Post on 29-Mar-2016
description
NatuurlijkVermogenDe biobased economy van Essent
2
Natuurlijk VermogenDe biobased economy van Essent
Dat vraagt om een andere manier van werken,
om innovatie en samenwerking op het gebied
van duurzaamheid. Essent maakt zich hier hard
voor, want vooroplopen in het ontwikkelen van
duurzame vormen van energie zit in het DNA
van ons bedrijf !
Essent is al twintig jaar marktleider in
Nederland, door de productie en levering van
groene stroom in 1995 en groen gas in 2005.
Maar onze invloed gaat over de lands grenzen
heen. In Europa zijn we koploper als het gaat om
het gebruik van biomassa. En wereldwijd zijn wij
zelfs de grootste handelaar in houtpellets.
Daarbij is Essent de eerste en de enige partij met
een eigen certificeringsmethode voor duurzame
biomassa en hebben wij, als onderdeel van
RWE, een eigen plantage en pelletizer voor
duurzaam hout in Georgia (VS).
Ik ben hier ongelofelijk trots op, maar ik weet
ook dat we er nog lang niet zijn.
Essent is ervan overtuigd dat een optimaal
gebruik van biomassa een centrale factor zal zijn
in een duurzaam en economisch sterk Nederland.
Om die visie te verwezenlijken liggen er nog
belangrijke uitdagingen voor ons! Zo zal bijvoor-
beeld biomassa als bron voor grond- en
brandstoffen zelf verduurzaamd moeten worden.
Een belangrijke stap in die richting is biomassa,
die ook als voedsel kan dienen (first generation
biomass), niet meer in te zetten voor het opwek-
ken van energie. Maar de lijst met op te lossen
knelpunten is nog lang. En ook op economisch
vlak liggen er belangrijke opgaven. Het opwek-
ken van duurzame energie is – met de huidige
stand van de techniek – nog niet rendabel.
Het wordt daarom door de overheid gesubsidieerd
en dat kost de samenleving geld. Wij geloven dat
VoorwoordHet verhaal dat voor u ligt gaat over Natuurlijk Vermogen en
de visie van Essent op de biobased economy, een economie
die draait op groene grondstof. Wij zijn al overgestapt op het
toepassen van biomassa in onze core business: het opwekken
van energie. Maar wij zijn ervan overtuigd dat het gebruik van
biomassa geoptimaliseerd kan worden.
2
het op de lange termijn anders kan. Dat het
optimaal benutten van biomassa ook financieel
interessant kan zijn. Productie en toepassing van
biomassa moet daarom duurzamer en econo
mischer worden. Dat is waar Essent voor staat!
Hoe zouden we dat kunnen doen? Door alle
componenten van biomassa te benutten. Ik zal u
een voorbeeld geven. In de zomer wordt het gras,
dat in de bermen langs de snelwegen staat, weg-
gemaaid. Dit maaisel kan gebruikt worden voor
het opwekken van elektriciteit in één van onze
centrales. Feit is echter dat slechts een deel
ervan daadwerkelijk wordt omgezet in energie.
Voor het overige bestaat bermgras uit com-
ponenten die nauwelijks energie leveren, maar
wel als grondstoffen kunnen dienen voor andere
industrieën. Dat potentieel komt pas vrij na
raffinage. Optimale benutting van die biomassa
als groene grondstof is alleen mogelijk wanneer
de toepassing met de hoogste toegevoegde
waarde als eerste aan de orde is, gevolgd door in
rangorde aflopende toepassingen. Een voor-
waarde is dat ook overblijvende resten nuttig
worden gebruikt. Die principes zien wij als basis
voor de biobased economy. Met als duurzaam
aspect dat biomassa als hernieuwbare energie-
bron volledig wordt benut en fossiele bronnen
worden gespaard. En als economisch aspect dat
de kosten voor productie en toepassing van bio-
massa door meerdere sectoren worden gedragen.
Dat samenwerking de sleutel is voor het tot
stand brengen van de biobased economy, hoef ik
u na dit betoog, waarschijnlijk niet meer uit te
leggen. Samenwerking tussen sectoren onderling
is van levensbelang. Maar ook samenwerking
tussen overheid, wetenschap en industrie.
Ik nodig u uit om ons verhaal te lezen en samen
met Essent te werken aan een economie, die
draait op groene grondstof. Ons natuurlijk
vermogen is oneindig; laten we dat met elkaar
optimaal benutten!
Peter Terium, CEO Essent
“ Biobased economy. Basis en voedingsbodem voor een duurzame economie en duurzame energievoorziening.”
3
4
Groene grondstof als motor van onze economieNederland werkt aan een biobased economy, een economie
waarin biomassa gebruikt wordt voor de productie van
chemicaliën, materialen, producten, biobrandstoffen en
energie. In heel het land borrelt het reeds van initiatieven
om biomassa efficiënt te benutten: er komen steeds
meer mestvergisters voor de productie van groen gas,
torrefactiefabrieken staan in de steigers en bestanddelen van
algen worden toegepast in chemicaliën en brandstoffen.
Een groene omslag is nodig om de afhankelijkheid van op
termijn steeds schaarsere fossiele brandstoffen, maar ook
de druk op het milieu te reduceren.
5
Een biobased economy draait op groene
grondstoffen. Zover is het nog niet. Nu leven we
nog volop in het fossiele tijdperk. Fossiele brand-
stoffen beheersen de energievoorziening, de
transportsector en een groot deel van de chemi-
sche industrie. Olie, aardgas en kolen zijn echter
eindig en het gebruik ervan draagt bij aan de
concentratie van broeikasgassen in de atmosfeer.
Eén ding is zeker: er komt een tijd dat duurzame
alternatieven hun plaats innemen. Toen in 2008
de olieprijs tot ongekende hoogte steeg, besefte
de industrie dat een omschakeling onontkoom-
baar is. De biobased economy is bovendien dé
manier om de economie te verduurzamen.
Bedrijven en overheden bepalen momenteel hun
positie en zoeken naar kansen. Ook Essent heeft
zich beraden op haar toekomst. Het energie-
bedrijf wil een belangrijke rol spelen in de
ontwikkeling van een biobased economy en die
rol wil ze ook actief invullen.
Biomassa ligt voor de hand
Met biomassa bedoelen we alle producten
van levende organismen, die gebruikt kunnen
worden als grondstof of brandstof.
Bijvoorbeeld rest- en afvalstromen, speciaal voor
biobrandstof of bio-energie geteelde gewassen
(denk aan hout en grassen), of innovatief gepro-
duceerde algen. Biomassa is een ideaal
alternatief voor fossiele brandstoffen, omdat
biomassa onder juiste teel- en gebruikscondities
niet bijdraagt aan de concentratie van broeikas-
gassen in de atmosfeer. Door de korte kringloop
van de biomassa in vergelijking met fossiele
brandstoffen, wordt de CO2-uitstoot meteen weer
opgenomen, waardoor het gebruik van biomassa
klimaatneutraal is. Wereldwijd is de potentie van
biomassa uit reststromen van industrie, bos-
bouw en landbouw enorm.
Met hoogwaardige technologie kan Nederland
deze immense biomassastromen beter benutten
dan nu het geval is.
Biobased economy in de steigers
Het fundament voor de biobased economy ligt
er. Het gebruik van biomassa is immers van alle
tijden. Denk aan bestaande toepassingen voor
voeding, maar ook voor papier en textiel. In het
vinden van nieuwe en betere toepassingen neemt
Nederland van oudsher een voortrekkersrol in.
Essent en de biobased economy
Groene grondstof als motor van onze economie
Groene grondstof als motor van onze economie
6
Opslag groen gas in lege gasveldenGroningen 2020 – De Nederlandse productie van groen gas stijgt dit jaar
wederom tot recordhoogte. De duizenden vergisters die ons land rijk is,
maken zoveel groen gas, dat besloten is het groen gas tijdelijk op te slaan
in lege aardgasvelden.
Het fundament voor de biobased
economy ligt er. Het gebruik van
biomassa is immers van alle tijden.
7
Ons land beschikt over een hoogontwikkelde
agrarische sector met (landbouw)universiteiten
van wereldfaam, naast een sterke agro-industrie
met voedingsmiddelenbedrijven, veevoerpro-
ducenten, suikerfabrieken en zetmeelproducenten.
Van eigen bodem komen beduidende hoeveel-
heden organische afvalstromen vrij, zoals mest,
bermgras, snoei- en afvalhout en reststromen uit
de landbouw en industriële processen.
De biobased economy – visie
Wie over een paar decennia met een vliegtuig
(op biokerosine!) over de Rotterdamse haven
vliegt, ziet onder zich volop nieuwe bedrijvigheid.
Hopelijk staat de tweede Maasvlakte dan vol met
bioraffinaderijen en -technologiebedrijven en ligt
de derde Maasvlakte braak om verder benut te
worden. Op zee komen grote bulkschepen aan-
varen, gevuld met (voorbewerkte) houtachtige
biomassa, algen of reststromen uit landbouw en
industrie. Vroeger waren zulke schepen gevuld
met olie of producten op basis van olie, nu met
biomassa of daarop gebaseerde producten.
Van de tientallen witte stippen op de grond,
de tanks in de Botlek, zit het merendeel vol met
bio-ethanol en biobrandstoffen. Sommige tanks
zijn omgebouwd tot vergistingsinstallatie: het
groene doek over de tanks staat bol van biogas
dat vrijkomt. De reststroom, het digestaat, dient
weer als grondstof voor andere producten.
In onze visie heeft de Rotterdamse haven
binnen enkele generaties het omslagpunt naar
een biomainport duidelijk achter de rug.
Grootschalige bioraffinaderijen werken de bio-
massastromen om tot bijvoorbeeld biomethanol,
biodiesel, bio-ethyleen en bio-olefinen, die als
grondstof dienen voor tal van producten.
Het uitgestrekte havengebied oogt van grote
hoogte als een grondstoffenrotonde, waar
biomassastromen via een oprit de rotonde
op komen. Na verwerking van die stromen
verlaten de grondstoffen de rotonde en gaan op
weg naar de gebruikers. Over de spoorlijn
Van eigen bodem komen beduidende hoeveelheden
organische afvalstromen vrij
Essent en de biobased economy
8
In onze visie heeft de Rotterdamse haven
binnen enkele generaties het omslagpunt
naar een biomainport duidelijk achter de rug.
Koningin Amalia opent Bio-Maasvlakte IIIRotterdam 2050 – Koningin Amalia gaf op zee het startschot voor het opspuiten van een derde Maasvlakte. Zij doopte de locatie Bio-Maasvlakte III, genoemd naar de stroom die op het terrein een hoofdrol zal spelen. De tweede Maasvlakte barst binnenkort uit haar voegen. Door de grote aantrekkingskracht van de Rotterdamse haven als biomainport van Europa is Maasvlakte II inmiddels volgebouwd met bioraffinaderijen en bio-overslagstations. Dagelijks arriveren er scheepsladingen vol met biomassa. Het succes van de biobased economy maakt een derde Maasvlakte nodig.
Groene grondstof als motor van onze economie
9
Essent en de biobased economy
richting Duitsland rijden goederentreinen - op
duurzame stroom - af en aan. Via internationale
pijpleidingen stroomt bio-ethyleen en groen gas
naar het achterland Vanuit de lucht wordt
duidelijk dat de haven van Rotterdam zich heeft
ontwikkeld tot een zogenoemde ‘biomass hub’:
hét knooppunt binnen de biobased economy.
Voor de Nederlandse economie is de ontwik-
keling van de biobased economy een belangrijke
bron van groei en innovatie. De agrarische sector
is minder afhankelijk van subsidies, omdat land-
bouwproducten in waarde gestegen zijn; ze
worden nu volledig gebruikt, ook de resten die
niet geschikt zijn voor voeding. Met vergisters
die mest omzetten in biogas is een bijdrage
geleverd aan de oplossing van de Nederlandse
mest- en mineralenproblematiek en is onze
energievoorziening vergroend. Speciale gewassen
worden geteeld voor meervoudig gebruik in de
vervaardiging van voeding, biobased-producten
en voor het opwekken van energie. Mede dankzij
biomassa draait de hele Nederlandse economie
en industrie in steeds grotere mate op duurzame
energie.
Steeds meer chemische bouwstenen komen
van biobased-grondstoffen en niet meer van olie.
Biologische bouwstenen vinden ook toepassing
in bioplastics, lichtgewicht materialen voor
auto’s en zelfherstellende materialen voor de
bouwsector. Architecten en (industrieel) ont-
werpers gebruiken biomaterialen in gebouwen,
kleding en producten. Ook de voedingsmiddelen-
industrie, papierfabrieken en veevoederbedrijven
varen wel bij de biobased economy. De kringloop
lijkt rond in de haven van Rotterdam.
Afvalbedrijven bestaan feitelijk niet meer;
het zijn nu leveranciers van grondstoffen.
Afvalbedrijven bestaan feitelijk niet meer;
het zijn nu leveranciers van grondstoffen.
10
Biomassa volledig benutten is waardedenkenVeel huidige initiatieven rond biomassa richten zich op groene
stroom, groen gas en biobrandstoffen. Maar biomassa kan veel
meer betekenen. Nu al wordt er voeding, veevoer en papier van
gemaakt, maar ook zou het kunnen dienen als grondstof voor
hoogwaardige medicijnen, bouwmaterialen en bioplastics.
De uitdaging is om biomassa optimaal en volledig te benutten.
11
Essent en de biobased economy
12
Biomassa volledig benutten is waardedenken
CASCADERING
13
Biomassa zit vol hoogwaardige componenten,
zoals suiker, zetmeel, oliën en vetten. Biomassa
bevat eiwitten, aminozuren en vezels naast
organische verbindingen en zouten, die allemaal
te verwerken zijn in waardevolle producten.
De resterende delen kunnen als bron voor duur-
zame energie worden ingezet.
Cascadering belangrijk?
De kunst is om biomassa optimaal te
benutten, opdat zo min mogelijk verloren gaat.
Dat kan door cascadering, namelijk zoveel
mogelijk waardevolle stoffen onttrekken en over-
blijvende delen nuttig gebruiken. De hoogste
trede op de cascade is de toepassing met de
hoogste toegevoegde waarde, zoals in de
farmaceutische industrie voor de fabricage van
medicijnen. Daaronder staan respectievelijk de
toepassingen voor voedsel en voeding, chemi-
caliën, papier en textiel, transportbrandstof.
En tenslotte de toepassing als energiebron.
Meervoudig gebruik van biomassa
Bij gebruik van biomassa is het geen kwestie
van kiezen tussen voedsel of brandstof.
Of tussen medicijnen of bulkchemicaliën.
Het is niet of …, of …, maar en … en ….
Cascadering gaat uit van meervoudig gebruik,
van co-productie. Biomassa kan dus op meer-
dere lagen van de cascade worden ingezet,
waardoor toepassing van biomassa als grondstof
of brandstof niet ten koste hoeft te gaan van de
voedselketen. Neem als voorbeeld gras, dat vrij-
komt bij het maaien van wegbermen. Na de
juiste bewerking gaan de eiwitten uit het gras
naar de veevoederindustrie, waar ze als alter-
natief dienen voor soja. De vetten kunnen
worden ingezet als grondstof voor cosmetische
producten, of voor de geneesmiddelenindustrie.
Essent en de biobased economy
Bij gebruik van biomassa is het geen kwestie
van kiezen tussen voedsel of brandstof.
Of tussen medicijnen of bulkchemicaliën.
14
Hierbij moet optimaal gebruik worden gemaakt van de biomassa: zowel van de
hoogwaardige componenten als van de laagwaardige, die alleen te benutten zijn
voor hun energieinhoud. Al deze toepassingen samen dragen de logistieke kosten
en de kosten van de primaire bioraffinage.
Grote volumes kunnen worden geïmporteerd. Grondstoffen met lignocellulose
(houtachtig materiaal) bevatten vaak nog andere componenten, zoals aminozuren
die kunnen worden toegepast in veevoeder, maar ook in de chemie. De mineralen
zijn geschikt voor kunstmest. Met de vezels kan papier en transportbrandstof
gemaakt worden. De natte reststromen kunnen we gebruiken om groen gas van
te maken. En de resterende lignine kan ingezet worden voor het opwekken van
elektriciteit en warmte, die vervolgens weer nuttig kunnen worden toegepast in
industriële processen.”
Johan Sanders, Wageningen University and Research Centre
“ De ontwikkeling van de biobased economy
vraagt om onconventionele oplossingen,
die over sectorgrenzen heen gaan.
Biomassa volledig benutten is waardedenken
De vezels gaan naar textiel- of papierfabrieken,
die er onder andere boeken van maken.
Organische zuren en suikers gaan naar de fijn-
chemie of de bulkchemie. Al die toepassingen
zijn mogelijk door grasstengels, een - op het
eerste gezicht - eenvoudige grondstof.
Cascadering en bioraffinage vereisen
een goed gefundeerde samenwerking
Cascadering vraagt om bioraffinage: voordat
biomassa wordt verwerkt moet het namelijk
eerst worden gesplitst in deelcomponenten,
ofwel gefractioneerd. De componenten gaan
vervolgens naar verschillende fabrieken, die er
producten van maken. Eventuele resten die na
verwerking overblijven, worden verderop in de
cascade ook nuttig gebruikt . Bij deze keten zijn
vele partijen betrokken. Van leveranciers van
biomassa tot eindverwerkers, van bioraffinade-
rijen tot gebruikers. Een goede aanpak vereist
goede afstemming. Betrokken partijen moeten
immers mét elkaar de cascade optuigen, en
gezamenlijk het proces van inkopen, vervoeren,
splitsen en verdelen vormgeven. De energie-
sector, en met name een grootverbruiker van
biomassa zoals Essent, is hierin een belangrijke
speler om de volumes op gang te brengen,
waarop de cascade kan worden gebouwd.
Essent en de biobased economy
15
De kunst is om biomassa optimaal te
benutten, opdat zo min mogelijk verloren gaat.
Dat kan door cascadering.
16
Kansen voor NederlandDe biobased economy biedt voor Nederland enorme
kansen. Met Rotterdam als logistiek zwaartepunt, een
sterke chemische industrie en landbouwsector én
uitmuntende kennisinstellingen, heeft ons land veel
troeven in handen om een spilfunctie te vervullen.
Nederland is gebaat bij een groene revolutie.
Het bedrijfsleven, de kenniseconomie, de werk gelegen-
heid varen er wel bij en het helpt de klimaatdoelen te
realiseren.
Essent en de biobased economy
17
“ Nodig is een innovatieagenda die moet leiden tot steeds betere en vernieuwende toepassingen van biomassa en reststromen.” Sociaal-Economische Raad (SER), Meer chemie tussen groen en groei, 17 december 2010
Kansen voor Nederland
18
“ Met betrekking tot biomassagrondstoffen,
benodigd in de biobased economy, is
aandacht voor een aantal onderwerpen
essentieel:
André Faaij, Copernicus Instituut (Universiteit Utrecht)
• Er is nog potentieel om de beschikbaarheid en het gebruik van afval en reststromen in
Nederland te optimaliseren.
• Import van biomassa zal nodig zijn voor een ambitieuze ontwikkeling van de biobased
economy. Hiervoor zal op regionale schaal goed gekeken moeten worden naar de
mogelijkheden. In regio’s als Zuid-Amerika of Afrika, zullen bijvoorbeeld eerst de
mogelijkheden onderzocht moeten worden voor het opzetten van een toevoerlijn met
reeds beschikbare, goedkope reststromen. Vervolgens kan gewerkt worden aan
efficiëntieverhoging in de landbouwproductie, kan de productie in omvang toenemen
en kunnen ook duurdere biomassastromen hun weg vinden naar de internationale
markt.
• Daarnaast bestaat de mogelijkheid om energiegewassen te verbouwen op verlaten
gedegradeerde landbouwgronden en op gronden die niet geschikt zijn voor de productie
van voedsel.
• Dit alles is alleen haalbaar en aanvaardbaar als het gebeurt op een duurzame manier.
Onderwerpen die te maken hebben met indirect landgebruik, bodemeffecten en
sociaal-economische effecten zullen steeds belangrijker worden.
• Deze ontwikkeling - binnen duurzaamheidseisen - kan alleen plaatsvinden als
biobased-toepassingen concurrerender worden. Hiervoor moeten onder andere
internationale markten ontwikkeld worden, moet ervaring worden opgedaan in de
toeleveringsketen, en moet de schaal toenemen.”
Nederland heeft een ideale uitgangspositie
om uit te groeien tot biomassa-hub. Als bio-
massa-hub weet ons land grootschalig
(voorbewerkte) biomassa te importeren, waarde
toe te voegen door de biomassa te converteren
naar tal van toepassingen en vervolgens te
exporteren naar landen binnen Europa. Voor olie
neemt Nederland al een centrale positie in, voor
gas wordt gewerkt aan het optuigen van een
gasrotonde en voor biomassa ligt een vergelijk-
bare biorotonde in het verschiet. Onze gunstige
geografische ligging en onze mainports, zoals de
Rotterdamse haven en de Eemshaven, maken
Nederland uitermate geschikt voor aanlanding
van elders geproduceerde (en voorbewerkte)
biomassa.
Biomassa naar Nederland halen om hier te
ontleden en te verwerken, is een logistieke uit-
daging. Omdat biomassa een lagere dichtheid
heeft dan bijvoorbeeld olie of kolen, gaat het
vaak om transport van grote volumes.
Het is zaak om de biomassa(rest)stromen te
bundelen en op een efficiënte wijze te vervoeren.
Bioraffinage in Nederland
Voor het vervullen van een spilfunctie is het
van belang dat de bioraffinage in ons land plaats-
vindt. Gebeurt dat niet, dan dient Nederland
als doorvoerland en plukken we alleen de
‘logistieke’ vruchten van de biobased economy.
Met bioraffinage wordt de deur geopend naar de
ontwikkeling van een Nederlandse kennis-
economie. Bioraffinage als technologisch proces
past bij ons land. Bedrijfsleven en kennis-
instellingen blinken immers uit in het
ontwikkelen en toepassen van hoogwaardige
technologieën. Nederland is daarmee een ideale
proeftuin voor groene grondstoffen.
Impuls voor de kenniseconomie
In deze tijd is innovatie belangrijker dan ooit.
Kennis bepaalt de concurrentiepositie van ons
land en stimuleert de economie en de werk-
gelegenheid. Een focus op biomassa, logistiek en
raffinage zal gepaard gaan met technologische
ontwikkelingen op meerdere terreinen. Tal van
technologieën duiden op een grootscheepse
biodoorbraak, zoals pyrolyse en torrefactie,
waarbij biomassa wordt voorbewerkt door
Essent en de biobased economy
19
“ Nederland heeft een aantal economisch sterke punten, die met de biobased economy kunnen worden versterkt.” Regeringsnota, De keten sluiten, oktober 2007
Kansen voor Nederland
20
Nu al levert biomassa een belangrijke
bijdrage aan het realiseren van klimaat- en
energiedoelen. Dertig procent van de
opwekking van duurzame energie vindt
plaats met biomassa.
Energietransitie halverwegeDen Haag 2020 – In 2050 zal de wereld bijna volledig op duurzame energie kunnen
draaien. Dit doel, dat vorige eeuw bijna ondenkbaar werd geacht, ligt inmiddels binnen
handbereik. Vooral de biobased economy heeft een enorme vlucht genomen.
Experts verwachten dat de energievoorziening in de wereld mede door het efficiuënt
inzetten van biomassastromen binnen een aantal decennia volledig duurzaam is.
middel van verhitting met weinig of geen zuur-
stof. Bij pyrolyse ontstaat een olieachtig product;
bij torrefactie gaat de vezelstructuur kapot en
kan de biomassa gemakkelijker worden vermalen.
Maar ook grootschalige vergassing van biomassa
en biochemische fractioneringsmethoden staan
op punt van doorbreken. Op laboratoriumschaal
zijn deze technieken al bewezen. De volgende
stap is het starten van demonstratieprojecten,
om ze vervolgens op te schalen.
De biobased economy zal de Nederlandse
kenniseconomie een impuls geven. Het is zaak
er snel bij te zijn, nu ook in andere landen
vergelijkbare initiatieven worden ontplooid.
Realiseren van klimaat- en energiedoelen
Om de voor 2020 gestelde Europese en
Nederlandse klimaatdoelstellingen te halen is de
inzet van biomassa - naast het benutten van
wind en zon als duurzame energiebronnen -
noodzakelijk. Biomassa kan de CO2-uitstoot
snel, grootschalig en kosteneffectief terugdringen.
Nu al levert biomassa een belangrijke bijdrage
aan het realiseren van klimaat- en energiedoelen.
Dertig procent van de opwekking van duurzame
energie vindt plaats met biomassa. Met het
grootschalig meestoken van biomassa in bijvoor-
beeld de Amercentrale draagt Essent hier fors
aan bij. Wij streven ernaar om in 2015 een
biomassa-meestookpercentage van 50 procent
in onze Amercentrale te halen.
Overheid onderschrijft het belang
van biobased economy
Het belang van een biobased economy wordt
alom erkend. De overheid ziet er de noodzaak
van in. In de nota De keten sluiten uit 2007
stelde het toenmalige kabinet dat Nederland
moet uitgroeien tot een biobased economy.
Ook de Sociaal-Economische Raad (SER) riep
op om stevig in te zetten op een op biomassa
gebaseerde economie. Het SER-advies van eind
2010 Meer chemie tussen groen en groei
concludeert dat er veel kansen liggen voor
economische groei en verduurzaming als
Nederland nu investeert in de biobased
economy.
Essent en de biobased economy
21
22
Samen op weg naar een duurzame biobased economyHet pad naar een biobased economy kent nog veel hobbels en
uitdagingen. Niet alle vereiste technologieën zijn voorhanden
en duurzaamheid is niet altijd vanzelfsprekend. Essent ziet
duurzaamheid als een noodzakelijke voorwaarde voor een
biobased economy.
23
De overgang naar een biobased economy
gebeurt niet van vandaag op morgen. Een econo-
mie die draait op fossiele brand- en grondstoffen
kan niet met één knop worden omgeschakeld,
omdat biomassa anders is: het heeft andere
eigenschappen. Ook is duurzaamheid niet
vanzelfsprekend. Deze omslag kost tijd en
creativiteit. In de tussentijd blijven fossiele
brand- en grondstoffen een rol van betekenis
spelen. Hoe de biobased economy er precies uit
zal zien, staat niet vast. Niet alle antwoorden,
oplossingen en technologieën zijn op dit
moment bekend.
Technologische innovatie is essentieel
Kennisontwikkeling - onder meer over bio-
raffinage - is één van de terreinen waar
samenwerking vereist is. Bioraffinage staat nog
in de kinderschoenen. Het vergt nieuwe kennis
en nieuwe technologieën. Briljante uitvindingen
worden vaak binnen universiteiten gedaan.
Fundamenteel onderzoek is veelal de sleutel
naar hoogwaardige toepassingen. Academici,
industrie en overheid werken de ideeën ver-
volgens verder uit. Kennisontwikkeling komt al
volop van de grond. Tal van innoverende partijen
weten elkaar te vinden. Zo verrijst in Delft een
proeffaciliteit waar kennisinstellingen en bedrijven
hun ideeën over de omzetting van biomassa in
nuttige projecten testen. De proeffaciliteit is een
initiatief van het BE-Basic-consortium van
universiteiten, onderzoeksinstellingen en
industrie, dat grootschalige toepassingen van
schone energie uit biomassa onderzoekt.
In Wageningen is de proefinstallatie AlgaeParc
gerealiseerd voor de grootschalige teelt en
raffinage van microalgen. Daarnaast wordt in
Wageningen, in nauwe samenwerking met
industrie en regionale overheid, een kennis-
centrum opgezet voor optimale benutting van
biomassa voor zowel voeding als voor overige
toepassingen.
Samenwerking over sectorgrenzen heen
Technologie is niet de enige uitdaging.
Cascadering vereist ‘cross-sectorale’ samen-
werking. Het vormgeven van de cascade kan
alleen als betrokken partijen, die van oudsher niet
in eenzelfde keten zitten, de handen ineen slaan.
Partijen die momenteel nauwelijks iets met
Essent en de biobased economy
Samen op weg naar een duurzame biobased economy
24
“ Technologische ontwikkeling is cruciaal,
maar de ontwikkeling van de biobased
economy is bovenal een transformatie
van het gehele systeem; bio-renewable
oplossingen moeten worden opgenomen in
onze economie en productieprocessen.”
Luuk van der Wielen, Technische Universiteit Delft
Mijlpaal in duurzame zuilvelketen: 1000ste Friese biogasinstallatieAmersfoort 2020 – Dankzij de vruchtbare samenwerking tussen Essent en
FrieslandCampina draait sinds kort in Friesland de duizendste biogasinstallatie.
De installatie vergist mest tot biogas, dat wordt gebruikt voor kleinschalige
elektriciteit- en warmteproductie, wordt opgewaardeerd tot aardgaskwaliteit,
of wordt gebruikt als transportbrandstof.
elkaar te maken hebben, moeten mét elkaar aan
de slag. Het is zaak om over ketens heen te kijken
en op zoek te gaan naar partners. En hierin te
volharden.
De ingeslagen weg die moet leiden naar een
biobased economy vereist een langdurige en
onherroepelijke betrokkenheid van alle partijen.
Ook van de overheid, die moet zorgen voor
een stabiele regelgeving en een gelijkwaardig
Europees speelveld.
Duurzaamheid is voorwaarde
Duurzaamheid is niet vanzelfsprekend in een
biobased economy. Biomassa is namelijk niet per
definitie duurzaam. Aan de productie van bio-
massa kleven potentiële nadelen, zoals
ontbossing, uitbuiting, aantasting van natuur-
gebieden, onbalans in de mineralenhuishouding,
milieuvervuiling en concurrentie met de voedsel-
voorziening. Alleen wanneer een biobased
economy niet gepaard gaat met negatieve
invloeden op mens, natuur en omgeving kan er
sprake zijn van een daadwerkelijk groene revo-
lutie. Duidelijke kaders en certificering maken
het mogelijk om foute biomassa te scheiden van
goede stromen. Die scheiding wordt bepaald
door een veelvoud aan criteria, waarin factoren
als broeikasgasemissies, biodiversiteit, impact
op de bodem, watergebruik en sociale effecten
een rol spelen. Belangrijk is dat de hele keten
bekeken wordt: van pre-harvesting (teelt en
logistiek), post-harvesting (bewerking) tot en met
de omzetting in eindproducten.
Gelukkig brengt cascadering ook hier uit-
komst. Innovatieve technieken maken het
mogelijk om niet het voedsel (bijvoorbeeld maïs),
maar de reststromen die niet voor voedsel
geschikt zijn (bijvoorbeeld maïsloof), als grond-
stof en/of brandstof in te zetten.
Het gewas wordt dan én voedsel én grondstof.
Essent en de biobased economy
25
Duurzaamheid is niet vanzelfsprekend in
een biobased economy. Biomassa is namelijk niet per definitie duurzaam.
26
“ Zelfs in conservatieve schattingen is het
potentieel van wereldwijde
biomassaproductie groot: technische
beschikbaarheid van biomassa zal geen
struikelblok zijn voor de biobased economy.
Het succes zal afhankelijk zijn van duurzaamheid. Bedrijven,
overheden en kennisinstellingen zullen dit samen moeten
realiseren door afspraken te maken over criteria, meet- en
certificerings methoden. Hier is een intrinsieke motivatie voor,
want duurzaamheid zal in toenemende mate:
• een license to operate zijn,
• vertaald worden in marktwaarde en omzet
(zie bijvoorbeeld Dow Jones Sustainability Index),
• voordelen bieden voor early movers die criteria en certificering
mede vormgeven,
• noodzakelijk zijn voor acceptatie door samenleving en klanten.”
Luuk van der Wielen, Technische Universiteit Delft
Samen op weg naar een duurzame biobased economy
Essent ziet duurzaamheid als een noodzake-
lijke voorwaarde voor een biobased economy.
Ook de overheid erkent het belang van duur-
zaamheid in een bio-economie. In januari 2011
verscheen het rapport Duurzaamheid en
Daadkracht van de Commissie Duurzaamheids-
vraagstukken Biomassa (Commissie Corbey).
De commissie stelt dat harde voorwaarden voor
duurzaamheid nodig zijn, gezien de risico’s van
grootschalige inzet van biomassa. Overheid en
bedrijfsleven geven samen vorm aan deze voor-
waarden, waarna wet- en regelgeving volgt.
Essent werkt hier aan mee en streeft naar een
eenduidig, internationaal en duurzaam
certificeringssysteem.
Internationale criteria en eerlijke
beleidskaders zijn nodig
Internationale, eenduidige criteria zijn nodig
om de biobased economy te vrijwaren van
nieuwe sociale en milieuproblemen. Ons land
loopt voorop met het opstellen van duurzaam-
heidscriteria. “Nederland was een van de eerste
landen die erkende dat duurzaamheid bij de
inzet van biomassa in de energiesector van groot
belang is”, stelt het rapport van de Commissie
Corbey. Inmiddels is door de zogenaamde
Cramer–criteria een belangrijke bijdrage geleverd
aan het formuleren van duurzaamheidseisen in
Europese wet- en regelgeving.
De overheid kan de transitie naar een bio-
based economy faciliteren met de juiste
beleidskaders en -instrumenten, die barrières in
de invoering wegnemen en een eerlijk speelveld
ondersteunen. Het gaat onder andere om
financiële ondersteuning, garantieregelingen
en flankerend beleid ter ondersteuning van
in vesteringen in technologische innovaties,
bijvoorbeeld met vergunningsprocedures voor
experimentele bioraffinagefaciliteiten.
Verschillen in wet- en regelgeving en in
stimuleringsmaatregelen zorgen voor oneerlijke
concurrentie. Als voorloper in de biobased
economy en omwille van het belang voor de
Nederlandse economie, bepleit Essent dat de
Nederlandse overheid in de Europese politiek
een voorvechter moet zijn om binnen Europa een
eerlijk speelveld te realiseren voor partijen die
actief zijn in de biobased economy.
Essent en de biobased economy
27
“ Duurzaamheid moet niet geadresseerd worden op de manier zoals dat vandaag de dag gebeurt: één issue per jaar en keer op keer reagerend op de publieke opinie. Men moet alle issues begrijpen (met name ook de impact op de vruchtbaarheid van de bodem) en robuuste oplossingen bedenken.”
Johan Sanders, Wageningen University and Research Centre
Essent alslogische partnerEssent gaat zelf, maar juist ook in samenwerking met
industriële partners, kennisinstellingen en maatschappelijke
organisaties, aan de slag om de biobased economy vorm te
geven. Als grootste duurzame energieproducent van Nederland
en een voorloper in de toepassing van biomassa is Essent
een logische partner. Essent maakt zich al langer sterk voor
kennisontwikkeling, transparantie en certificering, importeert
grote hoeveelheden biomassa en draagt fors bij aan de realisatie
van Nederlandse energie- en klimaatdoelen.
28
27
Essent en de biobased economy
30
Primeur: Essent vergroent kolencentrale voor meer dan 50%Geertruidenberg 2015 – De Amerecentrale van Essent in Geertruidenberg
draait sinds kort continu op meer dan 50% meestook van biomassa.
Essent heeft hiermee een wereldwijde primeur. Eerder liep het energiebedrijf
al internationaal voorop met een meestook van 33%.
Essent als logische partner
“ Om de transitie naar een biobased
economy te bespoedigen dient zoveel
mogelijk gebruik te worden gemaakt van
bestaande industriële infrastructuren
en in samenwerking met stakeholders
die reeds actief zijn op het gebied van
biomassalevering en –benutting. Parallel
daaraan kunnen nieuwe hoogefficiënte
raffinageconcepten worden ontwikkeld voor
implementatie op de (middel)lange termijn.”
René van Ree, Wageningen University and Research Centre
Essent en de biobased economy
31
Essent loopt voor op het gebied van biomassa.
Al meer dan twintig jaar zet ons energiebedrijf
biomassa in en is het intussen de grootste
producent van groene stroom. De Amercentrale in
Geertruidenberg draait de laatste jaren voor een
groot deel op biomassa. Sinds begin deze eeuw
worden er houtpellets verstookt. Op het terrein
staat ook een houtvergasser die gestookt wordt op
zogenoemd B-hout (sloop- of afvalhout uit de
bouw en de houtverwerkende industrie).
Intussen is meer dan vier miljoen ton biomassa
ingezet om groene stroom te produceren. Met een
meestook van 33 procent biomassa op massa-
basis loopt Essent internationaal voorop.
Recent zijn belangrijke stappen gezet in het
opschroeven van de meestook naar minimaal
50 procent op massabasis.
Essent betrokken bij tal van bioprojecten
De opschaling van meestook in de Amer-
centrale is één van de vele projecten van Essent
in het kader van een bio-economie. We zijn ook
betrokken bij de ontwikkeling van torrefactie.
Bij torrefactie wordt biomassa broos gemaakt bij
een relatief lage temperatuur. Zo ontstaat
zogenaamde getorrificeerde biomassa, ook wel
biokolen genoemd. Deze biokolen hebben een
hogere energie-inhoud, maar een lager volume,
wat de transportkosten verlaagt.
Daarnaast kunnen biokolen in de buitenlucht
worden opgeslagen en kunnen ze via de reguliere
transportbanden en molens in de ketel worden
ingevoerd. Essent gaat aanzienlijke hoeveelheden
biokolen meeverbranden in haar centrales.
Het bedrijf heeft hiervoor contracten getekend
met Topell Energy B.V. en Stramproy Green
Coal B.V., die in Nederland moderne fabrieken
aan het bouwen zijn om biokolen te produceren.
Essent loopt voor op het gebied van biomassa.
Al meer dan twintig jaar zet het energiebedrijf
biomassa in.
“ Door - qua infrastructuur, scheiding en verwerking - om te kunnen gaan met organische reststromen van een variërende samenstelling, kan Essent veel waarde toevoegen aan de biobased economy.” André Faaij, Copernicus Instituut (Universiteit van Utrecht)
32
Den Bosch, 2020 - De biobased economy is bijna een feit.
Nederland staat wereldwijd te boek als biomassa-hub.
Miljoenen tonnen komen binnen via de havens, alles met een
certificaat dat de duurzaamheid garandeert en waarbij ook
indirecte effecten op milieu en maatschappij proactief
geanalyseerd en getoetst zijn. De biomassa wordt verwerkt bij
één van de vele bioraffinaderijen die Nederland rijk is.
Het afgelopen decennium is Essent een belangrijke stuwende
kracht geweest achter tal van bio-initiatieven. Essent wekt al
tientallen jaren op veel locaties duurzame energie op waarbij
ook vrijkomende restwarmte nuttig wordt ingezet. Dat gebeurt
bij grootschalige installaties als de Amercentrale, maar ook bij
tal van (petro)chemische clusters, papierfabrieken en
metaalbedrijven. Sommige van deze elektriciteitscentrales
draaien op onder meer lignine, een restproduct uit de
bioraffinage. Andere centrales gebruiken syngas, verkregen door
het vergassen van diverse soorten (rest-)biomassa en van
brandbaar restafval. Ook bio-olie en gas worden ingezet voor de
elektriciteitsproductie, nadat de nuttige componenten voor
diverse andere industriële producten er uitgehaald zijn.
“ Essent stuwende kracht achter biobased economy”
Peter Terium blikt terug op Essent in de BBE in de jaren ‘10 van de 21e eeuw.
Essent als logische partner
Essent en de biobased economy
33
Een andere ontwikkeling in de biobased
economy is de productie van biogas (groen gas).
Op meerdere locaties produceert en gebruikt
Essent biogas uit mest en andere biomassa.
Eén van die projecten wordt gerealiseerd in
Zeewolde, waar duizenden woningen en kantoren
verwarmd zullen worden door zoge heten
Poldergas uit een biovergister. Een warmtekracht-
koppeling zet het biogas om in duurzame
elektriciteit en warmte. De warmte die vrijkomt
wordt gebruikt voor het (warmte)distributienet
van de Polderwijk. Als marktleider in groen gas
is Essent voortdurend op zoek naar nieuwe
mogelijkheden in deze markt.
Ervaring met duurzaamheids-
vraagstukken
Essent heeft inmiddels ruime ervaring met
duurzaamheidsvraagstukken. In 2001 richtte
Essent het certificeringssysteem Green Gold
Label op. Het label garandeert dat de biomassa
duurzaam wordt geproduceerd, wat door de
externe en onafhankelijke certificeerder Control
Union gecontroleerd wordt. De methode start bij
de oorsprong van de biomassa en beoordeelt de
gehele keten vanaf die oorsprong tot het uit-
eindelijke gebruik. Meer dan 85 procent van de
biomassa die Essent gebruikt is inmiddels
gecertificeerd. Essent beziet momenteel hoe
indirecte effecten, zoals bijvoorbeeld indirect
land-use change kunnen worden bepaald en hoe
dit in het label op te nemen is.
Daarnaast wordt getracht het label onaf-
hankelijk te maken, zodat het breed ingezet kan
worden, niet alleen in de energiesector, maar ook
in andere sectoren.
Als marktleider in groen gas is Essent
voortdurend op zoek naar nieuwe mogelijkheden
in deze markt.
34
Essent heeft inmiddels ruime ervaring met
duurzaamheidsvraagstukken.
In 2001 richtte Essent het certificeringssysteem
Green Gold Label op.
Essent als logische partner
35
Innoverende samenwerkingsverbanden
Essent onderschrijft het belang van inno-
verende samenwerkingsverbanden in de
biomassaketen. Voor onze onderneming is
samenwerking niet nieuw. Er lopen tal van
gezamenlijke initiatieven. Zo bundelt Essent met
FrieslandCampina de krachten om de productie
en levering van groene energie door melkvee-
bedrijven te stimuleren. Melkveehouders van
FrieslandCampina worden door Essent begeleid
in het opzetten van lokale initiatieven.
Via Essent koopt FrieslandCampina zogenaamde
groencertificaten van de eigen melkveehouders.
Enkele tientallen van hen hebben reeds belang-
stelling getoond voor de productie en levering
van energie uit onder meer biomassa.
Deze succesvolle samenwerking maakt ons
enthousiast om meer samenwerkingsverbanden
aan te gaan en zo de biobased economy tot een
succes te maken.
Slotwoord
Wij vertrouwen erop dat deze brochure u een
duidelijk beeld heeft geschetst van onze visie op
de biobased economy. Wij gaan graag met u in
gesprek om de krachten te bundelen.
Samenwerking is voor Essent niet nieuw.
Op het ogenblik lopen tal van gezamenlijke
initiatieven.
Essent en de biobased economy
Deze brochure is tot stand gekomen met
medewerking van:
André Faaij
André P.C. Faaij is hoogleraar Energy System Analysis
aan het Copernicus Instituut voor Duurzame
Ontwikkeling van de Universiteit Utrecht. Hij heeft
een achtergrond in scheikunde en milieuweten-
schappen en is gepromoveerd op onder zoek naar
energie productie uit biomassa en afval.
René van Ree
René van Ree is Programma Manager Bioraffinage en
Bioenergie aan het DLO-instituut Food Biobased
Research van Wageningen University and Research
Centre. Daarnaast is hij de coördinator van IEA
Bioenergy Task 42 op het gebied van de Bioraffinage
en co-chairman van het European Biofuels Technology
Platform.
Johan Sanders
Johan P.M. Sanders is hoogleraar Valorisatie van
plantaardige productieketens aan de Wageningen
University and Research Centre, gericht op de ont-
wikkeling van bulkchemicaliën en andere waardevolle
producten uit grootschalige en kleinschalige bio-
raffinage-processen. Eerder bekleedde hij verschillende
researchfuncties bij AVEBE en Gist-brocades.
Luuk van der Wielen
Luuk A.M. van der Wielen is hoogleraar BioSeparation
Technology aan de Technische Universiteit Delft
(Faculteit Toegepaste Natuurwetenschappen).
Daarnaast is hij directeur van BE-Basic, gasthoog-
leraar aan de Technische Universiteit van Maleisië
en heeft hij een breed scala van internationale,
industriële en overheidsadviesfuncties.
Teksten en structuur
Roland Berger Strategy Consultants
i.s.m. Addo van der Eijk
Beeldmateriaal
Castel Communicatie/Bart Willemsen
Ontwerp en realisatie
Wit Creatives
Communicatieadvies
Barbara Vos
Grafiek
buro RuSt, Barbara Vos
Publicatie
© augustus 2011
Contactgegevens
Wilt u meer informatie over de innovatieactiviteiten
van Essent of de in deze brochure beschreven
ontwikkelingen, neem dan contact op met:
Essent
New Energy
073 853 13 12
innovatie@essent.nl
Postbus 689
5201 AR ’s-Hertogenbosch
Willemsplein 4
5211 AK ’s-Herthogenbosch
www.essent.nl
36
Colofon
31