Akademos magazine 04 2013

20
Vrije Universiteit Brussel Pleinlaan 2 B-1050 Brussel België - Belgique P.P. / P.B. B-06 REDELIJK EIGENZINNIG INFORMATIEMAGAZINE VRIJE UNIVERSITEIT BRUSSEL Akademos JG.16 NR.2 APRIL - MEI 2013 Alle eredoctoraten naar vrouwen

description

Alle eredoctoraten naar vrouwen

Transcript of Akademos magazine 04 2013

Page 1: Akademos magazine 04 2013

Vrije Universiteit BrusselPleinlaan 2B-1050 Brussel

België - Belgique

P.P. / P.B.

B-06

R E D E L I J K E I G E N Z I N N I G I N F O R M A T I E M A G A Z I N E VRIJE UNIVERSITEIT BRUSSELAkademos JG.16 • NR.2

APRIL - MEI 2013

Alle eredoctoraten naar vrouwen

Page 2: Akademos magazine 04 2013

2 W I S T U D A T •••

••• gevederde dinosauriërs een grote verscheidenheid vertonen? Belgische onderzoekers beschrij-ven in het gerenommeerde tijd-schrift Nature Communications een nieuwe theropode dino-sauriër. Pascal Godefroit van het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen en Philippe Claeys van de Vrije Universiteit Brussel werkten mee aan het arti-kel “Reduced plumage and flight ability of a new Jurassic paravian theropod from China”. De beschrijving toont aan dat vanaf het Midden-Jura de bevedering van de gevederde dinosauriërs erg gediversifieerd was. Korte of lange veren, dichtbegroeid of dun gezaaid: de eigenschappen van de pluimen bepaalden de levenswijze van de verschillende gevederde dinosauriërs. Zweefden ze? Liepen ze? Deze studie bewijst in ieder geval dat ze uiteenlopende ecologische niches bezetten.

••• nanokracht van licht tot 200 maal groter kan worden?Onderzoekers aan de Vrije Universiteit Brussel hebben een nieuwe methode bedacht om de nanokracht van licht op materie te versterken. Tegenwoordig kan men hele kleine dingen, zoals moleculen, verplaatsen door licht. Maar momenteel blijft deze nanokracht van licht beperkt. Door het werk aan de VUB wordt deze kracht echter tot 200 maal vergroot. FWO-aspirant Vincent Ginis en prof. Irina Veretennicoff bedachten samen met coauteurs dr. Philippe Tassin en prof. Costas Soukoulis (Iowa State University, VS) een nieuwe methode om optische krachten drastisch te versterken. De techniek maakt gebruik van een van de allernieuwste inzichten van het elektromagnetisme, nl. de transformatieoptica, door voor licht de illusie te creëren dat de golfgeleiders op een kleinere afstand van elkaar staan. Dit kan bereikt worden met behulp van zogenaamde metamaterialen (kunstmatige materialen) opgebouwd uit dunne metaallagen. Dit analytische en numerieke werk betekent een belangrijke stap in de manipulatie van optische componenten met behulp van optische krachten. Materie in beweging brengen door middel van licht kent toepassingen in de fotonica, in de optomechanica en in informatieverwerkende systemen. In de toekomst kan mogelijk hierdoor bijvoorbeeld het touchscreen van een smartphone sterk worden verbeterd, kunnen artificiële spieren veel preciezer werken of micromotoren door licht worden aangestuurd.

••• het internationale taalgebruik in Brussel stevig groeit? Het taalgebruik in Brussel wordt steeds diverser en dus internationaler. Dat blijkt uit de derde Taalbarometer, gebaseerd op onderzoek verricht door BRIO, het Brussels Informatie-, Documentatie- en Onderzoekscentrum van de Vrije Universiteit Brussel. “Bij de jongste generatie Brusselaars wordt zowel het Nederlands als het Frans in gezinsverband meer gesproken in combinatie met een andere taal dan als enige taal. Waar vroeger de taalkloof liep tussen Nederlandstaligen en Franstaligen, loopt deze nu tussen eentaligen en twee- of meertaligen”, aldus Rudi Janssens die het onderzoek verrichtte. In 2006 werden 96 talen in de Europese hoofdstad gesproken, nu zijn er dat 104. Er wordt wat minder Nederlands gesproken, maar voor het Frans geldt hetzelfde. De verhoudingen tussen de twee talen blijven dezelfde. Het aantal mensen dat in een gezin opgroeide waar uitsluitend Frans of Nederlands wordt gesproken, is teruggelopen tot veertig procent. Vooral de ontwikkeling bij de Franstaligen is opvallend: vijf jaar geleden kwam maar liefst 56 procent van de Brusselaars uit een eentalig Franstalig gezin, nu nog maar 33 procent.

••• Brusselse wetenschappers op Antarctica een meteoriet van 18 kg hebben ontdekt?Een team wetenschappers op de onderzoeksbasis Princess Elisabeth Antarctica heeft een meteoriet van 18 kg ontdekt die ingebed zat in de Antarctische ijskap. Het is de grootste meteoriet die in de regio gevonden werd sinds 1988.De vijf wetenschappers van de VUB en de ULB maken deel uit van het SAMBA-project. In dat project werken ze samen met wetenschappers van het Japanse Nationaal Instituut voor Poolonderzoek (NIPR) en de Universiteit van Tokio. Het team was op zoek naar meteorieten die verspreid zijn over het Nansen Ice Field toen ze op 28 januari de 18 kilogram zware gewone chondriet vonden.

IRSN

B-KB

IN/P

. Gol

inva

ux

Page 3: Akademos magazine 04 2013

AKADEMOS - JG.16 • NR2 • APRIL - MEI 2013

Alle eredoctoraten naar vrouwen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4

Emancipatie of compensatie? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6

Nieuwbouwcomplex wordt open, groene toegang voor VUB-campus . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8

Nieuwe onderwijsmethodes om werken en studerensuccesvol te combineren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10

Kort Nieuws . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11

Samenwerking met China loont . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12

VUB en UZ Brussel samen op de fiets tegen kanker . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14

Ik studeerde aan de Vrije Universiteit Brussel:Erwin De Clerck, adjunct-directeur Vlaamse Liga tegen Kanker . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16

Binnenklasdifferentiatie: een must of een hype? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18

Personalia . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19

I N H O U D

3

••• er overeenkomsten bestaan tussen zuignappen van kikkers en het haar van zoogdieren?Een team biologen van de Vrije Universiteit Brussel hebben een onverwachte gelijkenis gevonden tussen zuignappen van kikkers en de haren van zoogdieren. Wim Vandebergh, Margo Maex, Franky Bossuyt en Ines Van Bocxlaer bestudeerden de genen betrokken bij de vorming van zuignappen van kikkers. De wetenschappers ontdekten dat de eiwitten die de uit-stulpingen van de zuignappen maken, dezelfde zijn als de-gene die de vorming van haren in zoogdieren bepalen. De onderzoekers publiceerden hun resultaten in het wetenschap-pelijke tijdschrift ‘Biology Letters’.

Zuignappen van kikkers bestaan uit duizenden microscopisch kleine uit-stulpingen aan het uiteinde van een vinger of teen. Die unieke opbouw maakt van de dieren behendige klimmers waardoor ze bijvoorbeeld moeiteloos tegen het glas van een terrarium kunnen blijven plakken. Nu blijkt dat de eiwitten die deze uit-stulpingen maken dezelfde zijn als degene die de vorming van haren in zoogdieren bepalen.

••• studenten 1 kilo zwaarder worden in hun eerste semester? Studenten komen in hun eerste semester aan de universiteit gemiddeld één kilo aan. Dit blijkt uit een studie van VUB-onderzoeker Tom Deliens. 101 studenten namen deel aan het onderzoek. Studenten hebben het vaak moeilijk om op een ‘gezonde’ manier om te gaan met hun nieuwe onafhankelijkheid en zelfstandigheid, terwijl bijvoorbeeld ouderlijke controle voor een groot deel wegvalt. We zien dat factoren zoals geslacht en woonsituatie (mannelijke studenten en kotstudenten zijn meer geneigd om in gewicht toe te nemen), hogere sedentariteit (vnl. tv-kijken), ongezonde eet- en drinkgewoontes (zoals vetrijke voeding, alcohol), alsook vaker buitenshuis eten (inclusief studentenrestaurant), minder uren spenderen aan lezen en studeren, en minder uren slaap tijdens het weekend deze gewichtstoename gedeeltelijk verklaren.Het onderzoek is gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift Appetite.

Page 4: Akademos magazine 04 2013

De uitreiking van de eredoctoraten vindt plaats op dinsdag 28 mei 2013 om 10u30 in Aula Q (campus Etterbeek)

Alle eredoctoraten naar vrouwenDe Vrije Universiteit Brussel reikt in 2013 al haar eredoctoraten uit aan vrouwen: prof. Cecilia Jarlskog (Lund University, Zweden), prof. Londa Schiebinger (Stanford University, Verenigde Staten), prof. Carol Gilligan (New York University, Verenigde Staten), aanklaagster Fatou Bensouda (Internationaal Strafhof) en de Belgische tenniskampioene Kim Clijsters. De uitreiking vindt plaats tijdens een offi ciële ceremonie op dinsdag 28 mei. Kim Clijsters en Fatou Bensouda ontvangen hun eredoctoraat later dit jaar.

4 E R E D O C T O R A T E N 2 0 1 3

Op initiatief van de academische overheid

Fatou Bensouda, aanklaagster Internationaal StrafhofProximus: prof. Yvette Michotte, vicerector

Prof. Londa Schiebinger, Stanford University (VS)Proximus: prof. Viviane Jonckers, vicerector

Op initiatief van de overlegstructuur Exacte Wetenschappen

Prof. Cecilia Jarlskog, Lund University (Zweden)Proximus: prof. Catherine De Clercq

Op initiatief van de overlegstructuur Medische Wetenschappen

Kim Clijsters, gewezen sportkampioeneProximus: prof. Veerle De Bosscher

Op initiatief van de overlegstructuur Humane Wetenschappen

Prof. Carol Gilligan, New York University (VS)Proximus: prof. Jasmina Sermijn

Tenniskampioene Kim Clijsters (België)

Kim Antonie Lode Clijsters is een wereldberoemde, Belgische (voormalige) toptennisster. Ze was de eerste Belgische speelster die de finale van een Grand Slam haalde, ze won in totaal vier keer een Grand Slam en behaalde 41 eindoverwinningen in WTA-toernooien, zowel in het enkel- als in het dubbelspel. Ze stond in totaal 20 weken op nummer 1 van de wereldrang-lijst. Toen ze in 2011 op nummer 1 stond, was ze de eerste moeder ooit die het tot nummer één van het vrouwentennis schopte. Voor haar sportieve carrière kreeg Kim Clijsters heel wat onderscheidingen waaronder acht keer Belgische Sportvrouw van het jaar, Belgische Sportpersoonlijkheid van het Jaar (2003) en het Grootkruis in de Kroonorde.Met het eredoctoraat wordt waardering uitgedrukt voor de rol die Kim Clijsters als ambassa-drice voor de sport vervulde en voor de manier waarop ze een topsportcarrière heeft gecombi-neerd met een gezin. Zij is een voorbeeld voor vele talentvolle vrouwen die gedwongen zijn om te kiezen tussen werk en gezin. Ook is ze maatschappelijk geëngageerd, zo zet ze zich volop in voor SOS Kinderdorpen. Met haar innemende persoonlijkheid is ze uitgegroeid tot een van de grootste sportambassadeurs die ons land ooit heeft gehad.

Rector Paul De Knop: “Het zijn vijf uitmuntende toppers – vier uit de academische wereld en een uit de sport – die allen het allerhoogste niveau in hun vakgebied hebben bereikt, en vrouw zijn.” De Vrije Universiteit Brussel streeft naar een beter evenwicht tussen man en vrouw in de academische wereld en voert een actief genderbeleid. “Niet alleen nu, maar ook in de toekomst gaan we daar op inzetten. Zo zal er een evenwichtige verhouding komen tussen man en vrouw bij de toekomstige kandidaten voor de eredoctoraten.”

Page 5: Akademos magazine 04 2013

AKADEMOS - JG.16 • NR2 • APRIL - MEI 2013 5

Prof. Cecilia Jarlskog (Lund University, Zweden)

Cecilia Jarlskog is een Zweedse natuurkundig theoretica die voornamelijk werkt aan de ele-mentaire deeltjesfysica. Jarlskog promoveerde in 1970 in de theoretische deeltjesfysica en werkte tot 1972 voor het CERN. In 1976 werd zij professor in Bergen (Noorwegen), vanaf 1985 bekleedde zij dat ambt aan de Universiteit Stockholm (Zweden) en sinds 1994 is zij professor aan de Lund University.Sinds 1984 is zij lid van de Zweedse Academie der Wetenschappen en vanaf 1997 van de Noorse Academie. Van 1989 tot 2000 was zij een van de vijf leden van het Zweedse Nobelprijscomité voor Natuurkunde en sinds 1996 zetelt zij in de Board of Trustees van de Nobelstichting. Van 1998 tot 2004 was zij voor het CERN verantwoordelijk voor het contact met de deelnemende landen. Daarnaast is ze nog voorzitster van de raad van bestuur van het Noorse Instituut voor Theoretische Fysica en voorzitster van de International Union of Pure and Apllied Physics.

Prof. Carol Gilligan (New York University, VS)

Carol Gilligan is professor aan de universiteit van Harvard. In 1982 schreef ze “In a different voice. Psychological Theory and Women’s Development”. Haar boek geeft kritiek op haar vroe-gere leermeester Lawrence Kohlberg, maar ook op Jean Piaget en Sigmund Freud. Zij zouden vrouwen psychologisch als een donker continent beschouwen en ze zogezegd een minder ontwikkelde moraal toeschrijven dan mannen. Gilligan concludeerde dat vrouwen en mannen inderdaad meestal op een andere manier rede-neren, waarbij vrouwen meer aandacht besteden aan het behouden van relaties (zorgethiek) en mannen eerder redeneren op basis van een soort rechtvaardigheidsethiek. Zij heeft baan-brekend en invloedrijk onderzoek naar gender verricht. Zij ontving al vele wetenschappelijke prijzen.

Prof. Londa Schiebinger (Stanford University, VS)

Londa Schiebinger is een wetenschapshistorica gespecialiseerd in het onderzoek naar de rela-tie tussen gender en wetenschap. Ze bekleedt belangrijke academische functies: ze is John L. Hinds Professor of History of Science, en Barbara D. Finberg Director of the Michelle R. Clayman Institute for Gender Research at Stanford University.Ze behaalde haar bachelor Engels in 1974 aan de University of Nebraska en haar master Geschiedenis aan de Harvard University in 1977, waar zij ook in 1984 promoveerde. In haar wetenschappelijke werk heeft ze aangetoond hoe genderanalyse, toegepast op wetenschap en technologie, nieuwe mogelijkheden creëert voor toekomstig onderzoek. Het wereldwijde belang van haar werk wordt geïllustreerd door de rol die zij heeft gespeeld in het stimuleren van onderzoek naar de aard van wetenschap vanuit het perspectief van gender. Haar werk leidde onder andere tot VN-resoluties Gender, Science and Technologie in maart 2011.

Aanklaagster Fatou Bensouda (Internationaal Strafhof)

Fatou Bom Bensouda is een Gambiaanse juriste en voormalige politica. Ze was minister van Justitie van Gambia en is sinds 15 juni 2012 aanklaagster bij het Internationaal Strafhof in Den Haag. Sinds september 2004 was ze daar al plaatsvervangend aanklaagster.Bensouda heeft verschillende prijzen en onderscheidingen gekregen voor haar juridische werk, met als belangrijkste (in 2009) de Internationale Juristenprijs van de Internationale Commissie van Juristen. Het tijdschrift Jeune Afrique plaatste haar in 2010 als vierde op een lijst van meest invloedrijke Afrikanen.Zij wordt beschouwd als een leidinggevende stem om regeringen aan te zetten tot rechtvaar-digheid, vooral in Afrika. Haar inspanningen om gender crimes te bestrijden en om misdaden tegen kinderen te vervolgen, maken van Fatou Bensouda een buitengewoon rolmodel.

Page 6: Akademos magazine 04 2013

6 E R E D O C T O R A T E N 2 0 1 3

Emancipatie of compensatie?De titel ‘doctor honoris causa’ gaat gepaard met een eerder vrouwelijk ogende toga. Toch zijn het meestal mannen die hem in ontvangst nemen. Tijdens de jongste drie uitreikingen aan de VUB gingen vijf eredoctoraten naar vrouwen, tegenover vijftien naar mannen. In de overtuiging dat dat nog beter kan, besliste de Vrije Universiteit Brussel daarom om in 2013 alle eredoctoraten aan vrouwen uit te reiken. Dit statement past in het actieve genderbeleid van de VUB. We vroegen een reactie aan twee prominente vrouwelijke professoren, Catherine De Clercq (tevens proximus van eredoctor Cecilia Jarlskog) en gewezen vicerector Hélène Casman.

“Vaak is positieve discriminatie de enige manier om iets te veranderen voor vrouwen. We hebben wel gemengde gevoelens bij het feit dat we hen hiervoor op een podium moeten plaatsen, maar voor mij is dat het enige dat werkt. Als je gewoontes en opinies wilt doorbreken, moet je forceren. Als je wilt gehoord worden, moet je luid spreken. Deze eredoctoraten brengen het debat op gang en daarmee is onze missie geslaagd. Het belangrijkste blijft dat het stuk voor stuk uitzonderlijke vrouwen zijn, die geselec-teerd zijn omwille van hun kwaliteiten en realisaties. We hadden trouwens een hele lange lijst van vrouwelijke kandidaten om uit te kiezen. Desondanks zien mensen vrou-wen vaak niet staan en zoeken universiteiten in eerste instantie ook niet naar vrouwen voor een erkenning als een eredoctoraat. Daarom moet je hen forceren om verder te kijken, want vrouwen trekken nu eenmaal vrouwen aan.

Het was niet het idee van de Vrouwenraad om dan maar meteen alle vijf de ere-doctoraten aan vrouwen uit te reiken, maar we vonden dat we deze kans moesten grijpen en staan erachter. Anderzijds mag dit niet eenmalig zijn, er moeten concrete gevolgen komen, onder andere elk jaar minstens één vrouw op het podium. Dat zou tegelijk ook representatief zijn voor de verhoudingen in de academische wereld. Of: dat in de toekomst de faculteiten die aan de beurt zijn, telkens een vrouwelijke én een mannelijke kandidaat moeten selecteren. In de jaren zestig heeft de feministische strijd veel resultaten opgeleverd waardoor we nu denken dat de strijd gestreden is, maar niets is minder waar. Discriminiatie gebeurt ook zeker niet altijd doelbewust, soms sluipt het binnen via gewoontes. Het gaat over de bewustwording daarvan. Persoonlijk vind ik het ook veel aangenamer werken in commissies waar maximaal twee derde van de leden hetzelfde geslacht heeft. Mannen en vrouwen denken anders en vullen elkaar zo aan, die mix brengt rust. Trouwens, als de genderverdeling in de maatschappij 50-50 is, lijkt het me ook maar normaal dat die weerspiegeld wordt.”

“Deze eredoctoraten brengen het debat op gang”

Prof. Catherine De Clercq hoofddocent Fysica, voorzitster VUB-Vrouwenraad

Page 7: Akademos magazine 04 2013

AKADEMOS - JG.16 • NR2 • APRIL - MEI 2013 7

“Hoewel ik er geen seconde aan twijfel dat de vijf vrouwen de eredoctoraten ten volle verdienen en ook terecht krijgen, vind ik het jammer dat de VUB besloten heeft om in 2013 alleen vrouwen te kiezen. Is dat ter compensatie en denken ze dat alles nu gecom-penseerd is? Is het eenmalig? Ik zie het liever structureel, dat jaarlijks bijvoorbeeld een vast aantal eredoctoraten naar vrouwen gaat. Vrouwelijke rolmodellen blijven voor mij belangrijk, want dat werkt het meest inspirerend. Een rolmodel wordt versterkt door een eredoctoraat, maar je kan ook een rolmodel zijn zonder een eredoctoraat. De realiteit is wat ze is, er zijn nu eenmaal minder vrouwen in de academische wereld. Hoe realiseer je overigens een genderevenwicht in een orgaan dat moet verkozen worden, zoals de Studentenraad of de Raad van Bestuur? Begrijp me niet verkeerd, ik ben altijd voor vrouwen opgekomen. Ik was als notaris werkgever van zeventien

bedienden en voerde een uitzonderlijk vrouwvriendelijk personeelsbeleid op mijn kantoor. En in 2011 heb ik bijvoorbeeld met volle overtuiging meegewerkt aan een VUB-Campustalks naar aanleiding van de 100ste Internationale Vrouwendag. Tijdens mijn carrière heb ik heel wat dingen verwezenlijkt, maar of dat nu ondanks of dankzij het feit is dat ik vrouw ben, dat weet ik niet. Ik hoop een vrouw te zijn waar veel jonge vrouwen zich aan spiegelen. Er bestaan veel studies over het glazen plafond in de academische wereld, maar persoonlijk heb ik dat nooit gevoeld - misschien heb ik gewoon geluk gehad. Ik heb wel de indruk dat dat verschilt van discipline tot discipline. In de criminologie zijn er veel vrouwelijke proffen, in de rechten wat minder, maar we bereiken toch genoeg vrouwen zonder daar expliciet een beleid voor te voeren. In sommige vakgebieden vereist genderevenwicht dus geen externe maatregelen, al is de situatie in de exacte wetenschappen beslist anders. Toen ik in de jaren zestig begon te studeren, was in de rechtenopleiding een student op de vijf een vrouw. Nu is daar meer dan de helft van de studenten vrouwelijk. Net zoals nu al drie op de tien Belgische notarissen vrouwen zijn, tegenover een op de tien in 1983, toen ik eraan begon. Dat is sowieso een ander gegeven dan bijvoorbeeld bij de ingenieurs. In dat opzicht helpt het ook zeker dat de faculteit Ingenieurswetenschappen nu een vrouwelijke decaan heeft, ik vind dat een fantastische prestatie.” [jdm]

“Je kan ook een vrouwelijk rolmodel zijn zonder eredoctoraat”

Prof. Hélène Casman, gewoon hoogleraar, gewezen decaan faculteit RC (2002-2008), gewezen vicerector Studentenbeleid (2008-2012)

Prof. Marleen Temmerman kreeg een VUB-eredoctoraat in 2011

Page 8: Akademos magazine 04 2013

Het zicht dat de nieuwbouw van de Vrije Universiteit Brussel vormt vanaf de Triomflaan. In het lichtgrijs zien we het cultuurgebouw, als een ‘Landmark’ voor de stad. Rechts zien we op de benedenverdieping de dienst huisvesting met de studentenwoningen daarboven. Links zien we op de gelijkvloerse verdieping de gemeenschappelijke ruimtes voor de studentenwoningen met daarboven weer studentenwoningen.

Een ander perspectief vanaf de de Triomflaan op de VUB-nieuwbouw. In het lichtgrijs zien we het cultuurgebouw, daarachter staan de concertzaal en leslokalen. Rechts zien we op de gelijkvloerse verdieping de dienst huisvesting en links de gemeenschappelijke functies, met daarboven nieuwe studentenwoningen.

8 N I E U W B O U W P R O J E C T X Y

Conix Architects uitverkoren voor nieuwbouwcomplex

Open, groene toegang voor campus Vrije Universiteit BrusselHet winnende ontwerp voor de nieuwe gebouwen van de Vrije Universiteit Brussel vormt een open, groene toegang tot de campus. Het is een uitgebreid complex van leslokalen, kantoren, ruimte voor cultuur en studentenkoten. Het geheel bestaat uit onderscheidende architectonische ontwerpen die gezamenlijk een stedelijke eenheid vormen. Het ontwerp is van de hand van architectenbureau Conix Architects.

Page 9: Akademos magazine 04 2013

AKADEMOS - JG.16 • NR2 • APRIL - MEI 2013 9

De achtergevel van de studentenwoningen. We zien ook de horizontale en verticale passages en passerellen.

Rector Paul De Knop ondertekent eind maart de overeenkomst met Christine Conix, de oprichtster van Conix Architects. Links op de foto projectmanager Annick Faveere.

Dit is het zicht vanuit de campus richting Triomflaan. Links zien we het onderzoeksgebouw, dat een ‘Landmark’ op de campus vormt. Rechts zien we het gebouw met de leslokalen.

Het ontwerp van Conix Architects is uitgekozen, omdat het zeer goed integreert met de stad. De Vrije Universiteit Brussel krijgt hiermee een dui-delijke ingang. Het nieuwbouwcomplex geeft de aanpalende Triomflaan een sterker stede-lijk aangezicht en bakent de campusruimte van binnenuit duidelijk af. Er is geopteerd voor een beperkt en goed doordacht pallet van materia-len om de stedenbouwkundige opzet nauwge-zet te ondersteunen. De architecturale uitwer-king is sterk uitgepuurd.De plannen zijn helder ontworpen en de func-tionaliteit overheerst; de gebouwen zijn zeer goed georganiseerd en vormen een sterk func-tioneel geheel. De bouwkundige logica en de technische vereisten zijn volledig geïntegreerd in het plan en een speelse gevelopbouw staat in dialoog met de groene omgeving. De bijzonder verzorgde vormgeving van twee iconische gebouwen aan beide uiteinden van de groene toegangsboulevard verbeelden de relatie van de stad met de campus. Het ont-werp is duurzaam en doordacht in de omgeving geplant, twee belangrijke wensen van de uni-versiteit.

Nood aan ruimteDoor haar sterke groei had de VUB behoefte aan extra ruimte. De nieuwbouw zal zo’n 25.0000 m2 beslaan. In totaal komen er 650 nieuwe studentenkoten bij. Het nieuwbouw-project zal naast studentenkamers ook ruimte bieden voor 2000 m2 onderwijs, 2400 m2 onder-zoek, 800 m2 administratie en 1200 m2 cultuur. Daarin zal een nieuwe expositieruimte komen en zal het bekende KultuurKaffee een promi-nente plaats krijgen. Het architectenbureau zal nu verder werken aan een verfijnd voorontwerp. Daarna zal de bouw-vergunning worden aangevraagd. De bouw zal naar verwachting in het vierde kwartaal van 2014 gestart worden en eind 2016 klaar zijn. Aan de nieuwbouw hangt een geschat prijs-kaartje van ongeveer 50 miljoen euro.

Architectenbureau Het uitverkoren architectenbureau Conix Architects is in 1979 opgericht door Christine Conix. Het is tegenwoordig gevestigd in Antwerpen en Brussel. Bekende projecten zijn een moderne residentie in de historische Cogels- Osylei in Antwepen (1992) en de renovatie en uitbreiding van het Atomium in Brussel (2005). [sw]

Page 10: Akademos magazine 04 2013

Nieuwe onderwijsmethodes om werken en studeren succesvol te combinerenDe VUB heeft het grootste academische aanbod van werkstudentenprogramma’s in Vlaanderen. Een VUB-student op de tien is werkstudent. Het aanbieden van kwaliteitsvolle programma’s voor mensen die werken en studeren combineren, is voor de universiteit een prioriteit. Daarom zet de VUB sterk in op blended learning, een combinatie van onderwijs op de campus en online zelfstudie thuis of elders. Het Departement Onderwijsbeleid hoopt dat zoveel mogelijk programma’s blended learning zullen omarmen, na de positieve ervaringen hiermee bij het onderwijsvernieuwingsproject Educational Sciences. Voor prof. Nadine Engels en prof. Chang Zhu van de Educatiewetenschappen is blended learning een troef als je uiteenlopende doelgroepen hebt voor één onderwijsprogramma.

“We hebben een beperkt aantal docenten in de Educatiewetenschappen”, zegt prof. Engels, “en die moeten dan les geven aan dag- én avondstudenten, in de Nederlandstalige én in de Engelstalige opleiding. We zochten dus een methode om al die verschillende groepen opti-maal te bedienen zonder ondraaglijke werklast voor de docenten, en blended learning is het antwoord daarop.”Volgens prof. Zhu werkt een combinatie van klassieke face-to-face-colleges en online leer-activiteiten stimulerend voor alle studenten, maar zeker voor de werkstudenten. Door niet alleen het online leerplatform PointCarré maxi-maal in te zetten, maar ook blogs, discussiefora en andere interactieve tools, voelen de werkstu-denten zich meer betrokken bij hun medestu-denten, ook bij de dagstudenten. En uit onder-zoek blijkt dat een grotere betrokkenheid ervoor zorgt dat werkstudenten minder snel afhaken.”

FlexibiliteitVoor werkstudenten is het uitermate belangrijk dat ze kunnen rekenen op een grote flexibiliteit en een vlotte toegang tot alles wat met hun studie te maken heeft. Met blended learning kunnen ze om het even wanneer en om het even waar met hun studie bezig zijn. “Ze hoe-ven niet elke avond door het verkeer te ploete-ren”, zegt prof. Engels, “maar tegelijk kunnen ze wél sociale contacten met medestudenten onderhouden. Het is overigens duidelijk dat onze samenleving in de eenentwintigste eeuw nood heeft aan een meer flexibele manier om kennis te verwerven.” Blended learning plaatst de student centraal.

“En bovendien bevordert het life long learning”, stelt prof. Zhu. “Het geeft mensen van alle leef-tijden en beroepen de kans om opleidingen in het hoger onderwijs te volgen.” Breekt straks een tijdperk aan zonder profes-soren in een aula? “De aanwezigheid van een docent blijft belangrijk, maar zijn rol verschuift van kennisoverdrager naar facilitator, naar iemand die een gids is voor studenten tijdens het hele leerproces.”

Prof. Chang Zhu

Prof. Nadine Engels

Onderwijsvernieuwings-projecten

De Vrije Universiteit Brussel voor-ziet sinds jaren in middelen voor OnderwijsVernieuwingsProjecten (OVP’s). Deze projecten bieden opleidingen en docenten concrete mogelijkheden om hun onderwijs te innoveren.

Vanaf 2014 zal een deel van de midde-len voor OnderwijsVernieuwingsProjecten gereserveerd worden voor de begeleiding en ondersteuning van werkstudenten-programma’s bij het implementeren van blended learning.

Meer weten? Neem contact op met Karla Groen ([email protected])

10 B L E N D E D L E A R N I N G

Page 11: Akademos magazine 04 2013

AKADEMOS - JG.16 • NR2 • APRIL - MEI 2013 11

Onderzoeksgroep Logistics and Automotive Technology Research Centre (MOBI) heeft zopas een plug-in hybride Volvo V60 gekocht. De auto is gloednieuw op de Belgische markt en VUB-onderzoekers willen hem daarom grondig tes-ten. De VUB is altijd al een koploper geweest in onderzoek naar elektrische auto’s en in de ontwikkeling van nieuwe technologieën die daarmee gepaard gaat. “Het gaat om nieuwe technologie. Toyota en General Motors hebben al zo’n Plug-in hybride auto, en nu is er ook Volvo. We hebben hem gekocht omdat we met state-of-the-art tech-nologie willen werken”, zegt prof. ir. Joeri Van Mierlo van MOBI.De plug-in hybride Volvo V60 kan volledig elek-trisch en dus uiterst milieuvriendelijk rijden met een actieradius van ongeveer 50 km, maar je kan ook opteren voor de hybride-modus waarbij de dieselmotor en de elektrische motor in geau-tomatiseerde symbiose werken.Onderzoeksgroep MOBI is nauw betrokken bij het open innovatieplatform “Vlaamse Proeftuin Elektrische Voertuigen” waarmee Vlaams minis-ter van Innovatie Ingrid Lieten de invoering van elektrische voertuigen in Vlaanderen wil ver-snellen. De opzet is om innovatieve technolo-gieën via een representatieve testpopulatie in

een echte leef- en werkomgeving te testen. Wat het elektriciteitsverbruik betreft, hebben de onderzoekers van MOBI bijvoorbeeld kunnen vaststellen dat veel energie niet alleen naar de wielen gaat, maar ook naar het batterijma-nagementsysteem, de airco en allerlei comfort in de wagen. “Soms gaat het om de helft van de energie die niet naar de wielen gaat”, aldus prof. Van Mierlo.

Meer dan technologieEen van de grote troeven van MOBI is dat het een multidisciplinaire onderzoeksgroep is, geleid door prof. Cathy Macharis en prof. Joeri Van Mierlo, waarbij onderzoekers uit verschil-lende faculteiten samenwerken. “We onder-zoeken niet alleen de technologische aspecten, maar ook ecologische en socio-economische parameters. Voor ons is het gedrag van de gebruiker ontzettend belangrijk, hoe gaat een bestuurder zich gedragen?” zegt prof. Macharis. “We weten bijvoorbeeld dat rijplezier, fun to drive, heel belangrijk is om elektrische auto’s ingang te doen vinden. Er is ook de range anxi-ety, de angst om met een lege batterij opgeza-deld te zitten. Bieden Plug-in hybride wagens of dynamische inductieve laadsystemen hier een oplossing voor? Dat is interessant om weten.”

De Vrije Universiteit Brussel haalt Jimmy Wales, oprichter van Wikipedia, naar België. Op de Dag van de Doctorandi, 31 mei 2013, houdt hij een keynote speech. Het thema van de dag is open science. Het was een schop tegen de schenen van het wetenschappelijke establish-ment: Wikipedia. Nu is Jimmy Wales, een van de bedenkers, een veel gevraagde en gerenom-meerde spreker over de toekomst van weten-schap in het digitale tijdperk.Jimmy Wales richtte op 15 januari 2001 samen met onder anderen Larry Sanger Wikipedia op. In de loop der jaren werd hij de trekker van het project. Momenteel neemt hij een volgende stap om wetenschap verder open te trekken. Hij is ervan overtuigd dat vrij toegankelijke data en onderzoeksresultaten de wetenschap en de wereld vooruit kunnen helpen. Open sci-ence wordt dat genoemd. Jimmy Wales verge-lijkt wetenschap met Wikipedia: “Het is kennis delen, samenwerken en daarmee een grote con-structie opbouwen. Wetenschap is een conver-satie, net als Wikipedia.” www.vub.ac.be/dagvandedoctorandi

Prijs Roger Van Geen voor Jenneke Christiaens

VUB test elektrische auto’s van a tot z

Oprichter Wikipedia Jimmy Wales naar VUB

De zesjaarlijkse prijs ‘Roger Van Geen’ gaat naar criminologe prof. Jenneke Christiaens. De pres-tigieuze prijs bekroont de onderzoekscarrière van Jenneke Christiaens, omdat zij door de peers in haar vakgebied als topexperte in de jeugdcriminaliteit wordt erkend. Bovendien is zij actief in een onderzoeksdomein dat maatschappelijk zeer belangrijk is.Ze nam op 15 maart de prijs in ontvangst voor een zaal vol collega’s, vrienden en familie. De crimi-nologe werd gelauwerd door vicerector Onderzoek Prof. De Baetselier en rector Paul De Knop. Ook oud-collega prof. Christian Eliaerts sprak vol ontroering en lof over de laureate, die hij trots zijn “wetenschappelijke dochter” noemde. De Prijs Roger Van Geen bedraagt per laureaat 5.000 euro persoonlijk krediet en daarnaast worden aan de laureaat gedurende drie jaar werkingsmiddelen toegekend ten bedrage van 5.000 euro per jaar.

K O R T N I E U W S11

Prof. Cathy Macharis en prof. Joeri Van Mierlo van MOBI

Page 12: Akademos magazine 04 2013

Prestigieuze Chinese onderscheiding voor vicerector Internationalisering Jan Cornelis

Samenwerking met China loont“De Chinezen plannen niet, ze doen.” Prof. Ir. Jan Cornelis is de voorbije decennia een doorwinterde Chinakenner geworden. Vanuit zijn onderzoeksgroep ETRO werkt hij al jaren nauw samen met Chinese universiteiten en ingenieurs. Onlangs werd Jan Cornelis, intussen ook vicerector Internationalisering, vereerd met een prestigieuze Friendship Award. Vooral met de Chinese stad Xi’an en de daar gevestigde Northwestern Polytechnic University heeft ETRO hechte banden. Een gesprek met prof. Cornelis en collega prof. Hichem Sahli over China, over de internationalisering van de VUB en over studentenmobiliteit. Hichem Sahli leidt momenteel het gezamenlijke laboratorium VUB-NPU over Audio Visuele Signaal verwerking (AVSP).

De relatie tussen de VUB en NPU dateert al van begin jaren 90, toen Jan Cornelis zijn eer-ste bezoek aan de ingenieursuniversiteit NPU bracht. “Toen lag hun campus aan de rand van de stad, een kwartiertje fietsen en je was op het platteland. Nu ligt hij in het midden van de gigantisch gegroeide stad en moet je zeker een uur met de auto rijden voor je de grenzen van de stad bereikt.” De nauwe banden tussen de vakgroep ETRO (Electronics and Informatics) en NPU lagen mee aan de basis van de ambitieuze overeenkomst die het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de

stad Xi’an twee jaar geleden afsloten. Brussel en Xi’an gaan samenwerken op het vlak van onderwijs, onderzoek, nieuwe technologie. Het samenwerkingsmodel voorziet in drie niveaus. Het eerste niveau betreft de univer-sitaire samenwerking in onderwijs, met geza-menlijke diplomering en doctoraten, evenals in onderzoek. Het tweede niveau gaat over tech-nologie transfer en akkoorden tussen incuba-toren. Het derde niveau heeft betrekking op de omkadering met faciliterende condities vanwe-ge de regionale overheden. “Zo kunnen we op een internationale schaal opereren, met o.a. een

gezamenlijk laboratorium over Audio Visuele Signaalverwerking”, zegt prof. Hichem Sahli. “We kunnen ook meteen een internationale – born international - spin-off creëren, samen met de Chinezen, die meteen ook een gro-tere afzetmarkt bestrijkt”, zegt prof. Cornelis. Volgens prof. Hichem Sahli zit de eerste inter-nationale spin-off eraan te komen op het gebied van taaltechnologie voor draadloze smartphones. “Er is ook meer op komst, daar we nu systematisch een ‘technology watch’ orga-niseren waarmee we de onderzoeksresultaten van ons gezamenlijke AVSP-laboratorium zullen

12 I N T E R N A T I O N A L I S E R I N G

Prof. Jan Cornelis (vooraan,vijfde v.l.) en prof. Hichem Sahli (vooraan, vierde v.r.) tijdens een Chinees-Brusselse workshop over Technology Transfer

Page 13: Akademos magazine 04 2013

AKADEMOS - JG.16 • NR2 • APRIL - MEI 2013 13

Samenwerking met China loontverzilveren. Op dit ogenblik gaat het vooral om nieuwe technologieën voor video surveillance, zoals multisensoren en multicamerasytemen.” Ook patentportfolio’s worden geanalyseerd op wederzijdse versterking.

In de prijzenJan Cornelis kreeg onlangs de Sanqin Friendship Award, een prestigi-euze onderscheiding van de provincie Shaanxi voor buitenlanders die een belangrijke bijdrage hebben geleverd aan de economische en sociale vooruitgang in de provincie. Een bewijs dat de Chinezen de vroege bijdra-ge van de VUB op prijs stellen. Hichem Sahli: “Onze relatie is gebaseerd op vriendschap, op wederzijds respect en op het creëren van win-winsitua-ties. Het gaat veel verder dan onderwijs en onderzoek alleen.” Volgens Jan Cornelis heeft de VUB de Chinese partner veel kennis bijge-bracht inzake structurering van technology transfer. We hebben daarbij ook alle tools in huis om de kloof te dichten tussen onderzoek en durf-kapitaal, zodat innovatie tot stand kan komen. Dit hele proces is bij ons geïntegreerd. In Xi’an deden ze dat ook wel allemaal, op een veel grotere schaal, maar het was daar volstrekt niet geïntegreerd in een systeem. Door onze input zullen ze dat hele proces van onderwijs tot innovatie nu wel gaan integreren en meteen zal hun schaal veel groter zijn dan de onze. Binnen twee jaar zullen wij bij hen kunnen leren over deze schaal-vergroting. We hebben veel ervaring opgedaan dankzij het proefproject IUTT - International University Technology Transfer - gefinancierd door het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Je kan je natuurlijk afvragen waarom we onze ‘competitors’ op het goede spoor zetten. Mijn mening is dat ze dat sowieso toch zouden doen en dan is het beter om zelf bij de wieg te staan, zodat de VUB later kan participeren in het succes. Dat is uiteraard een pragmatisch standpunt van een ingenieur.” Hichem Sahli: “Ik denk dat het goed is dat we er zo snel bij waren, want vandaag is de Europese Commissie vragende partij voor meer Europees-Chinese samenwerkingsprojecten en staan gezamenlijke labs hoog op de agenda, zowel in China als in de EU.”

Voordelen voor VUBNiet alleen in Xi’an varen ze wel bij de nauwe samenwerking, ook voor de VUB zijn er alleen maar voordelen. “Als vicerector Internationalisering kan ik een dergelijke samenwerking alleen maar toejuichen”, zegt Jan Cornelis. “De Europese commissie verwacht van ons dat 20% van onze afgestudeerden in 2020 een substantieel deel van hun studie in het buitenland hebben doorgebracht. Je kan natuurlijk naar Nederland, Luxemburg of Frankrijk gaan. Maar ik weet niet of dat een écht inter-nationale ervaring is, de omgeving is immers niet zo verschillend van de onze. Is het niet beter om als student voor een compleet andere omgeving te kiezen? De studenten zullen veel meer ervaring op doen en met een heel andere manier van denken kennismaken. Uiteraard moet de kwaliteit gegarandeerd zijn en doordat we onze Chinese partners zo goed kennen, kunnen we die ook garanderen.”

Steeds meer studenten uit China

• De Vrije Universiteit Brussel telt ruim 2.600 buitenlandse studenten, van wie 182 Chinezen of 7% van het totale aantal internationale studenten.• 58% van de Chinese studenten zijn doctoraatsstudenten, 37% volgt een masteropleiding en 5% volgt een programma bij BICCS (Brussels Institute of Contemporary China Studies).

Chinese studenten – onder wie veel doctoraatsstudenten – komen intus-sen al naar de VUB. Ze zijn intussen zelfs een van de grootste groepen bij de internationale studenten. “Buitenlandse studenten in onze masters in Brussel betekenen ook voor onze studenten een multiculturele verrijking”, zegt prof. Hichem Sahli. “Daarom zijn de Chinezen hier meer dan welkom, ook de doctoraatsstudenten.” Ook op het vlak van onderzoek is internationale schaalvergroting aange-wezen. “Onze onderzoeksgroep ETRO is met zowat 120 mensen een van de grootste van de VUB, maar eigenlijk zijn we niet zo groot, als je ziet hoe breed ons onderzoeksspectrum is. Door samen te werken in geza-menlijke onderzoekslabs met internationale partners breiden we onze onderzoekscapaciteit fors uit”, aldus prof. Cornelis.

VerschillenHoe hecht de samenwerking ook is, er blijven grote verschillen tussen onze aanpak en de Chinese benadering. “Het klinkt misschien raar, maar je kan alleen maar vaststellen dat ze eigenlijk weinig plannen”, zegt Jan Cornelis. “Ze zijn met zo veel mensen dat ze de dingen gewoon doen. Wij zijn veel meer met planning bezig, maar zij doen het gewoon en ze doen het heel snel.” Jan Cornelis heeft de Chinezen de voorbije twintig jaar zien veranderen. “De welvaart is fors toegenomen, er is een grote middenklasse ontstaan en ik weet niet of de mensen nu gelukkiger zijn, maar ze geven in elk geval wel die indruk. Ik denk dat ze echt genieten van het feit dat ze zo vooruit gaan.”

Intussen staan er nieuwe samenwerkingsprojecten met meerdere univer-siteiten op stapel. “Ons Chinaverhaal is in volle groei”, zegt Jan Cornelis. Opmerkelijk is ook de wil om op het vlak van de humane wetenschappen structurele samenwerkingen op te zetten. Je kan natuurlijk niet beweren dat we als middelgrote universiteit in België met China als land samen-werken, dat zou nogal grotesk klinken, gezien de omvang ervan. Wel streven we naar een hechte samenwerking met enkele regio’s en univer-siteiten in China, op een geplande wijze en niet enkel, zoals vele anderen, in studentenmobiliteit en onderwijs.”

Page 14: Akademos magazine 04 2013

Elk team bestaat uit 8 renners, die tijdens het hemelvaartweekend van 9 tot 12 mei elk 125 km zullen afleggen. Maar de 1000 km is meer dan alleen maar fietsen. De 1000 km staat symbool voor de zware strijd die elke kankerpatiënt moet voeren. De teams van VUB en UZ Brussel rekenen dan ook op de steun van collega’s en sym-pathisanten om het vereiste startgeld van 5.000 euro per team bij elkaar te krijgen (zie vub.ac.be/1000km). Een van de deelnemers is prof. Filosofie Marc Van den Bossche. Hij verloor zijn partner aan kanker. Voor Akademos en de 1000 km van Kom op Tegen Kanker schreef hij de beklijvende column ‘Niet eindigen’.

Na alle verdriet, de radeloosheid, boosheid soms, na het verwerken dat nooit af zal zijn, na de tranen, de moedeloosheid, de pijn van het niet kunnen loslaten, na dat alles, wil ik het nu over iets anders hebben. Ik wil vertellen over vreugde en geluk. Over aanwezigheid die voor niets zal wijken. Over lijden dat ontdubbelt, dat daarom niet lichter wordt, maar wel draaglijker. Ik wil u vertellen over de schoonheid van een laatste levensjaar en over het voorrecht dat zeer intens en zeer intiem te hebben mogen meemaken. Nu pas, ruim anderhalf jaar na Hildes dood, ben ik klaar om een andere dimensie van dat laatste jaar met haar onder woorden te brengen. Nu pas kan ik zeggen dat dit het mooiste jaar uit onze negen jaar durende relatie was. Tot nu heb ik moeten wachten om te kunnen schrijven over het ontdekken van liefde op een manier die ik voorheen niet eens kon bevroeden. De liefde voor een vrouw die niet meer zal genezen. De teder-heid die een wegkwijnend lichaam oproept. Het idee in zekere zin samen te sterven. Het idee dat er op een bepaalde manier een leven is na de

dood. Een voort-leven. Als een dialoog die niet kan ophouden, zelfs als hij niet meer lichamelijk verankerd is.We kwamen net terug van een week trekking door het Bulgaarse Rodopegebergte. Haar rug deed pijn. De mijne ook. We dachten: dat krijg je dan als vijftiger, en wandelden de pijn naar de achtergrond. De harde plek in haar borst was enkele maanden eerder niet herkend als kwaadaardig. Hij zou kort nadien dodelijk blij-ken. Mastitis carcinomatosa heet deze vorm van borstkanker. Zeldzaam, erg agressief. Drie weken na onze trektocht bleek, op twee na, elke van haar ruggenwervels aangetast. Van de nek tot het bekken zaten zwarte vlekken. Doodsvlekken. Genezen kon niet meer. Wat haar tekent: twee weken na dat nauwelijks verhulde doodvonnis trok ze op haar eentje naar Pula, Kroatië. Vliegen tot Triëste, dan verder met de auto. Ze zou er proberen een centrum op te star-ten. Muziek, kunst, dialoog, rust zouden er cen-traal staan. Op dat laatste na was dit ook haar leven geweest. Nog drie weken later begon een

niet meer eindigende ziekenhuisgang. Als haar rug niet bestraald werd, zou spoedig verlamming volgen. Die bleef uit tot haar laatste levensweek, slechts tien maand later. Die rug zou niet eerder breken. Hilde zou niet breken. Nooit heeft zij geklaagd. Boos was ze vooral als iemand háár wou beklagen. Haar filosofie: van dag tot dag gaan. Nemen wat is, niet denken aan wat niet meer is of wat niet meer zal zijn. In het ziekenhuis hielp ze een verpleegster in opleiding bij het schrijven van een eindwerk. Onderwerp: humor in de zorg. Andere verpleeg-sters kwamen bij haar aan bed zitten als ze een dipje hadden. Ook daar bleef ze coach en mentor. Dat was haar passie, haar beroep, vooral: haar manier van zijn. Aan bezoek, op dat van mij na, had ze vooral een hekel. Een keer drong ze erop aan een jongere collega van mij te kunnen zien. Ze wou hem vooral duidelijk maken dat een pijnlijke echtscheiding - wat hij toen meemaakte - geen einde is, maar een begin. Zij bleef beginnen.

Vier dagen lang 1000 kilometer fi etsen om de strijd tegen kanker te steunen. Dat is al vier jaar lang het recept van de 1000 km van Kom op Tegen Kanker. Twee teams van de VUB zijn dit jaar – ook al voor de vierde keer – van de partij. De VUB slaat voor de editie 2013 de handen in mekaar met het UZ Brussel, dat eveneens twee teams aan de start brengt.

VUB en UZ Brussel samen op de fi ets tegen kanker

Niet eindigen

14 K O M O P T E G E N K A N K E R

Page 15: Akademos magazine 04 2013

AKADEMOS - JG.16 • NR2 • APRIL - MEI 2013 15

VUB-renners Patrick Van Roose, prof. Marc Van den Bosche en rector Paul De Knop. In totaal doen 32 renners van VUB en UZ mee aan de 1000 km van Kom op Tegen Kanker, editie 2013.

Ik vertel dit verhaal omdat het veel te weinig verteld wordt. Veel liever hebben we het over genezen na een moedig gevecht. We zien de kracht van wie wil blijven leven. Ik vind dat schitterend. Maar er is ook de kracht van wie weet niet lang meer te zullen leven. De kracht van wie ‘opgegeven’ wordt, maar zelf dat woord haat. ‘Ik zal je nooit verlaten’, zei ze op een morgen heel kwaad. ‘Nooit laat ik je alleen!’ Ik had net aan de verpleegster verteld dat Hilde het enkele minuten eerder had over een afscheid. Ze kon niet goed meer lezen, e-mails beantwoorden lukte niet meer in de toestand die een oncologe toen omschreef als die van een uitdovende kaars. Zie dat beeld: een kaars die dooft, dat wil zeg-gen: een kaars die niet breekt.Geneeskunde ging voor Hilde dat laatste jaar niet meer om genezen. Geneeskunde wordt daar de kunst van het verzachten. Van helpen lijden. Van leed dempen. Van het einde waardig maken. Van leefbaar helpen sterven. Hilde hielp mij. Verdriet kon ze moeilijk verdra-gen. Dat leek te snel iets definitiefs te willen

zeggen. Ze wou niets afsluiten. Het positieve blijven zien. Na de eerste chemokuur: hoe ze gelukkig zat te zijn op het met livemuziek ver-sierde feest voor haar vijftigste verjaardag. Hoe ze zei niet ziek te zijn toen we nog eens naar de bioscoop konden. De tweede chemo die niet aansloeg: ‘Maar ik ben er nog!’ De derde die het evenmin deed. Ze wist dat het de laatste was. We trouwden. Ze straalde. Liep gezwind over de Grote Markt. Haar stok nonchalant hanterend alsof het er quasimodieus bijhoorde. Ze had stijl. Nooit is die weggegaan. Zelfs niet toen ze opge-baard lag. Ze leek te glimlachen: ‘Jullie denken dat je mij te pakken had. Wel, jullie hebben het mis.’ Ze tartte het lot. Negeerde het. Dat was geen verhaal voor haar.Het verhaal dat ik hier nu vertel, is vooral het hare. Zonder haar inspiratie was het er nooit gekomen. Ik pluk woorden die zij mij naliet. Met Hilde heb ik meegeleefd. Iets in mij is mee-gestorven. Veel van haar leeft voort in mij. Op een bepaalde manier heeft zij mij leven bijge-geven: een ervaring die mij verrijkt heeft. Een

andere troost aanvaard ik niet. Het is de enige troost. Het is de mooiste troost. De troost van nooit alleen te zijn. Dat was wat ze bedoelde die morgen in het ziekenhuis. Na bijna twee jaar heb ik het eindelijk begrepen. Nu pas kon ik het zeggen.

Marc Van den Bossche

De 1000km van Kom op Tegen Kanker is een campagne van de Vlaamse Liga tegen Kanker. In dit nummer (op pag. 16) brengt Akademos een portret van het pre-ventiehoofd van de Liga, oud-stu-dent Geneeskunde Erwin De Clerck.

Page 16: Akademos magazine 04 2013

16

Waarom heb je destijds voor de VUB gekozen? Ik kom uit Antwerpen, maar kende de VUB omdat mijn zus daar genees-kunde studeerde. Ik besloot ook geneeskunde aan de VUB te gaan stude-ren. Maar toen ik er in ‘79 aankwam, was mijn zus al weg. Ik kende hier niemand en wist werkelijk van niets, ik wist niet eens wat vrijzinnigheid betekende. Het eerste wat ik zag, waren de laatste stuiptrekkingen van de fameuze 10.000-acties (studentenprotest tegen het verhogen van de inschrijvingsgelden tot 10.000 frank of 250 euro). De eerste kandidatuur geneeskunde was toen nog op campus Etterbeek en in dat jaar heb ik al mijn slechte vrienden leren kennen (lacht). Ik kwam al snel in contact met Studiekring Vrij Onderzoek. Ik kon als jobstudent ergens aan de slag als typist en vroeg aan Vrij Onderzoek of ik hun schrijf-machine even mocht lenen om te oefenen. Ik kreeg niet alleen de schrijf-machine in bruikleen, maar ze gaven me ook materiaal om te typen, en zo ben ik ingewijd geraakt in de strijd van de Sandinisten in Nicaragua of die van de staalarbeiders bij ons. En zo ben ik uiteindelijk bij Studiekring Vrij Onderzoek terechtgekomen. De toenmalige voorzitter gaf er de brui aan en ik ben hem – na verkiezingen - opgevolgd. Niet lang daarna heeft Eric Verrept, toen een bijzonder actieve medestudent, me warm gemaakt voor de Sociale Raad en ook daar ben ik snel voorzitter geworden. De VUB is voor mij op alle vlakken een enorme openbaring geweest: aca-demisch, politiek, sociaal en niet te vergeten: de meisjes. Ik kwam van een college waar alleen maar jongens zaten.

Wat heb je aan de VUB geleerd dat later belangrijk is gebleken?Alles. Ik doe nog altijd aan vrij onderzoek, het is een levenshouding geworden. En het zelfvertrouwen dat ik gekweekt heb door als student in al die raden te zitten, dat zelfvertrouwen benut ik elke dag. Ik weet dat mijn mening meetelt. En ik heb ook geleerd om rechtvaardig te denken, ik vond dat de VUB daar voor stond, ook nu nog.

Na je studie ben je in de televisiewereld terechtgekomen… Toen ik afgestudeerd was als algemeen geneesheer, ben ik aan een spe-cialisatie Radiologie begonnen. Maar ik was dienstplichtig en kreeg geen uitstel meer. Ik koos voor vervangende burgerdienst en kwam zo in het Klein Kasteeltje terecht als algemeen geneesheer. Maar met je burger-dienst verdiende je geen geld en om den brode moest ik een extra job zoeken. Zo belandde ik bij Wim Robberechts, dé specialist in luchtbeelden. Omdat ik hem kon aantonen dat ik technisch onderlegd was, mocht ik meteen volop meewerken aan programma’s, zoals Ushaïa op het Franse TF1. Op die manier ben ik in de tv-wereld gerold. Ik verdiende daar goed

mijn brood. Mijn mooiste jaren waren bij productiehuis Kanakna, waar ik o.a. alle afleveringen van de Dierenkliniek heb gemaakt, eerst met Pascale Bal, daarna met Chris Dusauchoit. Maar toen kwam er een kentering in mijn leven: ik had plots drie kinde-ren. Een van mijn partner en met haar nog een tweeling. Dat was niet meer te combineren met het hectische bestaan van een televisiemaker. Bij de Vlaamse Liga tegen Kanker zochten ze toen een verantwoordelijke voor preventie. Ik was dokter, had jaren tv-ervaring én was ook technisch onderlegd, bijvoorbeeld in het maken van websites. Toenmalig directeur Leo Leys wilde dat ik meteen mijn contract tekende.

Intussen ben je vergroeid met de Vlaamse Liga tegen Kanker en haar – vaak opvallende - preventiecampagnes. Heb je het gevoel dat het geholpen heeft? In het begin van deze eeuw was preventie het grote toverwoord. We heb-ben vrouwen “naar hun borsten laten kijken”, de bevolking “massaal op de weegschaal” gezet en ze vervolgens “duizenden kilometers van Kom op tegen Kanker” laten fietsen. Met succes. Waar ik het meest trots op ben, is het rookvrij maken van de publieke ruimte. Terwijl iedereen vruchteloos bleef debatteren met rokers, kozen wij resoluut voor het recht op een rookvrije leefomgeving. Door het op te nemen voor de meerderheid van niet-rokers boekten we succes na succes. Ik ben er vooral trots op dat we via het grondwettelijk hof een algemeen rookverbod in de horeca hebben kunnen afdwingen.

Je hebt de voorpagina’s gehaald met de uitspraak dat roken in het bijzijn van kinderen eigenlijk mishandeling is. Daar blijf ik bij. Je kunt niet zeggen dat roken gevaarlijk is en tegelijk je ogen dichtknijpen voor kinderen die blootgesteld worden aan sigaret-tenrook. Dat is een fundamenteel onrecht. Kinderen zijn onmondig en verdienen onze steun. Ik hou me overigens niet bezig met de strijd tegen het roken zelf, maar wel met het recht op gezonde lucht. Ik vind roken een recht – ik heb zelf ook ooit gerookt – en wie zou het recht hebben om persoonlijke vrijheden in te perken? Maar rook is ook iets dat je niet binnen je luchtpijp kunt houden. Jammer voor de roker, maar daar laat je kinderen niet voor opdraaien, ook niet in een privécon-text. Kinderen tegen beter weten in blootstellen aan tabaksrook moet op termijn gelijkgesteld worden aan mishandeling. Onder andere met cam-pagnes zullen we steun zoeken voor een wettelijk verbod. Dat wil ik echt nog graag realiseren. [pvr]

adjunct-directeur Vlaamse Liga tegen Kanker

Erwin De ClerckRoken in het bijzijn van kinderen is eigenlijk mishandeling. Met deze uitspraak haalde VUB-alumnus Erwin De Clerck (52) de voorpagina van zowat alle Vlaamse kranten. Maar hoe meer publiciteit, hoe liever hij het heeft, want Erwin de Clerck is al ruim tien jaar hoofd preventie – en intussen adjunct-directeur – van de Vlaamse Liga tegen Kanker. Als student was hij al bijzonder actief, onder meer als voorzitter van de Sociale Raad (de voorloper van de Studentenraad), en die ervaring komt hem nog elke dag van pas. “Ik heb aan de VUB geleerd om rechtvaardig te denken.”

I K S T U D E E R D E A A N D E V R I J E U N I V E R S I T E I T B R U S S E L

Page 17: Akademos magazine 04 2013

ERWIN DE CLERCKAfgestudeerd: 1992Diploma: algemeen geneesheerHuidige job: adjunct-directeur Vlaamse Liga tegen Kanker

Page 18: Akademos magazine 04 2013

18 U N I V E R S I TA I R E A S S O C I AT I E B R U S S E L

Deskundige leraren garanderen goed onder-wijs. IDLO biedt toekomstige leraren dan ook een kwaliteitsvolle opleiding aan. De specifieke lerarenopleiding investeert volop in een oplei-ding die studenten maximaal voorbereidt op de complexe omgeving waarin ze hun beroep zullen uitoefenen. Hiervoor is een nauwe wis-selwerking tussen theorie en praktijk essentieel. IDLO beseft maar al te goed dat hiervoor een goede samenwerking met alle actoren uit het onderwijsveld cruciaal is. Alle partijen hebben immers baat bij het opleiden van professio-neel deskundige en gemotiveerde leerkrachten. De jaarlijkse studiedag wil alvast een bron van inspiratie zijn voor alle onderwijsactoren: lera-ren, mentoren, directies, pedagogische bege-leiders, lerarenopleiders, studenten, alumni … Kortom, iedereen met affiniteit voor onderwijs was welkom op 6 maart.

Inspelen op verschillenMet differentiatie bedoelt men alle maatregelen in het onderwijs die inspelen op de verschillen tussen leerlingen. Differentiatie in de klas zorgt voor ‘onderwijs op maat’ en heeft de bedoeling om optimale leerkansen te bieden aan alle leer-lingen ongeacht hun capaciteiten en/of achter-grond. Binnenklasdifferentiatie lijkt een mooie onderwijskundige oplossing om in te spelen op verschillen. Maar de vertaling ervan is in de praktijk niet zo vanzelfsprekend of gebeurt niet

efficiënt. Voor vele leerkrachten in het secun-dair onderwijs is het nog steeds een uitdaging om binnen de klas een gedifferentieerde aanpak te hanteren. De complexiteit van een gediffe-rentieerde aanpak veronderstelt heel wat com-petenties van de leerkracht (inhoudelijke, vak-didactische en organisatorische). Daarenboven moeten leerkrachten hun leerlingen heel goed kennen om het maximum uit hen te kunnen halen. Dit is een uitermate moeilijke opdracht voor een leerkracht, tenzij die gedragen wordt door de diverse betrokkenen binnen de scholengemeenschap (directie, Vlaams onder-wijsbeleid, …). Genoeg stof om een hele dag aan deze thematiek te wijden.

Tijdens de voormiddag konden de deelnemers twee sessies kiezen uit een gevarieerd aanbod van wetenschappelijk onderbouwde workshops waarbij interactief en praktijkgericht de ver-schillende aspecten van binnenklasdifferenti-atie aan bod kwamen. In de namiddag presen-teerde prof. Katrien Struyven, vakdidacticus bij IDLO, het nieuwste onderzoek omtrent binnen-klasdifferentiatie. Het onderzoek resulteerde in een publicatie die op deze studiedag in primeur voorgesteld werd. Iedere deelnemer kreeg een exemplaar van het boek mee naar huis.Een boeiend panelgesprek met verschillende actoren uit het secundair onderwijs sloot de studiedag af.

“Samen werken aan de leraar van morgen.” Dit was begin maart voor de derde keer op rij de slogan van de jaarlijkse studie- en ontmoetingsdag van het Interfacultair Departement LerarenOpleiding, kortweg IDLO, in samenwerking met het Brussels Expertisenetwerk Onderwijs (BEO). Het thema dit jaar was binnenklasdifferentiatie. Dit slaat op alle maatre-gelen in het onderwijs die inspelen op de verschillen tussen leerlingen.

Binnenklasdifferentiatie: een must of een hype?

Een panelgesprek met verschillende actoren uit het secundair onderwijs sloot de studiedag af.

Boek:Binnenklasdifferentiatie. Leerkansen voor alle leerlingenVerschillen tussen leerlingen zijn regel, eer-der dan uitzondering. Ze maken lesgeven juist boeiend. Om positief om te gaan met deze verschillen binnen de klas en iedere leerling in de klas maximale leerkansen te bieden, is differentiatie wenselijk. Het boek geeft de neerslag van onderzoek weer. Het onderzoek richt zich op de wer-king en de randvoorwaarden van differen-tiatie en de verschillende differentiërende werkvormen. Om de focus op de praktijk te bewaren is op zoek gegaan naar voorbeelden uit Vlaamse klassen voor leerlingen van 10 tot 18 jaar. De aandacht is hierbij gericht op die activiteiten die in de klas gebeuren, eerder dan externe initiatieven van differen-tiatie, zoals leerlingen groeperen in aparte klasgroepen op basis van studiekeuze en/of mogelijkheden van leerlingen. Het boek omvat ook didactische steek-kaarten van verschillende differentiërende werkvormen in Vlaamse secundaire en lage-re scholen, bruikbaar voor de klaspraktijk. “Binnenklasdifferentiatie. Leerkansen voor alle leerlingen” helpt leerkrachten na te denken over een leeromgeving die aan de slag gaat met de mogelijkheden van élke leerling. Het boek is uitgegeven bij Acco.

Over de auteursCatherine Coubergs is als doctoraats-student verbonden aan de vakgroep Educatiewetenschappen, Vrije Universiteit Brussel. Katrien Struyven, Nadine Engels, Wouter Cools en Kristine De Martelaer zijn als (vak)didactici en stagebegeleider betrokken bij de specifieke lerarenopleiding aan de Vrije Universiteit Brussel. Het onderzoek werd verwezenlijkt door de Vrije Universiteit Brussel i.s.m. Brussels Expertisenetwerk Onderwijs (BEO).

Page 19: Akademos magazine 04 2013

AKADEMOS - JG.16 • NR2 • APRIL - MEI 2013

Redactie: Sicco Wittermans, Geert Goessaert, Jozefien De Marrée, Peter Van RompaeyEindredactie: Peter Van RompaeyMedewerkers: Eva Van Moer, Karla GroenFoto’s: Greet De Gendt, Sofie Verkest, MarcomOpmaak: Gekko PubliciteitDruk: Albe De Coker

Gedrukt met plantaardige inkten op milieuvriendelijk papier

Redactiesecretariaat: Ingrid KnaepenDienst Marketing, Communicatie en EvenementenPleinlaan 2 - B-1050 Brussel[T] +32 (0)2 629 21 34 - [F] +32 (0)2 629 12 10[E] [email protected] - [W] www.vub.ac.be

Wenst u Akademos thuis te ontvangen, laat ons iets weten.

Verantwoordelijke uitgever:Prof. dr. Paul De KnopRector Vrije Universiteit BrusselPleinlaan 2 - B-1050 Brussel

19

P E R S O N A L I A

SPONSORDE TOEKOMST

Giften, legaten,schenkingen, sponsoring

+32 (0)2 629 12 46

of [email protected]

MEER INFO:www.vub.ac.be/infoover/fundraising

Vanaf 40 euro fi scaal aftrekbaar

Het minimale bedrag om giften voor goede doelen fi scaal aftrekbaar te maken, bedraagt intussen

40 euro in plaats van 30 euro.

C O L O F O N

• Op voordracht van de Faculté de Santé Publique van de UCL werd de prestigieuze Francqui-leerstoel dit jaar toegekend aan Prof. Dr. Lieven Annemans, hoogleraar gezondheids-economie aan de Vrije Universiteit Brussel en de UGent. De toekenning van de leerstoel aan een gezondheidseconoom is opvallend. De discipline is immers weinig bekend bij het brede publiek. Toch speelt ze een cruciale rol om een gezond-heidssysteem te garanderen dat voor iedereen toegankelijke, betaalbare en kwaliteitsvolle zorg biedt.

• Vier VUB-toponderzoekers zijn lid geworden van de Jonge Academie. Ann Dooms, Bram Vanderborght, Jorgen D’hondt en Nathalie Vermeulen werden geselecteerd uit maar liefst 146 kandidaten die reageerden op de oproep tot lidmaatschap. In totaal treden veertig jonge toponderzoekers toe tot de Jonge Academie. Deze jonge onderzoekers hebben drie doel-stellingen voor ogen: interdisciplinair werken, nadenken over het huidige wetenschapsbeleid en wetenschap communiceren naar de jeugd. België is het 20ste land dat een Jonge Academie opricht.

• Tijdens de laatste American Society of Hematology meeting in Atlanta, USA hebben twee jonge vorsers van de faculteit Geneeskunde een Junior Award (elk 50.000 US $) ontvangen van de International Myeloma Foundation. De twee vorsers zijn Brenda De Keersmaecker (post-doc bij LMMO, promotor K. Thielemans) en Els Van Valckenborgh (post-doc en 10% ZAP bij HEIM, promotor K. Vanderkerken).

• De tweejaarlijkse beurs van het kankerfonds Fonds Germaine Eisendrath Dubois is toegekend aan Mathias D’Huyvetter, een PhD-student in de onderzoeksgroep ‘In vivo Cellular and Molecular Imaging Laboratory (ICMI)’ van de faculteit Geneeskunde en Farmacie van de VUB.

• Michaël De Deyn, who graduated last year at the ES-Faculty in the M.Sc. Management, has been a laureate of the SD Worx Thesis Award (HR & Law) 2012. Finally, he got the second price in this national thesis competition with his “The mediating role of job satisfaction in the relationship between reward satisfac-tion, turnover intention and work effort across occupational status” (promotor: Prof. Dr. R. Pepermans).

• Barbora Wouters (Kunstwetenschappen en Archeologie) is laureate van de Jacques A.E. Nenquinprijs 2013, waarvoor vijf masters geno-mineerd waren. Een externe jury bestaande uit professoren van diverse universiteiten beoor-deelde de masterproeven. De jury was onder de indruk van het interdisciplinaire karakter van het onderzoek van Wouters en de combina-

tie tussen micromorfologie en archeologie, het opentrekken van het onderzoek naar nieuwe vraagstellingen en de methodologisch sterke onderbouw van het proefschrift.

• Ir. Ruben De Pauw (promotor: prof. dr ir. K. Broeckhoven) van het departement Chemische Ingenieurstechnieken (CHIS) behaalde de twee-de plaats van de UDIAS-prijs, met zijn thesis “Extreme Performance Liquid Chromatography (EPLC): de weg naar ongeziene performanties voor vloeistof-chromatografie via extreem hoge druk”.

• Tijdens de 28th General Annual Meeting of the Belgian Hematological Society (Gent, 24-26 januari), heeft Liesbeth Bieghs een posteraward ontvangen voor haar presentatie “The IGF-1 receptor inhibitor picropodophyl-lin (PPP) potentiates the anti-myeloma effects of the BH3 mimetic ABT-737”. Liesbeth Bieghs is een doctoraatsstudente in het laboratorium Hematologie van de faculteit Geneeskunde en Farmacie.

• Twee teams bestaande uit rechtenstuden-ten van de VUB hebben op vrijdag 22 maart de eerste en tweede finaleplaats behaald tij-dens de pleitwedstrijd ‘National Moot Court

Competition 2013’. De eerste plaats ging naar Charlotte Stynen en Eline Ulrix, die zich de titel “Best litigants in the country” mogen aan-meten. De tweede plaats werd ingenomen door Olivier Dinet en Noë Schellinck.

• Studente Renée Moernaut wint met ‘Van volksverheffing tot ‘pretliteratuur?’ de Scriptieprijs Stichting Lezen 2012. Ze diende deze scriptie in bij de masteroplei-ding Journalistiek aan de Erasmushogeschool Brussel. Vanaf volgend academiejaar maakt de opleiding deel uit van de VUB.

• Op 8 maart, de Internationale Vrouwendag, werd bekendgemaakt dat VUB-alumna dr. Maya Van Leemput laureate is van de allereerste ‘WFSF President’s Outstanding Woman Futurist Award’. Zij krijgt de award onder meer voor haar grote inzet voor Maono, een project met jonge mensen in het Congolese Katanga waarvoor UCOS en Agence Future een samenwerkingsver-band opzetten.

19

Page 20: Akademos magazine 04 2013

ga je studeren?

VUB. Hier gebeurt het.

INFODAGEN 2013Zondag 5 meiZaterdag 7 september

www.vub.ac.be/infodag

Aan de snelst groeiende universiteit van 2012 natuurlijk!