677 Beroepsfout Arts Bij Inbrengen Anticonceptiemiddel
Transcript of 677 Beroepsfout Arts Bij Inbrengen Anticonceptiemiddel
ict/tuchtrecht en aansprakelijkheid
135zorg & financiering > 4-2005
Verbod is niet effectief
Patiënten kunnen deze geneesmiddelen bijinternetapotheken over de gehele wereld aan-schaffen. Wie bijvoorbeeld ‘buy depronal’ inGoogle intypt krijgt ruim zeshonderd hits metnaast een gesponsorde koppeling naar dokter-online.nl vele tientallen internetsites waar ditmiddel besteld kan worden. De kans dat hetdaar bestelde door de douane aan de grensonderschept wordt, is gering. Als het voorschrij-ven van geneesmiddelen via Nederlandse inter-netsites wordt verboden, kunnen patiënten dusgemakkelijk uitwijken naar buitenlandse sites.Overigens zal geen enkel verbod patiënten dievastberaden zijn zelfmoord te plegen, hiervankunnen weerhouden. Een aantal geneesmidde-len die in een overdosis dodelijk zijn, zoals para-
cetamol, is bijvoorbeeld gewoon zonder receptbij de drogist te koop.
Internet biedt meer voor- dan nadelen
De overheid kan toezicht houden op een Neder-landse site en op internetdokter. Op een buiten-landse site heeft de Nederlandse overheid geenenkele grip. Begeleiding is gewaarborgd, ookals is ze niet altijd optimaal. Het is heel goedmogelijk dat een Nederlandse internetdokterjuist een geplande zelfmoordpoging kan onder-kennen en hulp kan bieden. De Tweede Kamerzou er goed aan doen om in te zetten op de voor-delen die internet biedt en incidenten in een bre-der perspectief te beschouwen. De voordelenheeft de RVZ eerder in beeld gebracht in hetadvies Patiënt en internet. Bron: RVZ, 1 april 2005<
Een vrouw verzoekt haar huisarts in haar boven-arm een implantaat met een langwerkend anti-conceptiemiddel in te brengen, waaraan dezegehoor geeft. Op enig moment blijkt de vrouwevenwel toch zwanger te zijn. Zij en haar partnerstellen de huisarts aansprakelijk voor alle geledenen nog te lijden schade in verband met de zwan-gerschap en de latere geboorte van hun kind.
De rechtbank stelt vast dat tussen de vrouw ende huisarts een geneeskundige behandelings-overeenkomst tot stand is gekomen, waarbij departner van de vrouw geen partij is. In beginselis daarbij sprake van een inspanningsverbinte-nis van de arts, maar in sommige gevallen kansprake zijn van een resultaatsverbintenis. Hetbetrof hier een voor een bekwaam en zorgvuldighandelend arts eenvoudige feitelijke handelingdie, mits goed uitgevoerd, tot het beoogde resul-taat zou leiden. Derhalve mocht de vrouw ervan
uitgaan dat de huisarts ervoor instond dat hetstaafje in haar lichaam zou worden ingebracht.Dit laatste is niet geschied ofwel het staafje isvervolgens door het lichaam uitgestoten. Inbeide gevallen is sprake van een toerekenbaretekortkoming van de arts.Voor wat betreft de schade stelt de rechtbankde vrouw in de gelegenheid om te bewijzen datzij definitief had besloten nimmer kinderen tewillen, waarbij de rechtbank opmerkt dat reke-ning zal worden gehouden met de omstandig-heid dat de vrouw ten gevolge van de tekort-koming van de huisarts de mogelijkheid is ont-nomen om zekerheid te verschaffen omtrent hetantwoord op de vraag naar haar toekomstigekinderloosheid. Het oordeel of de huisarts ookten opzichte van de partner van de vrouw aan-sprakelijk is (wegens onrechtmatig handelen)houdt de rechtbank aan in afwachting van debewijslevering door de vrouw. Wel oordeelt de
> tuchtrecht en aansprakelijkheid
677 beroepsfout arts bij inbrengen anticonceptiemiddel
ZenF-0405-cyaan.qxd 25-5-2005 14:07 Pagina 135
kwaliteitsbeleid
136 4-2005 > zorg & financiering
rechtbank alvast dat de partner geen aanspraakkan maken op vergoeding van de door hemgemaakte en te maken kosten van verzorging enopvoeding, nu door hem onvoldoende feitelijk
is onderbouwd dat hij nimmer kinderen wilde.Bronnen: Rechtbank Alkmaar, 11 februari 2004,Nederlandse Jurisprudentie 2004 nr. 205 en AssurantieMagazine, 15, april 2005<
Een vrouw neemt deel aan het bevolkingsonder-zoek om borstkanker in een vroeg stadium opte sporen. De radiologen nemen afwijkingen opde mammografie waar, maar beschouwen dezeals goedaardig. De vrouw overlijdt aan de gevol-gen van borstkanker en haar weduwnaar vangteen procedure aan tot schadevergoeding tegende stichting die het bevolkingsonderzoekmogelijk maakt.
Volgens de in een eerdere fase van de proceduredoor de rechtbank benoemde deskundige had-den de afwijkingen ook als kwaadaardig aange-merkt kunnen worden. De rechtbank laatdaarna de stichting toe te bewijzen dat de radio-logen in deze omstandigheden tot de conclusiekonden komen dat de afwijkingen goedaardigwaren en er geen aanleiding was nader onder-
zoek te doen. De stichting voert hiertoe aan dathet haar onduidelijk is of de tumor op de plaatsis ontstaan waar de afwijkingen te zien waren,dat de vrouw ten tijde van het onderzoek geenklachten uitte en dat enkele andere kenmerken(voor kwaadaardige afwijkingen) voor de radio-logen niet te zien waren op de destijds gemaaktefoto’s. De rechtbank passeert deze verweren enoordeelt daarmee dat de artsen een beroepsfoutmaakten. De rechtbank wil een deskundigebenoemen om over het causaal verband (indienhet carcinoom eerder was ontdekt, was die dannog behandelbaar geweest?) te adviseren.Bronnen: Rechtbank Zwolle-Lelystad 8 september2004, LJN nr. AQ 9892 (vervolg op Rechtbank Zwolle4 februari 2004, NJ Feitenrechtspraak 2004 nr. 340;zie AM 1/2 2005, 65) en Assurantie Magazine,15 april 2005<
678 aansprakelijkheid stichting bevolkingsonderzoek borstkanker
Het Centraal Tuchtcollege voor de Gezond-heidszorg uit Den Haag concludeert dat de ver-pleegkundige van het verzorgingshuis DeBraacken in Vught geen tuchtrechtelijk verwijtgemaakt kan worden.
Een dochter van de inmiddels overleden 93-jari-ge vrouw stelde de wijze van zorgverlening inDe Braacken bij het tuchtcollege ter discussie.In eerste instantie ventileerde de dochter haarklacht bij het Regionaal Tuchtcollege voor deGezondheidszorg in Eindhoven. Dat verklaardede klacht ongegrond. Het Centraal Tuchtcollegekomt nu in hoger beroep tot hetzelfde oordeel.
Eind 2001 zakte de 93-jarige scheef in haar rol-stoel. Als ze eruit probeerde te komen, lukte datniet. Volgens de dochter waren dat verschijnse-len van een herseninfarct en had er direct eendokter gewaarschuwd moeten worden. Datgebeurde pas veel later. ‘Daardoor zijn haar laat-ste veertien maanden verschrikkelijk geweest’,aldus de dochter. Ze is ervan overtuigd dat dekans op enig herstel veel groter is als direct naeen herseninfarct met medicatie wordt gestart.De verpleegkundige reageerde niet adequaat,stelde dochter. Het tuchtcollege is echter eenandere mening toegedaan.Bron: Verpleegkunde Nieuws, 14 april 2005<
679 geen tuchtrechtelijk verwijt voor verpleegkundige
ZenF-0405-cyaan.qxd 25-5-2005 14:07 Pagina 136