Blok 3 reizen groep 7

Doelen Taal

1. De leerlingen leren synoniemen voor bekende woorden. De leerlingen leren vijftien nieuwe woorden.

2. De leerlingen leren hun mening geven met argumenten. Ze leren wat een discussie is.

3. De leerlingen leren wat de voltooide tijd is en wat een voltooid deelwoord is.

4. De leerlingen leren wat het verschil is tussen een concreet en een abstract onderwerp. Ze leren een

tekst voorbereiden over een abstract onderwerp.

5. De leerlingen leren dat de context van invloed is op de betekenis van woorden. Ze leren vijftien

nieuwe woorden.

6. De leerlingen leren argumenten voor en tegen geven.

7. De leerlingen leren dat voltooid deelwoorden verschillende uitgangen hebben. Ze leren dat er

klankverandering kan plaatsvinden.

8. De leerlingen laten zien wat ze moeten doen tijdens het schrijven.

9. De leerlingen laten zien dat ze achter de betekenis van moeilijke woorden kunnen komen.

10. De leerlingen leren nadenken over argumenten in een discussie. Ze leren dat ze hun eigen standpunt

ter discussie kunnen stellen.

11. De leerlingen leren dat je het voltooid deelwoord kan gebruiken als bijvoeglijk naamwoord.

12. De leerlingen leren wat ze moeten doen na het schrijven.

Doelen Spelling

1. De leerlingen leren regelwoorden met t=d en p=b

2. De leerlingen leren onthoudwoorden met g=ch, zj=g en sj=ch

3. De leerlingen herhalen verkleinwoorden

4. De leerlingen leren klankwoorden met vaste stukjes achteraan, zoals –heid en –teit correct te

schrijven

5. De leerlingen leren onthoudwoorden waarin de klank s geschreven wordt als c

6. De leerlingen leren persoonsvormen verleden tijd van sterke en zwakke werkwoorden.

7. De leerlingen leren regels voor hoofdletters en leestekens

8. De leerlingen herhalen de woorden van blok 3.

9. De leerlingen herhalen de woorden met meer lettergrepen.

Doelen Begrijpend lezen

1. Je leert vooruit te denken bij het lezen van een tekst.

2. Je leert tijdens het lezen te letten op de signaalwoorden maar, want, toch, dus, daarom, omdat, zodat

en bovendien.

3. Je leert voor het lezen van een tekst vragen te bedenken die mogelijk in de tekst te beantwoord

worden.

Taalbeschouwing

567348 - 675384 - 613438 - 531483

764591 - 746192 - 867269 - 876396

753164 - 837441 - 873914 - 735641

912648 - 821946 - 812689 - 921168

0.43,74

+ 0.10,00

4.36,52

7.08,28

11.24,39

18.49,81605207 - 750721 - 650072 - 705271

Ik kan de getallen van klein naar groot zetten Ik kan rekenen met minuten, seconden

en honderdsten van seconden

Ik kan geldbedragen cijferend aftrekken Ik kan de kommagetallen in het positieschema zetten

Boek 7a blok 3: Kunst en rekenwerk

€ 76,26

€ 23,35 -

km

104,08 km

94,35 km

34,07 km

26,20 km

103,60 km

hm dam m

0.37,12

+ 1.00,00

5.04,64

9.12,37

17.57,26

24.42,97

€ 54,85

€ 37,50

€ 17,35

-

€ 41,65

Je komt € 17,35 tekort.€ 15,37 -

JeJe€ 54,8

5liter + liter = .... liter 1 liter + liter = .... liter

liter + liter = .... liter 1 liter + liter = .... liter

liter + liter = .... liter 1 liter + liter = .... liter

liter + liter = .... liter 1 liter + liter = .... liter

liter + liter = .... liter 1 liter + liter = .... liter

Ik kan breuken optellen en aftrekken

0:43:74