AZRR Jaarverslag 2012

62
AZRR jaarverslag 2012

description

AZRR Jaarverslag 2012

Transcript of AZRR Jaarverslag 2012

  • AZRRjaarverslag2012

  • CONTACT BezoekadresAZZRBreslau 22993 LT BarendrechtTel. 0180-64 33 00

    PostadresPostbus 42990 AA Barendrecht

    Concept en realisatieSD Communicatie, Rotterdam RedactieAZRR, Mark Preesman FotografieVRR, Maarten van der Voorde

    www.azrr.nl

  • AZRRjaarverslag2012

  • 5Inhoud Voorwoord 6

    1 Introductie

    2 Leiderschap

    3 Strategie en beleid

    4 Management van medewerkers

    5 Management van middelen

    6 Management van processen

    7 Waardering door patinten

    8 Waardering door medewerkers

    9 Waardering door de maatschappij

    10 Bestuur en financiers

  • Jaarverslag AZRR 20126

    VoorwoordMet gepaste trots presenteren wij u het jaarverslag AZRR over het kalenderjaar 2012. Dit jaar is

    opnieuw hard gewerkt en hebben alle medewerkers van AZRR zich ingespannen om de zorgverle-

    ning te bieden op een hoogwaardig kwaliteitsniveau.

    Op organisatorisch vlak is veel werk gezet. Vooruitlopend op de inwerkingtreding van de nieuwe

    Tijdelijke wet ambulancezorg (Twaz) per 1 januari 2013 zijn de samenwerkingsafspraken binnen de

    Coperatie AZRR verder uitgewerkt. Het besturingsmodel van de Coperatie AZRR voldoet aan de

    Zorgbrede Governancecode. In het verlengde hiervan is in het najaar van 2012 de Raad van Toezicht

    AZRR officieel genstalleerd.

    De inspanningen zijn beloond en hebben erin geresulteerd dat AZRR de aanwijzing heeft gekregen

    van de minister van VWS om op de vertrouwde wijze ambulancezorg te blijven verlenen in de regio

    Rotterdam-Rijnmond. De door AZRR ingediende verklaring met begeleidend implementatieplan

    hebben de minister ervan overtuigd dat AZRR een stabiele en kwalitatief goede aanbieder van

    ambulancezorg is en ook moet blijven.

    Zoals de gehele gezondheidszorg, heeft ook de ambulancezorg te maken met bezuinigingen. Om

    een hoge kwaliteit van dienstverlening te kunnen blijven bieden, is AZRR voortdurend op zoek naar

    innovatieve oplossingen in de vorm van productdifferentiatie, optimale spreiding van schaarse

    ambulancecapaciteit over de regio en samenwerking met ketenpartners zoals brandweer, politie,

    GHOR, ziekenhuizen en andere zorgverleners.

  • 7In 2012 zijn opnieuw belangrijke stappen gezet op het gebied van productontwikkeling en zorgin-

    novatie. Een mijlpaal betrof de invoering van ProQA als nieuwe uitvraagstructuur voor de telefoni-

    sche triage bij 112-meldingen. De kwaliteit van de dienstverlening is hiermee verder verbeterd.

    Alles bij elkaar was 2012 weer een jaar met veel dynamiek, waarin de ontwikkelingen elkaar in snel

    tempo opvolgden.

    We hopen dat dit jaarverslag u een goed beeld geeft van de vele activiteiten die AZRR in 2012 ten

    bate van de patintenzorg heeft uitgevoerd.

    Wij danken onze medewerkers en de ondernemingsraden voor hun inspanningen en bijdragen aan

    de ambulancezorg in de regio Rotterdam-Rijnmond.

    Barendrecht, mei 2013

    Namens de Raad van Bestuur AZRR,

    Rein van Duijvenbode

    Stef Hesselink

  • 9Introductie1.1 Wat is AZRR?

    AmbulanceZorg Rotterdam-Rijnmond (AZRR) is de organisatie die ambulancezorg aanbiedt in de

    regio Rotterdam-Rijnmond. Binnen AZRR wordt een bijdrage geleverd door de partners

    Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond (VRR) en BIOS-groep.

    VRR en BIOS-groep zorgen beide voor voldoende ambulancevoertuigen en personeel volgens het

    afgesproken rooster en beschikbaarheidsplan AZRR. Daarnaast wordt op jaarbasis het aantal ritten

    uitgevoerd zoals afgesproken in de productieafspraken met de zorgverzekeraar.

    Vanuit de VRR zorgt de Meldkamer Ambulancezorg (MKA) als onderdeel van de

    Gemeenschappelijke Meldkamer (GMK) voor de aansturing en spreiding van de beschikbare ambu-

    lances, het toewijzen van ritopdrachten en het voeren van regie bij opgeschaalde incidenten.

    De beleidsmatige ondersteuning van AZRR wordt verzorgd door AZRR / Stafbureau. De ondersteu-

    ning richt zich op terreinen als algemene beleidsontwikkeling, informatievoorziening, medische

    advisering, ketenpartners, innovatie en kwaliteit. Op het gebied van opleidingen beschikt AZRR

    over een eigen regionaal opleidingscentrum (ROC). In afstemming met AZRR / Stafbureau verzorgt

    AZRR / ROC de regionale opleidingen voor het ambulancepersoneel van AZRR. AZRR / Stafbureau en

    AZRR / ROC zijn rechtspositioneel aangehaakt bij de VRR.

    1

  • Jaarverslag AZRR 201210

    1.2 Wat doet AZRR?

    Bij AZRR zijn ruim 300 medewerkers werkzaam in het zorgproces. Deze medewerkers staan dag en

    nacht paraat staan om de 1,2 miljoen inwoners in het verzorgingsgebied en de vele tienduizenden

    werknemers in het uitgebreide haven- en industriegebied in geval van nood bij te staan. Het gaat

    daarbij om zowel spoed- als besteld vervoer. In 2012 zijn in totaal 92.959 ritten uitgevoerd. De

    omzet bedraagt ruim d 34 miljoen per jaar.

    Het verzorgingsgebied van AZRR wordt gekenmerkt door een sterk verstedelijkt gebied met een

    relatief hoge zorgvraag (Rotterdam en omstreken) en een ruraal / suburbaan gebied met een rela-

    tief lage zorgvraag (Voorne-Putten en Goeree-Overflakkee).

    De regio omvat 19 gemeenten. Deze gemeenten zijn Albrandswaard, Barendrecht, Bernisse, Brielle,

    Capelle aan den IJssel, Dirksland, Goedereede, Hellevoetsluis, Krimpen aan den IJssel, Lansingerland,

    Maassluis, Middelharnis, Oostflakkee, Ridderkerk, Rotterdam, Schiedam, Spijkenisse, Vlaardingen en

    Westvoorne. Per 1 januari 2013 zijn de gemeenten Dirksland, Goedereede, Middelharnis en

    Oostflakkee samengevoegd tot de gemeente Goeree-Overflakkee. In dit jaarverslag wordt echter

    uitgegaan van de situatie in 2012.

    AZRR beschikt over een gedifferentieerd wagenpark, bestaande uit reguliere ambulances, Mobiele

    Intensive Care Units (MICUs), ambulancemotoren en monolances. AZRR beschikt in dit kader over

    60 aanhangsels. Er wordt gebruik gemaakt van negen standplaatsen conform het landelijke

    Referentiekader Spreiding en Beschikbaarheid. De standplaatsen zijn zodanig gespreid over de

    regio dat daarmee de bevolking van de regio maximaal bereikt kan worden. Op het moment dat de

    ambulance in een bepaald standplaatsgebied een opdracht krijgt voor een rit, wordt de standplaats

    zoveel mogelijk herbezet vanuit een aangrenzend standplaatsgebied. Door een optimale spreiding

    en aansturing van de beschikbare ambulances, wordt gestreefd naar een zo hoog mogelijke paraat-

    heid om alle inwoners van de regio te voorzien van tijdige en kwalitatief hoogwaardige ambulance-

    zorg.

  • 11

  • Jaarverslag AZRR 201212

    De negen standplaatsen zijn gevestigd in Rotterdam Centrum (Baan), Rotterdam Kralingen

    (Brugwachter), Brielle, Barendrecht, Capelle aan den IJssel, Dirksland, Hellevoetsluis

    (Haringvlietdam-Noord), Schiedam en Spijkenisse.

    De diensten starten en eindigen centraal vanuit vier opkomstlocaties, waarvan enkele ook fungeren

    als standplaats. De vier opkomstlocaties bevinden zich in Barendrecht, Rotterdam Kralingen

    (Brugwachter), Dirksland en Brielle.

    Aanvullend heeft AZRR enkele opstelplaatsen gecreerd. Een opstelplaats is een strategische, goed

    bereikbare plaats in de regio waar de ambulance tijdelijk wordt gestationeerd om direct inzetbaar

    te zijn. Opstelplaatsen worden gebruikt om het dekkingsgebied te vergroten. Een opstelplaats kan

    variren van een parkeerplaats langs de weg tot een gebouw waar enkele (basis)voorzieningen

    beschikbaar zijn. In 2012 heeft AZRR de volgende opstelplaatsen in gebruik: Goedereede, Oude

    Tonge, Berkelse Poort (Lansingerland), Maasstad ziekenhuis en Wellebrug (Bernisse).

    Op basis van het huidige Referentiekader is geen reguliere ambulancecapaciteit beschikbaar voor

    de Maasvlakte. De noodzakelijke capaciteit en bijbehorende financiering wordt volgens het landelij-

    ke rekenmodel namelijk bepaald door het aantal inwoners in een gebied. In het Maasvlaktegebied

    wonen weliswaar geen mensen, maar werken wel vele duizenden medewerkers onder vaak risico-

    volle omstandigheden. AZRR staat op het standpunt dat hier sprake is van een weeffout in het

    Referentiekader dat hersteld dient te worden. AZRR heeft dit kenbaar gemaakt aan de Minister van

    VWS met verzoek om dit mee te nemen in het nieuwe Referentiekader dat binnen een jaar wordt

    verwacht.

    Om het huidige knelpunt op te lossen heeft AZRR met de in Maasvlakte gebied gevestigde bedrij-

    ven, vertegenwoordigd in de Coperatie Ambulancezorg Maasvlakte U.A. (CAMUA) en het

    Havenbedrijf Rotterdam een tijdelijke overeenkomst gesloten. Hierdoor kan vooralsnog beschik-

    baarheid van ambulancezorg op de Maasvlakte worden gegarandeerd. Voor het stationeren van de

    ambulance wordt gebruik gemaakt van de brandweerkazerne aan de Coloradoweg.

  • 13

    1.3 AZRR en kwaliteitszorg

    AZRR beschikt over het kwaliteitskeurmerk HKZ (Harmonisatie Kwaliteitszorg Zorgsector). Naast de

    HKZ-certificering wordt het INK-managementmodel gebruikt als instrument voor de verdere ont-

    wikkeling en professionalisering van de organisatie. De verslaglegging in dit jaarverslag, inclusief de

    hoofdstukindeling, is gebaseerd op het INK-managementmodel:

    organisatie resultaat

    Verbeteren en vernieuwen

    Strategieen

    Beleid

    Managementvan

    middelen

    Waarderingmaatschappij

    Managementvan

    medewerkers

    Waarderingmedewerkers

    Managementvan

    processen

    Waarderingpatinten

    Bestuuren

    financiersLeiderschap

  • 15

    2Leiderschap2.1 Missie

    De missie van AZRR is het leveren van verantwoorde ambulancezorg in de regio Rotterdam-

    Rijnmond, vanuit een doelmatige organisatie, in goede samenspraak met alle betrokken partijen,

    waarbij de beschikbare middelen zo efficint mogelijk worden ingezet.

    AZRR is een proactieve, innovatieve en ondernemende organisatie waarin de aandacht is gericht op

    het resultaat, de medewerkers en de benodigde randvoorwaarden. De wensen en behoeften van de

    patint staan centraal. Als zorginstelling levert AZRR verantwoorde ambulancezorg vanuit een ster-

    ke professionaliteit, in lijn met de wettelijke vereisten en afspraken binnen de sector.

    AZRR levert de dienstverlening in nauwe samenwerking met zowel partners in de acute zorgketen

    (bijvoorbeeld huisarts, ziekenhuis en traumacentrum) als partners op het gebied van Openbare

    Orde en Veiligheid (GHOR, politie en brandweer), waarbij wederzijds respect voor elkaars compe-

    tenties een belangrijke pijler is.

    Vooruitgang, groei en succes vereisen samenwerking en het continu verbeteren van de organisatie.

    In het verlengde van de missie hanteert AZRR de volgende uitgangspunten:

    Elkepatintheeftrechtopeengelijkekwaliteitvangezondheidszorg:dekwaliteitvandezorg

    mag in beginsel niet afhankelijk zijn van de plaats, aard en schaal van het incident.

    Vanafdeeerstemeldingvaneenincidentbijdemeldkamertotdeoverdrachtvandepatint

    aan de zorginstelling is sprake van een ongedeeld proces van ambulancezorg, waarbij de sturing

    op het primair proces ligt bij de meldkamer ambulancezorg.

  • Jaarverslag AZRR 201216

    Waarmogelijkwordtdeafstemmingensamenwerkingtussendemeldkamerenuitvoerende

    ambulancezorg verder gentensiveerd en uitgebouwd.

    Binnendebeschikbaremiddelenwordteenoptimaalengedifferentieerdpakketvanzorgverle-

    ning geboden, afgestemd op de actuele zorgvraag.

    Innovatieisessentieelomdezorgverleningvoortdurendteverbeterenenoptimaliseren.

    2.2 Koers

    De landelijke overheid streeft al sinds halverwege de jaren 90 naar de oprichting van Regionale

    Ambulancevoorzieningen (RAV-en): n rechtspersoon per (veiligheids)regio, waarbinnen de meld-

    kamer ambulancezorg en de uitvoerende ambulancedienst(en) samenwerken. Na vele ontwikkelin-

    gen en verschillende wetsvoorstellen die in de afgelopen jaren aan bod zijn geweest, is uiteindelijk

    het voorstel voor de Tijdelijke wet ambulancezorg (Twaz) bekrachtigd door het parlement. De Twaz

    heeft een looptijd van vijf jaar en is officieel van kracht geworden per 1 januari 2013.

    Het tijdelijke karakter van de Twaz is ingegeven door de ontwikkelingen rond de structuur en

    mogelijke centralisatie van de meldkamers in Nederland en door de kans dat in verband met

    Europese regelgeving de uitvoerende ambulancezorg aanbesteed zal moeten worden.

    Door AZRR is in 2012 hard gewerkt om te voldoen aan de vereisten van de Twaz en daarmee te

    waarborgen dat AZRR de komende jaren de ambulancezorg kan blijven verzorgen in de regio

    Rotterdam-Rijnmond. De bestaande samenwerkingsrelatie is geformaliseerd en er zijn overeenkom-

    sten opgesteld waarin beide partners VRR en BIOS-groep afspraken hebben vastgelegd over de pro-

    ducten en diensten die zij leveren ten behoeve van de Coperatie AZRR.

    Op 20 november 2012 maakte de Minister van VWS met een officieel schrijven het heuglijke nieuws

    bekend dat de Coperatie AZRR de aanwijzing krijgt om de komende vijf jaar de ambulancezorg te

    verlenen in de regio Rotterdam-Rijnmond. AZRR stelt alles in het werk om ook de komende vijf jaar

    weer de vertrouwde dienstverlening te blijven bieden aan inwoners van de regio en hen in geval

    van nood met snelle en adequate zorgverlening bij te staan.

  • 17

    AZRR wil zich ontwikkelen tot een solide organisatie die in staat is om zich op zowel kwaliteit als

    prijs dusdanig te onderscheiden dat AZRR ook na de periode van vijf jaar de regionale aanbieder

    van ambulancezorg zal blijven. Hierdoor wordt de continuteit van ambulancezorg in Rotterdam-

    Rijnmond gewaarborgd.

    2.3 Organisatiestructuur

    In 2012 is de organisatiestructuur binnen de Coperatie Ambulancezorg Rotterdam-Rijnmond ver-

    der uitgewerkt. De organisatiestructuur voldoet aan de Zorgbrede Governancecode die is vereist op

    basis van de Twaz.

    Er functioneert een tweehoofdige Raad van Bestuur (RvB) met de verantwoordelijke directeuren

    van de samenwerkingspartners VRR en BIOS-groep. Er is een Raad van Toezicht (RvT) ingesteld

    bestaande uit vier onafhankelijke personen.

    Om de samenwerking tussen de beide ambulancediensten en MKA op tactisch niveau meer gestalte

    te geven, functioneert het Tactisch Management Overleg (TMO AZRR). Het TMO AZRR bestaat uit

    de eindverantwoordelijke managers van beide ambulancediensten, het Hoofd van de gemeenschap-

    pelijke meldkamer (GMK) en de Medisch Manager Ambulancezorg (MMA). Staffunctionarissen en /

    of externe partners zoals de Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen (GHOR) wor-

    den uitgenodigd voor advies en toelichting wanneer er punten op de agenda staan die hun porte-

    feuille aangaan.

    Op operationeel niveau is een Gezamenlijk Operationeel Management Team (GOMT AZRR) actief.

  • 19

    3Strategie enbeleid3.1 Spreiding en Beschikbaarheid

    3.1.1 Spreiding

    In 2012 zijn in vervolg op de eerder uitgevoerde evaluatie van het regionale Plan Spreiding en

    Beschikbaarheid een aantal acties uitgevoerd.

    Een belangrijke stap betrof de realisatie van de reeds langer beoogde opstelplaats bij het

    Maasstadziekenhuis. Deze locatie is geografisch gezien gunstig gelegen met het oog op het afdek-

    ken van paraatheid. Tegelijkertijd is het ziekenhuis een locatie waar de bewegingen van ambulan-

    ces geconcentreerd worden door patinten die opgehaald of gebracht worden. De komende perio-

    de zal gevalueerd worden of de ingebruikname van deze opstelplaats leidt tot de verwachte pres-

    tatieverbetering.

    In 2012 is een aanvang gemaakt om de schuifregels te actualiseren zodat deze naadloos aansluiten

    op de actuele situatie. De schuifregels zijn de leidraad voor de meldkamer voor het verplaatsen van

    ambulances ten tijde van schaarste aan voertuigen, oftewel een hoge zorgvraag.

  • Jaarverslag AZRR 201220

    3.1.2 Beschikbaarheid

    In 2012 is het nieuwe paraatheidrooster in gebruik genomen. In dit paraatheidsrooster is de pro-

    ductdifferentiatie verder doorgevoerd met reguliere ambulances, Zorgambulances en Rapid

    Responders zodat sprake is van een integraal, samenhangend dienstenaanbod, afgestemd op de

    actuele zorgvraag. De doelstelling is om efficinter en effectiever te werken en ervoor te zorgen

    dat reguliere ambulances zich zoveel mogelijk kunnen concentreren op het spoedvervoer.

    In het nieuwe paraatheidrooster is de dienstwissel meer gefaseerd dan in het voorgaande rooster

    het geval was. Door deze aanpassing is bevorderd dat beschikbare voertuigen meer over de regio

    verspreid kunnen blijven.

    Anticiperend op het beschikbaar komen van het nieuwe landelijke Referentiekader Spreiding en

    Beschikbaarheid en hieraan gekoppelde financile vertaalslag, zullen de komende periode op

    onderdelen aanscherpingen worden doorgevoerd.

    3.2 Innovatie

    RapidRespondersGoeree-Overflakkee

    Op 1 augustus 2012 is de pilot van 1 jaar afgerond. Tijdens deze pilot zijn twee Rapid Responders

    ingezet op het eiland Goeree-Overflakkee. De pilot heeft geleid tot een aantoonbare verbetering

    van de A1-prestaties. Gemiddeld bedraagt de prestatieverbetering voor het eiland Goeree-

    Overflakkee 10,7%. De prestatieverbetering komt vooral ten goede aan de gemeenten Goedereede

    en Oostflakkee.

    Ondanks de gerealiseerde prestatieverbetering, bleek er toch nog een punt van verbetering te zijn.

    Omdat de twee Rapid Responders geen patinten vervoeren, constateerde de projectgroep dat er

    een te beperkt beschikbare vervoerscapaciteit bestond op Goeree-Overflakkee. Hierdoor ontstond

    in verschillende gevallen vertraging bij het vervoer van de patint naar een zorginstelling, omdat

    een ambulance van verder weg moest komen. Dit vroeg om een aanpassing van de spreiding en

    beschikbaarheid op Goeree-Overflakkee. Echter, zonder afbreuk te doen aan de positieve resultaten

    van de inzet van de Rapid Responder.

  • 21

    Het besluit is genomen dat er een vervolgproject wordt opgestart waarbij n van de twee Rapid

    Responders zal worden vervangen door een reguliere ambulance. Daarmee wordt beoogd om de

    patint indien nodig sneller te kunnen vervoeren. In de nieuwe constructie zijn tijdens de daguren

    derhalve twee reguliere ambulances en n Rapid Responder operationeel. De prestaties in deze

    nieuwe constructie zullen nauwlettend worden gemonitord en geanalyseerd.

    ImplementatieProQA

    Op de meldkamer is in 2012 ProQA als nieuwe uitvraagstructuur ingevoerd voor de telefonische tri-

    age bij spoedmeldingen (112). Nadat alle centralisten een opleiding hebben gevolgd, is per septem-

    ber 2012 de nieuwe uitvraagstructuur operationeel.

    ProQA is een internationaal toegepast systeem van Amerikaanse origine dat inmiddels in meer dan

    3000 meldkamers wordt toegepast. Er heeft een vertaling plaatsgevonden zodat het systeem aan-

    sluit op de Nederlandse situatie. Naast de regio Rotterdam-Rijnmond zijn er inmiddels vijf andere

    meldkamers in Nederland die werken op basis van ProQA.

    Met de implementatie van ProQA worden melders door de meldkamercentralisten op een identieke

    wijze te woord gestaan en wordt er strak geprotocolleerd uitgevraagd. Deze nieuwe werkwijze

    leidt tot meer eenduidigheid, transparantie en meetbaarheid. Hierdoor is er meer sturing mogelijk

    op het proces en kunnen melders beter worden geholpen. Er wordt nauw samengewerkt om te

    komen tot een gedeelde standaard in Nederland. In het kader van de samenwerking is een geza-

    menlijke stichting opgericht.

  • Jaarverslag AZRR 201222

    AmbulancezorgopdeMaasvlakte

    In het Maasvlaktegebied is de afgelopen jaren sprake geweest van een structureel knelpunt wat

    betreft de beschikbaarheid van ambulancezorg. Onder de Maasvlakte wordt verstaan het gebied

    ten westen van het Stenen Baakplein en ontsloten door de Europaweg, in de volksmond beter

    bekend als Maasvlakte en toekomstige Tweede Maasvlakte. Het landelijk Referentiekader Spreiding

    en Beschikbaarheid en de daarmee samenhangende financiering bepaalt de beschikbaarheid van

    ambulancezorg aan de hand van het aantal inwoners in een gebied. Aangezien de Maasvlakte geen

    bewoond gebied is, maar een industriegebied is er geen geoormerkte financiering beschikbaar op

    basis van het Referentiekader. In het Maasvlaktegebied wonen weliswaar geen mensen, maar wer-

    ken wel vele duizenden medewerkers onder vaak risicovolle omstandigheden. Het ontbreken van

    ambulancezorg in dit gebied is daarom een onacceptabele situatie.

    Om een tijdelijke oplossing voor dit knelpunt te realiseren is een overeenkomst gesloten tussen drie

    belanghebbende partijen, te weten de namens de in het Maasvlakte gebied gevestigde bedrijven

    Coperatie Ambulancezorg Maasvlakte U.A. (CAMUA), het Havenbedrijf Rotterdam en AZRR. De

    partijen financieren in gezamenlijkheid aanvullende en geoormerkte ambulancecapaciteit voor de

    Maasvlakte waarmee beschikbaarheid van ambulancezorg 7 x 24 uur gewaarborgd wordt. De

    afspraken zijn vastgelegd in een overeenkomst en Service Level Agreement met een looptijd tot 1

    februari 2013.

    AZRR heeft in de tussenliggende tijd bij het Ministerie van VWS zowel mondeling als schriftelijk het

    verzoek neergelegd om het Maasvlakte gebied nadrukkelijk op te nemen in het nieuwe

    Referentiekader Spreiding en Beschikbaarheid. Eind 2012 was er nog geen definitief uitsluitsel of

    dit verzoek wordt ingewilligd. In het verlengde hiervan is in goed overleg tussen de samenwerken-

    de partijen besloten om de overeenkomst met 1 jaar te verlengen waardoor de beschikbaarheid van

    ambulancezorg voorlopig tot eind 2013 gewaarborgd kan blijven.

  • 23

    3.3 Kwaliteitsbeleid

    Het kwaliteitsbeleid is gericht op optimale sturing en afstemming van werkprocessen binnen AZRR. Het

    uitgangspunt is dat er sprake is van een ongedeeld proces van ambulancezorg met een centrale regie.

    Een gezamenlijk kwaliteitsbeleid als samenwerkende ambulancediensten en meldkamer ambulance-

    zorg is essentieel. Het is van belang dat de afzonderlijke schakels in het primair proces optimaal op

    elkaar aansluiten. Ook beleidsmatige zaken zoals interne audits, klachtenprocedure, projectmatig

    werken en verbetermanagement worden zoveel mogelijk gezamenlijk vormgegeven.

    In 2012 is een mijlpaal bereikt en is de gezamenlijke HKZ-certificering gerealiseerd voor de nieuwe

    rechtspersoon Coperatie AZRR. De reikwijdte van het kwaliteitscertificaat omvat het gehele proces

    van ambulancezorg (indicatiestelling, cordinatie en uitvoering).

    Naast de HKZ-certificering wordt het INK-managementmodel gebruikt als instrument voor de verdere

    beleidsontwikkeling. Het INK-model wordt toegepast voor het bepalen van de positie en koers van de

    organisatie in de complexe en veranderende omgeving. Het INK-model brengt de verschillende aan-

  • 24 Jaarverslag AZRR 2012

    dachtsgebieden binnen de organisatie gestructureerd in kaart en verbindt deze met elkaar. Vanuit

    een langetermijnvisie worden doelstellingen benoemd en wordt de gewenste richting en vormgeving

    van de organisatie bepaald. Als instrument wordt het A3-jaarplan toegepast. Op basis van meting of

    de doelstellingen worden behaald, vindt verdere verbetering en vernieuwing plaats.

    3.4 Ketenmanagement en netwerkregie

    Voor afstemming binnen de acute zorgketen in de regio, bestaat het Regionaal Overleg Acute

    Zorgketen (ROAZ). Het ROAZ is opgericht in het kader van de Wet Toelating Zorginstellingen (WTZi)

    die op 1 januari 2006 is ingevoerd. Met de invoering van deze wet hebben de organisaties op het

    terrein van de acute zorg de opdracht gekregen om in regionaal verband structurele samenwer-

    kingsafspraken te maken. De ziekenhuizen in Nederland met een erkenning als Traumacentrum,

    zijn door VWS aangewezen om hierin de regie te voeren. In het werkgebied van AZRR is dit het

    Erasmus Medisch Centrum te Rotterdam.

    Aan het overleg wordt deelgenomen door vertegenwoordigers op bestuurlijk niveau van onder

    meer huisartsen en huisartsenposten, regionale ambulancevoorzieningen, ziekenhuizen, verloskun-

    digen en GGZ-instellingen met een crisisfunctie. AZRR participeert actief in het ROAZ.

    3.5 Informatiebeleid

    In 2012 is uitwerking gegeven aan de activiteiten zoals die zijn vastgelegd in het informatiebeleids-

    plan. In het kader hiervan is de informatiehuishouding zorgvuldig in kaart gebracht en is invulling

    gegeven aan zowel de interne informatievoorziening als de informatievoorziening aan externe par-

    tijen waaronder het RIVM en de zorgverzekeraar.

    In vervolg op het uitgewerkte plan van aanpak digitaal ritformulier heeft besluitvorming plaatsge-

    vonden over de introductie van het digitaal ritformulier. De implementatie van het digitaal ritfor-

    mulier levert een aantal voordelen op, waaronder een meer betrouwbare rittenadministratie, een

    kortere doorlooptijd van de verwerking, reductie van fouten bij registratie, verbeterde communica-

    tie met ketenpartners en een betere bijdrage aan landelijke onderzoeken. In 2012 is een projectlei-

    der aangesteld die de technische aspecten en benodigde randvoorwaarden in kaart brengt. De

    doelstelling is om in het voorjaar 2013 te starten met de invoering van het digitaal ritformulier.

  • 25

    3.6 Scholingsbeleid

    AZRR beschikt over een Regionaal Opleidingscentrum (ROC). Vanuit AZRR / ROC wordt nascholing

    verzorgd voor ambulanceverpleegkundigen, ambulancechauffeurs, praktijkbegeleiders, instructeurs,

    medewerkers van het bedrijfsopvangteam (BOT), ondersteunende diensten en medewerkers van de

    brandweer.

    In 2012 is hard gewerkt aan het opstellen van een visie en meerjarenbeleid. In het verlengde hier-

    van is nagedacht over het aanbod aan scholingen en trainingen dat de komende jaren zal worden

    verzorgd. In 2012 zijn voorbereidingen getroffen om een meerjaren Regionaal Opleidingsplan (ROP)

    2013 - 2017 te ontwikkelen. In het meerjaren ROP worden een visie, missie en strategie op het

    gebied van opleidingen geformuleerd. Anticiperend op actuele ontwikkelingen wordt de vertaal-

    slag gemaakt naar het benodigde opleidingsaanbod. Onderwerpen die specifiek aandacht krijgen

    zijn productdifferentiatie, bekwaamheden en toetsbeleid.

    De landelijke structuur van opleiding en bijscholing in de ambulancezorg is in beweging. De initile

    opleiding voor ambulanceverpleegkundigen, ambulancechauffeurs en verpleegkundig centralisten

    viel tot enkele jaren geleden onder de verantwoordelijkheid van de SOSA en was ondergebracht bij

    AZN. Met het opstellen van een convenant tussen AZN en de Academie voor Ambulancezorg (AvA)

    zijn in een eerder stadium afspraken gemaakt over afname van de opleidingen voor 2011 en 2012.

    In 2012 is besloten om de overeenkomst te verlengen waardoor RAV-en ook de komende jaren in

    principe de opleidingen afnemen bij de AvA.

    De verwachting is dat in de toekomst de markt wordt opengesteld waardoor ook andere oplei-

    dingsinstanties de initile opleidingen voor ambulancezorg kunnen aanbieden. De certificering van

    initile opleidingen in de ambulancezorg is in handen gegeven van het College voor

    Zorgopleidingen (CZO).

    Het ROC is voornemens om zich te ontwikkelen tot een geaccrediteerd (V&VN) dienstverlener.

  • 27

    Managementvan medewerkers4.1 Personeelsbestand AZRR

    Op 31 december 2012 zijn in totaal 353 medewerkers (327,11 FTE) werkzaam binnen AZRR. In de

    tabel is het aantal medewerkers en FTEs vermeld. Ook is de verdeling man / vrouw per leeftijdscate-

    gorie weergegeven.

    Formatie AZRR

    FTE Personen

    Ambulanceverpleegkundige 127,31 141Ambulancechauffeur 138,51 144Verpleegkundig centralist 17,39 18Niet-verpleegkundig centralist

    6,0 6

    Overige medewerkers 37,9 44

    Totaal 327,11 353

    4

  • Jaarverslag AZRR 201228

    Leeftijdsopbouw en verdeling man-vrouw

    M V Totaal

    < 25 jaar 0 1 125 - 29 jaar 6 8 1430 - 34 jaar 32 15 4735 - 39 jaar 34 17 5140 - 44 jaar 34 13 4745 - 49 jaar 61 12 73

    50 - 54 jaar 55 16 71

    55 - 59 jaar 35 6 41

    > 60 8 0 8

    Totaal 265 88 353

    Met de aanstelling van twee vrouwelijke teamleiders in 2012 is het management een meer repre-

    sentatieve afspiegeling van de verhouding man / vrouw binnen AZRR.

    4.2 Functionerings- en beoordelingsgesprekken

    In 2012 zijn de functionerings- en beoordelingsgesprekken met vrijwel alle medewerkers volgens

    planning uitgevoerd. Waar dit van toepassing is, wordt in het komend kalenderjaar een inhaalslag

    gemaakt.

    Voor het ambulancepersoneel bestaat de mogelijkheid voor het vervullen van neventaken zoals

    praktijkbegeleider, instructeur of Rapid Responder (verpleegkundige op de motorambulance of

    monolance). Ook kunnen medewerkers zitting nemen in verschillende commissies zoals de rooster-

    commissie of materialen commissie.

    4.3 Opleiding en bijscholing

    Het Regionaal Opleidingsplan (ROP) 2012 heeft als leidraad gediend voor de uitvoering van alle bij-

    en nascholingen.

  • 29

    4.3.1 Landelijke Initile opleiding

    In onderstaand overzicht is aangegeven hoeveel medewerkers in 2012 met de landelijke opleiding

    zijn gestart. Daarnaast is aangegeven hoeveel medewerkers die al in een eerder stadium met de

    opleiding zijn gestart de opleiding in 2012 daadwerkelijk hebben afgerond.

    Landelijke initile opleiding

    Gestart Geslaagd

    Ambulanceverpleegkundigen 9 8Ambulancechauffeur 5 5Verpleegkundig centralist 2 1Niet-verpleegkundig centralist 0 0

    4.3.2 Profcheck

    Jaarlijks legt volgens een vastgelegd rooster een deel van de medewerkers de vernieuwde profcheck af bij

    de Academie voor Ambulancezorg (AvA). De profcheck wordt afgenomen om tussentijds inzicht te behou-

    den of de kennis en vaardigheden op het gewenste niveau blijven.

    In een vernieuwde stijl die beter aansluit op de praktijk wordt het personeel getoetst in teamverband. Het

    uitgangspunt voor een team, bestaande uit een ambulanceverpleegkundige en ambulancechauffeur, is om

    de toets af te leggen met eigen materieel en rekening houdend met de specifieke regionaal geldende

    afspraken.

    De afname van de toets vindt plaats op basis van zowel theoretische kennis als casustiek. Casustiek wordt

    getoetst voor de aandachtsgebieden cardiologie, traumatologie, non-trauma en pediatrie. De ambulance-

    chauffeurs leggen een verkeers- en vervoerstechnische toets (VVT) af.

    Ter voorbereiding op de profcheck biedt het ROC trainingen aan. In vervolg op de profcheck wordt indivi-

    duele scholing en training geboden aan medewerkers voor wie dit gewenst is. Onderstaande tabel geeft

    inzicht in het aantal ambulanceverpleegkundigen en ambulancechauffeurs dat in 2012 de profcheck heeft

    afgelegd. De uitslag van de profcheck is competent of competent mits. In het laatste geval wordt rich-

    ting de medewerker een scholingsadvies of scholingsnoodzaak (eis) geformuleerd.

  • Jaarverslag AZRR 201230

    Profcheck

    Ambulanceverpleegkundigen Ambulancechauffeurs

    Aantal deelnemers profcheck 19 19Competent 18 17Competent mits, scholingsadvies 1 2Competent mits, scholingsnoodzaak

    0 0

    En ambulanceverpleegkundige en twee - chauffeurs hebben in aansluiting op de profcheck een

    advies ontvangen om aan bepaalde vaardigheden extra aandacht te besteden. Voor deze medewer-

    kers zijn op maat trainingen ontwikkeld door het ROC.

    Door deze gerichte actie is de geconstateerde achterstand weggewerkt en voldoen alle medewer-

    kers aan de gestelde eisen.

    Met het oog op de toekomst is een ontwikkeling in gang gezet om te komen tot een nieuwe en

    meer transparante toetsingsstructuur.

    4.3.3 Overige landelijke scholingen

    Naast de initile opleiding en de profcheck verzorgt de AvA nascholingen voor ambulancemedewer-

    kers. In 2012 hebben de volgende scholingen plaatsgevonden:

    PrehospitalTraumaLifeSupport(PHTLS)

    RefresherPHTLS

    Expert-classesvoorambulanceverpleegkundigenmetalsaandachtsgebiedencardiologie,

    ventilatie en huisartsgeneeskunde

    Expert-classesvoorambulancechauffeursmetpsychiatrieenmedicatieendoseringals

    onderwerpen

    4.3.4 Regionale nascholing

    In 2012 zijn regionale nascholingsdagen verzorgd om de theoretische kennis en praktische vaardig-

    heden verder te ontwikkelen. Bij de keuze van de themas voor de scholingsdagen zijn de ambulan-

    cemedewerkers actief betrokken. Al het uitvoerend ambulancepersoneel heeft de regionale scholin-

  • 31

    gen vanuit AZRR / ROC gevolgd en waar noodzakelijk zijn inhaalsessies georganiseerd. Centralisten

    van de MKA hebben de scholingen vanuit de GMK gevolgd. De volgende scholingsdagen zijn vanuit

    AZRR / ROC georganiseerd:

    Dag 1 Bekwaamheden en vaardigheden

    Aansluitend op de vereisten op het gebied van medische kennis, bekwaamheden en voorbehouden

    handelingen is aan de medewerkers een programma aangeboden. Het ROC toetst de bekwaamhe-

    den en voorbehouden handelingen. Er is tijd besteed aan de hercertificering BLS / AED (basale

    reanimatie) en de botboor (o.a. tweede inbrenglocatie).

    Ter voorbereiding op deze regionale nascholingsdag zijn zes inloopdagen georganiseerd. Deze

    inloopdagen zijn ook als trainingsdagen benut voor deelnemers met een herkansing voor de

    bekwaamheden.

    Dag 2 Casustiek, lichamelijk onderzoek en gebruik kinderkoffer

    Gedurende het eerste dagdeel staat theoretische toetsing centraal en besteden de ambulancever-

    pleegkundigen aandacht aan het onderdeel lichamelijk onderzoek. De ambulancechauffeurs richten

    zich naast de theoretische toets op het gebruik van de kinderkoffer. Het tweede dagdeel staat voor

    alle medewerkers in het teken van casustiek. Er is speciale aandacht voor persoonlijke kennis en

    vaardigheden.

    Dag 3 Maatwerk

    Het aanbod van de derde regionale dag is voor de ambulanceverpleegkundigen gericht op maat-

    werk, afgestemd op de werkervaring. Het programma krijgt een verdeling naar het aantal jaren van

    ervaring vanaf diplomering. De verdeling is 2008, 2009 en 2010 / 2011. Dit resulteert in drie cate-

    gorien met elk een eigen programma en doelgroep:

    Diploma Thema Deelnemers

    2008 Verloskunde gevorderd en casustiek kinderen 1052009 Intervisie en casustiek oudere kind 242010 / 2011 Verloskunde basis en casustiek pasgeborene 15

  • Jaarverslag AZRR 201232

    In de ambulancezorg heeft verloskunde een lage frequentie aan incidenten, echter vaak n met

    een grote impact. Het belang van de kennis en vaardigheden van behandeling van moeder en kind

    is essentieel. Naarmate ambulancepersoneel meer kennis en ervaring heeft met de doelgroep,

    wordt zoveel mogelijk verdieping geboden tijdens de scholingsdag.

    Het aanbod van de derde regionale scholingsdag voor de ambulancechauffeur was gericht op rij-

    vaardigheid.

    4.3.5 Opleiding Zorgambulance

    De initile opleiding voor de Zorgambulance wordt door AZRR zelf verzorgd en bestaat uit rijvaar-

    digheid, theoretisch onderwijs en praktijkstages. Op de Zorgambulance is het voor medewerkers

    mogelijk om werkzaam te zijn als chauffeur, begeleider of in een combifunctie. In 2012 zijn twee

    begeleiders (inclusief combifunctie) en twee chauffeurs gestart. Alle medewerkers hebben de oplei-

    ding met succes afgerond.

    4.3.6 Individuele trainingen

    Op aangeven van de leidinggevende of op verzoek vanuit de medewerkers zijn een aantal individu-

    ele trainingen door het ROC aangeboden. Ook voor medewerkers die na zwangerschaps- verlof de

    werkzaamheden hebben hervat, zijn herhalings- of aanvullende trainingen georganiseerd.

    4.3.7 Opleidingen GHOR

    Een deel van de ambulanceverpleegkundigen en -chauffeurs maakt deel uit van de AMBU-teams

    van de Geneeskundige Combinaties. In relatie hiermee volgen deze medewerkers de basis opleiding

    van de GHOR. Daarnaast wordt deelgenomen aan oefeningen waarbij het samenwerken met ande-

    re disciplines, zoals Rode Kruis eenheden wordt getraind. De chauffeurs van de AMBU-teams volgen

    een aanvullende rijopleiding met de speciale voertuigen die voor deze taak gebruikt worden.

    Ook leidinggevenden binnen de ambulancezorg vervullen een taak binnen de GHOR. Deze functio-

    narissen volgen opleidingen op het gebied van leidinggeven en samenwerken. Naast theoretische

    vorming wordt er veel aandacht geschonken aan de praktijk.

  • 33

    4.3.8 Overige scholingen

    Naast de reguliere scholingen voor ambulancemedewerkers zijn in 2012 aanvullende scholingen ver-

    zorgd ten behoeve van specifieke deskundigheidsbevordering van:

    Instructeurs

    Praktijkbegeleiders

    Medewerkersuitzendbureau

    BLS/AEDinstructeurs

    BOT-teamleden

    UrbanSearchAndRescue(USAR)-trainingen(extern)

    StagesvoorSEH-artseninopleidinginsamenwerkingmethetErasmusMCenhetSintFranciscus

    Gasthuis

  • 35

    Managementvan middelen5.1 Planningstool Zorgambulances

    Om de wachttijden binnen het besteld vervoer te minimaliseren, is op de MKA een planningstool

    voor de inzet van Zorgambulances gemplementeerd. Er is een nulmeting uitgevoerd en er zijn

    streefresultaten benoemd. Een logische vervolgstap is het vaststellen van meetbare prestatie-indica-

    toren zodat gericht gestuurd kan worden op optimale inzet van de Zorgambulances. Efficinte en

    planmatige inzet van Zorgambulances komt ten goede aan de dienstverlening in het besteld ver-

    voer en zorgt tegelijkertijd voor een ontlasting van reguliere ambulances die hierdoor meer

    beschikbaar zijn ten behoeve van het spoedvervoer. Op basis van de ervaringen met de plan-

    ningstool zal een evaluatie plaatsvinden.

    5.2 Navigatiesysteem CityGIS

    Het CityGIS navigatiesysteem is door AZRR gekozen als instrument om te beschikken over meer

    betrouwbare en actuele informatie voor de exacte plaatsbepaling van bestemmingslocaties en de af

    te leggen optimale route. Voor het navigeren naar de juiste locatie maakt CityGIS gebruik van de

    landelijke Basisregistraties Adressen en Gebouwen (BAG).

    5

  • Jaarverslag AZRR 201236

    In 2012 is in CityGIS een uitbreiding gerealiseerd die het mogelijk maakt om bij een rit aan het

    ambulancepersoneel specifieke informatie te verschaffen die beschikbaar komt op basis van de uit-

    vraag door de MKA.

    5.3 Portofoons

    In 2012 zijn binnen AZRR nieuwe portofoons van het merk Sepura ingevoerd. Alle medewerkers

    binnen AZRR hebben een instructie ontvangen over hoe zij met de portofoons om dienen te gaan.

    5.4 Medische inventaris en verbruiksmaterialen

    Er wordt intensief samengewerkt door beide ambulancediensten op het gebied van medische inven-

    taris en verbruiksmaterialen. Het uitgangspunt is dat al het ambulancepersoneel binnen AZRR

    gebruik maakt van identieke (gebruiks)materialen om uniforme kwaliteit van zorg te waarborgen.

    In vervolg op de invoering van het Landelijk Protocol Ambulancezorg (LPA) versie 7.2 zijn wijzigin-

    gen doorgevoerd in de spoedkoffer en kinderkoffer. De wijzigingen zijn geborgd in aangepaste

    inventarislijsten.

    5.5 Wagenpark

    AZRR beschikt over een gedifferentieerd wagenpark, bestaande uit reguliere ambulances, Mobiele

    Intensive Care Units (MICUs), ambulancemotoren en monolances. AZRR beschikt in dit kader over

    60 aanhangsels. In het wagenpark zijn in 2012 volgens de afschrijvingstermijnen acht reguliere

    ambulances vervangen en is n nieuwe Zorgambulance aangeschaft.

    Tevens zijn in 2012 de noodzakelijke voorbereidingen getroffen voor de introductie van een aantal

    nieuwe ambulances in het volgend kalenderjaar.

  • 37

  • 39

    Managementvan processen6.1 Kwaliteitssysteem

    AZRR beschikt over een gecertificeerd kwaliteitssysteem, waarin de procedures voor de primaire,

    ondersteunende en besturingsprocessen zijn beschreven. Het kwaliteitssysteem is via het intranet

    toegankelijk voor alle medewerkers.

    Jaarlijks vinden interne audits plaats om te toetsen of gewerkt wordt volgens het kwaliteitssysteem

    en of onderdelen van het kwaliteitssysteem aan revisie toe zijn. AZRR beschikt hiertoe over een

    groep van ongeveer tien interne auditoren. In 2012 zijn volgens planning verschillende interne

    audits uitgevoerd.

    Omdat de Coperatie AZRR is opgericht, is in het eerste half jaar van 2012 hard gewerkt om het

    kwaliteitsmanagementsysteem (KMS) te actualiseren en te herzien zodat dit aansluit bij de nieuwe

    situatie. Alle aangepaste procedurebeschrijvingen en gerelateerde documenten zijn voor de mede-

    werkers online in het KMS te raadplegen. De lay-out en beschrijvingen zijn in 2012 gebruiksvriende-

    lijker vormgegeven.

    6

  • Jaarverslag AZRR 201240

    Op basis van de nieuwe HKZ-certificatieschemas is de Coperatie AZRR getoetst. Op de eerste

    auditdag, vrijdag 10 augustus 2012, heeft een documentbeoordeling plaatsgevonden. AZRR heeft

    deze documentbeoordeling met goed resultaat doorlopen waarmee er groen licht was om de toet-

    sing in de praktijk uit te voeren met behulp van steekproeven en interviews. Deze toetsing heeft op

    23 en 24 augustus 2012 plaatsgevonden. Er is een tweetal verbeterpunten gesignaleerd waarvoor

    door AZRR meteen plannen van aanpak zijn opgesteld. Met de invoering van deze plannen wordt

    de dienstverlening van AZRR weer verder verbeterd. De plannen zijn inmiddels door de certificeer-

    der goedgekeurd waardoor het HKZ-certificaat voor de komende drie jaar is behaald.

    6.2 Samenwerkingsprocessen met ketenpartners

    Om de samenwerking met ketenpartners te structureren en te borgen, bestaat een aantal vaste

    overlegvormen.

    6.2.1 Traumacentrum Zuid-West Nederland

    In de keten van de acute zorg werkt AZRR nauw samen met het Traumacentrum Zuid-West

    Nederland. Structureel vindt afstemmingsoverleg plaats binnen het Traumaplatform Zuid-West

    Nederland. Eveneens worden vanuit AZRR ambulanceverpleegkundigen gedetacheerd voor het

    (Heli) Mobiel Medisch team.

    6.2.2 Ziekenhuizen

    Met de ziekenhuizen in de regio wordt periodiek overleg gevoerd. Dit overleg richt zich met name

    op de samenwerking en overdracht van patinten op de spoedeisende eerste hulp. Met enige regel-

    maat worden gezamenlijke casustiek besprekingen georganiseerd voor het ambulancepersoneel en

    het SEH-personeel van de ziekenhuizen.

  • 41

    6.2.3 Centrale huisartsenposten

    Op basis de samenwerkingsafspraken die AZRR heeft met alle huisartsenposten binnen de regio

    Rotterdam-Rijnmond vindt structureel afstemmingsoverleg plaats. Centraal in 2012 stond de lande-

    lijke beleidsagenda die is opgesteld door de koepelorganisaties Ambulancezorg Nederland (AZN) en

    de Vereniging Huisartsenposten Nederland (VHN). Als belangrijkste themas zijn gezamenlijke zorg

    ter plaatse, medische verantwoordelijkheid en informatie-uitwisseling besproken.

    6.2.4 Geestelijke Gezondheidszorg

    De samenwerking tussen de ambulancezorg en de acute geestelijke gezondheidszorg is in werkaf-

    spraken vastgelegd. In deze werkafspraken wordt geborgd in welke gevallen ambulancezorg gen-

    diceerd is bij patinten waarbij een Rechtelijke Machtiging (RM) geldt of waarbij er sprake is van

    een Inbewaringstelling (IBS). Uitgangspunt voor ambulancezorg t.a.v. de acute geestelijke gezond-

    heidszorg is de noodzaak tot verpleegkundig toezicht tijdens het vervoer. Jaarlijks vindt een evalua-

    tie van de werkafspraken plaats tussen de betrokken partijen.

    6.2.5 Verloskundigen

    Het opstellen van regiobrede samenwerkingsafspraken met verloskundigen vordert. De doelstelling

    is om de onderlinge samenwerking te verbeteren door duidelijke afspraken op te stellen over taken

    en verantwoordelijkheden. Hierin speelt de ontwikkeling van zogenoemde Verloskundige

    Samenwerkingsverbanden (VSVs) een belangrijke rol. Binnen een VSV werken gynaecologen uit het

    betreffende ziekenhuis en verloskundigen en huisartsen uit het verzorgingsgebied met elkaar

    samen. De doelstelling is om samenwerkingsafspraken met alle in de regio Rotterdam-Rijnmond

    aanwezige VSVs af te sluiten. Dit proces is in volle gang.

  • 43

    Waarderingdoor patinten7.1 Patinttevredenheid

    Over het algemeen zijn patinten zeer tevreden over de dienstverlening van AZRR. De dienstverle-

    ning wordt gemiddeld gewaardeerd met het rapportcijfer 8,56. Dit is een verbetering ten opzichte

    van het voorgaande onderzoek toen eveneens een hoge tevredenheid werd gemeten en het gemid-

    delde rapportcijfer 8,26 bedroeg. AZRR stelt alles in het werk om de patinttevredenheid op dit

    hoge niveau vast te houden of nog verder aan te scherpen.

    7.2 Klachten

    Binnenkomende klachten geven inzicht in de mate waarin de dienstverlening gewaardeerd wordt

    en welke aspecten mogelijk verbeterd kunnen worden. Voor AZRR vormen klachten daarom een

    belangrijke informatiebron en aangrijpingspunt voor verbetering. Bij de registratie van klachten

    wordt onderscheid gemaakt tussen klachten van clinten / direct betrokkenen en klachten van

    ketenpartners (huisartsen, ziekenhuizen en andere hulpverleners of zorginstellingen).

    Een klacht wordt zoveel mogelijk laagdrempelig afgehandeld door n van de klachtenbemidde-

    laars van AZRR. De bemiddelaar gaat na wat toedracht en oorzaak van de klacht is. Ook gaat de

    bemiddelaar in veel gevallen in gesprek met de klager en het betrokken ambulancepersoneel.

    7

  • Jaarverslag AZRR 201244

    De bemiddeling leidt in vrijwel alle gevallen tot een voor de klager naar tevredenheid verlopen

    afwikkeling van de klacht. Wanneer de bemiddelingspoging toch geen bevredigend resultaat ople-

    vert, of wanneer de klager daar in eerste aanleg de voorkeur aan geeft, wordt de klacht formeel in

    behandeling gegeven van de klachtencommissie. Van de klachten die in 2012 zijn ingediend, is n

    klacht voor formele behandeling doorgezet naar de klachtencommissie.

    In 2012 werden in totaal 48 klachten geregistreerd. 38 klachten hadden betrekking op clinten /

    direct betrokkenen. 10 klachten zijn ingediend door ketenpartners.

    Na de eerdere daling van het aantal klachten, is het aantal klachten in 2012 licht gestegen ten

    opzichte van het voorgaande kalenderjaar toen 44 klachten werden ingediend. In sommige klach-

    ten wordt onvrede geuit over meerdere aspecten. Veelal is er echter n aspect aan te wijzen dat

    het zwaarst weegt en dat uiteindelijk heeft geleid tot het indienen van de klacht. De tabel laat zien

    welke klachten per hoofdaspect zijn ingediend in 2012.

    Overzicht geregistreerde klachten naar type

    Klachten clinten / direct betrokkenen

    Klachten ketenpartners

    Hulpverlening / medisch technisch handelen 14 1Bejegening 9 4Indicatiestelling / urgentiebepaling MKA 4 0Ambulance te laat (A1-rit) 3 1Ambulance te laat (A2-rit) 1 0Lange wachttijd B-vervoer 3 1Kwaliteit material 1 0Overige 4 2

    Totaal ingediende klachten 38 10

    Afgehandeld in bemiddelingsfase 37 (97%) 10 (100%)Doorgezet voor formele behandeling door klachtencommissie

    1 (3%) 0 (0%)

  • 45

    7.3 Bedankjes

    Regelmatig zijn er patinten of familieleden die per e-mail of per brief AZRR bedanken vanuit

    tevredenheid over de geboden zorg. In 2012 werden officieel 26 bedankjes geregistreerd.

  • 47

    Waardering doormedewerkers8.1 In- en uitstroom

    Gegevens over in- en uitstroom zijn een belangrijke informatiebron wat betreft de waardering van

    medewerkers.

    Het vervullen van vacatures verloopt over het algemeen goed. Het gemiddelde instroompercentage

    van de betrokken organisaties in het kader van AZRR bedraagt in het achterliggende kalenderjaar

    3,5%. In totaal hebben in 2012 twaalf verpleegkundigen, vier verpleegkundig centralisten en vier

    overige medewerkers hun werkzaamheden binnen AZRR aangevangen. De huidige formatie bena-

    dert inmiddels de gewenste situatie.

    Het gemiddelde uitstroompercentage bedraagt 3,1%. In 2012 hebben 10 verpleegkundigen, 4

    chauffeurs, 1 niet-verpleegkundig centralist en 1 overige medewerker de organisatie verlaten. De

    belangrijkste redenen voor uitstroom zijn VUT / pensioen en het zoeken van een andere werkgever.

    In twee gevallen is sprake geweest van een WIA instroom.

    8

  • Jaarverslag AZRR 201248

    8.2 Ziekteverzuim

    Het ziekteverzuim binnen AZRR bedroeg in 2012 5,1%. Dit betekent een lichte overschrijding van

    de doelstelling van 5,0%. De belangrijkste verklaring ligt in het feit dat er een aantal langdurig zie-

    ken zijn. De doelstelling is om het ziekteverzuim de komende periode terug te dringen zodat het

    percentage onder de 5,0% ligt. Ten opzichte van het voorgaande kalenderjaar is reeds een reductie

    van het ziekteverzuim gerealiseerd van 0,7%.

    Ontwikkeling ziekteverzuim

    Jaar Ziekteverzuim

    2010 5,3%2011 5,8%2012 5,1%

    Het werken binnen de ambulancezorg vraagt veel van de fysieke en mentale weerbaarheid van

    medewerkers. Stressvolle omstandigheden en situaties van agressie en geweld vragen om een

    goede opvang en nazorg. Binnen AZRR functioneert in dit kader een Bedrijfsopvang Team (BOT)

    waar medewerkers na een incident een beroep op kunnen doen.

  • 49

  • 9Waardering doorde maatschappij 9.1 Berichtgeving in de media

    In 2012 heeft AZRR regelmatig in de belangstelling gestaan van landelijke, regionale en lokale media.

    Een terugkerend onderwerp in de berichtgeving betreft de aanrijdtijden van ambulances.

    In het bijzonder is aandacht besteed aan de aanrijdtijden in dunbevolkte gebieden zoals op het eiland

    Goeree-Overflakkee. De prestaties op Goeree-Overflakkee zijn in 2012 aanzienlijk verbeterd door de

    inzet van Rapid Responders.

    9.2 Opening opstelplaats Maasstad Ziekenhuis

    Op woensdag 19 december 2012 is bij het Maasstad Ziekenhuis in aanwezigheid van leden van de

    Raden van Bestuur van het Maasstad Ziekenhuis en AZRR officieel de nieuwe opstelplaats voor ambu-

    lances in gebruik genomen. De locatie van het Maasstad ziekenhuis is geografisch gezien gunstig

    gelegen met het oog op het afdekken van paraatheid in de regio. Tegelijkertijd is het ziekenhuis een

    locatie waar de bewegingen van ambulances geconcentreerd worden door patinten die opgehaald

    of gebracht worden.

    51

  • Jaarverslag AZRR 201252

    De ingebruikname van de opstelplaats bij het Maasstad ziekenhuis biedt de mogelijkheid om een

    ambulance gedurende een bepaalde periode op deze plek te stationeren. Het kunnen inzetten van

    een ambulance vanaf deze locatie draagt eraan bij dat in het omliggende gebied sneller ambulance-

    zorg kan worden geboden dan voorheen.

    9.3 Agressie en geweld

    Werknemers met een publieke taak worden in hun werk helaas geconfronteerd met agressie en

    geweld, ambulancepersoneel helaas niet uitgezonderd.

    In 2012 zijn er elf meldingen gedaan van agressie en geweld. Daarvan was in twee situaties sprake

    van fysiek geweld. Van de elf incidenten hebben er vier geleid tot het doen van aangifte bij de poli-

    tie.

  • 53

    En aangifte is bewezen verklaard en er is een taakstraf opgelegd aan de dader. Een tweede aangifte

    is nog in onderzoek bij de politie. Twee aangiftes zijn voor behandeling voorgelegd aan de rechtbank.

    Deze zaken lopen nog in verband met nader onderzoek.

    Er wordt nauw samengewerkt met het Openbaar Ministerie (OM) om de aangifteprocedure te versoe-

    pelen.

  • 55

    Bestuur enfinanciers10.1 Algemene Ledenvergadering, Raad van Toezicht en Raad van Bestuur

    In 2012 maakte de minister van VWS bekend dat de Coperatie AZRR de aanwijzing krijgt om met

    de inwerkingtreding van de Twaz (per 1 januari 2013) voor de komende periode van vijf jaar de

    ambulancezorg te verlenen in de regio Rotterdam-Rijnmond. En van de vereisten uit de Twaz is dat

    de rechtspersoon volledig is ingericht conform de Governance Code voor zorginstellingen. De

    bestuurlijke structuur van AZRR is ingericht volgens de Governance Code.

    De Algemene Ledenvergadering van AZRR bestaat uit T.P.J. Bruinsma (voorzitter), vertegenwoordi-

    ger van de VRR en S. Hesselink als vertegenwoordiger van de BIOS-groep. A. Littooij is als advise-

    rend lid toegevoegd aan de ALV.

    In 2012 is de Raad van Toezicht officieel genstalleerd. De Raad van Toezicht bestaat uit vier onaf-

    hankelijke leden. Dit zijn H.C.J. Roijers (voorzitter), E.P. Cassee, P.E. de Jong en R. van Peursen. De

    Raad van toezicht heeft in 2012 tweemaal vergaderd.

    10

  • Jaarverslag AZRR 201256

    De Raad van Bestuur bestaat formeel uit A. Littooij (voorzitter) en S. Hesselink. De directeursfunctie

    van A. Littooij is in de praktijk gemandateerd aan R. van Duijvenbode, die binnen de VRR verant-

    woordelijk is voor de portefeuille ambulancezorg. De Raad van Bestuur heeft in 2012 maandelijks

    vergaderd.

    10.2 Financiers

    Periodiek vindt overleg plaats met de zorgverzekeraars en worden productieafspraken gemaakt.

    10.2.1 Productieafspraken 2012

    De geldende productieafspraken voor 2012 zijn vermeld in de onderstaande tabel.

    Diensten

    Te leveren diensten volgens Referentiekader, inclusief vrije marge pilot Goeree-Overflakkee

    24.656

    Ritten

    Declarabele ritten 77.054Niet declarabele ritten (EHTP) 16.847

    Totaal 93.851

  • 57

    10.2.2 Gerealiseerde productie 2012

    Onderstaande tabel toont het aantal geleverde diensten en uitgevoerde ritten in 2012.

    Diensten

    Te leveren diensten volgens Referentiekader, inclusief vrije marge pilot Goeree-Overflakkee

    25.245

    Geleverde diensten op de Maasvlakte op basis van Publiek-Private Samenwerking (PPS), aanvullend op Referentiekader

    732

    Ritten

    Declarabele ritten 75.880Niet declarabele ritten (EHTP) 17.079Totaal 92.959

  • 58 Jaarverslag AZRR 2012

    10.2.3 Ontwikkeling aantal ritten per categorie

    De tabel maakt de ontwikkeling van het aantal ritten per categorie inzichtelijk over de jaren 2010,

    2011 en 2012.

    2010 2011 2012

    Aantal ritten

    Declarabele ritten 77.026 77.054 75.880Niet declarabele ritten 16.825 16.847 17.079Totaal aantal ritten 93.851 94.570 92.959

    Aantal ritten naar urgentie

    A1-ritten 42.660 42.901 42.155A2-ritten 16.341 17.611 19.290B-ritten 34.910 34.058 31.514

    Totaal 93.851 94.570 92.959

    Er is in 2012 sprake van een daling van ruim 1.600 ritten ten opzichte van 2011. Een mogelijke ver-

    klaring is de samenvoeging van ziekenhuislocaties tot grote concerns met een breed aanbod van

    diagnostiek en behandeling, waardoor minder vervoer per ambulance tussen ziekenhuislocaties

    noodzakelijk is. Dit uit zich met name in de terugloop van het aantal B-ritten. De stijging van het

    aantal A2-ritten kan te maken hebben met de kwaliteitsslag die is gemaakt op de meldkamer.

    Onder andere door de invoering van ProQA als nieuwe uitvraagstructuur voor de telefonische triage

    bij spoedmeldingen. In feite is hierdoor sprake van een verschuiving van ritten van urgentie A1 naar

    urgentie A2.

  • 59

    10.3 A1-Prestaties per standplaatsgebied

    Belangrijke gegevens voor bestuur en financiers betreffen de cijfers over spoedvervoer. AZRR han-

    teert als enige regio in Nederland de techniek van automatisch statussen waarbij rittijden geauto-

    matiseerd en mensonafhankelijk worden geregistreerd.

    Hieraan gerelateerd is een verschil ontstaan in methode om de prestaties te berekenen tussen het

    Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) en AZRR. Om dit verschil te elimineren en

    ervoor zorg te dragen dat cijfers uniform zijn, heeft AZRR de methode aangepast zodat vanaf met

    ingang 2012 de cijfers op een vergelijkbare wijze worden berekend als de cijfers van het RIVM. In

    het voorgaande jaarverslag is inzichtelijk gemaakt dat dit leidt tot een trendbreuk in de prestaties.

    Vanaf 2012 worden de prestaties uitsluitend nog weergegeven volgens de methode RIVM.

    2010 2011 2012

    Methode AZRR 91,2% 93,0% n.v.t.Methode RIVM 88,9% 90,3% 90,3%

    Op basis van de methode RIVM zijn de prestaties in 2012 op een vergelijkbaar niveau gebleven.

    In het vervolg van dit hoofdstuk worden de specifieke cijfers getoond per standplaatsgebied en per

    gemeente.

  • Jaarverslag AZRR 2012

    Op basis van het Referentiekader Spreiding en Beschikbaarheid beschikt AZRR over negen stand-

    plaatsen. Vanuit iedere standplaats wordt ambulancezorg verleend voor het omliggende stand-

    plaatsgebied. In onderstaande tabel is weergegeven welk percentage van de A1-ritten in het jaar

    2012 binnen de normtijd van 15 minuten is gearriveerd.

    Standplaatsgebied Binnen normtijd van 15 minuten

    1. Berkelse Poort 91,7%2. Rotterdam Baan 94,1%

    3. Capelle aan den IJssel 91,3%

    4. Barendrecht 90,9%5. Schiedam 89,6%6. Spijkenisse 84,9%7. Brielle 83,3%8. Haringvlietdam 82,0%9. Dirksland 88,4%Totaal 90,3%

    10.4 A1-prestaties per gemeente

    Zoals eerder genoemd wordt het verzorgingsgebied van AZRR gekenmerkt door een sterk verstede-

    lijkt gebied met een relatief hoge zorgvraag (Rotterdam en omstreken) en een ruraal / suburbaan

    gebied met een relatief lage zorgvraag (Voorne-Putten en Goeree-Overflakkee).

    60

  • Onderstaande tabel maakt de prestaties per gebied en tevens per gemeente inzichtelijk. De gemeen-

    ten zijn gesorteerd op het aantal uitgevoerde A1-ritten. Daarnaast is per gebied en per gemeente de

    gemiddelde responstijd weergegeven (verstreken tijd tussen eerste melding en aankomst bij de

    patint).

    Aantal A1-ritten

    Binnen responstijd van

    15 minuten

    Gemiddelde responstijd

    Rotterdam en omstreken

    Rotterdam 24.280 92,7% 10:04Schiedam 2.454 93,2% 09:25Vlaardingen 2.149 89,4% 09:52Capelle aan den IJssel 1.943 93,7% 09:39Ridderkerk 1.321 83,3% 12:45Barendrecht 1.114 92,9% 09:26Lansingerland 796 80,6% 11:50Maassluis 715 76,5% 13:10Albrandswaard 649 80,8% 12:43Krimpen aan den IJssel 619 82,3% 11:50Subtotaal 36.040 91,2% 10:15

    Voorne-Putten

    Spijkenisse 2.334 86,3% 09:48Hellevoetsluis 1.170 86,2% 11:48Brielle 500 88,2% 09:12Westvoorne 433 83,8% 12:13Bernisse 323 80,6% 13:05Subtotaal 4.760 85,9% 10:41

    Goeree-Overflakkee

    Middelharnis 469 92,9% 09:32Goedereede 372 67,3% 13:13Dirksland 307 92,3% 09:00Oostflakkee 207 71,6% 13:26Subtotaal 1.355 82,7% 11:00

    Totaal 42.155 90,3% 10:19

    61