& INNOVATIES Promedico en Care2U slaan handen ineen ... 07 2015 Promedico en Care2U.pdf · Marc...
Transcript of & INNOVATIES Promedico en Care2U slaan handen ineen ... 07 2015 Promedico en Care2U.pdf · Marc...
ORGANISATIE & INNOVATIES
‘Samen met alle partijen in de zorg kunnen we de zorg verbeteren’
mee voortdurend “werk in uitvoering”.
Van Arkel: ‘Deze snelheid van werken
maakt snel inspelen op nieuwe ontwik-
kelingen mogelijk. Andere ict-bedrijven
hebben bijvoorbeeld slechts een keer
per half jaar een nieuwe release.’
Afgezien van snelle ontwikkeling ken-
merkt het innovatieve proces zich ook
door structurele betrokkenheid van
zorgverleners die de softwaretoepas-
sing gebruiken. ‘In ons SCRUM-team
zit een user experience-expert die de
eindgebruikers structureel betrekt bij
de ontwikkeling en bijstelling van de
toepassing’, vertelt Van Arkel. ‘Dat is
belangrijk, want zorgverleners kijken
anders naar een softwaretoepassing dan
techneuten.’ <<
Betty van Wijngaarden
end wordt opgenomen en de specialist
constateert dat acute bijstelling van de
behandeling noodzakelijk is. De huisarts
wil hier graag meteen een melding van
krijgen in een pop-up scherm bij het op-
starten van het systeem. In situaties dat
er niets verandert, hoeft er geen signaal
te komen, en dient alleen het dossier ac-
tueel te zijn.’
Snel schakelen met releasesOm snelheid te houden in de innovaties,
werken zij samen vanuit cocreatie. Van
Arkel: ‘Wij werken cyclisch, in SCRUM-
teams. Om de anderhalve maand heb-
ben we een nieuwe release.’ Boerkamp:
‘We maken eerst een eerste versie, ex-
perimenteren hier mee in de praktijk en
stellen dit dan bij met een volgende re-
lease.’ Softwaretoepassingen zijn daar-
een zorggroep die de ict rondom keten-
zorg procesmatig wilde vormgeven. ‘De
aanloop tot onze samenwerking was
een lang proces’, zegt Boerkamp. ‘We
hebben er ruim de tijd voor genomen
om elkaar beter te leren kennen, en met
elkaar “in fase” te komen.’
AlarmbelDe eerste concrete actie in de samen-
werking bestaat uit een betere koppe-
ling tussen het HIS van Promedico en
het ketenondersteuningssysteem van
Care2U. Boerkamp: ‘Een betere kop-
peling komt de gebruiksvriendelijk-
heid ten goede. Zorgverleners hoeven
dan bijvoorbeeld niet meer twee keer
dezelfde informatie in te voeren.’ De
tweede actie is de samenvoeging van
hun support. De grotere helpdesk die
daarvan het gevolg is, maakt een betere
serviceverlening naar klanten mogelijk.
Ten derde gaan zij actief aan de slag met
innovatieve ontwikkeling. Van Arkel: ‘In-
novatie is belangrijk omdat we te maken
hebben met complexe softwareoplos-
singen. Als je niet regelmatig innoveert,
wordt het steeds moeilijker om de snelle
ontwikkelingen in de zorg bij te hou-
den.’ Boerkamp vult haar aan: ‘De zorg
wordt steeds complexer door comorbi-
diteit, de hoeveelheid zorgverleners die
bij een chronisch patiënt betrokken zijn
en door data van zelfmetingen van pa-
tiënten. Maar ook door complexe zorg-
ketens, zoals in de ggz of ouderenzorg.
Goede data-uitwisseling vereist van
ict-systemen het vermogen om dit pro-
cesmatig te kunnen ondersteunen.’ Zo
wil een huisarts of praktijkondersteuner
alleen een signaal of “alarmbel” krijgen
als er bij een patiënt sprake is van afwij-
kende waardes of van een verandering
in de situatie. Van Arkel: ‘Daarvoor is het
nodig om bestaande ict slimmer toe te
passen, bijvoorbeeld met dashboards.’
Boerkamp geeft een voorbeeld: ‘Stel
dat een chronisch patiënt in het week-
en logistieke software voor ketenzorg.
De landelijke dekking van Promedico
is een voordeel waar Care2U graag op
aanhaakt.
Wat “DNA” betreft passen de organi-
saties eveneens goed bij elkaar. Beide
zijn ontstaan vanuit zorgverleners die
de handen ineen sloegen om tot goede
ict-oplossingen te komen. Promedico
is voortgekomen uit een stichting met
huisartsen. Care2U is het resultaat van
alle keteninformatiesystemen en koppe-
lingen met andere partijen. Van Arkel:
‘Andere partijen zijn eveneens belang-
rijk voor ons.’
“In fase” komenDe twee organisaties willen met hun
samenwerking synergie op gang bren-
gen en slimmere koppelingen tussen de
verschillende systemen maken. ‘Het gaat
om het verbeteren van de zorg door di-
gitale ontsluiting van informatie over de
gehele keten, met als doel betere zorg
voor en rondom de patiënt’, zegt Van Ar-
kel. ‘De zorg loopt achter op ict-gebied.
Dankzij onze samenwerking kunnen wij
zorgverleners helpen om fl exibel en snel
stappen voorwaarts te maken.’
De samenwerking vindt zijn vorm in
een minderheidsbelang dat Promedico
in Care2U heeft genomen. Ze gaan el-
kaar versterken bij ketenkoppelingen,
technologische ontwikkeling, archi-
tectuur en support. Dit zou leiden tot
meer innovatie, tot betere ondersteu-
ning van zorgverleners en daarmee
tot betere zorg voor de patiënt. De
software toepassingen van beide be-
drijven zijn complementair. Inhoudelijk
vullen beide bedrijven elkaar aan van-
uit hun specifi eke expertise, namelijk
software oplossingen voor huisartsen
Een investering in de toekomst, waar-
van zorgverleners én patiënten op ter-
mijn de vruchten zullen plukken. Dat is
wat Promedico ICT en ketenondersteu-
ningssysteem Care2U beogen met hun
samenwerking. Promedico is leveran-
cier van het HIS Promedico ASP en VDF
en overige softwaretoepassingen voor
de eerstelijnszorg. Care2U is een ge-
specialiseerde softwaretoepassing voor
procesmatige ketenzorg.
‘Samen met alle partijen in de zorg kun-
nen we de zorg verbeteren’, zegt Pita
van Arkel, algemeen directeur Prome-
dico. Daarom streven we ook open
ict-systemen na.’ Michiel Boerkamp,
directeur Care2U vult haar aan: ‘Wij ge-
loven in open systemen die ook goed
matchen met de ict-systemen van ande-
re leveranciers. Verschillende systemen
die goed met elkaar kunnen koppelen,
is namelijk in het belang van alle zorg-
verleners en patiënten. Die verbinding
willen wij graag vormgeven.’
Ondanks de voordelen die beide or-
ganisaties zien in hun samenwerking,
geven zij nadrukkelijk aan eveneens
open te staan voor andere partijen. Zo
blijft Care2U naast Promedico ook alle
andere huisartsinformatiesystemen on-
dersteunen. Hetzelfde geldt voor de
dienstverlening van Promedico naar
Goede ict-ondersteuning is voor de eerstelijnszorg van het grootste belang
om snel op nieuwe ontwikkelingen te kunnen inspelen. De zorgsector
heeft op ict-gebied nog een inhaalslag te maken. Daarnaast neemt de
complexiteit van zorg in rap tempo toe en krijgen zorgverleners te maken
met een “explosie” aan data. Om de eerstelijnszorg hierbij innovatief en
procesmatig zo goed mogelijk te kunnen ondersteunen, slaan Promedico
ICT en keten ondersteuningssysteem Care2U vanaf heden de handen ineen.
Samenwerking ondersteunt innovatie en inspelen op ontwikkelingen
Promedico en Care2U slaan handen ineen
Pita van Arkel, algemeen
directeur Promedico: ‘Het
gaat om het verbeteren
van de zorg door digitale
ontsluiting van informatie
over de gehele keten, met
als doel betere zorg voor
en rondom de patiënt.’
Michiel Boerkamp, directeur Care2U: ‘De zorg wordt
steeds complexer. Goede data-uitwisseling vereist
van ict-systemen het vermogen om dit procesmatig
te kunnen ondersteunen.’
24 DEEERSTELIJNS SEPTEMBER 2015 DEEERSTELIJNS SEPTEMBER 2015 25
ONDERZOEK & WETENSCHAP
Deze organisatievorm verbetert zowel de gezondheids-
toestand als meer doelmatigheid op populatieniveau
Uit nadere analyse blijkt dat kosten te-
rugdringen over de keten heen uitslui-
tend effectief is als men dit op voldoen-
de schaalniveau realiseert, zodanig dat
investering in de populatie loont voor
het verminderde tweedelijns bezoek.
Coördinatie over specialistische zorg
dient binnen de eerste lijn te worden
gerealiseerd op een schaalniveau dat
aansluit bij doelmatigheidswinst op spe-
cialistische schaal.
De volgende stapVoor Nederland lijkt dit een logische
volgende ontwikkelingsfase van de eer-
stelijns gezondheidszorg. Voor succes-
volle substitutie is een juist schaalniveau
van belang, dat van de epidemiologie
van de specialistische zorg. Consequen-
tie voor de Nederlandse situatie is dat
eerstelijnszorg en ziekenhuiszorg zich
op een vergelijkbaar schaalniveau die-
nen te organiseren (bijvoorbeeld het ni-
veau van het adherentiegebied van het
ziekenhuis), maar ook in samenwerking
coördinatie over specialistische zorg in
de eerste lijn te beleggen. Hiermee is
het pas mogelijk om substitutie voor
verschillende ziektebeelden vanuit één
organisatorisch construct te realiseren.
Dit zijn vooralsnog eerste aanwijzingen.
Onduidelijk blijft of deze PCMH-vorm
tot betere Triple Aim-resultaten leidt
dan optimalisatie van gefragmenteerde
ketens. Meer bewijs voor toegevoegde
waarde van verschillende organisatie-
vormen blijft dan ook geboden. <<
Marc Bruijnzeels
gestimuleerd als voorbereiding op Ac-
countable Care Organisaties. Opvallend
in de omschrijving en implementatie is
dat deze PCMH’s op een schaalniveau
van meer dan 50 duizend inwoners ont-
staan, met een multidisciplinair team
afgestemd op de populatiebehoeften
op lokaal niveau. Een organisatie die
tevens verantwoordelijkheid voor coör-
dinatie van specialistische zorg tot haar
takenpakket rekent (onder de noemer
coordinated care), en die populatie-
management ondersteunt voor de lo-
kale multidisciplinaire teams (specifi eke
lokale doelgroepen bedient). In het
bewijs over effectiviteit van deze orga-
nisatievorm komt sterk naar voren dat
men zowel de gezondheids toestand
verbetert als meer doelmatigheid op
populatieniveau bewerkstelligd. De be-
langrijkste resultaten op doelmatigheid
komen door het verminderd aantal acu-
te opnames en poliklinische bezoeken
en door een verkorte ligduur in de ver-
pleeghuiszorg.
beelden is de tendens dat op een groter
schaalniveau (meer dan circa 50 duizend
inwoners) de zorg effi ciënter kan wor-
den ingericht; kwaliteit verbetert en kos-
ten worden enigszins gedrukt. Doelma-
tigheidsvoordelen komen voornamelijk
door gemeenschappelijke backoffi ce en
ondersteuning als gevolg van de grotere
schaal. Dit lijkt kosten te drukken, ech-
ter uitsluitend kosten in dát deel van de
keten waar de back offi ce en ondersteu-
ning op zijn gericht. De effecten over de
keten heen richten zich voornamelijk op
kwaliteit van zorg. Doelmatigheidswinst
op populatie niveau op dit schaalniveau
is niet aangetoond (wat niet wil zeggen
dat het er niet is).
Recent zijn in de Verenigde Staten
Patient-Centered Medical Homes ont-
staan. Dit is een model voor organisa-
tie van de eerstelijns gezondheidszorg
rond vijf pijlers: comprehensive care,
patient centered, coordinated care, ac-
cesible services and quality and safety.
Deze PCMH’s worden momenteel sterk
Uitgangspunten juiste schaalAnalyse van genoemde literatuurstudie
toont een tendens die leidt tot een aan-
tal uitspraken over de effectiviteit van
verschillende organisatievormen. De
effectiviteit van organisatie is geordend
naar de drie Triple Aim-doelstellingen:
betere ervaren kwaliteit van zorg, betere
gezondheidstoestand en lagere kosten.
Voor samenwerking op lokaal niveau
tot een maximum van circa 15 duizend
inwoners is het resultaat vaak in termen
van verbeterde kwaliteit van zorg. Het
betreft veelal projecten die aansluiten
bij de populatiebehoeften in de spe-
cifi eke lokale context. Voor specifi eke
doelgroepen zoals migranten, jeugd of
juist ouderen wordt zorgvernieuwing
ontwikkeld en geïmplementeerd.
Op dit schaalniveau is in het litera-
tuuronderzoek in de dagelijkse prak-
tijk voornamelijk effect op de kwaliteit
van zorg aangetoond. Er is weinig ef-
fect gevonden op gezondheidstoestand
en doelmatigheid. Vanuit de ervaring in
Nederland is structurele inbedding (or-
ganisatorisch en fi nancieel) van dit type
zorgvernieuwing zeer lastig.
Voor samenwerking op specifi eke ziekte-
se ziektebeelden? Of moeten we naar
meer geïntegreerde organisatievormen
waarin de generalistische en specialis-
tische zorg wordt samengebracht, zoals
anderhalvelijnscentra?
In Nederland ontstaan nu veel verschil-
lende vormen. Focussen we bij samen-
werking op de professionele as, waarbij
zorgprofessionals vanuit de huidige or-
ganisatorische context intensiever gaan
samenwerken, óf focussen we ook op
de organisatorische as, waarin verant-
woordelijkheden over geld, plaats en
menskracht worden gedeeld. Hieronder
ligt een fundamenteel verschil in visie
over de juiste organisatievorm. Het ver-
schil uit zich in de vraag of men be-
reid is om zeggenschap over de keten
te delen met andere professionals en of
men delen van de eigen organisatie af
wil staan of niet?
Er is al veel over geschreven dat door
betere samenwerking tussen professio-
nals – bijvoorbeeld rondom chronische
zorg, ggz of zwangerschap en geboorte,
maar ook tussen social en primary care
– samenhangende zorg effectiever en
effi ciënter is. Een onderliggend mecha-
nisme is dat ketenoptimalisatie leidt tot
deze betere resultaten. Echter, het is nog
onvoldoende duidelijk hoe we deze af-
zonderlijke ketentrajecten organisato-
risch in de zorg moeten inbedden. Voor
sommige individuen, maar zeker in een
populatie, zijn meerdere ketentrajecten
tegelijkertijd nodig. Meerdere aandoe-
ningen komen gelijktijdig voor, maar
prevalenties, incidenties en beloop van
aandoeningen zijn verschillend.
Evidence juiste organisatievormVanuit de theorie vragen verschillen-
de aandoeningen voor optimalisatie
om een ándere organisatiegraad. Toch
trachten we deze verschillen in één
systeem van organisaties te bundelen.
Moet je dan juist integreren of fragmen-
teren? Is de huidige infrastructuur met
de scheiding tussen eerste en tweede
lijn (generalistisch en specialistisch) de
meest optimale? En waar ligt dan de
grens? Is deze verschillend voor diver-
Ziekenhuizen en de eerstelijnszorg steken veel energie in substitutie. Verschillende organisaties experimenteren
met nieuwe organisatievormen onder de noemer “anderhalvelijnszorg”. Echter het is onduidelijk op welke wijze
zij substitutie het beste kunnen vormgeven, aangezien de Triple Aim-effecten onvoldoende zijn onderzocht. Dit
artikel gaat in op een recente literatuurstudie van het Jan van Es Instituut (JVEI) naar de effecten van succesvolle
organisatievormen in de extramurale gezondheidszorg met speciale aandacht voor Triple Aim-uitkomsten.
Effectieve substitutie vraagt om schaal en samenwerking
Literatuurstudie naar effecten van succesvolle organisatievormen
Verschillende vormen anderhalvelijnszorg
1 Een ziekenhuis of groep specialisten opent een buitenpoli met laagdrempelig toegankelijke specialistische zorg.
2 Specialisten houden op gezette tijden spreekuur in een gezondheidscentrum.
3 Een gezondheidscentrum heeft online verbinding met een ziekenhuis om in-formatie over patiënten te sturen en advies aan een specialist te vragen.
4 Een verpleeghuis opent een geriatrische wijkpost voor eerstelijnszorg aan oudere patiënten met complexe gezondheidsproblemen.
5 Een zorggroep heeft een eigen oogarts, internist of longarts in dienst, waaraan huisartsen diagnostische en therapeutische vragen stellen.
6 Een zorggroep ontvangt met regelmaat nascholing/supervisie van een specia-list over de eigen diagnose en behandeling (Carrousel-model).
7 Een eerstelijns zorggroep werkt met kaderhuisartsen of gespecialiseerde para medici die adviezen geven over chronische aandoeningen of het bewe-gingsapparaat. Zij nemen een deel van de functie van de specialist over.
Tabel 1 Aanwezig bewijs voor de effectiviteit op de Triple Aim van verschillende eerstelijns
organisatievormen
Kwaliteit van zorg
Gezondheids-toestand
Kosten
Lokaal samen werkingsverband + – –
Regionale zorggroep + – +/–
Patient-Centered Medical Home + + +
26 DEEERSTELIJNS SEPTEMBER 2015 DEEERSTELIJNS SEPTEMBER 2015 27