1108 Bouwstop Dreigt In Care

2
bouw en organisatie 101 zorg & financiering > 8-2008 Het tegenvoorstel van het NTMO bestaat uit twee onlosmakelijk met elkaar verbonden onderdelen. Er dient een vernieuwing van de bestuurlijke verhoudingen tussen de Staat en MO’en tot stand te komen. Dit houdt in dat de ministeriële verantwoordelijkheid zich bij MO’en beperkt tot het systeemniveau (de vraag: zijn de bestaande wettelijke regels goed en ade- quaat?). Dit moet worden vastgelegd in een overeenkomst of convenant met het kabinet. Ook dienen er afspraken te komen over een deregulering die recht doet aan de eigen verant- woordelijkheden van de MO. Pas als het kabinet daartoe bereid is, zal het NTMO instemmen met de invoering van de MO, maar dan alleen als een modaliteitsvorm. In dat geval komt er dus geen nieuwe rechtsvorm, maar mag elke rechtsper- soon die voldoet aan de kenmerken zich een MO noemen. Enkele concrete onderdelen zijn hierbij voor het NTMO: Het kabinet garandeert dat instellingen niet verplicht zullen worden een MO te zijn. Een eventuele keuze voor MO dient fiscale voordelen te bieden. Het gebruik van de rechtsvormen nv en bv wordt mogelijk, ook aan de top van de con- cernstructuur, met inbegrip van de mogelijk- heid van een dividenduitkering. Geen invoering van een belanghebbendenver- tegenwoordiging in de vorm van een nieuw statutair orgaan. Het kabinet zal in het najaar een standpunt innemen over het tegenvoorstel van het NTMO. Bij instemming werken beide partijen een en ander nader uit in een overeenkomst of conve- nant en leggen dit vervolgens ter beoordeling voor aan elke NTMO-partij. Bron: NVZ, 8 augustus 2008< 1108 bouwstop dreigt in care De aanhoudende onduidelijkheid over de ver- goeding van de kosten voor bouw zal leiden tot een bouwstop in de care. ‘Hoe langer de onze- kerheid duurt, hoe langer de stagnatie zal duren’, zegt Rob Scheerder, voorzitter van het Bouwcollege. Staatssecretaris Bussemaker van VWS is van plan het huidige bouwregime in de care per 2009 af te schaffen. Maar pas in 2011 wil ze de nieuwe manier van financieren invoeren. Nu staat de overheid nog garant voor de bouw- kosten, maar vanaf 2011 worden de kapitaal- lasten verwerkt in de tarieven. Zorginstellingen moeten hun bouwkosten dan betalen uit hun eigen opbrengsten. Het is echter niet duidelijk hoe het ministerie van VWS de bouwlasten gaat verwerken in de tarieven. Die onzekerheid zal leiden tot stagnatie in de bouw van zorginstel- lingen voor ouderen en gehandicapten, zo waar- schuwen de brancheorganisaties voor werkge- vers in de ouderenzorg ActiZ en gehandicapten- zorg VGN in een brief aan Bussemaker. ‘Onze leden voeren momenteel lastige gesprekken met banken, omdat ze geen duidelijkheid kunnen verschaffen over de vergoeding van de bouw- kosten op de lange termijn’, aldus ActiZ-direc- teur Aad Koster. Ook het Bouwcollege waarschuwt dat de aan- houdende onzekerheid kan leiden tot een bouw- stop. ‘Hoe langer de onzekerheid duurt, hoe langer de stagnatie zal duren’, zegt voorzitter Scheerder. Bussemaker maakte bekend dat ze 2,7 miljard euro uittrekt voor de bouw in de care. Ze laat zo’n 1.100 projecten goedkeuren voordat het Bouwcollege verdwijnt in 2009. Deze vallen in principe nog onder het oude bouwregime, maar onduidelijk is nog of deze projecten vanaf 2011 te maken krijgen met de nieuwe systematiek van financiering van bouw. Ook deze onzekerheid kan ervoor zorgen dat zorginstellingen de kat uit de boom kijken. In ZenF-0808-cyaan.qxd 12-9-2008 10:23 Pagina 101

Transcript of 1108 Bouwstop Dreigt In Care

Page 1: 1108 Bouwstop Dreigt In Care

bouw en organisatie

101zorg & financiering > 8-2008

Het tegenvoorstel van het NTMO bestaat uittwee onlosmakelijk met elkaar verbondenonderdelen. Er dient een vernieuwing van debestuurlijke verhoudingen tussen de Staat enMO’en tot stand te komen. Dit houdt in dat deministeriële verantwoordelijkheid zich bijMO’en beperkt tot het systeemniveau (de vraag:zijn de bestaande wettelijke regels goed en ade-quaat?). Dit moet worden vastgelegd in eenovereenkomst of convenant met het kabinet.Ook dienen er afspraken te komen over eenderegulering die recht doet aan de eigen verant-woordelijkheden van de MO. Pas als het kabinetdaartoe bereid is, zal het NTMO instemmen metde invoering van de MO, maar dan alleen als eenmodaliteitsvorm. In dat geval komt er dus geennieuwe rechtsvorm, maar mag elke rechtsper-soon die voldoet aan de kenmerken zich een MOnoemen. Enkele concrete onderdelen zijn hierbijvoor het NTMO:

– Het kabinet garandeert dat instellingen nietverplicht zullen worden een MO te zijn.

– Een eventuele keuze voor MO dient fiscalevoordelen te bieden.

– Het gebruik van de rechtsvormen nv en bvwordt mogelijk, ook aan de top van de con-cernstructuur, met inbegrip van de mogelijk-heid van een dividenduitkering.

– Geen invoering van een belanghebbendenver-tegenwoordiging in de vorm van een nieuwstatutair orgaan.

Het kabinet zal in het najaar een standpuntinnemen over het tegenvoorstel van het NTMO.Bij instemming werken beide partijen een enander nader uit in een overeenkomst of conve-nant en leggen dit vervolgens ter beoordelingvoor aan elke NTMO-partij.Bron: NVZ, 8 augustus 2008<

1108 bouwstop dreigt in care

De aanhoudende onduidelijkheid over de ver-goeding van de kosten voor bouw zal leiden toteen bouwstop in de care. ‘Hoe langer de onze-kerheid duurt, hoe langer de stagnatie zalduren’, zegt Rob Scheerder, voorzitter van hetBouwcollege.

Staatssecretaris Bussemaker van VWS is vanplan het huidige bouwregime in de care per2009 af te schaffen. Maar pas in 2011 wil ze denieuwe manier van financieren invoeren. Nustaat de overheid nog garant voor de bouw-kosten, maar vanaf 2011 worden de kapitaal-lasten verwerkt in de tarieven. Zorginstellingenmoeten hun bouwkosten dan betalen uit huneigen opbrengsten. Het is echter niet duidelijkhoe het ministerie van VWS de bouwlasten gaatverwerken in de tarieven. Die onzekerheid zalleiden tot stagnatie in de bouw van zorginstel-lingen voor ouderen en gehandicapten, zo waar-schuwen de brancheorganisaties voor werkge-

vers in de ouderenzorg ActiZ en gehandicapten-zorg VGN in een brief aan Bussemaker. ‘Onzeleden voeren momenteel lastige gesprekken metbanken, omdat ze geen duidelijkheid kunnenverschaffen over de vergoeding van de bouw-kosten op de lange termijn’, aldus ActiZ-direc-teur Aad Koster. Ook het Bouwcollege waarschuwt dat de aan-houdende onzekerheid kan leiden tot een bouw-stop. ‘Hoe langer de onzekerheid duurt, hoelanger de stagnatie zal duren’, zegt voorzitterScheerder. Bussemaker maakte bekend dat ze2,7 miljard euro uittrekt voor de bouw in decare. Ze laat zo’n 1.100 projecten goedkeurenvoordat het Bouwcollege verdwijnt in 2009.Deze vallen in principe nog onder het oudebouwregime, maar onduidelijk is nog of dezeprojecten vanaf 2011 te maken krijgen met denieuwe systematiek van financiering van bouw.Ook deze onzekerheid kan ervoor zorgen datzorginstellingen de kat uit de boom kijken. In

ZenF-0808-cyaan.qxd 12-9-2008 10:23 Pagina 101

Page 2: 1108 Bouwstop Dreigt In Care

zorg

102 8-2008 > zorg & financiering

de tussenliggende periode wil het ministerie vanVWS de bouwkosten vergoeden zonder te toet-sen of de plannen doelmatig zijn. Maar VWSschrijft aan zorginstellingen dat ‘ondoelmatigebouw’ in 2009-2011 leidt tot nadelige effecten bij

de invoering van integrale tarieven. Ook de on-zekerheid over wat ondoelmatige bouw is kanertoe leiden dat investeringen worden uitge-steld, zodat er een bouwstop ontstaat.Bron: Zorgvisie, 2 juli 2008<

1109 bouwcollege stelt ruimtebehoefte en financieel kader gesloten jeugdzorg vast

Op 1 januari 2008 is de Wet op de jeugdzorg(Wjz) aangepast om gesloten jeugdzorg moge-lijk te maken. Met ingang van 2010 moet vol-doende capaciteit (circa 1.400 plaatsen) be-schikbaar zijn voor deze nieuwe vorm vanjeugdzorg. Het Bouwcollege heeft onlangs hetruimtelijk en financieel referentiekader ‘Huis-vesting voor gesloten jeugdzorg’ vastgesteld.

Sommige jongeren hebben dusdanig ernstigegedragsproblemen dat zij niet (meer) in de regu-liere jeugdzorg terechtkunnen. Lange tijd werddeze groep op civielrechtelijke basis in een justi-tiële jeugdinrichting (JJI) geplaatst, samen metstrafrechtelijk veroordeelde jongeren. Deze situ-atie leidde alom tot veel onvrede, mede omdathet verblijf te lang duurt en vaak alleen opvangen niet zozeer interventie en behandeling kun-nen worden geboden. Daarom heeft de overheidbesloten voor de opvang van deze jongerennieuw zorgaanbod te creëren in de vorm van ge-sloten jeugdzorg, met gedwongen opneming,gesloten verblijf en toepassing van vrijheidsbe-perkende maatregelen tijdens het verblijf; ditalles echter zo kort mogelijk, zo intensief alsnodig en altijd als onderdeel van een traject. Datgebeurt door overheveling van acht JJI’s van hetministerie van Justitie naar het programma-ministerie Jeugd en Gezin en door ontwikkelingvan nieuwe initiatieven. De jeugdzorg beschiktdan over een volledig, samenhangend aanbodaan zorg, van ambulante hulpverlening tot enmet gesloten jeugdzorg.

Ruimtebehoefte en investeringskosten

Om zich een oordeel te kunnen vormen over deruimte- en investeringsbehoefte heeft ministerRouvoet het Bouwcollege verzocht een referen-tiekader voor de huisvesting van gesloten jeugd-zorg te ontwikkelen. Een klankbordgroep, metvertegenwoordigers uit de sector, heeft de tot-standkoming van het referentiekader begeleid.Als basis voor het referentiekader heeft hetBouwcollege gebruikgemaakt van gegevens vanvoorzieningen voor AWBZ-doelgroepen (Alge-mene wet bijzondere ziektekosten) met min ofmeer vergelijkbare problematiek, in het bijzon-der (gesloten) voorzieningen voor orthopsychia-trie.De beschreven bouwkundig functionele uit-gangspunten zijn geen (kwaliteits)eisen waar-aan de beoogde voorzieningen per se moetenvoldoen. Ze zijn primair geformuleerd om hetkader voor de investeringskosten voor bouw tekunnen bepalen. Dat neemt niet weg dat ze voorinstellingen een belangrijke inspiratiebron kun-nen zijn bij de ontwikkeling van bouwprojecten.Om die reden is ook een aantal praktijkvoor-beelden opgenomen, inclusief enkele van buitende gesloten jeugdzorg.De ruimtebehoefte en investeringskosten voorgesloten jeugdzorgvoorzieningen zijn berekendvoor drie capaciteiten (24, 64 en 96 plaatsen) enkomen gemiddeld uit op 97 vierkante meter res-pectievelijk 230.000 euro per plaats (inclusiefgrondkosten). De maximale investeringskosten

ZenF-0808-cyaan.qxd 12-9-2008 10:23 Pagina 102