Acceptatie van e-facturatie bij Vlaamse...
Transcript of Acceptatie van e-facturatie bij Vlaamse...
UNIVERSITEIT GENT
FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE
ACADEMIEJAAR 2015 – 2016
Acceptatie van e-facturatie bij Vlaamse kmo’s
Masterproef voorgedragen tot het bekomen van de graad van
Master of Science in de Handelswetenschappen
Ruben Debruyne
onder leiding van
Prof. Greet Maes
UNIVERSITEIT GENT
FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE
ACADEMIEJAAR 2015 – 2016
Acceptatie van e-facturatie bij Vlaamse kmo’s
Masterproef voorgedragen tot het bekomen van de graad van
Master of Science in de Handelswetenschappen
Ruben Debruyne
onder leiding van
Prof. Greet Maes
i
Vertrouwelijkheidsclausule
PERMISSIONOndergetekende verklaart dat de inhoud van deze masterproef mag geraadpleegd en/ofgereproduceerdworden,mitsbronvermelding.Naamstudent:RubenDebruyne
iii
Abstract
Doel–Ditonderzoekheeftalsdoelnategaanwelkefactorenhetgebruikvane-facturatiebij
Vlaamse kleine- en middelgrote ondernemingen beïnvloeden. Hoewel het versturen van
facturenopeenelektronischemanierindeliftzit,betrefthetgrootstedeelfacturatieviae-
mailbijlagen. Deze vorm van facturatie is nog niet optimaal waardoor nog lang niet alle
voordelenvane-facturatiebenutzijn(Poel,Marneffe,&Vanlaer,2016).
Methodologie–Voorhetonderzoekwerdgebruikgemaaktvaneensurvey.Intotaalwerden
3.197Vlaamsekmo’sviae-mailaangeschreven.Vande305ondernemingendiedeenquête
hebbeningevuldwerden227valideresponsenbekomen.
Resultaten – Het gebruik van e-facturatie bij Vlaamse kmo’s wordt beïnvloed door de
ondernemingskenmerken, de mate waarin e-facturatie als nuttig en bruikbaar wordt
beschouwdendeexternedrukvanleveranciers.Deintentieome-facturatieindetoekomst
tegebruikenwordtbeïnvloeddoordematewaarine-facturatiealsnuttigenbruikbaarwordt
beschouwd,dematewaarineenonderneminge-facturatiemoeitelooskangebruiken,ende
externedrukuitdeomgeving.
Academischewaarde–Ditonderzoekgaatvoorheteerstnawatdeinvloedisvandeexterne
druk op het gebruik van e-facturatie bij Vlaamse kmo’s. Het onderzoek bevestigt de
bevindingenvanPenttinenentuunainen(2009).
Trefwoorden:e-facturatie,TechnologyAcceptanceModel,PerceivedUsefulness,Perceived
EaseofUse,SubjectiveNorm
v
Woordvooraf
DezemasterproefkwamtotstandinhetkadervanhetbehalenvandegraadMasterofScience
indeHandelswetenschappen.Hetishetsluitstukvaneenboeiendeengevarieerdeopleiding.
Graagwilikenkelepersonenbedankendiemijgeholpenhebbenbijhetrealiserenvandeze
masterproef.
Indeeersteplaatswilikgraagmijnpromotorprof.GreetMaesbedanken.Dankzijhaarsteun
enfeedbackwerdikinderichtingvanditeindresultaatgestuurd.Tegelijkgafzemijdevrijheid
omhetonderzoekinderichtingtesturendiemijhetmeestinteresseerde.
Daarnaast bedank ik graag Niels Desot enMarc Hallemeersch voor het nalezen van deze
masterproef.
Eenspecialedankgaatuitnaarmijnoudersdiemijdekanshebbengegevenomverderte
studerenenmijblevensteunendoorheenmijopleiding.GraagbedankikookmijnzusInevoor
haarsteunenadvies,enmijnbroersJeroenenThomas.
TotslotwilikookmijnvriendenKasper,Niels,Jan-WillemenWimjanbedankenvoordevier
fantastischejaren.
InhetbijzonderwilikgraagmijnvriendinLiezebedankenvoordesteundoorheendejaren.
Hartelijkdankaanallen!
vii
Inhoudsopgave
Vertrouwelijkheidsclausule i
Abstract iii
Woordvooraf v
Gebruikteafkortingen ix
Lijstvanfigurenentabellen xi
1 Inleiding 11.1 Conceptualisering:watise-facturatie? 11.2 Voordelentenopzichtevanpapierenfacturatie 41.3 Wettelijkkader 61.4 Acceptatievane-facturatie 9
1.4.1 Factorendiedeacceptatiee-facturatiebeïnvloeden 91.4.2 Barrières 131.4.3 Acceptatiegraad 161.4.4 RestvanEuropa 22
1.5 Conclusie 24
2 Onderzoeksopzet 272.1 Inleiding 272.2 Overzichttheoretischemodellen 28
2.2.1 TheoryofReasonedAction(TRA) 282.2.2 TechnologyAcceptanceModel(TAM) 292.2.3 InnovationDiffusionTheory(IDT) 31
2.3 Overzichtstudiesomtrentacceptatievannieuwetechnologieën 322.3.1 e-Facturatie 322.3.2 Algemeen 35
2.4 Onderzoekmodel 36
3 Methodologie 393.1 Inleiding 393.2 Operationaliserenvariabelenenmeetinstrumenten 393.3 Dataverzameling 423.4 Overzichtverzameldedata 43
4 Resultaten 474.1 Bivariateanalyses 47
4.1.1 Ondernemingskenmerken 474.1.2 PU,PEOUenSU 51
4.2 Regressieresultaten 564.2.1 Gebruikvane-facturatie 564.2.2 Intentievoortoekomstiggebruik 59
4.3 Discussie 61
5 Conclusie 65
6 Bibliografie 67
ix
Gebruikteafkortingen
Afkorting Betekenis
A AttitudeTowardBehaviourB2B BusinesstoBusinessB2G BusinesstoGovernmentBI BehaviouralIntentionCEO ChiefExecutiveOfficerEDI ElectronicDataInterchangeEDIFACT EDIForAdministrationCommerceandTransportERP EnterpriseResourcePlanningIDT InnovationDiffusionTheoryKMO KleineofmiddelgroteondernemingPDF PortableDocumentFormatPEOU PerceivedEaseofUsePU PerceivedUsefulnessSN SubjectiveNormTAM TechnologyAcceptanceModelTRA TheoryofReasonedActionWBTW WetboekBTWXML ExtensibleMark-upLanguage
xi
Lijstvanfigurenentabellen
Tabel1:Overzichtadministratievelastenpapierenenelektronischefacturatieperfactuur(KPMG,2016).........6Tabel2:Factorendiedeacceptatievane-facturatiebeïnvloeden.......................................................................10Tabel3:Barrièresdiedeacceptatievane-facturatiebeperken...........................................................................14Tabel4:Gebruikvane-facturatieinBelgiëperregioin2014(Statbel,2015)......................................................17Tabel5:Gebruikvane-facturatieinBelgiëperbedrijfsgroottein2014(Statbel,2015)......................................17Tabel6:Gebruikvane-facturatieinBelgiëpersectorin2014(Statbel,2015).....................................................18Tabel7:Aantalfacturen(%)indeBelgischeprivatesectorin2012,2013en2014(Poel,Marneffe,&Vanlaer,
2016)............................................................................................................................................................20Tabel8:AantalverzondenfacturenindeBelgischeprivatesectorin2012(Poel,Marneffe,&Vanlaer,2016)..21Tabel9:Gebruikvane-facturatieinEuropa:percentageondernemingendiee-facturenversturenofontvangen
(Eurostat,2016)...........................................................................................................................................22Tabel10:Gebruikteconstructenomdeacceptatievane-facturatieteverklaren...............................................33Tabel11:Metingvanvariabelen(Hernandez-Ortega,2012)................................................................................34Tabel12:OperationaliserenOndernemingskenmerken.......................................................................................40Tabel13:OperationaliserenPU,PEOU,SNenIntentie.........................................................................................41Tabel14:OperationelePopulatie.........................................................................................................................42Tabel15:Responsratioperondernemingsgrootte...............................................................................................43Tabel16:Verdelingrespondentenpersector.......................................................................................................44Tabel17:Facturatiemethodenpersector.............................................................................................................44Tabel18:Facturatiemethodenperondernemingsgrootte..................................................................................45Tabel19:InterneConsistentiePU,PEOUenSN....................................................................................................45Tabel20:Gebruikvane-facturatieperondernemingsgrootte.............................................................................47Tabel21:Verzendenenontvangenvane-facturenperondernemingsgrootte....................................................48Tabel22:Gebruikvane-facturatiepersector......................................................................................................49Tabel23:Verzendenenontvangenvane-facturenpersector.............................................................................49Tabel24:Verbandaantalverzondenenontvangenfacturenengebruikvane-facturatie..................................50Tabel25:Maandelijkseaantalverzondenfacturenpersector.............................................................................51Tabel26:VerschilPU,PEOUenSNtussengebruikersenniet-gebruikers............................................................52Tabel27:CorrelatiePU,PEOUenSNmetintentie...............................................................................................54Tabel28:Toetsingtheoretischeconstructen........................................................................................................55Tabel29:LogistischeRegressie.............................................................................................................................57Tabel30:ClassificatieMatrices.............................................................................................................................57Tabel31:LineaireRegressie..................................................................................................................................59Afbeelding1:Uitwisselenvanelektronischefacturentussenbedrijven(e-factuurBelgium,sd)...........................3Afbeelding2:Evolutiegebruike-facturatieinBelgië(KPMG,2016).....................................................................21Afbeelding 3: Gebruik van e-facturatie in Europa: percentage ondernemingen die e-facturen versturen of
ontvangenin2013(Eurostat,2016)............................................................................................................23Afbeelding4:TheoryofReasonedAction(Davis,Bagozzi,&Warshaw,1989).....................................................28Afbeelding5:OorspronkelijkTAM-model(Davis,1985)p.24...............................................................................30Afbeelding6:TechnologyAcceptanceModel(Venkatesh&Davis,1996)............................................................31Afbeelding7:DiffusionofinnovationdoorRogers(Yu&Tao,2009)...................................................................32Afbeelding8:AanpassingenvanhetTAM-model(King&He,2006)....................................................................35Afbeelding9:Onderzoeksmodel...........................................................................................................................37
1
1 Inleiding
De Europese commissie wil dat e-facturering tegen 2020 de meest gangbare vorm van
facturatie wordt (Europese Commisie, 2010). De grootste economische voordelen van e-
facturatiewordennietenkelbekomendoordebesparingopdruk-enfrankeerkosten,maar
weldoordevolledigeprocesautomatiseringen–integratievanbestellingtotbetalingtussen
handelspartners(EuropeseCommisie,2010).EenartikelindekrantDeTijd,verschenenop6
april 2016 kopt “Helft bedrijven verstuurt factuur elektronisch” (Moens&Bervoet, 2016).
Wanneer facturen die verstuurd worden via e-mailbijlagen buiten beschouwing worden
gelaten, dan worden slechts 7 à 9 procent van alle facturen elektronisch verstuurd. De
EuropeseCommissieendeBelgischeoverheidspecifiërenechternietdateenelektronische
factuurvolledigautomatischverwerktmoetkunnenworden.Dedoelstellingvan25procent
elektronischefacturentegen2014isdusbehaald(Poel,Marneffe,&Vanlaer,2016).
Deinleidinggaatdieperinhetopconceptelektronischefacturatieenwatdevoordelenzijn
tenopzichtevanpapierenfacturatie.Vervolgenswordteenoverzichtgegevenvandefactoren
die de acceptatie van e-facturatie beïnvloeden enwelke barrières te acceptatie hinderen.
Verderwordthetgebruikvane-facturatieinBelgiëenEuropaverdertoegelichtaandehand
vancijfermateriaal.
Daarnawordtonderzochtwelke factorendeacceptatievane-facturatiebijVlaamsekmo’s
beïnvloeden.Hiervoorwordteersteenoverzichtgegevenvandetheoretischemodellendie
in de literatuur werden toegepast bij voorgaande onderzoeken. Het methodologische
hoofdstuklichtdedataverzamelingtoe,waarnadestatistischeanalysebesprokenwordtin
hetresultatengedeelte.
1.1 Conceptualisering:watise-facturatie?
E-facturatieishetversturenenbewarenvaneenfactuuropeenvolledigelektronischemanier.
Dedatamoetopeenzodanigemaniergestructureerdwordenzodatvolledigautomatische
verwerkingmogelijkwordt(Salmony&Harald,2010).Hetlouterversturenvaneenfactuurin
PDFalsbijlagevaneene-mailvaltdusnietonderhetconceptvanelektronischefacturatie
2
(Veselá & Radimersky, 2014). Gebruikte standaarden voor e-facturatie omvatten onder
andere EDI en XML. Electronic Data Interchange (EDI) is een systeem voor elektronische
communicatie die voorziet in een standaard voor de elektronische overdracht van
commerciëleenadministratievedata.ExtensibleMark-upLanguage(XML)wordtgebruiktom
documentenelektronischtecoderen(Marinagi,Trivellas,Skourlas,&Reklitis,2014).
Het Wetboek BTW definieert een factuur als “elk document of bericht op papier of in
elektronisch formaat dat voldoet aan de voorwaarden vastgesteld in hetWetboek en zijn
uitvoeringsbesluiten”(Artikel1,§13,1°,WTBW).Watbetreftelektronischefacturenlegthet
wetboek geen vormvereisten op. Een elektronische factuur is “een factuur die de in het
Wetboek en zijn uitvoeringsbesluiten voorgeschreven gegevens bevat en in om het even
welke elektronische vormwordt uitgereikt en ontvangen” (Artikel 1, §13, 2°WBTW). Het
wetboek maakt dus geen onderscheid tussen facturen die al dan niet geschikt zijn voor
automatische verwerking. Het volstaat dat de factuur op een elektronischemanierwordt
verzonden en ontvangen. Dit kan dus zowel een e-mail met bijlage zijn, een bestand
gedownloadviaeenwebsite,eengestructureerdberichtviaEDIofanderemethoden(KPMG,
2016).
Bedrijvenkunnenopverschillendemanierenfacturenelektronischeuitwisselen.Dezeworden
weergegeveninAfbeelding1(e-factuurBelgium,sd):
• Vanmailboxnaarmailbox:ditisdemeesteenvoudigevorm.Defactuurwordtpermail
alsbijlageinPDFverstuurd. Dezemethodewordtgezienalsdeinstapmethodeen
heeft als voordeel de lage kosten. Het nadeel is dat de data niet op een
gestructureerdemanierverwerktkanworden.
• Van software naar software: de verzender en de ontvanger gebruiken dezelfde
datastructuur, wat automatische verwerking mogelijk maakt. De factuur wordt
gegenereerdvanuitdeboekhoudsoftwareofERP-systeemvandeverzenderenwordt
automatisch verstuurd naar de ontvanger. Dit is een duurdere oplossing om te
implementerenenwordtpasrendabelindienhetvolumefacturenvoldoendegrootis.
Hetvoordeelisdathetfacturatieprocesgrotendeelsautomatischkanverlopenende
facturatiecycluskanversneldworden.
3
• Van serviceprovider naar software: deze methode wordt gebruikt wanneer de
verzender en ontvanger verschillende standaarden gebruiken om elektronische
berichtenuittewisselen.Deserviceprovidervandeleverancierzalervoorzorgendat
deklanthetberichtinhetjuisteformaatontvangt.
• Vanserviceprovidernaarserviceprovider:wanneerzoweldeleverancieralsdeklant
beroepdoenopeenserviceprovider.
• Viawebportaal: dezemethodewordt vaak opgelegd door grote bedrijven. Daarbij
moet de kleine onderneming inloggen op een webportaal en de gegevens van de
factuurmanueel ingeven.Wanneer het portaalwordt opgezet door de leverancier
spreektmenvaneen‘supplierdirectmodel’.Klantenkunneninloggenophetportaal
enfacturenbekijkenendownloaden.Anderzijdsspreektmenvaneen‘buyerdirect
model’.Inditgevalmoetdeleverancierdefactuurgegevensingevenophetportaaldie
deklantterbeschikkingstelt.
Afbeelding1:Uitwisselenvanelektronischefacturentussenbedrijven(e-factuurBelgium,sd)
4
Het opstellen van facturen gebeurt ofwel manueel ofwel automatisch. Een manueel
opgestelde factuur is “een factuur die al dan niet automatisch gelinkt is aan een
aankooporder,maarwaarvoorsteedseenmanueleinterventievereistis”.Ditkanzowelmet
ofzonderhulpvanspecifiekeboekhoud-offacturatiesoftwaregebeuren(KPMG,2016).Een
automatisch opgestelde factuur is “een factuur die automatisch gelinkt is aan een
aankooporderenwaarvoordegegevensvandeklantreedsinhetsysteemstaan.Defactuur
wordtvolautomatischopgesteldenerisgeenmanueleinterventienodig”(KPMG,2016).Ook
hetinboekenvaneenfactuurkanzowelmanueelalsautomatischgebeuren(KPMG,2016).
De bekendste leveranciers van e-facturatie toepassingen in België zijn Isabel en
Certipost/Basware.IsabelisontstaanvanuiteeninitiatiefvandeBelgischebanken.Certipost
is ontstaan als joint-venture tussen De Post en Belgacom,maarwerd overgenomen door
Basware(RedactiePCMagazine,2013).IsabelistevensdedrijvendekrachtachterZoomit,de
toepassingwaarmeeconsumentenfacturenenloonbrievenelektronischkunnenontvangen
(IsabelGroup,2016).DebankINGisonlangsinzeegestaptmeteenFinsepartneromzelfe-
facturatie te kunnen aanbieden aan haar kmo-klanten, waarbij ook Basware bij de deal
betrokkenis(VanLeemputten,2016).
1.2 Voordelentenopzichtevanpapierenfacturatie
Veselá en Radimersky delen het klassieke papieren facturatieproces op in vijf fases: het
schrijvenvande factuur,printen, frankeren,verzendenenarchiveren (2014).Elkvandeze
fasenvereisentijdeninelkestapkunnenfoutensluipen.Elektronischefacturendieopgesteld
zijn ineenstandaardstructuur laten toeditvolledigeproces teautomatiseren:“e-facturen
kunnenautomatischofrechtsreeksvanuitdesystemenvoordefinanciëletoeleveringsketen
vandeverzenderofvandedienstverlenerwordenaangemaaktennaardievandeontvanger
wordenverzonden”(EuropeseCommisie,2010).
Enerzijds laten e-facturen toe om de operationele kosten te verlagen en administratieve
foutentebeperken.Ditlaateenefficiëntergebruikvanhumanresourcetoe.Administratief
personeelkandanvoorproductieveretakeningezetwordendanhetopstellenvanfacturen
(Veselá&Radimersky,2014).Daarnaastzijnerookdepositieveeffectenvoorhetmilieu.Een
studievanTenhunenenPenttinentoontaandathetoverschakelenvanpapierenfacturatie
5
naare-facturatiedeecologischevoetafdrukvaneenfactuurkandoendalenmet63procent
(2010).
Deautomatischeverwerkingvanelektronischefacturenverkortdefacturatiecyclus,waardoor
facturen sneller kunnenwordengeïnd (Penttinen,Hallikainen,&Salomäki,2009).Dit stelt
bedrijven beter in staat gebruik te maken van de korting voor contante betaling die
leveranciersvaakaanbieden.Dezekortingbedraagtmeestal1tot2procentvanhettotale
factuurbedrag (Keifer, 2011). Facturen kunnen automatisch verwerkt worden in het ERP-
systeemofboekhoudpakket(PwC,2010).Hierdoorwordenfoutenbijhetherintypenvanniet
gestandaardiseerdeelektronische-enpapierenfactureninhetsysteemgeëlimineerd(Keifer,
2011).Elektronischefacturenmakenhetookmakkelijkomtecontrolerenofdeinhoudvan
de factuur overeenkomtmet die op de bestelbon (Keifer, 2011). Door deze automatische
verwerking krijgen ondernemingen ook een beter zicht op te late betalingen (Penttinen,
Hallikainen,&Salomäki,2009).Daarnaastwordthetgemakkelijkeromdebedragendiede
ondernemigop zijn rekeningontvangt te linkenaande juiste factuur.Hetbedragdateen
leverancieropzijnrekeningontvangt,komtnamelijknietaltijdovereenmethetbedragopde
factuur. Klanten bundelen soms meerdere facturen in een betaling om te besparen op
transactiekosten,ofhetismogelijkdatdeklantniethetvolledigebedragbetaaltomwillevan
beschadigdegoederenofincompleteleveringen(Keifer,2011).
Daarnaastzijnerooknoganderevoordelen.EencasestudieinFinlandheeftuitgewezendat
e-facturatie de informatie uitwisseling tussen ondernemingen verbetert,wat leidt tot een
beteresamenwerkingenenverhoogdeloyaliteit(Penttinen,Hallikainen,&Salomäki,2009).
E-facturatie kan de efficiëntie en competitiviteit van een onderneming verhogen, op
voorwaardedatdeondernemingerinslaagtdetechnologieteintegrerenindestructuurvan
deonderneming(Hernandez-Ortega,2012).
Bovendienzijndevoordelenvanelektronischefacturenprominenterwanneereenorganisatie
eengrotehoeveelheidfacturenheeftvanlagebedragen.Bijfacturenmeteenlagewaardeis
deverwerkingskostperfactuurrelatiefhoogtenopzichtvanhetfactuurbedrag(PwC,2010).
6
Meeting2012 Factuur(naaronderneming)
Verzendenpapier €4,44Verzendene-mail €2,02Verzendendigitaal €1,20Besparingverzendene-mail €2,42Besparingverzendendigitaal €3,24Ontvangenpapier €8,04Ontvangene-mail €7,68Ontvangendigitaal €2,27Besparingontvangene-mail €0,36Besparingontvangendigitaal €5,77Totalebesparingperfactuur(e-mail) €2,80Totalebesparingperfactuur(digitaal) €9,01Tabel1:Overzichtadministratievelastenpapierenenelektronischefacturatieperfactuur(KPMG,2016)
Een rapport van KPMG toont aan dat het versturen van een factuur op papier naar een
onderneming4,44eurokost(Tabel1).Hetversturenvandiezelfdefactuurviae-mailkost2,02
euro.Wanneerditvolledigautomatischverlooptviaautomatischeverwerkingkostditslechts
1,20euro.Ditkomtopeen totalebesparingvan3,24europer factuur (KPMG,2016). De
meesteeconomischevoordelenvloeiendanooknietvoortuitdebesparingenopdruk-en
frankeerkosten maar veeleer uit de volledige procesautomatisering en –integratie van
bestellingentotbetalingentussenhandelspartners(EuropeseCommisie,2010).
IndehypothetischesituatiewanneerallefacturatieinBelgiëviapapiergebeurt,bedragende
totaleadministratievelasten5,02miljardeuro.Indepotentiëlesituatiewaarinallefacturen
digitaal worden opgesteld, verzonden en ontvangen bedragen de totale administratieve
lasten slechts 1,66miljard euro. De volledige overschakeling van papieren facturatie naar
volautomatischee-facturatiebetekentduseenbesparingvan3,37miljardeuro(KPMG,2016).
1.3 Wettelijkkader
De Europese Commissie stelt in haar 2020-strategie als doel dat tegen het jaar 2020 e-
facturering de meest gangbare vorm van facturatie moet worden in Europa (Europese
Commisie,2010).DitpastinhetbredereinitiatiefEendigitalemarktvoorEuropa,dattotdoel
heefteeneengemaaktedigitalemarkttecreërenbinnenEuropa(EuropeseCommisie,2010).
7
DeEuropeseregelgevingheeftvoornamelijktotdoelomdebelemmeringendieelektronische
factureringindewegstaanwegtenemen.
De grote verschillen in wetgeving tussen de verschillende EU-lidstaten was een grote
belemmeringvoorelektronischefacturatieoverdegrenzenvandelidstatenheen(National
BoardofTrade,2011).LandenzoalsSpanje,PolenenBulgarijevereistendatfacturenvoorzien
moestenzijnvanelektronischehandtekeningen.BijhetgebruikvanEDImoestbovendienmet
regelmaateenpapierensamenvattinggecreëerdworden.AnderelandenzoalsDenemarken,
IerlandenhetVerenigdKoninkrijkgavendegebruikerdekeuzewelkemethodestegebruiken,
zolangdeauthenticiteitenintegriteitgewaarborgdkonworden.Demeestflexibele landen
warenZwedenenFinland.Zijsteldengeenvereistenvooropenaccepteerdenallemethoden
(NationalBoardofTrade,2011).
Omdebelemmeringenvoordeoverstapnaarelektronischefacturatiewegtenemenwerdop
13juli2010Richtlijn2010/45/EUvastgesteld,totwijzigingvanRichtlijn2006/112/EG.Deze
richtlijnbevatdenieuwebtw-regels inzakee-factureringenginguiterlijkop1januari2013
van kracht (Europese Commisie, 2010). De richtlijn stelt dat papieren en elektronische
facturen gelijk moeten worden behandeld. Tegelijkertijd mag de administratieve last bij
papieren factureringnietverzwaardworden.Dezegelijkheidgeldtook tenaanzienvande
belastingdiensten. De authenticiteit en de integriteit van de elektronische factuur moet
kunnengewaarborgdworden,maarbelastingplichtigenmogennietverplichtwordentothet
gebruik van een bepaalde technologie. “Bedrijfscontroles kunnen een betrouwbaar
controlespoor tussen factuur en prestatie opleveren, met dien verstande dat zowel de
papieren als de elektronische factuur aan de genoemde voorwaarden moeten voldoen.”
(RICHTLIJN2010/45/EUVANDERAAD,2010).
DeEuropeserichtlijnwerdinBelgiëtoegepastinhetwetboekvandebtw.Artikel1,§13,1°
WBTWsteltdateenfactuur“elkdocumentofberichtoppapierofinelektronischeformaatis,
datvoldoetaandevoorwaardenvastgesteldinhetWetboekenzijnuitvoeringsbesluiten.”Lid
2voegtdaaraantoedateenelektronischefactuurinomhetevenwelkeelektronischevorm
uitgereiktofontvangenkanworden.
8
Debelastingplichtigekanduszelfbeslissenwelkformaathijwensttegebruiken.Ditkunnen
gestructureerdeberichten zijn inXML,maardusookbijlagen inPDFofWord (VanVaeck,
2013). Om van elektronische facturatie te kunnen spreken moet de factuur worden
uitgewisseld via tweeelektronische systemen. Eenuitgeprinte versie vaneenelektronisch
opgestelde factuur per post verzenden, valt per definitie dus niet onder elektronische
facturatie (VanVaeck, 2013).Demanierwaaropde factuur elektronischwordt verzonden
staatvrij.Ditkanzowelviae-mail,eenelektronischontvangenfax,eenwebportalvande
leverancier, het downloaden via een website, USB-stick, barcode, elektronische chip, etc.
Daarnaastheeftdeontvangerdekeuzeomdefactuurineenanderelektronischformaatte
ontvangenen/oftebewaren(VanVaeck,2013).Ookdetussenkomstvaneenexterneservice
provider vormt geen probleem meer onder de nieuwe regelgeving, al blijft de
belastingplichtigesteedszelfverantwoordelijkvoorhetuitreiken,ontvangenenbewarenvan
eengeldigeelektronischefactuur(VanVaeck,2013).
Hetgebruikvaneenelektronischefactuuristoegestaanmitsaanvaardingdoordeafnemer
(Artikel53,§2,4°,WBTW).Gaatdeontvangernietakkoord,danmoetde leveranciereen
papieren factuur uitreiken (Van Vaeck, 2013). Belangrijk is dat de klant zich niet meer
uitdrukkelijk voorafgaand akkoord moet verklaren. Een stilzwijgende aanvaarding is
bijvoorbeeldmogelijkwanneerdeontvangerdeelektronischefactuurbetaaltnaontvangst
(VanVaeck,2013).
Hetstaatdebelastingplichtigevrijtebepalenhoehijdeauthenticiteitvandeherkomst,de
integriteit van de inhoud en de leesbaarheid van de factuur wenst te waarborgen. Elke
bedrijfscontroledieeenbetrouwbaarcontrolespoortusseneenfactuureneenleveringvan
een goed of dienst aantoont, kan worden gebruikt om deze waarborg te leveren.
Authenticiteitvanherkomstbetekenthetwaarborgenvandeidentiteitvandeleverancierof
deuitreikervandefactuur.Onderintegriteitvandeinhoudwordtverstaanhetfeitdande
inhoud van de factuur geen wijzigingen heeft ondergaan (Artikel 60, §5,WBTW). Bij een
elektronischefactuurinPDFofWord-formaatstellenerzichgeenproblemenwatbetreftde
leesbaarheid.BijeengestructureerdeverzendingviaXMLofEDIisdeleesbaarheidechterniet
gewaarborgdenmoetdeafnemerzorgenvooreengemakkelijkeomzettingvanhetbericht
(VanVaeck,2013).
9
Facturendienen7jaarbewaardteworden,terekenenvanaf1januarivanhetjaarvolgend
opdedatumvandeuitreiking(Artikel60,§3,WBTW).Papierenfacturenmoetenbewaard
wordenopBelgischgrondgebied.Watbetreftelektronischefacturenvolstaathetdatdeze
online toegankelijk zijn vanuit België (Artikel 60, §2, WTBW). De bewaring moet de
authenticiteitvandeherkomstende integriteitvande inhoudvandefactuurwaarborgen
(Artikel60,§6,WBTW).
1.4 Acceptatievane-facturatie
Reeds decennialang wordt er van elektronische facturatie gebruik gemaakt. De eerste
pogingenomdataopeengestructureerdeenelektronischemanierteversturenvondenplaats
indejaren1970.DaarbijwerdgebruikgemaaktvanEDIendeEDIFACTstandaard(Kreuzer,
Eckhardt, Bernius, & Krönung, 2013). Dit was echter enkel weggelegd voor grote
ondernemingen.Oorspronkelijkwerdgebruikgemaaktvanpoint-to-pointsystemen.Daarbij
warenzwareinvesteringennodigomtweebedrijventeconnecteren(Penttinen&Hyytiäinen,
2008).Hetgebruikvane-facturatienamgestaagtoeoverdejaren.Degroteoplevingvane-
facturatieistedankenaandewetgevingdiebepaaltdateenelektronischefactuurjuridisch
equivalentismeteenpapierenfactuur(Keifer,2011).Tochbestaanergroteverschilleninde
wetgevingtussenlanden.Ditiseengrotestruikelblokvoordeadoptievane-facturatievoor
bedrijvendie veel handel drijvenoverde grenzenheen (Keifer, 2011), (Kreuzer, Eckhardt,
Bernius,&Krönung,2013).
Inwatvolgtwordteenoverzichtgegevenvandeindeliteratuurvoorkomendeoorzakendie
de acceptatie vane-facturatiebeïnvloeden. Tevenswordendebarrièresdiede acceptatie
beperkenbesproken.TotslotwordendecijfersvoorBelgiëenEuropabesproken.
1.4.1 Factorendiedeacceptatiee-facturatiebeïnvloeden
Tabel 2 geeft een overzicht van de in de literatuur voorkomende factoren die bedrijven
beïnvloeden in hun beslissing om e-facturatie te gebruiken. Daarbij werd een opdeling
gemaakttussenenerzijds internefactoren, i.e.factorendiemeervanuitdeorganisatiezelf
komen en anderzijds externe factoren. Daarbij komen elementen uit verschillende
10
theoretischemodellenaanbod,waaronderhetTechnologyAcceptancemodelenDiffusionof
InnovationTheory.Dezemodellenwordenin2.2verderbesproken.
Factorendiedeacceptatievane-facturatiebeïnvloedenInternefactoren
Perceivedusefulness,Relativeadvantage (Hernandez-Ortega, 2012), (Penttinen &Hyytiäinen,2008)
Perceivedcompatibility (Hernandez-Ortega, 2012), (Penttinen &Hyytiäinen,2008)
PerceivedSecurity (Hernandez-Ortega,2012)Perceivedbenefits,economicbenefits (Sandberg, Wahlberg, & Pan, 2009),
(Penttinen & Tuunainen, 2009), (Kreuzer,Eckhardt,Bernius,&Krönung,2013)
Owner/managercharacteristics (Sandberg,Wahlberg,&Pan,2009)Organisational readiness, TechnologicalReadiness
(Sandberg, Wahlberg, & Pan, 2009),(Penttinen & Tuunainen, 2009), (Kreuzer,Eckhardt,Bernius,&Krönung,2013)
Complexity,PerceivedEaseofUse (Penttinen&Hyytiäinen,2008),(Hernandez-Ortega,2012)
Trialability (Penttinen&Hyytiäinen,2008)Observability (Penttinen&Hyytiäinen,2008)Externefactoren
ExternalPressure (Sandberg, Wahlberg, & Pan, 2009),(Penttinen&Tuunainen,2009)
Regulatoryframework,PoliticalCommitment
(Keifer,2011),(Kreuzer,Eckhardt,Bernius,&Krönung,2013)
Governmentmandates (Keifer,2011)Customerdemand (Keifer,2011)Supplierinnovation (Keifer,2011)Supplierpressure (Penttinen & Tuunainen, 2009), (Kreuzer,
Eckhardt,Bernius,&Krönung,2013)Bandwagoneffect (Penttinen & Tuunainen, 2009), (Kreuzer,
Eckhardt,Bernius,&Krönung,2013)Externalpressurefromcustomers (Penttinen&Tuunainen,2009)Ecologicalpressure (Kreuzer, Eckhardt, Bernius, & Krönung,
2013)Country-levelfactors (Kreuzer, Eckhardt, Bernius, & Krönung,
2013)Institutionalfactors (Penttinen & Tuunainen, 2009), (Kreuzer,
Eckhardt,Bernius,&Krönung,2013)Tabel2:Factorendiedeacceptatievane-facturatiebeïnvloeden
1.4.1.1 Internefactoren
Eeneersteinternefactorisdematewaarindeorganisatiedenieuwetechnologiealsnuttig
beschouwt. Het is dematewaarin de organisatie denkt dat e-facturatie de prestaties zal
11
verbeteren(Hernandez-Ortega,2012).Hoegroterhetverwachtevoordeel,hoesnellereen
nieuwe technologie zal worden aangenomen (Penttinen & Hyytiäinen, 2008). Nauw
verbondenhiermeezijndeverwachteeconomischevoordelen.Dezebetreffenallevoordelen
vane-facturatie,zoalseerderaangehaald.
Daarnaastishetbelangrijkdatdee-facturatiecompatibelismetdekarakteristiekenvande
ondernemingen, zoals de huidigemanier van werken en de aanwezige technologie in de
organisatie.Eenorganisatiezalsnellergeneigdzijnelektronischefacturatieteimplementeren
wanneer het compatibel ismet de deze karakteristieken. (Penttinen&Hyytiäinen, 2008).
Wanneerdeinspanningome-facturatieingebruikttenemenendekostentehoogzijn,dan
zaldeorganisatiedenieuwetechnologienietaannemen(Hernandez-Ortega,2012).
Complexiteitisdematewaarineeninnovatiegezienwordtalsmoeilijkteverstaanenmoeilijk
tegebruiken(Penttinen&Hyytiäinen,2008).Wanneere-facturatietoepassingencomplexzijn
ingebruik,zalditeenremmendefactorhebbenopdeimplementatie(Penttinen&Hyytiäinen,
2008).VolgensHernandez-Ortega isdeperceivedeaseofuse echterniet significant inhet
beslissingsproces vanondernemingenome-facturatie te implementeren.Ook alwordt de
toepassing als makkelijk te gebruiken ervaren, zal het niet worden gebruikt als het geen
voordelenbiedt,nietveiligingebruikis,nietofcompatibelismetdebestaandepraktijkenvan
deonderneming(2012).
Bijkmo’sspeeltdeIT-kennisvandezaakvoerdereenbelangrijkerolinhetbeslissingsproces
omtrentdeadoptievannieuweITtoepassingen(Sandberg,Wahlberg,&Pan,2009).Kleine
ondernemingen zullen sneller een nieuwe technologie aannemen wanneer de CEO een
innovatieveingesteldheidheeft(Sandberg,Wahlberg,&Pan,2009).
Bovendien moet de organisatie ook in staat zijn de nieuwe technologie te kunnen
implementeren. Enerzijdsmoet de organisatie beschikken over de financiëlemiddelen en
anderzijdsoverdetechnischemiddelenome-facturatietekunnenimplementeren(Sandberg,
Wahlberg,&Pan,2009).Dit isookverwantaandecompatibiliteiten interoperabiliteit.Er
bestaanveleverschillendetechnischemogelijkhedenome-facturatieteimplementeren,wat
geleidheefttoteenhogefragmentering(Kreuzer,Eckhardt,Bernius,&Krönung,2013).Dit
12
gebrek aan interoperabiliteit zorgt voor conversieproblemen,wat het technischmoeilijker
maaktome-facturatieteimplementeren(Kreuzer,Eckhardt,Bernius,&Krönung,2013).Wat
het financiële aspect betreft zal het voor kmo’smoeilijker zijn het nodige kapitaal aan te
trekken(Sandberg,Wahlberg,&Pan,2009).
Wanneerorganisatiese-facturatiealsveiligbeschouwen,zaldeintentieomhettegebruiken
hogerzijn(Hernandez-Ortega,2012).Tochzijnheelwatbedrijvennogbezorgdomtrentde
veiligheidomdefinanciëlecommunicatiemethunklantenenleveranciersviahetinternette
doen(Hernandez-Ortega,2012).
Trialability is de mate waarmee er met een nieuwe technologie geëxperimenteerd kan
worden. Dit laat toe om onzekerheid weg te nemen (Penttinen & Hyytiäinen, 2008).
Technologieën waarmee geëxperimenteerd kan worden, zullen in het algemeen sneller
aangenomenworden(Penttinen&Hyytiäinen,2008).Zozullenondernemingeneennieuwe
technologie vaak eerst proberen te testen via een piloot project (Penttinen&Hyytiäinen,
2008).
Observabilitytotslot,isdematewaarinderesultatenvaneeninnovatiezichtbaarzijnvoor
anderen.Hoegemakkelijkerhetisvooreenorganisatieomderesultatenvane-facturatiete
zien,hoehogerdekansdatzehetzullenaannemen(Penttinen&Hyytiäinen,2008).
1.4.1.2 Externefactoren
Eenvandebelangrijksteexternefactorendiedeacceptatiebeïnvloedtishetwettelijkekader
omtrente-facturatie.Meerenmeerlandenmakengeenonderscheidmeertussenpapieren
engematerialiseerdefacturen.Bijgevolgkaneenelektronischefactuurdienenalslegalebasis
bijdebtw-aangifte.Daarbijmoetwelvoldaanwordenaandevoorwaardenvanintegriteit,
authenticiteit en archivering van documenten (Keifer, 2011). Daarnaast proberen diverse
overheden het gebruik van e-facturatie te stimuleren door het gebruik ervan verplicht te
makenvoorwiehandeltmetoverheidsinstellingen(Keifer,2011).Ookdemacro-economische
toestandspeelthierineenrol.Intijdenvanrecessiezijnbedrijvenvoortdurendopzoeknaar
manierenomkostenteverlagen(Keifer,2011).Supplier innovationheeftbetrekkingopde
13
aanbiedersvane-facturatiediensten.Ondernemingenzullenzichmeerbewustwordenvan
de voordelen van e-facturatie naarmate er meer spelers actief worden die e-facturatie
dienstenaanbiedenendezeinnovatieverworden(Keifer,2011).
Institutionele factoren omvat dwangmatige druk, imitatie en normatieve druk (Kreuzer,
Eckhardt,Bernius,&Krönung,2013).Dwangmatigeofcoercivepressure resulteertuitdruk
uitgeoefend door andere organisaties, waarvan de organisatie afhankelijk is (Penttinen &
Tuunainen,2009).Imitatievloeitvoortuitonzekerheid.Wanneereenorganisatieonzekeris,
zaldezeandereorganisatiesproberenimiteren(Penttinen&Tuunainen,2009).Normatieve
druk komt door het feit dat een organisatie professioneel wil overkomen (Penttinen &
Tuunainen,2009).Hetisdenoodomgeaccepteerdtewordendoorgelijkenentehandelen
opdemanierzoalsanderendatwillen(Kreuzer,Eckhardt,Bernius,&Krönung,2013).
Externe druk kan worden opgedeeld in twee categorieën. Enerzijds kunnen bedrijven
genoodzaaktwordenome-facturatietegebruikenomcompetitiefteblijven,anderzijdskan
het gebruik ervanopgelegdwordendoorhandelspartners (Penttinen&Tuunainen, 2009).
Dergelijkepraktijkenkomenbijvoorbeeldfrequentvoorindeauto-industrie,waardegrote
constructeurshun toeleveranciersopleggenomEDI te gebruiken (Penttinen&Tuunainen,
2009). Vooral voor kmo’s is dit een belangrijke factor die de adoptie van e-facturatie kan
verhogen,aangezienzijzichineenzwakkepositiebevinden(Penttinen&Tuunainen,2009).
In het onderzoek van Sandberg et al. hebben alle kmo’s aangeven dat ze e-facturatie
overwogenhebbenomdathunklanteneromvroegenofomcompetitiefteblijven(Sandberg,
Wahlberg,&Pan,2009).
1.4.2 Barrières
Daarnaastzijnerookspecifiekefactorendiedeacceptatievane-facturatiehinderen.Deze
factorenwordenopgesomdinTabel3.
14
DiverseCountry-levelregulations (Keifer,2011),(Penttinen&Hyytiäinen,2008),(NationalBoardof Trade, 2011), (PwC,2010),(Haag,Born,Kreuzer,&Bernius,2013)
Buyerfragmentation (Keifer,2011)PricingDynamics (Keifer,2011),(Penttinen&Hyytiäinen,2008)Serviceproviderinteroperability (Keifer,2011),(Penttinen&Hyytiäinen,2008),
(PwC,2010)Concernswithrespecttosecurity (Haag, Born, Kreuzer, & Bernius, 2013)
(Kreuzer,Eckhardt,Bernius,&Krönung,2013),(Hernandez-Ortega, 2012), (Poel,Marneffe,&Vanlaer,2016)
Lackofknowledge (Haag,Born,Kreuzer,&Bernius,2013)Highchangemanagementeffort (Haag, Born, Kreuzer, & Bernius, 2013),
(Salmony&Harald,2010)Reservations of internal and externalstakeholders
(Haag,Born,Kreuzer,&Bernius, 2013), (PwC,2010)
Tabel3:Barrièresdiedeacceptatievane-facturatiebeperken
1.4.2.1 Verschilleninwetgeving
Eeneerste barrière die de verspreiding van e-facturatie tegenhoudt zijn de verschillen in
wetgevingtussenverschillendelanden.Multinationaleondernemingenwordengeremdbijde
implementatievane-facturatieomdathetwettelijkkadersterkverschiltvanlandtotland.Zo
latenlandenalsJapan,ChinaenThailandpapierlozefacturatieniettoe,terwijllandenalsde
VerenigdeStaten,Australië,HongKongendeEuropeseUniegeenrestrictiesopleggenvoor
e-facturatie(Keifer,2011).
1.4.2.2 Fragmentatievanklanten
Klantenfragmentatie doet zich voorwanneer niet alle stakeholders elektronische facturen
kunnenverwerken.Veelkmo’shebbenniethetbudgetofdeexpertiseomzelfelektronische
facturenop temakenviaEDIofXML.Viawebportalenbiedengroteprivate-enpublieke
organisatiesdemogelijkheidomfacturenelektronischeteuploaden.Voorkmo’sdieslechts
eenbeperktaantalgroteklantenhebben,kanditeenefficiëntemaniervanwerkenzijn.Het
wordtechtersneltijdrovendindienoptientallenverschillendeplatformeningelogddientte
worden(Keifer,2011).
15
1.4.2.3 PricingDynamics
Klantenervarenhetmeestevoordeelbijhetgebruikvane-facturatie.Leverancierszijnvaak
terughoudendomteinvesterenintechnologieëndievoornamelijktengoedekomenvande
klant zonder dat ze zelf de investering kunnen terugverdienen. De ondernemingen in de
studie van Penttinen en Hyytiäinen startten de implementatie allemaal met de focus op
inkomendefacturen.Ditomdatdeorganisatiediedefactuurontvangthetgrootstevoordeel
vane-facturatieervaart(2008).
1.4.2.4 Serviceproviderinteroperabiliteit
Het netwerk van de ene serviceprovider is niet altijd compatibelmet dat van een andere
provider.Ditheefttotgevolgdateenleverancierdietiengroteafnemersheeftzichmogelijk
moetabonnerenoptienverschillendee-facturatieproviders(Keifer,2011).Daarnaastishet
ookmogelijkdatfacturenverlorengaandooreenslechteconversietussentweeverschillende
providers(Penttinen&Hyytiäinen,2008).
1.4.2.5 Bezorgdheidomtrentsecurity
RespondenteninhetonderzoekvanKreuzeret.al.gavenaandatdeveiligheidsrisico’seen
vandegrootstenadelenzijnvanelektronischefacturatie(2013).Veelkmo’sverkiezenhun
betalingen en facturen op papier uit te voeren. Aangezien kleine ondernemingen weinig
ervaringhebbenmetelektronischehandel,uiten zebezorgdheidoverdeveiligheidvane-
facturatie(Poel,Marneffe,&Vanlaer,2016).DestudievanHernandez-Ortegaweesuitdatde
perceived security significant is bij de beslissing om e-facturatie te gaan gebruiken. Bij de
beslissingome-facturatie teblijvengebruikenwasdeperceived security echternietmeer
significant (2012). Daarnaast werden ook de bezorgdheid omtrent de authenticiteit en
integriteitvane-facturenaangehaaldalsbekommernisomtrentsecurity(Haag,Born,Kreuzer,
&Bernius,2013).
1.4.2.6 Gebrekaankennis
Haagetal.delenhetgebrekaankennisop indrieonderdelen(2013).Teneerste iserhet
gebrek aan algemene IT-kennis bij managers en werknemers omtrent het gebruik van
allerhandeinformatietechnologieën.Daarnaastkanhetmogelijkzijndatorganisatieszichwel
bewustzijnvane-facturatie,maardatzenietbeschikkenovervoldoendekennisomdit te
implementerenofeengeschikteproviderteselecteren.Tenslottezijnvoornamelijkkleine
16
ondernemingenzichnognietbewustvandevoordelenvane-facturatie(Haag,Born,Kreuzer,
&Bernius,2013).
1.4.2.7 Changemanagement
Deoverschakelingvanpapierenfacturatienaarelektronischefacturatiebrengtveranderingen
met zich mee. Personeelsleden moeten opgeleid worden en de e-facturatie moet
geïmplementeerdwordenindehuidigeprocessen.Ditbrengtkostenmetzichmee.Wanneer
eenorganisatieniettenvolledevoordeleninzietvane-facturatie,kunnenzedeinvestering
alsnegatiefaanschouwen(Haag,Born,Kreuzer,&Bernius,2013).Anderzijdshebbenkleine
ondernemingen slechts een beperkt aantal facturen, waardoor de besparing op de
administratievetakennietaltijdopweegttegenoverdeinvesteringome-facturatietegaan
gebruiken(Salmony&Harald,2010).
1.4.2.8 Bereidheidvanstakeholders
Totslotvormtookdeterughoudendheidvanstakeholderseenbarrièrevoordeacceptatie
vane-facturatie.Ditkunnenzowelexternealsinternestakeholderszijn(Haag,Born,Kreuzer,
&Bernius,2013).Internkanzowelhetgebrekaanseniormanagersupport,alsdeweerstand
vanwerknemerseenbarrièrevormen(Haag,Born,Kreuzer,&Bernius,2013).Wanneereen
organisatiebeslistdestaptemakennaare-facturatiemoetenklantenenleveranciersbereid
zijnomdiezelfdestaptemaken(PwC,2010).
1.4.3 Acceptatiegraad
In België is Statistics Belgium (Statbel) verantwoordelijk voor de gegevensverzameling
betreffendehetICT-gebruikinondernemingen.Ongeveer4.500ondernemingenvandiverse
grootteensectorennemenjaarlijksdeelaandeenquête(Statbel,2015).
17
E-facturen
verstuurd,B2B
en
B2G
,geschikt
voor
automatisc
hverw
erking
E-facturen
verstuu
rd
B2BofB2G
,niet
geschiktvoo
rau
tomatisc
he
verw
erking
E-facturen
verzond
en
B2Ben
B2G
,aldan
nietgeschiktv
oor
automatisc
hverw
erking
E-facturen
ontvangen
,geschiktvoo
rau
tomatisc
hverw
erking
E-facturen
verzond
en
ofontvangen
,geschiktvoo
rau
tomatisc
hverw
erking
Totaal
7,3%
21
,6%
23,7%
39,4%
42,2%
Brussel
9,7%
31
,6%
34,3%
39,3%
41,7%
Vlaand
eren
6,9%
20
,3%
22,3%
40,9%
44,0%
Wallonië
7,2%
20
,6%
22,7%
35,7%
38,4%
Ta
bel4:G
ebruikvan
e-fa
cturatieinBelgiëperregioin201
4(Statbel,201
5)
E-facturen
verstuu
rd,
B2Ben
B2G
,geschikt
voorautom
atisc
hverw
erking
E-facturen
verstuu
rd
B2BofB2G
,niet
geschiktvoo
rau
tomatisc
he
verw
erking
E-facturen
verzond
en
B2Ben
B2G
,aldan
nietgeschiktv
oor
automatisc
hverw
erking
E-facturen
ontvangen
,geschiktvoo
rau
tomatisc
hverw
erking
E-facturen
verzond
en
ofontvangen
,geschiktvoo
rau
tomatisc
hverw
erking
10ofm
eerw
erknem
ers
10,9%
26,4%
29,8%
42,9%
47,4%
250ofm
eerw
erknem
ers
38,8%
43,6%
53,4%
53,1%
64,8%
50-24
9werknem
ers
18,3%
33,5%
38,5%
40,5%
48,7%
10-49
werknem
ers
8,7%
24
,6%
27,4%
42,9%
46,5%
5-9
werknem
ers
3,4%
16
,6%
17,4%
35,6%
36,8%
Tab
el5:G
ebruikvan
e-fa
cturatieinBelgiëperb
edrijfsgroo
ttein201
4(Statbel,201
5)
18
E-facturen
verstuu
rd,
B2Ben
B2G
,geschikt
voorautom
atisc
hverw
erking
E-facturen
verstuu
rd
B2BofB2G
,niet
geschiktvoo
rau
tomatisc
he
verw
erking
E-facturen
verzond
en
B2Ben
B2G
,aldan
nietgeschiktv
oor
automatisc
hverw
erking
E-facturen
ontvangen
,geschiktvoo
rau
tomatisc
hverw
erking
E-facturen
verzond
en
ofontvangen
,geschiktvoo
rau
tomatisc
hverw
erking
Man
ufacturin
g10
,8%
24,1%
28,0%
37,8%
44,0%
Electricity
,gasand
steam,w
ater
supp
ly,sew
eragean
dwaste
man
agem
ent
7,9%
25
,7%
26,2%
37,0%
37,8%
Constructio
n4,1%
17
,9%
19,4%
42,5%
44,2%
Who
lesaleand
retailtrad
e;re
pair
ofm
otorveh
icles
8,9%
21
,8%
24,1%
40,6%
44,1%
Tran
sportatio
nan
dstorage
11,8%
26,3%
30,2%
37,2%
42,0%
Accommod
ationan
dfood
service
activ
ities
1,3%
9,5%
9,7%
36
,5%
36,6%
Inform
ationan
dcommun
ication
12,1%
49,1%
50,2%
36,7%
40,9%
Realestateactiv
ities
2,1%
12
,9%
12,9%
35,1%
35,1%
Professio
nal,scientifican
dtechnicalactivities
5,0%
23
,2%
24,0%
43,2%
44,4%
administrativ
ean
dsupp
ort
activ
ities
5,9%
24
,2%
26,6%
34,8%
35,3%
Repa
irofcom
putersand
commun
icationactiv
ities
40,6%
71,9%
81,3%
25,0%
46,9%
Tab
el6:G
ebruikvan
e-fa
cturatieinBelgiëpersectorin20
14(Statbel,201
5)
19
Tabel4,Tabel5enTabel6geveneenoverzichtvandesituatieinBelgië.Daarbijwerdenaan
deorganisatiesdevolgendevragengesteld:
• Verzendtuelektronischefacturennaaranderebedrijvenofdeoverheiddiegeschikt
zijnvoorautomatischeverwerking?
• Verzendt u elektronische facturen naar andere bedrijven of de overheid die niet
geschiktzijnvoorautomatischeverwerking?
• Verzendtuelektronische facturennaar anderebedrijven, al danniet geschikt voor
automatischeverwerking?
• Heeft u elektronische facturen ontvangen die geschikt zijn voor automatische
verwerking?
• Heeft u elektronische facturen verzonden of ontvangen die geschikt zijn voor
automatischeverwerking?
Op nationaal niveau geven 42,2 procent van de respondenten aan dat hun organisatie
elektronische facturen verzonden of ontvangen heeft in 2014, die geschikt zijn voor
automatischeverwerking.Erzijnechterregionaleverschillen.InVlaanderenbedraagtdit44
procenttegenover38,4procentinWalloniëen41,7procentinBrussel.Weldientopgemerkt
wordendatdeVlaamseorganisatieshetminstelektronischefacturenversturendiegeschikt
zijn voor automatische verwerking.Het aantal Belgischeondernemingendie elektronische
facturen verzendt die geschikt zijn voor automatische verwerking blijft beperkt tot 7,3
procent.
Daarnaastvaltopdatvooralbijkleineondernemingendeadoptiegraadzeerbeperktblijft.
Slechts 3,4 procent van de ondernemingen met 5 tot 9 personeelsleden geeft aan
elektronischefacturenteverzendenineenstandaardformaat.Bijondernemingenmetmeer
dan250personeelsledenbedraagtdit38,8procent.
Ookzijnergroteverschillenwaarneembaartussendeverschillendeeconomischesectoren.
DeICT-brancheisveruitdekoploperinhetverzendenvanelektronischefacturen,aldanniet
in gestandaardiseerd formaat. De sector waarin hetminst elektronische facturenworden
verstuurd is de accommodatie en voedingsbranche, i.e. de hotel en horecasector (United
Nations, 2016). Slechts 1,3 procent van de facturen worden in deze sector op een
20
gestandaardiseerde elektronische manier verzonden. Ook in de vastgoedsector is dit
percentagebijzonderlaag.Deanderesectorenschommelenrondhetnationaalgemiddelde.
Poeletal.maaktenopbasisvanverschillendeenquêteseenschattingvanhoedeBelgische
ondernemingen hun facturen verzenden (2016). De geaggregeerde gegevens voor de
BelgischeprivatesectorwordenweergegeveninTabel7.Deresultatentonenaandatin2014
bijna de helft (47,66 procent) van de B2B facturen op een elektronische manier worden
verzonden.Daarvanwordthetgrootstedeelechterverzondenviae-mail,watminderefficiënt
enkostenbesparendisdanelektronischefacturendieautomatischverwerktkunnenworden
(Poel,Marneffe,&Vanlaer,2016).Dezecijfersliggeninlijnmetdeofficiëlestatistiekenvan
Statbel.Daaringaf7,3procentvandeondervraagdeondernemingenaandatzeelektronische
facturenverzendendiegeschiktzijnvoorautomatischeverwerking(Statbel,2015).
Digitalplatform E-mail Totale-invoices Paperinvoices 2012 2013 2014 2012 2013 2014 2012 2013 2014 2012 2013 2014B2B 3,74 6,02 8,72 18,78 27,42 38,94 22,52 33,44 47,66 77,48 66,56 52,34B2C 2,32 6,92 7,58 16,18 24,96 31,51 18,50 31,88 39,09 81,50 68,12 60,91
Tabel7:Aantalfacturen(%)indeBelgischeprivatesectorin2012,2013en2014(Poel,Marneffe,&Vanlaer,2016)
Ookconsumentenontvangensteedsvakerfactureninelektronischformaat.Dienstenzoals
Zoomit zorgen voor de integratie van elektronische documenten in de online- enmobile
banking applicaties.Dit laat consumenten toeom facturen in één klik tebetalen (Zoomit,
2016).Weldientopgemerktwordendathethiervooralfacturenvangrotebedrijvenbetreft,
zoalsaanbiedersvantelecomdiensten,elektriciteit,verzekeringen,etc.Daarwaarin2012nog
maar2,32procentvandefacturendigitaalnaardeconsumentwerdverstuurd,bedroegditin
2014al7,58procent.Ookconsumentenontvangensteedsvakerfacturenviae-mail,waardoor
papierenfacturatieooknaarconsumententoeindalendelijnzit(Poel,Marneffe,&Vanlaer,
2016).
DeEuropeseCommissieendeBelgischeoverheidspecifiërennietdateene-factuurgeschikt
moetzijnvoorautomatischeverwerking.Hoeweldedoelstellingdattegen201425%vande
facturenelektronischmoetzijnbehaaldis,blijfthetgebruikvane-facturendieautomatische
verwerktkunnenwordennogzeerlaag(Poel,Marneffe,&Vanlaer,2016).
21
Eenmanszaak(0werknemers)
Klein(1-50
werknemers)
Middelgroot(51-250
werknemers)
Groot(>250
werknemers)
Totaal
B2B 47.622.591 260.562.997 25.710.883 144.340.095 478.236.566B2C 28.076.966 157.340.767 8.168.262 368.386.051 561.972.046
Totaalfacturen 75.699.557 417.903.764 33.879.145 512.726.146 1.040.208.612Totaal(%) 7,3% 40,2% 3,2% 49,3% 100%Aantal(%)
ondernemingen 75,8% 23,2% 0,5% 0,5% 100%
Tabel8:AantalverzondenfacturenindeBelgischeprivatesectorin2012(Poel,Marneffe,&Vanlaer,2016)
Tabel 8 geeft een overzicht van de verzonden facturen in de Belgische private sector per
bedrijfsgrootte.Degegevenshebbenbetrekkenophetjaar2012.Daaruitblijktdat99procent
kleine ondernemingen zijn, i.e. eenmanszaken en kleine ondernemingen totmaximaal 50
werknemers.Tochvertegenwoordigendezeondernemingennognietdehelftvanhetaantal
verzonden facturen (47,5procent). Zoals aangegeven inTabel5 looptdezegroepookhet
sterkstachterinhetverzendenvanelektronischefacturen.
Afbeelding2:Evolutiegebruike-facturatieinBelgië(KPMG,2016)
Afbeelding 2 Geeft de evolutie van het gebruik van e-facturatie in België grafisch weer.
Opnieuwisduidelijkdathetgrootstedeelbestaatuitfacturenverzondenviae-mail.In2015
werden8,91procentvandefacturennaarondernemingendigitaalverstuurd.Dit isslechts
22
eenstijgingvan0,19%tenopzichtevanhetjaarvoordien(KPMG,2016).Degroeilijktduste
vertragen.Deauteursvanhetrapportwijzendittoeaanhetfeitdatdeondernemingendie
betrekkelijk vlot meegaan in het verhaal van elektronische facturatie de overstap reeds
gemaakthebben.Nieuwebeleidsmaatregelenzijnnodigomallebetrokkenpartijentenvolle
teovertuigenvandevoordelenvanelektronischefacturatie(KPMG,2016).
1.4.4 RestvanEuropa
geo\time 2007 2008 2009 2010 2011 2013EU(28landen) 18 21 22 30 21 29Eurozone(veranderendesamenstelling)
18 23 26 37 22 29
België 31 36 39 39 43 36Bulgarije 9 26 26 26 29 45Tsjechië 33 17 18 17 21 29Denemarken 37 43 38 39 54 59Duitsland 19 27 31 36 19 27Estland 25 39 40 39 34 31Ierland 26 22 21 28 16 36Griekenland 10 15 11 16 26 22Spanje 9 12 17 25 23 29Frankrijk 10 20 21 36 25 27Kroatië 19 25 23 23 24 27Italië 34 29 34 56 15 27Cyprus 10 7 7 10 9 9Letland 25 20 31 46 39 42Litouwen 15 35 40 52 48 47Luxemburg 23 24 20 37 23 33Hongarije 4 5 6 8 4 26Malta 24 25 26 37 21 25Nederland 11 29 34 35 26 23Oostenrijk 18 17 12 18 23 35Polen 8 11 12 16 17 27Portugal 14 24 23 27 27 38Roemenië 15 11 12 18 13 20Slovenië 7 8 9 10 13 22Slovakije 14 23 30 34 34 43Finland 27 25 24 36 63 74Zweden 18 17 25 28 28 30VerenigdKoninkrijk 15 11 8 11 14 24IJsland - 20 - 25 - 43Noorwegen 29 31 31 47 32 37
Macedonië - - - 9 11 11Servië 20 - - - - -Turkije 5 - - 13 - -Tabel9:Gebruikvane-facturatie inEuropa:percentageondernemingendiee-facturenversturenofontvangen (Eurostat,2016)
23
OokbinnenEuropazijnergroteverschillenvanlandtotland.Tabel9geefteenoverzichtvan
het gebruik van e-facturatie in de Europese landen. De gegevens hebben betrekking op
ondernemingendieminstens10werknemersindiensthebben.Detrendbreukindegegevens
sinds2011istewijtenaandegegevensverzameling.Degegevensvan2007tot2010hebben
betrekkingophetverzendenenontvangenvane-facturen inhetalgemeen,aldanniet in
gestandaardiseerde vorm. De gegevens sinds 2011 hebben enkel betrekkingen op
elektronischefacturenineenstandaardvorm,dieautomatischverwerktkunnenworden.
Afbeelding3:Gebruikvane-facturatieinEuropa:percentageondernemingendiee-facturenversturenofontvangenin2013(Eurostat,2016)
Belgiëscoortmeteenpercentagevan36%in2013ietsbeterdanhetEuropesegemiddelde.
Afbeelding3toontaandatdeScandinavischelandenenBaltischeStatendekoploperszijnin
het gebruik van e-facturatie. De absolute koploper is Finland. 74 procent van de Finse
24
ondernemingengeeftaanelektronischefacturenteverzendenofteontvangen.E-facturatie
ishetminstdoorgebrokenindeOost-Europeselanden.
Belangrijk omop temerken is dat de data enkel betrekking heeft op ondernemingen die
tenminste10werknemersindiensthebben.
1.5 Conclusie
Het huidige onderzoek omtrent e-facturatie kan opgedeeld worden in verschillende
stromingen(Kreuzer,Eckhardt,Bernius,&Krönung,2013):
• Identificatievanfactorendiedeadoptievane-facturatiemotiverenofremmen:
(Hernandez-Ortega,2012),(Sandberg,Wahlberg,&Pan,2009),(Penttinen&
Hyytiäinen,2008),(Haag,Born,Kreuzer,&Bernius,2013),(Penttinen&Tuunainen,
2009),(Poel,Marneffe,&Vanlaer,2016)
• Analysevanwatdedeimpactisvane-facturatieopdeprestatiesvande
onderneming:(Keifer,2011)
• Analysevanwatdeimpactisvane-facturatieopderelatietussenorganisaties:
(Penttinen,Hallikainen,&Salomäki,2009)
• Ecologischeimpact:(Penttinen&Tenhunen,2010)
• Deimpactvanoverheidsinterventieendeadoptievane-facturatiedoordeoverheid:
(Kreuzer,Eckhardt,Bernius,&Krönung,2013)
De oorzaken die de verspreiding van een nieuwe technologie beïnvloeden, zijn uitvoerig
besproken in de literatuur. Daarbij werd uitvoerig gebruik gemaakt van The diffusion of
innovationstheoryvanRogers.Haagetal.onderzochtenalseerstespecifiekdeweerstanddie
ondernemingenbiedentegene-facturatie(2013).Voorhunonderzoekmaaktenzegebruik
van een survey bij 416 Duitse ondernemingen. De auteurs beklemtonen het gebrek aan
onderzoek die deweerstand onderzoeken. “Het onderzoek naar deweerstand tegen een
nieuwe technologie isevenbelangrijkalsdeacceptievaneennieuwe technologie” (Haag,
Born,Kreuzer,&Bernius,2013).
25
Sandberget al. onderzochtende acceptatie vanE-facturatiebij Zweedse kmo’s (2009). Zij
kwamentotdeconclusiedatbijkmo’sdeIT-kennisvandezaakvoerdereenbelangrijkerol
speeltinhetbeslissingsprocesomtrentdeacceptatievannieuweIT-toepassingen.Hoemeer
innovatiefdezaakvoerderisingesteld,hoesnellereenKMOe-facturatiezalimplementeren
(Sandberg,Wahlberg,&Pan,2009).Haaget.al.kwamentotdevaststellingdateenderdevan
dekmo’snoggeenmeningheeftovere-facturatieendusnognietbezigismethetonderwerp.
Ookeengebrekaankennisovere-facturatieen IT-kennis inhetalgemeenzijnbelangrijke
oorzakenwaarom kmo’s e-facturatie nog niet gebruiken (Haag, Born, Kreuzer, & Bernius,
2013).
Onderzoek over het gebruik van e-facturatie in België is relatief beperkt in de
wetenschappelijke literatuur.Poeletal.onderzochtendepotentiëlekostenbesparingvoor
Belgische bedrijven (2016). Ondanks dat in België bijna de helft van de facturen (47,66
procent)opeenelektronischemanierwordenverstuurd,wordtslechts8,72procentvande
totale B2B facturen op een elektronischemanier verzonden die automatische verwerking
toelaat(Poel,Marneffe,&Vanlaer,2016).Hetovergrotedeelvandeelektronischefacturen
wordenverzondenviae-mail.Eengrootdeelvanhetpotentieelvoordeelvane-facturengaat
dus verloren (Poel, Marneffe, & Vanlaer, 2016). De auteurs geven hiervoor de mogelijke
verklaringdatbedrijven(onterecht)deinvesteringinITvoore-facturatietehooginschatten
inverhoudingmetdepotentiëlekostenbesparingen.
DecijfersvanhetrapportvanKPMGtonenbovendienaandatdegroeivane-facturatie in
België aan het stilvallen is. Het aantal verzonden e-facturen naar ondernemingen die
automatisch verwerkt kunnen worden steeg in 2015 met slechts 0,19 procent naar 8,91
procent. De auteurs schrijven dit toe aan het feit dat de ondernemingen die het meest
openstaanvoore-facturatiedeimplementatiereedsachterderughebben.Zewijzenerdan
ookopdatnieuwebeleidsmaatregelenaangewezenzijnomallebetrokkenpartijentenvolle
teovertuigenvandevoordelenvane-facturatie(KPMG,2016).
27
2 Onderzoeksopzet
2.1 Inleiding
JaarlijksepubliceertdeDienstAdministratieveVereenvoudiginginsamenwerkingmetKPMG
eenrapportoverhetgebruikvanvane-facturatieinBelgië.Hetrapportvan2016,metcijfers
diebetrekkinghebbenophetjaar2015,toontaandaterin2015nogslechtseenzeerbeperkte
toename was in het gebruik van e-facturatie (KPMG, 2016). Dit kan erop wijzen dat de
vooruitstrevendeondernemingenenearlyadoptersdeoverstapreedshebbengemaakt.
Het doel van dit onderzoek is om na te gaan hoe de Vlaamse ondernemingen staan ten
opzichte van e-facturatie. Wat zijn hun percepties en welke factoren beïnvloeden de
acceptatie van e-facturatie? Dit moet toelaten om een beter inzicht te krijgen welke de
drijvendefactorenzijnachterdeacceptatievane-facturatie.Dezeinformatieiszowelrelevant
voor debeleidsmakers die van e-facturatie demeest gangbare vormvan facturatiewillen
maken,alsvoororganisatiesdiee-facturatiedienstenaanbieden.
Hetwerk van Poel et. al. focust voornamelijk op de potentiële kostenbesparingen van e-
facturatieinBelgië(2016).Hoeweldedrijfverenenbarrièresdiehetgebruikvane-facturatie
beïnvloedendeelsaanbodkomen,isditluikvanhunonderzoekbeperkt.Daarbijwerdenkel
gefocust op eigenschappen van e-facturatie zelf, zoals verhoogde efficiëntie, tijds- en
kostenbesparing,IT-kosten,etc.Omgevingsfactorenzoalsexternedrukvanhandelspartners
kwamdaarbijnietaanbod.
DitonderzoekmaaktgebruikvanhetTechnologyAcceptanceModel(TAM)omdeacceptatie
vane-facturatiebijVlaamsekmo’steonderzoeken. Inwatvolgtwordteersteenoverzicht
gegeven van de relevante theoretische modellen die gebruikt werden bij gelijkaardige
onderzoeken.Vervolgenswordthetonderzoekmodelendehypothesenvoorditonderzoek
gedefinieerd.
28
2.2 Overzichttheoretischemodellen
Het verklaren van gebruikersacceptatie wordt beschouwd als een van de meest mature
onderzoekdomeinen in de literatuur omtrent informatiesystemen. Onderzoekers worden
echter geconfronteerdmet een veelvoud aan theoretischemodellen. Daarbij zijn er twee
grotestromingenindeliteratuur.Enerzijdswordtergefocustopdeacceptatievanindividuele
gebruikers. Een tweede stroming focust op de acceptatie van de gehele organisatie
(Venkatesh,Morris,Davis,&Davis,2003).Deliteratuuropbedrijfsniveauisechterbeperkter
dandeliteratuuropindividueelniveau(Yu&Tao,2009).
2.2.1 TheoryofReasonedAction(TRA)
TRA iseenmodeluitde socialepsychologiediededeterminantenvanhetbewustgedrag
probeert te verklaren (Davis, Bagozzi, &Warshaw, 1989). Het werkelijke gedrag van een
persoon wordt bepaald door zijn of haar voorgaande intenties en gedachten over dat
bepaaldegedrag.Dezeintentiesdiedepersoonvormtwordenomschrevenalsdebehavioural
intention (BI) (Chuttur, 2009). BI meet hoe sterk de intentie is van een persoon om een
bepaaldgedragtevertonen(Davis,Bagozzi,&Warshaw,1989).
Afbeelding4:TheoryofReasonedAction(Davis,Bagozzi,&Warshaw,1989)
Deintentiedieeenpersoonheeftomeenbepaaldgedragtevertonen,wordtbepaalddoor
dehoudingdiedepersoonheefttegenoverdatgedrag(A)endeSubjectiveNorm(SN)(Davis,
Bagozzi,&Warshaw,1989).Dezehouding,ofattitudetowardsbehaviourwordtgedefinieerd
alsdepositieveennegatievegevoelensdieeenpersoonheeftoverhetuitvoerenvandat
gedrag.Ditwordtgemetenalsdesomvanaldezegedachten(bi),vermenigvuldigmethoedie
persoondezegedachtenevalueert(ei)(Chuttur,2009).
29
Desubjectivenorm(SN)isdeperceptiedieeenpersoonheeftvanwatmensendiebelangrijk
zijnvoorhemdenken.Meerbepaaldofhijdatspecifiekegedragaldannietmoetvertonen
(Chuttur,2009).DeSNwordtberekendalsdesomvandenormativebeliefs(nbi),i.e.hoeeen
persoonzichverwachttegedragen,vermenigvuldigdmetdehoesterkdiepersoonprobeert
tevoldoenaandieverwachtingen(mci)ofmotivationtocomply(Chuttur,2009).
SamengevatkandeBIalsvolgtwordenberekent(Davis,Bagozzi,&Warshaw,1989):
BI=A+SN
Waarbij,
A=Σbiei
SN=Σnbimci
TRAiseengeneriekmodel.Alvorenseenonderzoekerhetmodelkantoepassenmoetende
gevoelensen verwachtingengedefinieerdworden (Davis,Bagozzi,&Warshaw,1989).Alle
factoren die het gedrag beïnvloeden doen dit om een indirectemanier via A, SN of hun
wegingsfactoren. De eigenschappen van een systeem zoals de gebruiksvriendelijkheid,
grafisch ontwerp, functionaliteiten, implementatie van het proces, etc. zitten bijgevolg
indirectvervatinhetmodel(Davis,Bagozzi,&Warshaw,1989).
2.2.2 TechnologyAcceptanceModel(TAM)
Davis ontwikkelde het TAM-model om een beter inzicht te krijgen in het
gebruikersacceptatieproces van informatiesystemen (1985).Het is eenaanpassing vanhet
TRA-model(Davis,Bagozzi,&Warshaw,1989).Ditmoetontwikkelaarstoelatenomsystemen
beterteevaluerenalvorensdezeteimplementeren(Davis,1985).Hetconceptueelmodelstelt
dathetgebruikvaneensysteemkanverklaardwordendoordemotivatievandegebruiker.
Dezemotivatiewordtopzijnbeurtbeïnvloeddoorexternestimulansen.Dezestimulansen
omvattendekarakteristiekenentoepassingsmogelijkhedenvanhetsysteem(Chuttur,2009).
DavissteldedathetgebruikenvaneensysteemeengedragisenbijgevolgdathetTRA-model
geschiktisomditgedragteverklarenenvoorspellen.WellietDavisdesubjectivenormbuiten
30
beschouwingomdatditeenvandemeestonduidelijkeenvageaspectenvanhetmodelwas.
Hetmodelkanhetgebruikvaneensysteembijgevolgenkelverklarenvanuitdehouding(A)
dieeenpersoonheefttegenoverhetgebruikervan.Omdezehoudingtevoorspellengebruikte
Davistweebegrippen:perceivedusefulness(PU)enperceivedeaseofuse (PEOU)(Chuttur,
2009).
Davisgebruiktdevolgendedefinities(1985)p.26:
Perceivedusefulness:“dematewaarineenindividugelooftdathetgebruikvaneenbepaald
systeemhetuitvoerenvaneenjobkanverbeteren.”
Perceivedeaseofuse:“dematewaarineen individugelooftdateensysteemkangebruikt
wordenzondermentaleoffysiekeinspanning.”
Afbeelding5:OorspronkelijkTAM-model(Davis,1985)p.24
HetorigineleTAM-modelvanDaviswordtweergegeveninAfbeelding5(1985).Demotivatie
omeensysteemtegaangebruikenbestaatuitdeattitudetenopzichtevanhetgebruikervan.
Dezeattitudewordtgevormddoordeperceivedusefulness(PU)endeperceivedeaseofuse
(PEOU).OoksteldehijdatdePEOUeendirecteinvloedheeftopdePU.DePEOUenPUworden
ophunbeurtbeïnvloeddoordekarakteristiekenvanhetsysteem(Chuttur,2009).Opbasis
van regressieanalyse onderzocht Davis de relaties in het model. Daarbij kwam hij tot de
conclusiedatPUookeendirecte invloedkanhebbenophetwerkelijkegebruik.Daarnaast
31
steldehijookvastdatdeeigenschappenvanhetsysteemdehoudingtenopzichtevanhet
gebruik(A)directbeïnvloeden(Chuttur,2009).
Bijlaterestudieswerdookdecomponentbehaviouralintention(BI)toegevoegd.Erkunnen
zich namelijk situaties voordoen waarin een individu een systeem als zeer bruikbaar
aanschouwt,waardoorhijeensterkeintentieheeftomhetsysteemtegaangebruiken,zonder
datdaarbijeersteenhoudingwordtgevormdtenopzichtevanhetgebruikvanhetsysteem.
VerderestudieshebbenbovendienaangetoonddatzowelPUalsPEOUeendirecteinvloed
hebben op de BI (Chuttur, 2009). De uiteindelijke versie van het TAM-model wordt
weergegeveninAfbeelding6.
Afbeelding6:TechnologyAcceptanceModel(Venkatesh&Davis,1996)
2.2.3 InnovationDiffusionTheory(IDT)
DeInnovationDiffusionTheoryisontwikkelddoorRogersin1962.Detheoriewordtgebruikt
omdeacceptatieenverspreidingvaneennieuweinnovatietussenconsumententeverklaren.
Een innovatie is een idee, werkwijze, product of object die de gebruikers als nieuw
beschouwen (Yu & Tao, 2009). Rogers definieert vijf attributen die de adoptie van een
innovatiebeïnvloeden(Moore&Banbasat,1991):
• RelativeAdvantage:dematewaarineeninnovatiealsbeterbeschouwdwordtdanzijn
voorganger.
• Compatibility: demate waarin een innovatie consistent beschouwd wordtmet de
bestaandewaarden,nodenenvoorgaandeervaringen.
• Complexity:dematewaarineeninnovatieaanzienwordtalsmoeilijktegebruiken.
• Observability:dematewaarinderesultatenvaninnovatiezichtbaarzijnvooranderen.
32
• Trialability:dematewaarmeeeen innovatiekanuitgetestwordenalvorensdezete
adopteren.
Afbeelding7:DiffusionofinnovationdoorRogers(Yu&Tao,2009)
Deadoptieofverwerpingvaneeninnovatiebegintmetdebewustwordingvandegebruiker
overhetbestaanvandeinnovatie.Indefasevoorafgaandaandebeslissinggaatdegebruiker
actiefopzoek,ofontvangtpassiefinformatieoverdeinnovatie.Opbasisvandezeinformatie
neemtdegebruikereenstandpunt inomtrentde innovatie. Indebeslissingfasewordtde
nieuwe innovatie ofwel geaccepteerd of verworpen. In de fase na de beslissing gaat de
gebruikerproberenzijnbeslissingtebevestigen.Bijvoldoendetegenstrijdiginformatiekande
gebruikeralsnogvanmeningveranderen(Yu&Tao,2009).
2.3 Overzichtstudiesomtrentacceptatievannieuwetechnologieën
2.3.1 e-Facturatie
Tabel 10 geeft een overzicht van de gebruikte theoretischemodellen en variabelen in de
literatuur omtrent de acceptatie van e-facturatie. Al deze studies zijn gebasseerd om het
TechnologyAcceptanceModelofdeInnovationDiffusionTheory.
33
Auteur Gebruiktemoddelen
Afhankelijkevariabele Verklarendevariabelen
(Hernandez-Ortega,2012)
TAM,IDT E-invoicingintentions(a) Adoption(b) Continuetouse
1. Perceived ease ofuse
2. Perceivedusefulness3. Perceived
compatibility4. Perceivedsecurity
(Sandberg,Wahlberg,&Pan,2009)
TAM Acceptanceofe-invoicing
1. Externalpressure2. Perceivedbenefits3. Owner/ manager
characteristics4. Organisational
readiness(Penttinen&Hyytiäinen,2008)
IDT AdaptionofElectronicInvoicing
1. RelativeAdvantage2. Compatibility3. Complexity4. Trialability5. Observability
(Penttinen&Tuunainen,2009)
IDT AdoptionofElectronicinvoicing
1. Institutionalfactors2. Perceivedbenefits3. Organizational
readiness4. Complexity
Tabel10:Gebruikteconstructenomdeacceptatievane-facturatieteverklaren
Hettheoretischemodelgebruikt indestudievanHernandez-Ortegaisgebaseerdopzowel
hetTAM-modelalsdeIDT-theorie.Daarbijwerdeenonderscheidgemaakttussenenerzijds
debeslissingome-facturatietebeginnengebruikenanderzijdsdebeslissingome-facturatie
te blijven gebruiken. Perceived Usefulness, Perceived Compatibility en Perceived Security
bleken significant te zijn in hetbeslissingsprocesome-facturatie te accepteren. Perceived
ease of use, Perceived usefulness en perceived compatibility waren significant om het te
blijvengebruiken(Hernandez-Ortega,2012).
Hernandez-Ortega maakte voor haar onderzoek gebruik van een enquête. Deze enquête
bestonduittweeluiken.Naastdeeigenlijkvariabelenvanhetonderzoekwerdeerstgepolst
naaralgemenekarakteristiekenvandeorganisatie.Ditomvattezoweldegrootteenaardvan
de onderneming, als het gebruik van informatietechnologieën in het algemeen binnen de
organisatie.DeoperationaliseringvandevariabelenwordtweergegeveninTabel11.Elkitem
34
werdgemetenopeenzeven-punten-Likertschaal,gaandevanvolledigakkoordtotvolledig
niet-akkoord(Hernandez-Ortega,2012).
Variabele ItemPerceivedeaseofuse Thee-invoiceiseasytoimplementinmyfirm
Thee-invoiceiseasytouseLearningtousethee-invoiceiseasyforme
Perceivedusefulness Thee-invoiceisusefulinmyfirmThee-invoiceenablemycompanytoaccomplishspecifictasksmorequicklyUsingthee-invoiceimprovesmyfirm’sperformance
Perceivedcompatibility Thee-invoiceiscompatiblewithourbusinessvalueandbeliefsThee-invoiceiscompatiblewithourbusinesscultureThee-invoiceiscompatiblewithourpreferredworkpractices
Perceivedsecurity Ithinkthatthee-invoicehasmechanismsthatensurethesafetransmissionofinformationIthinkthatthee-invoiceguaranteesthesecurityofdatafromthirdpartiesI think that the e-invoice has sufficient technical capacity toensurethatthedataIsendwillnotbeinterceptedbyhackers
Intentiontouse Iwillusethee-invoiceonaregularbasisinthefutureIwillfrequentlyusethee-invoiceinthefutureItislikelythatIwillcontinueusingthee-invoice
Tabel11:Metingvanvariabelen(Hernandez-Ortega,2012)
Sandberg et al.maakten voor hun dataverzameling gebruik van interviews bij kmo’s. Hun
aangepaste TAM-model steunt op vier pijlers: externe druk, perceived benefits,
karakteristiekenvandemanagerofeigenaarenorganisationalreadiness. Inhetonderzoek
werden20ondernemingeninlandelijkegebiedeninZwedenbevraagd.Destudietoontaan
dat de externe druk van klanten die facturen elektronisch wensen te ontvangen een
belangrijkefactorisdiedeacceptievane-facturatiebijkmo’sbeïnvloed(Sandberg,Wahlberg,
&Pan,2009).
PenttinenenHyyriäinenbaserenzichopdeInnovationDiffusionTheory. Inhunonderzoek
maken ze gebruik van 6 casestudies en onderzoeken ze hoe deze bedrijven en publieke
instellingene-facturatiegeïmplementeerdhebbenenwelkefactorenzijbelangrijkvindenin
ditproces(2008).DestudievanPenttinenenTuunainenmaaktegebruikvanenquêtes(2009),
35
waarvan 96 valide responsen werden verzameld. De regressieresultaten tonen aan dat
perceived benefits, druk van leveranciers, bandwagon effect, organizational readiness en
externe druk van klanten de beslissing om e-facturatie te accepteren beïnvloeden. In de
regressiezijnenkel72kleineondernemingenopgenomen,i.e.ondernemingenmeteenomzet
vanminderdan50miljoeneuro(Penttinen&Tuunainen,2009).
2.3.2 Algemeen
KingenHevoerdeneenmeta-analyseuitop88onderzoekendiegebruikmaaktenvanhet
TAM-model.Deresultatengavenaandatheteenrobuustenkrachtigmodelis.Tochstellen
ze vast die niet alle relaties in alle onderzoeken significant zijn (King & He, 2006). De
hoofdconstructenvanhetTAM-modelbestaanuitdePerceivedEaseofUese(PEOU)ende
PerceivedUsefulness(PU),metalsafhankelijkevariabeledeBehavioralIntention(BI).Erzijn
echterveleuitbreidingophetmodel,diedeonderzoekerssamenvatteninAfbeelding8.
Afbeelding8:AanpassingenvanhetTAM-model(King&He,2006)
AanpassingenaanhetTAM-modelgedefinieerddoorKingenHeopbasisvanmeta-analyse
(2006):
1. Het effect van voorgaande externe factoren, zoals eerder gebruik of
gebruikservaringen en de mate waarin een persoon algemeen overweg kan met
computers;
36
2. Factorenvananderetheorieëndietoegevoegdwerdenomdevoorspellendekracht
vanhetTAM-modelteverhogen,zoalsdeSubjectiveNorm(SN),verwachtingen,risico,
vertrouwenendetask-technologyfit;
3. Contextuele factoren zoals geslacht, culturele verschillen en technologische
kenmerkendieeeneffectkunnenhebben;
4. Factorendievolgenopdebehaviouralintention,zoalshetwerkelijkegebruikvande
technologie.
HetorigineleTAM-modeltrachtdehetgedragende intentievan individuelegebruikerste
verklaren. YuenTaostellendateenondernemingkanaanschouwdwordenalsgroepvan
individuen,diesameneencollectiefgedragvertonen.Ditcollectievegedragwordtvervolgens
subjectiefbeoordeelddoordeleidinggevendefigurenindeonderneming(Yu&Tao,2009).
2.4 Onderzoekmodel
Omeenbeter inzicht tekrijgenhoedeVlaamsekmo’s tegenovere-facturatie staanwordt
gebruikgemaaktvanhetTAM-model.Hetmodelwaaropditonderzoekgefundeerdis,wordt
weergegeven in Afbeelding 9. Hoewel het TAM-model uitvoerig is toegepast om andere
technologieën,zijndetoepassingenope-facturatieeerderbeperkt.
Debedoelingvanhetonderzoekisomnategaanwelkefactorenhetgebruikvane-facturatie
beïnvloeden.Daarnaastwordt nagegaan doorwelke factoren de intentie voor toekomstig
gebruikbeïnvloedwordt.Decentraleonderzoeksvraagluidtalsvolgt: inwelkematewordt
hetgebruikende intentieome-facturatie inde toekomst tegebruikenbijVlaamsekmo’s
beïnvloeddoordeondernemingskenmerken,PerceivedUsefulness,PerceivedEaseofUseen
SubjectiveNorm.
VoorgaandeonderzoekendiehetTAM-ofIDT-modeltoepastenwarengefundeerdopeerder
kleine steekproeven (n < 100) of casestudies, met uitzondering van het onderzoek van
Hernandez-Ortega. In totaal werden 1.193 valide responsen verzameld via een
telefooninterviews bij Spaanse bedrijven.Met slechts 0,3 procent van de bedrijven in de
steekproefmetmeerdan250werknemers,bestaatdesteekproefvoornamelijkuitkleine-en
37
middelgroteondernemingen(Hernandez-Ortega,2012).Inhetonderzoekmodelwerdechter
geenrekeninggehoudenmetexternafactorenzoalsleveranciers,klantenendeoverheid.
Afbeelding9:Onderzoeksmodel
Deeerstehypothesesteltdatdeondernemingskenmerkeneensignificantverbandhebben
methetgebruikendeintentievoortoekomstiggebruik.Zokunnenerbijvoorbeeldsectorale
verschillenbestaan.Ookkandeondernemingsgrootteeeneffecthebbenopdeacceptatievan
e-facturatie.Meestalisdeondernemingsgroottepositiefgerelateerdaandeacceptatievan
nieuwe technologieën.Dit omdat grotere bedrijven eenhogere noodhebben aan nieuwe
technologieënomhunprestatiesteondersteunen.Anderzijdswordtaangenomendatkleine
bedrijven flexibeler en innovatiever zijn, en dus sneller nieuwe technologieën aanvaarden
(Frambach&Schillewaert,2002).Ditleidttotdevolgendehypothesen:
H1a: Ondernemingskenmerken hebben een significante invloed op het gebruik van e-
facturatie.
H1b: Ondernemingskenmerken hebben een significante invloed op de intentie om e-
facturatieindetoekomsttegebruiken.
38
DePerceivedUsefulnessisdematewaarineenondernemingvanmeningisdathetgebruik
van een bepaald systeem de prestaties van de onderneming kan verbeteren (Hernandez-
Ortega,2012)ofvoordelenteweegkanbrengen(Yu&Tao,2009).Devolgendehypothesen
wordengetest:
H2a:PerceivedUsefulnessheefteensignificantieinvloedophetgebruikvane-facturatie.
H2b:PerceivedUsefulnessheefteensignificanteinvloedopdeintentieome-facturatieinde
toekomsttegebruiken.
Perceived Ease of Use is de mate waarin een onderneming moeiteloos een
informatietechnologie kan gebruiken (Hernandez-Ortega, 2012). Dit bevat investeringen,
opleidenvanpersoneel,onderhoudskosten,etc.(Yu&Tao,2009).PEOUwordtgetoetstmet
volgendehypothesen:
H3a:PerceivedEaseofUseheefteensignificanteinvloedophetgebruikvane-facturatie.
H3b:PerceivedEaseofUseheefteensignificanteinvloedopdeintentieome-facturatieinde
toekomsttegebruiken.
DeSubjectiveNormisdematewaarineenondernemingbeïnvloedwordtdoordeoverheid,
toonaangevendeondernemingen,concurrentenenhandelspartners(Yu&Tao,2009).Ineen
zeer competitieve omgeving kunnen bedrijven genoodzaakt worden om nieuwe
technologieënteaccepterenomhunmarktpositietekunnenblijvenbehouden(Frambach&
Schillewaert,2002).Heteffectvandezeomgevingskenmerkenwordtgetoetstviavolgende
hypothesen:
H4a:SubjectiveNormheefteensignificanteinvloedophetgebruikvane-facturatie.
H4b: Subjective Norm heeft een significante invloed op de intentie om e-facturatie in de
toekomsttegebruiken.
39
3 Methodologie
3.1 Inleiding
HetdoelvanhetonderzoekisomnategaanwatdemeningisvandeVlaamsekmo’sover
elektronischefacturatieenwelkefactorenhetgebruikbeïnvloeden.Hiervoorwerdgebruik
gemaaktvaneenenquête.Dezevragenlijstwerdpermailuitgestuurdnaar3.197bedrijven,
verspreid over de vijf Vlaamse provincies. Daarbij werden bedrijven getarget tot 250
werknemers,wateenvandeEuropeseparamatersisomkleine-middelgroteondernemingen
tedefiniëren(AgentschapInnoveren&Ondernemen,2016).
Inwat volgtwordt eerst de operationalisatie van de theoretische constructen besproken.
Vervolgens wordt een overzicht gegeven van de dataverzameling. Tot slot worden de
verzamelderesponsenbesproken.
3.2 Operationaliserenvariabelenenmeetinstrumenten
Omdeenquêtetoegankelijktehoudenwerdgeopteerddevragenlijstnietteuitgebreidte
maken.Bedrijfsleidersenkleinezelfstandigenzouden immerskunnenafhakenbij te lange
vragenlijsten. Daarom werd beslist een enquête op te stellen die in een vijftal minuten
afgewerkt kan worden. Het eerste onderdeel van de vragenlijst had betrekking op de
algemene eigenschappen van de onderneming. In het tweede deel werd gepolst naar de
PerceivedUsefulness,PerceivedEaseofUseendeSubjectiveNorm.
Tabel12omvatheteerstedeelvandevragenlijst.Alsindicatorvoordeondernemingsgrootte
werdgevraagdnaarhetaantalwerknemers.Deeconomischesectorenwerdenopgedeeldin
vier categorieën, zoals gehanteerd door Statbel voor de niet-financiële marktgerichte
economie(2013).Decategorieënwerdenbewustruimgenomenomtekleinecategorieënte
vermijden. Een overige categorie werd voorzien voor ondernemingen die niet thuishoren
onder industrie, diensten, handel of bouw. Vervolgens werd gepolst naar het aantal
inkomendeenuitgaandefacturen.Vraagvijfbetreftdemanierwaaropbedrijvenfactureren,
zijnde papier, bijlage in e-mail of elektronisch. De laatste twee vragen gaan na of de
ondernemingtotophedenalelektronischefacturenheeftontvangenen/ofverzonden.
40
Ondernemingskenmerken
V1 Ondernemingsgrootte:aantalwerknemers NumeriekV2 Sector 1. Industrie
2. Diensten3. Handel4. Bouw5. Andere(specifieer)
V3 Aantalontvangenfacturenpermaand NumeriekV4 Aantalverzondenfacturenpermaand numeriekV5 Opwelkemanierverzendtuwonderneming
facturen(meerdereantwoordenmogelijk)?1. Papier2. Bijlagee-mail3. Elektronisch
V6 Heeftuwondernemingreedselektronischefacturenontvangen?
Ja/nee
V7 Heeftuwondernemingreedselektronischefacturenverzonden?
Ja/nee
Tabel12:OperationaliserenOndernemingskenmerken
HettweedeluikvandevragenlijstwordtweergegeveninTabel13.Voordezevragenwerd
gebruikgemaaktvaneenzevenpuntenLikertschaal.Dezeschaalisopgedeeldvan1(helemaal
nietakkoord) tot7 (helemaalakkoord).Devragenwerdenvoornamelijkgebaseerdophet
werkvan(Chuttur,2009),(Hernandez-Ortega,2012)en(Yu&Tao,2009).
Zoalsaangehaaldin2.2.2definieerdeDavisdePUals“dematewaarineenindividugelooft
dathetgebruikvaneenbepaaldsysteemhetuitvoerenvaneenjobkanverbeteren”(1985).
Als basis hiervoor werden de beschreven voordelen van e-facturatie omschreven in 1.2
gebruikt.
PEUOomschreefDavisals“dematewaarineenindividugelooftdateensysteemkangebruikt
worden zonder mentale of fysieke inspanning” (1985). Vertaalt naar het niveau van een
ondernemingkanditdematezijnwaarine-facturatieeenvoudigteimplementerenisinde
organisatie(Hernandez-Ortega,2012),dematewaarineengeldelijkeinvesteringvereistis(Yu
& Tao, 2009) en de mate waarin het leren werken met het nieuwe systeem een grote
inspanningvraagtvandegebruikers(Yu&Tao,2009).
41
PerceivedUsefulness(PU)
Q1 E-facturatie maakt het mogelijk om facturen automatisch te verwerken in deboekhoudsoftware
Q2 Hetgebruikvane-facturatieverlaagtdegemiddeldekostperfactuurQ3 Hetgebruikvane-facturatiebeperkthetaantaladministratiefoutenQ4 E-facturatiemaakthetmogelijkdefacturatiecyclusteverkortenwaardoorfacturen
snellergeïndkunnenwordenQ5 Hetgebruikvane-facturatiecreëerteencompetitiefvoordeelQ6 Hetgebruikvane-facturatiezorgtvooreensterkerebandmethandelspartnersQ7 E-facturatielaattoeomcommerciële-enfinanciëlegegevensopeenveiligemanier
uittewisselenmethandelspartnersQ8 E-facturatieneemtmindertijdinbeslagdanklassiekepapierenfacturatiePerceivedEaseofUse(PEOU)
Q9 E-facturatieiseenvoudigteimplementereninmijnondernemingQ10 Deimplementatievane-facturatievereisteengroteinvesteringQ11 Het overschakelen van papieren facturatie naar e-facturatie vergt een grote
inspanningvoordegebruikersvanhetsysteemSubjectiveNorm(SN)
Q12 Toonaangevendebedrijvenbinnendesectormakengebruikvane-facturatieQ13 Eenmeerderheidvanonzehandelspartnersmaaktgebruikvane-facturatieQ14 Eenmeerderheidvanonzeconcurrentenmaaktgebruikvane-facturatieQ15 Hetgebruikvane-facturatiewordtactiefgepromootdoordeoverheidQ16 KlanteneisenfacturenelektronischteontvangenIntentie
Q17 Mijnondernemingzalregelmatiggebruikmakenvane-facturatieindetoekomstTabel13:OperationaliserenPU,PEOU,SNenIntentie
DeSubjectiveNorm (SN)meetdematewaarineenondernemingbeïnvloedwordtdoorde
omgeving, i.e. de overheid, toonaangevende bedrijven, handelspartners, etc. (Yu & Tao,
2009).DezevragenzijnallengebaseerdophetwerkvanYuenTao.
Tenslottewerdnagegaanwatdeintentieisvanondernemingenome-facturatietegebruiken
indetoekomst.
42
3.3 Dataverzameling
Tot de doelgroep van het onderzoek behoren alle in Vlaanderen gelokaliseerde
ondernemingen. Om een zo volledig mogelijk steekproefkader te bekomen werd beroep
gedaanopdewebsiteKnackTrendsTop.Dezebronwerdookgebruiktomwillevanhetfeit
datdewebsitebeschiktover gedetailleerde contactinformatie vandeondernemingen.De
website publiceert informatie over 450.000 balansplichtige vennootschappen.
Ondernemingenwordenopgenomenvan zodra zewordenopgericht.Het steekproefkader
omvataldusookstarters.Eennadeelisdatzelfstandigen,eenmanszakenenvrijeberoepen
nietzijnopgenomenindelijst(TrendsTop,2016).
Wanneer gefilterdwordtopdeprovinciesAntwerpen, Limburg,Oost-Vlaanderen,Vlaams-
Brabant en West-Vlaanderen, en op ondernemingen met maximum 250 werknemers,
schietenerintotaal73.185ondernemingenover.Deverdelingvandeoperationelesteekproef
overdeverschillendeondernemingsgroottesisweergegeveninTabel14.
Personeelsbestand Aantalbedrijven1tot4 39.061 53,37%5tot9 15.612 21,33%10tot19 9.153 12,51%20tot49 6.313 8,63%50tot99 1.912 2,61%100tot199 937 1,28%200tot250 197 0,27%Totaal 73.185 100%
Tabel14:OperationelePopulatie
Omeenrepresentatiefbeeldtekrijgenvandepopulatiewerdhetaantalwerknemersgebruikt
alsbasisvaneengestratificeerdesteekproef.Dedatasetwerdtelkensgefilterdpercategorie
van aantal werknemers. Daarna werd op elke categorie een systematische steekproef
getrokken.
Dedataverzamelingvondplaats tussen27 junien26 juli2016.Deeerste2.300bedrijven
werden gecontacteerd op 27, 28 en 29 juni. De overige bedrijven werden gecontacteerd
tussen18julien21juli.Bijdetweedeselectiewerddezelfdewerkwijzegehanteerd.
43
3.4 Overzichtverzameldedata
Tabel15geeftderesponsratioperondernemingsgrootteweer.Deenquêtewerduitgestuurd
naar 3.197 bedrijven. 305 bedrijven hebben de enquête ingevuld, waarvan 225 geldige
responsenbekomenwerden.Ditbetekenteengeldigeresponsgraadvan7procentopeen
totaleresponsgraadvan10procent.Eeneerstevaststellingisdatderesponsgraadbeduidend
lager ligt bij de ondernemingen met minder dan 10 werknemers. De responsgraad van
ondernemingenmetmeerdan10werknemersvarieerttussende8procenten15procenten
is vergelijkbaar met het onderzoek van Yu en Tao (2009) die een gelijkaardige enquête
verspreiddenviae-mailnaargrotebedrijveninTaiwan.
Steekproef Respons(Valide) Respons%1tot4 1251 40 3%5tot9 680 40 6%10tot19 586 56 10%20tot49 320 42 13%50tot99 200 25 13%100tot199 119 10 8%200tot250 41 6 15%>250 0 6 Totaal 3197 225 7% 3197 305 10%Tabel15:Responsratioperondernemingsgrootte
Slechtsdrieprocentvandegecontacteerdeondernemingenmet1tot4werknemersheeftde
enquête succesvol voltooid. Deze lage responsratio kan diverse onderliggende redenen
hebben. Enerzijds is het mogelijk dat de zaakvoerders van deze kleine bedrijven minder
beschikbare tijdhebbenommee tewerkenaandergelijkeonderzoeken.Anderzijds is het
mogelijkdatze–meerdangrotereondernemingen-nietbekendzijnmete-facturatieofer
nietvooropenstaan,endaaromdeenquêtenietinvullen.
Hoewelbedrijvenmetmeerdan250werknemersnietgetargetwerden,isdeenquêtetoch
bij zes grote ondernemingen terecht gekomen. Dit omdat een opgegeven e-mailadres
mogelijk toebehoort aan een persoon die bijmeerdere bedrijvenwerkzaamheden is. Een
anderemogelijkheidisdathetomeenholdingofmoeder/dochtermaatschappijgaat.
44
Deverdelingoverdeverschillendesectorenvandedeelnemendeondernemingenaanhet
onderzoekwordtsamengevatinTabel16.
Sector Aantal PercentageDiensten 71 31%Handel 66 29%Industrie 53 23%Bouw 26 11%Andere 11 5%Totaal 227 100%Tabel16:Verdelingrespondentenpersector
Tabel17enTabel18tonenhetgebruikvandeverschillendefacturatiemethodenpersector
enperondernemingsgrootte.82procentvandedeelnemendeondernemingenmaaktgebruik
vanpapierenfacturatie,68procentmaaktgebruikvane-mailbijlagenen25procentmaakt
gebruikvanelektronischefacturatie.Hetpercentageondernemingendiegebruikmaaktvan
e-facturatieligtbijgevolgaanzienlijkhogerdanbijdeofficiëlecijfersvanStatbel,waarin2014
7,3 procent van de ondernemingen aangaf facturen te versturen die geschikt zijn voor
automatischeverwerking(Statbel,2015).
Depercentagesverschillennaargelangdesectorenenondernemingsgrootte.Gelijklopend
metdecijfersvanStatbelmakenbedrijvenindebouwsectormindergebruikvane-facturatie.
Slechts2vande26bedrijvenactief indebouwsectorgevenaangebruik temakenvane-
facturatie.Decijferstonenookdetrendaandatgrotereondernemingenmeergebruikmaken
vane-facturatiedankleinebedrijven.
Papier Bijlagee-mail Elektronisch Aantal % Aantal % Aantal % TotaalBouw 24 92% 16 62% 2 8% 26Industrie 41 77% 35 66% 14 27% 53Handel 54 82% 43 65% 25 38% 66Diensten 56 79% 53 75% 14 20% 71Andere 10 91% 7 64% 1 11% 11Totaal 185 82% 154 68% 56 25% 227Tabel17:Facturatiemethodenpersector
45
Papier Bijlagee-mail Elektronisch Aantal % Aantal % Aantal % Totaal1tot4 31 78% 26 65% 6 15% 405tot9 32 80% 27 68% 4 10% 4010tot19 44 79% 44 79% 17 30% 5620tot49 39 93% 26 62% 9 21% 4250tot99 20 80% 16 64% 11 44% 25100tot199 7 70% 7 70% 4 40% 10200tot250 4 67% 3 50% 3 50% 6>250 6 100% 5 83% 2 33% 6Totaal 183 82% 154 68% 56 25% 225Tabel18:Facturatiemethodenperondernemingsgrootte
OmdeinterneconsistentievandetheoretischeconceptenPU,PEOUenSNnategaan,werd
de CronbachsAlpha test uitgevoerd.De resultaten van deze testwordenweergegeven in
Tabel19.DewaardenvoorPUenSNbedragen0,85en0,76.Dezewaarden zijnbijgevolg
groterdan0,7,watalsnormbeschouwdwordt.Ditbetekentdatervoldoendesamenhangis
tussende vragen vandeze conceptenendezeals eengeheelbeschouwdkunnenworden
(Gliem&Gliem,2003).
Volledig Gefilterd Aantalvragen Cronbach'sAlpha Aantalvragen Cronbach'sAlpha
PU 8 0,845 8 0,845PEOU 3 -0,090 2 0,628SN 5 0,760 5 0,760Tabel19:InterneConsistentiePU,PEOUenSN
DeCronbach’sAlphawaardevoorPEOUbedraagt-0,09.Dezelagewaardeistewijtenaanhet
feitdatQ9andersgeformuleerdisdanQ10enQ11.Deeerstevraagwerdmeteenpositieve
toongeformuleerdterwijlQ10enQ11innegatievezingeformuleerdzijn.Wanneerdeschaal
vanQ9werdgeïnverteerdenwerdopgenomen indetestbedroegdewaarde0,573.Deze
waarde is te laagomvoldoende interne samenhang tehebben tussendevragen.Daarom
werddezevraagnietweerhouden.Bovendienkandeschaaldannietmeergeïnterpreteerd
wordenvolgenshoederespondentendezevraagbeantwoordhebben.
46
Wanneer enkel Q10 en Q11 in rekening worden gebracht bedraagt de Cronbach’s Alpha
waarde van de PEOU 0,628.Waarden tussen 0,6 en 0,7 bevinden zich in het betwistbaar
gebied(Gliem&Gliem,2003).Voorzichtigheidisaldusgebodenbijhettrekkenvanconclusies
omtrentdeimpactvanPEOUophetgebruikvane-facturatieendeintentieome-facturatie
tegebruikenindetoekomst.
47
4 Resultaten
Inheteerstedeelvanhetresultatengedeeltewordtelkevariabeleafzonderlijkbehandeld.Via
bivariateanalyseswordtnagegaanofereenverbandistussenelkvandevariabelenenhet
gebruik van e-facturatie en de intentie om e-facturatie te gebruiken in de toekomst.
VervolgenswordendevariabelengegroepeerdtotdetheoretischeconstructenPU,PEOUen
SN om het theoretische model te toetsen. In het tweede gedeelde wordt de onderlinge
samenhangvandevariabelengetoetstviaregressieanalyse.
4.1 Bivariateanalyses
4.1.1 Ondernemingskenmerken
4.1.1.1 Ondernemingsgrootte
Omnategaanofhetgebruikvane-facturatieverschiltnaargelangteondernemingsgrootte
werdeenChi-kwadraat testuitgevoerd.Hetgebruikvan facturatieviae-mailbijlagenwerd
eveneensgetest.DeresultatenwordensamengevatinTabel20.
Werknemers BijlageE-mail Elektronisch1tot4 65,0% 15,0%5tot9 67,5% 10,0%10tot19 78,6% 30,4%20tot49 61,9% 21,4%50tot99 64,0% 44,0%>100 68,2% 40,9%Totaal 68,4% 24,9%
N=225 N=225
P-waardeChi-square=0,556
P-waardeChi-square=0,007Cramer'sV=0,266(P=0,007)
Tabel20:Gebruikvane-facturatieperondernemingsgrootte
Het gebruik van facturatie via e-mailbijlagen verschilt niet tussen de verschillende
categorieën. Facturatie via e-mail is reeds wijdverspreid in gebruik en bedraagt in alle
categorieënmeerdan60procent.Watbetreftelektronischefacturatieiserweleensignificant
verschil(p=0,007).DeCramer’sV-waardewijstopeenzwakverband.Ondernemingenmet
minder dan 10 werknemers maken minder gebruik van e-facturatie dan grotere
ondernemingen.Tussendeondernemingsgrootteendeintentieome-facturatietegebruiken
48
inde toekomst is ereengelijkaardig verband.DeSpearmancorrelatiecoëfficiëntbedraagt
0,244(p=0,001)
Ineennuanceringopdevraagopwelkemaniereneenondernemingfacturenverstuurt,werd
ook gevraagd of de onderneming reeds elektronische facturen heeft verzonden en/of
ontvangen. De resultaten van deze vragen worden weergegeven in Tabel 21. Of een
onderneming al dan niet reeds e-facturen ontvangen heeft, verschilt niet naar gelang de
ondernemingsgrootte. Globaal geeft 81,5 procent van de ondernemingen aan reeds e-
facturentehebbenontvangen.
Heeftuwondernemingreedselektronischefacturen
ontvangen?
Heeftuwondernemingreedselektronischefacturen
verzonden?
Nee Ja Nee Ja1tot4 15,0% 85,0% 52,5% 47,5%5tot9 17,5% 82,5% 70,0% 30,0%10tot19 17,9% 82,1% 48,2% 51,8%20tot49 19,0% 81,0% 59,5% 40,5%50tot99 24,0% 76,0% 40,0% 60,0%>100 19,0% 81,0% 28,6% 71,4%Totaal 18,3% 81,7% 52,2% 47,8%
N=224 N=224 P-waardeChi-square=0,971 P-waardeChi-square=0,028 Cramer'sV=0,237(P=0,028)Tabel21:Verzendenenontvangenvane-facturenperondernemingsgrootte
Tussenhetaantalondernemingendiereedselektronischefacturenhebbenverzondenzijner
wel significante verschillen tussen de verschillende ondernemingsgroottes (P = 0,028).
Opmerkelijkisdatdehelftvandeondernemingendieaangeeftreedselektronischefacturen
tehebbenverzondenditnietaangeeftbijdemanierenwaaropzefactureren.Hetismogelijk
datondernemingensporadischeene-factuurverzendenviaeenwebportaal,maardieniet
aangevenalswijzewaaropzefacturen.
4.1.1.2 Sector
De sectorale verschillenwordenweergegeven in Tabel 22. Ook hier is er geen significant
verschilwatbetrefthetgebruikvanfacturatieviae-mail.Hetgebruikvane-facturatieiswel
49
significantverschillendtussendeverschillendesectoren(p=0,012).Ondernemingenactiefin
de Handel gaven het vaakst aan gebruik te maken van e-facturatie (37,9 procent). Bij
ondernemingenactiefindebouwsectorbedraagtditslechts7,7procent.
BijlageE-mail ElektronischBouw 61,5% 7,7%Industrie 66,0% 26,4%Handel 65,5% 37,9%Diensten 74,6% 19,7%Totaal 68,1% 25,5%
N=216 N=216
P-waardeChi-Square=0,516 P-waardeChi-Square=0,012
Cramer'sV=0,225(P=0,012)Tabel22:Gebruikvane-facturatiepersector
Devraagofondernemingenreedse-facturenhebbenverzondentonendezelfderesultaten.
ZoalsweergegeveninTabel23geeft60,9procentvandeondernemingendieactiefzijninde
handel aan reeds e-facturen te hebben verzonden, tegenover 28% in de bouwsector. Een
Kruskal-Wallistestwerduitgevoerdomnategaanoferverschillenzijnindeintentieome-
facturatietegebruikenindetoekomst.Deverschillenwarenechternietsignificant.
Heeftuwondernemingreedselektronischefacturen
ontvangen?
Heeftuwondernemingreedselektronischefacturen
verzonden?
Nee Ja Nee JaBouw 16,0% 84,0% 72,0% 28,0%Industrie 21,2% 78,8% 50,0% 50,0%Handel 17,2% 82,8% 39,1% 60,9%Diensten 13,0% 87,0% 53,7% 46,3%Andere 25,8% 74,2% 64,5% 35,5%Totaal 18,1% 81,9% 52,2% 47,8%
N=226 N=226 P-waardeChi-Square=0,621 P-waardeChi-square=0,034 Cramer'sV=0,214(P=0,034)Tabel23:Verzendenenontvangenvane-facturenpersector
50
4.1.1.3 Facturatievolume
Hetlaatsteondernemingskenmerkbetrefthetaantalverzondenenontvangenfacturenper
maand.Zowelhetaantalontvangenalshetaantalverzondenfacturenpermaandhebbeneen
significantverbandmethetgebruikvane-facturatie.De resultatenwordensamengevat in
Tabel24.Hetvolumeaanverzondenenontvangenfacturenwerdopgedeeldincategorieën.
Depercentagestonenhetaantalbedrijvenmetditfacturatieniveaudiealdannietgebruik
makenvane-facturatie.Ondernemingendiemaandelijksmeerfacturenmoetenverwerken,
gevenvakeraangebruiktemakenvane-facturatie.
# facturen/maand
Aantalontvangenfacturenpermaand
Aantalverzondenfacturenpermaand
Gebruik Nee Ja Nee Ja1tot49 83,3% 16,7% 89,6% 10,4%50tot99 79,5% 20,5% 90,9% 9,1%100tot199 79,6% 20,4% 79,5% 20,5%200tot999 76,1% 23,9% 65,1% 34,9%>1000 41,7% 58,3% 50,0% 50,0%Totaal 75,2% 24,8% 75,1% 24,9%
N=226 N=225 P-waardeChi-Square=0,002 P-waardeChi-Square=0,000
Cramer's V = 0,274 (P =0,002) Cramer'sV=0,338(P=0,000)
Tabel24:Verbandaantalverzondenenontvangenfacturenengebruikvane-facturatie
OmdesectoraleverschillennategaanwerdeenANOVAtestuitgevoerdomteverifiërenof
hetaantalontvangenenverzondenfacturenverschillendispersector.Hetgemiddeldaantal
verzonden facturen verschilt in eerste instantie niet significant per sector. De resultaten
wordenweergegeveninTabel25.Globaalligthetgemiddeldeop1.200verzondenfacturen
permaand.Erzijnechterenkeleuitschietersmetalsgrootstewaarde80.000 facturen.De
rechterhelft van de tabel is gefilterd op ondernemingenmetmaximum 10.000 uitgaande
facturenpermaand.Slechts4bedrijvenwerdendaarbijuitdesteekproefgefilterd.Tochdaalt
daarbijhetgemiddeldenaar526facturen.Deverschillenpersectorzijnnuwelsignificant(P
< 0,1). De ondernemingen in de dataset die actief zijn in de handel- en dienstensector
versturengemiddeldmeerfacturenpermaanddanbedrijvenindebouw-enindustriesector.
51
Totaledataset Max.10.000facturen/maand N Gemiddelde Std.afw. N Gemiddelde Std.afw.
Bouw 26 875 3.327 25 230 78Industrie 52 308 618 52 308 618Handel 66 2.816 10.895 63 775 1.214Diensten 70 638 1.543 70 638 1.543Andere 11 90 78 11 90 78Totaal 225 1.200 6.134 221 526 1.154
P=0,152 P=0,069Tabel25:Maandelijkseaantalverzondenfacturenpersector
De intentie om e-facturatie te gebruiken in de toekomst correleert zowelmet het aantal
ontvangenfacturen(correlatiecoëfficiënt=0,209;p=0,003)alshetaantalverzondenfacturen
(correlatiecoëfficiënt=0,301;p=0,000).
4.1.2 PU,PEOUenSU
Omnategaanofdeantwoordenopdevragennormaalverdeeldzijn,werdeenKolmogorov-
Smirnov testuitgevoerd.Dep-waardenvandeze testwarenallemaal0,000enduszijnde
antwoorden bijgevolg niet normaal verdeeld. Daarom werd besloten om een niet
parametrische test te gebruiken. De resultaten van de Mann-Whitney U test worden
weergegeveninTabel26.Detabeltoontvoorelkestellingdegemiddeldeantwoordscoreen
standaardafwijkingvoorzoweldeniet-gebruikersalsdegebruikersvane-facturatie.Vieris
de neutralewaarde.Groter dan vier geeft aan dat de respondenten - gemiddeld gezien -
akkoordgaanmetdestelling.Kleinerdanviergeeftaandatderespondentennietakkoord
gaan.De laatste twee kolommengevende Z-waarde en significantieniveau vandeMann-
WhitneyUtestweer.
Deantwoordenzijnopallestellingensignificantverschillendtussendetweegroepen,behalve
vraagQ10enQ15.Beidegroepenzijnheterevenzeermeeeensdatdeimplementatievane-
facturatieeengroteinvesteringverreist.Daarnaastzijnbeidenereerdermeeoneensdate-
facturatieactiefdoordeoverheidwordtgepromoot.
52
Niet-geb
ruikers
Gebruikers
Man
n-WhitneyUte
st
Gem
idde
lde
Std.afw
.Gem
idde
lde
Std.Afw
.Z
Asym
.Sig.(p)
PerceivedUsefulness
Q1
Automatisc
heverwerking
inboe
khou
dsoftw
are
5,10
1,64
5,61
1,71
-2,70
0,00
7Q2
Lageregem
idde
ldekostperfa
ctuu
r5,18
1,54
5,96
1,26
-3,82
0,00
0Q3
Minde
radm
inistratie
vefo
uten
4,32
1,66
4,87
1,75
-2,25
0,02
5
Q4
Kortere
facturatiecycluswaardoo
rfacturen
sneller
geïnd
kunn
enworde
n4,55
1,69
5,06
1,75
-2,21
0,02
7
Q5
Compe
titiefvoo
rdee
l3,86
1,40
4,50
1,59
-3,03
0,00
2Q6
Sterkereban
dmethan
delsp
artners
3,43
1,35
3,91
1,43
-2,25
0,02
5Q7
Commerciële-enfin
anciëlegegevensveiliguitw
isselen
4,66
1,46
5,35
1,18
-3,08
0,00
2Q8
Neemtm
inde
rtijdinbeslagda
nklassie
kefa
cturatie
4,89
1,65
5,72
1,39
-3,52
0,00
0
PerceivedEaseOfU
se
Q9
Eenvou
digteim
plem
entereninond
erne
ming
3,38
1,70
4,64
1,91
-3,80
0,00
0Q10
Groteinvesteringvereist
4,39
1,46
4,43
1,65
-0,45
0,65
4Q11
Overschakelingvergtg
roteinspan
ning
voo
rdegebruikers
4,56
1,47
3,91
1,79
-2,33
0,02
0
Subjectiv
eNorm
Q12
To
onaang
even
debe
drijven
binn
ensectorgebruiken
e-facturatie
4,05
1,54
4,96
1,69
-3,41
0,00
1
Q12
Meerderhe
idhan
delsp
artnersg
ebruikte
-facturatie
2,85
1,46
3,92
1,65
-4,15
0,00
0Q14
Meerderhe
idcon
curren
tengebruikte-fa
cturatie
2,90
1,38
3,75
1,43
-3,59
0,00
0Q15
E-facturatiewordtactiefg
epromoo
tdoo
rdeoverhe
id
3,42
1,25
3,60
1,20
-0,99
0,32
1Q16
Klan
teneisenfacturen
elektronischteontvang
en
2,61
1,37
3,91
1,62
-5,04
0,00
0
Intentie
Q17
Ond
erne
mingzalregelmatiggeb
ruikmaken
van
e-fa
cturatiein
deto
ekom
st
4,05
1,83
6,13
1,00
-7,04
0,00
0
Tabel26:VerschilPU,PEO
UenSNtu
ssengebruikerse
nniet-gebruikers
53
Alle antwoorden op de stellingen in verband met Perceived Usefulness zijn significant
verschillendtussengebruikersenniet-gebruikers.Degrootsteverschillenzijnwaargenomen
bijQ2enQ8.Hoewelbeidegroepenerhetmeeeenszijndate-facturatiedegemiddeldekost
per factuur verlaagt, zijn de gebruikers hier meer van overtuigd dan de niet-gebruikers.
Gelijklopendgaanbeidegroepenermeeakkoorddate-facturatiemindertijdinbeslagneemt
danklassiekepapierenfacturatie.
Zoalsaangegevenin1.4.2.2kane-facturatieomslachtigzijnvoorkleineondernemingendie
opdiverseonlineplatformendienenaantemeldenomfacturentekunnenversturennaar
groteondernemingen.Waardoorhetmogelijkisdatzijmeertijdverliezenaane-facturatie.
Om na te gaan of er verschillen zijn in de antwoorden op vraag Q8 naargelang de
ondernemingsgroottewerdeencorrelatietestuitgevoerd.Decorrelatiecoëfficiëntbedraagt
0,311 en is significant op het 10% niveau (p = 0,071). Wat aangeeft dat hoe groter de
ondernemingis,hoemeerdezeakkoordgaatmetdestellingdate-facturatiemindertijdin
beslag neemt dan klassieke facturatie. Dit kan mogelijk verklaard worden omdat grotere
ondernemingen meer facturen verzenden (correlatiecoëfficiënt = 0,565; p = 0,000). De
correlatietussenhetaantalverzondenfacturenendeQ8isechternietsignificant(p=0,204).
Zowelgebruikersalsniet-gebruikerszijnheternietmeeeensdate-facturatieeensterkere
bandcreëertmethandelspartners.Welgevengebruikersaandatditeencompetitiefvoordeel
kancreëren,terwijlniet-gebruikersnietakkoordgaanmetdezestelling.Hoewelgebruikers
meerovertuigdzijnomtrentdeveiligheidvanhetuitwisselenvancommerciële-enfinanciële
gegevensopelektronischemanier,gaanookdeniet-gebruikersakkoordmetdestellingdate-
facturatieeenveiligeuitwisselingtoelaat.
WatbetreftdePerceivedEaseofUsezijndemeningentegengesteldtussengebruikersenniet-
gebruikers. Gebruikers gaan eerder akkoordmet de stelling dat e-facturatie eenvoudig te
implementeren is in hun onderneming. Niet-gebruikers gaan eerder niet akkoord. Niet-
gebruikersgaanakkoordmetdestellingdatdeoverschakelingnaare-facturatieeengrote
inspanningbetekentvoordegebruikersvanhetsysteem.Deondernemingendiewelgebruik
makenvane-facturatiegaanechternietakkoordmetditargument.
54
DefactorendiedegrootsteimpacthebbenzijndeomgevingsfactorenofSubjectiveNorms.
HetmeestsignificanteverschilistevindenbijQ16.Hoewelbeidegroepenalgemeenaangeven
dat hun klanten niet eisen facturen elektronisch tewillen ontvangen, ligt de score bij de
gebruikersvane-facturatieaanzienlijkhoger.EenzelfderesultaatiszichtbaarbijQ12.Beide
groepenerkennendattoonaangevendebedrijvenbinnenhunsectorgebruikmakenvane-
facturatie.Degebruikersgaanechtermeerakkoordmetdezestellingdandeniet-gebruikers.
DeKruskal-Wallistestwerduitgevoerdomnategaanofersectoraleverschillenzijnopde
antwoorden met betrekking tot de SN. De antwoorden waren echter niet significant
verschillendtussendeverschillendesectoren.
Correlatiecoëfficiënt sig.(p)
PerceivedUsefulnessQ1 Automatischeverwerkinginboekhoudsoftware 0,257 0,000Q2 Lageregemiddeldekostperfactuur 0,354 0,000Q3 Minderadministratievefouten 0,197 0,000
Q4 Kortere facturatiecyclus waardoor facturen sneller geïndkunnenworden 0,280 0,000
Q5 Competitiefvoordeel 0,271 0,000Q6 Sterkerebandmethandelspartners 0,228 0,001Q7 Commerciële-enfinanciëlegegevensveiliguitwisselen 0,255 0,000Q8 Neemtmindertijdinbeslagdanklassiekefacturatie 0,379 0,000PerceivedEaseOfUseQ9 Eenvoudigteimplementereninonderneming 0,513 0,000Q10 Groteinvesteringvereist -0,116 0,105Q11 Overschakelingvergtgroteinspanningvoordegebruikers -0,107 0,133SubjectiveNorm
Q12 Toonaangevende bedrijven binnen sector gebruiken e-facturatie 0,352 0,000
Q12 Meerderheidhandelspartnersgebruikte-facturatie 0,470 0,000Q14 Meerderheidconcurrentengebruikte-facturatie 0,460 0,000Q15 E-facturatiewordtactiefgepromootdoordeoverheid 0,201 0,005Q16 Klanteneisenfacturenelektronischteontvangen 0,490 0,000Tabel27:CorrelatiePU,PEOUenSNmetintentie
55
Tabel 27 geeft de correlatieweer tussen de verschillende stellingen en de intentie om e-
facturatietegebruikenindetoekomst.Hetsterksteverbandwordtdaarbijwaargenomenbij
Q9:hoeeenvoudigerhetisome-facturatieteimplementerenindeondernemingen,hoemeer
deonderneminggeneigd isome-facturatie tegebruiken inde toekomst.De tweeoverige
PEOU-kenmerkenzijnechternietsignificant.
DaarnaastzijnhetvoornamelijkdeSN-kenmerkendiedeintentiebeïnvloeden.Hoemeereen
ondernemingaangeeftdathandelspartnersenconcurrentengebruikmakenvane-facturatie,
hoegroterdeintentieisome-facturatietegebruikenindetoekomst.Ookdeeisvanklanten
om facturenelektronisch teontvangencorreleert sterkmetde intentieome-facturatie te
gebruiken inde toekomst.Daarwaardeoverheidgeen invloedhadophetgebruikvane-
facturatie,iserweleensignificantverbandmetdeintentievoortoekomstiggebruik.
OokallestellingenomtrentdePEOUcorrelerensignificantmetdeintentievoortoekomstig
gebruik. De lagere gemiddelde kost per factuur en de tijdsbesparing hebben hierbij de
grootsteimpactopdeintentie.
Niet-gebruikers Gebruikers Mann-Whitney
Utest Spearman
Gem. Std.afw. Gem. Std.afw. Z Sig. Correlatie Sig.PU 4,50 1,10 5,12 0,91 -3,851 0,000 0,366 0,000PEOU 4,48 1,23 4,17 1,53 -1,034 0,301 -0,130 0,068SN 3,16 1,00 4,03 0,99 -4,920 0,000 0,544 0,000Tabel28:Toetsingtheoretischeconstructen
Tabel28vatdetestresultatensamenvandegeaggregeerdetheoretischeconstructen.Deze
werdensamengesteldopbasisvanderesultatenvandeCronbach’sAlphatest.PEOUbestaat
bijgevolgenkeluitQ10enQ11.BijdePUenSNwerdenallestellingenopgenomen.
DeSubjectiveNormheeftdegrootste impactopzowelhetgebruikvane-facturatie,alsde
intentieomergebruikvantemakenindetoekomst.Opbasisvandebivariateanalyseskan
hypothesevieraldusbevestigdworden.Alleonderdelenhebbeneensignificanteinvloedop
56
deintentieome-facturatietegebruikenindetoekomst.Enkelhetverbandvandeoverheid
isnietsignificantmethethuidigegebruikvane-facturatie.
DefactormetdetweedegrootsteinvloedisdePerceivedUsefulness.Ookhierbevestigende
Mann-WhitneyUtestendeSpearmancorrelatieeensignificantverbandmethetgebruiken
intentievoor toekomstiggebruik.Ookde tweedehypothesekanopbasisvandebivariate
analysesworden bevestigd. Alle stellingen hebben een significant verbandmet zowel het
gebruikalsdeintentievoortoekomstiggebruik.
DerolvandePerceivedEaseofUsekanopbasisvandeverzameldegegevensnietbevestigd
worden.Ditconstructbestaatslechtsuit2stellingen.Losstaandisereensignificantverband
tussenQ9enQ11enhetgebruikvane-facturatie.Q9,dieeensterkecorrelatieheeftmetde
intentievoortoekomstiggebruik,isnietopgenomenindePEOU.Tochiserlichtesignificante
correlatietussendePEOUendeintentievoortoekomstiggebruikt.Erisduseenaanwijzing
datookhypthese3bbevestigdkanworden.Hypothese3awordtopbasisvandebivariate
analysesverworpen.
4.2 Regressieresultaten
4.2.1 Gebruikvane-facturatieOmheteffectvandeondernemingskenmerken,PerceivedUsefulness,PerceivedEaseofUse,
enSubjectiveNormnategaanopdewaarschijnlijkheiddatbedrijvengebruikmakenvane-
facturatie, werd het logistisch regressiemodel gebruikt. Logistische regressie is een binair
classificatiemodeldatgebruiktwordtominteschattentotwelkeklasseeeninstantiebehoort
(Provost&Fawcett,2013).DeregressieresultatenwordenweergegeveninTabel29.
Hetmodel is statistisch significant (Chi-kwadraat = 53,785; p = 0,000).OokdeHosmeren
Lemeshowtestwijsteropdathetmodelgoedbijdedatapast.Dezetestordentallecases
volgens de voorspelde slaagkans en deelt deze op 10 groepen. Vervolgens worden de
verwachtewaardenvergelekenmetdewerkelijkewaarden.OpbasisvaneenChi-kwadraat
toetswordtnagegaanoferverschillenzijnindegroepentussendevoorspeldewaardeende
werkelijke waarde. De hoge Chi-kwadraat waarde (4,475; p = 0,812) toont aan dat de
57
verschillenniet significant zijn ende voorspeldewaardendus aanleunenbij dewerkelijke
waarden(Sieben&Linssen,2013).
B S.E. Sig. Exp(B)Ondernemingsgrootte 0,001571 0,002 0,504 1,001573Aantalverzondenfacturenpermaand 0,000247 0,000 0,012 1,000247Industrie 1,491 0,789 0,059 4,443Diensten 0,916 0,773 0,236 2,499Handel 1,814 0,765 0,018 6,133PU 0,391 0,216 0,070 1,479PEOU -0,241 0,144 0,095 0,786SN 0,668 0,207 0,001 1,951Constant -5,799 1,357 0,000 0,003Afhankelijkevariabele:Gebruikvane-facturatie:Nee(0),Ja(1) N=197 Chi-square=53,785;df=8;Sig.=0,000 Cox&SnellR2=0,239;NagelkerkeR2=0,347 HosmerandLemeshowTest:Chi-square=4,475;df=8;Sig.=0,812 Tabel29:LogistischeRegressie
Het model verklaart 34,7 procent (Nagelkerke R2) van de variante in het gebruik van e-
facturatieenclassificeert78,2procentvandecasescorrect.Declassificatiematricesworden
weergegeveninTabel30.Wanneerdebasisratiogevolgdwordt,enallecasesgeclassificeerd
wordenalsnietgebruikers,danworden73,1procentvandecasescorrectgeclassificeerd.23
ondernemingen die aangaven gebruik temaken van e-facturatie werden door hetmodel
correct geclassificeerd als gebruikers. 13 ondernemingen die geen gebruik maken van e-
facturatiewerdenfoutiefgeclassificeerdalsgebruikers.
Basisratio Voorspeldewaarde Nee Ja %Correct
Waargenomenwaarde Nee 144 0 100,0Ja 53 0 0,0
Totaal 73,1Regressiemodel Nee Ja
Waargenomenwaarde Nee 131 13 91,0Ja 30 23 43,4
Totaal 78,2Tabel30:ClassificatieMatrices
58
De output in Tabel 29 toont zowel de logistische coëfficiënten (B) als de geëxponeerde
coëfficiënten (Exp(B)). Daar waar de logistische coëfficiënten eerder geschikt zijn om de
richtingvanhetverbandaanteduiden,zijndegeëxponeerdecoëfficiënteneerdergeschikt
omdesterktevanhetverbandweertegeven(Sreejesh,Mohapatra,&Anusree,2013).
Heteffectvandeondernemingskenmerkenophetgebruikvane-facturatie isverdeeld.De
ondernemingsgrootte is niet significant. Het aantal verzonden facturen permaand is wel
significant.Wanneerhetaantalverzondenfacturenpermaandmet1eenheidtoeneemt,dan
stijgtdekansdateenonderneminggebruikmaaktvane-facturatiemet0,0247procent.Een
toename van 1000 facturen leidt bijgevolg tot een toename van 24,7 procent. Dit in de
veronderstellingdatalleanderevariabelenconstantwordengehouden.
Dediversesectorendienengeïnterpreteerdtewordentenopzichtevandebasiscategorie.
Dezebasiscategorieomvatzowelbedrijvenindebouwsectoralsondernemingenindeoverige
categorie.HandelenIndustriezijnsignificantverschillendvandebasiscategorie(p<0,05en
p<0,10).DekansdateenondernemingdieactiefisindeHandelssectorgebruikmaaktvane-
facturatieiszeskeergroterdanbedrijvendieactiefzijnindebouw-ofoverigesector.Voor
bedrijven in de industriële sector is deze kans vier keer groter. De dienstensector is niet
significantverschillendvandebasiscategorie.Hoewelnietallefactorensignificantzijn,iser
toch aanleiding dat er ondernemingskenmerken zijn die het gebruik van e-facturatie
beïnvloedenwaardooreraanwijzingisomH1ateaccepteren.
PUenPEOUzijnsignificantophet10procentniveau.Pereenheiddateenonderneminghoger
scoortopdegemiddeldeschaalvanPUvaneentotzeven,stijgtdekansmet47,9procentdat
eenonderneminggebruikmaaktvane-facturatie.Hoenuttigereenonderneminge-facturatie
aanschouwt,hoegroterdekansdateenondernemingergebruikvanmaakt.Deresultaten
tonenvoldoendebewijsomH2ateaccepteren.
De PEOU heeft een negatief verbandmet het gebruik van e-facturatie. Dit komt door de
manierwaaropdevragengesteldzijn.EenhogerescoreimpliceerteenlagerePEOU,i.e.een
grotere investeringen inspanningvoordegebruikersvanhetsysteem.Pereenheiddatde
score daalt, stijgt de kans dat een onderneming e-facturatie gebruikt met 21,4 procent.
59
HypotheseH3akanopbasisvandelogistischeregressiebevestigdworden,zeihetmeteen
significantieniveauvan0,095.
HeteffectvandeSNishetmeestsignificant(p<0,01).Eenstijgingvanééneenheidopde
schaalvaneentotzeven,leidttotaan95,1procenthogerekansdateenonderneminggebruik
maaktvane-facturatie.Deomgevingsfactorenhebbenduseengroteinvloedopdekansdat
eenonderneminggebruikmaaktvane-facturatie.HypotheseH4akandusbevestigdworden:
deSNheefteensignificanteimpactophetgebruikvane-facturatie.
4.2.2 IntentievoortoekomstiggebruikOmhetverbandnategaanmetdeintentieome-facturatietegebruikenindetoekomst,werd
gebruik gemaakt van het lineaire regressiemodel. Hetmodel is statistisch significant (p =
0,000) en verklaart 34,5procent vande variantie inde verklaarde intentie tot toekomstig
gebruik.DeresultatenvanhetmodelzijntevindeninTabel31.
B Std.Error StandardizedBeta Sig.
(Constant) 1,231 0,651 0,060Ondernemingsgrootte 0,003 0,001 0,137 0,058Aantalverzondenfacturenpermaand -0,000004 0,000 -0,015 0,841Industrie 0,057 0,353 0,013 0,871Diensten 0,262 0,336 0,064 0,437Handel 0,176 0,345 0,043 0,610Email -0,370 0,246 -0,089 0,134PU 0,288 0,115 0,167 0,013PEOU -0,179 0,084 -0,125 0,035SN 0,830 0,113 0,469 0,000Afhankelijkevariabele:Q17:intentieome-facturatieindetoekomsttegebruikenN=197 R2=0,375 Ra2=0,345 Std.Erroroftheestimate=1,530 Sig.0,000 Tabel31:LineaireRegressie
Analysevandegestandaardiseerdecoëfficiënten leertdatdeSubjectiveNormdegrootste
impactheeftopdeintentieome-facturatieindetoekomsttegebruiken.Deintentiewordt
60
dus het meest beïnvloed door handelspartners, concurrenten, de overheid en
toonaangevendebedrijvenbinnendesector.WanneerdescoreopdeschaalvandeSNmet
ééneenheidtoeneemt,neemtdescoreopdeschaalvandeintentietoemet0,83.
OokdePerceivedUsefulnessendePerceivedEaseofUsehebbeneensignificantverbandmet
deintentievoortoekomstiggebruik.EentoenameindePUmetééneenheid,leidttoteen
toenameinintentievan0,288.Netzoalsbijhetgebruikvane-facturatieishetverbandmet
dePEOUnegatief.Hoeomslachtigerbedrijvene-facturatiebeschouwen,hoelagerdeintentie
om e-facturatie in de toekomst te gaan gebruiken. Het regressiemodel bevestigt de
hypothesenH2b,H3benH4b.
Wat betreft de ondernemingskenmerken is er enkel een significant verband met de
ondernemingsgrootte(p<0,1).Eentoenamevanéénpersoneelslidleidttoteentoenamevan
0,003opschaalvandeintentie.Eentoenamevan100werknemersbetekentduseentoename
inintentievan0,3.Erisduseerdersprakevaneenbeperktverband.
Er zijn geen verschillen waargenomen tussen de verschillende economische sectoren. De
industrie, diensten en handel verschillen niet significant in intentie van de basiscategorie,
bestaande uit de bouwsector en overige bedrijven. Ook het feit of bedrijven al dan niet
gebruikmakenvanfacturatieviae-mailbijlagenheeftgeensignificanteinvloedopdeintentie
om e-facturatie te gaan gebruiken in de toekomst. Er is bijgevolg weinig aanleiding om
hypotheseH1bteaccepteren.
Omwille van multi-collineariteitsproblemen werd het aantal ontvangen facturen niet
opgenomeninhetmodel,aangeziendehogecorrelatiemethetaantalverzondenfacturen.
Zonderdezevariabeleliggenallewaardenbinnendeacceptabelegrenzen,i.e.Tol>0,1enVIF
< 10. Er werden geen outliers buiten drie standaardafwijkingen gedetecteerd. Een
Kolmogorov-Smirnovtestwerduitgevoerdomdeverdelingvanderesiduennategaan.De
testindiceertdatdezeresiduennormaalverdeeldzijn(p=0,200).
61
4.3 DiscussieDeoperationelesteekproefisgebaseerdopTrendsTop,eenwebsitedieinformatiebijhoudt
over450.000balansplichtigeondernemingen(TrendsTop,2016).Deoperationelesteekproef
beperktzichtotVlaamseondernemingenmetmaximaal250werknemersenomvat73.185
ondernemingen.Zelfstandigen,eenmanszakenenvrijeberoependienietbalansplichtigzijn,
zijnechternietopgenomenindedataset.
Vande305ondernemingendiede enquêtehebben ingevuld tusseneind juni enhalf juli,
werden 227 geldige enquêtes geregistreerd. Dit resulteert in een foutenmarge van 6,49
procentmeteenbetrouwbaarheidsniveauvan95procent.Inderegressiemodellenzijnslechts
197 cases opgenomen, waardoor de foutenmarge stijgt naar 6,97 procent. Bovendien
representeren de verzamelde cases niet dezelfde verhouding qua sectoren en
ondernemingsgroottealsdepopulatie.Deresultatenkunnenbijgevolgnietgegeneraliseerd
wordenvoorallekleine-enmiddelgroteondernemingeninVlaanderen.
Zoweldebivariateanalysesalsderegressieresultatenwijzeneropdatereenverbandistussen
dekenmerkenvaneenorganisatieenhetgebruikvane-facturatie.Hetmaandelijksevolume
verzondenfacturenensectoraleverschillenzijninbeidetestensignificant.Deinvloedvande
ondernemingsgrootte op het gebruik van e-facturatie werd echter niet bevestigd in het
logistischregressiemodel.Toch iservoldoendeaanwijzingdaterondernemingskenmerken
zijndiehetgebruikvane-facturatiebeïnvloedenenkanHypotheseH1abevestigdworden.
Wanneergekekenwordtnaardeintentieome-facturatieindetoekomsttegaangebruikenis
er minder bewijs van een significant verbandmet de ondernemingskenmerken. Enkel de
ondernemingsgrootte is in beide testen significant. Het aantal maandelijks verzonden
facturen is in eerste instantie positief gecorreleerdmet de intentie om e-facturatie in de
toekomst te gebruiken. Wanneer in het regressiemodel echter meerdere variabelen in
rekeningwordengebrachtisditverbandnietmeersignificant.Desectorisinbeidetestenniet
significant.ErzijnbijgevolgminderaanwijzingenomdehypotheseH1btekunnenaccepteren.
DeMann-WhitneyUtesttoontaandatdePerceivedUsefulnessenSubjectiveNormsignificant
verschillend zijn voor ondernemingen diewel en niet gebruikmaken van e-facturatie. Dit
62
verbandwordtookbevestigdinhetregressiemodel.H2aenH4bkunnendusgeaccepteerd
worden.DeresultatenvandePerceivedEaseofUsezijnechtercontradictorisch.Daarwaar
dematevanPEOUnietsignificantverschillendistussengebruikersenniet-gebruikers,toont
het regressiemodel toch een significant verband tussen de PEOU en het gebruik van e-
facturatie(p=0,095).BovendienisditPEOUmindernauwkeuriggemetendandeSNenPU,
aangeziendeLikertschaaluitslechts2itemsbestaat,integenstellingtotdeSNenPUdieuit
respectievelijk5en8itemssamengesteldzijn.Omwillevandemindernauwkeurigemeting
endetegenstrijdigeresultatenwordtH3anietgeaccepteerd.
PU,PEOUenSNcorrelerenallensignificantmetdeintentieome-facturatieindetoekomstte
gebruiken.Ditwordtookbevestigd inhet regressiemodel,waardecoëfficiëntenvandeze
constructensignificantzijn.HypothesenH2b,H3benH4bwordengeaccepteerd.
De resultatenbevestigen voorgaande studies in de literatuur.De resultaten tonen aande
Subjective Norm de sterkste invloed heeft op de acceptatie van e-facturatie. Ook in het
onderzoekvanPenttinenenTuunainenkwamdeexternedrukvanklantenalssterkstefactor
naarvoor(2009).
Hernandez-Ortega rapporteerde een significant verband tussen de PU en PEOU en de de
intentieome-facturatieteblijvengebruikenindetoekomst.Debeslissingome-facturatiete
accepteren werd echter niet significant beïnvloed door de PEOU. Dit verklaarde de
onderzoekster door het feit dat bedrijven e-facturatie niet zullen gebruiken als het geen
toegevoegdewaardebiedt(Hernandez-Ortega,2012).Hoeweldeafhankelijkevariabelenniet
opdezelfdemaniergedefinieerdzijn,tonenderesultatenvanditonderzoekeengelijketrend.
PEOU heeft een significant verband met de intentie om e-facturatie te gebruiken in de
toekomst,maarnietmethetwerkelijkegebruikvane-facturatie.
De literatuur rapporteert tot slot ook een verband tussen de karakteristieken van een
onderneming en de neiging om een technologie te accepteren. Zo heeft de
ondernemingsgroottemeestaleenpositieveinvloed.(Frambach&Schillewaert,2002).Ookin
ditonderzoekwerdeensignificantverbandvastgesteldtussendeondernemingsgrootteen
deintentievoortoekomstiggebruik.
63
Daarnaast is er in de literatuur ook sprake van een gebrek aan kennis. Zelfs al is een
ondernemingzichbewustvandevoordelenvane-facturatie,dannogishetmogelijkdatze
nietovervoldoendekennisbeschikkenome-facturatiete implementerenofeengeschikte
service provider te selecteren (Haag, Born, Kreuzer, & Bernius, 2013). Een van de
respondenten–eenmiddelgrotekmo–gafaanactiefopzoektezijnnaarsoftwarepakketten
ome-facturatie te ondersteunen. Voor deze ondernemingwas het echter onmogelijk een
eenvoudigenbetaalbaarpakkettevindendiedecompletefacturatieflowkanafwerkenmet
koppelingaandebestaandeboekhoud-enERP-pakketten.
Zoweldebedrijvendiegebruikmakenvane-facturatie,alsdebedrijvendieergeengebruik
vanmakengavenaandatimplementatievane-facturatieeengroteinvesteringvereist.Wel
warendegebruikersvanmeningdate-facturatieeenvoudig te implementerenwas inhun
onderneming.Eenmeningdiedoordeniet-gebruikersnietgedeeldwerd.Deniet-gebruikers
zijnookvanmeningdatdeoverschakelingvanpapiernaare-facturatieeengroteinspanning
vereistvandegebruikersvanhetsysteem.
Derespondentenvindennietdate-facturatieactiefdoordeoverheidwordtgepromoot.Deze
meningwerdgedeelddoorzowelgebruikersalsniet-gebruikersvane-facturatie.Deoverheid
voorzietmetdewebsitehttp://www.efactuur.belgium.be/weliswaareeninformatiekanaal,
maardewebsitegaatenkel inopdevoordelenvane-facturatie.Voorondernemingendie
effectief aan de slag willen gaan met e-facturatie voorziet de website vooralsnog weinig
doelgerichteinformatie.
65
5 Conclusie
Hoewelhetgebruikvane-facturatieinstijgendelijnzit,zijnnoglangnietallevoordelenbenut.
Het merendeel van de facturen die op een elektronische manier verstuurd worden zijn
namelijk e-mailbijlagen. De grootste kostenbesparing is er echter pas wanneer facturen
volledigautomatischverwerktkunnenworden(Poel,Marneffe,&Vanlaer,2016).
Deresultatentonenaandathetgebruikvane-facturatiebijVlaamsekleine-enmiddelgrote
ondernemingensignificantbeïnvloedwordtdoordekenmerkenvandeondernemingen,de
matewaarine-facturatiealsnuttigenbruikbaarwordtbeschouwd(PU),endeexternedruk
uitdeomgeving(SN).
In tegenstelling tot het werkelijke gebruik van e-facturatie, is er geen significant verband
tussendeondernemingsgrootteendeintentieome-facturatieindetoekomsttegebruiken.
Dezeintentiewordtbeïnvloeddoordematewaarine-facturatiealsnuttigenbruikbaarwordt
beschouwd (PU),dematewaarineenonderneminge-facturatiemoeitelooskangebruiken
(PEOU),endeexternedrukuitdeomgeving(SN).
Dematewaarineenondernemingvanmeningisdate-facturatieactiefwordtgepromootdoor
deoverheidverschildenietsignificanttussengebruikersenniet-gebruikers.Beidegroepen
gavenaannietakkoordtezijnmetdezestelling.Erwerdechterweleenpositiefsignificant
verband waargenomenmet de intentie om e-facturatie te gebruiken in de toekomst. De
overheidheeftdusweldegelijkeenbeïnvloedenderolopdeintentieomoverteschakelenop
e-facturatie.
Erkandusbeslotenwordendathetgebruikvane-facturatie,endeintentieome-facturatiein
de toekomst tegebruiken,bijdeondervraagdekmo’shetmeestbeïnvloedwordtdoorde
externedrukuitdeomgeving.Wanneereenmeerderheidvandehandelspartnersgebruik
maaktvanelektronischefacturatieisdeintentiegrootomookdeoverschakelingtemaken.
66
Deze masterproef onderzocht welke factoren de acceptatie van e-facturatie bij Vlaamse
kleine- en middelgrote ondernemingen beïnvloeden. Deze vaststellingen kunnen gebruikt
worden door de beleidsmakers om het beleid bij te sturen, zodanig ten volle te kunnen
genieten van de economische voordelen van e-facturatie. Het inzicht in de mening die
Vlaamsekmo’shebbenovere-facturatieisookrelevantvoordeaanbiedersvane-facturatie
diensten.Opbasisvandezebevindingenkunnenzehunaanbodenmarketinginspanningen
bijsturen.
67
6 Bibliografie
AgentschapInnoveren&Ondernemen.(2016).Europesekmo-definitie.OpgeroepenopMei
17,2016,vanhttp://www.vlaio.be/artikel/europese-kmo-definitie
Chuttur,M.Y.(2009).OverviewoftheTechnologyAcceptanceModel:Origins,Developments
andFutureDirections.Sprouts:WorkingPapersonInformationsystems,9(37).
Davis, F. D. (1985). A technology acceptance model for empirically testing new end-user
information systems: theory and results. Ph.D.,MIT Sloan School ofManagement,
MassachusettsInstituteofTechnology,Cambridge.
Davis,F.D.,Bagozzi,R.P.,&Warshaw,P.R.(1989).UserAcceptanceofComputerTechnology:
AComparisonofTwoTheoreticalModels.ManagementScience,35(8),982-1003.
e-factuur Belgium. (sd). Opgeroepen op Maart 3, 2016, van Hoe?:
http://www.efactuur.belgium.be/inhoud/hoe
Europese Commisie. (2010, December 2). MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET
EUROPEESPARLEMENT,DERAAD,HETEUROPEESECONOMISCHENSOCIAALCOMITÉ
EN HET COMITÉ VAN DE REGIO'S De voordelen van elektronische facturering voor
Europa benutten . Opgeroepen op Februari 10, 2016, van Eur-Lex: http://eur-
lex.europa.eu/legal-content/NL/TXT/?uri=CELEX:52010DC0712
Eurostat.(2016).Enterprisessendingand/orreceivinge-invoices.Opgeroepenopfebruari9,
2016,vanEurostat:http://ec.europa.eu/eurostat/web/products-datasets/-/tin00114
Frambach,R.T.,&Schillewaert,N.(2002).Organizationalinnovationadoption:Amulti-level
framewrokofdeterminantsandopportunitiesforfutureresearch.JournalofBusiness
Research(55),163-176.
Gliem, J. A., & Gliem, R. R. (2003). Midwest Research-to-Practice Conference in Adult,
Continuing, and Community Education. Calculating, Interpreting, and Reporting
Cronbach'sAlphaReliabilityCoefficientforLikert-TypeScales(pp.82-88).Columbus,
OH:TheOhioStateUniversity.
Haag,S.,Born,F.,Kreuzer,S.,&Bernius,S.(2013).OrganizationalResistancetoE-Invoicing-
Results from an Empirical Investigation among SMEs. Lecture Notes in Computer
scienceVolume8074,286-297.
68
Hernandez-Ortega,B.(2012).Keyfactorsfortheadoptionandsubsequentuseofe-invoicing.
Academia,RevistaLatinoamericanadeAdministración(50),15-30.
IsabelGroup. (2016).Over IsabelNV.Opgeroepenopaugustus4, 2016, van IsabelGroup:
https://www.isabel.eu/nl/forbusiness/company/about-isabel.html
Keifer, S. (2011). E-invoicing: The catalyst for financial supply chain efficiencies. Journal of
PaymentsStrategy&Systems,5(1),38-51.
King,W.R.,&He,J.(2006).Ameta-analysisofthetechnologyacceptancemodel.Information
&Management(43),740-755.
KPMG.(2016).Elektronischefacturatie:Berekeningbesparingaanadministratievelastendoor
het gebruik van elektronische facturatie in 2015. Dienst Administrative
Vereenvoudiging.
Kreuzer, S., Eckhardt, A., Bernius, S., & Krönung, J. (2013). A Unified View of Electronic
Invoicing Adoption: Developing a Meta-Model on the Governmental Level.
InernationalConferenceonSystemSciences.46,pp.1943-1952.Hawaii:IEEEComputer
Society.
Marinagi,C.,Trivellas,P.,Skourlas,C.,&Reklitis,P.(2014).Adioptionanduseofe-invoicingin
Greece.4thInternationalConferenceonIntegratedInformation.Madrid.
Moens,B.,&Bervoet,D.(2016,april6).Helftbedrijvenstuurtfactuurelektronisch.DeTijd,p.
7.
Moore, G. C., & Banbasat, I. (1991). Development of an Instrument to Measure the
PerceptionsofAdoptingan InformationTechnology Innovation. InformationSystem
Research,2(3),192-222.
NationalBoardofTrade.(2011).e-invoicingincross-bordertrade.Zweden.
Penttinen,E.,&Hyytiäinen,H.(2008).TheAdoptionofElectronicInvoicinginFinnishPrivate
andPublicOrganizations.ECIS2008Proceedings.Paper79.
Penttinen,E.,&Tenhunen,M.(2010,December1-3).Assessingthecarbonfootprintofpaper
vs.electronicinvoicing.21stAustralasianConferenceonInformationSystems.
Penttinen,E.,&Tuunainen,V.K.(2009).AssessingtheEffectsofExternalPressureinInter-
Organizational ISAdoption - Case Electronic Invoicing.8thWorkshopon eBusiness.
Phoenix.
69
Penttinen, E., Hallikainen, P., & Salomäki, T. (2009). Impacts of the Implementation of
Electronic Invoicing on Buyer-Seller Relationship. Proceedings of the 42nd Hawaii
InternationalConferenceonSystemSciences.
Poel,K.,Marneffe,W.,&Vanlaer,W.(2016).Assessingtheelectronicinvoicingpotentialfor
private sector firms in Belgium. The International Journal of Digital Accounting
Research,Vol.16,1-34.
Provost,F.,&Fawcett,T.(2013).Chapter4:FittingaModeltoData.InF.Provost,&T.Fawcett,
DataScienceforBusiness(pp.81-110).USA:O'Reilly.
PwC. (2010). E-invoicing: De markt en mogelijkheden van e-invoicing nader bekeken.
PricewaterhouseCoopers.
Redactie PCMagazine. (2013,mei 27).E-facturatie: hoe zit dat precies? . Opgeroepen op
augustus4,2016,vanZDNet:http://www.zdnet.be/article/149505/e-facturatie-hoe-
zit-dat-precies/
RICHTLIJN2010/45/EUVANDERAAD.(2010,Juli13).OpgeroepenopFebruari10,2016,van
Eur-Lex:http://eur-lex.europa.eu/legal-content/NL/TXT/?uri=CELEX%3A32010L0045
Salmony, M., & Harald, B. (2010). E-invoicing in Europe: Now and the future. Journal of
PaymentsStrategy&Systems,4(4),371-380.
Sandberg,K.W.,Wahlberg,O.,&Pan,Y.(2009).AcceptanceofE-InvoicinginSMEs.Lecture
NotesinComputerScience,5639,289-296.
Sieben,I.,&Linssen,L.(2013).Logischtischeregressieanalyse:eenhandleiding.Opgeroepen
opjuli31,2016,vanwww.ru.nl/publish/pages/771745/logistischeregressie.pdf
Sreejesh,S.,Mohapatra,S.,&Anusree,M.R.(2013).BinaryLogisticRegression.InS.Sreejesh,
S.Mohapatra,&M.R.Anusree,BusinessResearchMethods-AnAppliedOrientation
(pp.245-258).India:Springer.
Statbel.(2013,oktober24).StructuurvandeBelgischeeconomiein2011:dienstensectorblijft
de grootste sector. Opgeroepen op Mei 26, 2016, van Statistics Belgium:
http://statbel.fgov.be/nl/modules/pressrelease/statistieken/economie/la_structure_
de_l_economie_belge_en_2011_le_secteur_des_services_reste_le_secteur_le_plus_
important.jsp?referer=tcm:325-235379-64
Statbel. (2015, Oktober 06). Analyse - Structurele ondernemingsstatistieken 2013.
Opgeroepen op Februari 11, 2016, van Statistics Belgium:
70
http://statbel.fgov.be/nl/modules/publications/statistiques/economie/analyse_-
_statistiques_structurelles_sur_les_entreprises_2013.jsp
Statbel.(2015).Ondernemingen:ICTGebruikenE-commercebijondernemingen.Opgeroepen
op februari 6, 2016, van Statistics Belgium:
http://statbel.fgov.be/nl/statistieken/cijfers/economie/ondernemingen/ict/
Tenhunen,M.,&Penttinen,E.(2010).21stAustralasianConferenceonInformationSystems.
Assessingthecarbonfootprintofpapervs.electronicinvoicing.Brisbane.
TrendsTop.(2016).FAQ-Bronnen,mijngegevensenranking.Opgeroepenopjuli29,2016,
vanKnackTrendsTop:http://trendstop.knack.be/nl/faq-1189.aspx
United Nations. (2016). International Standard Industrial Classification of All Economic
Activities, Rev.4. Opgeroepen op Februari 9, 2016, van United Nations Statistics
Devision:http://unstats.un.org/unsd/cr/registry/regcst.asp?Cl=27&Lg=1
VanLeemputten,P.(2016,juni2).INGsluitmiljoenendealmetFinsefacturatiestartup.Knack
Datanews.
VanVaeck,J.(2013,December4).1jaare-invoiceindepraktijk.OpgeroepenopFebruari13,
2016, vanWolters Kluwer TaxWorld: http://www.taxworld.be/taxworld/een-jaar-e-
invoice-in-de-praktijk.html?LangType=2067
Venkatesh,V.,&Davis,F.D.(1996).AmodeloftheAntecedentsofperceivedEaseofUse:
Developmentandtest.DecisionSciences,27(3),451-481.
Venkatesh,V.,Morris,M.G.,Davis,G.B.,&Davis,F.D.(2003).UserAcceptanceofInformation
Technology:TowardaUnifedView.MISQuarterly,Vol.27(No.3),425-478.
Veselá, L.,&Radimersky,M. (2014). Thedevelopmentof electronic document exchange .
ProcediaEconomicsandFinance(12),743-751.
Yu,C.-S.,&Tao,Y.-H.(2009).Understandingbusiness-levelinnovationtechnologyadoption.
Technovation,29,92-109.
Zoomit. (2016). WAT IS ZOOMIT? Opgeroepen op augustus 3, 2016, van
https://www.zoomit.be/nl/info.html