Brochure Bruggen & Sluizen 2002

2
STRAUSSBRUG (11 stuks) Tegengewicht en machinekamer bevinden zich boven het wegdek. De brugklap en de balans met tegengewicht zijn d.m.v. drijfstangen met elkaar verbonden en bewegen zo gelijktijdig. In de machinekamer drijft een elektromotor via een tandwielkast de heugelbalken aan, die op hun beurt de eigenlijke brug doen op- of neergaan. Dit type van brug is tamelijk ingewikkeld. Tegenwoordig worden ze niet zo veel meer gemaakt. SCHERZERBRUG (3 stuks) Aan de achterzijde van de brugklap is een rolsegment vast- gemaakt. Dit heeft de vorm van een kwart cirkel. Om de brug te openen, volstaat het ze over dit segment naar achteren te rollen. Net als bij de Straussbrug gebeurt dit d.m.v. heugelbalken die worden aangedreven vanuit een machinekamer boven het wegdek. Het tegengewicht vormt één geheel met de brugklap. DRAAIBRUG (4 stuks) In tegenstelling tot de voorgaande typen, wordt hier vrije doorgang aan de schepen gegeven door de brug zijdelings weg te draaien. Dit type is al heel oud. Sommige exem- plaren in de haven dateren van de jaren 1860. Ze bevinden zich in het oude havengedeelte en worden tegenwoordig niet of nauwelijks meer gebruikt. (geen illustratie) In de Antwerpse haven worden jaarlijks meer dan 100 miljoen ton goederen behandeld. Het transport gebeurt over het water (zee- en binnenschepen) en over land (vrachtwagens, treinen). Voor een vlotte verkeersafwikkel- ing zijn er meer dan 20 beweegbare bruggen. De types die in Antwerpen voorkomen, worden hierna meer in detail beschreven. BASCULEBRUG (6 stuks) De meest recente zeesluizen in Antwerpen (en België) hebben aan elk hoofd minstens één brug van dit type. Het tegengewicht en de cylinders van de hydraulische aan- drijving bevinden zich ondergronds in een brugkelder. Sommige exemplaren zijn in totaal ca. 100m lang en wegen wel 2500 ton. Ze zijn sterk genoeg om treinen te dragen. OPHAALBRUG (2 stuks) Dit type van brug is wijdverspreid in Nederland en wordt daarom in Vlaanderen ook wel eens Hollandse brug genoemd. Een andere naam is Levisbrug. De aandrijving gebeurt meestal hydraulisch. De 2 exemplaren in de Antwerpse haven zijn elektromechanisch aangedreven. Bij de ene bevindt de machinekamer zich onder het wegdek. Bij de andere is er in elk van de hameistijlen (pylonen) een com- plete onafhankelijke aandrijving inge- bouwd. P O R T O F A N T W E R P BEWEEGBARE BRUGGEN • Kallosluis Van Cauwelaertsluis • Boudewijnsluis • Berendrechtsluis • Zandvlietsluis Royerssluis De Berendrechtbrug De Lillobrug De Mexicobrug De Siberiabrug Zuid GEMEENTELIJK HAVENBEDRIJF ANTWERPEN [ BRUGGEN & SLUIZEN ]

Transcript of Brochure Bruggen & Sluizen 2002

Page 1: Brochure Bruggen & Sluizen 2002

STRAUSSBRUG (11 stuks)

Tegengewicht en machinekamer bevinden zich boven het

wegdek. De brugklap en de balans met tegengewicht zijn

d.m.v. drijfstangen met elkaar verbonden en bewegen zo

gelijktijdig. In de machinekamer drijft een elektromotor

via een tandwielkast de heugelbalken aan, die op hun

beurt de eigenlijke brug doen op- of neergaan. Dit type

van brug is tamelijk ingewikkeld. Tegenwoordig worden ze

niet zo veel meer gemaakt.

SCHERZERBRUG (3 stuks)

Aan de achterzijde van de brugklap is een rolsegment vast-

gemaakt. Dit heeft de vorm van een kwart cirkel. Om de

brug te openen, volstaat het ze over dit segment naar

achteren te rollen. Net als bij de Straussbrug gebeurt dit

d.m.v. heugelbalken die worden aangedreven vanuit een

machinekamer boven het wegdek. Het tegengewicht

vormt één geheel met de brugklap.

DRAAIBRUG (4 stuks)

In tegenstelling tot de voorgaande typen, wordt hier vrije

doorgang aan de schepen gegeven door de brug zijdelings

weg te draaien. Dit type is al heel oud. Sommige exem-

plaren in de haven dateren van de jaren 1860. Ze bevinden

zich in het oude havengedeelte en worden tegenwoordig

niet of nauwelijks meer gebruikt. (geen illustratie)

In de Antwerpse haven worden jaarlijks meer dan 100

miljoen ton goederen behandeld. Het transport gebeurt

over het water (zee- en binnenschepen) en over land

(vrachtwagens, treinen). Voor een vlotte verkeersafwikkel-

ing zijn er meer dan 20 beweegbare bruggen. De types die

in Antwerpen voorkomen, worden hierna meer in detail

beschreven.

BASCULEBRUG (6 stuks)

De meest recente zeesluizen in Antwerpen (en België)

hebben aan elk hoofd minstens één brug van dit type. Het

tegengewicht en de cylinders van de hydraulische aan-

drijving bevinden zich ondergronds in een brugkelder.

Sommige exemplaren zijn in totaal ca. 100m lang en

wegen wel 2500 ton. Ze zijn sterk genoeg om treinen te

dragen.

OPHAALBRUG (2 stuks)

Dit type van brug is wijdverspreid in Nederland en wordt

daarom in Vlaanderen ook wel eens Hollandse brug

genoemd. Een andere naam is Levisbrug. De aandrijving

gebeurt meestal hydraulisch. De 2 exemplaren in de

Antwerpse haven zijn elektromechanisch aangedreven. Bij

de ene bevindt de

machinekamer zich

onder het wegdek. Bij

de andere is er in elk

van de hameistijlen

(pylonen) een com-

plete onafhankelijke

aandrijving inge-

bouwd.

PORT OF ANTWERP

BEWEEGBARE BRUGGEN

• Kallosluis

• Van Cauwelaertsluis

• Boudewijnsluis

• Berendrechtsluis

• Zandvlietsluis

Royerssluis •

••

••

De Berendrechtbrug

De Lillobrug

De Mexicobrug

De Siberiabrug Zuid

GEMEENTELIJK HAVENBEDRIJF ANTWERPEN

[ BRUGGEN & SLUIZEN ]

Page 2: Brochure Bruggen & Sluizen 2002

SLUIZEN IN DE HAVEN VAN ANTWERPEN GEMEENTELIJK HAVENBEDRIJF ANTWERPEN

VERSASSEN DOOR EEN ZEESLUIS

HAVENHUISEntrepotkaai 1B-2000 Antwerpen

T +32 3 205 20 11F +32 3 205 20 20

PLATTEGROND VAN DE BERENDRECHTSLUIS

De zeesluizen in Antwerpen bestaan uit 2 sluishoofden ➊ met

daartussen de saskom ➋ . Elk hoofd bevat 2 sluisdeuren, waar-

van één in reserve ➌ , een beweegbare brug ➍ en de omloop-

riolen ➎ , voorzien van 2 wielschuiven ➏ .

De omloopriolen vormen het vul- en ledigingsysteem van de

sluis. In elke riool bevinden zich 2 wielschuiven. Die fungeren

als een soort reusachtige kleppen. Als ze open staan, laten ze

toe dat water vrij van de ene naar de andere kant van de bijbe-

horende sluisdeur vloeit, dit volgens het principe van de com-

municerende vaten. Er komen geen pompen aan te pas.

BER

END

REC

HTSLU

ISLen

gte: 500m

In d

ienst: 1989

ZAN

DV

LIETSLUIS

Leng

te: 500mIn

dien

st: 1967

RO

YER

SSLUIS

Leng

te: 180mIn

dien

st: 1907

VA

N C

AU

WELA

ERTSLU

ISLen

gte: 270m

In d

ienst: 1928

BO

UD

EWIJN

SLUIS

Leng

te: 360,4mIn

dien

st: 1955

KA

LLOSLU

IS (linkero

ever)Len

gte: 360m

In d

ienst: 1979

Ter vergelijkin

g:

Kath

edraal van

An

twerp

en

ROYERSSLUISBreedte: 22m

Waterdiepte: 10,58mMax. tonnenmaat: 20.000 dwt

BERENDRECHTSLUISBreedte: 68m

Waterdiepte: 17,75mMax. tonnenmaat: 300.000 dwt

ZANDVLIETSLUISBreedte: 57m

Waterdiepte: 17,75mMax. tonnenmaat: 250.000 dwt

KALLOSLUIS (linkeroever)Breedte: 50m

Waterdiepte: 16,08mMax. tonnenmaat: 140.000 dwt

BOUDEWIJNSLUISBreedte: 45m

Waterdiepte: 14,5mMax. tonnenmaat: 110.000 dwt

VAN CAUWELAERTSLUISBreedte: 35m

Waterdiepte: 14mMax. tonnenmaat: 45.000 dwt

Bovenaanzicht van de Berendrechtsluis

Lengte, breedte en diepte van 6 Antwerpse zeesluizen

Kallosluis

Boudewijn- & Van Cauwelaertsluis

Zandvliet- & Berendrechtsluis

SCHELDE SAS DOKKEN

SCHELDE SAS DOKKEN

SCHELDE SAS DOKKEN

SCHELDE SAS DOKKEN

INTERNET: www.portofantwerp.beE-MAIL: [email protected]

TECHNISCHE DIENSTSiberiastraat 20 (Haven 63)B-2030 Antwerpen

T +32 3 205 24 25F +32 3 205 24 37

In de havendokken is het waterpeil constant, in de Schelde

beweegt het zich op en neer o.i.v. het getij. Op de tekening

wordt getoond hoe een schip op de Schelde, zich bij laagtij aan

de sluis aanbiedt. Uiteraard moet de sluisdeur aan de

Scheldezijde geopend worden. Dit kan enkel maar als het

waterpeil in de saskom gelijk is aan dit van de Schelde.

A Daarom worden de wielschuiven geopend in de omloop-

riolen aan de Scheldezijde en loopt het water uit de saskom

naar de Schelde tot het niveau gelijk is.

B De sluisdeur kan dan geopend worden en het schip vaart

naar binnen. De deur aan de Scheldezijde wordt gesloten.

C De wielschuiven aan de dokzijde worden geopend en het

water uit de dokken vult de saskom tot het peil in het sas

gelijk is aan dat in de dokken.

D De sluisdeur aan de dokzijde kan open en het schip vaart de

dokken binnen.

Het spreekt voor zich dat, telkens wanneer een schip een

sluishoofd voorbijkomt, de brug in geopende stand moet zijn.

Het wegverkeer kan dan gebruik maken van de brug over het

andere sluishoofd.

A

B

C

D