1 Zenuwstelsel / Hersenen. 2 Zenuwstelsel Wat doet het zenuwstelsel? van informatie Sensor Stimulus...
-
Upload
alexander-sanders -
Category
Documents
-
view
222 -
download
3
Transcript of 1 Zenuwstelsel / Hersenen. 2 Zenuwstelsel Wat doet het zenuwstelsel? van informatie Sensor Stimulus...
1
Zenuwstelsel / Hersenen
2
Zenuwstelsel
Wat doet het zenuwstelsel?
van informatie
SensorStimulus
InputVerwerken
Output
EffectorEffect
ontvangen doorgeven, sorteren reguleren
2
3
Sensor, receptor
Sensorische input
Integratie
Effector
Motorische output
Perifeer zenuw-stelsel (PZS)
Centrale zenuw-stelsel (CZS)
Brengt verbindingen in stand tussen alle sensoren en effectoren
3
hersenen, ruggenmerg
4
Zenuwstelsel
Interne stimuli:
Stimulus, voorbeelden ?
ReceptorZintuigcellen, zintuigen
Effectorspierenklieren
Effectcontractieproductie
Zenuwstelsel
licht, geluid, druk (tast), temp, geur, smaak
bloeddruk, CO2 niveau in bloed, spierspanning
Externe stimuli:
4
Brengt verbindingen in stand tussen alle sensoren en effectoren
5
Zenuwweefsel
Communicatie neuronen electrische signalen lange afstand
impuls
chemische signalen korte afstandneurotransmitter
Celtypen Neuronen Gliacellen
geleiden prikkels, impulsen
beschermen, voeden, isoleren v neuronen
5
!
6
Zenuwweefsel
Dendrieten
Stimulus
Kern
Cellichaam
Axonheuveltje
Presynaptischecel
Axon
Synaptische uiteindenSynaps
Postsynaptische celNeurotransmitter
neuron cellichaam dendrieten: ontvangen allen vertakt axon : geeft signaal door
eind vertakt, synaps vaak > dendrieten
synaps meestal chemische signalen,neurotransmitters: info naar ontvangende cel
6
7
Motor neuronMotor neuron
Stuurt signaalnaar effector(spier)
Zenuwweefsel
Dendrieten
schakelneuron
Portion of axon Cell bodies of
overlapping neurons
Integreert signalen(hersenen ganglia)
80 µm
Sensibel neuron
Axon
Cellichaam
Ontvangt signaalvan receptor
8
Motor neuronMotor neuron
Stuurt signaalnaar effector(spier)
ZenuwweefselFig. 48-5
Dendrieten
deel van axon Cellichamen van
overlappende neuronen
Integreert signalen(hersenen ganglia)
80 µm
Ontvangt signaalvan receptor
schakelneuroninterneuron
Sensibel neuron
8
Axon
Cellichaam
9
Motor neuronMotor neuron
Stuurt signaalnaar effector(spier, klier)
ZenuwweefselFig. 48-5
Dendrieten
deel van axon Cellichamen van
overlappende neuronen
80 µm
motorneuronSensibel neuron
Axon
Cellichaam
Ontvangt signaalvan receptor
Integreert signalen(hersenen ganglia)
schakelneuroninterneuron
10
Axon
Plasmamembraan
Cytosol
Actiepotentiaal
Na+
Communicatie neuronen
lange afstand: electrische signalen
lange afstand
actiepotentiaal, impuls
11
Glia-cellen; cel van Schwann
Cel van SchwannAxon
Axon
Myelineschede
Schwanncell
Knopen vanRanvier
cel vanSchwann
Kern van celvan Schwann
Knoop van Ranvier
Myeline lagen
ziet er wit uit (door vet)
Communicatie neuronenlange afstand
12 Sterke depolariserende stimulus
+50
Mem
bra
ne
po
ten
tia
l (m
V)
–50 Drempelwaarde
Rustpotentiaal
–1000 2 3 4
Tijd (msec)1 5
0
Actiepotentiaal
6
+ + + + + + +- - - - - - -
- - - - - - -+ + + + + + +
+ +
+ +Na+
- -
- -
impuls =actiepotentiaalalles of niets
trigger
Depolarisatiemembraanpotentiaalwordt minder negatief
13
Voltage-gatedCa2+ channel
Ca2+12
3
4
Synapsspleet
Ligand-gatedion channels
Postsynaptischmembraan
Presynaptischmembraan
Synaptische blaasjesmetneurotransmitter
5
6
K+Na+
Communicatie neuronen chemische signalen: korte afstand
synaps: chemisch (meestal):neurotransmitters, of electrisch (soms)
verandering membraan-potentiaal (V binnen – V buiten)
14
14
electrisch signaal → chemisch signaal (neurotransmitter)
Binding neurotransmitter aan postsynaptische ligand gated kanaal:Ligand gated kanalen open:
Exciterend neuron stimuleert postsynaptische cel (+); depolarisatie (bv influx Na+)
Inhiberend neuron remt postsynaptische cel (-);hyperpolarisatie (bv influx Cl-)
Synaps
een neuron kan verbinding hebben met meerdere andere neuronen
Communicatie neuronen korte afstand
Postsynaptische potentiaal
15
Synaps
Postsynaptischneuron
Synaptischeindevan pre-synaptischeneuronen
5 µ
m
meerdere synapseinden op één neuron !
uiteindelijke membraanpotentiaal hangt af van het totaal aan synapssignalen
Communicatie neuronen korte afstand
16
+
-
-
Communicatie neuronen korte afstand
17
17
eind van presynaptischneuron
E1
E2
I
Postsynaptischneuron
Drempelwaarde axon v postsynaptisch neuron
Rustpotentiaal
E1 E1
0
–70
Mem
bra
ane
po
ten
tiaa
l (m
V)
(a) Blijft onder drempelwaarde (b) E1 en E2 zo snel achterelkaar dat ze gedeeltelijk optellen: boven drempelwaarde
E1 E1
Actionpotential
I
Axonheuvel
E1
E2 E2
E1
I
Actionpotential
E1 + E2
(c) E1 en E2 komen samenboven de drempelwaarde
I
E1 E1 + I (d) Spatial summation
of EPSP and IPSP
E2
E1
I
E1 en E2: stimulerende neuronen: depolarisatie, stimuleert postsyn. potentiaalI is een remmend neuron: hyperpolarisatie, remt postsynaptische potentiaal
Communicatie neuronen korte afstand
uiteindelijke membraanpotentiaal hangt af van het totaal aan synapssignalen
Axon-heuvel (Axon hillock)
18
Synapspotentiaalvarieert, is gradueel
hoogte afhankelijk van hoeveelheid neurotransmitterafstand tot synaps
Axon heuvel (hillock)
plaats waar de membraanpotentiaal de opgeteldeeffecten van de synapspotentialen vertegenwoordigt
Actiepotentiaal alles of niets
18 Communicatie neuronen korte afstand
19Fig. 49-19
(a) Versterken of verzwakken van synapsen als reactie op activiteit(“use it or lose it’)
N2
(b) De sterkte van de postsynaptische respons kan toenemen bij twee synapsen als deze twee vaak tegelijkertijd worden geactiveerd.
N1
N2
N1
20Fig. 49-19
(a) Versterken of verzwakken van synapsen als reactie op activiteit(“use it or lose it’)
N2
(b) De sterkte van de postsynaptische respons kan toenemen bij twee synapsen als deze twee vaak tegelijkertijd worden geactiveerd.
N1
N2
N1
21
Staat aan de basis van geheugen en leren
Embryo 1) aanleg overall structuur zenuwstelsel
2) Neuron- en synaps- eliminatie
Neurale plasticiteitin staat tot her-modelleren als reactie op activiteit
toevoegen, versterken, of verliezen van synapsverbindingenvgl snelwegen
Na geboorte:
Communicatie neuronen korte afstand
22
Neurotransmitters vele soorten elk met verschillende receptoren
Communicatie neuronen korte afstand
Medicijnen; vaak gericht tegen type receptordrugs
interactie neurotransmitter en z’n receptordirect (ionkanaal) óf activatie signaaltransductiepad
verwijdering van deze neurotransmitter
bijvoorbeeld dopamine, adrenaline, acetylcholineepinephrine
acetylcholinestimulerende neurotransmitter spiercellen (muv hart)wordt afgebroken door acetylcholinesterasebotulisme, bacterie produceert toxine: remt afgifte van acetylcholine
23Fig. 49-22
Nicotinestimuleertdopamine-releasingVTA neuron.
Cerebraalneuron vanbeloning pathway
Opium en heroineverminderen de activiteit van het remmende neuron.
Cocaine enamphetaminesblokkeren de verwijdering van dopamine.
Beloningsysteemrespons
http://www.teachers.tv/video/31471 vanaf 28:20synapsen en verslaving
24
synaps gespecialiseerde plaats van communicatie tussen twee neuronen een neuron en een effector een sensorische cel en een neuron
effect op postsynaptische cel wijziging membraanpotentiaal wijziging metabolisme cel
effect snel remmend of stimulerend
staat aan de basis van ontwikkeling van leren en geheugen
veel gebruiken: sterker / niet gebruiken: zwakker
Communicatie neuronen korte afstand
25
Sensorisch neuron vanDe spier communiceertook met eenschakelneuron inhet ruggemerg
Het sensorisch neuron communiceert methet motorneuron dat vervolgens de spier aanstuurt
Sensorisch neuron
Ruggemerg (dwarsdoorsnede)
Grijze materie
Witte materie
Cellichaam van het sensorisch neuron in de dorsale hoofdganglion
Sensorische neuron
Motor neuron
Schakelneuron
25
Reflex
26
Centraal zenuwstelsel (CZS)
Perifeer zenuwstelsel(PNS)
Hersenen
Ruggemerg
Kopzenuwen
Ruggenmergszenuwen
Zenuwvezels en Ganglia buiten het CNS
Zenuwstelsel
zenuwen = bundels axonen; ganglia = groepjes perikarya; afferent en efferent
27
Centraal Zenuwstelsel
“Grijze massa”
Witte stof
Ventrikels
Grijze stof
uit holle dorsale neurale buis (embryologie)
Grijze stofcellichamen neuronendendrieten, synapsenongemyeliniseerde axonen
Witte stofbundels gemyeliniseerdeaxonen
Cerebrospinale vloeistof
28
Perifeer ZS
Somatisch ZS
Autonoom ZS
Sympatisch Parasympatisch Enterisch
skeletspierenvnl respons opexterne stimulivaak o.i.v wiluitz: reflexen
processeninterne omgevingonvrijwillig
activatie bij activiteit activatie bij rust
Perifere zenuwstelsel
wordt ook door sympatisch en parasympatisch zs gereguleerd
29
Perifeer ZS
Somatisch ZS
Autonoom ZS
Sympatisch Parasympatisch Enterisch
skeletspierenvnl respons opexterne stimulivaak o.i.v wiluitz: reflexen
processeninterne omgevingonvrijwillig
activatie bij activiteit activatie bij rust
Perifere zenuwstelsel
wordt ook door sympatisch en parasympatisch zs gereguleerd
30
Zenuwstelsel Perifere zenuwstelsel
efferente neuronen afferente neuronen
somatisch systeem
autonome systeem
• brengt signalen naar en van skeletspieren• vnl respons op externe stimuli
• vaak oiv wil• echter ook: hersenstam en ruggemerg (reflexen) !!!!!
• stuurt processen interne omgeving aan• gladde spieren, spijsverteringsorganen, cardiovasculaire-, excretie-, endocriene systemen• meestal onvrijwillig
31
Zenuwstelsel Perifere zenuwstelsel
efferente neuronen afferente neuronen
autonome systeem• stuurt processen interne omgeving aan• gladde spieren, spijsverteringsorganen, cardiovasculaire-, exretie-, endocriene systemen• meestal onvrijwillig
parasympatisch sympatisch
activatie bij rust (“rest and digest”)activatie bij activiteit (“fight or flight”)
Voorbeelden!fig 48.22
32
Zenuwweefsel
sorteren van een complexeverzameling van neuronpaden en verbindingen:
interneuronen !
Verwerken informatiehersenen organisatie van een groep neuronenganglion eenvoudigere clustering cellichamen
‘Kanalisatie’ informatiezenuw bundel van axonen
Integratie, verwerken informatie ?
ganglion = zenuwknoop
33
Het Brein
Veel details; embryonale ontwikkeling niet leren !
Denk b.v. aan
leervermogen, emoties, maken van beslissingenontwikkeling kinderen
34
Het Brein
Grote hersenen
Thalamus
Hypothalamus
Hypofyse
hersenschors(cerebral cortex)
MiddenhersenenPons
Verlengde merg(Medulla oblongata)
Kleine hersenen(Cerebellum)
Ruggen-merg
(Cerebrum)
Hersenstam = middenhersenen, pons, verlengde merg
35
Grote hersenen twee helften elk met grijze stof in schors (neocortex) en witte stof met basale kernen
belangrijk bij plannen en bij leren van bewegingen
Grote hersenen
Thalamus
Hypothalamus
Hypofyse
hersenschors(cerebral cortex)
Middenhersenen Pons
Medulla oblongata
Kleine hersenen
Rugge-merg
(Cerebrum)
Grote hersenen (Cerebrum)
36
Cerebrum
Hersenschors
2 helften (hemisferen)
corpus callosum: dikke band v axonen, communicatie L&R
cortex perceptie, vrijwillige bewegingen, leren, plannen
zeer groot bij mens (80% v totale hersenmassa)
grote ontwikkeling doorgemaakt tijdens evolutie
per hemisfeer te verdelen in 4 kwabben
(frontale, temporale, occipitale en parietale kwab)
Grote hersenen
37
Het Brein HersenschorsFig. 49-15
Spraak
Occipitale kwab
Visie
Temporale kwab
Frontale kwabParietale kwab
sensorischassociatie gebiedFrontale
associatiegebied
Visueelassociatiegebied
Lezen
Smaak
Gehoor
Auditoryassociationarea
Spraak
Reuk
Mo
tor
cort
exse
nsor
isch
e co
rtex
38 Hersenschors
cortex / hersenschors
sensorische gebieden
ontvangen en verwerken sensorische info
associatie gebiedenintegreren info van diverse delen van het breintoegenomen tijdens zoogdier-evolutie
motorische gebieden
sturen informatie naar de juiste spieren of klieren
39
Het Brein
sensorischeinfo
sensorische gebieden
associatiegebieden
perceptie en geheugen
frontale associatiegebied
emoties, plannen vanacties & bewegingen
motorischegebieden
“motorcommando’s”
viahersenstam
ruggen-merg
motorneuronen
spiercellen
viathalamus
Hersenschors
40
Het Brein HersenschorsFig. 49-15
Spraak
Occipitale kwab
Visie
Temporale kwab
Frontale kwabParietale kwab
sensorischassociatie gebiedFrontale
associatiegebied
Visueelassociatiegebied
Lezen
Smaak
Gehoor
Auditoryassociationarea
Spraak
Reuk
Mo
tor
cort
exse
nsor
isch
e co
rtex
41
Het Brein
Primaire somato-sensorische cortex
Frontal lobe
Pharynx
Parietal lobe
TeethGumsJaw
Tongue
Lips
Face
Nose
Eye
Thumb
FingersH
andForearmE
lbo
wU
pp
er arm
Head
Neck
Tru
nk
Hip
Leg
Genitals
AbdominalorgansPrimaire
motor cortex
Tongue
Toes
Jaw
Lips
Face
Eye
Brow
Neck
FingersH
andW
ristF
orearmE
lbo
wS
ho
uld
er
Tru
nk
Hip
Kn
ee
Thumb
ordening per lich deelHersenschors
42
Het Brein
Generating words
Max
woordenspreken
woordenhoren
Seeing words
Min
Broca’s gebied
Wernicke’s gebied
Hersenschors
linker helft twee gebieden
43
Het Brein
Spraak en taal
Koppeling schades aan hersengebieden en gedrag
Gebied 1
Gebied 2
(voorkant primaire motorschors)
Alleen linker helft, twee belangrijke gebieden
gezichtsspieren
actief tijdens generatie van spraak
(posterior deel linker temporale lob)
actief bij luisteren, begrijpen wat gezegd wordt
defect: wel praten, niet begrijpen wat gezegd wordt
defect: niet kunnen praten, wel begrijpen wat gezegd
Hersenschors
44
Het Brein
Lateralisatie
linker en rechter hemisfeer niet identiek qua functies
bv. spraak linker helft
Linker helft
Analyse van informatie, Wiskunde, logische handelingen,volgordes
Rechter helftSynthese: schetsen, kaartlezen, niet verbale gedachten, herkennen patronen, gezichten
linker helft ziet details (bomen) rechterhelft ziet het groter geheel (bos)
Hersenschors
45
Het Brein
Emoties
ThalamusHypothalamus
Prefrontalcortex
Olfactorybulb
Amygdala Hippocampus
bij vormen en ervaren emoties veel gebieden betrokken
Limbisch systeem
rond hersenstam
combinaties van functies:emotie, motivatie, reuk,gedrag, geheugen
bv
Prefrontale cortex beslissingen, emotionele ervaringen, temperament
Amygdala
emotioneel geheugen
filmpje!!! (3, ca 4’)
Hersenschors
46
Het Brein
adolescent
belangrijke veranderingen in hersenen
de prefrontale lobben ondergaan een zeergrote, belangrijke maturatie-stap
vormgeven aan gedrag, personaliteit, zelfbewustzijnidentiteit
prefrontale cortex coordineert vele andere regio’s
neuronen maken verbindingen met andere
welke verbindingen in stand blijven en welke verdwijnenafhankelijk van de activiteit van de adolescent
“use it or lose it”
Hersenschors
47
Het Brein
Cerebrale cortex
korte termijn geheugen
lange termijn geheugen
toegankelijk via tijdelijke verbindingen in hippocampus
verbindingen in hippocampus aangemaakt, maar door cortex meer permanent gemaakt
Geheugen en leren
Hersenschors
48
Bouw, creativiteit, onbewust leren
http://www.teachers.tv/video/19827
15 min bouw, creativity, unconscious learning
49
Cerebellum helpt coördinatie motor-, perceptie- en cognitieve functiesbetrokken bij leren en onthouden bewegingsbekwaamheden
Grote hersenen
Thalamus
Hypothalamus
Hypofyse
hersenschors(cerebral cortex)
Middenhersenen Pons
Medulla oblongata
Kleine hersenen(cerebellum)
Rugge-merg
(Cerebrum)
Kleine hersenen
Kleine hersenen
bv oog-hand coordinatie
bijsturen / fijne motoriek!
50
Medulla
‘steunzender’ info tussen PZS en hoger brein
Reticulaire formatie netwerk v neuronen dat slaap en ‘arousal’ regelt
in medulla:axonen kruisen v links naar rechts
controle automatische, homeostatische functies bv ademh., hart en bloedvatactiviteiten, slikken, braken, vertering
hersenstam; evolutionair ‘oud’
aandacht, waakzaamheid,eetlust, motivatie
Grote hersenen
Thalamus
Hypothalamus
Hypofyse
hersenschors(cerebral cortex)
Middenhersenen Pons
Medulla oblongata
Kleine hersenen(cerebellum)
Rugge-merg
(Cerebrum)
middenhersenen pons medulla (oblongata)
Middenhersenen
Pons
51
Het Brein
stuurt sensorische en motorische info van en naar cerebrumthalamus
hypothalamus regelt homeostase (thermostaat)
regelt basale overlevingsgedragingen (honger, dorst)
‘pacemaker’ voor circadiane ritmes (suprachiasmatische kern)
chiasma opticum
epifyse
sexueel-, paringsgedrag, fight- or flight respons, plezier
melatonine (uit serotonine, uit tryptofaan –oa in melk):belangrijke rol bij slapen/waken, seizoensritmes
Grote hersenen
Thalamus
Hypothalamus
Hypofyse
hersenschors(cerebral cortex)
Middenhersenen Pons
Medulla oblongata
Kleine hersenen(cerebellum)
Rugge-merg
(Cerebrum)
kruising oogzenuwen
52
(Middenhersenen)
bevat centra voor ontvangen en integratie diverse typen sensorische informatie
stuurt sensorische info naar specifieke regio’s van de voorhersenen (onderdeel van de grote hersenen)
zoogdieren: zicht wordt geïntegreerd in grote hersenen zoogdieren: coördinatie visuele reflexen
(Middenhersenen)
53
Het Brein
http://www.teachers.tv/video/13838 4 min bouw hersenschorshttp://www.teachers.tv/video/19827 15 min bouw, creativity, unconscious learninghttp://www.teachers.tv/video/19829 13 min sensitieve perioden, plasticiteit, omgevinghttp://dsc.discovery.com/videos/understanding-the-brain-genius.html 3 minhttp://www.pbs.org/wgbh/nova/sciencenow/3410/01.html slaap; ca 13 minhttp://www.teachers.tv/video/31471 55 min; vanaf 28 min over verslaving
http://www.mhhe.com/biosci/ap/histology_mh/tismodov.html#overview
Histologie zenuwweefsel
Leuke, leerzame internetsites
http://www.kennislink.nl/publicaties/optische-illusies-hoe-je-brein-je-voor-de-gek-houdt