Puberhersenen in ontwikkeling Monique Janssen Orthopedagoog Cursisten Service...

Post on 24-May-2015

215 views 1 download

Transcript of Puberhersenen in ontwikkeling Monique Janssen Orthopedagoog Cursisten Service...

Puberhersenenin ontwikkeling

Monique JanssenOrthopedagoog

Cursisten Service m.janssen@rijnijssel.nl

2

“ Het is niet eerlijk om van pubers te verwachten dat ze op een volwassen manier kunnen plannen, organiseren en reflecteren terwijl hun hersenen nog niet af zijn”

3

Verbinding leggen tussenneurowetenschap en onderwijs

4

Om er in te komen……………

Een paar vragen…………..

5

Waar is het woord “puberteit” van afgeleid?

a) Pubertas

b) Pubescentie

6

Hoeveel wegen de hersenen ?

• A) 1-1,5 kilo

• B) 2 – 2,5 kilo

7

Welk hersengebied geeft het “startsignaal” voor de pubertijd?• A) hypothalamus

• B) hypofyse

8

Wanneer start de adolescentieperiode?

• A) 14 jaar

• B) 10 jaar

9

Op welke manier “rijpen” de hersenen?

• A) van voor naar achteren

• B) van achteren naar voren

10

Goed kunnen plannen wordt voor een groot gedeelte aangestuurd door de……..

• A) Frontaal kwab

• B) Occipitale (achterhoofds) kwab

11

Welk deel van het brein maakt deel uit van de “emotiecentra”?• A) Amygdala

• B) Centrum van Wernicke

12

Welk hormoon is betrokken bij motivatie?

• A) melatonine

• B) Dopamine

13

Indeling presentatie

1) Algemene beschrijving sociale-emotionele ontwikkeling adolescentie

2) Ontwikkeling hersenen / adolescentenbrein

3) Wat betekent dit voor het pedagogisch en didactisch handelen en begeleiden?

14

Adolescentie

• Vroege adolescentie: (10 – 15 jaar)

• Midden adolescentie: (15 – 18 jaar)

• Late adolescentie (18 – 22 jaar)

(Crone 2008)

15

Vroege adolescenten 10 – 15 jaar

Zijn: maken zich los van oudersemotionele bindingen met

leeftijdgenotenDoen: handelen impulsief

niet te veel opvallenDenken/voelen: emotioneel gevoelig

gevoelig voor groepsdruk

16

Middenadolescenten 15 – 18 jaar

Zijn: ontwikkelen een eigen ikdurven af te wijken

Doen: experimenterensensation seeking/ risico’s

nemen

Denken/voelen: stemmingswisselingen

17

Late adolescenten (18 – 22 jaar)

Zijn: meer zelfbewusteigen identiteitminder gevoelig voor groepsdruk

Doen: meer verantwoordelijk opstellen

Denken/voelen: leren om vooruit te denkenbeter in staat tot zelfreflectievallen af en toe terug

18

Het begint bij hormonen!

19

Niet alleen lichamelijke veranderingen

20

hormonen

Tijdens de adolescentie vindt onder invloed van de hormonen nog een massale verandering plaats in de structuur van hersengebieden en de communicatie tussen hersengebieden

21

Het puberbrein

Hersenomvang bij een 6 jarige al 95 % van een volwassen brein

Die 5 % zal er toch wel snel bij groeien?

Maar uit recent hersenonderzoek blijkt:Hersenen zijn nog volop in ontwikkeling

tussen 10 en 25 jaar

22

Puberbrein 3 aspecten

• Prefrontale cortex is nog in ontwikkeling

• Ontwikkeling neurale netwerken: verbindingen tussen hersencellen en hersendelen worden gevormd en afgebroken

• Samenwerking tussen emotiegebieden en prefrontale cortex

23

Prefrontale cortex

24

Prefrontale cortex in ontwikkeling

• Geheugen• Kunnen schakelen• Kunnen bepalen wat belangrijk is en wat niet lange termijn planning• Feedback gebruiken• Niet belangrijk dingen kunnen negeren• Impulsen beheersen• het zich kunnen verplaatsen in de emoties,

behoeften, gedachten van de ander.

25

Werkproces: organiseer een project“organiseer een straatspeeldag”

• Plannen en organiseren• Inleven• Feedback gebruiken• Schakelen• Prioriteiten stellen• Reflecteren op competenties

26

Leren is het vormen van sterke en uitgebreide neurale netwerken

27

Doorgeven graag………..

neuronen geven berichten door via elektrische prikkels aan andere neuronen

“vuren”

Hoe vaker “gevuurd” wordt, hoe sterker de verbinding

“Neuronen die samen vuren worden goede buren” Onderling verbonden zenuwcellen vormen neurale

netwerken

28

Van moeilijk begaanbare paadjes

29

Naar misschien wel een snelweg

30

“snoeien doet groeien”Verbindingen die niet gebruikt worden, worden “gesnoeid”

31

Verdere organisatie van de hersenen: beter neuraal netwerk

Verbindingen tussen hersencellen worden gevormd en gebroken

Goede veel gebruikte verbindingen worden sterker

De zwakkere, niet gebruikte of niet efficiënte verbindingen sterven af

32

“Under construction”

• De ontwikkeling van het adolescentenbrein is te vergelijken met een geleidelijke groei van een wegennetwerk

Verbindingen worden sneller en efficiënter

33

Samenwerking tussen frontale cortex en emotiegebieden

34

Prefrontale cortex

35

Samenwerking tussen emotiegebieden en prefrontale cortex (ratio)

Onder invloed van toenemende hormonale veranderingen worden emotionele hersengebieden extra gestimuleerd en extra gevoelig.

Communicatie met de prefrontale cortex verloopt nog niet optimaal

36

Situatieschetsen

• Nu doen, meteen proberen, eerst genieten

gevoelig voor beloning en kicks)

• “kort lontje”

• Beoordelen sociale tekens van anderen

37

overactief

Emotiegedeelten van de hersenen zijn overactief onder emotioneel prikkelende situaties

Emotiesysteem kan niet altijd in “bedwang gehouden worden” door de controlerende frontale cortex

38

Kort samengevat:

• Emotiegebieden zijn volop actief en de frontaal kwab heeft het soms nog weinig voor het zeggen

39

En Nu?.......................

• Hersenen zijn nog vol op in ontwikkeling tijdens de adolescentie

40

Wat betekent dit nu voor het onderwijs?

Onderzoek mbo raad:

Mbo docenten “balans tussen sturen en loslaten is zoek”

41

De sprong van vmbo – mboverdrinken of leren zwemmen

42

Verdrinken of leren zwemmen

• “Een frontaalkwab in ontwikkeling betekent nu eenmaal: nog niet goed kunnen plannen, organiseren, prioriteiten stellen en anticiperen.”

• Het puberbrein kan verdrinken in een zee studieplanners, digitale leeromgevingen, pops en paps, competentieprofielen of……

• Misschien toch ook wel ontvankelijk voor de lessen van een goede zweminstructeur?

43

Vaardigheden: wat is nog in ontwikkeling?

- lange termijnplanning- Gevolgen zien op langere termijn- prioriteiten stellen- Stop zeggen/ impulsbeheersing- Reageren of schakelen in nieuwe situaties of bij

onverwachte consequenties/tegenslag/kritiek- Oriëntatie op later (bijvoorbeeld beroepskeuze)- Moeite met meerdere keuzemogelijkheden

44

Puberbrein betekent echter ook:

• Creatief denken• Buiten de gebaande wegen om denken• Goed kunnen debatteren/discussiëren• Redeneervermogen/ toenemende

abstractie• Omgaan met

multi-media/communicatiemiddelen

45

gevoelige periode

• Tussen 15 en 25 jaar is het moment om uit te blinken in sport en muziek

Ook de prefrontale cortex lijkt extra “kneedbaar”. Het is een gevoelige periode voor het aanleren van plannen, organiseren en wederkerigheid en reflecteren.

46

eigen structurerend vermogen en probleemoplossend vermogen• Ontwikkelt zich gedurende de

adolescentieperiode . Als jongeren goed begeleid worden kunnen de hersenen hier voordeel van hebben.

47

Kern

• De hersenen zijn “kneedbaar” Docenten, begeleiders en ouders zijn

essentieel: door steun, sturing en ervaringen verdwijnen niet- efficiënte verbindingen en ontstaan er sterke verbindingen

48

opdracht

• Beschrijf een situatie waarin je merkte dat er sprake was van “leren”, de hersenen van de student stonden aan.

Wat deed je toen, wat zei je toen………..

49

Motivatie: wordt getriggerd door hormonen

Algemeen:• Autonomie: kunnen meedenken, meebeslissen in het

leerproces

• Competentie: gevoel hebben dat ze de taken / opdrachten die ze moeten doen aankunnen en merken dat ze steeds meer aankunnen .

Dopamine (“dopingdrug”, zin hebben om je ergens voor in te zetten en te willen presteren)

• Relatie: acceptatie, erbij horen, gezien worden, zich welkom voelen, persoonlijke waardering

Oxytocine (knuffelhormoon)

50

Begeleidingsprincipes:Welke principes zorgen voor optimaal leren?

• Feedback• Oplossingsgerichte benadering• Herhaling• Leren met emotie• Maak het voorstelbaar en nuttig• Voortbouwen: haak aan bij eigen ervaringen en

associaties• Meerdere zintuigen inschakelen• Werk vanuit overzicht en structuur

51

Feedback

• Geef complimenten:Meer effect om te prijzen wat goed is gegaan dan

afkeuring te tonen voor wat niet goed is gegaan.

• Maak vorderingen visueel en inzichtelijk• Geef feedback op geleverde inspanningen

en hun gehanteerde aanpak

52

Oplossingsgerichte benadering

• Student is zelf ook expert in het vinden op oplossingen

• Stellen van positief geformuleerde vragen

“wat doe je zelf al?”“wat helpt je nu al”“wie of wat heeft je daarbij geholpen?”• Successen analyseren

53

Leren met emotie

• Een student leert en onthoudt het beste als er sprake is van :- een goede relatie - als er een uitdaging is- geen hoge stress (ook niet te weinig)- nieuwsgierigheid

54

Maak het voorstelbaar en nuttig

• Realistische context • Relatie met de praktijk• Werk met “rolmodellen”• Docent / begeleider als goede

voorbeeld

55

Herhaling en oefening

• Herhaal om niet te vergeten en vergeet niet om te herhalen

Herhalen en oefenen is cruciaal om verbindingen tussen de hersencellen te vormen en te versterken

56

Laat meerdere zintuigen gebruiken

“een beeld zegt meer dan 1000 woorden”

Door informatie op verschillende zintuiglijke manieren aan te bieden of te verwerken geef je leerlingen meer associaties mee om het geleerde aan op te hangen.

Het geleerde is gemakkelijker op te halen en het beklijft beter

57

Voortbouwen

• Activeer voorkennis• Leg een link met eigen ervaringen van

de student• Gebruik begrippen/ situaties die

aansluiten bij de ervaringen van de studenten

58

Werk vanuit overzicht en structuur

• Geef duidelijk en expliciet aan wat belangrijk is

• Geef aan wat er aan (studie)activiteit verwacht wordt van de student

59

Zet in op de docent en begeleider

• Jongeren zijn op zoek naar rolmodellen: passie, trots en enthousiasme voor het vak zijn besmettelijk. Docent / begeleider heeft dus ook een rol als kennisoverdrager, voorbeeldfiguur en inspirator

60

Meer weten?

• www.hersenenenleren.nl• www.hersenstichting.nl• www.puberbrein.nl• www.breinlink.nl

Monique Janssen cursisten servicem.janssen@rijnijssel.nl