen

Later die week bezochten ze een gezondheidscentrum in Capelle aan de

IJssel, waar ze werken met een medicijnrobot, en in Nesselande. dat zich

ontwikkelt in de richting van een anderhalflijns centrum. De organisatie

was in handen van ROC Zadkine, dat contacten met de Universiteit van

Shanghai onderhoudt.

MENSEN &

MOTIVATIE

de Chinese delegatie voor het

gezondheidscentrum Katendrecht

de EERsTEliJns nr. 5 ~ juni 201131

Page 32: De Eerstelijns Nummer 5 2011

EXECUTIVE MASTERCL ASS EERSTELI JNS BESTUURDERSDe eerstelijns gezondheidszorg is een dynamisch werkveld. Er komen nieuwe organisaties op, er is behoefte aan onder-nemerschap en aan bestuurders die inzicht hebben in geavanceerde bedrijfsvoering, zoals met zorggroepen en facilitaire organisaties. De nieuwe marktregels en het politieke krachtenveld vragen om strategisch inzicht. Patiëntenparticipatie, zelfmanagement en klanttevredenheid zijn vernieuwende elementen in het zorgproces. Er is behoefte aan een op de praktijkgerichte leergang die de snelle veranderingen kan duiden en een handvat biedt om goed te besturen: de Executive Masterclass Eerstelijns Bestuurders.

VO O R B E S T U U R D E R S VA N E E R S T E L I J N S O R G A N I S AT I E SDe Masterclass wordt gegeven voor bestuurders van eerstelijns organisaties die strategisch leiding geven aan gezondheidscentra, thuiszorg-organisaties, zorggroepen, huisartsenlaboratoria, regionale ondersteuningsorganisaties voor eerstelijnszorg, huisartsenposten, GGD, directies van koepel-, branche- of patiëntenorganisaties en commerciële eerstelijns organisaties. Accreditatie voor professionals wordt aangevraagd.

A C T U E L E O N T W I K K E L I N G I N P E R S P E C T I E F VA N E E R S T E L I J NIn de Executive Masterclass presenteren topdocenten en ervaringsdeskundigen de actuele ontwikkelingen in het perspectief van de eerstelijns zorg. De vier aandachtsterreinen in het programma zijn: - Organisatiestrategie [positionering, onderscheidend vermogen, marketing, samenwerken of concurreren, macro-economische ontwikkelingen, patiëntenperspectief] - Bedrijfsprocessen [ketenzorg, shared service centers, communicatie & connectivity, ICT, sturen op resultaat, kennis- en veranderingsmanagement] - Financiering [ketenfi nanciering, substitutie, fi nanciering door banken, bouwen/gebouwbeheer] - Juridische zaken [private public samenwerking, rol van toezichthouders NMa en NZa, juridische constructies, wetgeving, ethisch ondernemen]

A C H T B I J E E N KO M S T E N VA N T W E E DAG E NDe Masterclass omvat acht bijeenkomsten van twee aaneengesloten dagen met overnachting in een vergaderhotel in het centrum van het land (totaal 40 dagdelen).Data 2011: 15 – 16 september, 13 – 14 oktober, 17 – 18 november 2011Data 2012: 12 – 13 januari, 16 – 17 februari, 15 – 16 maart, 12 – 13 april, 24 – 25 mei 2012.Gekozen is voor een kortdurend programma met beperkte overhead, conform de cultuur van de eerste lijn. De kosten per deelnemer bedragen € 9100 (betaling in twee termijnen mogelijk); exclusief kosten van overnachting.

O R G A N I S AT I EDe Executive Masterclass voor Eerstelijns Bestuurders wordt georganiseerd door TRANZO, Wetenschappelijk centrum voor transformatie in zorg en welzijn van Tilburg University. Er is accreditatie verleend voor huisartsen, verloskundigen, eerstelijns psychologen en apothekers. Accreditatie voor andere 1e lijn disciplines is aangevraagd. Programmaleiding: Prof. dr. Dinny de Bakker en Jan Erik de Wildt MHA. Meer informatie of voor aanmelding: Jan Erik de Wildt [email protected] 06 – 51821078 of Emely Scharbaai [email protected] 013 – 46636

De Masterclass zet actuele ontwikkelingen in een theoretisch kader

Interactie tussen wetenschap, praktijk en zorgvraagInteractie tussen wetenschap, praktijk en zorgvraag

28

Page 33: De Eerstelijns Nummer 5 2011

Door de schaalvergroting en de toenemende complexiteit en verantwoordelijk-

heid in de eerstelijnszorg, groeien de eisen die aan eerstelijnsbestuurders wor-

den gesteld. Ook voor zittende bestuurders is het investeren in competentie-

ontwikkeling te overwegen. Maar over welke competenties moet een eerstelijns

bestuurder beschikken?

In het kader van de Masterclass eerstelijnsbestuur-

ders heeft Van Campen Consulting een database met

competentieprofielen tot haar beschikking. Daarnaast

is een expertgroep van ervaren eerstelijnsbestuurders

verzocht om de competenties te beoordelen. Op basis

hiervan zijn de volgende acht kerncompetenties gese-

lecteerd uit een groep van 36 competenties die aan de

functie van eerstelijnsbestuurder zijn gekoppeld.

• Analyseren

• Besluitvaardigheid

• Omgevingsbewustzijn

• Pro-activiteit

• Overtuigingskracht

• Integriteit

• Ondernemerschap

• Visie

Beoordeling

Voor eerstelijns bestuurders die zichzelf willen beoor-

delen en benchmarken bestaat een internetapplicatie.

Naast een persoonlijke en individuele beoordeling kan

ook gekozen worden voor een uitgebreidere screening

door collegabestuurders, toezichthouders of managers

te bevragen. Tot slot kan gekozen worden voor een

doorlopende meting, waarbij periodiek de competen-

tieontwikkeling gemeten wordt.

Zelfonderzoek

Wilt u weten of u aan het profiel van een eerstelijnsbe-

stuurder voldoet? Of wilt u weten op welke onderde-

len u zich verder kunt bekwamen? Dan kunt u deelne-

men aan een anoniem zelfonderzoek via internet. Dit

is een gevalideerd onderzoek dat bestaat uit een capa-

citeitstest (78 minuten), een persoonlijkheidsvragenlijst

(20 minuten) en een drijfverentest (10 minuten). Elke

deelnemer krijgt een individuele rapportage toege-

stuurd. De screening wordt begeleid door de arbeids-

en organisatiepsycholoog Sara Bloemers, die telefo-

nisch een terugkoppeling geeft over de testresultaten.

Uw gegevens worden anoniem gebruikt om de data-

base van eerstelijnsbestuurders verder te ontwikkelen.

De onderzoekers van Van Campen Consulting zijn

verplicht tot geheimhouding. Het is niet toegestaan om

aan derden enige mededeling te doen over uw score

en/of organisatie.

meedoen?

De kosten van dit competentieonderzoek bedragen € 250

per deelnemer. Door sponsoring van TRANZO/

Universiteit van Tilburg/Masterclass eerstelijnsbe-

stuurders betalen de eerste 50 deelnemers slechts €

200 per deelnemer. Voor inschrijving voor dit com-

petentie-onderzoek of uitgebreidere onderzoeken met

meerdere personen, kunt u contact opnemen met drs

Sara Bloemers arbeids- en organisatiepsycholoog bij

Van Campen Consulting, telefoon 0413 – 375711 of

mail [email protected]. •

Digitaal zelfonderzoek naar capaciteit, persoonlijkheid en drijfveren

competentieproFiel eerstelijnsBestuurDers

ADVERTORIAL

Anoniem

zelfonderzoek via een

internetapplicatie

33 de EERsTEliJns nr. 5 ~ juni 2011

Page 34: De Eerstelijns Nummer 5 2011

Dat in de opleidingen meer aandacht besteed moet worden aan de verschillende

competenties die nodig zijn om binnen en buiten de eerste lijn meer met elkaar

te gaan samenwerken, is een open deur! Recent herhaalden 40 experts dit cli-

ché. De wijze waarop dat moet gebeuren, blijft onduidelijk. Evenals de betekenis

voor de huidige generatie zorgverleners die opgeleid is in een ‘ouder’ paradigma.

Dit artikel beschrijft de consequenties voor het opleiden aan de hand van twee

recente ontwikkelingen: een Lancet-rapport over het opleiden van zorgprofessio-

nals en de entree van nieuwe beroepen in de eerste lijn.

In december 2010 verscheen een lijvig rapport en

artikel over Health Professionals for a new century

[1]. Aanleiding voor dit rapport zijn vier belangrijke

ontwikkelingen.

• Snelle demografische en epidemiologische ver-

anderingen zetten alle gezondheidszorgsystemen

onder druk.

• Toenemende eisen van de bevolking voor gezond-

heidszorg op maat.

• Technologische innovaties.

• Professionele taakdifferentiatie.

Het gevolg is dat de zorg kostbaarder en meer

complex wordt en dus meer eisen stelt aan de hui-

dige werkers in de zorg en aan het zorgsysteem.

Wereldwijd hebben alle systemen daar moeite mee,

ook in Nederland. De basis voor de verandering moet

worden gelegd in de opleidingen. Maar de zorgoplei-

dingen passen zich niet in hetzelfde tempo aan.

hardnekkige problemen

De huidige cultuur van zorginhoudelijke professionals

houdt een aantal hardnekkige problemen in stand.

Zoals:

• mismatch van zorginhoudelijke competenties met

de noodzakelijke mens- en populatiegerichte com-

petenties;

• slecht multidisciplinair teamwerk;

• persisterende man/vrouw verschillen naar profes-

sionele status;

• beperkte focus op de technologische veranderin-

gen;

• focus op episode georiënteerde zorg in plaats van

continue zorg;

• dominante ziekenhuisoriëntatie ten koste van de

eerste lijn, of anders gezegd een dominante ziek-

teoriëntatie in plaats van generieke mensoriëntatie;

• zwak leiderschap in de zorgsector.

De inspanningen om de veranderingen in te voeren

strandden meestal door het zogenaamde ‘tribalism of

the professions’. In andere woorden: de neiging van de

diverse professies om in isolatie of zelfs in competitie

met anderen te handelen. Deze analyse is zeker ook

JAN VAN ES

INSTITUUT

Eerstelijnsopleidingen:

van ZorginhouDelijKe proFessional naar eerstelijnsleiDer!

34de EERsTEliJns nr. 3 ~ april 2011

Page 35: De Eerstelijns Nummer 5 2011

van toepassing op de Nederlandse situatie, waar vrij-

wel geen enkele opleiding de behoeften van de patiënt

en populatie centraal zet. Veel opleidingen gaan nog

uit van de monodisciplinaire kennis en zetten mond-

jesmaat in op interprofessionele competenties.

paradigmashift?

Om een verandering in gang te zetten ziet de Lancet

commissie de oplossing in ander opleidingsconcept:

van een dominant via een interprofessioneel naar een

concept van transformative learning. Met als doelstel-

ling change agents op te leiden (zie figuur).

Transformationeel leren vraagt om drie fundamentele

veranderingen:

• van feitenkennis naar een actieve leerhouding,

gericht op onderzoek, analyse en synthese voor

besluitvorming;

• van zoeken vanuit professionele waarden naar

kerncompetenties voor effectieve samenwerking en

• van kritiekloze adoptie van het geleerde naar

creatief gebruik van (wereldwijde) hulpbronnen om

deze in te zetten voor de lokale prioriteiten.

Met andere woorden, we zoeken naar nieuwe profes-

sionals en nieuw leiderschap in de zorg die in staat zijn

om de steeds snellere ontwikkelingen te vertalen naar

een steeds weer passend zorgaanbod. Het gaat niet

meer alleen om kennis van professionals, maar om

een competentie bij alle zorgverleners om steeds weer

te kunnen schakelen in de nieuwe omgeving. De vak-

inhoudelijke kennis en het zijn van professional moet

worden ingezet in een multidisciplinaire omgeving,

waarbij men in een team van rol moet kunnen wis-

selen, afhankelijk van de noden van de patiënt. Deze

cultuurverandering sluit nauw aan bij de essentiële

elementen die volgens ons nodig zijn om het door de

burger ervaren vloeiende proces van zorg- en dienst-

verlening in de eerste lijn te realiseren.

recente nieuwe beroepen

Door de toename en de grotere complexiteit van de

zorgvraag en de demografische veranderingen van het

arbeidspotentieel in de eerste lijn, zien we veel nieuwe

beroepen hun intrede doen, met name in de huisarts-

praktijk. De noodzaak van effectief teamwerk is aan

de orde van de dag voor elke groeiende organisatie. De

toenemende druk op de eerste lijn om meer zorg in de

buurt te leveren die is afgestemd met alle andere zorg-

verleners en het weghouden van zorg uit de tweede lijn

(substitutie) vraagt om een ander type zorgverlener en

nieuw leiderschap (change agents).

aanvullende competenties

Effectief en systematisch teamwerk in termen van

samenwerking, communicatie en gedeelde visie en

verantwoordelijkheden, niet alleen met de andere

zorgverleners maar bovenal samen met de patiënt, èn

eerstelijnsleiderschap met een focus op de noden van

de populatie, zijn noodzakelijke aanvullingen op de

huidige competenties. De opleidingen hebben deze

competenties nog onvoldoende opgenomen. Voor de

beschrijving van deze competenties bevelen wij aan

om aan te sluiten bij de CanMEDS [2] methodiek en

de elementen van het Expanded Chronic Care Model

[3]. De vruchten van deze paradigmashift zullen nog

lang op zich laten wachten. Intussen zal de huidige

generatie zorgverleners zo goed mogelijk moeten wor-

den ondersteund om de noodzakelijke cultuurverande-

ring door te voeren. •

Bronnen:

[1] Health professionals for a new century: transforming education to

strengthen health systems in an interdependent world; The Lancet Vol

376 December 4, 2010

[2] CanMEDS: Royal College of Physicians and Surgeons of Canada

[3[ Expanded Chronic Care Model: World Health Organization

opleiden nieuwe leiders

Het Jan van Es Instituut wil zich met haar partners in haar scholings-

activiteiten nadrukkelijk profileren om deze paradigmashift te realise-

ren. Met masterclasses, leergangen en trainingen voor zorgverleners

en bestuurders in de eerste lijn worden nieuwe leiders met aanvul-

lende competenties opgeleid.

35 de EERsTEliJns nr. 5 ~ juni 2011

Page 36: De Eerstelijns Nummer 5 2011

Bij het komende afscheid van Wil Hameleers, medisch specialist in de regio Zuid

bij de divisie Medici & Vrije Beroepen van ABN AMRO, bevestigt de bank haar

strategie. Waar praktijkbegeleiding veelal in het verleden naar het intermediair

ging, wordt dat nu zelf steeds meer ter hand genomen. ‘Wij kennen de klant als

geen ander en met het toegenomen ondernemerschap in de eerste lijn, moeten we

deze dienstverlening niet meer onnodig uitbesteden,’ verklaart Ronald Dijkstra.

Ronald Dijkstra is Hoofd Financiële Planning en

Medici & Vrije Beroepen bij ABN AMRO in Zuid-

Nederland. Hij legt uit: ‘Onze klanten in het medi-

sche beroep zijn veranderd. Net zoals de bakker en de

slager niet meer op de hoek van de straat hun winkels

hebben, zijn de huisartsen en paramedici veelal toege-

treden tot grotere organisaties of hebben zich op gro-

tere, centraal gelegen locaties gevestigd. Gebleven is de

behoefte van de patiënt aan persoonlijk contact met

zijn zorgverlener in de eerste lijn. Wat evenmin veran-

dert, is de persoonlijke band tussen de zorgprofessional

en zijn adviseur in de bancaire wereld. De contacten

worden veelal in de studietijd gelegd, of soms nog eer-

der als kinderen in de medische voetsporen van hun

ouders stappen. Daarna houden we de hele levenscy-

clus contact met elkaar.’

steeds meer ondernemerschap

‘Tijdens de levenscyclus passeren allerlei belangrijke

momenten: studeren en specialiseren, de eerste prak-

tijkvoering, een eventuele inkoop in een maatschap, de

ontwikkeling van een nieuw gezondheidscentrum en

PRAKTIJK-

ORGANISATIE

EN BEDRIJFS-

VOERING

Adviseur tijdens hele levenscyclus

aBn amro neemt praKtijKBegeleiDing nog meer in eigen hanD

Ronald dijkstra: Als we alle kennis en know-

how zelf in huis hebben, waarom doen we de

praktijkbegeleiding dan niet zelf ?

‘Bij het groeien van het

ondernemerschap hoort

praktijkbegeleiding’

36de EERsTEliJns nr. 5 ~ juni 2011

Page 37: De Eerstelijns Nummer 5 2011

tenslotte de overdracht van de praktijk.’ Zo vervolgt

Ronald Dijkstra. ‘Door de opkomst van zorggroepen,

de uitbreiding van maatschappen en taakherschikking

in de praktijk naar een groter aantal medewerkers,

worden de geldstromen groter en ingewikkelder. Het

komt steeds meer aan op ondernemerschap, hoewel de

zorgverlener hiervoor niet is opgeleid.

Van onze kant, alsmede vanuit de Autoriteit Financiële

Markten, worden steeds meer vragen gesteld bij kre-

dietverstrekking. Goede jaarcijfers, een gedegen risico-

analyse en een marktverkenning moeten een gezonde

praktijkvoering onderbouwen.’

het gelijk aan zijn kant

‘We zijn steeds meer de praktijkbegeleiding gaan doen,

want als bank hebben we alles in huis om dat zelf te

doen. Onze medisch specialist Wil Hameleers heeft

hierin altijd voorop gelopen. Hij kan zich als geen

ander inleven in een klant en heeft nooit begrepen

waarom ABN AMRO in deze fase van de levenscyclus

niet meer prominent aanwezig was.

Het is niet alleen een interessant en leuk onderdeel van

ons vak, juist door onze enorme kennis van de klant

kunnen we hem als geen ander begeleiden, zo stelde

hij altijd. Hij heeft het gelijk steeds meer aan zijn kant

gekregen nu het ondernemerschap en de risico’s in de

praktijkvoering meer op de voorgrond treden.’

netwerk van experts

Ronald Dijkstra verklaart verder: ‘Als we alle kennis en

knowhow zelf in huis hebben, waarom doen we prak-

tijkbegeleiding dan niet zelf ? Naast een goed advies

en een gedegen uitvoering hebben we een uitgebreid

netwerk onafhankelijke fiscalisten, juristen, accoun-

tants, notarissen en projectontwikkelaars beschikbaar.

Een netwerk waarin we de onderlinge contacten en de

deskundigheidsbevordering stimuleren. Daarom heeft

ABN AMRO besloten om landelijk nog meer zelf de

praktijkbegeleiding voor onze cliënten te gaan doen.

Zij kunnen hiervan optimaal profiteren. Onze cliënt

kan zijn leven lang in alle (medische) aspecten op ons

blijven rekenen.’’ •

Tekst: Kees Kommer/Fotografie: ABN AMRO.

Dankzij zijn passie

Wil Hameleers is al bijna 40 jaar werkzaam in het zakelijk advies bij

ABN AMRO Bank N.V. Sinds 1994 is hij als medisch specialist verbon-

den aan de Financiële Planning voor Medici & Vrije Beroepen in Zuid-

Nederland. In het najaar staat zijn pensioen voor de deur, nadat hij

al vanaf 1974 voor de bank de relaties in diverse sectoren in Limburg

heeft behartigd. Na jaren van zakelijk en agrarisch advies, stapte hij

een kleine 20 jaar geleden over naar het medisch specialisme. Elke arts

of specialist en tal van paramedici in Limburg kennen Wil Hameleers.

‘Hij wordt vaak beschouwd als een nestor voor het vak, een man die

meer dan 24 uur per dag voor zijn klanten klaar staat, die zich kan

inleven, vertrouwd de zaken doet en familiair de relatie op de eerste

plaats stelt. Op het moment dat hij in het najaar afscheid neemt van

de bank en zijn cliënten, is een lang gekoesterde wens in vervulling

gegaan. Hij heeft er jarenlang voor gepleit om praktijkbegeleiding meer

prominent als dienstverlening binnen ABN AMRO aan te bieden. Dat is

mede gebeurd door de passie die Wil Hameleers heeft voor het vak van

bancair specialist.’

Wil Hameleers gelooft het zelf nog niet,

maar neemt aanstaand najaar afscheid

van zijn functie als medisch specialist bij

ABN AMRO.

Wilt u meer

weten over

uwfinanciële

mogelijkheden?

Stuur dan een

mailtje naar

ronald.dijkstra@

nl.abnamro.nl.

‘Bij het groeien van het

ondernemerschap hoort

praktijkbegeleiding’

ADVERTORIAL

de EERsTEliJns nr. 5 ~ juni 201137

Page 38: De Eerstelijns Nummer 5 2011

Copyright ©2010 Merck Sharp & Dohme Corp., a subsidiary of Merck & Co., Inc., Whitehouse Station, NJ, USA. All Rights Reserved.

Wij vinden dat het ook onze verantwoordelijkheid is om onze geneesmiddelen en vaccins bij de mensen te krijgen die ze nodig hebben, ongeacht waar ze wonen en of ze er geld voor hebben. Om dit te verwezenlijken hebben we vele verreikende programma’s en samenwerkingsverbanden opgezet. Meer informatie vind je op onze website msd.nl.

Door de fusie tussen MSD en Schering-Plough hebben we meer en betere mogelijkheden om mee te helpen om de wereld gezonder te maken. Onze doelstellingen zijn duidelijk en onze betrokkenheid is groot, om gezondheidsvraagstukken op te lossen en nieuwe antwoorden te vinden.

Bij MSD werken wij mee aan een gezonde wereld. Hoe? Door innovatieve geneesmiddelen en vaccins te verstrekken aan mensen over de hele wereld. We bieden ook toonaangevende oplossingen waarmee we het leven van miljoenen patiënten verbeteren. We luisteren goed naar patiënten, artsen en onze andere partners en anticiperen op hun behoeften.

Not just healthcare.

1040001-Ad_210x270_staand.indd 1 25-03-11 12:14

Page 39: De Eerstelijns Nummer 5 2011

Uiteindelijk kwam het er toch. Minister Edith Schippers van VWS opende in mei

het Medisch Centrum Vathorst. Ze toonde zich bijzonder enthousiast over de

grote variatie in zorg onder één dak. Hiervoor moesten de zorgverleners een fail-

lissement van het stichtingsbestuur overleven. Samen met Casa Medica hebben

zij de verdere ontwikkeling ter hand genomen. Hun onderlinge band is gegroeid

en er is in deze Amersfoortse Vinexwijk invulling gegeven aan een steeds meer

omarmd concept van complete basiszorg.

‘We kennen elkaar als zorgaanbieders goed, het is

beslist geen bedrijfsverzamelgebouw geworden,’ ver-

telt huisarts Felix van den Wissel. ‘De constructie zit

zo in elkaar dat we zeven hoofdhuurders hebben die

bij de woningcorporatie Portaal Eemland hun ruimte

huren. Dit zijn de huisartsen van Arcanum, de Escura

Apotheek, Fysiotherapie Fyzie, de GGD Midden-

Nederland, het RIAGG Amersfoort, Trajectum en

de thuiszorgorganisatie Beweging 3.0. De andere

zorgaanbieders zijn onderhuurders. Met logopedie,

eerstelijns psychologie, verloskunde, Mensendieck,

podotherapie, het Centrum voor Jeugd & Gezin, diag-

nostiek van Saltro, de KNO-arts van Van Linschoten

Specialisten, LIV Voeding & Leefstijladvies en het eer-

stelijns chirurgisch centrum van de Oranje Klinieken

komen we op 20 zorgaanbieders.’

meer dan “pluis” en “niet pluis”

‘Dit laat zien dat we naar een compleet aanbod in de

eerste lijn streven. Een brede basiszorg, inclusief pre-

ventie, maatschappelijke ondersteuning, gemeentelijke

taken en geestelijke gezondheidszorg. Een gezond-

heidscentrum is bijvoorbeeld niet compleet als het

geen bijdrage kan leveren in jeugdzorg. Het moet een

centrum zijn waarop de bewoners in de wijk trots kun-

nen zijn. Het is hun centrum, waar ze zich hartelijk

ontvangen voelen en het verblijf geen straf is. Het is

mooi dat je als huisarts hier verder kunt gaan dan in

het traditionele aanbod van eerstelijnszorg. Wij zetten

hier stappen naar anderhalvelijnszorg met kleine chi-

rurgische verrichtingen. We gaan verder dan “pluis”

en “niet pluis”. In een aantal gevallen kunnen we door

een gespecialiseerde arts of verpleegkundige een diag-

PRAKTIJK-

ORGANISATIE

& BEDRIJFS-

VOERING

Medisch Centrum Vathorst opent met concept voor complete basiszorg

stap in anDerhalve lijn

Minister edith Schippers en Felix van den

Wissel tijdens de opening van Medisch

Centrum Vathorst.

39 de EERsTEliJns nr. 5 ~ juni 2011Copyright ©2010 Merck Sharp & Dohme Corp., a subsidiary of Merck & Co., Inc., Whitehouse Station, NJ, USA. All Rights Reserved.

Wij vinden dat het ook onze verantwoordelijkheid is om onze geneesmiddelen en vaccins bij de mensen te krijgen die ze nodig hebben, ongeacht waar ze wonen en of ze er geld voor hebben. Om dit te verwezenlijken hebben we vele verreikende programma’s en samenwerkingsverbanden opgezet. Meer informatie vind je op onze website msd.nl.

Door de fusie tussen MSD en Schering-Plough hebben we meer en betere mogelijkheden om mee te helpen om de wereld gezonder te maken. Onze doelstellingen zijn duidelijk en onze betrokkenheid is groot, om gezondheidsvraagstukken op te lossen en nieuwe antwoorden te vinden.

Bij MSD werken wij mee aan een gezonde wereld. Hoe? Door innovatieve geneesmiddelen en vaccins te verstrekken aan mensen over de hele wereld. We bieden ook toonaangevende oplossingen waarmee we het leven van miljoenen patiënten verbeteren. We luisteren goed naar patiënten, artsen en onze andere partners en anticiperen op hun behoeften.

Not just healthcare.

1040001-Ad_210x270_staand.indd 1 25-03-11 12:14

Page 40: De Eerstelijns Nummer 5 2011

nose laten stellen, waarop vervolgens in het ziekenhuis

een behandeling volgt. Het ziekenhuis moet dan de D

uit de nieuw te openen DBC schrappen.‘

Klantgericht inloop spreekuur

Tijd voor een voorbeeld? ‘Bij een sterilisatie bij een

man in de eerste lijn ligt het percentage complicaties

op slechts 2%, terwijl dat in het ziekenhuis op 6 – 8%

ligt. Vergeet ook niet hoe veel prettiger het voor een

patiënt is dat hij voor een kleine ingreep snel in zijn

gezondheidscentrum in de wijk terecht kan en niet

naar een ziekenhuis hoeft. Ik ben er voorts van over-

tuigd dat 80% van de bezoeken aan een huisartsenpost

geen direct spoedeisend karakter heeft. Met webcon-

sult en een betere triage aan de telefoon kan de ANW-

dienst gedeeltelijk terug naar een gezondheidscentrum.

Wellicht verklaart dit de grote populariteit van ons KIS:

het Klantgericht Inloop Spreekuur, waar onze patiën-

ten 24 uur per dag, 5 dagen vooruit, zelf een afspraak

kunnen maken via de website. Het is een innovatieve

service voor een beperkt aantal “kleinere” klachten

die de patiën ten vooraf kenbaar maken. De KIS heeft

een eigen wachtkamer met 2 ruimtes waar de diagnose

wordt gedaan, vergelijkbaar met een ziekenhuis.’

je moet keuzes maken

Sinds de invoering van de Zorgverzekeringswet, weet

Felix van den Wissel hoe hij zich als huisarts moet

opstellen. ‘We werden ondernemers, stapten over van

het publieke naar het private domein. In een vraag- en

aanbodgestuurde markt moet je ondernemend zijn en

ondernemend handelen. Je moet een keuze maken:

ondernemer of zorgverlener. Huisartsen proberen

vaak nog beide professies te combineren, dat werkt

steeds minder goed.’ Eerder stond hij voor een andere

beslissing. Hij raakte tijdens zijn studie Geneeskunde

geïnteresseerd in orthopedie. Maar gaandeweg die

specialisatie zag hij in dat het specialisme zijn belang-

stelling voor het totale mensbeeld in de weg stond.

‘Het werk was veel meer gericht op armen en benen,

dan op de mens erachter. Ik miste het holistische.’

Het interieur van

een van de spreek- en

behandelkamers.

40de EERsTEliJns nr. 5 ~ juni 2011

Page 41: De Eerstelijns Nummer 5 2011

Differentiëren en specialiseren

Hij besloot te kiezen voor het vak waarom hij ooit

geneeskunde was gaan studeren. ‘Ik ben dokter met

heel mijn gevoel. Daarom ben ik naar de huisartsen-

opleiding overgestapt. Daar heb ik me een beeld van

de zorg van de toekomst gevormd. Als huisartsen

meer gaan differentiëren en specialiseren, zoals ik

zelf eigenlijk heb gedaan, kunnen zij meer taken van

ziekenhuizen overnemen. Hiervoor heb ik het Win4

model bedacht: de patiënt moet er beter van worden,

de verzekeraar wil doelmatigheid en kwaliteit, de zorg-

aanbieder wil leuk werk doen en geld verdienen en de

overheid wil antwoord op grote zorgvragen. Je houdt

de zorg alleen betaalbaar als je de tweede lijn ont-

last, daarom moet de eerste lijn sterker worden. Geen

onnodige verwijzing naar het ziekenhuis, geen onno-

dige opening van kostbare tweedelijns DBC’s.’ Zaagt

een anderhalve lijn zo aan de stoelpoten van het zie-

kenhuis? ‘Het is niet anders: er zijn te veel ziekenhui-

zen.’

in een nieuwe schil

Het komt er volgens Felix van den Wissel op neer dat

zich rond de tweede lijn een nieuwe schil ontwikkelt

die zorg van ziekenhuizen overneemt, zonder de kost-

bare DBC’s te openen. ‘Het is zorg op basis van een

veel goedkoper consultatietarief, bijvoorbeeld voor

verpleegkundig specialisten. Met een goede schifting

komt ook een deel van de poliklinische zorg in de eer-

ste lijn. Uiteraard volgens NHG-standaarden en uitge-

voerd in gecertificeerde praktijken. Voor de tweede lijn

rest dan de taak om topklinische zorg te leveren. We

hebben hierover langdurig overlegd met het Meander

Medisch Centrum, het topklinische ziekenhuis in

Amersfoort, maar zijn er niet uitgekomen. Ondanks

dat past het Medisch Centrum Vathorst uitstekend in

die nieuwe schil.’ •

Tekst: Kees Kommer/Fotografie: Daniëlle Jaspers

Casa Medica

Na het faillissement van de Stichting Gezondheids-

centrum Vathorst, veroorzaakt door “te hoge

onderzoeks-, advies- en exploitatiekosten”, hebben

de huisartsen Casa Medica ingeschakeld om het sle-

pende project vlot te helpen trekken. Sinds januari

2009 is aan de nieuwe ontwikkeling gewerkt en het

medisch centrum is door het zusterbedrijf Built By

De Wildt op fraaie wijze verder afgebouwd.

de initiatiefnemers

Frans Fluitsma (l.)

en Jan Pier van

Kooten met Ariane

Hamming.

41 de EERsTEliJns nr. 5 ~ juni 2011

Page 42: De Eerstelijns Nummer 5 2011

Ze las in het Pharmaceutisch Weekblad over het Congres

Oncologie van de KNMP. Terwijl ze in de apotheek merkte dat

het voor kankerpatiënten in de laatste levensfase heel belangrijk

is om een vast aanspreekpunt te hebben. Zo ontwikkelde zich

bij Lotte Sijben in Service Apotheek Malden de gedachte om een

grotere rol te spelen in palliatieve zorg. In samenwerking met

alle huisartsen en de thuiszorgorganisatie.

NIEUWE

ORGANISTIE-

VORMEN

Palliatieve zorg, georganiseerd door service Apotheek Malden

‘vast aanspreeKpunt voor mensen met veel vragen’

In Service Apotheek

Malden, v.l.n.r.

Lotte Sijben, Marco

Lourens en Gertie

van Gemert.

Lotte Sijben is farmaceutisch consulent in deze apo-

theek. Ze startte begin dit jaar samen met haar apothe-

ker Marco Lourens, het project Palliatieve Zorg. ‘Om

continuïteit in palliatieve zorg te kunnen waarborgen,

zijn in de apotheek koppels gevormd van apothekers-

assistenten. Deze “buddy’s” hebben hun werktijden

op elkaar afgestemd, zodat altijd iemand beschikbaar

is bij vragen over medicatie in de laatste levensfase. In

deze fase richt zich de hulpverlening op het beperken

van lichamelijke klachten en de zorg voor emotionele

42de EERsTEliJns nr. 5 ~ juni 2011

Page 43: De Eerstelijns Nummer 5 2011

aspecten. Het is een periode waarin veel vragen op een

antwoord wachten. Hieraan kunnen we via de apo-

theek een bijdrage leveren, uiteraard in nauwe samen-

werking met de huisartsen en de thuiszorg.’ Met haar

HBO-diploma is ze verantwoordelijk voor de aanstu-

ring en begeleiding van het project.

extra aandacht, extra kennis

Palliatief wijkverpleegkundige Gertie van Gemert van

de Zorggroep Zuid-Gelderland (ZZG) ervaart in de

thuiszorg het verschil. ‘Je kunt nu echt samenwerken

met de apotheek. In de palliatieve zorg wijzigt de medi-

catie geregeld. Het is bijzonder fijn dat de apotheek

voorraad houdt van een breed scala medicijnen en

hulpmiddelen. Dat bijvoorbeeld een morfinecassette

direct geleverd kan worden. Zo nodig bezorgt de apo-

theek de medicijnen snel, ook op de niet standaardtij-

den. Zodat de patient binnen een kwartier zijn mate-

rialen heeft! Via de buddy’s is altijd iemand met extra

kennis over wondverzorging, mondverzorging, slikpro-

blemen, drinkvoeding of incontinentie beschikbaar in

de apotheek. Zij kennen de patiënten, denken mee en

zijn het vaste aanspreekpunt. Deze zorg van de apo-

theek is een belangrijke bijdrage om kwaliatief goede

zorg te leveren voor mensen in de laatste levensfase.

Er hoeft beduidend

minder aan medicijnen

en hulpmiddelen

weggegooid te worden.

innovatief door kostenreductie

Apotheker Marco Lourens heeft ook naar de kosten-

kant gekeken. ‘Wij leveren de medicijnen en hulpmid-

delen op maat. Een specialist van het ziekenhuis schrijft

bijvoorbeeld een recept voor twee maanden aan hulp-

middelen uit, maar wij zorgen in overleg met de thuis-

zorg voor “gedoseerd” afleveren. Er hoeft beduidend

minder aan medicijnen en hulpmiddelen weggegooid

te worden. Ook wat dat betreft, beschouw ik dit pro-

ject als een zorginnovatie. Ik heb het als zodanig bij

zorgverzekeraar Achmea voorgelegd. Toch is het pro-

ject niet gecontracteerd, met als argument dat het geen

gezondheidswinst oplevert in relatie tot de zorgkosten.

De vraag was of wij de palliatieve patiënten aan een

enquête konden laten meedoen, maar dat vind ik in

deze levensfase moeilijk te realiseren.’

project dat navolging verdient

De wijkverpleging, de huisartsen en de patiënten ken-

nen inmiddels de weg naar Service Apotheek Malden

voor palliatieve zorg. ‘We hebben het project duidelijk

gepresenteerd in het maandelijks overleg tussen apo-

thekers, verpleegkundigen en huisartsen in de gezond-

heidscentra De Vuursteen en De Kroonsteen. Er is een

folder beschikbaar met alle informatie. Het is een pro-

ject dat navolging verdient,’ vindt Lotte Sijben. ‘Niet

alleen in de palliatieve zorg, we denken aan uitbreiding

naar patiënten met complexe aandoeningen. We zijn

als buddy’s inmiddels breed geschoold en kunnen de

farmaceutische zorg uitstekend inhoud geven met zulke

projecten.’ •

Tekst: Kees Kommer/Fotografie: Mandy Brander-FARMAidee

Farmazorg Nijmegen

Service Apotheek Malden maakt deel uit van een groep van elf

apothekers in Nijmegen en omstreken die de maatschap Farmazorg

Nijmegen hebben gevormd. Hieronder valt sinds 2010 de dienst-

apotheek Nijmegen in het Canisius Wilhelmina Ziekenhuis. Service

Apotheek in De Kroonsteen heeft een nevenvestiging in gezondheids-

centrum De Vuursteen in Molenhoek. De palliatieve zorg wordt

vanuit De Kroonsteen georganiseerd.

Lotte Sijben: farmaceutisch consulent en

“buddy” in de palliatieve zorg van de apotheek.

Gertie van Gemert, palliatief

wijkverpleegkundige in de thuiszorg.

43 de EERsTEliJns nr. 5 ~ juni 2011

Page 44: De Eerstelijns Nummer 5 2011

Veel vragen die de laatste tijd door de eerste lijn aan Nicole Kien gesteld worden,

hebben betrekking op zorgverzekeraars. Het gaat er met name om hoe zij zich

gedragen in de onderhandelingen bij de inkoop van eerstelijnsketenzorg. Zij geeft

hier haar persoonlijke visie

Zorginkoop door zorgverzekeraars lijkt in de praktijk-

voorbeelden die ik de laatste tijd krijg aangereikt een

spel te zijn waarin macht, geld, onkunde en ongenuan-

ceerdheid meer aan de orde zijn dan dat er geprobeerd

wordt een innovatie in de eerste lijn te stimuleren. Een

vernieuwing met kwalitatief verantwoorde zorg voor

een chronisch zieke patiëntengroep die de komende

20 jaar alleen maar meer zorg gaat vragen. In som-

mige eerstelijnsorganisaties lijkt de wijze van zorgin-

koop door de betrokken zorgverzekeraars er zelfs toe te

leiden dat de eerste lijn overweegt te stoppen met het

leveren van integrale zorg aan de chronische patiënten

van deze zorgverzekeraars. Daarmee zou, naar mijn

mening, een fantastische ontwikkeling in de ketenzorg,

waar de eerste lijn uitermate trots op mag zijn, door

macht en geld weer om zeep worden gebracht.

ervaring met onderhandelen

Natuurlijk adviseren wij de eerste lijn met alle erva-

ring en deskundigheid die wij in tien jaar tijd met Kien

Legal hebben opgebouwd over de wijze waarop der-

gelijke probleemsituaties kunnen worden voorkomen

of doorbroken. Als juristen hebben we immers wel de

nodige onderhandelingservaring opgebouwd. Gelukkig

leidt dat regelmatig tot een opgeloste situatie. Als zo´n

discussie toch niet in der minne kan worden opgelost,

is er een echt probleem. Harde juridische acties zijn

namelijk moeizaam. Er kan vaak wel een beroep wor-

den gedaan op de in ons rechtssysteem neergelegde

‘preconctractuele goede trouw’ of op het marktorde-

ningsrecht of mededingingsrecht; het slagingspercen-

tage van die acties is vooralsnog laag.

Kostprijzen verschillen

Is dat omdat de eerste lijn ongelijk heeft? Ik vind van

niet. De eerste lijn bestaat doorgaans niet uit geldwol-

ven, artsen die alleen maar voor het geld werken of

investeerders die het grote geld ruiken. Andere terrei-

nen van de zorg laten dergelijke karakteristieken soms

wel zien, maar de eerste lijn heeft die karakteristieken

niet of nauwelijks. De harde opstelling van zorgverze-

keraars bij de inkoop van zorg in de eerste lijn begrijp

ik dus niet. Zo kom ik wel tegen dat er aan zorggroe-

pen gevraagd wordt of zij hun kostprijs tot op de laat-

ste cijfer en komma willen uitleggen en dat anders niet

gecontracteerd wordt. In plaats daarvan zou moeten

worden gesproken over de prijs-kwaliteitverhouding

van het zorgprogramma. Die kostprijs wordt door

de zorgverzekeraar dan openlijk vergeleken met die

van een andere zorggroep, waarna de vraag komt of

de zorggroep zich daaraan wil conformeren, onge-

acht of dat praktisch haalbaar is. Nog even en zorg-

BEKOSTIGING &

CONTRACTERING

ZorginKoop: Zorgen om De toeKomst!

Nicole Kien: ‘de

harde opstelling van

zorgverzekeraars

bij de inkoop van

zorg in de eerste lijn

begrijp ik niet.’

44de EERsTEliJns nr. 5 ~ juni 2011

Page 45: De Eerstelijns Nummer 5 2011

groepen kunnen beter in Nederland alle kostprijzen

en zorgprogramma´s vooraf naast elkaar leggen om

vervolgens een afgestemd product aan te bieden…..

Of nee, dat mag weer niet van de mededingingsauto-

riteiten! De definitie van vrij onderhandelbare tarieven

krijgt hiermee een heel andere dimensie. Is dit nu ver-

antwoorde zorginkoop?

geen onredelijk tarief

Ik kom ook tegen dat een zorggroep gewoon de eis

van de zorgverzekeraar krijgt om het tarief voor een

zorgprogramma te laten zakken, ongeacht het feit dat

datzelfde tarief al langere tijd door de dominante zorg-

verzekeraars wordt aanvaard. Een onredelijk tarief kan

het dan toch eigenlijk niet zijn anders was het nooit al

langer gecontracteerd? Toch houden zorgverzekeraars

in dergelijke gevallen ongenuanceerd voet bij stuk en is

het als het ware slikken of stikken. Soms wordt naar het

tarief in een andere zorggroep verwezen. Maar dat die

zorggroep de keten tegen die voorwaarden heeft weten

te organiseren met een dergelijke prijs, hoeft toch niet

te betekenen dat dat overal in Nederland tegen die-

zelfde voorwaarden kan?

Stel nu dat de zorggroep niet tot overeenstemming met

de zorgverzekeraar komt. Wat gebeurt er dan feitelijk

met de verzekerden van die verzekeraar? Zijn wij in

Nederland inmiddels bereid om te aanvaarden dat die

patiënten dan geen geïntegreerde eerstelijnszorg ont-

vangen, terwijl andere patiënten dat wel ontvangen? Ik

denk dat onze wetgeving dat zelfs in de weg staat.

plichten vervullen

Daar waar zorgverzekeraars voor hun verzekerden

een wettelijke plicht hebben om ervoor te zorgen dat

zij de zorg die zij nodig hebben gewoon conform de

stand van de wetenschap en de praktijk kunnen krijgen,

denk ik dat zorgverzekeraars nog maar eens heel goed

moeten bedenken of zij die plicht langs de huidige weg

van zorginkoop in de komende jaren kunnen blijven

vervullen. Ik voorspel namelijk dat, als zij zich blijven

opstellen zoals ik nu in veel gevallen die aan mij wor-

den voorgelegd zie gebeuren, zorgverkopers in de eer-

ste lijn (zorggroepen en anderen) de komende jaren de

moed op gaan geven. Als zorgverzekeraars zorginkoop

op deze wijze doorzetten, schat ik in dat die zorginkoop

de ontwikkeling van innovatie in de eerstelijnsgezond-

heidszorg ernstig in de weg gaat staan. Ik hoop dat het

nooit zo ver komt. •

Nicole Kien

Naschrift: Zoals ik al vaker uitleg, bereiken mij in mijn

praktijk altijd alleen de situaties waarin zaken fout

gaan. Daarmee is mijn beeld van de realiteit mogelijk

wat te negatief. Als u zorginkoop wel op prettig wijze

ervaart en het resultaat mag er ook naar zijn, felici-

teer ik u en uw zorgverzekeraar daarmee van harte en

wens u een voorspoedige voortzetting uw goede ver-

standhouding toe.

45 de EERsTEliJns nr. 5 ~ juni 2011

Page 46: De Eerstelijns Nummer 5 2011

46de EERsTEliJns nr. 5 ~ juni 2011

inFo Disclaimer

Alle auteurs- en/of databankrechten worden uitdrukkelijk

voorbehouden. Behoudens de in de Auteurswet gestelde uit-

zonderingen, mag niets uit deze uitgave van De Eerstelijns

zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uit-

gever worden verveelvoudigd, opgeslagen in enig geauto-

matiseerd gegevensbestand en/of openbaar gemaakt in eni-

gerlei vorm of op enige wijze. Aan de verstrekte informatie

in deze uitgave van De Eerstelijns kunnen geen rechten

worden ontleend. Hoewel aan het samenstellen en het tot-

standkomen van deze uitgave van De Eerstelijns de uiter-

ste zorg is besteed, kan de afwezigheid van (druk) fouten,

onjuistheden, onvolkomenheden en/of onvolledig heden

niet worden gegarandeerd en aanvaarden de auteur(s), de

redacteur(en) en de uitgever geen enkele aan sprakelijk heid

voor eventueel voorkomende (druk)fouten, onjuistheden,

onvolkomen-heden en/of onvolledigheden, noch ook voor

de gevolgen hiervan. De uitgever legt de gegevens van de

ontvangers van De Eerstelijns vast voor toezending van de

uitgaven De Eerstelijns, welke zodanige gegevens ook door de

uitgever kunnen worden gebruikt om hen informatie te ver-

strekken over relevante producten en diensten. Bij bezwaar

daartegen kan contact worden opgenomen met de uitgever.

aan Dit nummer WerKten mee: Athumani Athumani, Mandy Brander, Jeroen Cornelissen, Brigitte Drees, Corina de Feijter, Daniëlle Jaspers, Nicole Kien, Leo Kliphuis, Johan Polder, Esther van de Sandt, Hugo Vermonde, Thijs Wessels, Jan Erik de Wildt, Marjon Zijlstra.

aBonnementeninFo:Opgave en vragen over abonnementen:Abonnementenland,Postbus 20, 1910 AA Uitgeestt. 0900-ABOLAND of 0900-226 52 63

(€ 0,10 per minuut) f. 0251-31 04 05Site: www.bladenbox.nl voor abonneren

of www.aboland.nl voor adreswijzigingen en opzeggingen.

Beëindigen abonnement: Opzeggingen (uitsluitend schriftelijk) dienen 8 weken voor afloop van de abonnementsperiode in ons bezit te zijn.Abonnementskosten: € 66,- per jaar, 10 uitgaven. Prijswijzigingen voorbehouden.Collectieve abonnementen: vanaf 10 ex. € 62,-, vanaf 30 ex. € 60,-,vanaf 70 ex. € 55,-; zie de website www.de-eerstelijns.nl.

coloFonDe Eerstelijns is een vakmagazine voor alle samen werkende zorgverleners in de eerste lijn en is een uitgave van de Eerstelijns BV. ISSN: 2210-643X

uitgever: Jan Erik de Wildt

reDactieraaD:Leo Kliphuis en Jan Erik de Wildt

aDvertenties:Marjon Zijlstra, De Eerstelijns B.V.Postbus 5034, 5201 GA ‘s-Hertogenboscht. 06 28 84 58 12, e. [email protected]

reDactie: Gerda van Beek, Kees Kommer (hoofdredacteur)

reDactieaDres: De Eerstelijns B.V.Postbus 5034, 5201 GA ‘s-Hertogenboscht. 073 610 46 57 e. [email protected]

vormgeving: De VormstrateegOpmaak: Knijnenburgproducties.nl

eerstelijns agenDa01-07 5e nationale congres chronische Zorg Educatorium UMC Utrecht 9.30 - 16.30 uur www.unitzorginnovatie.nl

14-09 Zorggroepencongres 2011 ’t Spant, Bussum 9.00 – 17.00 uur www.bsl.nl/zorggroepencongres

15-09 executive masterclass eerstelijns Bestuurders Tranzo, Tilburg University 15-09-2011 t/m 25-05-2012 Aanmelden: [email protected] of [email protected]

15-09 jaarcongres v&vn praktijkverpleegkundige en praktijkondersteuners Regardz De Eenhoorn, Amersfoort 9.00 - 16.30 uur www.praktijkverpleegkundigen- praktijkondersteuners.nl

15-09 leergang nieuwe ros-adviseurs16-09 4-daagse training in Conferentiecentrum Kaap Doorn en in Jan van Es Instituut, Almere (op 22/09 en 11/11) www.jvei.nl

04-11 4e congres eerste lijn Schouwburg, Almere 9.30 – 16.30 uur www.integratedcare.org

23-11 1e oostelijke eerstelijnsdag Apeldoornse Congres & Evenementenhal De Americahal, 10.00 – 18.00 uur www.eerstelijnsdag.nl

Page 47: De Eerstelijns Nummer 5 2011

Roche DiagnosticsPostbus 10071300 BA Almere

Eén klik, dat is alles.

Ontdek het nieuwe prikken met unieke houder met 6 lancetten, dus geen losse lancetten meer om aan te raken. Zeer gebruiksvriendelijk: aanspannen en prikken in 1 klik.

• Eenvoudig: aanspannen en prikken in 1 klik – eenvoudig in gebruik.• Zacht: met Clixmotion® technologie en 11 verschillende diepte-instellingen – vrijwel pijnloos• Uniek: 6 lancetten in een houder: lancetten zijn niet zichtbaar en aanraken van lancetten is

niet nodig – handig en veilig De vingertoppen van uw patiënten zullen u dankbaar zijn.

Accu-Chek® FastClix – de prikpen die werkt met slechts 1 klik.

Ontdek wat mogelijk is.

Ga voor meer informatie naar www.accu-chek.nl of neem contact op met uw Accu-Chek Account Manager.

AC

CU

-CH

EK, C

LIX

MO

TIO

N e

n FA

STC

LIX

zijn

han

dels

mer

ken

van

Roc

he. ©

201

1 R

oche

.

Page 48: De Eerstelijns Nummer 5 2011

UW VERZEKERINGS-PORTEFEUILLE GEEFT AANLEIDING TOT EEN SECOND OPINION

De ontwikkelingen in de gezondheidszorg volgen elkaar snel op. Dat plaatst uw fi nanciën en het afdekken van zakelijke en privérisico’s in een ander daglicht. ABN AMRO biedt u daarom geheel vrijblijvend aan om uw verzekeringsportefeuille door te lichten, bijvoorbeeld op het vlak van uw arbeidsongeschiktheids-, aansprakelijkheids- en auto verzekering. U krijgt vakkundig advies hoe u het meeste voordeel kunt realiseren met het Medisch Verzekeringspakket van ABN AMRO. Kijk op abnamro.nl/secondopinion

210008747 1971 210x270 VO FC.indd 1 05-11-10 11:27